OP W E G N A A R EEN VEILIG T H U I S IN DE REGIO R I J N M O N D VEILIG THUIS REGIO RIJNMOND HET ADVIES- EN MELDPUNT HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING
0 ^ — - .
Rotterdam-Rij n mo n d
ffį^S~ļ\S. AttÍL
MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING NIEUWE WATERWEG
Opdrachtgever: Platform wethouders Jeugd en Volksgezondheid Kwartiermaker: Shirley Davis Datum: 4 november 2014 Versienummer: 3.0
ŕ \
o
Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam
®
WOORD VOORAF Voor u ligt het businessplan voor de vormgeving en inrichting van het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis, het Advies en Meldpunt
Huiselijk geweld en Kindermishandeling
(AMHK) in de regio Rijnmond. Op 10 juli 2014 is
'Veilig Thuis' als de nieuwe landelijke naam voor het A M H K bekend gemaakt door de Vereniging Nederlandse 1
Gemeenten (VNG). De ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis, als centrale en integrale toegang voor alle meldingen en adviesvragen met betrekking t o t huiselijk geweld en kindermishandeling, is de eerste stap richting de ontwikkeling van één integraal Veilig Thuis Rijnmond. Met de ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt voldoen de gemeenten van de regio Rijnmond op 1 januari 2015 aan de wettelijke eis van één regionaal meldpunt voor gevallen of vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling. De projectgroep heeft er bewust voor gekozen om in het ontwikkelproces de werknaam 'het Advies- en Meldpunt' te hanteren, in plaats van alleen meldpunt. Dit impliceert namelijk dat de klant alleen terecht kan voor het melden van zorgen en niet voor advies. Dit is drempelverhogend. Sinds medio april 2014 is onder leiding van een kwartiermaker de projectgroep hard aan de slag gegaan met de vorming en inrichting van het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis Rijnmond. De managers en beleidsadviseurs van de verschillende betrokken organisaties, te weten het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de drie (Advies) Steunpunten Huiselijk Geweld ((A)SHG) vormen hiertoe een samenwerkingsverband. Deze samenwerking is een belangrijke stap richting de integratie van de organisaties, werkwijzen en doelgroepen. Binnen twee jaar moet dit leiden t o t één integraal Veilig Thuis voor de regio Rijnmond. De integratie gebeurt
voornamelijk
door
middel van inhoudelijke gesprekken
en discussies. Voor
de
uitvoeringsorganisaties staat namelijk de inhoud en de kwaliteit van het werk centraal én het belang van de klant voorop. Vanuit een gemeenschappelijke visie en gezamenlijke uitgangspunten is er ontwikkeld. Dit is waar de leden van de projectgroep zich de afgelopen periode hard voor ingezet hebben. Hierin zijn ze ondersteund door adviezen van de ambtelijke werkgroep. Het businessplan dat voor u ligt is het resultaat van dit proces.
1
Onder begeleiding van de VNG kozen g e m e e n t e n , cliënten en veldpartijen v o o r de naam Veilig Thuis. De nieuwe naam
sluit aan op de publiekscampagne 'Voor een veilig thuis' met de bekende slogan: 'Het houdt niet op. Niet vanzelf.'
2-
INHOUDSOPGAVE
WOORD VOORAF
- 2 -
BESLUITVORMING
- 5 -
1 INLEIDING
- 7 -
1 . 1 ONTWIKKELPROCES VEILIG THUIS
- 7 -
1 . 2 LANDELIJKE UITGANGSPUNTEN
- 8 -
1 . 3 OPDRACHT
- 8 -
1 . 3 . 1 FOCUS BUSINESSPLAN
- 9 -
1 . 4 V N G : ONDERSTEUNINGSPROGRAMMA
- 9 -
1.5 LEESWIJZER
- 10 -
2 VEILIG THUIS REGIO R I J N M O N D
- 11 -
2 . 1 MISSIE EN VISIE VEILIG THUIS REGIO RIJNMOND
- 11-
2 . 2 PRIMAIR WERKPROCES
- 12 -
2 . 2 . 1 HET ADVIES- EN MELDPUNT
- 13 -
2 . 2 . 2 DE GEBIEDSTEAMS VEILIG THUIS
- 14 -
2 . 2 . 3 WETTELIJKE TAKEN
- 15 -
2 . 2 . 4 POLITIE ZORGFORMULIEREN ( P Z F )
- 15 -
2 . 3 BOVENWETTELIJKE TAKEN
- 15 -
2 . 3 . 1 VOORLICHTING EN DESKUNDIGHEIDSBEVORDERING
- 16 -
2 . 3 . 2 UITVOERINGSTAKEN BIJ DE W E T TIJDELIJK HUISVERBOD
- 16 -
2 . 3 . 3 AANPAK CRISISSITUATIES
- 17 -
2 . 3 . 4 BEREIKBAARHEIDSDIENST BUITEN KANTOORUREN (INCLUSIEF CRISISSITUATIES)
- 17 -
2 . 3 . 5 EXPERTISE OP DIVERSE VORMEN VAN GEWELD
- 18 -
2 . 4 SAMENWERKING IN DE REGIO
- 18 -
2 . 4 . 1 REGIOVISIE CENTRUMGEMEENTEN
- 18 -
3 ORGANISATIE V A N HET ADVIES- EN M E L D P U N T
- 19 -
3 . 1 LOCATIE
- 19 -
3 . 2 FUNCTIES ADVIES- EN MELDPUNT
- 19 -
3 . 3 AANSTURING ADVIES- EN MELDPUNT
- 20 -
3 . 4 BEZETTING ADVIES- EN MELDPUNT
- 20 -
3 . 4 . 1 BEZETTING DOOR HET A M K
- 21 -
3 . 4 . 2 BEZETTING DOOR PZF
- 21 -
3 . 4 . 3 BEZETTING DOOR A S H G ROTTERDAM
- 21 -
3 . 4 . 4 BEZETTING DOOR A S H G Z H E
- 22 -
3 . 4 . 5 BEZETTING DOOR S H G N W N
- 23 -
3 . 4 . 6 TOTALE BEZETTING ADVIES- EN MELDPUNT
- 24 -
3 . 5 REGISTRATIESYSTEEM
- 24 -
3 . 5 . 1 PROGRAMMA VAN EISEN V N G
- 25 -
3 -
4 ANALYSE INRICHTING ADVIES- EN MELDPUNT
- 26 -
4 . 1 VERWACHTE EFFICIËNTIESLAG
- 26 -
4.2 INSTROOM EN UITSTROOM MELDINGEN
- 26 -
4 . 4 . 1 INSTROOM MELDINGEN
- 26 -
4 . 4 . 2 UITSTROOM MELDINGEN
- 27 -
4.3 OVERGANGSSITUATIE
- 27 -
4.4 ONTWIKKELING GEBIEDSTEAMS
- 28 -
5 KWALITEIT EN TOEZICHT
- 29 -
5.1 HERKENBAAR EN TOEGANKELIJK
- 29 -
5.2 DESKUNDIGHEID
- 29 -
5 . 2 . 1 DESKUNDIGHEIDSBEVORDERING
- 29 -
5.3 KWALITEIT
- 30 -
5 . 3 . 1 BEROEPSREGISTRATIE
- 30 -
5 . 3 . 2 DE KWALITEIT VAN MELDINGEN
- 30 -
5 . 3 . 3 SYSTEMATISCHE KWALITEITSBEWAKING
- 31 -
5.4 ORGANISATIE-EISEN
- 31 -
5.5 BELEIDSINFORMATIE
- 31 -
5.6 BESCHERMING VAN DE MELDER
- 31 -
6 FINANCIEEL KADER
- 32 -
6.1 KOSTEN ONTWIKKELING ADVIES- EN MELDPUNT
- 32 -
6 . 2 . 1 PERSONEELSKOSTEN
- 32 -
6 . 2 . 2 HUISVESTING EN OVERHEAD ADVIES- EN MELDPUNT
- 33 -
6 . 2 . 3 FRICTIEKOSTEN
- 33 -
6 . 2 . 4 ONTWIKKELKOSTEN
- 33 -
6.2 FINANCIERING KOSTEN
- 34 -
BIJLAGE 1 PROJECTSTRUCTUUR VEILIG HUIS RIJNMOND
- 36 -
BIJLAGE 2 HET WETTELIJK KADER
- 37 -
4 -
In dit businessplan staat de missie en visie voor Veilig Thuis Rijnmond beschreven en is het primaire werkproces op hoofdlijnen ontwikkeld. v o o r het Advies- en Meldpunt van veilig Thuis Rijnmond is dit zowel inhoudelijk als organisatorisch nader uitgewerkt. De projectgroep wil graag de volgende stap zetten in het proces, namelijk de implementatie van het Advies- en Meldpunt. De implementatie richt zich onder andere op een concrete uitwerking van het werkproces, het trainen en betrekken van de professionals en de (samenwerkings)partners. o m de volgende stap te kunnen zetten, vraagt de projectgroep besluitvorming op de volgende p u n t e n : 1.
De voorgestelde inhoudelijke en organisatorische inrichting van het primaire proces van veilig Thuis Rijnmond voor het Advies- en M e l d p u n t ;
2.
Het onderbrengen van de politie Zorgformulieren bij het Advies- en Meldpunt van veilig Thuis Rijnmond;
3.
De voorstellen van de projectgroep met betrekking t o t de bovenwettelijke taken aangaande het Advies- en M e l d p u n t :
4.
a.
voorlichting en deskundigheidsbevordering
b.
Aanpak crisissituaties
c.
Bereikbaarheidsdienst
d.
Expertise op diverse vormen van geweld
e.
Uitvoering Wet tijdelijk huisverbod
Het voorstel om tussen de gemeenten en de politie afspraken te maken over het beoordelen en volledig aanleveren van (incident)meldingen bij veilig Thuis Rijnmond;
Kosten Advies- en Meldpunt Veilig Thuis De stuurgroep van veilig Thuis Rijnmond heeft bepaald dat de kosten die nu gemaakt worden ten behoeve van de ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt door de samenwerkende organisaties gedragen w o r d t (hoofdstuk 6). Hiermee w o r d t zoveel mogelijk voldaan aan de opdracht van budgettaire neutraliteit. Kosten registratiesysteem Werken met één registratiesysteem is een belangrijke voorwaarde voor de ontwikkeling en borging van een uniforme werkwijze van toegang en registratie. De organisaties hebben op dit m o m e n t te maken met in totaal vijf
registratiesystemen. Werken
met verschillende
registratiesystemen
leidt t o t
fragmentatie
van
de
informatiehuishouding, het maakt het bijzonder lastig o m een integrale werkwijze te standaardiseren en het met elkaar koppelen van de verschillende systemen is duur. De VNG heeft een Programma van Eisen opgeleverd ten aanzien van de ICT-ondersteuning van Veilig Thuis. Dit programma is zoveel mogelijk in samenhang met het landelijk handelingsprotocol ontwikkeld. In mei 2014 heeft de VNG geadviseerd om met het ICT systeem van Veilig Thuis aan te sluiten bij het WIJZ-project van Capgemini. Inmiddels is er sprake van drie leveranciers die op basis van het Programma van Eisen een basisapplicatie AMHK ontwikkelen en kunnen leveren. Voor elke leverancier geldt dat de ontwikkeling van het product zich in de eindfase bevindt. Momenteel w o r d t door een werkgroep van het project Veilig Thuis de applicaties van de verschillende leveranciers beoordeeld. De kosten voor implementatie en gebruik voor het desbetreffende registratiesysteem zijn nu dus nog onbekend. Ontwikkeling gebiedsteams
5-
Ten behoeve van de ontwikkeling van de gebiedsteams van Veilig Thuis w o r d t in het businessplan op een aantal punten adviezen uitgebracht door de projectgroep. Deze adviezen zijn richtinggevend. De projectgroep vraagt het Platform om een officiële opdracht voor de ontwikkeling van de gebiedsteams, na implementatie van het Advies- en Meldpunt, waarbij de wettelijke kaders centraal staan en het landelijk handelingsprotocol als uitgangspunt geldt voor de inrichting ervan. Het streven hierbij is, net als bij de ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt, om dit budgettair neutraal uit te voeren. Personeel verschuift naar (mogelijk) andere locaties en werkprocessen worden in elkaar geschoven. Hierdoor verschuiven de kosten, maar deze nemen hierin niet toe. Na besluitvorming op het businessplan op 13 november 2014 ziet de planning er als volgt uit:
Projectfase
Tijdspad
Start i m p l e m e n t a t i e Advies- en M e l d p u n t
Q4 2014
Operationalisering Advies- en M e l d p u n t
Q 1 2015
M o n i t o r i n g en bijstelling
Q 1 en Q2 2015
Inventarisatie b e h o e f t e n / m o g e l i j k h e d e n gebiedsteams
Q 1 2015
Consultatie projectplannen gebiedsteams
Q2 2015
Besluitvorming projectplannen gebiedsteams
Eind Q2 2015
Start i m p l e m e n t a t i e gebiedsteams
Q3 2015
Operationalisering gebiedsteams
Q4 2015
Evaluatie samenwerkingsverband Veilig Thuis Rijnmond
Q1 2016
6-
Per 1 januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk o m op bovenlokaal niveau een Veilig Thuis, Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling te organiseren. Hierin w o r d e n het huidige A M K en de (A)SHG's geïntegreerd. Veilig Thuis w o r d t
via
het
wetsvoorstel
voor
de Jeugdwet
opgenomen
in de W e t
maatschappelijke
ondersteuning (Wmo) 2015. Daarbij is eveneens opgenomen dat gemeenten bij de inrichting ervan aandacht voor de samenhang met de jeugdketen moet hebben. Veilig Thuis v o r m t straks dus zowel een onderdeel van de jeugdketen als van de aanpak van geweld in huiselijke kring jegens volwassenen. Hiermee dragen de gemeenten verantwoordelijkheid voor volwassenen en kinderen die te maken krijgen met agressie, geweld of verwaarlozing in huiselijke kring. M e t de integratie van de uitvoeringsorganisaties w o r d e n door de wetgever t w e e doelen beoogd: >
Eén meldpunt instellen voor burgers en professionals voor het melden van (vermoedens van) huiselijk geweld en kindermishandeling;
>
Meer samenhang in de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld.
Gemeenten hebben de mogelijkheid om het ontwikkelproces van Veilig Thuis te faseren, mits op 1 januari 2015 w o r d t voldaan aan de minimale wettelijke eis van één regionaal meldpunt. In dit hoofdstuk w o r d t het ontwikkelproces van Veilig Thuis in de regio Rijnmond beschreven. Hierin komt de fasering,
landelijke
uitgangspunten
en
de
opdracht
van
het
Platform
portefeuillehouders
Jeugd
en
Volksgezondheid aan bod. Daarnaast w o r d t de rol van de VNG toegelicht, die nauw betrokken zijn bij de landelijke ontwikkeling van de Veilig Thuis organisaties. 1.1 O N T W I K K E L P R O C E S VEILIG T H U I S De gemeenten in regio Rijnmond hebben de beslissing over de organisatievorm en de positionering van Veilig Thuis uitgesteld en kiezen ervoor om het ontwikkelproces van Veilig Thuis in fases uit te voeren. Door het 2
Platform
portefeuillehouders
Jeugd
en
Volksgezondheid
is
opdracht
gegeven
om
een
tijdelijk
samenwerkingsverband te organiseren tussen de volgende organisaties: "
Het Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld Rotterdam
"
Het Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld Zuid-Hollandse eilanden (exclusief de Hoekse Waard)
"
Het Steunpunt Huiselijk Geweld Nieuwe W a t e r w e g Noord
"
Het Advies en M e l d p u n t Kindermishandeling, Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam
Het tijdelijk samenwerkingsverband loopt t o t 1 januari 2017. De organisaties zijn gezamenlijk met een kwartiermaker verantwoordelijk voor het vormgeven en inrichten van één integraal Veilig Thuis in de regio Rijnmond. Het huidige werkgeverschap w o r d t in de tussentijd gecontinueerd. In het eerste kwartaal van 2016 vindt een evaluatie van het tijdelijk samenwerkingsverband plaats. De uitkomst hiervan is mede bepalend voor de definitieve besluitvorming in het eerste kwartaal van 2016 over de organisatievorm en positionering van Veilig Thuis. o p 1 januari 2017 zijn deze besluiten van kracht.
2
Notulen vergadering Platform w e t h o u d e r Jeugd en Volksgezondheid, d.d. 13 februari 2014. O n d e r w e r p : d o o r o n t w i k k e l i n g
AMHK.
7 -
De kwartiermaker heeft voor de ontwikkeling van Veilig Thuis Rijnmond een projectstructuur ingericht (bijlage 1), zodat in de ontwikkeling en implementatie er continue sprake is van uitwisseling en verbinding tussen de betrokken organisaties en gemeenten. 1.2 L A N D E L I J K E
UITGANGSPUNTEN
Een aantal landelijke uitgangspunten zijn kader stellend in de ontwikkeling van Veilig Thuis Rijnmond. Landelijke eisen: >
Het te vormen Veilig Thuis is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken en bevoegdheden (zie ook bijlage 2: wettelijk kader). De wettelijke taken zijn: »
Het verstrekken van advies en zo nodig het bieden van ondersteuning aan degene die een vermoeden heeft van huiselijk geweld o f kindermishandeling met betrekking t o t de stappen die in verband daarmee kunnen worden o n d e r n o m e n ;
»
Het
fungeren
als
meldpunt
voor
gevallen
of
vermoedens
van
huiselijk
geweld
en
kindermishandeling; »
Het naar aanleiding van een melding van huiselijk geweld of kindermishandeling of een vermoeden daarvan, onderzoeken of daarvan daadwerkelijk sprake is;
»
Het - indien noodzakelijk - inschakelen van passende hulpverlening;
»
Het zo nodig in kennis stellen van de politie of de Raad voor de Kinderbescherming. Indien een verzoek t o t onderzoek bij de Raad voor de Kinderbescherming w o r d t ingediend, w o r d t het college van burgemeester en wethouders daarvan in kennis gesteld;
» >
Het terug rapporten aan de melder van datgene wat met de melding is gebeurd.
Veilig Thuis moet op bovenlokaal niveau worden georganiseerd en gemeenten zijn hier gezamenlijk voor verantwoordelijk;
>
Veilig Thuis mag geen (jeugd)hulpaanbieder zijn, maar heeft t o t taak om na onderzoek, (jeugd)hulp te organiseren;
>
Veilig Thuis moet aansluiten bij de ontwikkelingen van lokale vormen van integrale toegang en intake van hulpverlening.
1.3 O P D R A C H T Op 13 februari 2014, tijdens het Platform portefeuillehouders Jeugd & Volksgezondheid, is vastgesteld dat een meerderheid van de gemeenten voorstander is om in de regio Rijnmond Veilig Thuis op regionale schaal te organiseren, waarbij gebiedsgericht w o r d t gewerkt. De gebiedsteams dienen aan te sluiten op de huidige schaalgrootte van de (A)SHG's. Dit resulteert in één regionaal Veilig Thuis dat gebiedsgericht werkt vanuit drie locaties (Rotterdam, Vlaardingen en spijkenisse), waarbij meldingen centraal in de regio plaatsvinden en opvolging zo lokaal mogelijk w o r d t geborgd . 3
3
Andersson Eiffers Felix. Verkenning scenario's integratie AMK en (A)SHG in de regio Rijnmond. Utrecht: 6 februari 2014.
8-
Dit ziet er in een schema als volgt uit:
Veilig Thuis 'huis Bureaudienst Jienst
Veilig Thuis
Veilig Thuis
Veilig Thuis
gebiedsteam
gebiedsteam Zuid-
gebiedsteam Nieuw
Rotterdam
Hollandse eilanden
Figuur 1.3 Veilig Thuis regio
Waterweg N o o r d ^ ^ ^ ^
Rijnmond
Het samenwerkingsverband, samen met de kwartiermaker, is verantwoordelijk voor het ontwikkelen van één integraal Veilig Thuis in de regio Rijnmond op basis van bovenstaand schema. Deze opdracht bestaat als het ware uit t w e e deelopdrachten: Deelopdracht 1: Het tijdelijk samenwerkingsverband organiseert per 1 januari 2015 één (telefonisch) Adviesen Meldpunt voor gevallen of vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling voor de hele regio; Deelopdracht 2: Na de inrichting van het Advies- en Meldpunt ontwikkelen de organisaties in de loop van 2015 de gebiedsteams Veilig Thuis. De gebiedsteams sluiten nauw aan op de lokale vormen van hulpverlening in het sociale domein in het desbetreffende gebied.
1.3.1 FOCUS BUSINESSPLAN o m d a t op 1 januari 2015 voldaan moet worden aan de wettelijke eis, het fungeren als meldpunt, is dat de opdracht waar de projectgroep van het samenwerkingsverband zich nu op richt. De uitwerking en analyse in dit businessplan is dus gebaseerd op gemaakte keuzes ten aanzien van de inrichting van het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis Rijnmond. Dit plan dient vervolgens als uitgangssituatie voor de ontwikkeling van de gebiedsteams in de loop van 2015 en daarmee de ontwikkeling van één integraal Veilig Thuis regio Rijnmond. 1.4 V N G : O N D E R S T E U N I N G S P R O G R A M M A De Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (VNG) is gestart met een ondersteuningsprogramma o m de gemeenten te ondersteunen in het opzetten van een Veilig Thuis in de regio. De ondersteuning bestaat uit het geven van deskundig advies en het opleveren van een aantal producten en diensten. Dit betreft onder meer een programma voor deskundigheidsbevordering, factsheets met relevante gegevens en handreikingen voor de inrichting en vormgeving. >
Eén van de belangrijkste producten is het model-handelingsprotocol voor Veilig Thuis. Dit protocol is onder andere: »
een advies aan gemeenten over de richtlijnen die zij kunnen meegeven aan Veilig Thuis in hun regio met betrekking t o t de uitvoering van de wettelijke taken van Veilig Thuis;
»
een duidelijke richtlijn voor het handelen door professionals van Veilig Thuis, dat leidt t o t dezelfde zorgvuldigheid en kwaliteit in de benadering en behandeling van de klant;
9-
»
een document dat inzicht geeft aan de klant over de werkwijze van Veilig Thuis, wat hij mag verwachten en welke rechten hij heeft;
>
De VNG speelt ook een rol in het (landelijk)registratiesysteem voor de Veilig Thuis organisaties. In opdracht van de VNG is een impactanalyse en een Programma van eisen opgesteld (gebaseerd op het model-handelingsprotocol) ten aanzien van het registratiesysteem. Dit komt aan bod in hoofdstuk drie.
>
De VNG is verantwoordelijk voor de landelijke campagne van Veilig Thuis. Hiervoor is een landelijke website
ingericht,
www.vooreenveiligthuis.nl.
In
oktober
2014
isl
een
landelijk
telefoonnummer beschikbaar worden gesteld. De campagne voorziet in een toolkit
logo
en
'communicatie
voor gemeenten en Veilig Thuis organisaties'. Gemeenten kunnen hun regionale communicatie daarop ontwikkelen. In dit businessplan w o r d t op een aantal punten verbinding gelegd met de landelijke ontwikkelingen vanuit de VNG, omdat deze van invloed zijn op de ontwikkeling van Veilig Thuis regio Rijnmond. 1.5 L E E S W I J Z E R In hoofdstuk één is de aanleiding voor het ontwikkelen van een Veilig Thuis in de regio Rijnmond en de kaders waarbinnen de opdracht moet plaatsvinden behandeld. Binnen de gestelde kaders is de projectgroep aan de slag gegaan met de inhoudelijke inrichting van Veilig Thuis Rijnmond, waarbij er een missie en visie is ontwikkeld. Dit staat beschreven in hoofdstuk twee. Mede op basis daarvan is vervolgens het primaire werkproces van Veilig Thuis Rijnmond op hoofdlijnen schematisch ingericht, waarin de werkprocessen van het AMK en de (A)SHG's zijn geïntegreerd. Het werkproces van het Advies- en Meldpunt is daarbij concreet uitgewerkt. In hoofdstuk drie komt de organisatorische inrichting aan bod. Hier w o r d t nader ingegaan op de locatie en de bezetting van het Advies- en Meldpunt. Voor de bezetting w o r d t in de eerste plaats de noodzakelijke functies voor het Advies- en Meldpunt toegelicht. In de tweede plaats w o r d t per organisatie toegelicht met hoeveel capaciteit het Advies- en Meldpunt bezet zal worden.
Vervolgens komt ook het registratiesysteem aan de
orde, aangezien dit een noodzakelijke voorwaarde is voor de operationalisering van het Advies- en Meldpunt. De voorgestelde inrichting van het Advies- en Meldpunt, zowel inhoudelijk als organisatorisch, brengt bepaalde gevolgen met zich mee. Deze komen aan bod in hoofdstuk vier, de analyse van de inrichting van het Advies- en Meldpunt. In hoofdstuk vijf is er ook nog specifieke aandacht voor de kwaliteitseisen waar Veilig Thuis Rijnmond mee te maken heeft. Deze kwaliteitseisen brengen een aantal verplichtingen met zich mee, die in kaart worden gebracht.
10 -
2 VEILIG THUIS REGIO
RIJNMOND
Voor de ontwikkeling van Veilig Thuis regio Rijnmond heeft de projectgroep een missie en visie ontwikkeld. Hierop is vervolgens de procesmatige inrichting van Veilig Thuis gebaseerd. Voor deze inrichting is eveneens rekening gehouden met: "
De wettelijke taken en bevoegdheden;
"
De opdracht van het Platform en de schematische weergave van Veilig Thuis Rijnmond (figuur 1.3), met het uitgangspunt dat meldingen centraal plaatsvinden en opvolging zo lokaal mogelijk w o r d t geborgd;
"
Het landelijk handelingsprotocol.
Met missie en visie als uitgangspunt is het primaire werkproces voor zowel het Advies- en Meldpunt als de gebiedsteams ingericht, waarbij specifiek rekening is gehouden met de borging van de wettelijke taken en bevoegdheden. Naast het primaire werkproces w o r d t ook het proces Politie Zorgformulieren (PZF) behandeld. Als gevolg van de decentralisatie raakt de politie namelijk haar centrale punt kwijt voor het aanleveren van de zorgformulieren. De projectgroep doet daarom een voorstel voor het onderbrengen van PZF binnen Veilig Thuis. Naast de wettelijke taken is er ook nog sprake van bovenwettelijke taken waarover de projectgroep zich heeft gebogen. Het hoofdstuk sluit af met de nadrukkelijke aandacht voor de samenwerking in de regio ten behoeve van de brede aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling. Gedurende het implementatieproces van Veilig Thuis is dit een belangrijk onderwerp. 2 . 1 M I S S I E EN V I S I E V E I L I G T H U I S R E G I O R I J N M O N D De projectgroep heeft de volgende missie geformuleerd: "De missie van Veilig Thuis regio Rijnmond is het stoppen van alle vormen van geweld tegen volwassenen en kinderen. Herstel van acute onveiligheid en het creëren en borgen van duurzame veiligheid binnen huiselijke situaties staat centraal. Eenieder die te maken heeft met of een vermoeden heeft van geweld binnen afhankelijkheidssituaties kan terecht bij Veilig Thuis Rijnmond." Hiervoor moet Veilig Thuis Rijnmond voldoen aan de volgende uitgangspunten: >
Zichtbaar en toegankelijk
Veilig Thuis Rijnmond is zichtbaar en toegankelijk in de regio, zodat klanten snel en makkelijk contact kunnen opnemen. Met de integratie van de organisaties hoeft een burger of professional zich daarnaast niet af te vragen of hij contact moet opnemen met het (A)SHG of met het AMK. Veilig Thuis, specifiek het Advies- en Meldpunt, is niet alleen een telefoonnummer. Het heeft een 'gezicht' naar buiten dat zich kenmerkt door kennis en expertise op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling. >
Integrale en systeemgerichte aanpak
Duurzame veiligheid binnen huiselijke situaties w o r d t door middel van een integrale aanpak nagestreefd. Vanaf het eerste contactmoment is de aanpak gericht op het gehele (gezins)systeem. Zowel de situatie van de kinderen als de volwassenen, van de dader(s) en het slachtoffer(s) staan centraal. Dit geldt ook tijdens het doen van integraal onderzoek naar de veiligheidssituatie. Huiselijk
geweld
en
kindermishandeling
wordt
op
dezelfde
manier
benaderd,
namelijk
als
veiligheidsproblematiek. Voor een (gezins)systeem w o r d t daarom één plan van aanpak ontwikkeld, gericht op het creëren van duurzame veiligheid.
11 -
>
Brede deskundigheid en expertise aan de voorkant
o m vanaf het eerste contactmoment een integrale en systeemgerichte beoordeling te kunnen maken, is het nodig dat aan de voorkant van Veilig Thuis brede deskundigheid en kennis aanwezig is. Daarnaast is de aanwezigheid van expertise op verschillende vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling noodzakelijk, om een adequate beoordeling te kunnen maken van de aard en ernst van de problematiek en de aanwezige risico's. >
Verbinding met het lokale veld en samenwerkingspartners
Voor het herstellen van acute veiligheid en creëren van duurzame veiligheid is ondersteuning en hulpverlening nodig. De toegang van hulpverlening bevindt zich in het lokale veld en bij de specialistische zorgpartners (bijvoorbeeld de huisarts, GGZ) in het sociale domein. Daarnaast is samenwerking met justitiepartners (bijvoorbeeld
politie,
Raad
voor
de
Kinderbescherming)
noodzakelijk
voor
het
herstellen
van
veiligheidssituaties. >
Organisatie als één geheel met lokale kleuren
Veilig Thuis Rijnmond is in de regio zichtbaar en herkenbaar als één organisatie. De wettelijke taken en bevoegdheden zijn geborgd in het primaire werkproces van het Advies- en Meldpunt én de gebiedsteams. De gebiedsteams hebben een herkenbare en gemeenschappelijke werkwijze ten behoeve van gelijkwaardige behandeling van de klant. Door verschillen in gemeentelijk sociaal beleid, maatschappelijke problemen en behoeften en netwerken, kennen de gebiedsteams echter ook verschillende lokale kleuren. >
Nauwe verbinding tussen het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams
Een nauwe verbinding tussen het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams is noodzakelijk voor de voortzetting van het primaire werkproces van Veilig Thuis. Deze verbinding maakt ook snelle en acute opvolging van meldingen mogelijk in de gebiedsteams. Ten behoeve van de klant en de kwaliteit van de dienstverlening is dit noodzakelijk. Daarnaast is een korte en goede aansluiting tussen het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams van belang voor de klant die in de opvolging van de melding zo min mogelijk moet merken van een overdracht. Veilig Thuis Rijnmond streeft naar een aanpak met één contactpersoon voor de klant gedurende het proces. >
Samenhang tussen de gebiedsteams onderling
Vanwege de lokale kleuren, zullen de gebiedsteams van elkaar verschillen. Het primaire werkproces is voor de drie gebiedsteams gelijk, maar bijvoorbeeld samenwerkingsafspraken met de lokale hulpverlening zal per gebied anders zijn. o o k zullen de gebiedsteams verschillende expertises bezitten op basis van maatschappelijke problematiek in het gebied. De gebiedsteams onderling kunnen elkaar in kwaliteit versterken door gebruik te maken van elkaars kennis en deskundigheid. 2.2 P R I M A I R WERKPROCES op
basis van de uitgangspunten die hierboven zijn geformuleerd
heeft de projectgroep het
primaire
werkproces van Veilig Thuis Rijnmond ingericht. Daarbij is zoveel mogelijk rekening gehouden met de bestaande werkprocessen van het AMK en de (A)SHG's. Het primaire werkproces is hieronder in een schema afgebeeld.
12 -
Opstellen
I
Iniet lokale/
veiligheids-en
I
specialistische
herstelplan
I
zorg
Figuur 2.2 Primair werkproces
Veilig Thuis
Rijnmond
De stippellijn in het midden van het plaatje geeft de scheiding weer tussen het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams Veilig Thuis. Dit is geen harde lijn, omdat het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams nauw met elkaar verbonden zijn.
2 . 2 . 1 H E T A D V I E S - EN M E L D P U N T Het Advies- en Meldpunt is de centrale toegang van Veilig Thuis voor alle meldingen en adviesvragen van de burger, de professional en specifiek de medische sector en politie/justitie. Het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis is bereikbaar via één telefoonnummer. Daarnaast kan de klant fysiek terecht bij de balie en kunnen er digitale (zorg)meldingen gedaan worden. De medewerkers van het Advies- en Meldpunt lichten klanten goed voor over de werkwijze van Veilig Thuis. Ze zorgen ervoor dat meldingen van vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling zo snel mogelijk worden doorgezet, dat er triage op plaatsvindt en er snel geschakeld w o r d t met het
desbetreffende
gebiedsteam voor verder beleid en aanpak. >
Enkelvoudig advies en anonieme ondersteuning
Het Advies- en Meldpunt behandelt enkelvoudige adviesvragen. In de afhandeling van een enkelvoudige adviesvraag
kan
doorverwezen
worden
naar
het
lokale
veld. Wanneer
een
ondersteuningstraject
is
geïndiceerd, ofwel meerdere adviesgesprekken, neemt het Advies- en Meldpunt direct contact op met het gebiedsteam
om
de
ondersteuningsgesprekken
uit
te
voeren.
Dit
geldt
niet
voor
het
anonieme
ondersteuningstraject. Bij overdracht aan de gebiedsteams kan de anonimiteit namelijk niet gewaarborgd blijven.
13 -
Melding Meldingen kunnen
per telefoon, fax, digitaal
en in
persoonlijk
contact
of tijdens
een
casusoverleg
binnenkomen. De melding kan gedaan worden door een burger of een professional. De melding w o r d t integraal en systeemgericht beoordeeld door de medewerkers van het Advies- en Meldpunt. Na beoordeling van de melding zijn er t w e e mogelijkheden: "
De melding w o r d t in ontvangst genomen en doorgezet naar het proces triage;
"
De melding w o r d t omgezet naar een advies of ondersteuningstraject.
>
Triage
Binnen de triage w o r d t de melding gescreend en beoordeeld op aard, ernst van de problematiek en de risico's worden in kaart gebracht. De screening gebeurt zorgvuldig door de professional met ondersteuning van een gedragsdeskundige en indien nodig en noodzakelijk een vertrouwensarts. Het doel van de triage is dat Veilig Thuis Rijnmond op basis van de inhoud van de melding en op basis van een integrale risicotaxatie t o t een besluit komt over de noodzakelijke vervolgstappen naar aanleiding van de melding. Er zijn drie uitkomsten na de triage mogelijk: "
De melding w o r d t alsnog omgezet naar een advies of ondersteuningstraject;
"
De melding w o r d t afgesloten;
"
De melding w o r d t overgedragen aan het gebiedsteam waarmee w o r d t overlegd over de uitvoering van de vervolgstappen, bijvoorbeeld het doen van uitgebreid onderzoek of inzetten van lokale of specialistische hulp.
De vervolgstappen die door medewerkers van het gebiedsteam gezet kunnen w o r d e n , zijn wettelijk vastgelegd en nader uitgewerkt in het landelijk handelingsprotocol. Voor de uitvoering van deze vervolgstappen hebben de medewerkers van Veilig Thuis wettelijke bevoegdheden t o t hun beschikking (zie bijlage 2: het wettelijk kader). Het Advies- en Meldpunt heeft de verantwoordelijkheid om na triage een terugkoppeling te geven aan de melder over wat er met de melding is gedaan.
2 . 2 . 2 DE G E B I E D S T E A M S V E I L I G T H U I S Het Advies- en Meldpunt is de centrale toegang van Veilig Thuis Rijnmond. Echter, de klant heeft ook de mogelijkheid om binnen te lopen bij een gebiedsteam met vragen, zorgen of behoefte aan bepaalde ondersteuning. Veilig Thuis Rijnmond is laagdrempelig voor de klant. Mocht het contact leiden t o t een officiële melding, dan vindt er overleg plaats tussen het Advies- en Meldpunt en het gebiedsteam. >
Opvolging meldingen en ondersteuningstrajecten
De opvolging van de meldingen waarop triage heeft plaatsgevonden, vindt plaats in de gebiedsteams. De redenen hiervoor zijn dat het gebiedsteam dichterbij de klant zit, verbonden is met de lokale aanpak in het sociale domein en bekend is met het netwerk. Net als het Advies- en Meldpunt geldt dat in de gebiedsteams sprake is van een integrale werkwijze en dat de medewerkers belast zijn met de uitvoering van de wettelijke taken en bevoegdheden. Hierdoor mogen zij, in tegenstelling t o t andere professionals, bijvoorbeeld zonder toestemming van betrokkenen informatie opvragen. Binnen de opvolging van meldingen en ondersteuningstrajecten zijn verschillende vervolgprocessen mogelijk. Deze zijn opgenomen in het schema van figuur 2.2. Bij de inrichting van de gebiedsteams zullen deze processen nader uitgewerkt worden.
14 -
2.2.3
WETTELIJKE
TAKEN
Met de inrichting van het primaire werkproces in het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams, zijn de wettelijke taken verdeeld en geborgd.
r
Het Advies- en M e l d p u n t Fungeren als meldpunt
m
m
Verstrekken van advies en
m
Inschakelen passende hulp
ondersteuning
m
Advies en ondersteunen (meervoudig) Contact politie/B&W/RvdK
m
Onderzoek verrichten
terug rapporteren aan melder over vervolg melding.
2.2.4
Gebiedsteam
m
m
J
POLITIE ZORGFORMULIEREN
(PZF)
De zorgmelding is op dit m o m e n t geregeld in de Wet op de Jeugdzorg. Deze w e t regelt dat iemand (dat kan een willekeurige burger zijn, een professional die met kinderen werkt of de politie) die zich zorgen maakt om een kind, de zorg kan melden bij Bureau Jeugdzorg (BJZ). BJZ heeft de verantwoordelijkheid om de melding in ontvangst te nemen en vanuit haar outreachende
taak daarop actie te ondernemen. Het merendeel van de
zorgmeldingen zijn afkomstig van de politie. Zij doet landelijk circa 30.000 zorgmeldingen per jaar met hulp van een gestandaardiseerd zorgformulier. In 2013 zijn er door Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam 4615 politie zorgformulieren beoordeeld . 4
Per 1 januari 2015 bestaan de Bureaus Jeugdzorg niet meer. Hiermee verdwijnt het centrale punt waar de politie haar zorgmeldingen
aanlevert.
Hiervoor
moet
een nieuwe
plek worden
aangewezen
door
de
gemeenten. Voorstel projectgroep Het voorstel
van de projectgroep
Veilig Thuis regio Rijnmond.
is om het meldpunt
De aansturing
werkproces
in PZF kan daardoor
werkproces
en de effectiviteit
daarnaast kunnen
2.3
de meldingen
gecontinueerd
daarvan.
PZF onder te brengen bij het Advies- en Meldpunt
van PZF binnen worden.
BJZ SR was al ondergebracht
Zowel de politie
Door PZF bij het Advies-
voor Veilig Thuis direct opgepakt
worden,
bij het AMK.
als BJZ SR is tevreden
en Meldpunt
onder
waardoor
gezinnen
over
te brengen, snel de juiste
van Het het
kunnen hulp
krijgen.
BOVENWETTELIJKE
TAKEN
Naast de wettelijke taken zijn er ook nog taken die op dit moment worden uitgevoerd door het huidige AMK o f (A)SHG. Ondanks dat deze niet wettelijk zijn voorgeschreven, vragen ze wel aandacht in de ontwikkeling en inrichting van Veilig Thuis. Deze 'bovenwettelijke taken' worden hieronder kort toegelicht en de projectgroep doet per taak een voorstel over het behoud en de uitvoering ervan.
4
Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam: Overzichtsrapport Zorgformulier Politie 2013.
15
2 . 3 . 1 V O O R L I C H T I N G EN D E S K U N D I G H E I D S B E V O R D E R I N G
Voorlichting en deskundigheidsbevordering betreft het doorgeven van kennis, deskundigheid en vaardigheden over het signaleren, bespreekbaar maken van de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling. Veilig Thuis Rijnmond beschikt over veel kennis door enerzijds gekwalificeerd personeel, anderzijds door
de
samenwerking binnen het regionaal en lokaal netwerk. Voorstel Projectgroep De projectgroep
adviseert
om deze kennis door middel van voorlichting
en deskundigheidsbevordering
bieden. Hierdoor wordt de algehele expertise binnen het sociaal domein versterkt hetgeen de en handelingsbekwaamheid
van de klant ten goede
Veilig
op
Thuis
zal
(mede
deskundigheidsbevordering Advies-
en Meldpunt
behoeften
basis
van
zal worden
en vragen. Dit wordt nader uitgewerkt
(vroeg)signalering
komt.
bestaand
moeten ontwikkelen.
aangeboden
aan te
materiaal)
een
Binnen dit programma en hoe er lokaal in de
programma
voor
voorlichting
wordt bepaald wat centraal
aangesloten
wordt
op
vanuit
en het
maatschappelijke
implementatiefase.
2 . 3 . 2 U I T V O E R I N G S T A K E N BIJ DE W E T T I J D E L I J K H U I S V E R B O D Sinds 1 januari 2009 is de Wet tijdelijk huisverbod (Wth) van kracht. Deze w e t geeft burgemeesters een bestuursrechtelijke, discretionaire bevoegdheid om bij een (vermoeden van) ernstig en onmiddellijk gevaar van huiselijk geweld e n / o f kindermishandeling een huisverbod op te leggen aan de meerderjarige persoon van w i e die
dreiging
uitgaat.
Het
huisverbod
wordt
ook
ingezet
bij
vormen
van
kindermishandeling,
ouderenmishandeling en het w o r d t waar nodig preventief ingezet. Dit geldt wanneer kinderen worden blootgesteld aan huiselijk geweld en bij (meer) directe vormen van geweld tegen kinderen (GGD Rotterdam¬ Rijnmond, 2012 ). 5
In de regio Rijnmond zijn verschillende partijen betrokken bij de uitvoering van de W t h . Dit betreft de Burgemeester, Openbaar crisisdienst
Delta,
het
Ministerie, Politie, de crisisdienst van het Centrum voor Crisisteam
van
Bureau
Jeugdzorg
en
het
(A)SHG.
De
Dienstverlening, de
(A)SHG's
voeren
het
casemanagement uit ten tijde van een huisverbod. Indien kinderen zijn betrokken, w o r d t hierin samen opgetrokken met het Crisisteam van Bureau Jeugdzorg. Het casemanagement bestaat uit het organiseren van een interventie in het gezin, het op (laten) stellen van een veiligheidsplan en het adviseren van burgemeesters over eventuele verlengingen. Het AMK speelt binnen de huidige werkwijze alleen een actieve rol wanneer zij zelf een aanmelding doet voor een screening ten behoeve van een preventief huisverbod (geplande screening). Het landelijk handelingsprotocol schrijft een belangrijke adviserende rol in de uitvoering van het huisverbod toe aan Veilig Thuis. Daarin is opgenomen dat in eerste aanzet Veilig Thuis adviseert over de inzet van het huisverbod. Wanneer het huisverbod w o r d t opgelegd geeft Veilig thuis advies over de beëindiging o f verlenging ervan. In veel gevallen zal Veilig Thuis het cliëntsysteem, waarbinnen het tijdelijk huisverbod w o r d t uitgevoerd, begeleiden. Voorstel projectgroep De projectgroep tijdelijk
5
adviseert om vooralsnog
huisverbod
te continueren.
de huidige werkwijze
De huidige
werkzaamheden
en afspraken
binnen de uitvoering
(casemanagement)
van de Wet
van de (A)SHG's
worden
GGD Rotterdam-Rijnmond (2012). Huisverbod bij kindermishandeling. Beschrijving uitvoering W e t tijdelijk huisverbod &
pilot aanvullend beleid huisverbod bij kindermishandeling gemeente Rotterdam. Rotterdam: gemeente Rotterdam.
16 -
belegd in de gebiedsteams. vormgeving gecreëerd
De ontwikkelingen
van de lokale aanpak in het sociale domein en de inrichting
van Veilig Thuis Rijnmond zijn grote veranderingsprocessen. kan de huidige
worden aangepast
werkwijze
van de Wet tijdelijk
aan de veranderde
Zodra hier stabiliteit
huisverbod
worden
en
en continuïteit
geëvalueerd
en (indien
is
nodig)
omstandigheden.
2.3.3 A A N P A K CRISISSITUATIES Binnen kantoortijd pakken het AMK en de (A)SHG's de crisissituaties op die te maken hebben met huiselijk geweld en kindermishandeling. Hun taakstelling hierin is het beoordelen van de veiligheidssituatie en waar nodig en mogelijk het organiseren van noodzakelijke hulp. In situaties waarbij kinderen betrokken zijn, heeft het AMK de bevoegdheid om een melding te doen bij de Raad voor de Kinderbescherming wanneer ouders niet kunnen of willen meewerken aan de hulp. Voorstel projectgroep De projectgroep bestaande mogelijk
adviseert
werkproces. organiseren
beoordeling
om de aanpak
van crisissituaties
Ofwel, het snel en adequaat van noodzakelijke
van een crisissituatie
hulp.
binnen
beoordelen
Daarvoor
heeft
kantoortijd
van de veiligheidssituatie Veilig
gebeurt in het Advies- en Meldpunt,
aanpak van de crisis de casus zo snel mogelijk
doorgezet
te behouden
Thuis de deskundigheid waarop
het
en waar nodig en in huis.
De
situatie
de
voor in de tijdelijke
wordt naar de samenwerkende
toekomst kan de casus doorgezet worden naar de gebiedsteams.
conform
organisaties.
Hiervoor is nauwe afstemming
In de
noodzakelijk.
2.3.4 BEREIKBAARHEIDSDIENST BUITEN K A N T O O R U R E N (INCLUSIEF CRISISSITUATIES) Het AMK en t w e e (A)SHG's hebben op dit m o m e n t de uitvoering van de bereikbaarheidsdienst
buiten
kantooruren belegd bij aparte crisisdiensten. De bereikbaarheidsdienst van het AMK is opgenomen in het crisisteam van Bureau Jeugdzorg. Het Crisisteam van Bureau Jeugdzorg voert dit uit. Voor
de
klanten
van
het
(A)SHG
Rotterdam
en
NWN
voert
het
Centrum
voor
Dienstverlening
de
bereikbaarheidsdienst uit. ASHG Spijkenisse maakt geen gebruik van een crisisdienst. Buiten kantoortijden kan gebeld worden naar het Zorgpunt ZHE waarop er een bandje w o r d t afgespeeld, dat voor noodsituaties verwijst naar 112 of anders een voicemailbericht kan worden ingesproken. De eerstvolgende werkdag w o r d t het voicemailbericht verder afgehandeld. Is er in de regio ZHE sprake van een crisis aangaande huiselijk geweld situaties buiten kantoortijd, dan werkt de politie samen met de crisisdienst van Delta Psychiatrisch Centrum of de Bouman GGZ. Voorstel projectgroep De projectgroep organiseren
adviseert
om in de tijdelijke
van de bereikbaarheid
situatie
te behouden.
de bestaande
afspraken
met de crisisdiensten
Binnen de huidige afspraken is wel een aantal
voor het
aanpassingen
noodzakelijk: " *
Vanaf 01-01-2015
zullen gedane meldingen
en adviesvragen
moeten worden aan het Advies- en Meldpunt
van Veilig Thuis;
De toegang
kantoortijd
integraal
naar
geregeld
de crisisdiensten worden.
buiten
de eerstvolgende
moet
net als de toegang
De klant van Veilig Thuis moet buiten kantoortijd
denken waar hij terecht kan met zijn vraag of
werkdag
overgedragen
van Veilig
Thuis
ook niet hoeven na te
melding;
17 -
2 . 3 . 5 EXPERTISE O P D I V E R S E V O R M E N V A N G E W E L D Voor specifieke doelgroepen zoals ouderen, meisjes die onder dwang uitgehuwelijkt w o r d e n , slachtoffers van eer gerelateerd geweld o f seksueel geweld w o r d t nog veel nieuwe kennis opgebouwd. Maar ook met betrekking t o t huiselijk geweld en kindermishandeling groeit de kennis over achtergronden, gevolgen en effectieve interventies nog steeds. Voorstel projectgroep Voor Veilig Thuis Rijnmond is het van belang om de kennis en expertise van het AMK en de (A)SHG's te en vervolgens verder te ontwikkelen. om een adequate beoordeling Voor de uitvoering
dient de noodzakelijke
te kunnen
kennis aanwezig
expertise
expertise beschikbaar
is (eventueel
te zijn
maken.
van de gewenste aanpak is het vervolgens nodig dat in 2015 in het gebiedsteam
Thuis de noodzakelijke betreffende
In het Advies- en Meldpunt
van de veiligheidssituatie
bundelen
van Veilig
door een beroep te doen op het gebiedsteam
die de
bezit).
2 . 4 S A M E N W E R K I N G I N DE R E G I O Veilig Thuis Rijnmond bereikt haar missie niet zelfstandig. Hiervoor is een nauwe samenwerking
met
gemeentelijke netwerkpartners en organisaties in het sociaal- en veiligheidsdomein nodig. Dit betreft onder andere de wijkteams (of vergelijkbaar) in het lokale veld en de gespecialiseerde hulpverleningsorganisaties (onder
andere
geestelijke
gezondheidszorg,
ouderenzorg,
vrouwenopvang),
de
Raad
voor
de
Kinderbescherming, het Veiligheidshuis, het Jeugdbeschermingsplein, de Politie, het Openbaar Ministerie, de Reclassering en
de
gecertificeerde
instelling
(inclusief
het
crisisinterventieteam).
Daarnaast
zijn
ook
ziekenhuizen, zorginstellingen en (huis)artsenposten belangrijke samenwerkingspartners. Veilig Thuis wil (verder) investeren in een productieve relatie met de partners ten behoeve van een gezamenlijke kwaliteit in de uitvoeringsketen van huiselijk geweld en kindermishandeling. Gedurende het implementatieproces van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis zal dit nader uitgewerkt worden. Onder andere de aansluiting bij het Veiligheidshuis en het Jeugdbeschermingsplein worden hier apart in opgenomen.
2 . 4 . 1 REGIOVISIE C E N T R U M G E M E E N T E N De centrumgemeenten zijn wettelijk verplicht om op 1 januari 2015 een regiovisie te hebben op huiselijk geweld en kindermishandeling. De regiovisie geeft richting aan de invulling van de aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling op lokaal en regionaal beleid. In de implementatie van het Advies- en Meldpunt zal waar nodig en mogelijk aansluiting gezocht worden bij de regiovisies van de drie centrumgemeenten. De regiovisies spelen daarom ook een belangrijke rol in de ontwikkeling van de gebiedsteams Veilig Thuis in 2015.
18 -
3 O R G A N I S A T I E V A N H E T A D V I E S - EN M E L D P U N T Door de projectgroep is in hoofdstuk t w e e de inhoudelijke inrichting van het Advies- en Meldpunt voorgesteld. In dit hoofdstuk w o r d t op basis daarvan de organisatorische inrichting uiteengezet. Aan bod komt de locatie van het Advies- en Meldpunt, de verschillende functies, de aansturing, de bezetting van het Advies- en Meldpunt en het registratiesysteem. 3.1 LOCATIE In hoofdstuk t w e e is gesteld dat Veilig Thuis Rijnmond zichtbaar en toegankelijk moet zijn in de regio, zodat klanten snel
en
makkelijk
contact
kunnen
opnemen. Vooralsnog
vervullen
de organisaties
ook
een
inloopfunctie voor de klant. Met de doorontwikkeling van Veilig Thuis Rijnmond zal deze functie zich verplaatsen naar de gebiedsteams, t o t dan is het echter van belang om deze functie vanuit het Advies- en Meldpunt goed te organiseren. De locatie van het Advies- en Meldpunt moet daarom zo centraal mogelijk gevestigd en goed bereikbaar zijn voor de klant. Het heeft daarnaast de voorkeur van de projectgroep dat het Advies- en Meldpunt zich in een neutraal d o m e i n bevindt, waarbij de klant van 0 t o t 100 zich niet belemmerd 6
voelt om contact op te nemen. In de laatste plaats moet in de keuze van de locatie rekening worden gehouden met mogelijk kwaliteits- en efficiencyverlies in de bestaande werkprocessen. 3 . 2 F U N C T I E S A D V I E S - EN M E L D P U N T Op basis van het werkproces, de wettelijke taken van het Advies- en Meldpunt en de integrale
en
systeemgerichte werkwijze, stelt de projectgroep dat het Advies- en Meldpunt bezet moet worden door verschillende functies. >
HBO-professional
De werkzaamheden worden primair uitgevoerd door HBO-professionals. Zij hebben kennis en expertise op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling, zijn in staat om verschillende vormen van geweld te herkennen en kunnen de vervolgstappen ondernemen om het geweld tegen te gaan. Hiervoor hebben zij de noodzakelijke bevoegdheden zoals het doen van uitgebreid onderzoek en het zonder toestemming opvragen van informatie. >
Vertrouwensarts
In de kwaliteitseisen van het concept Algemene maatregelen van Bestuur van de W m o is opgenomen dat Veilig Thuis
moet
beschikken
over
voldoende
deskundigheid
op
het
gebied
van
huiselijk
kindermishandeling. Minimaal moet een arts met deskundigheid op het gebied van beschikbaar zijn, zowel
in het Advies- en Meldpunt
geweld
en
kindermishandeling
als in de gebiedsteams. Aanwezigheid van
een
vertrouwensarts binnen het Advies- en Meldpunt is om een aantal redenen noodzakelijk:
6
"
Ter ondersteuning bij screening van meldingen;
"
Ter beoordeling van de veiligheidssituatie tijdens triage;
"
Ter interpretatie en duiding medische meldingen;
"
Ter toetsing bij adviesvragen, bijvoorbeeld bij seksueel misbruik, fysieke mishandeling met letsel;
"
Voor direct overleg met collegae medici.
Met een neutraal domein w o r d t beoogd dat het Advies- en Meldpunt niet geassocieerd w o r d t met het
jeugddomein of het volwassendomein.
19 -
>
Gedragsdeskundige
Aanwezigheid van een gedragsdeskundige is voor inhoudelijke toetsing van adviezen en meldingen en in het proces triage waar nodig. >
Administratieve ondersteuning
Ter ondersteuning van de werk- en administratieve processen binnen het Advies- en Meldpunt is inzet van secretariaat nodig. >
Manager
Het Advies- en Meldpunt heeft t o t 1 januari 2017 tijdelijke aansturing nodig, t o t d a t er duidelijkheid is over werkgeverschap en organisatievorm. De manager is verantwoordelijk voor: "
Het implementeren van een integrale werkwijze;
"
Het verzorgen van een cultuuromslag bij de medewerkers (verandermanagement);
"
Het operationeel en functioneel aansturen van de medewerkers;
"
Het positioneren van het Advies- en Meldpunt in de regio en verschillende ketens;
"
Eindverantwoordelijk voor casuïstiek;
"
Afstemmen en verbinden met de backoffice (de nog te ontwikkelen gebiedsteams).
3 . 3 A A N S T U R I N G A D V I E S - EN M E L D P U N T De projectgroep is van mening dat de tijdelijke aansturing van het Advies- en Meldpunt een fulltime functie betreft.
De manager moet capabel en voor alle partijen aanvaardbaar zijn. Het aanstellen van een tijdelijke
manager voor het Advies- en Meldpunt geeft de managers van de verschillende organisaties de mogelijkheid om zich verder te richten op het ontwikkelen van de gebiedsteams Veilig Thuis in de centrumgemeenten. De manager van het Advies- en Meldpunt zal nauw samenwerken met de kwartiermaker van Veilig Thuis. De kwartiermaker blijft binnen haar projectopdracht verantwoordelijk voor de procesontwikkeling van zowel het Advies- en Meldpunt als de gebiedsteams. De verantwoordelijkheid van de manager is de implementatie en aansturing van het Advies- en Meldpunt. 3 . 4 B E Z E T T I N G A D V I E S - EN M E L D P U N T De projectgroep heeft getracht om op basis van de reguliere instroom van meldingen en adviesvragen van de vier organisaties een berekening te maken van de nodige bezetting. Binnen de reguliere instroom vallen normaal gesproken ook de meldingen voor huisverboden. Omdat dit proces in de gebiedsteams is belegd, zijn de huisverboden voor nu ook buiten de reguliere instroom gehouden. Het maken van een vergelijking tussen het AMK en de drie (A)SHG's op basis van de instroom is niet mogelijk vanwege de (nu nog) aanwezige verschillen in (wettelijke) taken en werkwijze. Tussen de drie (A)SHG's is de vergelijking ook niet mogelijk, omdat er verschillen bestaan in de wijze van instroom, de beoordeling van meldingen en de werkwijze. Elke organisatie heeft daarom voor zich een berekening gemaakt voor de verwachte benodigde capaciteit in het Advies- en Meldpunt om de instroom voor het desbetreffende gebied met minimaal dezelfde kwaliteit te kunnen behandelen. In de berekening zijn t w e e uitgangspunten meegenomen: "
Het werkproces van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis (hoofdstuk 2);
"
De uitwerking van de verschillende werkzaamheden in het landelijk handelingsprotocol.
20 -
3 . 4 . 1 B E Z E T T I N G D O O R HET A M K De bezetting van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis door het AMK is hieronder in een tabel verwerkt. Advies- en
Instroom 2013
Capaciteit
Professionals
Secretariaat
5323
9,68 fte
8,36 fte
1,32 fte
M e l d p u n t VT AMK
Toelichting "
De Instroom in 2013 bij het AMK is afgeleid van het aantal: o
Adviezen:
2936
o
Consulten:
1025
o
Onderzoeken:
1361
^meldingen) "
"
De professionals zijn opgedeeld in drie functies: o
Maatschappelijk werker:
6,7 fte
o
Gedragsdeskundige:
0,5 fte
o
Vertrouwensarts:
1,1 fte
Voor het afhandelen van alle adviezen en consulten is er elke werkdag een bezetting nodig van vier maatschappelijk werkers, één vertrouwensarts en vier uur gedragsdeskundige ter ondersteuning (verspreid over de dag).
"
Voor het afhandelen van alle meldingen en de triage is er elke werkdag twee maatschappelijk werkers nodig.
"
Het AMK rekent 1 fte op basis van 36 uur.
3 . 4 . 2 BEZETTING DOOR PZF De bezetting van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis door PZF is hieronder in een tabel verwerkt. Advies- en
Instroom 2013
Capaciteit
Professionals
Secretariaat
4.615
2,53 fte
1,53 fte
1 fte
M e l d p u n t VT PZF
Toelichting "
De Instroom betreft het aantal zorgformulieren die door de politie zijn ingestuurd naar Bureau Jeugdzorg voor de hele regio Rijnmond . 7
"
BJZ rekent 1 fte op basis van 36 uur.
"
De professionals zijn maatschappelijk werkers.
"
Voor het afhandelen van de zorgformulieren is er elke werkdag 11 uur aan maatschappelijk werkers nodig (1,4 persoon per dag).
3.4.3 BEZETTING DOOR ASHG ROTTERDAM De bezetting van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis door het ASHG Rotterdam is hieronder in een tabel verwerkt.
7
Dit geldt niet voor Goeree-Overflakkee. Deze gegevens zijn opgevraagd bij Bureau Jeugdzorg in Dordrecht.
21 -
Advies- en
Instroom 2013
Capaciteit
Professionals
Secretariaat
9372
9,03
8,03
1
M e l d p u n t VT ASHG Rotterdam
Toelichting "
De instroom betreft alle meldingen die binnenkomen bij het ASHG Rotterdam. De meldingen zijn als volgt verdeeld:
"
o
Politiemeldingen:
1358
o
Incidentmeldingen:
6597
o
Telefonische meldingen:
1417
De incidentmeldingen zijn registraties in het politiesysteem die de code huiselijk geweld krijgen, maar waarbij geen aanhouding heeft plaatsgevonden.
"
Op alle incidentmeldingen vindt eerst automatische triage
8
plaats. Op basis van de automatische
triage bleven in 2013 van de 6597 incidentmeldingen 992 zuivere meldingen over, die opgepakt worden door het ASHG. "
De professionals zijn HBO-geschoolde professionals (of in opleiding tot).
"
ASHG Rotterdam rekent 1 fte op basis van 36 uur.
"
Voor het uitvoeren van de (telefonische) bereikbaarheid is er elke dag een bezetting nodig van drie professionals.
"
Voor het verwerken van de politieaanhoudingen, de zorgformulieren en de incidentmeldingen is voor elke taak één professional nodig (in totaal drie professionals).
"
Van de 8,03 fte professionals w o r d t vanuit de stichting Arosa 1,0 fte gedetacheerd voor ASHG werkzaamheden.
Het ASHG Rotterdam plaatst de capaciteit voor de uitvoerende diensten met betrekking t o t het verwerken van meldingen in het Advies- en M e l d p u n t van Veilig Thuis. De huidige werkzaamheden van het ASHG ten aanzien van het primaire proces worden namelijk geschaard onder het werkproces van het Advies- en M e l d p u n t (tot en met triage). Daarnaast biedt het ASHG Rotterdam nog een specifieke aanpak voor ouderenmishandeling en eer gerelateerd geweld. Deze aanpakken zullen geborgd worden in het gebiedsteam van Veilig Thuis in de centrumgemeente Rotterdam. De werkzaamheden ten aanzien van het primaire proces die binnen Veilig Thuis Rijnmond vallen onder de gebiedsteams worden in de huidige situatie uitgevoerd door verschillende lokale aanpakken voor huiselijk geweld.
3 . 4 . 4 BEZETTING DOOR ASHG ZHE De bezetting van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis door het ASHG ZHE is hieronder in een tabel verwerkt. Advies- en
Instroom 2013
Capaciteit
Professionals
Secretariaat
1283
1,12
1
0,12
M e l d p u n t VT ASHGZHE
8
De incidentmeldingen w o r d e n automatisch geüpload. Vervolgens w o r d e n de meldingen automatisch gekenmerkt op basis
van vijf criteria. De professionals beoordelen vervolgens of een melding opgepakt w o r d t of niet.
22 -
Toelichting "
De instroom bij ASHG ZHE bestaat uit consultmeldingen en politiemeldingen. De politiemeldingen worden verdeeld in aanhoudingen en incidentmeldingen. De verdeling is in 2013 als volgt: o
Consultmeldingen:
6
o
Aanhoudingen:
311
o
Incidentmeldingen:
966
"
De professionals zijn HBO-geschoolde professionals.
"
ASHG ZHE rekent 1 fte op basis van 36 uur.
"
De screening
en afhandeling van een melding w o r d t gebaseerd op de huidige formatie in het
Zorgpunt Spijkenisse (ZHE). Omdat er een efficiencyslag is voorzien in de samenvoeging van de (A)SHG's
en
het
AMK
kan
met
een
inzet
van
1,0
fte
professional
en
0,12
fte
managementondersteuning worden volstaan. "
Bij het ASHG ZHE worden de werkzaamheden van het ASHG en LTHG gecombineerd uitgevoerd door de medewerkers.
3.4.5 BEZETTING DOOR SHG N W N De bezetting van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis door het SHG NWN is hieronder in een tabel verwerkt. Advies- en
Instroom 2013
Capaciteit
Professionals
Secretariaat
1670
1,22
0,55
0,67*
M e l d p u n t VT SHG NWN
1,0 politie)
Toelichting "
"
De instroom bij SHG NWN bestaat uit meldingen en adviezen. De verdeling is in 2013 als volgt: o
Adviezen korte contacten:
403
o
Zuivere meldingen:
868
o
Onzuivere meldingen die niet bij SHG komen:
399
De werkzaamheden die gemoeid zijn met het 'zuiveren' van deze informatie komt neer op 1 fulltime fte. De politie heeft al aangegeven deze werkzaamheden per 01-01-2015 niet meer uit te kunnen voeren. Ervan uitgaande dat deze werkzaamheden bij het SHG NWN belegd w o r d e n , zal 1 fte extra nodig zijn voor SHG NWN in het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis.
"
De professionals zijn HBO+^eschoolde professionals.
-
SHG NWN rekent 1 fte op basis van 36 uur.
Het werkproces van het huidige SHG NWN komt op hoofdlijnen overeen met het werkproces van het landelijk handelingsprotocol. Het SHG NWN voert zorgcoördinatie uit, waardoor vanaf binnenkomst melding t o t en met monitoring zorg er sprake is van één contactpersoon voor de klant. Ofwel, het werkproces zit verankerd in elke professional. Op basis van de organisatiestructuur van Veilig Thuis regio Rijnmond en onder voorbehoud van zo min mogelijk kwaliteitsverlies voor het bestaande primaire proces, heeft SHG NWN het percentage bepaald dat professionals en secretariaat zullen besteden aan de werkzaamheden die komen te vallen onder
het
werkproces van het Advies- en Meldpunt. "
Dit komt neer op 0,55 fte van de totale 4,8 fte professionals en 0,67 fte van de totale 0,78 fte secretariaat.
23 -
* De inzet van 0,67 fte aan secretariaat leidt t o t efficiëntieverlies voor het team SHG NWN. Om dit te voorkomen zullen de secretariële werkzaamheden voor SHG NWN voor een beperkte periode van ongeveer twee maanden ingezet worden in het Advies- en M e l d p u n t ten behoeve van overdracht en aansluiting van werkprocessen. De verwachting is dat in de huidige berekening voldoende formatie voor
secretariaat
beschikbaar is t o t de vorming van Veilig Thuis Rijnmond.
3 . 4 . 6 T O T A L E B E Z E T T I N G A D V I E S - EN M E L D P U N T In de onderstaande tabel is de totale bezetting van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis uiteengezet. Advies- en M e l d p u n t VT
Benodigde capaciteit
Professionals
Secretariaat
AMK
9,68
8,36
1,32
PZF
2,53
1,53
1,0
ASHG Rotterdam
9,03
8,03
1,0
ASHGZHE
1,12
1,0
0,12
SHG NWN
1,36
0,55
*0,67
Totaal
23,58
19,47
4,11
In de tabel is nog niet de capaciteit voor de tijdelijke aansturing van het Advies- en Meldpunt meegerekend. Afhankelijk van de besluitvorming, kan het betekenen dat er in de totale bezetting nog één extra fte w o r d t toegevoegd. *0,67 fte voor een beperkte periode. Voorstel projectgroep De projectgroep
adviseert
om op basis van deze berekening
bezetten. Het Advies- en Meldpunt
te vangen. Als gevolg van de integratie registratiesysteem
het Advies- en Meldpunt
is hiermee in staat om de totale instroom
en het organiseren
is de verwachting
van één integrale
per 1 januari
van meldingen
dat er efficiënter
gewerkt
2015 te
en adviesvragen
kan gaan worden.
op Eén
werkwijze dragen hier aan bij.
3.5 REGISTRATIESYSTEEM Vanaf de start
van
het Advies- en
Meldpunt
is het
noodzakelijk
dat
er gewerkt
wordt
met
één
registratiesysteem. Dit is een belangrijke voorwaarde voor de ontwikkeling en borging van een uniforme werkwijze van toegang en registratie. De organisaties hebben op dit m o m e n t te maken met in totaal vijf registratiesystemen.
Werken
met
verschillende
registratiesystemen
leidt
tot
fragmentatie
van
de
informatiehuishouding, het maakt het bijzonder lastig o m een integrale werkwijze te standaardiseren en het met elkaar koppelen van de verschillende systemen is duur.
24 -
3 . 5 . 1 P R O G R A M M A V A N EISE N V N G De VNG heeft een Programma van Eisen opgeleverd ten aanzien van de ICT-ondersteuning van Veilig Thuis. Dit 9
programma is zoveel mogelijk in samenhang met het landelijk handelingsprotocol ontwikkeld. In mei 2014 heeft de VNG geadviseerd om met het ICT systeem van Veilig Thuis aan te sluiten bij het WIJZ -project van 10
Capgemini. Inmiddels is er sprake van drie leveranciers die op basis van het Programma van Eisen een basisapplicatie AMHK ontwikkelen en kunnen leveren. Voor elke leverancier geldt dat de ontwikkeling van het product zich in de eindfase bevindt. Een integraal registratiesysteem is volgens de projectgroep een noodzakelijke voorwaarde voor het Advies- en Meldpunt om van start te gaan. Daarnaast is het noodzakelijk dat het registratiesysteem op een verantwoorde en veilige wijze kan uitwisselen met de verschillende partners in het sociaal- en veiligheidsdomein. Een laatste belangrijke voorwaarde is er gekoppeld kan worden met de huidige registratiesystemen voor het inlezen en aansluiten op de dossiers van de verschillende organisaties. Momenteel w o r d t door een werkgroep van het project Veilig Thuis de applicaties van de verschillende leveranciers beoordeeld. De kosten voor implementatie en gebruik voor het desbetreffende registratiesysteem zijn nu dus nog onbekend.
9
1 0
Dijkstra, J & Verhage, J. (2014). Programma
van Eisen. ICT-ondersteuning
AMHK. Den Haag: VNG
WIJZ staat v o o r W e b i n f o r m a t i e Jeugdzorg. Het b e t r e f t een registratiepakket ten behoeve van een digitaal gezinsdossier.
25 -
4 A N A L Y S E I N R I C H T I N G A D V I E S - EN M E L D P U N T In dit hoofdstuk w o r d t ingegaan op de implicaties als gevolg van de inrichting en bezetting van het Advies- en Meldpunt. In de eerste plaats w o r d t gekeken naar de (mogelijke) efficiëntieslag die gemaakt kan worden als gevolg van de integratie. De instroomwijze is binnen deze efficiëntieslag een belangrijk onderdeel. Vervolgens wordt
kort
stilgestaan
bij de overgangssituatie
in de
periode
dat
het Advies-
en
Meldpunt
wordt
geïmplementeerd. In de laatste plaats w o r d t ook al even gekeken naar w a t de inrichting en bezetting van het Advies- en Meldpunt betekent voor de ontwikkeling van de gebiedsteams. 4.1 VERWACHTE
EFFICIËNTIESLAG
De bezetting van het Advies- en Meldpunt, zoals uiteengezet in paragraaf 3.4, is de uitgangssituatie voor 1 januari 2015. Door het gebruik van één registratiesysteem, een integrale werkwijze en een zuivere instroom van meldingen verwacht de projectgroep dat in de loop van 2015 het primaire werkproces van het Advies- en Meldpunt efficiënter uitgevoerd kan worden. Dit zal zeer waarschijnlijk leiden t o t een bijstelling van de bezetting van het Advies- en Meldpunt. Deze efficiëntieslag is niet direct te maken. Het ontwikkelen en toepassen van een integrale werkwijze kost tijd. Binnen het proces triage zullen bijvoorbeeld in de eerste periode twee professionals (met ieder de eigen deskundigheid)
de
meldingen
screenen
en
beoordelen
in plaats van één
integrale
professional.
De
medewerkers van het Advies- en Meldpunt zullen door middel van deskundigheidsbevordering en trainingen ondersteund worden in de ontwikkeling van een integrale werkwijze. Trainingen kosten ook tijd. IJkingsonderzoek Met een ijkingsonderzoek is het mogelijk om te berekenen hoeveel de integrale werkwijze van Veilig Thuis kost. Wanneer de integrale werkwijze is ontwikkeld, kunnen de verschillende producten vastgesteld w o r d e n . Per product kan vervolgens de tijdsinzet en gerealiseerde kosten worden berekend (tijdsinzet versus tarieven). Aan de hand van geformuleerde doelstellingen kan er begroot w o r d e n . De projectgroep adviseert de gemeenten o m een ijkingsonderzoek te verrichten wanneer het Advies- en Meldpunt een aantal maanden van start is gegaan of wanneer het Advies- en Meldpunt en de gebiedsteams zijn ontwikkeld. 4 . 2 I N S T R O O M EN U I T S T R O O M M E L D I N G E N In paragraaf 3.4 is ook gebleken dat er geen eenduidige werkwijze is van instroom, beoordeling en afhandeling van casuïstiek tussen de (A)SHG's onderling en tussen het AMK en de (A)SHG's. Het organiseren van een eenduidige werkwijze binnen het Advies- en Meldpunt gebeurt door binnen het implementatieproces de werkprocessen en -afspraken concreet uit te werken, uit te voeren en waar nodig weer bij te stellen.
4 . 4 . 1 INSTROOM MELDI NGEN De wijze van instroom van (incident)meldingen van de politie, het gros van de meldingen van de (A)SHG's, is echter een belangrijk punt van aandacht waarover afspraken gemaakt moeten w o r d e n tussen de gemeenten en de politie. De wijze van instroom en de vervolgaanpak verschilt nu per organisatie. ASHG Rotterdam:
De incidentmeldingen worden automatisch van de politie ontvangen. Vervolgens past het ASHG een automatische triage toe, waarbij meldingen gekenmerkt worden aan de hand van vijf criteria. Op basis hiervan w o r d t beoordeeld of een melding w o r d t opgepakt of niet.
26 -
ASHG ZHE:
De
incidentmeldingen
worden
automatisch
van
de
politie
ontvangen.
Alle
incidentmeldingen worden opgepakt. SHG NWN:
SHG spreekt niet specifiek over incidentmeldingen. De meldingen die SHG NWN ontvangt van de politie zijn eerst op juistheid gecontroleerd door de politie o m te beoordelen of de code huiselijk geweld terecht van toepassing is. Wanneer hier sprake van is worden de meldingen door gezet naar het SHG. Het SHG pakt vervolgens alle meldingen op, mede omdat er dan (in 85% van de meldingen) al sprake is van 'zuivere meldingen'. De overige Ĵ.5% betreft verkeerd geadresseerde meldingen of bijv. meldingen van verwarde personen.
In het landelijk handelingsprotocol is opgenomen dat alle meldingen die door de politie gedaan w o r d e n , door Veilig Thuis opgepakt moeten worden. Dit betekent dat ze inhoudelijk gescreend en beoordeeld moeten worden. Automatische triage op deze meldingen (zoals nu gedaan w o r d t door het ASHG Rotterdam) is landelijk niet meer toegestaan. In totaal gaat het om gemiddeld 10.000 meldingen per jaar voor de hele regio Rijnmond. Indien verwacht w o r d t dat al deze meldingen opgepakt worden door Veilig Thuis, dan zal de huidige geschatte capaciteit voor het Advies- en Meldpunt niet voldoende zijn. Landelijk is dit ook een punt van aandacht dat besproken w o r d t tussen de VNG en Justitie. Voorstel projectgroep De projectgroep politie. melding
hecht veel waarde
De politie
zal vervolgens
doorgezet
moet
kwaliteitsverbetering extra capaciteit
worden
aan het zuiver en volledig
een eerste beoordeling
bezitten,
waardoor
De projectgroep
doen (op basis van criteria/codes)
Dit zal leiden
kunnen
gemaakt.
is van mening dat het een verantwoordelijkheid Op basis van deze afspraken
gemaakt moeten worden over het informeren
of een en een
dat het SHG NWN geen
minder naslagwerk
meldingen
gedaan hoeft te
van de politie is om (incident)meldingen
zullen
er met de politie
zuiver
en de politie hierover
afspraken
en Veilig Thuis nadere
afspraken
van de melder na het doen van een melding door de politie.
hier wordt namelijk binnen de regio verschillend in
4.4.2 UITSTROOM
door de
worden.
en volledig aan te leveren. Het advies is daarom dat er tussen de gemeenten worden
tot een efficiëntieslag
In de tweede plaats zullen de (incident)
er door het Advies- en Meldpunt
worden en de meldingen sneller doorgepakt
van (incident)meldingen
van Veilig Thuis. Dit zal betekenen
nodig heeft in het Advies- en Meldpunt.
volledigere informatie
moeten
naar Veilig Thuis Rijnmond.
voor het Advies- en Meldpunt
aanleveren
Ook
gehandeld.
MELDINGEN
De (incident)meldingen en de meldingen van Politie Zorgformulieren (PZF), die niet in aanmerking komen voor een aanpak via Veilig Thuis moeten elders worden belegd. Volgens het handelingsprotocol moeten namelijk alle politiemeldingen opgepakt worden. In het implementatieproces moet hier aandacht aan besteed w o r d e n . 4.3 OVERGANGSSITUATI E Vanaf 1 januari 2015 werkt Veilig Thuis regio Rijnmond met een centrale integraal Advies- en Meldpunt voor alle meldingen en adviesvragen met betrekking t o t (vermoedens van) huiselijk geweld en kindermishandeling. De gebiedsteams van Veilig Thuis bestaan op dat m o m e n t nog niet, maar w o r d e n in de loop van 2015 ontwikkeld. Dit betekent dat er sprake is van een overgangssituatie. Na de triage, waar sprake is geweest van een integrale screening en beoordeling, moet er een vervolgaanpak plaatsvinden op de melding.
Voor een
kwalitatief vervolg ten behoeve van de klant, zullen het AMK en de drie (A)SHG's met elkaar afspraken maken over hoe er in deze periode gezamenlijk opgetrokken kan worden in de vervolgaanpak van een melding of een
27 -
ondersteuningstraject. Deze afspraken kunnen vervolgens bijdragen aan het ontwikkelen van een integrale aanpak in de gebiedsteams Veilig Thuis. 4.4 ONTWIKKELING GEBIEDSTEAMS De voorgestelde invulling van het Advies- en Meldpunt heeft in verschillende mate invloed op de inrichting en bezetting van de gebiedsteams. Gebiedsteam Veilig Thuis Rotterdam De capaciteit voor het huidige werkproces van ASHG Rotterdam rondom de verwerking van meldingen (los van de expertises ouderenmishandeling en eer gerelateerd geweld en aanpak tijdelijk huisverbod) w o r d t
ingezet
voor de uitvoering van het primaire werkproces van het Advies- en Meldpunt. Voor de uitvoering van het primaire proces en de wettelijke taken en bevoegdheden in het gebiedsteam zal centrumgemeente Rotterdam samen met het AMK moeten kijken hoe in het gebiedsteam een integrale werkwijze t o t stand komt. Een mogelijkheid zou zijn om de capaciteit van de lokale aanpakken voor huiselijk geweld onder te brengen bij de gebiedsteams. Gebiedsteam Veilig Thuis ZHE Ook de ZHE zullen voor de inrichting van het gebiedsteam Veilig Thuis samen met het AMK moeten kijken hoe een integrale werkwijze w o r d t ontwikkeld, ten behoeve van de uitvoering van het primaire proces en de wettelijke taken en bevoegdheden. Het ASHG ZHE heeft LTHG capaciteit (1,26 fte). Gebiedsteam Veilig Thuis NWN Omdat SHG NWN werkt met zorgcoördinatie, zijn werkzaamheden die vallen onder het primaire proces van het gebiedsteam Veilig Thuis NWN niet nieuw. Dit betreft bijvoorbeeld het bieden van een ondersteuningstraject, inschakelen
van
passende
hulp
en
het
partnergesprekken, stuurt de hulpverlening
monitoren
van
ingezette
hulp.
Daarnaast
houdt
het
team
daar waar nodig bij, stemt af met justitiële partners en heeft
zitting in het VHHR in verband met de casuïstiek voortvloeiend uit opgelegde huisverboden. Voor het gebiedsteam Veilig Thuis NWN heeft het SHG capaciteit beschikbaar die samen met het AMK een integrale werkwijze kan ontwikkelen mede op basis van het bestaande werkproces.
28 -
5 K W A L I T E I T EN T O E Z I C H T
De Algemene Maatregelen van Bestuur (AmvB) behorend bij de W m o is nog in ontwerpfase. De verwachting is dat deze in de loop van 2014 worden opgeleverd. In het concept AMvB is vooralsnog een aantal kwaliteitseisen opgenomen, die gesteld worden aan Veilig Thuis organisaties. In dit hoofdstuk worden deze kwaliteitseisen behandeld, omdat ze van belang zijn voor ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis Rijnmond. 5 . 1 H E R K E N B A A R EN T O E G A N K E L I J K Veilig Thuis zal te allen tijde bereikbaar en beschikbaar moeten zijn in situaties waar onmiddellijke uitvoering van taken is geboden en is daartoe aangesloten op een landelijk gratis telefoonnummer. Dat betekent ook dat in spoedeisende situaties Veilig Thuis zijn taken direct moet kunnen uitvoeren. 5.2 DESKUND IGHEID Veilig Thuis moet
beschikken
kindermishandeling.
Hiervoor
over voldoende deskundigheid dient
in
ieder
geval
een
arts
op het gebied van huiselijk geweld met
deskundigheid
op
het
gebied
en van
kindermishandeling beschikbaar te zijn. De wijze waarop Veilig Thuis invult wanneer een arts w o r d t ingezet, w o r d t door Veilig Thuis schriftelijk vastgelegd. De medewerkers van Veilig Thuis moeten beschikken over voldoende deskundigheid op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling. Hiervoor is het noodzakelijk dat medewerkers geschoold worden in de voor hen nog onbekende werksoort en een nieuwe integrale werkwijze.
5 . 2 . 1 DESKUNDIGHEIDSBEVORD ERING Het AMK en de (A)SHG's hebben ieder hun eigen specifieke expertise. Zo hebben AMK's veel ervaring met geprotocolleerd werken, risicotaxaties, kind centraal, kind veiligheid en onderzoek. Daarnaast beschikt het AMK over vertrouwensartsen. De (A)SHG's hebben veel ervaring met de ketenaanpak, monitoring, procesregie en laagdrempeligheid. De verschillende kennis en deskundigheid w o r d t gebundeld en geborgd binnen Veilig Thuis. De VNG
biedt
een
programma
Deskundigheidsbevordering,
dat
ontwikkeld
is door
het
Nederlands
Jeugdinstituut en Movisie, ten behoeve van deze bundeling en borging. Dit programma w o r d t kosteloos door de VNG aangeboden. Het programma bestaat uit de volgende uitgangspunten: >
Werken vanuit een gedeelde visie en missie: het naar elkaar toegroeien van de AMK- en (A)SHGcultuur, het kennis nemen van elkaars gedachtengoed, het expliciet maken van elkaars specifieke expertise en het vergelijken van elkaars normen- en begrippenkader;
>
Werkwijze Veilig Thuis op basis van de tien uitgangspunten van het model-handelingsprotocol. Aan bod komt onder andere: o
De systeemgerichte en integrale aanpak
o
Oplossingsgericht en ondersteunend werken met de cliënten en ketenpartners;
o
De relatie met en de positie ten opzichte van het lokale sociale domein, komt aan de orde;
Het programma w o r d t voor elk Veilig Thuis op maat gemaakt (op basis van een uitgebreide intake) om adequaat aan te sluiten bij het ontwikkelproces van de desbetreffende Veilig Thuis organisatie. Naast het trainingsprogramma heeft het ministerie van VWS opdracht aan de brancheorganisaties van de huidige SHG's gegeven een e-learning te ontwikkelen die
geschikt is voor alle toekomstige Veilig Thuis
29 -
medewerkers en gericht is op de bijzondere vormen van geweld. Naast dat programma w o r d t er ook learning
(blended
learning)
learning
en trainingen.
b-
aangeboden voor specialisten binnen Veilig Thuis. Dit is een combinatie van eDe volgende
onderwerpen
komen
aan de orde: cultuur gerelateerd
geweld,
ouderenmishandeling, oudermishandeling, seksueel geweld en vechtscheidingen. 5.3 K W A L I T E I T De relevante kwaliteitseisen voor jeugdhulpaanbieders en het toezichtsregime van de Jeugdwet zijn van overeenkomstige toepassing op Veilig Thuis. Dit betreft eisen zoals de norm van verantwoorde werktoedeling, systematische kwaliteitsbewaking, een verklaring o m t r e n t het gedrag (VOG) voor medewerkers, de meldplicht calamiteiten en geweld en de verplichting om een vertrouwenspersoon in de gelegenheid te stellen zijn werk te doen.
5 . 3 . 1 BEROEPSREGISTRATIE De regering vindt het van groot belang dat hulpverleners die jeugdhulp leveren goed toegerust zijn voor het uitoefenen
van
hun
beroep
en
dat
dit
ook
toetsbaar
is.
Beroepsregistratie
is,
naast
andere
kwaliteitsinstrumenten, een manier om de kwaliteit van hulpverlening en transparantie te borgen. Een hulpverlener die is opgenomen
in een beroepsregister, voldoet aan opleidingseisen, is gebonden aan
professionele standaarden en is onderworpen aan t u c h t r e c h t . 11
Het uitgangspunt in de Jeugdwet is dat jeugdhulpaanbieders, gecertificeerde instellingen, Veilig Thuis en de gemeentelijk georganiseerde toegang werken met in het kwaliteitsregister Jeugd of in het
BIG-register
geregistreerde professionals. Tenzij aannemelijk kan worden gemaakt dat werktoedeling aan anderen niet leidt t o t kwaliteitsverlies, dan wel dat het juist noodzakelijk is aan anderen dat werk toe te delen. In beide gevallen is er
dan
sprake
van
werkzaamheden
onder
verantwoordelijkheid
van
geregistreerde
professionals.
Organisaties in het jeugddomein kunnen ook andere beroepsbeoefenaren inzetten, mits door die organisaties aannemelijk gemaakt kan worden dat in die specifieke gevallen ook sprake is van verantwoorde werktoedeling. Voor
de
operationalisering
van
verantwoorde
werktoedeling
wordt
door
alle
betrokken
partijen
(beroepsgroepen, branches, cliënten) een nieuw kwaliteitskader jeugd ontwikkeld. Het kwaliteitskader biedt handvatten bij het beantwoorden van de vraag wanneer wel en niet verantwoord werk aan andere dan geregistreerde professional kan of moet worden toegedeeld. Dit traject w o r d t gefaciliteerd door het Rijk en de VNG. Het kwaliteitskader Jeugd w o r d t eind 2014 opgeleverd. Alle huidige AMK-professionals zijn geregistreerd in het kwaliteitsregister Jeugd of in het BIG-register. Dit geldt nog niet voor de professionals van de (A)SHG's. De professionals zijn niet verplicht om per 1 januari 2015 te voldoen aan registratie. Hiervoor geldt een ingroeitraject . 12
5 . 3 . 2 DE K W A L I T E I T V A N
MELDINGEN
Ten behoeve van een zuivere instroom(wijze) van meldingen, zal Veilig Thuis afspraken moeten maken met ketenpartners in het sociaal- en veiligheidsdomein. In de huidige situatie blijkt dat met name de kwaliteit van meldingen door de politie op dit m o m e n t verschillend is. Een eenduidige instroom van kwalitatieve meldingen leidt t o t een efficiëntieslag voor het Advies- en Meldpunt.
1 1
Van Rijn, M.J. & Teeven, F. (2014). Het ontwerp
Besluit Jeugdwet
1 2
Florijn, M . (juni, 2014). Voortgangsrapportage:
'Ontwikkeling
met nota van toelichting.
kwaliteitskader
jeugd'.
www.voordejeugd.nl
www.rijksoverheid.nl
30 -
5.3.3 SYSTEMATISCHE KWALITEITSBEWAKI NG Veilig
Thuis
is
verplicht
om
een
systematische
kwaliteitsbewaking
toe
te
passen,
ofwel
een
kwaliteitsmanagementsysteem waarmee continue het beleid en de aanpak w o r d t gemonitord en verbeterd. AMK als onderdeel van BJZ is bijvoorbeeld op dit m o m e n t HKZ-gecertificeerd . De Jeugdwet stelt dat de 13
uitwerking van een systeem voor kwaliteitsbewaking aan organisaties w o r d t overgelaten. Per 1 januari 2015 zal voor het Advies- en Meldpunt van Veilig Thuis Rijnmond een kwaliteitsmanagementsysteem toegepast moeten w o r d e n , die ook van toepassing zal zijn op de gebiedsteams.
5.4 O R G A N I S A T I E -EISEN De artikelen uit de Jeugdwet inzake het gebruik van het BSN zijn van overeenkomstige toepassing (artikel 12l W m o ) . Daarnaast zijn de bepalingen uit de Jeugdwet over het vaststellen van de begroting, de balans en de resultatenrekening, van overeenkomstige toepassing verklaard op Veilig Thuis (artikel 12n W m o ) . Deze kwaliteitseis komt aan de orde wanneer er besluitvorming is over werkgeverschap en organisatievorm. 5.5 B E L E I D S I N F O R M A T I E Er is een met de Jeugdwet vergelijkbare regeling getroffen voor de beleidsinformatie (artikel 12m W m o ) . De Veilig Thuis organisaties dient het aantal adviezen/meldingen/onderzoeken, doorlooptijden, hoedanigheid van de melder, uitkomst van het onderzoek en het vervolgtraject na het onderzoek naar huiselijk geweld of kindermishandeling
te
registreren.
Deze
informatie
moet
geventileerd
kunnen
worden
registratiesysteem van Veilig Thuis. Daarnaast moet geregistreerde, bewaarde en verstrekte
uit
het
informatie
voldoen aan de privacywet- en regelgeving. De wettelijk vereiste beleidsinformatie geeft enig inzicht in de voortgang en de resultaten van de ingezette interventies door Veilig Thuis. Op basis hiervan is het echter niet mogelijk om de kwaliteit en effectiviteit van de aanpak van Veilig Thuis te meten. In de ontwikkeling van de regiovisies is naar voren gekomen dat gemeenten dit belangrijk vinden. Naast de wettelijk vereiste beleidsinformatie kunnen gemeenten nadere beleidsvragen formuleren om bepaalde informatie te verkrijgen en daar verder beleid op te maken. In de ontwikkeling van de regiovisies w o r d t dit nader aan de orde gesteld. Veilig Thuis Rijnmond zal hierop aansluiten. 5 . 6 B E S C H E R M I N G V A N DE M ELD ER (Professionele) melders kunnen onder bepaalde omstandigheden geheim blijven voor diegene over wie hij informatie verschaft. Bijvoorbeeld wanneer bekendmaking van zijn identiteit een bedreiging v o r m t voor het gezin of een gezinslid, of een bedreiging v o r m t voor de professional of wanneer het de vertrouwensrelatie met het gezin ernstig verstoort of kan verstoren.
1 3
HKZ staat v o o r Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector. Het HKZ Certificaat geeft aan dat een instelling
voldoet aan vooraf gestelde kwaliteitsnormen van de geleverde zorg. Het gaat bijvoorbeeld o m het centraal stellen van de klant, c o n t i n u e w e r k e n aan optimalisering van het aanbod, b e t r o u w b a r e resultaten presenteren en voldoen aan gestelde eisen vanuit de sector, financiers, cliënten en de overheid.
31 -
6 FINANCIEEL KADER In dit hoofdstuk worden de kosten voor de ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt in kaart gebracht. Vervolgens w o r d t een toelichting gegeven op de dekking van deze kosten. 6 . 1 K O S T E N O N T W I K K E L I N G A D V I E S - EN M E L D P U N T Aan de ontwikkeling van Veilig Thuis regio Rijnmond en in deze fase de inrichting en vormgeving van het centraal Advies- en Meldpunt zijn kosten gebonden. Het betreft: "
Personeelskosten
"
Huisvesting en overhead locatie
"
Frictiekosten
"
Ontwikkelkosten
6 . 2 . 1 PERSONEELSKOSTEN Personeelskosten AMK Functienaam
FSK
FTE
Loonkosten
Overhead en
Totaal
huisvesting Maatschappelijk
10
6,7
C 405.224
C 173.441
C 578.665
12
C 111.952
C 47.961
C 159.913
werker Vertrouwensarts Gedragsdeskundige
11
1,1 0,56
C 38.373
C 16.440
C 54.813
Secretariaat
5
1,32
C 59.286
C 25.398
C 84.684
9,68
C 614.835
C 263.240
C 878.075
Loonkosten
Overhead en
Totaal FSK is op basis van CAO Jeugdzorg. Personeelskosten PZF Functienaam
FSK
FTE
Totaal
huisvesting Maatschappelijk
10
1,53
C 92.536
C 39.607
C 132.143
1
C 44.913
C 19.242
C 64.155
2,53
C 137.450
C 58.848
C 196.298
Loonkosten
Overhead en
Totaal
werker Secretariaat
5
Totaal FSK is op basis van CAO Jeugdzorg. Personeelskosten ASHG Rotterdam Functienaam
FSK
FTE
huisvesting Managementass. M e d e w e r k e r ASHG
6 9
Totaal
1,00
Totaal
Indicatie:
487.000
300.000
C 487.000
C 300.000
C 787.000
7,03 C 8,03
C 787.000
FSK is op basis van CAO gemeenten
32 -
Personeelskosten ASHG ZHE Functienaam
FSK
FTE
Loonkosten
Overhead en
Totaal
huisvesting ASHG
10
1,0
C 70.000
C 45.000
C 115.000
6
0,12
C 5.600
C 3.500
C
1,12
C 75.600
C 48.500
C 124.100
coördinator Secretariaat Totaal
9.100
FSK is op basis van CAO gemeenten. Op de Zuid Hollandse Eilanden (ZHE) w o r d t de aanpak van Huiselijk Geweld geregeld via de centrumgemeente Spijkenisse voor de toekomstige gemeenten Nissewaard en Goeree Overflakkee. De gemeenten Hellevoetsluis, Brielle en Westvoorne kennen sinds 2014 een eigen aanpak van Huiselijk Geweld. M e t de nu benoemde inzet aan capaciteit voor het Advies- en Meldpunt worden alle gemeenten van ZHE bediend. Personeelskosten SHG NWN Functienaam
FSK
FTE
Loonkosten
Overhead en
Totaal
huisvesting Zorgcoördinator
9-13
Totaal
0.55
C 36.574
C 23.033
C 59.607
0.55
C 36.574
C 23.033
C 59.607
FSK is op basis van CAO Welzijn.
6 . 2 . 2 H U I S V E S T I N G EN O V E R H E A D A D V I E S - EN M E L D P U N T Bureau Jeugdzorg zal het Advies- en Meldpunt t o t 1 januari 2017 huisvesten. In de onderstaande tabel worden de kosten uiteengezet die gemaakt moeten worden voor het huisvesten van de medewerkers van de drie (A)SHG's. Bezetting Advies- en M e l d p u n t bij BJZ SR
Bedrag
ASHG R'dam/ASHG ZHE/SHG N W N : 209m2 Huurlasten
C 39.739
Exploitatiekosten
C 35.217
Opslag WIJZ, facilitair en callcenter
C 11.380
Opslag ICT en ov. Appkstn
C 26.439
Totaal
C 112.774
6.2.3 FRICTIEKOSTEN De ontwikkeling van het Advies- en Meldpunt gaat voor het personeel gepaard met frictiekosten. Voor de duur van het tijdelijk
samenwerkingsverband
is afgesproken
dat alle in Advies- en Meldpunt te
plaatsen
medewerkers in dienst blijven bij hun werkgever. Besloten is dat iedere werkgever de aan het eigen personeel eventueel verbonden frictiekosten voor eigen rekening neemt.
6.2.4 ONTWIKKELKOSTEN Onder de ontwikkelkosten vallen de tijdelijke manager van het Advies- en Meldpunt, scholing/training, beroepsregistratie, het registratiesysteem en communicatie.
33 -
Tijdelijk manager Advies- en Meldpunt De kosten voor een tijdelijke manager van het Advies- en Meldpunt Veilig Thuis w o r d t begroot op 83.000 Euro . Scholing/training In
paragraaf
5.2.1
is
vermeld
dat
de
VNG
trainingsprogramma's
biedt
ten
behoeve
van
deskundigheidsbevordering van de medewerkers van Veilig Thuis. Het trainingsprogramma w o r d t volledig vergoed door de VNG. Vooralsnog w o r d t ingeschat dat de trainingsprogramma's voldoende trainingsaanbod is voor de ontwikkeling
van een
integrale werkwijze
voor Veilig Thuis
Rijnmond.
De kosten voor
de
tijdsinvestering in de trainingen zullen in kaart gebracht worden wanneer het scholingsprogramma gereed is. Beroepsregistratie Het uitgangspunt van de Jeugdwet
is dat naast medewerkers van specifieke jeugdzorginstanties
ook
professionals van Veilig Thuis zich moeten registreren in het kwaliteitsregister Jeugd. De verantwoordelijkheid voor het faciliteren en financieren van de beroepsregistratie ligt bij de eigen werkgever. Registratiesysteem De ontwikkeling van het registratiesysteem WIJZ met basisconfiguratie Veilig Thuis/AMHK w o r d t gefinancierd door de VNG. Het is nog onduidelijk wat de implementatiekosten zijn en of deze ook vergoed w o r d e n . Communicatie Door de VNG w o r d t een 'toolkit' worden.
De toolkit
wordt
beschikbaar gesteld waar de regionale communicatie op ontwikkeld kan
in oktober
2014 opgeleverd.
De regionale
communicatie
wordt
door
de
samenwerkende organisaties verzorgd. 6.2 FINANCIERING KOSTEN "
Personeelskosten
In de opdracht ligt besloten dat het huidige werkgeverschap van het AMK en (A)SHG's gedurende het tijdelijk samenwerkingsverband gecontinueerd w o r d t . Dit betekent dat het uitvoerend personeel dat het Advies- en Meldpunt vanaf 1 januari 2015 zal bemensen, gefinancierd zal worden door de huidige werkgever. Er worden geen extra kosten begroot voor deze post.
1 4
Dit bedrag is gebaseerd op de kosten van een gebiedsmanager van Bureau Jeugdzorg Stadsregio R o t t e r d a m .
34 -
"
Huisvesting en overhead locatie
Het Advies- en Meldpunt w o r d t t o t 1 januari 2017 geplaatst bij Bureau Jeugdzorg op de locatie Dynamostraat. De kosten voor de huisvesting en overhead die Bureau Jeugdzorg hiervoor moet maken, neemt zij voor haar rekening. "
Frictiekosten
De frictiekosten die GGD Rotterdam maakt voor het ASHG als gevolg van de ontwikkeling van Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond worden voor eigen rekening genomen. Er worden geen extra kosten opgevoerd. "
Ontwikkelkosten
Met betrekking t o t de ontwikkelkosten scholing/training en communicatie worden geen kosten opgevoerd. Voor de andere drie ontwikkelkosten geldt: o
Tijdelijk manager Advies- en Meldpunt: de organisatie die de manager levert, financiert deze ook.
o
Beroepsregistratie: elke werkgever financiert de verplichte beroepsregistratie voor diens medewerkers.
o
Registratiesysteem: de eventuele kosten voor de implementatie van het registratiesysteem zijn nog onbekend. Zodra hier duidelijkheid over is, zullen de portefeuillehouders hierover geïnformeerd worden. Indien nodig met een advies over de dekking van de kosten.
35 -
BIJLAGE 1 PROJECTSTRUCTUUR VEILIG HUIS
Projectstructuur
RIJNMOND
Functie
Voorzitter
Deelnemers
Frequentie
Platform Jeugd en
Politieke
Hugo de Jonge
Wethouders
1 x 2 mnd
Volksgezondheid
besluitvorming
Veilig Thuis Rijnmond
Bestuurlijk Overleg
Bestuurlijke
René Meuwissen René Meuwissen
besluitvorming
René Meuwissen (BJZ SR) Vincent Roozen (GGD Franc Bongaerts Shirley Davis
A m b t e l i j k e regiegroep
Toetsing en advies
Monique Westerlaken
1 x 4 mnd
Rotterdam)
(MDNW)
(kwartiermaker)
Monique Westerlaken (BJZ SR) Shirley Davis (kwartiermaker) Ruud de Wilde
(Rotterdam)
Jeany Dirkzwager
(Rotterdam)
Jaap van Elsäcker Barbera Egas Anne Noordzij
1 x 3 mnd
(NWN-Vlaardingen)
(BAR-Ridderkerk) (ZHE-Spijkenisse)
Sanneke Verweij (CKL-Lansingerland) Annelies van Es (ZHE-Goedereede) Arina van der Wekke Projectgroep
Ontwikkelen
Shirley Davis
(NWN-Maassluis)
Kris Spionjak
(BAR-Barendrecht)
Shirley Davis
(kwartiermaker)
Implementatie
Elif Somuncu (AMK)
Bijstellen
Alexander Verhoeff (AMK)
Monitoring en
Nancy Berkepeis (SHG NWN)
borging
Margriet Keizerwaard (SHG NWN) Nico Wassenberg (ASHG Rotterdam) Vera van der Horst (ASHG
1 x mnd
Rotterdam)
Jeannette Jonker (ASHG ZHE) Sjoerd van der Zwaag (ASHG ZHE) Focusgroep
Discussie over
Shirley Davis
Wisselend
1 x 2 mnd
topics
36 -
B I J L A G E 2 HET W E T T E L I J K K A D E R
W M O en Jeugdwet Veilig Thuis is via het wetsvoorstel voor de Jeugdwet opgenomen in de W m o (zie art. 11.2 Jeugdwet). Ten aanzien van het realiseren van een Veilig Thuis zijn nieuwe wettelijke bepalingen opgenomen in de artikelen 12a t o t en met 12q. Voor de aansluiting in de jeugdketen is in de Jeugdwet opgenomen dat bij het inrichten van een Veilig Thuis gemeenten aandacht moeten hebben voor de samenhang met de jeugdketen (art. 2.2, tweede lid, onderdeel b Jeugdwet). Op grond van de W m o worden bij de Algemene Maatregel van Bestuur nadere regels gesteld aan Veilig Thuis. De AMvB zullen in de loop van dit jaar worden opgeleverd. Volgens de Jeugdwet moet een Veilig Thuis op bovenlokaal niveau worden georganiseerd. Gemeenten zijn vrij in het kiezen van de regio-indeling, maar gebonden aan een minimale schaalgrootte en een landelijk dekkend stelsel. De gemeenten zijn samen verantwoordelijk voor de inrichting van een Veilig Thuis. De Jeugdwet geeft de bepaling dat een Veilig Thuis geen jeugdhulpaanbieder is en dus geen jeugdhulp biedt, maar t o t taak heeft deze, na onderzoek, zo nodig te organiseren. De wettelijke taken en bevoegdheden van Veilig Thuis, opgenomen in de W m o , vormen de minimale basis voor de inrichting van een Veilig Thuis. De wettelijke taken zijn: »
Het verstrekken van advies en zo nodig het bieden van ondersteuning aan degene die een vermoeden heeft van huiselijk geweld of kindermishandeling met betrekking t o t de stappen die in verband daarmee kunnen worden o n d e r n o m e n ;
»
Het
fungeren
als
meldpunt
voor
gevallen
of
vermoedens
van
huiselijk
geweld
en
kindermishandeling; »
Het naar aanleiding van een melding van huiselijk geweld of kindermishandeling of een vermoeden daarvan, onderzoeken of daarvan daadwerkelijk sprake is;
» »
Het - indien noodzakelijk - inschakelen van passende hulpverlening; Het zo nodig in kennis stellen van de politie of de Raad voor de Kinderbescherming. Indien een verzoek t o t onderzoek bij de Raad voor de Kinderbescherming w o r d t ingediend, w o r d t het college van burgemeester en wethouders daarvan in kennis gesteld;
»
Het terug rapporten aan de melder van datgene wat met de melding is gebeurd.
De wettelijke bevoegdheden bestaan uit het ook zonder toestemming van de betrokkenen
opvragen,
vastleggen en zo nodig verstrekken van informatie over gezinnen, voor zover dit noodzakelijk is voor het aannemen van meldingen, het doen van onderzoek en het zetten van de noodzakelijke vervolgstappen. De w e t maakt één uitzondering op de wettelijke bevoegdheid van Veilig Thuis om zonder toestemming gegevens van betrokkenen te verwerken. Dit geldt voor de adviestaak. Dit betekent dat Veilig Thuis niet de bevoegdheid heeft om bij een advies of een vervolgadvies naar gegevens van een gezin of van gezinsleden te vragen e n / o f deze vast te leggen.
37 -