Colofon
JOURNALCOMMISSIE Kirsten Janssen Bob Rambonnet Nick Sint Nicolaas Robert Beers Joleen Blom Maria van der Linden REDACTIELEDEN Hoofdredactrice: Kirsten Janssen Vormgeefster: Carmen Loh Eindredactie: Bob Rambonnet Nick Sint Nicolaas Robert Beers BESTUUR VAN TANUKI Praeses: Jeroen Strijbosch Ab-actis en vicevoorzitter: Kim Dang Quaestor: Robert Beers Hoofdredactrice: Kirsten Janssen Webmaster: Dave Hooghiemstra Assessor: Aline Mostert COMMISSIEVOORZITTERS Eerstejaarscommissie: Aline Mostert Feestcommissie: Jeroen Strijbosch Journalcommissie: Kirsten Janssen Kampcommissie: Annette van Wanroij Koreacommissie: Maaike de Vries Kunst- en cultuurcommissie: Maaike de Vries Lustrumcommissie: Annette van Wanroij Reiscommissie: Aranka Leonard RAAD VAN TOEZICHT Bob Nijkamp Isaura van den Berg Yori van Hout DRUKKERIJ Labor Vincit
2
社説
Editorial van de hoofdredactrice En toen was het eerste blok van het collegejaar alweer voorbij! Iedereen is weer druk in de weer geweest. De een met zijn minor, de ander met hangul leren lezen en de ander weer met Japans recht. De vraag “hoe is het?” wordt niet meer oer-Nederlands beantwoord met “ja, goed!” maar met “druk” of “moe”. Toch moet dit de leukste tijd van ons leven zijn, dus we kunnen er maar beter uithalen wat erin zit! We hebben gedanst tot we erbij neervielen op het eerste Tanukifeest, we hebben onze kennis verrijkt met het Boeddhisme tijdens Research in Progress en we hebben de eerste ronde tentamens en/of papers weer overleefd. Hoe gaat blok twee eruit zien? Ik spreek namens Tanuki als ik zeg dat we hopen met jou! Niet alleen studiepunten halen is waar het bij studeren om draait. Het is ook belangrijk dat je na het weekend jezelf op maandag (al dan niet met een gezonde portie tegenzin) naar college sleurt en naast al dat studeren leuke afleiding krijgt, al dan niet studiegerelateerd. Ook al heb je veel te doen, kom gezellig naar de filmavonden, borrels en lezingen. Belangrijk detail is dat de vereniging Tanuki dit jaar dertig jaar bestaat waardoor we extra gaan uitpakken. Word lid van onze nieuwe facebookgroep en houd www. tanuki.nl in de gaten zodat we onze studententijd zo goed mogelijk kunnen vullen. Voor je het weet is het weer voorbij! Kirsten Janssen
Op de voorkant Deze foto heb ik afgelopen augustus gemaakt in Tokyo. De 浅 草寺; Sensouji is de oudste tempel in Tokyo en ligt in de wijk 浅草; Asakusa. In de tempel wordt 観 音; Kannon (ook bekend als Guan Yin) vereerd. Het is een echte toeristentrekker, mede door de vele kraampjes met souvenirs, in Japan お土産; omiyage genoemd. Ik ben hier elke dag van mijn week in Tokyo geweest, en elke dag was het hier gezellig druk, ook die ene dag dat het stortregende. Of je nu wilt weten hoeveel geluk je hebt, je schaafijs of rijstcrackers wilt eten of als je een waaier wilt kopen voor het thuisfront; bij de Sensouji kun je terecht!
目次 Inhoud
TANUKI SHINBUN Tanuki bestuur 2011-2012 Tanuki-kamp Bezoek van de 名城大学 Eerste Tanukifeest van het jaar
4 6 8 10
JAPAN Nieuws uit Japan Agepoyo! De Japanse souvenircultuur
12 15 16
MEDIA Filmrecensie: ‘愛のむきだし 19 Ervaar Tokyo vanuit je bureaustoel 20 Game: Professor Layton 21 KOREA
Hangul Dag KARA steps it up
22 24
COLUMNS Interview met 山本先生 Het Yaesu zomerprogramma Column : Joleen Kim’s Kitchen
11 26 28 30
3
Tanuki bestuur 2011-2012
Tijdens de constitutieborrel begin september vond de officiële bestuurswissel plaats. Sindsdien zwaait praeses Jeroen met zijn team de scepter over alles dat heilig is in en rondom het Arsenaal (kamers van de docenten niet inbegrepen). Als zij besluiten een feest met het thema ‘Diep in de zee’ te geven, dan gehoorzamen wij en trekken wij onze strakste Speedo’s aan. Maar... wie zijn die lui nou eigenlijk?
Praeses Jeroen is de voorzitter van Tanuki, het hoofd en daarmee het gezicht van de vereniging. Onmiddellijk na zijn terugkomst van een jaar studeren in Nagasaki nam hij het heft in handen, ondanks zijn hevige jetlag. Hij is zo druk bezig met studeren en muziek luisteren, dat het scheren er een beetje bij in schiet. Maar als ik net zo’n magnifieke baard zou hebben als Jeroen, zou ik de mijne ook laten staan.
Jeroens rechterhand is ab-actis Kim, de secretaris van Tanuki. Deze joviale Vietnamese is misschien klein van formaat, maar groots qua ambitie en passie. Als ze niet aan het bikkelen is voor haar studie, dan hangt ze wel rond met vriendinnen. Als de ouderejaars onder ons de fantastische feesten van vorig jaar nog kunnen herinneren, is dat mede door het toedoen van Kim. Ook een goede smaak schoenen, trouwens.
De alom bekende Robert, beter bekend als ‘De Beerser’, neemt dit jaar de taak van quaestor op zich. Als deze populaire penningmeester eenmaal zijn haar in model heeft, dan houdt niemand hem meer tegen en geniet hij met volle teugen van het leven. Als hij last heeft van een bad hair day, dan... tja. Heb jij echter een bad hair day en ken je Robert nog niet, dan zul je De Beerser vast en zeker horen (zuchten).
4
De verantwoordelijke voor deze journal dit jaar is Kirsten, de hoofdredactrice van de TaTanukiKi. Het enige wat haar creativiteit weet te overtreffen, is haar vrolijkheid en enthousiasme. Ondanks de zenuwen begint ze goedlachs aan tentamens, vult de antwoorden in like a boss en stapt vervolgens onverminderd vrolijk het lokaal uit. Dit zonnetje van het Arsenaal heeft afgelopen vakantie in Japan gezeten, vandaar de druilerige zomer in Nederland.
Als je webmaster Dave ziet, krijg je het idee dat hij 24 uur per dag, 7 dagen in de week in de sportschool is. Maar niets is minder waar. Integendeel, naast het trainen van zijn borstspieren, oefent Dave net zo graag de meer complexe kanjikarakters. Dat zijn echter niet de enige trainingen die zijn armen krijgen. Ook het heffen van bierglazen naar de mond is iets dat je Dave vaker dan eens zult zien doen, zeker tijdens Tanukifeesten.
Hoewel de kersverse assessor Aline net is begonnen met het studeren van Japans, lijkt het erop alsof het Arsenaal al haar tweede thuis is. Een praatje met hem, een praatje met haar. In de korte tijd dat ik deze exotische meid heb ontmoet, merkte ik dat op dat ze bovengemiddeld geduldig is en interesse toont in haar al medestudenten. Wat ze ook aan vooroordelen hebben over eerstejaars, Aline maakt er korte metten mee.
Namens het oude bestuur wens ik niet alleen het nieuwe bestuur, maar ook alle Tanukileden een succesvol collegejaar met hopelijk veel leuke feesten, borrels, lezingen en natuurlijk uitstapjes! Tekst door Guan van Zoggel, foto’s door Mario Keijlard
5
Tanuki-kamp Het Tanuki-kamp was een mooie en warme ervaring. Het begon met de reis ernaartoe. De bus naar het kamp was dé plek waar veel eerstejaars Japanologen en Koreanisten elkaar voor het eerst zagen. Het leuke hiervan was dat iedereen heel anders is, maar tegelijkertijd iets van zichzelf in de ander herkende. Bij deze eerste ontmoeting werd één algemeen kenmerk zichtbaar. Iedereen droeg eenzelfde soort vriendelijkheid over zich heen, die (waar ik nu achter ben gekomen) zo kenmerkend is voor Japanologen en Koreanisten. Iedereen praat met iedereen, heeft het naar zijn zin met de ander en niemand wordt buitengesloten. Die busreis liet zien hoe de eerstejaars hun jaar gingen invullen: samen. Dit vriendschappelijke gevoel is heel het kamp gebleven en was voor mij de basis van de geslaagdheid van het kamp.
zo vervaarlijke vraag : “Waarom heb jij Japanologie gekozen?” Deze vraag is zo gebruikelijk dat men vaak al een antwoord klaar had liggen. Na deze algemene ontmoeting met de kamplocatie werden de slaapzalen gevuld en onderverdeeld. Hierna begon het echte kamp: de kennismaking met de ouderejaars en de activiteiten. Men werd in groepjes verdeeld en de witte shirts werden tevoorschijn getoverd (ook de snel geïmproviseerde witte shirts voor men die zijn witte shirt vergeten was). Deze leuke groupbonding werd afgesloten met een heerlijke maaltijd van de twee vrijwillige koks. Daarna was er de dropping, waarbij men verdacht snel weer terug was... (GPS?)
De volgende morgen werd ingeluid met een militaire ontwaking, compleet met grote pan en houten soeplepel. Na een fijn ontbijtje was iedereen klaar voor de activiteit: het ‘drugs’spel. De ouderejaars moesten de losrennende drugskoeriers (bewapend met zakjes XTC van het Na de busreis kwamen we aan op merk M&M) tikken/grijpen voordat het kamp. Men was te spreken over de drugs geleverd werden. Na heel de locatie en ging het een beetje wat rennen, uitglijden, falende tacverkennen. Er werd druk gepraat tieken en soms wat valsspelen was over anime, films, drama’s en de o het spel voorbij. Hierna begon het 6
aan Japanologen aangepaste weerwolvenspel, het oni spel. Het spel was leuk in het Japanse thema geplaatst en werd uitvoerig gespeeld, met de bijbehorende foutjes en grapjes. `
en zingende mensen en in een donker hoekje het Silent Toshokan spel. Een spel waarbij je in stilte een kaartje moet trekken en als je de ongelukkige bent, moet je een opdracht doen. Van billenkoek met een houten zwaard tot een ballon oppompen in je shirt, alles gebeurde met een enorm gelach. Na het eten kwam de vossenjacht met opdrachten die uiteen liepen van Super Mario krijten en eten uit zakjes raden tot een skippybalparcours en vragen over Japanse personen.
De volgende morgen was het toch echt de laatste dag. Ik werd tot mijn verbazing tot assessor gekozen Toen kwamen de workshops die (kwam dat door mijn antwoord op voor heel wat spierpijn, blauwe plek- de vraag “Wat zou je veranderen ken en gelach zorgden. De workshopaan Robert?” of door mijn geweldige Yosakoi (een Japanse festivaldans) octopus dansmoves?) en had ik met bijvoorbeeld. Een leuke en ook best mijn groepje (5) gewonnen! Voor mij grappige dans; met zijn allen snel dus een extra leuk einde aan zo’n ‘het visnet binnenhalen’. Bonjour, leuk kamp. De extreme stortbui die spierpijn! Ook werden er workshops volgde was het slot op een geslaagd origami, sumo, Silent Toshokan, kamp en wij wisten dat na deze bui Japanse drankspelletjes en shogi ons eerste jaar Japanstudies nu toch (Japanse schaak) gegeven. Een zaal echt zou beginnen. Door Aline Mostert gevuld met mooie kraanvogels, heel geconcentreerde mensen, klappende
7
Bezoek van de 名城大学 Ook dit jaar kwam een groep studenten en docenten van de 名城大学 (‘Meijo Daigaku;’ de Meijo Universiteit) te Nagoya een bezoek van twee dagen brengen aan Leiden. Met het bestuur van Tanuki en een aantal ouderejaars stond ik vrijdag 9 september bij het Arsenaal te wachten op de groep van 22 studenten economie en twee van hun docenten die om 10.00 uur zouden arriveren. Geheel on-Japans waren ze een kwartier te laat. Heeft iemand ze het Leids kwartiertje uitgelegd? We stelden ons kort aan hen voor en liepen door richting Lipsius, UB en Wijkplaats. Daar gaven we ze tijdens een rondleiding informatie over de gebouwen en vielen we een eerstejaars Tekstencollege van Yoshiokasensei binnen. Een jongen genaamd Shougo introduceerde zijn groep in het Engels (lees: Japanglish) en Yoshioka-sensei stelde voor om de eerstejaars te laten oefenen met de Japanse studenten. Hier kwamen de Japanners een beetje los. Na veel gebloos en gegiechel werden de zinnen door de eerstejaars voorgelezen en na afloop maakte sommige Japanse ‘sensei’ nog een foto met hun Nederlandse leerlingen. We vervolgden onze weg naar het Academiegebouw en wezen op het Rapenburg het Sieboldhuis aan evenals het befaamde paaltje waar de Japanse keizer zijn hand op had gelegd tijdens zijn bezoek aan Leiden in 2000. Daarna was het tijd voor de lunch. Om 13.30 uur verzamelden we weer bij het Lipsius om naar presentaties te luisteren van de Japanse studenten. Deze presentaties stonden in het teken van de ramp van 11 maart eerder dit jaar. Geheel tegen onze verwachting in was alles in het Engels. Hoewel de studenten de rampen niet persoonlijk hadden hoeven meemaken, vertelden ze wel hoe hun land is getroffen en vertelden heel politiek correct hoe hun regering snel en goed gehandeld heeft. 8
Na de presentaties gingen we voor een korte maar sfeervolle borrel naar de Burcht. Op weg naar de Burcht bleek dat er wat groepjes waren ontstaan en werd door iedereen Japans gesproken, vloeiend of met losse woorden en alles daartussen. De studenten waar ik me bij had aangesloten probeerden me wat straattaal bij te brengen: ‘あげぽよ!’ (‘agepoyo!’), met het gebaar alsof je iemand belooft terug te bellen. Rond 18.00 uur arriveerden we bij pannenkoekenhuis Oudt Leyden, waar de groep Japanologen weer was gegroeid waardoor het een uitgelaten aangelegenheid werd. Aan tafel één hoorde ik vooral veel ge’KAAS!’ als er een foto werd gemaakt, aan mijn tafel klonk veel ge‘agepoyo!’, en de andere twee tafels waren meer van de goede gesprekken en de jetlags. Toen iedereen goed gegeten had, deelden de docenten aan iedere Nederlander een T-shirt uit als cadeau. Een geslaagde eerste dag! Dag twee begon om 12.00 uur bij de Hortus Botanicus. Veel Japanologen van de dag ervoor waren ook deze dag gekomen, waardoor de gesprekken snel weer op gang kwamen. Om 15.00 uur was het plan dat de Japanners naar Den Haag gingen voor een voetbalwedstrijd, dus omdat we veel te zien hadden in weinig tijd liepen we snel door naar de volgende stop: de Lakenhal. Niet iedere Japanner begreep dit museum even goed, maar nadat ik probeerde uit te leggen dat Leiden vroeger beroemd was om de stoffen die hier gemaakt werden en ze het portret van de Staalmeesters liet zien, leken de kwartjes te vallen.
Na dit bezoek maakte ik iedereen enthousiast door te zeggen dat de laatste stop een molen zou zijn. Niet alleen de zeven verdiepingen en de ouderwetse kamers vielen in de smaak, maar ook het ‘balkon’ waar iedereen foto’s maakte van het uitzicht en van het lekkere weer stond te genieten. Nadat er souvenirs waren gekocht en we alle Japanners weer bij elkaar hadden weten te krijgen, deelden we als お土産(‘omiyage;’ geschenk) Oudhollandse snoepjes en stroopwafels uit. Nadat we hen terug naar hun hotel begeleidden, iedereen elkaar de hand schudde, e-mailadressen uitgewisseld werden en de laatste groepsfoto’s werden gemaakt, was het Meijo Daigaku-avontuur van dit jaar weer afgelopen. Tot volgend jaar! Door Kirsten Janssen 9
Eerste Tanukifeest van het jaar “Diep in de zee” was het thema van het eerste Tanuki feest van dit collegejaar. Op 29 september had zich in Dok2 een opvallend gekleed gezelschap verzameld. Van kapiteins, matrozen en Popeye tot kwallen, eendjes, de zee zelf en diverse figuren uit Ariël de kleine zeemeermin: velen hadden gehoor gegeven aan de dresscode.
Met een welkomstdrankje en een muziekmix van de hand van onze praeses zat de sfeer er weer snel in. De feestcommissie had Dok2 omgetoverd tot een heus aquarium door middel van ontelbare badeendjes, bellenblaas en zelfs opblaaswalvissen in visnetten aan het plafond.
Naast de vele Japanologen waren ook de Koreanisten goed vertegenwoordigd en ook het bestuur van SVS feestte gezellig mee. In totaal was de opkomst ruim honderdvijftig man. Omdat iedereen enthousiast op de K-pop en de surfnummers meedanste, kregen we een zaal erbij om iedereen kwijt te kunnen.
De sfeer was zo goed dat het feest pas in de late uurtjes tot zijn eind kwam voordat iedereen richting huis ging. Het was een awesome feest en vele zullen volgen, laat dat maar aan onze feestco over! Zie je bij het volgende feest! Door Kirsten Janssen
10
Interview met Yamamoto-sensei Kunt u zich kort voorstellen? My name is 山本絵美; Yamamoto Emi. I am a Japanese teacher. Hoe komt u in Nederland terecht? Welke academische weg heeft u daarvoor afgelegd? When I was a BA student in Tokyo I studied Japanese language education. I passed the Japanese Language Teaching Competency Test as well. I came to the Netherlands three years ago and got a MA degree (Asian Studies, Leiden University). During my master program I was teaching Japanese at Utrecht University. I am also a doctoral student at Waseda University now. Wat zijn in uw ogen de pluspunten van Nederland? What I like about the Netherlands: people are friendly and relaxed, cities are beautiful, trains are not so busy (compared to Tokyo), coffee is delicious and Dutch is an interesting language. En wat vindt u niet leuk aan Nederland? What I do not like about the Netherlands: patat (I don't like the smell but there are the shops everywhere...) and clothes are expensive and too big. Wat wilde u vroeger graag worden? I wanted to be an Arctic explorer or a writer when I was a child. Wat zijn uw hobby’s? My hobbies are watching films and dramas and writing scripts.
山 本 絵 美 先 生
With best wishes, Yamamoto Emi
Door Kirsten Janssen
11
Nieuws uit Japan Kan neemt ontslag In navolging van de Japanse traditie om slechts korte tijd als ministerpresident te dienen, is voormalig minister-president 菅直人 (Kan Naoto) eind augustus officieel afgetreden. Hij is opgevolgd door zijn minister van Financiën en partijgenoot 野田佳彦 (Noda Yoshihiko). Noda won de interne verkiezing binnen de Democratische Partij van Japan (民主 党; ‘Minshutou’), waarin hij het onder andere opnam tegen de voormalig minister van Economie, Handel en Industrie 海江田万里 (Kaieda Banri). Voor Noda wacht de zware taak om met zijn regering Japan door de nasleep van de rampen van 2011 heen te loodsen. Als zesde ministerpresident in vijf jaar is het ook aan hem om aan te tonen dat Japan niet aan politieke en economische daadkracht heeft ingeboet. Onder de last van een torenhoge nationale schuld zullen pijnlijke beslissingen genomen moeten worden om de heropbouw van Japan en de Japanse economie te bekostigen. Bovendien zal Noda een nieuw beleid moeten formuleren ten aanzien van Japans kerncentrales. Want hoewel voormalig minister-president Kan steeds feller tegen kernenergie tekeer ging, zal Noda voor Japan een realistische uitweg moeten zien te vinden in het energievraagstuk.
Een te sterke yen De Nederlandse toerist merkt het ook, door de dure yen (円; ‘en’) is je euro een stuk minder waard dan enkele jaren geleden. Hoewel het handig is voor de Japanse consument, zorgt de dure yen voor veel kopzorgen bij Japanse producten. Vooral voor de Amerikaanse consument, traditioneel een belangrijke afzetmarkt voor Japanse exporteurs, zijn de Japanse producten een stuk duurder geworden. De Japanse overheid heeft het afgelopen jaar vaak laten horen dat het de problemen onderkent en maatregelen zal nemen om de waarde van de yen te verminderen. Enkele malen zijn er ook daadwerkelijk valuta-interventies geweest, doch zonder noemenswaardige resultaten. De 12
ramp van 11 maart, de voortdurende instabiliteit rond 福島 (‘Fukushima’) en de onzekere politieke situatie hebben ook hun uitwerking niet gemist op de Japanse economie. Het is onzeker of Japan veel hulp kan verwachten vanuit de wereldeconomie. Internationaal is het de Europese schuldencrisis die de toon slaat en de yen enkel verder onder druk zet. Maar zoals de nieuwe minister voor Nationale Strategie, Economisch en Fiscaal Beleid 古川元久 (Furukawa Motohisa) zegt: "Japanse bedrijven zullen competitief moeten zijn onafhankelijk van hoe de yen het doet. Japan kan niet altijd in het defensief blijven, het zal ook moeten aanvallen!"
Een half jaar later... In september was er alweer een half jaar verstreken sinds de ramp die Japan trof op 11 maart. In veel getroffen gebieden wordt er herbouwd, maar het zal nog jaren duren voordat er gesproken kan worden van een fysiek herstel. Ook de kernreactorcrisis in Fukushima is nog altijd gaande. Er blijven kleine hoeveelheden straling lekken en de directe omgeving zal zonder twijfel nog decennia lang onbewoonbaar blijven. TEPCO, de eigenaar van de kerncentrales, streeft ernaar de situatie eind dit jaar onder controle te hebben. Overal blijft er wat nervositeit bestaan wat betreft de mogelijke verregaande gevolgen van de straling. In heel Japan worden diverse etenswaren regelmatig getest op straling en de regering plaatst de uitslagen van deze tests online om de bevolking gerust te stellen. Niet verrassend is dat de algemene publieke houding tegenover kernenergie extreem negatief is geworden, wat wel duidelijk werd uit meerdere massale protesten op 11 september.
Primetime Yakuza Eén van Japans grootste beroemdheden is onlangs met pensioen gegaan vanwege een yakuza-schandaal. Yakuza worden ook wel de Japanse maffia genoemd en kenmerken zich vooral met tatoeages. 島田紳助 (Shimada Shinsuke), ooit begonnen als komiek, is al ruim 25 jaar een vast gezicht op de Japanse televisie. Hij vulde de laatste jaren met diverse programma’s op meerdere zenders veel Primetime. Een avondje tv kijken zonder Shimada voorbij te zien komen was haast 13
niet in te denken. Dit tijdperk kwam echter abrupt ten einde. De 55-jarige tv-persoonlijkheid gaf in een persconferentie aan dat hij stopt omdat aan het licht is gekomen dat hij banden heeft met de Japanse maffia. De enige toelichting die hij wilde geven is dat de yakuza zo’n tien jaar geleden een ‘persoonlijk probleem’ voor hem heeft opgelost en hij sindsdien nog sporadisch contact heeft gehad met enkele leden. Slecht nieuws voor zijn miljoenen fans dus, maar banden met de yakuza worden vandaag de dag niet meer getolereerd. Eerder dit jaar kwam ook de betrokkenheid van de maffia bij het sumoworstelen in de spotlight te staan en dit wordt grondig onderzocht door de politie. Daarnaast neemt nieuwe anti-yakuza wetgeving in oktober zijn intrede om de invloed van de georganiseerde misdaad in de zakenwereld in te perken. Wereldkampioen voetbal! Het Japanse vrouwenelftal is eind juli wereldkampioen voetbal geworden! Japan is hiermee pas het vierde land dat deze titel heeft weten te winnen. Het team treedt hiermee in de voetstappen van de VS (2x), Duitsland (2x) en Noorwegen (1x). Het WK wordt sinds 1991 net als de mannelijke variant om de vier jaar gehouden en vond ditmaal plaats in Duitsland. De wijdverspreide aandacht die de mannen krijgen ontvangen de dames nog niet, maar ook dit jaar werd het duidelijk dat de interesse significant aan het groeien is. Japan stond in de finale tegenover de VS en het was geen gemakkelijke wedstrijd. Het draaide uit op een penaltyronde waar de Japanse dames overwonnen. Dit is een mooie mijlpaal in de Japanse sportgeschiedenis en over 4 jaar mogen ze hun titel gaan verdedigen in Canada. Door Bob Rambonnet en Nick Sint Nicolaas
14
Agepoyo! Tútsje, fa waka, zwaffelen, sjiek is miech dat. De taal die je op de Nederlandse straten hoort staat soms ver van wat je tijdens de Nederlandse les meekrijgt. Hetzelfde geldt voor Japan, dat evenzeer veel dialecten kent en waar de jongeren er ook vaak hun eigen taal op nahouden. Toen afgelopen maand een groep studenten van de Meijo Universiteit uit Nagoya Leiden bezocht, viel één woord mij in het bijzonder op: “あげぽよ; agepoyo”! De studentes die deze kreet bezigden, legden uit dat ze het gebruikten bij een moment van ‘high tension’. Dit leverde voor mij in eerste instantie enige verwarring op. Het Japanse woord ‘テンショ ン; tenshon’ bleek hier echter beter te vertalen met ‘excitement’ dan ‘tension’. Het wordt dus gebruikt als je ergens erg blij over bent, oftewel in een positieve spanning zit. Maar waar komt het woord vandaan? Een korte zoektocht op het internet leert dat het woord populair is geworden binnen de subcultuur van de ‘ギャル; gyaru’ (‘gals’). Hoewel agepoyo nog steeds onbekend is bij veel volwassenen, is het woord langzamerhand ook populair geworden onder studentes en wordt het zelfs door jongens gebruikt. In 2010 kwam het woord op de tweede plek in de ‘女子中高生 ケータイ 流行語大賞; Joshichuukousei Keitai Ryuukougotaishou’ een prijs voor de meeste trendy woorden die vrouwelijke scholieren op hun mobieltje (ケータイ; keitai) gebruiken. Bovendien levert een zoekopdracht op Google meer dan zeven miljoen resultaten op, wat veel zegt over de populariteit van het woord. De etymologische herkomst van het woord is te vinden in de uitdrukking ‘テンションがあがる; tenshon ga agaru,’ wat vrij vertaald kan worden als ‘de spanning stijgt’ of ‘opgewonden raken’. Een verkorte variant hiervan werd ‘あげあげ; ageage’ wat weer verder werd verkort tot ‘あ げ; age’. Het suffix ‘ぽよ; poyo’ heeft zelf geen betekenis, maar is door de gyaru toegevoegd in een poging het schattiger te laten klinken. Door Bob Rambonnet
15
De Japanse souvenircultuur Wie in Japan geweest is kan meepraten over de verscheidenheid aan souvenirs die te vinden zijn in het Japanse straatbeeld. Bij populaire bezienswaardigheden zoals tempels, beroemde gebouwen en andere points of interest zijn bijna altijd stalletjes of winkeltjes te vinden die een verscheidenheid aan handel aanprijzen die te maken heeft met de plaats of met het ‘traditionele’ Japan. Producten als waaiers, eetstokjes, en 名物; ‘meibutsu’ (regionale producten) zoals voedsel; traditionele producten, voor zover nog niks verrassends. Maar ook populair is bijvoorbeeld het breed uiteenlopende assortiment van Hello Kitty (sleutelhangers, magneetjes, miniatuurtjes, mechanische speeltjes en zo meer) met als setting de desbetreffende tempel of trekpleister. Als je lang genoeg rondkijkt, wordt de diversiteit maar vooral creativiteit van de souvenirs groter. Waar ik in dit artikel naar op zoek ga, is hoe het kan dat Japan zo’n rijke souvenircultuur kent en wat er zo typisch is aan het geven van deze cadeautjes.
Dit maakt dat Japan al vroeg een goed ontwikkelde infrastructuur had. Toerismewetenschapper Nelson Graburn beweert dat het kenmerkende aan Japans toerisme bestaat uit twee aspecten die met elkaar verbonden zijn, namelijk het bezoeken van religieuze en recreatieve plaatsen en het versterken van de sociale banden met de groep. Wat betreft het Japanse binnenlandse toerisme kan je net als Graburn stellen dat Japanners graag naar tempels en oude dorpjes gaan om hun culturele identiteit te versterken: hoe Nederlands voel jij je in, laten we zeggen, Alkmaar of Gouda? Een goed voorbeeld van het versterken van sociale banden met de groep is voor ons goed zichtbaar buiten Japan kent al van oudsher een Japan: Japanse toeristen die lange geschiedenis van binnenlands (traditioneel) in groepen reizen en toerisme. Wetenschappers zeggen vaak een strakke planning hebben dat de eerste teboekstellingen die bol staat van bezoeken aan dateren uit de 15e eeuw, beroemde plaatsen. waar dorpsgemeenschappen reisgenootschappen organiseerden Volgens bepaalde wetenschappers voor pelgrimstochten naar tempels. is het belangrijkste aspect van 16
reizen het kopen van お土産; ‘omiyage’ oftewel souvenirs. Wij Nederlanders zijn natuurlijk het idee van een souvenir geven aan familie of vriend niet vreemd, maar het voornaamste verschil tussen ons en de Japanner is dat we onze souvenirs vaak voor onszelf houden in plaats van ze weg te geven. Men zegt dat de oorsprong van deze gewoonte ligt in het ontvangen van senbetsu, dit betekent grofweg ‘verlatingsgeschenk’. Het geven van 餞別; ‘senbetsu’ is een Japanse gewoonte en houdt in dat je aan familie, vrienden, of kennissen die op reis gaan geld of andere middelen geeft met als doel ze (financieel) te ondersteunen tijdens hun tochten. Deze gewoonte stamt uit de Edo-periode, toen het bezoeken van tempels iets werd van vele standen en klassen. Omdat jij als lid van de gemeenschap een reis ging maken, vaak samen met leden van andere gemeenschappen, gaf je omgeving je geld om de reis te kunnen betalen. Op deze manier werd je eigenlijk moreel verplicht om wat terug te doen voor de mensen thuis. Om deze plicht te vervullen kocht men beeldjes, amuletten en andere dingen van religieuze waarde om de heiligheid van de tempel als het ware mee naar huis te nemen. Samen met een 土産話; ‘miyage banashi’, een spannend verhaal over de plaats, konden reizigers aan hun omgeving bewijzen dat ze bij een tempel of plaats geweest zijn en de juiste dingen hebben gedaan.
geschiedenis en een rijke traditie kent, kunnen we aannemen dat vanaf oudsher de toeristische infrastructuur geleidelijk is ontwikkeld naar de uitgebreide en laagdrempelige vorm die het nu heeft. Met andere woorden: het bezoeken van tempels en plaatsen is zo’n algemeen gebruik geworden, dat commercie in (de buurt van) tempels en trekpleisters een zeer voorname bron van inkomsten is geworden. Neem de 仲見世 通り; Nakamise-douri in 浅草; Asakusa, Tokyo. De wijk Asakusa staat bekend om het traditionele karakter die in de braderie-achtige winkelstraatjes heerst. Vanaf de 雷門; Kaminari-mon, de poort die naar de tempelgronden leidt, tot aan de 浅草寺; Sensou-ji, de hoofdtempel, vind je zover het oog reikt kraampjes die de meest uiteenlopende handel aanbieden. Dit voorbeeld toont een vergevorderde vorm aan van de toeristische industrie. Mijn persoonlijke ervaring is dat, ondanks de verschillende winkels, veel winkeltjes niet de meest essentiële of voor de hand liggende souvenirs verkopen. Met andere woorden: er ligt veel rommel tussen. Maar hoe kan het dat deze winkelstraat – met name onder Japanners – toch zo populair is?
Zoals eerder vastgesteld, is voor Japanners het geven van souvenirs een belangrijk aspect aan het maken van een reis. In een uitzending van NHK World waarin twee buitenlanders de souvenirwinkeltjes op het vliegveld Nu er is aangetoond dat van Haneda verkennen, wordt er binnenlands toerisme in Japan veel gezegd dat Japanse tieners die op 17
reis gaan soms wel 15 000 yen aan senbetsu meekrijgen speciaal voor omiyage. Wat echter niet meer zo van deze tijd is, is dat deze tieners alles braaf uitgeven aan お 守り; omamori (talismans die de drager beschermen tegen kwade krachten en geluk brengen), maar in plaats daarvan het sneller uitgeven aan modernere handelswaar met een hogere kawaii-factor. De souvenirindustrie speelt hier natuurlijk gretig op in, wat resulteert in talrijke kraampjes vol met ‘traditionele’ artikelen, maar dan immer kleiner of schattiger. Hoe kan het dus dat Japan souvenirs zo serieus neemt? Souvenirs hebben al sinds vroeger een belangrijke rol gespeeld in het maken van een reis. Ze brengen een zekere sfeer van de trekpleister over aan degene die de souvenir ontvangt. Zoals dezelfde
18
Nelson Graburn beweert, houden Japanners zich graag bezig met “nostalgische bevestiging van hun culturele omgeving.” Japanners willen graag herinnerd worden aan hoe rijk hun cultuur is en wat voor culturele hoogstandjes hun land kent. Het geven van senbetsu stelt hen in staat om toch een klein beetje mee op vakantie te gaan, en op die manier “tweedehands” de ervaring van een tempel, bezienswaardigheid, of streek kunnen beleven. Echter, natuurlijk is de toeristische industrie in Japan van tegenwoordig zoals zoveel industrieën gebouwd op pure commercie. Naast dat traditionele plaatsen als tempels de inkomsten goed kunnen gebruiken voor onderhoud, doen winkeliers het eigenlijk maar voor één ding. En dat is en blijft geld. Door Robert Beers
Filmrecensie: ‘愛のむきだし; Ai no Mukidashi’ (Love Exposure) Regisseur 園子温������������������������������������������������������ ��������������������������������������������������������� ; Sono Shion maakt al jarenlang opvallende, controversiële films. Helaas waren ze nooit echt meesterwerken te noemen. ‘Love Exposure’ (2008) is zijn meest ambitieuze project tot nu toe, alleen al vanwege het feit dat hij vier uur lang duurt! Een Japanse film die langer duurt dan epische klassiekers als ‘Dances With Wolves’ of ‘Lord of the Rings’, met op de cover een jongen met een camera, een groene parkiet en een meisje met een opgestoken middelvinger. Dit maakt de gemiddelde (Japanse) filmliefhebber toch wel heel erg nieuwsgierig. De basis van het verhaal: een ietwat vreemde jongen genaamd Yu en een ietwat vreemd meisje genaamd Yoko ontmoeten elkaar in een zeer vreemde situatie. Yu is de zoon van een priester. Zijn moeder is vroeg gestorven en vertelde hem dat hij een vrouw zoals de heilige maagd Maria moet vinden. Het een en ander gebeurt tussen Yu en zijn vader en dit leidt ertoe dat Yu uiteindelijk professioneel ‘upskirt-fotograaf-ninja’ wordt. Yoko heeft door een moeilijke jeugd een hekel aan mannen en reist rond met haar excentrieke pleegmoeder. Yu en Yoko lopen elkaar tegen het lijf in een straatgevecht, maar Yu is verkleed en de ontmoeting neemt een vreemde vorm aan. Daarnaast is er ook nog de relatie tussen Yu’s vader en Yoko’s pleegmoeder die de situatie compliceert en wanneer een manipulatieve sekteleidster genaamd Koike zich met hen gaat bemoeien, wordt het helemaal interessant. ‘Love Exposure’ mag dan wel een dikke vier uur duren, hij is boeiend van begin tot eind en zakt nergens in. De film is voor een groot deel gevuld met bizarre, maffe, soms oversekste Japanse humor. De film valt niet in een hokje te plaatsen; er is komedie, drama, romantiek, actie, thriller, noem het maar op. Alle genres worden overschreden en vele interessante onderwerpen zoals religie, familie, perversie en uiteraard leven en liefde worden aangesneden. ‘Love Exposure’ is uiterst ambitieus en slaagt met vlag en wimpel, ongetwijfeld één van DE hoogtepunten van de moderne Japanse cinema! Door Nick Sint Nicolaas
19
Ervaar Tokyo vanuit je bureaustoel Het bruisende en levendige maar ook het alledaagse van Tokyo beleven vanuit je bureaustoel; het kan. Niet alleen Tokyo, maar ook Kyoto en vele andere grote en indrukwekkende steden binnen en buiten Japan zijn gemakkelijk virtueel te bezoeken. Een groots videoproject genaamd ‘World-Cruise’ neemt ons mee door zeventien steden in tien landen. Dit project is gerealiseerd door 永川 優樹; Eikawa Yuki; een ‘traveller’ en ‘videographer’ uit Fukuoka. Een zoektocht op het internet leert dat er niet veel meer informatie over Eikawa is te vinden. Behalve de officiële site waar de ‘World Cruise’ te koop is op DVD is er ook nog een Youtubekanaal. En dat is waar de magie begint. Op dit Youtubekanaal heb je beschikking over een groot aantal van deze video’s en het kost je natuurlijk niks. Eikawa Yuki maakt fascinerende video’s van het alledaagse leven in veel grote steden. Je waant je letterlijk tussen de mensen. Dit komt door de hoge kwaliteit van de video’s en de manier waarop is gefilmd: de beelden vloeien in elkaar over en je glijdt door de straten doordat er is gefilmd met een rijdend statief. Hierdoor voelt het alsof je tussen de mensen loopt en tegelijkertijd heeft het iets dromerigs omdat het meer zweven is dan lopen. Vooral de video’s van Japan zijn een waar genot. Voor degenen die al in Japan zijn geweest kan het een gevoel van nostalgie en herkenning oproepen. Voor diegenen die er nog niet zijn geweest, geeft het vooral een fascinerend en natuurgetrouw beeld van het dagelijkse leven in Japan. De video’s hebben doorgaands een tijdspanne van zonsopgang tot zonsondergang. Er is geen afleidende achtergrond muziek of een vertellende stem, alleen de alledaagse geluiden zijn aanwezig. De video’s zijn in mijn ogen allemaal kleine kunstwerkjes die sprankelen van vitaliteit en puurheid. Oordeel zelf en beleef Japan nu, vanuit je bureaustoel. Youtube-kanaal: Officiële site: Facebook: Door Philo Ouweleen
20
http://www.youtube.com/user/egawauemon/ http://world-cruise2010.com/ http://www.facebook.com/worldcruise/
Professor Layton en de Melodie van het Spook Na twee jaar wachten is het eindelijk zo ver; het vierde deel in de Professor Layton reeks komt ook in Nederland uit! Het vierde deel heet Professor Layton en de Melodie van het Spook en is net zoals de vorige delen beschikbaar voor de Nintendo DS. Het verhaal speelt zich drie jaar voor de gebeurtenissen van Professor Layton and the Curious Village af. Je komt te weten hoe professor Layton de jonge Luke heeft ontmoet en je maakt kennis met Emmy, de assistent van de professor. Samen met Emmy moet de professor het mysterie van het Misthallery spook ontrafelen. En dit mysterie kan je ontrafelen door puzzels op te lossen. Sommige puzzels kan je even laten zitten, maar andere puzzels moet je oplossen om verder te kunnen komen in het spel. Het spel bevat bovendien een nieuw element: een losse RPG genaamd London Life, die je vrijspeelt door de game helemaal uit te spelen. Er zijn verschillende soorten puzzels om op te lossen. Zo heb je bijvoorbeeld schuifpuzzels, logische puzzels en hersenkrakers. Bij elke puzzel kun je 3 hints krijgen, mocht je er even niet uitkomen. Voor die hints moet je echter wel Hintmuntjes inleveren. Deze muntjes zijn niet onbeperkt verkrijgbaar, je moet ze in het spel zoeken. Elke puzzel heeft een andere moeilijkheidsgraad en deze wordt aangegeven met Picarats. Zo kan je precies zien of de puzzel die je maakt ook echt moeilijk is of dat je gewoon heel erg slecht bent in dit spel. Dit spel lijkt misschien makkelijk, maar verkijk je er niet op! Sommige puzzels lijken moeilijk en die heb je binnen vijf seconden opgelost. Er zijn echter ook puzzels waar je een hele dag aan kan zitten zonder de oplossing te vinden. Veel succes! Releasedatum: 25 november Prijs:
€ 39,99
Console:
Nintendo DS
Door Corine Koolhof
21
Hangul Dag Op 9 oktober wordt in Zuid-Korea ‘Hangul Dag’ gevierd, een dag in het teken van 한글; hangul, het Koreaanse schrift. Koreanen zijn over het algemeen trots op hun schrift. Dat is niet helemaal onterecht, want hangul is een van de meest wetenschappelijk ontworpen talen. In tegenstelling tot het Chinese en (tot op zekere hoogte) het Japanse schrift, is hangul een fonetisch schrift. Dat wil zeggen dat de tekens met klanken corresponderen. De 'medeklinkers' van het hangul zijn gebaseerd op de beweging en houding van de mond en de tong bij het uitspreken ervan. De elementen 'zon', ‘aarde’ en ‘mens’ zijn gebruikt om de klinkers te illustreren. Er zijn slechts 24 basistekens en een aantal gecombineerde tekens. Hangul is eind 1443 (volgens de maankalender begin 1444) uitgevonden door 세종대왕; koning SeJong de Grote. Voor die tijd gebruikten schrijvers Chinese karakters die verbasterd werden om ze Koreaans te laten klinken, 한자/漢字; hantcha genoemd. Door de complexiteit van hantcha konden slechts weinigen lezen en schrijven. Voornamelijk de 양 반; yangban (elite), die voornamelijk uit mannen bestond, kon wel lezen en schrijven. Ruim twee jaar na het ontwerpen van hangul gaf SeJong opdracht om het schrift te publiceren. De publicatie van 훈민정음; Hunmin Jeongeum, het document waarin het nieuwe schrift werd uitgelegd, gebeurde in de eerste tien dagen van de negende maand van het jaar 1446. De tiende dag was omgerekend 9 oktober op de Juliaanse kalender, de datum waarop nu in Zuid-Korea Hangul Dag gevierd wordt. In Noord-Korea wordt ook Hangul Dag gevierd, al wordt het daar 조선; Choson Dag genoemd, naar de oude naam van Korea. De datum waarop ze Choson Dag vieren is 15 januari. Op die datum zou SeJong het Hangul volledig ontworpen hebben. Na het publiceren van het Koreaanse schrift werd het niet gelijk overal gebruikt. Hangul werd gezien als zijnde een taal voor vrouwen en 22
kinderen, omdat het zo eenvoudig was. Zoals SeJong zou hebben gezegd: “Een intelligent mens leert het voor het ontbijt, een idioot leert het in tien dagen.” Schrijvers en poëten gebruikten dus nog lange tijd hantcha om te schrijven. Pas aan het eind van de zestiende eeuw werd hangul gebruikt in de literatuur. Toen werd er onder andere 가사; gasa, gezongen poëzie, gemaakt. Gasa was populair onder de vrouwelijke yangban. Daarna nam het gebruik van hangul snel toe in de literatuur en in de zeventiende eeuw werd de hangul roman een belangrijk genre. Hangul Dag werd pas veel later in het leven geroepen. In 1908 werd de Koreaanse Sociëteit opgericht. Zij hebben in 1926 voor het eerst Hangul Dag gevierd, op het 480ste jubileum. Hangul Dag heette toen 가갸; Gagya dag, naar het reciteren van het alfabet. Het Koreaanse schrift heet pas sinds 1913 hangul. Vanaf 1928 werd de herdenkingsdag Hangul Dag genoemd. Andere namen voor het Koreaanse schrift, die neerbuigend gebruikt werden door voorstanders van hantcha, zijn: • 아침글; Achimgeul (“schrift dat te leren is in een morgen") • 국문; Gungmun ("nationaal schrift") • 언문; Eonmun ("inheems schrift") • 언문; Amgeul ("vrouwenschrift"; ook geschreven als Amkeul). Am staat voor vrouwelijk • 아햇글; Ahaetgeul of 아해글; Ahaegeul ("kinderschrift") Hangul Dag werd een nationale vakantiedag toen Korea in 1945 weer zelfstandig was. Kinderen hoefden niet naar school en werknemers waren vrij op die dag. Onder druk van werkgevers die het aantal werkdagen op wilden voeren is de status van vakantiedag in 1991 weer opgeheven. Niet voor lang, want in 2006 werd het weer een vakantiedag! Hangul Dag wordt niet speciaal gevierd onder de Koreanen. Het is een gedenkdag die dan als vakantiedag gevierd wordt. Aan Hangul Dag wordt voornamelijk aandacht besteed door basisscholen in Korea. Ook worden er onder andere essaywedstrijden gehouden. Door Maria van der Linden
23
KARA steps it up “Step it up, step it up, it’s the beginning again.” Dit zijn de lyrics waarmee KARA deze maand hun comeback maakten in Korea. Een jaar van stilte, onenigheid met het platenlabel en een daverend succes in Japan later, is KARA weer helemaal klaar voor de Koreaanse markt met het nieuwe album ‘STEP’. Fans, Kamilias genoemd, werden voorbereid op de single door middel van een speciaal Youtubekanaal. Hier postte KARA video’s over aankomende optredens, videoclips en andere verrassingen. Blijkbaar met succes, want sinds de release van het album op 6 september heeft de gelijknamige single al twee prijzen in de wacht gesleept op verschillende muziekshows. Het is kenmerkend voor de groei die de vijf meiden hebben doorgemaakt sinds hun debuut als vierkoppige groep in 2007 met het album ‘The First Blooming’. Na het vertrek van lid Kim Sunghee en de toevoeging van leden Goo Hara en Kang Jiyoung, stonden de meiden in 2008 weer op het podium met een andere single (‘Pretty Girl’) en een concept wat de menigte meer aansprak. Door veel in game- en talkshows te verschijnen, verkregen de groep en haar leden een eigen identiteit. Toen in 2009 de single ‘Honey’ verschillende prijzen won werd het duidelijk dat KARA een vaste naam binnen de Koreaanse idoolindustrie was geworden. Sindsdien heeft de band meerdere singles uitgebracht waaronder ‘Lupin,’ ‘Wanna’ en later ‘Mister,’ een nummer wat grote populariteit verkreeg door de opmerkelijke “Buttshake-dance.” Zoals je al kan raden hield dit veel schudden met je achterste in. Mede door ‘Mister’ kwam de band onder de aandacht van vele reclamebedrijven, waardoor de gezichten van de meiden vrijwel niet weg te slaan waren uit de media. Na onder andere de single ‘Jumping’, die voor groot succes in Japan zorgde, is KARA nu terug met ‘STEP’, een upbeat electropop nummer dat qua beat verdacht veel lijkt op ‘Jumping’ maar desondanks niet minder catchy is. Het nummer bevat de voor KARA kenmerkende “lalalalala”-bridges en een refrein met simpel Engels wat makkelijk blijft hangen in het achterhoofd. Het is een liedje dat aanzet tot bewegen en zingen door simpele, maar goed geconstrueerde, beats en samples. Helaas lijdt ‘STEP’, zoals vele K-pop-singles van dit jaar, ook aan het beruchte plakboeksyndroom. Hieronder verstaan we dat nummers schijnen te bestaan uit stukjes van andere muziekstukken. Het knip- en plakwerk is zo overduidelijk aanwezig, dat het lijkt alsof de beat halverwege ineens 24
overslaat en je naar een geheel ander nummer luistert. Andere voorbeelden hiervan zijn 2NE1’s ‘I Am the Best’ en Super Juniors ‘Mr. Simple.’ Toch zijn de genoemde voorbeelden uitgegroeid tot megahits binnen Korea en het lijkt erop dat dit er voor ‘STEP’ ook wel in zit. Andere nummers op het album blijven mooi binnen KARA’s electropop stijl. ‘Rider’ en ‘따라와; Follow Me’ zijn net als de titelsong upbeat nummers met simpele refreinen. Iets zachter zijn de meer girly ‘Strawberry’ en ‘Date (My Boy).’ Ook heeft KARA besloten een rustige akoestische versie van ‘I Am... (나는; Ing)’ bij te voegen. Dit lied was al eerder te beluisteren op hun tweede minialbum ‘Pretty Girl’. Het album wordt mooi omlijst door een krachtige intro, ‘EY! OH!,’ en outro, ‘KARA 4 U’. Als extraatje hebben de meiden voor de limited edition, in de stijl van 2PM’s ‘Thank You’ en ZE:A’s ‘Special Day (For ZE:A’s)’, een nummer opgenomen voor de fans. ‘With My Heart (내 마음을 담아서; Dear Kamilia)’ is een teken van dankbaarheid van KARA voor de support door de jaren heen. Een mooi gebaar. ‘STEP’ is een sterke comeback van KARA. Het is catchy, vrolijk en het zingt lekker mee, of je de tekst nou kent of niet. Voor mij zijn zelfs de zoetere nummers voor herhaling vatbaar, wat het album in zijn geheel zeer aangenaam maakt om naar te luisteren. De goede afwisseling tussen uptempo nummers en wat rustigere nummers houdt de energie erin en zorgt ervoor dat ik niet de neiging heb om naar iets anders te gaan luisteren. De nummers zijn echter, afgezien van de twee ballads, niet het meest diepzinnige materiaal, maar daarvoor moet je ook niet bij KARA zijn. KARA is springen, swingen, meebrullen en gewoon plezier hebben. Door Kayleigh Herbrink
25
Het Yaesu zomerprogramma Samen met zeventien jaargenoten ging ik deze zomer naar Tokyo voor het Yaesu zomerprogramma. Eenmaal daar werden we geacht om vijf weken netjes naar school te gaan, ons huiswerk te maken en zoveel mogelijk van Tokyo te zien! Na aankomst moesten we op maandag voor het eerst naar school. Op het station van Ekoda (op tien minuten loopafstand van ons appartement) kwamen we voor het eerst in aanraking met de Japanse ochtendspits. Nadoen wat de Japanners doen is altijd goed. Dus een overvolle trein instappen doe je als volgt: je draait je om voordat je door de deur gaat en je duwt jezelf met je rug in de mensenmassa achter je. Ik kon er niks aan doen, maar in de trein barstte ik uit in een giechelbui. Want gedachten zoals “Wat voelde ik daar tegen mijn dij?”, “Wat doet die hand daar op die plek?!” en “Bah, ik voel zweet van iemand anders” schoten door mijn hoofd. Nog nooit in mijn leven heb ik zoveel lichamelijk contact gehad. Toen we aan het eind van onze reis kwamen was ik allang blij dat ik nog leefde, maar hadden we alweer nieuwe zorgen. De trein had vertraging gehad en we waren te laat, iets waar we herhaaldelijk voor waren gewaarschuwd. Daar ging onze reputatie al. School vond voor ons voornamelijk plaats op het Japan-Nederland Instituut, maar elke woensdag gingen we naar de Naganuma taalschool. De gewone dagen op school zagen er ongeveer hetzelfde uit. ’s Ochtends begonnen we met een kanjitoets en tijdens de les bespraken we teksten in het Japans. We kregen soms opdrachten om dingen te vragen aan winkelbediendes of aan andere leerlingen die Japans studeerden op de
26
Naganuma taalschool. Meestal waren de lessen om 13.30 uur afgelopen en maakten we wat huiswerk onder het genot van een 弁当; bentou (Japanse lunchbox). Daarna waren we vrij om te doen wat we wilden in Tokyo! In mijn geval probeerde ik met vrienden vaak eerst wat toeristisch of cultureel verantwoords te doen. Zoals de 明治神宮; Meiji Shrine bezoeken, naar de 東京タワー;Tokyo Tower gaan, wandelen door Ueno of Yoyogi park, genieten van het uitzicht vanuit de Tokyo Metropolitan Offices of gewoon naar de Starbucks. Maar ’s avonds liep het pas echt goed uit de hand. Bijvoorbeeld met uren rondneuzen in Book-Off stores (tweedehands boekenwinkels), カラオケ; karaoke totdat je schor was, ケ ーキ食べ放題; keeki tabehoudai (zoveel taart, ijs en chocoladefondue eten als je wilt), kattencafés, speelhallen met Dance Dance Revolution of met het losgaan op purikura-touchscreens. In de weekenden hadden we soms een uitstapje met school (zoals naar Kamakura en de Kikkomanfabriek). Nog leuker was uiteraard om je eigen weekend in te plannen, want iedereen had wel een eigen to-do list in Tokyo. Het leukste aan het leven in Tokyo zijn toch wel de dingen die zorgen voor verwarring of verbazing. Voor de shoppingaddicts zal ik alvast wat verklappen: die plastic zakken in paskamers, die zijn voor over je hoofd. Ja, je hoofd. Want blijkbaar hebben Japanse meisjes zoveel makeup op, dat ze een zak over hun hoofd moeten doen om de kleding niet te bevuilen tijdens het passen. Oh ja, een Oktoberfest terwijl het hoogzomer is, kun je zomaar tegen het lijf lopen in Tokyo. Na enige secondes van verwarring was het toch wel erg leuk om mee te doen met de bierdrinkende Japanners die in het Duits probeerden te zingen. Daarnaast is het trillen van je stoel in de bioscoop geen special effect, maar een aardbeving. Nu we weer terug zijn in Nederland missen we het verre Tokyo. Uit ellende heb ik van het weekend al mijn purikura fotootjes ingescand. Je moet toch wat hè... Door Lucia van den Brink
27
Pindakaas, hagelslag en boerenkoolstamppot
Joleen is tweedejaars Japanologe en bij velen bekend als de assessor van collegejaar 2010-2011. Deze hardwerkende, sportieve dame gaat jullie meenemen in haar gedachtegang door middel van haar terugkomende column. In deze editie heeft ze iets te vertellen over Nederlanders en hun rare gewoontes. Ik neem aan dat iedere student Japanologie een passie heeft voor Japan. Logisch, want anders studeer je het ook niet. Ieder van ons heeft wel een of meer redenen waarom je juist door dit land wordt aangetrokken en waarom je besloten hebt Japanstudies te gaan studeren. Zo ook ik, maar daar ga ik het nu niet over hebben. Vandaag wil ik het namelijk hebben over gewoonten en nee, niet over de Japanse, maar over de onze, de Nederlandse. Wat er namelijk vaak wordt vergeten, is dat door Japans te studeren je niet alleen veel te weten komt over Japan zelf, maar ook over je eigen cultuur. Ieder jaar komen er ook hier in Leiden veel internationale studenten een jaartje studeren waaronder ook Japanse studenten. Er zijn genoeg momenten om over een hapje en een drankje te kunnen kletsen met een internationale student en ze te kunnen vragen wat zij nou vreemd vinden aan de Nederlanders. Zij komen immers tijdelijk te wonen in ons kikkerlandje en maken onze cultuur en gewoonten op een andere manier mee en kunnen dus goed vertellen wat ze zo opvallend vinden aan dit land. Vaak krijg je antwoorden als "Jullie Nederlanders zijn zo direct in het antwoorden" of "Het is hier zoveel kouder en natter." Maar dit zijn de standaard antwoorden die we zo vaak tegenkomen. Een beetje Nederlander kan zelf ook nog wel wat vooroordelen en gewoonten opdreunen; we geven liever niet te veel geld uit, we prakken het liefst al het eten dat ons wordt voorgeschoteld en daarbij eten we ontzettend. veel. kaas. 28
Wat daarentegen echt amusant is, zijn de onverwachte antwoorden. Zo heb ik er ooit eens een gehoord waarbij de verteller vond dat Nederlanders spreken alsof ze hun ingewanden eruit proberen te kotsen, maar het mooiste antwoord dat ik tot nu toe heb gehoord gaat over gordijnen. Schijnbaar vond de Japanse student die dit mij vertelde het ontzettend vreemd dat Nederlanders direct hun gordijnen opendoen nadat ze zijn opgestaan, terwijl iedereen schaamteloos naar binnen kan kijken. Ik heb hem nog geprobeerd uit te leggen dat dit zeker niet de bedoeling is, maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Ik ken namelijk niemand die nog nooit een keer schaamteloos bij het huis van een ander naar binnen heeft gekeken. Om het even duidelijk te maken; ik wil zeker niet elke Nederlander over één kam scheren, maar elke cultuur heeft zo zijn opvallende gewoonten. Er zijn nu eenmaal ontzettend veel Nederlanders die hun aardappeltjes prakken en er zijn ook vrij weinig Nederlanders die niet hun kaasschaaf meenemen op vakantie naar een camping in Frankrijk. Natuurlijk zijn er ook vooroordelen over Nederlanders die minder onschuldig zijn. Vertel een buitenlander dat je uit Nederland komt en je krijgt al gauw het antwoord " The Netherlands? You from Amsterdam? You smoke pot?" Nu denk ik dat dit vooral komt door het beleid op drugs dat hier gevoerd wordt of juist niet gevoerd wordt en uiteraard woont niet elke Nederlander in Amsterdam en uiteraard blowt niet elke Nederlander, maar dat weerhoudt bepaalde mensen er niet van dat wel te denken. Dat is echter een onderwerp voor een andere keer en laat ik, voordat ik te veel afdwaal, maar vertellen wat ik in deze column duidelijk probeer te maken. Het gaat er namelijk niet om of je elke dag een boterham met hagelslag eet of dat je hart sneller gaat kloppen als je iets in de aanbieding ziet. Wat ik probeer te zeggen is dat je zelfs als een student Japanologie nooit over je eigen cultuur uitgeleerd bent. Sterker nog, je wordt zelfs meerdere malen op je eigen cultuur attent gemaakt en zoiets negeren is dus onmogelijk. Al ben je een Amerikaan, Duitser, Japanner of Nederlander, je eigen cultuur vergeten kun je niet. Door Joleen Blom
29
Kim’s Kitchen Kim houdt van koken, maar nog meer van haar culinaire hoogstandjes opeten! In deze editie onthult ze de geheimen van haar heerlijke matcha taart. De bereidingstijd voor mijn matcha taart is circa 50-60 min en de taart is voor zes tot acht personen. Zoals je vast wel weet is 抹茶; matcha een groene poederthee die veel in Japan wordt gebruikt. Deze thee is afkomstig uit China en werd in 1191 door de monnik 栄西; Eisai in Japan geïntroduceerd. Hij plantte de allereerste groene theeplanten in de tempelgronden van Kyoto. Sindsdien is de smaak van matcha steeds populairder geworden in Japan. Men gebruikt matcha met name bij de traditionele Japanse theeceremonie, maar men is de smaak van matcha ook gaan toevoegen aan andere etenswaren. Denk hierbij aan lekkernijen als matcha ijs, matcha KitKat en matcha frappuccino. Omdat ik zelf van matcha houd, heb ik eens geprobeerd of ik het kon verwerken in een taart. Het resultaat was een sompige, zoete taart... met matcha smaak! Ik heb hem nu een aantal keer gemaakt en omdat het telkens weer een hit is gebleken, heb ik besloten het recept met jullie te delen. Deze taart is perfect voor een feestje in Japans thema, een theepartijtje of gewoon lekker voor jezelf! Ingrediëntenlijst taart 1 kop zelfrijzend bakmeel 1 kop cakemeel 1 ¼ kop suiker 1 kop zonnebloemolie 1 kop vanille/gewone yoghurt 1 theelepel zout 1 theelepel baking soda* 4 tot 5 theelepels matcha poeder* 2 theelepels vanille extract 3 eieren 30
Ingrediëntenlijst glazuur 1 ¼ kop poedersuiker 2 ½ theelepel matcha poeder ½ theelepel vanille extract 1 ½ theelepel melk 2 eetlepels boter of margarine, zacht 85 gram cream cheese (kwark), zacht
*Deze ingrediënten zijn te vinden in een Aziatische supermarkt, zoals de Toko Nieuwe Wereld, Nieuwe Rijn 30, Leiden.
Materialen Taartvorm, mixer, invetkwast, zeef, kop (of klein kommetje), eetlepel, theelepel, twee beslagkommen, satéprikker. Recept Verwarm de oven alvast voor op 170 ° C en vet de taartvorm in met boter. Pak dan een beslagkom en zeef daar het zelfrijzend bakmeel, cakemeel, baking soda, zout en groene thee poeder in. Mix alles door elkaar en zet het even aan de kant. Mix in een andere beslagkom de suiker, olie en eieren tot een glad mengsel met de mixer. Meng dan het vanille extract erdoorheen. Vervolgens mix je geleidelijk het meelmengsel afwisselend met de yoghurt erdoorheen totdat het een dik beslag wordt. Doe het beslag in de taartvorm en bak de taart voor 30 tot 40 minuten in de oven. De taart is klaar als de satéprikker schoon is wanneer je hem in het midden van de taart prikt en er weer uithaalt. Het glazuur maak je door alle ingrediënten voor het glazuur door elkaar te mixen met een mixer. Laat de taart eerst even afkoelen voordat je hem glazuurt. De taart is nu klaar om opgegeten te worden, hmmm... Itadakimasu! Tips De smaak van het matcha poeder is niet heel sterk, dus voeg gerust iets meer toe als je van een sterkere smaak houdt. Je kan natuurlijk ook wat minder toevoegen als je er juist niet zo weg van bent. Door Kim Dang
31