Dienst / Sector:
PZ/COM
Hengelo, 5 december 2006
Registratienummer:
121679
Raadsvergadering d.d. 12 december 2006 Agendanummer:
C.3.
Portefeuillehouder:
We
Onderwerp: Tariefstelling Warmtenet Hengelo
WIJ STELLEN U VOOR: 1. Akkoord te gaan met voorgestelde methodiek waarbij aan het Niet Meer Dan Anders-principe recht wordt gedaan 2. EnergiePrestatie-berekeningen toe te staan op basis van een kwaliteitsverklaring voor ruimteverwarming en warmtapwater voor gebouwen aangesloten op het Warmtenet Hengelo met een totaalrendement van 131% met als voorwaarde het toepassen van een minimumpakket aan isolatie (isolatiewaarden Rc, gevel en vloer ≥3,5 m2K/W, Rc,dak≥4,0 m2K/W en Uraam ≤1,2 W/m2K) OVERWEGINGEN: Aanleiding De Raad heeft op 20 december 2005 (Raadsbesluit 99259) ingestemd met realisatie van een warmtenet in Hengelo, waarbij de gemeente zelf als opdrachtgever zal optreden. Het warmtenet Hengelo levert warmte voor warm tapwater en/of voor ruimteverwarming. Bij de realisatie zal het college per stap geïnformeerd worden en waar nodig om een besluit gevraagd worden. Eén van deze stappen is het vaststellen van de wijze waarop tarieven berekend worden en de hoogte hiervan. Methode Het Niet Meer Dan Anders principe (NMDA) is het uitgangspunt voor de te kiezen methode waarop de tarieven worden berekend. Dit wil zeggen dat de verbruiker bij het aansluiten op een warmtenet niet meer aan kosten kwijt is dan in het geval deze op een standaard aardgasnet zou aansluiten. Voorgesteld wordt om voor de woningbouw één tarief te kiezen en geen onderscheid te maken tussen verschillende type woningen en mogelijkheden van toe te passen maatregelen. Voor de tariefstelling is op basis van de rapportage “Tariefstelling externe warmtelevering warmtenet Hengelo”van Nuon Tecno (TEP668 Jn 060326 d.d. 13 april 2006) gekozen om voor de consument de gunstigste situatie (laagste kosten) te kiezen.1 Utiliteitsbouw Voor kleinverbruikers (t/m 40 kWth) worden de tarieven van de woningbouw gevolgd. Voor de overige zakelijke markt wordt niet met een standaard tarievenblad gewerkt. De combinatie van geleverd vermogen en warmtevraag is voor elke situatie uniek en derhalve dient voor iedere situatie opnieuw de tarieven berekend te worden. Hierbij wordt de tarievensystematiek van gaslevering gehanteerd, waarbij voor grootzakelijke markt de kosten van landelijke netbeheerder op basis van capaciteit meegenomen worden in het NMDA-principe. Woningbouw Voor de woningbouw wordt landelijk de EnergieNed-methode als richtlijn gehanteerd om warmtetarieven te bepalen. De tarieven zijn opgebouwd uit drie componenten: Vastrecht, Aansluitbijdrage en Warmteprijs. Op de EnergieNed-methode is vanuit diverse hoeken in den lande kritiek. Op een aantal punten is voorgestelde tariefstelling daarop aangepast. Per component is dit hieronder samengevat. Voor een rekentechnische onderbouwing zie bijlage II. - Vastrecht In Hengelo wordt één vastrecht gehanteerd, uitgaande van een HR-combiketel (dus zowel voor ruimteverwarming als warm tapwater). - Aansluitbijdrage De aansluitbijdrage bestaat uit de volgende onderdelen: aansluitbijdrage gas + vermeden warm(tap)water-installatie + rentabiliteitsdeel 694 + 1.594 + 2.412 = 4.700 euro. 1
Vooropgesteld dat het energieverbruik van iedere bewoner uniek is en afhankelijk is van ondermeer gedrag en type woning, is het niet mogelijk eenduidige regels te hanteren voor de tariefstelling. Bij vaststelling van de tarieven is gepoogd een praktische en realistische benadering te kiezen.
2
Naar aanleiding van gesprekken met marktpartijen is besloten om de aansluitbijdrage te verlagen tot 4.200 euro, waardoor de acceptatiegraad verhoogd wordt.
Warmteprijs Voor de berekening van de warmteprijs wordt de zogenaamde Rendementsmethode (in afwijking op de EnergieNed-methode) gehanteerd. De hieruit ontstane warmteprijs wordt verlaagd met een percentage van 4,5% vanwege eventuele verschillen in energiegebruik die ontstaan door het toepassen van het rentabiliteitsprincipe. De warmteprijs komt hiermee op 19,68 €/GJ. Voor een compleet overzicht van de tarieven zie bijlage I. Financiële haalbaarheid warmtenet Hengelo Voorgestelde tarieven zijn globaal vergeleken met de door de markt gehanteerde (gemiddelde) tarieven en zitten in het onderste marktsegment. Voorgestelde tarieven hebben geen negatieve invloed op het rendement van de exploitatie zoals aangegeven in Raadsbesluit 99259. Indexering Voorgesteld wordt om de tarieven jaarlijks te indexeren. Het vastrecht en de aansluitbijdrage op basis van de CBS-index lonen en prijzen . De warmteprijs op basis van de gasprijs. Naast de jaarlijkse indexering wordt de mogelijkheid voorgesteld om één keer in de vijf jaar de tarieven te herberekenen conform de dan geldende norm. Warmtewet Op dit moment wordt door enkele leden van de Tweede Kamer gewerkt aan een Warmtewet. Het oorspronkelijke doel van deze warmtewet is het bieden van eenzelfde vorm van bescherming aan warmteafnemers die ook via de wet wordt geboden aan elektriciteitsverbruikers en gasafnemers. De discussies rondom de NMDA-tarieven bij verschillende warmteprojecten in Nederland zijn mede aanleiding geweest om te komen met deze initiatiefwet. In verschillende reacties op de eerste conceptteksten van het wetsvoorstel is gevraagd om meer aandacht voor het belang van warmteprojecten voor het milieu en dus voor het stimuleren van marktpartijen om warmteprojecten op te pakken. De belangenbehartiging van de consument en de leveringszekerheid blijvende belangrijkste ingrediënten vormen van de Warmtewet. Bij de inwerkingtreding van de Warmtewet zullen de zeer redelijke tariefstelling voor het Warmtenet Hengelo en de hierbij behorende zorgvuldige onderbouwing getoetst worden aan de voorwaarden zoals ze gesteld worden door de Warmtewet. Kwaliteitsverklaring Warmtenet Hengelo Het bovengenoemde rentabiliteitsdeel van de aansluitbijdrage woningbouw is gebaseerd op de rapportage van Nuon Tecno. Binnen de EnergiePrestatie-berekeningsmethodiek (methode vanuit het Bouwbesluit waarmee de mate van energiezuinigheid van een gebouw berekend wordt) bestaat de mogelijkheid om voor warmtenetten kwaliteitsverklaringen af te geven. Op basis van deze kwaliteitsverklaring komt het Warmtenet Hengelo op een overall rendement (opwekking van centrale tot en met de afleverset in de meterkast) van de warmtelevering van 131% (zie bijlage II voor nadere toelichting). Hiermee blijkt bij het Warmtenet Hengelo ca 0,30 EPC-punt voordeel op te leveren ten opzichte van een conventionele HR107ketel. Na afsluiten van de contracten met afnemers en warmteleverancier kan de definitieve kwaliteitsverklaring opgesteld worden. Om de gehanteerde strategie binnen het vastgestelde beleid van Duurzame Ontwikkeling van de Trias Energetica stap 1 (voorkom energiegebruik) te borgen, dient B&W te besluiten deze kwaliteitsverklaring alleen toe te staan bij een minimum pakket aan isolatie te weten: Rc, gevel en vloer ≥3,5 m2K/W, Rc,dak≥4,0 m2K/W en Uraam ≤1,2 W/m2K (conform Dubo-pakket Hengelo, versie 2004). Bij wijzigingen van wet- en regelgeving het genoemde minimum pakket aan isolatie in verhouding aanpassen. Hierbij wordt tevens geanticipeerd op artikel 25a van de concept-Warmtewet 29048 van 13 september 2006. Second Opinion Om na te gaan of het tarievenkader gesteld door de gemeente inderdaad correct is, is het bureau Ecofys gevraagd een 2nd opinon uit te voeren gebaseerd op het rapport van Nieman waarin kanttekeningen bij het tarievenkader van het Warmtenet Hengelo worden gezet. De conclusie van Ecofys: de combinatie van vastrecht en variabele kosten voldoet bij benadering aan het NMDA-principe. Met als voordeel voor de afnemer (bewoner) dat door de gehanteerde tariefstelling de prikkeling tot energiezuinig gedrag aanwezig is omdat in verhouding de warmteprijs hoger ligt en het vastrecht lager.
3 -
de aansluitbijdrage wordt echter als hoog beoordeeld, maar is wanneer het voordeel van ruimtebesparing in geld wordt uitgedrukt te verdedigen.
Burgemeester en wethouders van Hengelo, de secretaris, de burgemeester,
Ir. Wimjoost Licht
Drs. Frank A.M. Kerckhaert
4
Bijlage I
Tarievenblad Warmtenet Hengelo 2006
Datum van ingang (na goedkeuring B&W en de Raad) (Prijzen exclusief BTW) Klein Zakelijke markt (>40 kWth) Warmteafname tot 4.633 GJ/Jaar Tarief op aanvraag (gebaseerd op tarievensystematiek van gaslevering). Grootzakelijke markt > 4.633 GJ Tarief op aanvraag (gebaseerd op tarievensystematiek van gaslevering). Woningbouw Aansluitbijdrage Vastrecht Warmteprijs
€ 4.200,00 € 258,72 € 19,68
(eenmalig) (jaarlijks) (per GJ warmte)
Extra comfort klasse warm tapwater2 • Verhoging aansluitbijdrage 6 l/min 8 l/min 10 l/min 12 l/min > 12 l/min
standaard € 119,77 € 239,54 € 359,31 op aanvraag
(eenmalig) (eenmalig) (eenmalig)
• Verhoging vastrecht 6 l/min 8 l/min 10 l/min 12 l/min > 12 l/min
standaard € 20,00 € 45,00 € 100,00 op aanvraag
(jaarlijks) (jaarlijks) (jaarlijks)
• • • •
alle vergoedingen zijn verhoogd met de verschuldigde omzetbelasting en heffingen die de gemeente Hengelo ingevolge een besluit van de overheid, verplicht of bevoegd is in rekening te brengen De tarieven worden jaarlijks geïndexeerd. Aan de vermelde tarieven en teksten kunnen geen rechten ontleend worden De algemene leveringsvoorwaarden van de gemeente Hengelo en de algemene leverings- en aansluitvoorwaarden warmte en/of koude 2006 Warmtenet Hengelo worden opgesteld en zijn als dan van toepassing
2
De meerkosten voor een hogere comfortklasse is samengesteld op basis van in praktijk gehanteerde tarieven. Deze dient na vaststelling productkeuze en dienstverlening getoetst te worden.
5
Bijlage II methode
Rekentechnische onderbouwing afwijking EnergieNed-
** Vastrecht ** In Hengelo wordt één vastrecht gehanteerd, uitgaande van een HR-combiketel (dus zowel voor ruimteverwarming als warm tapwater) zoals op dit moment de gangbare praktijk is. Hoogte vastrecht conform rapportage Nuon Tecno. ** Aansluitbijdrage** De aansluitbijdrage opgebouwd vanuit de EnergieNed-methode is helder en duidelijk. Hierin wordt de mogelijkheid voor een rentabiliteitsdeel aangegeven; echter door EnergieNed niet verder uitgewerkt. Het rentabiliteitsprincipe geeft aan dat aansluiting van een gebouw op het Warmtenet Hengelo een positief effect heeft op de energieprestatie van het gebouw. In het Bouwbesluit is van de diverse gebruiksfuncties vastgelegd aan welke minimumeis voor de energieprestatie voldaan moet worden. Indien het gebouw in plaats van een aansluiting op het warmtenet Hengelo aangesloten wordt op een aardgasnet, dienen er extra maatregelen getroffen te worden om een gelijkwaardige energieprestatie te behalen. De kosten van deze extra maatregelen (die bij aansluiting op het warmtenet Hengelo niet getroffen hoeven te worden) mogen als rentabiliteitsdeel in de aansluitbijdrage opgenomen worden. Vanuit de duurzaamheidgedachte is het wenselijk om alleen het rentabiliteitsdeel op basis van de nietgebouwgebonden maatregelen in rekening te brengen. Vanuit het NMDA-principe is gekozen om de laagste kosten vanuit de rapportage van Nuon Tecno, zijnde 2.412 euro, als rentabiliteitsdeel mee te nemen. Hierdoor ontstaat een totale aansluitbijdrage van: aansluitbijdrage gas + vermeden warm(tap)water-installatie + rentabiliteitsdeel 694 + 1.594 + 2.412 = 4.700 euro. Naar aanleiding van gesprekken met marktpartijen is besloten om de aansluitbijdrage te verlagen tot 4.200 euro, waardoor de acceptatiegraad verhoogd wordt. Doordat voor berekening van de aansluitbijdrage gebruik gemaakt wordt van het rentabiliteitsprincipe, dient de warmteprijs hierop aangepast te worden. Zie verder “Verlaging warmteprijs door rentabliteitsprincipe”. Vooropgesteld dat het energieverbruik van iedere bewoner uniek is en afhankelijk is van ondermeer gedrag en type woning, is het niet mogelijk eenduidige regels te hanteren voor de tariefstelling. Bij vaststelling van de tarieven is gekozen voor een praktische en realistische benadering. Met name de onderbouwing van het rentabiliteitsdeel is een dankbaar onderwerp van discussie. Om deze discussie niet te hoeven voeren, is het ook mogelijk om dit deel te baseren op toepassing van de kwaliteitsverklaring van het Warmtenet Hengelo. Het nieuwe Bouwbesluit van 1 januari 2006 geeft door veranderingen in de berekeningsmethode vanuit de NEN5128:2004 t.o.v. de NEN5128:2001 op basis van de standaard rendementen een circa 15 tot 20% slechtere waardering voor de benutting van restwarmte in de woningbouw. In de normbladen voor de Energieprestatie (NEN2916 en NEN5128) zijn zowel forfaitaire als vaste rekenwaarden gehanteerd. Voor de forfaitaire rekenwaarden geeft het normblad expliciet aan dat een afwijkende waarde kan worden toegepast. Alle overige waarden zijn vaste of beleidsmatige getallen, omrekeningsgetallen, getallen die een standaardgebruik, standaardomstandigheden of een standaardwaardering uit oogpunt van rechtsgelijkheid vastleggen. Ook bij deze vaste waarden kunnen zich situaties voordoen waarin de behoefte bestaat af te wijken, bijvoorbeeld omdat het normblad niet (voldoende) is toegesneden op een innovatieve oplossing. Dit dient zich bijvoorbeeld aan als een openbare energievoorziening wordt aangeboden waarop de normbladen niet of onvoldoende zijn toegesneden. (bron Expertisecentrum Regelgeving Bouw). Het College van B&W kan dit voor het Warmtenet Hengelo als zodanig beoordelen. In dat geval moet, om een resultaat te verkrijgen waaraan dezelfde status kan worden toegekend als aan het resultaat van een bepaling volgens de normbladen, bij de gevolgde methode wel rekening zijn gehouden met de randvoorwaarden en de opgelegde waarden die bij de ontwikkeling van de normbladen zijn gehanteerd. Restwarmteprojecten kunnen in tegenstelling tot standaard technieken (zoals HR-ketels) niet getest worden. Veelal zijn systemen nog niet eens aangelegd terwijl er wel al een bouwvergunning aangevraagd dient te worden. De gemeente Hengelo heeft Ecofys gevraagd om het te verwachten werkelijke milieuvoordeel na te gaan van het Warmtenet Hengelo Op grond van de beschikbare informatie komt Ecofys op een overall rendement (opwekking van centrale tot en met afleverset in de meterkast van de warmtelevering van 131%. Dit levert na doorrekening ca. 0,30 EPC-punt voordeel op ten opzichte van een conventionele HR107 combi ketel. Exacte waarden kunnen pas vastgesteld worden nadat de diverse contracten getekend zijn, maar het genoemde rendement kan als minimum beschouwd worden. Het door Nuon Tecno berekende rentabiliteitsdeel wordt door toepassing van de kwaliteitsverklaring in combinatie met het toepassen van het minimumpakket aan isolatie ruimschoots behaald.
6
** Warmteprijs ** De EnergieNed-methode hanteert de zogenaamde Panel-methode. Op deze berekeningswijze is veel kritiek. Als alternatief wordt hiervoor de rendementsmethode3 aangedragen. De rendementsmethode gaat uit van de hoeveelheid warmte die een m3 gas geeft in de standaard situatie (HR-combiketel) en rekent dit rechtstreeks om naar een warmteprijs. Voorgesteld wordt om deze methode te hanteren, waarbij een lagere warmteprijs ontstaat dan wanneer de EnergieNed-methode wordt gehanteerd.
Onderbouwing berekening warmteprijs Rendementsmethode Uitgangspunten: • Onderwaarde gas Groningen 31,65 MJ/m3 gas • Voor de rendementsmethode een systeemrendement hanteren van 85,7% zoals genoemd in bijlage 2 van de EnergieNed-methode (conform advies Gemeentelijk Platform Warmtetarieven). • Gasprijs 0.559 €/m3 (vanuit rapportage) Warmteprijs via rendementsmethode: Gasprijs* 1/(rendementsysteem*gaswaarde*) 0,559* (1/(0.857*31,65)*1000 = 20,61 €/GJ
Vanuit de EnergieNed-methode wordt de warmteprijs vastgesteld op basis van een vergelijkbare woning aangesloten op een aardgasnet. De situatie kan ontstaan dat door een gebouw aan te sluiten op een aardgasnet i.p.v. het warmtenet Hengelo extra (warmte)maatregelen getroffen dienen te worden om een gelijkwaardige energieprestatie te behalen. Hierdoor kan de totale hoeveelheid benodigde energie hoger zijn. Om vast te houden aan het NMDA-principe voor de consument dient dit effect in de warmteprijs verwerkt te worden. In de EnergieNed-methode wordt wel de mogelijkheid van het rentabiliteitsprincipe genoemd, maar niet het feit dat de situatie kan ontstaan dat een verbruiker door de hogere warmtevraag per saldo duurder uit is. Om dit te voorkomen dient de warmteprijs recht evenredig met de warmtetoename verlaagd te worden met 4,5%. De warmteprijs komt hiermee op 0,955 * 20,61 = 19,68 euro per GJ.
Onderbouwing verlagingpercentage Vanuit de rapportage van Nuon Tecno wordt op basis van de ‘ongunstigste’ variant de verhoging van het energieverbruik voor warm tapwater en verwarming als gevolg van toepassing rentabiliteitsprincipe (Qprim;verw + Qprim;hulp;verw + Qprim;tap): • Tussenwoning 13,3 % extra energie • Appartement 14,2 % extra energie • grondgebonden woning 2,8 % extra energie Echter in alle gevallen is dit op basis van gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning in de referentiesituatie tegen natuurlijke toevoer en mechanische afvoer bij het Warmtenet Hengelo. Hierdoor is de energiecomponent Qprim;vent, drastisch toegenomen. Indien deze component mee wordt genomen, ontstaan de volgende toenames (Qprim;verw + Qprim;hulp;verw + Qprim;tap + Qprim;vent): • • •
Tussenwoning Appartement grondgebonden woning
< 0,0 % extra energie < 0,0 % extra energie 2,7 % extra energie
Er kunnen allerlei formules en beschouwing op wat nu wel/niet tot de extra energie toegerekend moet worden en in welke verhoudingen. Door voor het warmtenet Hengelo praktisch een extra energieverbruik van 4,5% aan te houden, is voor de consument op gunstige wijze met dit effect rekening gehouden.
3 De rendementsmethode is een methode gebaseerd op een onderzoek van ECN waarbij de in het onderzoek gemeten rendementen een aanname zijn voor de daadwerkelijke praktijkrendementen.