RVC/ZGB2/14/014
Stichting ZorgGoedBrabant 2 Oss Jaarverslag 2013
Voorwoord BrabantWonen en BrabantZorg werken intensief samen aan een aantal maatschappelijke opgaven. Deze samenwerking is in 2006 en 2010 geëffectueerd door deelname van BrabantWonen in respectievelijk ZorgGoedBrabant en ZorgGoedBrabant 2, twee stichtingen waarin het vastgoed van BrabantZorg is ondergebracht. ZorgGoedBrabant is een woningcorporatie (toegelaten instelling) en eigenaar van 16 woonzorgcentra en bijna 650 servicewoningen in de regio Oss. De samenwerking is uniek vanwege de krachtige en aansprekende visie en de wijze waarop wij het duurzaam juridisch en bedrijfsmatig hebben afgehecht. Wij maken gebruik van elkaars expertise en kwaliteiten. Wij zijn gericht op het creëren van toegevoegde waarde richting onze gezamenlijke klanten. ZorgGoedBrabant is als entiteit noodzakelijk om de formele organisatie en de onderlinge verhoudingen tussen partijen correct in te richten. ZorgGoedBrabant heeft echter geen eigen personeel. Verder is het geen merknaam die wij naar klanten toe gebruiken. Ook sponsort zij geen activiteiten van derden. BrabantWonen verricht naar buiten toe alle vastgoedgeoriënteerde uitvoerende werkzaamheden. BrabantZorg huurt de intramurale locaties van ZorgGoedBrabant en verleent zorg. De samenwerking is uniek, maar niet exclusief. BrabantWonen werkt ook samen met andere zorginstellingen en BrabantZorg met andere corporaties. ‘Samen maken we het verschil’, daar zijn we van overtuigd. De complexiteit en omvang van het maatschappelijk vraagstuk waarmee wij worden geconfronteerd neemt toe. Het vraagstuk van het scheiden van wonen en zorg vraagt van alle betrokkenen het nodige aan inzet, denkkracht en creativiteit. Juist op dit soort thema’s en in deze tijd van overheidsbezuinigingen, zal onze samenwerking zich naar onze mening op het maatschappelijk middenveld ook bewijzen. Zo lang mogelijk, zo gezond mogelijk en zo plezierig mogelijk thuis blijven wonen. Dat is onze gezamenlijke visie. Door ons vastgoed, een gezamenlijke klantbenadering, een integrale wijkaanpak en een steeds verdere verkenning van onze samenwerking, werken we aan deze missie. In dit jaarverslag gaan we specifiek in op de activiteiten die we in het kader van ZorgGoedBrabant uitvoerden. De versnelde uitvoering van de extramuralisering had daarbij onze nadrukkelijke aandacht. In 2012 en 2013 hebben we een plan van aanpak opgesteld om de extramuralisering vorm te geven, zetten we stappen om onze portfoliostrategie te herijken en werkten we aan nieuwe woonservice concepten voor onze servicewoningen. Bij dit alles, uitgaande van het bieden van aandacht, keuze en gemak aan onze klanten. Met dit jaarverslag willen wij transparant inzicht bieden in de werkzaamheden van het afgelopen jaar. Wij hebben samen al veel bereikt, maar wij zijn nog lang niet klaar. Extra uitdagingen komen op onze weg, maar ook in 2014 zullen wij een vervolg geven aan de ingezette weg.
1
Oss, mei 2014 Ir. H.M.H. Windmüller Drs. F.H. van de Werfhorst Drs. A.C.M. van Osch Mevr. drs. W.J.C.M. de Jong
2 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Inhoud Voorwoord ............................................................................................................ 1 Hoofdstuk 1: Besturing .......................................................................................... 4 1.1
Governance .............................................................................................. 5
1.2
Verslag Raad van Bestuur .......................................................................... 8
1.3
Verslag van de Raad van Commissarissen .................................................... 9
1.4
Verklaringen ........................................................................................... 14
Hoofdstuk 2: Volkshuisvestingsverslag ................................................................... 16 2
Voldoende, kwalitatief goede en betaalbare woningen .................................. 17
2.1
Inleiding ................................................................................................ 17
2.2
Typering woningvoorraad ......................................................................... 17
2.3
Woningmarkt .......................................................................................... 19
2.4
Kwalitatief goede woningen ...................................................................... 20
2.5
Voldoende passende woningen .................................................................. 24
2.6
Tevreden klanten .................................................................................... 25
Hoofdstuk3: Financieel Verslag.............................................................................. 26 3.1
Financieel beleid en sturing ...................................................................... 27
3.2
Financiële continuïteit gewaarborgd ........................................................... 27
3.3
Investeringen ......................................................................................... 29
3.4
Treasury ................................................................................................ 31
3.5
Risicomanagement .................................................................................. 33
Hoofdstuk 4: Jaarrekening .................................................................................... 36 4.1
Balans per 31 december 2013................................................................... 37
4.2
Winst- en verliesrekening over 2013 .......................................................... 39
4.3
Kasstroomoverzicht 2013 ......................................................................... 40
4.4
Algemene toelichting en waarderingsgrondslagen ........................................ 41
5.
Toelichting op de balans ........................................................................... 51
6.
Toelichting op de winst- en verliesrekening ................................................. 59
7.
Overige informatie ................................................................................... 63
8.
Controleverklaring ................................................................................... 64
Bijlage 1: Belanghouders Stichting ZorgGoedBrabant 2 ............................................ 65
3 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Hoofdstuk 1: Besturing
4 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
1.1 Governance ZorgGoedBrabant en ZorgGoedBrabant 2 BrabantZorg is een dienstverlener op het gebied van ouderenzorg in de regio’s OssUden-Veghel, ’s-Hertogenbosch en de Bommelerwaard. Eind 2006 is een samenwerkingsverband ontstaan met woningcorporatie BrabantWonen, die woningen in Oss en ’s-Hertogenbosch verhuurd. Deze strategische samenwerking heeft als doel het verouderd intramuraal vastgoed te herstructureren, een gevarieerd aanbod in woon-zorg-woningen te creëren, de bestaande dienstverlening op het brede terrein van het wonen te verbeteren en nieuwe producten en diensten op het snijvlak van wonen, zorg en welzijn te ontwikkelen. In de stichtingen ZorgGoedBrabant en ZorgGoedBrabant 2 is het zorgvastgoed van BrabantZorg ondergebracht. In ZorgGoedBrabant 2 is het vastgoed van de voormalige zorgstichting Welstaete en de zorgstichting Nieuweburg ondergebracht. ZorgGoedBrabant 2 is in juridische zin een zelfstandige, nevengeschikte entiteit. Door de nauwe verbanden tussen BrabantZorg en BrabantWonen hebben we deze stichtingen zoveel als mogelijk ingericht als ‘een gezamenlijke dochter’. De inrichting van de entiteit ZorgGoedBrabant 2 sluit grotendeels aan bij die van ZorgGoedBrabant. Echter er is één verschil: ZorgGoedBrabant 2 is geen toegelaten instelling. De insteek van dit jaarverslag en het overgrote deel van de bedrijfsvoering zijn wel geënt op die van een toegelaten instelling. Conform de statuten is ZorgGoedBrabant 2 een woningstichting voor de zorg zonder ministeriële toelating en eigenaar van veertien woonzorgcentra in de regio's UdenVeghel, 's-Hertogenbosch en De Bommelerwaard. ZorgGoedBrabant 2 heeft ten doel het huisvesten van ouderen in haar werkgebied. Gedeelde visie en governance BrabantWonen en BrabantZorg vinden elkaar in een gezamenlijke visie: ‘Over elkaars grenzen’. Deze visie leidt tot een gezamenlijke, integrale en wijkgerichte aanpak. BrabantWonen en BrabantZorg slaan nadrukkelijk de handen ineen vanuit een gedeelde missie: mensen helpen om zo lang, zo plezierig en zo thuis mogelijk te leven en te wonen, in een veilige leefomgeving. Als dat niet meer gaat, streven we minimaal naar behoud van eigen regie. Om dat te bereiken bieden we producten en diensten aan op het terrein van wonen-zorg-welzijn, die aansluiten bij de vraag van de klant. Een nadere uitwerking van de visie staat in de notitie ‘Met zorg bouwen aan samenwerking’. Hierin zijn de programma’s, motieven, doelen en verantwoordelijkheden nogmaals bekrachtigd. Ook gaan we in op de governance. Belangrijk uitgangspunt is dat elke sector haar eigen disciplinerende werking van het eigen verdienmodel moet blijven houden. Dat de bedrijfsmatige prikkels blijven waar ze thuishoren. Vertrekpunt is: ‘Alles wat in ZorgGoedBrabant 2 gebeurt, dient bij te dragen aan de missie en doelen van de afzonderlijke moederorganisaties’. Aan de hand van een matrix hebben we de volgorde 5 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
van besluitvorming weergegeven en daarmee ook de verantwoordelijkheden van de afzonderlijke entiteiten inzichtelijk gemaakt. Portfoliostrategie en Financieel Meerjaren Plan Het beleid en de visie op specifiek zorgvastgoed start met een visie op zorg. De langetermijn-woningmarktvisie en het langetermijn-huisvestingsplan (BrabantZorg) vormen de basis van de portfoliostrategie. Deze hebben we in 2011 ontwikkeld. De portfoliostrategie schetst voor het zorgvastgoed een beeld tot 2025. Daarin zijn zowel de kwantitatieve als kwalitatieve elementen van de vastgoedstrategie bekeken. We hebben voor ZorgGoedBrabant en ZorgGoedBrabant 2 één portfoliostrategie gemaakt. De (financiële) consequenties zijn vervolgens wel voor deze twee entiteiten afzonderlijk inzichtelijk in de Financieel Meerjaren Plannen. Hierdoor is er inzicht in enerzijds de (resterende) investeringsruimte en anderzijds een strategie voor de langere termijn voor de (zorg)vastgoedportefeuille. Jaarlijks herijken we de portfoliostrategie en het Financieel Meerjaren Plan. Governancestructuur Belangrijkste doel van ZorgGoedBrabant 2 is om ‘Mensen zo lang, zo thuis, zo gezond en zo plezierig mogelijk te laten wonen en leven’. ZorgGoedBrabant levert hiertoe, samen met BrabantWonen, de huisvesting met aanvullende diensten. BrabantZorg levert de zorg en welzijnsarrangementen. ZorgGoedBrabant 2 is als entiteit noodzakelijk om de formele organisatie en de onderlinge verhoudingen tussen partijen correct in te richten. ZorgGoedBrabant 2 heeft geen eigen personeel. Het is geen merknaam die we naar klanten toe gebruiken. De taken zijn zo verdeeld dat BrabantWonen naar buiten toe alle vastgoedgeoriënteerde uitvoerende werkzaamheden verricht. BrabantZorg huurt de intramurale locaties van ZorgGoedBrabant 2 en verleent zorg. ‘Moederorganisaties’ BrabantZorg en BrabantWonen hebben bij beide stichtingen de inbreng en de zeggenschap gelijkelijk verdeeld. In 2010 is de governancestructuur van ZorgGoedBrabant 2 heringericht. Er is voor gekozen deze structuur gelijk te maken aan de governancestructuur van ZorgGoedBrabant. Uitzondering hierop zijn zeer specifieke volkshuisvestelijke vereisten, zoals bijvoorbeeld het benoemen van twee leden van de Raad van Commissarissen op voordracht van de huurders (voor ZorgGoedBrabant 2 niet van toepassing). De hoofdlijnen van de governancestructuur bij ZorgGoedBrabant 2: De algemeen directeur van BrabantWonen en de leden van de Raad van Bestuur van BrabantZorg vormen gezamenlijk het bestuur van ZorgGoedBrabant 2; Het bestuur van ZorgGoedBrabant 2 is in stemverhouding paritair samengesteld uit het bestuur van BrabantWonen en BrabantZorg; De Raad van Commissarissen is op basis van de statuten samengesteld uit drie leden die afkomstig zijn vanuit de Raad van Commissarissen van BrabantWonen en drie leden die afkomstig zijn vanuit de Raad van Toezicht van BrabantZorg; De Raad van Commissarissen ziet toe op de financiële continuïteit, de rechtvaardigheid van de uitgaven (de legitimiteit), het maatschappelijk presteren, de governancestructuur, een aantal gedragsaspecten (integriteit), en het functioneren van het bestuur; 6 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De uitvoerende werkzaamheden van ZorgGoedBrabant 2 worden verricht door werknemers van voornamelijk BrabantWonen; De Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur vinden ‘goed ondernemingsbestuur’ (good corporate governance) van groot belang. De ambities, positionering en rolopvatting van de AedesCode en Governancecode Woningcorporaties worden onderschreven en er wordt naar gehandeld, ondanks het feit dat deze voor ZorgGoedBrabant 2 (geen toegelaten instelling) niet zijn ondertekend; Het toetsingskader van ZorgGoedBrabant 2 bestaat uit onder andere een reglement voor de Raad van Commissarissen, een bestuursreglement, een statuut investeringen en verbindingen, een financieel statuut, een integriteitsbeleid met klokkenluidersregeling, een klachtenreglement, inkoop- en aanbestedingsbeleid, een portfoliostrategie en Financieel Meerjaren Plan, een activiteitenbegroting en kwartaalrapportages; ZorgGoedBrabant 2 heeft diverse overeenkomsten gesloten, zoals een samenwerkingsovereenkomst, een dienstverleningsovereenkomst, een raamovereenkomst intramuraal vastgoed en individuele huurovereenkomsten intramuraal vastgoed; Een onafhankelijke accountant verricht extern toezicht. Hij is aangesteld door de Raad van Commissarissen; Binnen ZorgGoedBrabant 2 kennen wij een systeem van risicobeheersing; de belangrijkste risico’s verantwoord we in de risicoparagraaf die in alle rapportages binnen de Planning & Control-cyclus terugkomen.
Voor een uitgebreidere beschrijving van de governancestructuur en de bijbehorende documenten verwijzen wij naar onze website www.zorggoedbrabant.nl. De Raad van Bestuur In statuten, reglementen en overeenkomsten staat hoe de bestuursorganen zijn ingericht. De algemeen directeur van BrabantWonen en de leden Raad van Bestuur van BrabantZorg vormen gezamenlijk de Raad van Bestuur (hierna ‘het bestuur’) van ZorgGoedBrabant 2. In het jaar 2013 waren dit: de heer ir. H.M.H. Windmüller (1959), algemeen directeur van BrabantWonen; de heer drs. F.H. van de Werfhorst (1953), voorzitter Raad van Bestuur BrabantZorg; de heer drs. A.C.M. van Osch (1955), lid Raad van Bestuur BrabantZorg; mevrouw drs. W.J.C.M. de Jong (1956), lid Raad van Bestuur BrabantZorg. De nevenfuncties van bestuur, die relevant zijn voor de uitoefening van hun bestuurstaak, hebben we opgenomen in de jaarverslagen van BrabantWonen en BrabantZorg. De taakverdeling binnen het bestuur staat in het Bestuursreglement van ZorgGoedBrabant 2. Samenwerken met belanghouders Zowel BrabantWonen als BrabantZorg hebben belanghouders benoemd. Deze formele belanghouders zijn ook belanghouders van ZorgGoedBrabant 2. De contacten met belanghouders en hun beïnvloeding lopen via BrabantWonen en BrabantZorg. Voor een overzicht van de formele belanghouders verwijzen wij naar bijlage 1 7 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
1.2 Verslag Raad van Bestuur Scheiden van wonen en zorg Een belangrijk thema dat ons bezighoudt is ‘scheiden van wonen en zorg’. Per 2013 is het scheiden van wonen en zorg gestart. Hiermee bedoelen we het apart financieren van wonen en zorg. De cliënt betaalt zelf voor het wonen via huur of koop. De financiering van de zorg is geregeld via de zorgverzekeringswet, Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en (eventueel) via eigen middelen. De gedachte is dat bewoners van verzorgings- en verpleeghuizen hierdoor meer keuzevrijheid krijgen. Ook vergroten we zo de diversiteit in wonen. Zorgwonen Sinds 1 januari 2013 komen Zorgzwaartepakket 1 en 2 (ZZP) niet meer in aanmerking voor zorg mét verblijf. Vanaf 2014 komt daar ZZP 3 bij en in 2016 ZZP 4 (gedeeltelijk). BrabantZorg heeft hierdoor te maken met de reductie van verzorgingshuiszorg. Daarom hebben we een krimpscenario opgesteld. Dit scenario loopt tot en met 2018. Als vervanging voor het verdwijnen van verzorgingshuiszorg heeft ZorgGoedBrabant 2 samen met BrabantZorg het ‘Zorgwonen’ ontwikkeld. Wonen met zorg binnen de geborgenheid van een zorglocatie met: 24-uurs aanwezigheid van de zorg; alle faciliteiten om aan sociale activiteiten mee te doen; gezonde en gevarieerde voeding; ondersteunende diensten in huis. De kosten voor deze ‘verzorgde’ woningopzet betaalt de klant via huur en servicekosten, een basisarrangement en locatie specifieke arrangementen. De verlening van zorg gaat via de extramurale zorgindicatie. Sinds de tweede helft van 2013 is het Zorgwonen gestart op de locaties Atrium in Veghel, Odendael in St. Oedenrode, Sint Petrus in Boekel en Compostella in Zeeland. Binnen de nieuwbouw van Simeonshof in Erp passen we het Zorgwonen toe in de losstaande woonblokken, die sinds juni 2013 zijn opgeleverd. Ook in ’s-Hertogenbosch passen we het Zorgwonen toe, op de locaties Noorderkroon en Nieuwehagen. In 2014 bieden we het concept ook aan op de locaties Sint Jan in Uden en Sint Antonius in Volkel. Doorontwikkelen Het ontwikkelen en implementeren van het Zorgwonen heeft in de eerste helft van 2013 veel inzet van beide ‘moeders’ (BrabantZorg en BrabantWonen) gevergd. In onze visie zijn de klant en de klantvraag niet veranderd. Alleen het financiële stelsel rondom de klant is gewijzigd. Om aan te sluiten bij deze gedachtegang zijn de huisvesting-, verblijfen zorgproducten in detail uitgewerkt. De komende periode staat in het teken van verdere verdieping rondom het Zorgwonen. Hierbij besteden we aandacht aan: Positionering Zorgwonen in het woningaanbod voor ouderen in de regio. Om het Zorgwonen een plaats in woningaanbod voor ouderen in het verzorgingsgebied van BrabantZorg te geven is afstemming met de regionale corporaties essentieel. Zeker in de gebieden waar BrabantWonen niet de woningcorporatie van het omliggende woningaanbod is. Huurders van andere corporaties maken gebruik van de faciliteiten van BrabantZorg en ZorgGoedBrabant 2. 8 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Marketing Zorgwonen; Afstemming administratieve en werkprocessen tussen ZorgGoedBrabant 2, BrabantZorg, BrabantWonen.
1.3 Verslag van de Raad van Commissarissen Elk jaar leggen wij als Raad van Commissarissen (RvC) verantwoording af hoe we intern toezicht houden bij ZorgGoedBrabant 2. Intern toezicht De RvC is het intern toezichthoudend orgaan bij ZorgGoedBrabant 2. Als RvC houden wij toezicht op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken binnen ZorgGoedBrabant 2. Het beleid van het bestuur toetsen wij aan wet- en regelgeving. Verder toetsen wij de inzet en het gevoerde beleid van het bestuur aan meer specifieke door het bestuur vastgestelde en door ons goedgekeurde beleids- en financiële kaders. ZorgGoedBrabant 2 is geen toegelaten instelling. Voor zover ZorgGoedBrabant 2 geen eigen specifieke reglementen en procedures kent, volgen wij die van ZorgGoedBrabant of BrabantWonen. Het toetsingskader bestaat uit onder meer: de statuten en reglementen; beleidsdocumenten (zoals de portfoliostrategie); de activiteitenbegroting; het financieel meerjarenplan. In onze rol als toezichthouder: • kijken wij naar de omvang van het vermogen (de financiële continuïteit); • toetsen we de rechtmatigheid van de uitgaven (de legitimiteit) en het functioneren van het bestuur; • treden wij op als klankbord en adviseur voor het bestuur. Als basis voor het eigen functioneren en de relaties met het bestuur maken wij gebruik van een reglement. Dit is een aanvulling op de statuten van de stichting. Samenstelling Raad van Commissarissen De RvC bestaat uit zes leden. Elk lid is voor een periode van vier jaar benoemd en kan maximaal twee perioden zitting hebben in de RvC. De RvC samengesteld uit drie leden uit de RvC van BrabantWonen en drie leden die afkomstig zijn vanuit de Raad van Toezicht van BrabantZorg. Dit is statutair bepaald. De samenstelling van de RvC van ZorgGoedBrabant 2 is gelijk aan die van ZorgGoedBrabant.
9 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De samenstelling van de RvC ziet er als volgt uit: Naam (leeftijd op 31-12-2013)
Functie in RvC
Dhr. ir. D.J. Noy (55 jaar)
Voorzitter
(Neven)functies
Vicevoorzitter
Directeur adviesbureau Atriensis BV Lid Raad van Toezicht BrabantZorg Voorzitter Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 Bestuurslid coöperatieve vereniging Energie Uden
2007
RvT BZ
-
Directievoorzitter Rabobank Tilburg e.o. (tot 1 maart 2012 Directievoorzitter Rabobank Uden/Veghel) Voorzitter Raad van Commissarissen BrabantWonen (tot mei 2014) Vice-voorzitter Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 (tot mei 2014)
2006
RvC BW
Zelfstandig adviseur en procesmanager Dubbel-R advisering Lid Raad van Commissarissen BrabantWonen (tot november 2014) Lid Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 (tot november 2014) Voorzitter Raad van Toezicht Jeugdtheater Artemis Lid Raad van Toezicht Bibliotheek De Meierij (per januari 2014)
2006
Huurdersorganisatie BW
Lector van het lectoraat Langdurige zorg van de Han Hoofdredacteur Tijdschrift voor Verpleegkundigen (TVZ) Lid Raad van Toezicht BrabantZorg (tot januari 2014) Lid Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 (tot januari 2014) Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Leerstation Zorg
2008
Huurdersorganisatie BZ
Parttime hoogleraar ondernemingsstrategie Universiteit van Amsterdam Chief Executive Officer Acatris Voorzitter Raad van Toezicht BrabantZorg Lid Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 Voorzitter Raad van Commissarissen Bakker Beheermaatschappij Voorzitter Raad van Commissarissen Lamboo Medical Voorzitter Raad van Commissarissen Wireless Value
2006
RvT BZ
Directeur Li.Re Holding BV Directeur Rehoma BV Lid Raad van Commissarissen BrabantWonen Lid Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2
2008
RvC BW
-
Dhr. drs.ing. R.W.M. Rottier (60 jaar)
Lid
-
Mevr. dr. M.J.M. Adriaansen (58 jaar)
Lid
-
Dhr. prof.dr. E. Piëst (54 jaar)
Lid
-
Dhr. ing. J.C.J. Reijers (63 jaar)
Lid
Voordracht*
-
Dhr. W.T.G. Bens MBA (53 jaar)
Lid RvC vanaf
-
-
10
Mevr. drs. A.E. Spreen (55 jaar)
Lid
Dhr. R.P. Prins (63 jaar)
Lid
-
Directeur Zorg & Wonen Stichting Philadelphia Zorg Lid Raad van Toezicht BrabantZorg (per januari 2014) Lid Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 (per januari 2014)
2014
Huurdersorganisatie BZ
-
Voormalig directievoorzitter Organon BioSciences Nederland BV Vicevoorzitter Raad van Commissarissen BrabantWonen en per mei 2014 voorzitter Lid Raad van Commissarissen ZorgGoedBrabant 2 (per mei 2014) Voorzitter Raad van Commissarissen NV Noordelijke Ontwikkelings- Maatschappij (NOM) Voorzitter Raad van Toezicht ROC de Leijgraaf Voorzitter RvC BioConnection
2014
RvC BW
-
-
* BZ = BrabantZorg, BW = BrabantWonen
11 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
In 2013 hebben we nadere afspraken gemaakt over het rooster van aftreden. Om de continuïteit van het toezicht te bewaken, wilden we voorkomen dat een groot aantal leden ineens zou aftreden in 2014. Daarom blijven de heren Noy en Piëst langer lid van de RvC. Het rooster van aftreden hebben we als volgt vastgesteld: Naam
2014
2015
Dhr. ir. D.J. Noy
Aftredend 1-5-’14
Dhr. drs.ing. R.W.M. Rottier
Aftredend 1-11-’14
Mevr. dr. M.J.M. Adriaansen
Aftredend 1-1-’14
Dhr. ing. J.C.J. Reijers
2017
2018
Aftredend 1-1-’16
Dhr. W.T.G. Bens MBA
Dhr. prof.dr. E. Piëst
2016
Aftredend 1-1-’15 Aftredend 1-12-’16
Mevr. drs. A.E. Spreen
Dhr. R.P. Prins
Aftredend en herbenoembaar 1-1-’18 Aftredend 1-1-’18
Wij zijn van mening dat er voldoende relevante deskundigheid in de RvC is vertegenwoordigd om goed en onafhankelijk toezicht op het bestuur te kunnen uitoefenen. Alle commissarissen die vanuit de Raad van Toezicht van BrabantZorg zijn aangesteld, zijn lid van de NVTZ (Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen). Alle commissarissen die vanuit de Raad van Commissarissen van BrabantWonen zijn aangesteld, zijn lid van de VTW (Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties). Kerncommissies We hebben geen remuneratiecommissie ingesteld, omdat de bezoldiging van de bestuurders plaatsvindt bij BrabantWonen dan wel BrabantZorg. In die zin vervult de Raad niet de rol van werkgever. Ook kennen wij geen auditcommissie. De jaarlijkse bespreking van de cijfers vindt plaats in gezamenlijkheid met de externe onafhankelijke accountant en het bestuur. Bijeenkomsten Wij zijn als RvC is in het verslagjaar vier keer bijeen geweest. Deze vergaderingen vonden verspreid over het jaar plaats, te weten in februari, juni, september en november 2013. Voorafgaand aan iedere vergadering hebben vertegenwoordigers van het bestuur (de heer Windmüller en de heer Van Osch) een vooroverleg gehad met de 12
voorzitter. Naar aanleiding van dit gesprek werd de agenda definitief samengesteld. Het bestuur was aanwezig bij de vergaderingen van de RvC. Besluiten en informatie Als RvC nemen we besluiten door documenten vast te stellen of door goedkeuring te verlenen aan bestuursbesluiten. Onze belangrijkste besluiten van 2013 op een rij: Besluiten Raad van Commissarissen Decharge bestuur voor verslagjaar 2012; Vaststelling jaarverslag 2012 RvC ZorgGoedBrabant 2; Vaststelling verslag zelfevaluatie d.d. 16 september 2013; Vaststelling notulen vergaderingen RvC; Honorering RvC. Goedkeuring bestuursbesluiten Vaststelling herijkt Statuut investeringen en verbindingen ZorgGoedBrabant 2; Vaststelling herijkt Financieel statuut ZorgGoedBrabant 2; Vaststelling jaarverslag 2012; Vaststelling activiteitenbegroting 2014 ZorgGoedBrabant 2; Vaststelling Portfoliostrategie 2013 BrabantZorg en ZorgGoedBrabant (2); Vaststelling Financiële Meerjarenplanning 2014 ZorgGoedBrabant 2; Afrekening exploitatielasten ZorgGoedBrabant 2007-2012. Naast actuele ontwikkelingen hebben we tijdens vergaderingen stilgestaan bij: Accountantsverslag; Kwartaalrapportages; Presentaties ‘Scheiden van wonen en zorg’ en ‘Zorgwonen’; Financieel Meerjaren Plan vastgoed BrabantZorg. Onafhankelijke accountant Conform ons reglement en protocol accountant hebben wij een accountant: PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. De RvC heeft de accountant opdracht verleend om de jaarstukken te onderzoeken en daarover een accountantsverslag uit te brengen. In de vergadering van de Raad op 12 juni 2013 hebben wij, in aanwezigheid van het bestuur, het accountantsverslag over 2012 inclusief de aanbevelingen met de accountant besproken. Zelfevaluatie Eens per jaar vindt er een zelfevaluatie plaats. In 2013 was dit op 16 september. Uit deze evaluatie kwam onder andere naar voren dat: de Raad content is met de verbeterde, meer transparante verslaglegging; we scherp moeten blijven op het in control zijn; de informatieverschaffing vanuit het bestuur en de organisatie is hierbij essentieel. We hebben hiertoe verbeteringen in de afgelopen periode ervaren; de verhoudingen onderling en met het bestuur goed zijn; we goed zijn geïnformeerd over actuele thema’s en strategische kwesties, zoals het scheiden van wonen en zorg. Leningen of garanties en tegenstrijdig belang 13 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
ZorgGoedBrabant 2 verstrekt geen leningen of garanties aan de leden van de RvC en het bestuur. Verder hebben in het boekjaar 2013 geen transacties plaatsgevonden met tegenstrijdig belang aangaande het bestuur dan wel de RvC. Bezoldiging Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen Moederorganisaties BrabantWonen en BrabantZorg zorgen voor de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur. Bij ZorgGoedBrabant 2 zorgt de stichting zelf voor de honorering van de werkzaamheden van de commissarissen. BrabantWonen en BrabantZorg kennen geen (aanvullende) vergoedingen aan de leden van de RvC toe. In 2013 was de bezoldiging voor de RvC als volgt: € 4.455 voor de voorzitter; € 3.928 voor de leden. Deze bezoldiging is onafhankelijk van de financiële prestaties van ZorgGoedBrabant 2 en is getoetst aan de Wet Normering Topinkomens. Vanaf het vierde kwartaal van 2013 is de honorering aangepast. Dat betekent dat de volgende vergoedingen vanaf 1 oktober 2013 van kracht zijn: € 2.443,75 voor de voorzitter; € 2.125,00 voor de leden.
Oss, 24 februari 2014 Ir. D.J. Noy, voorzitter Raad van Commissarissen van ZorgGoedBrabant 2 1.4 Verklaringen Bestuursverklaring De Raad van Bestuur van ZorgGoedBrabant 2 verklaart dat zij, ook in het verslagjaar 2013, de relevante wet- en regelgeving heeft nageleefd en dat de interne risicobeheersing- en controlesystemen effectief zijn. De Raad van Bestuur, Ir. H.M.H. Windmüller Drs. F.H. van de Werfhorst Drs. A.C.M van Osch Mevr. Drs. W.J.C.M de Jong Goedkeurende verklaring Raad van Commissarissen De Raad van Bestuur van ZorgGoedBrabant 2 heeft de jaarrekening en het jaarverslag over 2013 opgemaakt en vastgesteld. De jaarrekening omvat een kort verslag, de winsten verliesrekening, de balans en de daarbij behorende toelichting. Deze jaarrekening 2013 is door PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., gecontroleerd en goedgekeurd, zoals blijkt uit de controleverklaring die u in de overige gegevens bij de jaarrekening aantreft. 14 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De Raad van Commissarissen verleent goedkeuring aan dit jaarverslag en bijbehorende jaarrekening en verleent decharge aan de Raad van Bestuur voor het gevoerde beleid in het verslagjaar.
Ir. D.J. Noy, voorzitter Raad van Commissarissen van ZorgGoedBrabant 2
15 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Hoofdstuk 2: Volkshuisvestingsverslag
16 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
2 Voldoende, kwalitatief goede en betaalbare woningen 2.1 Inleiding ‘Wonen’ ligt het dichtst bij onze kerntaak. ZorgGoedBrabant 2 is ontwikkelaar, bouwer en beheerder van voornamelijk intramuraal vastgoed. De focus van de werkzaamheden ligt op het beheer en de (her)ontwikkeling van intramuraal vastgoed. BrabantWonen verzorgt alle klant-, vastgoed- en organisatiegebonden activiteiten voor ZorgGoedBrabant 2. 2.2 Typering woningvoorraad Binnen ZorgGoedBrabant 2 kennen we drie typen zorgvastgoed: verzorgingshuisplaatsen (ná extramuralisering: Zorgwonen), verpleeghuisplaatsen en Dagzorg. Verzorgingshuisplaatsen Hieronder verstaan we de intramurale plaatsen voor bewoners met een ZorgZwaartePakket-indicatie (ZZP) 1 t/m 3 en 4(gedeeltelijk). In 2013 zijn we als gevolg van het scheiden van Wonen en Zorg gestart met de extramuralisering van verzorgingshuisplaatsen. Dit krijgt in 2014 een vervolg. Dit zogenaamde Zorgwonen bieden we dan aan in de locaties: Compostella, Zeeland; Sint Petrus, Boekel; AAtrium, Veghel; Odendael, Sint Oedenrode; Simeonshof, Erp; Noorderkroon, ‘s-Hertogenbosch; Nieuwehagen, ‘s-Hertogenbosch. Verpleeghuisplaatsen Ook dit zijn intramurale plaatsen, nu voor de ZZP’s 4(gedeeltelijk) en 5 tot en met 8. Daarnaast kennen we tijdelijk verblijf(revalidatie): ZZP 9 en palliatieve zorg (ZZP 10). Dagzorg Mensen die in zekere mate de regie over hun leven verloren zijn, vangen we in de Dagzorg op (circa 365 plaatsen). Zij krijgen een volledig dagprogramma aangeboden. Zij blijven in de eigen woning wonen.
17 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de 14 locaties die behoren tot ZorgGoedBrabant 2. In de tabel staat hoeveel en welke plaatsen we per locatie aanbieden: Locatie
Verzorgingshuisplaatsen
Sint Petrus Simeonshof
Verpleeghuisplaatsen
Zorgwoningen
Revalidatie
42 52
22 20
4
80 114
58 80
10
AAtrium St. Joachim en Anna
40 46
20 26
2
De Watersteeg St. Antonius
38
Compostella Nieuwehagen
52 50
17 52
2
Noorderkroon De Lindeboom
49 47
78
3
Odendael Sint Jan
Boekel Erp St.Oedenrode Uden Veghel Veghel
160
Het Zonnelied Muzerijk Hotel BrabantZorg (Watersteeg) Totaal Bron: Handmatig Peildatum: 1-1-2014
Plaats
Veghel Volkel
110 32
610
675
Zeeland ‘s-Hertogenbosch ‘s-Hertogenbosch Ammerzoden 18 Ammerzoden Uden
21
48 Veghel 66
Woningvoorraad overige Daarnaast verhuren we delen van de zorglocaties rechtstreeks aan derden. Het gaat hierbij om: Locatie
Verhuur
AAtrium Veghel
10 appartementen + gemeenschappelijke ruimten aan GGZ
Sint Petrus Boekel
Gezondheidscentrum
Odendael Sint Oedenrode
Gezondheidscentrum+ gemeenschapscentrum (ODC) + 6 plaatsen aan gehandicaptenzorg
Noorderkroon ‘sHertogenbosch
2 groepswoningen (12 plaatsen) aan Cello
In de locatie Odendael betaalt de gemeente Sint Oedenrode (aan ZorgGoedBrabant) huur en een deel van de exploitatielasten van het Ontmoeting- & Diensten Centrum (verder ODC). Dit zit deels in specifiek gehuurde ruimtes voor maatschappelijke partijen waarvoor de gemeente een huisvestingsplicht heeft, én deels in het gebruik van gemeenschappelijke ruimtes, zoals restaurant, zaal e.d. Wovesto betaalt een bijdrage in de kapitaals- en exploitatielasten voor het ODC. Hierdoor kunnen huurders van Wovesto uit naast gelegen panden tegen “intramurale” tarieven gebruik maken van de faciliteiten van het ODC. Met het betalen van deze bijdrage, kan Wovesto tevens gebruik maken van (vergader)ruimtes van het ODC. Op een aantal locaties exploiteert ZorgGoedBrabant 2 zorgcomplexen die geen eigendom zijn van ZorgGoedBrabant 2 maar die BrabantZorg huurt. Voor deze locaties verricht 18 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
BrabantWonen onderhoudswerkzaamheden. Hieronder staat een overzicht met deze locaties: Locatie
Verzorgingshuisplaatsen
Verpleeghuis plaatsen
’t Geerke Den Bosch
18
De Leyenstein Kerkdriel
39
30
De Wielewaal Zaltbommel
62
30
101
78
Totaal
In Erp hebben we tegenover de locatie Simeonshof een pand in bezit, die we inzetten voor dagverzorging. 2.3 Woningmarkt ZorgGoedBrabant 2 heeft intramurale plaatsen en sinds 2013 ook zorgwoningen. Bij de intramurale plaatsen is er geen directe relatie tussen de woningmarkt en ontwikkelingen daarop met de bezetting van de intramurale zorgplaatsen. Scheiden van Wonen en Zorg Sinds 1 januari 2013 komen ZZP 1 en 2 niet meer in aanmerking voor zorg mét verblijf. Vanaf 2014 komt daar ZZP 3 bij en in 2016 ZZP 4 (gedeeltelijk). BrabantZorg heeft te maken met de reductie van verzorgingshuiszorg. Hiervoor hebben we een krimpscenario opgesteld. Dit scenario loopt tot en met 2018. Voor de afbouw van verzorgingshuiszorg proberen we per jaar een streefgetal te halen. Het behalen van dit streefgetal was in 2013 van twee zaken afhankelijk: het moment waarop de locaties het zorgwonen gingen aanbieden en de mutatiegraad binnen deze complexen. Als vervanging van het verdwijnen van verzorgingshuiszorg hebben ZorgGoedBrabant 2 en BrabantZorg een nieuw product ontwikkeld: het “Zorgwonen”. Wonen met zorg binnen de geborgenheid van een zorglocatie met: 24-uurs aanwezigheid van de zorg, alle faciliteiten om aan sociale activiteiten mee te doen, gezonde & gevarieerde voeding, ondersteunende diensten in huis. Huurders betalen voor deze “verzorgde” woningopzet via de huur & servicekosten, een basisarrangement en specifieke arrangementen per locatie. De verlening van zorg gaat via de extramurale zorgindicatie. Zoals we hebben aangegeven in hoofdstuk 2.2 zijn we in 2013 gestart met het Zorgwonen op een aantal locaties. In lijn met het krimpscenario bieden we vanaf 2014 op meerdere locaties het Zorgwonen aan. Portfoliostrategie Op basis van de portfoliostrategie van 2011 zijn alle capaciteitsverschuivingen uitgezet in een planning voor de periode 2012 – 2017. Hierin zijn de (veronderstelde) 19 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
nieuwbouwplannen, ombouwplannen en afbouw (scheiden wonen en zorg) verwerkt. Naast alle 'harde' plannen hebben we ook 'zachte' plannen opgenomen die aansluiten bij de groeiende vraag naar psychogeriatrische zorg. Eind 2012 hebben we besloten om de portfoliostrategie te herijken op grond van de veranderde regelgeving in de zorg (het extramuraliseren van ZorgZwaartePakket 1 t/m 3 en 4 gedeeltelijk). 2.4 Kwalitatief goede woningen Duurzaamheid en energie De thema’s duurzaamheid en energie nemen aan gewicht toe in de strategie, het beleid en de bedrijfsvoering van ZorgGoedBrabant 2. Daarvoor zijn verschillende redenen te noemen zoals: energiesschaarste is op de lange termijn een risico voor de exploitatie van ZorgGoedBrabant 2, als wij nu niets doen. De urgentie om daarop in te spelen is groot; de ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid en energie gaan steeds sneller en de maatschappelijke en economische druk op het onderwerp neemt toe; de thema’s energie en duurzaamheid bieden velerlei kansen, zoals het verbeteren van het imago, die wij graag willen benutten. Naast deze bedrijfseconomische redenen hebben wij ook oog en aandacht voor de positieve effecten van ons beleid voor: het beperken van de woonlasten van onze klanten; de beperking van de CO2 uitstoot; het verbeteren van het binnenklimaat van woningen maakt de woonomgeving gezonder en geeft meer comfort. Beide elementen zijn belangrijke woonwensen van klanten, zeker als het gaat om de doelgroep ouderen. Concrete resultaten in 2013 op het gebied van duurzaamheid en energie zijn: In 2012 zijn de voorbereidingen gestart voor het plaatsen van Canfill-filters in de luchtbehandelingskasten. In 2013 zijn de werkzaamheden uitgevoerd. Deze filters verhogen de luchtkwaliteit en geven minder weerstand in motoren, waardoor deze minder kracht nodig hebben en dus energiezuiniger zijn; Bij de locatie Muzerijk en Simeonshof is Warmte-Koude-Opslag (WKO) toegepast; In samenwerking met de huurder is het project Groen, Groener, Groenst opgestart waarbij gekeken wordt naar de toepasbaarheid van zonnepanelen voor de opwekking van groene stroom. Bij de locatie Muzerijk zijn zonnepanelen geplaatst. Onderhoud BrabantWonen voert namens ZorgGoedBrabant 2 het technisch beheer uit van de zorgen verpleeglocaties. Het dagelijks beheer en toezicht verzorgt de vestiging Maatschappelijk Vastgoed, ondersteund door de huismeesters. ZorgGoedBrabant 2 wil een goede woonkwaliteit bieden. Hiervoor spreken we Service Level Agreements (SLA’s) af met onze huurders. Daarin staan bijvoorbeeld de betreffende onderhoudselementen benoemd en is het kwaliteitsniveau van de afhandeling vastgelegd. 20 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
In de volgende paragrafen belichten we achtereenvolgens de belangrijkste ontwikkelingen en omvangrijke onderhoudswerkzaamheden in 2013: Dagelijks onderhoud; Preventief/ contractonderhoud; Groot onderhoud; Verbeteringen. Dagelijks onderhoud In het dagelijks onderhoud maken we onderscheid tussen reparatieverzoeken, mutatieonderhoud en huurderonderhoud. Reparatieverzoeken Dit is correctief onderhoud dat we op verzoek van de huurder uitvoeren, nadat deze een reparatieverzoek doet. In 2013 bedroeg het aantal via BrabantWonen geregistreerde reparatieverzoeken 1.103 en deze zijn afgewerkt binnen de gestelde urgentietermijnen. Deze urgentietermijnen zijn gerelateerd aan locatie en te repareren element. Een lekkende waterleiding heeft bijvoorbeeld een andere urgentie dan een lekkende dakgoot, terwijl levertijden van een fabriek grotendeels de afhandelingstermijn van een te vernieuwen aanrechtblok bepalen. In 2012 bedroeg het aantal via BrabantWonen geregistreerde reparatieverzoeken 1.404. Mutatieonderhoud Dit is onderhoud dat voortkomt uit gebreken die we constateren bij het leegkomen van de zorgkamer nadat de huur is opgezegd. BrabantWonen voert de werkzaamheden, afhankelijk van de oorzaak, voor rekening van ZorgGoedBrabant 2 of van de vertrokken bewoner uit. Binnen de locaties verricht de vestiging Maatschappelijk Vastgoed in opdracht van BrabantZorg de twee volgende bijzondere activiteiten: met behulp van een checklist keuren van een vrijgekomen zorgkamer; opknappen van de vrijgekomen zorgkamer. Het opknappen van een zorgkamer betekent in veel gevallen dat, naast een aantal kleine reparaties, ook wanden en plafonds gewit worden. In onderstaande tabel staat het aantal mutaties en de mutatiegraad in 2013 van kamers per locatie weergegeven, voor zover relevant voor de vestiging Maatschappelijk Vastgoed. In totaal zijn er 358 mutaties geweest binnen ZorgGoedBrabant 2. Het aantal mutaties in 2012 was 303. De percentages van de mutatiegraad zijn in 2013 berekend op basis van het aantal mutaties gedeeld op het aantal verzorgings- en verpleeghuisplaatsen.
21 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Bron: Handmatig Peildatum: 1-1-2014
De doorlooptijd van een leegstaande kamer is in 2013 8,9 dagen. Het gestelde doel was een maximale doorlooptijd van 7,8 dagen. In 2012 was de doorlooptijd 9,5 dagen. Hieronder staat een tabel met de doorlooptijd per locatie. Zoals zichtbaar in de tabel hebben we het doel niet behaald. Er is wel een verbetering te zien ten opzichte van 2012. In 2014 maken we strakkere afspraken om het gestelde doel in doorlooptijd te behalen.
Bron: Handmatig Peildatum: 1-1-2014
Huurderonderhoud Voor het intramuraal vastgoed hebben we afspraken gemaakt over huurderonderhoud. Dat voeren wij uit voor BrabantZorg, tegen een vaste vergoeding van BrabantZorg. Wij bieden een uitgebreid servicepakket aan. Hierin verrichten wij niet alleen service aan alle bouwgerelateerde onderdelen, maar ook aan een aantal zorg of huurder gerelateerde onderdelen. Zo hebben wij onderhoudscontracten afgesloten voor bijvoorbeeld zorgalarmering, groot keukenapparatuur en telefooncentrales. Daarnaast hebben wij werkafspraken over de inzet van huismeesters van BrabantZorg. De huismeesters staan op de payroll bij BrabantZorg. Met ingang van 2013 is afgesproken dat omtrent de huismeesters geen verrekening meer zal plaatsvinden tussen BrabantZorg en ZorgGoedBrabant 2. Preventief/ contractonderhoud 22 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Preventief onderhoud voorkomt storingen aan technische installaties en het waarborgt de veiligheid. In 2013 hebben wij vervolgstappen gezet in de onderhoudscontracten op dit onderdeel voor het professionaliseren van het beheer. In 2013 hebben wij onder andere de volgende preventieve onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd bij diverse locaties: We hebben onze elektrotechnische installaties geïnventariseerd om de voorbereidingen te starten voor het afsluiten van een onderhoudscontract voor de elektrotechnische installaties. Buitenschilderwerk Ter voorkoming van houtrot en vanuit esthetisch oogpunt schilderen we het vastgoed van ZorgGoedBrabant 2, conform de systematiek van BrabantWonen, één maal in de vijf jaar. In 2013 is het buitenschilderwerk voor de locatie Sint Petrus en het herstel van houtrot, reinigen van jaloezieën en groot buitenschilderwerk van de locatie Odendael uitgesteld en gepland voor uitvoering in 2014. Binnenschilderwerk In 2013 hebben we geen correctief binnenschilderwerk uitgevoerd. Groot onderhoud De opgevoerde projecten zijn werkzaamheden die niet kunnen wachten op clustering van een verbouwingsactiviteit. In 2013 hebben we onder andere de volgende werkzaamheden uitgevoerd: In de locatie Aatrium hebben we de hydraulische lift vervangen door een elektrische lift, wat tevens energiebesparing oplevert; In de locaties Aatrium en Sint Antonius hebben we als gevolg van stormschade op beide locaties de luifels vervangen;
In de locaties Sint Joachim en Anna, De Watersteeg en Odendael hebben we de DECT-toestellen vervangen. De bestaande toestellen waren verouderd en werden technisch niet meer ondersteund;
In de locatie Watersteeg hebben we de carrouseldeur van de hoofdentree vervangen door schuifdeuren met sluisfunctie.
Het vervangen van de zonwering doeken in de locatie Compostella en de renovatie van de toiletgroep in het restaurant op de begane grond in de locatie Sint Anthonius voeren we naar alle waarschijnlijkheid in 2014 uit. Daarnaast hebben we diverse werkzaamheden in combinatie met verbeteringsprojecten uitgevoerd. Hierbij zochten we telkens naar een reële verdeling van de kosten in relatie tot de standaard exploitatietermijn van het bouwkundige onderdeel. Verbeteringen In 2013 hebben we verbeteringen uitgevoerd om de woon- en leefkwaliteit van de cliënten en huurders op een goed peil te houden en de bedrijfsvoering van BrabantZorg adequaat, veilig en efficiënt te kunnen laten verlopen. In 2013 onder andere:
Op de teamposten van de locatie Noorderkroon hebben we koeling aangebracht;
23 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
In de locatie Nieuwehagen hebben we in de 2e huiskamer van de PG-afdeling biodynamische verlichting aangebracht voor een verbeterd dagritme van cliënten.
Onderzoeken: Brandveiligheidsonderzoek zorg- en verpleeglocaties Alle locaties van ZorgGoedBrabant 2 moeten voldoen aan wettelijke brandveiligheidseisen uit het bouwbesluit en gebruikersbesluit. Het verzorgingsgebied van ZorgGoedBrabant 2 bestrijkt verschillende gemeenten met elk hun eigen specifieke aanpak en prioritering op het gebied van inspectie, handhaving en preventie. Het is wenselijk dat de brandweer, BrabantZorg en BrabantWonen de brandveiligheid integraal benaderen en up-to-date houden. Dat is efficiënt en effectief. In 2013 hebben wij voor ZorgGoedBrabant 2 op 14 locaties een brandscan uitgevoerd. In 2014 gaan wij verder met de beoordeling van de uitkomst van de brandscans. We stellen op basis van geconstateerde knelpunten, prioritering en de feitelijke brandveiligheidsrisico’s een plan van aanpak op, in afstemming met maatregelen vanuit het portfoliobeleid. In samenwerking met gemeente, brandweer en BrabantZorg bepalen wij de uiteindelijke maatregelen. Het bestuur van ZorgGoedBrabant 2 krijgt deze maatregelen in een concreet integraal uitvoeringsplan ter beoordeling voorgelegd. Parallel hieraan werken we aan een convenant met de regionale brandweer, de gemeenten in onze regio en BrabantZorg. Subsidieaanvragen We hebben voor een aantal locaties voor extramuraal wonen in 2011 subsidieaanvragen gedaan voor de zogenaamde Zorginfrastructuur regeling (beleidsregel NZa CA340). Deze aanvragen werden in 2012 goedgekeurd. Deze middelen besteden we onder meer aan zorginfrastructuur in de woningen van nieuwbouw Simeonshof. Technisch kwaliteitsbeleid In 2012 is het Programma Van Eisen voor intramurale capaciteit van BrabantZorg ingevoegd in het handboek Technisch Kwaliteitsbeleid van BrabantWonen. Gezien de wijzigingen in de zorg, zal deze volledig moeten worden herzien. In het eerste kwartaal van 2014 verwachten wij deze gereed te hebben. Sloop ZorgGoedBrabant 2 heeft in 2013 geen sloop verricht. 2.5 Voldoende passende woningen Woonruimteverdeling voor zorgkamers Gezamenlijk met de woningzoekende en op basis van de gestelde indicatie door het CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg) bepalen wij of de klant in aanmerking komt voor een kamer in een locatie. Indien de woningzoekende daarvoor in aanmerking komt, regelt BrabantZorg de plaatsing zodra een zorgkamer leegkomt. Nieuwbouw Hiervoor verwijzen wij u naar paragraaf 3.3 in dit verslag.
24 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Aan- en verkoop In 2013 is door ZorgGoedBrabant 2 geen bestaand bezit verkocht en geen bezit aangekocht. 2.6 Tevreden klanten Overleg met cliënten, gemeenten en partners Cliëntenraad ZorgGoedBrabant 2 omvat voornamelijk intramuraal vastgoed. Dat betekent dat zij geen zelfstandig wonende huurders huisvest. Medezeggenschap is, conform het beleid van BrabantZorg, geregeld via de (centrale) cliëntenraad. Deze cliëntenraad behartigt de gemeenschappelijke belangen van cliënten. Hierin praten cliënten en vertegenwoordigers van cliënten mee over alle onderwerpen die voor hen van belang zijn. Gemeenten Indien sprake is van de realisatie van nieuwbouw door ZorgGoedBrabant 2 in een bepaalde gemeente, dan hebben we met de betreffende gemeente intensief contact. In 2013 waren dit de gemeenten Veghel en Uden. Partners Naast de overleggen met de gemeenten werken wij met vrijwel alle spelers in het veld samen. Dit doen wij, omdat wij willen ondernemen vanuit het maatschappelijk belang. Daar is samenwerking met gemeenten en andere partners (zoals de plaatselijke corporaties) voor nodig. Door met hen in overleg te gaan wil ZorgGoedBrabant 2 die samenwerking bereiken. In bijlage 1 is daarnaast een overzicht van de belanghouders van ZorgGoedBrabant 2 weergegeven.
25 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Hoofdstuk 3: Financieel Verslag
26 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
3.1 Financieel beleid en sturing ZorgGoedBrabant2 heeft haar technisch en administratief beheer en haar projectontwikkeling uitbesteed bij BrabantWonen. Om praktische redenen sluit ZorgGoedBrabant2 met betrekking tot haar Planning- & Controlcyclus zoveel als mogelijk aan bij de P&C cyclus van BrabantWonen. Vanuit het strategisch beleidsplan van BrabantZorg, waarin zowel de nieuwbouw- en verbouwbehoefte en de mate waarin we extramuraliseren is bepaald, formuleren wij de benodigde projecten. De toekomstige onderhoudskosten worden door BrabantWonen vanuit het technisch beheer geformuleerd. Vanuit het strategisch beleidsplan van BrabantZorg voortkomende projecten en de reguliere exploitatie bepalen we de daaruit voortvloeiende kasstromen, de financieringsbehoefte en beleggingsmogelijkheden. Deze kasstromen leggen we vast in een financieel meerjarenplan (FMP) en volgen we wekelijks op dag basis (1 e week) en op weekbasis (de daaropvolgende 3 weken). Het laatste bijgestelde FMP van ZorgGoedBrabant2 is in juni 2013 door de RvC van BrabantWonen goedgekeurd. Het FMP is het kader voor het activiteitenplan en jaarbegroting. In het activiteitenplan verwoordt het bestuur de beleidskeuzes en vertaalt deze naar concrete acties en projecten. De projecten beoordelen we bij het voorgelegde bestuursbesluit aan de hand van de kaderstellingen, zoals die zijn vastgelegd in ons Statuut Investeringen en Verbindingen. Projecten die niet passen binnen de vastgestelde en goedgekeurde begroting, leggen we afzonderlijk aan het bestuur ter vaststelling voor. Opdrachten en uitgaven accorderen we vervolgens via de autorisatiematrix, die ook BrabantWonen intern hanteert en waarbinnen per functie de mandaten zijn vastgelegd. Eventueel benodigde (her-)financieringen van ZorgGoedBrabant2 bespreekt de treasurycommissie van BrabantWonen. Dan leggen we een financieringsvoorstel voor aan de bestuurder. In een dergelijk financieringsvoorstel beoordelen we de passendheid ervan. Ook vergelijken we de voorgestelde modaliteiten ten opzichte van de kaderstellingen, zoals vastgelegd in het Financieel Statuut ZorgGoedBrabant2 (Loan to Value, ICR, DSCR). In kwartaalrapportages en –besprekingen verantwoordt BrabantWonen zich naar het bestuur van ZorgGoedBrabant2 over de voortgang ten opzichte van de vastgestelde en goedgekeurde begroting. De kwartaalrapportages ontvangt de RvC ter informatie . 3.2 Financiële continuïteit gewaarborgd Om de financiële continuïteit van ZorgGoedBrabant2 ook op lange termijn te waarborgen, hanteren we genormeerde kengetallen, waarmee we in onderlinge samenhang de financiële gezondheid van ZorgGoedBrabant2 bewaken. Deze kengetallen hebben we zowel in de FMP als in de begroting opgenomen. De ontwikkelingen van deze kengetallen bewaken we bij het aangaan van nieuwbouwprojecten, het aangaan van nieuwe financieringen en de voortgang in zijn totaliteit in de kwartaalrapportages. De door ons gehanteerde kengetallen zijn: Realisatie 2013
Norm 2013
Realisatie 2012
ICR
5,5
1,4
2,8
DSCR
2,5
1,0
1,6 27
Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
LtV
59,4
75,0
72,2
Solvabiliteit
41,3
52,9
38,8
Intrest Coverage Ratio (ICR) Deze prestatie-indicator geeft de mate aan waarin de rentelast kan worden voldaan vanuit de operationele kasstroom. De huidige kasstroom geeft dus ruim voldoende zekerheid over het betalen van de rente op leningen. Debt Service Cover Ratio (DSCR) Deze prestatie-indicator geeft de mate aan waarin de rente- en aflossingsverplichtingen kan worden voldaan vanuit de operationele kasstroom. De DSCR is daarmee een aanvulling op de ICR. Door de ruime kasstromen voldoen we ook op dit punt ruimschoots aan de norm. Loan to Value (LtV) De verhouding tussen de netto schuldpositie en de beleidswaarde. Op de leningen zijn in 2013 veel aflossingen gepleegd hierdoor is de verhouding positief beïnvloed ten opzichte van 2012. We voldoen ruim aan de gestelde norm. Solvabiliteit Deze prestatie-indicator drukt het eigen vermogen uit in een percentage van het totale vermogen. De Verhuurderheffing heeft voor ons tot gevolg dat we vanaf 2014 een bedrag moeten voldoen dat oploopt van € 0 in 2013 naar ca.€ 350.000 vanaf 2017. Dit is afhankelijk van aantal geëxtramuraliseerde woningen, en of deze woningen wel binnen de definities vallen voor de aanslag verhuurdersheffing Voor ZorgGoedBrabant2 geldt het fundamentele uitgangspunt dat we financieel gezond moeten blijven. De kengetallen moeten dan ook blijven voldoen aan de door ons gestelde minimumwaarden. Voor 2013 is dat ruim het geval.
28 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
3.3 Investeringen Nieuwbouw Nadruk lag in 2013 op de uitvoering van de bouw van Simeonshof in Erp en MuzeRijk (Bitswijk) in Uden. De eerste fase van Simeonshof (30 zelfstandige geclusterde appartementen) hebben we in april 2013 opgeleverd en als tijdelijke huisvesting in gebruik genomen. De bouw van de tweede fase –het hoofdgebouw- is in augustus 2013 gestart en zullen we in het derde kwartaal van 2014 opleveren. Het project MuzeRijk hebben we eind december 2013 opgeleverd. BrabantZorg wordt één van de gebruikers van dit complex, dat we samen met woningcorporatie Area en de gemeente Uden realiseerden. Projecten in uitvoering in 2013 Project
Aantal woningen
Sector en type
Segment
Geclusterd, Geclusterd, Geclusterd, Geclusterd,
(fase (fase (fase (fase
Oplevering
Simeonshof Erp
16 21 30 5
niet zelfstandig zelfstandig zelfstandig niet zelfstandig
Huur Huur Huur Huur
2) 2) 1) 2)
fase 1: april 2013 fase 2: aug 2014
MuzeRijk Uden
32 Geclusterd, niet zelfstandig
Huur
dec. 2013
Segment
Oplevering
Projecten opgeleverd in 2013 Project
Aantal woningen
Sector en type
Simeonshof Erp
30 Geclusterd, zelfstandig
Huur (fase 1)
april 2013
MuzeRijk Uden
32 Geclusterd, niet zelfstandig
Huur
dec. 2013
Overzicht nieuwbouwprojecten woningen ZorgGoedBrabant 2 2013, (peildatum 31 december 2013)
Simeonshof Erp Het project bestaat uit vervangende nieuwbouw voor het verzorgingshuis Simeonshof. Area bouwt een 32-tal appartementen op het naastgelegen terrein. Het nieuwe Simeonshof bestaat uit drie gebouwen die ondergronds met elkaar zijn verbonden. Om tijdelijke huisvesting van de bewoners in de nieuwbouw mogelijk te maken hebben we gekozen voor een gefaseerde bouwstroom. De appartementen van Area worden als tijdelijke huisvesting ingezet. In februari 2012 is de bouw gestart en de eerste fase hebben we, volgens planning, in april 2013 opgeleverd met 30 zorgeenheden voor ZorgGoedBrabant2. Na sloop van de oude opstallen zijn we in augustus 2013 gestart met de laatste fase. Op basis van de actuele planning verwachten we in augustus 2014 de tweede fase van Simeonshof op te leveren.
29 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
MuzeRijk Uden Dit project is onderdeel van het grotere project Ontmoetingsplein MuzeRijk in de gemeente Uden. Het projectdeel voor ZorgGoedBrabant2 bestaat uit de realisatie van 32 verblijfeenheden psychogeriatrie op de 2e verdieping van de multifunctionele accommodatie, een kantoor met wijkfunctie voor BrabantZorg en 19 parkeerplaatsen. Het totale project is een samenwerking van gemeente Uden, ZorgGoedBrabant2 en Area. Dit project bestaat uit een multifunctionele accommodatie en 48 appartementen en een half verdiept aangelegde en overbouwde stallinggarage met 80 parkeerplaatsen. De multifunctionele accommodatie bestaat uit twee scholen, dagopvang kinderen en twee gymzalen. Tussen de twee bouwvolumes worden de schoolpleinen, kindpleinen en de entree van de appartementen gesitueerd. De bouw is gestart in het derde kwartaal 2012 en volgens planning opgeleverd in december 2013. Vitaal Wonen Hedel We hebben onderzocht of er ruimte is voor de ontwikkeling van nieuwbouw voor 30 psychogeriatrische bewoners in Hedel, als gevolg van de voorgestelde decentralisatie van het Zonnelied. Dit project is niet haalbaar gebleken en inmiddels stopgezet. Wielewaal en Waluwe Zaltbommel We hebben een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden om het gebouw geschikt te maken voor verpleeghuiszorg. Op het nabijgelegen terrein onderzochten we de ontwikkeling van 30 geclusterde zelfstandige woningen. Inmiddels is er een alternatief in onderzoek met de projectnaam Waluwe. Het haalbaarheidsonderzoek van dit potentiële project hebben we in 2013 gestart en vervolgen we in 2014 . Aan- en verkoop In 2013 is door ZorgGoedBrabant2 geen bestaand bezit verkocht en geen bezit aangekocht.
30 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
3.4 Treasury In de begroting 2013 hebben we aangegeven wat onze verwachtingen ten opzichte van de renteontwikkelingen, de kasstromen, de benodigde financieringen en de eventuele mogelijkheden tot beleggen zijn: Rentevisie Zoals we in de begroting 2013 verwachtten is de rente ook in 2013 laag gebleven. Het 3 maands Euribor was begin januari 2014 (0,28%) hoger ten opzichte van januari 2013 (0,19%), wat een historisch laag percentage was. Ook voor de lange rente geldt dat de historisch lage rente voor 10 jaar swaps in januari 2013 (1,68%) is gestegen naar een rentestand van 2,20% in januari 2014. De door ons gesignaleerde mogelijkheid van structureel stijgende inflatie door de enorme geldelijke steunmaatregelen, die getroffen zijn om de financiële wereld overeind te houden, heeft zich ook in 2013 niet voorgedaan. Eind 2013 krijgen we de eerste signalen van een zich mogelijk herstellende economie in de EU, maar het herstel, zeker in Nederland, is broos en vanwege de nog altijd hoge werkloosheid en lage inflatie worden de economie versterkende noodmaatregelen vooralsnog niet teruggedraaid. Mocht het herstel inderdaad in de loop van 2014 doorzetten dan is er een reëel gevaar van stijgende inflatie. Vanwege uitspraken van de heer Draghi, president van de Europese Centrale Bank (ECB), die heeft aangegeven dat de rente langere tijd laag moet blijven, en het nog voorzichtige economisch herstel verwachten we voor 2014 nog geen grote rentestijgingen. Kasstromen De afdeling Financiën legt wekelijks verantwoording af aan de directeur Bedrijfsvoering (beiden BrabantWonen) over de geprognosticeerde kasstromen en de realisatie ervan. Zo houden we inzicht in de gerealiseerde kasstromen en kunnen we de te verwachten kasstromen goed inschatten. Ook overleggen we wekelijks een prognose van de aankomende vier weken, waarbij we de eerste week de prognose op dagbasis geven. Daarnaast leveren we per maand een liquiditeitsprognose op jaarbasis aan. Bij het vaststellen van het strategisch beleidsplan is ook de Financiële Meerjarenplanning (FMP) met daarin de verwachte kasstromen hierop aangepast. Op deze wijze volgen we de financieringsbehoefte en eventuele tijdelijke overtollige liquiditeiten, zodat we tijdig maatregelen kunnen nemen. Financieren In de begroting 2013 spraken we de verwachting uit dat we voor 2013 een financieringsbehoefte van € 50 miljoen zouden hebben. Deze financieringsbehoefte komt voort vanuit onze wens om de lopende rekening-courantfinancieringen en kasgeldleningen om te zetten naar bancaire leningen, teneinde renterisico’s te beperken. Deze bancaire leningen proberen we af te sluiten met borging vanuit het waarborgfonds Zorg (WƒZ), waartoe begin oktober een borgingsaanvraag is uitgegaan. Deze borgingsaanvraag heeft vertraging opgelopen, vanwege de ontwikkelingen in het scheiden van Wonen en Zorg (de extramuralisering). Hierdoor hebben we een nieuwe afstemming moeten opzetten tussen het hieruit volgende businessplan van BrabantZorg en de portfoliostrategie van ZorgGoedBrabant2.
31 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Bovenstaande heeft ook gevolgen gehad voor de aan de financiering verbonden kengetallen. Voor Loan to Value was voor 2013: 29,2% (exclusief kasgeldleningen) begroot. Door de achterblijvende financieringen is het percentage LtV voor 2013 op 25,5% (exclusief kasgeldleningen)uitgekomen. Inclusief kasgeldleningen is het percentage 59,4%. De realisatie van de Intrest Coverage Rate (ICR) en de Debt Service Cover Ratio (DSCR) zijn ruim verbeterd in 2013. De positieve kasstromen zijn hier debet aan. Hiermee voldoen we ruim aan de normen.(zie paragraaf 3.2). Beleggen Onze verwachting dat er geen aanvullende beleggingen over 2013 zouden worden gerealiseerd, is uitgekomen. Treasurycommissie De treasurycommissie is in 2013 10 keer bijeengekomen en heeft het bestuur geïnformeerd met betrekking tot kasstromen, renteontwikkelingen en rentevisie en, indien van toepassing, financieringsvoorstellen. In mei 2013 heeft het door ons ingeschakelde adviesbureau het onderzoeksrapport inzake een mogelijke samenwerking op treasurygebied tussen BrabantWonen, ZorgGoedBrabant, ZorgGoedBrabant2 en BrabantZorg uitgebracht. Uit het rapport blijkt dat er ten aanzien van de treasuryfunctie en het Financieel Statuut wel enkele verbeteringen mogelijk zijn, maar dat een gezamenlijke cashpool en een verregaande samenwerking teveel inspanningen zouden vragen met een relatief gering voordeel. De verbeteringen zijn besproken met de RvC en verwerken we zowel organisatorisch als in de volgende update van het Financieel Statuut. In de samenwerking met BrabantZorg en BrabantWonen is afgesproken dat we wel periodieke bijeenkomsten gaan organiseren op het gebied van kennisuitwisseling. Eind 2013 heeft BrabantWonen een treasurypakket aangeschaft waarmee we verwachten kasstromen en financieringen nog beter te kunnen monitoren. Dit pakket zal waarschijnlijk in het eerste kwartaal 2014 worden geïmplementeerd. De treasurycommissie informeert zowel het de bestuur van ZorgGoedBrabant2 als die van ZorgGoedBrabant en BrabantWonen over kasstromen, renteontwikkelingen en rentevisie en, indien van toepassing, die entiteiten betreffende financieringsvoorstellen. Financieel Statuut Conform het vigerende Financieel Statuut moeten we het statuut jaarlijks evalueren . Deze evaluatie vond in 2013 plaats en is juni 2013 door de RvC goedgekeurd. Huisbankierschap Vanaf 1 januari 2011 is de Rabobank de huisbankier van ZorgGoedBrabant2. Conform het Financieel Statuut evalueren we minimaal één keer per vijf jaar het huisbankierschap. Treasuryrisico’s Voor de treasuryrisico’s verwijzen wij u naar paragraaf 3.5.2
32 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
3.5 Risicomanagement Vanuit de P&C cyclus werken we het risicomanagement procesmatig uit. Het risicomanagement bestaat uit de onderdelen: projecten (Capital at Risk, maximaal neerwaarts risico, projectspecifieke risico’s, grondposities, verkoopwoningen, leveranciersrisico, niet-projectspecifieke risico’s); treasury; fiscaliteiten en veranderingen in wet- en regelgeving. in elke kwartaalrapportage leveren de verschillende bedrijfsonderdelen een risicoparagraaf aan. 3.5.1 Projecten CaR en maximaal neerwaarts risico Risicoanalyses en voorstellen voor de beheersing van risico’s maken standaard deel uit van onze investeringsvoorstellen voor projecten. ZorgGoedBrabant2 wil de risico’s van projectontwikkeling op een gestructureerde wijze identificeren, beheersen en meten. Hiertoe hebben we een risicomodel voor het meten van projectrisico’s ontwikkeld. Dit risicomodel is gebaseerd op modellen die (vastgoed)beleggers en banken gebruiken. Met het uitgewerkte model is ZorggoedBrabant2 in staat op een gestructureerde manier het neerwaarts risico per project te meten. Het risicomodel geeft hiermee inzicht in de vraag hoeveel kapitaalbuffer nodig is om financiële tegenvallers bij projectontwikkeling op te kunnen vangen. Het risicomodel geeft daarmee een inschatting van de prestatie-indicator Capital at Risk (CaR). De berekende CaR van onze nieuwbouwprojecten per eind 2013 is € 0,2 mln. Dit is de optelsom van alle gekwantificeerde risico’s van de nieuwbouwprojectenportefeuille. Voor dit bedrag moet ZorgGoedBrabant2 financiële buffers aanhouden voor het opvangen van risico’s verbonden aan projectontwikkeling. Conclusie is dat vanuit risico-optiek het vermogen van ZorgGoedBrabant 2 voldoende is om de risico’s verbonden aan projectontwikkeling en bedrijfsvoering op te vangen. We hebben nog de beschikking over vrije reserves, die met name in niet-liquide vorm in ons vastgoed aanwezig zijn. Projectspecifieke risico’s In dit onderdeel richten wij de focus op de grootste financiële risico’s verbonden aan projecten. Nieuwbouw Simeonshof, Erp Doel is om vervangende nieuwbouw te realiseren ter vervanging van het huidige Simeonshof. De bouw vindt gefaseerd plaats om de tijdelijke huisvesting mogelijk te maken voor de huidige bewoners van Simeonshof. In dit project zijn geen actuele risico’s aanwezig. MuzeRijk, Uden Voor de ontwikkeling en realisatie van dit project is in 2012 de Stichting Ontmoetingsplein Bitswijk opgericht. Deze stichting is opgericht door de gemeente Uden, Stichting Area en Stichting ZorgGoedBrabant2. De stichting gaat verplichtingen aan en verstrekt de opdrachten voor het in 2012 aanbouw genomen complex. Voor nakoming
33 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
van de aangegane verplichtingen vanuit de getekende koopovereenkomst met deze stichting heeft ZorgGoedBrabant2 een concerngarantie afgegeven ter grootte van € 415.800. Deze concerngarantie loopt nog door gedurende de looptijd van het totale project, de tweede fase start in 2014. Grondposities Zonnelied/Ammerzoden Fase 2a van het project Zonnelied is in 2012 opgeleverd. De ontwikkeling van de fases 2b, 3a en 3b hebben we stopgezet. Voor nieuwbouwontwikkeling op vrijkomende locaties lagen afspraken met onze collega-corporatie De Kernen, maar die zijn door gewijzigde omstandigheden inmiddels losgelaten. De toekomstige bestemming van deze locaties is nu niet aan te geven. Leveranciersbeoordeling Gezien het huidige economische klimaat en specifiek de lage bouwproductie is het faillissementsrisico bij bouwondernemingen – in de brede zin van het woord – hoog. Projectontwikkeling beoordeelt de kredietwaardigheid van leveranciers in principe voor de aanbestedingsfase, maar altijd vóór de contractvorming. De kredietwaardigheid van gecontracteerde partijen wordt gedurende de uitvoering van de opdracht gemonitord. Niet-projectspecifieke risico’s Extramuraliseren In 2013 zijn de eerste zorgplaatsen ( in totaal 21) omgezet naar zorgwoningen, waarbij de bewoner zelfstandig huurt en een standaard zorgpakket afneemt. Doordat de in de AWBZ opgenomen wooncomponent, inmiddels de Normatieve Huisvestingscomponent (NHC), hoger is dat de maximaal huur voor de huurtoeslag, ontstaat bij deze extramuralisering een onrendabele investering, die ten laste van ZorgGoedBrabant2 komt. Deze onrendabele investering komt ten laste van het Eigen Vermogen, waardoor de mogelijkheden om minimaal de binnen de sector geldende financiële kengetallen te halen, steeds lastiger worden. 3.5.2 Treasury Met betrekking tot treasury zijn diverse risico’s te onderkennen. Politieke risico’s De huidige onzekerheid over de politieke besluitvorming maakt het prognosticeren van de kasstromen op middellange en lange termijn erg moeilijk. Door het akkoord met Aedes is de verhuurderheffing een feit. Dit betekent voor ZorgGoedBrabant2 een jaarlijkse uitgave van € 0 tot € 350.000. Daar staat tegenover dat ook de inkomensafhankelijke huurverhogingen voor de individueel verhuurde zorgwoningen doorgaan, maar waardoor de betaalbaarheid van de huren in de toekomst wellicht in het gedrang zal komen. Beschikbaarheidsrisico Zowel bij nieuw aan te trekken als bij herfinancieringen is de beschikbaarheid van financieringen een niet te onderschatten risico. Met name door de vertraging, die we bij het indienen van de borgingsaanvrage bij het WƒZ hebben opgelopen, is de omzetting van korte naar (middel-)lange financiering uitgesteld. De toekenning van de borging en de hoogte ervan is nog niet ontvangen. Daardoor is nog onduidelijk hoeveel geborgde 34 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
financieringen (waarvan de beschikbaarheid voldoende is) we kunnen aantrekken. Voor het resterende deel van de aan te trekken financieringen zal de beschikbaarheid beperkt zijn. Renterisico Zowel bij nieuw aan te trekken als bij renteconversiemomenten loopt ZorgGoedBrabant2 renterisico’s. Deze risico’s zijn met betrekking tot de nieuw aan te trekken financieringen nog niet afgedekt. Dit komt met name door het ontbreken van de WƒZ borging. De in de toekomst te genereren kasstromen moeten voldoende blijven om rente en aflossing te kunnen blijven voldoen. 3.5.3 Fiscaliteiten en veranderingen wet- en regelgeving Projectspecifieke fiscaliteiten Bij investeringen in projecten en aankopen van gronden voeren we per definitie een fiscale toets uit. Naast deze toets is er altijd de mogelijkheid om de fiscale kenniskring te raadplegen. Niet-projectspecifieke fiscaliteiten Wet Ketenaansprakelijkheid De fiscale risico’s als gevolg van de Wet Ketenaansprakelijkheid kunnen aanzienlijk zijn, zeker in de huidige economische situatie. We hebben daarom diverse maatregelen getroffen, zoals het structureel beoordelen van aannemers aan de hand van o.a. verklaringen van de belastingdienst en het gebruik van geblokkeerde rekeningen. Bij investeringen in projecten en aankopen van gronden voeren we per definitie een fiscale toets uit. Vennootschapsbelasting Vanaf 1 januari 2012 zijn ook zorgcorporaties integraal belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. In 2012 heeft de Belastingdienst bij de 19 woonzorgcorporaties (wozoco’s) een inventarisatie uitgevoerd. Onduidelijk is of ZorgGoedBrabant2 ook vennootschapsbelastingplichtig is. De Belastingdienst heeft voor de wozoco’s in 2012 een eerste voorstel om te komen tot een fiscale beginbalans op papier gezet. Doel van dit voorstel was te komen tot een voor alle geldende vaststellingsovereenkomst (de zo geheten VSO3). De inmiddels verenigde wozoco’s, onder voorzitterschap van Aedes en met behulp van externe fiscale adviseurs, hebben in juni 2013 een tegenvoorstel aan de Belastingdienst voorgelegd. De Belastingdienst heeft aangegeven dat vooral ons tegenvoorstel met betrekking tot de fiscale waardering van de materiële vaste activa op bezwaren stuit. De Belastingdienst beraadt zich nu op een tegenvoorstel, maar kan ook besluiten dat een VSO3 blijkbaar niet haalbaar is. We participeren in dit overleg vanuit ZorgGoedBrabant. We zullen de bevindingen meenemen, indien ZorgGoedBrabant2 ook vennootschapsbelastingplichtig blijkt te zijn. Doorbelastingen ZorgGoedBrabant en ZorgGoedBrabant2 In 2012 zijn we samen met onze fiscalist een onderzoek gestart naar de doorbelasting van kosten vanuit BrabantWonen naar ZorgGoedBrabant en ZorgGoedBrabant 2 in relatie tot de btw. In 2013 hebben we een second opinion gevraagd, waarbij de mogelijkheden om de eventuele nadelige financiële gevolgen zo veel als mogelijk te beperken. In 2014 zal de nieuwe werkwijze worden gerealiseerd.
35 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Hoofdstuk 4: Jaarrekening
36 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
4.1
Balans per 31 december 2013
(na resultaatbestemming x € 1.000)
31 december 2013
31 december 2012
Ref. Vaste activa Materiele vaste activa Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering
5.1
7.644
5.516 7.644
Financiële vaste activa Onroerende en roerende zaken financial lease
Vlottende activa Onderhanden werk Vorderingen Debiteuren Vorderingen op participanten en op gelieerde maatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen Overlopende activa
5.2
143.034
5.3
144.875 143.034
144.875
806
5.571
5.4
2.168
565
5.4
11.523
18.390
5.4 5.4 5.4
195
44 1 2 13.886
Liquide middelen
5.516
5.5
Totaal activa
8.224
173.594
19.002 -
174.964
37 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
31 december 2013
31 december 2012
Ref. Eigen vermogen Overige Reserves Resultaat boekjaar
5.6 5.6
67.858 3.833
74.942 7.08471.691
Voorzieningen Voorziening onrendabele en herstructureringen
67.858
investeringen 5.7
1.060
1.060
Langlopende schulden Schulden/leningen overheid Schulden/leningen banken Overige schulden
5.8 5.8 5.8
1.308 37.508 849
-
1.535 39.334 881 39.665
Kortlopende schulden Kasgeldleningen Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan leveranciers Schulden aan participanten Belastingen en premies verzekeringen Overige schulden Overlopende passiva
41.750
5.9 5.9 5.9 5.9
26.500 31.318 891 547
26.500 33.053 1.029 3.247
5.9 5.9 5.9
408 580 931
580 947
sociale
Totaal passiva
61.178
65.356
173.594
174.964
38 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
4.2
Winst- en verliesrekening over 2013
(x € 1.000)
2013
2012
Ref.
Huuropbrengsten Opbrengsten servicecontracten Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille Rente opbrengsten financial lease Overige bedrijfsopbrengsten
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Som der Bedrijfsopbrengsten Afschrijvingen materiële vaste activa Overige waardeveranderingen materiële activa Onderhoudslasten Overige bedrijfslasten
vaste
6.6 6.7 6.8 6.9
Som der bedrijfslasten Waardeveranderingen van financiële vaste activa Rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rentelasten en soortgelijke kosten Saldo financiële baten en lasten Resultaat uit gewone voor belastingen Belastingen resultaat bedrijfsuitoefening
6.10 6.11 6.12
816 2.604 3.1418.153 1.344
944 2.560 7.956 2.101
9.776
13.561
199
156
9552.287 1.574
3.713 2.874 1.300
3.105
8.043
488339 2.689-
9.699188 3.091-
2.838-
12.602-
bedrijfsuitoefening
uit
3.833
7.084-
-
-
3.833
7.084-
gewone
Resultaat na belastingen
39 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
4.3
Kasstroomoverzicht 2013
(indirecte methode) (x € 1.000) ref
2013
2012
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat (operationeel)
Aanpassingen voor: · Afschrijvingen · Kapitaalstorting · Overige
6.1 t/m 6.9
6.671
5.518
6.6
199 2.152
156 7.857 2.488
6.3/7
Veranderingen in werkkapitaal: · Vorderingen · Kortlopende schulden (excl. Bankkrediet)
9.022 5.3/4
9.881
5.9
2.393-
Kasstroom uit bedrijfsoperaties
6.615 2.903-
13.993
5.2 5.2
8.8496.899
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
3.712
6.86312.722 1.950-
5.8 5.8
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Liquide middelen 1-1 Liquide middelen 31-12 Toename/afname geldmiddelen
660
2.517-
Kasstroom uit operationele activiteiten
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangsten uit langlopende schulden Aflossing langlopende schulden
10.064-
16.510
Ontvangen/(betaalde) interest 6.11/12 Ontvangen/(betaalde) belasting naar de winst
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Investeringen in financiële vaste activa Desinvesteringen financiële vaste activa
16.019
961 2.995-
2.1462.034-
5.5/5.9 5.5/5.9
5.859
2.146-
10.009
7.425
30.90720.89810.009
38.33230.9077.425
40 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
4.4 Algemene toelichting en waarderingsgrondslagen 4.4.1 Algemeen Per 31 december 2011 is er tussen ZorgGoedBrabant 2 en BrabantZorg een lease verhouding ontstaan, die in de jaarrekening 2011 is verwerkt en in 2012 juridisch geëffectueerd is. De afzonderlijke leasecomponenten zijn verdisconteerd tegen het geldende financieringspercentage. 4.4.2 Grondslagen voor waardering van activa en passiva Regelgeving De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. Toelichtingen op posten in de balans, winst- en verliesrekening en kasstroomoverzicht worden in de jaarrekening genummerd. Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar. Verwerking verplichtingen In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verwerkt die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd”. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de stichting zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de corporatie rondom projectontwikkeling en herstructurering. Van een feitelijke verplichting is sprake indien de opdracht de aannemer gegund is. Schattingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de directie van ZorgGoedBrabant 2 zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten. Materiële vaste activa Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering De oorspronkelijke investeringen in complexen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsof vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen en (naar verwachting duurzame) bijzondere waardeverminderingen. De verkrijgings- of vervaardigingsprijs wordt bepaald als de som van alle direct toe te rekenen uitgaven, eventueel vermeerderd met na-investeringen. Tevens worden hierbij 41 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
de rente tijdens de bouw op vreemd vermogen en direct toerekenbare interne kosten alsmede transactiekosten geactiveerd. Voor zover verkregen subsidies kwalificeren als investeringssubsidie worden deze in mindering gebracht op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Uitgaven na eerste verwerking (de zogeheten na-investeringen) die leiden tot een waarde verhoging van het actief worden aangemerkt als activeerbare kosten van vernieuwing. Verwerking van groot onderhoud Stichting ZorgGoedBrabant verwerkt de kosten van groot onderhoud aan haar materiële vaste activa als onderdeel van de boekwaarde indien wordt voldaan aan de criteria voor activering, zoals een verhoging van de opbrengsten door de investering door het toevoegen van verbeteringen, of een verlenging van de levensduur van het actief. De geactiveerde kosten worden als afzonderlijke component behandeld. Voor zover sprake is van vervanging van onderdelen van het actief wordt de nog aanwezige boekwaarde van deze onderdelen gedesinvesteerd. Indien de boekwaarde van deze te desinvesteren onderdelen niet afzonderlijk uit de activa registratie zijn te herleiden wordt deze benaderd op basis van de huidige uitgaven, teruggerekend naar de datum van oorspronkelijke investering en indien van toepassing rekening houdend met de naar benadering tot het moment van vervanging hierover gepleegde afschrijvingen. Uitgaven die betrekking hebben op toekomstige herstructureringen, waarvan de feitelijke verplichtingen dan wel de in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan worden in de waardering betrokken. Herstructurering onderscheidt zich van renovatie door het verbeteren of vergroten van de oorspronkelijke capaciteit. Jaarlijks vindt toetsing plaats van de boekwaarde en realiseerbare waarde. De toetsing geschiedt op complexniveau. Een bijzonder waardeverminderingsverlies is het bedrag waarmee de boekwaarde de realiseerbare waarde duurzaam overschrijdt. De realiseerbare waarde wordt afhankelijk gesteld van de voorgenomen bestemming van complexen. De realiseerbare waarde van de onroerende zaken in exploitatie bestemd voor de verhuur is de bedrijfswaarde. De onroerende zaken kunnen voor langere of kortere termijn voor verhuur worden aangehouden. Indien wordt vastgesteld dat een in het verleden verantwoorde bijzondere waardevermindering niet meer bestaat of is afgenomen wordt de toegenomen boekwaarde van de desbetreffende activa niet hoger gesteld dan de boekwaarde die bepaald zou zijn indien geen bijzondere waardevermindering voor het actief zou zijn verantwoord. Financiële vaste activa Financiële vaste activa wordt bij eerste verwerking opgenomen tegen de nominale waarde. Onroerende en roerende zaken financial lease Financial lease wordt initieel gewaardeerd tegen de contante waarde van de overeengekomen toekomstige huurbetalingen. Hierop worden de annuïtair ontvangen 42 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
aflossingen in mindering gebracht. Indien er sprake is van een bijzondere waardevermindering dan wordt hier mee rekening gehouden door de waardering van de Financial lease aan te passen. Een bijzondere waardevermindering ontstaat wanneer de contante waarde van de toekomstige leasetermijnen lager is dan de waardering van de financial lease. Een bijzondere waardevermindering wordt ten laste van het resultaat gebracht. Voor de berekening van de contante waarde wordt als disconteringsvoet het rentepercentage van de afzonderlijke activacomponenten gehanteerd. Bijzondere waardeverminderingen van financiële vaste activa Stichting ZorgGoedBrabant 2 beoordeelt op iedere balansdatum of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Indien het niet mogelijk is de realiseerbare waarde voor het individuele actief te bepalen, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde. Onderhanden werk Onderhanden werk in opdracht van derden wordt gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectopbrengsten (bestaande uit de gerealiseerde projectkosten en toegerekende winst). Indien van toepassing, worden hierop de verwerkte verliezen en reeds gedeclareerde termijnen in mindering gebracht. Onderhanden projecten waarvan de gefactureerde termijnen hoger zijn dan de gerealiseerde projectopbrengsten worden gepresenteerd onder de kortlopende schulden. Uitgaven voor projectkosten voor nog niet verrichte prestaties worden opgenomen onder de voorraden. Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Debiteuren Indien noodzakelijk wordt een voorziening voor oninbaarheid in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering. Vorderingen op participanten en op gelieerde maatschappijen ZorgGoedBrabant 2 heeft een relatie met zowel BrabantWonen, ZorgGoedBrabant als met BrabantZorg, waarbij producten en/of diensten van de desbetreffende relaties worden afgenomen. Deze producten en/of diensten zijn gebaseerd op gebruikelijke contractuele afspraken.
43 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen en verliezen die op balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de hoogte redelijkerwijs kan worden geschat. Voorzieningen worden tegen nominale waarde opgenomen. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Langlopende schulden Langlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt op basis van de effectieve rente gedurende de looptijd van de schulden in de winst- en verliesrekening als interestlast verwerkt. De aflossingsverplichting voor het komend jaar van de langlopende schulden is opgenomen onder de kortlopende schulden. 4.4.3 Grondslagen voor bepaling van het resultaat Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de opbrengsten en kosten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Het resultaat wordt tevens bepaald met inachtneming van de verwerking van ongerealiseerde waardeveranderingen van op actuele waarde gewaardeerde vaste activa. Opbrengstverantwoording Opbrengsten uit de levering van goederen worden verwerkt zodra alle belangrijke rechten en risico’s met betrekking tot de eigendom van de goederen zijn overgedragen aan de koper. Opbrengsten uit de levering van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten.
44 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Projectopbrengsten en projectkosten Voor onderhanden projecten, waarvan het resultaat op betrouwbare wijze kan worden bepaald, worden de projectopbrengsten en de projectkosten verwerkt als netto-omzet en kosten in de winst- en verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (de ‘Percentage of Completion’-methode, ofwel de PoC-methode). De voortgang van de verrichte prestaties wordt bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Als het resultaat (nog) niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat, dan worden de opbrengsten als netto-omzet verwerkt in de winst –en verliesrekening tot het bedrag van de gemaakte projectkosten, dat waarschijnlijk kan worden verhaald. De projectkosten worden dan verwerkt in de winst- en verliesrekening in de periode waarin ze zijn gemaakt. Zodra het resultaat wel op betrouwbare wijze kan worden bepaald, vindt opbrengstverantwoording plaats volgens de PoC-methode naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum. Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de projectopbrengsten en projectkosten. Projectopbrengsten zijn de contractueel overeengekomen opbrengsten en opbrengsten uit hoofde van meer- en minderwerk, claims en vergoedingen indien en voor zover het waarschijnlijk is dat deze worden gerealiseerd en ze betrouwbaar kunnen worden bepaald. Projectkosten zijn de direct op het project betrekking hebbende kosten, die kosten die in het algemeen aan projectactiviteiten worden toegerekend en toegewezen kunnen worden aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend. Indien het waarschijnlijk is dat de totale projectkosten de totale projectopbrengsten overschrijden, dan worden de verwachte verliezen onmiddellijk in de winst-enverliesrekening verwerkt. Dit verlies wordt verwerkt in de kostprijs van de omzet. De voorziening voor het verlies maakt onderdeel uit van de post onderhanden projecten. Bijzondere posten Bijzondere posten zijn baten of lasten die behoren tot de gewone bedrijfsuitoefening, maar op grond van de aard, omvang of het incidentele karakter afzonderlijk worden toegelicht, teneinde een goed inzicht te geven in het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening van de stichting en met name de ontwikkeling daarin. Bijzondere posten worden met het oog op de analyse en de vergelijkbaarheid van de resultaten zoveel als mogelijk naar aard en omvang afzonderlijk en ongesaldeerd toegelicht. Bedrijfsopbrengsten Huuropbrengsten Huren worden verantwoord in het jaar waarop de huren betrekking hebben. Bij het toerekenen van de huren aan het boekjaar is rekening gehouden met de in de huurovereenkomsten opgenomen voorwaarden. Opbrengsten servicecontracten Opbrengsten uit het verlenen van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille 45 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De post verkopen onroerende zaken betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst uit hoofde van het verkopen van activa in financial lease minus de boekwaarde (bestaand bezit) dan wel de vervaardigingsprijs (projecten voor derden). Winsten worden verantwoord op het moment aangaan van de financial lease overeenkomst. Eventuele verliezen op nieuwbouw ten behoeve van lease worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn. Bedrijfslasten Afschrijvingen materiële vaste activa De afschrijvingen op materiële vaste activa worden gebaseerd op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de levensduur van de afzonderlijke activacomponenten. Over terreinen en op actuele waarde gewaardeerde activa wordt niet afgeschreven. Overige waardeveranderingen materiële vaste activa De onder deze post verantwoorde bedragen hebben betrekking op een afboeking uit hoofde van een bijzondere waardevermindering, dan wel een terugneming daarvan. Deze bijzondere waardevermindering ontstaat door een toets van de (verwachte) leaseopbrengsten ten opzichte van de (verwachte) stichtingskosten. Bij projecten, waar het besluit voor investering vóór 2012 is genomen, is dit van toepassing. Vanaf 2012 volgen de financial lease opbrengsten de stichtingskosten. Onderhoudslasten Onder deze post worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. Het klachten- en mutatieonderhoud wordt onderscheiden in kosten van derden, alsmede de kosten van het materiaalverbruik. De lasten van onderhoud onderscheiden zich van activeerbare kosten door het feit dat er geen sprake is van een waardeverhoging van het actief. Overige bedrijfslasten De algemene en beheerkosten worden vanuit BrabantWonen per eenheid normatief doorbelast. In deze genormeerde doorbelasting zijn ook de bedragen aan accountantshonoraria verwerkt. De bezoldiging voor de RvC is in deze doorbelasting meegenomen. Voor verdere toelichting verwijzen we naar hoofdstuk 7, Overige Informatie. De overige bedrijfslasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. Waardeveranderingen van financiële vaste activa De gerealiseerde waardeveranderingen van de financiële vaste activa hebben betrekking op waarde mutaties van de financial lease contracten Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de 46 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen. Activeren van rentelasten Rentelasten worden geactiveerd voor kwalificerende activa gedurende de periode van vervaardiging van een actief, indien het een aanmerkelijke hoeveelheid tijd vergt om het actief gebruiksklaar of verkoopklaar te maken. De te activeren rente wordt berekend op basis van de verschuldigde rente over specifiek voor de vervaardiging opgenomen leningen en van de gewogen rentevoet van leningen die niet specifiek aan de vervaardiging van het actief zijn toe te rekenen, in verhouding tot de uitgaven en periode van vervaardiging. Geactiveerde rente wordt in de winst- en verliesrekening in mindering gebracht op de post rentelasten en soortgelijke kosten. Belastingen Op dit moment zijn we in overleg met de Belastingdienst in hoeverre er sprake is van een vennootschapsbelastingplicht voor ZorgGoedBrabant 2. Wij hanteren het standpunt dat ZorgGoedBrabant 2 zich uitsluitend bezig houdt met de verhuur van zorgvastgoed en derhalve geen onderneming drijft. Stichtingen die geen onderneming drijven, zijn niet belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Daarom is ZorgGoedBrabant 2 geen vennootschapsbelasting verschuldigd. We lopen echter risico dat ons standpunt niet door de Belastingdienst gevolgd wordt en dat we alsnog met terugwerkende kracht vennootschapsbelasting verschuldigd zijn. Financiële instrumenten en risicobeheersing Binnen het treasurybeleid van ZorgGoedBrabant 2 dient het gebruik van financiële instrumenten ter beperking van inherente (rente-, looptijden- en markt-) risico's. Op grond van het vigerende interne treasurystatuut is het gebruik van financiële instrumenten slechts toegestaan voor zover er een materieel verband met het belegde/gefinancierde vermogen kan worden gelegd en de toepassing er van tot een positie van de totale leningen-/beleggingsportefeuille leidt welke vergelijkbaar is met een positie zonder gebruik te maken van deze instrumenten. Valutarisico ZorgGoedBrabant 2 loopt geen valuta risico en volgens het Financieel Statuut mag alleen in euro’s worden belegd/gefinancierd. Renterisico ZorgGoedBrabant 2 loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name onder financiële vaste activa, effecten en liquide middelen) en rentedragende langlopende en kortlopende schulden (waaronder schulden aan kredietinstellingen). Kredietrisico ZorgGoedBrabant 2 heeft een significante concentratie van kredietrisico met betrekking toe haar vorderingen. ZorgGoedBrabant 2 maakt gebruik van meerdere banken teneinde kredietrisico te spreiden. Verder beheert ZorgGoedBrabant 2 dit risico door een intensieve bestuurlijke samenwerking met de debiteur BrabantZorg.
47 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Liquiditeitsrisico ZorgGoedBrabant 2 maakt gebruik van meerdere banken om over meerdere kredietfaciliteiten te kunnen beschikken. Voor zover noodzakelijk, worden nadere zekerheden verstrekt aan de bank voor beschikbare kredietfaciliteiten. 31 december 2013 Euro Bankschuld Kredietlimiet Aangegane verplichting
€ 55,6 mln. € 67,1 mln. € 4,7 mln.
Beschikbaarheidsrisico ZorgGoedBrabant 2 is voor haar financiering afhankelijk van BrabantZorg en het WfZ (Waarborgfonds Zorg). Debiteuren risico’s ZorgGoedBrabant 2 kent voor de contracten met betrekking tot de financial lease één tegenpartij: BrabantZorg. De omzet van de financial lease contracten ten opzichte van de totale omzet is substantieel.
48 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
4.4.4 Belangrijke inschattingen ten aanzien van waardering en resultaatbepaling De jaarrekening wordt overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW opgesteld. Het management dient daartoe bepaalde veronderstellingen en schattingen te maken die van invloed zijn op de waardering van activa en verplichtingen, op de resultaatbepaling en de rapportage van voorwaardelijke activa en verplichtingen. ZorgGoedBrabant 2 beoordeelt haar complexen, exclusief de zorgwoningen en de commerciële ruimtes, op basis van een financial lease constructie. De zorgwoningen en commerciële ruimtes worden gewaardeerd tegen historische kostprijs minus afschrijvingen. Verhuurdersheffing De sector wordt geconfronteerd met een verhuurdersheffing. De basis voor deze heffing, en precieze hoogte ervan in de komende jaren en het aantal jaren dat deze heffing zal blijven bestaan zijn nog onzeker. Aangezien ZorgGoedBrabant 2 voornamelijk financial lease overeenkomsten heeft wordt verwacht dat de kasstromen uit de mogelijk opgelegde verhuurdersheffing één-op-één worden doorbelast. Timing en verwerking van onrendabele investeringen nieuwbouw en herstructurering In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verwerkt die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd”. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de stichting zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de stichting rondom projectontwikkeling en herstructurering. De aannames gedaan bij de financiële impact van bovengenoemde feitelijke verplichtingen kunnen afwijken bij daadwerkelijke realisatie van de projecten. Planvorming kan onder meer wijzigingen in de tijd ondergaan door bewegingen in het prijsniveau van leveranciers, wettelijke procedures en aanpassingen in de voorgenomen bouwproductie. 4.4.5 Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Bij deze methode wordt het nettoresultaat aangepast voor posten van de winst- en verliesrekening die geen invloed hebben op ontvangsten en uitgaven in het verslagjaar, mutaties in de balansposten en posten van de winst- en verliesrekening waarvan de ontvangsten en uitgaven niet worden beschouwd als behorende tot de operationele activiteiten. De liquiditeitspositie in het kasstroomoverzicht bestaat uit de liquide middelen onder aftrek van bankkredieten. In het kasstroomoverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. De kasstromen uit hoofde van de financiering zijn gesplitst in kasstromen met betrekking tot mutaties in de hoofdsom (opgenomen onder financieringsactiviteiten) en betaalde interest (opgenomen onder operationele activiteiten). De investeringen in materiële vaste activa worden opgenomen onder aftrek van de onder overige schulden voorkomende verplichtingen. 49 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De kasstromen uit financial lease vergoedingen zijn als aanpassing op het bedrijfsresultaat toegevoegd.
50 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
5.
Toelichting op de balans
(x € 1.000) 5.1
Materiële vaste activa
De mutaties in de materiële vaste activa zijn in het navolgende schema samengevat: Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering
EUR 31 december 2012 Verkrijgingsprijzen Herwaarderingen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen
12.022 6.506-
Boekwaarden per 1 januari 2013
5.516
Mutaties 2013 Investeringen Desinvesteringen Herwaardering Afschrijvingen Subsidies Waardeverminderingen Terugneming van waardeverminderingen Overboekingen
2.327 199-
Totaal mutaties
2.128
31 december 2013 Verkrijgingsprijzen Herwaarderingen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarden per 31 december 2013
14.349 6.7057.644
In de post vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering zijn de zorgwoningen en de commerciële ruimtes opgenomen. Door extramuralisatie zijn in 2013 21 zorgplaatsen (zorgwoningen) toegevoegd aan de materiële vaste activa, met een boekwaarde van € 2,3 miljoen. De afschrijvingstermijnen en gevolgde systematiek luiden als volgt: De zorgwoningen en de bedrijfsruimten hebben een lineaire afschrijvingstermijn van 50 jaar. Alle materiële vaste activa zijn juridisch in eigendom van de stichting ZorgGoedBrabant 2. De bedrijfswaarde van de zorgwoningen bedraagt € 1,7 miljoen. De geschatte marktwaarde van de commerciële ruimtes in verhuurde staat bedraagt € 6 miljoen. 51 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De activa zijn op basis van een gevarenverzekering (brand-, storm- en glasschade) verzekerd. Een deel van de complexen is vanwege de bouwvorm opgenomen in een verzekering via de Vereniging van Eigenaren van het betreffende complex. Per balansdatum waren geen verplichtingen aangegaan met betrekking tot materiële vaste activa. 5.2 Financiële vaste activa Het verloop van de financiële vaste activa kan als volgt worden gespecificeerd: Onroerende en roerende zaken financial lease 2013
Onroerende en roerende zaken financial lease 2012
EUR 31 december voorgaand jaar Bruto investering Lease ontvangsten/waardemutatie
165.572 14.075-
162.920 -
Boekwaarde per 1 januari
151.497
162.920
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Lease ontvangsten Waardevermeerderingen Totaal mutaties
12.438 5.6834.312617 3.060
2.704 524.3769.69911.423-
31 december Bruto investering Lease ontvangsten/waardemutatie
172.327 17.770-
165.572 14.075-
Boekwaarde per 31 december
154.557
151.497
Kortlopend (<1 jaar) Saldo per 31 december
11.523143.034
6.622144.875
De investeringen betreffen nieuwbouw, verbeteringen en verbouwingen in en bij de dienstencentra. De nieuwbouw investering betreft Simeonshof fase 1 en Muzerijk. In totaal bedraagt de investering hiervoor 11,5 miljoen. De desinvesteringen betreffen de extramuralisatie van de zorgwoningen ad. € 3,1 miljoen en de afkoop van de sloopcomplexen ad. € 2,6 miljoen. Aflossingen op de leasecontracten worden verantwoord onder de post leaseontvangsten. De waardevermeerderingen bestaan uit één jaar minder contant maken van de leasecontracten. De onverdiende rentebaten bedragen nominaal € 131,7 miljoen, contant gemaakt over de resterende looptijd bedraagt dit € 78,5 miljoen. De nog te ontvangen aflossingen bedragen nominaal € 135,8 miljoen, contant gemaakt bedraagt dit € 63 miljoen. In totaal bedragen de contant gemaakte rente en aflossing € 141,5 miljoen.
52 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De nominale waarde van de grond bedraagt € 13,1 miljoen. Dit bedrag wordt nominaal bij de contante waarde van de leasetermijnen geteld. Hieronder is de opbouw van de financial lease contracten weergegeven. EUR Looptijd < 1 jaar Looptijd >1 jaar t/m 5 Looptijd > 5 jaar
11.523 36.675 93.290
Totaal Nominale waarde grond
141.488 13.069
Boekwaarde per 31 december 2013
154.557
5.3 Onderhanden werk Onderstaand is de stand van de onderhanden projecten en de gedeclareerde termijnen opgenomen: 2013 Gerealiseerde projectopbrengsten /- verwerkte verliezen en gedeclareerde termijnen >0
EUR Nieuwbouw Simeonshof
2013 Gerealiseerde projectopbrengsten -/- verwerkte verliezen en gedeclareerde termijnen <0
Totaal
EUR
EUR
-
Overig
409 321 76
-
409 321 76
Stand per 31 december
806
-
806
Tijdelijke huisvesting Watersteeg
2012 Gerealiseerde projectopbrengsten /- verwerkte verliezen en gedeclareerde termijnen >0
EUR
2012 Gerealiseerde projectopbrengsten -/- verwerkte verliezen en gedeclareerde termijnen <0
Totaal
EUR
EUR
Nieuwbouw St. Petrus Nieuwbouw Simeonshof Nieuwbouw Bitswijk Overig
22 1.300 1.069 3.180
-
22 1.300 1.069 3.180
Stand per 31 december
5.571
-
5.571 53
Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
De in rekening gebrachte termijnen die in mindering zijn gebracht op de gemaakte kosten bedragen nihil. 5.4
Vorderingen 2013
2012
EUR
EUR
Debiteuren Vorderingen op participanten en op gelieerde maatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen Overlopende activa
2.168
565
11.523 195
18.390 44 1 2
Stand per 31 december
13.886
19.002
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar. De reële waarde van de vorderingen benadert de boekwaarde ervan, gegeven het kortlopende karakter ervan en het feit dat waar nodig voorzieningen voor oninbaarheid zijn gevormd. Debiteuren 2013
2012 EUR
EUR
Huurdebiteuren Overige debiteuren Af: voorziening wegens oninbaarheid
207 2.070 109-
353 212 -
Stand per 31 december
2.168
565
De stijging van de overige debiteuren bestaat voornamelijk uit de afrekening exploitatielasten 2013 (€ 1.270.314) en de afrekening huur 2013 (€ 801.868) van Stichting BrabantZorg (intercompany vorderingen). Deze posten waren in 2012 opgenomen onder de rekening-courant. De rekening courant is in 2013 opgeheven. Een voorziening oninbaarheid (statische methode) is gevormd op de huurvordering op “Wovesto”. Er is enige discussie met betrekking tot het huurcontract voor “de Ontmoeting”. Vorderingen op participanten en op gelieerde maatschappijen 2013
2012 EUR
EUR
Rekening-courantverhouding BrabantWonen Rekening-courantverhouding BrabantZorg Rekening-courantverhouding ZorgGoedBrabant Vordering op BrabantZorg
11.523
8.090 10.254 46 -
Stand per 31 december
11.523
18.390
54 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
In 2013 is de rekening courantverhouding volledig afgewikkeld. De vordering op BrabantZorg betreft het kortlopend deel van de leaseverplichting voor 2014 (zie 5.2). Belastingen en premies sociale verzekeringen 2013
2012 EUR
EUR
Te vorderen omzetbelasting
-
44
Stand per 31 december
-
44
Overige vorderingen 2013
2012 EUR
EUR
Overige vorderingen
-
1
Stand per 31 december
-
1
Onder de overige vorderingen zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan één jaar. Overlopende activa 2013
2012 EUR
Aandeel in reserve van diverse VvE’s Overige
127 68
Stand per 31 december
195
EUR 2 2
Onder de overlopende activa zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan één jaar. 5.5
Liquide middelen 2013
2012 EUR
EUR
Direct opvraagbaar Kas / bank / giro
8.224
-
Stand per 31 december
8.224
-
55 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
5.6 Eigen vermogen Het verloop van het eigen vermogen is als volgt: 2013
2012 EUR
Stand per 1 januari
67.858
Kapitaalstorting Resultaat boekjaar
3.833
Stand per 31 december
5.7
71.691
EUR 67.085 7.857 7.08467.858
Voorzieningen Onrendabele investeringen en herstructurering en
Totaal
EUR
EUR
-
-
1.060 1.060-
1.060 1.060-
1.060
1.060
Stand per 1 januari 2013 Mutaties Toevoegingen Aflossingen Overboekingen
Stand per 31 december 2013
De voorziening voor onrendabele investeringen betreft het nog niet opgeleverde deel van Simeonshof. Dit investeringsbesluit is van vóór 1 januari 2012 vandaar dat een onrendabel deel op de financial lease constructie mogelijk is. De oplevering van deel 2 is gepland in 2014. 5.8
Langlopende schulden 2013 looptijd > 1 en < 5 vijf jaar
2013 looptijd > dan vijf jaar
2013 totaal
EUR
EUR
EUR
Schulden/leningen overheid Schulden/leningen banken Overige schulden
908 7.131 305
400 30.377 544
1.308 37.508 849
5,88% 4,28% 7,99%
1.535 39.334 881
5,83% 4,27% 7,65%
Totaal
8.344
31.321
39.664
4,43%
41.750
4,41%
2013 rentevoet
2012 totaal
2012 rentevoet
EUR
Verdeling van de looptijden is gebaseerd op de restant looptijden van de leningen conform de lening overeenkomsten en niet op een eventueel toekomstig vervroegd aflossingsmoment.
56 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na afloop van het boekjaar zijn opgenomen onder de schulden op korte termijn. De aflossingsverplichting voor 2014 bedraagt € 2,2 mln. De mutaties in 2013 van de langlopende schulden kunnen als volgt worden toegelicht: Schulden/ leningen overheid
Schulden/ leningen kredietinstellingen
Overige schulden
Totaal
EUR
EUR
EUR
EUR
Stand per 1 januari 2013 Bij: aflossingen gepresenteerd onder kortlopend ultimo 2012 Schuldrest 1 januari 2013 Bij: Nieuwe leningen Bij: Toevoegingen Af: Aflossingen Schuldrest 31 december 2013 Af: Aflossing 2014 gepresenteerd onder kortlopende schulden
1.535
39.334
881
41.750
227 1.762 2271.535
1.835 41.169 885 2.67539.379
84 965 76 93948
2.146 43.896 961 2.99541.862
227-
1.871-
99-
2.197-
Stand per 31 december 2013
1.308
5.9
37.508
849
39.665
Kortlopende schulden 2013
2012 EUR
EUR
Kasgeldleningen Schulden aan kredietinstellingen Schulden leveranciers Schulden aan participanten Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige schulden Overlopende passiva
26.500 31.318 891 547 408 580 931
26.500 33.053 1.029 3.247 580 947
Stand per 31 december
61.178
65.356
De kredietfaciliteit van ZorgGoedBrabant 2 bedraagt inclusief kasgeldleningen € 38 miljoen bij de Rabobank. Voor deze kredietfaciliteit is een garantie afgegeven door het Waarborgfonds voor de zorgsector voor een maximaal bedrag van € 26,5 miljoen. Daarnaast is er een gezamenlijke positieve en negatieve hypotheekverklaring tussen het Waarborgfonds voor de Zorgsector, Rabobank, Gemeente Veghel en Gemeente Uden. De vorderingen van het gedeelte van ZorgGoedBrabant 2, wat voorheen stichting Welstaete was, zijn verpand aan de Rabobank. ZorgGoedBrabant 2 beschikt per 31 december 2013 over een kredietfaciliteit bij ING Bank N.V. van € 28,5 miljoen, per januari 2014 wordt deze faciliteit verlaagd naar € 26,5 miljoen. In verband met de kredietfaciliteit en de verstrekte leningen is een recht van 1 ste hypotheek verstrekt op alle onroerende zaken van dat gedeelte van ZorgGoedBrabant 2, wat voorheen Stichting Nieuwebrug was. 57 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
5.10
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Investeringsverplichtingen Per 31 december 2013 is ZorgGoedBrabant 2 verplichtingen aangegaan voor de uitvoering van het nieuwbouwproject Simeonshof fase 2 voor een bedrag van € 4,7 mln. Deze verplichtingen komen naar verwachting tot afwikkeling in een periode van 1 tot 3 jaar na balansdatum. Garanties Project
Bedrijf
Datum
Einddatum
Ontmoetingsplein Bitswijk BAM Utiliteitsbouw B.V. 13-8-2012 Maand na oplevering gehele project
Bedrag € 415.804,--
58 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
6.
Toelichting op de winst- en verliesrekening
(x € 1.000) 6.1
Huuropbrengsten 2013
2012 EUR
EUR
Onroerende zaken Af : huurderving wegens leegstand
827 11-
946 2-
Totaal huuropbrengsten
816
944
6.2
Opbrengsten servicecontracten 2013
2012 EUR
Overige goederen, leveringen en diensten Af : vergoedingsderving wegens leegstand
2.607
Totaal opbrengsten servicecontracten
2.604
6.3
EUR 2.561
3-
12.560
Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille 2013
2012 EUR
EUR
Opbrengst verkopen bestaand bezit Af : Boekwaarde
3.141-
-
Verkoopresultaat bestaand bezit
3.141-
-
Mutatie saldo waardemutatie en terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden
-
-
Saldo netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille
3.141-
-
Het verkoopresultaat bestaat uit de volgende componenten: EUR Investeringen nieuwbouw Extramuralisatie zorgplaatsen
-2.373 -768 -3.141
6.4
Rente opbrengsten financial lease 2013
2012 EUR
EUR
Rente opbrengsten financial lease
8.153
7.956
Totaal rente opbrengsten financial lease
8.153
7.956 59
Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
6.5
Overige bedrijfsopbrengsten 2013
2012 EUR
EUR
Afrekening exploitatielasten Overige
1.270 74
2.101 -
Totaal overige bedrijfsopbrengsten
1.344
2.101
De afrekening in 2012 betreft de afrekening exploitatielasten 2010 t/m 2012. In het jaar 2013 wordt alleen het boekjaar afgerekend. 6.6
Afschrijvingen materiële vaste activa 2013
2012 EUR
EUR
Afschrijving onroerende zaken in exploitatie
199
156
Totaal afschrijvingen
199
156
De afschrijvingen hebben betrekking op de commerciële ruimtes en de zorgwoningen. De extramuralisatie van de zorgplaatsen (zorgwoningen) in 2013 leiden tot een toename van de afschrijvingslast. 6.7
Overige waardeverandering materiële vaste activa 2013
2012 EUR
EUR
Ongedekte stichtingskosten Simeonshof Ongedekte stichtingskosten Compostella Vervallen projecten
34
2.373 114 1.226
Totaal waardeveranderingen materiele vaste activa
955-
3.713
989-
In voorgaande jaren zou het project Simeonshof als materiele vaste activa opgenomen worden. In 2013 is gebleken dat dit project in de financial lease is opgenomen. De in 2013 opgenomen waardeverandering betreft daarom een terugname van de geprognotiseerde ongedekte stichtingskosten Simeonshof fase 1. De werkelijke ongedekte stichtingskosten ten opzichte van de contante waarde van de financial leasetermijnen is in 2013 opgenomen onder waardeveranderingen van financiële vaste activa.
60 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
6.8
Onderhoudslasten 2013
2012 EUR
EUR
Onderhoudsuitgaven (niet cyclisch) Onderhoudsuitgaven (cyclisch)
1.818 469
2.519 355
Totaal onderhoudsuitgaven
2.287
2.874
De onderhoudsuitgaven zijn te verdelen in: 2013
2012 EUR
469
EUR
Planmatig onderhoud Mutatie-onderhoud Klachtenonderhoud
1.818
355 3 2.516
Totaal onderhoudsuitgaven
2.287
2.874
-
In 2012 stond er een bedrag aan “nog te fiatteren” facturen open van € 1.225.743. Gezien de hoogte van het bedrag en om de kosten mee te nemen in het resultaat 2012 is, in overleg met de onafhankelijke accountant, besloten om deze kosten in het planmatig onderhoud op te nemen. In 2013 zijn deze kosten teruggeboekt, waardoor de onderhoudslasten lager zijn dan de werkelijke uitgegeven onderhoudslasten. 6.9
Overige bedrijfslasten 2013
2012 EUR
EUR
Beheerskosten Algemene beheer- en administratiekosten Bestuurskosten Subtotaal beheerskosten
464 283 747
402 276 678
Heffingen Belastingen Verzekeringen Subtotaal heffingen
495 48 543
445 38 483
Overige bedrijfslasten Servicekosten Mutatie voorziening dubieuze debiteuren Diverse bedrijfslasten Subtotaal overige bedrijfslasten
145 109 30 284
131 8 139
1.574
1.300
Totaal overige bedrijfslasten
61 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
6.10
Waardeveranderingen van financiële vaste activa 2013
2012 EUR
EUR
Waardeverandering financiële vaste activa Overige mutaties
434 922-
7.7591.940-
Totaal waardeveranderingen financiële vaste activa
488-
9.699-
6.11
Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 2013
2012 EUR
Geactiveerde rente - Onderhanden projecten Rente op vorderingen - Rente rekening-courant verhoudingen Totaal rentebaten en soortgelijke opbrengsten
6.12
EUR
167
12
172
176
339
188
Rentelasten en soortgelijke kosten 2013
2012 EUR
Rente langlopende schulden : - Leningen overheid - Leningen met overheidsgarantie - Overige schulden Rente kortlopende schulden - Kredietinstellingen - Kasgeldleningen - Rekening-courantverhouding - Overige schulden Totaal rentelasten en soortgelijke kosten
EUR
88 1.773 60
101 1.682 74
387 376 5
726 354 152 2
2.689
3.091
Accountantshonoraria In het boekjaar zijn de volgende bedragen aan accountantshonoraria ten laste van het resultaat gebracht: 2013
Controle van de jaarrekening Andere controle werkzaamheden Totaal accountantshonoraria
2012 EUR
EUR
19 -
36 -
19
36
Bovenstaande honoraria betreffen uitsluitend de werkzaamheden die bij Stichting ZorgGoedBrabant 2 zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in art. 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties).
62 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
7.
Overige informatie
Werknemers Gedurende het jaar 2013 had ZorgGoedBrabant 2 geen werknemers in dienst, aangezien ZorgGoedBrabant 2 een bestuurlijke stichting is. Bestuurders en commissarissen De bezoldiging van het bestuur geschiedt door de moederorganisaties (BrabantWonen en BrabantZorg). De bezoldiging van de Raad wordt jaarlijks met het percentage conform de C.A.O. Woondiensten aangepast (conform zwaartegroep E volgens de Honoreringscode). De bezoldiging van de Raad van Commissarissen kan als volgt worden gespecificeerd:
Naam W.T.G. Bens MBA Drs. Ing. R.W.M. Rottier Ing. J.C.J. Reijers Prof. Dr. E. Piëst Ir. D.J. Noy Dr. M.J.M. Adriaansen Totaal
Beloning 2013
Beloning 2012
EUR
EUR
3.928 3.928 3.928 2.962 4.455 3.928
3.620 3.620 3.620 3.620 4.094 3.620
23.129
22.194
De Raad ontvangt geen aanvullende kostenvergoedingen. Statutaire resultaatbestemming De resultaatbestemming is conform de statuten en vooruitlopend op en onder voorbehoud van de goedkeuring door de Raad van Commissarissen reeds in de jaarrekening verwerkt. Het gehele resultaat over het boekjaar is toegevoegd aan het eigen vermogen. De balans per 31 december 2013 geeft het eigen vermogen weer na resultaatbestemming. Adresgegevens Stichting Stichting ZorgGoedBrabant 2 Venusstraat 2 5345 LP Oss Postbus 151 5340 AD Oss
Oss, mei 2014 ZorgGoedBrabant 2
Directie,
De Raad van Commissarissen
63 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
8. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
64 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
Bijlage 1: Belanghouders Stichting ZorgGoedBrabant 2 De formele belanghouders van ZorgGoedBrabant 2 zijn (in willekeurige volgorde): Colleges van B&W van de gemeenten Landerd, Maasdriel, Oss, Uden, Veghel, ’s-Hertogenbosch en Zaltbommel Stichting Mooiland Maasland Woningstichting Maasdriel Woningstichting De Kernen Woningstichting Woonlinie Habion Vivaan Divers Rigom Ziekenhuis Bernhoven Jeroen Bosch Ziekenhuis Revalidatiecentrum Tolbrug Dichterbij Cello Reinier van Arckel GGZ-Oost Brabant De politie (regio Brabant-Noord) Woningcorporatie Area Woningcorporatie Peelrand Wonen Woningcorporatie Wovesto
65 Jaarverslag 2013 Stichting ZorgGoedBrabant 2, Oss
wc Controleverklaring
van de onafhankelijke
accountant
Aan: het bestuur van Stichting ZorgGoedBrabant 2
Verklaring
betreffende
de
jaarrekening
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Stichting ZorgGoedBrabant 2 te Oss gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-enverliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risicoinschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijldieid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Zuiderzeelaan 53, 8017 JV Zwolle, Postbus 513, 8000 AM Zwolle T: 088 792 00 38, F: 088 792 94 61, www.pwc.nl 'PwC' is het merkwaaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287), PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. (KvK 51414406), PricewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B.V. (KvK 54226368), PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen. Op deze diensten zijn aigemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing. Op www.pwc.nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.
wc Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting ZorgGoedBrabant 2 per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW).
Verklaring
betreffende
overige
bij of krachtens
de ivet gestelde
eisen
Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Zwolle, 16 juni 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
Origineel getekend door G.A.N. Turkenburg RA
Pagina 2 van 2