Zelfstandig blijven met domotica In eigen omgeving oud worden – praktijkwenken
energie-innovatie
Zelfstandig blijven met domotica In eigen omgeving oud worden – praktijkwenken
Voorwoord Domotica is de verzamelnaam voor een combinatie van diensten, apparaten en informatietechnologie op het gebied van veiligheid, comfort en zorg. Het programma ‘In eigen omgeving oud worden’ beoogde een impuls te geven aan duurzame toepassing van deze mogelijkheden in seniorenwoningen. Het programma is een initiatief van NIDO – Nationaal Initiatief Duurzame Ontwikkeling - en ECN - Energieonderzoek Centrum Nederland. In het kader van het programma hebben ouderen, woningcorporaties, zorginstellingen, onderzoekers en consultants zich de afgelopen drie jaar verdiept in de praktische uitwerking van domoticatoepassingen in de ouderenhuisvesting. De focus was daarbij gericht op het in beeld brengen van de voorwaarden en mogelijkheden van duurzame toepassing van de informatie- en communicatietechnologie en diensten. Het programma omvatte onderzoek naar voorbeeldprojecten, discussiebijeenkomsten met betrokkenen en onderzoek naar de toepassingsmogelijkheden van domotica. De slotbevindingen zijn hoopgevend, maar beslist niet eenduidig. De praktijk laat zien dat implementatie van domotica, zeker op grote schaal, complex is. Maar mits doordacht ingevoerd, kan domotica wezenlijk bijdragen aan het op duurzame wijze langer zelfstandig blijven wonen van ouderen. Dit boekje belicht de resultaten van dit programma. Deze zijn van belang voor alle partijen - overheden, woningcorporaties, welzijns- en zorginstellingen - die een rol spelen bij het zorgen voor adequate seniorenhuisvesting. De resultaten van het experimenteerstadium zijn voldoende rijp voor een krachtig vervolg. Josco Kester, programmamanager ‘In eigen omgeving oud worden’
2
Inhoud Voorwoord
2
Hoofdstuk 1 Vergrijzing en de rol van domotica
4
Seniorenwoningen in Best
7
Peter Baetsen van Futura Wonen: “Het experimenteerstadium voorbij”
8
Hoofdstuk 2 Veelzijdige mogelijkheden
10
Voorbeeldwoning in Den Haag
13
Hanneke van der Horst, adviseur ILSE: “Voorbeeldwoning verdrijft koudwatervrees”
14
Hoofdstuk 3 Domotica, waarom eigenlijk?
16
Serviceflats in België
19
Bewoner Wim Bähler: “Fitte ouderen overtuigen, ga er maar aan staan”
20
Hoofdstuk 4 Knelpunten bieden kansen
22
Renovatie in Tilburg
25
René van Loon, directeur Entron Nederland: “Dienstverlening sleutel voor succes”
26
Hoofdstuk 5 Naar een duurzame toekomst
28
Johan van der Leeuw, NIZW: “Ouderen gaan ver om uit verzorgingshuis te blijven”
32
Hoofdstuk 6 Websites en publicaties
34
3
Hoofdstuk 1 Vergrijzing en de rol van domotica Nederland vergrijst in rap tempo. Veel van de ‘nieuwe’ ouderen willen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. De introductie van moderne informatie- en communicatietechnologie in woningen is een welkom hulpmiddel bij het honoreren van die wens. Senior en maatschappij varen er wel bij, mits deze technologische hulpmiddelen voldoende scoren op alle drie de P’s van duurzaamheid: People, Planet én Profit. Het aantal 65-plussers neemt explosief toe, aldus een CBSprognose, van nog geen twee miljoen in 1990 naar bijna vier miljoen in 2030 (zie grafiek 1). Dat leidt tot een groeiende vraag naar relatief ‘dure’ ouderenhuisvesting die bovendien niet spoort met de wens van de doelgroep. De nieuwe generatie ouderen wil namelijk zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Ondanks misschien wat fysieke beperkingen kunnen zij zo hun eigen leven blijven leiden, in een omgeving waarin ze zich thuis voelen. Een oudere verwoordde dit gevoel als volgt: “Zolang ik leef wil ik zelfstandig blijven wonen en zelf mijn zaken regelen zonder tussenkomst van buitenstaanders, al moet ik op mijn knieën vooruitkomen.” (Uit: internetdiscussie www.zowilikoudworden.nl).
aantal in miljoenen
Aantal 65-plussers in Nederland 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1 0,5 0 1990 Grafiek 1: Prognose CBS
4
2000
2010
2020
2030
Ouderenhuisvesting knelt Het is belangrijk om in te spelen op deze wens. Niet alleen omdat het welzijn van de ouderen daarmee gebaat is, maar ook uit praktische overwegingen. Immers, er is nu al een tekort aan ouderenwoningen. Gezien de sterke toename van deze bevolkingscategorie zal dit tekort zonder koersaanpassingen snel oplopen. Ramingen leren dat het aantal woningen om mensen van 55 jaar en ouder adequaat te huisvesten in 2020 kan oplopen tot de helft van de huidige woningvoorraad. In de huursector zal dit naar schatting zelfs 70 tot 80 procent zijn. Extra voorzieningen op het gebied van comfort kunnen bestaande woningen aanmerkelijk bewonersvriendelijker maken. Voorwaarde is wel dat de woningen veiliger en
beter toegankelijk moeten worden voor bewoners die stap voor stap minder valide worden. Statistieken van Consument en Veiligheid wijzen uit dat hieraan momenteel het nodige schort. Jaarlijks komen zo’n 155.000 65-plussers na een ongeval in de privé-sfeer voor opname of EHBO in een ziekenhuis of bij de huisarts. Van de méér dan 1.600 mensen die door een ongeval in en om het huis overlijden is 79% ouder dan 65 jaar. Deze verontrustende cijfers hebben de laatste jaren het nodige in gang gezet. Een toenemend aantal woningen wordt ‘opgeplust’ om ze geschikter te maken voor ouderen. Bijvoorbeeld door het verlagen van drempels, het ophogen van galerijen, het installeren van goede verlichting en aanpassingen in toilet en badkamer, zoals het aanbrengen van een stang in de douche of een antisliplaag op de vloer.
Domotica biedt kansen Minder bekend is dat - in aanvulling op dergelijke bouwkundige aanpassingen - informatie-en communicatietechnologie (ICT) mensen eveneens in staat stelt langer zelfstandig te blijven wonen. Toepassing van moderne technologie in de woonomgeving staat bekend onder de noemer ‘domotica’, een samenvoeging van ‘domus’ (huis) en ‘telematica’ en omvat een combinatie van apparaten, informatietechnologie en diensten binnen en buiten de woning. Op welzijnsgebied (People) levert domotica dus winst op, omdat hiermee de kwaliteit van wonen verbetert. Maar ook financiële haalbaarheid (Profit) en een zo laag mogelijk energiegebruik (Planet), de andere twee pijlers van het duurzaamheidsbeginsel, zijn belangrijke elementen bij het toepassen van domotica.
Belangstelling groeit Het verbaast dan ook niet dat domotica al enkele jaren sterk in de belangstelling staat. In een recent marktonderzoek van CEA en USP Marketing Consultancy gaven 68 van de 100 ondervraagde woningcorporaties aan binnen drie jaar te verwachten hiermee in huurwoningen aan de slag
5
te gaan. Ook projectontwikkelaars bieden steeds vaker mogelijkheden op dit vlak aan als optie in luxe appartementen. Daar staat tegenover dat uit enkele eerste praktijktoepassingen obstakels voor grootschalige toepassing van domotica naar voren kwamen. Dit betrof met name toepassingen op het gebied van veiligheid en zorg, zoals alarmeringssystemen. Helaas lag het accent daarbij veelal op een overaanbod aan technologische snufjes, waardoor de bewoner zich eerder gehinderd voelt dan geholpen. Het aangeboden pakket was vaak niet toegesneden op de behoeften van bewoners en niet gebruikersvriendelijk. Ook werden de kosten door bewoners en corporaties als te hoog ervaren. Gelukkig leren recente ervaringen dat het ook anders kan. Inmiddels zijn in de ouderenhuisvesting (inclusief woonzorgcomplexen) ruim veertig domoticaprojecten gerealiseerd. In totaal betreft het zo’n 1.500 woningen. Daarnaast zijn circa honderd projecten in voorbereiding.
Zelfstandig zijn en blijven De bezoekers van de website ‘zowilikoudworden.nl’ hechten erg aan hun zelfstandigheid, hun privacy en eigen ruimte. Een verpleeghuis zien velen als een inbreuk op de privacy. “Je moet een kamer delen”, “je hebt weinig eigen inbreng” en “je moet maar afwachten of het personeel vriendelijk is”, worden als argumenten naar voren gebracht. Vrijwel unaniem wil men zo lang als mogelijk is in het eigen huis blijven wonen. Wie zelfstandig is, blijft beter deel uitmaken van de maatschappij volgens één van de deelnemers aan het discussieplatform. Een andere oppert dat het “waarschijnlijk ook de goedkoopste oplossing is”. Voorwaarde om zelfstandig te blijven is wel dat de ouderen deel uit blijven maken van de maatschappij. “Er zou een cultuur moeten bestaan waarbinnen ouderen geïntegreerd blijven in de samenleving, met inkomensmogelijkheden en voldoende zorg en woningen die toegankelijk blijven.”
6
de praktijk
Seniorenwoningen in Best Woningcorporatie Domein, met als werkgebied Eindhoven, Best en Son en Breugel, installeerde in 2002 domotica in 49 seniorenwoningen van het complex Lidwinahof in Best. De ervaringen zijn positief. Wel blijkt dat een dergelijke innovatie nadrukkelijk begeleiding behoeft. Met de aanpassing van het seniorencomplex in Best was Domein de eerste woningcorporatie in Nederland die domotica toepaste in de bestaande bouw. Het pakket bevatte een breed scala aan functies, variërend van actieve personenalarmering tot toegangscontrole middels een camera bij de gemeenschappelijk voordeur met beeld op een video-intercom in de hal en op de eigen TV.
Langer zelfstandig Over de domotica in hun woning is een ruime meerderheid (67 procent) van de ondervraagde bewoners van Lidwinahof zeer tevreden. Maar liefst 89 procent verwacht nu langer in de woning te kunnen blijven wonen. Bijna de helft (44 procent) is blijkbaar zo tevreden dat men bereid zegt te zijn per maand € 25,- te betalen voor de voorzieningen. Dit biedt mogelijkheden om bewoners zelf te laten betalen voor de extra aangeboden diensten.
Kinderziektes Aan de andere kant leeft er onder een minderheid van de bewoners ook bezwaren tegen de technologische snufjes. Vooral oudere bewoners hebben moeite met het oppikken van alle mogelijkheden. Verder maakten kinderziektes in het systeem dat nogal wat bewoners functies uitschakelden. Vooral de inactiviteitsmeting gaf veel problemen. Uit de evaluatie blijkt dat veel informatie en begeleiding nodig is om de bewoners vertrouwd te maken met de toepassingen. Anders haken ze af. In het geval van Domein zorgde de toepassing van domotica bovendien voor een hogere energierekening. Veel bewoners reageerden verontrust op deze extra kosten van zo’n € 30,- per jaar. Bij de start van het project was dit niet voldoende duidelijk gemaakt.
Voor meer informatie: Peter Baetsen, Futura, Postbus 4273, 5004 JG Tilburg; telefoon: 013-4653452.
7
Peter Baetsen van Futura Wonen:
“Het experimenteerstadium voorbij” De bestaande woningvoorraad sluit in de toekomst steeds minder aan op de behoefte van senioren om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen, zo concludeerde Woningcorporatie Domein uit Eindhoven. “Daarom nam Domein de stap om de mogelijkheden van domoticatoepassingen tegen het licht te houden”, zegt Peter Baetsen. “Inmiddels is het experimenteerstadium wel voorbij. Het is tijd voor een grootschalige uitrol van domotica.” Peter Baetsen is medewerker Productontwikkeling en Innovatie bij Futura, een samenwerkingsverband van zes woningcorporaties in Brabant. Hij was nauw betrokken bij de evaluatie van het domoticaproject in De Lidwinahof in Best (zie pagina 7). Bij de Lidwinahof was de aanpak sterk aanbodgestuurd. Domein investeerde een flinke som om in de woningen een uitgebreid domoticapakket aan te brengen. “Plat gezegd kwam het erop neer dat de bewoners een kastje kregen met alle lampjes aangeklikt. De instructie luidde: ‘wat u niet nodig hebt kunt u uitzetten’. Dat bleek niet de aanpak. Daarvoor lopen de behoeften van de bewoners te sterk uiteen.
“Als woningcorporatie moet je vooral bezig zijn met de zaken die tot je competentie behoren en niet met dit hele spectrum” Zo leerden we dat bewoners die met z’n tweeën wonen veel minder functionaliteiten nodig hebben. Bij alleenstaanden, vaak vrouwen, is dat juist omgekeerd. Vervolgens kwam je weer tegen dat de bediening niet te inge-
8
wikkeld mocht zijn”. Kortom, aansluiten bij de behoefte is nodig. Maar hoe pak je dat aan?
Ontwikkeling in denken Samen met andere partijen onderzocht Futura Wonen de randvoorwaarden voor een vraaggestuurde aanpak van domotica voor senioren. Het oog viel al snel op de ontwikkeling van een basisvoorziening, de ‘residential gateway’. Baetsen: “Dit is een soort kastje waarop je alle sensoren aansluit om de communicatie met de buitenwereld te regelen. Vervolgens kun je dit naar behoefte uitbreiden met allerlei functies.” De volgende stap was de constatering dat de levering van een dienst aan de bewoners voorop dient te staan. “En dan praat ik over een dienst met een heleboel verschillende facetten gedurende een lang traject. Momenteel werken we hiervoor een businessmodel uit.”
Provider Domotica raakt aan vele aspecten, zoals infrastructuur, technische afstemming, zorg, veiligheid, voorlichting en begeleiding. “Als woningcorporatie moet je vooral bezig zijn met de zaken die tot je competentie behoren en niet met dit hele spectrum”, aldus Baetsen. De vraag is nu hoe je voor de totale dienstverlening een sluitend systeem kunt ontwikkelen met alle relevante partners. Daarbij denken we net zoals bij internet aan een soort ‘provider’. Samen met andere woningcorporaties zetten wij hiervoor een financieel model in elkaar.”
Doorbraak hoognodig Veel van wat nu is bereikt en wat is geleerd op domoticagebied was mogelijk dankzij subsidies en financiële rege-
interview lingen. Baetsen noemt dat riskant: “Je blijft dan al snel in pilots hangen, omdat er geen prikkel is tot verdere ontwikkeling.” Voor een grootschalige uitrol is die verdere ontwikkeling beslist nodig, maar dat kan alleen met meerdere partijen. Baetsen: “De woningcorporaties behoren niet alleen voor de investeringen in de beurs te tasten. Te meer, daar de ‘baten’ van dienstverlening meer naar andere partijen toevloeien, bijvoorbeeld naar de zorginstellingen. Je moet dus de kosten en baten eerlijk verdelen over alle betrokken partijen.” Verder is een doorbraak nodig om te voorkomen dat alleen het ‘high end’ van de markt wordt
“Je moet de kosten en baten eerlijk verdelen over alle betrokken partijen.” bediend, de welvarende particulier in een riant appartement. Baetsen wijst erop dat aan het begrip domotica in de seniorencontext een licht negatief imago kleeft. Ouderen zeggen dan: domotica, daar ben ik niet aan toe hoor, zo erg is het nog niet. Om daar aan tegemoet te komen, is een term als ‘smart living’ wellicht handiger.
Huiswerk Voorlopig moet Baetsen tot zijn spijt constateren dat het vurig gewenste businessmodel voor een grootschalige aanpak van domotica dienstverlening er nog niet is: “De hierbij betrokken partijen kennen elkaars wereld niet goed. Maar dat verandert snel. Iedereen is hard bezig om het benodigde huiswerk te maken. Een doorbraak zit eraan te komen.”
9
Hoofdstuk 2 Veelzijdige mogelijkheden In een domoticawoning vergemakkelijken talrijke elektrische apparaten en netwerken het zelfstandig wonen. Flexibiliteit, bedieningsgemak en diensten zijn daarbij telkens de sleutelbegrippen. In dit hoofdstuk een overzicht van de terreinen waarop domotica een belangrijke rol kan spelen. Domotica is vooral consumentenelektronica, onderling verbonden door een ‘naadloos elektronisch netwerk’. Het draagt op efficiënte wijze bij aan het plezier, de waarde en duurzaamheid van het wonen. Daarbij gaat het zowel om functies te besturen als om het vergemakkelijken van diensten uit de woonomgeving. Functies die domotica kan regelen zijn het verwarmen, ventileren en verlichten van de woning. Het dienstenpakket varieert van alarmeren tot telefoneren en televisie kijken. Iedere toepassing kenmerkt zich door flexibiliteit en een zo eenvoudig mogelijke bediening, waar mogelijk op afstand.
Toepassingen Dat het bij domotica gaat om consumentenelektronica stelt speciale eisen aan de distributie, de installatie, het gebruiksgemak en de prijzen. Essentieel is het neerzetten van een solide en open netwerk, afgestemd op de individuele behoefte van ouderen. ‘Domotica moet naadloos, pijnloos en probleemloos zijn’, aldus belangrijke spelers op deze markt als Philips en Microsoft. Bij toepassingen voor ouderen gaat de aandacht vooral uit naar de functies op het gebied van de zorg, communicatie, comfort en energie. Noodoproepsysteem Met behulp van een ‘zorgtelefoon’ kan een hulpverlener via een directe ‘spreek/luister’-verbinding met de bewoner
10
Met het rode koord (rechts) kan de zorgcentrale direct worden gewaarschuwd.
in contact komen zonder gebruik van een telefoon. Als er iets aan de hand is, kan de bewoner met een simpele druk op een knop een noodoproep plaatsen bij de zorgcentrale. De zorgcentrale kan op meerdere plaatsen in huis op deze manier worden gewaarschuwd. Bijvoorbeeld via een halssnoer met knop en via koordjes in badkamer, wc en slaapkamer. Inactiviteitsmeting Een bewegingssensor kan automatisch alarmeren. Het systeem treedt in werking als de bewoner gedurende langere tijd niet beweegt. In eerste instantie gaan de lichten aan en vraagt een medewerker vanuit de alarmcentrale of alles in orde is. Wordt hier niet op gereageerd, dan komt men in actie. De bewoner zet de activiteitsmeting bij vertrek uit door een staafje aan een sleutelhanger langs het kastje in de hal te bewegen. Bij binnenkomst treedt het systeem op dezelfde manier weer in werking.
Een intercom met beeldscherm verhoogt de veiligheid van de woning.
Rode alarmknop in de keuken.
Toegangscontrole Een camera bij de voordeur verhoogt de veiligheid van de woning. Dit is vooral nuttig in woningcomplexen met een centrale toegangsdeur. In de hal van de woning hangt een intercom waarop een zwart-wit-beeld verschijnt van degene die aanbelt. Zo kan de bewoner zien wie er voor de deur staat en eventuele ongewenste bezoekers niet binnenlaten. Bovendien kan dit beeld ook op de TV gezien worden. Dit is vooral prettig voor mensen die slecht ter been zijn, maar vereist wel dat de TV op ‘stand-by’ blijft staan. Zorgverleners hebben bovendien baat bij een
11
elektronisch slot dat op afstand vanuit de zorgcentrale te bedienen is. In noodgevallen kunnen zij dan altijd in de woning binnenkomen, zonder dat er een centrale sleutelkast nodig is. Brandalarm en -preventie Rookmelders schakelen bij brand en rookontwikkeling automatisch door naar de alarmcentrale. Daarnaast wordt de elektrische kookplaat automatisch uitgeschakeld bij het verlaten van de woning. Dit kan ook rookontwikkeling voorkomen. Inbraaksignalering In de hal kan de bewoner een inbraakalarm aan- en uitzetten. Dit gebeurt door een metalen staafje aan de sleutelbos langs een kastje te halen. Het huis ‘weet’ dan dat de bewoner thuis is of juist niet. Het alarm gaat ook ‘s nachts aan. Dit gebeurt door middel van de ‘slaap’-knop in de slaapkamer.
Met een staafje schakelt men de activiteitsmeting aan of uit.
Automatische verlichting Via sensoren in hal, badkamer en wc gaat bij binnenkomst automatisch de verlichting aan of uit. Bij ’s nachts opstaan gaan de lichten naar de wc automatisch aan, terwijl het inbraakalarm zichzelf even uitschakelt. Door een druk op de knop in de slaapkamer gaan de lampen weer uit en het alarm aan.
Alarmband.
12
Foto: ILSE
Binnenklimaat Verwarming, ventilatie en zonwering zijn volautomatisch op elkaar af te stemmen. De gewenste temperatuur en ventilatie is via sensoren af te stellen. Daarbij kan rekening worden gehouden met de invloed die het openen en sluiten van ramen heeft. Ook is de besturing van de zonwering elektronisch regelbaar, afhankelijk van de hoeveelheid zonneschijn. Bij een optimale afstelling is een besparing op het energiegebruik te realiseren.
In september 2002 is de Haagse wijk Moerwijk een voorbeeldwoning ingericht met domoticatoepassingen. Dit gebeurde op basis van de resultaten van panelgesprekken met ouderen en mantelzorgers. De ervaringen hiermee zijn in kaart gebracht. De Haagse wijk Moerwijk is een sterk vergrijzende naoorlogse wijk. In deze wijk is door de stichting Kennis- en Adviescentrum ILSE, samen met woningbouwcorporatie Vestia Den Haag Zuid-Oost en zorgaanbieder GDVVgroep, in 2002 een voorbeeldwoning ontwikkeld. In deze woning is de domotica zo onopvallend mogelijk aangebracht. Niet alleen om de sfeer van ‘gewoon wonen’ zo min mogelijk te beïnvloeden, maar ook om aan te sluiten bij de belevingswereld van de ouderen. Verder is terughoudend omgegaan met de toegepaste functies. Vanuit de individuele behoefte is altijd uitbreiding van functies mogelijk. Om dezelfde reden zijn zoveel mogelijk gewone schakelaars toegepast.
Foto: ILSE
de praktijk
Voorbeeldwoning in Den Haag
Reacties De voorbeeldwoning is niet bewoond en maakt onderdeel uit van een complex aanleunwoningen in de nabijheid van het Zorgcentrum Moerwijk. Het project is tot stand gekomen aan de hand van door ouderen zelf gesignaleerde problemen en obstakels binnen de woonsituatie. Daarbij is rekening gehouden met de vaardigheden van de gebruikers. Honderden ouderen zijn in deze woning rondgeleid en hebben de toepassingen gebruikt en becommentarieerd.
Onderzoek Voor dit project heeft ILSE, met ondersteuning van NIDO, een onderzoek uitgevoerd Een bezoekster probeert in de vooronder respondenten in de vierde levensfase (75 jaar en ouder). Hieruit blijkt dat voor beeldwoning het bedieningsgemak uitleg van de functies en de bediening van de domotica veel tijd moet worden uitgevan de keuken uit. trokken. Wel zijn ouderen goed in staat de functies en de bediening op bruikbaarheid in hun individuele situatie te beoordelen. Voorts zegt ongeveer 70 procent van de ouderen bereid te zijn bij te dragen aan de kosten voor een domoticapakket, mits deze verhoging beperkt blijft. Op basis van de opgedane ervaringen heeft ILSE een vraaggestuurde methode ontwikkeld voor een domoticawoning op maat voor zelfstandig wonende ouderen. Voor meer informatie: Adviesbureau Stichting Kennis- En Adviescentrum ILSE (Independent Living for Seniors), Zwaardvegersgaarde 64, 2542 TG Den Haag, tel. 070 366 8913, website: www.stichting-ilse.nl
13
Hanneke van der Horst, adviseur ILSE:
“Voorbeeldwoning verdrijft koudwatervrees” De Stichting ILSE (Independent Living for Seniors) steekt ouderen en mensen met beperkingen de helpende hand toe om zelfstandig te blijven wonen en zo de regie over het eigen leven te behouden. De introductie van domoticatoepassingen vormt daartoe een belangrijk hulpmiddel. Adviseur Hanneke van der Horst stuit daarbij regelmatig op ‘koudwatervrees’. “Om die te overwinnen biedt een voorbeeldwoning vaak uitkomst. Hierin kunnen de mensen oefenen en krijgen zij antwoord op alle persoonlijke vragen.” In samenwerking met woningcorporaties en (thuis)zorginstellingen doet ILSE domoticaprojecten in Den Haag en omgeving. Eén van die projecten was het inrichten van een voorbeeldwoning in de woonzorgzone Moerwijk (zie ook pag 13) en in Midden-Holland. Bij het inrichten van de woningen gaat ILSE zoveel mogelijk uit van de wensen van de gebruiker. “Wat wil de betrokkene zelf? Dáár gaat het om”, aldus Van der Horst. “Dus geen overkill aan functies, maar toepassingen die voor de ouderen van nu, de 75-plussers, haalbaar zijn. Daarom zijn die voorbeeldwoningen zo belangrijk. Elke keer blijkt dat de algemene waardering heel hoog is. Mensen die in eerste instantie zoiets hebben van ‘o jee, dat kan ik niet’ veranderen vaak compleet van opvatting als ze er eerst kennis mee kunnen maken.”
Valse alarmeringen Te veel functies en moeilijke bedieningspanelen zijn dus uit den boze. Vooral vanwege de kans op een trits aan valse alarmeringen. Van der Horst: “Maak je het te ingewikkeld, dan vergeet men al snel bij het verlaten van
14
de woning of een nachtelijk bezoek aan het toilet een knopje in te drukken. Met als gevolg dat op onverwachte momenten een stem vanuit de meldcentrale door het huis klinkt met de vraag wat er aan de hand is. Dat zijn voor ouderen nare ervaringen. Het komt voor dat om die reden een systeem wordt afgesloten. Dan is alle moeite voor niets geweest.” Maar wat doe je daaraan? “Slim nadenken over het systeem”, luidt haar kordate advies. “Wat kunnen mensen wel, wat kunnen ze niet? Wat goed werkt is bijvoorbeeld een elektronisch deurslot. Dat slot weet dat jij binnenkomt en schakelt automatisch het alarm uit.”
Stappenplan Toch houdt ILSE zich zelf niet zozeer bezig met de techniek. “Wat wij doen is onderzoeken of de domotica aanslaat bij ouderen. Ook begeleiden we de senioren binnen servicecomplexen. Wij richten zo’n woning in en leggen aan de hand van de voorbeeldtoepassingen uit hoe het allemaal
“Geen overkill aan functies, maar toepassingen die haalbaar zijn voor de ouderen van nu”
werkt en we oefenen bepaalde vaardigheden. Daarnaast geven wij woningcorporaties advies over een begeleidingstraject”, aldus Van der Horst. “Van daaruit kun je onderzoeken waar de behoeftes liggen en wat de vaardigheden zijn.” Verder organiseert de stichting bijeenkomsten voor mensen van woningcorporaties of (thuis)zorginstellin-
interview gen. “Dat doen we om onszelf te presenteren en om kennis uit te wisselen”, aldus de adviseur. “Wij geven dan presentaties rond een bepaald thema en laten zien wat de nieuwste ontwikkelingen zijn op domoticagebied.” Als non-profit-organisatie is de stichting onafhankelijk van leveranciers en fabrikanten.
“Aandachtspunt is ouderen van het nut te overtuigen. Als het te lastig is, haken ze snel af.”
Struikelblok Van der Horst heeft hoge verwachtingen van domotica bij toekomstige ouderenhuisvesting. “De mogelijkheden vanuit die techniek zijn enorm breed. Het grootste struikelblok op dit moment zijn de kosten. Door schaalvergroting zullen die in de nabije toekomst ongetwijfeld snel dalen. En om die kosten beperkt te houden, raden we aan om goed te kijken naar wat wel en niet nodig is. Maar vanuit de techniek kan bijna alles. Aandachtspunt is vooral ouderen van het nut te overtuigen. Als het te lastig is, haken ze snel af. En de ene oudere is de andere niet.”
15
Hoofdstuk 3 Domotica, waarom eigenlijk? De meeste ouderen willen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Eigentijdse domoticatoepassingen zijn juist voor deze doelgroep een wenkend perspectief. De nieuwe technologie in huis verhoogt het gevoel van veiligheid en verbetert het gebruiksgemak van woningen. Maar er zijn meer pluspunten. Communicatie met een zorgcentrale De domoticavoorziening die het mogelijk maakt automatisch contact te leggen met een zorgcentrale is het meest
populair bij ouderen. Dat ligt ook voor de hand, want een dergelijk systeem maakt het mogelijk om te allen tijde vanuit je eigen omgeving hulp van buitenaf in te roepen zonder gebruik te hoeven maken van een telefoon. De automatische inactiviteitsmeting maakt minder afhankelijk van anderen. Zonder een dergelijk systeem moeten die immers regelmatig langs komen om te kijken of alles nog goed gaat met de bewoner. Verzorgers hebben sneller en gemakkelijker toegang Wanneer in het domoticasysteem ook een op afstand bedienbaar voordeurslot is opgenomen, wordt het voor verzorgers gemakkelijker om bij noodgevallen de woning te betreden. De verzorger hoeft dan niet eerst naar een centrale sleutelpost om de sleutel van de woning op te halen, waardoor deze sneller bij de bewoner kan zijn. Verbeterde brand- en inbraakveiligheid Een domotica-installatie verbetert de veiligheid van de woning door de aanwezigheid van elektronische meldsystemen. Bij inbraak of brand wordt automatisch contact gelegd met een alarmcentrale. Naast de reële verbetering van de veiligheid, vergroot deze voorziening ook het veiligheidsgevoel van de bewoner. Verhoging van het wooncomfort en veiligheid De voorziening waarbij middels sensoren de verlichting in de hal, de WC en de badkamer automatisch aangaan bij binnenkomst, ervaren bewoners als een verbetering van het comfort en de veiligheid. De kans op vallen en struikelen verkleint, zo leert de ervaring.
16
Langer zelfstandig blijven wonen Domotica kan een belangrijke bijdrage leveren aan het langer zelfstandig laten wonen van ouderen zonder dat de kwaliteit van de zorg erop achteruit gaat. Wel moet de woning hiertoe geschikt zijn en bijvoorbeeld geen trappen hebben. Naast het feit dat hiermee het belang van senioren en wijken gediend is, ligt juist in dit aspect een belangrijk maatschappelijk voordeel. Door de sterke toename van het aantal senioren is huisvesting in verzorgingshuizen alleen uit financieel oogpunt al geen haalbare optie. Domotica en energieverbruik Met een domoticasysteem is ook energie te besparen. Hoeveel dit is, hangt af van de individuele situatie. Uit onderzoek blijkt dat in een woning van begin jaren tachtig de besparing minstens 20 kWh elektriciteit en 33 m3 aardgas per jaar is, en kan oplopen tot 107 kWh elektriciteit en 105 m3 gas per jaar (zie tabel). In euro’s levert dat een voordeel op van tussen de € 19,- en € 68,- per jaar. Op deze manier kan een groot deel van het extra elektriciteitsgebruik van de domotica-apparatuur gecompenseerd worden. In de praktijk zijn hiervoor verbruiken gemeten van ongeveer 150 kWh elektriciteit per jaar oftewel een kostenverhoging van € 24,50 op jaarbasis (zie tabel).
Tabel: Overzicht energiebesparing Type bewoner
Besparing
Besparing
Besparing
aardgas
elektriciteit
[€/jaar]
3
[m /jaar]
Zuinig
33
[kWh/jaar]
20
19
Gemiddeld
44
63
31
Minst zuinig
105
107
68
De energiebesparingsfuncties zijn eenvoudig in de huidige generatie domoticasystemen in te bouwen. Mogelijkheden liggen met name in de beperking van het energiegebruik van het huisautomatiseringssysteem en het personenalarmeringssysteem; vooral de ‘stand-by’functie heeft een groot aandeel in het energiegebruik. Ook het goed inregelen van de verwarmings- en ventilatiefuncties loont. De besparingen worden gerealiseerd met behoud van comfort; de bewoner merkt er dus niets van. Dit pluspunt is niet alleen uit energiebesparingsoogpunt van belang. In projecten zonder aandacht voor dit aspect, steeg namelijk het elektriciteitsgebruik van een ouderenhuishouden door toepassing van domotica. Veel bewoners bleken daar moeite mee te hebben (zie hoofdstuk 3).
17
Voordelen op een rij Samengevat kan domotica voor ouderen die zelfstandig willen blijven wonen de volgende voordelen opleveren: * Door een intelligent communicatiesysteem met de zorgcentrale kan er altijd een beroep worden gedaan op hulpdiensten, waardoor de bewoner zich minder afhankelijk hoeft te voelen. * Verzorgers hebben sneller en gemakkelijker toegang tot de woning doordat de zorgcentrale het deurslot op afstand kan openen. * Veilig gevoel door aanwezigheid van inbraakalarm, rookmelder en intercom met beeldscherm. * Verlichtingsfuncties verhogen comfort en veiligheid en kunnen daardoor valpartijen voorkomen. * Verlichting en verwarming worden efficiënt aangestuurd. * De energiebesparingsmogelijkheden zijn goed voor het milieu, spekken de portemonnee en werken draagvlakverhogend. In de praktijk is gebleken dat er grote verschillen in wensen zijn tussen bewoners. Het is daarom essentieel om het aanbod individueel af te stemmen op de vraag van de betrokken bewoner.
Lampje met bewegingssensor (rechts).
18
Foto: ILSE
de praktijk
Serviceflats in België Serviceflats Invest NV (België) heeft een financieringsprogramma opgericht om domoticatoepassingen in ouderenwoningen te financieren. Hiertoe is een serviceflat gebouwd met domoticafuncties die voldoen aan de wensen van de bewoners. Het project maakt het mogelijk om ook in het lagere huursegment domotica aan te bieden. De Vlaamse overheid constateerde dat er een behoefte bestaat aan huurflats voor ouderen in het lagere segment. Serviceflats Invest NV heeft hierop ingehaakt met de bouw van een serviceflat voorzien van domoticatoepassingen. De woningen zijn toegankelijk voor rolstoelpatiënten. Er is grote aandacht voor comfort. In geval van nood kunnen de bewoners via een oproepsysteem een beroep doen op de verpleging en verzorging. Op kosten wordt bespaard door toepassing van een gestandaardiseerd bouwconcept, door gebruik te maken van een gunstig energietarief (water verwarmen in de nachtelijke uren) en door zuinig met energie om te gaan. Bewoners waren in eerste instantie niet zo tevreden. Als na drie maanden de vraag opnieuw wordt gesteld, blijkt echter dat ze de domotica niet meer kwijt willen. Klacht is wel dat het systeem niet erg flexibel is. Intussen zijn al 700 woningen gebouwd. De fase van pilotprojecten is allang gepasseerd. Doel is om 5000 woningen in tien jaar tijd te realiseren. Het concept is gestandaardiseerd: binnen de minimumeisen van het concept, kan de architect de vormgeving wijzigen.
Voor meer informatie: Serviceflats Invest, Frankrijklei 53-55, Bus 7, 2000 Antwerpen, tel. (03) 222 94 94, website: www.sfi.be
19
Bewoner Wim Bähler:
“Fitte ouderen overtuigen, ga er maar aan staan” Oud-Philipsmedewerker Wim Bähler tilde in zijn wijk Het Eversveld in Geldrop samen met enkele andere bewoners een domoticaproject van de grond. Op basis van een technisch uitgewerkt plan pionierden zij anderhalf jaar lang om te kijken welke apparatuur het beste werkte. Dertien woningen maken gebruik van het systeem en het project verdient volgens Bähler absoluut navolging. “We zijn nog steeds de enige ouderen die iets dergelijks zélf hebben gedaan.”
eind 1997, bleek dat er maar een paar mensen uit de wijk wilden verhuizen. De rest bleef liever zitten. Dat was tijdens de start van het project Vitaal Grijs, met als spil gedeputeerde Van Nistelrooij. Hij zocht mensen die mee wilden doen en zo ben ik er ingerold. De grote vraag was natuurlijk: wat moeten we doen als we hier willen blijven wonen. Al snel werd duidelijk dat er dan wat aan de huizen moest gebeuren. De volgende stap was kijken naar andere mogelijkheden en zo kwam domotica in beeld.”
Rode knop Maar eerlijk is eerlijk, Bähler kwam niet helemaal onbeslagen ten ijs. “Na mijn Philipstijd ben ik min of meer toevallig in de geestelijke gezondheidszorg terecht gekomen. Daardoor had ik veel contacten met de provincie. Zo kreeg ik gegevens over de demografische ontwikkeling vroegtijdig onder ogen. Daaruit bleek dat met name in de regio rond Eindhoven aan de vooravond stond van een grote vergrijzing, met voorzieningen die daar absoluut niet toereikend voor waren.”
“Voorlichting is over het belang van domotica is nodig op een moment dat ouderen nog goed van lijf en leden zijn.”
Uitgangspunt was professionele hulp in noodsituaties via de 24 uur per dag bemande alarmeringscentrale van de thuiszorg en de speciale telefoon met de rode knop. Bähler: “De huizen zijn voorzien van elektromechanisch voordeurslot, dat door de zorgcentrale op afstand te openen is als hulp voor de deur staat. Belangrijke voorwaarde was ook: zo min mogelijk hak- en breekwerk! In het systeem zijn voorts inbraak- en brandmelding geïntegreerd. Ook is een basisvoorziening voor huisautomatisering toegevoegd. Waar nodig, zijn in een later stadium andere voorzieningen eenvoudig toe te voegen.” Uiteindelijk is het systeem vorig jaar in dertien huizen in het Eversveld geïnstalleerd.
Navolging Vitaal Grijs Een initiatief om in Geldrop serviceflats te bouwen voor ouderen, was de uiteindelijke vonk voor Bähler om tot actie over te gaan: “Toen het project werd gepresenteerd
20
Bähler vindt dat het project in Geldrop zeker navolging verdient. “Het grote voordeel is dat je gemengde wijken houdt. De oudere en jongere huiseigenaren kennen elkaar nu ook beter, waardoor het niet zo moeilijk is om hulp te krijgen. Dat is een meerwaarde.” Het voornaamste advies
interview dat hij bij toekomstige projecten wil meegeven, is dat mensen zich moeten realiseren dat er iets móet gebeuren. “Het kost ontzettend veel moeite om ouderen zover te krijgen. Men voelt zich fit en wil er nog niet aan. Dat is de kop in het zand steken. Inmiddels is in onze wijk al gebleken, dat het nodig is en dat het wérkt.”
Subsidie Een dergelijk systeem is niet goedkoop. “Geld kan zeker een struikelblok zijn”, erkent ook Bähler. “Ons initiatief heeft van de provincie een vrij aanzienlijk ontwikkelbudget gekregen. Dat heeft het uitwerken en introduceren van het systeem mogelijk gemaakt en ons ook over de brug geholpen. Maar het is natuurlijk vooral een onderwerp waarin gemeenten en woningcorporaties moeten investeren.
“Als je vindt dat mensen langer thuis moeten wonen, moet je nú tot actie overgaan.”
Daarbij zou de aandacht in eerste instantie naar alleen wonende ouderen dienen te gaan. Daarnaast is veel voorlichting nodig om ouderen zelf bewust te maken van het belang om voor domotica te kiezen in hun woning op een moment dat zij nog goed van lijf en leden zijn. Als je vindt dat mensen langer thuis moeten wonen, moet je nú tot actie overgaan. Alleen maar zoiets zeggen en niets doen is onverantwoord.”
21
Hoofdstuk 4 Knelpunten bieden kansen In de afgelopen jaren is veel geëxperimenteerd en getest met domoticatoepassingen. Zoals wel vaker bij innovaties is ook hier regelmatig sprake van vallen en opstaan: de implementatie van domoticatoepassingen verloopt verre van vlekkeloos. Daar staat tegenover dat de ervaring leert dat voor de gesignaleerde problemen veelal snel oplossingen worden aangedragen. Problemen bij het gebruik en kinderziekten in de techniek De domoticatechnologie is vaak complex. Soms blijkt dat er in de praktijk toch zaken mis gaan, bijvoorbeeld door
storingsgevoeligheid of omdat bewoners vergeten bepaalde handelingen te verrichten. Gevolg kan zijn dat bewoners het systeem van inactiviteitsmeting uitschakelen. Dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn. Het is dan ook zaak de besturingsapparatuur niet alleen goed door eendeskundige te laten inregelen, maar ook de bewoners intensief te begeleiden bij het zich eigen maken van het systeem. Bij enkele projecten is geopperd om de bewoners niet tijdens de verhuizing met de informatie over het domoticasysteem te belasten. Het is beter om de domotica in eerste instantie uit te schakelen en de bewoners dan enkele maanden later, wanneer ze aan hun nieuwe woning gewend zijn, hierover te informeren. Onvolledige benutting Een goede voorlichting en begeleiding van de bewoners over het gebruik van de toepassingen blijkt van groot belang te zijn. Schort het hier aan, dan blijkt al gauw dat de bewoners de domoticatoepassingen niet volledig benutten. Hoe belangrijk dit aspect is, blijkt uit het project ‘Lidwinahof’ (zie pag 7). Veel bewoners bleken ook na voorlichtingsbijeenkomsten en een rondleiding in een demonstratiewoning de voorzieningen niet op waarde te kunnen schatten. Soms wordt ook niet adequaat gereageerd op bewoners met vragen over de werking van de apparatuur, met als gevolg dat de bewoners minder gemotiveerd zijn om de domotica te gebruiken.
Simpele symbolen vergroten het gebruiksmak van domotica.
22
In het voorbeeldproject Moerwijk van de Stichting ILSE (zie pag 13) is juist veel ervaring opgedaan met de communicatie met bewoners. Via observatie, instructie en interviews is vastgesteld aan welke domoticafuncties ouderen het meeste behoefte hebben en hoe bewoners
Een rookmelder aan het plafond vergroot de veiligheid.
zich de diverse domoticatoepassingen eigen kunnen maken. Deze ervaringen zijn zeer waardevol bij het ontwikkelen van een goede voorlichtingsaanpak. Ingewikkelde bediening Het bedieningsgemak van de apparatuur laat soms te wensen over. Dit speelt extra op, omdat juist ouderen met lichte functionele beperkingen behoefte hebben aan
gemakkelijk te bedienen apparatuur. Zo wordt de alarmeringsfunctie van domotica zeer gewaardeerd, maar is deze in de praktijk vaak te complex om die goed te laten werken. Daarnaast vraagt de wijze van alarmering intensief overleg met zorginstellingen, mantelzorg en politie en brandweer. Al deze partijen hebben te maken met hun eigen werkwijzen. Het vraagt dan ook veel afstemming om te kunnen garanderen dat domotica-alarmering
23
24 uur per dag tot het in gang zetten van de juiste reacties leidt. Geen flexibiliteit De praktijk leert dat de kwaliteitsverbetering van wonen met domotica alleen zo wordt ervaren als die goed is afgestemd op het individu. Bewoners moeten niet verplicht worden een uitgebreid standaardpakket af te nemen. Dat betekent bij voorkeur een flexibel aan te passen domoticapakket met in- en uit te schakelen functies. In de praktijk is dat er niet altijd. In het project ‘Lidwinahof’ bleek dat wat voor een deel van de bewoners een welkome aanvulling was, voor andere bewoners niet gewenst was, of moeilijk om mee om te leren gaan. Het is dus belangrijk om systemen te hebben die je goed kunt afstemmen op de individuele behoeften van de bewoner en ook op wat de bewoner ‘aan kan’. Het gebruiksgemak van de bedieningsapparatuur moet eenvoudig zijn en gemakkelijk aan te leren. De apparatuur moet ook goed geïntegreerd worden in de woonomgeving. Geen lelijke kastjes op plekken in het zicht bijvoorbeeld. Een eerste vereiste voor het slagen van domotica is dat de individuele bewoner met zijn persoonlijke voorkeuren centraal staat. Vraaggestuurd aanbieden is daarom noodzakelijk. Dit voorkomt ook een ‘overkill’ aan voorzieningen en onnodige kosten. Negeren milieu- en energiegebruik Milieu- en energieaspecten (Planet) van domotica negeren, zoals nu nog vaak gebeurt, is niet verstandig. Enerzijds is een hoog energiegebruik slecht voor de acceptatie door bewoners. Anderzijds zijn er kosten te besparen door energiebesparende functies aan domotica toe te voegen. Dit draagt weer bij aan de betaalbaarheid. Bewoners willen niet voor de onaangename verrassing komen te staan dat het energiegebruik is gestegen, zoals blijkt uit de soms felle reacties van bewoners als zij daar later achter komen. Daarom is het belangrijk bij het aanbieden van
24
domotica het energiegebruik te beperken en de bewoners hierover vooraf goed te informeren. Als op het domoticasysteem ook energiebesparingsfuncties zitten, kan het verbruik bovendien dubbel en dwars worden gecompenseerd (zie hoofdstuk 2). Oog voor het energieaspect betekent dus driedubbele winst: het is goed voor het milieu, spekt de portemonnee en werkt draagvlakverhogend. Batterijen die vervangen moeten worden, zijn ongewenst, niet alleen vanuit milieuoogpunt, maar ook om kosten en overlast door onderhoud of uitval van het systeem te voorkomen. Verder kunnen comfortfuncties in domotica meehelpen bij het ondersteunen van energiezuinig gedrag, zoals blijkt uit een studie van ECN en Milieu Centraal. Voorbeelden zijn het lager zetten van verwarming, ventilatie en verlichting tijdens de nacht en bij het verlaten van de woning. Het vorige hoofdstuk liet zien dat, mits goed opgepakt, met domotica ook energievoordelen zijn te boeken. Meerkosten Een belangrijk knelpunt op dit moment bij de grootschalige toepassing van domotica zijn de kosten. Om domotica rendabel aan te kunnen bieden is het nodig gelijktijdig de kosten te verlagen en de opbrengst te vergroten. In veel proefprojecten kwamen de meerkosten nog voor rekening van de woningcorporatie. Uit ervaringen bij proefprojecten blijkt dat bewoners als zij positieve ervaringen met domotica hebben, ook bereid zijn om daar iets voor te betalen. Het blijkt wel dat veel bewoners pas na ervaring hiermee te hebben opgedaan, duidelijk de waarde inzien van domoticavoorzieningen. Soms geven woningcorporaties aan dat er voor hen ook een economisch voordeel is aan een woning met domotica. Zo’n woning blijft immers ook naar de toekomst toe een aantrekkelijk object voor de verhuur.
de praktijk
Renovatie in Tilburg Op initiatief van Woningcorporatie TBV Wonen in Tilburg zijn 41 bestaande woningen in de Mandelahof voorzien van domotica. Daarbij is met name geïnvesteerd in veiligheid en comfort. De bewoners tonen zich tevreden over de nieuwe technologie in hun huis. De domotica is na renovatie van de woningen aangebracht, met nadrukkelijke aandacht voor voorzieningen op het gebied van veiligheid en comfort. De woningcorporatie hechtte in dit project veel belang aan de mogelijkheid voor ouderen om langer in de eigen woning te kunnen blijven. Ook was er een economische drijfveer: een woning met domotica is in de toekomst een aantrekkelijk object voor verhuur. Energiebesparingsmogelijkheden waren van ondergeschikt belang. Een duurzaamheidsaspect is wel dat in aanvulling op draadloze technologie gebruik is gemaakt van de bestaande bedrading voor het lichtnet. Nieuwe bekabeling met al het daarbij behorende breekwerk kon hierdoor achterwege blijven.
Haken en ogen Bij aanvang wachtten de initiatiefnemers enkele flinke hobbels. Zo kostte het de betrokken zorginstellingen nogal wat tijd en overleg om een rooster te maken voor 24-uurs zorg. Ook aan de doormelding van inbraak en brand via de GGD aan politie en brandweer zaten de nodige haken en ogen, vooral omdat de instanties verschillende eisen stelden aan alarmeringen. Een succes is dat de domoticaleverancier een consortium is aangegaan met een belangrijke producent van personenalarmeringsapparatuur. Deze samenwerking maakt het mogelijk dat er snel meer domotica voor ouderen op de Nederlandse markt komt.
Nieuwe investeringen De bewoners blijken open te staan voor domotica. Wel moesten de bewoners erg wennen aan de moderne faciliteiten in hun woning. Nieuwe bewoners betalen € 11,50 per maand. Dit geld wordt gereserveerd voor nieuwe investeringen in de alarmmelding en -opvolging.
Kees Jan van Diemen van TBV Wonen is nog steeds nauw betrokken bij het domoticagebruik
Voor meer informatie: Kees Jan van Diemen, TBV Wonen, Postbus 356, 5000 AJ Tilburg; telefoon: 013 594 3362.
door de bewoners van het Mandelahof.
25
René van Loon, directeur Entron Nederland:
“Dienstverlening sleutel voor succes” Conceptvorming, realisatie, en aanbieden van bijbehorende diensten en services. Dát is in kort bestek het pakket dat Entron Nederland aanbiedt om de toepassing van domotica tot een succes te maken. “We proberen de kennis over domotica te bundelen”, zegt directeur René van Loon. “Vervolgens ontsluiten we die kennis, zodat nieuwe projecten hier hun voordeel mee kunnen doen.”
immers razend snel en is al weer vier jaar verder.” Soms werken bestaande projecten volgens de Entrondirecteur zelfs remmend op de toepassing van die nieuwe vindingen. “Dan blijft men te halsstarrig voortbouwen op oude modellen, terwijl je er juist voor moet zorgen dat een systeem kan evolueren. In ieder nieuw project moet je naast bestaande know-how ook weer een stukje innovatie inbouwen.”
Dienstverlening Entron Nederland heeft zich inmiddels ontwikkeld tot Domotica Service Provider, gespecialiseerd in dienstverlening op het gebied van domotica en ICT. De organisatie profileert zichzelf als schakel tussen opdrachtgever en gebruikers. In die rol was het bedrijf direct betrokken bij het seniorenwoningen project Lidwinahof in Best (zie pag. 7), het eerste project in Nederland dat zich richtte op de
“In ieder nieuw project moet je naast bestaande know-how ook weer een stukje innovatie inbouwen” toepassing van domotica in bestaande woningen.
Innovatie inbouwen De ervaring leert dat bewoners positief op domotica reageren, mits hen echt uitgebreid wordt geleerd met de toepassingen om te gaan. “En daar gaat nog veel mis, aldus Van Loon. “Communicatie speelt nog vaak een ondergeschikte rol.” Hoewel uitermate leerzaam, noemt René van Loon de Lidwinahof enkele jaren na oplevering eigenlijk al weer een oud project. “De ontwikkeling van automatisering gaat
26
Bij de Lidwinahof is gewerkt met een standaard domoticapakket. Dat is volgens Van Loon bewust gebeurd om te onderzoeken hoe bewoners van verschillende functies gebruik maken. Inmiddels is een vraaggestuurde aanpak het uitgangspunt, waarbij de domotica wordt afgestemd op de wensen en mogelijkheden van de bewoner. “Helaas wordt die term soms te gemakkelijk gebruikt”, waarschuwt hij. “Men denkt nog te veel in termen van techniek. Je bent er niet met het stoppen van een basispakket met wat modules in een woning. Als je een vraaggestuurde aanpak serieus neemt, begint het echte werk pas nadat de installaties zijn opgeleverd. Dienstverlening is de sleutel voor succes. Niet eenmalig, maar steeds weer. En zeker als een nieuwe bewoner het huis betrekt. Die dienstverlening kun je verschillend invullen. Het kan bijvoorbeeld betekenen dat je een huismeester opleidt, die vervolgens als vraagbaak en helper voor bewoners fungeert. Een helpdesk instellen is een ander onderdeel van de brede dienstverlening die noodzakelijk is voor een duurzame invulling.”
Doorbraak Kijkend naar de toekomst, heeft Van Loon enkele adviezen
interview voorhanden. “De betrokken partijen moeten zich vooral goed realiseren dat een woning lange tijd meegaat. De basis, oftewel infrastructuur, moet daarom geschikt blijven voor uitbreidingen achteraf. Dat vraagt om selectie van toekomstbestendige producten, met oog voor de aansluitingsmogelijkheden. Een woningcorporatie moet vooruit-
“Voor een duurzame invulling is het instellen van een helpdesk een noodzakelijk onderdeel van de brede dienstverlening” kijken en beleid en visie ontwikkelen.” Voor een echte doorbraak van domotica moet er nog wel veel gebeuren. Van Loon: “Subsidies van de overheid zouden zich niet op de techniek moeten richten, maar op aanpak. Woningcorporaties moeten op hun beurt domotica niet als een doel zien, maar als onderdeel van hun totale beleidsvorming. Dus niet alleen kijken naar de woning zelf, maar naar het totale woonmilieu en dienstverlening. Een levensloopbestendige woning heeft voor bewoners alleen zin in combinatie met een levensloopbestendige omgeving.”
27
Hoofdstuk 5 Naar een duurzame toekomst ‘In eigen omgeving oud worden’ leert dat de naam van het programma raak gekozen is. Domotica biedt tal van mogelijkheden om ouderen inderdaad langer zelfstandig te laten wonen. Aan de andere kant vergt de introductie veel aandacht, niet in de laatste plaats op het gebied van duurzaamheid. Het is nu aan de betrokkenen in de sector om de kansen op te pakken. Gezien de verdubbeling van het aantal ouderen tot 2030 ligt hier een gigantische uitdaging. In het kader van het NIDO-programma ‘In eigen omgeving oud worden’ hebben tal van betrokkenen zich de afgelopen drie jaar verdiept in de mogelijkheden van domotica in de ouderenhuisvesting. Een praktische uitwerking stond centraal, met een scherp oog voor duurzaamheidsaspecten. Deur opent met een elektronische sleutel.
Bij het opmaken van de balans, komen diverse aandachtspunten naar voren. Deze verdienen nadrukkelijke aandacht om domotica met succes op duurzame wijze te introduceren.
Via de TV kan men zien wie er voor de deur staat.
28
Vraaggestuurd aanbod Het is van het allergrootste belang bij het aanbieden van domotica uit te gaan van een vraaggestuurd aanbod, waarbij de behoeften van bewoners centraal staan. Niet in de laatste plaats, omdat de wensen van bewoner tot bewoner flink kunnen verschillen. Om die reden heeft het aanbieden van één totaalpakket geen zin. Veel van de domoticafuncties worden dan al snel niet of nauwelijks meer gebruikt. Bovendien is een uitgebreid pakket duur en zullen de bewoners de kosten ervan uiteindelijk zelf
Foto: ILSE
moeten opbrengen. Om die reden speelt het prijskaartje een belangrijke rol in de acceptatie van domotica. Het is dus zaak dit niet onnodig hoog te maken en vooraf duidelijkheid te geven over de wijze van kostendoorberekening. Besparingen zijn mogelijk als de aanleg is te combineren met andere noodzakelijke werkzaamheden. Nevenvoordelen van het vraaggestuurd aanbieden zijn dat hiermee investeringen kunnen worden uitgespaard en dat het energiegebruik en de milieubelasting worden beperkt. Gedifferentieerde pakketten Voor een brede acceptatie is het aan te bevelen gedifferentieerde pakketten aan te bieden, met keuzes om bepaalde functies wel of niet af te nemen. In de praktijk begint zo’n aanpak zich ook af te tekenen. Het aanbod bestaat dan uit een basispakket, vaak met de populaire functies zorgalarmering en inbraak- en brandalarmering, met een aantal uitbreidingsmogelijkheden. De wensen en behoeften van potentiële bewoners vormen hiertoe een belangrijke inspiratiebron. In dit licht is het verstandig een dergelijk aanbod te ontwikkelen aan de hand van een van te voren opgesteld ‘programma van eisen’ voor zowel de basisfuncties als de opties. Begeleiding op maat Om te garanderen dat het gebruik van de domotica zich ontwikkelt tot een automatisme, is een intensieve begeleiding van de bewoners een belangrijke factor. Eén keer het gebruik uitleggen is niet genoeg. Een algemene introductie voor bewoners dient gepaard te gaan met een individuele introductie. Vervolgens moet de bewoner op een goede plek terecht kunnen met individuele vragen over de werking, het anders inregelen en het aan- en uitzetten. Bestaat die mogelijkheid er niet, dan leidt dit al snel tot demotivatie. Gevolg daarvan is dat men de dure Met een domoticasysteem is ook energie te besparen.
29
domotica links laat liggen. Om dat te voorkomen is het opzetten van een goed herkenbare en goed bereikbare helpdesk een ‘must’. In de praktijk werkt het goed om deze rol van helpdesk te combineren met die van huismeester of wijkmeester. Dit is een vertrouwd gezicht voor de bewoners. Ook medebewoners kunnen een rol vervullen in de voorlichting naar de bewoners. Beperk extra energiegebruik Domoticasystemen vragen energie. Dit aspect vraagt nadrukkelijk aandacht, zowel uit het oogpunt van acceptatie als milieu. Ervaringen leren dat veel besparingen mogelijk zijn door allerlei comfortfuncties goed op elkaar af te stemmen. Door verbeteringen in de techniek is ook het verbruik van de systemen zelf fiks terug te schroeven. Vooral aan het stroomgebruik van ‘stand-by’-functies valt nog veel te verbeteren. Toevoeging van energiebesparende functies kan eveneens bijdragen aan de duurzame toepassing van domotica, bijvoorbeeld via het automatisch aan- en uitschakelen van verwarming, verlichting en ventilatie.
Een bewegingssensor kan automatisch alarmeren.
30
Deurtelefoon.
Kijk vooruit bij aanbieden van woningen en diensten Het op een goede manier uitrusten van woningen met domotica is pas een eerste stap. Na de introductieperiode blijft het onderhouden en aanpassen van installaties en systemen aandacht vragen. Hetzelfde geldt voor het verlenen van diensten en de voorlichting aan bewoners. Die aandacht is nodig gedurende de gehele beheerfase van de woning. Toepassing van domotica vraagt daarom om een afgewogen langetermijnbeleid van de woningcorporaties en hun koepelorganisaties. Om goede keuzes te maken zullen zij hun positie moeten bepalen in de hele keten van wonen, zorg en dienstverlening. Dat moet leiden tot een duidelijke afbakening van het aan te bieden producten- en dienstenpakket. Samenwerking met externe partijen is altijd nodig. Het gaat dan niet alleen
Foto: ILSE
om de regionale dienstverleners, zoals thuiszorg en de interne of externe domotica-onderhoudsdiensten, maar ook om samenwerking met financiers zoals zorgverzekeraars, het centrum indicatiestelling zorg of de gemeente. Op landelijk niveau ligt er een taak voor de rijksoverheid om voor enige stabiliteit in het financieringskader voor wonen en zorg te zorgen.
Tot slot Uit het programma ‘In eigen omgeving oud worden’ blijkt
dat domotica meer is dan een verzameling apparatuur in de woning. Ook houdt aandacht voor het duurzaamheidsaspect meer in dan het beperken van het energie en materiaalgebruik, hoe belangrijk dit op zichzelf ook is. De introductie van domotica in ouderenhuisvesting heeft vooral kans van slagen door in het gehele traject aandacht te hebben voor de effecten op het gebied van People, Planet en Profit. Alleen dán kan domotica wezenlijk bijdragen aan het langer zelfstandig wonen van ouderenin de eigen vertrouwde omgeving.
De alarmknop (rechts vooraan) is binnen handbereik.
31
Johan van der Leeuw, Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn:
“Ouderen gaan ver om uit verzorgingshuis te blijven” De meerwaarde van domotica staat voor Johan van der Leeuw van het NIZW buiten kijf: “Dankzij de elektronica kan men langer zelfstandig blijven wonen. De thuiszorg voldoet veelal om bij fysieke ongemakken de helpende hand te bieden. Hierdoor kan men veel langer uit het verzorgingshuis blijven. Voor het welzijn van ouderen is dat alleen maar winst, terwijl de samenleving minder hoeft te investeren in verzorgingscentra.” Juist daarom betreurt hij het dat een landelijke doorbraak vooralsnog op zich laat wachten. In de huidige ontwikkelingen op het gebied van domotica bespeurt Johan van der Leeuw van het NIZW, Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn, een zekere stagnatie. “Vanaf eind jaren negentig zijn er tientallen projecten gerealiseerd, maar de laatste jaren loopt dat aanzienlijk terug. De op zichzelf innovatieve projecten die her en der worden opgestart zijn niet voldoende om een doorbraak te forceren.” Een brief van de minister van VROM en de staatssecretaris VWS aan de Tweede Kamer van september 2004 staven zijn woorden: ook de bewindslieden constateerden dat er vertraging optreedt in de beoogde implementaties. Om die reden heeft de overheid een traject van een aantal woningcorporaties gefinancierd om te komen tot daadwerkelijke aanleg.
Vraaggericht Belangrijke vertragende factor vormt het prijskaartje dat aan domotica hangt. “Vooral de veelal aanbodgestuurde aanpak is daarvan de oorzaak”, zegt Van der Leeuw. “In plaats van een uitgebreid pakket techniek à raison van
32
€ 7.500 standaard in alle woningen aan te brengen, moet je mensen keuzemogelijkheden geven. Door vraaggericht te werken kan het een stuk goedkoper. Te meer daar uit evaluatieonderzoeken blijkt dat ouderen sommige functies in dat standaardpakket helemaal niet belangrijk vinden. Schrap die, of kies voor een minder ingewikkeld systeem.”
Draadloos Nieuwe technologie op basis van breedbandinternet kan in de nabije toekomst eveneens helpen bij het drukken van de kosten. Van der Leeuw: “De verwachting is dat die technologie de domotica veel goedkoper maakt. Het à la carte aanbieden van keuzemogelijkheden kan bijvoorbeeld veel eenvoudiger als iets draadloos is in plaats van met bekabeling. Bovendien hoef je minder hak- en breekwerk te verrichten in de woning.” Plannen van woningbouwcorporaties om een dergelijke infrastructuur in honderdof tweehonderdduizend nieuwe woningen tegelijk aan te leggen, kunnen vervolgens een doorbraak betekenen. “Dan leg je zo’n infrastructuur aan voor alle huurders. Bij ouderen gaat het dan vooral om personen- en brandalarmering, terwijl jongeren profiteren van goedkoper internet, telefonie en televisie. Extra voordeel is dat de jongere huurders dan meebetalen.”
Basispakket Toch signaleert Van der Leeuw ook voor deze optie enkele hobbels. “Mogelijk struikelblok is allereerst dat ouderen nog relatief weinig gebruik maken van internet. Verder is de aanleg van de breedbandinfrastructuur relatief duur, en van KPN noch kabelbedrijven verwacht ik extra aandacht voor ouderen. Die investering moeten woningcorporaties dus op
interview een andere manier terugverdienen.” Maar ook zonder nieuwe technologie ziet hij kansen voor een doorbraak, mits de focus geheel komt te liggen op de teruggebrachte variant. “Dan heb je het dus over personenalarmering, elektrisch deurslot en videodeurintercom, plus nog wat functies via losse installatietechniek. Voor maximaal € 3.000 kom je dan een heel eind. Bovendien is dit basispakket veel gemakkelijker aan te brengen in bestaande eensgezinswoningen.”
“In plaats van een uitgebreid pakket techniek standaard in alle woningen aan te brengen, moet je mensen keuzemogelijkheden geven.”
Wachtlijsten Aandachtspunt is wel dat de aanleg telkens in nauw overleg gebeurt met de betrokken zorginstelling. “Je kunt wel domotica hebben, maar als de verzorging vervolgens niet op komt draven, heb je er nog niets aan.” In dit licht vindt Van der Leeuw dat het oog nadrukkelijk gericht moet zijn op ouderen die op de wachtlijst staan voor verzorgingshuis of aanleunwoning. “Dan is zorgindicatie automatisch de invalshoek en kun je de thuiszorg direct goed regelen.” Limburgs onderzoek heeft recent uitgewezen dat mensen langer gebruik maken van de thuiszorg, terwijl ze geïndiceerd zijn voor het verzorgingshuis. Van der Leeuw zou graag zien dat overheid en woningcorporaties de uitdaging opnemen om met behulp van domotica de druk op de wachtlijsten te verminderen. “Hierin liggen belangrijke kansen. Te meer, daar ouderen zelf heel ver willen gaan om uit het verzorgingshuis te blijven.”
33
Hoofdstuk 6 Websites en publicaties Over domotica zijn allerlei nieuwsbronnen te raadplegen. In dit hoofdstuk een overzicht van enkele relevante websites en publicaties.
Websites Ouderen www.fnao.nl Facilitair netwerk allochtone ouderen. www.kenniscentrum-ouderen.nl Kenniscentrum ouderen van het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn. www.kenniscentrumwonenzorg.nl Website van Aedes en Arcaris, koepelorganisaties van woningcorporaties en zorginstellingen.
www.ouderenorganisaties.nl Het Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties is het samenwerkingsverband van vijf ouderenorganisaties: ANBO, NISBO, NVOG, PCOB en Unie KBO. www.seniorweb.nl SeniorWeb wil iedereen die niet met de computer is grootgebracht de mogelijkheden van de computer en internet zelf laten ervaren. Uitgangspunt is dat dit voor én door ouderen gebeurt. www.woonzorg.nl Grootste landelijke organisatie voor seniorenhuisvesting en dienstverlening. www.zowilikoudworden.nl De themacommissie Ouderenbeleid van de Tweede Kamer is op dinsdag 31 augustus 2004 gestart met een internetdiscussie om zoveel mogelijk burgers te betrekken bij de besluitvorming over het ouderenbeleid. Jong en oud konden tot 15 oktober 2004 op deze website reageren op stellingen en discussiëren via het forum.
Duurzaamheid www.opplussen.nl Informatie van de SEV, speciaal gericht op de doelgroep senioren. Opplussen is het verbeteren van bestaande woningen en woongebouwen zodat ouderen en mensen met een lichte functiestoornis kunnen wonen in een toegankelijk, bruikbaar en veilig huis.
34
www.dubo-centrum.nl Kenniscentrum duurzaam bouwen. www.duurzamestedelijkevernieuwing.nl De website van het NIDO-programma Duurzame Stedelijke Vernieuwing.
www.ecn.nl Energieonderzoek Centrum Nederland. Het grootste onderzoeksinstituut van Nederland op energiegebied.
www.nido.nu en www.transitiepraktijk.nl De websites van het Nationaal Initiatief Duurzame Ontwikkeling (NIDO). www.wijkwebsites.nl Intelligente duurzame wijkontwikkeling.
Domotica www.ineigenomgevingoudworden.nl De website van het NIDO-programma ‘In eigen omgeving oud worden’ met alle relevante informatie over het programma. www.irv.nl Kenniscentrum voor revalidatie en handicap. www.iwz.nl Innovatieprogramma Wonen en Zorg. www.kittz.nl KITTZ helpt mensen zo lang mogelijk zelfstandig te zijn, waar zij ook verblijven: thuis, in het ziekenhuis, verzorgingshuis of onderweg. www.livingtomorrow.nl Living Tomorrow is voor Nederland een compleet nieuw concept dat het wonen en werken in de toekomst
uitbeeldt. Het verenigt toonaangevende organisaties en bedrijven die elk in hun specifieke vakgebied aantonen hoe maatschappelijke en technologische ontwikkelingen duidelijke gevolgen hebben voor de leef-, woon- en werkwereld van morgen. www.nizw.nl Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW). Op deze site is onder meer de publicatie ‘Veilig en comfortabel wonen met domotica’ (januari 2005) te vinden en te bestellen. De uitgave geeft een beschrijving en analyse van vraaggestuurde domoticaprojecten in de ouderenhuisvesting. www.sev.nl Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting. www.smart-homes.nl Stichting Smart Homes is een expertisecentrum, dat zich inzet voor kennisverzameling, promotie en voorlichting op het gebied van slim wonen en domotica. www.stichting-ilse.nl Stichting ILSE voert onderzoek uit naar de haalbaarheid van moderne technische toepassingen ten behoeve van samenwerkingsverbanden van organisaties en instellingen op de terreinen wonen, welzijn, diensten, zorg, mobiliteit en veiligheid voor ouderen. www.wonenzorgwelzijn.nl Overzichtswebsites over wonen met zorg en welzijn.
35
Leveranciers/Installateurs
Publicaties
www.bitsbytes.be Bits & Bytes N.V., installateur en aanbieder van domotica systemen.
Yvonne van Dam, Hanneke van der Horst (Stichting Kennis- en Adviescentrum ILSE), Voorbeeldproject Moerwijk 'Een woning van nu voor ouderen van nu', NIDO, april 2004.
www.entron.nl Entron Nederland, domotica service provider (zie interview met directeur René van Loon op pagina 26/27). www.estafette.nl Estafette B.V., leverancier van onder andere personenalarmeringsapparatuur. www.isolectra.nl Aanbieder van een reeks van producten, diensten en oplossingen voor infrastructuren op de gebieden Elektrotechniek, Informatie en Communicatie Technologie. www.niko.nl Niko N.V. is leverancier van oplossingen voor lichtregeling, domoticasystemen en elektrisch schakelmateriaal. www.tunstall.nl Tunstall is leverancier van alarmcommunicatie-apparatuur voor de gezondheids- en welzijnssector. www.uneto.nl UNETO-VNI is de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel.
36
Maurice Jong, René Kamphuis (ECN), Milieukentallen domotica in relatie tot gebruikersgedrag; domotica en energiebesparing, wat levert het op?, NIDO, april 2004. Jan Schouw, Maarten Corpeleijn en Edith Poiesz (CEA), Domotica in bestaande seniorenwoningen: Evaluatie project Lidwinahof; People, Planet, Profit. NIDO, augustus 2003. Josephine Dries, Gerald Jan Ellen, Mhiera den Blanken (TNO-STB) en Nienke Maas (TNO-Bouw), Het nieuwe wonen voor ouderen. Een omgevingsverkenning naar domotica en duurzaamheid voor ouderen, NIDO, maart 2003. Josco Kester (NIDO), Vergrijzing nieuwe loot aan milieustam, verschenen in: milieutijdschrift ArenA, juni 2004. Josco Kester (NIDO), Domotica biedt kansen, maar alleen als duurzaam product, verschenen in: DUBO Jaarboek, november 2003. De hierboven vermelde publicaties kunnen worden opgevraagd via de website www.ineigenomgevingoudworden.nl en bij ECN, tel. 0224-564500.
Colofon Redactie en productie: VDWCONSULT, Goutum; De Graaf Communicatie, Enkhuizen Eindredactie: Josco Kester, programmamanager ‘In eigen omgeving oud worden’ Fotografie: Cor Mantel, Enkhuizen Vormgeving en druk: RS Drukkerij bv, Rijswijk Uitgave: NIDO, ECN April 2005
ECN - Energieonderzoek Centrum Nederland ir. Josco Kester Postbus 1 1755 ZG Petten www.ecn.nl
[email protected] 0224 - 564735 NIDO – Nationaal Initiatief Duurzame Ontwikkeling www.transitiepraktijk.nl
energie-innovatie
ECN - Energieonderzoek Centrum Nederland
NIDO – Nationaal Initiatief Duurzame Ontwikkeling