De Wedde 11 - 13 9502 BD Stadskanaal T 0599 61 58 30 E
[email protected] www.maarsborg.nl brinnr.09BE
« Zo zijn onze manieren »
Inhoudsopgave
Blz 3 4 5-16 5 6 7 8 9 10 12 13 16 23
Onderwerp Beschrijving van de school Personeel Onderwijs op de Maarsborg Missie en visie Inrichting van het onderwijs 1-Zorgroute Handelingsgericht werken Ondersteuning en begeleiding Instructie Beredeneerd aanbod groep 1 & 2 Taakwerk en zelfstandig werken Dagelijkse werkwijze Veiligheidsbeleid
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
1
Inleiding Dit document is bedoeld voor ouders, collega’s en belangstellenden, om een beschrijving te geven van hoe wij met leerlingen, ouders, collega’s omgaan. T evens beschrijft het hoe de dagelijkse onderwijspraktijk op De Maarsborg gestalte krijgt. Ons motto is : « Wij zeggen wat wij doen en wij doen wat wij zeggen ». Iedereen die dit document leest weet hoe het in de Maarsborg gaat. Men zal alle elementen in de praktijk van elke dag in de school kunnen herkennen. In het document wordt ook verwezen naar andere documenten die informatie bevatten (Schoolontwikkelingsplan, Schoolgids, Schooljaarplan). Het is een document dat de dagelijkse praktijk weergeeft van onze lerende organisatie. Voortdurend werken wij aan de verhoging van de kwaliteit van ons onderwijs. Daardoor is dit document ook aan verandering en bijstelling onderhevig en zal enkele malen per jaar ge-update worden. Namens het team van cbs de Maarsborg te Stadskanaal, Jaap Akkerman, directeur.
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
2
Beschrijving cbs De Maarsborg Kenmerken schoolomgeving/ouders Omgevingsaspect Beschrijving Schoolomgeving “De Maarsborg” is een school die ontstaan is uit:
Voedingsgebied
Ouders / leerlingenpopulatie
Schoolgebouw
Brede school
de CBS “De Wilgen” en CBS “De Wedde”. In 1988 worden beide scholen samengevoegd en ontstaat de naam CBS “De Maarsborg”. De school telt dan 240 leerlingen. In de jaren 1988 tot en met 1994 vindt er een sterke daling plaats van het aantal leerlingen tot 160 leerlingen. Vanaf 1995 zien we een stijging van het aantal leerlingen. Momenteel bezoeken gemiddeld 200 leerlingen “De Maarsborg”. Zij zijn verdeeld in 3 kleutergroepen en 6 overige groepen. (3 t/m 8) De huidige naam van de school is door één van de toenmalige ouders bedacht en komt voort uit de families Sterenborg en Maarsing. In vroeger tijden waren dat de eerste bewoners van het gebied, die op de plaats van de school gewoond moeten hebben. In de buurt is gewerkt via een wijkontwikkelingsplan met als doel de sociaal-economische structuur te verbeteren. Veel huizen zijn afgebroken, anderen werden gerenoveerd. Een klein gedeelte van de kinderen komt uit “De Horsten”, “Waterland” en “De Borgen”, maar het overgrote deel van de kinderen woont in “Maarsveld” Het opleidingsniveau van de ouders is gemengd. Op 1 juli 2014 had 19% van de ouders een lbo opleiding deels of geheel gevolgd. Voor mbo was dat 52%, hbo/Universiteit 29% Het perc entage leerlingen van allochtone afkomst was 2,5% Relevante ontwikkelingen: tegen de verwachting in, die door de recente geboortecijfers zijn gevormd, zien we een toenemend aantal aanmeldingen van leerlingen uit andere wijken. Die ouders kiezen voor De Maarsborg omdat hen de uitstraling van de school bevalt. (onderwijskundig, pedagogisch klimaat, sfeer, gebouw, samenstelling leerlingenpopulatie) Er zijn vele ouders bij de school actief betrokken. In de schoolcommissie, als contactouder, als hulpouder. Ouderavonden worden goed bezocht. De school is gehuisvest in een gebouw dat dateert uit de zeventiger jaren. Er zijn 9 klaslokalen een aula en een bewegingslokaal voor de kleutergroepen. De interne begeleider en de directeur hebben een aparte werkruimte. Gezien de onderwijskundige ontwikkelingen is er een tekort aan ruimtes waar met (kleinere) groepen gewerkt kan worden. Organisaties in de buurt hebben de koppen bij elkaar gestoken en samen De Brede school Maarsstee gevormd, waarin ook “De Maarsborg” participeert. Er is een convenant met “Kinderopvang Stadskanaal” voor voor- en naschoolse opvang, welke gelegen is op 200 meter afstand van de school.
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
3
Personeel Gegevens personeel 2015-2016
Er werken 14 personeelsleden op de Maarsborg, 9 vrouwen en 5 mannen Functies / taken Leerkrachten onderbouw ( 1 / 2) Leerkrachten middenbouw (3 t/m 5) Leerkrachten bovenbouw ( 6 t/m 8) Interne begeleiding ICT coördinator Rekencoördinator Directie (dir.) Onderwijsassistent Klassenassistent Conciërge Administratie
Aantal
Aanstellingsomvang (Fte’s)
4 6
2,4 3,1
3 1 1 1 1 1 -
3,4 0,3 0,1 0,7 0,5 -
Vakbekwaamheid leerkrachten De leerkrachten van cbs de Maarsborg bezitten de competenties of zijn de competenties aan het ontwikkelen, die nodig zijn om passend onderwijs in de dagelijkse schoolpraktijk te realiseren: 1. De leraar gaat onnodig verlies van onderwijstijd tegen 2. De leraar realiseert de geplande onderwijstijd 3. De leraar varieert de hoeveelheid leertijd voor leerlingen, afhankelijk van hun onderwijsbehoeften 4. De leraar zorgt voor een ordelijke en functionele leeromgeving 5. De leraar toont in gedrag en taalgebruik respect voor de leerlingen 6. De leraar bevordert het onderling respect bij de leerlingen 7. De leraar ondersteunt het zelfvertrouwen van leerlingen 8. De leraar hanteert met succes de afgesproken gedragsregels 9. De leraar zorgt voor structuur in de groep 10. De leraar zorgt voor een uitdagende leeromgeving 11. De leraar stimuleert bij leerlingen de ontwikkeling van zelfstandigheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid 12. De leraar zorgt ervoor, dat de lessen een duidelijke opbouw vertonen 13. De leraar geeft een duidelijke uitleg van de leerstof en de opdrachten 14. De leraar gaat regelmatig na of leerlingen de leerstof en de opdrachten begrijpen 15. De leraar stimuleert de leerlingen actief mee te doen 16. De leraar hanteert binnen de les werkvormen die leerlingen activeren 17. De leraar stimuleert leerlingen zelfstandig gebruik te maken van informatie - en communicatietechnologie 18. De leraar bevordert dat leerlingen op een doelmatig wijze leren samenwerken en leren elkaar te ondersteunen 19. De leraar zorgt voor een grote mate van betrokkenheid van de leerlingen 20. De leraar maakt gebruik van concrete en voor leerlingen herkenbare situaties en ervaringen en geven toepassingsgeric hte opdrachten 21. De leraar geeft expliciet les in leerstrategieën 22. De leraar stimuleert leerlingen controle-activiteiten uit te voeren
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
4
23. De leraar stemt het didactisch handelen af op de behoeften en mogelijkheden van de groep leerlingen als geheel 24. De leraar houdt bij de instructie rekening met niveauverschillen tussen leerlingen 25. De leraar houdt bij de verwerking rekening met niveauverschillen tussen leerlingen 26. De leraar houdt in het taalgebruik rekening met extra behoeften van leerlingen op taalgebied (allochtone leerlingen, leerlingen met taalachterstanden) 27. De leraar organiseert het onderwijsleerproces doelmatig 28. De leraar bepaalt systematisch de vorderingen en de ontwikkeling van de leerlingen 29. De leraar analyseert systematisch de vorderingen en de ontwikkeling v an de leerlingen 30. De leraar stelt bij zorgleerlingen op systematische wijze de hulpvragen vast c.q. bij 31. De leraar zorgt ervoor, dat de organisatie van het onderwijs specifieke begeleiding van leerlingen mogelijk maakt
Onderwijs op cbs de Maarsborg Onze missie geformuleerd in het schoolveranderplan 2015-2019
Onze missie
Deze missie brengt tot uitdrukking dat de school een veilige omgeving biedt met een positief pedagogisch en didactisch klimaat, als voorwaarde om leerlingen in staat te stellen het maximum uit zichzelf te halen. Dat geldt niet alleen voor de ontwikkeling van de basisvaardigheden (taal, lezen, rekenen), maar ook alle andere aspecten van het mens zijn. (creativiteit, expressiviteit, sociale vorming, goed burgerschap, lichamelijke ontwikkeling) De periode 2015-2019 staan in de schoolontwikkeling de ontwikkeling van creativiteit, expressiviteit, sociale vorming, goed burgerschap, lichamelijke ontwikkeling centraal Onze visie Kenmerken van ons onderwijsleerproces Het uitgangspunt: De liefde van God is de basis. Het gaat uit van de totale mens met een juiste balans tussen de sociale, intellectuele en creatieve aspecten Het is doelgericht Het haalt het maximale uit de leerling en geeft ruimte voor ieders talentenontwikkeling Het geeft leerlingen positieve zelfwaardering en zelfvertrouwen Het maakt leerlingen eigenaar van hun eigen leerproces Het kent een flexibele organisatie Het coöperatief leren is dagelijkse praktijk Het gaat uit van het natuurlijk leervermogen, dus koppelt het belangstelling aan leerstof C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
5
Kenmerken van onze leraar De leraar heeft aandacht voor het kind in al zijn facetten De leraar daagt leerlingen uit en motiveert ze De leraar werkt volgens de cyclus van planmatig handelen (WaarnemenBegrijpen-Plannen-Realiseren) De leraar heeft kennis van de referentieniveaus De leraar heeft een hoge verwachting van de leerlingen De leraar streeft naar persoonlijk meesterschap De leraar maakt deel uit van een lerende organisatie De leraar werkt samen met de ouders in een sfeer van vertrouwen Kenmerken van onze werkwijze Wij creëren een sfeer van openheid en plezier Wij werken in een doorgaande lijn van klassenmanagement Wij geven instructie aangepast aan wat de leerling nodig heeft Wij leren onze kinderen zelfstandig hun taken te plannen en uit te voeren Wij hanteren in alle groepen dezelfde groeps- en schoolregels
Inrichting van het onderwijs op cbs De Maarsborg. Op cbs de Maarsborg wordt Passend Onderwijs gegeven. Passend onderwijs houdt in dat het onderwijs, zoveel als mogelijk, afgestemd is op de verschillende leer- en ontwikkelingsmogelijkheden van de leerlingen. De leraar sluit aan bij de onderwijsbehoeften van de leerlingen. De leraar maakt daarbij gebruik van uiteenlopende materialen (o.a. didactische groepsoverzichten) in instructieroutes ( IGDI). Deze preventieve ondersteuning heeft duidelijke raakvlakken met: Handelingsgericht werken (HGW) Opbrengst gericht werken (OGW) 1-zorgroute en Plan Do Check Act cyclus Opbrengstgericht werken Beter presteren vergt een cultuur van opbrengstgericht werken, gericht op verbetering van de leerresultaten van alle leerlingen. Dit doen wij door hoge doelen te stellen, gericht hieraan te werken en onze leerlingen systematisch te volgen in hun vorderingen. Hierin is een cruciale rol weggelegd voor onze leraar. Ons doel is om het maximale uit elke leerling te halen. Dit bereiken wij met een goed doordachte en doelgerichte werkwijze, waarbij we ons beleid kunnen bijsturen en gericht actie kunt ondernemen. Wij zetten ons planmatig in voor het verbeteren van de vorderingen van leerlingen. Wij analyseren daarvoor systematisch onze toetsgegevens en gebruiken die analyses om de onderwijsdoelen, inhouden en didactiek kunnen afstemmen op verschillen tussen leerlingen en voortdurend - dus niet alleen bij de toets - reflecteren op het effect van onze lessen. Gericht werken aan hoge opbrengsten betekent in de eerste plaats goed onderwijs. Dat wil zeggen onderwijs door competente leraren die effectief instructie geven. Hoe wij dat vorm geven werken wij hieronder uit.
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
6
Op cbs de Maarsborg wordt gewerkt volgens de principes van de “1-Zorgroute” waarbij handelingsgericht werken leidend is. Uitganspunten: 1.Afstemming op onderwijsbehoeften 2.Preventief en proactief denken en handelen (zie blz. 9,10) 3.Gericht op positieve aspecten 4.Interactioneel referentiekader 5.Werken met groepsplannen 6.Zorg binnen de groep 7.Leerkracht beslissende factor 8.IB-er ‘spin in het web’ 9.Kwaliteitsverbetering 10. Actieve participatie van de leerling 11. Ouders als partner 12. Systematische en transparante werkwijze 13. Relatie schoolplan-groepsplan-handelingsplan 14. Samenwerking in de regio 15. Aandacht voor in- & uitstroom (zorg)leerlingen
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
7
De stappen cyclus handelingsgericht werken in schema
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
8
Waarnemen Begrijpen Plannen
Realiseren
Waarnemen
Signaleren, informatie verzamelen, toetsen bestuderen, nader onderzoek. Benoemen van de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van de leerling. Clusteren van leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften (A, B en C-groepen) en het opstellen van een didactisch of pedagogisch groepsplan (DGP, PGP) Uitvoeren van het groepsplan. Dag en weekplanning staan in de planningsmap In de zorgzuil staat per dag aangegeven welke leerlingen specifieke onderwijsondersteuning nodig hebben, wanneer en door wie. Evaluatie van de resultaten en het doorlopen van het proces. (Product en procesevaluatie, aanbevelingen en aanknopingspunten).
De PDCA cyclus is het uitgangspunt voor de opzet van de klassenmappen: Plan = planningsmap, klassenmap met weekplanning Do = weekplanning met een zorgzuil. (eventueel een logboek bijhouden) Check = groepsgegevens in de registratiemap. Act = gegevens voor de individuele leerling bijhouden in de zorgmap.
Ondersteuning en begeleiding Preventief handelen Onze leraren richten hun onderwijs zodanig in, dat zij hun onderwijs afstemmen op hun leerlingen, met als doel het leerproces effectiever t e laten verlopen. Een leerling moet de lessen kunnen volgen. Het mag niet voorkomen dat een les veel te moeilijk voor een leerling is, of dat de leerlingen zich vervelen omdat de aangeboden stof veel te gemakkelijk is. Wij werken met verschillende niveaugroepen. Het aanbod wordt bij de basisvaardigheden wordt beschreven in didactische of pedagogische groepsplannen (DGP en PGP). De didactische en/of pedagogische varianten in leerroutes zijn opgenomen in de planningsmap. Proactief handelen De leraar toont in zijn dag- of weekplanning aan dat hij het onderwijsaanbod afstemt op de specifieke onderwijsbehoeften en hulpvragen van de leerlingen. In de planningsmap is aangegeven welke leerlingen, op welk moment van de dag of week, specifieke ondersteuning krijgen. Deze planning kan geregistreerd worden in de zogenoemde ‘zorgzuil’. Zo mogelijk worden de activiteiten kort en bondig geëvalue erd (alleen steekwoorden worden opgenomen in de zorgzuil). Curatief handelen De curatieve ondersteuning van de school is primair gericht op het wegwerken van achterstanden bij leerlingen en het aanpakken van problemen die zich voordoen. Het gaat hier ook om het corrigeren van wat fout is gegaan, of niet volgens wens is verlopen in de aanpak of opvang van leerlingen met sociaal-emotionele problemen. Leerlingen met een achterstand van een half jaar of meer worden gedefinieerd als leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte, tenzij de school kan aantonen dat de ontwikkeling van de leerling volgens verwachting is. De curatieve ondersteuning staat planmatig beschreven in de zorgmap
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
9
Didactische groepsoverzichten, groepsplannen. Op de Maarsborg werken we voor de basisvaardigheden rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen en spelling didactische groepsoverzichten, groepsplannen. De overzichten en plannen worden in september, december en maart opgesteld/bijgesteld. Uitgangspunt bij het opstellen van goede groepsplannen zijn de onderwijsbehoeften van leerlingen, zowel op pedagogisch en didactisch gebied. Het werken met groepsplannen is preventieve zorg. Op didactisch gebied spreken we van instructiebehoeften en op pedagogisch gebied van ondersteuningsbehoeften. De instructiebehoefte van een leerling wordt bepaald door een aantal factoren: • doelen die behaald moeten worden in een bepaalde periode (aanbod); • de didactische aanpak van de leraar die het best past bij deze groep leerlingen; • materialen die de leraren kunnen inzetten. Om instructiebehoeften te kunnen bepalen heeft de leraar overzicht van de leerlijnen. De leraar beschikt over een helikopterview boven de methode. De leraar is op de hoogte van de door de overheid gestelde kerndoelen en de inhoud en opbouw van de referentielijnen. Daarnaast weet de leraar ook op welke manieren leerlingen leren. De leraar volgt het onderwijsproces van de verschillende subgroepen en kan zo nodig bijsturen en/of tijdig ingrijpen. Dit heet proactief handelen. Leerlingen die ondanks alle preventieve en proactieve zorg uit de boot dreigen te vallen komen in aanmerking voor de curatieve zorg. Zij hebben een ernstige achterstand opgelopen en er zal worden geprobeerd, deze weer in te halen. Wat er zal worden gedaan aan de kern van het probleem waardoor die achterstand is opgelopen, hoe en door wie, wordt beschreven in een handelingsplan (HP). Soms is die achterstand niet meer in te halen en werkt de leerling volgens een aangepast programma. Dit programma is beschreven in een Onderwijs Ondersteuningsplan (OOP). Het werken met handelingsplannen en OOP’s moet in beperkte mate toegepast worden. In de meeste gevallen bieden. groepsoverzichten en didactisch groepsplannen (uitgesplitst per vakgebied) voldoende mogelijkheden om de juiste zorg te bieden. De curatieve zorg wordt verder beschreven in ons schoolondersteuningsprofiel. Instructie Uitgangspunt: Wij leveren maatwerk. Bij het bepalen van het aanbod en de verwerking wordt naar leerlingenniveau gedifferentieerd. Opdrachten en aanwijzingen die in het kader van zorg en begeleiding zijn opgesteld, vinden integraal binnen de lessen (en met name tijdens het zelfstandig werken) een plek. We geven expliciet les in leerstrategieën en we proberen om te werken met zoveel mogelijk concreet materiaal. In de klassen is zichtbaar gemaakt waar de kinderen op dat moment aan werken. Ons uitgangspunt is dat de leerlingen eigenaar zijn van hun eigen leerproces. Dat wil zeggen dat de leerling zelfverantwoordelijk wordt gemaakt voor zijn/haar leerproces en de eigen doelen en leerstrategieën kan bepalen. Sturen op eigenaarschap van het eigen leerproces komt tot uiting in de fases va n ons instructiemodel (IGDI, zie onder) Er wordt flexibele en adaptieve instructie gegeven, dwz. dat de instructie uitgaat van de onderwijsbehoefte van het kind. Samenwerkend leren wordt, waar mogelijk, als werkvorm binnen de instructie gehanteerd. Er wordt uitgegaan van 3 nive aus in de klas. Daarbij wordt gebruikt gemaakt van dezelfde procedures zelfstandig werken, die door iedereen altijd gehanteerd worden. De instructietafel wordt daarbij standaard gebruikt. Langere termijnopbrengsten: Klassenmanagement is op orde: Eenduidige routines C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
10
Zelfstandig werken (bevordert aspecten : relatie competentie en autonomie bij de kinderen) Differentiatie is op orde Er wordt effectief met de leertijd omgegaan. Het pedagogisch klimaat stimuleert alle aspecten van het klassenmanagement.
Onze instructie verloopt volgens het model Interactieve Gedifferentieerde Directe Instructie (IGDI-model). Dit is zichtbaar in elke les. Bij elke fase worden leerlingen geactiveerd zelf na te denken over wat ze gaan leren, wat ze daarvoor nodig hebben, welke strategieën ze willen hanteren en evalueren ze eigen werk. We onderscheiden de volgende stappen: 1. Dagelijkse terugblik 2. Presentatie (elk lesdoel aangeven op activ bord, wanden e.d. , “we gaan vandaag dit leren”) 3. Geleide inoefening (Opmerkingen: Indeling aangegeven in het groepsplan en in de “Zorgzuil” n de weekplanning. Voorinstructie voor zorg leerling, klassikale instructie plaats, verlengde instructie aan de instructietafel zolang de groepsgrootte dat mogelijk maakt, daarna de instructie voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. In de kleutergroepen vindt flexibele instructie aan kleine groepjes plaats aan de instructietafel/werktafel, in de kleine kring.) 4. Individuele verwerking 5. Periodieke terugblik 6. Terugkoppeling
Differentiëren in aanbod, instructie, verwerking en tijd Op grond van een dagelijkse analyse van de resultaten van de leerlingen wordt aangeven welke instructie een leerling de volgende dag (of week) moet ontvangen. Bij de goede leerlingen volstaat een zeer beknopte instructie (doel van de les, wat er gedaan moet worden, hulp- en correctiematerialen en wat te doen wanneer de leerling klaar is), bij anderen is een uitleg in stapjes nodig en de mogelijkheid om vragen te stellen, terwijl een derde groep leerlingen een tweede instructiemoment krijgt en met meer begeleiding aan het werk wordt gezet. Met name de twee laatstgenoemde instructies voldoen aan de kenmerken die gesteld worden aan een ‘effectieve instructie’. Naast een gedifferentieerde instructie is differentiatie in aanbod (wie moet wat doen?) en verwerking (gerichte verbredings- of verdiepingsopdrachten aangeven) praktijk. Dit betekent dat er zowel tijdens de instructie, als bij het aanbod en in de verwerking doelgericht (werken met concrete en specifieke doelen voor drie groepen) op niveau gedifferentieerd wordt. Dit betekent tevens dat er flexibel met de methoden wordt omgegaan en dat de evaluatie en de afsluiting van de les tijd en structuur verlangt (Uitgaande van de vraag “Hoe geef ik als leraar gerichte feedback op het leer- en ontwikkelingsproces van drie groepen leerlingen?”). Het geven van gerichte feedback De leraar geeft feedback (dat kan zowel mondeling als schriftelijk) op het antwoord, resultaat of het product van de leerling. Daarnaast geeft de leraar feedback op d e wijze waarop het resultaat tot stand is gekomen (het proces) en geeft zo nodig - en indien van toepassing – feedback op het sociaal functioneren van de leerlingen bij het uitvoeren van die taak (groepsproces). Ook kan de leraar de leerlingen gerichte fee dback geven op elkaars antwoord, oplossingsstrategie of sociaal functioneren. De leraar formuleert, alvorens hij/zij de les afsluit, de belangrijkste conclusies op het leerproces of corrigeert zo nodig leerlingen. Laatstgenoemde leerlingen worden aangespoord om in een vervolg les een andere werkwijze te volgen. Referentielijnen C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
11
Het is bij het leveren van maatwerk van belang dat onze leraren voldoende op de hoogte zijn van de cruciale leermomenten in de leerstof (werken met referentieniveaus) en in hun aanbod alvast rekening houden met de belangrijkste (of moeilijkste) opdrachten in de volgende toets (zowel methodegebonden als methodeonafhankelijke toetsen). Onze leerkrachten hebben grondige kennis van de inhoud van die toetsen.
De instructietafel. De instructietafel is herkenbaar in de klas aanwezig. (groep 1 en 2 aangegeven door een symbool; in groep 3 in januari door het woord) Inloopgroep: De tafel waaraan de 2 tot 3 leerlingen met de juf zitten wordt instructietafel genoemd. Groep 1b en 2: werken met individuele, of kleine groepjes leerlingen (kleine kring) gebeurt aan de instructietafel Groep 3 t/m 8 Als er meer leerlingen zijn die met dezelfde hulpvraag komen, dan worden de leerlingen geholpen aan de instructietafel. Naar eigen inzicht kan de leerkracht leerlingen die verlengde instructie nodig hebben vragen aan de instructietafel/werktafel te gaan zitten en/of een servicerondje langs de leerlingen lopen. Leerlingen vanaf groep 4, die na correctie een “O” in hun schrift vinden worden door de leerkracht aan de instructietafel geholpen op vastgestelde momenten. (“O” betekent: Op dit moment nog niet goed)
Beredeneerd aanbod groep 1&2 1. Methoden en materialen In de groepen 1 en 2 wordt gewerkt met de volgende methoden: de map “Bewegingsonderwijs in het speellokaal” de methode “Startpunt” De map “Fonemisch Bewustzijn” Voor de bovengenoemde methoden wordt een jaarplanning gehanteerd. Daarnaast wordt er gewerkt met de map “Tussendoelen en Leerlijnen” (Gerda van der Wel) De leerkracht “vertaalt” de tussendoelen in activiteiten voor de leerlingen. Deze activiteiten worden aangeboden binnen thema’s. Per dag wordt er tenminste 60 minuten besteed aan de taalontwikkeling. Denk hierbij aan gerichte taalactiviteiten, voorlezen, vertellen, kringgesprek, woordenschat-uitbreiding etc. Per dag wordt er tenminste 30 minuten besteed aan de rekenontwikkeling. Hierbij is aandacht voor getalbegrip, meten en meetkunde. 2. Planning en registratie De map “Tussendoelen en leerlijnen” bevat 10 periodes. Periode 1 t/m 5 zijn bedoeld voor groep 1 en periode 6 t/m 10 horen bij groep 2. Elke periode bevat tussendoelen verdeeld in verschillende ontwikkelingsgebieden. Elk tussendoel is gecodeerd. De leerkracht “vertaalt” de tussendoelen in activiteiten voor de leerlingen. De activiteit en de bijbehorende code staan in de dag/weekplanning van de klassenmap. De leerkracht biedt de tussendoelen verschillende keren, per periode aan. Echter steeds binnen een ander thema. De leerkracht tekent de aangeboden tussendoelen af en houd t zo overzicht op het aanbod van de tussendoelen. De leerkracht kent de opbouw van de tussendoelen per ontwikkelingsgebied. Indien nodig kan de leerkracht het aanbod aanpassen aan de behoeften van de leerlingen. C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
12
3. Toetsen en observatie De groepen 1 en 2 maken gebruik van de volgende toetsen: CITO Taal voor kleuters CITO Rekenen voor kleuters De toetsen worden afgenomen in januari en juni van beide leerjaren. De signaleringslijst (digitaal) van de methode “ZIEN’ wordt in groep 1 en 2, afgenomen in september/oktober. Indien nodig volgt een tweede afname bij zorgleerlingen. Daarnaast worden er in groep 2 de volgende toetsen afgenomen: Controletaak fonemisch bewustzijn in september en juni Kleuter-risico-screening in februari Naast de bovengenoemde toetsmomenten worden de leerlingen gevolgd in hun ontwikkeling. De bevindingen worden geregistreerd op een groepsregistratie-blad, dat behoort bij de map “Tussendoelen en Leerlijnen”. Voor zowel groep 1, als groep 2 zijn er 2 groepsregistratie-bladen.. Het ene blad geldt voor de periode augustus t/m januari. Het andere blad is bedoeld voor de periode februari t/m juni. Indien de leerkracht “twijfels” heeft t.a.v. de ontwikkeling van een leerling, kan er gebruik gemaakt worden van een kind-registratieblad.
Voor de volgende ontwikkelingsgebieden zijn kind-registratiebladen beschikbaar: Auditieve waarneming Ruimtelijke oriëntatie Visuele waarneming Fijne en grove motoriek Taal-denken / taal – lezen Rekenen / denken Taal – communicatie Sociaal-emotionele ontwikkeling
4. Differentiatie en zorg Er wordt voornamelijk gewerkt met individuele handelingsplannen. Er wordt gebruik gemaakt van pre-teaching en verlengde instructie. Toets- en observatiegegevens zijn het uitgangspunt, bij het opstellen van een handelingsplan. In het handelingsplan worden de behoeften van een leerling nauwkeurig omschreven. Een handelingsplan wordt toegevoegd aan de klassenmap. Onder het kopje “zorg” in de dag/weekplanning, staat wanneer er aan het handelingsplan wordt gewerkt. (De uitgebreide versie van het “Beredeneerd aanbod in groep 1 en 2” zit in de map “Belangrijke documenten groep 1 en 2”) Taakwerk en zelfstandig werken. Visie In onze visie op onderwijs hebben wij het volgende omschreven: Ons onderwijs motiveert omdat het de drie basisbehoeften voedt ( behoefte aan relatie, competentie en autonomie) Daaruit komt de omschrijving van de visie op zelfstandig werken voort: C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
13
Omschrijving begrip: leerlingen zijn in staat om zelfstandig d.w.z. langere tijd onafhankelijk van de leerkracht te werken en daardoor te leren. Zij worden daardoor eigenaar van hun eigen leerproces en komen zo tot zelfverantwoordelijk leren. Doel Wij willen kinderen helpen zelfstandig te worden en verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen leerproces. Kenmerken van onze leerlingen als zij de school verlaten: De leerlingen weten wat het betekent zelfstandig te werken en zijn gemotiveerd dit te doen De leerlingen weten wat er van hen wordt verwacht. Ze kennen de regels en routines bij zelfstandig werken De leerlingen kunnen omgaan met uitgestelde aandacht De leerlingen kunnen hun eigen taken plannen De leerlingen kunnen verantwoordelijkheid dragen voor het controleren en registreren van hun eigen werk en voor de te gebruiken materialen De leerlingen zijn erop gericht zelf problemen op te lossen De leerlingen zijn in staat elkaar te helpen De leerlingen kunnen samenwerken
Uitgangspunt Doelgericht werken Doelgericht gaat hier voor taakgericht. Leerlingen werken doelgericht en maken hierin hun eigen keuzes. De leerkracht zorgt dat de opdrachten passen bij het ontwikkelingstraject en de leerdoelen van de leerling(en) op dát moment. Zo kan er meer maatwerk geleverd worden (zowel in aanbod, bij de instructie en bij de verwerkingsopdrachten of in tijd). Als het doel niet beheerst is: Mocht een leerling het doel niet behaald hebben en is er naar mening van de leerkracht te weinig gedaan, dan kan er gekozen worden voor om dit doel nog op andere momenten te oefenen. Doelen voor leerkracht en leerlingen Leerkracht • Leerlingen • Leerlingen • Leerkrac ht • Leerkracht
keuzes laten maken, leerlingen aanmoedigen in de gelegenheid stellen hun eigen route te laten uitstippelen houdt overzicht waar leerlingen mee bezig zijn begeleidt, ondersteunt en daagt uit
Leerlingen • Leerlingen kiezen zelf hun opdracht en houden zich aan hun keuze • Zij registreren en controleren hun werk zelf • Zij zijn in staat om alle keuzewerk onafhankelijk van de leerkracht te maken • Zij leren om activiteiten in een week te plannen en ook hoeveel tijd ze nodig hebben een activiteit uit te voeren • Zij leren keuzes te maken waarbij ze zichzelf ontwikkelen • Ze leren reflecteren over hun werk en zorgen voor presentaties • Zij leren om samen te werken met anderen (hulp te geven en te ontvangen) • Leerlingen leren om te gaan met regels en afspraken
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
14
Dag-/ meerdagen-/Weektaken De keuzeopdrachten passen gericht bij het ontwikkelingstraject en de leerdoelen van de leerling(en) op dát moment. Zo kan er meer maatwerk geleverd worden (zowel in aanbod, bij de instructie en bij de verwerkingsopdrachten of in tijd). In de midden- en bovenbouw wordt het werken met een dag- of weektaak uitgebreid en meer ‘op maat’ gemaakt. Daarbij is niet de lesstof, maar zijn de concrete doelen het uitgangspunt van het aanbod aan de leerling. Algemeen we maken bij taakwerk onderscheid tussen: verplichte opdrachten (“moet opdrachten”), keuze opdrachten Bij taakwerk wordt altijd de tijdsduur aangegeven m.b.v. een “time timer”. Vijf minuten voor verloop van de tijd waarschuwt de leerkracht klassikaal dat het taakwerk over 5 minuten stopt. Werkwijze Groep 1 en 2: hier worden basisvaardigheden aangeleerd voor het zelfstandig werken. In de inloopgroep en groep 1,2 plannen de leerlingen hun eigen werk. In groep 1 gebeurt dit met een planbord. Daarmee krijgen de leerlingen inzicht in een dagdeel. De leerlingen plaatsen een magneet met naam bij de activiteit naar keuze. Tussendoor mag er 1 keer gewisseld worden van activiteit. Ook dan wordt het planbord gehanteerd. In groep 2 wordt er gewerkt met een “duimenkaart’. Hierop wordt het tafelwerk aangegeven d.m.v. een kruisje. Nadat het werk geëvalueerd is, mogen de leerlingen hun werk “afduimen” op de “duimenkaart”. De leerlingen krijgen op deze wijze zicht op hun week. De leerlingen zijn verdeeld in kleurgroepen, die corresponderen met de dagen van de week, rood, geel, blauw, oranje en groen. De leerlingen doen een instructieopdracht met de leerkracht op de dag die past bij hun kleurgroep. BV. de rode groep werkt op de rode dag, maandag, aan de instructietafel met de leerkracht. In groep 1 doen de leerlingen alleen de instructieopdracht. In groep 2 doen de leerlingen de instructieopdracht plus een opdracht naar keuze. Het kan ook voorkomen dat de leerkracht de keuze-opdracht bepaalt Hoe verder het schooljaar vordert des te hoger worden de eisen. Groep 3: na de herfstvakantie wordt begonnen met circuitonderwijs. Alleen taakwerk gedifferentieerd voor Zon en Maan. Er wordt gewerkt met een planbord met een ”moetopdracht” in de kleur blauw en een vervolgopdracht in de kleur rood. Na de voorjaarsvakantie wordt begonnen met een ½ dagtaak. Groep 4: differentiatie: 3, soms 4 groepen. “Speciaal voor jou” start na de voorjaarsvakantie. De leerlingen gaan werken met dagritmetaken. Groep 5: Werkt met het format dat grotendeels ook in de bovenbouw gehanteerd wordt. Bij het keuzewerk wordt in de weektaak ook de doelstelling genoemd, om het leerdoel gerelateerd te laten zijn. De leerlingen beginnen met de weektaak. Groep 6,7,8 Werken met een weektaak. De nieuwe weektaak start op maandag. Tijdens het werken met een weektaak plannen de kinderen hun werk zelf en zijn er vaste instructiemomenten. In de regel: Rekenen steeds aan het begin van de dag, taal en begrijpend lezen steeds na de pauze. leerlingen mogen vooruit werken (zelfs voor de instructie mogen ze aan een taak beginnen) C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
15
leerlingen mogen zelfs tijdens klassikale instructie doorwerken. Tenzij anders aangegeven. Leerlingen krijgen een taakbrief waarop ze hun werk dat af is op af tekenen. Daarnaast staan de doelen op de taakbrief. De leerlingen tekenen hier op af welke doelen ze beheersen en welke doelen ze nog moeilijk vinden. Ze evalueren op de taakbrief d.m.v. smiley’s. Bij het werken met een weektaak deelt de klassendienst aan het begin van het dagdeel materiaal uit aan de andere kinderen in de klas. Er staan altijd minimaal 2 computeropdrachten op de weektaak. Kinderen lossen elkaar af op de computers in de klas en mogen ook naar de aula als de aula voor de groep beschikbaar is. De datum, het huiswerk en de namen van de klassendienst zijn zichtbaar op het bord.
Dagelijkse werkwijze personeel. Aanvang werk: Alle leerkrachten zijn om 8.00 uur aanwezig. Op maandagmorgen is er van 8.00 tot 8.20 maandagmorgenoverleg. Iedereen ontvangt digitaal het weekoverzicht in het weekend met alle te bespreken punten. Op woensdagmorgen is er ook van 8.00 tot 8.20 woensdagmorgenoverleg. Begin van de schoolmorgen/-middag Om 8.20 gaat de eerste bel en gaan de deuren open en kunnen de kinderen instromen. Er blijven geen kinderen op het plein. Alle leerkrachten ontvangen en begroeten de leerlingen bij de ingang van het klaslokaal. Om 8.25 gaat de tweede bel en moet iedereen binnen komen. Om 8.30 exact sluiten de hekken en deuren van de school en starten de lessen. Niet gemelde afwezigheid Ouders: Ouders melden hun kind vanaf 8.00 uur telefonisch af met vermelding van de reden. Als het kind zou overblijven wordt dat ook gemeld. Gaat het om afwezigheid van 1 dag, dan wordt dat gelijk gemeld. Is een kind ziek en het duurt meerdere dagen, dan belt de ouder op de morgen dat het kind weer naar school gaat vanaf 8.00 uur, om het kind hersteld te melden. Zonder deze herstelmelding wordt het kind als niet aanwezig door ziekte aangemerkt! Leerkracht De leerkracht geeft voor 8.45 uur de namen van de leerlingen, die dan nog niet aanwezig zijn en niet zijn afgemeld, door aan de conciërge. De conciërge gaat dan naar het huis van de desbetreffende leerling bellen. Is er geen gehoor op de beschikbare vaste en mobiele nummers, dan gaat de conciërge naar het huis van de desbetreffende leerling om vast te stellen wat er aan de hand is. ’s Middag wordt dezelfde handelswijze gevolgd. In plaats van de conciërge onderneemt dan de directeur, of zijn plaatsvervanger de actie. Om 12.00 gaan de leerlingen naar huis. Overblijf Van de leerlingen die overblijven is een lijst aanwezig in elke groep. De leerlingen uit groep 1,2 en 3 worden opgehaald door de overblijfkrachten en meegenomen naar de overblijfruimte, voordat de andere leerlingen naar huis gaan. De leerlingen van groep 4 t/m 8 gaan zelfstandig naar de overblijf voor de andere leerlingen naar huis gaan. De C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
16
overblijfkrachten controleren of alle betreffende kinderen er zijn. Als dit niet het geval is wordt dat direct gemeld aan de leerkracht. Als er een kind ontbreekt wordt dezelfde handelswijze gevold als bij niet gemelde absentie (zie boven) Om 13.00 zijn alle leerkrachten weer aanwezig en is er pleinwacht volgens rooster. Om 13.10 gaat de bel en stellen de leerlingen zich in rijen op en gaan onder begeleiding van de leerkracht naar binnen. Bij groep 1 en 2 gaan de deuren open en komen alle leerlingen binnen. Om 13.15 starten de lessen. Om 15.15 uur gaan de kinderen naar huis. De leerkrachten lopen ’s morgens en ‘s middags mee naar buiten en wachten tot de leerlingen vertrokken zijn.
Buitenschoolse opvang Leerlingen die naar de BSO gaan, blijven onder verantwoording van de eigen leerkracht vallen. Zij gaan naar de aula, voordat de rest van de leerlingen de klas verlaat. Zij worden daar opgehaald zijn door herkenbare medewerker van de BSO. De leerlingen kunnen van school meegenomen worden door de ouders (alle ouders die de ouderlijke macht hebben zijn daartoe gerechtigd) of door een andere, door de ouders aangewezen persoon. In geval van twijfel informeert de leerkracht bij de persoon die de leerlingen mee neemt. Vertrouwt het personeelslid dat niet, dan wordt direct contact opgenomen met de ouders. Deurbeleid De schoolpleinen zijn alleen toegankelijk voor kinderen en volwassenen die bij de school betrokken zijn. Andere personen kan de toegang tot het plein ontzegd worden. De schooldeuren van de ingang van zowel de onder- als de bovenbouw zijn tijdens de lesuren gesloten. Het buitenhek van zowel het grote plein, als het kleuterplein zijn tijdens de schooluren ook gesloten. De conciërge controleert dat ’s morgens, de directeur of zijn plaatsvervanger ’s middags. De desbetreffende leerkrachten die met de groep van buiten komen tijdens de schooluren en na de morgenpauze en ouders die de sc hool bezoeken, zorgen dat het hek en/of de deur weer achter hen gesloten wordt. Telefoonbeleid De conciërge heeft de telefoon in beheer de hele morgen. Alle leerlingen die afgemeld of hersteld gemeld worden noteert hij op een “verzamellijst afmeldingen” e n geeft de namen voor 8.30 door aan de desbetreffende leerkrachten en indien van toepassing aan de coördinator overblijf. ‘s Middags gebeurt hetzelfde door de directeur, of zijn plaatsvervanger. In het geval de conciërge of (plaatsvervangend-)directeur niet aanwezig zijn wordt de telefoon door een aan te wijzen andere medewerker van de school opgenomen.
Verloop van de lesdag In groep 1 en 2 vinden hoekactiviteiten plaats. De leerkracht werkt dan met een klein groepje pre-teaching of remedial teaching. Groep 3 t/m 8 elke morgen technisch lezen in doorbroken klassenverband van 8.30 tot 9.00 uur met Estafette. Vanaf 9.00 uur wordt volgens rooster gewerkt. De pauzes voor groep 1 en 2 vinden in de groepen plaats. Groep 3,4,5 en 6,7,8 hebben een kwartier pauze resp. 9.50 en 10.10 uur. In principe op het plein. Alle leerkrachten hebben pleinwac ht. (regels in de registratiemap) De leerkracht die het laatst naar binnen gaat zorgt dat de materialenberging is afgesloten en de sleutel is teruggehangen. Om 12.00 gaan de leerlingen naar huis of naar de overblijf. Om 13.00 zijn alle leerkrachten weer aanwezig en is er pleinwacht volgens rooster. Om 13.10 gaat de bel en stellen de leerlingen zich in rijen op en gaan onder begeleiding van de leerkracht naar binnen. Bij groep 1 en 2 gaan de deuren open en komen alle leerlingen binnen. Om 13.15 starten de lessen. Om 15.15 uur gaan de kinderen naar huis. De leerkrachten lopen ’s morgens en ‘s middags mee naar buiten en wachten tot de leerlingen vertrokken C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
17
zijn. Leerlingen die naar de BSO gaan, blijven onder verantwoording van de eigen leerkracht vallen, tot zij opgehaald zijn. De woensdagmiddagen zijn beschikbaar voor lesgebonden en niet lesgebonden taken en dus geen vrije middagen. In de laatste week voor het einde van de zomervakantie is er een dag dat het team bij elkaar komt om het nieuwe schooljaar voor te bereiden. Iedereen is daarbij verplicht aanwezig. Incidenteel kan dat ook voor een andere vakantie gelden. Conform de regels van de cao PO Communicatie Maandagmorgen en woensdagmorgenoverleg van 8.00 tot 8.20 (weekplanning wordt in het weekend gestuurd door de directeur) Personeelvergadering: jaarplanning van de vergadersessies wordt voor 1 juni vastgesteld. Vergaderingen 1 x per maand op verschillende dagen van de week van 15.30 tot 17.30. Daarnaast een aantal studiemiddagen op woensdagmiddag (4 tot 6 keer van 13.00 tot 16.30 uur) iedereen met een werktijdfactor van 0,4 of hoger is daar verplicht aanwezig. Ook als men op de desbetreffende dag niet werkt. Bouwoverleggen: per jaar vindt er 4 tot 6 keer bouwoverleg plaats op een middag na schooltijd van 15.30 tot uiterlijk 17.00 uur, olv de bouwcoördinator. Agenda’s en stukken worden per mail verstuurd en voor een vergadering uitgeprint in de postbakjes gedeponeerd. Verplichte aanwezigheid. Communicatie met ouders: iedere 14 dagen komt er een nieuwsbrief uit (redactie Heleen Atema). Elke leerkracht is verantwoordelijk voor het aanleveren van kopie per mail betreffende de eigen klas. De kopie moet uiterlijk donderdag 15.30 uur voor de maandag dat de nieuwsbrief uitkomt digitaal aangeleverd worden. Er worden geen gesprekken gevoerd met ouders tijdens de lesuren. Communicatie met ouders verloopt niet via briefjes, meegegeven aan leerlingen, maar via e mail. Website: Wordt beheerd door de ICT coördinator. Iedere leerkracht is verantwoordelijk voor het beheer van de eigen groepspagina. Updates vinden elke week plaats. Stukjes en foto’s van bijzondere zaken moeten digitaal aangeleverd worden. Oudergesprekken: 10-minutengesprekken. 3 keer per jaar: september (de ouders vertellen over hun kind, voorjaar en overgang (na de LVS rondes M en E). Zorgbesprekingen met ouders bij de start en evaluatie handelingsplanning en/of bijzondere zaken. Informatieavond nieuwe schooljaar in juni plenair met de ouders van alle groepen. In september een informatieavond per groep. In de instroomgroep ook nog in februari. Tijdens de gesprekken met ouders over hun kinderen stelt de leerkracht zich altijd op de hoogte van de verwachtingen van en zienswijze op hun kind. Leerlingenrapporte n worden 2 keer mee gegeven: voorjaar en zomer. Consultaties Doel van de consultaties: Borgen van afgesproken werkwijze en implementeren van nieuwe afspraken. Voor de consultaties worden kijkwijzers gebruikt. Enkele keren per jaar vinden rondes collegiale consultaties plaats. Aan de hand van thema’s in de veranderingscyclus. Daarnaast vinden klassenconsultaties plaats door bouwcoördinatoren, de ib-er en door de directeur. De consultaties worden altijd afgesloten met een fe ed back gesprek na de lessen. De directeur verricht wekelijks ‘flitsconsultaties’, korte klassenconsultaties met incidentele feed back gesprekken. Gesprekken met de directeur: jaarlijks in het kader van cyclus jaargesprekken (functionerings-, pop-, beoordelingsgesprekken in BKD), na klassenconsultaties, op afspraak en de mogelijkheid zonder afspraak elke woensdag om 12.30 uur. Werkgroepoverleg: te plannen in het kader van taakbeleid. Duobanen: overleg volgens afspraken tussen duo partners. Degene in de groep met de grootste werktijdfactor (WTF) is eindverantwoordelijk. Taken tussen duopartners worden verdeeld naar rato van de WTF. Overleg met schoolcommissie, overblijfkrachten, directies, brede school door de directeur. C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
18
SchoolOndersteunings Team vergadert elke maand. Overleg met leerkrachten (groepsbesprekingen): september, februari, juni (zie “Ondersteuningsprofiel”) Administratie door groepsleerkrachten Mappen In elke klas zijn een Planningsmap (met Zorgzuil), een Registratiemap en een Zorgmap aanwezig. De mappen hebben een vaste indeling. De inhoud is gerelateerd aan onze werkwijze conform de Plan-Do-Check-Act cyclus (PDCA cyclus zie hoofdstuk “Handelingsgericht werken”) Administratiesystemen We werken met het administratieprogramma “Parnassys” en leerlingvolgsysteem Cito . De leerkrachten houden het leerlingvolgsysteem bij in het Cito LVS. De registraties worden automatisch overgezet in Parnassys. Het volgsysteem sociaal/emotioneel “Zien” wordt in Parnassys bijgehouden. Methode gebonden toetsregistratie vindt plaats volgens de aangegeven wijze van de methodes en verwerkt in Parnassys. (Schatkist, Estafette, Veilig leren lezen, Pluspunt, Taalverhaal, Tekstverwerken) De didactische groepsoverzichten, de groepsplannen, de handelingsplannen en leerlijnen, verslagen oudergesprekken, oudercontacten worden door de leerkrachten in Parnassys bijgehouden. Dagelijks houden de leerkrachten de absentieregistratie bij in de planningsmap. Leerlingendossiers De leerkrachten zijn verantwoordelijk voor het bijhouden van de leerlingendossiers Effectieve leertijd Er wordt volgens rooster gewerkt conform de afspraken klassenmanagement. De lessen starten daadwerkelijk om 8.30, direct na de 15 min. morgenpauze en om 13.15. Leerkrachten verrichten tijdens de lessen geen niet -lestaken (bv systematische correcties, kopieerwerk, computerwerk e.d.) Tijdens de momenten zelfstandig werken geeft de leerkracht preteaching, remedial teaching e.d.) Taakbeleid Voor het einde van het schooljaar wordt het taakbeleid vastgesteld voor het nieuwe schooljaar. Iedere leerkracht heeft een aantal niet lesgebonden taken in het pakket, waarvoor hij/zij de verantwoordelijkheid draagt. De verdeling van de taken vindt plaats op basis van consensus. Verantwoording over het uitvoeren van de taken wordt afgelegd aan de directeur. Alle leerkrachten zijn aanwezig bij de kerst - en paasvieringen. Bij andere bijzondere activiteiten conform werktijden. Formatie Voor 1 mei wordt de formatie voor het nieuwe schooljaar ingedeeld. De formatie wordt ingedeeld conform de in de cao primair onderwijs vastgelegde regels. Zoveel mogelijk wordt rekening gehouden met wensen t.a.v. werktijden en niet te werken dagen. Niet alle wensen kunnen gehonoreerd worden. De directeur heeft hierbij de finale beslissingsbevoegdheid. Leerkrachten kunnen in principe op alle lesgebonden taken ingezet worden. Elke leerkracht ontvangt een berekening van de inzet van de WTF. Na-(Scholing): Elk jaar wordt het scholingsplan vastgesteld voor aanvang van het nieuwe schooljaar. In eerste instantie is er gerichte scholing in het kader van de schoolontwikkeling, vastgelegd in het POP. Daarnaast zijn er beperkte mogelijkheden voor het verwerven van eigen gekozen kennis en vaardigheden.
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
19
Procedures uitgesteld aandacht groep 1,2 Gebruik van de kleuren (de leerkracht heeft een rode ketting om): Rood = Niet naar meester/juf Groep 3 t/m 8 Gebruik van het stoplicht: Rood = Niet praten, niet naar meester/juf Oranje = Fluisteren in je groepje Groen = Je mag naar meester/juf komen (max. 1 leerling) Stappen hulp vragen door leerling De procedure hangt zichtbaar in de klas: 1. Ik snap het niet 2. lees de opdracht nog eens goed 3. denk heel goed na 4. vraag het een medeleerling 5. draai het kaartje om 6. ga verder met de volgende opdracht Kinderen mogen altijd hun rood en groene kaart op hun tafel leggen. Als ze hulp nodig hebben van de leerkracht ligt de kaart op rood. Anders ligt altijd de kaart met de groene kant op tafel. De kinderen werken dan wel gewoon door totdat ze geholpen zijn. Na de hulp draaien ze zelf hun kaart weer op rood.
Vingers opsteken Groep 1 en 2: de leerkracht probeert d.m.v. de juiste vraagstelling de kinderen zo actief mogelijk te betrekken bij de leersituatie. Kinderen mogen pas antwoorden als ze de beurt hebben gekregen. Door de klas roepen gebeurt niet. Groep 3 t/m 8: tijdens het zelfstandige werk worden geen vingers opgestoken. Tijdens klassikale en instructielessen gebeurt dit op aangeven van de leerkracht. Zo weinig mogelijk, ter bevordering van actieve deelname. Correctie zelfcorrectie Inloopgroep, 1,2 Veel materialen zijn zelfcorrigerend. De leerkracht houdt toezicht. groep 3 De leerlingen kijken met de leerkracht samen taken na met een rood potlood. Groep 4 t/m 8 In groep 4 beginnen de leerlingen in schriften te schrijven. Tot de herfs tvakantie kijkt de leerkracht na, daarna wordt er eerst samen nagekeken en na de kerstvakantie mogen de kinderen ook zelfstandig nakijken Kinderen kijken veel werk zelf na (toetsen en nieuwe sommen of opgaven worden altijd door de leerkracht na gekeken). Kinderen kijken altijd na met een groen nakijkpotlood. Voordat ze mogen nakijken laten ze aan de leerkracht zien ter controle. Na een krul kijken ze het werk na. De leerkracht zal elk schrift inkijken en kan bij veel fouten een “O” in het schrift zetten. Er wordt geen correctievloeistof gebruikt . correctie door leerkracht Doel: Correctie is een middel om te constateren of een leerling de stof beheerst, of dat er een vervolginstructie moet worden ingezet. Correcties in schriftelijk werk vinden met groene pen plaats. Als de kinderen zelfstandig aan het werk zijn stoort de leerkracht de kinderen niet door hardop individuele instructie te geven. Vindt de leerkracht hulp noodzakelijk, dan komt er
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
20
een “O” in het schrift te staan. De leerkracht zal de volgende les het kind aan de instructietafel vragen. Leerkrachthouding De leerkrachten hebben een gezamenlijke verantwoording voor alle leerlingen. Alle kinderen kunnen dus door elke leerkracht aangesproken worden op een moment dat zij niet gewenst gedrag vertonen. De leerkracht gaat altijd uit van positief gedrag. Bij gedragscorrecties wordt positief gedrag bekrachtigd. Leerkrachten leggen de nadruk op wat het kind al kan. Wat nog niet goed gaat, zijn verbeterpunten. Gedragscorrecties gebeuren indien mogelijk 1 op 1. Tijdens zelfstandig werken wordt de klas daardoor niet gestoord. Omgaan met materiaal Het team Ieder teamlid zorgt dat de klas en alles wat daar in staat ordelijk en netjes gehouden wordt. Aan het eind van de dag wordt er geveegd, de tafels leeg gemaakt en op aangegeven dagen de stoelen op de tafels geplaatst i.v.m. de schoonmaak. Ook wordt er zorg voor gedragen dat het gedeelte van de gang dat behoort bij de groep (kapstokken e.d) netjes blijft. Als er materiaal uit de bergruimtes gebruikt wordt, draagt men er zorg voor dat alles netjes en ordelijk achterblijft en teruggelegd wordt. Men stuurt geen kinderen naar bergruimtes en kopieer ruimte. Als er kopjes meegenomen worden naar de klas, of het plein, zorgt men dat die weer teruggeplaatst worden in de a fwasmachine. Gebruikt serviesgoed wordt in de afwasmachine geplaatst. De keukendienst (zie rooster) is aan het eind van de dag verantwoordelijk voor het netjes achterlaten van de keuken. Het toilet wordt netjes achtergelaten. Bij het als laatste verlaten van de klas, ruimtes, school zorgt men dat de lichten uit zijn en de ramen gesloten. Schriften, tekenpapier, handenarbeidmateriaal en andere gebruiksartikelen worden zuinig gebruikt. Elke leerkracht is zelf verantwoordelijk voor boetes die verschuldigd zijn voor het te laat retourneren naar of zoek raken van boeken van de bibliotheek, die geleend zijn op de kaart van de klas. Moet er iets besteld worden dan wordt dat gemeld bij de directeur. Elke eerste week van de nieuwe maand wordt er besteld. Iets wat zelf aangeschaft wordt, moet d.m.v. een digitaal declaratieformulier via de directeur verrekend worden. Groep 1 t/m 8 Uitgangspunt: de kinderen lossen zelf hun materiaalproblemen op (punt slijpen, lijmpotje vullen, schaar, schrift pakken enz.) De leerkracht zorg voor voldoende voorraad en voor de goede bereikbaarheid van de materialen. Ook zorgen de kinderen zelf voor het schoonmaken en opruimen van de materialen. Elke leerling is zelf verantwoordelijk voor het schoonmaken en opruimen van de materialen. Als de leerlingen in de hoeken zijn geweest zorgen ze samen voor het opruimen. De leerlingen tekenen niet in hun werkboeken of op stencils Groep 4 t/m 8 Eenmalig krijgen de leerlingen een kleurdoos, de doos wordt 1 keer per jaar aangevuld. Eenmalig een Stabilo pen. Als de Stabilo stuk is, of zoek raakt moeten de tegen betaling een nieuwe van de school betrekken. Schriften: de leerkracht houdt toezicht op het netjes en zuinig gebruik van schriften. De bladzijden worden geheel benut. De leerkracht zorgt er voor dat de oefeningen systematisch opgeschreven worden. Nummer van de oefening voor de kantlijn. Uitdelen van benodigde materialen gebeurt aan het begin van een dagdeel door de klassendienst. Kinderen krijgen aan het begin van het schooljaar een kladschrift van school. Bij goed gebruik krijgen ze een nieuw kladschrift. Op elk blad dat de kinderen krijgen zetten de kinderen linksboven hun naam. C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
21
Op elke vrijdag (of evt. tussendoor) ruimen de kinderen hun 23-ringsmap (alle bladen netjes in de map, tabbladen) en hun vakken op. Geen losse spullen en afval in de vakken! Kinderen pakken ’s morgens gelijk hun mappen uit de kast en zetten die onder hun tafel. ’s Middags ruimen ze de mappen zelf weer op. De tafels zijn om 12.00 en om 15.15 altijd leeg! Papieren die mee naar huis mee gaan liggen op een vaste plek. Op vrijdag wordt de hele klas opgeruimd. Als de kinderen woordenboeken, atlassen, rekenmachines, scharen, lijm of iets dergelijks nodig hebben, dan mogen ze dat altijd zonder te vragen pakken. Restpapier komt in de daarvoor bestemde bak. Tekeningen die niet af zijn ook! Toiletbezoek groep 1 en 2 1 kind (jongen en meisje) per keer naar het toilet. De kinderen doen een ketting om. geen toiletbezoek tijdens de kring en de instructie groep 3 t/m 8 2 kaarten in de klas met pictogram (jongens en meisjes). De kaart wordt omgedraaid voor het toiletbezoek en na tijd weer teruggedraaid. Geen toiletbezoek tijdens de kring en de instructie en niet voor 9.00 en 13.45 uur. Sancties Als een leerling de regels overtreedt: ten aanzien van gedrag Twee keer waarschuwen. Na de derde keer: Een leerling wordt 10 minuten afgezonderd. (Indien nodig op de gang) Daarna vindt een gesprekje plaats. Indien dit bij herhaling plaats vindt worden de ouders op de hoogte gesteld van het incident en de te nemen maatregelen om herhaling te voorkomen. Ten aanzien van de taak groep 4 t/m 8 Als leerlingen hun taak niet af hebben Als leerlingen hun taak niet naar behoren hebben uitgevoerd Als leerlingen spullen vergeten (bv gymkleding, huiswerk) Krijgen leerlingen een kruisje op een lijst. Na 3 kruisjes volgt strafwerk, een zinvolle opdracht, (bv spelling woorden overschrijven, extra sommen maken). Ouders worden dan op de hoogte gesteld. Opmerkingen bij sancties Leerlingen worden altijd op waargenomen gedrag aangesproken zonder een waardeoordeel over de leerling uit te spreken. (b.v: dus niet: “Je bent vervelend”, maar “door jouw gepraat stoor je de andere kinderen in hun werk”.) Leerlingen worden voor straf niet uitgesloten van een vak (bv gym of creatief) Als een leerling moet nablijven worden ouders altijd op de hoogte gesteld.
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
22
Veiligheidsbeleid De school heeft een veiligheidsprotocol. Daarin is het beleid t.a.v. de veiligheid van leerlingen en personeel beschreven. De school beschikt over een intern en extern vertrouwenspersoon (zie Schoolgids) Pesten Op de Maarsborg hanteren wij een pestprotocol Uitgangspunt: Wij nemen alle meldingen over pesten van kinderen, collega’s of anderen serieus. Er wordt altijd tot actie overgegaan. De teamleden zijn altijd alert op signalen van kinderen over pesten. Zie verder het protocol. Kindermishandeling Op de Maarsborg hanteren wij de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Uitgangspunt: Wij nemen alle meldingen over kindermishandeling van kinderen, collega’s of anderen serieus. Er wordt altijd tot actie overgegaan, conform het stappenplan van de meldcode. De teamleden zijn altijd alert op signalen van kinderen over mishandeling. Contacten met instanties, ouders of anderen, over signalen m.b.t. kindermishandeling lopen altijd via de zorgcoördinator. Leerkrachten reageren nooit zonder contact te hebben gehad met de zorgcoördinator. Telefonische inlichtingen worden helemaal niet gegeven. Zie verder het Veiligheidsprotocol Veiligheidsmaatregelen ter waarborging van de fysieke veiligheid van het personeel. Vormen van agressie/geweld onderverdeeld in: Fysiek Verbaal Dreiging Vernielzucht Anders Worden gemeld bij de directeur en geregistreerd via incidentenregistratieformulier (zie veiligheidsprotocol) Er wordt altijd aangifte gedaan. Als ouders/verzorgenden/derden een gesprek willen met een teamlid, kan die vragen om aanwezigheid van de directeur, diens plaansvervanger of collega, bij dit gesprek. Dat maakt men voor het ingaan van het gesprek kenbaar aan degene die het gesprek wil. Als ouders-/verzorgers contact willen met een teamlid kan dat via de mail of de telefoon van de school. Er worden geen privé mailadressen of telefoonnummers van teamleden beschikbaar gesteld. Bij agressieve leerlingen wordt altijd ingegrepen door 2 teamleden. Een leerling wordt door 2 teamleden naar een time out plek gebracht waar de mogelijkheid is om tot rust te komen. Ouders worden altijd ingelicht. Indien nodig wordt beheerste dwang toegepast. Er vindt van elk incident registratie plaats via het incidentenregistratieformulier (zie veiligheidsprotocol) en het wordt opgenomen in het leerlingendossier. Onderwijsondersteuning De werkwijze voor onderwijsondersteuning hebben wij beschreven in het School Ondersteunings Profiel.
C BS De Maarsborg Stadskanaal (09BE) Kwaliteitsdocument Klassenmanagement/doorgaande lijn 2015 2016
23