Vragen ter voorbereiding op de commissie
2014/045
Onderwerp: Financiële regeling “Hulp bij huishouding”. Commissievergadering: Gesteld door: Portefeuillehouder: Teammanager: Deadline:
13 november 2014 H&G / Susanne Peeters Hetty Tindemans Louis Teunissen / J. Baken 13november 2014
Vraag:
Raadsvoorstel. Vraag 1. Blz. 1 (C): Is het (net als de Wmo-raad bepleit) niet correcter om hier te spreken van “financieel kwetsbare” burgers? Want het gaat hier toch enkel om de financiele draagkracht van inwoners niet om eventuele andere kwetsbaarheden. Waarom noemt u het dan niet zoals het is bedoeld? Vraag 2. Blz. 3 (onder de werkwijze): Hoeveel HbH is nodig om een huis schoon te houden? En leefbaar? Dat is op voorhand een arbitraire vraag. Gaat u uit van het minimaal vereiste ( en wat is dat eigenlijk) gaat u uit of van meer? Maar wat gebeurt er als een aantal uren HbH door de gemeente wordt vergoed maar de bewoner wil het huis schoner en koopt er zelf nog 1 uur bij! Omdat hij hogere eisen stelt aan schoonheid en leefbaarheid? Wat doet de gemeente dan? Heeft dit invloed op uw beslissing in uren en/of geld? Vraag 3. Blz. 4 HHT-regeling. Gaat het nu bij de “nieuwe doelgroep” toch om inwoners die voorheen al HbH1 via de gemeente hadden? Zo ja, is het dan niet zo dat hiermee totaal verkeerde prikkels worden afgegeven aan met name de zorgaanbieders? Mogen we dit werkelijk onbegrijpelijk noemen? Of zwalkend beleid? (van Den Haag welteverstaan) Vraag 4. Blz. 5 Financiën. “Ingeschat wordt ….” (tweede alinea) En de derde alinea geeft aan dat het aantal mensen dat gebruik gaat maken van het vangnet niet bekend is. Dan wordt er vervolgens gesproken over (weer) een inschatting. Die inschatting is zelfs zo scherp dat hij doet geloven dat de gemeente uit gaat komen met het beschikbare bedrag. Waarop is deze aanname gebaseerd? Vraag 5. Blz. 6 Tweede alinea. “Voorgesteld wordt om dit bedrag te dekken uit het Prognose Rekeningresultaat 2014”. Ik ben geen financieel expert maar hoe kan ik nu uitgaan van een bedrag van 300.000,= euro
dat slechts een prognose is? Dat geld is er dus niet. (in elk geval nog niet) Hoe kan ik daar dan in dit geval de kosten van de extra benodigde middelen HbH-gesprekken met inwoners uit betalen? Ik weet nu nog niet of ik dat geld ooit heb. Lijkt dit niet de huid van de beer verkopen voordat ie geschoten is? Vraag 6. Blz.2-3 De staffelsgewijze op/afbouw vergoeding. U spreekt hier van het netto maandinkomen. Is hierbij dan het jaarinkomen door twaalf gedeeld? Maar in het geval van een eigen woning, kan de wijze waarop belasting wordt teruggevraagd (per maand direct op het inkomen of jaarlijks eenmaal via de loonbelasting) wel een behoorlijk verschil uitmaken in het werkelijk ontvangen loon per maand? Een hypotheek beïnvloedt duidelijk de netto-inkomsten. Neemt u dat in voorkomende gevallen mee in uw berekeningen? Hoewel de voorgestelde schaal ons heel redelijk lijkt, ontstaat er toch een probleem. U heeft namelijk wel heel duidelijk rekening gehouden met verschillende niveaus van inkomen. Maar nergens blijkt dat er ook rekening is gehouden met het aantal uren HbH dat iemand nodig zal hebben. Iemand kan wel voor een bepaald % vergoeding (geen 100%) in aanmerking komen maar dan toch meer dan redelijkerwijs van hem verwacht mag worden, moeten betalen door een hoog aantal uren. En daardoor ver terugvallen in inkomen. Is dat de bedoeling? Wat doen we aan dit verschijnsel? Vraag 7. Uit het advies van de Wmo-raad. Punt 3. De Wmo-raad heeft daar o.i. wel een punt. De betaling van de tegemoetkoming wordt door u direct aan de inwoner gedaan en niet aan de zorgaanbieder. Uw uitgangspunt waarom het zo te doen, is helder en consistent in Wmogedachten van zelfredzaamheid en regie voeren. Maar er kleven wel stevige risico’s aan uw werkwijze. Wie draait er op voor deze risico’s? U redeneert eenvoudig: de hulp stopt wel als er niet wordt betaald. Ja, dat is waar. Maar dan zijn we wel tegelijkertijd een nieuw probleem erbij aan het creëren namelijk de verwaarlozing van huis en inwoner(s). Heel concreet: wat doet u ingeval van een inwoner die b.v. al bekend is bij de schuldhulpsanering of iets vergelijkbaars? Neemt u dan het risico of gaat u hier anders regisseren? Oftewel: gaat u meer problemen riskeren of gaat u preventief aan het werk?
Antwoord:
Raadsvoorstel. Vraag 1. Blz. 1 (C): Is het (net als de Wmo-raad bepleit) niet correcter om hier te spreken van “financieel kwetsbare” burgers? Want het gaat hier toch enkel om de financiele draagkracht van inwoners niet om eventuele andere kwetsbaarheden. Waarom noemt u het dan niet zoals het is bedoeld? Antwoord: Al met al dekt de term “kwetsbaar” de lading, naar de mening van het college.
Vraag 2. Blz. 3 (onder de werkwijze): Hoeveel HbH is nodig om een huis schoon te houden? En leefbaar? Dat is op voorhand een arbitraire vraag. Gaat u uit van het minimaal vereiste ( en wat is dat eigenlijk) gaat u uit of van meer? Maar wat gebeurt er als een aantal uren HbH door de gemeente wordt vergoed maar de bewoner wil het huis schoner en koopt er zelf nog 1 uur bij! Omdat hij hogere eisen stelt aan schoonheid en leefbaarheid? Wat doet de gemeente dan? Heeft dit invloed op uw beslissing in uren en/of geld? Antwoord: In de beoordeling van wat nodig is om een huis schoon te houden verandert niets. Er zijn gangbare tijdseenheden die gelden voor bijvoorbeeld stofzuigen, stof afnemen, etc. Die worden dus nu al gehanteerd en blijven gehanteerd worden. Het klopt dat dit deels arbitrair is, maar dat is nooit anders geweest – de ene persoon vindt een huis nu eenmaal eerder vies dan de ander. Het staat de burger vrij om extra uren in te kopen naast datgene wat door de gemeente nodig wordt geacht – die extra uren worden dan niet vergoed door de gemeente. Vraag 3. Blz. 4 HHT-regeling. Gaat het nu bij de “nieuwe doelgroep” toch om inwoners die voorheen al HbH1 via de gemeente hadden? Zo ja, is het dan niet zo dat hiermee totaal verkeerde prikkels worden afgegeven aan met name de zorgaanbieders? Mogen we dit werkelijk onbegrijpelijk noemen? Of zwalkend beleid? (van Den Haag welteverstaan) Antwoord: Inderdaad gaat het toch om clienten die voorheen HbH1 ontvingen. De regeling is bedoeld om personeel in vaste dienst te kunnen houden onder de geldende cao. Er is landelijk een Wmo-regeling van gemaakt om daarmee onder het btw-regime uit te kunnen komen. Juridisch lijkt eea landelijk niet erg doortimmerd en er kunnen vele vragen over gesteld worden (over bijv. staatsteun), maar het laten lopen van de beschikbare middelen is ons inziens geen optie. Overigens hebben de A2-gemeenten nog geen antwoord op hun aanvraag. Vraag 4. Blz. 5 Financiën. “Ingeschat wordt ….” (tweede alinea) En de derde alinea geeft aan dat het aantal mensen dat gebruik gaat maken van het vangnet niet bekend is. Dan wordt er vervolgens gesproken over (weer) een inschatting. Die inschatting is zelfs zo scherp dat hij doet geloven dat de gemeente uit gaat komen met het beschikbare bedrag. Waarop is deze aanname gebaseerd? Antwoord: Die is gebaseerd op het aantal clienten HbH2 dat overblijft. De schijnbare scherpte komt voort uit het exact bekende beschikbare bedrag uit de mei-circulaire. Daar een percentage van nemen levert nog steeds een scherp bedrag op.
Vraag 5. Blz. 6 Tweede alinea. “Voorgesteld wordt om dit bedrag te dekken uit het Prognose Rekeningresultaat 2014”. Ik ben geen financieel expert maar hoe kan ik nu uitgaan van een bedrag van 300.000,= euro dat slechts een prognose is? Dat geld is er dus niet. (in elk geval nog niet) Hoe kan ik daar dan in dit geval de kosten van de extra benodigde middelen HbH-gesprekken met inwoners uit betalen? Ik weet nu nog niet of ik dat geld ooit heb. Lijkt dit niet de huid van de beer verkopen voordat ie geschoten is? Antwoord: De prognose is gebaseerd op de verschillende beraps. De betalingen ten behoeve van de inzet van de medewerkers wordt nu (tijdelijk) anders geboekt, namelijk uit de post Hulp bij het Huishouden. Bij goedkeuring door de raad inzake de voorgestelde dekking wordt dit uiteindelijk boekhoudkundig juist verwerkt. Vraag 6. Blz.2-3 De staffelsgewijze op/afbouw vergoeding. U spreekt hier van het netto maandinkomen. Is hierbij dan het jaarinkomen door twaalf gedeeld? Maar in het geval van een eigen woning, kan de wijze waarop belasting wordt teruggevraagd (per maand direct op het inkomen of jaarlijks eenmaal via de loonbelasting) wel een behoorlijk verschil uitmaken in het werkelijk ontvangen loon per maand? Een hypotheek beïnvloedt duidelijk de netto-inkomsten. Neemt u dat in voorkomende gevallen mee in uw berekeningen? Antwoord: Eventuele hypotheekteruggave wordt niet meegenomen in de inkomensbeoordeling – het betreft nml. geen inkomen, noch rente-inkomsten uit vermogen. Het maandinkomen wordt gecontroleerd aan de hand van bankafschriften, waarbij wel rekening wordt gehouden met de uitbetaling van vakantiegeld in mei. Hoewel de voorgestelde schaal ons heel redelijk lijkt, ontstaat er toch een probleem. U heeft namelijk wel heel duidelijk rekening gehouden met verschillende niveaus van inkomen. Maar nergens blijkt dat er ook rekening is gehouden met het aantal uren HbH dat iemand nodig zal hebben. Iemand kan wel voor een bepaald % vergoeding (geen 100%) in aanmerking komen maar dan toch meer dan redelijkerwijs van hem verwacht mag worden, moeten betalen door een hoog aantal uren. En daardoor ver terugvallen in inkomen. Is dat de bedoeling? Wat doen we aan dit verschijnsel? Antwoord: De gemiddelde huidige indicatie bestaat uit 2,4 uur per week. Afhankelijk van het inkomen kan het zo zijn dat iemand inderdaad meer moet betalen naarmate de afname van HbH1 (marktproduct) hoger is. Daar ook nog rekening mee houden zou de uitvoering veel ingewikkelder hebben gemaakt dan deze nu is, hetgeen niet conform het meegegeven kader (een zo eenvoudig mogelijke uitvoering) door de raad zou zijn.
Vraag 7. Uit het advies van de Wmo-raad. Punt 3. De Wmo-raad heeft daar o.i. wel een punt. De betaling van de tegemoetkoming wordt door u direct aan de inwoner gedaan en niet aan de zorgaanbieder. Uw uitgangspunt waarom het zo te doen, is helder en consistent in Wmogedachten van zelfredzaamheid en regie voeren. Maar er kleven wel stevige risico’s aan uw werkwijze. Wie draait er op voor deze risico’s? U redeneert eenvoudig: de hulp stopt wel als er niet wordt betaald. Ja, dat is waar. Maar dan zijn we wel tegelijkertijd een nieuw probleem erbij aan het creëren namelijk de verwaarlozing van huis en inwoner(s). Heel concreet: wat doet u ingeval van een inwoner die b.v. al bekend is bij de schuldhulpsanering of iets vergelijkbaars? Neemt u dan het risico of gaat u hier anders regisseren? Oftewel: gaat u meer problemen riskeren of gaat u preventief aan het werk? Antwoord: Het uitgangspunt is de eigen regie door de burgers en de eigen verantwoordelijkheid. Tegelijkertijd heeft u natuurlijk gelijk dat het onwenselijk is door deze regeling extra problemen te laten ontstaan. In bijzondere gevallen (bijv. in het geval van schuldhulpsanering waarbij de indruk bestaat dat mensen de financiële regeling niet aanwenden voor betaling aan de dienstverlener) kunnen bijzondere oplossingen gekozen worden (zoals alsnog rechtstreeks betalen door de gemeente aan de dienstverlener).