Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad
informatiecentrum tel.
uw kenmerk
(070) 373 3738022
bijlage(n)
2
betreft
ons kenmerk
datum
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening
BAWI/U200800686 Lbr. 08/091
19 mei 2008
Samenvatting
Onder leiding van het Normalisatieinstituut (NEN) is het afgelopen jaar gewerkt aan de totstandkoming van een norm waarmee certificering in de sector schuldhulpverlening plaats kan vinden. De VNG heeft zitting in de normcommissie die verantwoordelijk is voor de totstandkoming van de norm. De certificering dient een dubbel doel. Ten eerste wordt een impuls gegeven aan de kwaliteit van de uitvoering van schuldhulpverlening. Ten tweede kunnen malafide aanbieders van de markt worden geweerd. De concept-norm bestaat uit vier delen: eisen aan schuldhulpverleningsorganisaties en aan schuldhulpverleners, en het certificatieschema voor organisaties en voor schuldhulpverleners. De eerste twee delen van de norm zijn in concept gereed en worden aangeboden in een zogenaamde externe kritiekronde. Door middel van deze ledenbrief wordt de eerste twee delen van de concept-norm aan de gemeenten aangeboden voor commentaar. In deze ledenbrief gaan wij achtereenvolgens in op: •
De achtergrond van de certificering
•
Het belang voor gemeenten
•
De inhoud van de norm
Wij vragen u commentaar door te geven vóór 1 juli 2008.
Aan de leden
informatiecentrum tel.
uw kenmerk
(070) 373 8022
bijlage(n)
2
betreft
ons kenmerk
datum
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening
BAWI/U200800686 Lbr. 08/091
19 mei 2008
Geacht college, Onder leiding van het Normalisatieinstituut (NEN) is het afgelopen jaar gewerkt aan de totstandkoming van een norm waarmee certificering in de sector schuldhulpverlening plaats kan vinden. De VNG heeft zitting in de normcommissie die verantwoordelijk is voor de totstandkoming van de norm. De certificering dient een dubbel doel. Ten eerste wordt een impuls gegeven aan de kwaliteit van de uitvoering van schuldhulpverlening. Ten tweede kunnen malafide aanbieders van de markt worden geweerd. De concept-norm bestaat uit vier delen: eisen aan schuldhulpverleningsorganisaties en aan schuldhulpverleners, en het certificatieschema voor organisaties en voor schuldhulpverleners. De eerste twee delen van de norm zijn in concept gereed en worden aangeboden in een zogenaamde externe kritiekronde. Door middel van deze ledenbrief wordt de eerste twee delen van de concept-norm aan de gemeenten aangeboden voor commentaar. In deze ledenbrief gaan wij achtereenvolgens in op: •
Het doel en het belang van certificering;
•
De totstandkoming van de norm;
•
De inhoud van de norm;
•
Het certificeringsproces;
•
De gevolgen voor gemeenten;
•
De vervolgprocedure.
1. Het doel en het belang van certificering Doel certificering De norm voor schuldhulpverlening is van toepassing op alle organisaties (zowel publiek als privaat) en personen die zich richten op activiteiten in het kader van de schuldhulpverlening aan natuurlijke personen. De norm en certificatie op basis van deze norm moeten leiden tot transparantie en tot verdere professionalisering van de schuldhulpverleningssector en de daarin werkzame personen. Tevens moet certificatie op basis van deze norm leiden tot meer zekerheid over het schuldhulpverleningsproces voor zowel de cliënt als de schuldeiser. De norm en de daarop gebaseerde certificering moeten leiden tot een toetsbaar systeem waarin organisaties en personen die voldoen aan de eisen in de norm kunnen worden onderscheiden van organisaties en personen die hier niet aan voldoen. Dit moet ertoe leiden dat malafide en incompetente organisaties van de markt worden geweerd. Belang certificering De schuldenproblematiek in Nederland wordt groter. Niet alleen het aantal mensen met problematische schulden neemt toe, ook het gemiddeld schuldbedrag en het aantal schuldeisers per cliënt. Daarnaast blijkt dat veel schuldenaren kampen met meervoudige problematiek: werkloosheid, verslaving, gezondheidsproblemen. Een integrale aanpak van de schuldenproblematiek is dus noodzakelijk. Naast het voorkómen van schulden is het van belang dat de hulp die geboden wordt van een goede kwaliteit is, zodanig, dat niet alleen de schulden zijn aangepakt, maar dat de schuldenaar een reëel perspectief krijgt op een betere (financiële) positie. De maatschappelijke kosten van de schuldproblematiek zijn hoog. Zoals gezegd hebben mensen met problematische schulden ook andere problemen, die veel kosten met zich meebrengen op het gebied van werkloosheidsbestrijding, gezondheidszorg en leefbaarheid. De gemeente heeft dus meerdere, financiële, belangen om de schuldenproblematiek op een integrale manier aan te pakken. Certificering van de uitvoering moet hier een belangrijke bijdrage aan gaan leveren. Daarnaast is van belang dat nu de sector is overgegaan tot zelfregulering, de kansen voor regelgeving van de zijde van de rijksoverheid minimaal zijn geworden, mits de certificering gedragen wordt door de hele sector, én de organisaties zich in voldoende mate laten certificeren. 2. De totstandkoming van de norm Vooronderzoek van NEN Vanuit de Tweede Kamer is in het verleden op diverse momenten aangedrongen op strengere regels voor de schuldhulpverleningssector. Voorjaar 2006 kwamen de belangrijkste partijen uit de sector bij elkaar om de mogelijkheden voor zelfregulering te bespreken. Duidelijk werd dat er een positieve voedingsbodem bestond voor het ontwikkelen van certificering. Het NEN is vervolgens om advies gevraagd over de haalbaarheid van één norm voor schuldhulpverlening.
onderwerp
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening datum 19 mei 2008
02/06
Uit het door NEN uitgevoerde onderzoek is gebleken dat certificering met één norm haalbaar was, waarbij er twee deelnormen ontwikkeld zouden moeten worden: één voor organisaties en één voor personen. In april 2007 is met het certificeringsproces gestart met de oprichtingsbijeenkomst van de normcommissie. Normcommissie en werkgroepen De norm voor schuldhulpverlening is tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van de normcommissie schuldhulpverlening, waaronder een tweetal werkgroepen functioneren. In de normcommissie en de werkgroepen, geleid door een onafhankelijk voorzitter, zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd: MO-groep, VNG, Divosa, NVVK, Raad voor Rechtsbijstand, Nederlandse Vereniging van Banken, ANVS, Modus Vivendi, PLANgroep, SVF. Talenter Training. Voor het ontwikkelen van de norm heeft het NEN subsidie ontvangen van het Ministerie van SZW. Daarnaast hebben ook de deelnemende organisaties financieel bijgedragen. 3. De inhoud van de norm; De uiteindelijke norm zal bestaan uit vier delen, elk met een eigen nummer: •
NEN 8048-1:2008 Schuldhulpverlening – Deel 1: Eisen aan schuldhulpverleningsorganisaties;
•
NEN 8048-2:2008 Schuldhulpverlening – Deel 2: Eisen aan schuldhulpverleners;
•
NEN 8048-3:2008 Schuldhulpverlening – Deel 3: Certificatieschema voor Schuldhulpverleningsorganisaties (nog in ontwikkeling);
•
NEN 8048-4:2008 Schuldhulpverlening – Deel 4: Certificatieschema voor schuldhulpverleners (nog in ontwikkeling).
De norm voor schuldhulpverlening bestrijkt het gehele terrein van schuldhulpverlening in de brede zin des woords. De norm is ontwikkeld op basis van de huidige praktijk, huidige praktijk, de onder de diverse koepels van schuldhulpverleningsorganisaties fungerende gedragscodes, en het project vernieuwing schuldhulpverlening van de NVVK. Dit betekent dat in de norm óók aandacht wordt besteed aan het voorkómen van schulden en het voeren van een adequaat flankerend beleid, en dat er een naadloze aansluiting is met de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP). De norm is opgebouwd aan de hand van het volgende schema voor integrale schuldhulpverlening:
onderwerp
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening datum 19 mei 2008
03/06
Daarmee valt het totale schuldhulpverleningsproces uiteen in de volgende negen onderdelen: Aanmelding; intake en crisisinterventie; informatie en advies; herfinanciering; schuldregeling (schuldbemiddeling of saneringskrediet); stabilisatie (budgetbeheer, budgetcoaching, betalingsregelingen); afgifte verzoekschriften ex art. 284 en 287a en 287b Fw en verklaring ex art. 285 Fw; verzoek voorlopige voorziening; nazorg. 4. Het certificeringsproces Het hele certificeringsproces bestaat uit de volgende stappen: •
Het opstellen van een normatief document (de norm);
•
Het opstellen van een certificatieschema;
•
Certificerende instellingen vragen accreditatie aan bij de Raad voor Accreditatie;
•
Schuldhulpverleningsorganisaties en hulpverleners vragen het certificaat aan bij de certificerende instelling.
De eerste twee stappen bevinden zich nu in de afrondende fase. Momenteel wordt geworven voor organisaties die willen gaan fungeren als certificerende instelling.
onderwerp
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening datum 19 mei 2008
04/06
Tevens wordt gewerkt aan het uitwerken van de norm voor personen in examens. Er bestaan nu wel opleidingen voor schuldhulpverlening, maar er is geen (landelijk) examen. Bij invoering van persoonscertificatie wordt ook een landelijk examen geïntroduceerd. 5. Gevolgen voor gemeenten Schuldhulpverlening door gemeenten is op verschillende manieren georganiseerd. De meeste gemeenten hebben de uitvoering opgedragen aan een derde partij: de gemeentelijke of regionale kredietbank, of een particuliere organisatie, in veel gevallen de PLANgroep. Daarnaast wordt veel schuldhulpverlening uitgevoerd door eigen diensten of afdelingen van diensten. 92% van deze organisaties is aangesloten bij de NVVK, die ook zitting heeft in de normcommissie. Delen van het schuldhulpverleningsproces worden uitgevoerd door welzijnsinstellingen. Hierbij gaat het om budgetbeheer en –coaching, en delen van het flankerend beleid. Deze instellingen zijn verenigd in de MO-groep, die eveneens zitting heeft in de normcommissie. Een deel van de welzijnssector is reeds gecertificeerd via de HKZ-norm. Als het certificeringsproces zijn beslag gaat krijgen, zal gewaarborgd worden dat daar waar organisaties al via deze norm voor onderdelen van het schuldhulpverleningsproces gecertificeerd zijn, er geen extra toetsing zal plaatsvinden. Hiervoor vindt nog nader overleg plaats tussen NEN, HKZ en de MO-groep. Gemeenten zijn niet verplicht om hun afdelingen schuldhulpverlening te laten certificeren. Het belang is echter zo groot, dat wij een beroep op u doen dit toch te doen. Als een organisatie een deel van het schuldhulpverleningsproces uitvoert, hoeft zij niet voor het totaal gecertificeerd te worden. In de certificeringsschema’s, die nog door de normcommissie moet worden vastgesteld, wordt duidelijk op welke manier en voor welke onderdelen certificering mogelijk wordt. Het kan voorkomen dat gecertificeerde organisaties besluiten een derde in te huren om één of meer onderdelen van het schuldhulpverleningsproces uit te voeren. Om de kwaliteit te waarborgen kan dit het beste gebeuren door eveneens gecertificeerde organisaties. Is de ingehuurde organisatie niet gecertificeerd, dat is het de verantwoordelijkheid van de inhurende organisatie om zich ervan te vergewissen dat de ingehuurde organisatie voldoet aan de eisen van de norm. Tenslotte heeft de certificering ook financiële gevolgen. Ten eerste de gevolgen die het certificeringsproces als zodanig met zich meebrengt. Voor het behalen van een certificaat moet een bijdrage worden betaald. Door middel van deze bijdragen wordt de organisatie voor certificering in stand gehouden. Ten tweede kan het besluit om te gaan certificeren ertoe leiden dat er bijscholing plaats moet vinden, wat ook tot extra kosten kan leiden. (NB: Ten aanzien van de certificering van personen wordt rekening gehouden met de mogelijkheid van vrijstelling van examens, indien aangetoond kan worden dat een persoon via een opleiding bewezen heeft aan de eisen te voldoen.) Wij zijn echter van mening dat de investering die de gemeente hiervoor doet opweegt tegen de (maatschappelijke) opbrengsten van een betere schuldhulpverlening.
onderwerp
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening datum 19 mei 2008
05/06
6. De vervolgprocedure Verdere planning Zoals gezegd liggen in de huidige fase de eerste twee delen van de norm voor in de zogenaamde externe kritiekronde. Binnen enkele maanden krijgt u een vervolgbrief, met het verzoek commentaar te geven op de andere twee delen: de certificatieschema’s. Na binnenkomst van alle commentaren zal de normcommissie schuldhulpverlening de norm definitief vaststellen, waarna de rest van het certificeringsproces zijn beslag kan krijgen. De definitieve vaststelling van de gehele norm zal in de maand oktober zijn beslag krijgen. In de periode daarna kunnen schuldhulpverleningsorganisaties zich bij certificerende instellingen aanmelden om gecertificeerd te worden. Dit proces zal naar verwachting lopen tot de zomer van 2009. Over de precieze gang van zaken wordt u nader door ons geïnformeerd. Commentaar op de norm U heeft de gelegenheid tot het geven van commentaar tot uiterlijk 1 juli 2008. De VNG zal de opmerkingen van de gemeenten verzamelen en meenemen in het vervolgoverleg. Opmerkingen kunt u doorgeven via de mail:
[email protected] Hoogachtend, Vereniging van Nederlandse Gemeenten
mr. S. E. Korthuis lid directieraad
Deze ledenbrief staat ook op VNG-net. Kijk op www.vng.nl onder VNG-brieven.
onderwerp
Ledenraadpleging certicifering schuldhulpverlening datum 19 mei 2008
06/06