WOONTEVREDENHEID 2011
Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt door: Team Onderzoek en Statistiek Te downloaden op www.lelystad.nl/onderzoek onder de kop publicaties, burger- en panelpeilingen Gemeente Lelystad Team Onderzoek en Statistiek Postbus 91 8200 AB Lelystad T 0320 27 85 74 F 0320 27 82 45 e-mail:
[email protected]
Voor feiten en cijfers en overige onderzoeksrapporten kunt u terecht op onze website: www.lelystad.nl /onderzoek
Woontevredenheid 2011
1
Woonsituatie Woningtype Lelystad is een stad waar al vanaf het begin vooral eengezinswoningen zijn gebouwd. In grote steden heeft het aantal meergezinswoningen ruimschoots de overhand. Zo bestaat in Amsterdam ongeveer 80% van de woningvoorraad uit appartementen, maisonnettes of andere meergezinswoningen. In Lelystad woont maar een kleine minderheid in een meergezinswoning. In grafiek 1 is de verhouding weergegeven van de respondenten aan het onderzoek, waarbij de eengezinswoningen nader zijn onderverdeeld in drie typen. Deze verhouding wijkt maar in geringe mate af van de daadwerkelijke verhoudingen in de Lelystadse woningvoorraad1.
Grafiek 1. Verdeling naar woningen onderzoeksrespons, naar woningtype
Vrijstaan de Overige woning 1% 12% Twee onder één kap 10%
Meergezi nswoning 11%
Eengezins woning
66%
Eigendomsverhouding Ruim een kwart van de respondenten zegt hun woning te huren, terwijl ruim een derde van de woningvoorraad in Lelystad daadwerkelijk uit huurwoningen bestaat volgens de gemeentelijke registraties2. Dit verschil Grafiek 2. Verhouding huur-koop heeft onder meer te maken met het feit dat huurwoningen gemiddeld door 100% kleinere huishoudens worden bewoond, 73% en deze huishoudens minder kans 75% 66% maken om een enquête te ontvangen. 59% 54% Zo woont in circa 47% van de 46% 50% huurwoningen een alleenstaande terwijl 41% 34% dit voor ongeveer 17% van de 27% koopwoningen geldt. 25% Grafiek 2 toont aan dat de verhouding tussen huur- en koopwoningen in 0% Lelystad in behoorlijke mate afwijkt van huur koop huur koop huur koop huur koop het landelijke beeld. Waar in Lelystad tweederde een koopwoning is, is dit Onderzoeks- Lelystad Nederland 50.000+ respons 2010 2010 gemeenten gemiddeld in steden met meer dan (registratie) 2009 50.000 inwoners ruim de helft.
1
De woningvoorraad telt 66% eengezinswoningen, 8% twee onder één kap, 12% vrijstaande huizen en 14% meergezinswoningen; bron: Basisregistratie Gebouwen Beheer. 2 De schatting van het aandeel huurwoningen wordt gebaseerd op de registratie van Belastingen (WOZ) en Basisregistratie Gebouwen Beheer (BGB). 2
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Grafiek 3. Eigendomsverhouding woning, naar type
In grafiek 3 zien we hoe deze eigendomsverhouding verschilt naar woningtype. De meergezinswoningen worden in ruim driekwart van de gevallen gehuurd, terwijl vrijstaande woningen en de twee onder één kap huizen in bijna alle gevallen eigendom van de bewoner zijn.
Meergezinswoning
22
Eengezinswoning
78 74
26
Twee onder één kap
99
1
Vrijstaande woning
97
3
0% koop
50% huur
100%
Beoordeling woning In welke mate voldoet de woning aan de wensen van de bewoners? Om dit te peilen is een viertal stellingen aan hen voorgelegd over hun woning. De antwoorden daarop zijn vervolgens omgerekend tot een schaal die van 0 tot 10 loopt 3. Een schaalscore van tien geeft aan dat men zeer tevreden is over de huidige woning; een score van nul betekent dat men er zeer ontevreden over is. De gemiddelde schaalscore voor Lelystad is 8,0. De score is vrijwel onveranderd sinds 2003, zie tabel 1. Tabel 1. Evaluatie eigen woning naar woningtype, 2003-2011 2003
2005
2007
2009
2011
Flat / appartement
7,0
7,2
7,1
6,9
6,9
Seniorenwoning
7,9
7,7
7,7
7,4
7,5
Eengezinswoning
7,8
7,9
8,0
8,0
7,9
Twee-onder-één-kap
8,7
8,9
8,6
8,8
8,7
Vrijstaande woning
9,0
9,2
9,1
9,1
9,2
Stadsgemiddelde
8,1
8,1
8,1
8,1
8,0
Naar de afzonderlijke woningtypen is het oordeel ook vrij constant gebleven, met een gemiddeld lagere score voor meergezinswoningen en de hoogste score voor vrijstaande woningen.
3
De vier stellingen zijn: (1) De indeling van de woning waarin ik woon is geschikt, (2) De woning waarin ik woon is te klein, (3) De woning waarin ik woon is slecht onderhouden en (4) De woning waarin ik woon ademt een goede sfeer uit.
Woontevredenheid 2011
3
Grafiek 4. Schaalscore evaluatie eigen woning, naar woonduur in woning
In grafiek 4 bekijken we in welke mate het oordeel over de woning samenhangt met het aantal jaren dat men er al in woont. Inwoners die minder dan één jaar in Lelystad wonen scoren heel hoog (9,0) op de ‘evaluatie eigen woning’. Na het eerste jaar ligt de score behoorlijk lager, zie grafiek 4. Inwoners die tussen één en zeven jaar in hun woning wonen zijn het minst positief. Met het toenemen van de woonduur in de woning neemt de schaalscore trendmatig toe. Dit beeld komt redelijk goed overeen met 2009.
10 woonduur in jaren 9
8
7 1
6
11
16
21
Schaalscore
26
31
Trendlijn
In tabel 2 zijn de beoordelingen van de woning uitgesplitst naar de stadswijken waar de respondenten woonachtig zijn. De woningen in de Zuiderzeewijk scoren gemiddeld het laagst van alle wijken; die in de Kustwijk en Lelystad-Haven het hoogst4. Tabel 2. Evaluatie eigen woning naar wijk, 2003-2011 2003
2005
2007
2009
2011
Zuider-zeewijk
7,5
7,3
7,6
7,4
7,4
Atolwijk
8,2
7,8
8,0
7,6
8,0
Boswijk
8,1
8,1
8,2
8,0
7,8
Waterwijk
7,9
8,4
8,2
8,5
8,2
De Bolder
7,4
7,6
7,5
8,0
7,9
Kustwijk
8,4
8,4
8,4
8,4
8,4
Botter
8,3
8,4
8,2
8,2
8,0
Haven
8,3
8,5
8,5
8,2
8,3
Stadshart/buitengebied
7,8
7,7
7,8
7,8
7,6
-
-
-
-
9,9*
Wijk
Warande
* gebaseerd op minder dan 10 waarnemingen
4
Warande laten we buiten beschouwing omdat het aantal respondenten te laag is om een betrouwbare indicatie te geven 4
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Grafiek 5: Beoordeling woning onderscheiden naar huur/koop en stadsdeel (schaal 0-10)1 6,9
huurders totaal
6,8 6,4
huurders noordoost huurders zuidoost
6,1
6,8
6,6
huurders noordwest
7,1
huurders zuidwest
7,0
7,2 7,2 8,4
kopers totaal
8,4
8,1
kopers noordoost
8,1 8,4
kopers zuidoost
8,6
kopers noordwest
8,5
kopers zuidwest
8,5
8,6
8,4 8,1
Lelystad totaal
8,0
5
6
7
8
9
10
De lichtgekleurde staven zijn het gemiddelde over 2001-2009 De donkergekleurde staven zijn over 2011
De gemeente streeft naar verbetering van de mede - worden opgetrokken door de bouw (kwaliteits)niveau. In de nieuwere wijken van verbetering mag echter niet ten koste gaan
Grafiek 5 laat zien hoezeer de gemiddelde evaluatiescores verschillen per stadsdeel en dan uitgesplitst naar het eigendomsverschil huur of koop. De bovenste (lichtergekleurde) helft van de dubbele staven geeft de gemiddelde score weer van de voorgaande vijf peilingen. De gemiddelde evaluatie van een huurwoning blijft in 2011 met de score 6,8 duidelijk achter bij de 8,4 van een koopwoning. Ten opzichte van het gemiddelde van de vijf voorgaande peilingen is de beoordeling van de woning vrijwel gelijk gebleven. Hierop bestaat één uitzondering: huurders in stadsdeel Zuidoost scoren in 2011 lager op de evaluatieschaal (6,1) dan het gemiddelde van de afgelopen onderzoeken (6,6). woningvoorraad. Het gemiddelde kan – van nieuwe woningen met een hoger Lelystad is dit het beste zichtbaar. De van de situatie in de bestaande stad. Grafiek 6. Beoordeling woning naar oude of nieuwe wijken, 2001-2011
10,0
Uit grafiek 6 kan worden vastgesteld dat deze doelstellingen gehaald worden wat betreft de waardering van de eigen woning. In de nieuwere wijken5 worden de woningen sinds 2005 gemiddeld op 8,9 beoordeeld; in de bestaande wijken komt het gemiddeld schaalscore al sinds 2003 op 7,9.
9,5 9,0 8,5 8,0 7,5 7,0 2001
2003
2005
nieuwe wijken
2007
2009
2011
bestaande wijken
5
Tot de nieuwere wijken worden gerekend: Landstrekenwijk, Landerijen, Golfresort, de Kuststrook ten noorden van Lelystad–Haven, Hollandse Hout, Lelystad-Haven west en Warande.
Woontevredenheid 2011
5
Verhuizen Er kunnen verschillende redenen zijn waarom mensen willen verhuizen. Er is een belangrijke tweedeling in deze redenen. Aan de ene kant verhuizen mensen omwille van ‘privéfactoren’, bijv. door ontwikkelingen binnen het gezin of het krijgen van een andere baan elders in het land. Aan de andere kant kan men gaan verhuizen (mede) vanwege ‘omgevingsfactoren’, zoals de woonkwaliteit van de woning of van de buurt. De laatstgenoemde redenen zijn voor beleidsmakers interessanter, omdat deze mogelijk beïnvloed kunnen worden door het gemeentelijk beleid. In dit deel van deze rapportage worden wensen tot verhuizing en redenen daarvoor gepresenteerd. Verhuisplannen In de enquête is gevraagd naar de plannen om “binnen enkele jaren” te verhuizen. In totaal geeft bijna een kwart (24%) van de respondenten aan binnen vier jaar te willen verhuizen. In grafiek 7 is af te lezen binnen welke termijn men deze plannen heeft. In 2011 is er ten opzichte van 2009 een lichte stijging van de verhuisgeneigdheid op korte termijn te zien. De verhuisgeneigdheid op langere termijn is vrijwel gelijk gebleven aan voorgaande jaren.
Grafiek 8. Verhuisgeneigdheid naar eigendomsvorm
Koop: binnen 4 jaar Koop: binnen 2 jaar Koop: binnen 1 jaar
Huur: binnen 2 jaar Huur: binnen 1 jaar 0%
6
14,0 12,0 binnen 1 jaar
10,0 8,0
binnen 2 jaar
6,0 4,0 2,0 0,0 2001
binnen 4 jaar 2003
2005
2007
2009
2011
Welke inwoners denken er over om te verhuizen? Huurders zijn duidelijk meer verhuisgeneigd (35%) dan kopers (20%). Vier jaar eerder, in 2007, zei nog 25% van de bewoners van een koopwoning te willen verhuizen. Uit grafiek 8 valt ook af te leiden dat de korte termijn verhuisgeneigdheid (binnen 1 jaar) van huurders van 8% naar 15% is gestegen. De langere termijn verhuisgeneigdheid (binnen 2 jaar en binnen 4 jaar) van huurders wijkt niet af van 2009. Onder inwoners met een koopwoning is er geen verschuiving te zien.
Huur: binnen 4 jaar
2003
Grafiek 7. Percentage inwoners dat zou willen verhuizen binnen een bepaalde periode
2005
5% 2007
10% 15% 20% 2009
2011
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Het is natuurlijk de vraag in hoeverre de verhuisplannen in de toekomst zullen worden omgezet in daadwerkelijke verhuizingen. Om daar meer zicht op te krijgen is gekeken naar de leden van het Lelystadspanel die de laatste drie peilingen – in 2007, 2009 en 2011 – hebben meegedaan. Hoeveel van de verhuisgeneigden uit 2007 blijken in 2011 daadwerkelijk verhuisd te zijn? Dit is weergegeven in grafiek 9. Grafiek 9: Relatie tussen verhuisplannen in 2007 en daadwerkelijke Daarin is zichtbaar dat diegenen die verhuizingen niet verwachten te gaan verhuizen binnen vier jaar, dat in 95% van de Nee, de komende jaren… 95 31 gevallen ook niet doen; één op de twintig verhuist toch. Van de Ja, binnen een jaar (38) 42 58 inwoners die aangaven binnen een 52 32 16 jaar te gaan verhuizen, verhuisde Ja, binnen twee jaar (25) 58% binnen twee jaar. Mensen die Ja, binnen 4 jaar (58) 83 14 3 binnen vier jaar dachten te gaan verhuizen, doen dat in 17% van de 0% 20% 40% 60% 80% 100% gevallen. Er is een aanzienlijk Niet verhuisd na 07 Verhuisd tussen 07 en 09 verschil met 2009, toen deze verhuisd tussen 09 en 11 analyse ook is uitgevoerd. Er werd toen met name in de laatste twee jaar (in dat geval dus tussen 2007 en 2009) opmerkelijk vaker verhuisd.
Grafiek 10: belangrijkste verhuisreden
Wens tot grotere/ duurdere/ luxere woning
34
Verandering privéomstandigheden
13 19 20
Omgeving (buurt/ buren)
13
Wens tot kleinere/ goedkopere woning
13 13 14 7
Werkgerelateerd
6
Liever dichter bij familie/ vrienden
2003
2005
Woontevredenheid 2011
17
20
19
18
10
7
10
2007
20 20
9
3 3
0
23
16
14
Wens tot grotere tuin
Verhuisredenen 37 39 39
10
20 2009
30
40 2011
50
Zoals hiervoor is beschreven overweegt ongeveer een kwart van de respondenten binnen vier jaar te verhuizen. Vier op de tien van deze respondenten wil dan graag gaan verhuizen naar een grotere, duurdere of luxere woning (zie grafiek 10). Dit percentage is geleidelijk gestegen in de afgelopen jaren en nu gestabiliseerd. In tegenstelling tot voorgaande jaren is het aandeel respondenten dat juist op zoek is naar een kleinere of goedkopere woning toegenomen. Het percentage mensen dat wil verhuizen vanwege de buurt of de buren blijft op het verhoogde niveau van 2009: een op de vijf noemt dit als aanleiding.
7
Grafiek 11: verhuiswens vanwege ‘omgeving’ (‘buurt’ en/ of ‘buren’ bevallen niet), naar wijk
De genoemde reden om te willen gaan verhuizen omdat de buurt niet bevalt of vanwege de buren is een omgevingsfactor waar de gemeente in zekere mate invloed op kan uitoefenen. In grafiek 11 is dit gegeven daarom nader uitgesplitst naar wijk. Hierin is te zien dat de verschillen groot zijn. In de Kustwijk noemt een op de drie mensen die willen verhuizen dit als reden, in Boswijk en De Bolder is het aandeel het laagst. Het gaat overigens in ruim 55% van de gevallen om de buurt, in 24% zijn de buren de aanleiding en in 21% zijn het zowel de buurt als de buren.
Zuiderzeewijk (12) Atolwijk (13) Boswijk (9) Waterwijk (19) De Bolder (6) Kustwijk (18) Havendiep (14) Lelystad totaal (99)
0
10 2009
20
30
40
2011
Tussen haakjes staat het aantal respondenten dat heeft aangegeven te willen verhuizen vanwege ‘omgeving’. Lelystad-Haven is weggelaten, omdat er minder dan 25 respondenten waren.
grafiek 12: Type woning waarnaar men zou willen verhuizen
Verhuisvoorkeuren 11
27
Flat/appartement
19 19
Hoekwoning
16 18
Twee onder één kap
33
30
23
0
6
29
26 26
8
10 2007
34
26
Vrijstaande woning Overige
38
26
26
2005
33 30
20 22
Tussenwoning
2003
36
27
29
36
10 11 11 11
20
30
2009
40
50
2011
In het onderzoek is ook gevraagd naar welk(e) type(n) woning men bij voorkeur zou willen verhuizen. In grafiek 12 is te zien dat de voorkeuren door de afgelopen jaren heen enigszins zijn verschoven6. Sinds 2007 zijn tussen- en hoekwoningen (opnieuw) tot meest begeerde woningtypen gestegen. Tegelijkertijd is het aandeel woningzoekers met een voorkeur voor een vrijstaande woning evenredig gedaald. Het zoekveld van de respondenten wordt blijkbaar steeds ruimer. Sinds 2005 neemt elke peiling het aantal opgegeven keuzen toe ten opzichte van de voorgaande peiling. Dit is vooral te zien in de toegenomen percentages die een voorkeur voor de tussen-, hoek en (in iets mindere mate) twee-onder-één-kapwoningen hebben opgegeven.
Meerdere antwoorden waren mogelijk, waardoor de percentages optellen tot meer dan 100%. 8
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Eigendomsverhouding na verhuizen Willen de mensen die naar een andere woning gaan liever een woning (of kavel) kopen of huren? Een ongeveer even groot deel van de verhuisgeneigde respondenten als bij voorgaande peilingen is op zoek naar een huurwoning. Om meer inzicht te krijgen in de vraag en Grafiek 13 Verschuivingen na verhuizing tussen koop en het potentiële aanbod in Lelystad hebben huur we gekeken naar de eigendomsverhouding huur > van de gewenste woning en huidige huur woning. In grafiek 13 is weergegeven welke 19% (mogelijke) verschuivingen zich voordoen koop > van huur naar koop of omgekeerd7. Uit koop deze grafiek kan onder meer worden 46% afgeleid dat het merendeel (66%) van de huur > verhuisgeneigde Lelystedelingen een koop 20% koopwoning of kavel wenst en dat meer dan de helft van de verhuisgeneigde koop > Lelystedelingen al in een koopwoning huur woont. Ongeveer een op de zeven mensen 14% met een wens om te gaan verhuizen, wil vanuit een koopwoning naar een huurwoning toe.
7
Hierbij zijn de starters buiten beschouwing gelaten. Deze groep is enigszins afwijkend omdat ze zelf geen woning achterlaten.
Woontevredenheid 2011
9
Conclusies Lelystedelingen zijn erg tevreden over de woning waarin zij wonen. Al jarenlang komt de schaalscore onverminderd hoog uit rond de 8, ook in vergelijking met andere middelgrote en grotere steden een erg hoog getal. Bewoners van vrijstaande en twee-onder-één-kap woningen zijn met voorsprong het meest tevreden, met gemiddelde schaalscores van respectievelijk 8,7 en 9,2. Bewoners van flats en appartementen geven de laagste score: 6,9. De schaalscore is hoger, naarmate men langer in dezelfde woning woont. Bewoners uit het noordoostelijke deel van de stad zijn het minst tevreden over hun woning. Verder zijn huurders duidelijk minder tevreden dan kopers. Bijna een kwart van de inwoners zou binnen vier jaar willen gaan verhuizen; huurders bijna tweemaal zo vaak als kopers. Het voornemen om te verhuizen heeft in de afgelopen twee jaar minder vaak tot daadwerkelijk verhuizen geleid dan tussen 2007 en 2009. Als reden om te gaan verhuizen wordt de wens tot een grotere of luxere woning ruimschoots het meest genoemd. Op een gedeelde tweede plaats komen een verandering van de privéomstandigheden en een negatieve reden: de buurt bevalt niet of men wil weg vanwege de buren. In de Kustwijk is dit voor ongeveer een op de drie mensen die wil verhuizen een belangrijke aanleiding. Men wil het liefst verhuizen naar een eengezinswoning, waarbij tussenwoningen de voorkeur hebben, kort gevolgd door hoekwoningen en appartementen. Twee-onder-éénkappers en vrijstaande woningen worden iets minder vaak genoemd dan voorheen. Meer dan tweederde heeft een voorkeur voor een koopwoning, wat nauwelijks afwijkt van de huidige eigendomsverhouding.
Beknopte onderzoeksverantwoording Het onderzoek Wonen, Leefbaarheid en Veiligheid is uitgevoerd in september en oktober 2011. Er is een steekproef van 1.500 inwoners van 18 jaar en ouder uit de gemeentelijke basis administratie getrokken alsmede een aanvullende steekproef van 1200 inwoners woonachtig in wijken waar Centrada veel woningen verhuurt. Ook zijn de 1.634 leden van het LelyStadsPanel (LSP) benaderd. De respons van de steekproef kwam neer op 34% en de respons van de Centrada woonwijken steekproef op 27%. Van het LSP respondeerde 74%. Alle bevindingen die in dit rapport zijn gepresenteerd zijn gebaseerd op ‘herwogen’ data, gecorrigeerd voor steekproefverschillen in leeftijd, geslacht en woonklasse (gemiddeld WOZ waarde van woonomgeving). Een meer uitgebreide onderzoeks-verantwoording, met overzicht van vragen en responsverdelingen, is te vinden op www.lelystad.nl/onderzoek.
10
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek