Voorstel
Aan
: Burgemeester en Wethouders
Zaaknummer
: 2013-19443
Status
: Openbaar / Ter besluitvorming
Datum
: 23 november 2013
Afdeling
: Ruimte en Veiligheid
Raad:
: Ter info
Medewerk(st)er
: J.M. van Rijn
Paraaf medewerk(st)er:
Telefoonnummer
: 071 406 5296
Or
: Nee
Portefeuillehouder
: Udo, M.W.Ch.
Communicatie:
: Ja
Bijlage(n)
:1
Evaluatie
: Ja
Onderwerp:
Regeling openbare oplaadlocaties voor elektrische voertuigen.
Samenvatting:
Het gebruik van elektrische voertuigen neemt de laatste tijd sterk toe en daarmee ook de vraag van bewoners en bedrijven naar oplaadpunten in de openbare ruimte. Sinds 2012 zijn door de stichting E-laad in samenwerking met de gemeente een aantal openbare oplaadlocaties voor elektrische voertuigen gerealiseerd. Nu E-laad geen oplaadlocaties meer aanbiedt, wordt van de gemeente nadrukkelijker een eigen aanpak voor het faciliteren van het opladen van elektrische auto’s verwacht. Deze regeling voor openbare laadpunten schept duidelijkheid naar inwoners en bedrijven die een laadpaal willen in de openbare ruimte. Gevraagde beslissing:
1)
vaststellen van de “Regeling openbare oplaadlocaties voor elektrische voertuigen”
Intern advies Circuleren B&W Akkoord:
beheer & vastgoed Secr.
Burg.
anwb, stichting e-laad
Extern advies
Weth. I
Weth. II
Weth. III
Weth. IV
Datum besluit B&W/Burgemeester
03-12-2013
Bespreken B&Wvergadering Besluit:
Conform advies
23 november 2013
Nr. 15
Zaaknummer Onderwerp
: 2013-19443 : Regeling openbare oplaadlocaties voor elektrische voertuigen
Inleiding Elektrisch vervoer heeft de toekomst! Elektrisch vervoer verbetert de luchtkwaliteit, is stil en kan een bijdrage leveren aan de klimaatambities van de gemeente om het energieverbruik te verminderen en het gebruik van duurzame energie te stimuleren. Voor de introductie van elektrisch vervoer zijn oplaadlocaties noodzakelijk. De aanschaf van een elektrische auto wordt immers pas interessant indien gebruikers verzekerd zijn van een laadpaal in de directe omgeving. Inwoners en bedrijven die beschikken over een eigen oprit of parkeergarage kunnen op eigen terrein een laadfaciliteit realiseren. Om het ook voor de inwoners en bedrijven die hier niet over beschikken, mogelijk te maken om een laadmogelijkheid dicht bij de woning of het bedrijf te realiseren wil de gemeente Katwijk de mogelijkheid bieden om laadpalen bij openbare parkeerplaatsen te plaatsen. De gemeente is geen voorstander van losse laadpalen in het straatbeeld, zeker niet in gebieden met een hoge parkeerdruk. Om de uitrol van het laden in de openbare ruimte mogelijk te maken worden locaties aangewezen waar laadpalen geplaatst mogen worden. Proef E-laad Sinds 2012 zijn door de stichting E-laad als pilot in samenwerking met de gemeente een aantal publieke laadpalen voor elektrische voertuigen gerealiseerd (zaaknummer 2011-23865/22-11-2011). Ook een aantal bewoners heeft bij E-laad een laadpaal aangevraagd. Inmiddels is het budget op en biedt E-laad geen gratis laadpunten meer aan in het kader van de pilot. In 2014 wordt deze proef geëvalueerd en zullen de laadpalen waarschijnlijk worden overgenomen door de netbeheerders. Op dat moment moeten nieuwe contracten worden afgesloten, maar de gemeente is geheel vrij om af te haken of met andere partijen door te gaan. Toenemende vraag naar openbare oplaadlocaties De gemeente krijgt door de groei van elektrisch vervoer steeds meer te maken met aanvragen van bewoners en bedrijven voor laadpunten op openbare plekken. In 2014 zullen er meer dan 100 E-voertuigen in Katwijk rijden. Het aantal E-voertuigen zal rond 2025 naar verwachting toegenomen zijn tot ca. 4000. Het merendeel van de woningen in Nederland beschikt niet over eigen terrein waar de bewoner de elektrische auto kan parkeren en laden. Een mogelijkheid is dat een bewoner of bedrijf een openbare laadpaal laat plaatsen die door iedere E-rijder te gebruiken is. Ook marktpartijen tonen een toenemende interesse om laadpunten in de openbare ruimte te plaatsen. Zij ontwikkelen nieuwe diensten voor het laden van elektrische auto’s in de openbare ruimte. De verwachting is wel dat op korte termijn geen rendabele business case mogelijk is, maar dat wel potentie bestaat voor een toekomstige markt. Er zijn momenteel landelijk een aantal initiatieven waarbij verschillende partijen zoals leveranciers van laadpalen, leveranciers van auto’s maar ook de overheid samenwerken om toch in de groeiende vraag naar oplaadpalen te voorzien. Op dit moment is er echter nog geen eenduidige oplossing.
23 november 2013
Regeling openbare oplaadlocaties Bij realisatie van de laadinfrastructuur in de openbare ruimte stelt de gemeente als publiekrechtelijke instantie en beheerder randvoorwaarden. De gemeente wil het loket zijn voor het toetsen van aanvragen en de inpassing en inrichting van de oplaadlocaties. Met het opstellen van regels en het aanwijzen van laadlocaties scheppen we duidelijkheid naar de inwoners en bedrijven bij het aanvragen van een laadpaal in de openbare ruimte. Uitgangspunten: 1) het laden van elektrische auto’s moet primair op eigen terrein plaatsvinden; 2) verlengde huisaansluitingen (laadpunt in openbare ruimte aangesloten vanuit woning) worden niet toegestaan; 3) openbare laadpunten worden alleen toegestaan op door de gemeente aan te wijzen locaties; 4) de gemeente faciliteert in het reserveren van een parkeerplaats in de openbare ruimte maar draagt financieel niet bij aan de realisatie van oplaadlocaties. 5) Er wordt een overeenkomst gesloten tussen de gemeente en degene die de laadpaal plaatst. De gemeente neemt een verkeersbesluit om de parkeerplaats exclusief voor het opladen van elektrische voertuigen te maken. De kosten van plaatsing en onderhoud komen voor rekening van de aanvrager.
Beoogd resultaat Het elektrisch rijden wordt gestimuleerd door een heldere regeling voor het realiseren van oplaadlocaties in de openbare ruimte.
Argumenten 1.1 Gemeente heeft faciliterende rol De gemeente is als publiekrechtelijke instantie en beheerder van de openbare ruimte nodig bij de ontwikkeling van elektrisch vervoer. De gemeente wil faciliteren en soms ook stimuleren. Initiatieven van ondernemers en particulieren staan centraal. 1.2 Het realiseren van laadpalen draagt bij aan de groei van het aantal elektrische auto’s in de gemeente Met het plaatsen van de laadpalen wordt invulling gegeven aan het aanleggen van de infrastructuur die nodig is voor de introductie van elektrisch rijden. Wil elektrisch rijden doorgroeien dan zijn oplaadpunten voor elektrische auto’s in de openbare ruimte noodzakelijk. Bij het gebruik van een elektrische auto wordt namelijk anders tegen tanken aangekeken. Het is zaak om de batterij zoveel mogelijk op te laden op het moment dat de auto stilstaat.
1.3 Heldere sturing van laadinfrastructuur door aanwijzen van oplaadlocaties in de openbare ruimte Door grip te houden op het aantal laadpalen wordt wildgroei voorkomen en een toename van de in veel gevallen, hoge parkeerdruk in een wijk of straat. Met de ANWB is gekeken naar de zogenaamde verlengde huisaansluiting als goedkopere (tijdelijke) oplossing. Hierbij wordt vanuit de meterkast van een woning of bedrijf een laadpaal in de openbare ruimte gerealiseerd waar iedere E-rijder gebruik van kan maken. De gemeente ziet in deze oplaadvariant niet ‘de oplossing’. Het realiseren van een snel groeiend aantal huisaansluitingen zal overlast geven in de openbare ruimte (obstakels 3
in het trottoir, parkeerplaatsen die plaats maken voor een oplaadlocatie, waardoor zelfs onrust in de buurt kan ontstaan) en wordt door een wildgroei van laadpalen als een achteruitgang van het straatbeeld gezien.
Kanttekeningen
1.1 Onrendabele bussiness case openbare oplaadpunten Op korte termijn is er geen sprake van een rendabele business case voor het exploiteren van openbare laadpalen. Volgens de Taskforce Formule E-team bestaat er wel potentie voor een toekomstige markt, maar zullen er op korte termijn waarschijnlijk geen initiatieven komen om oplaadpalen op de aangewezen openbare locaties te plaatsen en te exploiteren. 1.2 Oplaadpunt is geen parkeerplek Door het reserveren van parkeervakken voor het opladen van elektrische auto’s kunnen ‘gewone’ auto’s niet parkeren op deze vakken. Daardoor gaan in feite bestaande parkeervakken verloren. Ook elektrische auto’s die opgeladen zijn moeten de laadlocatie verlaten. 1.3 Ontwikkeling van andere vormen van duurzame mobiliteit E-rijden is nieuw en technisch nog lang niet doorontwikkeld. Er zijn daarnaast andere ontwikkelingen in de verduurzaming van de mobiliteit zoals het rijden op waterstof en groengas.
Middelen De kosten voor de afhandeling van de aanvraag en het nemen van een verkeersbesluit komen voor rekening van de aanvrager. De aanvrager draagt voor eigen rekening en risico zorg voor de realisatie en installatie van de laadpaal en de exploitatie en dienstverlening daarvan. De gemeente rekent voor het gebruik van de openbare grond gedurende de periode van de overeenkomst geen vergoeding.
Uitvoering De openbare voorbereidingsprocedure ex afdeling 3-4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) wordt gevoerd en als er geen zienswijzen worden ingediend, worden de beleidsregels als vastgesteld beschouwd. Na goedkeuring van de ingediende aanvraag zal een overeenkomst gesloten worden met de aanvrager. De gemeente geeft toestemming aan de aanvrager om de laadpaal te plaatsen en maakt geen gebruik van de mogelijkheid tot het heffen van precariobelasting. Aan het einde van de looptijd van de overeenkomst zal de aanvrager op eigen kosten de laadpaal verwijderen en de ondergrond in de oorspronkelijke staat terugbrengen. De tariefstelling van de kWh prijs wordt met de gemeente afgestemd en de prijs die de aanvrager als vergoeding rekent is bekend bij een potentiele gebruiker. Bijlage(n) 1)
Beleidsregels voor oplaadlocaties elektrische auto’s in de openbare ruimte van Katwijk
4
1
Beleidsregels voor oplaadlocaties elektrische auto’s in de openbare ruimte van Katwijk Begripsbepalingen 1. 2. 3.
4. 5.
6. 7.
8. 9.
Aanvrager: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een aanvraag voor een publiek oplaadpunt bij de gemeente Katwijk indient. Aanvraag: een door de aanvrager ingediend verzoek, welke dient te voldoen aan door het college te bepalen voorwaarden, tot plaatsing van een laadpaal. Elektrische auto: een motorrijtuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c van de Wegenverkeerswet 1994 dat bij de RDW staat geregistreerd als een auto en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een voorziening buiten het voertuig. Gebruiker: een natuurlijke persoon of rechtspersoon in het bezit van een elektrische auto en een laadpas die op een oplaadlocatie zijn of haar elektrische auto wil opladen; Laadpaal: openbare voorziening waar een elektrische auto kan worden opgeladen; een laadpaal kan één of meer oplaadpunten bevatten; de benodigde laadkabel maakt geen deel uit van de laadpaal. Laadpas: een pas, benodigd voor het gebruik van de laadpaal gebaseerd op de landelijke afspraken op het gebied van interoperabiliteit (=voor elk type pas geschikt). Oplaadlocatie: locatie in de openbare ruimte waar een laadpaal en één of meer parkeerplaatsen uitsluitend ten behoeve van het opladen van elektrische auto's aanwezig zijn. Oplaadpunt: een op de laadpaal aanwezige voorziening waarmee de gebruiker zijn voertuig van stroom kan voorzien. Openbare ruimte: ruimte die voor iedereen toegankelijk is. Het is een fysieke plaats waar een groot deel van het publieke leven zich afspeelt.
Algemene toelichting Inleiding Elektrisch vervoer verbetert de luchtkwaliteit, is stil en kan een bijdrage kan leveren aan de klimaatambities van de gemeente om het energieverbruik te verminderen en het stimuleren van het gebruik van duurzame energiebronnen. Voor de introductie van elektrisch vervoer zijn oplaadlocaties noodzakelijk. De aanschaf van een elektrische auto wordt immers pas interessant indien gebruikers verzekerd zijn van een oplaadpunt in de directe omgeving. Inwoners en bedrijven die beschikken over een eigen oprit of parkeergarage kunnen op eigen terrein een laadfaciliteit realiseren. Om het ook voor de inwoners en bedrijven die hier niet over beschikken mogelijk te maken om een laadlocatie dicht bij de woning of het bedrijf te realiseren wil de gemeente Katwijk de mogelijkheid bieden om een laadpaal bij een openbare parkeerplaats te plaatsen.
2 Artikel 1. Locaties voor publieke laadpalen De volgende locaties zijn door het college aangewezen als mogelijk geschikt voor openbare oplaadlocaties: -
Laan van Nieuw Zuid (parkeerterrein Quick Boys)
-
Sportlaan
-
Andreasplein
-
Baljuwplein
-
E.A. Borgerstraat (tussen Te Brittenstraat/ Jan Tooropstraat)
-
Parkeerterrein Visserijkade
-
Haringkade (thv. Rabobank)
-
Cleijn Duinplein
-
Cleijn Duinpark (sporthal)
-
Van Houtenstraat (Hoornesplein)
-
Piet Heinlaan (parkeerterrein Aquamar)
-
Parkeerterrein Melkweg
-
Parkeerterrein vv Katwijk
-
Jacob Catsstraat (Sporthal Rijnsoever)
-
Turfmarkt (Roskam)
-
Parkeerterrein Ranonkelstraat/ Violierstraat
-
Bedrijventerrein ’t Heen
-
Bedrijventerrein Katwijkerbroek
-
Hoftuinplein
-
Graaf Florislaan (de Burcht)
-
Remiseplein
-
Kamerlingh Onnesstraat
-
Noordwijkerweg (parkeerterrein Rijnsburgse Boys)
-
Bedrijventerrein Klei Oost
-
Parkeerterrein de Terp
-
Duyfraklaan
Voorwaarden Artikel 2. Parkeergelegenheid op eigen terrein Voor zover er een mogelijkheid is om te parkeren op eigen terrein wordt er geen medewerking verleend aan het plaatsen van een laadpaal in de openbare ruimte. Artikel 3. Parkeerplaats in (parkeer)garage / particuliere appartementencomplexen / binnenterreinen Voor zover redelijkerwijs een aanvrager de beschikking heeft of kan hebben over een parkeerplaats, behorende bij bedrijf of woning, in een parkeergarage onder of nabij bedrijf of woning of een binnenterrein e.d., wordt geen medewerking verleend aan het inrichten van een oplaadlocatie in de openbare ruimte.
3
Aanvraagprocedure Artikel 4 Aanvraag De aanvrager dient een aanvraag in bij de gemeente voor het realiseren van de gewenste laadpaal. Artikel 5 Locatiebepaling Een ingediende aanvraag wordt bij de ambtelijke verkeersdeskundigen ter advisering over de gewenste locatie voorgelegd. Er zal getoetst worden op de voorwaarden zoals gesteld in artikel 2 en 3. Tevens zal beoordeeld worden of voldaan kan worden aan de benodigde technische randvoorwaarden. Deze randvoorwaarden staan vermeld in bijlage I behorende bij deze beleidsregels. De gemeente bepaalt aan de hand van dit advies de definitieve locatie van de laadpaal of wijst de aanvraag af. Artikel 6 Besluit Aan de hand van het in het vorige artikel genoemde advies neemt de gemeente een verkeersbesluit over het reserveren van een parkeerplaats voor de laadpaal. Voor dit besluit worden de normaal geldende procedurevoorschriften gehanteerd. Artikel 7 Technische realisatie Nadat het verkeersbesluit is genomen vind er een technisch afstemmingsoverleg plaats tussen de gemeente en de aanvrager. De aanvrager dient zorg te dragen voor een KLIC-melding. Artikel 8 Samenwerkingsovereenkomst Alvorens een laadpaal geplaatst kan worden dient er een overeenkomst te zijn tussen de gemeente en de betreffende aanvrager. In deze overeenkomst worden afspraken vastgelegd ten aanzien van onder andere aansprakelijkheid en het beheer van de laadpaal. Er wordt voor de laadpalen geen opstalrecht gevestigd. Gebruik Artikel 9 Toegankelijkheid Het oplaadpunt is te allen tijde openbaar toegankelijk voor alle bezitters van elektrische auto’s. Artikel 10 Oplaadlocatie
Bij het gebruik van de oplaadlocatie is de algemene plaatselijke verordening van de gemeente van toepassing, waarin regels zijn opgenomen over de bruikbaarheid en aanzien van de openbare weg.
4
Slotbepalingen Artikel 11 Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de beschreven beleidsregels, indien toepassing hiervan leidt tot onredelijkheid en onbillijkheid. Artikel 12 Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden in werking de dag na de bekendmaking. Juridisch kader In het kader van Artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) kan de Gemeente verkeersbesluiten nemen op wegen, die niet onder het beheer van het Rijk, de Provincie of Waterschap vallen en gelegen zijn binnen de gemeentegrenzen. Volgens artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een bestuursorgaan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende, dan wel door hem gedelegeerde bevoegdheid. Aangezien het in dit geval gaat om beleidsregels met betrekking tot bevoegdheden van het college dient vaststelling van de regels ook door het college te geschieden. Door het gebruik van verkeersbord E4 of E8 met onderbord is handhaving op basis van het Regelement verkeersregels en verkeerstekens (RVV artikel 24) mogelijk. Als uitgangspunt geldt hierbij dat oplaadlocaties alleen gebruikt mogen worden voor het opladen van elektrische auto's.
5
Bijlage I: Eisen aan oplaadpunt / laadpaal en toebehoren Algemeen 1. Het 0plaadpunt moet functioneel zijn en aan de eisen van veiligheid en robuustheid voldoen om ongelukken, schades, misbruik, vandalisme en defecten aan het object zelf, weggebruikers en/of de omgeving zoveel mogelijk te voorkomen. 2. Het oplaadpunt dient te communiceren via de marktstandaard “OCCP”. 3. De laadpaal mag geen hinder geven aan de omgeving. 4. De laadpaal bevat een bescherming tegen aardfouten in het elektriciteitsnet, waardoor de aanraakspanning nooit meer dan 50V kan bedragen. 5. Bij het oplaadpunt mag geen aparte straatkast geplaatst worden. 6. De laadpaal is voorzien van een geijkte kWh meter.
Elektrische veiligheid De laadpaal: 1. voldoet blijkens een keurmerk van KEMA of gelijkwaardige instantie aan de normen NEN 10101, IEC 61851-1 (editie 2.0) en IEC 61851-22; 2. heeft een aanvullende bescherming omhulsel elektrische componenten van minimale dichtheidsklasse IP 54; 3. heeft een CE markering. Constructieve kwaliteit De laadpaal is: 1. inclusief behuizing uitgevoerd in corrosiebestendig materiaal; 2. voorzien van een hoogwaardige beschermende coating of van hoogwaardig roestvaststaal; 3. ontworpen en geschikt voor onderhoudsarme plaatsing in de buitenruimte gedurende 10 jaar. Servicekwaliteit 1. Er is een bemand hulpnummer beschikbaar dat 24 uur per dag en 365 dagen per jaar bereikt kan worden door de aanvrager in geval van storing, beschadiging of van de laadpaal. 2. Er is een storingsdienst met 2-uurs servicelevel voor problemen met het loskoppelen van voertuigen. 3. Hetzelfde geldt voor veiligheidsproblemen; situaties die een gevaar kunnen opleveren voor de openbare veiligheid, gebruikers, passanten of op andere afwijkingen die een gevaar kunnen vormen voor de veiligheid worden zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 2 uur na melding/detectie verholpen 4. In overige gevallen wordt de storing uiterlijk de volgende werkdag na detectie/melding verholpen.