CONCEPT BEGROTING 2013 ‐ 2016
Inhoudsopgave
1.
Inleiding
pagina
3
2.
Beleidsbegroting
pagina
5
2.1
Programmaverantwoording
pagina
5
Algemeen beleid
pagina
5
Sociaal beleid
pagina
5
Financieel beleid
pagina
6
Productie beleid
pagina
7
Verplichte paragrafen
pagina
11
Weerstandsvermogen
pagina
11
Onderhoud kapitaalgoederen
pagina
13
Financiering
pagina
13
Verbonden partijen
pagina
14
Bedrijfsvoering
pagina
15
3.
Financiële begroting
pagina
18
3.1
Begroting RWA
pagina
18
3.2
Toelichting begroting RWA
pagina
20
3.3
Uiteenzetting financiële positie
pagina
22
Financiering
pagina
22
Reserves en voorzieningen
pagina
22
2.2
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
2
1.
Inleiding
Voor u ligt de Meerjarenbegroting 2013‐2016 van het RWA. De uitwerking van de Meerjarenbegroting is gezien de ontwikkelingen rondom de Wwnv enigszins vertraagd. Hiervoor is bij de Provincie Utrecht uitstel van indiening aangevraagd. Diverse SW‐bedrijven zien zich geconfronteerd met een dergelijke vertraging.
Door de val van het kabinet eind april 2012 is onduidelijkheid ontstaan met betrekking tot het wetsvoorstel. Het is op dit moment onduidelijk of een nieuwe wet komt, in welke vorm en wanneer. Daarnaast is in het lenteakkoord besloten om de bezuinigingen in 2013 op de rijkssubsidie voor de Wet sociale werkvoorziening niet door te laten gaan. Er bestaat ook onduidelijkheid over de bezuinigingen gepland voor de jaren 2014 en 2015. Ten slotte is er onduidelijkheid of deze ontwikkelingen invloed zullen hebben op de inzet van gelden uit het Herstructureringsfonds. Omdat er momenteel zo veel onduidelijkheid bestaat rond de wet en de bezuinigingen hebben wij ervoor gekozen om voor de vaststelling van de Meerjarenbegroting het uitgangspunt te hanteren dat de bezuinigingen op de Rijksbijdrage niet plaatsvinden. Vaststaat dat de Rijksbijdrage per arbeidsmanjaar in 2013 gelijk blijft aan 2012, ad. € 25.759. In deze Meerjarenbegroting wordt de Rijksbijdrage voor de jaren 2014, 2015 en 2016 gelijk gesteld aan 2013. Het uitgangspunt van Amfors blijft onverminderd een sluitende exploitatie. Bij het sterk opgelopen negatieve subsidieresultaat, als gevolg van landelijke beleidskeuzes, wordt dit een steeds grotere opgave. Waar in het verleden de tekortschietende rijkssubsidie door Amfors kon worden gecompenseerd vanuit de exploitatie en het eigen vermogen, geldt voor de komende jaren dat dit alleen mogelijk is als sprake is van een integraal optimalisatieproces van Amfors samen met de aangesloten gemeenten. Als ieder voor zich optimaliseert, worden mogelijkheden voor besparingen en kansen voor het optimaal bedienen van de brede doelgroep aan de onderzijde van de arbeidsmarkt gemist. Amfors heeft een Bedrijfsplan opgesteld voor het tijdvak 2012‐2015. Het Bedrijfsplan voorziet in een integraal en samenhangend pakket aan maatregelen dat waarborgt dat de organisatie haar belangrijke maatschappelijke rol zo goed mogelijk oppakt en dat tegelijkertijd voorziet in de noodzakelijke verbetering van het operationele resultaat. Concreet betreft het drie actielijnen: Implementeren van een ingrijpend kostenbeheersings‐ en besparingsplan, gericht op zowel personele, huisvesting als overige aspecten. Benutten van de productiepotentie van Amfors en de daar werkzame medewerkers en optimaal inzetten van expertise als mensontwikkelbedrijf. Tot slot wil Amfors niet alleen datgene wat zij doet effectiever en efficiënter doen, maar ook kritisch kijken naar wat zij doet, met als gevolg aanpassing van de portfolio aan bedrijfs‐ onderdelen, en door vergroting van de commerciële slagkracht in perspectiefrijke markt‐ segmenten meer werk binnenhalen. Het Bedrijfsplan is goedgekeurd voor het tijdvak 2012 tot en met 2015. De uitkomsten uit het Bedrijfsplan vertalen zich in financiële resultaten die hun weerslag hebben in het vermogensverloop van Amfors.
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
3
Rondom het vermogensverloop van Amfors zijn afspraken vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst tussen Amfors en het RWA. De samenwerkingsovereenkomst is geldig tot en met 2014. De strategische doelstelling voor de komende jaren is tweeledig: In de eerste plaats heeft RWA/Amfors een belangrijke maatschappelijke doelstelling, om in lijn met de Wwnv als mensontwikkelbedrijf alle potentie van de bij of via RWA/Amfors werkzame mensen optimaal te benutten. In de tweede plaats is er door de aangesloten gemeenten bepaald dat RWA/Amfors op afzienbare termijn het negatieve exploitatieresultaat tot nul heeft teruggebracht. De uitdaging waar de organisatie concreet voor staat is om zoveel mogelijk van het onvermijdelijke negatieve subsidieresultaat terug te verdienen met een positief operationeel resultaat. Het exploitatieresultaat is namelijk de optelsom van het subsidieresultaat en het operationele resultaat.
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
4
2.
Beleidsbegroting
2.1
Programmaverantwoording
Algemeen beleid De Amfors Groep is het leer‐werkbedrijf voor de regio Amersfoort. Zij leert mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (weer) werken. Dat kan bij een van de eigen werkbedrijven. Of Amfors begeleidt hen naar een passende arbeidsplaats bij een werkgever. Amfors biedt scholing en opleiding aan, gericht op arbeidsontwikkeling. Hierbij wordt samengewerkt met de opleidingsinstituten in de regio. De medewerkers worden geschoold voor banen die passen bij hun mogelijkheden en waaraan behoefte is in de regio: arbeidsplaatsen in de zorg, de schoonmaak, het onderwijs, de techniek, de horeca, facilitair en groenvoorziening. Het leerwerkbedrijf legt de focus op het ontwikkelen van mensen in een zo regulier mogelijke setting. Een traject is succesvol als mensen zich ontwikkelen naar eigen vermogen en uiteindelijk kunnen participeren op de arbeidsmarkt of in een zo regulier mogelijke werkomgeving. Een leerwerkbedrijf dat zich richt op de regio Amersfoort is in grote mate afhankelijk van de werkgelegenheid en de opdrachtgevers in deze regio. Het leerwerkbedrijf is ondernemer in de regio en maakt deel uit van de netwerkstructuur met gemeenten, het UWV WERKbedrijf, diverse opleidingsinstituten, zorg‐ en welzijnsinstellingen en bedrijven in de regio. Amfors wordt geconfronteerd met bezuinigingen en heeft in haar Bedrijfsplan uiteengezet op welke wijze het financiële resultaat gezonder kan worden gemaakt. Amfors richt zich op een goede balans tussen kosten en opbrengsten en streeft zo een voldoende financiële positie na. Sociaal beleid Het realiseren van de missie, visie en doelstellingen vraagt ook de komende jaren een grote krachtsinspanning van de organisatie. Met de uitvoering van het Strategisch Plan voor de periode 2009‐2012 is RWA/Amfors duidelijk veranderd van karakter. Van een traditioneel SW‐bedrijf, met een relatief groot accent op productie en beschut werken, naar een integraal leerwerk‐ en mensontwikkelbedrijf. Ultimo 2012 heeft Amfors de doelstelling 1/3 van de geïndiceerde populatie in productie (beschut binnen), 1/3 in facilitair (beschut buiten) en 1/3 die gedetacheerd wordt of een contract Begeleid Werken (onbeschut buiten) heeft gerealiseerd. Het Bedrijfsplan, goedgekeurd tot en met 2015, voorziet in een integraal en samenhangend pakket aan kostenbeheersing en besparingen. Amfors werkt toe naar minder management en overhead en stafdiensten worden gecentraliseerd. Dit leidt concreet tot het terugbrengen van het aantal arbeidsplaatsen door middel van een reorganisatie. De reorganisatie heeft de nodige impact. Er dient binnen afzienbare tijd een efficiënte, resultaatgerichte organisatie te worden opgebouwd waarin de werkprocessen op doeltreffende wijze worden uitgevoerd. De processen op het terrein van mensontwikkeling blijven echter van groot belang. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
5
Bijzondere aandacht zal daarom nodig zijn voor de competenties van staf‐ en kaderfunctionarissen. Welke formatie kan Amfors zich de komende jaren veroorloven zonder in te leveren op de capaciteit en kwaliteit enerzijds en de financiële kaders anderzijds? Leidinggevenden hebben een cruciale rol in het proces. Behalve op het ontwikkelen van medewerkers zullen zij zich gaan richten op productie. Leidinggevenden zijn bij uitstek degenen die medewerkers kunnen motiveren het veranderingsproces aan te gaan. Zij zijn opgeleid om deze rol goed te kunnen vervullen. Het is van belang dat het hoger kader de (cultuur)omslag naar leer‐werkbedrijf maakt om draagvlak te creëren binnen de organisatie. Kritische succesfactoren van het leerwerkbedrijf dienen te worden vertaald naar de realiteit van de Amfors Groep. Tegelijkertijd is de organisatie gehouden om haar middelen zo doelmatig mogelijk in te zetten. Dit dient er toe te leiden dat de financiële doelstellingen worden behaald. Management, afdelingschefs en teammanagers – in de functie van praktijkbegeleider‐ dienen het spanningsveld van mensontwikkeling en economisch rendement goed te beheersen. De realisatie van de doelstellingen op het terrein van mensontwikkeling tegen een gezond financieel perspectief is hier sterk van afhankelijk. Formatie De formatie Wsw‐medewerkers zal het komende jaar een daling ondergaan. Vanaf 1 januari 2013 is de taakstelling ten opzichte van 2012 met 45 arbeidsmanjaren gedaald. De taakstelling voor 2012 bedraagt 1.212 arbeidsmanjaren. De taakstelling voor 2013 bedraagt 1.167 arbeidsmanjaren (AJ) en valt daarmee terug naar het niveau van 2011 (1.168 AJ). Deze aanname is gebaseerd op de prognose taakstelling die jaarlijks door de belangenvereniging Cedris wordt afgegeven. In onderhavige Meerjarenbegroting is de geïndiceerde populatie over de jaren 2014 tot en met 2016 gelijk gehouden aan 1.167 arbeidsmanjaren. Financieel beleid Subsidieresultaat Een negatief subsidieresultaat wordt conform de samenwerkingsovereenkomst aangezuiverd door de Amfors Groep. Het negatieve subsidieresultaat wordt veroorzaakt doordat de Wsw loonkosten, vermeerderd met het vakantiegeld en de daarmee samenhangende sociale lasten en pensioenpremies, evenals de kosten voor bedrijfsgeneeskundige zorg, werkkleding, vervoers‐ kosten en studiekosten, hoger zijn dan de Rijkssubsidie uit hoofde van de Wsw. De Wwnv is inmiddels controversieel verklaard en er heerst onduidelijkheid over bezuinigingen en de taakstelling. De Meerjarenbegroting 2013‐2016 gaat bij gebrek aan (betere) informatie uit van de veronderstelling dat de geprognosticeerde taakstelling voor 2013 gelijk blijft voor de jaren tot en met 2016. De Rijksbijdrage bedraagt in 2013 € 25.759 per arbeidsmanjaar. Voor de jaren daarna is deze Rijkssubsidie gelijk gehouden. Voor deze aanname geldt eveneens de onduidelijkheid rondom de Wwnv en de toekomstige bezuinigingen. De indexatie van de loonkosten voor de Wsw geïndiceerde medewerker bedraagt 1,5% per jaar. De overige personele kosten bedragen in 2013 ruim € 1,9 miljoen in 2013. Deze kosten bestaan uit studiekosten, vervoerskosten, de kosten voor de Arbodienst, de kosten voor Begeleid Werken en overige personeelskosten, zoals werkkleding. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
6
Na 2013 dalen deze kosten met € 0,2 miljoen. Het collectief vervoer dat is uitbesteed tot en met 2013 wordt dan op een alternatieve wijze georganiseerd als onderdeel van het bezuinigingspakket. De Meerjarenbegroting 2013 maakt gewag van een subsidieresultaat van ‐/‐ € 3.177.000. Uiteindelijk kan de daling in de kosten rondom het collectief vervoer niet voorkomen dat het subsidieverlies oploopt naar ruim € 3,3 miljoen in 2016. Doorberekende kosten Als uitvloeisel van de samenwerkingsovereenkomst met Amfors Holding BV worden alle kosten die het RWA realiseert in rekening gebracht bij de Amfors Groep. De salariskosten van de ambtelijke medewerkers lopen terug naar € 2,6 miljoen in 2016. De reorganisatie en het bereiken van de pensioenleeftijd veroorzaken een daling van het aantal ambtenaren. De overige kosten die worden doorbelast ondergaan een licht dalend verloop. De daling van de afschrijvingskosten als gevolg van het strak sturen op het investeringsvolume is hiervan de verklaring. Het investeringsvolume bedraagt € 1,1 miljoen in 2013. Het betreft in hoofdzaak investeringen in het groenbedrijf en het metaalbedrijf. In de rentekosten zijn de kosten voor de lening opgenomen in het kader van de financiering van de reorganisatie. Exploitatieresultaat Op basis van de samenwerkingsovereenkomst tussen Amfors Holding BV en haar werkmaat‐ schappijen en de gemeenschappelijke regeling RWA is er een verplichting tot aanvulling van het exploitatieverlies bij het RWA. Deze verplichting geldt uitsluitend zolang het eigen vermogen van Amfors Holding bv het bedrag van € 2,5 miljoen te boven gaat. Voor het gedeelte van het eigen vermogen van Amfors Holding BV tussen de € 2,5 miljoen en de € 4,5 miljoen geldt dat Amfors Holding BV voor 50% aansprakelijk is voor aanzuivering van bij RWA ontstane exploitatieverliezen. Het exploitatieverlies kan de komende begrotingsjaren niet volledig worden aangevuld vanuit het operationeel resultaat en het eigen vermogen van Amfors Holding BV. Het negatieve resultaat na bestemming over de begrotingsjaren 2013 t/m 2016 respectievelijk ‐/‐ € 717.000, ‐/‐ € 451.000, ‐/‐ € 477.000 en ‐/‐ € 721.000 wordt dan ook als vordering op de deelnemende gemeenten opgenomen. Productie beleid Algemeen De markt vraagt in toenemende mate om producten en diensten van hoge kwaliteit tegen een betaalbare prijs. Dat medewerkers hun competenties ontwikkelen is van direct belang voor de Amfors bedrijven, maar zeker ook voor de primaire taak van Amfors om de arbeidsgeschiktheid van haar medewerkers zoveel mogelijk te herstellen, te behouden en te bevorderen. Daarnaast is het belangrijk dat de productie‐ en dienstverlening op concurrerende wijze verloopt. De koers die gekozen is in het Bedrijfsplan benadrukt immers het financieel gezonder maken van de organisatie. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
7
Productiebedrijf, Grafische activiteiten en het Metaalbedrijf De doelstelling van het Productiebedrijf ligt in het ontwikkelen van primaire vaardigheden, zoals basisvaardigheden als rekenen en taal, werknemersvaardigheden, zoals gedragsregels en sociale vaardigheden. Daarmee moet een duurzame en succesvolle ontwikkeling van vakvaardigheden worden gemaakt. Het Productiebedrijf wordt aanbieder van ‘beschutte werkplekken’ voor diegenen die daarop aangewezen zijn. Het Productiebedrijf kan door meer uitstroom in groepsdetacheringen het werkaanbod over een geringer aantal medewerkers kwijt. Daarnaast zullen nieuwe mogelijkheden de opbrengsten positief beïnvloeden. Ook draagt de capaciteitsverbetering bij aan een productiviteitstoename. De markt voor handmatige arbeid is de laatste jaren veranderd door de opkomst van lageloonlanden en de automatisering van werkzaamheden. Voor wat betreft het eenvoudige werk dat wel in Nederland overblijft, gelden steeds lagere marges. Wij zoeken daarom naar nieuwe werksoorten en samenwerkingsverbanden voor voldoende werk tegen een redelijk tarief. Een goed voorbeeld van een nieuwe pmc is het partnerschap met BancTec, een wereldwijde marktleider op het gebied van contentmanagement en betalings‐ en documentverwerking. In dit partnerschap biedt het Productiebedrijf huisvesting en personeel voor de uitvoering van digitaliseringwerkzaamheden. Met deze samenwerking zijn nieuwe werkplekken gecreëerd voor tientallen medewerkers. Hierdoor wordt ook het dienstenpakket van Amfors voor al haar relaties vergroot. Werknemers zijn blij met de kans om nieuwe werkzaamheden en vaardigheden te leren. De digitalisering van archieven en post is een zeer actuele marktontwikkeling die past in de trend van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Onder de organisaties die hebben aangegeven deze stap te willen maken, bevinden zich het Meander Medisch Centrum en de Gemeente Woudenberg. De grafische markt is al jaren flink in beweging. Rekening houdend met de marktveranderingen en de potentie van de werknemers is ervoor gekozen om de focus te leggen op onze print‐ en mailingfaciliteiten. In deze nieuwe constructie doet onze partner het gespecialiseerde drukwerk en Amfors de print‐ en mailingwerkzaamheden. Acquisitie wordt zo een gedeelde verantwoordelijkheid. Sinds de zomer van 2011 heeft Amfors als proef een samenwerking met Reproka, een regionale drukkerij. Deze samenwerking is omgezet in een samenwerkingsovereenkomst. Op termijn zullen wij deze verder uitbreiden met een gezamenlijke ordervoorbereiding en met detachering plekken. Op deze wijze wordt een kwalitatief hoogwaardig product gegarandeerd tegen een concurrerende prijs. Daarnaast wordt de drempel naar een externe werkplek kleiner. . Het metaalbedrijf kent door efficiencyverbeteringen en een betere portfolio van opdrachten een stijging van de toegevoegde waarde per arbeidsmanjaar van 18.000 euro in 2011 naar 26.500 euro in 2018. In 2011 hebben 90 medewerkers de werkzaamheden verricht die in 2013 gemiddeld met 70 medewerkers worden gedaan. Het project ‘Leren Presteren’ heeft sterk bijgedragen aan de productiviteitsverbetering van de metaalwerkzaamheden. Metaal heeft haar portfolio aan klanten na de recessie in 2009 verschoven en uitgebreid om minder conjunctuurgevoelig te zijn. Metaal verzorgt specifieke producten die onder de naam van de klant verkocht worden. Het bedrijfsonderdeel is hierdoor in staat een duurzame samenwerking met haar klanten op te bouwen. De producten zijn bovendien zo geproduceerd dat ze voldoen aan speciale kwaliteitseisen. Metaal heeft hierdoor vaak een concurrentievoorsprong, omdat het de enige is die deze producten onder die condities mag vervaardigen. Dit soort dienstverlening betekent dat haar klanten niet snel naar andere leveranciers overstappen. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
8
Een vaste kern van ongeveer 70 geschoolde metaalwerkers levert hoogwaardig werk af. Daarnaast biedt Metaal 15 leerwerkplekken gekoppeld aan opleidingstrajecten om mensen uit de WWB en uit het praktijkonderwijs in technische beroepen op te leiden.
Facilitaire bedrijven De Facilitaire Bedrijven bestaan uit het Groenbedrijf, het Schoonmaakbedrijf en Postbezorging. Het Groenbedrijf is een zeer belangrijke pijler voor het resultaat van Amfors. Het bedrijf is een veelzijdige partner voor het stad‐ en groenonderhoud, met als specialismen: onderhoud groenvoorziening, bomenbeheer, civieltechnische werkzaamheden en onderhoud speelvoorzieningen. Hier wordt een goede bijdrage geleverd aan het resultaat. De markt is grotendeels een overheidsmarkt. De relatie tussen het Groenbedrijf Eemfors en de gemeenten is in het verleden extra versterkt door de overname van het gemeentelijke wijkonderhoud van de gemeenten Amersfoort en Soest, inclusief de uitvoerende ambtenaren. De private markt, geschat op circa 5 miljoen euro in onze regio, bestaat voornamelijk uit de markt van bedrijven en instellingen. Het marktaandeel van Eemfors is circa 25 procent. Bij beide marktsegmenten is er ruimte voor groei. De gemeentelijke markt heeft de voorkeur vanwege de omvang van de opdrachten. Daarnaast is het werk op de private markt minder geschikt voor Wsw‐ werknemers. Daarom verwachten wij dat zonder een extra inspanning van de deelnemende gemeenten, dit bedrijfsonderdeel betrekkelijk weinig volumegroei kan generen. . Het bedrijfsonderdeel Schoonmaak levert een goede bijdrage aan het resultaat van Amfors. De markt voor deze dienstverlening is groot, maar om het omzetvolume op niveau te houden, zijn grote opdrachten nodig. Schoonmaak is in staat leerwerkkansen aan een brede doelgroep te bieden. Het heeft alle benodigde kwaliteitscertificaten. Schoonmaak is ook een erkend leerbedrijf met een eigen opleider. Al enkele jaren worden re‐integratiecliënten, vooral uit de WWB, opgeleid voor de schoonmaakmarkt. De doorstroommogelijkheden in deze sector voor gekwalificeerd personeel zijn uitstekend. Het resultaat kan verbeterd worden door efficiency‐ en capaciteitsverbetering, en door groei van ons marktaandeel. Door de uitstroom van de Wsw‐werknemers ontstaat vanaf 2014 de noodzaak om andere medewerkers in te zetten. Post is een relatief nieuw en nog klein onderdeel. Het bezorgt post in de regio. Amfors is in 2012 gestart met een proef op het terrein van samenwerking met een particulier postbedrijf, van Straaten Post, waardoor we dit bedrijfsonderdeel nog rendabeler kunnen maken. Deze samenwerking brengt de activiteiten nog dichter bij de reguliere arbeidsmarkt en zal de doorplaatsing van medewerkers een boost geven. Verder is er in dit bedrijfsonderdeel heel goed omzetverbetering mogelijk door meer opdrachten binnen te halen. De gemeente Baarn heeft bijvoorbeeld net besloten om gebruik te maken van Amfors Post. Detacheringen
Medewerkers worden individueel gedetacheerd, maar ook in groepsverband. Vooral de individuele detacheringen zijn conjunctuurgevoelig. Wij verwachten in de toekomst enigszins een verschuiving in het soort plaatsingen. Het aantal groepsplaatsingen zal toenemen doordat de werknemers uit het Productiebedrijf doorstromen. Het efficiënter inzetten van medewerkers in individuele detacheringen heeft een positief effect op het resultaat. Door een betere matching tussen de contracttijd bij Amfors en het detacheringscontract bij de opdrachtgever bijvoorbeeld. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
9
De Groepsdetachering bij Post NL is een project dat in het najaar van 2012 wordt ingeregeld. Medewerkers worden in een nieuw distributiecentrum te werk gesteld en verrichten (interne) distributietaken. Allereerst in een ochtendploeg met Wsw geïndiceerde medewerkers. Het project is basis en referentiepunt om te onderzoek of en hoe Amfors het volledige dag‐ en avondproces kan bemannen. Het absolute volume aan Individuele detacheringen zal geleidelijk afnemen door de uitstroom van de huidige Wsw‐werknemers. Hierdoor wordt een omzetdaling van 0,7 miljoen euro tot 2018 verwacht. Maar hier ligt wellicht een kans voor invulling van deze vacatures vanuit andere doelgroepen. Deze kans om andere doelgroepen te detacheren, is niet opgenomen in de Meerjarenbegroting.
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
10
2.2
Verplichte paragrafen
Weerstandvermogen Het geven van inzicht in risico’s past binnen de ontwikkelingen van “Public Governance”. Transparantie over de uitvoering van beleid en het afleggen van verantwoording over de sturing en beheersing van de organisatie aan interne en externe belanghebbenden komt steeds meer centraal te staan. Het is dan ook belangrijk, inzicht te krijgen in de mogelijke risico’s, om zo de stabiliteit in het resultaat te verbeteren en de sociale doelstellingen te kunnen behalen. Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als het vermogen dat nodig is om tegenvallers op te vangen zonder dat de continuïteit van de organisatie in gevaar komt. Daarbij wordt niet alleen rekening gehouden met mogelijke tegenvallers, maar ook met de flexibiliteit die een organisatie heeft om haar uitgavenpatroon aan te passen aan haar nieuwe inkomstenniveau en met de kans dat tegenslagen zicht tegelijkertijd voordoen. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit vanwege ingeschatte risico’s. Door zowel de weerstandscapaciteit
te bepalen als de bekende risico’s te wegen op de kans van voordoen ontstaat een meer onderbouwd inzicht in het aanwezige weerstandsvermogen. Weerstandscapaciteit Risico’s geheel van middelen en mogelijkheden van De kans dat een gebeurtenis plaatsvindt maal HetAmfors om niet begrote, onverwachte en het gevolg van die gebeurtenis substantiële kosten en/of uitgaven te kunnen dekken weerstandsvermogen RWA/Amfors heeft te maken met een grote verscheidenheid aan risico’s. In de praktijk blijkt dat de omvang van de totale risico’s veelal moeilijk is te kwantificeren. Economische en marktrisico’s De economische en financiële ontwikkeling is als gevolg van de kredietcrisis verslechterd. De druk op de marges neemt verder toe. Inmiddels is er duidelijk sprake van een stagnatie van de economie in Nederland. Deskundigen verwachten dat het nog wel enkele jaren kan duren voordat de economie zich weer heeft hersteld. Indien bedrijven moet inkrimpen dan leert de ervaring dat tijdelijk en gedetacheerd personeel als eerste worden ontslagen. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
11
Concurrentie uit lage lonen landen en bedrijven die zich in toenemende mate begeven op de markt voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt; Periodiek worden (groen)opdrachten opnieuw aanbesteed. Tevens zijn de marges(brutowinst) steeds kleiner. De concurrentie neemt daarbij toe, in sommige gevallen is er sprake van een voorkeurspositie, maar het is voorgekomen dat opdrachten aan derden werden toegewezen. Maatschappelijke risico’s De ontwikkeling van de rijksbijdrage compenseerde de afgelopen jaren onvoldoende de stijging van de salariskosten. Onduidelijk is hoe zich dit de komende jaren zal ontwikkelen bij de herijking van de sociale zekerheid. De verwachting is dat de afname van de subsidie niet gelijke trend zal houden met de ontwikkeling van de loonkosten. Dat geldt vooral voor de zittende populatie van SW‐medewerkers. Dit verschil wordt wel jaarlijks kleiner door het natuurlijke verloop van huidige populatie. De taakstelling zal de komende jaren verder afnemen vanwege het rijksbeleid. Onduidelijk is hoe zich dit de komende jaren zal ontwikkelen vanwege de Wet werken naar vermogen. Onderrealisatie bij één of meerdere gemeenten welke direct een nadelig effect heeft op de bekostiging in het komende jaar. RWA/Amfors doet haar uiterste best de gemeenten adequaat te informeren en de dossiervorming voor haar cliënten op peil te houden. Echter RWA/Amfors en de deelnemende gemeenten hebben ook te maken met de zogenaamde “buitengemeenten” en “buitenschappen”. Hierdoor ontstaat een grijs gebied en mogelijke risico’s voor onderrealisatie van taakstelling etc. De verdere invulling naar een leer‐werkbedrijf vraagt een intensievere begeleiding van de doelgroep en een aanpassing van de organisatie. Dit legt een extra druk op het resultaat. Fiscale ontwikkelingen, zoals de aangekondigde wijzigingen in de vennootschapsbelasting voor direct of indirect door de overheid uitgevoerde activiteiten, waarmee in concurrentie wordt getreden met andere bedrijven. Bedrijfs‐ en ondernemingsrisico’s Verplichtingen betreffende vakantiegeld en vakantiedagen. Deze verplichting mag volgens de geldende verslaggevingsvoorschriften niet worden opgenomen in de balans van RWA Bedrijven. Niettemin heeft RWA Bedrijven tegenover haar medewerkers deze verplichtingen. Bij een verwachte afbouw van de totale populatie worden deze verplichtingen voor die groep van medewerkers de komende jaren actueel. Een aantal andere SW‐bedrijven heeft voor deze verplichting een 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
12
bestemmingsreserve gevormd. Indien de bovenstaande risico’s zich voordoen zal het verlies aan inkomsten waarschijnlijk leiden tot teruglopende liquiditeiten. Deze dienen d.m.v. externe financiering te worden opgelost en daardoor zullen de rentelasten toenemen. Er dient rekening te worden gehouden met de kosten van onvoorziene omstandigheden. Amfors Holding BV is volgens de samenwerkingsovereenkomst met het RWA verplicht om eventuele bij de gemeenschappelijke regeling RWA ontstane exploitatietekorten aan te zuiveren. Deze verplichting geldt echter uitsluitend zolang het eigen vermogen van Amfors Holding BV het bedrag van € 2.500.000 te boven gaat. Daarna zijn de deelnemende gemeenten verplicht de exploitatietekorten aan te vullen. De ondergrens van € 2.500.000 fungeert als weerstandscapaciteit. Voor het gedeelte van het eigen vermogen van Amfors Holding BV tussen de € 2.500.000 en € 4.500.000 geldt dat Amfors Holding BV voor 50% aansprakelijk is voor de aanzuivering van de bij het RWA ontstane exploitatietekorten. Onderhoud kapitaalgoederen Het RWA heeft een onderhoudsvoorziening getroffen voor een substantieel deel van haar gebouwen. Op deze wijze worden de kosten voor het onderhoud door middel van stortingen in de onderhoudsvoorziening gelijkmatig verdeeld over een aantal kalenderjaren. Het betreft hier een onderhoudsvoorziening voor de egalisatie van kosten van rehabilitatie, herinrichting of renovatie van onroerend goed. Ultimo 2011 bedraagt de voorziening € 354.000. Gedurende het tijdvak 2013–2016 wordt jaarlijks € 41.000 aan de voorziening gedoteerd. De organisatie onderzoekt in 2012 haar status rondom huisvesting. Het bedrijfspand aan de Argonweg staat inmiddels te koop aangeboden en getracht wordt om op een zo efficiënt mogelijke wijze gebruik te maken van de beschikbare hoeveelheid bedrijfsruimte. Financiering Financiering wordt enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak. Belangrijk is duurzaam toegang te behouden tot de financiële markten tegen acceptabele condities. Ten aanzien van de financiële risico’s staat beheersbaarheid voorop. De vermogens‐ en (rente)resultaten van de organisatie dienen te worden beschermd tegen ongewenste financiële risico’s, zoals renterisico’s, liquiditeitsrisico’s en kredietrisico’s. Voor de beheersbaarheid van het renterisico wordt gewerkt met de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Onderstaand staat de weergave van de berekening van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Kasgeldlimiet 2013 2014 2015 2016 1. Toegestane kasgeldlimiet Begrotingstotaal 1 januari (=grondslag) 38.108 37.798 37.772 38.026 Kasgeldlimiet in procenten van de grondslag 8,2% 8,2% 8,2% 8,2% Kasgeldlimiet in een bedrag 3.125 3.099 3.097 3.105 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
13
Renterisiconorm 2013 2014 2015 Begroting Begroting Begroting 1. Renteherziening ‐ ‐ ‐ Renteherziening op vaste schuld o/g Renteherziening op vaste schuld u/g ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ Netto renteherziening op vaste schuld 2. Mutatie vaste schuld Nieuwe aangetrokken vaste schuld ‐ ‐ ‐ Nieuwe verstrekte lange leningen ‐ ‐ ‐ ‐ Netto nieuw aangetrokken schuld ‐ ‐ 3. Betaalde aflossingen 2.300 1.900 1.900 4. Herfinanciering (laagste van 2 en3) ‐ ‐ ‐ 5. Renterisico op vaste schuld (1 + 4) ‐ ‐ ‐ 6. Renterisiconorm Stand van de vaste schuld per 1 10.700 januari 14.900 12.600 20% 20% 20% Percentage Renterisiconorm 2.980 2.520 2.140 7. Toets renterisiconorm Renterisiconorm 2.980 2.520 2.140 Renterisico op vaste schuld (1 + 4) ‐ ‐ ‐ Ruimte 2.980 2.520 2.140
2016 Begroting ‐ ‐ ‐ 1.500 ‐ 1.500 1.900 1.500 1.500 8.800 20% 1.760 1.760 1.500 260
Het koersrisico en het valutarisico blijft tot een minimum beperkt. Koersrisico’s worden immers beperkt door uitzettingen in de vorm van rekening‐courant en deposito’s te laten plaatsvinden. Verder worden leningen uitsluitend verstrekt, aangegaan of gegarandeerd in euro’s. De aan‐ en verkoop in buitenlandse valuta’s wordt in principe niet aangegaan. Verbonden partijen Amfors Holding BV heeft een aantal besloten vennootschappen opgericht om voormalige activiteiten van het RWA in onder te brengen. De holding dient haar dochtervennootschappen zodanig te besturen dat deze bijdragen aan de continuïteit van de Amfors Groep. De bedrijvengroep die voor de volle 100% eigendom is van Amfors Holding BV, wordt de Amfors Groep genoemd. De samenwerkingsovereenkomst, die de onderlinge relaties regelt tussen het RWA en de Amfors Groep maakt van Amfors Holding BV en haar dochtermaatschappijen een belangrijke verbonden partij met het RWA. Naast alle overige kosten, gemaakt door het RWA, wordt ook het negatieve subsidieresultaat –de werkelijke kosten Wsw minus de Rijkssubsidie Wsw‐ doorberekend aan de Amfors Groep. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
14
Volgens artikel 7 van de samenwerkingsovereenkomst tussen enerzijds Amfors Holding BV te Amersfoort en haar dochterondernemingen en anderzijds het Regionaal Sociaal Werkvoorzieningschap te Amersfoort en Omgeving (RWA) is verder het volgende bepaald: Amfors Holding BV is verplicht om eventuele bij de gemeenschappelijke regeling RWA ontstane exploitatietekorten aan te zuiveren. Deze verplichting geldt echter uitsluitend zolang het eigen vermogen van Amfors Holding BV het bedrag van € 2.500.000 te boven gaat. Voor het gedeelte van het eigen vermogen van Amfors Holding BV tussen de € 2.500.000 en € 4.500.000 geldt dat Amfors Holding BV voor 50% aansprakelijk is voor de aanzuivering van de bij het RWA ontstane exploitatietekorten. Het eigen vermogen aan het eind van het jaar 2011 bedraagt € 7.826.094. Bedrijfsvoering De paragraaf Bedrijfsvoering gaat in op de ontwikkelingen, die zowel van buitenaf als van binnenuit van invloed zijn op de bedrijfsvoering van het RWA. Ontwikkelingen van buitenaf zijn bijvoorbeeld de eurocrisis en de Wet werken naar vermogen. Ontwikkelingen van binnenuit zijn bijvoorbeeld de effecten van in gang gezette verbeterprojecten. Deze bedrijfsvoeringparagraaf tracht inzicht te geven in de stand van zaken van de beleidsvoornemens betreffende de bedrijfsvoering en legt daarbij een relatie met het uitvoeren van het programma, de Wet sociale werkvoorziening. In de paragraaf Bedrijfsvoering van het RWA worden in hoofdlijnen taken met betrekking tot personeel, ICT, en huisvesting besproken. Personeel In de nieuwe organisatie zal Amfors minder management en overhead hebben. Daarnaast zullen een aantal stafdiensten centraliseren. De verhouding begeleiding versus uitvoering is doorgelicht en versoberd. Re‐integratie en arbeidsoriëntatie zoals we die nu kennen, houden op te bestaan. Een aantal diensten dat de organisatie zelf verricht, is uitbesteed of zal worden uitbesteed, zoals de salarisverwerking en ICT. Door de reorganisatie verliezen 46 medewerkers hun baan. Bij de reorganisatie en alle overige ontwikkelingen binnen Amfors, ontstaan eveneens vacatures. Het sociaal plan regelt de personele gevolgen van de reorganisatie. De reorganisatie dient ertoe om Amfors gereed te maken voor haar strategische koers richting het ontwikkelde voorkeursscenario van een publiek bedrijf voor beschut werken en een privaat werkbedrijf. Amfors kan op deze wijze haar maatschappelijke doelstelling om als mensontwikkelbedrijf alle potentie van de bij of via Amfors werkzame mensen optimaal benutten. Door de besparing op de loonkosten komt een verbetering van het exploitatieresultaat in zicht. Amfors tracht de productiepotentie van de daar werkzame geïndiceerde medewerkers optimaal te benutten. Amfors verwezenlijkt deze capaciteitsvergroting door de reductie van het ziekteverzuim en door de efficiëntere inzet van de arbeidstijd. Het ziekteverzuim Wsw dient in 2013 met minimaal 2% te dalen naar 15,5% op voortschrijdende jaarbasis om in 2015 op maximaal 13,5% uit te komen. De daling met minimaal 4% ten opzichte van 2011 betekent concreet het vrijspelen van ongeveer 45 arbeidsmanjaren. Het ziekteverzuimbeleid is door Amfors nader uitgewerkt, vooral door de verzuimnoodzaak te beperken en andere verzuimbepalende factoren positief te beïnvloeden. Concreet zijn en worden belastende factoren in de arbeidssituatie zoveel mogelijk beperkt en wordt gewerkt aan het verhogen of minimaal op peil houden van de belastbaarheid van medewerkers. Daarnaast wordt gewerkt aan verhoging van de verzuimdrempel, door positief commitment en ‘binding’ aan het bedrijf te stimuleren en tegelijkertijd de hervattingsdrempel te verlagen. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
15
Met medewerkers die frequent verzuimen en niet meer voldoen aan de criteria die gelden voor het werken binnen de Sociale Werkvoorziening wordt de mogelijkheid bezien voor indicatie voor Dagbesteding. Trainingsmogelijkheid is er gecreëerd voor medewerkers met een psychische problematiek. Een projectgroep ‘Ziekteverzuim’ met daarin bedrijfsartsen, MT‐leden en een vertegenwoordiging namens de OR ondersteunt de organisatie bij de hierboven geformuleerde ambities op het vlak van ziekteverzuim. Amfors creëert tevens extra capaciteit door pauzetijd voor rekening van de medewerkers te brengen. Ook hiervoor is positieve betrokkenheid van medewerkers bij het eigen bedrijf noodzakelijk en het stimuleren van een goede sfeer op de afdelingen. Dit vormt bij deze maatregel daarom een belangrijk aandachtspunt. Ongeveer 40 extra arbeidsmanjaren levert het implementeren van deze maatregel op. In de nieuwe organisatie blijft de opleiding en ontwikkeling van medewerkers een centrale plek behouden. Vakgerichte opleidingen en educatie op het terrein van (algemene) vaardigheden. Amfors profileert zich mede als privaat werkbedrijf en om in voldoende mate ‘concurrentieproof’ te kunnen werken blijft het ontwikkelen van medewerkers essentieel. ICT ICT‐strategievorming mag niet op zichzelf staan. De essentie van de ICT‐strategie maakt deel uit van de ondernemingsstrategie en krijgt daarmee tegelijkertijd vorm. Amfors vertaalt haar bedrijfsstrategie naar keuzes in de bedrijfsstructuur. De veranderingen in het Bedrijfsplan geven aanleiding om de ICT‐structuur nader te aanschouwen om zo een maximale bijdrage te leveren aan de gerichte ondersteuning van de bedrijfsprocessen van Amfors. Deze veranderingen kunnen ertoe leiden dat applicaties niet meer voldoen en nieuwe applicaties in gebruik dienen te worden genomen, zoals een cliënt‐volgsysteem. De afweging van meerdere applicaties met haar eigen voor‐ en nadelen dient te worden afgezet tegen een bedrijfsbrede ERP oplossing. Niet alleen op het terrein van bedrijfsapplicaties is nader onderzoek wenselijk. Verdere nasporing op het terrein van de ICT‐architectuur is noodzakelijk om te toetsen of dergelijke applicaties via Server Based Computing beschikbaar dienen te worden gesteld. Kostenbeheersing en onderhoud baarheid zijn belangrijk, maar mogen uiteraard niet ten koste gaan van de betrouwbaarheid en kwaliteit. Het investeren in het opleiden van medewerkers en een zorgvuldige afweging van die processen die via outsourcing op een andere wijze worden ingekocht dienen de betrouwbaarheid en kwaliteit mede te waarborgen. De komende tijd zijn drie vragen van primair belang voor de wijze waarop de ICT‐structuur vorm krijgt bij Amfors. 1. Welke bedrijfsapplicaties zet Amfors in om haar bedrijfsprocessen optimaal te ondersteunen? 2. Welke technische ICT architectuur dient daaronder te liggen? 3. Een doelmatige afweging tussen processen die wel of niet kunnen worden uitbesteed en de wijze waarop eventuele outsourcing dient te worden ingericht. 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
16
Huisvesting Amfors heeft in haar huisvestingsstrategie gekozen voor een concentratiescenario. Op basis van onderzoek in 2011 is gebleken dat de locatie aan de Schothorsterlaan die ultimo 2010 door brand werd verwoest niet meer behoeft te worden herbouwd. Het perceel wordt niet meer ingezet voor bedrijfsactiviteiten en Amfors wil het perceel vervreemden. Hoegenaamd alle bedrijfsactiviteiten kunnen worden uitgevoerd vanuit de locatie aan de Uraniumweg. Dit heeft ertoe geleid dat de locatie aan de Argonweg in 2012 te koop is aangeboden. Het verkoopproces loopt inmiddels. De metaalactiviteiten kunnen echter niet worden ondergebracht op de locatie aan de Uraniumweg. Hiervoor dient vooralsnog de locatie aan de Heliumweg in stand te blijven. In de koers van het concentratiescenario past eveneens dat Amfors al haar huurlocaties kritisch beschouwd en daar waar synergie mogelijk is tot opzegging van contracten overgaat. Amfors blijft haar huisvesting na uitvoering van de personele reorganisatie actief monitoren en tracht daar waar mogelijk huuropbrengsten te genereren uit bedrijfsruimte die niet door eigen activiteiten wordt opgevuld. In de begroting is echter geen rekening gehouden met dergelijke huurinkomsten.
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
17
3.
Financiële begroting
3.1
Begroting RWA
Programmabegroting
(x € 1.000)
Omzet Lonen en salarissen ambtenaren Afschrijvingen Rentelasten Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Lonen SW‐medewerkers, incl. sociale lasten Rijkssubsidie Wsw Subsidieresultaat Exploitatieresultaat Aanzuivering tekort door Amfors Holding BV Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor bestemming Onttrekkingen aan reserves Resultaat na bestemming
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
18
Realisatie Begroting 2011 2012 4.459 5.984 3.928 3.718 1.492 1.573 494 458 ‐1.455 235 4.459 5.984 ‐ ‐ 33.450 33.647 30.073 30.086 ‐3.377 ‐3.561 ‐3.377 ‐3.561 3.377 2.130 ‐ ‐1.431 ‐ ‐ ‐ ‐ 1.431
Begroting 2013 4.870
2.780 1.399 466 225 4.870 ‐ 33.238 30.061
‐3.177 ‐3.177
2.460
‐717 ‐ ‐ ‐717
Programmabegroting
(x € 1.000)
Omzet Lonen en salarissen ambtenaren Afschrijvingen Rentelasten Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Lonen SW‐medewerkers, incl. sociale lasten Rijkssubsidie Wsw Subsidieresultaat Exploitatieresultaat Aanzuivering tekort door Amfors Holding BV Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor bestemming Onttrekkingen aan reserves Resultaat na bestemming
Begroting 2014 4.636 2.689 1.325 397 225 4.636
33.162 30.061 ‐3.101 ‐3.101 2.650
‐451
Begroting 2015 4.501 2.620 1.305 351 225 4.501 33.271 30.061 ‐3.210 ‐3.210 2.733 ‐477 ‐477
Begroting 2016 4.485 2.611 1.281 368 225 4.644
33.382 30.061 ‐3.321 ‐3.321 2.600
‐721
‐451 ‐721 Het negatieve resultaat na bestemming over de begrotingsjaren 2013 t/m 2016 respectievelijk ‐/‐ € 717.000, ‐/‐ € 451.000, ‐/‐ € 477.000 en ‐/‐ € 721.000 wordt als vordering op de deelnemende gemeenten opgenomen. Het negatieve resultaat na bestemming over het begrotingsjaar 2012 ‐/‐ € 1.431.000 komt uit de Meerjarenbegroting 2012 t/m 2015.
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
19
3.2
Toelichting begroting RWA
Programmarekening
Realisatie 2011
(x € 1.000) Omzet Netto‐ omzet
12.156
Kosten grond en hulpstoffen/uitbesteed werk Toegevoegde waarde
12.156 0
Doorberekende salariskosten ambtenaren
3.928
Doorberekende rente en afschrijvingen
1.986
Doorberekende overige bedrijfskosten
‐1.455
Lonen en salarissen ambtenaren Salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Overige personeelskosten
4.459 3.272 78 540 38 3.928
Begroting 2012 8.400 8.400 0 3.718 2.031 235 5.984 2.985 111 590 32 3.718
Begroting 2013
‐
‐ ‐
2.780
1.865
225 4.870 2.310 55 385 30 2.780
(x € 1.000) Realisatie SW medewerkers (SE) Lonen SW medewerkers, incl. sociale lasten Brutoloon en vakantiegeld Sociale lasten Pensioenpremies Overige personeelskosten
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
20
Realisatie 2011 1.175 26.878 1.836 2.791 1.945 33.450
Begroting 2012 1.168 26.889 2.062 2.776 1.920 33.647
Begroting 2013 1.167
26.715 1.814 2.753 1.956 33.238
Programmarekening
Realisatie 2011 5 ‐
(x € 1.000) Onderhoudskosten Belastingen en verzekeringen
Algemene kosten Overwerk WSW Toevoeging voorziening onderhoud
123 52 55
Vrijval voorziening groot onderhoud Incidentele baten en lasten
‐161 ‐1.529
1.455‐
Begroting 2012 65 ‐ 120 50 ‐ ‐ ‐
Begroting 2013 10 124 50 41
‐ ‐
235
225
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
21
3.3
Uiteenzetting financiële positie
Financiering Vaste activa verloop over 2013 Verloop 2013 (x € 1.000) RWA Detachering RWA Grafisch RWA Metaal RWA Montage RWA Schoonmaak RWA Verpakking RWA Wijkonderhoud RWA Hoofdkantoor Totaal Vaste schulden (x € 1.000) Bank Nederlandse Gemeenten Amfors Holding Bank Nederlandse Gemeenten Bank Nederlandse Gemeenten Amfors Holding Bank Nederlandse Gemeenten Bank Nederlandse Gemeenten Amfors Holding Totaal
Boekwrd. 01‐01‐2013 223 1.042 1.525 79 47 260 1.739 8.543
Investeringen Afschrijving Boekwaarde 2013 2013 31‐12‐2013 0 9 214 20 82 980 390 189 1.726 60 31 108 60 34 73 0 30 230 600 647 1.692 0 377 8.166 1.130 1.399 13.189
13.458
Saldo per 01‐01‐2013
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
Begroting 2013
Nieuwe leningen
Aflossingen 2013
Saldo per Rente 31‐12‐2013 begrotingsjr. 4.500 95
5.000
‐
500
400 1.950
‐ ‐
400 150
0 1.800
8 72
1.950
‐
150
1.800
79
1.200 800
‐ ‐
300 200
900 600
35 31
1.500
‐
300
1.200
64
2.100
‐
300
62
14.900
‐
2.300
1.800 12.600
22
446
Reserves en voorzieningen Algemene reserve
(x € 1.000)
2012
2013
Saldo per 1 januari ‐ ‐ Resultaat begrotingsjaar ‐1.431 ‐717 Vordering op gemeenten 1.431 717 RWA Saldo per 31 december ‐ ‐ Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s (x € 1.000) Herstructurering Totaal Saldo per 1 januari 2013 2.095 2.095 Toevoegingen ‐ ‐ Onttrekkingen 547 547 Saldo per 31 december 1.548 1.548 2013 Onderhoudsegalisatievoorziening (x € 1.000) Herstructurering Totaal Saldo per 1 januari 2013 322 322 Toevoegingen 41 41 Onttrekkingen ‐ ‐ Saldo per 31 december 363 363 2013 100504 Begroting RWA 2013 – 2016
23
2014
2015
2016
‐451 451
‐ ‐477 477
‐721 721
‐
‐
‐
‐
‐
100504 Begroting RWA 2013 – 2016
24