1. Wat is de taak van je voogd? Wie is hij? De voogd is een persoon die door de Dienst Voogdij (zie fiche n°14) word t aangesteld om jou als niet-begeleide buitenlandse minderjarige te helpen. Je wordt beschouwd als een „niet-begeleide buitenlandse minderjarige“, of „NBBM“, wanneer je nog geen 18 jaar bent, niet afkomstig uit een land van de Europese economische ruimte en niet vergezeld door je ouders of een wettelijke vertegenwoordiger én wanneer je niet gerechtigd bent om bij aankomst in België op het grondgebied te verblijven. Je mag je voogd in alle vertrouwen spreken, hij houdt het confidentieel. Hij zal niets zonder jouw toestemming doorvertellen. Jouw voogd heeft beroepsgeheim.
Wat doet hij voor jou? Hij is de volwassen persoon die verantwoordelijk is voor jou. Hij neemt samen met jou beslissingen over: - jouw schoolplicht (zie fiche n°7 of 8), - waar je onderdak krijgt (zie fiche n°3), - jouw vrije tijd, - de keuze van advocaat (zie fiche n°2), enz De voogd staat je met raad en daad bij in je administratieve zaken. Hij moet er op toezien dat je een medische begeleiding krijgt (zie fiche n°10). Hij kan je ook helpen om met je familie in contact te komen (zie
1
fiche n°1 1). De voogd denkt samen met jou na over jouw toekomstproject: ofwel in België blijven, ofwel terugkeren naar je thuisland als je dat zou willen (zie fiches n°5, 6 en 12). Jouw voogd is ook de persoon met wie je kan spreken over al jouw problemen. Je kan met jouw voogd spreken over jouw problemen op school, over de problemen met jouw woning, als je wil veranderen van advokaat,…
Eind van voogdij… Maar ik wil mijn voogd blijven zien… De taak van de voogd stopt als je 18 jaar wordt (zie fiche n°13). Maar jullie kunnen samen afspreken om met elkaar in contact te blijven.
Je krijgt de vluchtelingenstatus of je bent geregulariseerd, nog voor je 18de verjaardag. Je voogd moet in dit geval contact opnemen met de vrederechter om een burgerlijke voogd aan te stellen.
Waarom heb ik een voogd terwijl leden van mijn familie hier aanwezig zijn (broers, zusters, tantes)? Zelfs dan bepaalt de wet dat je een voogd moet hebben. Het is een aanvullende hulp voor je familie. Jullie moeten samen werken. Wanneer je problemen hebt met je familie, kan je die bespreken met je voogd.
Ik heb geen vertrouwen meer in mijn voogd, wat kan/moet ik doen? Spreek erover met een volwassene in wie je wel vertrouwen hebt. Het is mogelijk om van voogd te veranderen, daarvoor moet je naar de vrederechter stappen. (zie fiche n°14)
2
2. Wat is de taak van jouw advocaat? Waarom een advocaat? Je bent in België als niet-begeleide buitenlandse minderjarige (NBBM), maar beschikt daarom niet over de vereiste vergunningen (papieren) om er te mogen verblijven. Jij zal dus stappen moeten ondernemen om papieren te verkrijgen, of om - indien nodig bescherming te krijgen. België wijst je automatisch een voogd toe (zie fiche n°1) die je zal helpen en die je officieel zal vertegenwoordigen, maar je hebt er ook alle belang bij om een advocaat te hebben die je zal bijstaan (want een voogd en een advocaat hebben niet dezelfde functie).
Wat is een advocaat? De advocaat is iemand die de wetten, de rechtbanken en het rechtswezen kent en die jullie(jij en jouw voogd) zo goed mogelijk zal bijstaan met raad om je rechten te doen gelden.
Wie kiest je advocaat? Normaal selecteert je voogd een advocaat voor jou, maar jij mag die eventueel ook zelf kiezen. Als jij nog geen voogd hebt, is het niettemin belangrijk om de hulp van een advocaat te vragen, bijvoorbeeld wanneer er een medisch onderzoek moet gedaan worden om je leeftijd te controleren. Er bestaan advocaten die gespecialiseerd zijn in de verdediging van NBBM en die dit gratis doen. Je kunt de persoonlijke gegevens van deze advocaten op de website www.nbm.be vinden. Deze advocaat is JOUW advocaat die je met raad en daad zal bijstaan, jouw rechten zal verdedigen en ze zal doen gelden.
3
Wat doet je advocaat? Eens je advocaat gekozen is, ga je hem, samen met je voogd, je situatie uitleggen: hoe, wanneer en waarom je naar België gekomen bent. Daarna gaan jullie samen kiezen welke procedure het best bij je situatie past. Als je asiel aanvraagt (zie fiche n°5), zal je verhoord worden door instellingen die België vertegenwoordigen (DVZ, CGVS – zie fiche n°14) om ze te vertellen wat je in je land van herkomst hebt meegemaakt. Je advocaat zal je bijstaan in dit verhoor. Hij kan je voorbereiden op de vragen, je geruststellen gedurende de hoorzitting, zich ervan vergewissen dat alles goed verloopt tijdens de hoorzitting. Hij kan eveneens het gesprek afsluiten en de personen trachten te overtuigen dat je onmogelijk naar je land van herkomst kunt terugkeren, omdat je er zware risico’s loopt. Als België je het statuut van vluchteling of een andere vorm van bescherming (subsidiaire bescherming) weigert, kan je advocaat beroep indienen om aan te tonen dat je niet akkoord gaat. Als je geen asiel aanvraagt, bestaan er verschillende methodes om “papieren” (zie fiche n°6) te krijgen in functie van je ouderdom, je land van herkomst, je verhaal, de documenten waarover je beschikt, enz. Je advocaat zal je helpen en je uitleggen wat je moet doen om papieren aan te vragen. Als België weigert je papieren te verschaffen, kan je advocaat een beroep indienen om aan te tonen dat je niet akkoord gaat. Je advocaat kan je ook bijstaan bij andere problemen. Bijvoorbeeld : - als het OCMW (zie fiche n°9) jou bep aalde hulp weigert; - als je problemen hebt met je voogd (zie fiche n°1) ; - als je problemen hebt met de politie of het rechtswezen, enz.
Goed om te weten Als jij vertrouwelijke zaken wil vertellen aan je advocaat, mag je dat gerust doen. Hij houdt het confidentieel. Hij zal niets zonder je toestemming doorvertellen. Jouw advocaat moet het beroepsgeheim respecteren. Aarzel niet om met je advocaat contact op te nemen als je vragen hebt of als je bepaalde dingen niet begrijpt. Vergeet niet om je advocaat te verwittigen telkens je belangrijke documenten ontvangt. Als je niet tevreden bent over je advocaat:
- zeg hem dan wat er niet gaat; - spreek erover met je voogd of met een ander vertrouwenspersoon;, - vraag om van advocaat te veranderen. 4
3. Waar kan je wonen als je in België aankomt? Zodra jij je aanmeldt bij de Belgische overheid (Politie, Dienst vreemdelingenzaken, Dienst Voogdij, DJB, CBJ,… zie fiche n°14), word je doorverwezen naar een Observatie- en Orientatiecentrum (O.O.C. ) tenzij je bij familie kan verblijven (een oom, een oudere zus,…) of als er een andere oplossing voor jou is voorzien. Het kan ook zijn dat je in een gesloten centrum wordt geplaatst omdat je zonder wettige papieren aan de grens werd tegengehouden en dat de autoriteiten je minderjarigheid in twijfel trekken (zie fiche n°4). Er zijn twee observatie- en oriëntatiecentra vlakbij Brussel: het Franstalige centrum in Neder-Over-Heembeek en het Nederlandstalige centrum in Steenokkerzeel. Normaal gezien blijf je daar maar één maand. Het centrum heeft als opdracht:
· Je de mogelijkheid bieden om even tot rust te komen, om tot je te laten doordringen waar je bent, om je inzicht te geven in je nieuwe omgeving, om na te denken over wat je verder wil doen,… · Je helpen met het bijeenbrengen van je gegevens, noodzakelijk om jouw situatie verder op te volgen · Je beter te leren kennen: het team zal via individuele gesprekken, activiteiten en dagelijkse contacten proberen je beter te leren kennen. · Je te oriënteren: het team - in samenwerking met je voogd (zie fiche n°1), indien hij al is aangesteld - zal zoeken naar een toekomstige verblijfplaats, aangepast aan je situatie. Na enkele weken in een dergelijk centrum, zijn er verschillende mogelijkheden naargelang jouw noden en de beschikbare plaatsen.
Wat gebeurt er dan? Naargelang de beschikbare plaatsen, wordt je naar een centrum voor nietbegeleide buitenlandse minderjarigen georiënteerd {FEDASIL (zie fiche n°14), Rode Kruis, LOI – Lokale Opvanginitiatieven, enz.}. Er zijn ook centra van de gemeenschappen zoals: “ Service d’aide à la jeunesse (SAJ) van de Franse Gemeenschap en het Comité Bijzondere Jeugdzorg (CBJ) van de Vlaamse Gemeenschap, waar je een aangepaste opvang kan krijgen.
5
Als je het slachtoffer bent van mensenhandel, dan is er de mogelijkheid om in een gespecialiseerd centrum opgenomen te worden. Het doel van deze centra is onthaal en opvang aanbieden in een omgeving waar je je veilig kan voelen. Men zal je er ook begeleiden bij de verschillende stappen die moeten genomen worden, zoals de verschillende stappen in de verblijfsprocedure, het zoeken naar een school, sociale hulpverlening,… Je wordt er ook medisch opgevolgd. Je voogd en het team van het opvangcentrum gaan samenwerken. Beiden zijn gebonden aan beroepsgeheim. Zij wisselen enkel informatie uit na overleg met jou. Zij zijn onafhankelijk van de overheden die verblijfsdocumenten toekennen. Heb je problemen met je centrum, spreek erover met je voogd (zie fiche n°1)
Kan je van centrum veranderen? Naargelang je noden en de beschikbare plaatsen, kan je overgeplaatst worden naar een ander centrum. Als strafmaatregel (als jij iets gedaan hebt tegen het reglement van het centrum, kan je naar een ander centrum overgeplaatst worden.
Welke andere mogelijkheden zijn er na het verblijf in het centrum of in plaats van het centrum? Met je voogd en het educatieve team kan jij overwegen om eventueel begeleid zelfstandig te gaan wonen. De voogd en het educatieve team van het centrum zullen je zo goed mogelijk voorbereiden op deze autonomie. De voogd blijft jou volgen tot je 18de verjaardag (zie fiche n°13). Soms kan het ook mogelijk zijn om door een gezin ondersteund te worden, of ondersteund te worden door een externe dienst. Er zijn verschillende mogelijkheden. Een materiële hulpverlening kan worden toegekend door een OCMW (zie fiche n°9), of via een instelling van de Gemeenschappen: het Comité Bijzondere Jeugdzorg (CBJ) van de Vlaamse Gemeenschap en le Service d’Aide à la Jeunesse (SAJ) van de Franse Gemeenschap. Een andere mogelijkheid is om door een gezin opgenomen te worden.
Mag je bij leden van je familie of bij vrienden je intrek nemen? Als je familie of vrienden hebt die in België wonen, kan je samen met je voogd en deze mensen overwegen om bij hen te gaan wonen.
6
4. Je wordt zonder papieren aan de Belgische grens tegengehouden Als je naar België komt - per vliegtuig of per boot - zonder de vereiste verblijfsdocumenten, word jij door de Politie aan de grens tegengehouden. Wat gebeurt er dan met jou? Als jij je aangeeft als „niet-begeleide buitenlandse minderjarige“ (men zegt vaak „NBBM“, dat wil zeggen dat je minder dan 18 jaar bent, niet afkomstig bent uit een land van de Europese Economische Ruimte, niet vergezeld bent van je ouders of een wettelijke vertegenwoordiger, en je geen verblijfsvergunning kan voorleggen bij je aankomst op het grondgebied), zal je binnen de 24 uren in een Observatie- en Orientatiecentrum (O.O.C.) geplaatst worden. Er zijn twee O.O.C.’s, niet ver van Brussel: één te Neder-over-Heembeek en één te Steenokkerzeel. Centrum voor observatie en oriëntatie van Neder-over-Heembeek Militair Hospitaal Koningin Astrid Bruynstraat, 11/20 1120 Neder-over-Heembeek Tel. : 02/264.48.38 Centrum voor observatie en oriëntatie van Steenokkerzeel De Mailletlaan, 2 1820 Steenokkerzeel Tel. : 02/755 23 60 7
Een O.O.C. is een « open » opvangcentrum, dat gespecialiseerd is in de eerste opvang van niet-begeleide minderjarigen. Je gaat daar samenleven met andere niet-begeleide minderjarigen.
Wat gebeurt er indien men twijfelt aan je leeftijd? Als de grenspolitie je leeftijd in twijfel trekt en denkt dat je ouder bent dan 18 jaar, word je in een « gesloten » centrum ondergebracht. Vraag dan om een advocaat te raadplegen (zie fiche n°2) De Dienst Voogdij (zie fiche n°14) zal dan een medische test laten doen die je werkelijke leeftijd zal bepalen. Deze test moet binnen de 3 dagen na je aankomst in België plaatsvinden. Deze termijn van 3 dagen kan uitzonderlijk met 3 dagen verlengd worden. Binnen deze termijn van 3 dagen na je aankomst kan er, in geval van nood, een voorlopige voogd (zie fiche n°1) aangesteld worden om je te begeleiden en te beschermen.
- Als de medische test zegt dat je minder dan achttien bent, dan word je binnen de 24 uren in een O.O.C. geplaatst. - Als de medische test zegt dat je ouder bent dan achttien, dan moet je in het gesloten centrum blijven tot de Dienst Vreemdelingenzaken (zie fiche n°14) het besluit neemt of je al dan niet toegang krijgt tot het grondgebied. Je kunt je voorlopige voogd of advocaat (zie fiche n°2) vragen om de beslissing die zegt dat je meer dan 18 bent, aan te vechten.
Je komt in een O.O.C. aan en dan? Zelfs wanneer je het gesloten centrum verlaat en men je overplaatst naar een O.O.C., kom je daarom nog niet in aanmerking om toegang te krijgen tot het grondgebied. Jij krijgt geen verblijfsdocument. Als je een asielaanvraag (zie fiche n°5) aan de grens hebt ingediend, ontvang je het document „bijlage 25“ en een bewijs van asielaanvraag. Als je geen aanvraag hebt ingediend, ontvang je het document „bijlage 11“, de uitwijzingsbeslissing. Opgelet! De Dienst Vreemdelingenzaken kan het besluit van uitwijzing pas nemen en laten uitvoeren nadat je voogd is aangesteld en nadat jullie de gelegenheid kregen om samen te overwegen welke de beste oplossing zou zijn voor jou. (in België blijven of terugkeren naar je land van herkomst). De Dienst Vreemdelingenzaken moet je situatie binnen de 15 dagen na
8
je opname in het O.O.C. grondig hebben onderzocht. Deze termijn kan in geval van uitzonderlijke omstandigheden met 5 dagen verlengd worden. De Dienst vreemdelingenzaken moet hiervoor gegronde redenen hebben. De Dienst vreemdelingenzaken neemt het besluit - om je de toegang tot het grondgebied te geven. In dit geval moet je een verblijfsvergunning aanvragen - zie fiche n°6 – in het geval je nog geen asielaanvraag hebt ingediend; - ofwel, om je uit te wijzen naar je land van herkomst. Indien de Dienst vreemdelingenzaken verzuimt een beslissing te nemen binnen de 15 à 20 dagen, wordt jou de toegang tot het grondgebied daadwerkelijk toegestaan. Als jij niet akkoord gaat met de beslissing van de Dienst Vreemdelingenzaken, neem dan onmiddellijk contact op met je advocaat en je voogd om een beroep te overwegen.
Het leven in een O.O.C. In het O.O.C. zal je een maatschappelijk assistent krijgen die je met raad en daad zal bijstaan. Hij maakt een verslag op over jouw situatie, geeft je het huishoudelijk reglement en legt het uit. In dit reglement staat vermeldt hoe je bezoek kan krijgen, hoe je kan telefoneren, hoe je een arts kan raadplegen, de dienstregeling en andere regels die in het centrum dienen nageleefd te worden, zoals de uurregelingen, de activiteiten, enz. Tijdens je eerste 7 dagen in het centrum, is je omgang met de buitenwereld beperkt. Deze periode kan verlengd worden. Maar jij mag op elk moment contact opnemen met je voogd (zie fiche n°1) of je advocaat (zie fiche n°2). Jij mag ook de beslissing nemen om het centrum te verlaten en om ergens anders te gaan wonen als jij dat verkiest.
9
5. Asielprocedure in België I. Wat is een asielaanvraag? Wanneer jij redenen hebt om te vrezen vervolgd te worden bij je terugkeer naar je land van herkomst, kan je de bescherming van België inroepen: daarvoor moet je een asielaanvraag indienen. Het is belangrijk om zo snel mogelijk het eventueel indienen van een asielaanvraag te bespreken met je voogd (zie fiche n°1) en/of je advocaat (zie fiche n°2) en om ze de redenen van je vrees zo volledig mogelijk uit te leggen. Samen gaan jullie beoordelen of er een asielaanvraag moet ingediend worden. Opgelet! De hierna beschreven procedure is nieuw sinds 1 juni 2007. - De vluchtelingenstatus kan je worden toegekend, onder meer, · als je uit je land bent gevlucht om aan vervolgingen te ontsnappen of als jij vreest voor vervolging in geval van terugkeer naar je land van herkomst · als deze vervolging te wijten is - aan politieke activiteiten (van jou, je ouders of van andere familieleden) - aan je nationaliteit (het gaat hier zowel om je officiële nationaliteit, als je volksstam of je herkomst) - aan het feit dat je deel uitmaakt van een specifieke sociale groep, (bijvoorbeeld, als je vervolgd of mishandeld wordt omdat je een meisje bent: gedwongen huwelijk, besnijdenis, enz., of als je vervolgd of mishandeld wordt omdat je een kind bent: kinderarbeid, kindsoldaat, enz) - aan je geloofsovertuiging of je weigering om je aan te passen aan bepaalde beginselen van de godsdienst van je land. - De subsidiaire beschermingsstatus kan je worden toegekend, onder meer, - als jij redenen hebt om te denken dat je slachtoffer zou kunnen zijn van algemeen oorlogsgeweld omdat je land van herkomst in staat van oorlog is.
II. Het indienen van de asielaanvraag: de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) De asielaanvraag moet zo snel mogelijk na je aankomst in België ingediend worden. Daarom moet jij je samen met je voogd aanmelden bij de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) (zie fiche n°14) 10
De Dienst Vreemdelingenzaken zal je aanvraag registreren en zal je hoofdzakelijk vragen stellen over je traject naar België. Jij mag verzoeken om in de taal van je keuze verhoord te worden; er zal dan een tolk aanwezig zijn. - Hebt je een asiel aangevraagd in een ander Europees land of heb jij familie in een ander Europees land, dan zal de Dienst Vreemdelingenzaken eerst onderzoeken of het voor jou niet beter is om je asielaanvraag door dit andere Europese land te laten onderzoeken. Als dat zo is, zal jij een beslissing krijgen die aan je voogd nadrukkelijk opdraagt om je naar dat andere land door te sturen. Dit document heet „de bijlage 26quater“. Ga jij met deze beslissing niet akkoord, dan krijg je de gelegenheid om samen met je voogd en je advocaat te overwegen om een beroep in te dienen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwisting (zie fiche n°14). - Als het je eerste asielaanvraag in België en in de Europese Unie is, dan zal de Dienst Vreemdelingenzaken je aanvraag in overweging nemen en zal je een document geven als bewijs van deze aanvraag. Dit document heet «bijlage 26». Als je jouw asielaanvraag ingediend hebt bij de grensautoriteiten dan wordt je de «bijlage 25» afgeleverd. De Dienst Vreemdelingenzaken zal je ook vragen om, met de hulp van je voogd, het aanwezige personeel en de tolk, een vragenlijst in te vullen over je verleden en de voornaamste redenen van je vrees. Je mag de vragenlijst eventueel thuis invullen en deze binnen de 5 dagen overhandigen aan het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CVGS). ( Zie fiche n°14).
III. Het onderzoek van de asielaanvraag: het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatslozen (CGVS) Daarna wordt je volledig dossier aan het CGVS overhandigd. Tijdens de duur van het onderzoek van je asielaanvraag wordt je een attest van immatriculatie (oranje kaart) afgeleverd door het gemeentebestuur. Na enkele weken zal het CGVS contact opnemen met je voogd om een afspraak te plannen voor een verhoor, om de redenen te onderzoeken waarom jij je land ontvluchtte of waarom jij vreest terug te keren. Bij je verhoor, zijn je voogd (zie fiche n°1) en je advocaat (zie fiche n°2) altijd aanwezig, en ook een tolk als jij dat wenst. Het is belangrijk om het verhoor samen met je voogd en je advocaat goed voor te bereiden en er zo volledig mogelijk de waarheid te vertellen. Bij je verhoor moet je alle documenten die je relaas kunnen staven, voorleggen (identiteitsdocumenten, attesten, officiële documenten meegebracht uit je land van herkomst, enz). Na je verhoor, neemt het CGVS een beslissing die je bescherming in België verleent of weigert. 11
IV. De beslissingen Het CGVS kan verschillende beslissingen nemen: - Het CGVS is van mening dat jij redenen hebt om bang te zijn voor vervolgingen als je naar je thuisland terugkeert, wegens je nationaliteit, je godsdienst, je politieke activiteiten, je oorsprong of je deel uitmaken van een zekere groep, dan zal het de beslissing nemen om jou het vluchtelingenstatuut toe te kennen. In dit geval krijg je een verblijfskaart van onbepaalde duur in België, namelijk een BIVR (bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister). - Het CGVS neemt aan dat jij reële risico’s zou lopen op ernstige bedreigingen in je land wegens een gewapend conflict, dan zal het je een subsidiaire bescherming toekennen en je het vluchtelingenstatuut weigeren. In dit geval krijg je een verblijfskaart in België, geldig voor één jaar, namelijk een BIVR met beperkte duur. Ieder jaar zal het CGVS onderzoeken of de risico’s er nog zijn en zo ja, je verblijfskaart verlengen. Na 5 jaar krijg je een BIVR van onbeperkte duur. - Het CGVS is van mening dat er geen risico of vrees voor vervolging voor jou bestaat in geval van terugkeer naar je land van herkomst, in dit geval kan het weigeren om je het vluchtelingenstatuut en de subsidiaire bescherming toe te kennen.
V. Het beroep Jij kunt tegen de beslissingen van het CGVS een beroep indienen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RVV – zie fiche n°14). Dit beroep moet door je advocaat (zie fiche n°2) binnen de 15 dagen, na overleg met jou en je voogd (zie fiche n°1), ingediend worden. Het is altijd mogelijk de beslissing om je het vluchtelingenstatuut te weigeren, aan te vechten zelfs wanneer je de subsidiaire bescherming hebt verkregen. De RVV zal jouw dossier opnieuw onderzoeken en je terug verhoren. Je advocaat en voogd zijn altijd aanwezig op dit verhoor. De RVV kan de beslissing van het CGVS hervormen (en je dus het vluchtelingenstatuut toekennen) of de beslissing van het CGVS bevestigen en je dus het vluchtelingenstatuut weigeren, terwijl het je de subsidiaire bescherming toekent of weigert. Als de RVV vindt dat een bijkomend onderzoek van jouw dossier nodig is, zal hij het dossier voor een nieuw onderzoek terugsturen naar het CGVS. De beslissingen van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen zijn alleen vatbaar voor beroep bij de Raad van State (zie fiche n°14). De mogelijkheid voor beroep moet je samen met je voogd en je advocaat overwegen.
12
6. Je bent geen asielzoeker, hoe krijg je dan de toelating om in België te verblijven? Als je geen asiel (zie fiche n°5) hebt aangevraagd of je kreeg een negatief antwoord op jouw asielaanvraag, dan zijn er andere procedures om een verblijfsdocument in België te verkrijgen.
I. Omzendbrief betreffende het verblijf van niet-begeleide buitenlandse minderjarigen van 15 september 2005 Je mag een verblijfsdocument aanvragen op basis van deze omzendbrief: 1) Als je geen asielaanvraag hebt ingediend, als je aanvraag negatief werd afgesloten of als je besloten hebt afstand te nemen aan je asielaanvraag; 2) Als er geen andere procedure hangende is (adoptie- of voogdijprocedures, procedure wegens mensenhandel, aanvraag op basis van art. 9, alinea 3 (oude wet), 9bis of 9ter van de wet van 15 december 1980). Deze aanvraag moet schriftelijk door de voogd (zie fiche n°1) bij het « Bureau niet-begeleide buitenlandse Minderjarigen » van de Dienst Vreemdelingenzaken (zie fiche n°14) ingediend worden. Adres: DVZ, Bureau NBBM, Antwerpsesteenweg 59B - 1000 Brussel, 02/205.55.22 (Frans); 02/205.55.65 (Nederlands). Deze aanvraag is het meest aangepast aan je hoedanigheid van „NBBM“.
13
Welke verblijfsdocumenten kan jij op basis van deze tekst verkrijgen? Als het Bureau « NBBM» van oordeel is dat het voor jou voorlopig niet mogelijk is om naar je land van herkomst terug te keren, dan krijg je eerst een aankomstverklaring die geldig is voor 3 maanden. Dit document is verlengbaar. Daarna wordt je – onder bepaalde voorwaarden - een BIVR (Bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, dit is een witte of magnetische kaart) afgeleverd, die geldig is voor één jaar. Dit document kan drie keer verlengd worden. Deze voorwaarden zijn: - dat het « Bureau NBBM » van oordeel is dat een terugkeer nog altijd niet mogelijk is. Hiervoor zal je voogd een bewijs moeten indienen over de onmogelijkheid voor jou om in je land van herkomst te leven, over je integratie in België, je regelmatig schoolbezoek (zie fiche n°7 of 8), je kennis van het Frans of het Nederlands, enz. - dat een nationaal paspoort kan worden voorgelegd, behalve als je voogd duidelijk kan aantonen waarom er geen paspoort kan worden voorgelegd. Na drie jaar verblijf, kan je een BIVR van onbepaalde duur op het grondgebied krijgen. Je mag dan dus definitief in België blijven. Indien het « Bureau NBBM » oordeelt dat je naar je land van herkomst kan terugkeren, ontvangt je voogd een bevel tot terugbrenging (bijlage 38).
II. Artikel 9bis van de Wet van 15 december 1980, betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Als je niet voldoet aan de voorwaarden om een verblijfskaart aan te vragen op basis van de omzendbrief van 15 september 2005 (zie hierboven), dan mag je ze aanvragen op basis van art.9bis van de wet van 15 december 1980. Jij moet dan bewijzen, dat je wegens « uitzonderlijke omstandigheden » niet kan terugkeren naar je land van herkomst en dat jij redenen hebt om in België te verblijven. Deze twee elementen moeten in je aanvraag voor een verblijfskaart duidelijk vermeld staan. Je zal ook een bewijs van
14
je identiteit moeten voorleggen. Je moet je aanvraag schriftelijk richten tot de burgemeester van de gemeente waar je verblijft. In deze brief vermeld je duidelijk de motieven van je aanvraag. De brief verstuur je per aangetekende post . De wijkagent komt dan vaststellen of je wel degelijk op het vermelde adres woont. Je aanvraag wordt door de Dienst Vreemdelingenzaken (zie fiche n°14) onderzocht. Dit is een lange procedure die enkele jaren kan aanslepen. Gedurende deze procedure krijg je geen verblijfskaart. Het resultaat van het lange onderzoek is tweevoudig. Je aanvraag wordt ofwel goedgekeurd (geregulariseerd) en je krijgt dan een verblijfsdocument, ofwel afgewezen. Je advocaat (zie fiche n°2) kan dan beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. (zie fiche n°14)
III. Artikel 9ter van de Wet van 15 december 1980, betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Deze procedure verloopt zoals de vorige behalve dat jij je verzoek rechtstreeks tot de Dienst Vreemdelingenzaken moet richten per aangetekend schrijven. Jij mag dit verzoek invoeren als je ernstig ziek bent. Men zal dan moeten bewijzen dat je ziekte in je land van herkomst niet goed kan behandeld worden.
IV. Andere mogelijkheden om een verblijfskaart te verkrijgen - Als je denkt slachtoffer te zijn van mensenhandel; - Als een lid van je naaste familie ook in België verblijft (gezinshereniging), enz. Bespreek dit met je voogd (zie fiche n°1) en/of je advocaat (zie fiche n°2), zij kennen de procedures. .
15
7. Je schoolplicht in de Franse Gemeenschap Mag je hier naar school gaan? Ja, zeker. Je recht op onderwijs wordt uitdrukkelijk erkend in België. Het schoolhoofd mag je inschrijving niet weigeren ook al heb je geen officiële verblijfsdocumenten. Onderricht is trouwens verplicht tot 18 jaar. De inschrijving in het basis of secundair onderwijs is gratis maar naar school gaan brengt wel kosten met zich mee.
In welke school mag jij je laten inschrijven? In om het even welke school. Maar je moet aan bepaalde voorwaarden voldoen, wil je dat je studies erkend worden en dat jij je diploma krijgt aan het einde van je schoolloopbaan Als jij je voor het basisonderwijs (6 tot 12 jaar) inschrijft, is het voornamelijk je leeftijd die zal bepalen voor welk leerjaar je je kan inschrijven. Als je je inschrijft voor het secundair onderwijs, moet jij de gelijkwaardigheid krijgen van de leerjaren die je al gedaan hebt in je thuisland om te weten voor welk leerjaar je je mag inschrijven in de school hier in België. Deze gelijkwaardigheid is te verkrijgen bij de dienst gelijkwaardigheid van het secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap. Postadres: A. Lavallée straat, 1 te 1080 Brussel. Aanloopadres: Courtois straat, 4, te 1080 Brussel. Voor een afspraak bel je op 02/690.86.86. Website: http://www.equivalences.cfwb.be/accueil.asp).
Je kunt geen gelijkwaardigheid krijgen of je liep geen school in je thuisland, wat dan? Je kan hier naar het onderwijs voor „nieuwkomers“. Dit onderwijs is speciaal voor minderjarige buitenlanders. Je moet wel aan volgende voorwaarden voldoen: tussen 2 en 1/2 en 18 jaar zijn; minder dan één jaar in België verblijven; een aanvraag hebben ingediend om het vluchtelingen- of staatslozenstatuut te verkrijgen of afkomstig zijn uit een erkend ontwikkelingsland. Je mag je dan inschrijven voor een « onthaalklas » (“classe-passerelle”) waar je Frans kan leren, waar je kennis van het Frans wordt bijgeschaafd of waar je een alfabetiseringscursus kan volgen. 16
Na de « onthaalklas », indien je kandidaat-vluchteling of erkende vluchteling bent, mag jij bij de raad voor integratie (“Conseil d’Intégration”) van de school „een toelatingsbewijs“ (“attestation d’admissibilité”) voor het secundair onderwijs aanvragen. Dit document zegt in welke studiejaar jij je mag inschrijven.
Je hebt geen toegang tot de « onthaalklas » of je kunt geen « toelatingsbewijs » krijgen, wat dan ? Als je ouder bent dan 12, kan je je in het secundair onderwijs inschrijven bij de ‘eerste opvang’ (“1ère Accueil”). Als je ouder bent dan 16, dan kan je je in het 3e jaar beroepsonderwijs inschrijven. Maar, alvorens een keuze te maken uit het beroepsonderwijs, het algemeen of technisch onderwijs of het deeltijds onderwijs (twee dagen cursus, drie dagen praktijk bij een werkgever), informeer je best naar de eventuele invloed van deze keuze op het verdere verloop van je schoolloopbaan. Stel deze vraag aan je voogd (zie fiche n°1) of een vertrouwenspersoon. Je hebt ook de mogelijkheid om een examen af te leggen voor de Jury van de Franse Gemeenschap. Dit systeem laat je toe om een attest te krijgen dat bewijst dat je met succes je examen van de eerste graad (1ste en 2e leergangen van het secundair onderwijs) hebt afgelegd, of een CES2D (certificaat van het secundair onderwijs van de tweede graad, einddiploma van het 4de secundaire) of een CESS (certificaat van het hoger secundair onderwijs, einddiploma van het secundaire). Jij kunt ook het einddiploma van het lager onderwijs (CEB, certificaat van het basisonderwijs) via de kantonale inspectie behalen. Wend je hiervoor tot een basisschool in je regio. Opgelet! In al deze gevallen wordt je niet geholpen bij de voorbereiding van de examens. Voor meer inlichtingen, raadpleeg de website: http://www.jurys.cfwb.be/ accueil.asp. Opgelet! Indien je niet aan alle voorwaarden voldoet om toegang te krijgen tot een leerjaar, zal je leerjaar niet geldig zijn en zal je geen diploma kunnen halen. Je loopt hetzelfde risico bij te veel ongewettigde afwezigheden tijdens het schooljaar.
Het schoolhoofd weigert je in te schrijven, wat dan? Als een schoolhoofd jou weigert in te schrijven, is hij verplicht om je het document « bewijs van inschrijvingsaanvraag » (“attestation de demande d’inscription”) af te leveren waarin hij zijn weigering motiveert (dit is vaak bij gebrek aan plaats in de school). Dit bewijsje vermeldt ook de instanties die je verder kunnen helpen. Je kan deze instanties vragen om voor jou een school te zoeken. Bovendien, als jij je na 30 september inschrijft, moet jij een afwijkingsaanvraag voor late inschrijving sturen naar de minister van onderwijs en vorming van de Franse Gemeenschap. Anders is je leerjaar niet geldig.
17
8. Je schoolplicht in de Vlaamse Gemeenschap Mag je hier naar school gaan? Ja, zeker. Je recht op onderricht wordt uitdrukkelijk erkend in België. Het schoolhoofd mag je inschrijving niet weigeren ook al heb je geen officiële verblijfsdocumenten. Onderricht is trouwens verplicht tot 18 jaar. De inschrijving in hat basis of secundair onderwijs is gratis maar naar school gaan brengt wel kosten met zich mee.
In welke school en voor welk leerjaar mag jij je inschrijven? In om het even welke school. Maar je moet aan bepaalde voorwaarden voldoen wil je dat je studies erkend worden en dat je je diploma krijgt aan het einde van je schoolloopbaan Je moet de gelijkwaardigheid krijgen van de leerjaren die je al gedaan hebt in je thuisland om te weten voor welk leerjaar jij je mag inschrijven in de school hier in België. Over het algemeen is het de school die je hiermee zal helpen. Het is dus zeer belangrijk om zo snel mogelijk je diploma’s te overhandigen aan de verantwoordelijke van de school in België. Je kunt eveneens een verklaring op eer ondertekenen dat jij onderwijs hebt genoten in je thuisland. 18
Jij kent geen Nederlands of jij hebt praktisch geen school gelopen in je thuisland, wat dan? Jij krijgt dan toegang tot het « onthaalonderwijs ». Dit onderwijs is speciaal aangepast aan de anderstalige jongeren. Hiervoor moet je wel aan bepaalde voorwaarden voldoen: · Voor het basisonderwijs moet je 5 jaar of ouder zijn (of ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar 5 jaar worden) en het Nederlands is niet de taal die je thuis spreekt of je moedertaal; · Voor het secundair onderwijs: op 31 december volgend op de aanvang van het schooljaar moet je minstens 12 jaar zijn maar nog geen 18 jaar geworden zijn. Je beheerst nog onvoldoende de onderwijstaal om goed de lessen te kunnen volgen en je bent maximaal 9 maanden ingeschreven in een school met het Nederlands als onderwijstaal (Je mag een afwijkingsaanvraag sturen naar het Agentschap voor Onderwijsdiensten, indien je aan bepaalde voorwaarden niet voldoet) Het onthaalonderwijs zal je toelaten Nederlands te leren om daarna opgenomen te worden in het leerjaar dat geschikt is voor je niveau.
Je krijgt de gelijkwaardigheid niet of je hebt geen school gelopen in je thuisland, wat dan? Je mag dan examens afleggen voor een examencommissie. Deze zal dan oordelen voor welk leerjaar jij je mag inschrijven. Als je 12 jaar werd ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar, dan mag je overgaan naar het eerste leerjaar beroepsonderwijs. Hetzelfde geldt wanneer je 14 jaar werd, dan mag je overgaan naar het 2 de leerjaar beroepsonderwijs, en wanneer je 16 jaar werd, ga je naar het 3de jaar beroepsonderwijs, zonder hiervoor gelijkwaardigheid te hebben moeten krijgen.
Het schoolhoofd weigert je inschrijving, wat dan? Als de school je inschrijving door gebrek aan plaats niet kan aanvaarden, moet hij dit meedelen aan de voorzitter van het plaatselijke overlegplatform (het LOP). Dit platform zal je dan helpen een andere school te vinden. Nuttige website: www.ond.vlaanderen.be 19
9. Wat is de taak van een OCMW? Wat betekent « OCMW »? OCMW staat voor « openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn ». In elke gemeente of stad van België vind je een OCMW. Iedere burger heeft recht op de bijstand van een OCMW. Deze varieert naargelang je situatie en je noden.
Bij welk OCMW kan je terecht? In principe stap je naar het OCMW van je woonplaats. Er zijn echter uitzonderingen. In sommige gevallen krijg je een OCMW tegewezen (de zogenaamde « code 207 »). Als jij je richt tot een OCMW dat niet bevoegd is voor het behandelen van je dossier, moet dit OCMW je, binnen de 5 dagen, doorsturen naar het bevoegde OCMW. Als je bent ondergebracht in een « opvangcentrum » (zie fiche n° 3), dan is het dit opvangcentrum dat je de nodige materiële bijstand zal verlenen (woning, voeding, kledij).
Hoe een aanvraag indienen? Jij kunt een aanvraag indienen door langs te gaan of je kan een schriftelijke aanvraag doen. In geval van een schriftelijke aanvraag, laat je dan helpen door je voogd, (zie fiche n°1) en/of je advocaat (zie fiche n°2). Het zal noodzakelijk zijn dat jij de maatschappelijke assistent(e) van het OCMW ontmoet. Je zult hem/haar moeten uitleggen welke hulp je wenst en wat je huidige situatie is. Je voogd kan je hierbij best helpen. De maatschappelijke assistent(e) moet je een document geven („een bewijs van ontvangst“) waarop de datum en je aanvraag duidelijk vermeld staan. Houd dit document goed bij.
20
Wat is de taak van de maatschappelijke assitent(e)? Het is de maatschappelijke assistent(e) die je aanvraag in ontvangst neemt en die voorstellen doet opdat jij de beste hulp krijgt. Het is niet de maatschappelijke assistent(e) die de beslissing neemt maar de raad voor maatschappelijk welzijn. Deze raad beschikt over dertig dagen om een beslissing te nemen.
Wat kan het OCMW voor jou doen? De bijstand van een OCMW is veelomvattend en betreft ondermeer de medische, juridische, financiële en onderdakbijstand. Het OCMW kan bijvoorbeeld, : - je een maandelijks bedrag toekennen; - bepaalde rekeningen betalen; - je eerste huur betalen wanneer jij je installeert; - de waarborg van je studio voorschieten; - je medische kosten betalen; - je schoolkosten betalen; - je geld geven om je te installeren (“installatiepremie”); - je alle nuttige informatie over je situatie geven.
Moet je die bijstand terugbetalen? Neen, tenzij je bedrog hebt gepleegd of je recht hebt op andere bestaansmiddelen die je later worden uitbetaald. Als het OCMW je de bijstand wil laten terugbetalen, moet het OCMW bewijzen dat jij over genoeg bestaansmiddelen beschikt om terug te betalen (bijvoorbeeld, in het geval van de huurwaarborg).
Je gaat niet akkoord met de beslissing, wat dan? De beslissing wordt je per aangetekend schrijven te kennen gegeven. Wanneer je niet akkoord gaat met deze beslissing, kan je een beroep indienen bij een rechtbank. Je beschikt hiervoor over drie maanden. Het is belangrijk dat jij je laat bijstaan door een advocaat (zie fiche n°2) of een sociale dienst. In beroep gaan is gratis. Het is de rechtbank die dan beslist of je al dan niet recht hebt op bijstand.
21
10. Je bent ziek. Wie betaalt de dokter en de medicatie? Wanneer je naar de dokter gaat, moet je dit bezoek betalen. Meestal wordt dit betaald door het opvangcentrum (zie fiche n°3) waar je woont. In andere gevallen, mits aan bepaalde voorwaarden te voldoen, zal jij je kunnen aansluiten bij een ziekenfonds. Het ziekenfonds is een instantie die je een deel van de kosten terugbetaalt die je aan de dokter hebt betaald en die, in bepaalde gevallen, het mogelijk maakt om je bijvoorbeeld de geneesmiddelen goedkoper aan te schaffen. Om recht te hebben op uitkeringen van het ziekenfonds, moet jij - behalve voldoen aan de voorwaarden -, je erbij aansluiten. Er wordt je een kleine bijdrage gevraagd. Je ontvangt de zogenaamde “SIS-kaart” (SIS staat voor Sociaal Informatie Systeem). Deze kaart bevat gegevens over de sociale zekerheid, die bruikbaar zijn voor diverse instanties waaronder de ziekenfondsen. Je ontvangt ook “klevers”, een papiertje van een bepaalde kleur dat je moet meenemen, bijvoorbeeld voor een bloedonderzoek. Laat ons even de verschillende terugbetalingmogelijkheden van de ziektekosten onderzoeken volgens je verblijfdocumenten en je verblijfsplaats:
I. Je bent asielzoeker en je verblijft in een opvangcentrum Dan geeft dit centrum je medische verzorging. De kosten worden door het centrum betaald.
II. Je bent asielzoeker en je woont alleen Dan zal jij je, vanaf 1 januari 2008, als „titularis“ kunnen aansluiten bij het ziekenfonds wanneer je minstens sinds drie maanden school loopt in een erkende Belgische onderwijsinstelling en ouder bent dan 6 jaar. Wanneer je nog geen 6 jaar oud bent, moet jij je aansluiten bij « Kind en Gezin » of bij de « Office de la Naissance et de l’Enfance (ONE) ». 22
Als je niet voldoet aan deze voorwaarden, dan worden de medische kosten gedragen door het opvangcentrum dat je toegewezen is door de « Code 207 », zelfs wanneer je daar niet verblijft. Jij moet dan contact opnemen met de cel „Centralisatie medische kosten“ van FEDASIL (zie fiche n°14). FEDASIL – Centralisatie medische kosten Kartuizersstraat, 21 - 1000 Brussel Tel: 02/213.43.25 (FR.) - 02/213.43.00 (NL.) - Fax: 02/213.44.12 E-mail:
[email protected] Als je een ‘code 207’ kreeg, dan zal het OCMW (zie fiche n°9) het nodige doen voor je aansluiting bij een ziekenfonds van je keuze en zal het jouw bijdragen aan dit ziekenfonds betalen indien je onbemiddeld bent.
III. Je bent asielzoeker en je verblijft bij een familie Als het familielid waar je bij inwoont, aangesloten is bij een ziekenfonds en je bent ten laste van deze persoon, dan kan jij je laten inschrijven als « persoon ten laste van een titularis ». De persoon bij wie je inwoont, moet dan het bewijs leveren dat hij wel degelijk in je levensonderhoud voorziet en jij moet het bewijs leveren dat je “hoofdverblijfplaats“ wel degelijk in België is. Als jij of de persoon bij wie je inwoont, niet aan deze voorwaarden voldoet, dan zal het opvangcentrum dat je werd toegewezen via de Code 207, de medische kosten ten laste nemen via de „Centralisatiecel van de medische kosten“ van FEDASIL. Kreeg je een code 207-OCMW, dan zal het OCMW (zie fiche n°9) het nodige doen voor je aansluiting bij een ziekteverzekering die jij gekozen hebt en zal het jouw bijdragen aan die verzekering betalen indien je onbemiddeld bent.
IV. Je kreeg de vluchtelingenstatus Je bent in het bezit van een bewijs van vluchteling en van een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister (BIVR). Met deze documenten mag jij je: - Ofwel laten aansluiten bij een ziekenfonds als « persoon ten laste » indien je inwoont bij een persoon die aangesloten is bij een ziekenfonds en je ten laste bent van deze persoon; - Ofwel laten aansluiten bij een ziekenfonds als « titularis ». Het OCMW zal je bijdragen betalen als je niet over genoeg middelen beschikt om je bijdragen zelf te betalen.
23
V. Je hebt geen asielverzoek ingediend of je kreeg een negatief antwoord op je asielaanvraag, wat dan? Aals je in het bezit bent van een aankomstverklaring, van een tijdelijke BIVR (bewijs van inschrijving in het Vreemdelingenregister), van een uitwijzingsbevel of je hebt helemaal geen verblijfsdocumenten, dan mag jij je: - Ofwel laten aansluiten bij een ziekenfonds als « persoon ten laste » indien je inwoont bij een persoon die aangesloten is bij een ziekenfonds en je ten laste bent van deze persoon. Deze persoon moet dan het bewijs leveren dat hij wel degelijk in je levensonderhoud voorziet en jij moet het bewijs leveren dat je “hoofdverblijfplaats“ wel degelijk in België is. - Ofwel, vanaf 1 januari 2008, aansluiten bij een ziekenfonds als “titularis”, indien je alleen woont of in een centrum verblijft, en je minstens drie opeenvolgende maanden school loopt in een erkende Belgische onderwijsinstelling wanneer je ouder bent dan 6 jaar. Indien je jonger bent dan 6 jaar, moet men je aansluiten bij « Kind en Gezin » of bij de « Office de la Naissance et de l’Enfance (ONE)». Het OCMW zal je bijdragen betalen indien je onbemiddeld bent.
VI. Niemand kan je ziektekosten betalen, wat dan? Je beantwoordt aan geen enkele gestelde voorwaarde die je toelaat je aan te sluiten bij een ziekenfonds, dan mag je een privé verzekering met beperkte duur aangaan, maar dit is niet goedkoop. Als je niet over voldoende middelen beschikt, mag je altijd beroep doen op de bijstand van het OCMW van de gemeente waar je woont (zie fiche n°9) en een aanvraag indienen voor dringende medische bijstand.
VII. Enkele nuttige adressen Er zijn gespecialiseerde diensten die gratis of aan verlaagd tarief werken. AZG – Programma « Toegang tot medische verzorging » - Brussel Artoisstraat, 46 - 1000 Brussel Tel. : 02/513.25.79 Antwerpen Jacob Van Maerlantstraat, 56 - 2060 Antwerpen Tel. : 03/231.36.41 - Fax : 03/777.22.60 24
AZG – Elisa-project (voor een gratis en anonieme aids-test) -Brussel Sint-Pietersziekenhuis / Helpcenter-Elisa Hoogstraat, 290 - 1000 Brussel Tel. : 02/535.30.03 Antwerpen Helpcenter-Elisa Van Schoonbekestraat, 136 - 2018 Antwerpen Tél. : 03/216.02.88 Tandartsen zonder grenzen Balspelplein, 74 - 1000 Brussel Tel. : 02/512.43.13 Vzw Aquarelle (verbonden aan het Sint-Pietersziekenhuis): gratis medische en perinatale verzorging voor zwangere of reeds bevallen vrouwen Hoogstraat, 322 - 1000 Brussel Tél. : 02/535.31.11 - GSM : 0476/46.49.69 Exil, Centrum psychische gezondheid Brugmannlaan, 43 - 1060 Brussel Tel: 02/534.53.30 - Fax: 02/534.90.16 E-mail :
[email protected] Solentra: psychosociale begeleiding Laarbeeklaan, 101 - 1090 Brussel Telefoonpermanentie: Dinsdag (voormiddag): 02/477.57.15 Donderdag (voormiddag): 02/477.57.08 GSM: 0473/65.65.68 - Fax: 02/477.57.20 La Clinique de l’Exil: psychologische begeleiding Rue du Château des Balances, 3, Bte 24 - 5000 Namur Tel. : 081/73.67.22 – GSM van verantwoordelijke persoon: Paul Jacques - 0497/91.85.92 Fax: 081/87.71.23 E-mail:
[email protected] Ulysse: psychosociale begeleiding Ermitagestraat, 52 – 1050 Brussel Tel: 02/533.06.70- Fax: 02/533.06.74 E-Mail:
[email protected]
25
11. Hoe kan je terug contact opnemen met je familie? Je wenst nieuws te krijgen van je familie, terug contact op te nemen met hen. Dat is niet altijd gemakkelijk maar personen of diensten kunnen je hiermee helpen, zoals het Rode Kruis, de Internationale Maatschappelijke Dienst, UNICEF, enz. Deze instanties kunnen eveneens een vereniging in je thuisland trachten te vinden die je kan helpen. Het Rode Kruis heeft een opsporingsdienst, Tracing genaamd, die zich speciaal bezig houdt met het opsporen van familieleden. Opgelet! Men moet altijd erg voorzichtig zijn bij het zoeken naar familieleden.
Hoe kan de dienst Tracing je helpen? Rode Kruisberichten: Het berichtenverkeer van het Rode Kruis is een eenvoudige manier om nieuws door te seinen wanneer post en telefoon niet meer werken. Men stelt je voor om een formulier in te vullen met je adres, dat van je familie en je persoonlijk bericht. Je mag er ook een foto aan toevoegen. Je schrijft in de taal van je keuze. « Tracing » zal dan je bericht naar de collega’s van het Rode Kruis in je land van herkomst sturen. Deze trachten om je bericht aan jouw familie te overhandigen. Je familie zal je op dezelfde wijze kunnen antwoorden. Het opsporen: Als je berichtje niet aankomt of je kent het juiste adres niet van de gezochte personen, dan kan het Rode Kruis een onderzoek opstarten. Je gaat dan naar het Rode Kruis en vult daar een formulier van aanvraag voor onderzoek in. De dienst “Tracing” zal dit 26
formulier naar zijn collega’s ter plaatse sturen voor verder onderzoek. Met sommige landen wisselt het Rode Kruis informatie uit via een website: www.familylinks.icrc.org. Vergeet niet dat iedereen deze website kan raadplegen. Goed om te weten: Het Rode Kruis wisselt nooit informatie uit met de Dienst Vreemdelingenzaken, het Commissariaat-generaal voor Vreemdelingen en Staatslozen, de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, enz. (zie fiche n°14). De dienst is gratis.
Nuttige gegevens: Dienst “Tracing” Het Belgische Rode-Kruis Franstalige Gemeenschaap Stallestraat 96 1180 Brussel Tel. : 02 /371 31 58 E-mail:
[email protected] www.croix-rouge.be/Page.aspx?PageID=51 UNICEF België Lenniksesteenweg, 451, Bus 4 1070 Brussel Tel: 02/230.59.70 - Fax: 02/230.34.62 E-mail:
[email protected] www.unicef.be Siréas (Internationale dienst voor opsporing, opvoeding en sociale actie) Sasb asbl -SSI (Internationale Maatschappelijke Dienst) SASB ASBL (service d’actions sociales bruxellois – dienst sociale acties Brussel) Kruisstraat, 22 1050 Brussel Tel: 02/649 99 58 Fax: 02/646 43 241 E-mail:
[email protected] www.sireas.be
27
12. Je hebt zin om naar je thuisland terug te keren, hoe moet dat? Het is mogelijk dat er een dag komt waarop je niet meer in België wil blijven. Jij voelt je hier niet goed meer, je mist je familie of de Dienst Vreemdelingenzaken (zie fiche n°14) verleent je geen toelating meer om hier te verblijven. Als je naar je thuisland wenst terug te keren, kan IOM (de Internationale Organisatie voor Migratie) je terugkeer organiseren. IOM werkt samen met andere verenigingen waarop je ook beroep kunt doen, zoals: FEDASIL (www.fedasil.be) (zie fiche n°14), VluchtelingenwerkVlaanderen, (www.vluchtelingenwerk.be), CIRE (coördinatie en initiatieven voor en met de vluchtelingen en buitenlanders) (www.cire.be), Caritas international (www.caritas.be), Esperanto, Pag-Asa, Payoke, , Hulpverlening aan ontheemden (www.aideauxpersonnesdeplacees.be). Deze verenigingen doen niets zonder je voorafgaand akkoord. Je voogd (zie fiche n°1) zal eveneens zijn akkoord moeten geven. Een terugkeer zal enkel georganiseerd worden als blijkt dat het de beste oplossing voor jou is. Voor het starten van de procedure, beschik je best over zoveel mogelijk informatie over de terugkeer. Wie gaat je opvangen? Onder welke omstandigheden? Wie gaat je begeleiden? Zorg ervoor dat je al deze informatie hebt, vooraleer definitief te beslissen om terug te keren. Bij de voorbereidingsperiode van je terugkeer, kan je nog steeds van mening veranderen en de procedure stopzetten of uitstellen.
Op welke ondersteuning zou je eventueel mogen rekenen? Deze ondersteuning zal afhangen van wat jij nodig hebt in je thuisland. Je krijgt geen contant geld maar de dienst zal je helpen je 28
familie opsporen (zie fiche n°1 1) met de hulp van het Rode Kruis en zal zich, in je thuisland, bezighouden met: - het regelen van je verblijf in een instelling tot je naar je familie terug kan gaan; - je medische verzorging en eventueel een psychologische begeleiding; - de keuze van je school en/of beroepsopleiding. Enkel in bepaalde gevallen zal IOM je een klein bedrag geven in de luchthaven op het moment van je terugtocht. Dit bedrag dienst om de eerste kosten na je terugkeer te betalen.
Welke documenten zijn nodig voor je terugkeer? Je terugkeer kan pas georganiseerd worden als je een geldig paspoort hebt. Als je geen paspoort hebt, zal je samen met je voogd (zie fiche n°1) naar het consulaat of de ambassade van je thuisland moeten gaan om een doorgangsbewijs aan te vragen. De meeste consulaten hebben je geboorteakte nodig voor het opmaken van dit doorgangsbewijs. Als je moeilijkheden ondervindt in het verkrijgen van je reispas, dan kan IOM je helpen met je verzoek bij het consulaat. Bovendien zullen je ouders (of een lid van je familie) bepaalde documenten moeten aanbrengen, zoals hun toestemming om te reizen en een kopie van hun identiteitsdocumenten.
Wie helpt je bij de verschillende stappen om terug te keren? Je voogd help je in principe bij het in orde brengen van deze verschillende stappen en in principe gaat hij met je mee naar de luchthaven. Op de luchthaven van Zaventem gaan de medewerkers van IOM je helpen met het registreren van je bagage en je begeleiden tot aan de inscheping. In de transitluchthaven, kan je ook geholpen worden door een IOM medewerker bij het overstappen op de volgende vlucht. Als jij minder dan 15 jaar bent, zal je begeleid worden tot je aankomst in je thuisland. In bepaalde omstandigheden kan dat ook wanneer je ouder bent dan 15 jaar. Bij je aankomst in je thuisland gaan medewerkers van het plaatselijk IOM agentschap je helpen met het opsporen van je familie. Gedurende één jaar zal IOM toezien op het goede verloop van je reïntegratie.
29
13. Jij was een NBBM, je bent nu meerderjarig (18 jaar). Wat gebeurt er nu? Je voogd : Toen je in België aankwam, kreeg je een voogd (zie fiche n°1) toegewezen, omdat je nog geen 18 jaar was en je hier alleen was zonder je ouders. Je bent nu 18 jaar geworden en, volgens de Belgische wet, geen « nietbegeleide minderjarige» meer. Vanaf jouw 18de verjaardag sta je niet meer onder voogdij. Het is dan ook belangrijk dat je samen met je voogd en advocaat (zie fiche n°2) je meerderjarigheid voorbereidt. De hulpverlening van Gemeenschapsinstellingen voor jongeren (zie fiche n°14) : Begeleiding door de « Service d’Aide à la Jeunesse » in de Franse Gemeenschap, of het Comité Bijzondere Jeugdzorg en de Sociale Dienst van de jeugdrechtbank in de Vlaamse Gemeenschap, houdt eveneens op wanneer je 18 jaar wordt. Als je denkt dat je nog altijd in moeilijkheid of in gevaar verkeert, zal de Vlaamse Gemeenschap je begeleiding verlengen tot je 21 jaar maximum. De Franse Gemeenschap doet dat tot je 20 jaar. Opgelet! Deze verlengingsaanvraag moet vóór je 18de verjaardag ingediend zijn. Bij je meerderjarigheid ga jij je misschien wat eenzaam voelen. Er bestaan tal van diensten die je kunnen ondersteunen. Aarzel niet om v??r het eind van de voogdij met je voogd contact op te nemen. Hij kan je informatie en raad geven en je eventueel begeleiden naar een sociale dienst zodat je niet helemaal alleen komt te staan.
30
Je advocaat : Je advocaat (zie fiche n°2) blijf t je advocaat zelfs wanneer je meerderjarig bent. Aarzel niet om met hem contact op te nemen als jij vragen hebt over je verblijf of als je nieuwe informatie krijgt over je procedure. Het is belangrijk dat hij op de hoogte blijft van je situatie om je verder te kunnen bijstaan.
Je opname: De procedure waarin jij je bevindt en het verdere verloop ervan zijn van invloed op je begeleiding eens je 18 jaar bent. Het opvangcentrum (zie fiche n°3) moet zorgen voor je verblijf plaats als meerderjarige. Het moet ook zorgen voor je verdere begeleiding. Normaal gezien eindigt de begeleiding van een NBBM wanneer hij/ zij meerderjarig is geworden. Maar, deze begeleiding wordt in bepaalde gevallen voortgezet tot het eind van het schooljaar. Het kan ook dat je begeleid zelfstandig gaat wonen of dat je naar een centrum voor volwassenen wordt overgebracht. Wanneer je meerderjarig bent en je procedures negatief werden afgesloten, bestaat er het risico van opsluiting en uitwijzing.
Je verblijf: Wanneer je nog minderjarig was, heb je samen met je voogd en/of je advocaat gekozen voor de procedure die het best paste bij je situatie (zie fiches n° 5 & 6). Nu je 18 jaar bent, blijven de lopende procedures meestal doorgaan. De aanwezigheid van je voogd is niet meer verplicht maar je beschikt over de mogelijkheid om je te laten begeleiden door een vertrouwenspersoon en je advocaat. Als je geen asielaanvraag hebt ingediend en je geen verblijfstoelating kreeg vóór je 18 jaar, en je hebt dus geen BIVR (bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister), bestaat het risico dat je het bevel krijgt om het grondgebied te verlaten. Je loopt het risico om opgesloten en uitgewezen te worden. Het is dus uiterst belangrijk dat je samen met je voogd en je advocaat je meerderjarigheid voorbereidt.
De hulpverlening van het OCMW (zie fiche n°9): In principe blijft dezelfde vorm van hulpverlening (financiële hulpverlening, maatschappelijke hulpverlening van een centrum) 31
doorgaan van toen je nog minderjarig was. Als je op je 18 jaar geen verblijfstoelating bezit, wordt de financiële hulpverlening stopgezet. De dringende medische hulpverlening blijft wel doorgaan.
Je leerplicht (zie fiche n°7 of 8): Je bent 18 jaar geworden en dus niet meer verplicht om naar school te gaan. Je behoudt echter wel het recht om je te laten inschrijven in een school. Opgelet ! In de Franse Gemeenschap moet je inschrijving ieder jaar vernieuwd worden, zelfs wanneer je niet van school verandert. Als je illegaal verblijft op het grondgebied, wil dat niet zeggen dat jij je niet kan laten inschrijven voor het secundaire of hogere onderwijs. De wet zegt daarover niets. Praktisch gezien echter, wordt het een moeilijke opdracht om een school te vinden die je zal aanvaarden. Laat je helpen in deze situatie. Als je vóór je 18 jaar een opleiding geniet in een centrum voor deeltijds onderwijs en vorming of je ging een leercontract aan, dan mag je deze opleidingen beëindigen na je 18 jaar, zelfs wanneer jij illegaal op het grondgebied verblijft.
Je ziekenfonds: (zie fiche n°10): Je bent meerderjarig, je woont ‘begeleid’ zelfstandig en beschikt over een wettig verblijfsdocument, vergeet dan niet naar je ziekenfonds te gaan om een recht van toegang tot de gezondheidszorg als titularis te verkrijgen. Als jij hier illegaal verblijft, heb je geen recht op gezondheidszorg, maar wel op de dringende medische hulpverlening van het OCMW (zie fiche n°9) of de medische hulpverlening van je opvangcentrum.
Je bank: Vanaf je 18 jaar kan je zelf een zichtrekening (rekening met bankkaart) openen in een bank. Je kunt bijvoorbeeld een basisbankrekening openen. Bij het openen van de bankrekening wordt jouw identiteitsbewijs en jouw verblijfsattest in België gevraagd.
32
14. DVZ, FEDASIL, CGVS, enz. ? Wie zijn dat ? Tijdens je verblijf op het Belgisch grondgebied zal je met verschillende autoriteiten contact opnemen. Hier vind je een lijst van de instanties met dewelke je normaalgezien in contact zal komen en een korte informatie over hun bevoegdheden.
De Dienst Voogdij: De Dienst Voogdij hangt af van FOD (de federale overheidsdienst) Justitie. De Dienst heeft onder meer als taak: · het identificeren van de minderjarigen, dus bepalen of je een niet-begeleide buitenlandse minderjarige (NBBM) bent, d.w.z. je ouderdom vaststellen aan de hand van documenten die je bezit of, indien nodig, door een medisch onderzoek; · het aanstellen van je voogd (zie fiche n°1). Elke instantie, dienst of persoon die een niet-begeleide minderjarige aantreft heeft de verplichting om de Dienst Voogdij te contacteren. De Dienst neemt onmiddellijk alle maatregelen die nodig zijn, zoals zorgen voor onderdak. Om haar taak te vervullen is de Dienst Voogdij ten allen tijde bereikbaar op het nummer 078-15 43 24 (24 uur op 24, enkel in noodgevallen), of tijdens de kantooruren, van maandag tot vrijdag, op de volgende telefoonnummers: 02-542 79 51 (Frans) en 02-542 79 61 (Nederlands). Dienst Voogdij Waterloolaan 115 1000 Brussel
De voogd: Fiche n°1: « Welke rol speelt je voogd ? », vertelt je meer over de taken van je voogd.
Dienst Vreemdelingenzaken - DVZ: De Dienst Vreemdelingenzaken maakt deel uit van de FOD Binnenlandse Zaken. DVZ onderzoekt in eerste instantie de aanvragen van verblijf op Belgisch grondgebied en werkt nauw samen met de consulaten en ambas33
sades, de gemeentebesturen, de politie, de sociale inspectie, de parketten, IOM (de internationale organisatie voor Migratie), Childfocus. DVZ is onderverdeeld in verschillende directies en bureau’s, zoals het Bureau NBBM van de Directie Toegang en Verblijf en het Bureau Minderjarigen van de Directie Asiel. Het Bureau NBBM onderzoekt de verblijfsaanvragen ingediend op basis van de omzendbrief van 15 september 2005. Hiervoor verwijzen wij naar fiche n°6: « Je bent geen asielzoeker, hoe krijg je dan de toelating om in België te mogen verblijven? ». Het Bureau Minderjarigen asiel registreert de asielaanvragen van de minderjarigen. Fiche n°5: « Asiel in België», geeft je meer uitleg over deze procedure. DVZ staat ook in voor het beleid van de gesloten centra aan de grens. Zie fiche n°4 over de « opvang aan de grens », indien je hierover meer wenst te weten. DVZ Helpdesk: 02/206.15.99 of mailto:
[email protected] World Trade Center, toren II, Antwerpsesteenweg 59B 1000 Brussel Website: http://www.dofi.fgov.be Dienst minderjarigen, directie asiel: 02/205.54.62 Dienst NBBM: 02/205.55.22 (Frans) of 02/205.55.65 (Nederlands)
CGVS: het Commissariaat Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen CGVS heeft twee kerntaken: · het beoordelen van je asielaanvraag (zie fiche n°5). Als je een asielaanvraag indient, zal het CGVS je uitnodigen voor een interview om je aanvraag nader te belichten. CGVS beschikt over een dienst die zich speciaal bezighoudt met het beoordelen van aanvragen van NBBM. · het afleveren van bepaalde akten van de burgerlijke stand aan de erkende vluchtelingen Het adres van het CGVS is: North Gate I Koning Albert II laan, n°6 B-1000 Brussel. Verantwoordelijke voor het bureau Minderjarigen CGVS: Mevr. Hedwige De Biourge
[email protected] Tel.: 02/205.51.11 34
Fax: 02/205.51.15 Website: http://www.belgium.be/cgra E-mail:
[email protected]
RVV: Raad voor Vreemdelingenbetwistingen De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen vervangt de vroegere Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen (VBV). De Raad is een administratief rechtscollege waar je een beroep kan instellen wanneer je aanvraag negatief wordt afgesloten door het CGVS. Deze raad is eveneens bevoegd voor andere beroepen zoals het beroep tegen de beslissing van afwijzing van je regularisatieaanvraag in te stellen op basis van artikelen 9 alinea 3 (oude wet), 9 bis of 9 ter van de wet van 15 december 1980 (zie fiche n°6). RVV Gaucheretstraat, 92 1000 Brussel 02/791.60.00 http://www.ibz.be/code/nl/loc/recours.shtml
Raad van State: De Raad van State kan de beslissingen van de RVV annuleren wanneer die strijdig zijn met de geldende rechtsregels. Raad van State Wetenschapsstraat 33 1040 Brussel 02/234.96.11
FEDASIL: Federale Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers Fedasil is het federale agentschap voor de opvang van asielzoekers. De opdracht van Fedasil is een humane, efficiënte, soepele en kwaliteitsvolle opvang van asielzoekers in België te organiseren. Over dit onderwerp staat er meer te lezen op fiche n°3 « Waar ga jij je intrek nemen wanneer je in België aankomt? » Gegevens: Kartuizerstraat 21 1000 Brussel Coördinator « minderjarigen » : Anne Kestemont : 02/213.44.48 Website: http://www.fedasil.be E-mail:
[email protected]
35
OCMW Het OCMW heet voluit «openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn». Het zorgt voor het welzijn van iedere burger. Voor financiële en materiële hulpverlening of maatschappelijke problemen, kan je terecht bij het OCMW van je gemeente. In elke gemeente of stad vind je een OCMW. Lees fiche n° 9 « Wat doet het OCMW ? » Op Website: www.ocmw.be, staan de OCMW’s vermeld
IOM IOM staat voor « internationale organisatie voor Migratie ». Het regelt de vrijwillige terugkeer naar het land van herkomst. Lees fiche n°12 « Je wil naar je thuisland terugkeren, hoe moet dat? ».
CBJ in de Vlaamse Gemeenschap of SAJ in de Franstalige Gemeenschap Het Comité Bijzondere Jeugdzorg – CBJ of « Service d’Aide à la Jeunesse – SAJ » biedt hulp aan jongeren en hun familie die in problematische situaties of in gevaar verkeren. De tussenkomst van deze instellingen gebeurt enkel met je toestemming als je ouder dan 14 bent en met de toestemming van je voogd. Er is één comité per gerechtelijk arrondissement. Er zijn momenteel 27 gerechtelijke arrondissementen in België, waarvan je het adres terug vindt op de website: www.jongerenwelzijn.be (CBJ) of www.cfwb.be/aide-jeunesse/ct_saj.htm (SAJ)
De Jeugdrechter Je verkeert in gevaar en noch het SAJ noch het CBJ konden je een aangepaste hulpverlening verschaffen, of je pleegde een strafbaar feit. Het Parket Jongeren zal je dan doorsturen naar de Jeugdrechter van de gemeente waar je woont. De Jeugdrechter kan bevel geven tot een verplichte maatregel, bijvoorbeeld: een bemiddeling, een educatieve begeleiding, een plaatsing, enzovoort.
De Vrederechter De Vrederechter van de gemeente waar je woont, lost de geschillen tussen jou en je voogd op. Je kunt bij hem terecht als je van mening bent dat je voogd niet voldoende opkomt voor jou of als je geen vertrouwen hebt in je voogd. De voogd moet twee maal per jaar, verslagen over je situatie doorsturen naar de Vrederechter.
36
Jij hebt hulp nodig? De zaken verlopen soms niet zoals wij ze hier uitleggen. Over het algemeen is het mogelijk hiertegen iets te doen. Vraag om hulp hiervoor! Je kan je richten tot jouw voogd, advocaat, maatschappelijk assistent van het opvangcentrum. Vele andere diensten kunnen eveneens geraadpleegd worden. Onder andere de Diensten “Service Droit des Jeunes” (Rechten van de Jongeren): Brussel: Kiekenmarkt 30, ( 02/209.61.61 (Fr-NL) Namur: rue Godefroid 26, ( 081/22.89.11 (Fr) Liège: boulevard de la Sauvenière 30, ( 04/222.91.20 (Fr) Mons: rue Terre du Prince 4, ( 065/35.50.33 (Fr) Charleroi: rue Willy Ernst 35, ( 071/30.50.41 (Fr) Arlon: rue de la Caserne 40/4, ( 063/23.40.56 (Fr) Verviers: rue des Sottais 1, ( 0485/52.50.25 (Fr) Vielsalm: rue de la Chapelle 8, ( 080/54.94.24 (Fr) Je kunt ook contact opnemen met: Vzw “De Acht” Vluchtelingenteam, ( 03/270.33.29 (voor telefonisch advies) (NL) Je kunt ook de website raadplegen: www.nbm.be, waar alle fiches die hieronder vermeld staan ook terug te vinden zijn.
37
Lijst van Fiches: 1. Wat is de taak van je voogd? 2. Wat is de taak van je advocaat? 3. Waar ga je verblijven wanneer je in België aankomt? 4. Jij wordt zonder papieren aan de Belgische grens tegengehouden 5. Asielprocedure in België 6. Ik ben geen asielzoeker, hoe krijg je de toelating om in België te mogen verblijven? 7. Je schoolplicht in de Franse Gemeenschap 8. Je schoolplicht in de Vlaamse Gemeenschap 9. Wat is de taak van een OCMW? 10. Je bent ziek, wie betaalt je arts en je medicatie? 11. Hoe kan je terug contact opnemen met je familie? 12. Je hebt zin om terug te keren naar je thuisland. Hoe moet dat? 13. Jij was een NBBM, je bent nu meerderjarig (18 jaar). Wat gaat er nu gebeuren? 14. DVZ, FEDASIL, CGVS, enz. Wie zijn ze?
Met de steun van het Impulsfonds voor Migrantenbeleid (IFMB), de Koning Boudewijnstichting en de Stichting Koningin Paola. Verantwoordelijke uitgever: Benoît Van Keirsbilck, Kiekenmarktstraat 30 te 1000 Brussel Grafisch concept: Jeugd en Recht vzw, Charles Steenebruggen straat 12 te 4020 Luik Illustratie: Jacques Van Russelt
38