Zaterdag 22 mei Het is zover. Na een lange voorbereiding is het 22 mei: themadag Onderwijs in Congo. Het voltallige bestuur van Stichting Bambale is al om 8.00 uur in gemeenschapscentrum Lievendaal aanwezig voor de laatste voorbereidingen. Tafels worden klaargezet, de informatiehoek wordt ingericht, doet de microfoon het? Arlette Ikele legt kleurpotloden en papier klaar in het speelhoekje voor de kinderen die meekomen. In de keuken smeren Annie en Zr. Albertha de broodjes voor de lunch. Koffie en thee worden klaargezet.
Opening Om stipt 10.00 uur komen de eerste deelnemers binnen. Bij de entree krijgen ze een naamsticker, de indeling van de workshops en een tasje met informatie over NCDO. De dagvoorzitter, Hans Matheeuwsen van Vredesbureau Eindhoven, is inmiddels gearriveerd. Roel Thijs maakt de eerste foto’s. Hugues gaat nog gauw een verdwaalde spreker ophalen.En dan opent Hans Matheeuwsen de dag: een dag over onderwijs in D.R. Congo. Hans Matheeuwsen is algeheel coördinator en projectcoördinator van het Vredesburo Eindhoven. Stichting Vredesburo Eindhoven is een onafhankelijk documentatie- en informatiecentrum gericht op de problematiek van oorlog en vrede. Het buro richt zich zowel op de problematiek van geweld tussen landen en volken, als op het dagelijkse geweld tussen mensen onderling. Ze werken vanuit een geweldloze overtuiging en streven naar een vreedzame en rechtvaardige samenleving. In hun pandje - de Vredeswinkel - is er in de bibliotheek een uitgebreide verzameling boeken over de diverse aspecten van bovengenoemde problematiek. Daarnaast zijn er een grote hoeveelheid projecten en informatiemateriaal gericht op het middelbaar onderwijs en beroepsonderwijs. Hans onderstreept het belang van onderwijs als basis onder de maatschappij, hier in Nederland net zo goed als overal elders. Zoals het in de uitnodiging is verwoord: onderwijs geeft mensen toekomst. Het versterkt de sociale en economische weerbaarheid van mensen. Als je mensen ontwikkelt, ontwikkel je een maatschappij en bestrijd je armoede. In D.R. Congo gaat minder dan 50% van de kinderen naar school.
De doelstellingen van deze door Stichting Bambale georganiseerde themadag zijn: - informatie uitwisselen over onderwijs (in D.R. Congo) - stimuleren van onderlinge contacten en samenwerking tussen Congolezen hier in Nederland en in D.R. Congo - stimuleren van steun voor onderwijsprojecten - vergroten van draagvlak voor de projecten van Stichting Bambale/NCDO Het dagprogramma is wat gewijzigd ten opzichte van het programma op de uitnodiging. Mevr. Blankwater van Gemeente Eindhoven kon haar toezegging om te komen praten tot haar grote spijt niet nakomen en mevr. Kiertie Autar moest op het laatste moment afzeggen omdat ze werd geopereerd. Grote tegenvaller voor de organisatie was het feit dat Josue Basamuna Kokota en Nacha Kunsedioko Malongwa van Complexe Scolaire Bambale geen visum kregen om naar Nederland te komen. Na de opening door Hans neemt Olivier Lutu de leiding over om de dag op zijn Congolees te openen: met samenzang. Na een paar keer voordoen en oefenen zingen alle deelnemers onder Olivier’s leiding samen: Nsambe, na kumisi yo, Congolees voor ‘God ik dank u’.
Lezingen 1. Bioly Ikele Bioly Ikele, voorzitter van Stichting Bambale heet alle aanwezigen van harte welkom en maakt in een korte presentatie duidelijk waar Stichting Bambale voor staat en gaat. Bioly geeft aan welke uitgangspunten Stichting Bambale hanteert met betrekking tot de keuze voor projecten en hoe deze projecten in nauwe samenwerking met de Congolese zusterorganisatie FDSB (Fondation de Développement Stichting Bambale) en lokale partners worden uitgevoerd en begeleid. Stichting Bambale houdt zich bezig met projecten op het gebied van landbouw, opleiding en gezondheid/milieu, vanuit de visie dat honger en ziekte opleiding in de weg staan terwijl zonder opleiding duurzame verbetering van de uitgangssituatie niet mogelijk is. De opleidingsprojecten betreffen niet alleen basisonderwijs maar met name ook vakonderwijs en training/capaciteitsopbouw van de uitvoerende projectpartners. Aanleiding voor de organisatie van deze dag is de samenwerking met NCDO. NCDO ondersteunt mede de nieuwbouw van 3 klaslokalen voor het Complexe Scolaire Bambale in Kisantu. Afgelopen jaren heeft Bambale deze basisschool al kunnen ondersteunen met de bouw van 3 klaslokalen en een bibliotheek. Met bijna 200 leerlingen is uitbreiding van het aantal lokalen hard nodig.
2. Julienne Doppenberg-Difukidi Julienne Doppenberg-Difukidi is voorzitster van Stichting Tosangana. Tosangana, dat samenkomen betekent, is een Nederlandse stichting opgericht door en voor Congolese vrouwen in Nederland. De stichting is oorspronkelijk opgericht om een bijdrage te leveren aan een optimale en volledige integratie van Congolese vrouwen in de Nederlandse samenleving. Gezien de diversiteit aan culturen die Nederland rijk is, verwelkomt Tosangana echter eenieder die behoefte heeft aan samenzijn, ongeacht achtergrond. Daarnaast richt de stichting zich op de interactie tussen Nederland en de Democratische Republiek Congo. Julienne spreekt vanuit haar eigen ruime onderwijservaringen: ze heeft onderwijs gevolgd in D.R. Congo en geeft nu les in Nederland. In Nederland wordt onderwijs gegeven met behulp van methodes vanuit een achterliggend concept. In D.R. Congo is het onderwijs sinds de koloniale tijd niet verder ontwikkeld. De nadruk ligt nog steeds op het klassikaal uit het hoofd leren en reproduceren. Begrip en creativiteit zijn ondergeschikt. Oplossingsgericht denken wordt niet gestimuleerd. Het onderwijs in Congo zou gebaat zijn bij het invoeren van moderne onderwijsmethodieken en -concepten. Een ander groot verschil tussen onderwijs hier en daar is de betrokkenheid van ouders bij het onderwijs. In Nederland worden ouders geacht kinderen te halen en brengen en zo nu een dan eens binnen te lopen om te informeren hoe het met hun kind gaat. Voor Nederlandse ouders is dit vanzelfsprekend, voor Congolezen niet: het moet hun uitgelegd en geleerd worden. Achtergrond en specifieke kwaliteiten van het individuele kind hebben grote invloed op het leergedrag. Voor Congolese kinderen is het belangrijk dat school en ouders in gesprek gaan en zich betrokken voelen en tonen. 3. Karel Roos: Van huis uit is Karel Roos scheikundige en hij heeft in het onderwijs gezeten in India. Daar is hij o.a. betrokken geweest bij het opzetten van een systeem met maatschappelijke stages en een project met maaltijden op school. Programma’s die later overgenomen zijn door de lokale overheid. Ook is hij werkzaam geweest voor ICCO en Pax Christi, o.a. in Nepal, Zuid-Amerika en de Balkan. Karel Roos is nu project coördinator particuliere initiatieven van Impulsis. Impulsis, begonnen in 2006, is een gezamenlijk initiatief van Edukans, ICCO en Kerk in Actie. Bij Impulsis kunnen organisaties terecht voor ondersteuning van hun ontwikkelingsproject: Impulsis is een balie voor particuliere initiatieven gericht op het bij elkaar brengen van fondsen en expertise. Daarnaast biedt Impulsis toegang tot een breed netwerk en trainingen en legt Impulsis contacten tussen partners en relevante instanties in ontwikkelingslanden. Aandachtsgebieden Impulsis: onderwijs, gezondheidszorg en HIV/AIDS, water en sanitair, en eerlijke economische ontwikkeling (plaatselijk ondernemerschap). Vanaf 2011 komt klimaat en milieu hierbij. Voor particuliere initiatieven op onderwijsgebied is er 2 miljoen. In D.R. Congo ondersteunt Impulsis vanaf volgend jaar alleen nog maar onderwijs projecten. Stichting Bambale is op dit moment de enige PI partner in D.R. Congo. In het algemeen is van overheidswege de tendens om de verantwoordelijkheid voor onderwijs bij de overheden van de landen zelf te leggen en vooral te focussen op landbouw- en economische projecten. Daar de lokale overheden vaak in dit opzicht in gebreke blijven is het maar zeer de vraag of deze keuze wel verstandig is: onderwijs ligt immers aan de basis van iedere ontwikkeling. Impulsis hecht aan: Samenwerking met plaatselijke NGO’s, betrokkenheid van de doelgroep is van groot belang: mensen moeten het gevoel hebben dat het hun project is bijv. door ouders te betrekken bij de school en het onderwijs. Hetzelfde geldt voor samenwerking/contact met andere spelers en/of soortgelijke projecten.
Betrokkenheid eigen omgeving en achterban vanuit Nederlandse organisaties etc. is van groot belang, daarom is de financiële ondersteuning max. 50% van de projectbegroting: Bouwactiviteiten max. 30%: het invoeren van bijv. nieuwe onderwijsmethodieken en het opleiden van gekwalificeerde leerkrachten is op dit moment van groter belang dan het bouwen van meer lokalen. Innovatie is belangrijk Duurzame projecten/programma’s gericht op versterking van de maatschappij. Op de scholen zelf moet er ook veel aandacht zijn voor voorlichting (hygiëne, HIV etc), maar wel rekening houdend met plaatselijke cultuur en gewoonten Voor de juiste aanpak van projecten gelden z es essentiële factoren: 1. Gedeeld eigenaarschap 2. Kwalitatief hoogstaande innovatieve aanpak 3. Ontwikkeling strategie belanghebbenden 4. Goed PME management 5. Transparante resultaten 6. Capaciteitsopbouw M.b.t. onderwijsprojecten komt daar nog bij: - Betrek de ouders bij het schoolmanagement - Denk en handel vanuit een kwaliteitsgedachte; maak het verschil - Stimuleer schoolmanagement; verminder afwezigheid/spijbelen - Gebruik een onderwijsmethode: participatief - Werk met getallenlijn, werk in groepen - Zet de leerling centraal en bespreek individuele leerplannen met ouders - Houdt rekening met geslacht en specifieke eisen mbt groepen/ onderwijs - Professionaliseer maar voorkom bureaucratie - Werk samen met plaatselijke overheid - Praat over hygiëne en het voorkomen van hiv, aids, sida
Cultureel Intermezzo Na de 3 lezingen is er een korte koffiepauze waarna de microfoon wordt overgenomen door Yenti Ikele die samen met Andy Isahaku een mooie vertolking brengt van het nummer ‘Earth Song’ van Michael Jackson. Een lied over de Aarde die in haar bestaan wordt bedreigd door de mens: milieuvervuiling, vernietiging van tropisch regenwoud, het doden van wilde dieren door stropers, agressie en oorlogsgeweld. Een oproep om eens stil te staan bij wat we met zijn allen toch aan het doen zijn … (voor de tekst: zie bijlage). Yenti en Andy zijn twee leerlingen van het Christiaan Huygens College in Eindhoven.
Playing for Succes De dag wordt vervolgd met een voordracht door Rik van Rooij. Rik is leerkracht basisschool Karel de Grote in Eindhoven en actief bij Playing for Success Eindhoven. Playing for Succes is een voor Nederland grensverleggend initiatief waarmee leerlingen in de leeftijd van 9 tot 14 jaar hun prestaties in taal, rekenen en ict verbeteren. Het gaat om onderpresterende kinderen: ‘gewone’ leerlingen die minder presteren dan ze kunnen en soms achterblijven op het gemiddelde niveau. Playing for Success draagt structureel bij aan het opheffen van deze leerachterstanden. Daarnaast levert Playing for Success een belangrijke bijdrage aan het zelfvertrouwen én een positiever zelfbeeld. Playing for Success gaat ervan uit dat kinderen van nature gemotiveerd zijn om te leren. Maar door negatieve leerervaringen is de motivatie verminderd. Hun zelfbeeld en zelfvertrouwen is daardoor verslechterd. Ze geloven zelf dat ze niet goed kunnen leren. Dit heeft tot gevolg dat ze onderpresteren. Eindhoven heeft een landelijke primeur: het eerste Playing for Succes leercentrum bij een Nederlandse eredivisieclub. Het leercentrum bevindt zich onder de Westtribune van het Philips-stadion. Om te beginnen staat Rik even stil bij het onderwijs zoals dat in Nederland op de basisschool wordt verzorgd. Het basisonderwijs is verdeeld in 8 groepen. Veel basisscholen werken tegenwoordig samen met peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. Hierdoor wordt het mogelijk sneller signalen m.b.t. het totaalbeeld van de situatie en het welbevinden van het kind op te vangen. Er wordt lesgegeven aan de hand van een methode of met behulp van projecten. Rik is voorstander van hetgeen je in projectvorm kunt bereiken. Bijvoorbeeld m.b.t. onderwijs over cultuurverschillen. In plaats van een informatieboekje te gebruiken is hij met zijn leerlingen in groepjes bij gezinnen met verschillende culturele achtergronden gaan eten. Met toetsing en het leerlingvolgsysteem worden de leerprestaties in de gaten gehouden. Dit vormt de basis voor de doorstroming naar het vervolgonderwijs. Het leerproces wordt door vele factoren beïnvloedt: de leerstof, de leerkracht, de ouders, het welbevinden van het kind, beschikbaarheid van materialen en de omgeving van het kind. Om eruit te halen wat er in zit is het van groot belang dat het kind zich goed voelt. D.w.z. dat de leeromgeving veilig en inspirerend moet zijn. Ook de rol van de ouders is hierbij groot: ‘kleine’ zaken zoals op tijd naar bed gaan, regelmaat, belangstelling hebben grote invloed op het leergedrag en – vermogen van een kind. De school dient actief ouders te informeren/adviseren en te betrekken bij het onderwijs van hun kind. Om kinderen te motiveren is het belangrijk de leerstof aan de directe leeromgeving te koppelen. Door de omgeving en dagelijkse praktijk van het kind te gebruiken in de uitleg van de leerstof wordt duidelijk waarvoor iets dient en wat je ermee kunt bereiken. Kinderen worden hierdoor gemotiveerd. Van dit principe maakt Playing for Succes gebruik om kinderen met een leerachterstand in een periode van 10 weken spelenderwijs weer terug op niveau te brengen. Een inspirerende omgeving is hierbij de sleutel tot succes en vandaar dat er voor het voetbalstadion van PSV is gekozen. Met behulp van opdrachtkaarten, helpkaarten en spelvormen gaan de kinderen in groepen op ontdekkingstocht door het stadion. De afmetingen van het voetbalveld worden geschat en gemeten (meetkunde) er moeten boodschappen worden gedaan in de fanshop (hoofdrekenen, tellen) en via het ‘zweetspel’ waarbij kinderen de tribunes op en af sjouwen wordt er gewerkt aan spellingsopdrachten. De theorie krijgt concrete ‘handen en voeten’ en in gesprek met elkaar werken de kinderen aan hun motivatie, zelfvertrouwen en zelfbeeld.
Hoewel een voetbalstadion natuurlijk een geweldige leeromgeving is werkt deze aanpak overal. N.a.v. foto’s van de directe omgeving van Complexe Scolaire in Kisantu worden er samen met de aanwezigen een aantal opdrachten bedacht. De plaatselijke markt blijkt veel mogelijkheden te bieden: a.d.h. van recepten bekijken welke ingrediënten je moet kopen (lezen, schrijven, berekenen hoeveelheden), producten kiezen (biologie, voedingsleer), producten kopen (onderhandelen, rekenen, tellen) etc. Als de leerkracht bereid is met zijn leerlingen uit de klas te stappen blijkt er met een beetje creativiteit en structuur heel inspirerend les te geven zonder dat daar nu direct dure methodes voor aangeschaft hoeven te worden.
Workshops Na de lezingen is het tijd voor de lunch. Met een broodje in de hand maken de aanwezigen kennis met elkaar en wordt er als voorproefje op de workshops al enthousiast nagepraat en gediscussieerd over alles wat er die morgen verteld is. Op basis van de inschrijvingen zijn de deelnemers verdeeld over 5 groepen van ong. 10 personen. In iedere groep zitten een aantal deelnemers van Congolese afkomst samen met een aantal van Nederlandse afkomst. De groepen bespreken o.l.v. een gespreksleider in twee rondes de 4 hieronder staande kernvragen. Na een korte koffiepauze blijven de deelnemers in dezelfde groep zitten maar wisselen de gespreksleiders van groep. De belangrijkste punten en suggesties worden op een groot vel papier geschreven die na iedere ronde in de grote zaal worden opgehangen zodat alle deelnemers elkaars ideeën kunnen bekijken.
Na de lunch gaat ieder op zoek naar zijn eigen groep en al gauw is men flink in gesprek. Er wordt serieus informatie uitgewisseld, intensief met elkaar gesproken en soms heftig gediscussieerd. Als de tijd om is, blijkt men nog lang niet uitgepraat en het wordt uiteindelijk maar een heel korte koffiepauze tussendoor. Een paar deelnemers die ’s morgens aan had gegeven ’s middags eerder weg te moeten, stellen hun plannen bij en besluiten toch te blijven om ook met de tweede ronde workshops mee te kunnen doen. Hieronder de vooraf door de organisatie geformuleerde kernvragen met daaronder een samenvatting van de reacties vanuit de werkgroepen. De volledige door de groepen opgestelde teksten vindt u in de bijlage. Kernvragen voor workshopronde 1 Vraag 1: financiering onderwijs Inleiding: In Congo worden de docenten slecht of niet betaald door de overheid. Het komt regelmatig voor dat zij zelf aan de leerlingen geld vragen om hun salaris te bekostigen. Kunnen zij dit niet betalen, dan mogen zij niet meer deelnemen aan de lessen. - Hoe kun je ervoor zorgen dat alle kinderen onderwijs kunnen volgen wanneer de docenten niet door de overheid worden betaald? werkgroepen: De school moet eigen inkomen genereren voor de salarissen van de leerkrachten door: - eigen (landbouw)project - samenwerking met lokale bedrijfsleven Het gaat hier om arbeid door de leerlingen of eventueel hun ouders in plaats van of als aanvulling op het schoolgeld. Alle kinderen zouden hieraan mee kunnen doen, niet alleen de armlastige kinderen. Het werken op het land of in een bedrijf kan zodanig ingepast worden in het schoolprogramma dat de kinderen er van leren. Een paar uur werken in het weekend of in vakanties om naar school te kunnen gaan wordt niet gezien als kinderuitbuiting. Daarnaast moet er een beroep gedaan worden op solidariteit: - van de regering - van rijkere landgenoten - van lokale organisaties/bedrijven Vraag 2: verbetering kwaliteit onderwijs Inleiding: De kwaliteit van het onderwijs is beneden de norm door het gebrek aan motivatie bij de slecht betaalde docenten en door gebrek aan voldoende didactische materialen. Er bestaan wel particuliere onderwijsinstellingen die wel voldoen aan de normen. Deze zijn niet betaalbaar voor de meeste gewone gezinnen. - Hoe kun je met beperkte middelen de kwaliteit van het huidige onderwijssysteem in Congo verbeteren, waarbij binnen de bestaande normen van het onderwijs gewerkt wordt. Werkgroepen: - Behoeften en knelpunten analyseren en vervolgens prioriteiten stellen. - Motivatie leerkrachten door bijscholing: gericht op creativiteit en methodiek (bijv. vanuit de diaspora)
Kernvragen voor workshopronde 2 Vraag 3: betrokkenheid ouders Inleiding: Door de moeilijke omstandigheden waarin het land verkeert, zijn de meeste ouders in Congo veel bezig met het zoeken naar middelen om te overleven. Hierdoor zijn zij vaak minder betrokken bij het onderwijs van hun kinderen. - Hoe kun je de participatie van de ouders vergroten, zodat dat ook een bijdrage levert aan het optimaliseren van de ontwikkeling van het kind en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs? Werkgroepen: - schoolorganisatie helpt ouders bij vinden werk op voorwaarden dat zij aandacht en betrokkenheid tonen bij het schoolgaan van hun kinderen - actieve benadering van ouders door de school o voor ondersteuning/voorlichting m.b.t opvoeding en hun rol als ouders o ‘verplicht stellen’ contacten (oudergesprekken) o betrekken ouders bij onderwijs: gebruik maken van vaardigheden/kwaliteiten ouders in de klas of bij projecten - samenwerken met lokale organisaties / dorpsleiding / plaatselijk rolmodel: voorlichting over inhoud en belang van onderwijs Vraag 4: samenwerking organisaties Inleiding: In Nederland wonen Congolezen die op de één of andere manier hulp bieden aan de bevolking in het thuisland. Dit kan zijn in georganiseerde vorm, maar ook vanuit de privé-situatie. Daarbij kunnen zij hun ervaringen vanuit de Nederlandse samenleving wel of niet betrekken. - Hoe kun je de samenwerking tussen de verschillende Congolese/Nederlandse disciplines en personen bevorderen ten behoeve van het onderwijs in Congo? Werkgroepen: - bijeenkomsten met meerdere organisaties organiseren: kennis uitwisseling, samenwerking - betrekken bedrijfsleven (handel, landbouw) - lobby op (Europees) regeringsniveau - koppelen Nederlandse / Congolese scholen (uitwisselen tekeningen, brieven)
Ndaku Afrika Na al het praten is er even tijd voor ontspanning in Congolese sfeer met een optreden van de Afrikaanse Dans- en Percussiegroep Tamafri van Ndaku Afrika. Ndaku Afrika betekent "Afrikaans huis”. De Percussiegroep staat onder leiding van Claude Ngamadia Mukwaba, geboren in Kinshasa, Congo. Vanaf het moment dat hij oud genoeg was om de ngoma te bespelen, werd hij opgenomen in de band van de kerk. Toen hij in 1998 in Nederland ging wonen werd hij al snel percussionist bij Tamafri. Sinds 2000 heeft Claude de artistieke leiding over het gezelschap. Tamafri speelt in het binnen- en buitenland, onder andere op festivals als Dunya festival en de Vierdaagse feesten.
Forum Het forum bestaat uit: Julienne Doppenberg, Bioly Ikele, Karel Roos en Antoinette Kusu en staat onder leiding van Hans Matheeuwsen. Alvorens te beginnen met het plenaire debat verzoekt Hans Matheeuwsen vertegenwoordigers van de verschillende werkgroepen naar voren te komen om te komen vertellen wat deze middag voor hun de belangrijkste uitkomst was van de gesprekken in hun groep. Groep A: Goed onderwijs is alleen mogelijk als ouders zich betrokken voelen en tonen. Het gaat hier niet alleen om de financiële bijdrage in de vorm van schoolgeld. Veel ouders weten niet wat ze voor hun schoolgaande kinderen kunnen betekenen: hiervoor is veel voorlichting en informatie nodig. Groep B: Ook de schoolorganisaties moeten zich bewust worden van de grote rol die betrokken ouders kunnen spelen in het onderwijs. Ouders moeten gemotiveerd worden om die rol ook te willen spelen. Groep C: De huidige tendens is om minder geld voor ontwikkelingssamenwerking beschikbaar te stellen. Een verandering van houding is nodig – gebruik maken van de X-factor. Tip: documentaire “Bonjour Congo” (BRT, 7 afleveringen. Groep D: Vernieuwing van het onderwijs is heel belangrijk. Dat kun je doen door bijscholing van de leerkrachten. Samenwerking ouders – school – kinderen stimuleren. Groep E: Samen sta je sterk. Congolese stichtingen moeten meer gaan samenwerken. Probleem: met een lege maag is het zowel slecht lessen geven als slecht lessen volgen. Honger is ook geen stimulans voor creativiteit of betrokkenheid van ouders. Desondanks is het noodzakelijk ouders meer bewust te maken van het belang van onderwijs. Daarom is het ook nodig dat schoolorganisaties eigen inkomsten te genereren bijv. door middel van een schoolbus die tijdens de lesuren ingezet wordt als taxi.
Debat Na de presentaties van de werkgroepen begint het debat dat meteen inhaakt op de stelling van de laatste groep: Samen sta je sterk. Vanuit het forum vragen Julienne Doppenberg en Antoinette Kusu zich af of de Congolezen in Nederland meer zouden kunnen samenwerken. Alle Congolezen steunen hun eigen familie. Is het mogelijk om boven dat niveau uit te stijgen en door samen te werken en netwerken te gebruiken meer rendement te halen uit de activiteiten van de diaspora? De diaspora sturen meer geld naar Congo dan ontwikkelingsorganisaties, maar wat is het resultaat? Is het een morele plicht dat de diaspora hun thuislanden ondersteunen? De meningen zijn verdeeld. Volgens sommigen zit samenwerken en verder kijken dan familiebanden niet in de Congolese mentaliteit – daar moet aan gewerkt worden. Als voorbeeld worden de Rwandezen aangehaald die door samen te werken een gezicht en daarmee een stem hebben gekregen in Den Haag en zo meer invloed hebben dan de individuele Congolese organisaties. De bijeenkomst doet een oproep om niet langer op elkaar te wachten en zich te verschuilen achter ‘organisaties’ maar om daadwerkelijk samen te gaan werken. Samenwerken m.b.t. projecten in Congo: Karel Roos geeft aan dat Impulsis hieraan zou kunnen bijdragen. Hij vraagt zich af of ‘onderwijs’ een modelproject kan zijn om met de verschillende Congolese organisaties gezamenlijk aan te pakken. Alle stichtingen met projecten in Congo krijgen direct of indirect met onderwijs te maken. Onderwijs betreft immers niet alleen scholen voor kinderen maar ook capaciteitsopbouw. Ook stichtingen met een eigen specialisatie lopen er vaak tegenaan dat de lokale uitvoerende partners in Congo versterking kunnen gebruiken: niet alleen project inhoudelijke instructie en training maar ook capaciteitsopbouw in algemene zin: planning, (economisch) haalbaarheidsonderzoek, opstellen onderhoudsplannen en vooral ook verslaglegging en financiële en inhoudelijke verantwoording etc. Het is belangrijk om in ieder onderwijsprogramma het belang van bewustwording, samenwerking, creativiteit en initiatief op te nemen. Samenwerken Nederland Om gehoord te worden is het ook belangrijk dat de diverse Stichtingen in Nederland gezamenlijk optrekken. Een Congolees ‘gezicht’ / aanspreekpunt zou meer gedaan kunnen krijgen en zou kunnen lobbyen om Congo onder de aandacht te brengen van overheidsinstanties en fondsen. Lobbyen is complex en een zaak van de lange termijn. Een aantal deelnemers geeft aan graag een cursus /workshop lobbyen te willen doen. Een vervolg op deze dag? Impulsis staat open om hieraan mee te werken. Hoewel CNN is opgericht als samenwerkingsverband werkt het niet zo: de motivatie van de huidige leden is eerder eigen belang dan investering in gezamenlijk optrekken. Ook de samenwerking met Nederlanders moet niet vergeten worden: van belang i.v.m. de taal en culturele aspecten. Het forum concludeert tot slot dat onderwijs een belangrijk en veelomvattend onderwerp is en vooral ook betekent: leren samenwerken, leren lobbyen en leren samenleven.
Afsluiting Hans Matheeuwsen bedankt alle aanwezigen voor hun aandacht en inbreng en de medewerkers van gemeenschapscentrum Lievendaal, Stichting Bambale en iedereen die een bijdrage aan de organisatie van deze dag heeft geleverd. Namens Stichting Bambale bedankt Annie van Doremalen de dagvoorzitter, de gespreksleiders en de leden van het pannel. Hierna staat volgens goed Congolees gebruik het eten klaar. Terwijl iedereen geniet van de heerlijke typisch Congolese gerechten wordt er nog volop nagepraat over deze boeiende, zeer geslaagde themadag Onderwijs in Congo
Evaluatie De deelnemers is gevraagd een evaluatieformulier in te vullen. Het formulier is voornamelijk ingevuld door Congolese bezoekers. De bezoekers kwamen hoofdzakelijk n.a.v. de uitnodiging en waren reeds vooraf bekend met de activiteiten van Stichting Bambale. De activiteiten van NCDO waren minder bekend. Het programma werd interessant gevonden, soms wat aan de korte kant en steeds met voldoende mogelijkheden tot interactie. Dit gold met name voor de workshops, voor meer dan een derde van de personen het meest interessante onderdeel van het programma. De dag heeft voldoende tot veel bijgedragen aan de doelstellingen: informatie overdracht over onderwijs in D.R. Congo, stimuleren samenwerking, stimuleren steun onderwijsprojecten en vergroten draagvlak Stichting Bambale/NCDO. Voor informatieverspreiding heeft e-mail veruit de voorkeur. Het formulier en een uitgebreid overzicht van de gegeven antwoorden: zie bijlage. Karel Roos van Impulsis heeft aangegeven dat Impulsis wel mee wil werken om Congolese organisaties in Nederland te leren zichzelf te profileren bij (overheids)instanties en belangrijke subsidieverleners. Verder wil hij ook graag bijdragen aan het verbeteren van de onderlinge samenwerking van Congolese organisaties in Nederland. Een idee voor Stichting Bambale vanuit de dag is om bij een school ook iemand aan te stellen die de sociale contacten met de ouders van de leerlingen onderhoudt. Een soort oudercoördinator/schoolmaatschappelijk werker. Dit vergroot de betrokkenheid van de ouders bij school en verbetert daardoor het onderwijs.
BIJLAGE Lyrics “Earth Song” by Michael Jackson What about sunrise What about rain What about all the things That you said we were to gain... What about killing fields Is there a time What about all the things That you said was yours and mine... Did you ever stop to notice All the blood we've shed before Did you ever stop to notice This crying Earth its weeping shores? What have we done to the world? Look what we've done. What about all the peace, That you pledge your only son? What about flowering fields? Is there a time? What about all the dreams, That you said was yours and mine? Did you ever stop to notice, All the children dead from war? Did you ever stop to notice, This crying Earth its weeping shores? I used to dream I used to glance beyond the stars Now I don't know where we are Although I know we've drifted far
What about yesterday (What about us) What about the seas (What about us) The heavens are falling down (What about us) I can't even breathe (What about us) What about everything (What about us) I given you (What about us) What about nature's worth It's our planet's womb (What about us) What about animals (What about it) We've turned kingdoms to dust (What about us) What about elephants (What about us) Have we lost their trust (What about us) What about crying whales (What about us) We're ravaging the seas (What about us) What about forest trails Burnt despite our pleas (What about us) What about the holy land (What about it) Torn apart by creed (What about us) What about the common man (What about us) Can't we set him free (What about us) What about children dying (What about us) Can't you hear them cry (What about us) Where did we go wrong Someone tell me why (What about us) What about baby boy (What about it) What about the days (What about us) What about all their joy (What about us) What about the man (What about us) What about the crying man (What about us) What about Abraham (What was us) What about death again Do we give a damn
BIJLAGE: door gespreksgroepen opgeschreven reacties n.a.v. workshop
VRAAG 1: financiering onderwijs Groep A: Hoe krijgen wij leerlingen naar school? - welzijn van familie is bepalend: o uitwisseling van bedrijf naar school (dus leerlingen werken tijdens de vakantie en bedrijf betaalt) onder contract of in samenwerking met ouders winst uit oogst van stichting om schoolgeld te betalen. Ouders werken als vrijwilligers voor de stichting. Stichting zorgt voor grond o samenwerking met regering o oogst is niet genoeg voor het beheren van school = seizoensopbrengst o in het dorp kunnen kinderen deelnemen aan het bedrijfsleven (handwerk uren op plantage) kinderarbeid als bezwaar! Een paar uren is geen misbruik van kinderen Is er sprake van kinderexploitatie als kinderen gaan werken om salaris van de leerkracht te betalen? Het gaat niet om salaris maar om schoolgeld dus hun arbeid is bedoeld om deel te nemen aan school. Het hoort ook bij handwerk op school -
Activiteiten voor school Microkredeit voor ouders, ideeën voorstellen aan de ouders cooperatieven
Groep B: - het is inspirerend om met andere Congolese organisaties samen uit te wisselen - lokale structuren stimuleren - solidariteit: rijkeren leggen geld in, een comité beslist welke armen dit geld mogen gebruiken - rol van FDSB - inkomen genereren bijvoorbeeld met schooltuin Groep C: “Iedereen naar basisschool” Probleem analyse: - minder budget = minder salaris leraren - politiek klimaat: weinig stimulans - weinig creativiteit Oplossing: NEED TO CHANGE - ouders meer betrekken bij nieuwe aanpak (motivitatie, incentieve acties) - X-factor methode (regionaal/lokaal/nationaal) Groep D - ondernemerschap koppelen aan school: -> landbouw / veehouderij o ervan leren o alle kinderen (2 uur/zaterdag) o voorbeeld voor anderen - allen een kleine minimale bijdrage per maandag - bewust maken van opvoeders: o bijdrage o mogelijkheden Groep E - vanuit een (landbouw)project verder gaan werken als cooperatie. Van daaruit iets oprichten dat geld kan leveren voor het bekostigen van het salaris van de leerkrachten
VRAAG 2: verbetering kwaliteit onderwijs Groep A: - leerkracht motiveren - toewijding van de leerkracht - stimuleren met werken, niet alleen maar met methoden maar creatief Groep D - behoeften inventariseren - bijscholing docenten (vanuit diaspora): train de trainers - bewustmaking docenten - wat is er aan materialen? - Dichtbij houden: letterlijk en figuurlijk Groep E: - prioriteiten stellen - creatief zijn, motivatie - onderhoud cultuur bevorderen vanuit bestaande middelen
VRAAG 3: betrokkenheid ouders Groep A: - ouders helpen om een baan te vinden of een werkzaamheid met oog op schoolgeld onder voorwaarde dat zij toezicht houden op wat kinderen doen op school en contact houden met school - stichting zou ook kunnen deelnemen aan hernieuwing van gedachten van ouders: ouders toerusten als ouders: wat is ouderschap? wat doe ik als vader als mijn kind van school komt? Wat doe ik als moeder als mijn kind van school komt? Wat zijn mijn plichten als ouder? - kwaliteit van onderwijs? o Deelnemen aan schoolvergaderingen dus maatschappelijk werk inzetten om contacten (school/ouders/stichting) o Mening geven over cijfers die hun kinderen hebben gekregen Groep B: - bewustwording: o school moet ouders betrekken bij school o ouders moeten betrokken willen zijn bij school - veel mensen en organisaties uit de gemeenschap betrekken bij de school Groep C: - Participatie ouders (veel tijd en/of werkeloos) o Creativiteit o Spelvorm (enthousiasme) o Opleiding (train the trainers) Groep D - bewust maken van het belang van onderwijs voor hun kinderen: o vertellen wat de school wil (gaan) doen: via chief van het dorp o rolmodellen die het kunnen verhelderen laten zien wat iemand al heeft bereikt o nieuwe dingen op school: waarom? Wat heb je er aan? Is het iets voor jou? o Ouders bij activiteiten betrekken -
trainingen aan/met ouders: o bespreken met elkaar van voorbeelden
o o -
verschil in niveau van kinderen: sterkeren helpen zwakkeren leren accepteren dat er iets mis kan zijn met het kind
rondreizend theater dat uitbeeldt wat dit voor de beleving betekent bepaald resultaat: voorbeeldfunctie voor een bepaalde tijd
Groep E: - cursus geven aan ouders: o bewust maken over hun rol in het vormen van de toekomst van hun kinderen o belang van educatie laten zien
VRAAG 4: samenwerking organisaties Groep B: - bijeenkomst met meerdere organisaties - lange terijmijn samenwerking tussen meerdere ngo’s kennis uitwisselen Groep C: - samenwerking = budget o bewust wording van probleem versus resultaten (Ned – Congo, Congo – Ned) o niet stemmen maar…. o Handel en landbouw o Op agenda europese regereing o Sneeuwbal effect Groep D: Vraag van daar verstaan! Informatie die aansluit bij hun beleving. - tot cooperatie proberen te brengen, uitwisselen, nieuwe informatie en mogelijkheden aanreiken - bijscholing/vernieuwing van het onderwijs - koppelen van scholen: uitwisselen van brieven/tekeningen onderwerpen hier/daar - aandacht voor ‘speciaal’ onderwijs Groep E: - structurele samenwerking hier en dit daar in Congo aanpassen - bekendheid geven aan wat wij doen (wie, wat , waar, hoe) - de situatie in zijn geheel bekijken en trachten op te lossen. Want het oplossen van een probleem alleen brengt andere vragen met zich mee - onderhoudscultuur bevorderen in Congo en bij de Congolezen.
BIJLAGE
Evaluatieformulier themadag “Onderwijs D.R. Congo” - 22 mei Wij zijn erg benieuwd naar uw ervaringen op deze dag. zouden het fijn vinden als u het formulier invult omdat dit erg belangrijk is voor onze organisatie Was u reeds voor deze dag bekend met de activiteiten van Stichting Bambale? Was u reeds voor deze dag bekend met de activiteiten van NCDO? Hoe hoorde u van deze dag? 0 uitnodiging 0 website
0 African Bulletin
Ja / nee Ja / nee
0 Anders nl …….
Als u ontwikkelingssamenwerking ondersteunt, hoe doet u dat? 0 Rechtstreeks: familie/eigen project 0 Via kleine vrijwilligersorganisatie/stichting 0 Via grote landelijke organisaties (NCDO, Cordaid, Samen Verder, Edukans …) Wat vond u van het programma? 1 2 3 4 5 6 7 8
Hele programma Lezingen Workshop Rik van Rooij Workshops Forum en plenair debat Informele contacten Culturele activiteiten Informatiehoek Bambale
Interessant? Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee Ja/redelijk/nee
Tijdsduur? Te kort /goed/ te lang Te kort /goed/ te lang Te kort /goed/ te lang Te kort /goed/ te lang Te kort /goed/ te lang Te kort /goed/ te lang Te kort /goed/ te lang n.v.t.
Mogelijkheden Interactie Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende Voldoende/ onvoldoende
Welk programma onderdeel vond u het interessants? ……………… En welk programma onderdeel had van u weggelaten mogen worden? ………………………… Vindt u dat deze dag heeft bijgedragen aan de volgende doelstellingen? 1 2 3 4
Informatie overdracht over onderwijs (in D.R. Congo) Stimuleren onderlinge contacten / samenwerking Stimuleren steun voor onderwijsprojecten Vergroten draagvlak voor projecten van Stichting Bambale / NCDO
Niets / voldoende / veel Niets / voldoende / veel Niets / voldoende / veel Niets / voldoende / veel
Als er nog een vervolg op deze dag komt over welke onderwerpen zou u het dan willen hebben?
En hoe zou u daarover willen worden geïnformeerd? 0 via e-mail 0 per post 0 media (African Bulletin / internet) 0 anders……………………… Heeft u verder nog tips, verbeterpunten, opmerkingen voor de organisatie:?
Heel hartelijk dank voor uw aanwezigheid en uw medewerking!
Deze dag is mede mogelijk gemaakt door een subsidie van het fonds Mondiale Bewustwording van de gemeente Eindhoven en een subsidie uit het Programma Building Bridges, een programma dat tot stand is gekomen met financiering van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking.
BIJLAGE Evaluatie Bezoekers: Het evaluatieformulier is ingevuld door 19 personen: 15 van Congolese afkomst, 2 van Nederlandse afkomst, 1 anoniem 17 personen gaven aan reeds vóór de themadag bekend te zijn geweest met de activiteiten van Stichting Bambale, 10 personen waren reeds bekend met de activiteiten van NCDO 17 personen kwamen n.a.v. de uitnodiging, 2 personen n.a.v. de website Beoordeling programma: Hele programma: iedereen vond het programma interessant met voldoende mogelijkheden tot interactie. 5 personen vonden het programma te kort, niemand vond het te lang. Programmaonderdelen: Interessant: - geen enkel onderdeel werd als oninteressant ervaren. - Redelijk interessant: het forum en debat (4x), de culturele activiteiten (4x), lezingen (2x), workshops (1x). - Verder werd alles interessant gevonden Duur: Op één persoon na die de tijd voor informele contacten te lang vond, vond men de geplande tijdsduur eerder te kort dan te lang. Tekort: workshops (6x), forum en debat (5x), lezingen (4x), workshop Rik van Rooij (4x), culturele activiteiten (4x), informele contacten (2x) Interactie: De mogelijkheden tot interactie waren volgens iedereen bij alle programma onderdelen voldoende. Specifiek genoemd als meest interessante onderdeel: - workshops: 7x - hele programma: 4 x - workshop Rik van Rooij 1x - forum en debat: 1x - informele contacten: 1x - presentatie Bambale: 1x Specifiek genoemd als onderdeel dat weggelaten had mogen worden: - culturele activiteiten 1x Bijdrage aan doelstellingen: 1. Informatie overdracht over onderwijs in D.R. Congo: 14 x voldoende, 4 x veel 2. Stimuleren onderlinge contacten/samenwerking: 1x niets, 9 x voldoende. 7 x veel 3. Stimuleren steun onderwijsprojecten: 1 x niets, 7 x voldoende, 10x veel 4. vergroten draagvlak voor projecten Stichting Bambale/NCDO: 10x voldoende, 7x veel Genoemde onderwerpen voor eventueel vervolg: - vredesbevordering
-
samenwerking stichtingen bijdrage van Congolezen uit Nederland microkrediet onderwijs 2x gezondheidszorg
Informatiemedium: E- Mail: 16x Post: 3x Media: 2x Anders: Opmerkingen: - succes voor de toekomst en gewoon doorgaan - heel positief, nog een keer voor samenwerking Congolezen - beeldscherm: afstand te groot - verder gaan met stichtingen die samen met anderen willen meewerken - contact, samenwerking onderhouden en elkaar beter leren kennen, meedenken met concrete projecten. Onze organisatie houdt volgende maand een ‘gala’ in Kinshasa (Association Paix et Misericorde Solidarité Jeunesse Congo, Kinshasa)