Installatie- en gebruikershandleiding NL
Warm tapwater Warmtepomp BWP 303(S) BWP 306(S)
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
A.u.b. eerst lezen
Pictogrammen
Deze handleiding bevat belangrijke aanwijzingen voor het gebruik van het apparaat. Ze is onderdeel van het product en dient in de directe omgeving van het apparaat te worden bewaard. Ze moet beschikbaar blijven zolang de warmtepomp wordt gebruikt. Geef de installatie- en gebruikershandleiding aan eventuele volgende gebruikers van het apparaat door.
In de handleiding wordt gebruik gemaakt van pictogrammen. De betekenis is als volgt:
Lees deze installatie- en gebruikershandleiding, alvorens met de werkzaamheden aan en met het apparaat te beginnen. Vooral het hoofdstuk ‘Veiligheid’. Volg alle aanwijzingen volledig en onverkort op. Het kan gebeuren dat deze handleiding beschrijvingen bevat die onduidelijk of onbegrijpelijk lijken. Bij vragen of onduidelijkheden a.u.b. altijd de klantenservice of de servicepartner van de fabrikant raadplegen. Omdat deze installatie- en gebruikershandleiding mogelijk voor meerdere modellen is geschreven, dient u erop te letten dat u de parameters van het juiste model volgt. Deze handleiding is uitsluitend bestemd voor personen die met of aan het apparaat werken. Ga er vertrouwelijk mee om. De inhoud is door de auteurswet beschermd. Deze mag geheel noch gedeeltelijk en in geen enkele vorm worden gereproduceerd, overgedragen, gekopieerd, in elektronische systemen worden opgeslagen of in een andere taal worden vertaald, zonder schriftelijke toestemming van de fabrikant.
Informatie voor gebruikers.
Informatie of aanwijzingen voor gekwalificeerd vakpersoneel.
Gevaar!
Dit duidt op acuut gevaar dat tot zwaar letsel of zelfs de dood kan leiden.
Waarschuwing!
Dit duidt op mogelijk gevaar dat tot zwaar letsel of zelfs de dood kan leiden.
Let op!
Dit duidt op mogelijk gevaar dat tot middelzwaar of lichter letsel kan leiden.
Let op.
Dit duidt op mogelijk gevaar dat materiële schade kan veroorzaken.
Aanwijzing.
Gemarkeerde informatie.
€
Energiebesparingstip
Dit zijn adviezen om u te helpen energie, grondstoffen en kosten te besparen.
Verwijzing naar andere passages van de installatie- en gebruikershandleiding. Verwijzing naar andere documenten van de fabrikant.
2
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Inhoudsopgave Informatie voor gebruikers en gekwalificeerd vakpersoneel
Aanwijzingen voor gekwalificeerd vakpersoneel
A.u.b. eerst lezen..................................................................2
Technische gegevens / leveringsomvang............31
Pictogrammen.......................................................................2
Vrije opvoerhoogte / luchtvolumestroom......32
Doelmatig gebruik..............................................................4
Maatschetsen......................................................................33
Uitsluiting aansprakelijkheid....................................4
Massbild BWP 303(S)............................................................34
EG-conformiteit..................................................................4
Opstellingsplan.................................................................35
Veiligheid..................................................................................4
Koelcircuit............................................................................36
Toepassingsgebied...............................................................5 Storing......................................................................................6
Hydraulische schema's Hydraulisch schema.............................................................37 Integratie met externe zonne-energie-installatie...........38 Integratie met tweede warmteopwekker........................39
Klantenservice.....................................................................6
Stroomschema................................................................... 40
Schoonhouden van de warmtepomp. . ...................5
Garantie / vrijwaring........................................................6 Verwijdering...........................................................................6 Beschrijving van het apparaat...................................7
Appendix Overzicht van de ingestelde waarden..............41 EG-conformiteitsverklaring.................................... 44
Aanwijzingen voor gekwalificeerd vakpersoneel Leveringsomvang................................................................8
Ruimte voor notities.......................................................45
Klantenservice
Plaatsen en installeren. . ................................................8 Inbedrijfstelling................................................................14 Onderhoud van de warmtepomp............................15 Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm. 17 Toegang tot het koelcircuit...................................18
Bediening Het bedieningselement. . .................................................21 Apparaat in- / uitschakelen (P1).................................21 Elektrisch verwarmingselement in- / uitschakelen (P2).. ...............................................22 Temperaturen instellen................................................22 Reële temperaturen opvragen..................................23 Bedrijfsgegevens instellen..........................................24 Ingebouwde veiligheidsvoorzieningen.............29 Problemen oplossen........................................................30
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
3
Doelmatig gebruik
Veiligheid
De warmtepomp mag uitsluitend voor het bestemde doel worden gebruikt. D.w.z.: • als warmtapwatervoorziening.
De warmtepomp is gebruiksveilig, indien gebruikt voor het bestemde doel. De warmtepomp is ontworpen en gebouwd volgens de huidige stand van de techniek en alle toepasselijke DIN/VDE-voorschriften en veiligheidsvoorschriften.
Het apparaat mag alleen in overeenstemming met de technische parameters worden gebruikt. ‘Technische gegevens / leveringsomvang’.
Uitsluiting aansprakelijkheid De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die door incorrect gebruik wordt veroorzaakt.
Iedereen die aan dit apparaat werkt, moet de installatie- en gebruikershandleiding hebben gelezen en begrepen, alvorens met de werkzaamheden mag worden begonnen. Dit geldt ook voor personen die al met een dergelijk apparaat hebben gewerkt of door de fabrikant zijn opgeleid. Iedereen die aan dit apparaat werkt, moet de lokaal geldende ongevallenpreventie- en veiligheidsvoorschriften hebben gelezen en begrepen. Dit geldt vooral met betrekking tot het dragen van beschermende kleding.
Bovendien vervalt de aansprakelijkheid van de fabrikant:
• indien werkzaamheden aan de warmtepomp zijn uitgevoerd die niet conform deze handleiding zijn;
Waarschuwing!
Neem de veiligheidsstickers aan en in het apparaat in acht.
• indien werkzaamheden aan de warmtepomp onvakkundig zijn uitgevoerd;
• indien er werkzaamheden aan de warmtepomp
zijn uitgevoerd die niet in deze handleiding beschreven zijn en waarvoor de fabrikant geen uitdrukkelijke schriftelijke toestemming heeft gegeven;
Let op.
De warmtepomp mag uitsluitend binnen in gebouwen worden opgesteld.
Neem de minimumafstanden in acht. ‘Maatschetsen’ en ‘Opstellingsschema’.
• indien de warmtepomp of componenten ervan
zonder uitdrukkelijke, schriftelijke toestemming van de fabrikant gewijzigd, om- of uitgebouwd zijn.
EG-conformiteit De warmtepomp is voorzien van een CE-markering.
Let op. Het apparaat dient verpakt en verticaal te worden bewaard, zonder watervulling. Het apparaat dient verpakt en zonder watervulling te worden getransporteerd. Omgevingstemperatuur bij transport: -10 °C tot +50 °C.
‘EG-conformiteitsverklaring’.
4
opslag
en
Let op.
Kiep het apparaat niet meer dan 45° (in alle richtingen). Wordt het apparaat meer dan 45° gekiept, dan kan dit tot aanzienlijke schade aan het apparaat leiden!
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Let op.
Boor geen gaten in de mantel van het apparaat (bijvoorbeeld voor beslag). Hierdoor kan het apparaat beschadigd of zelfs onklaar gemaakt worden.
Gevaar!
De warmtepomp werkt met hoge elektrische spanning!
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische stroom! De elektrische installatie mag enkel door gekwalificeerde elektromonteurs worden uitgevoerd. – Alvorens werkzaamheden aan het apparaat te beginnen, de stroomtoevoer onderbreken, het apparaat spanningsvrij schakelen (netstekker uittrekken) en tegen inschakeling beveiligen. Houd rekening met de nalopende ventilator in het apparaat!
Gevaar!
Volg de geldige EN‑, VDE- en/of lokale veiligheidsvoorschriften op bij de installatie en uitvoering van werkzaamheden aan elektrische aansluitingen.
Waarschuwing!
Bij onderhouds- of reparatiewerkzaamheden waarbij het koelcircuit wordt geopend, en met name bij werkzaamheden met open vuur (solderen, lassen, …) dienen voorzorgsmaatregelen tegen brand te worden getroffen.
Gevaar!
Enkel gekwalificeerd vakpersoneel (verwarmings-, koel- en elektromonteurs) mag aan dit apparaat en de componenten ervan werken.
Waarschuwing!
Het apparaat bevat koelmiddel! Gekwalificeerd vakpersoneel dient ervoor te zorgen dat vóór het begin van onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan onderdelen die koelmiddel transporteren, het koelmiddel wordt verwijderd, voor zover dit voor de risicoloze uitvoering van de werkzaamheden noodzakelijk is. Indien er koelmiddel door een lek ontsnapt, kan dit persoonlijk letsel en milieuschade veroorzaken. Daarom: – Installatie uitschakelen. – De door de fabrikant aangewezen klantenservice op de hoogte stellen.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
Waarschuwing!
Gebruik alleen water van drinkwater kwaliteit volgens de geldende drinkwater wet.
Alle drinkwateraansluitingen dienen volgens de plaatselijk geldende normen te worden uitgevoerd.
Let op de verdraagzaamheid van de materialen in het gehele tapwatercircuit.
Bij een te hoge waterdruk dient een geschikte drukverminderingsklep in de koudwaterleiding te worden geïnstalleerd.
Waarschuwing!
Bij het gebruik van gegalvaniseerde en aluminiumhoudende componenten dient men bijzonder oplettend te werk te gaan.
Toepassingsgebied Als er rekening wordt gehouden met de omgevingssituatie, de toepassingsgrenzen en de geldende voorschriften, kan de warmtepomp in een nieuwe of bestaande warmtapwaterinstallatie worden ingebouwd. ‘Technische gegevens / leveringsomvang’.
Schoonhouden van de warmtepomp De warmtepomp kan met een vochtige doek en in de handel verkrijgbare schoonmaakmiddelen van buiten worden gereinigd. Gebruik geen schoonmaakmiddelen die schuren of zuur en/of chloor bevatten. Deze middelen beschadigen het oppervlak en eventueel ook de warmtepomp zelf.
© Alpha-InnoTec GmbH
5
Storing
Verwijdering
Een storing wordt door de regelaars aan het apparaat aangegeven.
Als de warmtepomp wordt afgedankt, dient u zich te houden aan de lokaal geldende wetten, richtlijnen en normen voor de terugwinning, recycling en verwijdering van de grondstoffen en componenten van koelmachines.
Gevaar!
Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan de componenten van het apparaat mogen alleen worden uitgevoerd door onderhoudspersoneel dat door de fabrikant daartoe is geautoriseerd.
‘Demontage’.
‘Klantenservice’. Houd er rekening mee dat er geen storing wordt aangegeven, als de veiligheidstemperatuurbegrenzer van het elektrische verwarmingselement heeft gereageerd. ‘Ingebouwde veiligheidsvoorzieningen’, hoofdstuk ‘Veiligheidstemperatuurbegrenzer’.
Klantenservice Voor technische informatie kunt u terecht bij uw installateur of bij de lokale partner van de fabrikant. ‘Klantenservice’.
Garantie / vrijwaring De vrijwarings- en garantiebepalingen kunt u in de aankoopdocumenten terugvinden.
Aanwijzing
Spreek met uw leverancier voor alle vrijwarings- en garantieaangelegenheden.
6
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Beschrijving van het apparaat Het apparaat Het apparaat is een warmtapwater-warmtepomp met een condensor, die op de buitenzijde van het buffervat is aangebracht. Het is een aansluitklaar verwarmingsapparaat voor de verwarming van tapwater. Het bestaat in wezen uit een kast, de componenten van het koelmiddel‑, lucht‑ en tapwatercircuit alle voor het automatische bedrijf benodigde besturings‑, regel‑ en controlesystemen. De warmtapwater-warmtepomp gebruikt onder toevoer van elektrische energie, de warmte van de afvoer- / omgevingslucht (BWP 306(S): circulatieluchtbedrijf) is mogelijk met apart verkrijgbaar toebehoren) voor de bereiding van warm tapwater. In het buffervat is een dompelbus ingebouwd, die kan worden gebruikt voor een externe buffervatthermostaat of een voeler (diameter 6 mm) van een externe regeling. Het apparaat is standaard uitgerust met een elektrisch verwarmingselement. ‘Technische gegevens / leveringsomvang’.
Werkwijze De besturing van de warmtapwater-warmtepomp start de compressor kort nadat warm water werd gebruikt. De compressor blijft lopen, tot het water in het buffervat weer tot de gewenste, ingestelde temperatuur is verwarmd. Wanneer warm tapwater wordt afgenomen, wordt automatisch koud water aan de bodem van het warmtapwaterbuffervat bijgevuld. Een voeler in het warmtapwaterbuffervat meet de watertemperatuur aan de bodem en schakelt de compressor in, als de reële temperatuur van het water 5 °C onder de ingestelde, gewenste warmtapwatertemperatuur is gedaald. Zodra de ingestelde warmtapwatertemperatuur weer bereikt is, wordt de compressor uitgeschakeld. Tegelijk met de compressor loopt een ventilator, om lucht door de verdamper te leiden. Als de omgevingstemperatuur onder de gebruiksgrenzen van het apparaat daalt, worden de compressor en ventilator automatisch uitgeschakeld. Ze worden pas weer ingeschakeld, als de omgevingstemperatuur opnieuw binnen de gebruiksgrenzen ligt. Ontstaat de situatie dat het apparaat niet genoeg warm tapwater kan produceren, dan kan het elektrische verwarmingselement dat in het apparaat geïnstalleerd is, handmatig via de besturing worden ingeschakeld. Op
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
die manier kan ook een grotere behoefte aan warm tapwater worden gedekt. U kunt de temperatuur instellen waarop het elektrische verwarmingselement het tapwater moet verwarmen. Werkwijze Het koelcircuit is een gesloten systeem, waarin een chloorvrij veiligheidskoelmiddel als energiedrager wordt ingezet. In een lamellenwisselaar (verdamper) wordt aan de lucht bij lage verdampingstemperatuur de warmte onttrokken en aan het koelmiddel overgedragen. Het dampvormige koelmiddel wordt door een compressor aangezogen, tot een hoger druk‑/temperatuurniveau verdicht en naar de condensor getransporteerd. Daar worden de in de verdamper opgenomen warmte en de compressorenergie aan het warme tapwater afgegeven. Aansluitend wordt de hoge condensatiedruk door middel van een smoororgaan (expansieklep) tot de verdampingsdruk ontspannen. Het koelmiddel kan dan in de verdamper weer warmte uit de omgevingslucht opnemen. BWP 306(S) Ontdooien Als het temperatuurverschil tussen de temperatuur voor het koelvlak en de koelvlaktemperatuur te groot wordt (die gebeurt wanneer zich op het koelvlak ijs heeft gevormd), begint de installatie te ontdooien (zie schema). Het magneetventiel MA 4 gaat open en de afzuigventilator wordt uitgeschakeld, tot het ijs gesmolten is en het koelvlak een temperatuur van ca. 5 °C (afhankelijk van de instelling) bereikt heeft. Daarna sluit het magneetventiel weer en wordt de afzuigventilator weer gestart. ‘Koelcircuit’. Trouwens Dankzij uw besluit om een warmtapwater-warmtepomp te gaan gebruiken, zult u jarenlang gaan bijdragen aan de bescherming van het milieu vanwege de geringe emissies en het lage primaire energieverbruik van het systeem.
€
Energiebesparingstip
Stel de warmtapwatertemperatuur niet hoger in dan nodig is. Het gebruik van het apparaat is het efficiëntste bij lage warmtapwatertemperaturen (≈ 45 °C). Schakel het elektrische verwarmingselement alleen in, als dit echt nodig is. Door de aanvullende inschakeling van het elektrische verwarmingselement stijgt het energieverbruik van het apparaat.
© Alpha-InnoTec GmbH
7
Aanwijzingen voor gekwalificeerd vakpersoneel
Plaatsen en installeren Bij alle werkzaamheden geldt:
Aanwijzing.
Leveringsomvang Compacte warmtepomp met
• geïntegreerd warmtapwaterbuffervat, • geïntegreerde regeling inclusief bedieningselement met lcd-scherm,
• gebruiksaanwijzing.
Volg de lokaal geldende voorschriften ter voorkoming van ongevallen, de wettelijke voorschriften, verordeningen en richtlijnen op.
Waarschuwing!
Alleen gekwalificeerd vakpersoneel mag de warmtepomp plaatsen en installeren!
Aanwijzing.
Let op de geluidswaarden van het betreffende type.
‘Technische gegevens / leveringsomvang’, hoofdstuk ‘Geluid’.
Opstellingsplaats Let op.
Het apparaat mag uitsluitend binnen in gebouwen vorstvrij worden opgesteld.
Doe eerst dit: Controleer de geleverde delen visueel op zichtbare beschadiging.
Controleer of de levering volledig is. Indien er iets niet in orde is, meteen reclameren.
Aanwijzing.
De aan de buitenzijde van de verpakking aangebrachte kiepindicatoren (2 stuks) moeten onvoorwaardelijk in de afgeleverde toestand worden gecontroleerd!
Indien een van de kiepindicatoren rood is, betekent dit dat het transport onvakkundig is verlopen (het apparaat werd meer dan 45° gekiept). De acceptatie van het apparaat kan dan worden geweigerd.
8
Let op.
De gebruiksgrenzen van 0 °C tot +35 °C moeten onvoorwaardelijk in acht worden genomen.
De opstellingsruimte dient vorstvrij en droog te zijn. Ze moet voldoen aan de eisen van EN 378. Bovendien moeten de lokale voorschriften worden opgevolgd. Andere voorwaarden:
• ruimtetemperatuur / luchtaanzuigtemperatuur: BWP 303(S) 8 °C tot 35 °C,
BWP 306(S) 0 °C tot 35 °C, • geen buitengewone stofbelasting, • belastbare ondergrond (≈ 500 kg/m² per apparaat), • contactdoos met randaarde (230 V / 50 Hz), • koud- en warmtapwateraansluiting, • afvalwateraansluiting voor condensaatafvoer, • bij circulatieluchtbedrijf:
volume opstellingsruimte ≥ 20 m3.
‘Maatschetsen’ en ‘Opstellingsschema’.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Transport naar opstellingsplaats Hou rekening met de volgende veiligheidsinstructies bij transport:
Gevaar!
Werk met anderen samen voor het transport. Houd rekening met het gewicht van het apparaat.
Let op.
Bij transport met de heftruck dient de hefsnelheid laag te worden gehouden. Beveilig het apparaat tegen kantelen en omvallen. Als transport met een heftruck of hefwagen niet mogelijk is, kunt u de warmtepomp ook met een steekwagen transporteren.
‘Technische gegevens / leveringsomvang’, hoofdstuk ‘Geluid’. Transport met steekwagen
Gevaar!
Bij het transport bestaat gevaar voor omvallen! Gevaar van persoonlijk letsel en materiële schade. – Tref adequate maatregelen om het gevaar voor omvallen te voorkomen.
Gevaar!
Beveilig het apparaat tegen verschuiven tijdens transport.
Ga als volgt te werk: Rijd de steekwagen onder het apparaat en transporteer het apparaat voorzichtig naar de opstellingsplaats.
Let op.
Het apparaat mag alleen op de bijbehorende transportpallet met de steekwagen worden getransporteerd. Dit geldt ook bij een transport op trappen.
Gevaar!
Beveilig het apparaat tegen verschuiven tijdens transport.
Let op.
Trek of til niet aan componenten of hydraulische aansluitingen tijdens transport. Het bovendeel van het apparaat (bovenste plaatmantel) is niet geschikt om het apparaat aan op te tillen.
Let op.
Let op.
Trek of til niet aan componenten of hydraulische aansluitingen tijdens transport. Het bovendeel van het apparaat (bovenste plaatmantel) is niet geschikt om het apparaat aan op te tillen.
Beschadig de hydraulische aansluitingen niet.
Let op.
Let op.
Beschadig de hydraulische aansluitingen niet.
Kiep het apparaat niet meer dan 45° (in alle richtingen). Wordt het apparaat meer dan 45° gekiept, dan kan dit tot aanzienlijke schade aan het apparaat leiden.
Om transportschade te vermijden, dient het apparaat in verpakte toestand (op de houten pallet) met een heftruck of hefwagen naar de definitieve opstellingsplaats te worden getransporteerd.
Let op.
Kiep het apparaat niet meer dan 45° (in alle richtingen). Wordt het apparaat meer dan 45° gekiept, dan kan dit tot aanzienlijke schade aan het apparaat leiden.
Diagonale afmeting (minimumafmeting in mm)
BWP 306(S)
BWP 303(S)
met transportpallet
2080
2100
zonder transportpallet
1960
2000
1977 x 820
2000x820
Inbrengafmeting (minimumafmeting in mm) met transportpallet Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
9
Het apparaat van de transportpallet verwijderen Ga als volgt te werk:
Let op!
Handen en vingers kunnen bij de volgende werkzaamheden gekneld raken! Trek het onderste deel van de pallet weg, terwijl het apparaat ondersteund in een schuine hoek < 45° wordt gehouden.
Zet de pallet met het apparaat neer op een effen, rechte en belastbare ondergrond. Verwijder de verpakking, transportbeslagen en alle schroefverbindingen van de palletplanken.
 Laat het apparaat langzaam en voorzichtig op de grond terugkiepen.
 Schuif het apparaat voorzichtig op de losgemaakte planken naar één zijde van de pallet af.
Kantel het apparaat licht naar achteren, om de voorste plank van onder het apparaat te kunnen wegtrekken. 
Gevaar!
Werk met meerdere personen. Houd rekening met het gewicht van het apparaat.
Gevaar!
Kiepgevaar! – De naar voren hellende apparaatzijde moet voldoende worden ondersteund.
 Trek ook de achterste plank op dezelfde wijze van onder het apparaat.
10
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Plaats het apparaat op zijn definitieve plek. Kleinere oneffenheden kunnen met de vier stelschroeven aan de onderzijde van het apparaat worden gecompenseerd.
Montage /aansluiting op het tapwatercircuit
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische stroom! – Alvorens werkzaamheden aan het apparaat te beginnen, de stroomtoevoer onderbreken, het apparaat spanningsvrij schakelen (netstekker uittrekken) en tegen inschakeling beveiligen. Houd rekening met de nalopende ventilator in het apparaat!
Let op.
Neem de minimumafstanden in acht, om de correcte luchttoevoer en ‑afvoer alsmede de toegang tot het apparaat voor servicewerkzaamheden te garanderen. ‘Opstellingsschema’.
De aansluiting van het warmtapwaterbuffervat uitvoeren volgens DIN 1988 en DIN 4753 deel 1 (of de betreffende, lokaal geldende normen en richtlijnen).
Let op. Er dient rekening te worden gehouden met het corrosiegedrag van de gebruikte materialen in het leidingsysteem, om schade te voorkomen. Let op.
Het apparaat in overeenstemming met het hydraulische schema in het tapwatercircuit integreren. ‘Hydraulisch schema’.
Aanwijzing.
De installatie moet, rekening houdend met de beschikbare waterdruk en het te verwachten drukverlies, voldoende gedimensioneerd zijn, om voldoende waterdruk en waterhoeveelheid aan het tappunt te garanderen.
De op het typeplaatje vermelde bedrijfsoverdruk mag niet worden overschreden. Indien nodig dient in de toevoerleiding een drukverminderingsklep en een tapwaterfilter te worden gemonteerd.
Let op.
Beveilig bij de werkzaamheden de aansluitingen aan het apparaat altijd tegen verwringen, om de koperen leidingen binnen in het apparaat tegen beschadiging te beschermen.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
11
Ga als volgt te werk:
Monteer de toevoerleiding voor koud water aan de onderste mof aan de achterzijde van het apparaat.
Spoel het tapwatercircuit goed door, alvorens het apparaat aan te sluiten.
Aanwijzing
Vuildeeltjes en afzettingen in het tapwatercircuit kunnen storingen veroorzaken. Monteer de warmtapwateraansluiting aan de bovenste mof aan de achterzijde van het apparaat.
Let op. Boor geen gaten in de mantel van het apparaat (bijvoorbeeld voor beslag). Hierdoor kan het apparaat beschadigd of zelfs onklaar gemaakt worden.
Condensafvoer Tijdens het bedrijf van het apparaat wordt uit de lucht condenswater gevormd. Dit moet met inachtneming van de plaatselijk geldende normen en richtlijnen worden afgevoerd. Verbind hiertoe de aansluiting aan de buitenkant van het apparaat met een waterafvoer.
 1 Mof voor warmtapwateraansluiting 2 Mof voor aansluiting circulatieleiding 3 Mof voor aansluiting warmtewisselaar 4 Mof voor koudwateraansluiting
 1 Condensaatmof = aansluiting voor condensaatslang (naast de warmtapwateraansluiting aan de achterzijde van het apparaat)
‘Maatschetsen’.
Let op.
De plastic tuiten in alle tapwatermoffen niet verwijderen.
Monteer de aansluiting voor de retour van de circulatieleiding op de middelste mof aan de achterzijde van het apparaat.
Aanwijzing
Gebruik een waterslang met wapening en diameter (niet in de leveringsomvang inbegrepen).
3 ⁄4 "
Gebruik geen textielslang (knikgevaar)!
Aanwijzing
Als de installatie zonder warmtapwatercirculatie wordt gebruikt, dient de middelste mof van het apparaat te worden afgesloten.
12
Ga als volgt te werk: Monteer de waterslang met behulp van een slangklem goed vastzittend en afdichtend op de condensaatmof van het apparaat.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
‘Opstellingsschema’ BWP 306(S):
Sluit de waterslang via een trechtersifon op de riolering aan.
Aanwijzing.
De trechtersifon dient als stankslot en moet een waterkolom van ≥ 100 mm hebben.
1 Luchtaanzuigopeningen (achterzijde van het apparaat) 2 Luchtuitblaasopeningen (voorzijde van het apparaat)

Let oP!
Als de montage van de condensaatslang niet of niet correct wordt uitgevoerd, kan waterschade in de opstellingsruimte of schade aan het apparaat ontstaan.
Luchttoevoer en luchtafvoer
Let op.
De luchtaanzuig- en luchtuitblaasopeningen aan de bovenzijde van het apparaat mogen niet worden afgesloten of afgedekt.
Neem de minimumafstanden in acht! ‘Opstellingsschema’.BWP 303(S)
Aanwijzing.
Door de montage van het kieuwdeksel wordt de totale hoogte van het apparaat met 9 mm verhoogd tot 1946 mm.
Let op.
De omgevings- en toevoerlucht mag niet belast zijn met agressieve stoffen (ammoniak, chloor of dergelijke) of met buitengewoon veel stof of vet.
1 Luchtaanzuigopeningen (achterzijde van het apparaat) 2 Luchtuitblaasopeningen (voorzijde van het apparaat) Als toebehoren is een kieuwdeksel (KDUL) voor het circulatieluchtverbruik van het apparaat verkrijgbaar.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
13
BWP 306(S) Montage luchtkanalen: Let op.
De toevoerlucht mag niet met agressieve stoffen belast zijn! (ammoniak, zwavel, chloor enz.) Machineonderdelen kunnen worden vernield!
Voorbeeld
Inbedrijfstelling Warmtapwatercircuit Ga als volgt te werk: Open de koudwatertoevoer en vul het warmtapwaterbuffervat van het apparaat. Open de hoogste warmtapwaterkraan in het huis en laat deze onder toezicht geopend, tot er geen lucht meer uit de kraan ontsnapt, maar er alleen nog water uitstroomt.
Let op.
Vul het warmtapwaterbuffervat volledig. Nettovolume van het warmtapwaterbuffervat, zie ‘Technische gegevens / leveringsomvang’. Controleer het tapwatercircuit op dichtheid, zodra het warmtapwaterbuffervat volledig gevuld is.
Elektrische installatie Het apparaat is bij de aflevering aansluitklaar bedraad. Steek de netstekker van het apparaat in een contactdoos met randaarde.  1 2 3 4
Let op.
Afvoerlucht Toevoerlucht Toevoerlucht Toevoerlucht
In het luchtafvoerbedrijf dient te worden verzekerd dat er altijd voldoende verse lucht in de betreffende luchtafvoerruimten kan stromen.
Koelcircuit Het koelcircuit van het apparaat is bij de aflevering bedrijfsklaar. Er mogen geen werkzaamheden aan het koelcircuit worden uitgevoerd. De elektronische regeling van het apparaat zorgt automatisch voor alle functies met betrekking tot het bedrijf van de compressor en ventilator. U hoeft gewoon de gewenste warmtapwatertemperatuur in te stellen (fabrieksinstelling: 50 °C). ‘Bediening’.
€
Energiebesparingstip
Stel de warmtapwatertemperatuur niet hoger in dan nodig is. Het gebruik van het apparaat is het efficiëntste bij lage warmtapwatertemperaturen (≈ 45 °C).
14
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Inschakelen van het apparaat Als het apparaat van spanning wordt voorzien (netstekker ingestoken), licht het scherm op en loopt gedurende 10 seconden een timer. Aansluitend wordt op het scherm gedurende korte tijd het versienummer van de besturingssoftware vermeld. Vervolgens verschijnt het standaardscherm, dat de reële temperatuur van het water in het warmtapwaterbuffervat aangeeft.
Warmtapwatercircuit en warmtapwaterbuffervat
Let op.
De volgende werkzaamheden mogen alleen door gekwalificeerd vakpersoneel worden uitgevoerd.
Veiligheidsklep
Let op.
Onderhoud van de warmtepomp
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische stroom! – Alvorens werkzaamheden aan het apparaat te beginnen, de stroomtoevoer onderbreken, het apparaat spanningsvrij schakelen (netstekker uittrekken) en tegen inschakeling beveiligen. Houd rekening met de nalopende ventilator in het apparaat!
Verzeker u ervan dat de veiligheidsklep in orde is. – Controleer meermaals per jaar de correcte werking van de veiligheidsklep; vervang hem indien nodig.
Aanwijzing.
Voor schade die ontstaat door een defecte of slecht werkende veiligheidsklep, stelt de fabrikant zich niet aansprakelijk. Oploselektrode / dompelbus Om corrosie van het speciaal geëmailleerde warmtapwaterbuffervat te voorkomen, is dit uitgerust met een magnesiumanode, die met een 11 ⁄4"-plug in het warmtapwaterbuffervat gemonteerd is.
Aanwijzing.

Bij reparatiewerkzaamheden dienen de lokaal geldende wetten, richtlijnen en normen voor de terugwinning, recycling en verwijdering van bedrijfsstoffen en onderdelen van koelmachines te worden nageleefd.
Aanwijzing
Na de eerste installatie dient om de paar dagen een visuele controle op eventuele ondichtheden in het tapwatercircuit te worden uitgevoerd. Controleer regelmatig of de condensaatafvoer vrij is.
1 Anode aan de voorzijde van het apparaat (aanzicht bij weggenomen afdekscherm) 2 Dompelbus in het flensdeksel van de serviceopening
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
15
Aanwijzing.
In het flensdeksel van de serviceopening van het warmtapwaterbuffervat bevindt zich een dompelbus, die bedoeld is voor een externe boilerthermostaat of voor een voeler (bijvoorbeeld voor een externe zonne-energieregeling) met een diameter van maximaal 6 mm. De anode heeft een vermoedelijke levensduur van 2 – 5 jaar.
Let op.
Let erop dat de anode altijd intact is. – De anode moet elk jaar worden gecontroleerd. Als ze gecorrodeerd is en nog slechts een diameter van 6 – 10 mm vertoont, moet ze worden vervangen.
De anode kan met een geschikte stroommeter (multimeter) worden gecontroleerd. Is de teststroom < 1 mA, dan moet de anode absoluut worden vervangen. Hiervoor moet het warmtapwaterbuffervat tot de hoogte van de anode worden geleegd.
meer uit de kraan ontsnapt, maar er alleen nog water uitstroomt. Als er geen verdere werkzaamheden moeten plaatsvinden, het afdekscherm weer aan de voorzijde van het apparaat aanbrengen. ‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’.
Reinigen van het warmtapwaterbuffervat Het warmtapwaterbuffervat van het apparaat dient een keer per jaar door gekwalificeerd vakpersoneel (verwarmings- of koelinstallateur) te worden gereinigd. Ga als volgt te werk: Volg de instructies
–
van het vorige hoofdstuk.
Na de volledige lediging van het warmtapwaterbuffervat, de warmtapwaterkraan sluiten en het flensdeksel van de serviceopening afschroeven.
Ga als volgt te werk: Verwijder het afdekscherm aan de voorzijde van het apparaat, indien dit nog niet gebeurd is. ‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’. Sluit de koudwatertoevoer af. Schroef de slang op de aftapafsluiter van het apparaat en leid deze naar de riolering. Open de aftapafsluiter aan het apparaat en (om onderdruk in het warmtapwaterbuffervat te voorkomen) een warmtapwaterkraan in het tapwatercircuit. Na de lediging van het warmtapwaterbuffervat dienen de aftapafsluiter en warmtapwaterkraan weer te worden gesloten. De anode uit het apparaat schroeven en controleren. Indien nodig vervangen. Schroef een gecontroleerde of nieuwe anode in het apparaat. Open de koudwatertoevoer en vul het warmtap waterbuffervat van het apparaat.
 1 Flensdeksel van de serviceopening Warmtapwaterbuffervat reinigen. De aftapafsluiter sluiten en het flensdeksel op de serviceopening schroeven. Volg de instructies
–
van het vorige hoofdstuk.
Open de hoogste warmtapwaterkraan in het huis en laat deze onder toezicht geopend, tot er geen lucht
16
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Onderdelen van het koelcircuit Ga als volgt te werk: Verwijder het afdekscherm, de kunststof afdekking en de bovenste plaatmantel van het apparaat, om toegang te krijgen tot de onderdelen van het koelcircuit. Na de werkzaamheden aan de onderdelen van het koelcircuit, dienen het afdekscherm, de kunststof afdekking en de bovenste plaatmantel weer aan het apparaat te worden aangebracht. ‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’ en ‘Toegang tot het koelcircuit’.
Indien het water niet ongehinderd wegloopt, de condensaatafvoer reinigen.
Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm Afdekscherm afnemen Ga als volgt te werk: Draai de bevestigingsschroeven van het afdekscherm los.
Verdamper De onderhoudswerkzaamheden beperken zich tot de reiniging van de verdamper volgens de behoefte of volgens een bepaalde cyclus.
Let op!
Verwondingsgevaar door scherpe lamellen.
Let op.
Lamellen niet beschadigen.
Controleer of de lamellen van de verdamper schoon zijn. Indien nodig de lamellen reinigen. 
Ventilator Reinig de ventilator naargelang nodig of regelmatig met een borstel, flessenborstel of penseel.
Let op.
Trek het afdekscherm van boven naar beneden voorzichtig uit de linker en rechter sleuf en zet het veilig weg.
Let erop dat de balanceergewichten aan de ventilatorwaaier niet worden verwijderd, want dit kan tot onbalans leiden en zo tot een hogere geluidsdruk en slijtage van de ventilator.
Condensaatgoot en -afvoer Controleer de condensaatgoot en -afvoer op verontreiniging.

Ga als volgt te werk: Vul de condensaatgoot met water en controleer of dit ongehinderd wegloopt.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
17
Afdekscherm aanbrengen
Aanwijzing.
Let erop dat de bedrading zo is aangebracht, dat ze niet door het afdekscherm kan worden geklemd.
Ga als volgt te werk: Pas het afdekscherm van boven naar beneden in de betreffende sleuven aan de voorzijde van het apparaat en klop het voorzichtig met de vlakke hand aan beide zijden van boven naar beneden vast.
Toegang tot het koelcircuit De kunststof afdekking en bovenste plaatmantel afnemen Verwijder het afdekscherm aan de voorzijde van het apparaat, indien dit nog niet gebeurd is. ‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’. Bij binnenwerkse ruimtehoogte > 2,20 m Ga als volgt te werk: Draai de bevestigingsschroeven van de kunststof ring aan de voorzijde van het apparaat los.

Let op.
Gebruik in geen geval een hamer of ander gereedschap.
Als het afdekscherm correct in de sleuven zit, moet het worden vastgeschroefd.
 De bovenste plaatmantel samen met de kunststof afdekking uit de sleuf van de kunststof ring tillen en naar boven wegnemen. Hierbij de regeleenheid voorzichtig uit de sleuven van de plaatmantel losmaken en aansluitend naar beneden wegkantelen.

18
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Let op.
Let erop dat bij het losmaken van de regeleenheid uit de sleuven van de bovenste plaatmantel geen kabelverbindingen worden beschadigd (bijv. door te trekken).
De kunststof afdekking en bovenste plaatmantel aanbrengen Aanwijzing.
Na werkzaamheden aan de functionele onderdelen van het apparaat en voor de montage van de bovenste plaatmantel en kunststof afdekking dient de dichtheid van de functionele onderdelen en de correcte elektrische bedrading te worden gecontroleerd. ‘Stroomschema’.
 1 Bovenste plaatmantel 2 Kunststof ring 3 Regeleenheid
Bij binnenwerkse ruimtehoogte > 2,20 m Ga als volgt te werk: De bovenste plaatmantel samen met de kunststof afdekking boven het apparaat tillen en voorzichtig neerlaten. Het geheel in de sleuf van de kunststof ring passen.
 1 Kunststof afdekking 2 Bovenste plaatmantel 3 Kunststof ring 4 Regeleenheid (naar beneden weggekanteld) De bovenste plaatmantel samen met de kunststof afdekking helemaal van het apparaat tillen en op een veilige plek neerzetten. De onderdelen van het koelcircuit, de ventilator en de condensaatgoot zijn nu toegankelijk.
 1 Kunststof afdekking 2 Bovenste plaatmantel 3 Kunststof ring 4 Regeleenheid (naar beneden weggekanteld)
Let op.
Beschadig geen kabelverbindingen. Klap de regeleenheid omhoog en breng de bovenste plaatmantel in de sleuven van de regeleenheid. Hiertoe de bovenste plaatmantel nogmaals licht optillen en vervolgens in de bedoelde positie inpassen. De bevestigingsschroeven van de kunststof ring aan de voor- en achterzijde van het apparaat aanbrengen en vastdraaien, zodat de bovenste plaatmantel correct bevestigd is.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
19
Het afdekscherm weer aan de voorzijde van het apparaat aanbrengen. ‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’.
Demontage van het apparaat
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische stroom! – Alvorens het apparaat te demonteren, moet de stroomtoevoer onderbroken en het apparaat spanningsvrij geschakeld worden (netstekker uittrekken).
Gevaar!
Alleen gekwalificeerde verwarmings- of koelmonteurs mogen de warmtepomp uit de installatie uitbouwen.
Gevaar!
Alleen gekwalificeerde koelmonteurs mogen de warmtepomp en de componenten ervan uit elkaar halen.
Let op.
Apparaatcomponenten, koelmiddel en olie dienen volgens de geldende voorschriften, normen en richtlijnen te worden gerecycleerd. Vóór de demontage van het apparaat, de koudwatertoevoer afsluiten en het warmtapwaterbuffervat compleet ledigen. ‘Onderhoud van de warmtepomp’, ‘Tapwatercircuit en warmtapwaterbuffervat’, ‘Oploselektrode’, instructies – .
Demontage van de bufferbatterij
Let op.
Alvorens de regeleenheid wordt gerecycleerd, dient de bufferbatterij van de processorprintplaat te worden verwijderd. De batterij kan met een zijkniptang worden gedemonteerd. Breng de batterij en alle elektronische onderdelen gescheiden in de recycling.
20
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Bediening
Apparaat in- / uitschakelen (P1)
Het apparaat wordt af fabriek geleverd met een voorinstelling (= fabrieksinstelling). Het kan direct in bedrijf worden gesteld.
Met de toets kunt u omschakelen tussen stand-by en automatisch bedrijf van het apparaat, afhankelijk van de instelwaarde van de bedrijfsthermostaat voor het koelcircuit.
De fabrieksinstelling is slechts een basisinstelling, die volgens de wensen en eisen van het beoogde gebruiksdoel kan worden aangepast, om een optimaal bedrijf en een maximaal rendement te bereiken.
Het bedieningselement
Ga als volgt te werk: De toets
Op het scherm verschijnt ‘P1’, wat betekent dat u zich in het menu ‘Apparaat in- / uitschakelen’ bevindt.
Na 5 seconden verschijnt een nieuw scherm. Nu wordt de waarde voor de momenteel gekozen bedrijfswijze aangegeven.

Met deze toetsen kunt u omschakelen tussen de functies ‘Stand-by’, ‘Automatisch bedrijf’, ‘Continubedrijf’ en ‘Tijdgestuurd constant bedrijf’.
Ventronik 160 
indrukken en ingedrukt houden.
Stand 0 De warmtepomp is nu uitgeschakeld en alleen de besturing is actief. Stand 1 De ventilator draait, als warm tapwater wordt opgewarmd. (1. prioriteit = fabrieksinstelling) Stand 2 De ventilator draait, hoewel de compressor niet in bedrijf is (E18 - constante ventilatie van de woning). Toets voor de menunavigatie en voor de verhoging van bedrijfswaarden Toets voor de menunavigatie en voor de verlaging van bedrijfswaarden 1 Led-indicator Rood = storing Toets voor de temperatuurregeling Toets voor de regeling van het elektrische verwarmingselement Toets voor de instelling van de bedrijfswijze
Stand 3 De ventilator draait gedurende een ingestelde periode en wordt daarna weer naar het standaardbedrijf omgeschakeld. Fabrieksinstelling: stand 1 Stel de gewenste bedrijfswijze in. Houd hiervoor de toets ingedrukt en selecteer met de toets of de gewenste stand . Laat de toets los. Na ongeveer 3 seconden verschijnt op het scherm opnieuw de standaardindicatie.
2 Lcd-scherm Screensaver instelbaar onder punt E49
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
21
Elektrisch verwarmingselement in- / uitschakelen (P2) Met de toets kunt u indien nodig het elektrische verwarmingselement inschakelen. €
Energiebesparingstip
Schakel het elektrische verwarmingselement alleen in, als dit echt nodig is. Door de aanvullende inschakeling van het elektrische verwarmingselement stijgt het energieverbruik van het apparaat.
Aanwijzing.
Is de omgevingstemperatuur < 0 °C of > 35 °C, dan wordt het elektrische verwarmingselement ingeschakeld, ook als onder P2 ‘0’ is ingesteld.
Gebruiksmogelijkheden van het elektrische verwarmingselement • Verkorting van de opwarmtijd Door het elektrische verwarmingselement in te
schakelen, kunt u bij een verhoogd gebruik van warm tapwater de tijd voor het opwarmen van nieuw tapwater verkorten.
Ga als volgt te werk: De toets
indrukken en ingedrukt houden.
0
Het elektrische verwarmingselement is uitgeschakeld.
1
Het elektrische verwarmingselement wordt afhankelijk van de instelwaarde van de bedrijfsthermostaat voor het elektrische verwarmingselement ingeschakeld.
De warmtepomp wordt aanvullend met een elektrisch verwarmingselement voor de verwarming van het warme tapwater geleverd. Met deze drukschakelaar kan men het signaal voor de inschakeling van het elektrische verwarmingselement geven, indien dit nodig is. Als de instelwaarde op 1 wordt ingesteld, wordt het elektrische verwarmingselement indien nodig ingeschakeld. Is de instelwaarde op 0 ingesteld, dan wordt het elektrische verwarmingselement niet ingeschakeld, ook niet als de behoefte hiertoe bestaat. Bij een omgevingstemperatuur onder 0 °C is het voordelig om het elektrische verwarmingselement in te zetten.
Fabrieksinstelling: 0°C
22
schakelen, kan een warmtapwatertemperatuur tot 65 °C worden bereikt.
Na 5 seconden verschijnt een nieuw scherm. Nu wordt de waarde voor de momenteel gekozen bedrijfswijze aangegeven.
Stel de gewenste bedrijfswijze in. Hiervoor de toets ingedrukt houden en met de toets of ofwel ‘0’ of ‘1’ selecteren. Laat de toets los. Na ongeveer 3 seconden verschijnt op het scherm opnieuw de standaardindicatie.
• Warmtapwatertemperatuur > 55 °C Door het elektrische verwarmingselement in te
Op het scherm verschijnt ‘P2’, wat betekent dat u zich in het menu ‘Elektrisch verwarmingselement in- / uitschakelen’ bevindt.
• Noodverwarming Daalt de aanzuigtemperatuur onder de 0 °C, dan kan het elektrische verwarmingselement de functie van een noodverwarming vervullen.
Temperaturen instellen Instelwaarde voor de warmtapwatertemperatuur (P3) Met de toets stelt u de instelwaarde van de bedrijfsthermostaat voor de warmtapwatertemperatuur in. €
Energiebesparingstip
Stel de warmtapwatertemperatuur niet hoger in dan nodig is. Het gebruik van het apparaat is het efficiëntste bij lage warmtapwatertemperaturen (≈ 45 °C). Ga als volgt te werk: De toets
indrukken en ingedrukt houden.
Op het scherm verschijnt 'P3', wat betekent dat u zich in het menu ‘Instelwaarde van de bedrijfsthermostaat voor de warmtapwatertemperatuur’ bevindt.
Na 5 seconden verschijnt een nieuw scherm. Dit geeft de momenteel ingestelde waarde voor de warmtapwatertemperatuur aan.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Stel de gewenste temperatuur in. Houd hiervoor de toets ingedrukt en selecteer met de toets of de gewenste waarde. Mogelijke instelwaarden: 0 °C – 55 °C Fabrieksinstelling: 50 °C
Mogelijke instelwaarden: 0 °C – 65 °C Fabrieksinstelling: 50 °C
Inschakelpunt warmtapwatertemperatuur instelwaarde -5 K (T8-voeler onderaan)
Uitschakelpunt elektrisch verwarmingselement instelwaarde +5 K (T7-voeler bovenaan)
Laat de toets los. Na ongeveer 3 seconden verschijnt op het scherm opnieuw de standaardindicatie.
Laat de toetsen en los. Na ongeveer 3 seconden verschijnt op het scherm opnieuw de standaard indicatie.
BWP 306(S): Stop ontdooien (P4) Beide toetsen den.
en
indrukken en ingedrukt hou-
Op het scherm verschijnt ‘P4’, wat betekent dat u zich in het menu ‘Stop ontdooien’ bevindt.
Na 5 seconden verschijnt een nieuw scherm. Dit geeft de momenteel ingestelde temperatuurwaarde voor ‘Stop ontdooien’ aan. De ontdooitijd wordt standaard onderbroken, als het oppervlak van de verdamper een temperatuur van 10 °C heeft bereikt (dit is de basisinstelling). Bij bijzondere bedrijfsomstandigheden kan het nodig zijn deze temperatuur te wijzigen.
Stel de gewenste temperatuur in. Houd hiervoor de beide toetsen en ingedrukt en selecteer met de toets of de gewenste waarde.
Aanwijzing.
Het elektrische verwarmingselement verwarmt alleen de bovenste helft van het warmtapwaterbuffervat, terwijl het koelcircuit van het apparaat de onderste helft verwarmt.
Reële temperaturen opvragen Ga als volgt te werk: Druk de toets of herhaaldelijk in, tot de gewenste parameter wordt weergegeven.
De temperatuur kan tussen 0 en 25 °C worden ingesteld.
Fabrieksinstelling: 10°C
Op het scherm verschijnt ‘P5’, wat betekent dat u zich in het menu ‘Instelwaarde van de bedrijfsthermostaat voor het elektrische verwarmingselement’ bevindt.
Na 5 seconden verschijnt een nieuw scherm. Dit geeft de momenteel ingestelde temperatuurwaarde voor het elektrische verwarmingselement aan.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
T6
temperatuur van de verdamper
extra voeler (niet gebruikt)
Houd de toets of ingedrukt, tot de gewenste parameter wordt weergegeven.
indrukken en ingedrukt hou-
temperatuur van de omgeving
T9
Met de toetsencombinatie en kunt u de instelwaarde van de bedrijfsthermostaat voor het elektrische verwarmingselement instellen.
en
T5
T8 temperatuur van het warme tapwater in het onderste deel van het warmtapwaterbuffervat
Instelwaarde voor het elektrische verwarmingselement (P5)
Beide toetsen den.
extra voeler (niet gebruikt)
T7 temperatuur van het warme tapwater in het bovenste deel van het warmtapwaterbuffervat
Laat de toetsen en los. Na ongeveer 3 seconden verschijnt op het scherm opnieuw de standaard indicatie.
Ga als volgt te werk:
T4
Na 5 seconden verschijnt de actuele instelwaarde van de gevraagde parameter. Laat de toets of los. Na ongeveer 3 seconden verschijnt op het scherm opnieuw de standaardindicatie.
© Alpha-InnoTec GmbH
23
Bedrijfsgegevens instellen
Houd de toets of menupunt verschijnt.
Ga als volgt te werk: Houd de toetsen lang ingedrukt.
en
tegelijkertijd 5 seconden
Na 5 seconden geeft het scherm de actuele waarde van het betreffende submenu weer. Waarde volgens behoefte instellen. Hiervoor tegelijkertijd de toetsen en (of en ) indrukken.
Op het scherm verschijnt 'E0', wat betekent dat u zich in het menu ‘Bedrijfsgegevens’ bevindt. Druk de toets of herhaaldelijk in, tot het gewenste menupunt verschijnt.
ingedrukt, tot het gewenste
E 0 submenu ‘Fabrieksinstelling’ E 2 submenu ‘Insteltemperatuur’
Aanwijzing.
Wordt gedurende 15 seconden geen toets ingedrukt, dan keert het scherm automatisch terug naar de standaardweergave.
Aanwijzing.
E 8 submenu ‘Thermische desinfectie’ E 9 submenu ‘Bedrijf in koude omgeving AAN/ UIT’ E10 submenu ‘Bedrijf in koude omgeving’
Noteer de ingestelde waarden in het overzicht in de appendix van deze handleiding.
‘Overzicht van de ingestelde waarden’, vanaf pagina 40.
E13 submenu ‘Vloertemperatuur’ E15 submenu ‘Hygrostaat / installatie stoppen’ E16 submenu ‘Minimale luchthoeveelheid’ E17 submenu ‘Partybedrijf’ E18 submenu ‘Aantal en uren voor ventilatie’ E19 submenu ‘Extra functie’ E20 submenu ‘Zonnecollector’ E21 submenu ‘Temperatuur vermogensverlaging (TX-instel)’ E23 submenu ‘Maximaal toelaatbare verdampingstemperatuur (Tmop)’ E25 submenu ‘Ventilatorstand 2’ E26 submenu ‘Ventilatorstand 3’ E45 submenu ‘Laagste temperatuur van de luchtafkoeling (∆Tlucht-instel)’ E46 submenu ‘Max. reservoirtemperatuur’ E49 submenu „Screensaver“ E50 submenu „Tijdsinstellingen (0-23)“ „Laag/vrijgaveperiode
E53 submenu „Laag/vrijgaveperiode 23)“ E54 submenu einde’(0-23)“
24
Loopt de installatie niet zoals verwacht en kan de oorzaak hiervan niet worden vastgesteld, ga dan als volgt te werk: De ingestelde waarden van het elektrische verwarmingselement ('P2') en de instelwaarden van de bedrijfsthermostaat voor de warmtapwatertemperatuur (P'P3') en voor het elektrische verwarmingselement ('P5') opvragen en noteren. In het submenu ‘Fabrieksinstelling’ ('E0') de waarde van 0 (= fabrieksinstelling) op 1 zetten. Hierdoor wordt voor alle instelwaarden de fabrieksinstelling weer ingesteld. De ingestelde waarden van het elektrische verwarmingselement ('P2') en de instelwaarden van de bedrijfsthermostaat voor de warmtapwatertemperatuur ('P3') en voor het elektrische verwarmingselement ('P5') opnieuw invoeren.
T9 Insteltemperatuur (E 2)
E51 submenu „Tijdsinstellingen (0-259)“ E52 submenu OFF)“
Fabrieksinstelling (E 0)
(ON/ Start (0-
„Laag/vrijgaveperiode
Deze externe voeler kan het relais R9 aansturen. Het relais R9 wordt geactiveerd, als de instelwaarde E2 (T9 insteltemperatuur) is bereikt. U kunt het relais R9 gebruiken om een externe driewegklep (230 V) aan de toe- of afvoerluchtzijde van het apparaat te regelen:
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Installeer de externe driewegklep in het toevoerluchtkanaal van het apparaat, om koelere buitenlucht met warmere omgevingslucht (kamerlucht) te mengen (luchtvoorverwarming). Of Installeer de externe driewegklep in het luchtafvoerkanaal van het apparaat, om koelere afvoerlucht van het apparaat naar andere ruimten te leiden, zodra de ruimtetemperatuur de instelwaarde E2 bereikt heeft. Waardebereik: 0 °C – 30 °C Fabrieksinstelling: 21 °C
Aanwijzing.
Om deze functie te kunnen gebruiken, hebt u een aparte ruimtevoeler T9 nodig. Deze functie is bovendien alleen beschikbaar, als het apparaat warm tapwater bereidt.
Wordt het apparaat in circulatieluchtbedrijf gebruikt, dan is de functie niet beschikbaar.
Thermische desinfectie (E8) Om de thermische desinfectie in te schakelen, gaat u als volgt te werk: Submenu 'E8' selecteren. De waarde van 0 (= fabrieksinstelling) op 1 zetten. Hierdoor wordt de thermische desinfectie ingeschakeld. Het apparaat verwarmt eenmaal per week met behulp van het elektrische verwarmingselement (ook als »P2« op 0 is ingesteld) het warme tapwater tot een temperatuur van 65 °C. De thermische desinfectie begint een week na de activering. Na een stroomuitval moet de thermische desinfectie weer worden geactiveerd. Ze start dan pas een week later opnieuw. Waardebereik: 0 – 1 Fabrieksinstelling: 0
Aanwijzing.
Om een vlekkeloze werking van de thermische desinfectie te garanderen, dient ervoor te worden gezorgd dat het apparaat continu en zonder blokkeertijden van spanning wordt voorzien.
Bedrijf in koude omgevingen AAN/UIT (E9) Wordt de warmtepomp in een kelder geïnstalleerd, waarbij lucht uit de kelder wordt afgezogen, dan kunt u de besturing zo instellen, dat onder een bepaalde luchttemperatuur alleen met het elektrische verwarmingselement wordt verwarmd, om bevriezing te verhinderen. Ga als volgt te werk: Submenu 'E9' selecteren. Controleer of de instelwaarde op 0 (= fabrieksinstelling) staat. Indien de instelwaarde op I staat, dient deze op 0 te worden gezet. U kunt de installatie ook zo instellen, dat het elektrische verwarmingselement pas wordt ingeschakeld, als de aanzuigtemperatuur lager is dan de instelling in E10 en de buffervattemperatuur tegelijkertijd om opwarming vraagt. Ga als volgt te werk: Submenu 'E9' selecteren. Controleer of de instelwaarde op 1 staat. Indien de instelwaarde op 0 (= fabrieksinstelling) staat, dient deze op 1 te worden gezet. Waardebereik: 0 – 1 Fabrieksinstelling: 0
Bedrijf in koude omgeving (E10) Is de instelwaarde in E9 op 0 of 1 ingesteld, dan kunt u hier de temperatuur invoeren vanaf dewelke de compressor niet meer wordt ingezet of het verwarmingselement automatisch als hulp wordt ingeschakeld. Ga als volgt te werk: Submenu 'E10' selecteren. De gewenste temperatuurwaarde invoeren. Waardebereik: -5 – 10 °C Fabrieksinstelling: 0 °C
Minimale temperatuur vloer (E13) Hier stelt u de minimale temperatuur in het onderste deel van het reservoir in, die beschikbaar moet zijn om warmte aan de vloer af te geven. Ga als volgt te werk: Submenu 'E13' selecteren. De gewenste temperatuurwaarde invoeren. Waardebereik: 20 – 50 °C Fabrieksinstelling: 35 °C
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
25
Hygrostaat / installatie stoppen (E15) Ga als volgt te werk: Submenu 'E15' selecteren. Zet de waarde op 0, zodat de ventilatorsnelheid automatisch in stand 3 wordt geschakeld, zodra de relatieve vochtigheid boven de ingestelde waarde van de hygrostaat ligt.
Of:
Zet de waarde op 1. Als de klemmen 25 en 26 worden gebruikt, stopt de installatie. (De klemmen 25 en 26 kunnen bijvoorbeeld voor een externe stop worden gebruikt.)
Waardebereik: 0 – 1 Fabrieksinstelling: 0
Of:
Zet in het menupunt PI onder stand 3 de waarde op 0.
De installatie loopt in stand 3, tot u ze handmatig op een andere stand zet.
Waardebereik: 0 – 1 Fabrieksinstelling: 0
Aantal uren voor ventilatie partybedrijf (E18) Ga als volgt te werk: Submenu 'E18' selecteren.
Aanwijzing.
Deze functie is alleen actief, als de compressor stilstaat.
Kies een waarde tussen 1 en 10. Zo legt u vast hoeveel uren de installatie in stand 3 loopt, voor ze automatisch weer naar stand 2 terugschakelt.
Waardebereik: 0 – 10 Fabrieksinstelling: 3
Minimale luchthoeveelheid (E16)
Extra functie (E19)
Om het bedrijfspunt van de ventilator (= laagste luchthoeveelheid waarbij de ventilator kan lopen) in te stellen, gaat u als volgt te werk:
In het submenu 'E19' kunt u de installatie zo instellen, dat het apparaat samen met een externe driewegklep (tegen betaling verkijgbaar toebehoren) ofwel een bepaald koeleffect, ofwel een mengtemperatuur (luchtvoorverwarming) bereikt.
Submenu 'E16' selecteren. Een waarde tussen 0 % (= fabrieksinstelling) en 100 % instellen. Waardebereik: 0% – 100% Fabrieksinstelling: 0%
Verder kunt u in het submenu »E19« de nodige instellingen uitvoeren om het apparaat met een zonne-energieinstallatie of een kleine vloerverwarming (ca. 8 – 10 m2) te combineren. Ga als volgt te werk: Submenu 'E19' selecteren.
Aanwijzing.
Als een te hoge waarde wordt ingesteld, kan de warmtetoevoer via de verdamper bij een uitval van de hogedrukpressostaat worden overbelast. Om een geringe luchtstroom door de verdamper te garanderen, mag de waarde daarom niet hoger worden ingesteld dan noodzakelijk is.
Partybedrijf (E17) Ga als volgt te werk: Submenu 'E17' selecteren. Zet in het menupunt PI onder stand 3 de waarde op 1.
26
De installatie schakelt na afloop van het in 'E18' ingestelde aantal uren automatisch over op stand 2.
Zet de waarde op 0. Hierdoor schakelt u de extra functie volledig uit.
Of:
Zet de waarde op I. De zonnecollectorfunctie activeert de circulatiepomp van het zonne-energiesysteem, die door 'E 2' (T9 insteltemperatuur) en »E20« (zonnecollector 1-5 K) wordt aangestuurd, en wordt daarbij onafhankelijk van de warmtepomp geregeld.
Of:
Zet de waarde op 2. De temperatuur van de vloerverwarming wordt onafhankelijk van de warmtepomp geregeld in afhankelijkheid van 'E 2' (T9 insteltemperatuur) en 'E13' (minimale temperatuur vloer).
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Of: Zet de waarde op 3. De circulatiepomp van het zonne-energiesysteem, die door 'E 2' (T9 insteltemperatuur) en ‘E20’ (zonnecollector 1-5 K) wordt aangestuurd, wordt geactiveerd en de warmtepomp wordt uitgeschakeld (= prioriteit zonne-energie-installatie). De warmtepomp kan ten vroegste na ca. 30 minuten weer inschakelen.
Of: Zet de waarde op 4. Een externe driewegklep (230 V, klem 1 en 2) aan de luchtafvoerzijde van de warmtepomp wordt afhankelijk van ‘E 2’ (T9 insteltemperatuur) en de externe ruimtevoeler T9 geregeld (= koelfunctie). Of: Zet de waarde op 5. Een externe driewegklep (230 V, klem 1 en 2) aan de luchttoevoerzijde van de warmtepomp mengt warmere binnenlucht met koelere buitenlucht, afhankelijk van 'E 2' (T9 insteltemperatuur) en de in het buitenluchtkanaal gemonteerde, externe voeler T9 (= luchtvoorverwarming). Waardebereik: 0 – 5 Fabrieksinstelling: 0
Of:
waarde op 6:
Als de compressor in bedrijf is, staat het relais op on.
Fabrieksinstelling: 0
Zonnecollector (E20) Om in te stellen hoeveel de temperatuur in de zonnecollector (T9) boven de temperatuur in het waterreservoir moet liggen om de circulatiepomp van de zonneenergie-installatie te activeren, dient u als volgt te werk te gaan: Submenu 'E20' selecteren. Selecteer een waarde tussen 1 en 5 om in te stellen hoeveel de temperatuur in de zonnecollector boven de temperatuur in het warmtapwaterbuffervat moet liggen, vóór de circulatiepomp van de zonneenergie-installatie wordt geactiveerd. Waardebereik: 1 – 5 K Fabrieksinstelling: 5 K
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
Temperatuur vermogensverlaging (E21) (TX-instel) Om een te hoge bedrijfsdruk in het apparaat te vermijden, moet het vermogen van het apparaat in de laatste fase van de warmtapwaterverwarming worden verlaagd. De TX-instelwaarde onder 'E21' geeft aan vanaf welke warmtapwatertemperatuur het vermogen moet worden verlaagd. Ga als volgt te werk: Submenu 'E21' selecteren. Een waarde tussen 0 °C en 55 °C instellen. Waardebereik: 0 °C – 55 °C Fabrieksinstelling: 45 °C
Maximaal toelaatbare verdampingstemperatuur (E23) (Tmop) Om een overbelasting van het koelcircuit door een te hoge omgevingstemperatuur te voorkomen, dient u de maximaal toelaatbare verdampingstemperatuur (= Tmop) in te stellen. Ga als volgt te werk: Submenu 'E23' selecteren. Een waarde tussen 0 °C en 30 °C instellen. Waardebereik: 0 °C – 30 °C Fabrieksinstelling: 25 °C
Ventilatorstand 2 (E25) Om in te stellen dat de installatie voor een langere tijd ontlucht, gaat u als volgt te werk: Submenu 'E25' selecteren. Kies een waarde tussen 0 en 100. Hierdoor bepaalt u de snelheid waarmee de ventilator in stand 2 (P1) loopt. De ventilator loopt dan met de geselecteerde snelheid in stand 2 (P1), tot u de installatie handmatig op een andere stand zet.
Waardebereik: 0% – 100% Fabrieksinstelling: 100%
Aanwijzing.
De hier ingestelde snelheid in stand 2 (P1) bepaalt ook de maximale ventilatorsnelheid in stand 1 (P1).
© Alpha-InnoTec GmbH
27
Ventilatorstand 3 (E25)
Maximale reservoirtemperatuur (E46)
Om in te stellen dat de installatie voor een langere tijd op een hogere stand ontlucht, gaat u als volgt te werk:
Om bij gebruik van een zonnecollector of andere warmtebron een te hoge temperatuur in het warmtapwaterreservoir te vermijden, gaat u als volgt te werk:
Submenu 'E26' selecteren. Kies een waarde tussen 0 en 100. Hierdoor bepaalt u de snelheid waarmee de ventilator in stand 3 (P1) loopt, als partybedrijf 'E17' geactiveerd is. De ventilator loopt dan met de geselecteerde snelheid in stand 3 (P1), tot u de installatie handmatig op een andere stand zet. Waardebereik: 0% – 100% Fabrieksinstelling: 100%
Aanwijzing.
De hier ingestelde snelheid in stand 3 (P1) bepaalt ook de maximale ventilatorsnelheid in stand 1 (P1).
Submenu 'E46' selecteren.
Kies een waarde tussen 40 en 70. Hierdoor stelt u de maximaal toelaatbare temperatuur in die in het warmtapwaterreservoir mag ontstaan.
Waardebereik: 40 °C – 70 °C Fabrieksinstelling: 60 °C
Screensaver (E49) Kies welke screensaver u wenst: 0: geen 1: watertemperatuur 2: tijd
Luchtafkoeling (E45)
Fabrieksinstelling: 0
(∆Tlucht-instel) Om de laagste temperatuur in te stellen tot dewelke de lucht tijdens de warmtapwaterbereiding moet worden afgekoeld (= ∆Tlucht-instel), gaat u als volgt te werk: Submenu 'E45' selecteren. Kies een waarde tussen 1 en 15. De besturing regelt de snelheid van de ventilator, zodat de lucht exact tot op de geselecteerde temperatuurwaarde wordt afgekoeld. Als de lucht om technische redenen verder moet worden afgekoeld, wordt de ingestelde waarde automatisch overstuurd.
Waardebereik: 1 °C – 15 °C Fabrieksinstelling: 2 °C
Tijdsinstellingen (0-23) (E50) Hier hebt u de mogelijkheid de uren in te stellen.
Tijdsinstellingen (0-59) (E51) Hier hebt u de mogelijkheid de minuten in te stellen.
Laag tarief/vrijgaveperiode (ON /OFF) (E52) Als de vrijgaveperiode op ON staat, zullen de warmtepomp en het verwarmingselement in deze periode in bedrijf zijn, d.w.z. starten zoals in punt E53 aangegeven en eindigen zoals in punt E54 aangegeven is.
Laag tarief/vrijgaveperiode start (0-23) (E53) Hier worden de instellingen voor het begin van de vrijgaveperiode aangegeven.
Laag tarief/vrijgaveperiode einde (0-23) (E54) Hier worden de instellingen voor het einde van de vrijgaveperiode aangegeven.
28
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Ingebouwde veiligheidsvoorzieningen
Instelwaarden Fabrieksinstellingen E0: Fabrieksinstelling E2: T9 insteltemperatuur
0 21
E8: Thermische desinfectie AAN / UIT
0
E9: Bedrijf in koude omgevingen AAN / UIT
0
Hogedrukpressostaat
E15: Hygrostaat / installatie stoppen
0
E16: Minimale luchthoeveelheid
0
E17: Partybedrijf
0
E18: Aantal uren voor ventilatie partybedrijf
3
E19: Extra functie
0
Om te verzekeren dat de compressor niet buiten zijn toepassingsbereik loopt, is een hogedrukpressostaat ingebouwd, die bij te hoge druk uitschakelt. De resetknop wordt handmatig bediend, als de oorzaak van de storing gevonden is. Als de hogedrukpressostaat gereageerd heeft, brandt PE op het display, tot de resetknop handmatig wordt teruggezet. Verlaag eventueel de watertemperatuur met 2 - 3 °C, om te vermijden dat het schakelen van de hogedrukpressostaat zich blijft herhalen.
5
BWP 303(S) BWP 306(S)
E10: Bedrijf in koude omgeving
0
E13: Minimale temperatuur vloer
35
E20: Zonnecollector E21: Temperatuur vermogensverlaging (TX-instel)
45
E23: Maximaal toelaatbare verdampingstemperatuur (Tmop)
25
E25: Ventilatorstand 2
100
E26: Ventilatorstand 3
100
E45: ∆Tlucht-instel E46: Maximale reservoirtemperatuur
2 60
E49: Screensaver
0
E50: Tijdsinstellingen (0-23)
0
E5!: Tijdsinstellingen (0-259) E52: Laag/vrijgaveperiode (ON/OFF)
1 Luchtaanzuigopening 2 Kunststof afdekking van het apparaat 3 Resetknop van de hogedrukpressostaat 4 Luchtuitblaasopening
0 OFF
E53: Laag/vrijgaveperiode Start (0-23)
0
E54: Laag/vrijgaveperiode einde (0-23)
0
Noteer de ingestelde waarden a.u.b. in het overzicht vanaf pagina 40.
 1 Resetknop van de hogedrukpressostaat 2 Hogedrukpressostaat
Hinweis.
Hogedrukpressostaat Als de hogedrukpressostaat uitschakelt, verschijnt op het display ‘PE’, tot de resetknop wordt ingedrukt
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
29
Veiligheidstemperatuurbegrenzer In het elektrische verwarmingselement is een veiligheidstemperatuurbegrenzer ingebouwd. Deze beschermt de warmtapwaterinstallatie tegen een ontoelaatbaar hoge temperatuur. De bijbehorende voeler steekt in de dompelbuis van het elektrische verwarmingselement. Bij overschrijding van de ingestelde schakelwaarde (90 °C) wordt het elektrische verwarmingselement automatisch uitgeschakeld. Het elektrische verwarmingselement kan pas opnieuw worden ingeschakeld, als de warmtapwatertemperatuur tot onder de 90 °C is gedaald. Om het elektrische verwarmingselement weer in te schakelen, gaat u als volgt te werk: Neem het afdekscherm aan de voorzijde van het apparaat weg.
Problemen oplossen Controleer of
• de netstekker van het apparaat is ingestoken; • aan de contactdoos spanning beschikbaar is; • het apparaat via de temperatuurvoeler T8 werd uitgeschakeld;
• een warmtapwatertemperatuur > 55 °C is ingesteld;
• de hogedrukpressostaat gereageerd heeft; • de veiligheidstemperatuurbegrenzer gereageerd heeft.
‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’. Druk op de witte pen (= resetknop) aan de veiligheidstemperatuurbegrenzer.
 1 Veiligheidstemperatuurbegrenzer 2 Resetknop van de veiligheids temperatuurbegrenzer Het afdekscherm weer aan de voorzijde van het apparaat aanbrengen. ‘Afnemen en aanbrengen van het afdekscherm’.
30
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Technische gegevens / leveringsomvang ApparaatnaamBWP
306(S)
303(S)
Soort warmtepomp
Warm tapwater
• van toepassing ı — niet van toepassing
•
Opstellingsplaats
binnen ı buiten
• van toepassing ı — niet van toepassing
• ı —
Conformiteit
CE
• van toepassing ı — niet van toepassing
•
Vermogensgegevens
Vermogen bij de verwarming van 15 °C koud water tot 45 °C warm tapwater bij 15 °C luchttemperatuur en een luchthoeveelheid van 250 m3/h. Gegevens volgens EN 255. Vermogen warmtepomp
kW
1,52
1,66
Opgenomen elektrisch vermogen
kW
0,43
0,52
…
3,54
3,2
Min. temperatuurtoepassing verdamper (luchttemperatuur)
°C
0
8
Max. temperatuurtoepassing verdamper (luchttemperatuur)
°C
35
Maximale warmtapwatertemperatuur (warmtepompbedrijf)
°C
55
Maximale warmtapwatertemperatuur (warmtepompbedrijf plus elektrisch verwarmingselement)
°C
65
Verwarmingsvermogen (COP) Toepassingsgrenzen
Geluid
Geluidsdrukniveau binnen (in open terrein op 1m afstand rond de machine, gemiddeld)
Luchtdebiet
(Vrij blazend)
Algemene apparaatgegevens
Afmetingen
Warmtapwaterbuffervat
250
Diameter
mm
660
Hoogte (inclusief kanaalaansluitmoffen)
mm kg ı kg
1837
1846
105 ı 395
zonder watervulling ı met volledige watervulling
Aansluitingen
Koudwateraansluiting
…
R ¾ “ AG
Warmtapwateraansluiting
…
R ¾“ AG
Warmtapwatercirculatie
…
R ¾“ AG
Ø buiten in mm … ı …
Aantal ı vermogensniveaus Type koelmiddel ı inhoud
… ı kg
Aantal
…
19 1 ı 1 R134a ı 1,0 R134a ı 0,9 1
Bouwwijze ı materiaal
lamellenbuis ı Cu, Al
• ı •
Materiaal ı veredeling
staal ı speciale emaillering
• ı •
l ı bar
Nominaal volume ı maximaal toelaatbare bedrijfsdruk Buffervatbeveiliging
Elektrische gegevens
50
Gewicht
Koelmiddel Verdamper
52
m³/h
Condensafvoermof Compressor
dB(A)
oploselektrode van magnesium
Aansluiting
Randaardestekker met kabel
Spanningscode ı beveiliging warmtepomp
…ıA
Veiligheidsklasse ventilator
IP
Vermogen elektrisch verwarmingselement 3 ı 2 ı 1 -fase
kW ı kW ı kW
Warmtewisselaar voor Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk in de warmtewisselaar bijverwarming *) Maximaal toelaatbare bedrijfstemperatuur van het verwarmingsmiddel in de warmtewisselaar Registerverwarmingsoppervlak (gladde buis) Warmtepompregelaar
in de leveringsomvang: • ja
285 ı 10 1¼“ • 1~/N/PE/230V/50Hz ı 10 44 — ı — ı 1,5
bar
16
°C
90
m2
0,95
— nee
•
*) Regeling tweede warmteopwekker door klant te leveren
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
31
Vrije opvoerhoogte / luchtvolumestroom
BWP 306S / BWP 306S
[Pa] 1) 250
200
150
100
50
0 0
50
100
150
200
250
[m³/h] 2) 1) Druk 2) Luchthoeveelheid
32
Aanwijzing.
Wij raden aan om het totale externe drukverlies onder de 100 Pa te houden.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
300
BWP 306S
Maatschetsen 52,50
660
M
14 11 513
8
1748
10 13 9 788 365
15
139
16 12 M-M
+5 105 - 25
+5 37 - 25
M
17
160 125
490 144,5
1
7 6 3
0° 12
°
136,4
120
132,4
4
2
5
160
Toelichting: Alle afmetingen in mm. 1 2 3 4 5 6 7 8 9
Toevoerlucht Afvoerlucht Regelaarprintplaat Condensafvoermof Compressor Magneetventiel Terugslagklep Warmtapwaterbuffervat Flensdeksel / serviceopening met dompelbus voor externe voeler
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
10 11 12 13 14 15 16 17
Elektrisch verwarmingselement R 1½" bu Oploselektrode R 1¼" bu Koudwateraansluiting R 3 ⁄4" bu Circulatieaansluiting R 3 ⁄4" bu Warmtapwateraansluiting R 3 ⁄4" bu Aanvoer warmtewisselaar R 3 ⁄4" bu Retour warmtewisselaar R 3 ⁄4" bu Hogedrukpressostaat
© Alpha-InnoTec GmbH
33
Massbild BWP 303(S) 61,50
A
660
513
9 6 8
11
284
1748
1809,50
12
7
366
13
138
14
A–A
+5 105 - 25
+5 37 - 25
A
10
490 1 15
12
0°
12
2
0°
3 4
5
Legende: Alle Masse in mm. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
34
Toevoerlucht Afvoerlucht Regelaarprintplaat Condensafvoermof Compressor Warmtapwaterbuffervat Flensdeksel / serviceopening met dompelbus voor externe voeler Elektrisch verwarmingselement R 1½" bu Oploselektrode R 1¼" bu Koudwateraansluiting R 3 ⁄4" bu Circulatieaansluiting R 3 ⁄4" bu Warmtapwateraansluiting R 3 ⁄4" bu Aanvoer warmtewisselaar R 3 ⁄4" bu Retour warmtewisselaar R 3 ⁄4" bu Hogedrukpressostaat Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Opstellingsplan
BWP 306(S) / BWP 303S
Toelichting: Alle A BWP 306(S) ≥ 2200
afmetingen in mm. A BWP 303(S) ≥ 2100
BWP 306(S)
BWP 303(S)
Opstelling in een nis: B ≥ 500 ≥ 200 C ≥ 500 D Opstelling tegen een rechterwand: B > 1000 C = D ≥ 200 Opstelling tegen een linkerwand: D > 1000 C = B ≥ 200
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
35
BWP 306S / BWP 303(S)
Koelcircuit
T5, T6, T7, T8 - følere/sensors/Fühler
1
9
8 T6
T5
T7
7 4
P
3
T8
5
6
2
Toelichting: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 T5 T6 T7 T8
36
Compressor Condensor Verdamper Ventilator Expansieventiel Filterdroger Hogedrukpressostaat Magneetventiel Terugslagklep Voeler Voeler Voeler Voeler
omgevingslucht (vóór koelvlak) verdamper (koelvlak) warmtapwaterbuffervat boven warmtapwaterbuffervat onder
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Hydraulisch schema
BWP 306S / BWP 303(S) 7
BWW
8
1 7
BWW-Z
8 1
4
6
1
9 10 5 8 7
K
1 n. S.
3
4
2
1
E
Toelichting: E K n. S. BWW BWW-Z 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Aftapafsluiter warmtapwaterbuffervat (op laagste punt monteren) Koudwateraansluiting Na veiligheidsklep (veiligheidsklep met 6 bar aflaatdruk boven de rand van het warmtapwaterbuffervat monteren) Warm tapwater Warmtapwatercirculatie Afsluiter Drukverminderingsklep Controleklep Terugslagklep Manometeraansluitmof Circulatiepomp Transportsluitingen Aansluitingen R ¾" bu Aanvoer warmtewisselaar R 3 ⁄4" bu Retour warmtewisselaar R 3 ⁄4" bu
Waarschuwing!
Aan de drinkwaterzijde moet bescherming tegen verbranding gegarandeerd zijn.
Let op.
Bij integratie van de warmtapwaterwarmtepomp in combinatie met een tweede warmteopwekker dient met adequate maatregelen te worden gegarandeerd dat de maximale warmtapwatertemperatuur van 70 °C en de max. toelaatbare druk van 10 bar in de hulpwarmtewisselaar van de warmtapwaterwarmtepomp niet worden overschreden!
Aanwijzing.
Het hydraulische schema is een schematische weergave, die slechts ter oriëntatie dient. Het komt niet in de plaats van de door u uit te voeren planning. In dit hydraulische schema zijn afsluitorganen, ontluchtingen en veiligheidstechnische maatregelen niet compleet ingetekend. Deze moeten volgens de plaatselijk geldende normen en voorschriften specifiek voor de installatie worden gepland en geïnstalleerd. Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
37
BWP 306S / 303S
Integratie met externe zonne-energie-installatie T9
M 45
T
T
6 R9 30
108
T8
Toelichting: 6 30 45 101 108 T8 T9 R9
Expansievat Opvangreservoir voor brinemengsel Verzegelde afsluiter Regeling (niet inbegrepen, van klant) Pompgroep zonne-energie-installatie Interne buffervatvoeler (dompelbus in het flensdeksel van de serviceopening, zie maatschetsen) Externe zonne-energievoeler (voor functie benodigd toebehoren; klem 35 en 36, zie stroomschema) Circulatiepomp zonne-energie-installatie (klem 1 en 2, zie stroomschema)
Let op.
Bij integratie van de warmtapwaterwarmtepomp in combinatie met een zonne-energie-installatie dient met adequate maatregelen te worden gegarandeerd dat de maximale warmtapwatertemperatuur van 70 °C en de max. toelaatbare druk van 10 bar in de hulpwarmtewisselaar van de warmtapwaterwarmtepomp niet worden overschreden!
Aanwijzing.
Het hydraulische schema is een schematische weergave, die slechts ter oriëntatie dient. Het komt niet in de plaats van de door u uit te voeren planning. In dit hydraulische schema zijn afsluitorganen, ontluchtingen en veiligheidstechnische maatregelen niet compleet ingetekend. Deze moeten volgens de plaatselijk geldende normen en voorschriften specifiek voor de installatie worden gepland en geïnstalleerd.
38
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Integratie met tweede warmteopwekker
BWP 306S / 303S
2 11
D 101
8 10 101 7
24
8
8
52 16 8
101
10
8 101 *) 8
Toelichting: 2 7 8 10 11 16 24 52 101 *)
Vloerverwarming / radiatoren Veiligheidsklep Afsluiting Terugslagklep Temperatuurregeling individuele ruimte Expansievat (niet inbegrepen, van klant) Manometer Gas- of olieketel Regeling (niet inbegrepen, van klant) Dompelbus voor externe voeler in het flensdeksel van de serviceopening (zie maatschetsen)
Let op.
Bij integratie van de warmtapwaterwarmtepomp in combinatie met een verwarmingsketel of een ketel met vaste brandstof dient met adequate maatregelen te worden gegarandeerd dat de maximale warmtapwatertemperatuur van 70 °C en de max. toelaatbare druk van 10 bar in de hulpwarmtewisselaar van de warmtapwaterwarmtepomp niet worden overschreden!
Aanwijzing.
Het hydraulische schema is een schematische weergave, die slechts ter oriëntatie dient. Het komt niet in de plaats van de door u uit te voeren planning. In dit hydraulische schema zijn afsluitorganen, ontluchtingen en veiligheidstechnische maatregelen niet compleet ingetekend. Deze moeten volgens de plaatselijk geldende normen en voorschriften specifiek voor de installatie worden gepland en geïnstalleerd.
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
39
BWP 303(S) / BWP 306(S)
Stroomschema PE
PE
Q1=1,6A
PE
PE
PE
PE
PE
Q2=5A
H1
Let OP. Het apparaat moet geaard zijn.
PE
H5
1 N H2 1 N H3 1 2 F H4 1
2 F 2 F 3 N 2
L1 1
1
2 F
1 F H7 1 F H8 1 F L4 3 2
2 N
H6
3
2
4
1
L2
3 PE
2 N 2 N 4
L5 1
3
2
4
1
2
L3
3
4
3
4
L6 2
3
4
5
1
2
2
KP-
Compressor
EP-
Elektrisch verwarmingselement 1,5Kw
2
S 1
H6
C
2
H7
1
MA4- Magneetventiel Ontdooiing
H8
2
2
1
80°C
1
1
1
2
VL1
EP
3
2
H5
Hogedrukpressostaat
1
H1
P-
H2
1

1
R
MA4
2
M1 BU
M1-
Ventilator
T5-
Voeler omgevingslucht (vóór koelvlak)
T6-
Voeler verdamper (koelvlak)
T7-
Voeler boven Warmtapwaterbuffervat
T8-
Voeler onder Warmtapwaterbuffervat
T9-
Extra voeler
2
H3
BN
3
PE
1
C1 2µF BK
4 3 2
L4
1 4 3
T7
2
L3
T8
1
5
4
Aansluiting Datalog
3
2
1
4
T6
L5
1 3
2
T5
L1
M1
2
Aansluiting Datalog
1
L6
3
4
T10- Voeler Start/Stop
NT-
Neteinde: 1x230V 50Hz Zekering max 13 A
NT
PE N
40
L1 1
2
PE
1
T10
T9
Aux Relais
2
3
4
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
PE
KP
Overzicht van de ingestelde waarden E0: Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
0 E2: T9 insteltemperatuur Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
21 E8: Thermische desinfectie AAN / UIT Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
0 E9: Bedrijf in koude omgevingen AAN / UIT Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
0 E10: Bedrijf in koude omgeving Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
0 E13: Minimale temperatuur vloer Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
35 E15: Hygrostaat / installatie stoppen Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
0 E16: Minimale luchthoeveelheid Fabrieksinstelling
0 E17: Partybedrijf Fabrieksinstelling
0
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
41
E18: Aantal uren voor ventilatie partybedrijf Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
3 E19: Extra functie Fabrieksinstelling
0 E20: Zonnecollector Fabrieksinstelling
5 E21: Temperatuur vermogensverlaging (TX-instel) Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
45 E23: Maximaal toelaatbare verdampingstemperatuur (Tmop) Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
25 E25: Ventilatorstand 2 Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
100 E26: Ventilatorstand 3 Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
100 E45: Laagste temperatuur van de luchtafkoeling (∆Tlucht-instel) Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
ingestelde waarde ı datum:
2 E46: Maximale reservoirtemperatuur Fabrieksinstelling
ingestelde waarde ı datum:
60
42
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
© Alpha-InnoTec GmbH
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
43
EG-conformiteitsverklaring De ondergetekende bevestigd dat de als volgt aangeduide toestellen in de door ons in omloop gebrachte uitvoering, aan de eisen van de geharmoniseerde EG-richtlijnen, de EG-veiligheidsstandaards en de productspecifieke EG-standaards voldoet. Bij wijzigingen aan een of meerdere toestellen vervalt de geldigheid van deze verklaring.
Aanduiding van de Warmtepomp/de Toestellen Warmtepomp Apparaattype
Bestelnummer
BWP 303 BWP 303S BWP 306 BWP 306S LLG 322 R LLG 322 L LLG 428 R LLG 428 L LLG 634 R LLG 634 L LLB 315 + S LG 317 TB LG 317 B
156 276 156 236 156 228 156 232 156 238 156 240 156 242 156 244 156 246 156 248 156 250 156 294 156 298
EG-Richtlijnen
EN EN EN EN EN
156 294 156 298 156 186 156 188 156 190 156 192 156 194 156 196 156 206 156 208 156 200 156 012 156 096
AT
60335-2-40 +A11 +A12 +A1 60335-2-34 60335-2-21 +A1 60335-1 +A1 +A11 +A12 +A2 55014-1/2 +A1 +A2
EN 50366 +A1
Nationale Normen/Richtlijnen
Bedrijf:
Bestelnummer
LG 317 TB LG 317 B LG 320 LG 320 R LG 320 L LG 530 LG 530 R LG 530 L LG 850 R LG 850 L LLB 317 + S LB 316 S LB 316
Geharmoniseerde EN
2006/95/EG 2004/108/EG
DE
Apparaattype
CH
Plaats, datum:
Kasendorf, 10.05.2010
Ondertekening
NL818144a
Jesper Stannow Hoofd Techniek
Ruimte voor notities
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
45
Klantenservice Adressen van klantenservice Voor een actuele lijst en andere partners van de fabrikant, zie de website www.alpha-innotec.com
AT SI Energiesysteme GmbH Hubertusgasse 10 2201 Hagenbrunn Tel.: +43 (0) 224 634388 Fax: +43 (0) 224 634320
[email protected] www.si-energie.at
Suisse romande Alpha-InnoTec Schweiz AG ch. de la Venoge 7 1025 St. Sulpice Tel.: +41 (0) 21 661 31 43 Fax: +41 (0) 21 661 31 45
[email protected] www.alpha-innotec.ch
DK ASAP Energy Tinggaardvej 7 6400 Sønderborg Tel.: +45 (0) 74 4304 80 Fax: +45 (0) 74 4304 81
[email protected] www.asap.dk
BE NATHAN Import/Export N.V.-S.A. Lozenberg 4 1932 Zaventem Tel.: +32 (0) 27 21 15 70 Fax: +32 (0) 27 25 35 53
[email protected] www.nathan.be
Ticino Alpha-InnoTec Schweiz AG Via alla Torre 2 6850 Mendriso Tel.: +41 (0) 91 646 08 81 Fax: +41 (0) 91 646 09 91
[email protected] www.alpha-innotec.ch
EE AIT-Nord OÜ Artelli 10 A 10621 Tallinn Tel.: +372 (0) 658 08 70 Fax: +372 (0) 650 18 64
[email protected] www.ait-nord.ee
CZ / SK Tepelná cerpadla AIT s.r.o. nám. Republiky 15 614 00 Brno Tel.: +420 (0) 545 21 40 03 Fax: +420 (0) 545 24 20 90
[email protected] www.alpha-innotec.cz
FR Alpha-InnoTec France EURL Parc d‘Activités "Les Couturiers" 16, rue des couturières 67240 Bischwiller Tel.: +33 (0) 3 880 624 10 Fax: +33 (0) 3 880 624 11
[email protected] www.alpha-innotec.fr
BR THERMACQUA AV. República Argentina 3021 Conj. 14 Piso L CEP 80610-260 Portao Curtiba PR Tel.: +55 (0) 41 301 566 59 Fax: +55 (0) 41 301 566 59
[email protected] www.thermacqua.com.br CH Alpha-InnoTec Schweiz AG Industriepark 6246 Altishofen Tel.: +41 (0) 62 74820 00 Fax: +41 (0) 62 74820 01
[email protected] www.alpha-innotec.ch
46
DE Alpha-InnoTec GmbH Industriestrasse 3 95359 Kasendorf Tel.: +49 (0) 9228 99060 Fax: +49 (0) 9228 9906149
[email protected] www.alpha-innotec.com
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212
HU Thermo Kft. Krisztina körút 27 1122 Budapest Tel.: +36 (0) 135 620 46 Fax: +36 (0) 121 428 68
[email protected] www.alpha-innotec.hu
© Alpha-InnoTec GmbH
IE Origen Office Naas Road Muirfield Drive, Naas Road, Dublin 12 Tel.: +353 (0) 141 919 19 Fax: +353 (0) 145 848 06
[email protected] www.origen.ie
PL Hydro-Tech ul. Zakładowa 4D 62-510 Konin Tel.: +48 (0) 63 245 34 79 Fax: +48 (0) 63 242 37 28
[email protected] www.hydro-tech.pl
IT Forti Consult SAS Zona Artigianale Nord, 8 39040 ORA - BZ Tel.: +39 04 71 811 460 Fax: +39 04 71 811 461
[email protected] www.alpha-innotec.it
PT GudEnergy Energias Renováveis, Lda. Av. O Século, 21 r/c D.to 2135-231 Samora Correia Tel.: +351 (0) 263 652 727 Fax: +351 (0) 263 652 526
[email protected] www.gudenergy.pt
LT UAB TENKO Baltic Aukštaiciu g. 7 11341 Vilnius Tel.: +370 526 435 82 Fax: +370 526 435 83
[email protected] www.tenko.lt NL NATHAN Import/Export B.V. Impact 73 6921 RZ Duiven Tel.: +31 (0) 26 445 98 45 Fax: +31 (0) 26 445 93 73
[email protected] www.nathan.nl
UK Econic Ltd Marsham Norwich Road Norfolk NR 10 5PQ Tel.: +44 (0) 16 032 770 40 Fax: +44 (0) 87 091 203 08
[email protected] www.econicres.com
20110224
SE Bjärneroth Teknik Evas väg 5 280 64 Glimåkra Tel.: +46 (0) 708 420 544 Fax: +46 (0) 444 222 0
[email protected] www.btait.se SI EkoEnergija d.o.o. Mače 6 4205 Preddvor Tel.: +386 (0) 42 555 780 Fax: +386 (0) 42 555 782
[email protected] www.ekoenergija.eu
NO Alpha-InnoTec Norge AS Gamle Forusveien 51b 4033 Stavanger Tel.: +47 (0) 51 6605 95 Fax: +47 (0) 51 6605 94
[email protected] www.alpha-innotec.no
Technische wijzigingen voorbehouden. NL830250/201212 – Originalbetriebsanleitung
© Alpha-InnoTec GmbH
47