1E HERZIENING VAN HET BESTEMMINGSPLAN GROENE STAART
TOELICHTING
Stadsdeel OostIWatergraafsmeer Ontwerp 7 december 2000
Toelichting op de ie herziening van het bestemmingsplan groene staart. 1.
Inleiding
Het bestemmingsplan Groene Staart is op 21 mei 1996 bij besluit no. 9600424 door de stadsdeelraad vastgesteld. Op 18 december 1996 volgde goedkeuring door Gedeputeerde Staten van Noord Holland, bij besluit no. 96712188. De Ministers van Verkeer en Waterstaat en van VROM hebben op 23 oktober 1996 het luchtvaartterrein Schiphol aangewezen. Uit deze 'Aanwijzing Luchtvaartterreinen Schiphol' volgen een aantal geluidscontouren die beperkingen met zich meebrengen voor diverse gebieden rond Schiphol. Via deze aanwijzing zijn de betrokken gemeenten verplicht de geluidscontouren op te nemen in de betreffende bestemmingsplannen en deze plannen zonodig te herzien. Het bestemmingsplan Groene Staart vigeert voor het gebied dat gedeeltelijk binnen de werking van het aanwijzingsbesluit van de Ministers valt. Derhalve zijn op de bij deze 18 herziening van het bestemmingsplan Groene Staart behorende plankaart, de betreffende geluidszones aangegeven en zijn in de bijbehorende voorschriften de bepalingen over de geluidscontouren vastgelegd. 2.
Beschrijving van de herziening
2.1.
Plankaart
Op de kaart behorende bij de 18 herziening bestemmingsplan Groene Staart, genummerd WR-Om002 van 14/08/2000, zijn de geluidscontouren Schiphol en de geluidzone van het industriegebied Amstell en 11 waarnaar in de toelichting van het vigerende bestemmingsplan wordt verwezen, aangegeven. 2.2.
Vóorschriften
2.2.1. Recreatieve doeleinden Het beleid is om de recreatieve capaciteit, van het gebied waarvoor het bestemmingsplan de Groene Staart vigeert, te vergroten. Bij uitvoering van dit beleid dient rekening gehouden te worden met de landschappelijke kenmerken van het poldergebied. Dit houdt in dat ook eisen gesteld dienen te worden aan de voorstellen voor beplanting en verharding bij inrichting van alle gronden die voor recreatieve doeleinden zijn aangewezen. Het vigerende bestemmingsplan voorziet hierin alleen voor de gronden die zijn aangegeven als "gebieden van een bijzondere natuurlijke waarden. Met het van toepassing laten zijn van de aanlegvergunning voor alle gronden met de bestemming "recreatieve doeleindenn, komt het enkel voorbehoud ervan voor alleen de gebieden aangegeven als "van een bijzondere natuurlijke waarden te vervallen. Met deze aanscherping wordt verwacht dat bij eventuele planontwikkeling op gronden met de onderhavige bestemming, zowel het karakter als de waarde van het polderlandschap op een verantwoorde wijze gerespecteerd worden. 2.2.2. Geluidhinder Geluidzone en Geluidbelasting in Kosteneenheden (Ke-contouren) Aan de begripsbepalingen zijn toegevoegd de begrippen "Geluidszonen en "Geluidsbelasting-. De Geluidszone 35 Ke S4S2 is de tijdelijke geluidszone van het vierbanenstelsel zoals bedoeld in de aanwijzing ex 27 jo. Artikel 24 Luchtvaartwet van het luchtvaartterrein Schiphol en de aanwijzingen ex artikel 26 Luchtvaartwet jo. Artikel 37 Wet op de Ruimtelijke Ordening van 23 oktober 1996. De Geluidszone 35 Ke S5P is de geluidszone van het vijfbanenstelsel zoals bedoeld in de aanwijzing ex 27 jo. Artikel 24 Luchtvaartwet van het luchtvaartterrein Schiphol en de aanwijzingen ex artikel 26 Luchtvaartwet jo. Artikel 37 Wet op de Ruimtelijke Ordening van 23 oktober 1996. Om aan te geven welke geluidsbelasting rond een luchtvaartterrein optreedt, worden rond dat terrein Ke-contouren bepaald. De Ke staat voor Kosteneenheid, genoemd naar professor Kosten, voorzitter van een adviesgroep over een maat voor geluidhinder als gevolg van grote luchtvaart. Hierbij spelen de volgende aspecten een belangrijke rol: de omvang en de aard van het luchtverkeer, het gebruik van het banenstelsel, het gebruik van het luchtruim rond de luchthaven en de verdeling van het verkeer over de vliegroutes en over het etmaal.
2
Op de plankaart staan de geluidszones met de 35 Ke-contouren die behoren bij het vierbanenstelsel (S4S2-contouren) en het vijfbanenstelsel (S5P-contouren). Ke-contouren zijn krommen die punten met dezelfde Ke-geluidsbelasting met elkaar verbinden. De Ke is niet geschikt om de naast hinder optredende specifieke gevolgen van nachtvluchten voor de verstoring van de slaap te beschrijven. Voor de beschrijving van het nachtelijke vliegtuig lawaai is gekozen voor het Lé!eq als dosismaat. Het Lé!eq is het equivalent geluidsniveau en wordt ondermeer gebruikt voor structureel bestaand nachtelijk vliegverkeer. Dit Laeq heeft betrekking op het geluidsniveau ten gevolge van het vliegtuiglawaai binnen de slaapkamer en niet zoals bij andere dosismaten ' aan de gevel' en heeft bovendien alleen betrekking op de periode' s nachts tussen 23.00 en 6.00 uur. Stadsdeel OosJWatergraafsmeer ligt niet binnen deze Laeq-contour en deze heeft derhalve geen betrekking op het bestemmingsplan "Groene Staart". De geldigheidsduur van de tijdelijke geluidzone van het vierbanenstelsel S4S2 is 8 jaar vanaf de datum tervisielegging aanwijzingsbesluit d.d. 23 Oktober 1996, dat wil zeggen tot 31 oktober 2004. Geluidsbelasting De geluidszonering luchtvaart heeft drie hoofdfuncties: • Luchtvaart: het vliegverkeer mag geen geluidsbelasting veroorzaken die hoger is dan de geluidszones aangeven; dit wordt door een handhavingsbeleid verzekerd. • Ruimtelijk beleid: binnen de 35 Ke-zonegrens is, behoudens een beperkte ontheffingsmogelijkheid, geen nieuwbouw van de geluidsgevoelige bestemmingen (waaronder woningen) toegelaten. • Isolatie: binnen de 40 Ke-zone worden bestaande woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen geïsoleerd; binnen de Lé!eq 26 dB(A) nachtzones worden alleen de slaapkamers geïsoleerd. Terzake van het beleid voor de woningbouw wordt voor de toetsing van bouwplannen aangesloten bij het door de Minister van Verkeer en Waterstaat genomen besluit "Aanwijzing Luchtvaartterreinen Schiphol". Het beleid voor gebieden gelegen binnen de geluidszones dient, volgens de Aanwijzing, te worden getoetst aan het Besluit Geluidsbelsating Grote Luchtvaart. Bij het Aanwijzingsbesluit is op kaartmateriaal de geluidszonering rond Schiphol vastgelegd. Deze geluidscontouren (Ke-contouren) zijn op de bestemmingsplankaart aangegeven. Binnen de 35 Ke contour is geen nieuwbouw van geluidsgevoelige bestemmingen toegelaten, tenzij met toestemming van de Minister van VROM. PKB In de Planologische Kembeslissing Schiphol en Omgeving is de aanleg van een vijfde start- en landingsbaan, parallel aan de vierde baan, de 'Zwanenburgbaan', opgenomen. Tot het in gebruik nemen van de vijfde baan geldt voor luchtvaart de geluidszone voor het vier-banenstelsel met verlengde Kaagbaan en zuidelijk gebruik van de Zwanenburgbaan. Bij het in gebruik nemen van de vijfde baan vervallen de Ke en Lé!eq zones behorende bij het vierbanenstelsel en treedt de Kegeluidszone voor het vijfbanenstelsel in werking. Deze is weergegeven op de plankaart met de S5Pcontourlijnen. Vrijwaringszone Ten behoeve van de toekomstige kwaliteit van het woon- en leefmilieu is in de PKB Schiphol en Omgeving per brief van de ministers van Ven W, VROM en Economische Zaken aan de Tweede Kamer dd 20 december 1995, de vrijwaringszone geïntroduceerd. De vrijwaringszone omvat de 30 Ke contour van S5P, de 10~ risicocontour en bestaand ruimtelijk beleid (rijksbufferzone AmsterdamHaarlem). De vrijwaringszone is dus ruimer dan de geluidszone voor het vijfbanenstelsel en omvat nagenoeg de gehele contour 10-6 individueel risico. Tevens is divers bestaand ruimtelijk beleid in de zone ondergebracht. Binnen de vrijwaringszone mogen in beginsel geen nieuwe woningen of andere milieugevoelige bestemmingen worden gerealiseerd voor zover niet reeds vastgelegd in vigerende bestemmingsplannen. Incidentele woningbouw zal slechts worden toegestaan wanneer daarvoor zwaarwegende argumenten aanwezig zijn, hetgeen het geval is bij gebondenheid aan bedrijfsvoering, bij vervangende nieuwbouw, bij functiewijziging van gebouwen in een woonbestemming en bij opvulling van kleine open gaten binnen aaneengesloten bebouwing. De selectiviteit ten aanzien van de vestiging van nieuwe bedrijven en kantoren binnen de vrijwaringszone dient - voor zover het niet gaat om vigerende bestemmingsplannen - in principe
3
gebaseerd te zijn op het weren van niet-Schipholgebonden bedrijvigheid uit de nabijheid van de luchthaven en het op afstand houden van bedrijven en kantoren met veel werknemers per hectare. In de vrijwaringszone geldt dat vestiging van nieuwe risicobronnen, die zouden kunnen bijdragen aan de verhoging van het risico van calamiteiten voor omwonenden, moet worden voorkomen. Dit houdt in dat binnen de vrijwaringszone, in de nabijheid van aaneengesloten woonbebouwing, geen nieuwe risicobronnen - zoals de nieuwbouw van opslagplaatsen voor gevaarlijke stoffen en chemische installaties - mogen worden gevestigd en bestaande risicobronnen niet mogen worden uitgebreid, als het risico van calamiteiten voor omwonenden daardoor significant worden verhoogd. In het plangebied is slechts sprake van incidentele grotendeels bedrijfsgebonden woonbebouwing met slechts geringe uitbreidingsmogelijkheden. Voor recreatieve bestemmingen bestaan er geen normen in het kader van de Luchtvaartwet. Het verdient echter aanbeveling bij de inrichting en aard van de recreatie-erven rekening te houden met de te verwachten geluidsbelasting. Veiligheid Het plangebied valt gedeeltelijk binnen de 10-6 veiligheidscontour i.v.m. vliegverkeer. Voor deze zone wil het rijk een stand-still m.b.t. woningbouw. Daar dit beleid verder nog niet tot concrete maatregelen is uitgewerkt en in dit plan binnen de veiligheidscontour slechts zeer geringe uitbreidingsmogelijkheden t.a.v. woningbouw mogelijk zijn (2 extra woningen, Ouderkerkerdijk 215 en 230), kan niet gesproken worden van ontoelaatbare strijdigheid met het luchtverkeer-veiligheidsbeleid. In het plan is een wijzigingsbevoegdheid van het Dagelijks Bestuur opgenomen voor het geval dat door of vanwege de Minister van Verkeer en Waterstaat gewijzigde contouren worden vastgesteld.
3.
Maatschappelijke uitvoerbaarheid
Vanaf 30 augustus tot en met 27 september 2000 is er in het kader van inspraak de mogelijkheid geboden schriftelijke zienswijzen in te dienen met betrekking tot het concept-ontwerp 8 bestemmingsplan 1 herziening Groene Staart. Van deze gelegenheid is geen gebruikgemaakt. Op 5 september is er een inspraak- en informatieavond georganiseerd. Hieronder treft u het verslag van deze bijeenkomst aan. VERSLAG INSPRAAK EN NOTULEN INSPRAAKAVOND CONCEPT-ONTWERP 1E HERZIENING BESTEMMINGSPLAN GROENE STAART, Stadsdeelkantoor Linnaeusstraat, 5-9-00, 20:00 uur. Op 5 september 2000 is de gelegenheid geboden om mondeling zienswijzen in te dienen. Bij deze inspraak- en informatieavond waren de volgende personen aanwezig: Boot Dy, R. Peereboom, E. Vos, D. Zijlstra (AW.O.), Rachel 0' Connell, Wim van Sijl, Piet Sagel, AJ. Jansen en A Jansen-Vrolijk. Aanwezig namens het stadsdeel: Jasper Boesveldt (vz.), Marc van Hes en Stephan Haak (not.). Hieronder volgt het verslag van de inspraak- en informatieavond -De voorzitter opent de bijeenkomst en heet allen welkom. -De voorzitter legt het doel van de avond uit: voorafgaand aan de procedure tot herziening van het geldende bestemmingsplan "Groene Staart", is er de gelegenheid in te spreken. Het herzieningsplan behelst in hoofdzaak 2 dingen. Ten eerste is er de verplichte overname van de Planologische Kernbeslissing (PKB) Schiphol en de daaruit voortvloeiende geluidscontouren in het bestemmingsplan. Ten tweede is er het aanscherpen en uitbreiden van het reeds bestaande aanlegvergunningstelsel voor de gronden bestemd tot" recreatieve doeleinden-. Enkele termen uit het bestemmingsplan en de PKB worden toegelicht. -De heer Peereboom vraagt of het met de geluidsbelasting nog erger kan dan de hier geldende zone met een 35 Ke-norm. De notulist antwoordt hierop dat dit inderdaad kan: er zijn zones tot en met een 60 Ke-norm. Alleen de 35 Ke-zone ligt binnen het Stadsdeel OostJWatergraafsrneer en in het gebied van het bestemmingsplan Groene Staart. Binnen de 35 Ke-zone is behoudens ontheffing door de minister geen nieuwbouw van woningen en andere milieugevoelige bebouwing toegestaan. -Op uitnodiging van de voorzitter legt de notulist uit dat ingevolge de NIMBY-wet (Not In My BackYard) gemeenten en stadsdelen verplicht zijn om PKB's, zoals de PKB die de Minister omtrent Schiphol
4
•
heeft genomen, in hun bestemmingsplan over te nemen. Tegen de geluidscontouren en andere consequenties van dit PKB zijn aldus geen juridische beinvloedingsmogelijkheden meer. -De heer Vos wil graag weten wat de consequenties van de verschillende zoneringen (autosnelweg A2, industriegebied Amstel en Schiphol) zijn. Hij zou het liefst een goede regeling zien omtrent het cumuleren van al dit lawaai. Antwoord stadsdeel: Er bestaat geen regeling die rekening houdt met het cumuleren van lawaai. De consequenties voor milieugevoelige bebouwing binnen de 35 Ke-zones, "Besluit geluidbelasting grote luchtvaart 1996", is uitgelegd. Binnen de 35 Ke-zone is behoudens ontheffing door de minister geen nieuwbouw van milieugevoelige bebouwing toegestaan. -De heer SageI vraagt wat een aanlegvergunningstelsel inhoudl De voorzitter en de notulist verklaren: zo'n regeling in het bestemmingsplan houdt in dat men voor activiteiten met of in de bodem een vergunning van het Dagelijks Bestuur nodig heeft. Het gaat dan onder andere om het maken van verhardingen of het planten van bomen. Door de nu voorgenomen wijziging van het bestemmingsplan, komt er meer controle en aldus bewaking van algemene doelstellingen van het bestemmingsplan. Concreet gaat het bij deze herziening om het reguleren van meer van dergelijke activiteiten en bovendien op alle gronden bestemd tot "recreatieve doeleinden" in plaats van alleen de recreatieve gronden die nader zijn aangeduid als "gebied met bijzondere natuurwaarde". -De heer Van Hes legt uit dat het aanlegvergunningenstelsel alleen geldt in het recreatiegebied en niet op particuliere erven. Daarnaast is een aantal smalle zones langs de Ouderkerkerdijk als zodanig aangegeven. -De heer Jansen vindt dat het landschap al behoorlijk is aangetast. -De heer Sagel vraagt of er over de voorgestelde aanscherping van het aanlegvergunningenstelsel geen reacties zijn binnengekomen van het recreatieschap Groengebied Amstelland. De voorzitter antwoordt dat in het kader van het zogenaamde artikel 10 Bro-overleg (voorafgaand ambtelijk overleg met betrokken overheden en instanties) geen schriftelijke reacties zijn ontvangen van Groengebied Amstelland. -Voorzitter en notulist verklaren één en ander omtrent de procedure tot het wijzigen van het bestemmingsplan. Tot en met 27 september 2000 is er de mogelijkheid in te spreken. Vervolgens worden de reacties verwerkt en wordt aan de gemeenteraad het voorstel gedaan om het plan in ontwerp ter inzage te leggen. Nadat hierbij de gelegenheid is geboden om zienswijzen in te dienen wordt het plan -al dan niet gewijzigd- door de gemeenteraad vastgesteld. Na de periode dat er gelegenheid is geweest om bij Gedeputeerde Staten bedenkingen in te dienen, keuren GS het plan al dan niet geheel goed of af. Tot slot staat beroep bij de Afdeling Bestuursrechtspraak open voor hen die zienswijzen tegen het ontwerp en bedenkingen tegen het vastgestelde plan hebben ingediend. -De heer Vos merkt op dat het aanvechten van de geluidscontouren feitelijk niet meer kan. -De heer Peereboom wil graag weten wat de consequenties van het bestemmingsplan voor de verkeerssituatie op de Ouderkerkerdijk zijn. De notulist legt uit dat het laatste hier niet aan de orde is. In de zaal ontstaat een korte discussie met betrekking tot genoemde verkeerssituatie. -De voorzitter biedt allen de gelegenheid tot het stellen van vragen. -Als blijkt dat er geen vragen zijn, wordt een ieder in de gelegenheid gesteld een begrippenlijstje omtrent bestemmingsplannen en een gekopieerd deel van de folder Milieuzones in Amsterdam met betrekking tot luchtvaartlawaai mee te nemen. De voorzitter sluit de vergadering om 21:15. 4.
Overleg als bedoeld in art. 10 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening
Ter voldoening aan het bepaalde in art. 10 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening is de conceptherziening om commentaar verzonden aan de volgende instanties: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Provincie Noord Holland, Dienst Ruimte en Groen;· Kamer van Koophandel en Fabrieken, voor Amsterdam; Ministerie van Defensie, Regionale Directie West-Nederland; NS Railinfra B.V., Grondverwerking en Juridische Zaken; Inspecteur Volkshuisvesting, Noord Holland/Flevoland; Inspecteur Ruimtelijke Ordening, Inspectie West; Inspecteur van de Volksgezondheid voor de Hygiêne van het Milieu voor Noord-Holland; N.V. Nederlandse Gasunie; Rijksluchtvaartdienst; Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Directie Noord-Holland; Dienst Waterbeheer en Riolering; PTT Telecom, Telefoondistrict Amsterdam;
5
13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
•
Milieu Federatie Noord-Holland; Directoraat-Generaal voor de Energievoorziening, van het Ministerie van Economische Zaken; Provincie Noord-Holland, Dienst Milieu en Water; College van Burgemeester en Wethouders van Ouder-Amstel; Groengebied Amstelland; Stadsdeel Zuidoost, la. v. het Dagelijks Bestuur; Stadsdeel Zuideramstel, la.v. het Dagelijks Bestuur; College van Burgemeester en Wethouders van Amsterdam. Van de geadresseerden, vermeld onder 1,2,4,5,9,12,13,14,15,16,17 en 18 is geen schriftelijke reactie ontvangen; De geadresseerde onder 3, heeft te kennen gegeven geen aanleiding te zien tot het maken van op- en/of aanmerkingen; De geadresseerden onder 8, 10 en 11 hebben gereageerd op onderdelen van het bestemmingsplan die geen deel uit maken van de 18 herziening en staan derhalve niet voor behandeling open **; De opmerkingen van geadresseerden vermeld onder 6, 7, 19 en 20 over de ongebruikelijke vorm van het conceptplan en over de onleesbaarheid van de plankaart, zijn overgenomen en hebben geleid tot het voorzien in een duidelijk en leesbaar plan. De overige opmerkingen van geadresseerden vermeld onder 19 en 20 worden hierop volgend puntsgewijs behandeld.
** De ingekomen reacties onder 8,10 en 11 overziende, blijkt dat met name is gereageerd op 8 onderdelen van het bestemmingsplan Groene Staart die geen deel uitmaken van de 1 herziening. 8 Aangenomen wordt dat de ongebruikelijke vorm, waarin het stadsdeel het concept van de 1 herziening voor commentaar en advies aan geadresseerden heeft verstuurd, mede de verwarring heeft veroorzaakt. Dat concept is namelijk de compilatie van het vigerende bestemmingsplan Groene Staart waarin de te wijzigen enlof aan te vullen onderdelen van de 18 herziening zijn verwerkt. Omdat het niet de bedoeling is om nu over te gaan tot een algehele herziening en actualisering van het vigerende bestemmingsplan zijn uitsluitend de opmerkingen die de 18 herziening betreffen hieronder behandeld. Ad 19. : het Dagelijks Bestuur van het Stadsdeel ZuiderAmstel
Geadresseerde wijst erop dat de voorschriften omtrent de geluidscontouren rondom de luchthaven Schiphol, geen regeling kennen voor het geval dat het aanwijzingsbesluit wordt verlengd, zonder dat de contouren verlegd worden. Daarnaast is, bij uitbreiding van de zone door verlegging van de geluidscontouren, de bevoegdheid tot wijziging onduidelijk begrensd. Beantwoording: Het stadsdeel Zuideramstel geeft met dit commentaar aan dat zij van mening is dat gebruikmaken van de wijzigingsbevoegdheid alleen een verandering tot verkleining van de geluidscontour mag betreffen. Wanneer de verandering een vergroting van de geluidscontour betreft, zou na besluit en aanwijzing door de Ministers, het onderhavige bestemmingsplan volgens de normale WRO- procedure herzien moeten worden. Hierbij wordt opgemerkt. Indien een aanwijzing door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en Vrom wordt opgelegd, zijn de betrokken gemeenten verplicht de geluidscontouren over te nemen. Belanghebbenden hebben tijdens de procedure van de aanwijzing inspraak kunnen geven. Het creeren van stringente voorschriften enl of een procedure regeling in het bestemmingsplan dient op zo'n moment geen nut.
Ad 20. : het College van Burgemeester en Wethouders van Amsterdam
naar aanleiding van de op de plankaart getekende balleijeslijn en streepjeslijn die in de legenda zijn vermeld als 30-KE-vrijwaringszones van 4-banenstelsel respectievelijk het 5-banenstelsel wordt opgemerkt dat er slechts één vrijwaringszone, de streepjeslijn op de plankaart, bestaat. Deze streepjeslijn dient als vrijwaringszone in de legenda vermeld te worden. Beantwoording: De opmerkingen zijn overgenomen en conform het advies op de plankaart verwerkt
6
•
Geadresseerde merkt op dat de opzet van de 1e herziening sterk afwijkt van het geen gebruikelijk is in de procedure tot herziening van een bestemmingsplan en adviseert de bijlage, waarin opmerkingen en een voorstel daaromtrent, bij de herziening te betrekken Beantwoording: De opmerking is correct. De opzet van het ontwerp 1e herziening bestemmingsplan Groene Staart wordt, conform het advies van het College van B&Wen zoals is neergelegd in de opmerkingen en het voorstel van de bij het commentaar behorende bijlage, aangepast. Daarnaast ontbreekt op de plankaart de geluidszone van de industriegebieden Amstell en 11. Beantwoording: De constatering is juist. De geluidszone van industriegebied Amstell en 11 zijn alleen weergegeven op bijlage 1. in de toelichting van het door de stadsdeelraad vastgestelde en door Gedeputeerde Staten van Noord-Holland goedgekeurde bestemmingsplan Groene Staart. Derhalve wordt de geluidzone van de industriegebieden Amstell en 11 alsnog op de plankaart opgenomen. 5.
Bedenkingen in het kader van de ter inzagelegging, ex artikel 23 WRO, van het ontwerp plan
Het ontwerp van de 1e herziening van het bestemmingsplan "Groene Staart" heeft overeenkomstig artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening vanaf 27 oktober 2000 voor de duur van vier weken ter inzage gelegen. Hierop is een zienswijze ingediend. Deze zienswijze van het ministerie van Verkeer en Waterstaat, afdeling Openbaar Bestuur en Strategie, heeft betrekking op een aanvullende verwijzing naar het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart. Geadresseerde merkt op: In de toelichting op deze herziening wordt in paragraaf 2.2.2 Geluidshinder, onder het kopje geluidsbelasting aangegeven dat terzake het beleid voor woningbouw voor de toetsing van bouwplannen wordt aangesloten bij het besluit "Aanwijzing Luchtvaart terrein Schiphol". Het, in et bestemmingsplan weergegeven, beleid voor gebieden gelegen binnen de geluidszones dient, volgens De Aanwijzing, te worden getoetst aan het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart. Geadresseerde stelt voor om bij de vaststelling van het plan, ter verheldering van het toetsingskader, in de toelichting naar het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart te verwijzen. Beantwoording: De reactie is in paragraaf 2.2.2. Geluidshinder onder het kopje geluidbelasting conform het voorstel in de toelichting verwerkt.
7
iE HERZIENING VAN HET BESTEMMINGSPLAN GROENE STAART
VOORSCHRIFTEN
Stadsdeel OostIWatergraafsmeer Ontwerp 7 december 2000