WinPunt Scholengemeenschap Kontich-Hove Voor de (nieuwe) gebruiker op Sint Rita
1
Inleiding
Zoals elke leerkracht op Sint Rita moet je twee keer per jaar semestercijfers binnenbrengen (ook als je permanente evaluatie doet). Afhankelijk van de jaren waarin je staat, moet je bovendien drie, vier of vijf keer per jaar de maandcijfers binnenbrengen. De cijfers die je geeft, worden verzameld op een puntenschijfje. Je krijgt in het begin van het schooljaar een schijfje dat je opdrachten en klassen bevat. Daarop kan je de punten tikken in de leraarskamer, of thuis op je eigen PC, met het programma WinPunt. Het programma werkt op elke windows-PC (er is spijtig genoeg geen Mac of Unix-versie). Nadat je de cijfers hebt ingetikt, worden de schijfjes ingelezen en daarna worden de punten opgenomen in de centrale databank van de school. De resultaten worden dan afgedrukt op de overzichts- en deliberatielijsten voor de klasleraar en op de rapporten. Al deze gegevens kunnen in de leraarskamer geconsulteerd worden via het RitaWeb. Leraar
Secretariaat
WinPunt school 6?
¾
Puntenschijfje 6 ?
WinPunt thuis
2 2.1
Leerlingen en leraars administratie
¾
»
Analyse
µ½ ¡ ¡ ¡ ¾ 1 ³ ¡³³ - Databank - ³ Consultatie ¡³ H ½ bewaren en HH ¾ H j H beheer
Rapport
½
¼ » ¼ » ¼
Het begin van het schooljaar Principes
Herman is verantwoordelijk voor de verwerking van de cijfers op school. Bij hem kan je terecht voor je nieuwe puntenschijfje, voor een installatieschijfje of voor eerste hulp (vooral 1
de schijfjes vormen immers een kwetsbaar deel van de ketting). Daar moet je ook je schijfje afgeven voor het inlezen van de punten, als je een fout gemaakt hebt, moet je die daar herstellen, als je schijfje onder de koffie zit, als je niet weet hoe je een bepaald probleem moet oplossen, enz . . . . Voor zwaardere technische problemen, of als je fouten merkt in de programmatuur, kan je terecht in de horrorsroom. Je hebt voor het inlezen van de schijfjes (en ook in andere situaties op school) je naamcode nodig. Dat is een vier-letter code, die meestal een letter van je voornaam en drie letters van je achternaam bevat. Deze lettercode staat op je puntenschijfje vermeld. Je zal deze code steeds moeten intikken als je punten wil invoeren. Als je een PC hebt zonder diskettestation, kan je een memory-stick of een ander medium gebruiken. Je brengt dat mee naar school en Herman richt de memory-stick in als puntenschijfje. Je zal dan thuis de driveletter van dit station moeten intikken, gevolgd door \punt (bv. e:\punt . In wat volgt blijven we over een schijfje spreken.
2.2
De werkstijl
Je kan met WinPunt thuis en/of op school werken. Er zijn immers drie manieren om te werken (de drie werkstijlen): Harde schijf-schijfje: Je installeert WinPunt thuis op je eigen PC en je bewaart je gegevens op elk moment dubbel (op de harde schijf van je PC ´en op je schijfje). We raden deze werkstijl zeer sterk aan. Op die manier heb je namelijk steeds een backup en bovendien is je schijfje steeds up to date. Schijfje: De gegevens die je intikt, worden enkel op je schijfje bewaard. Deze werkstijl is standaard ingeschakeld op school. Als je WinPunt enkel op school gebruikt, zal je steeds zo werken. Je hebt dan geen backup van je schijfje. Harde schijf: Je werkt enkel op de harde schijf van (jouw) PC. Dat is de werkstijl die je thuis gebruikt, als je niet meer weet waar dat schijfje ook weer lag. Je hoeft je niet te beperken tot een werkstijl, je kan de drie door mekaar mengen, als je maar let op een goede synchronisatie tussen de gegevens op je harde schijf en je schijfje (zie verder 4.1).
2.3
Installatie thuis
1. Het programma WinPunt wordt ge¨ınstalleerd zoals elk ander windows-programma. Je kan de installatie uitvoeren vanop een schijfje, of vanop het internet. 2. Een computerprogramma heeft een levenscyclus. Het programma doorloopt verschillende fases en verandert. Deze veranderingen worden bijgehouden in het versienummer. Om er voor te zorgen dat iedereen met de juiste versie van het programma werkt, werd een automatische versiecontrole ingebouwd. Dit schooljaar is minstens versie 1.03.03 verplicht. Een WinPunt-programma met een lager versienummer zal 2
de punten van dit schooljaar niet kunnen behandelen. Je vindt het versienummer op het openingsscherm, net boven de naamcode. 3. Je kan met hetzelfde programma meerdere schooljaren behandelen op je harde schijf. Elk schooljaar wordt bijgehouden in een ander puntenboek. Hoe begin je een nieuw schooljaar? 1. Haal bij Herman je puntenschijfje. 2. Als je PC thuis een internetaansluiting heeft, heb je geen installatieschijfje nodig. Anders vraag je een installatieschijfje aan Herman. 3. Stap A: Installeer thuis de nieuwe WinPunt. Dat doe je vanop een schijfje (stap A.1) of vanop het internet (stap A.2). 4. Stap B: Begin een nieuw puntenboek.
Stap A.1
Hoe installeer je WinPunt vanop een schijfje?
1. Stop het installatieschijfje in de schijfeenheid en klik op Start . 2. Kies het item Instellingen en dan Configuratiescherm en Software . 3. Klik op de knop Nieuwe programma’s toevoegen . 4. Kies CD-Rom of diskette . 5. Bevestig de vragen die het installatie-programma je stelt.
Stap A.2
Hoe installeer je WinPunt via het internet?
1. Start je browser en ga naar URL: www.ritacollege.be/winpunt. 2. Klik op de link Installeren versie 1.03.05. 3. Kies voor Openen vanop de bestaande locatie. 4. De browser zal je vragen of je de maker van het programma vertrouwt. Hierop moet je ja antwoorden. 5. Bevestig de vragen die het installatie-programma je stelt. 3
Stap B
Hoe installeer je een nieuwe puntenboek?
1. Stop het puntenschijfje in de schijfeenheid. 2. Start WinPunt (bijvoorbeeld door op het icoontje op je bureaublad te (dubbel)klikken). 3. Kies je schijfstation. Dit staat standaard op a:. Als je een ander medium gebruikt (memory-stick, . . . ), vul je de juiste stationsnaam in, gevolgd door punt. Voorbeeld: d:\punt 4. Kies werkstijl: Harde schijf-Schijfje Kies harde schijf: Nieuw Puntenboek, Tik je naamcode in en klik OK . 5. Volg de instructies op het scherm. Als een andere leraar dezelfde computer gebruikt, of als je les geeft op een andere school die WinPunt gebruikt, kan je best een andere map dan het voorgestelde Punt04 gebruiken.
3
Het maandrapport
3.1
Overzicht van de lijsten
Bij het openen van WinPunt krijg je een scherm waarop je de naamcode, de werkstijl, en het puntenboek moet aanduiden. Je krijgt 5 kansen om dat goed in te vullen. Daarna zal je het programma terug moeten starten. In de optie harde schijf/schijfje worden de punten- en klaslijsten vergeleken en eventueel overgebracht. In elke werkstijl krijg je daarna een overzicht van de puntenlijsten die op je schijfje staan. Je kan dit overzicht op veel manieren bekijken: alle mogelijke lijsten (Alle rapporten), de lijsten die je al hebt bewerkt (Op schijf), of enkel de lijsten die klaar staan voor inlezing door het secretariaat (Puntenbus). Je kan die lijsten ook zien per klas, of per periode. Je kan klikken op een rapport, of op een groep van rapporten. Deze worden geopend en je kan je cijfers intikken voor de gewenste klas of periode.
3.2
De totalen
Op elke cijferlijst vind je links de namen van de leerlingen, rechts vind je de totalen, herrekend naar de offici¨ele maxima. Om de vakken onderling een bepaald gewicht te geven, wordt gewerkt met een puntensysteem. Er is: 1. Een maandtotaal voor elk van de maandrapporten. Deze cijfers worden NIET rechtstreeks opgenomen in het jaartotaal. 4
2. Een semesterrapport bevat twee rubrieken. De rubriek DW bevat een weerslag van de maandcijfers (meestal is dit het gemiddelde van de toetsen van dat semester). De rubriek EX bevat de cijfers die je geeft voor het examen. 3. Het jaartotaal is het totaal van alle rubrieken DW en EX. Elk vak krijgt een aantal punten toegekend voor dat schooljaar. Het aantal punten is afhankelijk van het aantal uren. In deze tabel zijn de maxima opgenomen voor een ´e´enuursvak (geen permanente evaluatie).
Jaar Jaar Jaar Jaar
1,2,3 4 5 6
Maand 1 2 15 15 10 10 10 10 10 10
Semester DW EX 30 30 20 40 20 40 20 40
Maand 3 4 5 15 15 15 10 10 10 - 15 15 - 30
Semester DW EX 45 45 30 60 30 60 30 60
Jaartotaal 150 150 150 150
Een vak met permanente evaluatie heeft geen rubriek EX. Het maximum van de rubriek DW wordt in dat geval de som van de maxima van de rubrieken EX en DW van een gewoon vak.
3.3
Cijfers invoeren
Sommige leraars houden hun punten bij in hun puntenboek, berekenen zelf een maandtotaal en tikken dat in. Maar je kan ook de resultaten van je aparte toetsen intikken. WinPunt berekent dan voor jou het offici¨ele maandtotaal. In dat geval mag je de toetsen een willekeurig maximum geven, de cijfers worden toch omgerekend naar het offici¨ele maximum. Daarbij wordt wel rekening gehouden met de relatieve grootte van de maxima. Een toets op 30 telt bij de omrekening 3 keer meer mee dan een toets op 10. Let er wel op dat bij de berekening door de PC van de rubriek DW op een semesterrapport, een gemiddelde genomen wordt van de aanwezige toetsen. Ook bij die berekening spelen de relatieve maxima een rol. Punten die minder dan de helft zijn, worden aangegeven met een sterretje, punten hoger dan het maximum verdwijnen. Als een leerling geen toets heeft afgelegd, laat je dat vakje gewoon leeg, er wordt geen rekening gehouden met dat cijfer voor de berekening van het totaal.
3.4
Commentaar klasleraar
Je kan met WinPunt drie soorten commentaar geven: commentaar voor de klasleraar, commentaar voor het vakrapport en (persoonlijke) detailcommentaar. Commentaar klasleraar De klasleraar krijgt bij elk rapport een overzicht van de cijfers van de vakleraars. Deze cijfers worden vergezeld van een commentaarblad. Daarop 5
staat de commentaar van elke vakleraar vermeld. Zeker bij tekorten en/of problemen wordt een zekere vorm van commentaar verwacht. Je kiest daarvoor het menu-item Commentaar toevoegen . Je kan in de rubriek Voor de klasleraar dit soort van commentaar kwijt. Je kan een algemene beschouwing geven bij de prestaties van een klas, of je kan commentaar geven per leerling. Deze commentaar is voor intern gebruik, hij wordt niet afgedrukt op het rapport van de leerling. Commentaar vakrapport Je kan ook commentaar intikken, die rechtstreeks verschijnt op het vakrapport. Je kiest daarvoor het menu-item Commentaar toevoegen , De commentaar die je intikt in de rubriek Voor het vakrapport wordt afgedrukt op het vakrapport dat de leerling en de ouders in handen krijgen (zie verder paragraaf 6). Detailcommentaar Je kan voor elk apart onderdeel van een rapport commentaar formuleren. Je kiest daarvoor het menu-item Detailcommentaar toevoegen . In principe is dit commentaar die voor jezelf bedoeld is. Als dat op voorhand zo afgesproken is kan deze commentaar wel gebruikt worden bij het vakrapport (zie verder paragraaf 6).
3.5
Afsluiten
Je kan de geopende cijferlijsten sluiten, je kan ze bewaren, je kan dat doen lijst per lijst, of voor alle lijsten samen. Bij het bewaren van je cijferlijst, bij het sluiten van je cijferlijst, of bij het afsluiten van het programma krijg je de kans om je cijfers nog eens kritisch te bekijken. Je krijgt een overzicht van de tekorten en de afwezigen. Zo nodig kan je fouten verbeteren en de cijferlijst aanpassen. Als je ziet dat het goed is, bewaar je de cijfers en je geeft je schijfje af aan Herman. Die leest de cijfers in en de volgende dag vind je het schijfje terug in je bakje.
3.6
Klaswijziging
Als de klassamenstelling verandert, moet die ook aangepast worden op je schijfje en op de harde schijf. Dat gebeurt met het programma Klaspomp. 1. Stop je schijfje in een PC in de leraarskamer. 2. Zoek het icoontje Klaspomp , start het programma en tik je naamcode in. 3. Het programma onderzoekt jouw klassen op het schijfje en vergelijkt ze met de klassen op de server. De klassen worden aangepast. 4. Als je thuiskomt, stop je het schijfje in je PC, en je start WinPunt in de werkstijl Harde schijf-schijfje. De aangepaste klassen worden overgebracht naar de harde schijf. 5. Pas nu de cijfers van de leerling aan. 6
Als een leerling van klas verandert, moeten ook de cijfers van die leerling aangepast worden op je schijfje. Dat gebeurt NIET automatisch, jij bent daar zelf verantwoordelijk voor. In het algemeen worden de cijfers van een leerling voor een vak met hetzelfde aantal uren in de oude en de nieuwe klas, gewoon overgenomen. De cijfers voor de andere vakken worden in onderling overleg tussen de oude en de nieuwe vakleerkracht bepaald. Neem in geval van twijfel contact op met je vakverantwoordelijke, bij moeilijke beslissingen overleg je best met de pedagogisch directeur. In de meeste gevallen moeten de cijfers ook aangepast worden in de centrale databank. Zo nodig overleg je daarvoor met Herman.
4
Gadgets
Om het leven draaglijk en aangenamer te maken, werden enkele hulpmiddelen toegevoegd aan WinPunt.
4.1
Overbrengen gegevens
Als je gisteren punten thuis intikt, vandaag enkele punten op school en morgen weer punten thuis, dan zullen de gegevens van de puntenlijsten op je schijfje gelijkgeschakeld moeten worden met de punten op je harde schijf. Dit kan (en mag) niet volledig automatisch gebeuren. 1. Werkstijl Harde schijf-schijfje: De klaslijsten en cijferlijsten worden steeds vergeleken bij de start van het programma. Verschillen worden aangepast volgens volgende regels: (a) Klaslijsten en enkele interne bestanden worden steeds automatisch overgebracht van het schijfje naar de harde schijf. (b) Cijferlijsten die voorkomen op de harde schijf, maar niet op het schijfje worden automatisch gecopieerd. Cijferlijsten die voorkomen op het schijfje, maar niet op de harde schijf worden automatisch gecopieerd. (c) Bij cijferlijsten die zowel op harde schijf als schijfje voorkomen onderneemt WinPunt niets. WinPunt vraagt je om zelf te beslissen welke versie je verkiest. 2. Werkstijl Harde schijf: Je werkt in principe op je harde schijf. Maar je kan de gegevens (bv. op het einde van je werksessie) wel overbrengen naar je schijfje, door te kiezen voor het menu-item Harde schijf-Schijfje . De gegevens worden dan vergeleken en overgebracht zoals boven beschreven. 3. Werkstijl Schijfje: Je werkt in principe enkel op je schijfje. Je kan de gegevens niet overbrengen naar een ander medium.
7
Het is duidelijk dat je best zoveel mogelijk werkt in de werkstijl Harde schijf-schijfje. Je PC reageert snel, je hebt steeds een back-up en de versie op het schijfje loopt steeds gelijk met de versie op de harde schijf.
4.2 4.2.1
Rekenwerk Omrekenen van een kolom
De maxima van toetsen spelen een rol bij de berekening van de maandtotalen en de semestertotalen. Bij de berekening van de cijfers wordt immers rekening gehouden met de som van de aanwezige cijfers en de som van de aanwezige maxima. Als je achteraf het onderling gewicht van de toetsen wilt aanpassen, dan kan je een kolom steeds herrekenen naar een ander maximum. Je klikt op een cijfer in de kolom die je wilt aanpassen en je kiest het menu-item Kolom Omrekenen . Je voert het nieuwe maximum in op het dialoogvenster en de cijfers worden omgerekend naar het nieuwe maximum. 4.2.2
Procentuele en absolute weergave
De totalen en de gemiddeldes van de leerlingen worden weergegeven in absolute cijfers. Door te kiezen voor het menu-item Procent/absolute cijfers , kan je dit veranderen. Totalen en gemiddeldes worden weergegeven in procenten, zoals ze ook voorkomen op het rapport van de leerling.
4.3
Groeperen
Vooral in de hogere jaren geven leraars les aan groepen die niet samenvallen met de klasgroepen. Daarom is het mogelijk om klassen te groeperen. Dat betekent dat je ze samen aangeboden krijgt op ´e´en scherm. Je groepeert de klassen best in het begin van het schooljaar. Je kan in de loop van het schooljaar nog steeds groeperen, maar WinPunt zal enkel cijferlijsten groeperen die identiek dezelfde maxima en dezelfde titels hebben. Om groepen aan te maken moet je volgende stappen zetten: 1. Sluit alle cijferlijsten. 2. Kies het menu-item Allerlei - Opdrachten groeperen . 3. Klik op Nieuwe Groep en tik een naam in voor die groep. 4. Breng de klassen die je in deze groep wilt hebben over naar deze groep. 5. Herhaal deze operatie, tot je alle gewenste klassen gegroepeerd hebt.
8
4.4
Drukwerk
Het is mogelijk om de cijferlijsten af te drukken door te kiezen voor het menu-item Afdrukken . Je kan best v´oo´r het afdrukken je gegevens bewaren, dan ben je zeker dat je werk niet verloren gaat door printerproblemen. Vooral op school is dit een absolute aanrader. Als je veel toetsen hebt, kan deze afdruk niet op een gewoon blad. Je kan dat probleem oplossen, door bij het printer-dialoogvenster te klikken op Eigenschappen . Je kan de printer dan instellen op landschap.Of je kan ook kiezen voor een ander letterfont. Kies daarvoor het menu-item Printerfont . Vooral het font Smallfonts laat toe om veel gegevens op ´e´en bladzijde te krijgen.
4.5
Grafisch
Om de vorderingen van een groep leerlingen te onderzoeken, werd een grafisch hulpmiddel ingebouwd. Men kiest daarvoor het menu-item Grafische analyse . 1. Kies de klasgroep(en) die je wilt analyseren. Je kan meerdere klassen kiezen, door gebruik te maken van de Shift - en Ctrl - toetsen, net zoals in de windows-verkenner. 2. Kies twee cijferresultaten die je wilt vergelijken (resultaat1 en resultaat2 ). 3. Klik Koortsgrafiek of Correlatiediagram . De resultaten van de leerlingen verschijnen op het scherm, samen met een grafische voorstelling. In een koortsgrafiek worden de resultaten van de klas in stijgende volgorde voorgesteld. Op het correlatiediagram worden de z-scores van de leerlingen voorgesteld. De z-scores hebben steeds als gemiddelde X = 0 en als standaardafwijking σ = 1 (je vindt de technische details over het opstellen en interpreteren van een correlatiediagram in de meeste handboeken statistiek). 4.5.1
Interpretatie koortsgrafiek
Je ziet op deze grafiek uiteraard de relatieve plaats van een leerling voor deze twee evaluatiemomenten. Maar je leest er ook op af of resultaat1 in globaliteit beter is dan resultaat2 (de grafiek van resultaat1 ligt dan hoger dan de grafiek van resultaat2 ). Je kan op deze grafiek ook aflezen of de cijfers van de klasgroep voor resultaat1 meer gespreid liggen dan de cijfers van resultaat2 (de grafiek van resultaat1 is dan steiler dan de grafiek van resultaat2 ). Een goede lezing van deze grafiek(en) kan dus ook bijdragen tot een beter inzicht in de moeilijkheidsgraad en het selectief vermogen van je toetsmateriaal. 4.5.2
Interpretatie correlatiediagram
Je kan de individuele vorderingen van een leerling op een correlatiediagram aflezen. 9
- Leerlingen boven de x-as hebben een resultaat2 dat hoger ligt dan het groepsgemiddelde. - Leerlingen rechts van de y-as hebben een resultaat1 dat hoger ligt dan het groepsgemiddelde. - Voor leerlingen links-boven de diagonaal is resultaat2 relatief beter dan resultaat1 . Leerlingen die een regelmatig resultaat halen vind je terug rond de diagonaal, hoe verder de leerling verwijderd ligt van de diagonaal, hoe sterker het verschil tussen de twee resultaten.
¡
¡ ¡
Leerlingen met een hoge ¡ score op resultaat2
¡
¡
¡
¡
Leerlingen met een lage ¡ score op resultaat2
¡
¡
¡
¡
¡ ¡ ¡
Leerlingen Leerlingen ¡ met met ¡ een ¡een lage ¡ hoge scosco¡ re op re op resultaat¡ resultaat1 1
¡
¡
¡
¡
¡ ¡ ¡ ¡ ¡ ¡ Leerlingen die ge¡ ¡ stegen zijn ¡ ¡ Regel¡ ¡ matige ¡ leer- ¡ lingen ¡ ¡ ¡ ¡ ¡ ¡ Leerlingen die gedaald zijn ¡ ¡ ¡ ¡ ¡ ¡
Als men voldoende leerlingen heeft, laat een correlatiediagram je ook toe om het globaal verband tussen resultaat1 en resultaat2 te zien. Hoe meer de resultaten gegroepeerd zijn rond de diagonaal, hoe sterker het verband tussen resultaat1 en resultaat2 voor de volledige groep. Het tweede resultaat is dan een bevestiging van het eerste resultaat. Als de cijfers van de leerlingen eerder in een wolk-vorm liggen, zal het verband tussen de twee resultaten eerder gering zijn. De twee resultaten kunnen dan slaan op andere vaardigheden of kennis. Dit kan natuurlijk ook wijzen op een slecht geconstrueerde test.
4.6
Gedetailleerd commentaar
Het gedetailleerd commentaar kan je gebruiken om voor jezelf bij bepaalde toetsen wat opmerkingen te plaatsen. Als dat afgesproken is, kan deze commentaar ook verwerkt worden in het vakrapport (zie verder 6). Kies het menu-item Detailcommentaar toevoegen . Vul de commentaar in per toets, per leerling. Je kan dat doen door in het vakje zelf te tikken. Veel voorkomende commentaar kan je overbrengen uit een sjablonenlijst met een eenvoudige (dubbel)klik. Je kan voor jezelf een sjablonenlijst opstellen door te klikken op Opstellen sjablonenlijst . Elk lijntje in dit bestand wordt een overbrengbaar sjabloon. Je kan met meerdere mensen samen een sjablonenlijst opstellen. Als je bv. met de vakgroep een standaardcommentaarlijst opstelt, moet je die niet over tikken. 1. Iemand van de vakgroep tikt de sjablonen in met WinPunt.
10
2. Op de root van het schijfje staat nu het bestand sjablonen.txt. Copieer dit bestand op de schijfjes van de leden van de vakgroep. Een sjablonenlijst is een gewoon tekstbestand. Je kan steeds een tekstbestand importeren als sjablonenlijst: kies het menu-item Sjablonen opstellen en klik op Importeer . Zoek het tekstbestand en klik op openen. Het tekstbestand is als sjablonenlijst beschikbaar.
4.7
Filter
Leraars LO hebben meestal les in ’eigenaardig’ samengestelde groepen. Om het werk te vergemakkelijken werd de mogelijkheid geboden om de klassen te filteren. Ze bepalen zelf welke leerlingen van een klas, opgenomen wordt in hun lijst. Als ze de klassen dan ook nog groeperen, kunnen ze hun eigen klaslijsten samenstellen. Zo filter je een klas: 1. Kies de werkstijl Harde schijf - schijfje of Schijfje. 2. Kies het menu-item Allerlei - Filter . 3. Breng de leerlingen over door te klikken op de juiste leerling. 4. De nieuwe klaslijst wordt nu bewaard op je schijfje (en eventueel ook op je harde schijf). Let wel op, dit werk moet telkens opnieuw gebeuren nadat je klaspomp gebruikt hebt.
4.8
E-Mail gebruiken
Als je een internet-verbinding hebt, kan je de cijferlijsten ook per e-mail naar het secretariaat versturen. Je moet daarvoor enkele configuratiegegevens te weten komen, die je invult bij het eerste gebruik. 1. Je eigen email-adres: dat kan geen probleem zijn. Je moet dit email-adres ook binnenbrengen in de horrorsroom. 2. De server voor uitgaande mail (SMTP-server). Een lijst met de meest voorkomende providers staat vermeld op de download-pagina van WinPunt. Je kan die naam ook vinden in de documentatie van je provider, of in Outlook (Express) onder de rubriek extra/accounts/email/eigenschappen/servers/uitgaande server 3. Het poortnummer voor uitgaande post. Dat is zo goed als altijd 25. Enkel de offici¨ele cijfers op je schijfje worden overgebracht. Dat betekent dus dat dit versturen via email enkel werkt in de werkstijl schijfje of harde schijf-schijfje. De gebruiker zorgt er voor dat al zijn gegevens bewaard werden op het schijfje en kiest het menu-item Allerlei - Als E-mail versturen . 11
Afhankelijk van de toestand van je mail-verbinding worden de bestanden onmiddellijk doorgestuurd of moet je eerst zelf contact maken met je eigen mail-server, of vraagt windows dit bij het afsluiten van je PC. Als de verzending gelukt is, zal je in de loop van de dag of de volgende dag een bevestiging krijgen van de verzending van de school. Komt die bevestiging er niet, of krijg je een bevestiging zonder dat je iets verstuurd hebt, moet je onmiddellijk de horrorsroom verwittigen. Voor de beveiliging van het emailverkeer, laat je best je schijfje regelmatig inlezen bij Herman. Je krijgt dan telkens een nieuwe digitale code, die samen met je lijsten doorgestuurd wordt naar de school, zodat fraude zo goed als onmogelijk wordt.
4.9
Bewaren als
Als je de cijfers van het rapport wilt gebruiken in een Excel-rekenblad, of als je ze wilt opnemen in een Word-document, of bewerken op je Mac-computer, dan moet je de cijfergegevens kunnen uitvoeren in een algemeen erkend formaat. We kozen voor twee formaten, die door de meeste andere programma’s herkend worden. Het tekst formaat is het meest eenvoudige formaat. De gegevens worden zonder veel structuur in een tekstbestand afgedrukt. Het html formaat is h´et formaat voor het internet. Het wordt door de meeste moderne programma’s herkend. Het is bv. zeer makkelijk om via het html-formaat de gegevens over te brengen naar Excel. 1. Kies het menu-item Bewaren als - Html bestand . 2. Je kiest een goede locatie voor het document en je bewaart het daar. 3. Open Excel. 4. Kies Bestand/Openen en open het document dat je daarnet bewaard hebt. 5. Het document opent in Excel. Er zijn geen formules opgenomen, verder werk ligt nu volledig in jouw handen. Let er wel op dat het gebruik van het puntenschijfje de enige correcte manier is om je punten binnen te brengen op school. De mogelijkheid Bewaren als wordt je enkel geboden om zelf wat te spelen met je punten.
5
Het semesterrappport
Het invoeren van het semesterrapport gebeurt op dezelfde manier als het maandrapport. Alle mogelijkheden en extra-gadgets zijn ook beschikbaar.
12
5.1
Dagelijks werk
Een semesterrapport bestaat uit twee rubrieken. De rubriek DW is een weerspiegeling van de cijfers van het dagelijks werk. Deze cijfers worden ingevoerd in de eerste kolom van het invoerblad en staan los van de berekening van de examenresultaten. De rubriek EX is een weerspiegeling van de examenresultaten. De tweede en volgende kolommen van het invoerblad kan je gebruiken om de verschillende onderdelen van je examen in te voeren. Je kan deze kolommen ook gebruiken voor de invoer van de informatie voor het vakrapport (zie verder paragraaf 6).
5.2
DW automatisch berekenen
Voor de meeste vakken zijn de cijfers voor DW (eerste kolom op je cijferblad) het gemiddelde van de maandcijfers. Voor sommige andere vakken zijn de cijfers DW wel een weerspiegeling van de maandcijfers maar daarom geen blind gemiddelde. Daarom worden de cijfers van de maandrapporten nooit automatisch omgerekend naar de rubriek DW. Je kan dit gemiddelde wel laten berekenen met het menu-item Gemiddelde maandcijfers . In de eerste kolom van het semesterrapport verschijnt dan ook het gemiddelde van de toetsen van het voorbije semester, omgerekend naar het offici¨ele maximum. Het is daarna nog steeds mogelijk om deze cijfers aan te passen. Bepaalde vakgroepen (bv. Nederlands) hebben daar expliciete regels voor. Dat kan je best vragen aan de vakverantwoordelijke. Als er geen dwingende reden is om het berekend cijfer aan te passen, kan je het na controle best zo laten staan. OPGELET: Ook leerkrachten met permanente evaluatie moeten deze berekening uitvoeren, en ze moeten hun schijfje na deze berekening binnenleveren
5.3
Vakken samen tonen
In een aantal gevallen is het zinnig om cijfers van een klasgroep te combineren met cijfers voor een ander vak van dezelfde klasgroep. Dat kan bv. zo zijn voor een leraar wetenschappen, die fysica en scheikunde geeft en die een overzicht wil van de cijfers voor wetenschappen van zijn leerlingen. Men kan dit doen door een van de puntenlijsten te openen. In het menu Rubriekoverzicht kiest men voor het menu-item Vakken samen tonen. Het programma gaat dan na of er voor de behandelde klas, op het schijfje nog een ander vak voorkomt. De gebruiker kan dan eventueel kiezen welk vak hij samen wil tonen met het behandelde vak (als er meerdere mogelijkheden zijn). Als de klassen gegroepeerd zijn, worden alle mogelijke vakken in de betrokken klassen getoond. Na keuze voor een vak ziet men de twee behandelde vakken en een (gewogen) totaal van de behandelde vakken. Men kan dit overzicht in procenten of in absolute cijfers uitdrukken en eventueel afdrukken.
13
6
Het vakrapport
6.1
Bedoeling
Het vakrapport bevat gedetailleerde informatie voor de vakleraars die dat nodig achten. Het is mogelijk om een vakrapport te geven op het einde van elk semester en voor de eerste graad bij maandrapport 4 (de opbouwtoetsen).De bedoeling van het vakrapport is 1. Vakgegevens i.v.m. examenresultaten op een meer verfijnde manier verzamelen. 2. Een vakrapport afdrukken per leerling, dat zoveel mogelijk gegevens bevat in ´e´en en hetzelfde document. 3. Deze gegevens opslaan in het leerlingendossier, zodat men bij een leerlingbespreking een meer verfijnde analyse kan maken van de vorderingen van de leerling.
6.2
Werking
Het is niet de bedoeling om te streven naar inhoudelijke eenvormigheid. Er is een grote heterogeniteit mogelijk: het systeem kan gegevens per klas, per vak of per groep van klassen, per groep van vakken ophalen. Het systeem kan rekening houden met verschillende verlangens van leraars in verband met berekeningen, presentatie, . . . . Om het opnemen van de gegevens in ´e´en vakrapport en in het studiedossier mogelijk te maken, moet er wel een procedurale eenvormigheid zijn: de gegevens moeten op dezelfde manier opgehaald en verwerkt worden. 1. Aanvraag vakrapport: Een (groep) vakleraar(s) vult een aanvraagformulier voor vakrapport in. Er werden binnen verschillende vakgroepen reeds afspraken gemaakt. Je kan dit best vragen aan de vakverantwoordelijke. Als je eigen idee¨en hebt voor een vakrapport, neem je best contact op met Hugo. Er wordt dan een vakrapport ontworpen, dat zoveel mogelijk rekening houdt met jouw specifieke wensen. In elk geval worden er afspraken gemaakt over codes, rekenwijze en lay-out. 2. Intikken codes: Boven de deelrubrieken van de examenresultaten tik je als titel de afgesproken code. Achter deze code mag je tikken wat je wil. Deze code zal als herkenningspunt dienen voor verdere berekeningen. Je mag meerdere kolommen voorzien van dezelfde code, bij het inlezen worden deze kolommen samengevoegd. Voorbeeld: Als de afgesproken code lees is, zullen volgende kolommen samengevoegd worden: lees, LeEs, leeS, lees1, leesvaardigheid, leesxcgdujs. 3. Overzicht per rubriek: Je kan de cijfers van de leerlingen vooraf bekijken door het menu Rubriekoverzicht - Rubriekoverzicht werkblad kiezen. Je kan dit overzicht ook oproepen door een knop op de werkbalk aan te klikken. De cijfers van de leerlingen verschijnen nu in procent uitgedrukt, per gezamenlijke rubriek (dus bv. alle kolommen lees bij mekaar, alle kolommen luis bij mekaar, enz . . . ). Je kan dit overzicht ook 14
voor een trimester of voor een schooljaar bekomen. Daarvoor kies je Rubriekoverzicht - rubriekoverzicht Meerdere. 4. Algemene commentaar geven: Naast het commentaar voor de klastitularis wordt ook commentaar voor het vakrapport voorzien. Die wordt onmiddellijk afgedrukt onder de cijferresultaten van de leerling. 5. Detail commentaar geven: Als dat zo afgesproken is, kan je ook gedetailleerde commentaar per rubriek voorzien. Dit geeft veel mogelijkheden voor remedi¨ering, specifieke feedback, enz . . . . Deze commentaar wordt rechtstreeks op het rapport van de leerling afgedrukt, bij bepaalde onderdelen van het vakrapport. Het gebruik van deze mogelijkheid wordt best in onderling overleg met de vakgroep en/of Hugo vastgelegd. 6. Ophalen van de informatie: Bij het inlezen van de schijfjes wordt de informatie die aangevraagd werd, berekend en bewaard op de server. Het resultaat kan later bekeken worden in het leerlingendossier op het RitaWeb. 7. Afdrukken van de informatie: Het vakrapport wordt afgedrukt en uitgedeeld, samen met het semesterrapport en bij de opbouwtoetsen.
7
Het jaareinde
De meeste leerkrachten drukken op het einde van het schooljaar het jaaroverzicht van hun klassen af. Het is immers belangrijk om v´oo´r de deliberaties alles nog eens goed te overlopen. Je kan je eigen cijfers steeds vergelijken met de cijfers op school, door het RitaWeb te consulteren, bv. in de rubriek Overzichtslijsten per klas. We raden sterk aan om dat steeds te doen (minstens voor enkele leerlingen). Verwittig bij elke anomalie onmiddellijk Herman of de horrorsroom, er hangt op een deliberatie voor alle partijen veel af van een juiste, correcte cijferverwerking.
15
Inhoudsopgave 1 Inleiding
1
2 Het 2.1 2.2 2.3
begin van het schooljaar Principes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . De werkstijl . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Installatie thuis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1 1 2 2
3 Het 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
maandrapport Overzicht van de lijsten De totalen . . . . . . . Cijfers invoeren . . . . Commentaar klasleraar Afsluiten . . . . . . . . Klaswijziging . . . . .
. . . . . .
4 4 4 5 5 6 6
. . . . . . . . . . . . .
7 7 8 8 8 8 9 9 9 9 10 11 11 12
semesterrappport Dagelijks werk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . DW automatisch berekenen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vakken samen tonen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
12 13 13 13
6 Het vakrapport 6.1 Bedoeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6.2 Werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14 14 14
7 Het jaareinde
15
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
4 Gadgets 4.1 Overbrengen gegevens . . . . . . . . . . 4.2 Rekenwerk . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.2.1 Omrekenen van een kolom . . . . 4.2.2 Procentuele en absolute weergave 4.3 Groeperen . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.4 Drukwerk . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.5 Grafisch . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.5.1 Interpretatie koortsgrafiek . . . . 4.5.2 Interpretatie correlatiediagram . . 4.6 Gedetailleerd commentaar . . . . . . . . 4.7 Filter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.8 E-Mail gebruiken . . . . . . . . . . . . . 4.9 Bewaren als . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Het 5.1 5.2 5.3
16
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .