ffiv
CODE RECLAME
coMMlsslE
Dossier2009/0061í
Beslissinqvan de ReclameCode Commissie fn de zaakvan
: G.H. Kucharek, wonendete Capelleaan den lJssel,klager
tegen
: mr. H.F.C.Kuijpers,handelende onderde naamKDKAdvocaten, gevestigdte Leiden,adverteerder.
De procedure Klagerheeftbij briefvan 3 augustus2009 bezwaargemaakttegen de hiernate noemen uitingenvan adverteerder. Bij e-mailvan 6 september2009 heeftklagerzijn bezwaaraangevuld. Adverteerderheeft bij faxberichtvan 21 september2009 tegen de klachtvenrueer gevoerd. De behandelingvan de klachtstond in eersteinstantiegeplandop 22 september2009, maaris aangehouden om partijende mogelijkheid te gevente re- en dupliceren. Klagerheeftgerepliceerdbij briefvan 29 september2009. Adverteerderheeftgedupliceerdbij e-mailvan 7 oktober2009. De ReclameCode Commissie(hierna:de Commissie) heeftde klachtbehandeldin haar vergaderingvan 13 oktober2009. Klagerwas ter vergaderingaanwezig,alwaarhij zijn standpuntnaderheefttoegelicht. Adverteerderis niet ter vergaderingverschenen. De bestredenuitinqen A. Website Het betreftde website\^ /w.kdk.nl,waaropop de homepageondermeerstaat: ..KDK KrachtDoorzettingsvermogen Kreativiteit ADVOCATEN De Tandenvan het Recht!" Op de verschillende subpagina'svan de websitestaatonder meer informatieover het kantoorvan adverteerder.Bovenaaniederepaginastaat"KDK ADVOCATEN'. Een uitdraaivan de door klagerovergelegdewebsitepagina's is als bijlage1 aan dezebeslissinggehecht. B. Visitekaartjes Voortsbetrefthet 5 verschillendevisitekaartjesvan adverteerder(in deze beslissingen de bijlagegenummerdvan 1 tot 5), waaropondereen logo "KDK Advocaten"en "mr. H.F.C. Kuijpers,advocaat"staat. Híernaaststaan de contactgegevensvan adverteerder.Op elk van de visitekaartjes staateen foto van mr. Kuijpers,en daaronderéén van de volgende teksten. Op visitekaartjes1,2 en 5 staatonderde foto de tekst: "Vastgoedrecht
Dossier 2009/0061í Overdrachtsbelasting en BTW Vennootschapsrecht Effectenrecht Intellectueel & lndustrieelEigendomsrecht" Op visitekaartje 3 staat de tekst: " 1983 Kandidaat-Notaris 1987 PublicatieKluwer Bedrijfswijzers deel 13; 'Misbruikwetgeving en Kapitaalbescherming' 1991 Advocaat" Op visitekaartje 4 staat de tekst: "KDKAdvocaten Eerstschieten, Dan praten". Op visitekaartje 4 staat mr. Kuijpersafgebeeldmet verschillende vuurwapens. Een kopievan de visitekaartjes is als bijlage2aan dezebeslissing gehecht. De klacht Adverteerderstaat ingeschrevenals eenmansbedrijf.Op zijn websiteen visitekaartjes wekt adverteerderechterde indrukdat er vele advocatenbij zijn kantoorwerkzaamzijn met vers c h i l l e n dsep e c i a l i s m e n . Mr. Kuijpersstaatbij de Orde van Advocatenten onrechteingeschreven als specÍalistlntellectueelEigendom-en Vennootschapsrecht. Adverteerderlokt door middelvan zijn websiteen visitekaartjes personen,die hij vervolgens berooft. Bij e-mailvan 6 september2009 deeltklagermee dat mr. Kuijpersdoor het Hof van Disciplineis veroordeeldop grondvan één van de genoemdevisitekaarljes (nummer4). Klager voegtde beslissing van het Hof van Discipline van 15 mei 2009bij. Het venrueer Adverteerderstelttegenoverhet bezwaarvan klagerhet volgende: 1. Klageris herhaaldelijk door de Rechtbankte Rotterdamveroordeeldwegenslasteren terreurcampagnes, ondermeerjegensadverteerder; 2. De ReclameCode Commissieheeftgeen rechtsmachtomdatadverteerdergeen deelnemeris in de StichtingReclameCode; 3. De Commissieis niet bevoegd,nu beroepshandelingen van advocatenkrachtens de Advocatenwetuitsluitendmogenwordenbeoordeelddoor de Raad van Disciplíne en, in hogerberoep,het Hof van Discipline; 4. De door klagerin 2006 ingediendeklachtmet betrekkingtot het genoemdevisitekaartje(4) is zowel door de Raadvan Disciplineals door het Hof van Disciplineop alle onderdelenafgewezen. 5. Het bedoeldevisitekaartje is beperktuitgegevenin beslotenkring,bevateen disgeen claimeren is reclame. 6. De briefvan klagerbevatlasteren is een schendingvan de vonnissenwaarinklager is veroordeeld, waaraaneen dwangsomis verbonden.
Dossier 2009/00611 De replieken dupliek Klageren adverteerderblijvenbij hun standpunten lichtendit nadertoe. De mondelinge behandelinq Klagerlichtzijn standpuntnadertoe. Het oordeelvan de Commissie í) BevoegdheidGommissie Adverteerder heeftprimairgestelddat de Commissiegeen rechtsmachtheeftomdatadverteerdergeen deelnemeris in de StichtingReclameCode, respectievelijk dat zij niet bevoegdis, omdatberoepshandelingen van advocatenuitsluitendmogenwordenbeoordeeld doorde Raadvan Discípline en het Hofvan Discipline. De Commissievolgtadverteerder hierinnieten overweegthiertoehet volgende. De Commissieis bevoegdeen oordeelte gevenover iedereopenbareaanprijzÍng van goederen,dienstenof denkbeelden. Eeniederdie meentdat een uitingin strijdis met de Nederlandse ReclameCode,kan bij de Commissie een klachtindienen.De Nederlandse ReclameCode is een stelselvan gedragsregels, opgestelden gehandhaafddoor organisaties díe op enigerleiwijze betrokkenzijn bij (het makenvan) reclameen die een zorgvuldige wijzevan aanprijzenvan goederenen dienstenin het belangachtenvan al diegenendie bij het makenvan reclamezijn betrokken.Dezeorganisatieshebbende StichtingReclame Code (SRC)in het levengeroepenen de SRC heeftde ReclameCode Commissieen het Collegevan Beroepbelastrnet het toetsenvan reclameaan de NRC.Wanneerde Commissiedaarbijtot het oordeelkomt dat een reclame-uiting met de NRC in strijdis, beveelt ziide adverteerder aan niet meer op een dergelijkewijze reclamete maken.Zij spreekt daarmeenietmeer uit dan er staat,namelijkdat de uitingniet in overeenstemmíng is met de binneneen grotekringvan belanghebbenden ontwikkelde en aanvaardenormen.Zij is daartoebevoegd,ook al is de betrokkenadverteerder niet bij de totstandkoming van de NRC betrokkengeweesten heeft hij deze nietonderschreven, 2) ls sprake van reclame? a) Visitekaartje4 Adverteerderheeftgestelddat visitekaartje 4 geen reclame-uiting is. Hieromtrent overweegtde Commissieals volgt. Aan de handvan de door klagerovergelegde stukkenis geblekendat de Raad van Disciplinein het ressort's-Gravenhage in haarbeslissing van 14 juli 2008(nummer R.2958/07.172) ondermeer heeftgeoordeelddat het bewustevisitekaartje, geletop de teksten de afbeeldingdie hieropstaan,nietverenigbaaris met het vertrouwendat men in een advocaatbehoortte kunnenstellenen aan de persoonlijkeintegriteit van de advocaat. EvenmÍnis de uitingverenigbaarmet de wezenlijkerol die de advocaatvervultin de rechtsbedeling, aldusde Raad. Gelethieropheeftde Raad aan adverteerder de maatregel van enkelewaarschuwingopgelegd.Het Hof van Disciplineheeftdeze beslissingvan de Raadop 15 mei 2009 (no. 5260) bekrachtigd. Niet is gebleken,noch aannemelijkgemaakt,dat adverteerderhet bewustevisitekaartje nadien,in strijdmet de beslissingvan de Raaden het Hof, nog openbaarheeftgemaakt. De klachtmet betrekkingtot visitekaar\e4 kan derhalveniet slagen. b) Overigeuitingen geldt niet voor de visitekaartjes Het vorenstaande 1,2,3 en 5 en de website.Met betrekking tot deze kaartjesis gesteld noch geblekendat adverteerderdezeniet meer hanteert. Voortshebbenzowel de visitekaartjesals de websiteeen aanprijzendkaraktervoor de
Dossier 2009/00611 werkzaamhedenvan adverteerderen zijn deze bedoeldom een breed publiekte bereiken. Aldusdienen deze uitingente wordenaangemerktals openbareaanprijzíngen van de dienstenvan adverteerderen derhalveals reclame-uitingen in de zin van artikel1 NRC. 3) Toetsingaan de NRC a) Klagersklachtis in de eersteplaatsgebaseerdop het feit dat in de reclame-uitingen, naarzijn mening,de indrukwordtgewektdat bij adverteerder meer advocatenwerken. Hieroveroordeeltde Commissieals volgt. In artikel2 NRC is ondermeer bepaalddat een reclame-uiting in overeenstemming dientte zijn met de wet. In artikel7, lid 1 van de Samenwerkingsverordening 1993 (Samenwerkingsverordening Advocaten),zijndeeen verordeninggebaseerdop artikel28 van de Advocatenweten derhalveeen wettelijkvoorschrift,is bepaalddat een advocaatin zijnoptreden naar buitenvermijdtdat een onjuiste,misleidendeof onvolledigevoorstelling van zaken wordtgegeventen aanzienvan enigevorm van samenwerking waarbijhij is betrokken, een samenwerkingsverband daaronderbegrepen.Op grondvan het tweedelid van dit arlikel is het de advocaatdie geen samenwerkingsverband onderhoudt,verbodende praktijk te voerenondereen gemeenschappelijke naam of een zodanigebenamingdat daardoor een samenwerkingsverband wordtgesuggereerd. Op basisvan de tweedevolzinvan dit artikellid kan de Raadvan Toezichtin bepaaldegevallenonderdoor hem te stellenvoorwaardenvan dit verbodontheffingverlenen. Vaststaatdat in het onderhavige gevalmr. Kuijpersthansde enigeaan het kantoor'KDK Advocaten'verbonden advocaatis. De RechtbankArnhemheeftin haar uitspraakvan 2 juli 2009 (registratienummer AWB071467B) bepaalddat met het gebruikvan de naam "(...) Advocaten",een samenwerking wordt gesuggereerdals bedoeldin artikel7 lid 2 vanvoornoemdeSamenwerkingsverordenÍng en heeftdit op grondvan deze bepalingverboden geacht.Eenzelfdegedachtegang volgend,acht de Commissiehet gebruikvan de naam 'KDKAdvocaten' in strijdmet arlikel7 van de Samenwerkingsverordening Advocaten, Niet is gesteldof geblekendat aan adverteerder doorde Raadvan Toezichtvan dit verbodontheffingis verleend.Op grondvan het vorenstaande is de Commissievan oordeeldat de gewraaktereclame-uitingen, daarwaar'KDKAdvocaten'staat, in strijdzijn met artikel2 NRC. Voortsis de Commissieop basisvan het voorgaandevan oordeeldat de gewraaktereclame-uitingen, voor zoverde naam 'KDK Advocaten'wordtgebruikt,gepaardgaan met onjuisteinformatieten aanzienvan de hoedanigheid en/ofkenmerkenvan adverteerder zoals bedoeldin artikel8.2 aanhefen onderf NRC. De Commissieis van oordeeldat de gemiddeldeconsumenthierdoorertoegebrachtkan wordeneen besluitover een transactiete nemen,dat hij andersníethad genomen.Deze zal immersin de veronderstelling zijndat bij het kantoorvan adverteerdermeer advocatenwerkzaamzijn.Om die redenis de Commissie van oordeeldat de reclame-uitingen misleidend zijnen daardooroneerlijkin de zin van artikel7 NRC. b) Voortsstelt klagerdat adverteerderten onrechtebij de Orde van Advocatenis ingeschrevenals Intellectueel Eigendom-en Vennootschapspecialist. In zijn repliekvoegtklager hieraantoe, ondervenruijzing naar een door hem bijgevoegdeuitdraaivan een websitepagina(http://www.gidsrm. nlldb2ldb2222.exelGidsRM/kantoor_profiel?n=8 12), datadverteerderbij de 'Gids Rechterlijke MachtOnline'staatingeschreven met als specialismen 'Familie-en 'Arbeidsrecht' 'BelastingPersonenecht, Erfrecht','Ondernemingsrecht', en 'vervallen recht'.De uitdraaibetreftechtereen link' en ter vergaderingheeft klagertoegelichtdat de kopie dateertvan enkelejaren geleden.Uit de kopieblijktvoortsdat deze uiting van toepassingwas op het advocatenkantoor Kalkman,Dormeier& Kuijpersen nietop het huidigekantoorvan adverteerder.Het betreftderhalvegeen uitingdie door adverteerder zelf voorzijn huidigeadvocatenpraktijk wordtgevoerd.Op basisvan de informatievan klager is naar het oordeelvan de CommÍssiedaaromonvoldoendeaannemelijkgewordendat
Dossier 2009/0061í adverteerder ten onrechtebepaaldespecialismenaanzrchzelftoeschrijft.Het feit dat op de visitekaartjes 1, 2 en 5 onderde naamvan adverteerder een aantalrechtsgebieden worden vermeld,maaktdit niet anders,nu adverteerder hiermeeslechtsweergeeftwat de gebieden zijnwaarophij werkzaamis of wil zijn. Dit onderdeelvan de klachtacht de Commissie derhalveongegrond. De beslissinq Op grondvan hetgeenhiervooronder1),2 b) en 3 a) is vermeld,acht de Commissie de visitekaartjes 1, 2,3 en 5 en de website,daarwaar de naam 'KDKAdvocaten'staat,in strijdmet de artikelen2 en 7 NRC, Zij beveeltadverteerderaan om niet meer op een dergelijkewijzete adverteren, Voor het overigewijst de Commissiede klachtaf. Partijenhebben,voor zover zijin het ongelijkzijn gesteld,de mogelijkheid tegendezeuitspraakberoepaan te tekenenbij het Collegevan Beroep,ondergelijktijdige stortingvan het voorde behandeling van het beroepverschuldigde bedrag. Het beroepschrift dient binnen14 daqenna dagtekeningvan deze uitspraakin het bezitte zijn van het Collegevan Beroep,waarvanhet secretariaat gevestigdis te Amsterdam. Het postadresvan het secretariaatis: postbus75684, 1070AR Amsterdam.
De voorzitter
De secretaris
Mr. M.E Leijten
Mr. W. Hengeveld
Gewezendoormr. M.E Leijten,voorzitter, mr.M. Beerthuizen,J. de Groot, m r . R . J ,H a a k m e e s t eern d r s .l . Lasschuijt, leden. Amsterdam,10 november2009