Algemeen deel PTA VMBO-TL 2014-2015
1
Inhoudsopgave 1. Voorwoord
pag. 3
2. Overzicht indeling studie- en toetsperiodes
pag. 3
3. Begrippenlijst
pag. 3-4
4. Overgang
pag. 5-8
5. Herkansing
pag. 9
6. Overzicht onderdelen PTA per vak
pag. 10
2
1. Voorwoord Aan de leerlingen in de bovenbouw VMBO-TL van het Carolus Clusius College Voor jullie ligt het algemene deel van het Programma van Toetsing en Afsluiting voor het schooljaar 2014-2015. Hierin vinden jullie een overzicht van de belangrijkste zaken en afspraken waarmee jullie het komende jaar te maken krijgen. Dit algemeen deel geldt voor één schooljaar en wie gedoubleerd is, krijgt te maken met het algemeen deel en de PTA’s van het nieuwe schooljaar en kan geen rechten ontlenen aan het algemeen deel en de PTA’s van het vorige jaar (de vorige jaren). Veel succes in de bovenbouw op het Carolus Clusius College!
2. Overzicht indeling studie- en toetsperiodes Het schooljaar is verdeeld in 2 semesters. Elk semester bestaat uit 2 periodes: In totaal zijn er dus 4 studieperiodes. Elke studieperiode wordt afgesloten met een toetsperiode. Periode 1: 26 augustus t/m 29 oktober Periode 2: 6 november t/m 10 januari Periode 3: 20 januari t/m 21 maart Periode 4: 31 maart t/m 12 juni
Toetsweek 1: Toetsweek 2: Toetsweek 3: Toetsweek 4:
30 oktober t/m 5 november 13 t/m 17 januari 24 t/m 28 maart 13 t/m 19 juni
3. Begrippenlijst PTA Het programma van toetsing en afsluiting is een overzicht van alle toetsen en opdrachten in de bovenbouw van het VMBO. Voor elk vak is er zo'n PTA waarin is aangegeven welke leerstof behandeld wordt en hoe deze wordt getoetst. Toetsen Schriftelijke toetsen in de vorm van repetities of schriftelijke overhoringen en mondelinge toetsen in de vorm van spreekbeurten, presentaties of mondelinge overhoringen blijven gewoon bestaan. In de vak-PTA’s kun je zien hoe zwaar een toets meetelt. Grote praktische opdracht (GPO) In het derde leerjaar moet iedere leerling twee grote praktische opdrachten (GPO's) uitvoeren. Voor het uitvoeren van een GPO heb je 10 uur nodig. Hiervoor krijg je geen cijfer maar een beoordeling ‘onvoldoende', ‘voldoende' of ‘goed'. Deze opdrachten moeten naar behoren worden uitgevoerd. Dat betekent dat je tenminste de beoordeling ‘voldoende' moet halen, anders is deelname aan het Centraal Examen niet mogelijk. 3
Handelingsdeel Een praktische opdracht op het gebied van oriëntatie op leren en werken. Ook deze opdracht moet naar behoren worden uitgevoerd, dus je moet tenminste de beoordeling ‘voldoende' halen om een diploma te krijgen. Sectorwerkstuk Een werkstuk over een thema dat past bij de gekozen sector, bijvoorbeeld over de beroepswereld in die sector. Het sectorwerkstuk komt aan het begin van klas 4 aan de orde. Om te kunnen slagen voor het eindexamen moet voor het werkstuk de beoordeling ‘goed' of ‘voldoende' worden behaald. Schoolexamen (SE) Het onderdeel van het eindexamen dat door de school zelf wordt samengesteld en beoordeeld. Daaronder vallen alle toetsen en opdrachten die meetellen voor het examen en ook de grote praktische opdrachten, het handelingsdeel en het sectorwerkstuk. Centraal Examen (CE) Voor Nederlands, Engels en de vier (of vijf) gekozen vakken is er naast het SE ook een centraal schriftelijk examen dat landelijk wordt afgenomen. Het eindcijfer is het gemiddelde van het SE-cijfer en het CE-cijfer. Examenreglement Informatie en regels over de organisatie en de gang van zaken bij het eindexamen. Dit reglement, dat je bij de start van het vierde leerjaar krijgt uitgereikt, ligt ter inzage bij de directeur. Cijferoverzichten Op magister is ten allen tijden het meest recente cijferoverzicht in te zien. Het is van groot belang dat je elke keer nagaat of alle cijfers en beoordelingen in magister kloppen. Leerlingen die doubleren, moeten het programma overdoen. Handelingsdeel en grote praktische opdrachten Voor deze praktische onderdelen van het programma van de derde klas moet tenminste een voldoende worden gehaald om aan het examen te mogen deelnemen. Bij het uitreiken van de opdrachten ontvang je ook een beoordelingsformulier zodat een ieder kan nagaan aan welke normen moet worden voldaan. Op het beoordelingsformulier zijn ook procesonderdelen opgenomen; te laat iets inleveren bv. heeft op dit onderdeel puntaftrek tot gevolg. In het geval van een onvoldoende resultaat is er een herkansing waarbij je bepaalde onderdelen moet overdoen of een vervangende opdracht moet uitvoeren.
4
4. Overgang 4.1 Inleiding Ter inleiding op de beschrijving van de gang van zaken rond en de afspraken met betrekking tot de overgang en herkansing volgt eerst een overzicht van de belangrijkste gegevens over het eindexamen in de VMBO-TL bovenbouw. 4.2 drie categorieën vakken. Een leerling heeft 3 categorieën vakken in zijn pakket: - vakken in het gemeenschappelijk deel; - vakken in het sectordeel: verplichte en sectorkeuzevakken; - vakken in het vrije deel. 4.3 Het examendossier Het behalen van een VMBO-TL diploma hangt af van een aantal zaken: ·De cijfers voor je centraal schriftelijk examen en je schoolexamen .De resultaten van het sectorwerkstuk. ·Het voldoende uitvoeren van twee grote praktische opdrachten. ·Het naar behoren verrichten van het handelingsdeel gericht op oriëntatie op studie en beroep. De resultaten van dit alles worden bijgehouden in een dossier, het examendossier. Daarin komen al je cijfers/beoordelingen van je schoolexamen te staan. Ook het resultaat van je sectorwerkstuk, de praktische opdrachten en het handelingsdeel gericht op oriëntatie op studie en beroep worden in het examendossier vermeld. Het examendossier wordt op school bijgehouden en bewaard. Als je van school gaat krijg je het mee, hopelijk samen met je diploma In het examendossier wordt een aantal onderdelen becijferd of beoordeeld met voldoende of goed en worden andere afgevinkt. De examendossiers van alle vakken samen vormen de resultaten voor het SE. 4.4 Vakken waarbij SE-cijfer/beoordeling het eindcijfer/beoordeling is. Bij een aantal vakken is het cijfer/beoordeling voor het SE tevens het eindcijfer/beoordeling. Dit betreft de volgende vakken: Godsdienst Maatschappijleer Klassieke culturele vorming. Bewegingsonderwijs. 4.5 Voorwaarden voor deelname aan het Centraal Eindexamen Deelname aan het Centraal Examen (CE) is pas mogelijk, als zowel de becijferde als niet becijferde onderdelen van alle examendossiers zijn afgerond. Het hele handelingsdeel moet zijn afgevinkt, het sectorwerkstuk moet tenminste een voldoende zijn en de deelvakken Culturele en Kunstzinnige Vorming en Bewegingsonderwijs in het gemeenschappelijk deel moeten zijn beoordeeld met voldoende of goed.
5
4.6. Vaststelling eindcijfers Voor de vaststelling van de eindcijfers geldt, dat het cijfer voor respectievelijk het SE en het CE elk voor de helft het eindcijfer voor een vak bepalen. 4.7. Afronding SE Voor enkele vakken wordt het SE afgesloten aan het eind van TL3. Voor TL3 zijn dat Godsdienst en CKV . Voor de andere vakken geldt, dat uit TL3 SE-cijfers worden meegenomen naar het eindexamenjaar. 4.8 Vaststelling SE- en CE-cijfers Er zijn twee mogelijkheden: 1. Het SE-cijfer is eindcijfer. Dit cijfer is een heel getal. Afronding gaat als volgt: eindcijfer berekenen op 2 decimalen, dan afronden op 1 decimaal en vervolgens op een heel getal. Voorbeeld: 6.45 wordt 6.5 wordt 7. 2. Het SE-cijfer levert samen met het CE-cijfer het eindcijfer op. Dit eindcijfer is ook een heel getal. Afronding gaat als volgt: zowel het SE-cijfer als het CE-cijfer wordt afgerond op 1 decimaal. Het eindcijfer wordt afgerond op een heel getal. De voorgeschreven afronding is: 0.50 of hoger afronden naar boven, lager dan 0.50 afronden naar beneden. 4.9 Officiële slaag-zakregeling Voor het eindexamen VMBO-TL met ingang van het schooljaar 2014-2015 geldt dat je bent geslaagd als: al je eindcijfers 6 of hoger zijn al je cijfers gehaald bij je centraal examen gemiddeld een 5,5 zijn (dus met een gemiddelde van 5,49 ben je gezakt) je ten hoogste één 5 hebt en al je andere eindcijfers 6 of hoger zijn je ten hoogste één 4 hebt en al je andere eindcijfers 6 of hoger en ten minste één 7 of hoger je voor twee vakken een 5 hebt en al je andere eindcijfers 6 of hoger en ten minste één 7 of hoger. Èn je voor de vakken lichamelijke opvoeding en het kunstvak uit het gemeenschappelijke deel en voor het sectorwerkstuk de kwalificatie 'voldoende' of 'goed' hebt behaald. je de rekentoets hebt gemaakt. Je doet weliswaar geen centraal examen maatschappijleer 1, maar het telt wel mee in de uitslagregeling! Als je dus een compensatie-7 nodig hebt, mag die bij het vak maatschappijleer 1 staan. En als je een 3 haalt voor maatschappijleer 1, ben je gezakt.
6
4.10 Overgangsreglement 3 VMBO-TL schooljaar 2014-2015 Leerlingen worden aan het eind van het jaar bevorderd/afgewezen op grond van de cijfers van het eindrapport. Bij het eindrapport wordt het aantal tekortpunten bepaald met het cijfer 6,0 als uitgangspunt. Zo telt bijvoorbeeld het cijfer 5,8 als 0,2 tekortpunten, het cijfer 4,9 als 1,1 tekortpunten. De overgangscriteria zijn: maximaal 2,0 tekortpunten op het eindrapport en een algemeen gemiddelde van minimaal 6,5 punt over alle CE-vakken en Versterk Engels op het eindrapport. hebben voldaan aan alle toetsen en handelingsdelen uit het PTA Opmerkingen: o Wanneer een leerling aan alle overgangscriteria voldoet, wordt de leerling automatisch bevorderd en dus niet besproken in de eindrapportvergadering. o Wanneer een leerling niet automatisch is bevorderd beslist de docentenvergadering over het vervolgtraject van de leerling. Er zijn dan 3 mogelijkheden: 1. de leerling wordt alsnog bevorderd naar 4 VMBO-TL. 2. de leerling wordt bevorderd naar 3 VMBO-kader beroepsgerichte leerweg. 3. bij hoge uitzondering kan een leerling het cursusjaar overdoen. o Wanneer een leerling niet voldaan heeft aan alle toetsen en handelingsdelen uit het PTA kan de leerling niet bevorderd worden naar 4 VMBO-TL. Doublanten Indien een leerling 3 VMBO-TL doubleert wordt in december besproken of de leerling zijn opleiding op 3 VMBO-TL mag vervolgen dan wel de overstap moet maken naar klas 3 VMBO-kader beroepsgerichte leerweg. Dit omdat het alleen voor de kerst mogelijk is om de overstap naar klas 3 van de Kader-beroepsgerichte leerweg te maken, na de kerst kan de achterstand bij de praktijkvakken te groot zijn.. Bij deze bespreking wordt uitgegaan van de hier boven genoemde overgangscriteria voor de tot dat moment behaalde cijfers. De uitslag van deze leerlingbespreking is bindend. Algemeen 1. De overgangsnormen zijn bindend; 2. Als een leerling wordt besproken, dan beslist de leerlingbespreking; deze beslissing is bindend;
7
Instroom in 4TL vanaf 3 havo van het CCC. Als een leerling wil overstappen van 3 havo naar 4TL moet er aan de volgende voorwaarde voldaan worden. Het gemiddelde jaarcijfer eind 3 havo moet minimaal een 5,5 zijn. De jaarcijfers voor de gekozen vakken worden omgerekend met de formule (.0,8+2). Voor de vakken biologie, KV1, BO2, beide GPO’s en het handelingsdeel moet mogelijk een inhaalprogramma gevolgd worden. Dit dient voor de Kerstvakantie afgerond te zijn.
Instroom in 4TL van buitenaf Bij instroom van buitenaf in TL4 gelden de volgende regels: De leerling moet een goede slagingskans hebben (ter beoordeling teamleiding) anders vindt plaatsing in klas 3TL plaats. De leerling kan alleen vakken kiezen die ook in het derde leerjaar gevolgd zijn. Voor sommige vakken, beide GPO’s en het handelingsdeel moet mogelijk een inhaalprogramma gevolgd worden. Dit dient voor de Kerstvakantie afgerond te zijn.
Havo route In klas 4 kan gekozen worden voor het volgen van een route die je voorbereidt op een overstap naar 4 havo. Om aan deze route deel te mogen nemen dien je aan de volgende voorwaarden te voldoen: Voldoen aan de overgangsnormen voor 3TL, een gemiddeld een 6,5 of meer en minder dan 2,0 tekortpunten. Ne, En, wi een 6,0 of hoger. Je rekentoets eind klas 3 met een voldoende (6 of hoger) afsluiten. Het kiezen van een extra vak in klas 4. Een positief advies van de lesgevende docenten.
Van 4TL naar 4 havo Voor de overstap van 4TL naar 4 havo moet je aan de volgende voorwaarden voldoen: Gemiddeld minimaal een 6.5 of meer na het eindexamen. Geen tekorten op de vakken Ne, En, wi. Het gevolgd hebben van de havo route. Een positief advies van de lesgevende docenten.
8
5. Herkansing 5.1 Uitgangspunten. 1. Inhalen gaat altijd voor herkansen. Inhalen is een plicht; herkansen een recht. 2. het hoogste behaalde cijfer geldt als definitief cijfer. 5.2 Aantal herkansingsmogelijkheden. In klas 4 zijn er 4 inhaal- en herkansingsrondes in één schooljaar. Zie overzicht Leerjaar Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 TL 4 1 herkansing 1 herkansing 1 herkansing 1 herkansing CE Herkansen betreft alle toetsen, ook voldoende gescoorde toetsen mogen worden herkanst. Voor leerlingen die door langdurige ziekte tijdens een toetsperiode meer dan twee toetsen gemist hebben, wordt een aparte regeling getroffen. Dit ter beoordeling van de teamleider. Voor leerlingen die als gevolg van bijzondere omstandigheden zoals ziekte, sterfgeval enz. geen gebruik hebben kunnen maken van de herkansingen in een bepaalde periode, geldt een speciale herkansingsregeling aan het eind van het schooljaar. Hiervoor moet een schriftelijk verzoek worden ingediend bij de teamleider. 5.3 Beperking herkansen a. Vaardigheidstoetsen van Engels (luister- en leesvaardigheid), Duits (luistervaardigheid) en Frans (luistervaardigheid) mogen in geen enkel leerjaar herkanst worden. Ook practica van natuurkunde, scheikunde en biologie zijn niet herkansbaar. Tevens zijn de mondelinge toetsen Nederlands (debat en literatuur niet te herkansen. b. Er is wel een totaal maximum herkansingstoetsen, maar géén maximum per vak. Dat wil zeggen, dat een leerling in een schooljaar voor bijv. het ene vak niets herkanst en voor een ander vak 2 toetsen. 5.4 Inhaal- en Herkansmomenten De inhaal- en herkansmomenten staan vermeld in de jaarwijzer. 5.5 Inhalen gemiste toetsen/ Herkansing 1. Inhalen van toetsen gaat voor herkansen. Bij het missen van een toets gaat een herkansing verloren. 2. Deelname aan herkansingen moet door de leerling aangemeld worden voor een vastgesteld moment in het OLC. De afronding van een studieperiode in de vorm van een eindgesprek of presentatie, alleen of als groep, zoals dat bijvoorbeeld gebeurt bij de moderne vreemde talen, literatuur en CKV is onderdeel van het geheel van toetsing en dat houdt in, dat bij missen ervan (door niet op het afgesproken tijdstip te verschijnen etc.) er sprake is van inhalen, waardoor er een herkansingsmogelijkheid verloren gaat. De regel is immers: inhalen gaat voor herkansen. 5.6 Onderdelen handelingsdeel De herkansingsmogelijkheden hiervan worden per sectie geregeld. 9
6. Overzicht onderdelen PTA per vak Het complete PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting) van alle vakken vind je in de ELO. Het PTA geeft een overzicht van alle zaken die van belang zijn voor een vak en het betreft één schooljaar. Omdat per vak de PTA’s voor de verschillende jaren bij elkaar staan, heb je een overzicht van het gehele studiepakket per vak. Het PTA bevat de volgende onderdelen: 1. Overzicht aantal toetsen. 2. Stofomvang toetsen – uit welk boek je de stof moet leren. 3. Toetsing - duidelijke omschrijving van soort, duur en moment van toetsing. 4. Praktische opdrachten (PO) - het aantal ervan en aanduiding periode. 5. Handelingsdeel – het aantal en aanduiding periode. 6. Zwaarte toetsen in het geheel van het jaar en wel/niet meetellen voor SE. Bewegingsonderwijs (LO1) krijg je je gehele schoolloopbaan en in klas 4 moet je daarvoor de beoordeling "voldoende" halen. Anders krijg je geen diploma. Kunstvakken 1 staan in klas 4 op het rooster; er wordt geen cijfer gegeven maar je moet wel de beoordeling ‘voldoende' halen anders krijg je geen diploma. Maatschappijleer 1 staat in klas 3 en 4 op het rooster; er worden cijfers voor gegeven. Een goed eindcijfer voor Maatschappijleer 1 kun je gebruiken om een onvoldoende op een ander vak te compenseren. Het is dus van belang om je ook voor deze vakken goed in te zetten! 6.1 Algemene PTA afspraken Het jaarcijfer is het gemiddelde van alle cijfers voor een vak in TL3. Het jaarcijfer van TL3 is tevens het SE-cijfer dat meegaat naar TL4. Het SE-cijfer TL3 telt voor 20% mee in het totale SE cijfer. Type toetsen en hun weging Afkorting Naam Weging so Schriftelijke Overhoring 1 po Praktische Opdracht 2 rep Repetitie 2 tt ToetsweekToets 3 Gemaakt werk wordt normaal gesproken binnen 2 schoolweken nagekeken, besproken in de klas en ingevoerd in magister. Gemaakt SE werk is eigendom van de school, blijft in het beheer van de docent en wordt tot 1 jaar na het examen bewaard. Wanneer je het met een cijfer of beoordeling niet eens bent, moet je dit binnen twee schoolweken nadat het cijfer is ingevoerd kenbaar maken; daarna zijn de cijfers definitief. In de laatste magisterkolommen wordt het voortschrijdend gemiddelde en het aantal tekorten vermeld, deze zijn bepalend voor je overgang naar het vierde leerjaar. Onvoorziene omstandigheden kunnen het mogelijk maken dat van het geplande programma of regels moet worden afgeweken. Je wordt zo snel mogelijk van eventuele wijzigingen op de hoogte gebracht. 10