37193
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN N. 2002 — 2932
[C − 2002/11314]
16 JULI 2002. — Koninklijk besluit betreffende de instelling van mechanismen voor de bevordering van elektriciteit opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
MINISTERE DES AFFAIRES ECONOMIQUES F. 2002 — 2932
[C − 2002/11314]
16 JUILLET 2002. — Arreˆte´ royal relatif a` l’e´tablissement de me´canismes visant la promotion de l’e´lectricite´ produite a` partir des sources d’e´nergie renouvelables ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, inzonderheid op artikel 7;
Vu la loi du 29 avril 1999 relative a` l’organisation du marche´ de l’e´lectricite´, notamment l’article 7;
Gelet op het overleg met de Gewestregeringen van 20 november 2001;
Vu la concertation avec les gouvernements des Re´gions tenue le 20 novembre 2001;
Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas van 28 juni 2001;
Vu l’avis de la Commission de Re´gulation de l’Electricite´ et du gaz du 28 juin 2001;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financie¨n van 27 november 2001;
Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances du 27 novembre 2001;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 2 mei 2002, bij toepassing van artikel 84, eerste lid, 1° van de gecoordineerde wetten op de Raad van State;
Vu l’avis du Conseil d’Etat; donne´ le 2 mai 2002 en application de l’article 84, aline´a 1er, 1°, des lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer en van Onze Staatssecretaris voor Energie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,
Sur la proposition de Notre Vice-Premie`re Ministre et Ministre de la Mobilite´ et des Transports et de Notre Secre´taire d’Etat a` l’Energie et de l’avis de Nos Ministres qui en ont de´libe´re´ en Conseil,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Nous avons arreˆté et arreˆtons :
HOOFDSTUK I. — Definities en toepassingsgebied
CHAPITRE Ier. — De´finitions et champ d’application
Artikel 1. § 1. De definities bepaald in artikel 2 van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, hierna « de wet » genoemd, zijn van toepassing op onderhavig besluit.
Article 1er. § 1er. Les de´finitions contenues dans l’article 2 de la loi du 29 avril 1999 relative a` l’organisation du marche´ de l’e´lectricite´, de´nomme´e ci-apre`s « la loi », s’appliquent au pre´sent arreˆte´.
§ 2. Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder :
§ 2. Pour l’application du pre´sent arreˆte´, il faut entendre par :
1° « groene stroom » : elektriciteit geproduceerd met aanwending van hernieuwbare energiebronnen;
1° « e´lectricite´ verte » : l’e´lectricite´ produite a` partir de sources d’e´nergie renouvelables;
2° « keuringsinstelling » : instelling erkend door de minister overeenkomstig artikel 3;
2° « organisme de controˆle » : organisme agre´e´ par le ministre conforme´ment a` l’article 3;
3° « certificaat van oorsprongsgarantie » : het document dat de oorsprongsgarantie van groene stroom aantoont overeenkomstig artikel 4 van dit besluit;
3° « certificat de garantie d’origine » : le document attestant la garantie d’origine de l’e´lectricite´ verte conforme´ment a` l’article 4 du pre´sent arreˆte´;
4° « groenestroomcertificaat » : een immaterieel goed dat aantoont dat een producent een aangegeven hoeveelheid groene stroom heeft opgewekt binnen een bepaalde tijdsduur;
4° « certificat vert » : bien immate´riel attestant qu’un producteur a produit une quantite´ de´termine´e d’e´lectricite´ verte, au cours d’un intervalle de temps de´termine´;
5° « databank » : de databank bedoeld in artikel 13 van dit besluit, gecentraliseerd en beheerd door de commissie, die de toegekende groenestroomcertificaten evenals de erin opgenomen gegevens verzamelt;
5° « banque de donne´es » : la banque de donne´es vise´e a` l’article 13 du pre´sent arreˆte´, centralise´e et ge´re´e par la commission, reprenant les certificats verts e´mis ainsi que les donne´es reprises sur ces certificats;
6° « decreten en ordonnantie elektriciteit » : het geheel gevormd door het decreet van 17 juli 2000 van het Vlaams Parlement houdende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, het decreet van 12 april 2001 van de Waalse Raad betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt en de ordonnantie van 19 juli 2001 van de Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
6° « de´crets et ordonnance e´lectricite´ »: l’ensemble forme´ par le de´cret du 17 juillet 2000 du Parlement flamand relatif a` l’organisation du marche´ de l’e´lectricite´, le de´cret du 12 avril 2001 du Parlement wallon relatif a` l’organisation du marche´ re´gional de l’e´lectricite´ et l’ordonnance du 19 juillet 2001 du Conseil de la Re´gion de Bruxelles-Capitale relative a` l’organisation du marche´ de l’e´lectricite´ en Re´gion de Bruxelles-Capitale.
37194
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Art. 2. In uitvoering van artikel 7 van de wet bedoeld om maatregelen vast te stellen voor een tegen een minimumprijs verzekerde afzet op de markt, van een minimumvolume elektriciteit geproduceerd met aanwending van hernieuwbare energiebronnen, worden de volgende maatregelen ingevoerd :
Art. 2. En application de l’article 7 de la loi visant a` prendre des mesures en vue d’assurer l’e´coulement sur le marche´, a` un prix minimal, d’un volume minimal d’e´lectricite´ produite a` partir de sources d’e´nergie renouvelables, les mesures suivantes sont introduites :
1° een procedure voor de toekenning van certificaten van oorsprongsgarantie voor productie-installaties van groene stroom geproduceerd overeenkomstig artikel 6 van de wet;
1° une proce´dure d’octroi de certificats de garantie d’origine pour les installations de production d’e´lectricite´ verte produite en conformite´ avec l’article 6 de la loi;
2° een procedure voor het toekennen en afleveren van groenestroomcertificaten voor elektriciteit geproduceerd door de houders van domeinconcessies bedoeld in artikel 6 van de wet;
2° une proce´dure d’octroi et de de´livrance des certificats verts pour l’e´lectricite´ produite par les titulaires de concessions domaniales vise´es a` l’article 6 de la loi;
3° de bepaling van minimumprijzen voor de productie van groene stroom.
3° l’e´tablissement de prix minima pour la production d’e´lectricite´ verte.
HOOFDSTUK II. — Bijzondere bepalingen betreffende de toekenning van groenestroomcertificaten voor elektriciteit geproduceerd door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet
CHAPITRE II. — Dispositions particulie`res relatives a` l’octroi de certificats verts pour l’e´lectricite´ produite a` partir des installations vise´es a` l’article 6 de la loi
Afdeling I. — Erkenning van de Keuringsinstellingen
Section Ire. — Agre´ment des Organismes de controˆle
Art. 3. § 1. Om erkend te worden dient een keuringsinstelling aan de volgende voorwaarden te voldoen :
Art. 3. § 1er. Pour eˆtre agre´e´, un organisme de controˆle doit remplir les conditions suivantes :
1° beschikken over de rechtspersoonlijkheid en onafhankelijk zijn van elke producent, tussenpersoon of elektriciteitsleverancier;
1° disposer de la personnalite´ juridique et eˆtre inde´pendant de tous producteurs, interme´diaires ou fournisseurs d’e´lectricite´;
2° geaccrediteerd zijn op basis van de criteria van de NBN EN45004 -norm voor de activiteiten voorzien in dit besluit, overeenkomstig het accreditatiesysteem ingesteld in toepassing van de wet van 20 juli 1990 betreffende de accreditatie van certificatie- en keuringsinstellingen alsmede van beproevingslaboratoria, of door een gelijkwaardig accreditatiesysteem ingesteld in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte.
2° eˆtre accre´dite´ sur base des crite`res de la norme NBN EN45004 pour les activite´s pre´vues dans le pre´sent arreˆte´, conforme´ment au syste`me d’accre´ditation mis en place en exe´cution de la loi du 20 juillet 1990 concernant l’accre´ditation des organismes de certification et de controˆle, ainsi que des laboratoires d’essais ou par un syste`me d’accre´ditation e´quivalent e´tabli dans un pays membre de l’Espace e´conomique europe´en;
3° zich ertoe verbinden verslagen, opgemaakt in het kader van de bezoeken gebracht aan de productie-installaties van groene stroom die betrekking hebben op het certificaat van oorsprongsgarantie, aan de minister en aan de commissie over te maken.
3° s’engager a` transmettre au ministre et a` la commission les rapports re´alise´s suite aux visites des installations de production d’e´lectricite´ verte relatives au certificat de garantie d’origine.
§ 2. De aanvraag tot erkenning wordt ingediend bij de minister en vergezeld van de nodige bewijsstukken. Deze kent de erkenning toe of weigert ze na onderzoek van de aanvraag en na advies van de commissie. De erkenning wordt toegekend voor een hernieuwbare periode van drie jaar.
§ 2. La demande d’agre´ment est introduite aupre`s du ministre, accompagne´e des pie`ces justificatives y affe´rentes. Celui-ci accorde ou refuse l’agre´ment a` l’issue de l’examen de la demande, et apre`s avis de la commission. L’agre´ment est de´livre´ pour une pe´riode renouvelable de trois ans.
§ 3. De intrekking van de erkenning wordt door de minister beslist :
§ 3. Le retrait d’agre´ment est de´cide´ par le ministre :
1° wanneer de keuringsinstelling niet meer voldoet aan de voorwaarden voor erkenning bepaald in § 1 van dit artikel;
1° lorsque l’organisme de controˆle ne satisfait plus aux conditions d’agre´ment fixe´es au § 1er du pre´sent article;
2° wanneer de keuringsinstelling het onderwerp uitmaakt van een intrekking van haar accreditatie;
2° lorsque l’organisme de controˆle fait l’objet d’un retrait de son accre´ditation;
3° wanneer herhaaldelijke fouten zijn vastgesteld bij de uitoefening van haar opdrachten.
3° lorsque des erreurs re´pe´te´es sont constate´es dans l’exercice de ses missions.
De beslissing van intrekking wordt gemotiveerd. Zij wordt pas genomen nadat de instelling behoorlijk door de minister of zijn afgevaardigde werd opgeroepen.
La de´cision de retrait est motive´e. Elle n’est prise qu’apre`s que l’organisme ait e´te´ duˆment convoque´ par le ministre ou son de´le´gue´.
§ 4 : De keuringsinstelling is belast met het afleveren van het certificaat van oorsprongsgarantie en het uitoefenen van een periodieke controle, minstens jaarlijks, op de conformiteit van de gegevens opgenomen in de oorsprongsgarantie.
§ 4. L’organisme de controˆle est charge´ de de´livrer le certificat de garantie d’origine et d’exercer un controˆle pe´riodique, au minimum annuel, sur la conformite´ des donne´es de la garantie d’origine.
Afdeling II. — Oorsprongsgarantie van groene stroom geproduceerd door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet
Section II. — Garantie d’origine de l’e´lectricite´ verte produite a` partir des installations vise´es a` l’article 6 de la loi
Art. 4. § 1 Een productie-installatie van elektriciteit zoals bedoeld in artikel 6 van de wet zal enkel beschouwd worden als productieinstallatie van groene stroom indien haar een certificaat van oorsprongsgarantie, afgeleverd door een erkende keuringsinstelling, toegekend werd.
Art. 4. § 1er. Une installation de production d’e´lectricite´ vise´e a` l’article 6 de la loi ne sera conside´re´e comme installation de production d’e´lectricite´ verte que si un certificat de garantie d’origine de´livre´ par un organisme de controˆle agre´e´ lui a e´te´ attribue´.
§ 2. Het certificaat van oorsprongsgarantie toont aan dat de effectief geproduceerde elektriciteit groene stroom is en dat de geproduceerde hoeveelheid berekend wordt volgens de geldende meetnormen. Het vermeldt minstens het volgende :
§ 2. Le certificat de garantie d’origine atteste que l’e´lectricite´ effectivement produite est de l’e´lectricite´ verte et que la quantite´ produite est calcule´e selon les normes de mesures en vigueur. Il mentionne au moins :
— de bron(nen) met aanwending van dewelke de elektriciteit geproduceerd wordt;
— la ou les sources a` partir desquelles l’e´lectricite´ est produite;
— de technologie gebruikt voor de productie;
— la technologie utilise´e pour la production;
— de technologie gebruikt voor de berekening van de productie;
— la technologie utilise´e pour comptabiliser la production;
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37195
— het netto-ontwikkelbaar vermogen van de installatie;
— la puissance nette de´veloppable de l’installation de production;
— eventuele tegemoetkomingen of subsidies toegekend voor de constructie of de werking van de productie-installatie, of voor elektriciteitsproductie door deze productie-installatie;
— les aides et subsides e´ventuels octroye´s pour la construction ou le fonctionnement de l’installation de production, ou pour la production d’e´lectricite´ par cette installation;
— de voorziene datum van indiensttreding van de installatie;
— la date de mise en service projete´e de l’installation;
— de productieplaats.
— le lieu de production.
Art. 5. Elke aanvraag voor een certificaat van oorsprongsgarantie wordt geadresseerd aan een behoorlijk erkende instelling overeenkomstig artikel 3 van dit besluit.
Art. 5. Toute demande de certificat de garantie d’origine est adresse´e a` un organisme duˆment agre´e´ conforme´ment a` l’article 3 du pre´sent arreˆte´.
In geval van wijziging van de meetinstrumenten of van elk element opgenomen in het certificaat van oorsprongsgarantie, meldt de houder van het certificaat dit aan een erkende keuringsinstelling binnen de vijftien dagen. Deze laatste zal, in voorkomend geval, een nieuw certificaat opmaken.
En cas de modification des instruments de mesures ou de tout e´le´ment repris dans le certificat de garantie d’origine, le titulaire de ce certificat en informe, dans les quinze jours, un organisme de controˆle agre´e´. Ce dernier proce`de, le cas e´che´ant, a` l’e´laboration d’un nouveau certificat.
Art. 6. De commissie kan ten allen tijde van een erkende keuringsinstelling vereisen dat zij een controle verricht en nagaat of de elementen opgenomen in het certificaat van oorsprongsgarantie met de werkelijkheid overeenstemmen. Zoniet wordt het certificaat van oorsprongsgarantie ingetrokken.
Art. 6. A tout moment, la commission peut reque´rir d’un organisme de controˆle agre´e´ qu’il proce`de a` un controˆle et examine si les e´le´ments repris dans le certificat de garantie d’origine correspondent a` la re´alite´. Dans le cas contraire, le certificat de garantie d’origine est retire´.
Afdeling III. — Voorwaarden voor het toekennen van groenestroomcertificaten opgewekt door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet
Section III. — Conditions d’octroi des certificats verts pour l’e´lectricite´ verte produite a` partir des installations vise´es a` l’article 6 de la loi
Art. 7. § 1. Groenestroomcertificaten worden door de commissie toegekend aan producenten die houder zijn van een concessie bedoeld in artikel 6 van de wet evenals van een certificaat van oorsprongsgarantie bedoeld in artikel 4 van dit besluit.
Art. 7. § 1er. Des certificats verts sont attribue´s par la commission aux producteurs qui sont titulaires d’une concession vise´e a` l’article 6 de la loi et d’une garantie d’origine vise´e a` l’article 4 du pre´sent arreˆte´.
§ 2. De groenestroomcertificaten worden toegekend op basis van zowel de nettoproductie van groene stroom verbruikt door de producent als de netto productie van groene stroom geleverd aan het transmissie- of distributienet, of overgebracht door middel van directe lijnen, gemeten vo´o´r eventuele transformatie. De netto-elektriciteit is de geproduceerde elektriciteit verminderd met de elektriciteit verbruikt door de functionele installaties van de productie-installatie.
§ 2. Les certificats verts sont octroye´s sur base tant de la production nette d’e´lectricite´ verte consomme´e par le producteur que de la production nette d’e´lectricite´ verte fournie au re´seau de transport ou de distribution, ou transmise au moyen de lignes directes, mesure´e avant transformation e´ventuelle. L’e´lectricite´ nette est l’e´lectricite´ produite, diminue´e de l’e´lectricite´ requise par les e´quipements fonctionnels de l’installation de production.
De netbeheerder registreert de productie van groene stroom op basis van de meetbare gegevens die hem maandelijks ter beschikking zijn gesteld door de producent. De producent van groene stroom moet deze productie meten door middel van een elektriciteitsmeter afgescheiden van de rest van de installatie. Maandelijks maakt de netbeheerder deze meetgegevens per productiesite over aan de commissie.
Le gestionnaire du re´seau enregistre la production d’e´lectricite´ verte sur base des donne´es mesurables mises a` sa disposition mensuellement par le producteur. Le producteur d’e´lectricite´ verte doit mesurer cette production au moyen d’un compteur d’e´lectricite´ se´pare´ du reste de l’installation. Le gestionnaire du re´seau transmet mensuellement ces donne´es me´tre´es par site de production a` la commission.
§ 3. Een groenestroomcertificaat wordt afgeleverd voor een hoeveelheid geproduceerde groene stroom die overeenkomt met e´e´n MWh.
§ 3. Un certificat vert est de´livre´ pour une quantite´ d’e´le´ctricite´ verte produite correspondant a` un MWh.
§ 4. Als een hoeveelheid van minder dan e´e´n MWh overblijft, mogen de overblijvende kWh worden overgedragen naar het volgende kwartaal, bepaald overeenkomstig artikel 11 van dit besluit.
§ 4. En cas de tranche re´siduelle infe´rieure a` un MWh, les kWh restants peuvent eˆtre reporte´s au trimestre suivant, de´termine´s conforme´ment a` l’article 11 du pre´sent arreˆte´.
Afdeling IV. — Procedure voor het toekennen van certificaten voor groene stroom opgewekt door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet
Section IV. — Proce´ dure d’octroi des certificats verts pour l’e´lectricite´ verte produite a` partir des installations vise´es a` l’article 6 de la loi
Art. 8. Een aanvraag voor toekenning van groenestroomcertificaten wordt gericht aan de commissie. Deze aanvraag gebeurt door middel van een formulier opgesteld door de commissie en volgens de door haar bepaalde modaliteiten. De aanvrager voegt bij dit formulier een door de officieel erkende instelling voor eensluidend verklaarde kopie van het certificaat van oorsprongsgarantie dat hem werd toegekend overeenkomstig artikel 4 van dit besluit.
Art. 8. Une demande d’octroi de certificats verts est adresse´e a` la commission. Cette demande s’effectue au moyen d’un formulaire e´tabli par la commission et selon les modalite´s fixe´es par celle-ci. Le demandeur joint a` ce formulaire une copie certifie´e conforme par l’organisme officiellement agre´e´ du certificat de garantie d’origine qui lui a e´te´ attribue´ conforme´ment a` l’article 4 du pre´sent arreˆte´.
Art. 9. De commissie gaat na of het aanvraagformulier correct en volledig is ingevuld. Indien zij vaststelt dat de aanvraag onvolledig is informeert zij de aanvrager hiervan binnen een termijn van maximum vijftien dagen na ontvangst van het aanvraagformulier. Zij preciseert waarom het formulier onvolledig is en stelt een termijn vast van maximum drie weken waarbinnen de aanvrager verzocht wordt zijn aanvraag te vervolledigen.
Art. 9. La commission ve´rifie si le formulaire de demande est correctement et comple`tement rempli. Si elle constate que la demande est incomple`te, elle en avise le demandeur dans un de´lai maximal de quinze jours a` dater de la re´ception de la demande. Elle pre´cise en quoi le formulaire est incomplet et fixe un de´lai, qui ne peut exce´der trois semaines, ende´ans lequel le demandeur est invite´ a` comple´ter sa demande.
37196
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Art. 10. Binnen een termijn van e´e´n maand na ontvangst van het correcte en volledige formulier, gaat de commissie na of de aanvrager aan de voorwaarden voor toekenning van groenestroomcertificaten beantwoordt en maakt zij haar beslissing aan hem bekend. De commissie is verplicht de aanvrager die haar daarom verzoekt te verhoren.
Art. 10. Dans un de´lai d’un mois a` dater de la re´ception du formulaire correct et complet, la commission ve´rifie si le demandeur re´pond aux conditions d’octroi des certificats verts et lui notifie sa de´cision. La commission est tenue d’entendre le demandeur qui en fait la requeˆte.
Art. 11. De groenestroomcertificaten worden minstens e´e´n keer per kwartaal, in gedematerialiseerde vorm, toegekend door de commissie, na aanvaarding van de aanvraag.
Art. 11. Les certificats verts sont octroye´s par la commission, sous forme de´mate´rialise´e, au moins une fois par trimestre, apre`s acceptation de la demande.
De commissie verstuurt, minstens e´e´n keer per kwartaal, een document met het aantal groenestroomcertificaten, de code van de oorsprongsgarantie en de productieperiode aan de houder van de domeinconcessie bedoeld in artikel 6 van de wet die de oorsprongsgarantie bezit.
La commission envoie au titulaire de la concession domaniale vise´e a` l’article 6 de la loi ayant la garantie d’origine, au moins une fois par trimestre, un document reprenant le nombre de certificats verts, le code de la garantie d’origine et la pe´riode de production.
De informatie vermeld op de groenestroomcertificaten wordt bijgehouden en beheerd door de commissie in de databank bedoeld in artikel 13 van dit besluit.
Les renseignements mentionne´s sur les certificats verts octroye´s sont conserve´s et administre´s par la commission dans la banque de donne´es vise´e a` l’article 13 du pre´sent arreˆte´.
Elke houder van een groenestroomcertificaat deelt aan de commissie elke wijziging mee van de in het aanvraagformulier voor groenestroomcertificaten opgenomen gegevens, binnen de vijftien dagen, en ten laatste vo´o´r de volgende toekenning van groenestroomcertificaten.
Chaque titulaire de certificat vert communique a` la commission, dans les quinze jours, toute modification des donne´es reprises dans le formulaire de demande de certificats verts et au plus tard avant le prochain octroi de certificats verts.
Art. 12. Wanneer de commissie vaststelt dat de voorwaarden voor toekenning van groenestroomcertificaten overeenkomstig artikel 7 van dit besluit niet langer vervuld zijn, informeert zij hiervan de houder van de domeinconcessie, bedoeld in artikel 6 van de wet, die de oorsprongsgarantie bezit. De commissie moet de aanvrager die haar daarom verzoekt, verhoren. De commissie beslist in voorkomend geval om geen groenestroomcertificaten meer toe te kennen voor deze installatie.
Art. 12. Lorsque la commission constate que les conditions d’attribution des certificats verts vise´es a` l’article 7 du pre´sent arreˆte´ ne sont plus remplies, elle en informe le titulaire de la concession domaniale vise´e a` l’article 6 de la loi ayant la garantie d’origine. La commission est tenue d’entendre le demandeur qui en fait la requeˆte. La commission de´cide, le cas e´che´ant, de ne plus de´livrer de certificats verts pour cette installation.
Art. 13. § 1. De echtheid van groenestroomcertificaten wordt gewaarborgd door de registratie in een databank gecentraliseerd en beheerd door de commissie.
Art. 13. § 1er. L’authenticite´ des certificats verts est garantie par l’enregistrement dans une banque de donne´es centralise´e et ge´re´e par la commission.
De databank bevat voor elk groenestroomcertificaat de volgende gegevens :
La banque de donne´es reprend pour chaque certificat vert les mentions suivantes :
— identificatiegegevens van de houder van de domeinconcessie bedoeld in artikel 6 van de wet die de oorsprongsgarantie bezit;
— coordonne´es du titulaire de la concession domaniale vise´e a` l’article 6 de la loi ayant la garantie d’origine;
— productieplaats;
— lieu de production;
— productietechnologie en gebruikte energiebronnen;
— technologie de production et sources d’e´nergie utilise´es;
— netto-ontwikkelbaar vermogen van de installatie;
— puissance nette de´veloppable de l’installation;
— datum van inwerkingstelling van de installatie;
— date de mise en service de l’installation;
— eventuele tegemoetkomingen of subsidies toegekend voor de constructie of de werking van de productie-installatie, of voor elektriciteitsproductie door deze productie-installatie;
— aides et subsides e´ventuels octroye´s pour la construction ou le fonctionnement de l’installation de production, ou pour la production d’e´lectricite´ par cette installation;
— jaar en maand van toekenning van het groenestroomcertificaat;
— anne´e et mois d’octroi du certificat vert;
— identificatiegegevens van de houder van het groenestroomcertificaat;
— coordonne´es du titulaire du certificat vert;
— registratienummer van de transactie;
— nume´ro d’enregistrement de la transaction;
— verkoopprijs van het groenestroomcertficaat.
— prix de vente du certificat vert.
§ 2. De databank bedoeld in § 1 bevat het register van alle afgeleverde groenestroomcertificaten. Groenestroomcertificaten gelden voor een periode van 5 jaar te rekenen vanaf de datum van hun aflevering. Na die periode wordt de geldigheid van het groenestroomcertificaat automatisch opgeheven en wordt het uit de databank verwijderd.
§ 2. La banque de donne´es vise´e au § 1er contient le registre de tous les certificats verts de´livre´s. Les certificats verts sont valables pendant une dure´e de 5 ans a` partir de la date de leur de´livrance. Apre`s cette pe´riode, la validite´ du certificat vert est automatiquement leve´e et ce certificat est supprime´ de la banque de donne´es.
37197
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE HOOFDSTUK III. — Maatregelen bedoeld voor een verzekerde afzet op de markt, tegen een minimumprijs, van een minimumvolume elektriciteit geproduceerd met aanwending van hernieuwbare energiebronnen
CHAPITRE III. — Mesures visant a` assurer l’e´coulement sur le marche´, a` un prix minimal, d’un volume minimal d’e´lectricite´ produite a` partir de sources d’e´nergie renouvelables
Afdeling I. — Minimumprijzen
Section Ire. — Prix minima
Art. 14. § 1. Om de afzet van een minimaal volume groene stroom tegen een minimale prijs, op de markt te verzekeren, wordt een systeem van minimumprijzen voorzien volgens onderstaande voorwaarden.
Art. 14. § 1er. En vue d’assurer l’e´coulement sur le marche´ d’un volume minimal d’e´lectricite´ verte, un syste`me de prix minima de rachat est e´tabli selon les conditions qui suivent.
De netbeheerder is verplicht, in het kader van zijn taak van openbare dienst, certificaten die zijn afgeleverd krachtens dit besluit, de decreten en de ordonnantie elektriciteit, aan te kopen van de producent die hierom verzocht, aan een minimale prijs bepaald in functie van de gebruikte productie-technologie, namelijk :
Le gestionnaire du re´seau, dans le cadre de sa mission de service public, a l’obligation d’acheter au producteur d’e´lectricite´ verte qui en fait la demande, les certificats verts octroye´s en vertu du pre´sent arreˆte´ ainsi que des de´crets et ordonnance e´lectricite´, a` un prix minimal fixe´, selon la technologie de production, a` :
- off-shore windenergie :
90 S/MWh
- e´nergie e´olienne off-shore :
90 S/MWh
- on-shore windenergie :
50 S/MWh
- e´nergie e´olienne on-shore :
50 S/MWh
- waterkracht :
50 S/MWh
- e´nergie hydraulique :
50 S/MWh
- zonne-energie :
150 S/MWh
- e´nergie solaire :
150 S/MWh
- andere hernieuwbare energiebronnen (waaronder biomassa) :
20 S/MWh
- autres sources d’e´nergie renouvelables (dont biomasse) :
20 S/MWh
Deze aankoopverplichting begint bij de inwerkingstelling van de productie-installatie voor een periode van tien jaar. § 2. De netbeheerder moet op regelmatige tijdstippen deze certificaten op de markt brengen om de kosten verbonden aan deze verplichting te recupereren. De commissie zorgt voor de transparantie en de regulariteit van de verkoop van deze certificaten door de netbeheerder. Het netto saldo dat ontstaat uit het verschil tussen de aankoopprijs van het groenestroomcertificaat betaald door de netbeheerder en de verkoopprijs van dit certificaat op de markt, wordt gefinancierd door middel van een heffing op de tarieven bedoeld in artikel 12 van de wet. Bovenvemelde heffing wordt uitgedrukt in Scent per kWh, geı¨njecteerd op het net, uitgezonderd de doorvoer van elektriciteit. Het bedrag van deze heffing wordt, na advies van de commissie, door de Koning vastgesteld, en jaarlijks herzien. De lijst van aangekochte en verkochte groenestroomcertificaten wordt e´e´n keer per maand door de netbeheerder aan de commissie meegedeeld. De commissie controleert de verplichtingen van de netbeheerder die uit dit besluit voortvloeien. Afdeling II. — Slot- en overgangsbepalingen
Cette obligation d’achat prend cours a` la mise en service de l’installation de production, pour une pe´riode de dix ans. § 2. Le gestionnaire du re´seau doit offrir ces certificats au marche´ a` intervalles re´guliers afin de re´cupe´rer les couˆts de prise en charge de cette obligation. La commission veille a` la transparence et a` la re´gularite´ des ventes de ces certificats par le gestionnaire du re´seau. Le solde net, qui re´sulte de la diffe´rence entre le prix d’achat du certificat vert par le gestionnaire du re´seau et le prix de vente de ce certificat vert sur le marche´, est finance´ au moyen d’une surcharge sur les tarifs vise´s a` l’article 12 de la loi. La surcharge pre´cite´e est exprime´e en Scent par kWh, injecte´e sur le re´seau, hormis le transit d’e´lectricite´. Le montant de cette surcharge est arreˆte´ par le Roi, apre`s avis de la commission, et revu chaque anne´e. Le gestionnaire du re´seau communique une fois par mois a` la commission la liste des certificats verts achete´s et vendus. La commission controˆle les obligations du gestionnaire du re´seau qui de´coulent du pre´sent arreˆte´. Section II. — Dispositions finales et transitoires
Art. 15. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2003.
Art. 15. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 1er juillet 2003.
Art. 16. De minister wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 16. Le ministre est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´.
Art. 17. Dit besluit moet bij wet bekrachtigd worden binnen de zes maanden na zijn inwerkingtreding.
Art. 17. Le pre´sent arreˆte´ doit eˆtre confirme´ par la loi dans les six mois de son entre´e en vigueur. Donne´ a` Bruxelles, le 16 juillet 2002.
Gegeven te Brussel, 16 juli 2002.
ALBERT
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege : De Vice Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT De Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, O. DELEUZE
La Vice-Premie`re Ministre et Ministre de la Mobilite´ et des Transports, Mme I. DURANT Le Secre´taire d’Etat a` l’Energie et au De´veloppement durable, O. DELEUZE
* MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR
MINISTERE DES COMMUNICATIONS ET DE L’INFRASTRUCTURE
N. 2002 — 2933 [C − 2002/14201] 15 JULI 2002. — Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Leuven en de gemeente Holsbeek van algemeen nut wordt verklaard
F. 2002 — 2933 [C − 2002/14201] 15 JUILLET 2002. — Arreˆte´ royal de´clarant d’utilite´ publique la prise de possession imme´diate de certaines parcelles situe´es sur le territoire de la ville de Louvain et la commune d’Holsbeek
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 23 juli 1926 houdende oprichting van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, inzonderheid op artikel 1bis, vervangen door de wet van 21 maart 1991;
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 23 juillet 1926 cre´ant la Socie´te´ nationale des Chemins de Fer belges, notamment l’article 1erbis, remplace´ par la loi du 21 mars 1991;
37198
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Gelet op de wet van 26 juli 1962 gewijzigd bij de wet van 7 juli 1978 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid op artikel 5;
Vu la loi du 26 juillet 1962, modifie´e par la loi du 7 juillet 1978 relative aux expropriations pour cause d’utilite´ publique et aux concessions en vue de la construction des autoroutes, notamment l’article 5;
Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op artikel 10, § 2, 2°;
Vu la loi du 21 mars 1991 portant re´forme de certaines entreprises publiques e´conomiques, notamment l’article 10, § 2, 2°;
Gelet op het meerjarig investeringsplan 2001-2012 van de NMBS gehecht aan de wet van 22 maart 2002 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 11 oktober 2001 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
Vu le plan d’investissement pluriannuel 2001-2012 de la SNCB annexe´ a` la loi du 22 mars 2002 portant assentiment a` l’accord de coope´ration du 11 octobre 2001 entre l’Etat fe´de´ral, les Re´gions flamande, wallonne et de Bruxelles-Capitale;
Overwegende dat de aanleg van een verbindingsbocht tussen de spoorlijn 35 en de spoorlijn 36 ten noordoosten van Leuven nodig is teneinde een rechtstreekse spoorverbinding te bekomen tussen Brussel en Hasselt;
Conside´rant que l’e´tablissement d’une courbe de raccordement entre la ligne 35 et la ligne 36 au nord-est de Louvain est ne´cessaire afin d’obtenir une liaison ferroviaire directe entre Bruxelles et Hasselt;
Overwegende dat een rechtstreekse spoorverbinding een gunstig gevolg heeft voor de reistijd tussen de stations op de lijn 35 en Brussel;
Conside´rant qu’une liaison ferroviaire directe a un effet favorable en ce qui concerne le temps de parcours entre les gares, situe´es sur la ligne 35 et Bruxelles;
Overwegende dat een snelle IC-verbinding over de verbindingsbocht te Leuven de bediening van de Luchthaven Brussel-Nationaal ten goede komt;
Conside´rant qu’une liaison IC-rapide, par la courbe de raccordement a` Louvain, est avantageuse pour la desserte de l’Ae´roport de BruxellesNational;
Overwegende dat de inbezitneming van de op de plannen nrs. L35/2104.8 en L35/2-105.8 aangeduide percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Leuven (Wilsele en Kessel-Lo) en de gemeente Holsbeek nodig is voor de aanleg van bewuste verbindingsbocht;
Conside´rant que la prise de possession des parcelles, mentionne´es aux plans n° L35/2-104.8 en L35/2-105.8 et situe´es sur le territoire de la ville de Louvain (Wilsele et Kessel-Lo) et la commune d’Holsbeek est ne´cessaire pour l’e´tablissement de cette courbe de raccordement;
Overwegende dat het technisch aangewezen is deze verbindingsbocht te realiseren tegelijkertijd met de werken op de spoorlijn 36 waar voor het ogenblik de verbinding tussen Brussel en Leuven op vier sporen wordt gebracht;
Conside´rant que d’un point de vue technique il est indique´ de re´aliser cette courbe de raccordement simultane´ment aux travaux sur la ligne 36 ou`, actuellement, la liaison entre Bruxelles et Louvain est porte´e a` quatre voies;
Overwegende dat wegens de vooropstaande duurtijd van de vereiste werkzaamheden derhalve de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde percelen ten algemene nutte onontbeerlijk is;
Conside´rant que, compte tenu des de´lais exige´s pour les travaux, la prise de possession imme´diate, pour cause d’utilite´ publique, des parcelles en question, est indispensable;
Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Sur la proposition de Notre Ministre de la Mobilite´ et des Transports, Nous avons arreˆté et arreˆtons :
Artikel 1. Het algemeen nut vordert voor de aanleg van een verbindingsbocht tussen de spoorlijn 35 en de spoorlijn 36, de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op het grondgebied van de stad Leuven en de gemeente Holsbeek en opgenomen in de plannen nrs. L35/2-104.8 en L35/2-105.8, gevoegd bij dit besluit.
Article 1er. L’utilite´ publique exige pour l’e´tablissement d’une courbe de raccordement entre la ligne 35 et la ligne 36, la prise de possession imme´diate des parcelles, situe´es sur le territoire de la ville de Louvain et la commune d’Holsbeek et reprises aux plans nos L35/2-104.8 et L35/2-105.8, annexe´s au pre´sent arreˆte´.
Art. 2. Bij gebrek aan afstand in der minne, worden de voor de werken benodigde en op voormelde plannen aangewezen percelen ingenomen en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid artikel 5.
Art. 2. Les parcelles indique´es aux plans ci-dessus vise´s et ne´cessaires a` l’exe´cution des travaux en question seront, a` de´faut de cession amiable, emprise et occupe´e conforme´ment aux dispositions de la loi du 26 juillet 1962 relative aux expropriations pour cause d’utilite´ publique et aux concessions en vue de la construction des autoroutes, et plus spe´cialement a` l’article 5.
Art. 3. Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 3. Notre Ministre de la Mobilite´ et des Transports est charge´e de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´.
Gegeven te Brussel 15 juli 2002.
Donne´ a` Bruxelles, le 15 juillet 2002.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT
La Ministre de la Mobilite´ et des Transports, Mme I. DURANT
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37199
37200
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37201
37202
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37203
37204
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37205
37206
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37207
FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU
SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE ET ENVIRONNEMENT
N. 2002 — 2934 [C − 2002/22652] 26 JULI 2002. — Ministerieel besluit tot toekenning van een toelage van 489.000 EUR aan de Koning Boudewijnstichting voor het opstarten en het beheren van een project « Sociale Plato » met het oog op de bevordering van de uitwisseling van managementpraktijken tussen de klassieke handelsondernemingen en de socialeeconomieondernemingen
F. 2002 — 2934 [C − 2002/22652] 26 JUILLET 2002. — Arreˆte´ ministe´riel portant octroi d’une subvention de 489.000 EUR a` la Fondation Roi Baudouin en vue d’initier et de ge´rer un projet « Plato Social » ayant pour objectif de favoriser les e´changes de pratiques manage´riales entre les entreprises commerciales classiques et les entreprises d’e´conomie sociale
De Minister van Sociale Economie, Gelet op de wet van 24 december 2001 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002; Gelet op het koninklijk besluit van 19 maart 2002 houdende toekenning van een machtiging aan de Minister die de Maatschappelijke Integratie en de Sociale Economie tot zijn bevoegdheid heeft, tot toekenning van toelagen; Gelet op het samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie, ondertekend te Brussel op 4 juli 2000; Gelet op de wet van 26 juni 2001 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie; Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoo¨rdineerd bij het koninklijk besluit van 17 juli 1991, inzonderheid op artikelen 55 tot 58; Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole; Gelet op het advies van de Inspectie van Financie¨n, gegeven op 25 juli 2002; Overwegende dat de Minister van Sociale Economie namelijk belast is met het stimuleren van nieuwe initiatieven inzake sociale economie en met het versterken van de solidariteitsaspecten in het economisch leven; Overwegende dat de ondersteuning van het management van sociale-economieondernemingen van essentieel belang is; Overwegende dat, met het oog op de bevordering van de uitwisseling van managementpraktijken tussen de klassieke handelsondernemingen en de sociale-economieondernemingen, er beslist werd een project « Sociale Plato » uit te werken voor een bedrag van 489.000 EUR, dat door de Koning Boudewijnstichting zal worden beheerd. Overwegende dat de Koning Boudewijnstichting werd gekozen wegens haar federaal karakter en haar ervaring, Besluit :
Le Ministre de l’Economie sociale, Vu la loi du 24 décembre 2001 contenant le budget ge´ne´ral des de´penses pour l’anne´e 2002; Vu l’arreˆte´ royal du 19 mars 2002 autorisant au Ministre qui a` l’Inte´gration sociale et l’Economie sociale dans ses attributions d’octroyer des subventions; Vu l’accord de coope´ration entre l’Etat, les Re´gions et la Communaute´ germanophone relatif a` l’e´conomie sociale, signe´ a` Bruxelles le 4 juillet 2000; Vu la loi du 26 juin 2001 approuvant l’accord de coope´ration du 4 juillet 2000 entre l’Etat fe´de´ral, la Re´gion flamande, la Re´gion wallonne et la Re´gion de Bruxelles-Capitale et la Communaute´ germanophone relatif a` l’e´conomie sociale; Vu les lois sur la comptabilite´ de l’Etat, coordonne´es par l’arreˆte´ royal du 17 juillet 1991, notamment les articles 55 a` 58; Vu l’arreˆte´ royal du 16 novembre 1994 relatif au controˆle administratif et budge´taire; Vu l’avis de l’Inspection des Finances, donne´ le 25 juin 2002; Conside´rant que le Ministre de l’Economie sociale est notamment charge´ de stimuler les nouvelles initiatives en matie`re d’e´conomie sociale et de renforcer les aspects solidaires dans la vie e´conomique; Conside´rant que le soutien du management des entreprises d’e´conomie sociale est essentiel; Conside´rant que, en vue de favoriser les e´changes de pratiques manage´riales entre les entreprises commerciales classiques et les entreprises d’e´conomie sociale, il a e´te´ de´cide´ de de´velopper un projet « Plato Social » d’un montant de 489.000 EUR qui sera ge´re´ par la Fondation Roi Baudouin; Conside´rant que la Fondation Roi Baudouin a e´te´ choisie en raison de son caracte`re fe´de´ral et de son expe´rience, Arreˆte :
Artikel 1. Een toelage van vierhonderdnegenentachtigduizend euro (489.000 EUR), aangerekend op het krediet van het federaal Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu voor het begrotingsjaar 2002, organisatieafdeling 55, b.a. 42 33 03 87, wordt toegekend aan de Koning Boudewijnstichting waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is Brederodestraat 21, te 1000 Brussel.
Article 1er. Une subvention de quatre cent quatre-vingt-neuf mille euros (489.000 EUR), impute´e au cre´dit du Ministe`re fe´de´ral des Affaires sociales, de la Sante´ publique et de l’Environnement pour l’exercice 2002, division organique 55, a.b. 42 33 03 87 est accorde´e a` la Fondation Roi Baudouin dont le sie`ge social est situe´ rue Bre´derode 21, a` 1000 Bruxelles.
Art. 2. De toelage heeft tot doel een project « Sociale Plato » op te starten en te beheren, met het oog op de bevordering van de uitwisseling van managementpraktijken tussen de klassieke handelsondernemingen en de sociale-economieondernemingen omschreven in artikel 1, § 2, 1°, van het samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie, ondertekend te Brussel op 4 juli 2000.
Art. 2. La subvention a pour objectif d’initier et de ge´rer un projet « Plato Social » en vue de favoriser les e´changes de pratiques manage´riales entre les entreprises commerciales classiques et les entreprises d’e´conomie sociale de´crites a` l’article 1er, § 2, 1° de l’accord de coope´ration entre l’Etat, les Re´gions et la Communaute´ germanophone relatif a` l’e´conomie sociale, signe´ a` Bruxelles le 4 juillet 2000.
Art. 3. Voormeld project wordt door de Koning Boudewijnstichting beheerd op basis van een overeenkomst gesloten met de Minister van Sociale Economie. De overeenkomst specificeert de termijnen, de financie¨le bepalingen en de wijze waarop het project wordt uitgevoerd.
Art. 3. Le projet pre´cite´ est ge´re´ par la Fondation Roi Baudouin sur la base d’une convention avec le Ministre de l’Economie sociale. La convention de´taille les e´che´ances, les conside´rations financie`res ainsi que le mode de re´alisation du projet.
Art. 4. Het project « Sociale Plato » heeft drie doelstellingen :
Art. 4. Le projet « Plato Social » poursuit trois objectifs :
1° Het oprichten van een Stuurgroep voor de begeleiding van het ganse project « Sociale Plato » en dat inzonderheid belast is met het vastleggen van de modaliteiten van een oproep voor projecten in het kader van de criteria voorzien in artikel 5, en van de opvolging en evaluatie van het uitgewerkt project.
1° Constituer un Comite´ de pilotage charge´ d’accompagner l’ensemble du projet « Plato Social » et dont les taˆches consistent plus particulie`rement a` de´finir les modalite´s d’un appel a` projets dans le cadre des crite`res repris a` l’article 5 et a` modaliser le suivi et l’e´valuation du projet mis en place.
2° Een oproep doen voor projecten om twee soorten initiatieven financieel te kunnen ondersteunen :
2° Re´aliser un appel a` projets qui doit permettre d’octroyer une aide financie`re a` deux types d’initiatives :
— concrete initiatieven inzake samenwerking op het gebied van management tussen tenminste een klassieke handelsonderneming en een sociale-economieonderneming;
— des initiatives concre`tes de collaboration manage´riale entre au moins une entreprise commerciale classique et une entreprise d’e´conomie sociale;
37208
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
— initiatieven voorgesteld door bemiddelaars van de klassieke economie en/of van de sociale economie om de uitwerking van projecten inzake samenwerking op het gebied van management op het terrein vlotter te laten verlopen.
— des initiatives propose´es par des interme´diaires de l’e´conomie classique et/ou de l’e´conomie sociale afin de faciliter le de´veloppement de projets de collaboration manage´riale sur le terrain.
3° Evaluatie van het ganse project door het organiseren van twee rondetafels en door middel van een externe evaluatie.
3° Evaluer l’ensemble du projet graˆce a` l’organisation de deux tables rondes et la re´alisation d’une e´valuation externe.
Art. 5. De gefinancierde projecten moeten voldoen aan de volgende criteria :
Art. 5. Les projets finance´s doivent re´pondre aux crite`res suivants :
1° Wat de actoren betreft :
1° Quant aux acteurs :
In het kader van elk project moeten ten minste een actor uit de klassieke economische sector en een actor uit de sector van de sociale economie betrokken partijen zijn.
Dans le cadre de chaque projet, au moins un acteur e´manant du secteur e´conomique classique et un acteur du secteur de l’e´conomie sociale sont parties prenantes.
Onder « sector van de sociale economie » moet worden verstaan, alle initiatieven die ethisch aansluiten bij de principes vermeld in artikel 1, § 2, 1°, van het samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie, ondertekend te Brussel op 4 juli 2000.
Par « secteur de l’e´conomie sociale », il y a lieu de comprendre toutes les initiatives dont l’e´thique se traduit par les principes repris a` l’article 1er, § 2, 1°, de l’accord de coope´ration entre l’Etat, les Re´gions et la Communaute´ germanophone relatif a` l’e´conomie sociale, signe´ a` Bruxelles le 4 juillet 2000.
Onder « sociale-economieondernemingen » moet worden verstaan, de initiatieven die ethisch aansluiten bij de hierboven vermelde principes, en waarvan de activiteit gekenmerkt wordt door :
Par « les entreprises d’e´conomie sociale » il y a lieu de comprendre des initiatives dont l’e´thique se traduit par les principes e´nonce´s ci-dessus, et dont l’activite´ se caracte´rise par :
— het produceren of leveren van goederen en diensten die op de markt worden gebracht, waarvoor een prijs wordt betaald en waarvoor er behoeften en een clie¨nteel zijn;
— la production ou la fourniture de biens et services, mis sur le marche´, pour lesquels un prix est paye´, et pour lesquels des besoins et une cliente`le existent;
— het streven naar continuı¨teit, rentabiliteit en duurzame ontwikkeling;
— un objectif de continuite´, de rentabilite´ et de de´veloppement durable;
— een graad van zelffinanciering (ontvangsten/(ontvangsten + subsidies)) van minimum 20 pct.
— un degre´ d’autofinancement (recettes/(recettes + subsides)) de minimum 20 %.
2° Wat de bemiddelaars betreft : In het kader van initiatieven voorgesteld door bemiddelaars om de uitwerking van concrete projecten inzake samenwerking op het gebied van management vlotter te laten verlopen, moet onder tussenpersoon worden verstaan, iedere organisatie die inzicht heeft in een van de betrokken sectoren en waarvan de ervaring inzake bemiddeling bij ten minste een van de twee voormelde acteurs kan worden bewezen. 3° Wat de inhoud betreft :
2° Quant aux interme´diaires : Dans le cadre d’initiatives propose´es par des interme´diaires en vue de faciliter le de´veloppement de projets concrets de collaboration manage´riale, il y a lieu de comprendre par interme´diaire, toute organisation posse´dant une connaissance de l’un des secteurs en question et dont l’expe´rience de me´diation aupre`s d’au moins l’un des deux acteurs mentionne´s ci-dessus peut eˆtre prouve´e. 3° Quant au contenu :
In elk project wordt de inhoud van de uitwisseling omschreven. Voor iedere betrokken partij moet de inbreng door de voorziene samenwerking bepaald worden.
Chaque projet de´crit le contenu de l’e´change. Il s’agit de de´finir, pour chaque partie prenante, l’apport que constitue la collaboration envisage´e.
In het kader van de concrete initiatieven inzake samenwerking op het gebied van management tussen ten minste een onderneming uit elke sector wordt de waaier van activiteiten die in aanmerking komen voor ondersteuning beperkt tot samenwerking op het gebied van management zoals :
Dans le cadre des initiatives concre`tes de collaboration manage´riale entre au moins une entreprise de chaque secteur, l’e´ventail d’activite´s susceptibles de be´ne´ficier d’une aide est limite´ aux collaborations sur le plan du management tel que :
— strategisch management : intern en extern onderzoek, concurrentieonderzoek, onderzoek van de sterke en zwakke punten, opmaken en evalueren van een bedrijfsplan;
— le management strate´gique : analyse interne et externe, analyse de concurrence, analyse des points forts et des points faibles, re´daction et e´valuation d’un plan d’entreprise;
— human ressources management : selectie- en aanwervingsmethode, loonregeling, permanente vorming, leiderschap;
— le management des ressources humaines : me´thode de se´lection et d’embauche, syste`me de re´mune´ration, formation permanente, leadership;
— marketing en verkoop : marketingstrategie, samenstellen van klantbestanden, inspelen op het koopgedrag van de klant, vastleggen van de betaalmodaliteiten, gevolg geven aan de klachten van klanten;
— marketing et vente : strate´gie de marketing, re´alisation de fichiers clients, prise en compte du comportement d’achat du client, de´termination des modalite´s de paiement, prise en compte de plaintes de clients;
— financieel management : balansonderzoek, ratio-onderzoek en -interpretatie, opmaken van een budget, vermindering van de kosten, verhoging van de ontvangsten, investeringsonderzoeken, aanboren van financie¨le bronnen;
— le management financier : analyse de bilan, analyse et interpre´tation des ratios, re´alisation d’un budget, re´duction des couˆts, augmentation des recettes, analyse d’investissements, recherche de moyens financiers;
— logistiek beheer : beheer van de voorraden, berekening van voorraadkosten, bepaling van de minimum- en maximumvoorraad, berekening van de omloopsnelheid van de voorraden, opvolging van bestellingen, vervoer.
— la gestion logistique : gestion de stock, calcul de couˆts de stock, de´termination du stock minimum et maximum, calcul de la vitesse de rotation, suivi des ordres, transport.
De initiatieven voorgesteld door bemiddelaars van de klassieke economie en/of van de sociale economie moeten ertoe bijdragen dat de ontwikkeling van concrete projecten inzake samenwerking op het gebied van management vlotter verloopt, projecten die zelf deel moeten uitmaken van de hierboven beschreven waaier van activiteiten.
Les initiatives propose´es par des interme´diaires de l’e´conomie classique et/ou de l’e´conomie sociale doivent contribuer a` faciliter le de´veloppement de projets concrets de collaboration manage´riale qui doivent eux-meˆmes s’inscrire dans l’e´ventail d’activite´s de´crit ci-dessus.
In uitzonderlijke en behoorlijk gemotiveerde omstandigheden is een afwijking van sommige voormelde ontvankelijkheidscriteria mogelijk.
De manie`re exceptionnelle et duˆment justifie´e, il sera possible de de´roger a` certains crite`res pre´cite´s de recevabilite´.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37209
Art. 6. Om het in artikel 2 omschreven doel te kunnen bereiken, doet de Koning Boudewijnstichting een oproep voor projecten in Belgie¨ met vermelding van de criteria waaraan de kandidaten moeten voldoen om een financie¨le hulp te kunnen genieten.
Art. 6. Afin de re´aliser l’objectif de´fini a` l’article 2, la Fondation Roi Baudouin lance un appel a` projets en Belgique qui mentionne les crite`res auxquels doivent re´pondre les candidats pour pouvoir be´ne´ficier d’une aide financie`re.
Op basis van het ingediende dossier kiest een onafhankelijke jury de projecten die financieel worden ondersteund. Voorrang zal gegeven worden aan concrete initiatieven inzake samenwerking op het gebied van management ten opzichte van initiatieven voorgesteld door bemiddelaars.
Sur la base du dossier de candidature, un jury inde´pendant se´lectionne les projets qui be´ne´ficient d’un appui financier. La priorite´ sera donne´e aux initiatives concre`tes de collaboration manage´riale par rapport aux initiatives propose´es par des interme´diaires.
De lijst met de gekozen projecten wordt de Minister tot wiens bevoegdheid de Sociale Economie behoort, ter goedkeuring voorgelegd.
La liste des projets se´lectionne´s est soumise a` l’approbation du Ministre ayant l’e´conomie sociale dans ses attributions.
Art. 7. De kosten van dit project, die door de toelage worden gedekt, kunnen als volgt worden uitgesplitst.
Art. 7. Les couˆts du projet, couverts par la subvention, se re´partissent de la manie`re qui suit.
1° Een bedrag van 360.000 EUR wordt besteed aan de financiering van de door de jury gekozen initiatieven.
1° Un montant de 360.000 EUR est affecte´ au financement des initiatives se´lectionne´es par le jury.
2° Een bedrag van 129.000 EUR wordt besteed aan de kosten voor het beheer van het project « Sociale Plato » door de Koning Boudewijnstichting.
2° Un montant de 129.000 EUR est affecte´ aux frais de gestion du projet « Plato Social » par la Fondation Roi Baudouin.
Laatstgenoemd bedrag valt als volgt uiteen :
Ce dernier montant se de´compose comme suit :
— loonkosten : 90.000 EUR;
— couˆt salariaux : 90.000 EUR;
— kosten voor de onderaanneming (opvolging van projecten en ontmoetingen) : 17.500 EUR;
— couˆt de sous-traitance (suivi des projets et rencontres) : 17.500 EUR;
— werkingskosten : 21.500 EUR.
— frais de fonctionnement : 21.500 EUR.
Art. 8. Het toegekend bedrag zal geschieden in drie schijven :
Art. 8. Le montant octroye´ sera verse´ en trois tranches :
— Een eerste schijf van 25 % van het bedrag wordt gestort na de inwerkingtreding van deze overeenkomst.
— Une premie`re tranche de 25 % du montant est verse´e apre`s l’entre´e en vigueur de la pre´sente convention.
— Een tweede schijf van 50 % van het bedrag wordt gestort vijf maanden na de inwerkingtreding van deze overeenkomst, na overlegging van de bewijsstukken of conventies betreffende de twee eerste schijven.
— Une deuxie`me tranche de 50 % du montant est verse´e cinq mois apre`s l’entre´e en vigueur de la pre´sente convention apre`s pre´sentation des pie`ces justificatives ou conventions relatives aux deux premie`res tranches.
— Een derde schijf van 25 % wordt gestort na afloop van de periode, na overlegging van een eindverslag, van de nodige bewijsstukken en na instemming van de opdrachtgever.
— Une troisie`me tranche de 25 % sera verse´e a` la cloˆture de la pe´riode, apre`s pre´sentation d’un rapport final, des pie`ces justificatives ne´cessaires et apre`s accord du commanditaire.
De bedragen die niet dienen voor de financiering van de projecten evenals de bedragen waarvoor de bewijsstukken ontoereikend zijn, zoals gepreciseerd in de overeenkomst, moeten door de Koning Boudewijnstichting worden teruggestort aan de Belgische Staat.
Les montants non affecte´s au financement des projets, ainsi que les montants pour lesquels les pie`ces justificatives sont insuffisantes, comme pre´cise´ dans la convention, devront eˆtre retourne´s par la Fondation Roi Baudouin a` l’Etat belge.
Art. 9. Deze toelage zal uitgekeerd worden door storting op bankrekening 068-0572720-59 geopend op naam van de Koning Boudewijnstichting.
Art. 9. La liquidation de cette subvention se fera par virement au compte bancaire 068-0572720-59, ouvert au nom de la Fondation Roi Baudouin.
Art. 10. De Koning Boudewijnstichting verbindt zich ertoe de Cel Sociale Economie van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Anspachlaan 1, 14e verdieping, bureau 20, te 1000 Brussel, een eindverslag en een eindafrekening voor te leggen.
Art. 10. La Fondation Roi Baudouin s’engage a` pre´senter a` la Cellule Economie sociale de l’Administration de l’Inte´gration sociale du Ministe`re des Affaires sociales, de la Sante´ publique et de l’Environnement, boulevard Anspach 1, 14e e´tage, bureau 20, a` 1000 Bruxelles, un rapport final et un de´compte final.
In het verslag moet duidelijk worden aangetoond dat de geldmiddelen werden aangewend conform de overeenkomst die tussen de partijen werd ondertekend. Dit verslag bevat als bijlage de bewijsstukken en alle nodig geachte stukken die waar en oprecht zijn verklaard door de projectleiders en de Koning Boudewijnstichting.
Le rapport de´montre explicitement que les moyens financiers ont e´te´ utilise´s conforme´ment a` la convention signe´e entre les parties. Ce rapport contient en annexe les pie`ces justificatives et toutes les autres pie`ces utiles certifie´es since`res et comple`tes par les charge´s de projets et la Fondation Roi Baudouin.
Het verslag bevat, voor elk in aanmerking genomen project, een uitvoerige beschrijving van de uitgevoerde realisaties, van de graad waarin de nagestreefde doelstellingen zijn verwezenlijkt en van de concrete resultaten die door de uitwerking van het initiatief zijn bereikt.
Le rapport pre´sente de manie`re circonstancie´e, pour chaque projet se´lectionne´, les re´alisations effectue´es, le degre´ d’accomplissement des objectifs fixe´s et les re´sultats concrets obtenus par la mise en œuvre de l’initiative.
Het eindverslag en de eindafrekening moeten de Cel Sociale Economie uiterlijk 15 november 2003 worden overgelegd.
Le rapport final et le de´compte final sont transmis au plus tard le 15 novembre 2003 a` la Cellule Economie sociale.
Art. 11. In geval van betwistingen zijn enkel de Brusselse rechtbanken bevoegd.
Art. 11. Seuls les tribunaux de Bruxelles sont compe´tents en cas de litige.
Art. 12. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2002.
Art. 12. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 1er septembre 2002.
Brussel, 26 juli 2002.
Bruxelles, le 26 juillet 2002. J. VANDE LANOTTE
J. VANDE LANOTTE
37210
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP N. 2002 — 2935
[C − 2002/36079]
31 MEI 2002. — Besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van het prioriteitenbeleid zoals voorzien in artikel 2, 12˚ van het decreet van 13 juli 2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidie¨ring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding en tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake prioriteitenbeleid De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 13 juli 2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidie¨ring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding inzonderheid op artikel 2, 12˚, 9, 2˚, 15, 4˚, 19, 26, § 1, § 3, § 4, 30, 3˚, 33, 39 en 56, 4˚; Gelet op het advies van de Vlaamse Sportraad, gegeven op 23 november 2001; Gelet op het begrotingsakkoord gegeven ter zitting van de Vlaamse Regering van 29 maart 2002; Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat door het feit dat (bij het decreet van 13 juli 2001) het vorige decreet van 13 april 1999 opgeheven werd en het decreet van 13 juli 2001 in voege is getreden vanaf 1 januari 2002. De uitvoeringsbesluiten dienen dus zo snel mogelijk gefinaliseerd te worden teneinde de continuering in het erkennings- en subsidie¨ringsbeleid ten aanzien van de begunstigden te verzekeren; Gelet op het advies van de Raad van State,gegeven op 11 april 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2˚, van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport, Brusselse Aangelegenheden en Ontwikkelingssamenwerking; Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. — Algemene bepalingen Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1˚ het decreet : het decreet van 13 juli 2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidie¨ring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding; 2˚ de minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor de sport; 3˚ het Bloso : het Vlaams Commissariaat-generaal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie, opgericht bij decreet van 12 december 1990, meer bepaald de bevoegde dienst van de Vlaamse Gemeenschap, genoemd in het decreet; 4˚ de sportfederatie : de Vlaamse sportfederatie die in het kader van het decreet gesubsidieerd wordt voor de uitvoering van de basisopdrachten en die een project realiseert dat kadert in het prioriteitenbeleid; 5˚ het algemeen erkennings- en subsidie¨ringsbesluit : het besluit van de Vlaamse regering van 31 mei 2002 tot vaststelling van de erkennings- en subsidie¨ringsvoorwaarden van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding; 6˚ de Vlaamse Trainersschool : het samenwerkingsverband tussen het Bloso, de universitaire opleidingsinstituten Lichamelijke Opvoeding, de Vlaamse Hogescholen Lichamelijke Opvoeding en de erkende Vlaamse sportfederaties, dat sportkaderopleidingen organiseert in Vlaanderen, afgekort VTS. Art. 2. Het beleid van de Vlaamse regering dat tot doel heeft de sportparticipatie van bijzondere doelgroepen en hun aansluiting bij een sportclub te bevorderen heeft als thema : het bevorderen van de gezamenlijke sportbeoefening van allochtone en autochtone bevolkingsgroepen in de sportclubs. Art. 3. De duur van het prioriteitenbeleid met het in artikel 2 vermelde thema loopt tot 31 december 2004. HOOFDSTUK II. — Subsidie¨ringsvoorwaarden Afdeling 1. — Algemene subsidie¨ringsvoorwaarden Art. 4. § 1. De facultatieve opdracht prioriteitenbeleid, waarbij de sportfederatie een project inzake prioriteitenbeleid overeenkomstig artikel 2 realiseert, omvat de activiteiten die bijdragen tot de gezamenlijke sportbeoefening van allochtone en autochtone bevolkingsgroepen in de sportclubs. § 2. Rekening houdend met de bepalingen van hoofdstuk IV, kan een sportfederatie op elk moment tijdens de duur van het door de Vlaamse regering vastgelegde prioriteitenbeleid een project indienen. Dit project loopt maximaal voor de resterende duur van het vastgelegde prioriteitenbeleid. § 3. Een sportfederatie die voortijdig haar project stopt zonder de objectieven te hebben gerealiseerd, kan geen nieuw project indienen tijdens de duur van het door de Vlaamse regering vastgelegde prioriteitenbeleid. § 4. Een sportfederatie die een project indient dat loopt over meerdere jaren tijdens de duur van het door de Vlaamse regering vastgelegde prioriteitenbeleid, dient het project in meerdere provincies te realiseren. Art. 5. § 1. Om in aanmerking te komen voor subsidies inzake prioriteitenbeleid, genoemd in artikel 15, 4˚, en artikel 30, 3˚, van het decreet, komt de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid afzonderlijk aan bod in het in artikel 2, 13˚, van het decreet genoemde vierjaarlijks beleidsplan overeenkomstig artikel 19 en 33 van het decreet, en artikel 18, § 2 en § 3, van het algemeen erkennings- en subsidie¨ringsbesluit.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE § 2. Overeenkomstig artikel 18, § 4, van het algemeen erkennings- en subsidie¨ringsbesluit, dient de sportfederatie in het jaarlijks actieplan de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid afzonderlijk aan bod te laten komen. In het deel van het jaarlijks actieplan waarin de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid is uitgewerkt, dient de sportfederatie : 1˚ een omschrijving van het te realiseren project te geven met de maatregelen en de activiteiten die passen in het prioriteitenbeleid; 2˚ de objectieven te beschrijven die zij met haar project wenst te realiseren in het komende begrotingsjaar; 3˚ inlichtingen op te nemen over de verhouding tussen de allochtone en de autochtone leden die aangesloten zijn bij de sportfederatie en bij de sportclubs; 4˚ de betrokkenheid en de ondersteuning van de sportclubs bij de realisatie van het project aan te tonen; 5˚ de betrokkenheid van vertegenwoordigers van autochtone en allochtone sporters bij het project aan te tonen; 6˚ de promotiestrategie en het promotiemateriaal te beschrijven; 7˚ de samenwerkingsverbanden die zullen worden opgezet met diverse organisaties uit het brede maatschappelijke veld, met het oog op de realisatie van het project aan te tonen; 8˚ een begroting toe te voegen waarbij de uitgaven en inkomsten van het project voor het komende begrotingsjaar duidelijk weergegeven worden. Art. 6. Het deel van het jaarlijks actieplan waarin de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid is uitgewerkt dient als basis voor het afsluiten van een convenant zoals voorzien in artikel 19 en artikel 33 van het decreet. Dit convenant wordt jaarlijks en na bespreking afgesloten tussen de sportfederatie en het Bloso. Afdeling 2. — Bijzondere voorwaarden opgelegd aan de sportfederaties voor het verkrijgen van subsidies voor het prioriteitenbeleid Art. 7. Om voor subsidies voor het prioriteitenbeleid in aanmerking te komen moeten de sportfederaties kunnen aantonen dat het project aan de volgende beoordelingscriteria voldoet : 1˚ de knowhow/expertise van de sportfederatie met betrekking tot de gezamenlijke sportbeoefening van allochtonen en autochtonen; 2˚ de mate waarin inspanningen zullen worden gedaan om allochtone sportbeoefenaars aan te trekken; 3˚ de creativiteit en diversiteit van de gehanteerde methodieken, de originaliteit van de werkmethodes; 4˚ de aard en de omvang van de sportactiviteiten; 5˚ de mate van netwerkvorming met andere organisaties; 6˚ het engagement van vrijwilligers en beheerders; 7˚ de samenwerking met organisaties van allochtone gemeenschappen, niet enkel uit de sportwereld; 8˚ de concretisering van de culturele diversiteit op het vlak van het personeelsbeleid en de bestuursorganen van de sportfederatie; 9˚ de kwalificaties van de begeleiders en lesgevers : alle sporttechnische medewerkers dienen in het bezit te zijn van een sporttechnisch diploma of een sporttechnisch getuigschrift in de desbetreffende sporttak, vermeld in de bezoldigingstabel, als bijlage I gevoegd bij dit besluit. Art. 8. De inhoudelijke en kwaliteitsbeoordeling van de aanvraag tot subsidie gebeurt aan de hand van het jaarlijks actieplan, zoals vermeld in artikel 5. Hiervoor wordt door de minister een adviescommissie opgericht van zes personen, namelijk sporttechnici, vertegenwoordigers van allochtone gemeenschappen en deskundigen uit hogescholen en universiteiten. Zij maakt een rangorde op met bijhorende quotering, nadat het Bloso de helderheid, transparantie en realiteitswaarde van de financie¨le ramingen in de aanvraag onderzocht. HOOFDSTUK III. — Aard en wijze van subsidie¨ren Art. 9. De subsidies voor het prioriteitenbeleid worden jaarlijks toegekend met een maximum subsidiebedrag van 7.400 euro (zevenduizend vierhonderd euro) per sportfederatie. De posten die in het kader van de subsidie¨ring van de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid van toepassing zijn, worden vermeld in de lijst, als bijlage II gevoegd bij dit besluit. De wijze waarop deze posten, voor de berekening van de subsidie¨ring in het rekeningstelsel dienen opgenomen te worden, wordt vastgesteld door het Bloso. De bezoldiging van de occasionele sporttechnische medewerkers, als subsidieerbare post opgenomen als bijlage II, gevoegd bij dit besluit, vindt plaats op basis van de bezoldigingstabel voor occasionele medewerkers in het kader van de subsidie¨ring van de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid, opgenomen als bijlage I, gevoegd bij dit besluit. De uurlonen tegen 100 percent vermeld in de als bijlage opgenomen bezoldigingstabel, zijn gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01 van 1 januari 1990. Voor de berekening van de subsidies worden de uurlonen jaarlijks op 1 januari van het kalenderjaar aangepast aan het spilindexcijfer. HOOFDSTUK IV. — Procedure voor de aanvraag van subsidies en de indiening van bezwaar Art. 10. De subsidie¨ringsprocedure verloopt conform de procedure in hoofdstuk V, afdeling I, II en III, van het algemeen erkennings- en subsidie¨ringsbesluit. De sportfederatie stuurt de in artikel 5, § 1 en § 2 voorziene documenten samen met de subsidie¨ringsaanvraag voor 1 september aangetekend naar het Bloso. HOOFDSTUK V. — Verificatie en afrekening - Inspectie Afdeling 1. — Verificatie en afrekening Art. 11. De verificatie en afrekening verloopt conform de procedure in hoofdstuk V, afdeling IV, van het algemeen erkennings- en subsidie¨ringsbesluit. Afdeling 2. — Inspectie over de uitvoering van het convenant Art. 12. Het Bloso kan te allen tijde een inspectie uitvoeren over de wijze waarop het convenant zoals voorzien in artikel 6, wordt uitgevoerd tijdens het werkingsjaar.
37211
37212
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE HOOFDSTUK VI. — Wijze en tijdstip van uitbetaling Art. 13. De subsidies bepaald in artikel 9, worden als volgt uitbetaald : per trimester wordt een voorschot uitbetaald. Elk voorschot bedraagt 22,5 percent van de subsidies die toegekend werden voor het voorlaatste werkjaar, voorafgaand aan het begrotingsjaar. Voor sportfederaties die tijdens het voorlaatste werkjaar voorafgaand aan het begrotingsjaar geen subsidies kregen, bedraagt elk voorschot 20 percent van de subsidies waarop de sportfederatie aanspraak kan maken op basis van de ingediende subsidie¨ringsaanvraag voor het begrotingsjaar. Het saldo van de subsidies wordt uitbetaald vo´o´r 1 juli van het jaar dat volgt op het gesubsidieerde werkingsjaar, nadat het Bloso de uitgaven die in het voorbije jaar gedaan werden en de voorgelegde betalingsbewijzen heeft goedgekeurd. HOOFDSTUK VII. — Slotbepalingen Art. 14. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003. Art. 15. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Sport, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 31 mei 2002. De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport, Brusselse Aangelegenheden en Ontwikkelingssamenwerking, B. ANCIAUX
Bijlage I Bezoldigingstabel voor de occasionele medewerkers in het kader van de subsidie¨ring van de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid Categorie
I
II
III
IV
V
Voor de occasionele medewerker met de specifieke functie van Lesgever of Trainer en in het bezit van e´e´n van de volgende diploma’s of getuigschriften :
— VTS-Initiator in de betrokken sporttak * — Tw e e d e j a a r s geslaagde Regent L.O. — Gegradueerde L.O. — Kandidaat L.O. — Bijkomend voor de gehandicaptensport : - de VTS-Initiator Bewegingsactiviteiten Gehandicaptensport * - de Kandidaat Kine
— VTS-Trainer B in de betrokken sporttak * — Regent L.O. — Bijkomend voor de gehandicaptensport : de Gegradueerde Kine
— VTS-Trainer A in de betrokken sporttak * — Regent L.O. met Trainer B- getuigschrift in de betrokken sporttak * — Licentiaat L.O. — Bijkomend voor de gehandicaptensport : - de Gegradueerde Kine met Trainer Bgetuigschrift in de betrokken sporttak * - de Licentiaat Kine
— VTS-Toptrainer in de betrokken sporttak * — Regent L.O. met Trainer A- getuigschrift in de betrokken sporttak * — Licentiaat L.O. m e t Tr a i n e r B getuigschrift in de betrokken sporttak* — Bijkomend voor de gehandicaptensport : - de Gegradueerde Kine met Trainer Agetuigschrift in de betrokken sporttak * - de Licentiaat Kine m e t Tr a i n e r B getuigschrift in de betrokken sporttak *
— Licentiaat L.O. m e t Tr a i n e r A getuigschrift in de betrokken sporttak * — Licentiaat L.O. met sporttechnisch postgraduaat in de betrokken sporttak * — Bijkomend voor de gehandicaptensport : de Licentiaat Kine m e t Tr a i n e r A getuigschrift in de betrokken sporttak *
Uurloon **
7,5405 S bruto/u
8,5527 S bruto/u
9,6660 S bruto/u
10,6782 S bruto/u
11,7156 S bruto/u
0,2636 S/km
Reisvergoeding***
* evenals de geassimileerden met de vermelde VTS-opleiding zoals opgenomen in de actuele assimilatietabel van de Vlaamse Trainersschool ** bedragen aan 100 % (gebaseerd op de spilindex van 1 januari 1990 = index 138,01) *** geı¨ndexeerd bedrag op 1 juli 2001 (indexfactor 1,2682) Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 mei 2002 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake prioriteitenbeleid. Brussel, 31 mei 2002. De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport, Brusselse Aangelegenheden en Ontwikkelingssamenwerking, B. ANCIAUX
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Bijlage II Subsidieerbare posten m.b.t. de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid van de sportfederaties brutosalaris occasionele sporttechnische medewerkers rsz/werkgeversbijdrage occasionele sporttechnische medewerkers eindejaarstoelage en vakantiegeld occasionele sporttechnische medewerkers dienstverhuringskosten voor occasionele sporttechnische medewerkers verplaatsingskosten sporttechnische medewerkers verplaatsingskosten clubbestuursleden kosten voor vervoer van personen en materiaal aankoop of huur van sportmateriaal aankoop of huur van didactisch materiaal huur van sportaccommodaties en lokalen drukwerken kosten voor informatie- en promotiemateriaal kosten aangerekend door verenigingen ter bescherming van auteursrechten kosten voor medische hulpposten andere kosten waarvoor Bloso voorafgaandelijk een schriftelijk akkoord heeft gegeven Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 31 mei 2002 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake prioriteitenbeleid. Brussel, 31 mei 2002. De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport, Brusselse Aangelegenheden en Ontwikkelingssamenwerking, B. ANCIAUX
TRADUCTION MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE F. 2002 — 2935 [C − 2002/ 36079] 31 MAI 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement flamand fixant la politique des priorite´s telle que pre´vue a` l’article 2, 12˚ du de´cret du 13 juillet 2001 portant re´glementation de l’agre´ment et du subventionnement des fe´de´rations sportives flamandes, de l’organisation coordinatrice et des organisations des sports re´cre´atifs, et fixant les conditions d’obtention de subventions pour la politique des priorite´s Le Gouvernement flamand, Vu le de´cret du 13 juillet 2001 portant re´glementation de l’agre´ment et du subventionnement des fe´de´rations sportives flamandes, de l’organisation coordinatrice et des organisations des sports re´cre´atifs, notamment les articles 2, 12˚, 9, 2˚, 15, 4˚, 19, 26, § 1er, § 3, § 4, 30, 3˚, 33, 39 et 56, 4˚; Vu l’avis du Conseil flamand pour le Sport, donne´ le 23 novembre 2001; Vu l’accord budge´taire, donne´ au cours de la se´ance du Gouvernement flamand du 29 mars 2002; Vu la demande de traitement d’urgence, motive´e par le fait que (par le de´cret du 13 juillet 2001) le de´cret pre´ce´dent du 13 avril 1999 est abroge´ et que le de´cret du 13 juillet 2001 est entre´ en vigueur le 1er janvier 2002. Il s’impose donc de finaliser les arreˆte´s d’exe´cution le plus vite possible afin d’assurer la continuation de la politique d’agre´ment et de subventionnement a` l’e´gard des be´ne´ficiaires; Vu l’avis du Conseil d’Etat, donne´ le 11 avril 2002, en application de l’article 84, aline´a 1er, 2˚, des lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat; Sur la proposition du Ministre flamand de la Culture, de la Jeunesse, des Sports, des Affaires bruxelloises et de la Coope´ration au De´veloppement; Apre`s en avoir de´libe´re´, Arreˆte : CHAPITRE Ier. — Dispositions ge´ne´rales Article 1er. Pour l’application du pre´sent arreˆte´, on entend par : 1˚ le de´cret : le de´cret du 13 juillet 2001 portant re´glementation de l’agre´ment et du subventionnement des fe´de´rations sportives flamandes, de l’organisation coordinatrice et des organisations des sports re´cre´atifs; 2˚ le Ministre : le Ministre flamand qui a les Sports dans ses attributions; 3˚ le Bloso : le ″Vlaams Commissariaat-generaal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport et de Openluchtrecreatie″ (Commissariat ge´ne´ral pour la Promotion de l’Education physique, des Sports et de la Vie en plein air), cre´e´ par le de´cret du 12 décembre 1990, notamment le service compe´tent de la Communaute´ flamande, mentionne´ dans le de´cret; 4˚ la fe´de´ration sportive : la fe´de´ration sportive flamande subventionne´e dans le cadre du de´cret pour l’exe´cution des missions de base et qui re´alise un projet dans le cadre de la politique des priorite´s; 5˚ l’arreˆte´ ge´ne´ral d’agre´ment et de subventionnement : l’arreˆte´ du Gouvernement flamand du 31 mai 2002 fixant les conditions d’agre´ment et de subventionnement des fe´de´rations sportives flamandes, de l’organisation coordinatrice et des organisations des sports re´cre´atifs; 6˚ la « Vlaamse Trainersschool » (Ecole flamande des Entraıˆneurs) : le partenariat entre le BLOSO, les institutions universitaires d’e´ducation physique et des Fe´de´rations sportives flamandes agre´e´es, qui organise des formations de cadre en Flandre, en abre´ge´ VTS.
37213
37214
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Art. 2. Le the`me de la politique du Gouvernement flamand qui vise a` promouvoir l’activite´ sportive parmi les groupes cibles spe´cifiques et leur affiliation a` un club sportif, consiste en la promotion de la pratique conjointe du sport par les groupes de population allochtones et autochtones dans les clubs sportifs. Art. 3. La dure´e de la politique des priorite´s portant le the`me vise´ a` l’article 2, s’e´tend jusqu’au 31 décembre 2004. CHAPITRE II. — Conditions de subventionnement Section 1re. — Conditions de subventionnement ge´ne´rales Art. 4. § 1er. La mission facultative politique des priorite´s’, qui implique la re´alisation par la fe´de´ration sportive d’un projet en matie`re de politique des priorite´s conforme´ment a` l’article 2, contient les activite´s qui contribuent a` la pratique conjointe du sport par les groupes de population allochtones et autochtones dans les clubs sportifs. § 2. Compte tenu des dispositions du chapitre IV, une fe´de´ration sportive peut introduire un projet a` tout moment pendant la dure´e de la politique des priorite´s fixe´e par le Gouvernement flamand. Ce projet couvre au maximum la dure´e restante de la politique des priorite´s fixe´e. § 3. Une fe´de´ration sportive qui arreˆte son projet pre´mature´ment sans avoir re´alise´ les objectifs, ne peut introduire un nouveau projet pendant la dure´e de la politique des priorite´s fixe´e par le Gouvernement flamand. § 4. Une fe´de´ration sportive qui introduit un projet couvrant plusieurs anne´es pendant la dure´e de la politique des priorite´s fixe´e par le Gouvernement flamand, doit re´aliser le projet dans plusieurs provinces. Art. 5. § 1er. Pour entrer en ligne de compte pour l’octroi de subventions en matie`re de politique des priorite´s, vise´es a` l’article 15, 4˚ et l’article 30, 3˚, du de´cret, la mission facultative politique des priorite´s est traite´e se´pare´ment dans le plan d’orientation quadriennal vise´ a` l’article 2, 13˚, du de´cret, conforme´ment a` l’article 19 et 33 du de´cret, et l’article 18, § 2 et § 3, de l’arreˆte´ ge´ne´ral d’agre´ment et de subventionnement. § 2. Conforme´ment a` l’article 18, § 4, de l’arreˆte´ ge´ne´ral d’agre´ment et de subventionnement, la fe´de´ration sportive doit traiter se´pare´ment la mission facultative politique des priorite´s dans le cadre du plan d’action annuel. Dans la partie du plan d’action annuel contenant l’e´laboration de la mission facultative politique des priorite´s, la fe´de´ration sportive doit : 1˚ donner une description du projet a` re´aliser, en pre´cisant les mesures et activite´s qui s’inscrivent dans la politique des priorite´s; 2˚ de´crire les objectifs qu’elle souhaite re´aliser dans le cadre de son projet au cours de l’anne´e budge´taire suivante; 3˚ reprendre des informations concernant les rapports entre les membres allochtones et autochtones qui sont affilie´s a` la fe´de´ration sportive et aux clubs sportifs; 4˚ de´montrer l’implication et l’appui des clubs sportifs dans le cadre de la re´alisation du projet; 5˚ de´montrer l’implication de repre´sentants de sportifs autochtones et allochtones dans le cadre du projet; 6˚ de´crire la strate´gie et le mate´riel de promotion; 7˚ de´montrer les accords de coope´ration qui seront mis sur pied avec diverses organisations du domaine social large, en vue de la re´alisation du projet; 8˚ joindre un budget indiquant clairement les recettes et de´penses du projet pour l’exercice budge´taire a` venir. Art. 6. La partie du plan d’action annuel contenant l’e´laboration de la mission facultative politique des priorite´s, sert de base a` la conclusion d’une convention telle que pre´vue a` l’article 19 et l’article 33 du de´cret. Cette convention est conclue annuellement et apre`s une discussion, entre la fe´de´ration sportive et le Bloso. Section 2. — Conditions spe´ciales impose´es aux fe´de´rations sportives pour l’obtention de subventions en matie`re de politique des priorite´s Art. 7. Pour entrer en ligne de compte pour l’octroi de subventions en matie`re de politique des priorite´s, les fe´de´rations sportives doivent pouvoir de´montrer que le projet re´pond aux crite`res d’e´valuation suivants : 1˚ le savoir-faire/l’expertise de la fe´de´ration sportive en ce qui concerne la pratique conjointe du sport par les allochtones et les autochtones; 2˚ la mesure dans laquelle des efforts seront entrepris pour attirer des sportifs allochtones; 3˚ la cre´ativite´ et la diversite´ des me´thodologies utilise´es, l’originalite´ des me´thodes de travail; 4˚ la nature et l’ampleur des activite´s sportives; 5˚ la mesure dans laquelle des re´seaux sont forme´s avec d’autres organisation; 6˚ l’engagement des volontaires et des gestionnaires; 7˚ la collaboration avec des organisations de communaute´s allochtones, non seulement du monde des sports; 8˚ la concre´tisation de la diversite´ culturelle dans le domaine de la politique du personnel et des organes administratifs de la fe´de´ration sportive; 9˚ les qualifications des accompagnateurs et des moniteurs : tous les collaborateurs technico-sportifs sont titulaires d’un diploˆme ou certificat technico-sportif dans la discipline sportive concerne´e, pre´vu au tableau de re´mune´ration joint en annexe Ire au pre´sent arreˆte´. Art. 8. L’e´valuation du contenu et de la qualite´ de la demande de subvention se fait a` l’aide du plan d’action annuel, tel que vise´ a` l’article 5. A cette fin, le Ministre cre´e une commission d’avis, compose´e de six personnes, a` savoir des techniciens du sport, des repre´sentants de communaute´s allochtones et des experts d’e´coles supe´rieures et d’universite´s. Elle e´tablit un classement, pourvu d’une notation y affe´rente, apre`s que le Bloso a examine´ la clarte´, la transparence et le degre´ de re´alite´ des estimations financie`res dans la demande.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE CHAPITRE III. — La nature et le mode de subventionnement
Art. 9. Les subventions pour la politique des priorite´s sont plafonne´es annuellement a` 7.400 euros (sept mille quatre cents euros) par fe´de´ration sportive. Les postes pris en compte dans le cadre du subventionnement de la mission facultative « politique des priorite´s », sont e´nume´re´s dans la liste jointe en annexe II du pre´sent arreˆte´. Le mode d’inte´gration de ces postes dans le plan comptable aux fins du calcul des subventions, est fixe´ par le Bloso. La re´mune´ration des collaborateurs technico-sportifs et administratifs occasionnels, en tant que poste subventionnable reprise en annexe II jointe au pre´sent arreˆte´, s’effectue sur base du tableau de re´mune´ration pour collaborateurs occasionnels dans le cadre du subventionnement de la mission facultative « politique des priorite´s », repris en annexe I du pre´sent arreˆte´. Les salaires horaires a` 100 pour cent repris dans le tableau de re´mune´ration joint en annexe, sont lie´s a` l’indice pivot 138,01 du 1er janvier 1990. Pour le calcul des subventions, les salaires horaires sont adapte´s le 1er janvier de chaque anne´e calendaire a` l’indice-pivot. CHAPITRE IV. — Proce´dure de demande de subventions et de pre´sentation d’une re´clamation
Art. 10. La proce´dure de subventionnement se de´roule conforme´ment a` la proce´dure prescrite au chapitre V, section I, II et III, de l’arreˆte´ ge´ne´ral d’agre´ment et de subventionnement. La fe´de´ration sportive transmet les documents pre´vus a` l’article 5, § 1er et § 2, ainsi que la demande de subvention par envoi recommande´ au Bloso, avant le 1er septembre. CHAPITRE V. — Ve´rification et liquidation - Inspection Section 1re. — Ve´rification et liquidation
Art. 11. La ve´rification et la liquidation se de´roulent conforme´ment a` la proce´dure prescrite au chapitre V, section IV, de l’arreˆte´ ge´ne´ral d’agre´ment et de subventionnement. Section 2. — Inspection de l’exe´cution de la convention
Art. 12. Le Bloso peut effectuer a` tout moment une inspection du mode d’exe´cution de la convention telle que pre´vue a` l’article 6, au cours de l’anne´e d’activite´. CHAPITRE VI. — Mode et date de liquidation
Art. 13. Les subventions de´finies a` l’article 9, sont liquide´es comme suit : une avance est paye´e par trimestre. Chaque avance s’e´le`ve a` 22,5 pour cent des subventions qui ont e´te´ octroye´es pour l’avant-dernie`re anne´e d’activite´ pre´ce´dant l’exercice budge´taire. Pour les fe´de´rations sportives qui n’ont pas obtenu des subventions au cours de l’avant-dernie`re anne´e d’activite´ pre´ce´dant l’anne´e budge´taire, chaque avance s’e´le`ve a` 20 pour cent des subventions auxquelles la fe´de´ration sportive a droit sur la base de la demande de subvention introduite pour l’anne´e budge´taire. Le solde des subventions est paye´ avant le 1er juillet de l’anne´e suivant l’anne´e d’activite´ subventionne´e, apre`s que le Bloso a approuve´ les de´penses effectue´es au cours de l’anne´e e´coule´e ainsi que les preuves de paiement pre´sente´es. CHAPITRE VII. — Dispositions finales Art. 14. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 1er janvier 2003. Art. 15. Le Ministre flamand qui a les Sports dans ses attributions, est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´. Bruxelles, le 31 mai 2002. Le Ministre-Pre´sident du Gouvernement flamand, P. DEWAEL Le Ministre flamand de la Culture, de la Jeunesse, des Sports, des Affaires bruxelloises et de la Coope´ration au De´veloppement, B. ANCIAUX
37215
37216
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Annexe Ire Tableau de re´mune´ration des collaborateurs occasionnels dans le cadre du subventionnement de la mission facultative « politique des priorite´s » Categorie
I
II
III
IV
V
Pour le collaborateur occasionnel ayant la fonction spe´cifique de Moniteur ou d’Entraıˆneur et e´tant en possession d’un des diploˆmes ou certificats suivants :
— Initiateur VTS dans la discipline sportive concerne´e * — Laure´ at de la deuxie` me anne´ e Re´gentat E.P. — Gradue´ E.P. — Candidat E.P. — En plus pour le sport handicape´s : - Initiateur VTS Activite´s mouvantes Sport pour handicape´s * - Candidat Kine´sithe´rapie
— Entraıˆneur VTS B dans la discipline sportive concerne´e * — Re´gent E.P. En plus pour le sport pour handicape´s : Gradue´ en kine´sithe´rapie
— Entraıˆneur VTS A dans la discipline sportive concerne´e * — Re´gent E.P. e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur B dans la discipline sportive concerne´e * — Licencie´ E.P. — En plus pour le sport pour handicape´s : - Gradue´ en kine´sithe´rapie e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur B dans la discipline sportive concerne´e * - Licencie´ en kine´sithe´rapie
— Entraıˆneur d’e´lite VTS dans la discipline sportive concerne´e * — Re´gent E.P. e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur A dans la discipline sportive concerne´e * — Licencie´ E.P. e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur B dans la discipline sportive concerne´e * — En plus pour le sport pour handicape´s : - Gradue´ en kine´sithe´rapie e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur A dans la discipline sportive concerne´e * - Licencie´ en kine´sithe´rapie e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur B dans la discipline sportive concerne´e *
— Licencie´ E.P. e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur A dans la discipline sportive concerne´e * — Licencie´ E.P. ayant suivi le postgraduat technicosportif dans la discipline sportive concerne´e * — En plus pour le sport pour handicape´s : Licencie´ en kine´sithe´rapie e´galement porteur du certificat d’entraıˆneur A dans la discipline sportive concerne´e *
Salaire horaire**
7,5405 S bruts/heure
8,5527 S bruts/heure
9,6660 S bruts/heure
10,6782 bruts/heure
S
11 , 7 1 5 6 bruts/heure
0,2636 S/km
Indemnite´ de parcours***
* tout comme les assimile´s a` la formation VTS mentionne´e, tels que repris au tableau d’assimilation annuel actualise´ de la « Vlaamse Trainersschool » ** montants a` 100 % (base´s sur l’indice pivot du 1er janvier 1990 = indice 138,01) *** montant indexe´ le 1er juillet 2001 (coefficient de l’indice 1,2682) Vu pour eˆtre annexe´ a` l’arreˆte´ du Gouvernement flamand du 31 mai 2002 fixant les conditions d’obtention de subventions pour la politique des priorite´s. Bruxelles, le 31 mai 2002.
Le Ministre-Pre´sident du Gouvernement flamand, P. DEWAEL
Le Ministre flamand de la Culture, de la Jeunesse, des Sports, des Affaires bruxelloises et de la Coope´ration au De´veloppement, B. ANCIAUX
S
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Annexe II Postes subventionnables relatifs a` la mission facultative « politique des priorite´s » des fe´de´rations sportives salaire brut des collaborateurs technico-sportifs occasionnels ONSS/cotisation patronale des collaborateurs technico-sportifs occasionnels allocation de fin d’anne´e et pe´cule de vacances des collaborateurs technico-sportifs occasionnels frais de location des services pour collaborateurs technico-sportifs occasionnels frais de de´placement des collaborateurs technico-sportifs frais de de´placement des membres de direction du club frais de transport de personnes et de mate´riel achat ou location de mate´riel sportif achat ou location de mate´riel didactique location d’e´quipements sportifs et de locaux imprime´s frais de mate´riel d’information et de promotion frais porte´s en compte par les associations de de´fense des droits d’auteur frais pour services me´dicaux d’urgence autres frais approuve´s pre´alablement par e´crit par le Bloso Vu pour eˆtre annexe´ a` l’arreˆte´ du Gouvernement flamand du 31 mai 2002 fixant les conditions d’obtention de subventions pour la politique des priorite´s. Bruxelles, le 31 mai 2002. Le Ministre-Pre´sident du Gouvernement flamand, P. DEWAEL Le Ministre flamand de la Culture, de la Jeunesse, des Sports, des Affaires bruxelloises et de la Coope´ration au De´veloppement, B. ANCIAUX
c
N. 2002 — 2936 [C − 2002/36070] 15 JULI 2002. — Besluit van de Vlaamse regering betreffende de wijziging van artikel 101, § 1, 3°, b) van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 20 maart 1984 houdende oprichting van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling, aangevuld bij decreet van 20 maart 1984 en gewijzigd bij de decreten van 30 mei 1985, 7 juli 1998, 18 mei 1999 en 22 december 2000; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding, inzonderheid op de artikel 101; Gelet op het advies van het Beheerscomite´ van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding gegeven op 3 april 2002; Gelet op het advies van de Inspectie van Financie¨n gegeven op 28 juni 2002; Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor Begroting gegeven op 12 juli 2002; Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoo¨rdineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Overwegende dat de cursisten onverwijld rechtszekerheid moet worden verstrekt omtrent de vergoedingen die hen dienen te worden toegekend tijdens opleidingsstages, inzonderheid stages die buiten de Vlaamse Gemeenschap worden georganiseerd; Op voorstel van de Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. Artikel 101, § 1, 3°, b) van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding wordt als volgt gewijzigd : « Onverminderd de in a) bepaalde voordelen heeft de cursist die een opleiding volgt in een door de Dienst met eigen middelen opgericht centrum of in een technische onderwijsinrichting, waarbij een overnachting vereist is, recht op een vergoeding van 5 euro voor het middagmaal, 5 euro voor het avondmaal en 35 euro voor de overnachting. Dit bedrag volgt de evolutie van het gezondheidsindexcijfer overeenkomstig de bepalingen voorgeschreven door de wet van 1 maart 1977 houdende de inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het gezondheidsindexcijfer worden gekoppeld. Het bedrag tegen 100 % wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. De dienst bepaalt wanneer overnachting vereist is. » Art. 2. Dit besluit treedt uitwerking met ingang van 1 januari 2002. Art. 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor het Tewerkstellingsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 15 juli 2002. De minister-president van de Vlaamse Regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme, R. LANDUYT
37217
37218
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE TRADUCTION F. 2002 — 2936 [C − 2002/36070] 15 JUILLET 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement flamand modifiant l’article 101, § 1er, 3°, b) de l’arreˆte´ du Gouvernement flamand du 21 décembre 1988 portant organisation de l’emploi et de la formation professionnelle Le Gouvernement flamand, Vu le de´cret du 20 mars 1984 portant cre´ation du ″Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling″ (Office flamand de l’Emploi), comple´te´ par le de´cret du 20 mars 1984 et modifie´ par les de´crets des 30 mai 1985, 7 juillet 1998, 18 mai 1999 et 22 décembre 2000; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement flamand du 21 décembre 1988 portant organisation de l’emploi et de la formation professionnelle, notamment l’article 101; Vu l’avis du comite´ de gestion du ″Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding″, donne´ le 3 avril 2002; Vu l’avis de l’Inspection des Finances, donne´ le 28 juin 2002; Vu l’accord du Ministre flamand charge´ du Budget, donne´ le 12 juillet 2002; Vu les lois sur le Conseil d’Etat, coordonne´es le 12 janvier 1973, notamment l’article 3, § 1er, remplace´ par la loi du 4 juillet 1989 et modifie´ par la loi du 4 août 1996; Vu l’urgence; Conside´rant que la se´curite´ juridique des participants aux cours doit eˆtre assure´e sans de´lai relativement aux indemnite´s qui leur sont octroye´es dans le cadre des stages de formation, notamment des stages organise´s au dehors de la Communaute´ flamande; Sur la proposition du Ministre flamand de l’Emploi et du Tourisme; Apre`s en avoir de´libe´re´, Arreˆte : Article 1er. L’article 101, § 1er, 3°, b) de l’arreˆte´ du Gouvernement flamand du 21 décembre 1988 portant organisation de l’emploi et de la formation professionnelle, est modifie´ comme suit : « Sans pre´judice des avantages de´finis sous a), le participant a` une formation dans un centre cre´e´ par l’Office de ses propres moyens ou dans un e´tablissement d’enseignement technique qui ne´cessite une nuite´e, a droit a` 5 euros pour le repas du midi, 5 euros pour le repas du soir et 35 euros pour la nuite´e. Ce montant suit l’e´volution de l’indice de sante´ conforme´ment aux dispositions de la loi du 1er mars 1977 organisant un re´gime de liaison a` l’indice des prix a` la consommation du Royaume de certaines de´penses dans le secteur public. Le montant a` 100 % est rattache´ a` l’indice-pivot 138,01. L’office de´termine la ne´cessite´ de la nuite´e. » Art. 2. Le pre´sent arreˆte´ produit ses effets le 1er janvier 2002. Art. 3. Le Ministre flamand qui a la Politique de l’emploi dans ses attributions, est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´. Bruxelles, le 15 juillet 2002. Le Ministre-Pre´sident du Gouvernement flamand, P. DEWAEL Le Ministre flamand de l’Emploi et du Tourisme, R. LANDUYT c
N. 2002 — 2937 [C − 2002/35989] 15 JULI 2002. — Besluit van de Vlaamse regering betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende het brevet van havenloods, inzonderheid op artikel 7; Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 23 juni 1998, betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State; Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 24 november 1998, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; Op voorstel van de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie; Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. — Algemene bepalingen Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° decreet : het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende het brevet van havenloods; 2° minister : de Vlaamse minister die de loodsdienst onder zijn bevoegdheid heeft; 3° bevoegde autoriteit : de leidend ambtenaar van de administratie Waterwegen en Zeewezen of iedere door de leidend ambtenaar daartoe aangestelde plaatsvervanger; 4° lengte : de lengte over alles;
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 5° binnenvaartuig : vaartuig als zodanig geregistreerd in het land van zijn nationaliteit of een vaartuig dat gewoonlijk de binnenwateren bevaart of hiertoe bestemd is, overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 4 augustus 1981 houdende politie- en scheepvaartreglement voor de Belgische territoriale zee, de havens en de stranden van de Belgische Kust; 6° estuaire vaart : binnenvaartuigen, die uitsluitend in een beperkt vaargebied langs de Belgische kust varen, en als zodanig in het land van hun nationaliteit geregistreerd zijn; 7° fluvio-maritieme vaart : binnenvaartuigen die uitsluitend in een beperkt gebied op zee mogen varen en als zodanig in het land van hun nationaliteit geregistreerd zijn; 8° loodsplicht : de verplichting daadwerkelijk een loods te nemen of gebruik te maken van loodsen op afstand zoals bedoeld in artikel 7, § 1, en § 3, van het decreet; 9° verklaring van vrijstelling : een algemene vrijstelling van de loodsplicht zoals bedoeld in artikel 7, § 2, 3° van het decreet; 10° IMDG-Code : de internationale code voor het vervoer van gevaarlijke goederen over zee opgemaakt door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO); 11° IBC-Code : de internationale IMO-code voor de bouw en de uitrusting van vaartuigen die gevaarlijke chemicalie¨n in bulk vervoeren; 12° IGC-Code : de internationale IMO-code voor de bouw en de uitrusting van vaartuigen die vloeibaar gas in bulk vervoeren; 13° INF-Code : de internationale IMO-code van veiligheidsvoorschriften voor het vervoer van bestraalde splijtstoffen, plutonium en hoogradioactieve afvalstoffen in vaten aan boord van een vaartuig; 14° Marpol-verdrag : het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, met bijlagen, opgemaakt in Londen op 2 november 1973, en het Protocol van 1978 bij het Internationaal Verdrag van 1973 ter voorkoming van verontreiniging door schepen, met bijlage, opgemaakt in Londen op 17 februari 1978; 15° Gevaarlijke of verontreinigde goederen : de goederen die worden opgesomd of omschreven in de volgende teksten : a) de IMDG-Code; b) de omschrijving van de radioactieve stoffen in de INF-code; c) hoofdstuk 17 van de IBC-Code; d) hoofdstuk 19 van de IGC-Code; e) de bijlagen 1, 2 en 3 van het Marpol-Verdrag. HOOFDSTUK II. — Loodsplicht Art. 2. De vaartuigen, bedoeld in artikel 2, 1° van het decreet zijn verplicht een loods aan boord te nemen op de volgende wateren : 1. Op de Belgische territoriale zee tussen de door de bevoegde autoriteit aangeduide beloodsingspunten en de Vlaamse kusthavens; 2. Op de Schelde vanaf de Belgisch/Nederlandse grens tot Temse; 3. Op het Belgisch gedeelte van het zeekanaal van Gent naar Terneuzen, de Moervaart, en de op deze wateren aansluitende dokken en darsen; 4. De tijhavens van Oostende, Zeebrugge en Nieuwpoort en de wateren tussen deze havens en de aanpalende reden; 5. De toegangsgeulen van de op de voormelde wateren aansluitende keer- en schutsluizen. In afwijking van het eerste lid kan de bevoegde autoriteit loodsen op afstand opleggen. Tijdens LOA bevestigt de gezagvoerder de ontvangst van elk advies, herhaalt daarbij de koers- en vaartadviezen en meldt onverwijld wanneer en op welke wijze de gezagvoerder afwijkt van een advies. HOOFDSTUK III. — Van loodsplicht vrijgestelde vaartuigen Art. 3. Vaartuigen die onder e´e´n van de onderstaande categoriee¨n vallen, zijn vrijgesteld van de verplichting, genoemd in artikel 2 van dit besluit : 1° binnenvaartuigen; 2° estuaire vaart; 3° fluvio-maritieme vaart; 4° vaartuigen met een lengte tot 80 meter; 5° vaartuigen die voor anker liggen, tenzij de bevoegde autoriteit er anders over beslist; 6° vaartuigen gebouwd voor het winnen of vervoeren van zand, baggerspecie of grind en als dusdanig ingezet; 7° vaartuigen die eigendom zijn van of beheerd worden door de Vlaamse of Nederlandse loodsdienst; 8° vaartuigen die eigendom zijn van of beheerd worden door de Belgische, Vlaamse of Nederlandse overheid.
37219
37220
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Art. 4. In afwijking van artikel 3 moeten vaartuigen, binnenvaartuigen uitgezonderd, wel een loods aan boord nemen in de volgende gevallen : 1° indien het geheel of gedeeltelijk geladen is met gevaarlijke of verontreinigende goederen in bulk of leeg maar nog niet ontgast is of ontdaan van gevaarlijke residuen, met uitzondering van vaartuigen die ten anker liggen; 2° indien het deel uitmaakt van een duwkonvooi, tenzij de bevoegde autoriteit ontheffing verleent; 3° indien het gesleept wordt, tenzij de bevoegde autoriteit ontheffing verleent. HOOFDSTUK IV. — Van loodsplicht vrijgestelde personen Verklaring van vrijstelling Art. 5. De gezagvoerder van een vaartuig is vrijgesteld van de loodsplicht, indien de gezagvoerder of een bevoegd officier die de navigatie leidt, in het bezit is van een verklaring van vrijstelling. De minister stelt de voorwaarden vast waaraan de kandidaten moeten voldoen voor het verkrijgen van de verklaring van vrijstelling. Hij bepaalt tevens de voorwaarden waaronder die verklaring van vrijstelling kan worden ingetrokken. Art. 6. Een vaartuig waarvan de gezagvoerder houder is van een verklaring van vrijstelling, moet wel een loods aan boord nemen in de volgende gevallen : 1° indien het geheel of gedeeltelijk geladen is met gevaarlijke of verontreinigende goederen in bulk of leeg maar nog niet ontgast is of ontdaan van gevaarlijke residuen, met uitzondering van vaartuigen die ten anker liggen; 2° indien het deel uitmaakt van een duwkonvooi, tenzij de bevoegde autoriteit er anders over beslist; 3° indien het gesleept wordt, tenzij de bevoegde autoriteit er anders over beslist. HOOFDSTUK V. — Uitzonderingsmaatregelen Art. 7. Indien er sprake is van een situatie waarbij de weersomstandigheden of omstandigheden met betrekking tot het vaartuig, de scheepvaart of de scheepvaartweg het vereisen kan de bevoegde autoriteit : 1. de gezagvoerder die van loodsplicht is vrijgesteld, loodsplicht opleggen; 2. de van loodsplicht vrijgestelde vaartuigen loodsplicht opleggen; 3. het vaartuig de verplichting opleggen om van meer dan e´e´n loods gebruik te maken. Art. 8. In het belang van de scheepvaart en voorzover de veiligheid van de vaarweg niet in het gedrang komt, kan door de bevoegde autoriteit een vaartuig vrijgesteld worden van loodsplicht in de volgende gevallen : 1° indien er sprake is van een noodsituatie; 2° indien het niet daadwerkelijk binnen een redelijke termijn van een loods kan worden voorzien; 3° indien het een korte verplaatsing uitvoert binnen de wateren als bedoeld in artikel 2 van dit besluit. HOOFDSTUK VI. — Slotbepalingen Art. 9. De kapiteins van de vaartuigen die op de dag van de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad de feitelijke navigatie leiden aan boord van de vaartuigen als bedoeld in artikel 4, § 1, 12° van het koninklijk besluit van 8 juni 1971 houdende uitvoering van het artikel 4 van de wet van 3 november 1967 houdende het loodsen van zeevaartuigen, zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 24 oktober 1980, ontvangen van rechtswege een verklaring van vrijstelling. Art. 10. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2002. Art. 11. De Vlaamse minister, bevoegd voor Mobiliteit, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 15 juli 2002. De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De minister-vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, S. STEVAERT
TRADUCTION F. 2002 — 2937
[C − 2002/35989]
15 JUILLET 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement flamand relatif a` l’obligation accrue de pilotage pour les navires en mer territoriale belge ainsi que dans les eaux ressortant de la compe´tence de la Re´gion flamande Le Gouvernement flamand, Vu le de´cret du 19 avril 1995 relatif a` l’organisation et au fonctionnement du service de pilotage de la Re´gion flamande et relatif au brevet de pilote de port, notamment l’article 7; Vu la de´libe´ration du Gouvernement flamand du 23 juin 1998, relative a` la demande d’avis aupre`s du Conseil d’Etat; Vu l’avis du Conseil d’Etat, rendu le 24 novembre 1998, en application de l’article 84, premier aline´a, 1° des lois coordonne´es sur le conseil d’Etat;
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Sur la proposition du Ministre flamand de la Mobilite´, des Travaux publics et de l’Energie; Apre`s de´libe´ration, Arreˆte : CHAPITRE Ier. — Dispositions ge´ne´rales Article 1er. Pour l’application du pre´sent arreˆte´, il faut entendre par : 1° de´cret : le de´cret du 19 avril 1995 relatif a` l’organisation et au fonctionnement du service de pilotage de la Re´gion flamande et relatif au brevet de pilote de port; 2° Ministre : le Ministre flamand ayant le service de pilotage sous ses attributions; 3° autorite´ compe´tente : le fonctionnaire dirigeant de l’administration des Voies navigables et de la Marine ou chaque repre´sentant de´signe´ a` cet effet par le fonctionnaire dirigeant; 4° longueur : longueur hors tout; 5° bateau de navigation inte´rieure : bateau enregistre´ comme tel dans le pays de sa nationalite´ ou un bateau naviguant normalement sur les eaux inte´rieures ou qui est destine´ a` cet effet, conforme´ment aux dispositions de l’arreˆte´ royal du 4 août 1981 portant le re`glement de la police et de la navigation pour la mer territoriale belge, les ports et les plages de la coˆte belge; 6° navigation estuarienne : bateaux de navigation inte´rieure naviguant exclusivement dans une zone de navigation limite´e le long de la coˆte belge et qui sont enregistre´s comme tels dans le pays de leur nationalite´; 7° navigation fluvio-maritime : bateaux de navigation inte´rieure naviguant exclusivement dans une zone de navigation sur mer et qui sont enregistre´s comme tels dans le pays de leur nationalite´; 8° obligation de pilotage : l’obligation effective de prendre un pilote ou de faire usage des services de pilotage a` distance tels que vise´s a` l’article 7, §§ 1er et 3, du de´cret; 9° de´claration d’exemption; une exemption ge´ne´rale de l’obligation de pilotage telle que vise´e a` l’article 7, § 2, 3°, du de´cret; 10° Code IMDG : le code internationale pour le transports de marchandises dangereuses dresse´ par l’organisation maritime internationale (IMO); 11° Code IBC : le code IMO international re´glant la construction et l’e´quipement de navires transportant des produits chimiques dangereux en vrac; 12° Code IGC : le code IMO international re´glant la construction et l’e´quipement de navires transportant du gaz lique´fie´ en vrac; 13° Code INF : le code IMO international de prescriptions de se´curite´ pour le transport de combustibles nucle´aires irradie´s, de plutonium et de de´chets hautement radioactifs en fuˆts a` bord d’un navire; 14° Traite´ Marpol : Le Traite´ international de pre´vention de la pollution cause´e par des navires, avec annexes, fait a` Londres le 2 novembre 1973, et le Protocole de 1978 aupre`s du Traite´ international de pre´vention de la pollution cause´e par des navires, avec annexes, fait a` Londres le 17 février 1978; 15° marchandises dangereuses ou polluantes : les marchandises e´nume´re´es ou de´crites dans les textes suivants : a) le code IMDG; b) la description des produits radioactifs dans le code INF; c) le chapitre 17 du code IBC; d) le chapitre 19 du code IGC; e) les annexes 1re, 2 et 3 du Traite´ Marpol. CHAPITRE II. — Obligation de pilotage Art. 2. Les bateaux, vise´s a` l’article 2, 1°, du de´cret, sont oblige´s de prendre un pilote a` bord sur les eaux suivantes : 1. en mer territoriale belge entre les points de pilotage de´signe´s par l’autorite´ compe´tente et les ports coˆtiers flamands; 2. sur l’Escaut a` partir de la frontie`re Belgique/Pays-Bas jusqu’a` Temse; 3. sur la partie belge du canal maritime Gand-Terneuzen, sur la ″Moervaart″, et dans les bassins et darses adjacents a` ces eaux; 4. les ports a` mare´e d’Oostende, Zeebrugge et Nieuwpoort et les eaux entre ces ports et leurs rades; 5. les chenaux d’acce`s aux sas et e´cluses se raccordant aux eaux pre´cite´es. En de´rogation au premier aline´a, l’autorite´ compe´tente peut imposer le pilotage a` distance. Pendant le pilotage a` distance, le commandant confirme la re´ception de tout avis, re´pe`te simultane´ment les avis concernant le cap et la navigation et signale imme´diatement quand et de quelle fac¸on il de´vie de cet avis.
37221
37222
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE CHAPITRE III. — Bateaux exempte´s de l’obligation de pilotage Art. 3. Les bateaux classe´s dans une des cate´gories ci-apre`s sont exempte´s de l’obligation vise´e a` l’article 2 du pre´sent arreˆte´ : 1° bateaux de navigation inte´rieure; 2° navigation estuarienne; 3° navigation fluvio-maritime; 4° bateaux avec une longueur jusqu’a` 80 me`tres; 5° bateaux ancre´s, sauf si l’autorite´ compe´tente en de´cide autrement; 6° les bateaux spe´cialement construits pour le captage ou le transport de sable, de matie`res de dragage ou de gravier et qui sont utilise´s comme tels; 7° les bateaux qui sont la proprie´te´ ou ge´re´s par le service de pilotage flamand ou ne´erlandais; 8° les bateaux qui sont la proprie´te´ ou ge´re´s par les autorite´s belges, flamandes ou ne´erlandaises. Art. 4. En de´rogation a` l’article 3, les bateaux, a` l’exception des bateaux de navigation inte´rieure, doivent ne´anmoins prendre un pilote a` bord dans les cas suivants : 1° lorsqu’il est entie`rement ou partiellement charge´ de marchandises en vrac dangereuses ou polluantes ou lorsqu’il est vide mais pas encore de´gaze´ ou libe´re´ des re´sidus dangereux, a` l’exception des bateaux ancre´s; 2° lorsqu’il fait partie d’un convoi pousse´, sauf si l’autorite´ compe´tente l’en exempte; 3° lorsqu’il est remorque´, sauf si l’autorite´ compe´tente l’en exempte. CHAPITRE IV. — Personnes exempte´es de l’obligation de pilotage De´claration d’exemption Art. 5. Le commandant d’un bateau est exempte´ de l’obligation de pilotage lorsque le commandant ou un officier compe´tent charge´ de la navigation est en possession d’une de´claration d’exemption. Le Ministre fixe les conditions auxquelles les candidats doivent re´pondre en vue d’obtenir une de´claration d’exemption. Il fixe e´galement les conditions auxquelles cette de´claration d’exemption peut eˆtre retire´e. Art. 6. Un bateau dont le commandant est de´tenteur d’une de´claration d’exemption doit ne´anmoins prendre un pilote a` bord dans les cas suivants : 1° lorsqu’il est entie`rement ou partiellement charge´ de marchandises en vrac dangereuses ou polluantes ou lorsqu’il est vide mais pas encore de´gaze´ ou libe´re´ des re´sidus dangereux, a` l’exception des bateaux ancre´s; 2° lorsqu’il fait partie d’un convoi pousse´, sauf si l’autorite´ compe´tente l’en exempte; 3° lorsqu’il est remorque´, sauf si l’autorite´ compe´tente l’en exempte. CHAPITRE V. — Mesures d’exception Art. 7. Lorsqu’il est question d’une situation pendant laquelle les conditions atmosphe´riques ou des circonstances relatives au bateau, a` la navigation ou a` la voie navigable l’exigent, l’autorite´ compe´tente peut : 1° imposer l’obligation de pilotage a` un commandant qui est exempte´ d’une telle obligation; 2° imposer l’obligation de pilotage aux bateaux qui sont exempte´s d’une telle obligation; 3° imposer l’obligation a` un bateau de faire usage des services d’un ou plusieurs pilotes. Art. 8. Dans l’inte´reˆt de la navigation et pour autant que la se´curite´ de la voie navigable ne soit pas compromise, un bateau peut eˆtre exempte´ de l’obligation de pilotage par l’autorite´ compe´tente ans les cas suivants : 1° lorsqu’il est question d’une situation d’urgence : 2° lorsqu’il ne peut effectivement faire usage des services d’un pilote dans un de´lai raisonnable; 3° lorsqu’il effectue un voyage court sur les eaux telles que vise´es a` l’article 2 du pre´sent arreˆte´. CHAPITRE VI. — Dispositions finales Art. 9. Les commandants des bateaux qui au jour de la publication du pre´sent arreˆte´ au Moniteur belge sont charge´s de la navigation effective a` bord des bateaux tels que vise´s a` l’article 4, § 1er, 12°, de l’arreˆte´ royal du 8 juin 1971 portant exe´cution de l’article 4 de la loi du 3 novembre 1967 portant le pilotage de navires de mer, tel que modifie´ par l’arreˆte´ royal du 24 octobre 1980, rec¸oivent un de´claration d’exemption de droit. Art. 10. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 1er octobre 2002. Art. 11. Le Ministre flamand ayant la Mobilite´ dans ses attributions est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´. Bruxelles, le 15 juillet 2002. Le Ministre-Pre´sident du Gouvernement flamand, P. DEWAEL Le Ministre-Vice-Président du Gouvernement flamand le Ministre flamand de la Mobilite´, des Travaux publics et de l’Energie, S. STEVAERT
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE N. 2002 — 2938
[C − 2002/36073]
19 JULI 2002. — Besluit van de Vlaamse regering houdende de herverdeling van de budgetten, ter uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de social profitsector 2000-2005, voor het begrotingsjaar 2002 naar de functionele basisallocaties De Vlaamse regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 5, § 1, II, 2˚, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993; Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoo¨rdineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 55 tot 58; Gelet op het decreet van 21 december 2001 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002, inzonderheid op artikel 47 en 58; Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 19 juli 2002; Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. Om de nodige bestaansmiddelen voor de uitvoering van de DAC-regularisatie van enkele DACprojecten uit het Vlaams Intersectoraal-Akkoord ter beschikking te stellen van de betrokken sectoren, wordt krachtens artikel 47 van het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002, de begroting als volgt herverdeeld. Overheveling van : In duizend euro’s Programma 40.3 b.a. 33.01
685
Naar : In duizend euro’s Programma 11.4 b.a. 33.08
94,46
Programma 41.2 b.a. 41.02
94,48
Programma 41.3 b.a. 34.08
121,73
Programma 41.5 b.a. 41.11
73,11
Programma 41.7 b.a. 34.04
21,78
Programma 41.7 b.a. 34.25
43,62
Programma 42.10 b.a. 33.62
89,51
Programma 42.10 b.a. 34.27
26,2
Programma 42.20 b.a. 33.70
120,11
Art. 2. Om de nodige bestaansmiddelen voor de uitvoering van de maatregelen loonharmonisering, afschaffing van de carensdag, aanvullend verlof, arbeidsduurvermindering voor zware beroepen, DAC-regularisatie, DACjobcreatie, omkadering, management en vorming uit het Vlaams Intersectoraal Akkoord ter beschikking te stellen van de betrokken sectoren, wordt krachtens artikel 58 van het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002, de begroting als volgt herverdeeld. Overheveling van : In duizend euro’s Programma 40.3 b.a. 01.01
41.181,75
Naar : In duizend euro’s Programma 11.4 BA 33.08
34,47
Programma 41.2 BA 41.02
2.672,53
Programma 41.3 BA 34.08
229,02
Programma 41.4 BA 34.02
11.052,57
Programma 41.4 BA 34.04
452,20
37223
37224
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE In duizend euro’s Programma 41.4 BA 34.06
8.646,2
Programma 41.4 BA 34.07
57,30
Programma 41.4 BA 41.01
9.572,15
Programma 41.5 BA 41.11
6.129,34
Programma 41.6 BA 34.01
118,34
Programma 41.7 BA 34.01
127,09
Programma 41.7 BA 34.04
1.347,55
Programma 41.7 BA 34.25
15,92
Programma 42.10 BA 33.62
419,52
Programma 42.10 BA 34.27
159,6
Programma 42.20 BA 33.70
43,83
Programma 41.8 BA 33.11
GVK
GOK
104,12
104,12
Art. 3. De Vlaamse minister van Welzijn, bevoegd voor de Bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 19 juli 2002. De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking, M. VOGELS
TRADUCTION F. 2002 — 2938
[C − 2002/36073]
19 JUILLET 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement flamand portant re´affectation des budgets, dans le cadre de l’exe´cution de l’Accord intersectoriel flamand pour le secteur non marchand 2000-2005, pour l’anne´e budge´taire 2002 vers les allocations de base fonctionnelles Le Gouvernement flamand, Vu la loi spe´ciale du 8 août 1980 de re´formes institutionnelles, notamment l’article 5, § 1er, II, 2˚, modifie´ par la loi spe´ciale du 16 juillet 1993; Vu les lois sur la Comptabilite´ de l’Etat, coordonne´es le 17 juillet 1991, notamment les articles 55 a` 58; Vu le de´cret du 21 décembre 2001 contenant le budget ge´ne´ral des de´penses de la Communaute´ flamande pour l’anne´e budge´taire 2002, notamment les articles 47 et 58; Vu l’accord du Ministre flamand compe´tent pour le Budget, donne´ le 19 juillet 2002; Sur la proposition de la Ministre flamande de l’Aide sociale, de la Sante´, de l’Egalite´ des Chances et de la Coope´ration au De´veloppement; Apre`s en avoir de´libe´re´, Arreˆte : Article 1er. Pour que les secteurs inte´resse´s puissent disposer des moyens d’existence ne´cessaires en vue de l’exe´cution de la re´gularisation TCT de quelques projets TCT pre´vue par l’Accord intersectoriel flamand, les re´affectations budge´taires suivantes sont ope´re´es pour l’anne´e 2002 en vertu de l’article 47 du de´cret contenant le budget ge´ne´ral des de´penses de la Communaute´ flamande. Transfert de : En mille euros Programme 40.3 a.b. 33.01
685
Vers : En mille euros Programme 11.4 a.b. 33.08
94,46
Programme 41.2 a.b. 41.02
94,48
Programme 41.3 a.b. 34.08
121,73
Programme 41.5 a.b. 41.11
73,11
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE En mille euros Programme 41.7 a.b. 34.04
21,78
Programme 41.7 a.b. 34.25
43,62
Programme 42.10 a.b. 33.62
89,51
Programme 42.10 a.b. 34.27
26,2
Programme 42.20 a.b. 33.70
120,11
Art. 2. Pour que les secteurs inte´resse´s puissent disposer des moyens d’existence ne´cessaires en vue de l’exe´cution des mesures d’harmonisation des traitements, de suppression du jour de carence, de conge´ comple´mentaire, de re´duction du temps de travail pour les me´tiers lourds, de re´gularisation TCT, de cre´ation d’emplois TCT, d’encadrement, de gestion et de formation, pre´vues par l’Accord intersectoriel flamand, les re´affectations budge´taires suivantes sont ope´re´es pour l’anne´e 2002 en vertu de l’article 58 du de´cret contenant le budget ge´ne´ral des de´penses de la Communaute´ flamande.
Transfert de : En mille euros Programme 40.3 a.b. 01.01
41.181,75
Vers : En mille euros Programme 11.4 a.b. 33.08
34,47
Programme 41.2 a.b. 41.02
2.672,53
Programme 41.3 a.b. 34.08
229,02
Programme 41.4 a.b. 34.02
11.052,57
Programme 41.4 a.b. 34.04
452,20
Programme 41.4 a.b. 34.06
8.646,2
Programme 41.4 a.b. 34.07
57,30
Programme 41.4 a.b. 41.01
9.572,15
Programme 41.5 a.b. 41.11
6.129,34
Programme 41.6 a.b. 34.01
118,34
Programme 41.7 a.b. 34.01
127,09
Programme 41.7 a.b. 34.04
1.347,55
Programme 41.7 a.b. 34.25
15,92
Programme 42.10 a.b. 33.62
419,52
Programme 42.10 a.b. 34.27
159,6
Programme 42.20 a.b. 33.70 Programme 41.8 a.b. 33.11
43,83 CED
COD
104,12
104,12
Art. 3. Le Ministre flamand qui a l’Aide sociale et l’Assistance aux personnes dans ses attributions est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´.
Bruxelles, le 19 juillet 2002.
Le Ministre-Pre´sident du Gouvernement flamand, P. DEWAEL Le Ministre flamand de l’Aide sociale, de la Sante´, de l’Egalite´ des Chances et de la Coope´ration au De´veloppement, M. VOGELS
37225
37226
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
COMMUNAUTE FRANÇAISE — FRANSE GEMEENSCHAP MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE F. 2002 — 2939
[C − 2002/29297]
2 MAI 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise approuvant le choix des variables et la formule de calcul de l’indice socio-e´conomique de chaque secteur statistique en application de l’article 4, § 1er, du de´cret du 30 juin 1998 visant a` assurer a` tous les e´le`ves des chances e´gales d’e´mancipation sociale, notamment par la mise en œuvre de discriminations positives Le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise Vu le de´cret du 30 juin 1998 visant a` assurer a` tous les e´le`ves des chances e´gales d’e´mancipation sociale, notamment par la mise en œuvre de discriminations positives, notamment l’article 4, § 1er, modifie´ par le de´cret du 27 mars 2002 modifiant le de´cret du de´cret du 30 juin 1998 visant a` assurer a` tous les e´le`ves des chances e´gales d’e´mancipation sociale, notamment par la mise en œuvre de discriminations positives et portant diverses mesures modificatives; Vu l’urgence motive´e par l’article 4, § 2, aline´a 7, du de´cret du 30 juin 1998 pre´cite´, modifie´ par le de´cret du 27 mars 2002 pre´cite´, qui dispose que pour le 31 mai 2002 au plus tard les listes des e´tablissements ou implantations susceptibles de be´ne´ficier des discriminations positives doivent eˆtre transmises par l’Administration au Gouvernement ainsi qu’aux Conseils ge´ne´raux; Conside´rant la ne´cessite´ pour l’Administration de disposer de l’indice socio-e´conomique de chaque secteur statistique pour pouvoir e´tablir ces listes conforme´ment a` l’article 4, § 2, du de´cret du 30 juin 1998 pre´cite´; Conside´rant de`s lors la ne´cessite´ d’approuver sans de´lai le choix des variables de´terminant les crite`res ne´cessaires a` l’e´tablissement de l’indice socio-e´conomique de chaque secteur statistique et la formule de calcul de l’indice composite l’exprimant; Vu la de´cision du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 27 mars 2002 marquant son accord sur l’ajout du crite`re « revenu me´dian par me´nage » afin de rendre mieux compte de la typologie socio-e´conomique des diffe´rents secteurs statistiques, et particulie`rement eu e´gard a` la moindre sensibilite´ de cet indice aux valeurs extreˆmes par rapport au crite`re « revenu moyen par habitant »; Vu la proposition de l’e´quipe interuniversitaire et les justifications donne´es par celle-ci relatives au choix des variables et a` la formule de calcul de l’indice socio-e´conomique de chaque secteur statistique, donne´e le 16 avril 2002; Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances, donne´ le 16 avril 2002; Vu l’accord du Ministre du Budget, donne´ le 18 avril 2002; Vu l’avis n° 33.299/2 du Conseil d’Etat, donne´ le 25 avril 2002, en application de l’article 84, aline´a 1er, 2°, des lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat; Sur la proposition du Ministre de l’Enfance ayant les discriminations positives dans l’enseignement obligatoire dans ses attributions et du Ministre de l’Enseignement secondaire; Vu la de´libe´ration du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 2 mai 2002, Arreˆte : Article 1er. Le choix des variables vise´ a` l’article 4, § 1er, aline´a 2, du de´cret du 30 juin 1998 visant a` assurer a` tous les e´le`ves des chances e´gales d’e´mancipation sociale, notamment par la mise en œuvre de discriminations positives, tel que mentionne´ a` l’annexe 1re, est approuve´. Art. 2. La formule de calcul de l’indice composite vise´e a` l’article 4, § 1er, aline´a 4, du de´cret du 30 juin 1998 pre´cite´, telle que mentionne´e a` l’annexe 2, est approuve´e. Art. 3. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 25 avril 2002. Art. 4. Le Ministre ayant les Discriminations positives dans l’Enseignement obligatoire dans ses attributions et le Ministre ayant l’Enseignement secondaire dans ses attributions sont charge´s de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´. Bruxelles, le 2 mai 2002. Par le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise : Le Ministre de l’Enfance, charge´ de l’Enseignement fondamental, de l’Accueil et des Missions confie´es a` l’O.N.E., J.-M. NOLLET Le Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial, P. HAZETTE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE ANNEXE 1re — RELATIVE AU CHOIX DES VARIABLES Variable de´terminant le crite`re « Revenu moyen par habitant » : 1. Revenu moyen par habitant en milliers de francs (1999); Variable de´terminant le crite`re « Revenu me´dian par me´nage » : 2. Revenu me´dian par me´nage en milliers de francs (1999); Variables de´terminant le crite`re « Niveau des diploˆmes » : 3. Part des personnes ayant termine´ leurs e´tudes qui disposent au moins d’un diploˆme de l’enseignement secondaire supe´rieur parmi les personnes ayant acheve´ leurs e´tudes (1991); 4. Part des me´nages avec enfant dont une personne au moins dispose d’un diploˆme de l’enseignement secondaire supe´rieur parmi les me´nages avec enfants (1991); Variables de´terminant le crite`re « Taux de choˆmage, taux d’activite´ et taux de be´ne´ficiaires du revenu mensuel minimum garanti » : 5. Taux de choˆmage : ensemble des demandeurs d’emploi (y compris non re´mune´re´s) parmi les personnes pre´sentes sur le marche´ du travail (1998); 6. Taux d’activite´ des femmes : ensemble des femmes occupant un emploi/femmes de 18 a` 60 ans ayant termine´ leurs e´tudes (1991); 7. Taux de be´ne´ficiaires du revenu mensuel minimum garanti (1998); Variables de´terminant le crite`re « Activite´s professionnelles » : 8. Part des professions de bas standing : personnes exerc¸ant une profession de bas standing/ensemble des personnes actives dont on connaıˆt la profession (1991); 9. Part des professions de haut standing : personnes exerc¸ant une profession de haut standing/ensemble des personnes actives dont on connaıˆt la profession (1991); Variables de´terminant le crite`re « Confort des logements » : 10. Part des logements disposant du grand confort : Logements disposant d’une cuisine d’au moins 4 m2, d’un te´le´phone, de l’eau courante, d’une salle de bain, du chauffage central et d’une voiture/Total des logements (1991); 11. Nombre de pie`ces pour 100 habitants : Nombre total de pie`ces * 100/population (1991). Vu pour eˆtre annexe´ a` l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 2 mai 2002 approuvant le choix des variables et la formule de calcul de l’indice socio-e´conomique de chaque secteur statistique en application de l’article 4, § 1er, du de´cret du 30 juin 1998 visant a` assurer a` tous les e´le`ves des chances e´gales d’e´mancipation sociale, notamment par la mise en œuvre de discriminations positives Le Ministre de l’Enfance, charge´ de l’Enseignement fondamental, de l’Accueil et des Missions confie´es a` l’O.N.E., J.-M. NOLLET Le Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial, P. HAZETTE
ANNEXE 2 RELATIVE A LA FORMULE DE CALCUL DE L’INDICE SOCIO-ECONOMIQUE DE CHAQUE SECTEUR STATISTIQUE L’indice socio-e´conomique relatif a` chaque secteur statistique se calcule graˆce a` la formule et au tableau 1 ci-apre`s construit a` partir des donne´es fournies principalement par l’Institut national de Statistique pour chacun des secteurs statistiques.
Dans la formule ci-dessus, e´tablie au moyen d’une analyse en composantes principales ponde´re´e par le nombre de jeunes de 0 a` 20 ans qui habitent chaque secteur statistique, * n indique le nume´ro de la variable conside´re´e au niveau du secteur statistique (11 variables), * An est la valeur moyenne de la variable pour l’ensemble des secteurs statistiques de la re´gion bilingue de Bruxelles-Capitale et de la re´gion de langue franc¸aise, pour lesquels des donne´es e´taient disponibles lors de l’e´laboration de la formule, * Bn est la valeur de dispersion (e´cart-type) de la distribution des valeurs de la variable pour chacun des secteurs statistiques, * Cn est un coefficient qui attribue un poids a` la variable et qui re´sulte de l’analyse en composantes principales. De manie`re a` e´viter les valeurs extreˆmes de certains secteurs, toutes les valeurs infe´rieures a` − 4,0 sont ramene´es a` cette valeur. De meˆme, toutes les valeurs supe´rieures a` + 4,0 sont ramene´es a` celle-ci. Cette correction permet d’e´viter que certaines valeurs particulie`res n’influencent de manie`re artificiellement importante le calcul de la valeur moyenne de certaines implantations de petite taille.
37227
37228
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Tableau 1. — Valeur des diffe´rents parame`tres de la formule de calcul de l’indice relatif a` chaque secteur statistique n
An
1
385,60996
116,31933
Revenu me´dian par me´nage en milliers de francs
2
710,34134
141,07159
0,11488
Part des personnes ayant termine´ leurs e´tudes qui disposent au moins d’un diploˆme de l’enseignement secondaire supe´rieur parmi les personnes ayant acheve´ leurs e´tudes
3
38,84052
12,47382
0,12549
Part des me´nages avec enfant dont une personne au moins dispose d’un diploˆme de l’enseignement secondaire supe´rieur parmi les me´nages avec enfants
4
59,61762
15,56971
0,13091
Taux de choˆmage : ensemble des demandeurs d’emploi (y compris non re´mune´re´s) parmi les personnes pre´sentes sur le marche´ du travail
5
19,97631
10,88244
-0,12295
Taux d’activite´ des femmes : ensemble des femmes occupant un emploi/femmes de 18 a` 60 ans ayant termine´ leurs e´tudes
6
52,05010
12,49987
0,10504
Taux de be´ne´ficiaires du revenu mensuel minimum garanti
7
0,74966
1,13249
-0,06903
Part des professions de bas standing : personnes exerc¸ant une profession de bas standing/ensemble des personnes actives dont on connaıˆt la profession
8
29,34136
14,31087
-0,12729
Part des professions de haut standing : personnes exerc¸ant une profession de haut standing/ensemble des personnes actives dont on connaıˆt la profession
9
39,89634
16,01416
0,12420
Part des logements disposant du grand confort : logements disposant d’une cuisine d’au moins 4 m2, d’un te´le´phone, de l’eau courante, d’une salle de bain, du chauffage central et d’une voiture/Total des logements
10
35,11153
15,89445
0,11985
Nombre de pie`ces pour 100 habitants : nombre total de pie`ces * 100/population
11
170,67142
20,78951
0,07427
Revenu moyen par habitant en milliers de francs
Bn
Vu pour eˆtre annexe´ a` l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 2 mai 2002 approuvant le choix des variables et la formule de calcul de l’indice socio-e´conomique de chaque secteur statistique en application de l’article 4, § 1er, du de´cret du 30 juin 1998 visant a` assurer a` tous les e´le`ves des chances e´gales d’e´mancipation sociale, notamment par la mise en œuvre de discriminations positives. Le Ministre de l’Enfance, charge´ de l’Enseignement fondamental, de l’Accueil et des Missions confie´es a` l’O.N.E., J.-M. NOLLET Le Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial, P. HAZETTE
VERTALING MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP N. 2002 — 2939 [C − 2002/29297] 2 MEI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot goedkeuring van de variabelen en de rekenformule van het sociaal-economische indexcijfer van elke statistische sector bij toepassing van artikel 4, § 1, van het decreet van 30 juni 1998 dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 30 juni 1998 dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie, inzonderheid op artikel 4, § 1, gewijzigd bij het decreet van 27 maart 2002; Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door artikel 4, § 2, lid 7, van voornoemd decreet van 30 juni 1998, gewijzigd bij voornoemd decreet van 27 maart 2002, dat bepaalt dat uiterlijk op 31 mei 2002 de lijsten van de instellingen of vestigingen die maatregelen voor positieve discriminatie zouden kunnen genieten, door de Administratie aan de Regering en de Algemene Raad moeten worden overgezonden; Gelet op de noodzakelijkheid voor de Administratie te beschikken over het sociaal-economische indexcijfer van elke statistische sector om deze lijsten te kunnen opstellen overeenkomstig artikel 4, § 2, van voornoemd decreet van 30 juni 1998; Gelet dus op de noodzakelijkheid onmiddellijk de keuze van de variabelen goed te keuren voor het vaststellen van de nodige criteria voor het sociaal-economische indexcijfer van elke statistische sector en de rekenformule van een indexcijfer dat uit verschillende elementen bestaat; Gelet op de beslissing van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 maart 2002 waarbij ze haar akkoord geeft voor het toevoegen van het criterium «mediaaninkomst per familie» teneinde de sociaal-economische typologie van de verschillende statistische sectoren beter weer te geven en inzonderheid houdende rekening met de minste gevoeligheid van dit indexcijfer voor extreme waarden in verhouding met het criterium « gemiddeld inkomen per inwoner »; Gelet op het voorstel van de interuniversitaire ploeg en de redenen die ze hebben aangehaald betreffende de keuze van de variabelen en de rekenformule van het sociaal-econmische indexcijfer van elke statistische sector, gegeven op 16 april 2002;
Cn 0,12191
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Gelet op het advies van de Inspectie van Financie¨n, gegeven op 16 april 2002; Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 18 april 2002; Gelet op het advies nr. 33.299/2 van de Raad van State, gegeven op 25 april 2002, bij toepassing van artikel 84, 1e lid, 2° van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; Op de voordracht van de Minister van Kinderwelzijn tot wiens bevoegdheid de positieve discriminaties in het verplicht onderwijs behoren en de Minister van Secundair Onderwijs; Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 mei 2002; Besluit : Artikel 1. De keuze van de variabelen bedoeld in artikel 4, § 1, 2de lid, van het decreet van 30 juni 1998 dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie, zoals bedoeld in bijlage 1, wordt goedgekeurd. Art. 2. De rekenformule van het indexcijfer bedoeld in artikel 4, § 1, 4e lid, van voornoemd decreet van 30 juni 1998, zoals bedoeld in bijlage 2, wordt goedgekeurd. Art. 3. Dit besluit treedt in werking op 25 april 2002. Art. 4. De Minister tot wiens bevoegdheid de positieve discriminaties in het verplicht onderwijs behoren en de Minister tot wiens bevoegdheid het Secundair Onderwijs behoort, worden belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 2 mei 2002.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE c
F. 2002 — 2940 [2002/29295] 16 MAI 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise modifiant l’arreˆte´ du 29 mai 1996 relatif au programme de l’examen spe´cial d’admission aux e´tudes universitaires de 1er cycle en sciences applique´es
Le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise, Vu le de´cret du 5 septembre 1994 relatif au re´gime des e´tudes universitaires et des grades acade´miques, notamment l’article 10, § 2; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 29 mai 1996 relatif au programme de l’examen spe´cial d’admission aux e´tudes universitaires de 1er cycle en sciences applique´es, notamment son annexe; Sur la proposition de la commission des doyens des sciences applique´es, faite le 7 juin 2001; Vu l’avis colle´gial des recteurs des institutions universitaires e´mis le 3 juillet 2001; Vu l’avis du Conseil interuniversitaire de la Communaute´ franc¸aise e´mis le 4 juillet 2001; Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances, donne´ le 16 novembre 2001; Vu l’accord du Ministre du Budget, donne´, le 19 décembre 2001; Vu la de´libe´ration du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 14 mars 2002 sur la demande d’avis a` donner par le Conseil d’Etat dans un de´lai ne de´passant pas un mois; Vu l’avis du Conseil d’Etat n° 33.219/2, donne´ le 26 avril 2002, en application de l’article 84, aline´a 1er, 1° des lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat; Sur proposition de la Ministre de l’Enseignement supe´rieur, Apre`s de´libe´ration, Arreˆte : Article 1er. L’annexe de l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 29 mai 1996 relatif au programme de l’examen spe´cial d’admission aux e´tudes universitaires de 1er cycle en sciences applique´es est remplace´e par l’annexe au pre´sent arreˆte´. Art. 2. La Ministre qui a l’Enseignement supe´rieur dans ses attributions est charge´e de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´.
Bruxelles, le 16 mai 2002.
Par le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise : Ministre de l’Enseignement supérieur et de la Recherche scientifique, Mme F. DUPUIS
37229
37230
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Annexe à l’arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 16 mai 2002 modifiant l’arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 29 mai 1996 relatif au programme de l’examen spécial d’admission aux études universitaire de 1er cycle en sciences appliquées 1) Analyse. Rappel des proprie´te´s de R. Ge´ne´ralite´s sur les fonctions : — domaine de de´finition; — ope´rations sur les fonctions : à addition, soustraction, multiplication, composition; — fonctions re´ciproques; — maximum, minimum d’une fonction sur un intervalle; — parite´; — pe´riodicite´; — comparaison des graphiques de fonctions : f(x), f(x)+a, f(x+a), k f(x), f(kx); — fonctions exponentielles et logarithmiques. Continuite´ d’une fonction en un point, sur un intervalle. The´ore`mes classiques. Continuite´ a` gauche, a` droite. Limite des valeurs d’une fonction. Asymptotes. Lien entre limite et continuite´. Calcul de limites y compris dans les cas classiques d’inde´termination. Nombre de´rive´ et fonction de´rive´e : — de´finitions; — proprie´te´s des fonctions de´rivables sur un intervalle; —calcul de la de´rive´e : — de fonctions usuelles; — d’une somme, d’un produit, d’un quotient de fonctions de´rivables; — de la compose´e de deux fonctions; — d’une fonction re´ciproque d’une autre. The´ore`mes classiques et applications : — the´ore`mes classiques; the´ore`me des accroissements finis; — liaison entre le signe de la de´rive´e premie`re et la croissance d’une fonction de´rivable, application a` la recherche d’extrema; — liaison entre la concavite´ du graphique d’une fonction de´rivable et le signe de la de´rive´e seconde, application a` la construction du graphique d’une fonction. Primitives d’une fonction continue. Inte´grales de´finies. Applications de l’inte´grale au calcul des aires planes et des volumes de solides de re´volution. 2) Alge`bre. Calcul dans le corps R des nombres re´els : ope´rations fondamentales, valeur absolue, puissances rationnelles des nombres re´els positifs, radicaux. Le corps C des nombres complexes : de´finition, ope´rations fondamentales, repre´sentation ge´ome´trique, forme trigonome´trique, formule de Moivre, racines nie`mes. Emploi et applications des polynoˆmes a` coefficients re´els ou complexes, a` une ou plusieurs variables : — identite´s remarquables; — ze´ros d’un polynoˆme dans R et dans C; — divisibilite´ des polynoˆmes; division polynoˆmiale avec reste; — division d’un polynoˆme en x par x-a, loi du quotient et du reste; — quotients remarquables — factorisation des polynoˆmes. Ope´rations sur les fractions rationnelles. Premier degre´ : — proprie´te´s de la fonction ax+b; — compatibilite´, re´solution de syste`mes d’e´quations et discussion de syste`mes n x n a` 1 parame`tre (n<3); — matrices re´elles m x n (ou` m et n n’exce´dent pas 3) : ope´rations fondamentales; — produits de matrices, inversion de matrices carre´es; — de´terminants d’ordre 2 et 3 : proprie´te´s et application a` la re´solution des syste`mes line´aires; — ine´quations et syste`mes d’ine´quations a` une inconnue; — proble`me du premier degre´ avec discussion. Analyse combinatoire sans re´pe´tition. Binoˆme de Newton. Progressions arithme´tiques et ge´ome´triques : de´finitions et proprie´te´s. Notions probabilistes de base et statistique descriptive e´le´mentaires : — probabilite´ d’un e´ve´nement; — e´ve´nements compatibles, incompatibles, de´pendants, inde´pendants, contraires; — parame`tres de position : modes, me´diane, moyenne; — parame`tres de dispersion : e´tendue, variance, e´cart-type.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
que.
Deuxie`me degre´ : — e´quation a` une inconnue a` coefficients re´els ou complexes; — re´solution proprie´te´s des racines; — re´solution d’e´quations re´ductibles au deuxie`me degre´, bicarre´es, irrationnelles; — discussion, de l’e´quation a` coefficients re´els; — proprie´te´s de la fonction ax2 + bx + c; — re´solution et discussion des ine´quations a` coefficients re´els; — proble`mes du deuxie`me degre´ avec discussion. 3) Trigonome´trie et calcul nume´rique. Connaissance des valeurs particulie`res classiques des fonctions trigonome´triques et cyclome´triques. Connaissance et applications des formules donnant : sin(-a), cos (-a), tg (-a); sin (π+a), cos (π+a), tg (π+a); sin (π /2+a), cos (π /2+a), tg (π /2+a); sin (a±b), cos (a±b), tg (a±b), sin 2a, cos 2a, tg 2a; sin p ±sin q, cos p ±cos q; 1±cos 2a; sin a, cos a, tg a en fonction de tg a/2. Re´solution d’e´quations du type a cos x +b sin x = c. Re´solution d’e´quations trigonome´triques et repre´sentation de l’ensemble des solutions sur le cercle trigonome´tri-
Re´solution d’ine´quations trigonome´triques simples et repre´sentation graphique de l’ensemble des solutions. Relations entre les angles et les coˆte´s d’un triangle rectangle et d’un triangle quelconque (re`gles des sinus et des cosinus). Re´solution de triangles. Calcul d’une expression nume´rique comportant les fonctions usuelles (fonctions trigonome´triques et cyclome´triques et leurs re´ciproques, fonction exponentielle, fonction logarithme, puissance et racines). Applications. N.B. : La re´solution des questions ne requiert que l’utilisation des formules trigonome´triques ci-dessus. Toute autre formule trigonome´trique utilise´e doit eˆtre de´montre´e. 4) Ge´ome´trie. 4.1. Ge´ome´trie synthe´tique plane et dans l’espace. Longueur d’un segment, alignement, amplitude d’un angle, mesures des longueurs. Angles adjacents, somme d’angles, angles comple´mentaires et supple´mentaires. Triangles; quadrilate`res (carre´, rectangle, losange, paralle´logramme, trape`ze, quelconque); cercles; pe´rime`tre, aire et proprie´te´s de ces figures. Syme´tries, translations, rotations et homothe´ties : proprie´te´s et constructions Recherche de points fixes et d’invariants. Proprie´te´s des triangles. Me´diatrices, hauteurs, bissectrices, me´dianes. The´ore`me de Pythagore – Caracte´risation d’un triangle rectangle. Caracte´risation d’un triangle rectangle par son inscriptibilite´ dans un demi-cercle. Cercles inscrit et circonscrit. Figures isome´triques; isome´trie des triangles. Figures semblables; similitude des triangles. Angles oppose´s par le sommet, angles alternes-internes : proprie´te´s. Somme des angles d’un triangle et proprie´te´s relatives aux angles des polygones convexes. Angles au centre, angles inscrits, angles tangentiels. Angles a` coˆte´s paralle`les, angles a` coˆte´s perpendiculaires. The´ore`me de Thale`s dans le plan et dans l’espace et sa re´ciproque. The´ore`mes de la hauteur – Centre de gravite´ (barycentre)- Orthocentre Vecteur et calcul vectoriel dans le plan et dans l’espace, proprie´te´s. Produit scalaire dans le plan et dans l’espace et proprie´te´s. Lieux ge´ome´triques : me´diatrice, bissectrice, arc capable d’un angle quelconque, cercle, parabole, ellipse et hyperbole. Positions relatives de deux droites, d’une droite et d’un plan, de deux plans. Paralle´lisme dans le plan et dans l’espace. Proble`mes de constructions dans l’espace : — Point de perce´e d’une droite dans un plan. — Section plane d’un cube, d’un te´trae`dre ou d’un paralle´le´pipe`de rectangle. Orthogonalite´; perpendiculaire commune a` deux droites gauches et plan me´diateur. Homothe´ties dans le plan et dans l’espace. Aires et volumes de : cube, paralle´le´pipe`de rectangle sphe`re, coˆne, cylindre, prisme, pyramide, troncs de coˆne et de pyramide. Repre´sentation a` main leve´e de ces volumes.
37231
37232
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 4.2. Ge´ome´trie analytique plane et dans l’espace. Ge´ome´trie analytique plane : Equations vectorielle(s), parame´trique(s), carte´sienne(s) d’une droite. Equation carte´sienne du cercle. Distance entre deux points, cercle. Distance d’un point a` une droite. Re´solution de proble`mes d’intersections. Conditions d’orthogonalite´, paralle´lisme, angle de deux droites. Coniques : de´finitions ge´ome´triques et e´quations carte´siennes dans un repe`re orthonorme´ dont un des axes est paralle`le a` un axe de syme´trie de la conique. Applications : — Intersection d’une droite et d’une conique; — Tangentes a` une conique; — Re´duction par translation; — Equations en coordonne´es polaires d’une conique. Proble`mes de lieux. Ge´ome´trie analytique dans l’espace : Equations vectorielle (s), parame´trique (s), carte´sienne (s) d’un plan, d’une droite. Equation carte´sienne de la sphe`re. Distance entre deux points. Distance d’un point a` une droite. Distance d’un point a` un plan. Re´solution de proble`mes d’intersections. Conditions d’orthogonalite´ et de paralle´lisme. Proble`mes de lieux. Vu pour eˆtre annexe´ a` l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 16 mai 2002 modifiant l’arreˆte´ du 29 mai 1996 relatif au programme de l’examen spe´cial d’admission aux e´tudes universitaires de 1er cycle en sciences applique´es. Bruxelles, le 16 mai 2002. La Ministre de l’Enseignement supe´rieur et de la Recherche scientifique, Mme F. DUPUIS
VERTALING N. 2002 — 2940 [2002/29295] 16 MEI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van 29 mei 1996 betreffende het programma van het bijzonder toelatingsexamen tot universitaire studies van de 1e cyclus in de toegepaste wetenschappen De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 5 september 1994 tot regeling van de universitaire studies en de academische graden, inzonderheid op artikel 10, § 2; Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 mei 1996 betreffende het programma van het bijzonder toelatingsexamen tot universitaire studies van de 1e cyclus in de toegepaste wetenschappen, inzonderheid op de bijlage; Op de voordracht van de commissie van decanen van toegepaste wetenschappen, gedaan op 7 juni 2001; Gelet op het college-advies van de rectoren van de universitaire instellingen, gegeven op 3 juli 2001; Op het advies van de Interuniversitaire Raad van de Franse Gemeenschap, gegeven op 4 juli 2001; Gelet op het advies van de Inspectie van Financie¨n, gegeven op 16 november 2001; Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 19 december 2001; Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 14 maart 2002 over de aanvraag om advies te geven door de Raad van State binnen een termijn van hoogstens een maand; Gelet op het advies van de Raad van State nr. 33.219/2, gegeven op 26 april 2002, bij toepassing van artikel 84, 1ste lid, 1° van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs, Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. De bijlage van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 mei 1996 betreffende het programma van het bijzonder toelatingsexamen tot universitaire studies van de 1e cyclus in de toegepaste wetenschappen wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit. Art. 2. De Minister tot wiens bevoegdheid het Hoger Onderwijs behoort, wordt belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 16 mei 2002. Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS
37233
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE F. 2002 — 2941 [C − 2002/29310] 22 MAI 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise portant application pour l’anne´e scolaire 2002-2003 de l’article 12, § 1er, du de´cret du 13 juillet 1998 portant organisation de l’enseignement maternel et primaire ordinaire et modifiant la réglementation de l’enseignement Le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise, Vu le de´cret du 13 juillet 1998 portant organisation de l’enseignement maternel et primaire ordinaire et modifiant la re´glementation de l’enseignement, notamment l’article 12, § 1er; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 29 juillet 1999 portant re`glement de son fonctionnement, notamment l’article 10; Conside´rant les demandes introduites par les directeurs des e´coles de la Communaute´ franc¸aise et par les pouvoirs organisateurs dans l’enseignement subventionne´ en vue d’organiser certains cours et activite´s pe´dagogiques de la grille-horaire dans une langue moderne autre que le franc¸ais; Vu les avis des conseils de participation cre´e´s en application de l’article 69 du de´cret du 24 juillet 1997 de´finissant les missions prioritaires de l’enseignement fondamental et de l’enseignement secondaire et organisant les structures propres a` les atteindre, donne´s les 28 octobre 1998, 20 avril 1999, 26 mai 1999, 5 avril 2000, 9 octobre 2000, 21 mars 2000, 7 mai 2001, 7 juin 2001, 14 décembre 2001, 19 décembre 2001, 15 janvier 2002, 4 février 2002, 8 février 2002, 19 février 2002, 25 février 2002, 26 février 2002, 28 février 2002, 5 mars 2002, 6 mars 2002, 7 mars 2002, 11 mars 2002, 14 mars 2002, 19 mars 2002, 20 mars 2002, 21 mars 2002, 22 mars 2002, 26 mars 2002, 27 mars 2002, 29 mars 2002; Sur la proposition du Ministre de l’Enfance ayant l’Enseignement fondamental dans ses attribution, Arreˆte : Article 1er. Les e´coles suivantes sont autorise´es a` organiser durant l’anne´e scolaire 2002-2003 certains cours et activite´s pe´dagogiques de la grille-horaire dans une langue moderne autre que le franc¸ais : 1° Dans l’enseignement organise´ par la Communaute´ franc¸aise :
Enseignement de la Communaute´ franc¸aise Adresse du sie`ge administratif
Implantations concerne´es
Langue choisie
Anne´es d’e´tudes concerne´es par l’immersion
Ecole primaire annexe´e a` l’Athe´ne´e royal « Air Pur » rue des Nations Unies 1 4100 Seraing
rue des Nations Unies 1 4100 Seraing
Allemand
de la 1re a` la 4e primaire
Ecole fondamentale annexe´e au Lyce´e de la Communaute´ franc¸aise de Namur rue Lelie`vre 10 5000 Namur
rue Lelie`vre 10 5000 Namur
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 3e primaire
Ecole primaire annexe´e a` l’Athe´ne´e royal de Vise´ rue du Gollet 2 4600 Vise´
rue des Combattants 10 4600 Vise´
Ne´erlandais
de 3e maternelle a` la 1re primaire
2° Dans l’enseignement subventionne´ par la Communaute´ franc¸aise :
Enseignement de la Communaute´ franc¸aise Adresse du sie`ge administratif
Implantations concerne´es
Langue choisie
Anne´es d’e´tudes concerne´es par l’immersion
Ecole fondamentale communale d’Esneux rue de la Haze 16 4130 Esneux
chera de la Gombe 32 4130 ESNEUX
Anglais
de la 3e maternelle a` la 2e primaire
Ecole fondamentale communale mixte rue de Nivelles 155 7110 Strepy-Bracquegnies
rue de Nivelles 155 7110 Strepy-Bracquegnies rue Sous-le-Bois 190 7110 Strepy-Bracquegnies
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 2e primaire
Ecole communale Herme´e rue du Ponc¸ay 1 4680 Herme´e
rue Baronhaie 57 4682 Heure-le-Romain
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 2e primaire
Ecole communale rue Le´opold 40 7700 Mouscron
rue Le´opold 40 7700 Mouscron rue Achille Debacker 1 7700 Mouscron
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 4e primaire
Groupe scolaire Sauvenie`re boulevard de la Sauvenie`re 131 4000 Lie`ge
boulevard de la Sauvenie`re 131 4000 Lie`ge rue des Ce´lestines 14 4000 Lie`ge
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 3e primaire
Ecole communale de Nothomb rue Nicolas Roeltgen 69 6717 Nothomb (Attert)
rue Nicolas Roeltgen 69 6717 Nothomb – Attert
Allemand
3e maternelle
Ecole communale Joseph Distexhe avenue du Centenaire 27 4102 Seraing
avenue du Centenaire 27 4102 Seraing
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 2e primaire
37234
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Enseignement de la Communaute´ franc¸aise Adresse du sie`ge administratif
Implantations concerne´es
Langue choisie
Anne´es d’e´tudes concerne´es par l’immersion
Ecole libre boulevard Poincare´ 67 1070 Bruxelles
boulevard Poincare´ 67 1070 Bruxelles
Ne´erlandais
de la 1re a` la 2e primaire
Ecole communale rue de Buisseret 19 7180 Seneffe
rue Ferrer 106 7181 Familleureux
Anglais
de la 3e maternelle a` la 5e primaire
Ecole libre – Colle`ge du Sacre´ Cœur boulevard Audent 58 6000 Charleroi
boulevard Audent 58 6000 Charleroi
Ne´erlandais
de la 1re a` la 3e primaire
Ecole communale place de Bois-de-Lessines 5 7866 Bois-de-Lessines
place de Bois-de-Lessines 5 7866 Bois-de-Lessines
Ne´erlandais
de la 3e a` la 4e primaire
Lyce´e Le´onie de Waha boulevard d’Avroy 96 4000 Lie`ge
boulevard d’Avroy 96 4000 Lie`ge
Anglais
de la 3e maternelle a` la 6e primaire
Ecole communale de la Cite´ Astrid rue Brichant 60 7100 La Louvière
rue Brichant 60 7100 La Louvie`re rue de Mignault 30 7100 La Louvie`re
Anglais
de la 3e maternelle a` la 2e primaire
Ecole communale rue de l’Eglise 15 7912 Dergneau
rue du Cure´ 20 7910 Anvaing
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 4e primaire
Ecole communale du Tilleul rue de Jemeppe 27 4431 Ans (Loncin)
rue de Jemeppe 22 4431 Ans (Loncin)
Ne´erlandais
de la 1re a` la 6e primaire
Ecole communale hameau de Kin 54 4920 Aywaille
hameau de Kin 54 4920 Aywaille
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 2e primaire
Ecole communale Tohogne rue des Ardennes 25 6941 Bomal-sur-Ourthe
rue des Ardennes 25 6941 Bomal-sur-Ourthe
Ne´erlandais
de la 4e a` la 5e primaire
Ecole communale d’Oreye rue de la Cite´ 20 4360 Oreye
rue de la Cite´ 20 4360 Oreye rue Louis Mare´chal 137 4360 Oreye
Ne´erlandais
de la 3e maternelle a` la 1re primaire
Ecoles catholiques de Boondael Saint-Joseph chausse´e de Boondael, 621 1050 Bruxelles
Chausse´e de Boondael, 621 1050 Bruxelles
Ne´erlandais
de la 4e a` la 6e primaire
Ecole communale du Centre avenue des Combattants, 35 1340 Ottignies
avenue des Combattants, 35 1340 Ottignies
Ne´erlandais
3e maternelle
Ecole communale rue Ducheˆne 4 4120 Neupre´
rue Ducheˆne 4 4120 Neupre´
Anglais
3e maternelle
Ecole communale rue des Croix, 224 7012 Mons (Jemappes)
rue des Croix, 224 7012 Mons (Jemappes)
Ne´erlandais
3e maternelle
Ecole communale rue Victor Baudour, 42 7021 Mons (Havre´)
rue Irma Fie´vez, 189 7021 Mons (Havre´)
Ne´erlandais
3e maternelle
Ecole libre Institut Saint-Joseph rue Mazy, 20 5100 Jambes
rue Mazy, 20 5100 Jambes
Ne´erlandais
3e primaire
Ecole libre Institut Saint-Joseph rue Van Opre´, 23 5100 Jambes
rue Van Opre´, 23 5100 Jambes
Ne´erlandais
1re primaire
Ecole libre place Notre-Dame de la Paix, 1 5101 Erpent
place Notre-Dame de la Paix, 1 5101 Erpent
Ne´erlandais
1re primaire
37235
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Enseignement de la Communaute´ franc¸aise Adresse du sie`ge administratif
Implantations concerne´es
Anne´es d’e´tudes concerne´es par l’immersion
Langue choisie
Ecole communale de Douvrain rue Louis Caty, 133 7331 Saint-Ghislain (Baudour)
rue Louis Caty, 133 7331 Saint-Ghislain (Baudour)
Anglais
3e maternelle
Ecole communale rue Simon Legrand, 8 6900 On
rue d’Ambly, 2 6900 Hargimont
Ne´erlandais
3e maternelle
Ecole communale avenue Georges Henry, 224 1200 Woluwe-Saint-Lambert
avenue Georges Henry, 224 1200 Woluwe-Saint-Lambert
Ne´erlandais
3e maternelle
Art. 2. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 1er septembre 2002. Bruxelles, le 22 mai 2002. Pour le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise : Le Ministre de l’Enfance, charge´ de l’Enseignement fondamental, de l’Accueil et des Missions confie´es a` l’O.N.E. J.–M. NOLLET
VERTALING N. 2002 — 2941
[C − 2002/29310]
22 MEI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende toepassing voor het schooljaar 2002–2003 van artikel 12, § 1, van het decreet van 13 juli 1998 betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 13 juli 1998 betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving, inzonderheid op artikel 12, § 1; Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 juli 1999 tot regeling van haar werking, inzonderheid op artikel 10; Gelet op de aanvragen ingediend door de schooldirecteurs van de Franse Gemeenschap en door de inrichtende machten in het gesubsidieerd onderwijs met als doel het inrichten van sommige cursussen en pedagogische activiteiten van het lesrooster in een andere taal dan het Frans; Gelet op de adviezen van de participatieraden opgericht bij toepassing van artikel 69 van het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, gegeven op 28 oktober 1998, 20 april 1999, 26 mei 1999, 5 april 2000, 9 oktober 2000, 21 maart 2000, 7 mei 2001, 7 juni 2001, 14 december 2001, 19 december 2001, 15 januari 2002, 4 februari 2002, 8 februari 2002, 19 februari 2002, 25 februari 2002, 26 februari 2002, 28 februari 2002, 5 maart 2002, 6 maart 2002, 7 maart 2002, 11 maart 2002, 14 maart 2002, 19 maart 2002, 20 maart 2002, 21 maart 2002, 22 maart 2002, 26 maart 2002, 27 maart 2002 en 29 maart 2002; Op de voordracht van de Minister van Kinderwelzijn tot wiens bevoegdheid het basisonderwijs behoort, Besluit : Artikel 1. De volgende scholen worden ertoe gemachtigd gedurende het schooljaar 2002-2003 sommige cursussen en pedagogische activiteiten van het lesrooster in een andere taal dan het Frans te organiseren : 1° In het door de Franse Gemeenschap ingericht onderwijs : Onderwijs van de Franse Gemeenschap Adres van de administratieve zetel
Betrokken vestigingsplaatsen
Gekozen taal
Studiejaren voor het taalbad
Ecole primaire annexe´e a` l’Athe´ne´e royal « Air Pur » rue des Nations Unies 1 4100 Seraing
rue des Nations Unies 1 4100 Seraing
Duits
Van het eerste tot het vierde studiejaar lager onderwijs
Ecole fondamentale annexe´e au Lyce´e de la Communaute´ franc¸aise de Namur rue Lelie`vre 10 5000 Namur
rue Lelie`vre 10 5000 Namur
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het derde studiejaar lager onderwijs
Ecole primaire annexe´e a` l’Athe´ne´e royal de Vise´ rue du Gollet 2 4600 Vise´
rue des Combattants 10 4600 Vise´
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het eerste studiejaar lager onderwijs
37236
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 2° In het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd onderwijs : Onderwijs van de Franse Gemeenschap Adres van de administratieve zetel
Betrokken vestigingsplaatsen
Gekozen taal
Studiejaren voor het taalbad
Ecole fondamentale communale d’Esneux rue de la Haze 16 4130 Esneux
chera de la Gombe 32 4130 Esneux
Engels
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole fondamentale communale mixte rue de Nivelles 155 7110 Strepy-Bracquegnies
rue de Nivelles 155 7110 Strepy-Bracquegnies rue Sous-le-Bois 190 7110 Strepy-Bracquegnies
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole communale Herme´e Rue du Ponc¸ay 1 4680 Herme´e
rue Baronhaie 57 4682 Heure-le-Romain
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole communale rue Le´opold 40 7700 Mouscron
rue Le´opold 40 7700 Mouscron rue Achille Debacker 1 7700 Mouscron
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het vierde studiejaar lager onderwijs
Groupe scolaire Sauvenie`re boulevard de la Sauvenie`re 131 4000 Lie`ge
boulevard de la Sauvenie`re 131 4000 Lie`ge rue des Ce´lestines 14 4000 Lie`ge
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het derde studiejaar lager onderwijs
Ecole communale de Nothomb Rue Nicolas Roeltgen 69 6717 Nothomb (Attert)
rue Nicolas Roeltgen 69 6717 Nothomb (Attert)
Duits
Derde jaar kleuteronderwijs
Ecole communale Joseph Distexhe avenue du Centenaire 27 4102 Seraing
avenue du Centenaire 27 4102 Seraing
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole libre boulevard Poincare´ 67 1070 Bruxelles
boulevard Poincare´ 67 1070 Bruxelles
Nederlands
Van het eerste tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole communale rue de Buisseret 19 7180 Seneffe
rue Ferrer 106 7181 Familleureux
Engels
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het vijfde studiejaar lager onderwijs
Ecole libre – Colle`ge du Sacre´ Cœur boulevard Audent 58 6000 Charleroi
boulevard Audent 58 6000 Charleroi
Nederlands
Van het eerste tot het derde studiejaar lager onderwijs
Ecole communale place de Bois-de-Lessines 5 7866 Bois-de-Lessines
place de Bois-de-Lessines 5 7866 Bois-de-Lessines
Nederlands
Van het derde tot het vierde studiejaar lager onderwijs
Lyce´e Le´onie de Waha boulevard d’Avroy 96 4000 Lie`ge
boulevard d’Avroy 96 4000 Lie`ge
Engels
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het zesde studiejaar lager onderwijs
Ecole communale de la Cite´ Astrid rue Brichant 60 7100 La Louvière
rue Brichant 60 7100 La Louvie`re rue de Mignault 30 7100 La Louvie`re
Engels
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole communale rue de l’Eglise 15 7912 Dergneau
rue du Cure´ 20 7910 Anvaing
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het vierde studiejaar lager onderwijs
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Onderwijs van de Franse Gemeenschap Adres van de administratieve zetel
Betrokken vestigingsplaatsen
Gekozen taal
37237 Studiejaren voor het taalbad
Ecole communale du Tilleul rue de Jemeppe 27 4431 Ans (Loncin)
rue de Jemeppe 22 4431 Ans (Loncin)
Nederlands
Van het eerste jaar kleuteronderwijs tot het zesde studiejaar lager onderwijs
Ecole communale hameau de Kin 54 4920 Aywaille
hameau de Kin 54 4920 Aywaille
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het tweede studiejaar lager onderwijs
Ecole communale Tohogne rue des Ardennes 25 6941 Bomal-sur-Ourthe
rue des Ardennes 25 6941 Bomal-sur-Ourthe
Nederlands
Van het vierde tot het vijfde studiejaar lager onderwijs
Ecole communale d’Oreye rue de la Cite´ 20 4360 Oreye
rue de la Cite´ 20 4360 Oreye rue Louis Mare´chal 137 4360 Oreye
Nederlands
Van het derde jaar kleuteronderwijs tot het eerste studiejaar lager onderwijs
Ecoles catholiques de Boondael St-Joseph chausse´e de Boondael, 621 1050 Bruxelles
chausse´e de Boondael, 621 1050 Bruxelles
Nederlands
Van het vierde tot het zesde studiejaar lager onderwijs
Ecole communale du Centre avenue des Combattants, 35 1340 Ottignies
avenue des Combattants, 35 1340 Ottignies
Nederlands
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Ecole communale rue Ducheˆne 4 4120 Neupre´
rue Ducheˆne 4 4120 Neupre´
Engels
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Ecole communale rue des Croix, 224 7012 Mons (Jemappes)
rue des Croix, 224 7012 Mons (Jemappes)
Nederlands
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Ecole communale rue Victor Baudour, 42 7021 Mons (Havre´)
rue Irma Fie´vez, 189 7021 Mons (Havre´)
Nederlands
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Ecole libre Institut Saint-Joseph rue Mazy, 20 5100 Jambes
rue Mazy, 20 5100 Jambes
Nederlands
Derde studiejaar lager onderwijs
Ecole libre Institut Saint-Joseph rue Van Opre´, 23 5100 Jambes
rue Van Opre´, 23 5100 Jambes
Nederlands
Eerste studiejaar lager onderwijs
Ecole libre place Notre-Dame de la Paix, 1 5101 Erpent
place Notre-Dame de la Paix, 1 5101 Erpent
Nederlands
Eerste studiejaar lager onderwijs
Ecole communale de Douvrain rue Louis Caty, 133 7331 Saint-Ghislain (Baudour)
rue Louis Caty, 133 7331 Saint-Ghislain (Baudour)
Engels
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Ecole communale rue Simon Legrand, 8 6900 On
rue d’Ambly, 2 6900 Hargimont
Nederlands
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Ecole communale avenue Georges Henry, 224 1200 Woluwe-Saint-Lambert
avenue Georges Henry, 224 1200 Woluwe-Saint-Lambert
Nederlands
Derde studiejaar kleuteronderwijs
Art. 2. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2002.
Brussel, 22 mei 2002.
Voor de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister van Kinderwelzijn, Belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de O.N.E.,
J.-M. NOLLET
37238
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE F. 2002 — 2942
[C − 2002/29367] 13 JUIN 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise portant reconnaissance des organes de repre´sentation et de coordination des pouvoirs organisateurs des centres psycho-me´dico-sociaux subventionne´s Le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise,
Vu le de´cret du 31 janvier 2002 fixant le statut des membres du personnel technique subsidie´ des centres psycho-me´dico-sociaux officiels subventionne´s, notamment les articles 92, § 1er, et 101, § 1er; Vu le de´cret du 31 janvier 2002 fixant le statut des membres du personnel technique subsidie´ des centres psycho-me´dico-sociaux libres subventionne´s, notamment les articles 102, § 1er, et 111, § 1er; Sur la proposition du Ministre de la Culture, du Budget, de la Fonction publique, de la Jeunesse et des Sports et du Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial; Vu la de´libe´ration du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 13 juin 2002, Arreˆte : Article 1er. Est reconnu comme organe de repre´sentation et de coordination des pouvoirs organisateurs des centres psycho-me´dico-sociaux officiels subventionne´s, le Conseil des pouvoirs organisateurs de l’enseignement officiel neutre subventionne´, ayant son sie`ge rue des Minimes, 87-89, 1000 Bruxelles, repre´sentant les pouvoirs publics subventionne´s organisant des centres psycho-me´dico-sociaux. Art. 2. Est reconnu comme organe de repre´sentation et de coordination des pouvoirs organisateurs des centres psycho-me´dico-sociaux libres subventionne´s confessionnels, le Secre´tariat ge´ne´ral de l’enseignement catholique ayant son sie`ge, rue Guimard 1, 1040 Bruxelles, repre´sentant les pouvoirs organisateurs organisant des centres psychome´dico-sociaux libres subventionne´s de caracte`re confessionnel. Art. 3. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le 15 juin 2002 et cessera d’eˆtre en vigueur le 31 décembre 2003. Art. 4. Le Ministre ayant les Statuts de l’enseignement dans ses attributions est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´. Bruxelles, le 13 juin 2002. Par le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise : Le Ministre de la Culture, du Budget, de la Fonction publique, de la Jeunesse et des Sports, R. DEMOTTE Le Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial, P. HAZETTE
VERTALING N. 2002 — 2942
[C − 2002/29367] 13 JUNI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot erkenning van de vertegenwoordigings- en coo¨rdinatie-organen van de inrichtende machten van de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra De Regering van de Franse Gemeenschap,
Gelet op het decreet van 31 januari 2002 houdende vaststelling van het statuut van de leden van het gesubsidieerd technisch personeel van de gesubsidieerde officie¨le psycho-medisch-sociale centra, inzonderheid op de artikelen 92, § 1, en 101, § 1; Gelet op het decreet van 31 januari 2002 houdende vaststelling van het statuut van de leden van het gesubsidieerd technisch personeel van de gesubsidieerde vrije psycho-medisch-sociale centra, inzonderheid op de artikelen 102, § 1, en 111, § 1; Op de voordracht van de Minister van Cultuur, Begroting, Ambtenarenzaken, Jeugd en Sport, en van de Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs; Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 13 juni 2002, Besluit : Artikel 1. Erkend wordt als vertegenwoordigings- en coo¨rdinatie-orgaan van de inrichtende machten van de gesubsidieerde officie¨le psycho-medisch-sociale centra, de Raad van de inrichtende machten van het gesubsidieerd neutraal officieel onderwijs, met zetel Minimenstraat 87-89, 1000 Brussel, die de gesubsidieerde overheidsmachten die psycho-medisch-sociale centra organiseren, vertegenwoordigt. Art. 2. Erkend wordt als vertegenwoordigings- en coo¨rdinatie-orgaan van de inrichtende machten van de confessionele gesubsidieerde vrije psycho-medisch-sociale centra, het Algemeen Secretariaat van het katholiek onderwijs, met zetel Guimardstraat 1, 1040 Brussel, dat de inrichtende machten die confessionele gesubsidieerde vrije psycho-medisch-sociale centra organiseren, vertegenwoordigt. Art. 3. Dit besluit treedt in werking op 15 juni 2002 en houdt op in werking te zijn op 31 december 2003. Art. 4. De Minister tot wiens bevoegdheid de Statuten van het onderwijs behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 13 juni 2002. Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Cultuur, Begroting, Ambtenarenzaken, Jeugd en Sport, R. DEMOTTE De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE F. 2002 — 2943 [2002/29357] 13 JUIN 2002. — Arrêté du Gouvernement de la Communauté française déterminant les modalités applicables pour la modification du cadastre des fréquences attribuables visé à l’article 2 du décret du 20 décembre 2001, fixant le cadastre initial de référence de la Communauté française pour la radiodiffusion sonore en modulation de fréquence dans la bande 87.5-108 MHz et modifiant le décret du 24 juillet 1997 relatif au Conseil supérieur de l’Audiovisuel et aux services privés de radiodiffusion sonore
Le Gouvernement de la Communauté française, Vu le décret du 20 décembre 2001, fixant le cadastre initial de référence de la Communauté française pour la radiodiffusion sonore en modulation de fréquence dans la bande 87.5-108 MHz et modifiant le décret du 24 juillet 1997 relatif au Conseil supérieur de l’audiovisuel et aux services privés de radiodiffusion sonore de la Communauté française, et en particulier son article 2; Considérant que, pour chaque fréquence attribuable, les coordonnées géographiques du site d’émission, la hauteur d’antenne, la puissance apparente rayonnée et les atténuations directionnelles éventuelles sont déterminées par le Gouvernement, sur avis conforme du Collège d’Autorisation et de Contrôle du Conseil supérieur de l’Audiovisuel, lors de la publication de l’appel d’offres visé à l’article 38 du décret du 24 juillet 1997, relatif au Conseil supérieur de l’audiovisuel et aux services privés de radiodiffusion sonore de la Communauté française; Considérant que l’article 36 du même décret précise que le Gouvernement arrête la liste des réseaux de fréquences et des fréquences attribuables, sur avis conforme du Collège d’Autorisation et de Contrôle du Conseil supérieur de l’Audiovisuel; Considérant la nécessité d’offrir aux opérateurs un cadastre de fréquences garantissant une diversité des projets radiophoniques et un confort d’écoute suffisant; Considérant l’intérêt qu’il y a de préserver le patrimoine des fréquences de la Communauté française; Vu l’avis du Conseil d’Etat du 15 mai 2002; Sur proposition du Ministre en charge de l’Audiovisuel; Après délibération, Arreˆte : Article 1er. Le Gouvernement, sur avis conforme du Collège d’Autorisation et de Contrôle du Conseil supérieur de l’Audiovisuel, peut modifier le cadastre des fréquences attribuables visé à l’article 2 du 20 décembre 2001, chaque fois qu’il y a lieu de : — Veiller à une répartition harmonieuse des ressources spectrales dans le cadastre des fréquences au niveau communautaire, national ou international; — Compléter ou modifier l’offre de fréquences afin de pourvoir répondre à une éventuelle demande du secteur audiovisuel; — Résoudre tout problème de perturbations radioélectriques. Art. 2. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge. Art. 3. Le Ministre ayant l’Audiovisuel dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 13 juin 2002. Par le Gouvernement de la Communauté française : Le Ministre des Arts, des Lettres et de l’Audiovisuel, R. MILLER
VERTALING F. 2002 — 2943 [2002/29357] 13 JUNI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot bepaling van de nadere regels toepasselijk voor de wijziging van het rooster van de toewijsbare frequenties bedoeld in artikel 2 van het decreet van 20 december 2001 tot vaststelling van het initieel referentierooster van de Franse Gemeenschap voor de klankradio-omroep in frequentiemodulatie op de band 87.5-108 MHz en tot wijziging van het decreet van 24 juli 1997 betreffende de « Conseil supérieur de l’audiovisuel » (Hoge Raad voor de audiovisuele sector van de Franse Gemeenschap van Belgie¨) en de private diensten voor klankradio-omroep van de Franse Gemeenschap De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 20 december 2001 tot vaststelling van het initieel referentierooster van de Franse Gemeenschap voor de klankradio-omroep in frequentiemodulatie op de band 87.5-108 MHz en tot wijziging van het decreet van 24 juli 1997 betreffende de « Conseil supérieur de l’audiovisuel » (Hoge Raad voor de audiovisuele sector van de Franse Gemeenschap van Belgie¨) en de private diensten voor klankradio-omroep van de Franse Gemeenschap, inzonderheid op artikel 2; Overwegende dat de geografische ligging van de uitzendplaats, de hoogte van de antenne, het effectief uitgestraald vermogen en de eventuele richtingverminderingen, voor elke toewijsbare frequentie, door de Regering worden vastgesteld, op eensluidend advies van het College voor vergunning en controle van de « Conseil supérieur de l’audiovisuel », naar aanleiding van de bekendmaking van de offerteaanvraag bedoeld in artikel 38 van het decreet van 24 juli 1997 betreffende de « Conseil supérieur de l’audiovisuel » (Hoge Raad voor de audiovisuele sector van de Franse Gemeenschap van Belgie¨) en de private diensten voor klankradio-omroep van de Franse Gemeenschap; Overwegende dat artikel 36 van hetzelfde decreet bepaalt dat de Regering de lijst van de frequentienetten en de toewijsbare frequenties vaststelt, op eensluidend advies van het College voor Vergunning en Controle van de « Conseil supérieur de l’audiovisuel »; Gelet op de noodzaak aan de operateurs een frequentierooster te bieden waarbij een grote verscheidenheid van projecten op radio en een voldoende hoorkwaliteit worden gewaarborgd; Overwegende dat het frequentiepatrimonium van de Franse Gemeenschap dient te worden bewaard;
37239
37240
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Gelet op het advies van de Raad van State van 15 mei 2002; Op de voordracht van de Minister belast met de audiovisuele sector; Na beraadslaging, Besluit : Article 1er. Op eensluidend advies van het College voor Vergunning en Controle van de « Conseil supérieur de l’audiovisuel », kan de Regering het rooster van de toewijsbare frequenties, bedoeld in artikel 2 van het decreet van 20 december 2001, wijzigingen, telkens als : — de spectrale mogelijkheden in het rooster van de frequenties op gemeenschaps-, nationaal of internationaal valk harmonieus dienen te worden verdeeld; — het frequentieaanbod dient te worden aangevuld of gewijzigd, om aan een eventuele vraag van de audiovisuele sector te kunnen beantwoorden; — elk probleem in verband met radio-elektrische storingen dient te worden opgelost. Art. 2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Art. 3. De Minister tot wiens bevoegdheid de audiovisuele sector behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 13 juni 2002. Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Kunsten, Letteren en de Audiovisuele Sector, R. MILLER c
F. 2002 — 2944 [C − 2002/29370] 20 JUIN 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise modifiant l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 28 juillet 1998 portant approbation du re`glement des e´tudes de l’enseignement secondaire ordinaire de la Communaute´ franc¸aise
Le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise, Vu le de´cret du 24 juillet 1997 de´finissant les missions prioritaires de l’enseignement fondamental et de l’enseignement secondaire et organisant les structures propres a` les atteindre, notamment les articles 77, 78 et 96; Vu le de´cret du 19 juillet 2001 relatif a` l’organisation du premier degre´ de l’enseignement secondaire; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 28 juillet 1998 portant approbation du re`glement des e´tudes de l’enseignement secondaire ordinaire de la Communaute´ franc¸aise; Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances, donne´, le 27 mars 2002; Vu l’accord du Ministre du Budget, donne´ le 23 avril 2002; Vu la de´libe´ration du Gouvernement sur la demande d’avis a` donner par le Conseil d’Etat dans un de´lai d’un mois; Vu l’avis n° 33.386/2 du Conseil d’Etat donne´ le 4 juin 2002 en application de l’article 84, aline´a 1er, 1°, des lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat; Sur la proposition du Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial; Apre`s de´libe´ration, Arreˆte : Article 1er. Dans le re`glement des e´tudes annexe´ a` l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 28 juillet 1998 portant approbation du re`glement des e´tudes de l’enseignement secondaire ordinaire de la Communaute´ franc¸aise, sont apporte´es les modifications suivantes : 1° au chapitre « De l’e´valuation », section « De l’organisation des examens », troisie`me aline´a le deuxie`me tiret, est comple´te´ comme suit : « quels que soient les degre´s et formes d’enseignement, l’examen de franc¸ais peut durer quatre heures; ». 2° aux meˆmes chapitre et section, septie`me tiret, les termes « l’organisation des examens de repeˆchage ne concerne pas les e´le`ves qui terminent la premie`re anne´e » sont remplace´s par les termes « l’organisation des examens de repeˆchage ne concerne pas les e´le`ves qui terminent la premie`re anne´e B ». 3° au chapitre « De la certification » du meˆme re`glement, les troisie`me et quatrie`me aline´as sont abroge´s. Art. 2. Le pre´sent arreˆte´ entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge. Art. 3. Le ministre ayant l’Enseignement secondaire dans ses attributions est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´. Bruxelles, le 20 juin 2002. Par le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise : Le Ministre de l’Enseignement secondaire et de l’Enseignement spe´cial, P. HAZETTE
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE VERTALING N. 2002 — 2944 [C − 2002/29370] 20 JUNI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 28 juli 1998 tot goedkeuring van het studiereglement in het gewoon secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, inzonderheid op de artikelen 77, 78 en 96; Gelet op het decreet van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de eerste graad van het secundair onderwijs; Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 28 juli 1998 tot goedkeuring van het studiereglement in het gewoon secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financie¨n, gegeven op 27 maart 2002; Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 23 april 2002; Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap over de vraag om advies te geven door de Raad van State binnen een termijn van hoogstens een maand; Gelet op het advies nr. 33.386/2 van de Raad van State, gegeven op 4 juni 2002 bij toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; Op de voordracht van de Minister van Secundair Onderwijs en van Buitengewoon Onderwijs; Na beraadslaging Besluit : Artikel 1. In het studiereglement als bijlage bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 28 juli 1998 tot goedkeuring van het studiereglement in het gewoon secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het hoofdstuk « De evaluatie », afdeling « De organisatie van de examens », lid drie, wordt het tweede streepje als volgt aangevuld : « ongeacht de graden en vormen van het onderwijs, kan het examen Frans vier uur duren. » 2° in hetzelfde hoofdstuk en dezelfde afdeling, zevende streepje, worden de woorden « de organisatie van de herkansingsexamens heeft niets te zien met de leerlingen die hun eerste jaar uitdoen » vervangen door de woorden « de organisatie van de herkansingsexamens heeft niets te zien met de leerlingen die hun eerste jaar B uitdoen ». 3° in het hoofdstuk « De certificatie » van hetzelfde reglement worden lid drie en lid vier opgeheven. Art. 2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Art. 3. De Minister tot wiens bevoegdheid het Secundair onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 20 juni 2002.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Secundair Onderwijs en van Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE
c
F. 2002 — 2945 [C − 2002/29373] 20 JUIN 2002. — Arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise modifiant l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 12 mai 1999 portant diverses mesures en matie`re d’allocations et preˆts d’e´tudes
Le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise, Vu le de´cret du 7 novembre 1983 re´glant pour la Communaute´ franc¸aise les allocations et les preˆts d’e´tudes, coordonne´ le 7 novembre 1983, notamment les articles 1er §§ 2, 4 et 5, 3 et 4; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 12 mai 1999 portant diverses mesures en matie`re d’allocations et preˆts d’e´tudes, modifie´ par les arreˆte´s du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise des 20 juillet 2000 et 21 juin 2001; Vu l’avis du Conseil supe´rieur des Allocations et Preˆts d’E´tudes donne´ le 23 janvier 2002; Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances, donne´ le 11 avril 2002; Vu l’accord du Ministre du Budget, donne´ le 25 avril 2002; Vu la de´libe´ration du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise sur la demande d’avis a` donner par le Conseil d’E´tat dans un de´lai ne de´passant pas un mois;
37241
37242
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Vu l’avis 33.376/2 du Conseil d’Etat donne´ le 4 juin 2002, en application de l’article 84, aline´a 1er, 1° des lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat; Sur proposition de la Ministre de l’Enseignement supe´rieur, de l’Enseignement de Promotion sociale et de la Recherche scientifique; Apre`s de´libe´ration, Arreˆte : Article 1er. A l’article 16 de l’arreˆte´ du 12 mai 1999 portant diverses mesures en matie`re d’Allocations et Preˆts d’e´tudes, les mots « 1er septembre 2002 » sont remplace´s par les mots « 1er septembre 2003 ». Art. 2. Le Ministre ayant les Allocations et les Preˆts d’e´tudes dans ses attributions est charge´ de l’exe´cution du pre´sent arreˆte´.
Bruxelles, le 20 juin 2002.
Par le Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise : La Ministre de l’Enseignement supe´rieur, de l’Enseignement de Promotion sociale et de la Recherche scientifique, Mme F. DUPUIS
VERTALING N. 2002 — 2945
[C − 2002/29373]
20 JUNI 2002. — Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 12 mei 1999 houdende verschillende maatregelen inzake studietoelagen en -leningen
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 7 november 1983 houdende regeling voor de Franse Gemeenschap van de toekenning van de studietoelagen en -leningen, gecoo¨rdineerd op 7 november 1983, inzonderheid op de artikelen 1, §§ 2, 4 en 5, 3 en 4; Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 12 mei 1999 houdende verschillende maatregelen inzake studietoelagen en –leningen, gewijzigd bij de besluiten van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 juli 2000 en 21 juni 2001; Gelet op het advies van de Hoge Raad voor studietoelagen en — leningen, gegeven op 23 januari 2002; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financie¨n, gegeven op 11 april 2002; Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 25 april 2002; Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de vraag om advies te geven door de Raad van State binnen een termijn van hoogstens een maand; Gelet op het advies 33.376/2 van de Raad van State, gegeven op 4 juni 2002, bij toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. In artikel 16 van het besluit van 12 mei 1999 houdende bepaling van verschillende maatregelen inzake studietoelagen en — leningen, worden de woorden «1 september 2002» vervangen door de woorden «1 september 2003». Art. 2. De Minister tot wiens bevoegdheid de Studietoelagen en -leningen behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 20 juni 2002.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS
37243
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
ANDERE BESLUITEN — AUTRES ARRETES MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN
MINISTERE DES AFFAIRES ECONOMIQUES
[C − 2002/11333] Afstand van een toelating door een verzekeringsonderneming
[C − 2002/11333] Renonciation à l’agrément par une entreprise d’assurances
Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002 wordt de afstand van de toelating vastgesteld door de onderneming « HBK-Leven N.V. » (administratief codenummer 1370), naamloze vennootschap waarvan de maatschappelijke zetel is gevestigd Desguinlei 102, te 2018 Antwerpen, voor de volgende takken :
Par arreˆte´ royal du 2 août 2002, est constate´e la renonciation a` l’agre´ment par l’entreprise « HBK-Vie S.A. » (code administratif n° 1370), socie´te´ anonyme dont le sie`ge social est situe´e Desguinlei 102, a` 2018 Antwerpen, pour les branches suivantes : — ″Accidents″ (branche 01);
— ″Ongevallen″ (tak 01); — ″Levensverzekeringen, niet verbonden met beleggingsfondsen, met uitzondering van bruidsschats- en geboorteverzekeringen″ (tak 21). Dit besluit treedt in werking vanaf de onderhavige bekendmaking.
— ″Assurances sur la vie non lie´es a` des fonds d’investissement a` l’exception des asssurances de nuptialite´ et de natalite´″ (branche 21). Cet arreˆte´ entre en vigueur le jour de la pre´sente publication.
*
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [2002/09803]
[2002/09803] Nationale Orden
Ordres nationaux
Bij koninklijk besluit van 2 mei 2002 is Mevr. Van Eygen, G., raadsheer in het hof van beroep te Gent, benoemd tot Commandeur in de Orde van Leopold II.
Par arrêté royal du 2 mai 2002, Mme Van Eygen, G., conseiller à la cour d’appel de Gand, est nommée Commandeur de l’Ordre de Léopold II.
[2002/09804]
[2002/09804] Rechterlijke Orde
Ordre judiciaire
Bij koninklijk besluit van 8 april 2002, dat in werking treedt op 31 augustus 2002, is aan Mevr. Van Eygen, G., op haar verzoek, ontslag verleend uit haar ambt van raadsheer in het hof van beroep te Gent.
Par arrêté royal du 8 avril 2002, entrant en vigueur le 31 août 2002, est acceptée, à sa demande, la démission de Mme Van Eygen, G., de ses fonctions de conseiller à la cour d’appel de Gand.
Bij koninklijk besluit van 26 mei 2002 is het aan Mevr. Van Eygen, G., raadsheer in het hof van beroep te Gent, vergund de titel van haar ambt eershalve te voeren.
Par arrêté royal du 26 mai 2002, Mme Van Eygen, G., conseiller à la cour d’appel de Gand, est autorisée à porter le titre honorifique de ses fonctions. Le recours en annulation des actes précités à portée individuelle peut être soumis à la section d’administration du Conseil d’Etat endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée au Conseil d’Etat (adresse : rue de la Science 33, 1040 Bruxelles), sous pli recommandé à la poste.
Het beroep tot nietigverklaring van de voormelde akten met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres : Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel), te worden toegezonden.
[C − 2002/09801]
[C − 2002/09801] Rechterlijke Orde
Ordre judiciaire
Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002, dat uitwerking heeft met ingang van 14 mei 2002, is ontslag verleend aan Mevr. Van Nuffel, R., adjunct-secretaris bij het parket van het Hof van Cassatie.
Par arreˆte´ royal du 2 août 2002, produisant ses effets le 14 mai 2002, est accepte´e la de´mission de Mme Van Nuffel, R., secre´taire adjoint au parquet de la Cour de cassation.
Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002, dat uitwerking heeft met ingang van 1 mei 2002, is een einde gesteld aan de functies van de heer Duponcheel, L., secretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde.
Par arreˆte´ royal du 2 août 2002, produisant ses effets le 1er mai 2002, il est mis fin aux fonctions de M. Duponcheel, L., secre´taire au parquet du procureur du Roi pre`s du tribunal de premie`re instance d’Audenarde.
Betrokkene mag zijn aanspraak op pensioen laten gelden en het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
L’inte´resse´ est admis a` faire valoir ses droits a` la pension et est autorise´ a` porter le titre honorifique de ses fonctions.
37244
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Bij koninklijke besluiten van 2 augustus 2002, zijn benoemd tot :
Par arreˆte´s royaux du 2 août 2002, sont nomme´s :
— griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Hoei, Mevr. Lenoir, I., adjunct-griffier bij deze rechtbank;
— greffier au tribunal de premie`re instance de Huy, Mme Lenoir, I., greffier adjoint a` ce tribunal;
— eerstaanwezend adjunct-griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Luik, de heer Remy, P., adjunct-griffier bij deze rechtbank;
— greffier adjoint principal au tribunal de premie`re instance de Lie`ge, M. Remy, P., greffier adjoint a` ce tribunal;
— hoofdgriffier van de arbeidsrechtbank te Leuven, de heer Dobbelaere, S., griffier bij het arbeidshof te Brussel;
— greffier en chef du tribunal de travail de Louvain, M. Dobbelaere, S., greffier a` la cour du travail de Bruxelles;
— adjunct-griffier bij de arbeidsrechtbank te Charleroi, Mevr. Durieux, L., adjunct-griffier bij de rechtbank van koophandel te Charleroi;
— greffier adjoint au tribunal du travail de Charleroi, Mme Durieux, L., greffier adjoint au tribunal de commerce de Charleroi;
— adjunct-griffier bij de arbeidsrechtbank te Charleroi, de heer Dumont, M., opsteller bij de griffie van deze rechtbank;
— greffier adjoint au tribunal de commerce de Charleroi, M. Dumont, M., re´dacteur au greffe de ce tribunal;
— adjunct-griffier bij de arbeidrechtbank te Charleroi, Mevr. Milic, V., beambte bij de griffie van het vredegerecht van het kanton Chaˆtelet;
— greffier adjoint au tribunal de commerce de Charleroi, Mme Milic, V., employe´e au greffe de la justice de paix du canton de Chaˆtelet;
— adjunct-griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Hasselt, de heer Juvyns, R., opsteller bij de griffie van de rechtbank van koophandel te Haaselt;
— greffier adjoint au tribunal de premie`re instance d’Hasselt, M. Juvyns, R., re´dacteur au greffe du tribunal de commerce d’Hasselt;
— adjunct-griffier bij de rechtbank van koophandel te Turnhout, de heer Adriaensen, I., opsteller bij de griffie van deze rechtbank;
— greffier adjoint au tribunal de commerce de turnhout, M. Adriaensen, I., re´dacteur au greffe de ce tribunal;
— eerstaanwezend adjunct-griffier bij het vredegerecht van het kanton Eeklo, Mevr. Dobbelaere, V., adjunct-griffier bij het vredegerecht van dit kanton;
— greffier adjoint principal a` la justice de paix du canton d’Eeklo, Mme Dobbelaere, V., greffier adjoint a` la justice de paix de ce canton;
— adjunct-griffier bij het vredegerecht van het kanton Ukkel, Mevr. Ooghe, N., beambte op arbeidsovereenkomst bij de griffie van het vredegerecht van dit kanton.
— greffier adjoint a` la justice de paix du canton d’Uccle, Mme Ooghe, N., employe´e sous contrat au greffe de la justice de paix de ce canton.
Bij koninklijke besluiten van 9 augustus 2002, zijn benoemd tot adjunct-griffier bij : — de rechtbank van eerste aanleg te Brugge, de heer Delbeke, W., beambte bij de griffie van deze rechtbank; — de politierechtbank te Leuven, Mevr. Verbist, V., adjunct-griffier bij het vredegerecht van het tweede kanton Leuven; — de politierechtbank te Dendermonde, Mevr. Volckaert, A.
Par arreˆte´ royaux du 9 août 2002, sont nomme´s greffier adjoint au : — tribunal de premie`re instance de Bruges, M. Delbeke, W., employe´ au greffe de ce tribunal; — tribunal de police de Louvain, Mme Verbist, V., greffier adjoint a la justice de paix du deuxie`me canton de Louvain; — tribunal de police de Termonde, Mme Volckaert, A.
Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002, dat uitwerking heeft met ingang van 1 augustus 2002, is benoemd tot eerstaanwezend adjunctsecretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent, Mevr. Vanhuffel, C., adjunct-secretaris bij dit parket.
Par arreˆte´ royal du 2 août 2002, produisant ses effets le 1er août 2002, est nomme´e secre´taire adjoint principal au parquet du procureur du Roi pre`s du tribunal de premie`re instance de Gand, Mme Vanhuffel, C., secre´taire adjoint a` ce parquet.
Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002, dat in werking treedt op 1 september 2002, is benoemd tot hoofdsecretaris van het parket van de arbeidsauditeur te Mechelen, Mevr. De Jonghe, N., secretaris bij dit parket.
Par arreˆte´ royal du 2 août 2002, produisant ses effets le 1er septembre 2002, est nomme´e secre´taire en chef du parquet de l’auditeur de travail de Malines, Mme De Jonghe, N., secre´taire a` ce parquet.
Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002 is benoemd tot adjunctsecretaris bij het parket van de arbeidsauditeur te Antwerpen, Mevr. Van den Eede, A.-L., voorlopig benoemd beambte bij dit parket.
Par arreˆte´ royal du 2 août 2002, est nomme´e secre´taire adjoint au parquet de l’auditeur du travail d’Anvers, Mme Van den Eede, A.-L., employe´e a` titre provisoire a` ce parquet.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37245
Bij koninklijk besluit van 9 augustus 2002 is benoemd tot adjunctsecretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk, Mevr. Vanthournout, K., beambte op arbeidsovereenkomst bij de griffie van het vredegerecht van het kanton Waregem.
Par arreˆte´ royal du 9 août 2002, est nomme´e secre´taire adjoint au parquet du procureur du Roi pre`s du tribunal de premie`re instance de Courtrai, Mme Vanthournout, K., employe´e sous contrat au greffe de la justice de paix du canton de Waregem.
Bij koninklijke besluiten van 2 augustus 2002, zijn aangewezen tot griffier-hoofd van dienst voor een nieuwe termijn van drie jaar bij : — het arbeidshof te Gent met ingang van 1 september 2002, Mevr. Schouten, G., griffier bij dit hof; — de arbeidsrechtbanken te Kortrijk, te Ieper en te Veurne met ingang van 1 oktober 2002, de heer Feys, C., griffier bij deze rechtbanken.
Par arreˆte´s royaux du 2 août 2002, sont de´signe´s greffier-chef de service pour un nouveau terme de trois ans : — a` la cour du travail de Gand a` partir du 1er septembre 2002, Mme Schouten, G., greffier a` cette cour. — aux tribunaux de travail de Courtrai, d’Ypres et de Furnes a` partir du 1er octobre 2002, M. Feys, C., greffier a` ces tribunaux.
Het beroep tot nietigverklaring van de voormelde akten met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres : Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel), te worden toegezonden.
Le recours en annulation des actes pre´cite´s a` porte´e individuelle peut eˆtre soumis a` la section administration du Conseil d’Etat ende´ans les soixante jours apre`s cette publication. La requeˆte doit eˆtre envoye´e au Conseil d’Etat (adresse : rue de la Science 33, 1040 Bruxelles), sous pli recommande´ a` la poste.
* MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW
MINISTERE DES CLASSES MOYENNES ET DE L’AGRICULTURE [2002/16187]
[2002/16187] Bureau d’Intervention et de Restitution belge Délégation de signatures. — Erratum
In het Belgisch Staatsblad van 15 augustus 2002, op bladzijde 35217, gelieve de tekst onder rubriek b) als volgt te lezen :
Dans le Moniteur belge du 15 août 2002, à la page 35217, veuillez lire le texte de la rubrique b) de la façon suivante :
b) ingeval de leidende ambtenaren afwezig of verhinderd zijn, is een dubbele handtekening van onder de vier sub 2 tot 5 vermelde ambtenaren vereist om het Bureau te binden;
b) en cas d’absence ou d’empêchement des fonctionnaires dirigeants, une double signature parmi celles des quatre fonctionnaires repris sous 2 à 5 est requise pour engager le Bureau;
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau Machtigingen — Erratum
*
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN
MINISTERE DE L’INTERIEUR
[2002/00428] 17 MEI 2002. — Koninklijk besluit waarbij een einde wordt gesteld aan de zending van algemeen nut van de heer Dominique Bastenier bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken, diensten van de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad
[2002/00428] 17 MAI 2002. — Arrêté royal mettant fin à la mission d’intérêt général de M. Dominique Bastenier auprès du Ministère de l’Intérieur, services du Gouverneur de l’arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de artikelen 37 en 107 van de Grondwet,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu les articles 37 et 107 de la Constitution,
Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 2001, waarbij de heer Dominique Bastenier, Inspecteur-generaal bij de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast wordt met een zending van algemeen nut bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken, diensten van de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad,
Vu l’arrêté royal du 16 novembre 2001 chargeant M. Dominique Bastenier, Inspecteur général à la Société de Développement de la Région de Bruxelles Capitale, d’une mission d’intérêt général auprès du Ministère de l’Intérieur, services du Gouverneur de l’arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale,
Gelet op het schrijven van 3 april 2002 waarbij de heer Dominique Bastenier verzoekt, om persoonlijke redenen, een einde te stellen aan zijn zending van algemeen nut,
Vu la lettre du 3 avril 2002, par laquelle M. Dominique Bastenier souhaite, pour des raisons personnelles, mettre fin à sa mission d’intérêt général,
37246
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Intérieur, Nous avons arreˆté et arreˆtons :
Artikel 1. Er wordt een einde gesteld aan de zending van algemeen nut van de heer Dominique Bastenier bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken, diensten van de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad. Art. 2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 19 april 2002. Art. 3. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Article 1er. Il est mis fin à la mission d’intérêt général de M. Dominique Bastenier auprès de Ministère de l’Intérieur, services du Gouverneur de l’arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale. Art. 2. Le présent arrêté produit ses effets le 19 avril 2002. Art. 3. Notre Ministre de l’Intérieur est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 17 mai 2002.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 17 mei 2002.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE
Le Ministre de l’Intérieur, A. DUQUESNE
[2002/00348]
[2002/00348]
Vernieuwing van de Commissie voor de Erkenning van Beveiligingsondernemingen
Renouvellement de la Commission d’Agrément des Entreprises de Sécurité
Bij ministerieel besluit van 22 april 2002, artikel 1, van het ministerieel besluit van 29 april 1997 tot vernieuwing van de Commissie voor de Erkenning van Beveiligingsondernemingen, zoals gewijzigd door de ministeriële besluiten van 23 juni 1997, 28 juli 1998, 27 januari 2000, 20 maart 2000, 19 juli 2000 en 19 juni 2001, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Artikel 1. De volgende personen worden benoemd tot leden van de Commissie Erkenning van Beveiligingsondernemingen : Als vertegenwoordiger van de federale politie : - effectieven leden : de heer F. Viatour; de heer F. Verthe; - plaatsvervangende leden : de heer B. Vanhoutte; de heer Van Roy. Als vertegenwoordigers va de lokale politie : - effectieven leden : de heer L. Van Beylen; de heer G. Van Wymersch; - plaatsvervangende leden : de heer A. Janssens; de heer P. ’T Kindt. Als vertegenwoordigers van de beroepsverenigingen van de electrotechnisch installateurs erkend door het Ministerie van Middenstand : - effectieven leden : de heer W. Pauwels; de heer P. Carette; de heer K. De Groote; - plaatsvervangende leden : de heer R. Crutzen;
Par arrêté ministériel du 22 avril 2002, l’article 1er, de l’arrêté ministériel du 29 avril 1997 relatif au renouvellement de la Commission d’Agrément des Entreprises de Sécurité, modifié par les arrêtés ministériels des 23 juin 1997, 28 juillet 1998, 27 janvier 2000, 20 mars 2000, 19 juillet 2000 et 19 juin 2001, est remplacé par la disposition suivante : « Article 1er. Les personnes suivantes sont nommées comme membres de la Commission d’Agrément des Entreprises de Sécurité : Comme représentants de la police fédérale : - membres effectifs : M. F. Viatour; M. F. Verthe; - membres suppléants : M. B. Vanhoutte; M. Van Roy. Comme représentants de la police locale : - membres effectifs : M. L. Van Beylen; M. G. Van Wymersch; - membres suppléants : M. A. Janssens; M. P. ’T Kindt. Comme représentants des associations professionnelles des installateurs-électriciens agréés par le Ministère des Classes moyennes : - membres effectifs : M. W. Pauwels; M. P. Carette; M. K. De Groote; - membres suppléants : M. R. Crutzen;
de heer R. Ost;
M. R. Ost;
de heer Y. Longin.
M. Y. Longin.
Als vertegenwoordigers van de beroepsorganisaties die representatief zijn voor de alarmindustrie die lid zijn van Euralarm :
Comme représentants des associations professionnelles représentatives de l’industrie d’alarme et qui sont membres d’Euralarm :
- effectieve leden :
- membres effectifs :
de heer B. Della Faille;
M. B. Della Faille;
Mevr. M. Licops;
Mme M. Licops;
de heer M. Dekeukelaere;
M. M. Dekeukelaere;
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE - plaatsvervangende leden : de heer B. Verhulst; de heer D. Noe; de heer F. Huyghebaert. Als vertegenwoordiger van de geaccrediteerde certificatie-of keuringsinstelling : - effectief lid : de heer P. De Potter; - plaatsvervangend lid : de heer V. Lotin.
37247
- membres suppléants : M. B. Verhulst; M. D. Noe; M. F. Huyghebaert. Comme représentant d’un organisme de certification accrédité : - membre effectif : M. P. De Potter; - membre suppléant : M. V. Lotin.
* MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
MINISTERE DE L’INTERIEUR ET SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[C − 2002/09798] Geı¨ntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus
[C − 2002/09798] Police inte´gre´e structure´e a` deux niveaux
Bij ministerieel besluit van 14 augustus 2002 wordt de heer Peeters, Alphonse, hoofdcommissaris bij de politiezone van Schaarbeek - SintJoost-ten-Node - Evere, aangewezen als werkend lid van de lokale politie bij het controleorgaan bedoeld in artikel 44/7 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.
Par arreˆte´ ministe´riel du 14 août 2002, M. Peeters, Alphonse, commissaire divisionnaire a` la zone de police Schaerbeek Saint-Josse-ten-Node - Evere, est de´signe´ en qualite´ de membre effectif repre´sentant de la police locale aupre`s de l’organe de controˆle vise´ a` l’article 44/7 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police.
Bij ministerieel besluit van 14 augustus 2002 wordt de heer Gustin, Daniel, commissaris bij de politiezone van de Fagnes, aangewezen als plaatsvervangend lid van de lokale politie bij het controleorgaan bedoeld in artikel 44/7 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.
Par arreˆte´ ministe´riel du 14 août 2002, M. Gustin, Daniel, commissaire a` la zone de police des Fagnes, est de´signe´ en qualite´ de membre supple´ant repre´sentant de la police locale aupre`s de l’organe de controˆle vise´ a` l’article 44/7 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police.
Bij ministerieel besluit van 14 augustus 2002 wordt de heer Van Damme, Willy, hoofdcommissaris bij de federale politie, aangewezen als werkend lid van de federale politie bij het controleorgaan bedoeld in artikel 44/7 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.
Par arreˆte´ ministe´riel du 14 août 2002, M. Van Damme, Willy, commissaire divisionnaire a` la police fe´de´rale, est de´signe´ en qualite´ de membre effectif repre´sentant de la police fe´de´rale aupre`s de l’organe de controˆle vise´ a` l’article 44/7 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police.
Bij ministerieel besluit van 14 augustus 2002 wordt de heer Lanssen Marc, commissaris bij de federale politie, aangewezen als plaatsvervangend lid van de federale politie bij het controleorgaan bedoeld in artikel 44/7 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.
Par arreˆte´ ministe´riel du 14 août 2002, M. Lanssen, Marc, commissaire a` la police fe´de´rale, est de´signe´ en qualite´ de membre supple´ant repre´sentant de la police fe´de´rale aupre`s de l’organe de controˆle vise´ a` l’article 44/7 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police.
Bij ministerieel besluit van 14 augustus 2002 wordt de heer Brulin Hughes, adjunct-adviseur bij het centrale bestuur van de Federale Overheidsdienst Justitie, aangewezen als werkende deskundige van het controleorgaan bedoeld in artikel 44/7 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.
Par arreˆte´ ministe´riel du 14 août 2002, M. Brulin, Hughes, conseiller adjoint aupre`s de l’administration centrale du Service public fe´de´ral Justice, est de´signe´ en qualite´ d’expert effectif aupre`s de l’organe de controˆle vise´ a` l’article 44/7 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police.
Bij ministerieel besluit van 14 augustus 2002 wordt de heer Renard, Bertrand, assistent der vorsing bij het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie, aangewezen als plaatsvervangende deskundige van het controleorgaan bedoeld in artikel 44/7 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt. De besluiten treden in werking op 1 september 2002. Overeenkomstig de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel, te worden toegezonden.
Par arreˆte´ ministe´riel du 14 août 2002, M. Renard, Bertrand, assistant de recherches aupre`s de l’Institut national de Criminalistique et de Criminologie, est de´signe´ en qualite´ d’expert supple´ant aupre`s de l’organe de controˆle vise´ a` l’article 44/7 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police. Les arreˆte´s entrent en vigueur le 1er septembre 2002. Conforme´ment aux lois coordonne´es sur le Conseil d’Etat, il peut eˆtre fait appel ende´ans les soixante jours apre`s cette publication. La requeˆte doit eˆtre envoye´e, sous pli recommande´ a` la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, 1040 a` Bruxelles.
37248
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP [S − C − 2002/35947] Vlaamse Heraldische Raad. — Vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen (decreet van 3 februari 1998, uitvoeringsbesluiten van 17 juli 2000) De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Noe¨l Germain Jules Boussemaere, huismeester-opvoeder, geboren te Ieper op 24 december 1951, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In sabel twee afgewende schuingekruiste zeisen van zilver, vergezeld in elke hoek van een korenaar van hetzelfde. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van sabel. Helmteken : een korenaar van het schild tussen een vlucht van hermelijn. Wapenspreuk : OPTIMUM PETO in letters van sabel op een lint van zilver; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 21 juni 2002. Wapenregister onder nr. 31 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Paul Lievien Jan Cornelis, ambtenaar, geboren te Sleidinge op 28 juni 1949, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In lazuur een schuinbalk van zilver, beladen met drie jachthorens van sinopel en vergezeld boven van een tarweschoof en onder van een inktpot met ganzenveer, beide van goud. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van lazuur. Helmteken : een jachthoorn van het schild. Wapenspreuk : IN MOEDIGE TROUW in letters van zilver op een lint van lazuur; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 14 juni 2002. Wapenregister onder nr. 27 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen : Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Yves Raymond Evariste De Baets, kolonel-militair administrateur in ruste, commandeur in de Kroonorde, officier in de Leopoldsorde, geboren te Bressoux op 4 juli 1936, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In sinopel een stormram van goud, uitkomend uit de linkerflank, vergezeld van drie penningen van zilver. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van sinopel. Helmteken : een rad van goud, gevleugeld van zilver. Wapenspreuk : VOLHARD IN TEGENSPOED in letters van goud op een lint van sinopel; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 2 februari 2002. Wapenregister onder nr. 17 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Rogier Albrecht Andries Depuydt, ere-extern accountant IDAC, geboren te Gistel op 24 augustus 1925, het recht het wapen te voeren zoals het hier in beschreven en afgebeeld : In zilver een zittende kikvors van sinopel, vergezeld van drie kruisjes van keel en een versmalde zoom van sabel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van sinopel. Helmteken : een rechtopstaande ganzenveer van zilver tussen twee schuingekruiste tarwearen van goud, samengebonden met een lint van keel. Wapenspreuk : SEMPER ALTIORA PETENS in letters van zilver op een lint van sinopel; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 11 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Hubertus Leonardus Alfons Dreesen, geboren te Rekem op 26 juni 1929, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een schuinkruis van keel, vergezeld van vier dopheitakjes (erica tetralix) van sinopel, gebloemd van keel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van keel. Helmteken : een uitkomende leeuw van keel houdend een rad van goud. Wapenspreuk : DILIGENTIA CRESCENS in letters van goud op een lint van keel; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen;
37249
37250
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 7 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Gerard Beirens, gegradueerde in de bibliotheekeconomische en bibliografische wetenschappen, geboren te Zele op 6 mei 1938, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een keper van keel, vergezeld boven van twee klimmende toegewende beren van natuurlijke kleur, geklauwd en getongd van keel, en onder van een boothamer van keel, de steel schuinlinks geplaatst. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van keel. Helmteken : een uitkomende beer van het schild, houdend een open boek, alles van natuurlijke kleur. Wapenspreuk : SCIENTIA PER LIBROS in letters van goud op een lint van keel; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 4 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan de gebroeders Basiel Camiel Eeckhout, directeur Administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumenten en Landschappen bij het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, burgemeester van de gemeente Zwalm, geboren te Oudenaarde op 16 augustus 1939, Lionel Isidoor Eeckhout, aannemer van bouwwerken, geboren te Oudenaarde op 3 september 1946 en Noe¨l Edmond Eeckhout, verkoopsdirecteur bouwmaterialen, geboren te Oudenaarde op 30 december 1951, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In lazuur drie eikenbladeren en vijf gestengelde eikels straafsgewijze geplaatst, de stengels aanstotend en de eikenbladeren in krukvorm geplaatst, vergezeld onder van een versmalde golvende dwarsbalk en in de schildvoet van een truweel, alles van goud. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel met wrong en dekkleden van goud en van lazuur. Helmteken : een zwaard van zilver met gevest van goud, beladen met twee schuingekruiste ganzenveren van hetzelfde. Wapenspreuk : CRESCERE PER OFFICIUM, in letters van goud op een lint van lazuur; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 5 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Jules Goffin, eredirecteur bij het Technicum te Antwerpen, officier in de Orde van Leopold II, geboren te Antwerpen op 31 juli 1914, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een golvende dwarsbalk van lazuur, vergezeld boven van drie grenspalen van sabel en onder van een duindistel van sinopel met een bloemknop van zilver. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van lazuur. Helmteken : een karveel van natuurlijke kleur. Wapenspreuk : TANGERE PERICULOSUM in letters van goud op een lint van lazuur; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 3 december 2001. Wapenregister onder nr. 15 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Carl Maria Lodewijk Kestens, geboren te Antwerpen op 28 april 1925, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een schuinkruis van lazuur, beladen met twee omgekeerde zwaarden van zilver met gevest van goud, en vergezeld boven van een hart van keel en in de andere hoeken van een hoefijzer van sabel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van lazuur. Helmteken : een achthoekig scherm van lazuur, omboord en met acht kwastjes van goud, beladen met de schuinkruiste zwaarden van het schild. Wapenspreuk : MET HET HART in letters van goud op een lint van lazuur; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 8 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Guido Jacobus Langers, projectcoo¨rdinator, geboren de Rekem op 18 april 1945, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In zilver een golvende linkerschuinbalk van lazuur, vergezeld boven van een springende haas in de richting van de schuinbalk en onder van een dopheideplant, alles van natuurlijke kleur. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van lazuur. Helmteken : een uitkomende haas van het schild. Wapenspreuk : NIL DESPERANDUM in letters van lazuur op een lint van zilver;
37251
37252
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 20 februari 2002. Wapenregister onder nr. 14 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Camille Jean Hubert Louvette, geboren te Bommershoven op 12 juni 1922, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : Gedeeld 1. in keel een klimmende wolf van zilver 2. in goud acht vierkantig geslepen diamanten van sabel, elk rustend op een hoek en geplaatst 2, 2, 2 en 2. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van lazuur, met wrong en dekkleden van goud en keel. Helmteken : de klimmende wolf uit het schild. Wapenspreuk : SOLITAIR DOCH SOLIDAIR in letters van goud op een lint van keel; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 20 september 2001. Wapenregister onder nr. 12 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Jean Pierre Marie Henri Maurice Maldague, letterkundige onder het pseudoniem « Maldague de la He´ry », ridder in de Kroonorde, geboren te Hoboken op 23 december 1930, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : Geschuind, boven in lazuur drie mereltjes van zilver en onder in hermelijn een uitkomende eenhoorn van lazuur. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van lazuur. Helmteken : een dolk met gebroken lemmet van zilver en met gevest van goud tussen een vlucht van lazuur. Wapenspreuk : LABOR IMPROBUS OMNIA VINCIT in letters van zilver op een lint van lazuur; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 29 juni 2002. Wapenregister onder nr. 26 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Robert Gilbert Ruys, hoofdsecretaries bij het Parket van de Procureur des Konings te Dendermonde, geboren te Hamme op 6 september 1940, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een keper van keel, vergezeld boven van twee schietspoelen van natuurlijke kleur met uiteinden van zilver, en onder van een vlasstengel van sinopel, paalsgewijze geplaatst, eindigend met een bloem van lazuur, linksafhangend. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van keel. Helmteken : twee schietspoelen van het schild, schuingekruist. Wapenspreuk : JUSTITIA SERVIRE in letters van keel op een lint van goud; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 maart 2002. Wapenregister onder nr. 19 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Jozef Carolina Arthur Theunis, erevoorzitter van de Royal Antwerp Aviation Club, officier in de Kroonorde, ridder in de Leopoldsorde, geboren te Antwerpen op 13 februari 1927, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In zilver een dwarsbalk van keel ondersteund door een paal van hetzelfde, vergezeld boven van drie Sint-Antoniuskrukken van sabel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van keel. Helmteken : een adelaarsvleugel van zilver, beladen met de stukken van het schild. Wapenspreuk : TENEAS TUIS TE in letters van zilver op een lint van keel; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 10 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Joseph Louis Gregoire Van Hoof, gewezen nationaal secretaris van de Christelijke Centrale Energie, Chemie en Leder, secretaris-generaal van het Koninklijk College der Eredekens van de Arbeid, erereservekapitein-commandant bij de Genie, eredeken van de Arbeid, geboren te Leopoldsburg op 29 september 1927, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In sabel een uitgerukte eik van goud, vergezeld van acht vijfbladen van hetzelfde, zoomsgewijze geplaatst en een gespard schildhoofd van zilver. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van sabel. Helmteken : een kruis van goud. Wapenspreuk : IN HOUWE TROUWE in letters van sabel op een lint van goud; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen;
37253
37254
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 29 maart 2002. Wapenregister onder nr. 24 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Willy Henri Marie Edmond Van Lishout, voormalig directeur van het Vormingscentrum voor Zelfstandigen te Hasselt, ereschepen van de stad Hasselt, reserveofficier, geboren te Hasselt op 29 april 1931, en aan zijn broer Henri Joseph Marie Charles Van Lishout, industrieel ingenieur, ereadjunct-directeur bij het Provinciebestuur van Limburg, officier in de Leopoldsorde, geboren te Hasselt op 15 juli 1932, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In zilver een schuinbalk van lazuur, beladen met drie molenijzers van goud en vergezeld van twee geplante hazelaars van sinopel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van zilver en van lazuur. Helmteken : een molenijzer van keel. Wapenspreuk : UIT HET GOEDE HOUT GESNEDEN, in letters van lazuur op een lint van zilver; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 20 februari 2002. Wapenregister onder nr. 13 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Gustaaf Frans Maria gezegd Staf Velinden, bestuurder van vennootschappen, geboren te Lier op 3 februari 1935, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In keel een keper vergezeld boven van twee toegewende schaapskoppen en onder van een lindenblad, alles van zilver. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, wrong en dekkleden van zilver en van keel. Helmteken : een lindenboom van zilver. Wapenspreuk : DUM VIVIMUS DUM VIVAMUS in letters van keel op een lint van zilver; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 12 mei 2002. Wapenregister onder nr. 22 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering postuum aan Georges Jean Baptiste Verschooris, gewezen gemeentesecretaris van Rozebeke, Gijzenzele, Oombergen en Munte, gewezen O.C.M.W.-secretaris te Melle, geboren te Pimprez (Oise, F) op 22 juli 1929 en overleden te De Panne op 27 maart 2001, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een geleliede dubbele binnenzoom van sinopel met twee toegewende en kepersgewijze geplaatste ploegijzers van keel over alles heen. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van lazuur, met wrong van goud, van sinopel en van keel en dekkleden rechts van goud en van sinopel, links van goud en van keel. Helmteken : een ronde geleliede dubbele binnenzoom van sinopel, beladen met vier kepers van keel, de bovenste afgesneden; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 30 mei 2002. Wapenregister onder nr. 29 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Felix Rachel Waldack, ambtenaar, geboren te Gent op 18 april 1953, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : Gedeeld van goud en van sabel met over alles heen een mestvork en een schietspoel, schuingekruist en vergezeld boven van een gaande ever, alles van het een in het ander. Het schild getopt met een helm wrong en dekkleden van goud en van sabel. Helmteken : een everkop van sabel, getongd en met slagtanden van goud; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 30 mei 2002. Wapenregister onder nr. 20 De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Guy Waltenier, beheerder van maatschappijen, geboren te Mark-bij-Edingen op 2 april 1935, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In goud een keper van keel, vergezeld van drie uitgerukte bomen van sinopel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van keel. Helmteken : een uitgerukte boom van het schild;
37255
37256
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 28 november 2001. Wapenregister onder nr. 16
De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 3 februari 1998 houdende vaststelling van het wapen van prive´-personen en instellingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van voornoemd decreet; Gelet op het verzoek ingediend door de aanvrager uit hoofde van artikel 10 van voornoemd decreet; Gelet op het eensluidend advies van de Vlaamse Heraldische Raad; Verleent de Vlaamse regering aan Alexander Zanzer, doctor in de economische wetenschappen, ereconsul van Mongolie¨ te Antwerpen met consulair district Vlaanderen, geboren te Kishinev (Moldavie¨) op 11 februari 1965, het recht het wapen te voeren zoals het hier is beschreven en afgebeeld : In lazuur een keper van goud, vergezeld boven van twee briljanten van natuurlijke kleur en onder van een open boek van zilver, en een schildhoofd van goud, beladen met een negenarmige menora van sabel. Het schild getopt met een helm van zilver, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van keel, met wrong en dekkleden van goud en van lazuur. Helmteken : een uitkomende leeuw van sabel, met in de rechtervoorpoot het Hebreeuwse teken « ts » van goud. Wapenspreuk : KENNEN IS KUNNEN in letters van lazuur op een lint van goud; Bepaalt dat voormeld wapen mag gevoerd worden door de begunstigde en zijn naamdragende afstammelingen, zowel mannelijke als vrouwelijke, waarbij enkel de mannelijke het wapen kunnen overdragen; Beveelt aan de Vlaamse Heraldische Raad deze wapenbrief in te schrijven in het daartoe bestemde wapenregister en hem in het Belgisch Staatsblad bekend te maken. Gegeven te Brussel, op 25 september 2001. Wapenregister onder nr. 9
De secretaris van de Vlaamse Heraldische Raad, B. EECKHOUT De voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, L. VIAENE-AWOUTERS De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN De Minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL
* Departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur [C − 2002/36085] Vlaamse Adviesraad voor erkenning van verzorgingsvoorzieningen. — Benoeming Bij besluit van de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen d.d. 25 juni 2002 worden de voorzittter, de plaatsvervangend voorzitter, de leden en de plaatsvervangende leden van de Vlaamse Adviesraad voor erkenning van verzorgingsvoorzieningen benoemd met ingang van 1 januari 2002.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Departement Economie, Werkgelegenheid, Binnenlandse Aangelegenheden en Landbouw [C − 2002/36021] Besluiten betreffende de provincies, steden, gemeenten en O.C.M.W.’s PROVINCIE ANTWERPEN. — Bij besluit van 25 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de derde reeks wijzigingen aan de begroting voor het jaar 2002 van de provincie Antwerpen, zoals aangenomen door de provincieraad in zitting van 27 juni 2002, definitief vastgesteld met een geraamd algemeen begrotingsresultaat van 359.390 euro in de gewone dienst.
PROVINCIE LIMBURG 2002. — Bij besluit van 17 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de tweede reeks wijzigingen aan de begroting van de provincie Limburg voor het jaar 2002 zoals ze door de provincieraad in zitting van 19 juni 2002 werd vastgesteld, goedgekeurd.
HAMONT-ACHEL. — Bij besluit van 25 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt voor de provincie Limburg een bedrag van 2.093,51 euro toegevoegd aan de trekkingsrechten uit het Investeringsfonds als gevolg van de eindafrekening voor de herinrichting van de waterloop van 2de categorie, nr. 337 ″De Vliet″, tussen Eind en Oude Baan te Hamont-Achel.
LOMMEL. — Bij besluit van 25 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken werd aan de provincie Limburg toestemming verleend tot gebruik van 41.399,00 euro trekkingsrechten uit het Investeringsfonds voor de uitbreiding en renovatie van de houtateliers, sanitaire en centrale verwarmingsinstallatie, van de Provinciale School te Lommel.
PROVINCIE WEST-VLAANDEREN. — Bij besluit van 25 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid wordt de eerste reeks wijzigingen aan de begroting van de provincie West-Vlaanderen voor het jaar 2002 zoals ze door de provincieraad in zitting van 27 juni 2002 werd vastgesteld, goedgekeurd.
HERENTHOUT. — Bij besluit van 26 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de begroting voor 2002 definitief vastgesteld.
[C − 2002/36063] Interlokale samenwerking en lokale openbare bedrijven Bij besluit van 21 juni 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid wordt het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Brugge van 25 januari 2002 houdende de oprichting en vaststelling van de statuten van de vereniging VZW Sociaal Verhuurkantoor Brugge, niet goedgekeurd.
Bij besluit van 27 juni 2002 hecht de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid zijn goedkeuring aan de besluiten van 19 december 2001 en 1 maart 2002 van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf « Stadsvernieuwing Oostende» houdende de definitieve vaststelling van de statuten van het autonoom gemeentebedrijf.
37257
37258
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Bij besluit van 2 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, wordt de Intercommunale Vereniging van het Land van Waas, Lamstraat 113, 9100 Sint-Niklaas gemachtigd tot het verwerven, bij wege van onteigening tot nut van het algemeen, van een perceel grond gelegen in Beveren (deelgemeente Vrasene), groot 522 m2, er kadastraal bekend zoals vermeld in genoemd besluit, met het oog op de realisatie van het wooninbreidingsproject « Hoogland ». Hetzelfde besluit verklaart dat de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden, bepaald bij artikel 5 van de wet van 26 juli 1962, op dezelfde onteigening mag worden toegepast.
Bij besluit van 10 juli 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, wordt de Intercommunale voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving, afgekort : « IGEMO », Schoutetstraat 2, 2800 Mechelen gemachtigd tot het verwerven, bij wege van onteigening tot nut van het algemeen, van gronden gelegen in Duffel, groot 8 ha 37 a 99 ca er kadastraal bekend zoals vermeld in genoemd besluit, met het oog op de realisatie van het onteigeningsplan : « KMO-zone Itterbeek tweede fase ». Hetzelfde besluit verklaart dat de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden, bepaald bij artikel 5 van de wet van 26 juli 1962, op dezelfde onteigening mag worden toegepast.
Bij besluit van 1 augustus 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt het besluit van de Raad van Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Brugge va 7 december 2001, houdende de oprichting van en vaststelling van de statuten van de vereniging WOK Brugge, goedgekeurd.
Bij besluit van 1 augustus 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Tongeren, via zijn deelneming in de AV Vesalius, gemachtigd tot oprichting van een vereniging VZW Limburgs PET-Centrum’ op grond van hoofdstuk XIIbis van de organieke wet op de OCMW’s met het oog op de exploitatie van een ziekenhuisactiviteit, overeenkomstig het besluit van de OCMW raad van 24 april 2002.
Bij besluit van 1 augustus 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Hasselt gemachtigd tot oprichting van een vereniging VZW Limburgs PET-Centrum’ op grond van hoofdstuk XII bis van de organieke wet op de OCMW’s, met het oog op de exploitatie van een ziekenhuisactiviteit, overeenkomstig de besluiten van de OCMW raad van 20 november 2001 en 18 december 2001.
Bij besluit van 1 augustus 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Genk, via zijn deelname in de AV Ziekenhuis Oost-Limburg, gemachtigd tot oprichting van een vereniging VZW Limburgs PET-Centrum’, op grond van hoofdstuk XII bis van de organieke wet op de OCMW’s met het oog op de exploitatie van een ziekenhuisactiviteit, overeenkomstig het besluit van de OCMW raad van 21 december 2001.
Bij besluit van 1 augustus 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken wordt de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW van Bilzen, via zijn deelneming in de AV Vesalius, gemachtigd tot oprichting van een vereniging VZW Limburgs PET-Centrum’, op grond van hoofdstuk XII bis van de organieke wet op de OCMW’s met het oog op de exploitatie van een ziekenhuisactiviteit, overeenkomstig het besluit van de OCMW raad van 20 februari 2002.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Departement Leefmilieu en Infrastructuur
[C − 2002/36061] Wegen. — Onteigeningen. — Spoedprocedure BILZEN. — Bij besluit d.d. 5 juli 2002 van de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie is voorgeschreven dat de bepalingen van artikel 5 van de wet van 26 juli 1962,tot instelling van een rechtspleging bij dringende omstandigheden inzake onteigeningen ten algemeen nut, dienen te worden toegepast voor de onteigeningen door het Vlaams Gewest op het grondgebied van de stad Bilzen. Plan 16 DC G/23036 is ter inzage bij de administratie Wegen en Verkeer afdeling Wegen en Verkeer Limburg, Taxandriacenter, Gouverneur Roppesingel 25 – 1°verd., 3500 Hasselt. De geldigheid van dit besluit kan voorwerp zijn van een beroep bij de Raad van State. Het verzoekschrift dient, binnen de 60 dagen, aangetekend te worden neergelegd voorzien van nodige fiscale zegels.
EEKLO. — Bij besluit d.d. 9 juli 2002 van de minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, is voorgeschreven dat de bepalingen van artikel 5 van de wet van 26 juli 1962, tot instelling van een rechtspleging bij dringende omstandigheden inzake onteigeningen ten algemenen nutte, dienen te worden toegepast voor de onteigening door het Vlaamse Gewest op het grondgebied van de stad Eeklo nodig voor het bouwen van een brug over de N49 Zelzate – Maldegem in de N434 (Peperstraat). Het onteigeningsplan B/9727 is ter inzage bij de administratie Wegen en Verkeer - afdeling Wegen en Verkeer Oost-Vlaanderen, Gebouw Portalis, Bollebergen 2B-bus 12, 9052 Zwijnaarde. De geldigheid van dit besluit kan voorwerp zijn van een beroep bij de Raad van State. Het verzoekschrift dient, binnen de 60 dagen, aangetekend te worden neergelegd voorzien van de nodige fiscale zegels.
RIJKEVORSEL. — Bij besluit d.d. 9 juli 2002 van de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie is voorgeschreven dat de bepalingen van artikel 5 van de wet van 26 juli 1962, tot instelling van een rechtspleging bij dringende omstandigheden inzake onteigening ten algemeen nut, dienen te worden toegepast voor de onteigeningen door het Vlaams Gewest op het grondgebied van de gemeente Rijkevorsel voor de herinrichting van de N14 (Hoek) in de doortocht te Rijkevorsel. Plan C/15.337 is ter inzage bij de administratie Wegen en Verkeer –afdeling Wegen Antwerpen – Copernicuslaan 1, bus 12 te 2018 Antwerpen. De geldigheid van dit besluit kan voorwerp zijn van een beroep bij de Raad van State. Het verzoekschrift dient, binnen de 60 dagen, aangetekend te worden neergelegd voorzien van de nodige fiscale zegels.
TONGEREN. — Bij besluit d.d. 24 juli 2002 van de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie is voorgeschreven dat de bepalingen van artikel 5 van de wet van 26 juli 1962,tot instelling van een rechtspleging bij dringende omstandigheden inzake onteigeningen ten algemeen nut, dienen te worden toegepast voor de onteigeningen door het Vlaams Gewest op het grondgebied van de gemeente Tongeren. Plannen 16DC G/023095 00 - 16DC G/023099 00 zijn ter inzage bij de administratie Wegen en Verkeer afdeling Wegen en Verkeer Limburg, Taxandriacenter, Gouverneur Roppesingel 25 – 1°verd., 3500 Hasselt. De geldigheid van dit besluit kan voorwerp zijn van een beroep bij de Raad van State. Het verzoekschrift dient, binnen de 60 dagen, aangetekend te worden neergelegd voorzien van nodige fiscale zegels.
37259
37260
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
COMMUNAUTE FRANÇAISE — FRANSE GEMEENSCHAP VERTALING MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP
MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE [C − 2002/29408]
[C − 2002/29408]
Mise a` la retraite
Inrustestelling
Par arreˆte´ du Gouvernement de la Communaute´ franc¸aise du 26 mars 2002, de´mission honorable de ses fonctions est accorde´e le 1er juillet 2002 a` M. Pierre Marchand, directeur ge´ne´ral. A partir de cette date, l’inte´resse´ est autorise´ a` faire valoir ses droits a` une pension de retraite et a` porter le titre honorifique de ses fonctions.
Bij besluit van de Regering van de Frans Gemeenschap van 26 maart 2002, wordt op 1 juli 2002 eervol ontslag uit zijn ambt verleend aan de heer Pierre Marchand, directeur-generaal. Vanaf die datum, wordt de betrokkene ertoe gemachtigd zijn rechten op een rustpensioen te doen gelden en de eretitel van zijn ambt te voeren.
REGION WALLONNE — WALLONISCHE REGION — WAALS GEWEST MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [C − 2002/27698] 11 MARS 2002. — Arreˆte´ ministe´riel portant cre´ation de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique du Beber Loch (Trou aux Flaques) a` Lontzen Le Ministre de l’Agriculture et de la Ruralite´, Vu la loi du 12 juillet 1973, sur la conservation de la nature; Vu l’arreˆte´ de l’Exe´cutif re´gional wallon du 26 janvier 1995 relatif a` la protection des cavite´s souterraines d’inte´reˆt scientifique, et notamment l’article 3; Vu la convention passe´e entre M. et Mme Cormann et la Re´gion wallonne en date du 25 octobre 1999; Vu l’avis du Conseil supe´rieur wallon de la conservation de la nature, donne´ le 16 octobre 2001; Vu l’avis du Ministe`re de la Communaute´ germanophone, donne´ le 6 décembre 2001; Conside´rant l’inte´reˆt biologique et notamment chiropte´rologique de la cavite´ souterraine de´nomme´e ″Beber Loch″, Arreˆte : Article 1er. Le ″Beber Loch″ est de´signe´ en tant que cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique. Son acce`s est situe´ sur la parcelle cadastre´e : Commune de Lontzen, 1re division, section E, parcelles n° 94a et 94b, appartenant a` M. et Mme Cormann et figure sur la carte ci-annexe´e. Art. 2. Le directeur du centre de Malmedy met en œuvre les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ reprise a` l’article 1er. A cette fin, il organise un comite´ de gestion. Le Ministe`re de la Communaute´ germanophone est associe´e au comite´ de gestion. Art. 3. Les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ consistent a` placer une fermeture adapte´e sur l’acce`s au re´seau. Le dispositif de fermeture posse`de, outre des passages calibre´s pour les chauves-souris et de l’ouverture pour le suivi scientifique, une ouverture re´duite au niveau du sol permettant notamment le passage des batraciens. Cette fermeture fait l’objet de l’agre´ment du comite´ de gestion. Art. 4. L’acce`s au site n’est autorise´ que pour y effectuer des ope´rations de gestion et de suivi scientifique, biologique et notamment chiropte´rologique. Seuls, les personnes mandate´es par le comite´ de gestion et le proprie´taire peuvent acce´der a` l’inte´rieur des cavite´s, moyennant le respect des pe´riodes d’hivernage et des mesures de gestion du site. Des recherches scientifiques et spe´le´ologiques peuvent eˆtre effectue´es moyennant l’accord du comite´ de gestion, le respect de l’inte´grite´ de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique ainsi que le respect des mesures de gestion et de suivi scientifique. Namur, le 11 mars 2002. J. HAPPART La carte peut eˆtre consulte´e aupre`s de la Direction ge´ne´rale des Ressources naturelles et de l’Environnement, Division de la Nature et des Foreˆts, Direction de la Nature, avenue Prince de Lie`ge 15, a` 5100 Jambes.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE ÜBERSETZUNG MINISTERIUM DER WALLONISCHEN REGION [C − 2002/27698] ¨ RZ 2002 — Ministerialerlass zur Errichtung des unterirdischen Hohlraums wissenschaftlichen Interesses 11. MA ″Beber Loch″ (Trou aux Flaques) in Lontzen
Der Minister der Landwirtschaft und der la¨ndlichen Angelegenheiten,
Aufgrund des Gesetzes vom 12. Juli 1973 u¨ber die Erhaltung der Natur; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regionalexekutive vom 26. Januar 1995 zum Schutz der unterirdischen Hohlra¨ume wissenschaftlichen Interesses, insbesondere des Artikels 3; Aufgrund des am 25. Oktober 1999 zwischen Herrn und Frau Cormann und der Wallonischen Region abgeschlossenen Vertrags; Aufgrund des am 16. Oktober 2001 abgegebenen Gutachtens des ″Conseil supe´rieur wallon de la conservation de la nature″ (Wallonischer hoher Rat fu¨r die Erhaltung der Natur); Aufgrund des am 6. Dezember 2001 abgegebenen Gutachtens des Ministeriums der Deutschsprachigen Gemeinschaft; In Erwa¨gung des biologischen und insbesondere chiropterologischen Interesses des ″Beber Loch″ genannten unterirdischen Hohlraums, Beschließt: Artikel 1 - Das ″Beber Loch″ wird als unterirdischer Hohlraum wissenschaftlichen Interesses bezeichnet. Sein Zugang befindet sich auf der Herrn und Frau Cormann geho¨renden und auf der beigefu¨gten Karte dargestellten Parzelle, die wie folgt katastriert ist : Gemeinde Lontzen, 1. Gemarkung, Flur E, Parzelle Nr. 94a und 94b. Art. 2 - Der Direktor des Zentrums Malmedy fu¨hrt die Sondermaßnahmen zum Schutz und zur Verwaltung des im ersten Artikel erwa¨hnten Hohlraums durch. Zu diesem Zweck bildet er einen Verwaltungsausschuss. Das Ministerium der Deutschsprachigen Gemeinschaft ist an dem Verwaltungsausschuss beteiligt. Art. 3 - Die Sondermaßnahmen zum Schutz und zur Verwaltung des Hohlraums bestehen darin, eine angepasste Verschlussvorrichtung an dem Zugang zum Netz des Hohlraums anzubringen. ¨ ffnung fu¨r die Die Verschlussvorrichtung hat, außer den fu¨r die Flederma¨usen passenden Durchga¨ngen und der O ¨ berwachung, eine kleine O ¨ ffnung auf Bodenniveau, die insbesondere den Durchgang der wissenschaftliche U Amphibien ermo¨glicht. Diese Verschlussvorrichtung unterliegt der Zustimmung des Verwaltungsausschusses. Art. 4 - Der Zugang zur Sta¨tte ist nur erlaubt, um Aktionen zur Verwaltung und zur wissenschaftlichen, ¨ berwachung durchzufu¨hren. biologischen und insbesondere chiropterologischen U Nur die vom Verwaltungsausschuss und von den Eigentu¨mern bevollma¨chtigten Personen haben Zugang zum ¨ berwinterungsperioden und der Maßnahmen zur Verwaltung der Innenteil des Hohlraums, unter Beachtung der U Sta¨tte. Wissenschaftliche und ho¨hlenkundliche Forschungen ko¨nnen vorbehaltlich des Einversta¨ndnisses des Verwaltungsausschusses, der Beachtung der Integrita¨t des unterirdischen Hohlraums wissenschaftlichen Interesses sowie der ¨ berwachungsmaßnahmen vorgenommen werden. Beachtung der Verwaltungs- und wissenschaftlichen U Namur, den 11. Ma¨rz 2002 J. HAPPART Die Karte kann bei der Generaldirektion der Naturscha¨tze und der Umwelt, Abteilung Natur und Forstwesen, Direktion der Natur, avenue Prince de Lie`ge 15 in 5100 Jambes eingesehen werden. c
[C − 2002/27695] 14 JUIN 2002. — Arreˆte´ ministe´riel portant cre´ation de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique de l’Ardoisie`re de Recht (e´tage supe´rieur) a` Saint-Vith
Le Ministre de l’Agriculture et de la Ruralite´, Vu la loi du 12 juillet 1973 sur la conservation de la nature; Vu l’arreˆte´ de l’Exe´cutif re´gional wallon du 26 janvier 1995 relatif a` la protection des cavite´s souterraines d’inte´reˆt scientifique, et notamment l’article 3; Vu la convention passe´e entre la ville de Saint-Vith et le Ministe`re de la Re´gion wallonne le 29 mars 2001; Vu l’avis du Conseil supe´rieur wallon de la conservation de la nature, donne´ le 19 mars 2002; Vu l’avis du Ministe`re de la Communaute´ germanophone, donne´ le 18 avril 2002;
37261
37262
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Conside´rant l’inte´reˆt biologique et notamment chiropte´rologique de la cavite´ souterraine de´nomme´e « Ardoisie`re de Recht (e´tage supe´rieur) », Arreˆte : Article 1er. L’Ardoisie`re de Recht (e´tage supe´rieur) est de´signe´e en tant que cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique. Son acce`s est situe´ sur la parcelle cadastre´e : Commune de Saint-Vith, 5e division, section E, parcelle n° 1f, appartenant a` la Ville de Saint-Vith et figure sur la carte ci-annexe´e. Art. 2. Le directeur du centre de Malmedy met en œuvre les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ reprise a` l’article premier. A cette fin, il organise un comite´ de gestion. Le Ministe`re de la Communaute´ germanophone est associe´e au comite´ de gestion. Art. 3. Les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ consistent a` placer une fermeture adapte´e sur l’acce`s au re´seau. Cette fermeture fait l’objet de l’agre´ment du comite´ de gestion. Art. 4. L’acce`s au site n’est autorise´ que pour y effectuer des ope´rations de gestion et de suivi scientifique, biologique et notamment chiropte´rologique. Seules les personnes mandate´es par le comite´ de gestion peuvent acce´der a` l’inte´rieur de la cavite´, en respectant les pe´riodes et les conditions e´tablies par ce dernier. Des recherches scientifiques peuvent eˆtre effectue´es moyennant l’accord du comite´ de gestion, le respect de l’inte´grite´ de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique ainsi que le respect des mesures de gestion et de suivi scientifique. Namur, le 14 juin 2002. J. HAPPART La carte peut eˆtre consulte´e aupre`s de la Direction ge´ne´rale des Ressources naturelles et de l’Environnement, Division de la Nature et des Foreˆts, Direction de la Nature, avenue Prince de Lie`ge 15, a` 5100 Jambes.
ÜBERSETZUNG
[C − 2002/27695] 14. JUNI 2002 — Ministerialerlass zur Errichtung des unterirdischen Hohlraums wissenschaftlichen Interesses der Rechter Schieferstollen (Oberer Stollen) in Sankt Vith Der Minister der Landwirtschaft und der la¨ndlichen Angelegenheiten, Aufgrund des Gesetzes vom 12. Juli 1973 u¨ber die Erhaltung der Natur; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regionalexekutive vom 26. Januar 1995 zum Schutz der unterirdischen Hohlra¨ume wissenschaftlichen Interesses, insbesondere des Artikels 3; Aufgrund des am 29. Ma¨rz 2001 zwischen der Stadt Sankt Vith und dem Ministerium der Wallonischen Region abgeschlossenen Vertrags; Aufgrund des am 19. Ma¨rz 2002 abgegebenen Gutachtens des ″Conseil supe´rieur wallon de la conservation de la nature″ (Wallonischer hoher Rat fu¨r die Erhaltung der Natur); Aufgrund des am 18. April 2002 abgegebenen Gutachtens des Ministeriums der Deutschsprachigen Gemeinschaft; In Erwa¨gung des biologischen und insbesondere chiropterologischen Interesses des ″Rechter Schieferstollen (Oberer Stollen)″ genannten unterirdischen Hohlraums, Beschließt: Artikel 1 - Die Rechter Schieferstollen (oberer Stollen) werden als unterirdischer Hohlraum wissenschaftlichen Interesses bezeichnet. Ihr Zugang befindet sich auf der der Stadt Sankt Vith geho¨renden und auf der beigefu¨gten Karte dargestellten Parzelle, die wie folgt katastriert ist: Gemeinde Sankt Vith, 5. Gemarkung, Flur E, Parzelle Nr. 1f. Art. 2 - Der Direktor des Zentrums Malmedy fu¨hrt die Sondermaßnahmen zum Schutz und zur Verwaltung des im ersten Artikel erwa¨hnten Hohlraums durch. Zu diesem Zweck bildet er einen Verwaltungsausschuss. Das Ministerium der Deutschsprachigen Gemeinschaft ist an dem Verwaltungsausschuss beteiligt. Art. 3 - Die Sondermaßnahmen zum Schutz und zur Verwaltung des Hohlraums bestehen darin, eine angepasste Verschlussvorrichtung am Zugang zum Netz des Hohlraums anzubringen. Diese Verschlussvorrichtung unterliegt der Zustimmung des Verwaltungsausschusses.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Art. 4 - Der Zugang zur Sta¨tte ist nur erlaubt, um Aktionen zur Verwaltung und zur wissenschaftlichen, ¨ berwachung durchzufu¨hren. biologischen und insbesondere chiropterologischen U Nur die vom Verwaltungsausschuss bevollma¨chtigten Personen haben Zugang zum Innenteil des Hohlraums, unter Beachtung der von ihmlfestgelegten Zeitra¨ume und Bedingungen. Wissenschaftliche Forschungen ko¨nnen vorbehaltlich des Einversta¨ndnisses des Verwaltungsausschusses, der Beachtung der Integrita¨t des unterirdischen Hohlraums wissenschaftlichen Interesses sowie der Beachtung der ¨ berwachungsmaßnahmen vorgenommen werden. Verwaltungs- und wissenschaftlichen U
Namur, den 14. Juni 2002
J. HAPPART Die Karte kann bei der Generaldirektion der Naturscha¨tze und der Umwelt, Abteilung Natur und Forstwesen, Direktion der Natur, avenue Prince de Lie`ge 15 in 5100 Jambes eingesehen werden. c
[C − 2002/27696] 14 JUIN 2002. — Arreˆte´ ministe´riel portant cre´ation de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique de l’Ardoisie`re de Laplet a` Alle
Le Ministre de l’Agriculture et de la Ruralite´,
Vu la loi du 12 juillet 1973 sur la conservation de la nature; Vu l’arreˆte´ de l’Exe´cutif re´gional wallon du 26 janvier 1995 relatif a` la protection des cavite´s souterraines d’inte´reˆt scientifique, et notamment l’article 3; Vu la convention passe´e entre MM. et Mmes Dupuis et le Ministe`re de la Re´gion wallonne le 22 octobre 2001; Vu l’avis du Conseil supe´rieur wallon de la conservation de la nature, donne´ le 19 mars 2002; Vu l’avis de la Direction ge´ne´rale de l’Ame´nagement du Territoire et du Logement et du Patrimoine, donne´ le 28 février 2002; Conside´rant l’inte´reˆt biologique et notamment chiropte´rologique de la cavite´ souterraine de´nomme´e « Ardoisie`re de Laplet », Arreˆte : Article 1er. L’Ardoisie`re de Laplet est de´signe´e en tant que cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique. Son acce`s est situe´ sur la parcelle cadastre´e : Commune de Vresse-sur-Semois - Alle, 2e feuille, parcelle n° 758h6, appartenant a` MM. et Mmes Dupuis et figure sur la carte ci-annexe´e. Art. 2. Le directeur du centre de Dinant met en œuvre les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ reprise a` l’article premier. A cette fin, il organise un comite´ de gestion. La Division de l’Arche´ologie de la Direction ge´ne´rale de l’Ame´nagement du Territoire, du Logement et du Patrimoine est associe´e au comite´ de gestion. Art. 3. Les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ consistent a` placer une fermeture adapte´e sur les acce`s au re´seau. Ces fermetures font l’objet de l’agre´ment du comite´ de gestion. Art. 4. L’acce`s au site n’est autorise´ que pour y effectuer des ope´rations de gestion et de suivi scientifique, arche´ologique, biologique et notamment chiropte´rologique. Seules les personnes mandate´es par le comite´ de gestion peuvent acce´der a` l’inte´rieur de la cavite´, en respectant les pe´riodes et les conditions e´tablies par ce dernier. Des recherches scientifiques peuvent eˆtre effectue´es moyennant l’accord du comite´ de gestion, le respect de l’inte´grite´ de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique ainsi que le respect des mesures de gestion et de suivi scientifique.
Namur, le 14 juin 2002.
Le Ministre de l’Agriculture et de la Ruralite´, J. HAPPART La carte peut eˆtre consulte´e aupre`s de la Direction ge´ne´rale des Ressources naturelles et de l’Environnement, Division de la Nature et des Foreˆts, Direction de la Nature, avenue Prince de Lie`ge 15, a` 5100 Jambes.
37263
37264
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE [C − 2002/27697] 14 JUIN 2002. — Arreˆte´ ministe´riel portant cre´ation de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique du Tunnel de Brumagne a` Andenne
Le Ministre de l’Agriculture et de la Ruralite´,
Vu la loi du 12 juillet 1973 sur la conservation de la nature; Vu l’arreˆte´ de l’Exe´cutif re´gional wallon du 26 janvier 1995 relatif a` la protection des cavite´s souterraines d’inte´reˆt scientifique, et notamment l’article 3; Vu la convention passe´e entre la S.A. Carfin et la Re´gion wallonne en date du 16 juillet 2001; Vu l’avis du Conseil supe´rieur wallon de la conservation de la nature, donne´ le 19 mars 2002; Vu l’avis de la Direction ge´ne´rale de l’Ame´nagement du Territoire et du Logement et du Patrimoine, donne´ le 28 février 2002; Conside´rant l’inte´reˆt biologique et notamment chiropte´rologique de la cavite´ souterraine de´nomme´e « Tunnel de Brumagne », Arreˆte : Article 1er. Le Tunnel de Brumagne est de´signe´ en tant que cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique. Son acce`s est situe´ sur la parcelle cadastre´e : Commune de Andenne - Maizeret, 6e division, parcelle n° 67h, appartenant a` la S.A. Carfin et figure sur la carte ci-annexe´e. Art. 2. Le directeur du centre de Namur met en œuvre les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ reprise a` l’article premier. A cette fin, il organise un comite´ de gestion. Art. 3. Les mesures de protection et de gestion particulie`res de la cavite´ consistent a` placer une fermeture adapte´e sur l’acce`s au re´seau. Le dispositif de fermeture posse`de, outre des passages calibre´s pour les chauves-souris et de l’ouverture pour le suivi scientifique, une ouverture re´duite au niveau du sol permettant notamment le passage des batraciens. Cette fermeture fait l’objet de l’agre´ment du comite´ de gestion. Art. 4. L’acce`s au site n’est autorise´ que pour y effectuer des ope´rations de gestion et de suivi scientifique, biologique et notamment chiropte´rologique. Seules les personnes mandate´es par le comite´ de gestion peuvent acce´der a` l’inte´rieur de la cavite´, en respectant les pe´riodes et les conditions e´tablies par ce dernier. Des recherches scientifiques peuvent eˆtre effectue´es moyennant l’accord du comite´ de gestion, le respect de l’inte´grite´ de la cavite´ souterraine d’inte´reˆt scientifique ainsi que le respect des mesures de gestion et de suivi scientifique. Namur, le 14 juin 2002. Le Ministre de l’Agriculture et de la Ruralite´, J. HAPPART La carte peut eˆtre consulte´e aupre`s de la Direction ge´ne´rale des Ressources naturelles et de l’Environnement, Division de la Nature et des Foreˆts, Direction de la Nature, avenue Prince de Lie`ge 15, a` 5100 Jambes.
* MINISTERE WALLON DE L’EQUIPEMENT ET DES TRANSPORTS [C − 2002/27693] 12 JUIN 2002. — Arreˆte´ ministe´riel relatif a` l’expropriation de biens immeubles a` Eupen
Le Ministre du Budget, du Logement, de l’Equipement et des Travaux publics,
Vu la loi spe´ciale de re´formes institutionnelles du 8 août 1980, modifie´e par les lois du 8 août 1988, du 5 mai 1993 et du 16 juillet 1993, notamment l’article 6, § 1er, X, 1°; Vu la loi du 26 juillet 1962 relative a` la proce´dure d’extreˆme urgence en matie`re d’expropriation pour cause d’utilite´ publique, notamment l’article 5; Vu le de´cret du 6 mai 1988 relatif aux expropriations pour cause d’utilite´ publique poursuivies ou autorise´es par l’Exe´cutif re´gional wallon; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement wallon du 27 août 2001 portant re`glement du fonctionnement du Gouvernement notamment l’article 24; Vu l’arreˆte´ du Gouvernement wallon du 27 août 2001 fixant la re´partition des compe´tences entre les Ministres et re´glant la signature des actes du Gouvernement, notamment l’article 5; Vu la loi du 29 juillet 1991 et attendu que le pre´sent arreˆte´ ministe´riel est motive´; Conside´rant qu’il est d’utilite´ publique d’ame´nager une bande de circulation de tourne-a`-gauche, des pistes cyclables et des trottoirs sur la N67;
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Conside´rant que les parcelles doivent eˆtre disponibles le plus rapidement possible, Vu l’arreˆte´ du 25 avril 2001 relatif aux expropriations a` re´aliser sur le territoire de la commune d’Eupen; Arreˆte : Article 1er. Il est indispensable pour cause d’utilite´ publique de prendre imme´diatement possession des immeubles ne´cessaires a` l’ame´nagement d’une bande de tourne-a`-gauche, de pistes cyclables et de trottoirs sur la N67 sur le territoire de commune d’Eupen figure´s par une teinte grise au plan n° E/67/152.I.0347 ci-annexe´, vise´ par le Ministre du Budget, du Logement, de l’Equipement et des Travaux publics modificatif et comple´mentaire au plan n° E/67/152.296 annexe´ a` l’arreˆte´ ministe´riel du 25 avril 2001 Art. 2. L’arreˆte´ ministe´riel du 25 avril 2001 relatif aux expropriations a` re´aliser sur le territoire de la commune d’Eupen en tant qu’il porte sur les emprises nos 7 et 8 du plan E/67/152.296 annexe´ audit arreˆte´ est abroge´. En conse´quence, la proce´dure en expropriation des immeubles pre´cite´s sera poursuivie conforme´ment aux dispositions de la loi du 26 juillet 1962 et leur occupation en location conforme´ment aux aline´as 2 et suivants de l’article 13 de la loi du 9 août 1955. Namur, le 12 juin 2002. M. DAERDEN
ÜBERSETZUNG WALLONISCHES MINISTERIUM FÜR AUSRÜSTUNG UND TRANSPORTWESEN [C − 2002/27693] 12. JUNI 2002 — Ministerialerlass bezu¨glich der Enteignung von unbeweglichen Gu¨tern in Eupen Der Minister des Haushalts, des Wohnungswesens, der Ausru¨stung und der o¨ffentlichen Arbeiten, Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 u¨ber institutionelle Reformen, in seiner durch die Gesetze vom 8. August 1988, vom 5. Mai 1993 und vom 16. Juli 1993 abgea¨nderten Fassung, insbesondere des Artikels 6, § 1, X, 1°; Aufgrund des Gesetzes vom 26. Juli 1962 bezu¨glich des Dringlichkeitsverfahrens in Sachen Enteignungen zu gemeinnu¨tzigen Zwecken, insbesondere des Artikels 5; Aufgrund des Dekrets vom 6. Mai 1988 u¨ber die von der Wallonischen Regionalexekutive durchgefu¨hrten oder genehmigten Enteignungen im o¨ffentlichen Interesse; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 27. August 2001 zur Regelung der Arbeitsweise der Regierung, insbesondere des Artikels 24; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 27. August 2001 zur Festlegung der Verteilung der Zusta¨ndigkeiten unter die Minister und zur Regelung der Unterzeichnung der Urkunden der Regierung, insbesondere des Artikels 5; In Erwa¨gung der Gemeinnu¨tzigkeit, an der N67 eine Linksabbiegerspur, Fahrradwege und Bu¨rgersteige anzulegen; In der Erwa¨gung, dass die Parzellen mo¨glichst schnell verfu¨gbar sein mu¨ssen; Aufgrund des Erlasses vom 25. April 2001 bezu¨glich der Enteignungen von unbeweglichen Gu¨tern, die auf dem Gebiet der Gemeinde Eupen durchzufu¨hren sind, Beschließt: Artikel 1 - Im o¨ffentlichen Interesse ist es unerla¨sslich, die unbeweglichen Gu¨ter sofort in Besitz zu nehmen, die fu¨r die Anlage von einer Linksabbiegerspur, von Fahrradwegen und von Bu¨rgersteigen an der N67 auf dem Gebiet der Gemeinde Eupen notwendig sind, und die in dem beiliegenden, vom Minister des Haushalts, des Wohnungswesens, der Ausru¨stung und der o¨ffentlichen Arbeiten mit einem Sichtvermerk versehenen Plan Nr. E/67/152.I.0347, der den dem Erlass vom 25. April 2001 beigefu¨gten Plan Nr. E/67/152.296 aba¨ndert und erga¨nzt, in grauer Farbe bezeichnet sind. Art. 2 - Der Ministerialerlass vom 25. April 2001 bezu¨glich der Enteignungen, die auf dem Gebiet der Gemeinde Eupen durchzufu¨hren sind, insoweit er die Enteignungen Nr. 7 und 8 des dem besagten Erlass beigefu¨gten Plans Nr. E/67/152.296 betrifft, wird aufgehoben. Infolgedessen wird das Enteignungsverfahren der vorerwa¨hnten unbeweglichen Gu¨ter gema¨ß den Bestimmungen des Gesetzes vom 26. Juli 1962 und ihre Vermietung gema¨ß den Absa¨tzen 2 ff. von Artikel 13 des Gesetzes vom 9. August 1955 weitergefu¨hrt. Namur, den 12. Juni 2002 M. DAERDEN
37265
37266
TABLEAU DES EMPRISES — TABELLE DER ENTEIGNUNGEN
CADASTRE — KATASTER
LIEU-DIT — ORTSLAGE
NOMS ET PRENOMS ADRESSE DES PROPRIETAIRES — NAMEN, VORNAMEN UND UND ANSCHRIFT DER EIGENTUMER
Son — Sie
N° — Nr.
7
A
79h
RADERMACHER-RUTTE Mathias Peter Herbesthaler Straße 152 – 4700 EUPEN
8a
A
73v
8b
A
73v
NATURE DE LA PARCELLE — ART DER PARZELLE
CONTENANCE TOTALE — GESAMTE FLACHE Ha
A
Ca
Haus
00
11
19
GESELLshaft/AG NEDERAU EUPEN SA-ERSP Herbesthaler Straße 134 – 4700 EUPEN
Kaufhof
02
76
GESELLshaft/AG NEDERAU EUPEN SA-ERSP Herbesthaler Straße 134 – 4700 EUPEN
Kaufhof
02
76
REVENU CADASTRAL — KATASTER EINKOMMEN
SUPERFICIE BATIE A ACQUERIR — ZUERWERBENDE BEBAUTE FLACHE
Ha
A
Ca
54.800
-
00
20
69
2.709.600
-
01
32
69
2.709.600
-
00
82
Einsicht in den Plan Nr. E/67/152.I.0347 kann bei der Direktion der Straßen Verviers - D152 - rue Xhave´e 62 - 4800 Verviers genommen werden.
OBSERVATIONS — BEMERKUNGENR
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
N° DU PLAN — Nr. DES PLANS
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37267
OFFICIELE BERICHTEN — AVIS OFFICIELS POUVOIR JUDICIAIRE
RECHTERLIJKE MACHT
[2002/09805]
[2002/09805] Hof van beroep te Luik
Cour d’appel de Liège
De aanwijzing van de heer Dapsens d’Yvoir, Ch., raadsheer in het hof van beroep te Luik, tot kamervoorzitter in dit hof, is hernieuwd voor een termijn van drie jaar met ingang van 23 september 2002. De aanwijzing van Mevr. Delnoy, A., raadsheer in het hof van beroep te Luik, tot kamervoorzitter in dit hof, is hernieuwd voor een termijn van drie jaar met ingang van 23 september 2002.
La désignation de M. Dapsens d’Yvoir, Ch., conseiller à la cour d’appel de Liège, comme président de chambre à cette cour, est renouvelée pour une période de trois ans prenant cours le 23 septembre 2002. La désignation de Mme Delnoy, A., conseiller à la cour d’appel de Liège, comme président de chambre à cette cour, est rénouvelée pour une période de trois ans prenant cours le 23 septembre 2002.
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [C − 2002/09800] Ordre judiciaire. — Places vacantes
[C − 2002/09800] Rechterlijke Orde. — Vacante betrekkingen — — — —
griffier bij het arbeidshof te Brussel : 1; adjunct-griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Hoei : 1; adjunct-griffier bij de rechtbank van koophandel te Charleroi : 1; adjunct-griffier bij het vredegerecht van het tweede kanton te Leuven : 1; — opsteller bij de griffie van de arbeidsrechtbank te Charleroi : 1; — opsteller bij de griffie van de rechtbank van koophandel te Turnhout : 1; — opsteller bij de griffie van de rechtbank van koophandel te Hasselt : 1; — opsteller bij de griffie van de rechtbank van koophandel te Nijvel : 1; — beambte bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Brugge : 1; — beambte bij de griffie van de politierechtbank te Antwerpen : 1; — beambte bij de griffie van het vredegerecht van het kanton Chaˆtelet : 1; — secretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaare : 1; — secretaris bij het parket van de arbeidsauditeur te Mechelen, vanaf 1 september 2002 : 1; — adjunct-secretaris bij het parket van het Hof van Cassatie : 1; — adjunct-secretaris bij het parket van het arbeidshof te Bergen : 1; — beambte bij het parket van de arbeidsauditeur te Antwerpen : 1; — administratief agent bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Turnhout : 1 (*). De kandidaturen voor een benoeming in de Rechterlijke Orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven aan de ″Minister van Justitie, Directoraat Generaal Rechterlijke Organisatie – Dienst personeelszaken – 3/P/R.O. II, Waterloolaan 115, 1000 Brussel″, worden gericht binnen een termijn van e´e´n maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek). De kandidaten dienen een afschrift bij te voegen van het bewijs dat zij geslaagd zijn voor het examen voor de griffies en parketten van hoven en rechtbanken, ingericht door de Minister van Justitie, en dit voor het ambt waarvoor zij kandidaat zijn. Voor elke kandidatuurstelling dient een afzonderlijk schrijven te worden gericht.
— — — —
greffier a` la cour du travail de Bruxelles : 1; greffier adjoint au tribunal de premie`re instance de Huy : 1; greffier adjoint au tribunal de commerce de Charleroi : 1; greffier adjoint a` la justice de paix du deuxie`me canton de Louvain : 1; — re´dacteur au greffe du tribunal du travail de Charleroi : 1; — re´dacteur au greffe du tribunal de commerce de Turnhout : 1; — re´dacteur au greffe du tribunal de commerce d’Hasselt : 1; — re´dacteur au greffe du tribunal de commerce de Nivelles : 1; — employe´ au greffe du tribunal de premie`re instance de Bruges : 1; — employe´ au greffe du tribunal de police d’Anvers : 1; — employe´ au greffe de la justice de paix du canton de Chaˆtelet : 1; — secre´taire au parquet du procureur du Roi pre`s le tribunal de premie`re instance d’Audenarde : 1; — secre´taire au parquet de l’auditeur du travail de Malines, a` partir du 1er septembre 2002 : 1; — secre´taire adjoint au parquet de la Cour de cassation : 1; — secre´taire adjoint au partquet de la cour du travail de Mons : 1; — employe´ au parquet de l’auditeur du travail d’Anvers : 1; — agent administratif au parquet du procureur du Roi pre`s le tribunal de premie`re instance de Turnhout : 1 (*). Les candidatures a` une nomination dans l’Ordre judiciaire doivent eˆtre adresse´es par lettre recommande´e a` la poste au ″Ministre de la Justice, Direction ge´ne´rale de l’Organisation judiciaire – Service du personnel – 3/P/O.J. II., boulevard de Waterloo 115, 1000 Bruxelles″, dans un de´lai d’un mois a` partir de la publication de la vacancee au Moniteur belge (article 287 du Code judiciaire). Les candidats sont prie´s de joindre une copie de l’attestation de re´ussite de l’examen organise´ par le Ministre de la Justice, pour les greffes et les parquets des cours et tribunaux et ce pour l’emploi qu’ils postulent. Une lettre se´pare´e doit eˆtre adresse´e pour chaque candidature.
Nota
Note
(*) De geslaagden voor een wervingsexamen voor de graden van telefoniste of bode behouden hun aanspraken op benoeming in de graad van administratief agent (artikel 24 van het koninklijk besluit van 19 maart 1996).
(*) Les laure´ats d’un examen de recrutement pour le grade de te´le´phoniste ou de messager conservent leurs titres a` la nomination au grade d’agent administratif (art. 24 de l’arreˆte´ royal du 19 mars 1996)
[C − 2002/09799] Rechterlijke Orde. — Vacante betrekkingen. — Erratum
[C − 2002/09799] Ordre judiciaire. — Places vacantes. — Erratum
In het Belgisch Staatsblad van 4 juli 2002, bladzijde 30243, regel 15, is de vacante plaats van beambte bij de griffie van het vredegerecht van het zevende kanton Antwerpen, geannuleerd.
Au Moniteur belge du 4 juillet 2002, page 30243, ligne 15, la place vacante d’employe´ au greffe de la justice de paix du septie`me canton d’Anvers, est annule´e.
37268
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN FINANCIEN
MINISTERE DES FINANCES [2002/03388]
[2002/03388]
Administratie van het kadaster, de registratie en de domeinen Aankoopcomité van onroerende goederen
Administration du cadastre, de l’enregistrement et des domaines Comité d’acquisition
Bekendmaking gedaan in uitvoering van de wet van 31 mei 1923, gewijzigd door de wetten van 2 juli 1969 en van 6 juli 1989
Publication faite en exécution de la loi du 31 mai 1923, modifiée par les lois du 2 juillet 1969 et du 6 juillet 1998
1. Het Vlaamse Gewest is voornemens navolgende goederen in erfpacht te geven :
1. La Région flamande se propose de donner un bail emphytéotique sur les biens suivants :
I. Stad Nieuwpoort — Tweede afdeling
I. Ville de Nieuport — Deuxième division
Zesentwintig aren acht centiaren (26 a 8 ca) in de ondergrond van de Zeedijk, gekadastreerd of gekadastreerd geweest sectie D, deel zonder nummer, gelegen ter hoogte van de residenties met adres : Zeedijk 14 tot en met 26.
Un sous-sol en digue de mer de vingt-six ares huit centiares (26 a 8 ca) cadastré ou l’ayant été section D, sans numéro, sis en face des résidences adressées : digue de mer 14 à 26 (inclus).
Gebruik : vrij van gebruik.
Occupation : libre.
Duur : 99 jaar.
Durée : 99 ans.
Canon : de aanvangscanon bedraagt 6.287,15 euro/jaar en is jaarlijks indexeerbaar.
Redevance : la première redevance annuelle s’élève à 6.287,14 euros et sera indexée chaque année.
II. Stad Nieuwpoort — Tweede afdeling
II. Ville de Nieuport — Deuxième division
Negentien aren negentig centiaren (19 a 90 ca) in de ondergrond van de Zeedijk, gekadastreerd of gekadastreerd geweest sectie D, deel zonder nummer, grenzende of gegrensd hebbende aan het Vlaamse Gewest en gelegen ter hoogte van de residenties met adres : Zeedijk 27 tot en met deel van nr. 35.
Un sous-sol en digue de mer de dix-neuf ares quatre-vingt dix centiares (19 a 90 ca) cadastré ou l’ayant été section D, sans numéro, sis en face des résidences adressées : nos 27 à 35 (pour une partie).
Gebruik : vrij van gebruik.
Occupation : libre.
Duur : 99 jaar.
Durée : 99 ans.
Canon : de aanvangscanon bedraagt 11.178,86 euro/jaar en is jaarlijks indexeerbaar.
Redevance : 11.178,86 euros.
Stedenbouwkundig statuut (voor beide hiervoor beschreven goederen).
Statut urbanistique pour les deux biens ci-dessus.
Volgens het gewestplan « Veurne-Westkust » (koninklijk besluit van 6 december 1976) gelegen in natuurgebied.
Plan de secteur « Veurne-Westkust » (arrêté royal du 6 décembre 1976) : zone de nature.
2. De stad Nieuwpoort is voornemens navolgend goed in erfpacht te geven :
2. La ville de Nieuport se propose de donner à bail emphytéotique sur le bien suivant :
Stad Nieuwpoort — Tweede afdeling
Ville de Nieuport — Deuxième division
Negenenveertig centiaren (49 ca) in de ondergrond van de Zeedijk, gekadastreerd of gekadastreerd geweest sectie D, deel zonder nummer, grenzende of gegrensd hebbende aan het Vlaamse Gewest, aan de stad Nieuwpoort en aan L. Talpe en rechthebbenden te Roeselare, gelegen ter hoogte van de in- en uitrit van de residentie met adres : Zeedijk 30.
Un sous-sol en digue de mer de quarante-neuf centiares (49 ca), cadastré ou l’ayant été section D, sans numéro, tenant ou ayant à la Région flamande, à la ville de Nieuport et à L. Talpe et consorts, à Roeselare, sis en face du garage de la residence adressée : digue de mer 30.
Gebruik : vrij van gebruik.
Occupation : libre.
Duur : 99 jaar.
Durée : 99 ans.
Canon : de aanvangscanon bedraagt 294 euro/jaar en dient ineens (voor de volledige duur van de erfpacht) vereffend bij het ingaan van de overeenkomst. Daarna is een jaarlijks erkenningsrecht van één euro verschuldigd. Stedenbouwkundig statuut :
Redevance : la redevance annuelle s’élève à 294 euros et doit être payée en un fois le jour du commencement du contrat. les années d’après il est dû une redevance d’un euro. Statut urbanistique :
Volgens het gewestplan « Veurne-Westkust » (koninklijk besluit van 6 december 1976) gelegen in natuurgebied.
Plan de secteur « Veurne-Westkunst » (arrêté royal du 6 décembre 1976) : zone de nature.
Eventuele bezwaren aangaande de eigendomstoestand of hogere biedingen dienen binnen de maand te rekenen vanaf 15 augustus 2002 schriftelijk medegedeeld te worden aan de heer voorzitter van het Aankoopcomité van onroerende goederen, Wittemolenstraat 29, te 8200 Brugge-II (Sint-Michiels).
Les réclamations éventuelles concernant le titre de propriété ou les enchères doivent être adresées dans le mois, à partir du 15 août 2002, au président du Comité d’acquisition, à 8200 Bruges.
Verdere informatie inzake plannen, bouwmogelijkheden en andere technische voorwaarden, e.d.m., dienen voor elk der goederen ingewonnen bij :
Pour tout renseignement complémentaire concernant les plans, les possibilités de construction et autres pour chacun des biens, s’adresser à :
a) de Dienst waterwegen kust, Vrijhavenstraat 3, te 8400 Oostende (vragen naar de heer De Wilde, G., tel. : 059-55 42 17), en
a) « Dienst waterwegen kust, Vrijhavenstraat 3 », à Ostende (demander M. G. De Wilde, tél. : 059-55 42 17, et
b) de stad Nieuwpoort, Dienst Milieu en Infrastructuur (de heer Cloet, E., tel. : 058-22 44 54).
b) la ville de Nieuport, « Dienst Milieu en Infrastructuut » (demander M. E. Cloet, tél. : 058-22 44 54.
Aankoopcomité Brugge, Dienst Domeinen, tel. : 050-40 50 10, fax : 050-39 13 57.
Comité d’acquisition à Bruges, Services des domaines, tél. : 050-40 50 10, fax : 050-39 13 57.
Dossier nr. : V38016/GEM/0W/275SV.
Dossier : n° V 38016/GEM/OW/275.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN
37269
MINISTERE DE L’INTERIEUR
[2002/00516] 19 JUNI 2002. — Omzendbrief betreffende de financie¨ le richtlijnen die van toepassing zijn op de veiligheids- en preventiecontracten
[[2002/00516] 19 JUIN 2002. — Circulaire relative aux directives financie`res applicables aux contrats de se´curite´ et de pre´vention
Aan Mevrouw en Mijnheer de Provinciegouverneurs, Aan Mevrouw en Mijnheer de Burgemeesters van de steden en gemeenten met een veiligheids- en preventiecontract, Mevrouw en Mijnheer de Gouverneurs, Mevrouw en Mijnheer de Burgemeesters, Het koninklijk besluit van 27 mei 2002 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de gemeenten moeten voldoen om een financie¨le toelage te genieten in het kader van een overeenkomst betreffende de criminaliteitspreventie, bepaalt in het bijzonder de toekenningsvoorwaarden, de betalingsmodaliteiten en de maximale forfaitaire tegemoetkomingen voor het personeel. Het bovenvermelde koninklijk besluit volgt op de beslissingen van de Ministerraden - van 4 mei en 21 december 2001 tijdens dewelke de Federale Regering de nieuwe selectie van steden en gemeenten heeft goedgekeurd die in 2002 een veiligheids- en preventiecontract genieten en tijdens dewelke zij haar akkoord gegeven heeft over een nieuwe verdeling van de budgettaire middelen; - van 19 januari 2001 tot goedkeuring van de Federale Drugsbeleidsnota. Deze omzendbrief beoogt de uitvoering van de desbetreffende bepalingen en vervolledigt de modaliteiten voorzien in het contract. De onderhavige bepalingen ontheffen echter geenszins de gemeentelijke overheden van hun algemene verplichtingen inzake aanwerving, personeelsstatuut, openbare aanbestedingen,… Deze richtlijnen betreffen enkel de initiatieven die, in het kader van de veiligheids- en preventiecontracten, gefinancierd worden door het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Ze zijn volledig van toepassing voor elke toelage ontvangen in dit kader. Deze bepalingen vervangen de richtlijnen voor het samenstellen van een financieel dossier - Preventiecontract’ evenals de omzendbrieven van 17 juni 1994, 16 februari 1995 en 18 maart 1997 met betrekking tot het financieel beheer van de Veiligheids- en Samenlevingscontracten’. 1. Algemene principes. Op basis van het veiligheids- en preventiecontract - en rekening houdend met de bepalingen vermeld in het koninklijk besluit van 27 mei 2002 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de gemeenten bepaalde financie¨le hulp kunnen krijgen in het kader van een overeenkomst betreffende de criminaliteitspreventie - worden de kredieten, die overeenstemmen met de uitgave-ontwerpen goedgekeurd door de Federale Staat, ter beschikking gesteld van de gemeente. Wat betreft de federale bevoegdheid van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, maakt het contract het voorwerp uit van een onderhandeling tussen de Burgemeester van de gemeente en de Minister van Binnenlandse Zaken. Het contract is bindend, zowel op het vlak van de initiatieven als op het vlak van de bepalingen. Enkel in die mate dat het contract het vermeldt, is het toegestaan dat bepaalde middelen (personeelskosten, werkingsmiddelen, investeringen) ter beschikking worden gesteld van een v.z.w. of van een ander instituut belast met een preventie-opdracht en met het gebruik van het budget voor de verwezenlijking van doelstellingen bepaald in het contract. Dit echter onder voorbehoud van het sluiten van een protocolakkoord tot vaststelling van de rechten en plichten van elk van de partijen (cf. Hoofdstuk V., Kredieten overgemaakt aan een v.z.w., p. 19). De gemeente blijft evenwel verantwoordelijk voor de goede einduitvoering van de acties en voor de indiening van de bewijsstukken. De gemeente blijft eveneens verantwoordelijk voor de evaluatie van de contracten en is de enige onderhandelingspartner voor het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Het gebruik van de subsidie valt eveneens onder de wetgeving van toepassing in deze materie. Indien e´e´n of meerdere bepalingen van het veiligheids- en preventiecontract niet worden nageleefd, dan heeft de Minister van Binnenlandse Zaken het recht om hetzij de toegekende subsidie op te heffen en/of te verminderen, hetzij ze geheel of gedeeltelijk te recupereren. 2. Forfaitaire tussenkomst - Betalingsmodaliteiten - Financie¨le controle. Het bedrag van de toelage wordt op forfaitaire basis bepaald. Het ter beschikking gestelde krediet zal in geen geval mogen worden overschreden. Behalve mits een afwijking toegestaan door de Minister van Binnenlandse Zaken, zullen geen verschuivingen tussen posten worden toegestaan.
A Mesdames et Messieurs les Gouverneurs des provinces, A Mesdames et Messieurs les Bourgmestres des villes et communes ayant conclu un contrat de se´curite´ et de pre´vention, Mesdames et Messieurs les Gouverneurs, Mesdames et Messieurs les Bourgmestres, L’arreˆte´ royal du 27 mai 2002 de´terminant les conditions auxquelles les communes doivent satisfaire pour be´ne´ficier d’une allocation financie`re dans le cadre d’une convention relative a` la pre´vention de la criminalite´ fixe notamment les conditions d’octroi, les modalite´s de paiement ainsi que les forfaits maxima de subsidiation pour le personnel. L’arreˆte´ susmentionne´ fait suite aux de´cisions du Conseil des Ministres - du 4 mai et du 21 décembre 2001 par lesquelles le Gouvernement fe´de´ral a approuve´ la nouvelle se´lection des villes et communes pouvant be´ne´ficier en 2002 d’un contrat de se´curite´ et de pre´vention et a marque´ son accord sur une nouvelle re´partition des moyens budge´taires; - du 19 janvier 2001 approuvant la Note politique du Gouvernement fe´de´ral relative a` la Proble´matique de la Drogue. La pre´sente circulaire vise l’exe´cution des dispositions ainsi formule´es et comple`te les modalite´s pre´vues au contrat. Toutefois, les pre´sentes dispositions ne dispensent en aucun cas les autorite´s communales de leurs obligations ge´ne´rales en matie`re de recrutement, de statut du personnel, de marche´s publics,… Ces directives ne concernent que les initiatives qui, dans le cadre des contrats de se´curite´ et de pre´vention, sont finance´es par le Ministe`re de l’Inte´rieur. Elles sont pleinement d’application pour toute allocation perc¸ue dans ce cadre. Les pre´sentes dispositions remplacent les ″directives pour la constitution d’un dossier financier - Contrat de pre´vention″ ainsi que les circulaires du 17 juin 1994, du 16 février 1995 et du 18 mars 1997 relatives ″A la gestion financie`re des Contrat de Se´curite´ et de Socie´te´″. 1. Principes ge´ne´raux. Sur la base du contrat de se´curite´ et de pre´vention - et en tenant compte des dispositions mentionne´es dans l’arreˆte´ royal du 27 mai 2002 de´terminant les conditions auxquelles les communes doivent satisfaire pour be´ne´ficier d’une allocation financie`re dans le cadre d’une convention relative a` la pre´vention de la criminalite´ - les cre´dits, qui sont conformes aux projets de de´penses approuve´es par l’Etat fe´de´ral, sont mis a` disposition de la commune. Pour ce qui concerne la compe´tence fe´de´rale de l’Inte´rieur, le contrat fait l’objet d’une ne´gociation entre le Bourgmestre de la commune et le Ministre de l’Inte´rieur. Le contrat reveˆt un caracte`re obligatoire, tant sur le plan des initiatives que sur le plan des dispositions. Uniquement dans la mesure ou` le contrat le stipule, il est admis que certains moyens (frais de personnel, frais de fonctionnement, investissements) soient mis a` la disposition d’une a.s.b.l. ou de toute autre institution qui serait charge´e d’une mission de pre´vention et de l’affectation du budget pour re´aliser les objectifs de´finis dans le contrat, ce sous re´serve de la conclusion d’un protocole d’accord de´terminant les droits et obligations de chacune des parties (cf. Chapitre V. Cre´dits transfe´re´s vers une a.s.b.l., p.19). La commune reste toutefois responsable de la bonne exe´cution finale des actions et de la pre´sentation des pie`ces justificatives. La commune reste e´galement responsable de l’e´valuation du contrat et est le seul interlocuteur pour le Ministe`re de l’Inte´rieur. L’usage du subside rele`ve e´galement de toute la le´gislation d’application en cette matie`re. En cas de non-respect d’une ou plusieurs dispositions du contrat de se´curite´ et de pre´vention, le Ministre de l’Inte´rieur se re´serve la faculte´ soit de suspendre et/ou de re´duire, soit de re´cupe´rer entie`rement ou partiellement la subvention octroye´e. 2. Intervention forfaitaire - Modalite´s de paiement - Controˆle financier. Le montant de la subvention est fixe´ forfaitairement. Le cre´dit mis a` disposition ne pourra en aucun cas eˆtre de´passe´. Sauf de´rogation du Ministre de l’Inte´rieur, les glissements entre postes ne seront pas autorise´s.
37270
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
De financie¨le middelen toegekend aan de verschillende posten van het contract zijn onderverdeeld in personeelskosten, werkingsmiddelen en investeringen.
Les moyens financiers octroye´s aux diffe´rents postes du contrat sont re´partis en frais de personnel, frais de fonctionnement et investissements.
De personeelskosten omvatten alle middelen die de werkgever moet vrijmaken voor de verloning van het personeel aangeworven in het kader van het contract.
Les frais de personnel de´signent tous les moyens que l’employeur doit de´gager pour la re´mune´ration du personnel engage´ dans le cadre du contrat.
De werkingsmiddelen omvatten de administratieve kosten, de verplaatsingskosten en de actiemiddelen die nodig zijn voor de uitvoering van projecten en initiatieven ontwikkeld in het kader van het contract.
Les frais de fonctionnement regroupent les frais administratifs, les frais de de´placement et les frais d’action ne´cessaires a` la mise en œuvre des projets et initiatives de´veloppe´s dans le cadre du contrat.
De investeringen zijn de uitgaven inzake erfgoederen die een vermoedelijke gebruiksduur hebben van meer dan 1 jaar. Behalve mits een schriftelijke afwijking toegekend door de subsidie¨rende overheid, mogen enkel de investeringen voorzien in het contract worden uitgevoerd.
Les investissements sont les de´penses de type patrimonial qui ont une dure´e d’utilisation estimable de plus d’un an. Seuls les investissements pre´vus dans le contrat peuvent eˆtre exe´cute´s, sauf de´rogation accorde´e par l’autorite´ subsidiante.
De betaling van de financie¨le tegemoetkoming wordt verricht in een eerste schijf van 70 % van het totale bedrag dat wordt gestort in de loop van het contractjaar. Het saldo zal worden betaald na afloop van het contract en na een grondige controle van de bewijsstukken. Deze controle moet staven dat alle vastgelegde uitgaven daadwerkelijk werden gedaan voor de verwezenlijking van de voorziene acties. De gemeente maakt de bewijsstukken over vo´o´r 31 maart van het jaar dat volgt op het begrotingsjaar waarin de kredieten werden toegekend.
Le paiement de l’intervention financie`re s’effectue par une premie`re tranche de 70 % du montant total verse´e dans le courant de l’anne´e contractuelle. Le solde sera verse´ a` l’issue du contrat et apre`s un controˆle approfondi des pie`ces justificatives. Ce controˆle doit e´tablir que toutes les de´penses engage´es ont e´te´ re´ellement effectue´es pour la re´alisation des actions (telles que) pre´vues. La commune transmet les pie`ces justificatives avant le 31 mars de l’anne´e qui suit l’anne´e budge´taire au cours de laquelle les cre´dits ont e´te´ alloue´s.
Enkel de uitgaven vastgelegd in de loop van het betrokken contractjaar, nl. tussen 1 januari en 31 december, zullen kunnen worden verhaald op het budget van het contract.
Seules les de´penses engage´es dans le courant de l’anne´e contractuelle concerne´e, a` savoir entre le 1er janvier et le 31 de´cembre, pourront eˆtre impute´es sur le budget du contrat.
De gemeenten dienen hun afwijkingsaanvraag (aanvragen) met betrekking tot het gebruik van het budget in te dienen vo´o´r de 1ste december van het lopende contractjaar. Enkel de uitgaven toegestaan door het Ministerie van Binnenlandse Zaken vo´o´r 31 december zullen effectief kunnen worden verhaald op het jaarlijkse budget.
Les communes veilleront a` introduire leur(s) demande(s) de de´rogation d’utilisation du budget avant le 1er décembre de l’anne´e contractuelle en cours. Seules les de´penses accorde´es par le Ministe`re de l’Inte´rieur avant le 31 décembre pourront effectivement eˆtre impute´es sur le budget annuel.
Naast de financie¨le analyse verwezenlijkt door het Vast Secretariaat voor het Preventiebeleid, behoudt het Rekenhof het recht om een meer gedetailleerde controle uit te voeren.
Outre l’analyse financie`re re´alise´e par le Secre´tariat permanent a` la Politique de Pre´vention (SPP), la Cour des Comptes se re´serve le droit de re´aliser un controˆle approfondi.
I. LOONKOSTEN
I. COUT SALARIAL
I. Algemeen.
I. Ge´ne´ralite´s.
De loonkost verwijst naar alle middelen die de werkgever dient vrij te maken als verloning van het personeel dat werd aangeworven in het kader van het contract. Hierbij zijn inbegrepen : de premies (taalpremie, vergoeding voor onregelmatige prestaties en overuren) en de sociale bijdragen rekening houdend met het toegekende forfaitair bedrag. De personeelskosten omvatten niet het uniform, het materiaal en bijzondere vergoedingen zoals de verplaatsingskosten en de ontslagkosten.
Les couˆts salariaux de´signent tous les moyens que l’employeur doit de´gager pour la re´mune´ration du personnel engage´ dans le cadre du contrat, en ce compris les primes (prime de bilinguisme, indemnite´s pour prestations irre´gulie`res et heures supple´mentaires) et les cotisations sociales, dans les limites du forfait octroye´. Les frais de personnel n’incluent pas l’habillement, le mate´riel et les de´dommagements particuliers tels que les frais de de´placement, les frais de licenciement.
Het spreekt voor zich dat de loonkosten van personen waarvan de indiensttreding niet voorzien is door het contract, niet zullen worden vergoed.
Il va de soi que les couˆts salariaux relatifs aux personnes dont l’entre´e en service n’est pas pre´vue par le contrat ne feront pas l’objet d’une indemnisation.
De aanwerving van personeel zorgt voor de toekenning van een maximale forfaitaire tegemoetkoming. Alleen de in het contract onderhandelde forfaitaire bedragen zullen van toepassing zijn.
Le recrutement de personnel donne lieu a` l’octroi d’une intervention forfaitaire maximale. Seuls les forfaits ne´gocie´s dans le contrat seront d’application.
II. Bijzonderheden.
II. Particularite´s.
1. Aanwerving van personeel met een lager niveau dan voorzien in het contract.
1. Recrutement de personnel de qualification infe´rieure a` celle pre´vue au contrat.
De personeelskosten die verbonden zijn aan de aanwerving van een persoon met een niveau dat niet overeenstemt met het niveau dat uitdrukkelijk wordt voorzien in het contract, worden niet in overweging genomen. Er kan evenwel een schriftelijke afwijking worden toegekend door het Ministerie van Binnenlandse Zaken, waardoor deze kosten op het budget van het contract kunnen worden verrekend.
Les frais de personnel lie´s a` l’engagement d’une personne dont la qualification ne correspond pas a` celle explicitement pre´vue au contrat ne seront pas pris en charge. Toutefois, une de´rogation e´crite pourra eˆtre accorde´e par le Ministe`re de l’Inte´rieur autorisant l’imputation de ces frais sur le budget du contrat.
Wat betreft de berekening van het saldo, zie Hoofdstuk I, Titel II. Bijzonderheden. Punt 4, p.5.
Concernant le calcul du solde, se re´fe´rer au Chapitre Ier, Titre II. Particularite´s. Point 4., p.5.
2. Vervanging van een personeelslid wegens ziekte of zwangerschapsverlof of wegens elke andere vorm van verlengd verlof.
2. Remplacement d’un membre du personnel pour cause de maladie ou de conge´ de maternite´ ou pour toute autre forme de conge´ de longue dure´e.
Indien een personeelslid tewerkgesteld binnen een veiligheids- en preventiecontract gedurende lange tijd afwezig is tijdens het contractjaar wegens ziekte, zwangerschapsverlof of elke andere vorm van verlengd verlof, dan bestaat de mogelijkheid om deze persoon te vervangen, mits naleving van de basisvoorwaarden (nuttige ervaring, profiel, functie,…). Het Ministerie van Binnenlandse Zaken moet op de hoogte gebracht worden van deze vervanging.
Si un membre du personnel, engage´ dans un contrat de se´curite´ et de pre´vention, s’absente pour une longue dure´e dans le courant de l’anne´e contractuelle (pour cause de maladie, de maternite´ ou toute autre forme de conge´ de longue dure´e), il est possible de proce´der au remplacement de celui-ci, ce sous re´serve du respect des conditions de base (expe´rience utile, profil, fonction…). Il convient d’informer le Ministe`re de l’Inte´rieur du remplacement.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Punt II.1. blijft echter van toepassing wanneer de vervanging een persoon betreft met een lager niveau dan het niveau voorzien in het contract. Voor de berekening van het saldo, zie Hoofdstuk I, Titel II. Bijzonderheden. Punt 4, p. 5. Te vervullen formaliteiten :
37271
Le point II.1. reste toutefois d’application lorsque le remplacement concerne une personne de qualification infe´rieure a` celle pre´vue par le contrat. Concernant le calcul du solde, se re´fe´rer au Chapitre Ier, Titre II. Particularite´s. Point 4., p.5. Formalite´s a` remplir :
Bij het indienen van de financie¨le bewijsstukken moet een voor eensluidend verklaard uittreksel van de beslissing van de gemeenteraad inzake de aanwerving van personeel worden bijgevoegd. Bij gebrek aan een akkoord door de bevoegde overheid zullen de ingediende bewijsstukken niet in overweging kunnen worden genomen.
Lors de l’introduction des pie`ces justificatives financie`res, il convient de joindre un extrait, certifie´ conforme, de la de´cision du conseil communal en matie`re d’engagement de personnel. A de´faut d’un accord de l’autorite´ compe´tente, les pie`ces introduites ne pourront eˆtre prises en conside´ration.
3. Omschakeling van een voltijdse naar een deeltijdse tewerkstelling in het kader van een loopbaanonderbreking, ouderschapsverlof of andere omstandigheden :
3. Transition d’un emploi temps plein a` un emploi a` temps partiel dans le cadre d’une interruption de carrie`re, d’un conge´ parental ou de toute une autre circonstance.
De omschakeling van een voltijdse naar een deeltijdse tewerkstelling zal het voorwerp moeten uitmaken van een schriftelijke afwijking van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Dit is een essentie¨le voorwaarde voor de betaling van de personeelskosten die verbonden zijn aan de betrokken post(en).
Le transfert d’un emploi temps plein a` un emploi a` temps partiel devra faire l’objet d’une de´rogation e´crite du Ministe`re de l’Inte´rieur, condition essentielle a` la prise en charge des frais de personnel lie´s au(x) poste(s) concerne´(s).
Wat betreft de berekening van het saldo, zie Hoofdstuk I, Titel II. Bijzonderheden. Punt 4, p. 5.
Concernant le calcul du solde, se re´fe´rer au Chapitre Ier, Titre II. Particularite´s. point 4., p. 5.
4. De forfaitaire toegekende bedragen worden berekend overeenkomstig het aantal gepresteerde dagen en maanden en overeenkomstig het uurrooster of het kwalificatieniveau. Het forfaitair bedrag gaat in zijn totaliteit verloren indien de aanwerving niet plaatsvindt.
4. Les montants forfaitaires octroye´s sont calcule´s proportionnellement au nombre de jours et mois preste´s et proportionnellement au re´gime horaire ou niveau de qualification. Le montant forfaitaire est totalement perdu si l’engagement n’a pas eu lieu.
Elke nieuwe bestemming van het saldo, dat voor een specifieke actie of voor een nieuwe punctuele aanwerving is bestemd, zal het voorwerp moeten uitmaken van een schriftelijke afwijking van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.
Toute re´affectation du solde non utilise´ a` une action ponctuelle spe´cifique ou a` un nouvel engagement ponctuel devra faire l’objet d’une de´rogation e´crite du Ministe`re de l’Inte´rieur.
III. In te vullen fiche. De eerste pagina van het financieel dossier moet een overzicht geven van de loonkost per personeelslid van het contract.
III. Fiche a` comple´ter. La premie`re page du dossier financier doit donner un aperc¸u du couˆt salarial par membre du personnel du contrat.
Daarbij moet duidelijk worden vermeld :
A cet e´gard, il faut mentionner clairement :
- de volledige naam van het personeelslid;
- le nom complet du membre du personnel;
- zijn/haar onderwijsniveau (niveau 1 : universitair, niveau 2+ : HOKT (maatschappelijk assistent) of HNUOLT (architect), niveau 2 : middelbaar onderwijs (opsteller), niveau 3 : lager middelbaar onderwijs (klerk), niveau 4 : lager onderwijs; - het aanwervingsniveau; de periode van tewerkstelling, met begin- en einddatum waarop het uitbetaalde bedrag slaat; - het project waarvoor het personeelslid is aangeworven;
- son niveau d’e´tude (niveau 1 : universitaire, niveau 2+ : enseignement supe´rieur de type court (exemple : assistant social) ou de type long non universitaire (exemple : architecte), niveau 2 : enseignement secondaire (re´dacteur), niveau 3 : enseignement secondaire infe´rieur (commis), niveau 4 : enseignement primaire; - le niveau d’engagement; - la pe´riode d’activite´, avec date initiale et date d’e´che´ance, a` laquelle correspond le montant paye´; - le projet auquel il est attache´;
- het totaal bedrag dat voor het personeelslid voor de opgegeven periode werd uitbetaald.
- le montant total qui est paye´ au membre du personnel pour la pe´riode donne´e.
In de kolom periode moet de datum van de in- en uitdiensttreding worden vermeld.
Dans la colonne pe´riode, la date de l’entre´e en service, ainsi que la date a` laquelle le contrat de travail a pris fin doivent eˆtre mentionne´es.
In de kolom bedrag moet het ree¨el uitbetaalde bedrag voor deze periode worden ingevuld.
Dans la colonne montant, le montant re´ellement de´pense´ pour cette pe´riode doit eˆtre inscrit.
Bij te voegen bewijsstukken :
Pie`ces justificatives a` annexer :
- een voor eensluidend verklaard afschrift van de aanwervings- of toewijzingsbeslissing (statutair personeel) of van het contract (contractueel personeel). Deze documenten moeten niet meer worden ingediend bij personen waarvan het contract of de aanwervings- (of toewijzings)beslissing vorig jaar werd overgemaakt.
- une copie certifie´e conforme de la de´cision de de´signation ou d’affectation (personnel statutaire) ou du contrat (personnel contractuel). Ces documents ne doivent plus eˆtre remis lorsqu’il s’agit de personnes dont le contrat ou la de´cision de de´signation (ou d’affectation) a e´te´ fourni l’anne´e pre´ce´dente;
- een voor eensluidend verklaard betalingsoverzicht door de bevoegde gemeentelijke autoriteit. In dit document moet de identiteit van de beambte worden vermeld evenals de maandelijkse loonkost van deze persoon voor de volledige periode waarin hij/zij werd tewerkgesteld.
- un e´tat de paiements certifie´ conforme par l’autorite´ communale compe´tente, document dans lequel figure l’identite´ de l’agent, ainsi que le couˆt salarial mensuel de celui-ci pour toute la pe´riode durant laquelle il a e´te´ employe´.
II. WERKINGSMIDDELEN
II. FRAIS DE FONCTIONNEMENT
De werkingsmiddelen omvatten de administratieve kosten, de verplaatsingskosten en de actiemiddelen die onmisbaar zijn voor de uitvoering van projecten en initiatieven ontwikkeld in het kader van het contract.
Les frais de fonctionnement regroupent les frais administratifs, les frais de de´placement et les frais d’action ne´cessaires a` la mise en œuvre des projets et initiatives de´veloppe´s dans le cadre du contrat.
Voor elk project in het contract moet het financieel dossier een gedetailleerde beschrijving geven van de administratieve kosten, de verplaatsingskosten en de actiemiddelen die werden vastgelegd.
Pour chaque projet inscrit au contrat, le dossier financier doit de´tailler les frais administratifs, de de´placement et d’action qui ont e´te´ engage´s.
Enkel de onkosten vastgesteld in de loop van het desbetreffende contractjaar, namelijk van 1 januari tot 31 december, kunnen worden verhaald op het budget van het contract. Alle gemeenten zullen echter de mogelijkheid hebben om tot 31 maart volgend op het budgetjaar, alle facturen of bewijsstukken van de vastgestelde onkosten in te dienen (1).
Seules les de´penses engage´es dans le courant de l’anne´e contractuelle concerne´e, a` savoir du 1er janvier au 31 de´cembre, pourront eˆtre impute´es sur le budget du contrat. Toutefois, les communes auront la possibilite´ d’introduire, jusqu’au 31 mars suivant l’exercice budge´taire, toutes les factures ou pie`ces justificatives attestant des de´penses ainsi engage´es (1).
37272
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Bovendien moeten de gemeenten hun afwijkingsaanvragen aangaande het gebruik van het budget indienen vo´o´r 1 december van het lopende contractjaar. Enkel de onkosten toegekend door het Ministerie van Binnenlandse Zaken vo´o´r 31 december kunnen worden verhaald op het jaarlijkse budget.
Par ailleurs, les communes veilleront a` introduire leurs demandes de de´rogation d’utilisation de budget avant le 1er décembre de l’anne´e contractuelle en cours. Seules les de´penses accorde´es par le Ministe`re de l’Inte´rieur avant le 31 décembre pourront effectivement eˆtre impute´es sur le budget annuel.
II. 1. ADMINISTRATIEKOSTEN
II. 1. FRAIS ADMINISTRATIFS
I. Algemeen.
I. Ge´ne´ralite´s.
Administratiekosten zijn kosten die enerzijds gemaakt worden door het beheer van de preventiedienst en anderzijds door de verwezenlijking van de verschillende initiatieven in het kader van het contract. Onder administratiekosten wordt verstaan : - postzegels (enkel deze voor de briefwisseling van de preventiedienst); - telefoonkosten :
Les frais administratifs sont occasionne´s d’une part par la gestion du service de pre´vention et d’autre part par la re´alisation des diffe´rentes initiatives porte´es par le contrat. Ainsi, on entend par frais administratifs : - les timbres (uniquement pour le courrier du service de pre´vention); - les couˆts te´le´phoniques :
— vaste lijnen : abonnementen en communicaties (beperking van de internationale communicaties)
— lignes fixes : abonnements et communications (limitation des communications internationales)
— GSM : abonnementen en communicaties (beperking van de internationale communicaties)
— te´le´phones mobiles : abonnements et communications (limitation des communications internationales)
- Abonnementen en aankoop van vakliteratuur;
- les abonnements et l’achat d’ouvrages spe´cifiques;
- bureaubenodigdheden (ringmappen, mappen, inktpatronen voor de printer/fax, papier, briefpapier, enveloppen, stylo’s, blocnotes, nietjesmachine, perforator, diskettes, plakband, schaar, lijm…);
- les fournitures de bureau (exemples : fardes, classeurs, cartouches d’encre pour imprimante/te´le´copieur, papier, papier a` lettres, enveloppes, bics, blocs notes, agrafeuse, perforatrice, disquettes, papier collant, ciseaux, colle…);
- vormingskosten : de kosten voor deelname aan studiedagen of andere evenementen kunnen worden aanvaard, op voorwaarde dat dergelijke uitgaven verbonden zijn aan nuttige vormingen voor de betrokken preventiewerkers. De kosten worden prioritair toegekend aan de personeelsleden die aangesteld worden in het kader van de gesubsidieerde projecten. De vormingskosten die gebonden zijn aan de coo¨rdinatie van het contract (preventieambtenaar, interne evaluator, administratieve en financie¨le coo¨rdinator) zullen evenwel worden aanvaard op voorwaarde dat de gemeente deze posten op zich neemt. In de andere gevallen blijven de vormingskosten ten laste van de betrokken subsidie¨rende overheid en kunnen ze het voorwerp uitmaken van een aanvraag tot subsidies van andere overheden. (2)
- les frais de formation : les frais de participation a` des journe´es d’e´tude ou autres formations peuvent eˆtre pris en charge, a` la condition que de telles de´penses soient lie´es a` des formations utiles pour les travailleurs concerne´s. Les frais ainsi engage´s seront prioritairement accorde´s aux membres du personnel affecte´s aux projets subsidie´s. Toutefois, seront pris en charge les frais de formation inhe´rents a` la coordination du contrat (fonctionnaire de pre´vention, e´valuateur interne, coordinateur administratif et financier), et ce a` condition que ces postes soient pris en charge par la commune. Dans les autres cas, les frais de formation du personnel restent a` charge de l’autorite´ communale et peuvent faire l’objet de demande de subsides d’autres autorite´s (2);
- De verblijfskosten (half pension of vol pension, luchthaventaxen, dranken/maaltijden,…) bij verplaatsingen naar het buitenland (colloquium, vorming, activiteiten,…);
- les frais de se´jour (exemples : demi-pension ou pension comple`te, taxe d’ae´roport, boissons/repas,…) lors de de´placements a` l’e´tranger (exemples : colloque, formation, activite´s,…);
- parkeerkosten bij externe verplaatsingen;
- frais de parking lors de de´placements exte´rieurs;
- drank- en/of maaltijdkosten (seminaries, vormingen, langdurige vergaderingen, bijzondere prestaties,…).
- les frais de boissons et/ou de nourriture (exemples : se´minaires, formations, re´unions de longue dure´e, prestations spe´ciales,…).
* De kosten voor de aankoop van een computer, een printer, een fax, een GSM en kantoormeubilair (stoelen, bureaus, kasten) zijn investeringen. Gelieve hierbij te kijken naar de rubriek investeringen’ (Hoofdstuk III, Investeringen, p.15-16.)
* Les frais relatifs a` l’achat d’un ordinateur, d’une imprimante, d’un te´le´copieur, d’un te´le´phone portable, du mobilier de bureau (chaises, bureaux, armoires) constituent des investissements. Veuillez vous re´fe´rer a` la rubrique investissements (Chapitre III. Investissements, pp.15-16).
II. In te vullen fiche
II. Fiche a` comple´ter
Voor elk project in het contract, moet het financieel dossier een gedetailleerde beschrijving geven van de vastgestelde administratiekosten.
Pour chaque projet inscrit au contrat, le dossier financier doit de´tailler les frais administratifs engage´s.
In de kolom FACT/BESTBON wordt het volgnummer gezet van de factuur (en/of de bestelbon) of van het betalingsbewijs dat aanleiding gaf tot een uitgave in het kader van het contract. Dit nummer moet zich in de rechterbovenhoek van het bewijsstuk bevinden.
Dans la colonne FACT/BONCOM, il faut indiquer le nume´ro de la facture (et/ou du bon de commande) ou de la preuve de paiement qui a donne´ lieu a` une de´pense dans le cadre du contrat. Ce nume´ro doit se situer dans le coin supe´rieur droit de la pie`ce justificative.
Indien de betaling niet kon plaatsvinden tijdens het contractuele boekjaar, dan volstaat een voor eensluidend verklaarde kopie van de bestelbon of van de beslissing van het college. Vanaf het ogenblik dat de betreffende factuur voorhanden is, moet deze ten laatste op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar waarin de kredieten werden toegelend worden overgemaakt aan het VSP. Het financie¨le dossier is pas volledig wanneer alle facturen ontvangen zijn. Pas na een volledige controle van de rekeningen kan een uitbetaling van de toelage gebeuren.
Si le paiement n’a pu avoir lieu durant l’exercice contractuel, une copie certifie´e conforme du bon de commande ou de la de´cision du colle`ge suffit. A partir du moment ou` la facture y relative est disponible, celle-ci doit eˆtre directement transmise au SPP et ce au plus tard le 31 mars de l’année qui suit l’année au cours de laquelle les crédits ont été alloués. Le dossier financier n’est complet que lorsque toutes les factures ont e´te´ re´ceptionne´es. Le paiement de la subvention ne peut eˆtre effectue´ qu’apre`s un controˆle complet des comptes.
De datum van facturatie of betaling, vermeld in de tweede kolom moet overeenkomen met de looptijd van het contract. Deze datum moet uiteraard identiek zijn aan de datum die voorkomt op de factuur of de bestelbon. Slechts dan kan de kost verhaald worden op het veiligheidsen preventiecontract en gedekt worden door het budget voorzien door de Minister van Binnenlandse Zaken.
La date de la facturation ou du paiement, mentionne´e dans la deuxie`me colonne, doit correspondre a` la pe´riode d’effet du contrat. Cette date doit e´videmment eˆtre identique a` la date mentionne´e sur la facture ou le bon de commande. Les frais pourront alors eˆtre re´percute´s sur le budget du contrat de se´curite´ et de pre´vention, et couverts par le budget pre´vu par le Ministre de l’Inte´rieur.
In de kolom OMSCHRIJVING wordt een bondige omschrijving van de onkosten gegeven. Bijvoorbeeld : postzegels, bureaumateriaal.
Dans la colonne DESCRIPTION, une bre`ve description des frais est inse´re´e. Exemples : timbres, fournitures de bureau.
Het bedrag dat in de vierde kolom wordt ingevuld, moet overeenstemmen met de bedragen op de bewijsstukken.
Le montant inscrit dans la quatrie`me colonne doit correspondre aux montants indique´s sur les pie`ces justificatives.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Bij te voegen bewijsstukken.
37273
Pie`ces justificatives a` annexer.
Voor elke uitgave moeten de voor eensluidend verklaarde kopiee¨n van de factuur en/of de bestelbon en van het betalingsbewijs bij het financie¨le dossier worden gevoegd.
Pour chaque de´pense, la(es) copie(s) certifie´e(s) conforme(s) de la facture et/ou du bon de commande ainsi que la copie certifie´e conforme de la preuve de paiement devront eˆtre annexe´es au dossier financier.
Bestelbonnen, debetnota’s of vorderingsbewijzen vormen geen voldoende bewijs van de effectieve betaling van de vastgestelde onkosten. De interne facturatiedocumenten van de gemeenten zullen evenwel worden aanvaard. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken behoudt zich de vrijheid om de ontvankelijkheid van dergelijke documenten na te gaan.
Les bons de commande, notes de de´bit ou de´clarations de cre´ances ne constituent en aucun cas des preuves suffisantes du paiement effectif des de´penses engage´es. Les documents de facturation interne des communes seront toutefois accepte´s. Le Ministe`re de l’Inte´rieur se re´serve ne´anmoins l’opportunite´ d’appre´cier la recevabilite´ de tels documents.
II 2. VERPLAATSINGSKOSTEN
II 2. FRAIS DE DEPLACEMENT
I. Algemeen.
I. Ge´ne´ralite´s.
Voor elk project in het contract moet het financieel dossier een gedetailleerde beschrijving geven van de vastgestelde verplaatsingskosten. Bovendien moet per personeelslid de datum, het voorwerp en de kost van elke verplaatsing worden gepreciseerd.
Pour chaque projet inscrit au contrat, le dossier financier doit de´tailler les frais de de´placement engage´s. De plus, il convient de pre´ciser par membre du personnel : la date, l’objet et le couˆt de chaque de´placement.
Daarenboven kan het contract de verplaatsingskosten(woonplaats werkplaats) van de personeelsleden van het contract met het openbaar vervoer (trein, tram, bus, metro) terugbetalen voor een bedrag dat gelijk is aan de wettelijke tussenkomst.
Peuvent par ailleurs eˆtre pris en charge sur le budget du contrat les frais de de´placement du personnel du contrat (domicile - lieu de travail) en transport en commun (train, tram, bus, me´tro) et ce a` concurrence d’un montant e´quivalent a` l’intervention le´gale.
II. Bijzonderheden.
II. Particularite´s.
Enkel de verplaatsingskosten van het personeel dat werd aangeworven via het contract en gesubsidieerd wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken of de verplaatsingskosten die nodig zijn voor de uitwerking van het project of van e´e´n van zijn aspecten, kunnen worden verhaald op het toegekende budget.
Seuls les frais de de´placement du personnel engage´ via le contrat et subsidie´ par le Ministre de l’Inte´rieur ou ne´cessaires a` la re´alisation du projet ou de l’un de ses aspects pourront eˆtre impute´s sur le budget alloue´.
De verplaatsingskosten eigen aan de coo¨rdinatie van het contract (preventieambtenaar, interne evaluator, administratieve en financie¨le coo¨rdinator) kunnen worden betaald op voorwaarde dat deze posten ingevuld worden door de gemeente. Zoniet blijven de verplaatsingskosten van het personeel ten laste van de gemeentelijke overheid en kunnen die kosten het voorwerp uitmaken van subsidies van andere overheden.
Pourront toutefois eˆtre pris en charge les frais de de´placement inhe´rents a` la coordination du contrat (fonctionnaire de pre´vention, e´valuateur interne, coordinateur administratif et financier), et ce a` condition que ces postes soient pris en charge par la commune. Dans les autres cas, les frais de de´placement du personnel restent a` charge de l’autorite´ communale et peuvent faire l’objet de demandes de subsides d’autres autorite´s.
Ook de verplaatsingskosten voor studie- of vormingsdagen worden prioritair toegekend aan het personeel gesubsidieerd in het kader van het contract. Als het gaat om andere personeelscategoriee¨n, dan zal een andere modaliteit worden voorzien.
De meˆme, les frais de de´placement lie´s a` la participation a` des journe´es d’e´tude ou de formation seront prioritairement accepte´s pour le personnel subsidie´ par le contrat. S’il s’agit d’autres cate´gories de personnel, l’explication en sera donne´e.
De verplaatsingskosten van het personeel van het contract in het kader van een actie kunnen worden betaald worden door het contract en zullen verhaald worden op het budget van de actiemiddelen (bvb : treintickets). De verplaatsingskosten van de personeelsleden die hetzij onder de bevoegdheid vallen van de gemeente, hetzij onder de bevoegdheid van een andere subsidie¨rende overheid of de verplaatsingskosten van personen buiten het contract, kunnen afwijkend en onder voorbehoud van de indiening van een gemotiveerde verklarende nota worden verhaald op de verplaatsingskosten van het contract. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken behoudt zich evenwel de mogelijkheid om de relevantie van de voorgelegde motivatie te overwegen.
Les de´placements du personnel du contrat qui ont lieu dans le cadre d’une action peuvent eˆtre pris en charge par le contrat et seront alors impute´s sur le budget des frais d’action (exemple : tickets de train). Les frais de de´placement de membres du personnel relevant soit de la commune soit d’une autre autorite´ subsidiante ou de personnes exte´rieures au contrat pourront, a` titre de´rogatoire et sous re´serve de l’introduction d’une note explicative motive´e, eˆtre impute´s sur les frais de de´placement du contrat. Le Ministe`re de l’Inte´rieur se re´serve toutefois l’opportunite´ d’appre´cier la pertinence de la motivation avance´e.
De volgende kosten kunnen worden verhaald op het contractbudget : - de brandstofkosten van gemeentevoertuigen al dan niet gefinancierd door het contract; op voorwaarde dat dit bedrag redelijk is en dat de gebruikte voertuigen uitsluitend ter beschikking gesteld worden van de preventiedienst; - de kilometervergoeding;
Pourront par ailleurs eˆtre impute´s sur le budget du contrat : - les frais de carburant des ve´hicules communaux finance´s ou non par le contrat, pour autant que le montant de ces de´penses soit raisonnable et que les ve´hicules utilise´s soient mis a` la disposition exclusive du service pre´vention; - les frais de kilome´trage;
- de onderhoudskosten van de voertuigen gefinancierd door het contract;
- les frais d’entretien des ve´hicules finance´s par le contrat;
- de verzekeringskosten van de voertuigen gefinancierd door het contract.
- les frais d’assurance des ve´hicules finance´s par le contrat.
De volgende kosten worden in principe nooit aanvaard :
Ne sont en principe jamais pris en charge par le contrat :
- de onderhoudskosten van de gemeentevoertuigen niet gefinancierd door het contract;
- les frais d’entretien des ve´hicules communaux non finance´s par le contrat;
- de verzekeringskosten van de gemeentevoertuigen niet gefinancierd door het contract.
- les frais d’assurance des ve´hicules communaux non finance´s par le contrat.
III. In te vullen fiche en bij te voegen bewijsstukken.
III. Fiche a` comple´ter et pie`ces justificatives a` annexer.
- Op elk vervoersbewijs (fiche 2.2.c) moet de naam van het personeelslid dat de uitgave voorzag, evenals de datum en het bedrag van de kost, duidelijk worden aangeduid.
- Concernant les titres de transport (fiche 2.2.c), le nom du membre du personnel qui a engage´ la de´pense ainsi que la date a` laquelle elle a e´te´ re´alise´e et son montant doivent clairement eˆtre indique´s.
Voor elk van de gedane verplaatsingen moet het VOORWERP worden vermeld. Het kan bv. gaan om een bezoek aan het VSP, een studiedag in Brussel, een bezoek aan een project.
Il convient, pour chacun des de´placements re´alise´s, d’indiquer son OBJET. Il peut par exemple s’agir d’une visite au SPP, d’une journe´e d’e´tude a` Bruxelles ou encore d’une visite d’un projet.
37274
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Voor elke uitgave moeten de voor eensluidend verklaarde kopiee¨n van de factuur, van de bestelbon en van het betalingsbewijs bij het financieel dossier worden gevoegd.
Pour chaque de´pense, la(es) copie(s) certifie´e(s) conforme(s) de la facture et/ou du bon de commande ainsi que la copie certifie´e conforme de la preuve de paiement devront eˆtre annexe´es au dossier financier.
- Voor wat betreft de kilometervergoeding (fiche 2.2.a) volstaat een voor eensluidend verklaarde kopie van het akkoord van het college en van het betrokken document (terugbetalingsfiche van de verplaatsingskosten). De gemeente verbindt er zich evenwel toe om voor elk van de gedane verplaatsingen een volledig dossier met de naam van het personeelslid, de datum en het voorwerp van de verplaatsing en het aantal afgelegde kilometers ter beschikking te houden van de subsidie¨rende overheid.
- Concernant les frais de kilome´trage (fiche 2.2.a), la copie certifie´e conforme de l’accord du colle`ge et du document vise´ (fiche de remboursement des frais de de´placement) suffit. La commune s’engage toutefois a` tenir a` disposition de l’autorite´ subsidiante un dossier complet renseignant pour chacun des de´placements re´alise´s, le nom du membre du personnel, la date et l’objet du de´placement ainsi que le nombre de kilome`tres parcourus.
- Voor wat betreft de brandstofkosten (fiche 2.2.b), volstaat het om een voor eensluidend verklaarde kopie over te maken van de maandelijkse overzichten van de benzinekaart. De gemeente verbindt er zich evenwel toe om voor elk van de gedane verplaatsingen een logboek met de naam van het personeelslid, de datum en het voorwerp van de verplaatsing en het aantal afgelegde kilometers ter beschikking te houden van de subsidie¨rende overheid.
- Enfin, concernant les frais de carburant (fiche 2.2.b), il convient de transmettre la copie certifie´e conforme des releve´s mensuels de la carte essence. La commune s’engage toutefois a` tenir a` disposition de l’autorite´ subsidiante un carnet de route renseignant pour chacun des de´placements re´alise´s, le nom du personnel, la date et l’objet du de´placement ainsi que le nombre de kilome`tres parcourus.
Bestelbonnen, debetnota’s of vorderingsbewijzen vormen geen voldoende bewijs van de effectieve betaling van de vastgestelde onkosten. De interne facturatiedocumenten van de gemeenten zullen evenwel worden aanvaard. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken behoudt zich de vrijheid om de ontvankelijkheid van dergelijke documenten na te gaan.
Pour rappel, les bons de commande, notes de de´bit ou de´clarations de cre´ances ne constituent en aucun cas des preuves suffisantes du paiement effectif des de´penses engage´es. Les documents de facturation interne des communes seront toutefois accepte´s. Le Ministe`re de l’Inte´rieur se re´serve ne´anmoins l’opportunite´ d’appre´cier la recevabilite´ de tels documents.
II.3. ACTIEMIDDELEN
II.3. FRAIS D’ACTION
I. Algemeen.
I. Ge´ne´ralite´s.
De actiemiddelen zijn de middelen die worden aangewend voor het dekken van de initiatieven in het veiligheids- en preventiecontract en/of die nog niet opgenomen zijn in de administratiekosten.
Les frais d’action sont les moyens de´gage´s pour couvrir les initiatives reprises dans le contrat de se´curite´ et de pre´vention et/ou qui ne sont pas de´ja` re´pertorie´s dans les frais administratifs.
1. Aanvaarde kosten.
1. De´penses accepte´es.
- de telefoonkosten :
- les couˆts te´le´phoniques :
— vaste lijnen : abonnementen en communicaties (beperking van de internationale communicaties);
— lignes fixes : abonnements et communications (limitation des communications internationales);
— GSM : abonnementen en communicaties (beperking van de internationale communicaties);
— te´le´phones mobiles : abonnements et communications (limitation des communications internationales);
- de deelnamekosten aan activiteiten van het omkaderende personeel dat wordt gesubsidieerd door het Ministerie van Binnenlandse Zaken in het kader van het contract;
- les frais de participation aux activite´s du personnel encadrant subsidie´ par le Ministe`re de l’Inte´rieur dans le cadre du contrat;
- het activiteitenmateriaal (spelletjes, werken,…);
- le mate´riel d’activite´ (exemples : jeux, ouvrages…);
- de huur en de lasten (water, gas, elektriciteit en verwarming) van de lokalen van de preventiedienst of van de wijkhuizen, jeugdhuizen, jeugdruimtes, decentralisatie in de wijken (behalve gemeenteeigendom);
- le loyer et les charges (eau, gaz, e´lectricite´ et chauffage) des locaux du service de pre´vention ou des maisons de quartier, maisons de jeunes, espaces jeunes, de´centralisation dans les quartiers (hors proprie´te´ communale);
- de kosten (water, gas, elektriciteit, verwarming) van de lokalen die uitsluitend door de gemeente ter beschikking gesteld zijn voor preventie-activiteiten;
- les charges (eau, gaz, e´lectricite´ et chauffage) des locaux mis exclusivement a` disposition (par la commune) des activite´s de pre´vention;
- de verwezenlijking en de publicatie van folders en brochures : de lokale adviseurs zullen bijzondere aandacht schenken aan de productie van sensibilisatiemateriaal voorgesteld door de gemeenten en zullen erop toezien dat er geen overlappingen zijn met het ondersteuningsmateriaal dat door het VSP ter beschikking wordt gesteld; het gebruikte materiaal zal de steun van het VSP vermelden met de zin «Met de steun van het Vast Secretariaat van het Preventiebeleid - Ministerie van Binnenlandse Zaken» en bij voorkeur met het logo van het VSP en van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De logo’s zijn beschikbaar op het VSP;
- la re´alisation et la publication de de´pliants et de brochures : les conseillers locaux porteront une attention particulie`re aux productions de mate´riel de sensibilisation propose´ par les communes et veilleront a` ce que celui-ci ne fasse pas double emploi avec les supports mis a` disposition par le SPP; le mate´riel utilise´ mentionnera l’appui du SPP en recourant a` la phrase ″Avec le soutien du Secre´tariat permanent a` la Politique de Pre´vention - Ministe`re de l’Inte´rieur″ et avec de pre´fe´rence l’usage des logos du SPP et du Ministe`re de l’Inte´rieur. Les logos sont disponibles au SPP;
- de huur van de zalen, de stands, tenten voor de organisatie van grote evenementen;
- la location de salles, de stands, de chapiteaux, de tentes pour l’organisation d’e´ve´nements;
- de huur van demonstratiemateriaal voor de organisatie van evenementen;
- la location de mate´riel de de´monstration pour l’organisation d’e´ve´nements;
- de huur van transportmiddelen in het kader van een activiteit;
- la location de moyens de transport dans le cadre d’une activite´;
- de huur van een kopieermachine, een telefoon-fax;
- la location de photocopieuse, de te´le´phone-fax;
- het onderhoud en herstel van materiaal;
- l’entretien et les re´parations du mate´riel;
- catering-, receptie-, voorstellingskosten tijdens activiteiten of feestelijkheden in het kader van lokale preventie-initiatieven;
- les frais de catering, de re´ception, de repre´sentation lors d’activite´s ou de festivite´s mene´es dans le cadre des initiatives de pre´vention locale;
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE - apothekerskosten; - inrichting van de lokalen (behangpapier, vloerbekleding, verf, wandbekleding, gordijnen,…); - deelnamekosten aan externe activiteiten, zowel door het omkaderend personeel als door de begunstigden (bv. inkom attractieparken, cinema, ijsbaan,…); - leasing wagens (op voorwaarde dat de leasing voorzien is in het contract of onder voorbehoud van een voorafgaande goedkeuring door de Minister); … 2. Worden nooit aanvaard - de huur van de lokalen ter beschikking gesteld door de gemeente en waarvan de gemeente eigenaar is; - de huur van gemeentemateriaal (bureaubenodigdheden, informaticamateriaal, audiovisueel materiaal, kopieermachine…) ter beschikking gesteld van het contract; - de onderhoudskosten (schoonmaak) van de lokalen van de preventiedienst ter beschikking gesteld door de gemeente en/of van de lokalen van de wijkhuizen, de jeugdhuizen, de jongerenruimtes en de decentralisatie in de wijken, behalve indien er een beroep moest worden gedaan op de diensten van niet-gemeentelijke maatschappijen of ondernemingen; - de facturatie van gepresteerde uren door het gemeentepersoneel buiten het veiligheids- en preventiecontract en waarvan de opdracht niet expliciet van preventieve aard is; … II. Bijzonderheden. 1. Kledij of kledijvergoeding. Behalve expliciet anders bepaald door het contract, worden kledijvergoedingen slechts toegekend aan personen tewerkgesteld in het kader van de uitvoering van het contract en op voorwaarde dat het toekennen van een kledijvergoeding een reglementaire verplichting is voor de gemeente en op voorwaarde dat de toegekende bedragen redelijk zijn. 2. Toekenning van veiligheidspremies. Een gemeente kan de premies die werden toegekend aan de bevolking in het kader van de inbraakpreventie verhalen op het budget van het veiligheids- en preventiecontract op voorwaarde dat deze mogelijkheid uitdrukkelijk vermeld wordt in het contract. 3. Aankoop PWA- cheques en aanwerving van jobstudenten. In principe kunnen de aankoop van multi-cheques (met uitzondering van deze contracten met een stadswachtproject) en de toelagen toegekend aan jobstudenten verhaald worden op het budget van het veiligheids- en preventiecontract op voorwaarde dat deze mogelijkheid expliciet voorzien is door het contract. Indien dit niet het geval is, kan een afwijkingsaanvraag van het contract ingediend worden. III. In te vullen fiche. Voor elk project in het contract moet het financieel dossier een gedetailleerd overzicht geven van de vastgelegde actiemiddelen. De fiche groepeert alle uitgaven die werden gedaan in het kader van de acties in het veiligheids- en preventiecontract. In de kolom FAC/BESTELBON wordt het volgnummer geschreven dat op de rechterbovenhoek van de bijgevoegde voor eensluidend verklaarde kopie wordt vermeld van de factuur (en/of de bestelbon) en van de betalingsbewijzen als officie¨le bewijsstukken.
37275
- les frais de pharmacie; - l’ame´nagement des locaux (exemples : papier peint, reveˆtement de sol, peinture, tentures, rideaux,…); - les frais de participation a` des activite´s exte´rieures tant pour le personnel encadrant que pour les be´ne´ficiaires (exemples : entre´es aux parcs d’attraction, cine´ma, patinoire,…); - leasing de ve´hicules (a` la condition que celui-ci soit pre´vu au contrat ou sous re´serve d’une autorisation pre´alable du Ministre); … 2. Seront d’office refuse´s - le loyer des locaux mis a` disposition par la commune et dont celle-ci est proprie´taire; - la location du mate´riel communal (exemples : mate´riel de bureau, informatique, audio-visuel, photocopieuse…) mis a` disposition du contrat; - les frais d’entretien (nettoyage) des locaux du service de pre´vention mis a` disposition par la commune et/ou des locaux des maisons de quartier, maisons de jeunes, espaces-jeunes et de´centralisation dans les quartiers sauf s’il a e´te´ ne´cessaire de faire appel aux services de socie´te´s ou d’entreprises non communales; - la facturation des heures preste´es par le personnel communal hors contrat de se´curite´ et de pre´vention et dont la taˆche n’est pas directement illustrative d’une action de pre´vention; … II. Particularite´s. 1. Veˆtements ou allocations de veˆtements. Sauf disposition contraire explicitement pre´vue par le contrat, les frais de veˆtements ou les frais d’habillement ne sont accorde´s qu’aux personnes employe´es dans le cadre de l’exe´cution du contrat et a` condition que le fait d’accorder une masse d’habillement constitue une obligation re´glementaire pour la commune, et pour autant que les montants accorde´s soient raisonnables. 2. Octroi de primes a` la se´curisation. Une commune peut se faire rembourser par le budget du contrat de se´curite´ et de pre´vention les primes qui ont e´te´ octroye´es a` la population dans le cadre de la pre´vention d’effraction a` condition que cette possibilite´ soit clairement pre´vue dans le contrat. 3. Achat de che`ques ALE et recrutement d’e´tudiants re´mune´re´s En principe, l’achat de multi-che`ques (excepte´ pour les contrats avec un projet APS) et les allocations octroye´es aux e´tudiants re´mune´re´s peuvent eˆtre pris en charge si le contrat de se´curite´ et de pre´vention le pre´voit explicitement. Si ce n’est pas le cas, une demande de de´rogation au contrat pourra eˆtre introduite en cette matie`re. III. Fiche a` remplir. Pour chaque projet inscrit au contrat, le dossier financier doit de´tailler les frais d’action engage´s. La fiche regroupe toutes les de´penses re´alise´es dans le cadre des actions inscrites dans le contrat de se´curite´ et de pre´vention. Dans la colonne FAC/BON DE COMMANDE, le nume´ro d’ordre est e´crit. Ce nume´ro est e´galement mentionne´ dans le coin supe´rieur droit de la copie certifie´e conforme de la facture (et/ou du bon de commande) et de la preuve de paiement comme pie`ces justificatives officielles.
In de kolom ACTIENUMMER moet het nummer worden ingevuld dat overeenstemt met de acties uit het contract. De datum moet corresponderen met de datum die voorkomt op de voor eensluidend verklaarde kopie van de factuur (en/of de bestelbon) en het betalingsbewijs.
Dans la colonne NUMERO D’ACTION le nume´ro correspondant avec les actions reprises au contrat doit eˆtre indique´. La date doit correspondre avec la date indique´e sur la copie certifie´e conforme de la facture (et/ou du bon de commande) et de la preuve de paiement.
Het bedrag moet overeenstemmen met het bedrag dat terug te vinden is op de bijgevoegde bewijsstukken.
Le montant doit correspondre a` celui indique´ sur les pie`ces justificatives accompagnantes.
Bij te voegen bewijsstukken :
Pie`ces justificatives a` annexer :
Voor elke uitgave moeten de voor eensluidend verklaarde kopiee¨n van de factuur en/of de bestelbon en van het betalingsbewijs bij het financieel dossier worden gevoegd.
Pour chaque de´pense, la(es) copie(s) certifie´e(s) conforme(s) de la facture et/ou du bon de commande ainsi que la copie certifie´e conforme de la preuve de paiement devront eˆtre annexe´es au dossier financier.
Bestelbonnen, debetnota’s of vorderingsbewijzen vormen geen voldoende bewijs van de effectieve betaling van de vastgestelde onkosten. De interne facturatiedocumenten van de gemeenten zullen evenwel worden aanvaard. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken behoudt zich de vrijheid om de ontvankelijkheid van dergelijke documenten na te gaan.
Les bons de commande, notes de de´bit ou de´clarations de cre´ances ne constituent en aucun cas des preuves suffisantes du paiement effectif des de´penses engage´es. Les documents de facturation interne des communes seront toutefois accepte´s. Le Ministe`re de l’Inte´rieur se re´serve ne´anmoins l’opportunite´ d’appre´cier la recevabilite´ de tels documents.
37276
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
III. INVESTERINGEN. I. Algemeen. De erfgoederen die een vermoedelijke gebruiksduur van meer dan e´e´n jaar hebben worden beschouwd als investeringen. Enkel de investeringen voorzien in het contract zullen worden gesubsidieerd en dit binnen de gegeven limiet. Alle andere investeringen zullen het voorwerp moeten uitmaken van een schriftelijke afwijkingsaanvraag bij de Minister van Binnenlandse Zaken of zijn gedelegeerd bestuur. De aanvragen moeten systematisch worden ingediend vooraleer over te gaan tot de vaststelling van de kosten. Bij gebrek aan een voorafgaande toestemming zullen de vastgestelde kosten niet aanvaard worden en bijgevolg ten laste blijven van de gemeente. In geval van overmacht kan echter een spoedprocedure versneld worden uitgevoerd. 1. Uitgaven aanvaard indien voorzien in het contract of indien absoluut noodzakelijk voor het goede verloop van het contract en mits uitdrukkelijk en voorafgaand akkoord : - de aankoop van audiovisueel materiaal (TV, video, overheadprojector, DVD, camera, radio-cassette, fototoestel, projector en diascherm, multimediaprojector); - de aankoop of leasing van informaticamateriaal (3) (PC, printer, scanner, monitor, portabel, vergunning en informaticaprogramma, graveertoestel, CD-ROM, webcam); - de aankoop van een alarm; - de aankoop van een telefooncentrale; - de aankoop van bureaubenodigdheden (4) (bureaumeubilair, bureaus, stoelen, rekjes, kasten, mededelingsborden, opbergmeubels,…); - de aankoop van meubels voor de inrichting van buurthuizen of andere infrastructuren met het oog op preventiewerk; - de aankoop van (een) kopieermachine(s); - de aankoop van GSM’ (s) - vast(e) telefoontoestel(len) (5); - de aankoop van graveertoestel(len), anti-diefstaltoestel(len); - de aankoop van tentoonstellingswanden, van stand(s), tent(en)…; - de aankoop van fiets(en); - de aankoop van promotiemateriaal (voorbeeld : uitstalkast met van technopreventief materiaal,…); - de aankoop van materiaal voor sportactiviteiten; - de aankoop van radio-communicatiemateriaal; - de aankoop van elektrische huishoudtoestellen (voorbeelden : koffiemachine, ijskast, microgolf) bestemd voor preventie-initiatieven of voor werkers belast met deze initiatieven; … 2. Worden nooit aanvaard op het budget van het Ministerie van Binnenlandse Zaken : - de aankoop van voertuigen (wagen, motor); - de aankoop van gebouwen; … II. In te vullen fiche. Voor elk project dat in het contract wordt ingeschreven moet het financie¨le dossier een gedetailleerd overzicht geven van de gedane investeringen. De fiche groepeert alle uitgaven die gedaan werden in het kader van de acties ingeschreven in het contract. In de kolom FAC/BESTELBON wordt het volgnummer geschreven dat op de rechterbovenhoek van de bijgevoegde voor eensluidend verklaarde kopie wordt vermeld van de factuur (en/of de bestelbon) en van de betalingsbewijzen als officie¨le bewijsstukken. In de kolom ACTIENUMMER moet het nummer worden ingevuld dat overeenstemt met de acties uit het contract. De aangegeven datum moet corresponderen met de datum die voorkomt op de factuur of op de bestelbon. Het bedrag moet overeenstemmen met het bedrag dat terug te vinden is op de bijgevoegde bewijsstukken. Bij te voegen bewijsstukken : Voor elke uitgave moeten de voor eensluidend verklaarde kopie(e¨n) van de factuur en/of de bestelbon en van het betalingsbewijs bij het financieel dossier worden gevoegd. Bestelbonnen, debetnota’s of vorderingsbewijzen vormen geen voldoende bewijs van de effectieve betaling van de vastgestelde onkosten. De interne facturatiedocumenten van de gemeenten zullen evenwel worden aanvaard. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken behoudt zich de vrijheid om de ontvankelijkheid van dergelijke documenten na te gaan.
III. INVESTISSEMENTS. I. Ge´ne´ralite´s. Sont conside´re´s comme des investissements les biens de type patrimonial qui ont une dure´e d’utilisation estimable de plus d’un an. Seuls les investissements pre´vus au contrat seront subsidie´s et ce dans les limites indique´es. Tous les autres types d’investissement devront faire l’objet d’une demande de de´rogation e´crite aupre`s du Ministre de l’Inte´rieur ou de son administration de´le´gue´e. Les demandes devront syste´matiquement eˆtre adresse´es avant de proce´der a` l’engagement de la de´pense. A de´faut d’autorisation pre´alable, les frais engage´s ne seront pas accepte´s et resteront par conse´quent a` charge de la commune. Une proce´dure d’urgence pourra toutefois eˆtre diligente´e en cas de force majeure. 1. De´penses accepte´es si pre´vues au contrat ou absolument ne´cessaires au bon de´roulement du contrat et moyennant accord explicite et pre´alable : - l’acquisition de mate´riel audio-visuel (exemples : TV, vide´o, re´troprojecteur, DVD, came´ra, radio-cassette, appareil photo, projecteur et e´cran dia, projecteur multi-me´dia); - l’acquisition ou le leasing de mate´riel informatique (3) (exemples : PC, imprimante, scanner, moniteur, ordinateur portable, licence et programme informatique, graveur, CD-ROM, webcam); - l’acquisition d’une alarme; - l’acquisition d’une centrale te´le´phonique; - l’acquisition de mobilier de bureau (4) (exemples : bureaux, chaises, e´tage`res, armoires, tableaux d’affichage, meubles de rangement,…); - l’acquisition de mobilier pour l’ame´nagement de maisons de quartier ou d’autres infrastructures dont l’affectation concerne le travail de pre´vention; - l’acquisition de photocopieuse(s); - l’acquisition de GSM - te´le´phone(s) fixe(s) (5); - l’acquisition d’instrument(s) de gravure, d’anti-vol(s); - l’acquisition de parois d’exposition, de stand(s), de tonnelle(s)…; - l’acquisition de bicyclette(s); - l’acquisition de mate´riel de promotion (exemple : vitrine de pre´sentation du mate´riel de technopre´vention); - l’acquisition de mate´riel pour les activite´s sportives; - l’acquisition de mate´riel de radio-communication; - l’acquisition d’appareils e´lectro-me´nagers (exemples : machine a` cafe´, frigo, micro-ondes) destine´s aux initiatives de pre´vention ou aux travailleurs charge´s de ces initiatives; … 2. Seront d’office refuse´es par le Ministe`re de l’Inte´rieur : - l’acquisition de ve´hicules (voiture, moto); - l’acquisition de baˆtiments; … II. Fiche a` remplir. Pour chaque projet inscrit au contrat, le dossier financier doit de´tailler les investissements re´alise´s. La fiche regroupe toutes les de´penses qui ont e´te´ faites dans le cadre des actions inscrites dans le contrat. Dans la colonne FAC/BON DE COMMANDE, le nume´ro d’ordre est e´crit. Ce nume´ro est e´galement mentionne´ dans le coin supe´rieur droit de la copie certifie´e conforme de la facture (et/ou du bon de commande) et de la preuve de paiement comme pie`ces justificatives officielles. Dans la colonne NUMERO D’ACTION le nume´ro correspondant avec les actions reprises au contrat doit eˆtre indique´. La date renseigne´e doit correspondre avec la date indique´e sur la facture ou sur le bon de commande. Le montant doit correspondre a` celui indique´ sur les pie`ces justificatives accompagnantes. Pie`ces justificatives a` annexer : Pour chaque de´pense, la(es) copie(s) certifie´e(s) conforme(s) de la facture et/ou du bon de commande ainsi que la copie certifie´e conforme de la preuve de paiement devront eˆtre annexe´es au dossier financier. Les bons de commande, notes de de´bit ou de´clarations de cre´ances ne constituent en aucun cas des preuves suffisantes du paiement effectif des de´penses engage´es. Les documents de facturation interne des communes seront toutefois accepte´s. Le Ministe`re de l’Inte´rieur se re´serve ne´anmoins l’opportunite´ d’appre´cier la recevabilite´ de tels documents.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE IV. STADSWACHT. I. Algemeen. De actiemiddelen die in het veiligheids- en preventiecontract voor het stadswachtproject voorzien zijn, moeten prioritair worden gebruikt voor de uitrusting en de opleiding van de stadswachten. De kosten verbonden aan de logistieke ondersteuning kunnen daarna eventueel worden betaald. Deze zullen bij voorkeur worden verhaald op de werkingsmiddelen (investeringen) die daartoe door het contract voorzien werden, of op de werkingsmiddelen (investeringen) van de coo¨rdinatie van het contract (indien voorzien in het contract of mits voorafgaandelijk akkoord). Wanneer er echter nieuwe stadswachters aangeworven worden (vervanging in geval van vertrek, verhoging van het aantal voorziene stadswachten in een bijlage aan het contract, het opzetten van een nieuw project,…) kan de gemeente, om de nieuwe stadswachten uit te rusten, eenmalig gebruik maken van een maximum van 185,92 S werkingsmiddelen van het contract per stadswacht. Alle initiatieven die in het kader van het stadswachtdispositief worden gerealiseerd, moeten overeenkomen met de verplichtingen die in de wetgeving aangaande de stadswachten worden opgenomen. II. Uniformen en uitrusting. Het uniform van de stadswachten is gereglementeerd. Wij verwijzen hiervoor naar de ministerie¨le omzendbrieven. Nochtans staat het de lokale overheid vrij zich tot de maatschappij van hun keuze te richten. Het uniform van de stadswacht bevat : - vesten : maximum 1 per stadswacht - polo’s : maximum 2 per stadswacht - sweaters : maximum 2 per stadswacht - broeken/rokken : maximum 4 per stadswacht (2 voor de winter, 2 voor de zomer) - schoenen : maximum 1 paar schoenen per jaar - petten : maximum 2 per stadswacht - verkeersborden, maglights, reflecterende banden,… Het onderhoud van de uitrusting (stomerij, herstellingen,…) valt ten laste van de stadswacht en/of van de gemeente en mag dus niet op het contractbudget worden verhaald. III. Opleiding. De opleidingskosten van de stadswachten kunnen worden verhaald op de actiemiddelen van de stadswachten van het veiligheids- en preventiecontract (gemachtigde opzichter, eerste hulp, conflictbeheer, communicatie…). IV. Logistieke ondersteuning. De volgende uitgaven kunnen prioritair worden verhaald op de werkingsmiddelen van de stadswachten die daartoe door het contract worden voorbehouden of op de werkingsmiddelen van het contract :
37277
IV. ASSISTANTS DE PREVENTION ET DE SECURITE (APS). I. Ge´ne´ralite´s. Les frais d’action disponibles dans le contrat de se´curite´ et de pre´vention pour le projet APS doivent eˆtre utilise´s en priorite´ pour l’e´quipement et la formation des APS. Les frais lie´s au support logistique pourront alors e´ventuellement eˆtre pris en charge. Ceux-ci seront impute´s de pre´fe´rence sur les frais de fonctionnement (investissements) pre´vus a` cet effet par le contrat, ou encore sur les frais de fonctionnement (ou investissements) de la coordination du contrat (si pre´vu au contrat ou moyennant accord pre´alable). Lorsque de nouveaux APS sont engage´s (remplacement en cas de de´part, augmentation du nombre d’APS dans un avenant, mise en place d’un nouveau projet,...), la commune peut, pour e´quiper le nouvel APS, re´affecter, a` titre comple´mentaire et exceptionnel, un maximum de 185,92 S par APS des frais de fonctionnement du contrat au renouvellement de l’e´quipement. Toutes les initiatives re´alise´es dans le cadre du dispositif APS devront eˆtre conformes aux obligations consigne´es dans la le´gislation relative aux APS. II. Uniformes et équipements. L’uniforme des APS est re´glemente´. Nous renvoyons a` cet effet aux circulaires ministe´rielles. Toutefois, les autorite´s locales restent libres de s’adresser a` la socie´te´ de leur choix. L’uniforme de l’assistant de pre´vention et de se´curite´ comprend : - veste : maximum 1 par APS - polos : maximum 2 par APS - sweats-shirts : maximum 2 par APS - pantalons/ jupes : maximum 4 par APS (2 pour l’hiver, 2 pour l’e´te´) - chaussures : 1 paire de chaussures maximum par an - casquettes : maximum 2 casquettes par APS - panneaux de signalisation, lampes Mag Lite, bandes re´fle´chissantes,... L’entretien de l’e´quipement (pressing, re´parations…) reste a` charge de l’APS et/ou de la commune et ne peut donc pas eˆtre impute´ sur le budget du contrat. III. Formation Les frais de formation des APS peuvent eˆtre impute´s sur les frais d’action APS du contrat de se´curite´ et de pre´vention (surveillant habilite´, premiers secours, gestion de conflits, communication,…). IV. Appui logistique. Les de´penses suivantes peuvent eˆtre prioritairement prises en charge sur les frais de fonctionnement APS re´serve´s a` cette fin par le contrat ou sur les frais de fonctionnement du contrat :
- de aankoop van tassen (1 per stadswacht);
- l’achat de sacs (1 par APS);
- de aankoop van telefoonkaarten;
- l’achat de cartes te´le´phoniques;
- de aankoop van bureaumateriaal, documentatie (bijvoorbeeld : stadsplan);
- l’achat de fournitures de bureau, de documentation (plan de ville par exemple);
- de aankoop van GSM’s of walkie-talkies (cf. Hoofdstuk III. Investeringen, p.15-16);
- l’acquisition de GSM ou talkies-walkies (cf. Chapitre III. Investissements, pp.15-16);
- de kosten verbonden aan de mobiele telefonie (cf. Hoofdstuk II. Actiemiddelen, p.12-14);
- les frais de te´le´phonie mobile (cf. Chapitre II. Frais d’action, pp.12-14);
- de verplaatsingskosten van de stadswachten in het kader van hun actie;
- les frais de de´placement des APS dans le cadre de leurs actions;
- de huurkosten van lokalen voor de stadswachten;
- les frais de location de locaux pour les APS;
- de aankoop van kasten om de uitrusting of persoonlijke goederen veilig op te bergen;
- l’acquisition d’armoires pour mettre l’e´quipement ou les biens personnels en lieu suˆr;
- de aankoop (cf. Investeringen) of de verhuur van transportmiddelen (bijvoorbeeld : fietsen);
- l’acquisition (cf. investissements) ou location de moyens de transport (exemple : bicyclette);
…
…
Worden niet gesubsidieerd door het contract :
Ne seront pas subsidie´s par le contrat :
- de aankoop van burelen : het nodige materiaal moet ter beschikking gesteld worden door de gemeente, de tussenkomst in de verplaatsingskosten tussen de woning en de werkplaats;
- l’acquisition de bureaux : le mate´riel ne´cessaire doit eˆtre mis a` disposition par la commune; l’intervention dans les frais de de´placement entre le domicile et le lieu de travail;
- de voedings- en drankkosten, behalve indien deze noodzakelijk blijken of verbonden zijn aan de organisatie van initiatieven (bvb : avondprestaties). In dit geval kunnen de kosten worden verhaald op de werkingsmiddelen van de coo¨rdinatie van het contract.
- les frais alimentaires et/ou boissons, sauf si ceux-ci s’ave`rent ne´cessaires et lie´s au de´roulement d’initiatives (exemple : prestations en soire´e). Dans ce cas, les frais pourront eˆtre impute´s sur les frais de fonctionnement de la coordination du contrat.
37278
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
V. In te vullen fiches Zie algemene rubrieken : Hoofdstuk II. Werkingsmiddelen., p.7-14. Hoofdstuk III. Investeringen., p.15-16. V. KREDIETEN OVERGEMAAKT AAN EEN VZW Sommige voorziene middelen (personeelskosten, actiemiddelen, investeringen) mogen ter beschikking gesteld worden van een VZW of andere dienst die de doelstellingen voorzien in het contract zal verwezenlijken. Hiertoe moet de gemeente een protocolakkoord sluiten met deze instelling, met vermelding van de rechten en plichten van iedere partij. In dit geval is de gemeente eveneens verantwoordelijk voor de goede uitvoering van de acties en voor de indiening van de bewijsstukken.
V. Fiches a` comple´ter Voir rubriques ge´ne´rales : Chapitre II. Frais de fonctionnement., pp. 7-14. Chapitre III. Investissements., pp.15-16. V. CREDITS TRANSFERES VERS UNE A.S.B.L Il est admis que certains moyens pre´vus (frais de personnel, frais d’action, investissement) soient mis a` la disposition d’une ASBL ou d’un autre service qui se chargera de la re´alisation des objectifs de´finis dans le contrat. A cet effet, la commune doit conclure un protocole d’accord avec cette institution dans lequel seront repris les droits et obligations de chacun. La commune est dans ce cas e´galement responsable de la bonne exe´cution des actions et de la pre´sentation des pie`ces justificatives.
De algemene principes van deze richtlijnen (aard van de uitgaven, voorafgaande procedures voor toestemming, afwijking,…) blijven nochtans volledig van toepassing.
Les principes ge´ne´raux des pre´sentes directives (nature des de´penses, proce´dures d’autorisation/de´rogation pre´alables,…) restent toutefois pleinement d’application.
Bij te voegen bewijsstukken :
Pie`ces jusitificatives a` annexer :
Voor wat betreft de kredieten overgemaakt aan een VZW zullen enkel de volgende stukken in overweging worden genomen :
Pour ce qui concerne les cre´dits transfe´re´s a` une ASBL, seules les pie`ces suivantes seront prises en conside´ration :
- een kopie van het protocolakkoord met opsomming van de rechten en plichten van beide partners en met bepaling van de modaliteiten van de budgetoverdracht;
- une copie du protocole d’accord dans lequel sont e´nume´re´s les droits et devoirs des parties et de´terminant les modalite´s de transfert de budget;
- het vorderingsbewijs van de VZW; - het stortingsbewijs van de budgetoverdrachten;
- la de´claration de cre´ance de l’ASBL; - la preuve du versement des budgets transfe´re´s;
- een bewijs van de burgemeester waaruit blijkt dat tijdens het contractueel boekjaar de verplichtingen die vermeld staan in het protocol nageleefd werden en dat de totaliteit van de middelen ontvangen in het kader van het veiligheids- en preventiecontract aangewend werd overeenkomstig de bewoordingen en doelstellingen van het contract. Aan dit bewijs wordt het activiteitenrapport van de VZW toegevoegd;
- une attestation du bourgmestre de laquelle il ressort qu’au cours de l’exercice contractuel les obligations figurant dans le protocole ont e´te´ remplies et que la totalite´ des moyens rec¸us dans le cadre du contrat de se´curite´ et de pre´vention a e´te´ utilise´e conforme´ment aux termes et objectifs du contrat. Sera joint a` cette attestation le rapport d’activite´ de l’ASBL;
- betreffende de aanwerving van personeel (gedetacheerd door de gemeente of aangeworven door de VZW)moet de gemeente zich richten naar de richtlijnen aangaande de loonkosten (cf. Hoofdstuk I. Loonkosten, p.4-6.);
- concernant le recrutement de personnel (de´tache´ par la commune ou engage´ par l’ASBL), la commune doit se conformer aux directives relatives aux couˆts salariaux (cf. Chapitre Ier. Couˆt Salarial., pp.4-6);
- betreffende de werkingsmiddelen en de investeringen zijn de VZW’s niet verplicht zich te houden aan de richtlijnen met betrekking tot de administratiekosten, de verplaatsingskosten, de actiemiddelen en de investeringen toegelicht onder de volgende punten : Hoofdstuk II. Werkingsmiddelen., p. 7-14, Hoofdstuk III. Investeringen., p. 15-16. De gemeente blijft evenwel verantwoordelijk voor de indiening en de motivatie van het financieel dossier bij de subsidie¨rende overheid.
- concernant les frais de fonctionnement et les investissements, les ASBL ne sont pas tenues de se conformer aux directives relatives aux frais administratifs, frais de de´placement, frais d’action et investissements renseigne´s aux points suivants : Chapitre II. Frais de fonctionnement., pp. 7-14., Chapitre III. Investissements., pp.15-16. La commune reste toutefois responsable de la pre´sentation et de la motivation du dossier financier vis-a`-vis de l’autorite´ subsidiante.
Indien e´e´n of meerdere bepalingen van het veiligheids- en preventiecontract niet worden nageleefd, dan heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken het recht om hetzij de toegekende subsidie op te heffen en/of te verminderen, hetzij ze geheel of gedeeltelijk te recupereren.
En cas de non-respect d’une ou plusieurs dispositions du contrat de se´curite´ et de pre´vention, le Ministre de l’Inte´rieur se re´serve la faculte´ soit de suspendre et/ou de re´duire, soit de re´cupe´rer entie`rement ou partiellement la subvention octroye´e.
Wanneer initiatieven toevertrouwd worden aan een VZW of aan andere diensten en gefinancierd worden door de gemeente, dan moeten deze initiatieven kaderen binnen de overeenkomst gesloten tussen de twee partijen, binnen de ingediende financie¨le bewijsstukken en binnen de wetgeving betreffende de controle op de toekenning en het gebruik van bepaalde subsidies. De gemeente is de enige onderhandelingspartner van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en blijft verantwoordelijk voor de indiening en de motivatie van het financie¨le dossier.
Dans le cas d’initiatives confie´es aux ASBL ou autres services pour le compte de la commune, celles-ci devront eˆtre conformes a` la convention conclue entre les deux parties, aux pie`ces financie`res introduites ainsi qu’a` la le´gislation relative au controˆle de l’octroi et de l’emploi de certaines subventions. La commune est le seul interlocuteur du Ministe`re de l’Inte´rieur et reste responsable de la pre´sentation et de la motivation du dossier financier.
De huidige omzendbrief treedt in werking vanaf 1 juli 2002.
La pre´sente circulaire entre en application de`s le 1er juillet 2002.
Gemaakt te Brussel op 17 juni 2002.
Fait a` Bruxelles, le 17 juin 2002.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE
Le Ministre de l’Inte´rieur, A DUQUESNE
Nota’s
Notes
(1) het betreft hier in het bijzonder de telefoonfactuur, de verzekeringscontracten, de huurcontracten en huurlasten. (2) Wat betreft de ″Verplaatsingskosten″, zie Hoofdstuk II, Werkingsmiddelen, titel 2. Verplaatsingskosten, p.10-11.
(1) Sont particulie`rement concerne´es les factures de te´le´phone, les contrats d’assurance, les contrats de location et charges locatives. (2) Concernant les ″Frais de de´placement″, nous renvoyons au Chapitre II. Frais de fonctionnement, titre 2. Frais de de´placement, pp.10-11. (3) La destination du mate´riel devra eˆtre explicitement mentionne´e au contrat. Lors du de´compte financier ou de toute demande d’autorisation de de´pense, il sera tenu compte du nombre de personnes employe´es dans le contrat, de la situation locale re´elle, ainsi que du mobilier et du mate´riel de bureau de´ja` achete´.
(3) De bestemming van het materiaal moet uitdrukkelijk in het contract worden vermeld. Bij de financie¨le afhandeling en bij elke uitgave-aanvraag zal er tevens rekening worden gehouden met het aantal personen die in het kader van het contract worden aangeworven, alsook met de ree¨le lokale situatie en met het bureaumeubilair en – materiaal dat reeds werd aangekocht (4) Zie nota 3 (5) Zie nota 3
(4) Voir note 3. (5) Voir note 3.
37279
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE MINISTERE DE L’EMPLOI ET DU TRAVAIL
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
[C − 2002/13058]
[C − 2002/13058] Neerlegging van collectieve arbeidsovereenkomsten
De´poˆt de conventions collectives de travail
De hierna vermelde collectieve arbeidsovereenkomsten werden neergelegd ter Griffie van de Administratie van de collectieve arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid.
Les conventions collectives de travail de´signe´es ci-apre`s ont e´te´ de´pose´es au Greffe de l’Administration des relations collectives de travail du Ministe`re de l’Emploi et du Travail.
De teksten van de ter Griffie neergelegde collectieve arbeidsovereenkomsten zijn beschikbaar op de website van het Ministerie. Zij kunnen eveneens gratis afgeprint worden.
Les textes des conventions de´pose´es au Greffe sont disponibles sur le site Internet du Ministe`re. Ceux-ci peuvent e´galement eˆtre imprime´s gratuitement.
Er kunnen evenwel voor eensluidend verklaarde afschriften van deze overeenkomsten worden verkregen mits voorafgaande betaling van een retributie van 1 EUR per bladzijde. Het afleveren van delen van kopies wordt niet toegestaan.
On peut toutefois se faire de´livrer des copies certifie´es conformes de ces conventions moyennant le paiement pre´alable d’une redevance de 1 EUR par page. La de´livrance de reproduction partielle n’est pas autorise´e.
De retributie is te betalen in handen van het daartoe afgevaardigd personeelslid van de Griffie.
La redevance est payable entre les mains de l’agent du Greffe de´signe´ a` cet effet.
Zij mag ook, voor de uitreiking van de documenten, worden gestort op postrekening nr. 679-2005847-81, « Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, collectieve arbeidsovereenkomsten », met vermelding van de registratienummers van de gewenste overeenkomsten.
Elle peut aussi eˆtre verse´e, pre´alablement a` la de´livrance des documents au compte postal n° 679-2005847-81, « Ministe`re de l’emploi et du Travail, conventions collectives de travail », en mentionnant les nume´ros d’enregistrement des conventions souhaite´es.
Adres : Belliardstraat 51, te 1040 Brussel, lokaal B456.
Adresse : rue Belliard 51, a` 1040 Bruxelles, local B456.
Telefoon : 02-233 41 48 en 41 49 van 9 tot 12 uur.
Te´le´phone : 02-233 41 48 et 41 49 de 9 a` 12 heures.
Fax : 02-233 41 45.
Te´le´copie : 02-233 41 45.
E-mail :
[email protected]
Courrie :
[email protected]
Internetsite : http ://www.meta.fgov.be
Site Internet : http ://www.meta.fgov.be
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 29/11/2000, neergelegd op 29/08/2001 en geregistreerd op 24/07/2002.
COMMISSION PARITAIRE POUR LES EMPLOYES OCCUPES CHEZ LES NOTAIRES Convention collective de travail conclue le 29/11/2000, de´pose´e le 29/08/2001 et enregistre´e le 24/07/2002.
-
-
PARITAIR COMITE VOOR DE NOTARISBEDIENDEN
onderwerp : Invulling van de beschikbare loonmarge uitvoering van overeenkomst nummer 053712 van 20/10/1999 wijziging van overeenkomst nummer 053712 van 20/10/1999 geldigheidsduur : m.i.v. 01/12/2000, voor onbepaalde duur
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63402/CO/2160000. PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE DIENSTEN VOOR GEZINS- EN BEJAARDENHULP VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 06/12/2001, neergelegd op 27/03/2002 en geregistreerd op 24/07/2002. - buiten toepassingsgebied : - Personeel dat prestaties levert in het kader van een tewerkstellingof doorstromingsprogramma WEP en WEP+ Smetbanen, maaltijdbedelers (zolang niet logistieke hulp), oppassers zieke kinderen voor zover gesubsieerd door FCUD - onderwerp : carensdag - geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2001, voor onbepaalde duur, behoudens andersluidende bepalingen - algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63403/CO/3180200.
objet : Utilisation de la marge salariale disponible exe´cution de la convention nume´ro 053712 du 20/10/1999 modification de la convention nume´ro 053712 du 20/10/1999 dure´e de validite´ : a` partir du 01/12/2000, pour une dure´e inde´termine´e - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63402/CO/2160000. SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LES SERVICES DES AIDES FAMILIALES ET DES AIDES SENIORS DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE Convention collective de travail conclue le 06/12/2001, de´pose´e le 27/03/2002 et enregistre´e le 24/07/2002. - hors du champ d’application : - Personnel exe´cutant des prestations dans le cadre d’un programme pour l’emploi ou de transition prof : WEP et WEP+ Emplois Smet, distributeurs de repas (si pas dans aide logistique), gardes d’enfants malades subventionne´es par FCUD - objet : jour de carence - dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2001, pour une dure´e inde´termine´e, sauf dispositions contraires - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63403/CO/3180200.
37280
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
PARITAIR COMITE VOOR DE OPVOEDINGS- EN HUISVESTINGSINRICHTINGEN EN -DIENSTEN
COMMISSION PARITAIRE DES ETABLISSEMENTS ET SERVICES D’EDUCATION ET D’HEBERGEMENT
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 17/12/2001, neergelegd op 14/01/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 17/12/2001, de´pose´e le 14/01/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- Inrichtingen en diensten die erkend en/of gesubsidieerd zijn door de gemeenschappelijke gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
- Maisons et services agre´e´s et/ou subsidie´s par la commission communautaire commune de la re´gion de Bruxelles-Capitale
- onderwerp : erkenning van de ancie¨nniteit
- objet : reconnaissance de l’anciennete´
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2001, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2001, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63449/CO/3190000.
- nume´ro d’enregistrement : 63449/CO/3190000.
PARITAIR COMITE VOOR DE OPVOEDINGS- EN HUISVESTINGSINRICHTINGEN EN -DIENSTEN
COMMISSION PARITAIRE DES ETABLISSEMENTS ET SERVICES D’EDUCATION ET D’HEBERGEMENT
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 17/12/2001, neergelegd op 03/01/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 17/12/2001, de´pose´e le 03/01/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- inrichtingen en diensten die erkend en/of gesubsidieerd zijn door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het BrusselsHoofdstedelijk Gewest
- maisons et services agre´e´s et/ou subsidie´s par la Commission communautaire commune de la Re´gion de Bruxelles-Capitale
- onderwerp : syndicale premie
- objet : prime syndicale
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2001, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2001, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63451/CO/3190000.
- nume´ro d’enregistrement : 63451/CO/3190000.
PARITAIR COMITE VOOR DE OPVOEDINGS- EN HUISVESTINGSINRICHTINGEN EN -DIENSTEN
COMMISSION PARITAIRE DES ETABLISSEMENTS ET SERVICES D’EDUCATION ET D’HEBERGEMENT
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 17/12/2001, neergelegd op 27/02/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 17/12/2001, de´pose´e le 27/02/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- Inrichtingen die erkend en/of gesubsidieerd zijn door de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
- Institutions agre´e´es et/ou subventionne´es par la Commission communautaire franc¸aise de la Re´gion de Bruxelles-Capitale
- onderwerp : toekenning van vier bijkomende verlofdagen
- objet : octroi de quatre jours de conge´ supple´mentaires
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2001, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2001, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63452/CO/3190000.
- nume´ro d’enregistrement : 63452/CO/3190000.
PARITAIR COMITE VOOR DE VOORTBRENGING VAN PAPIERPAP, PAPIER EN KARTON
COMMISSION PARITAIRE POUR LA PRODUCTION DES PATES, PAPIERS ET CARTONS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 01/07/2002, neergelegd op 02/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 01/07/2002, de´pose´e le 02/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- onderwerp : tijdskrediet
- objet : cre´dit-temps
- uitvoering van overeenkomst nummer 060502 van 19/12/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 060502 du 19/12/2001
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63453/CO/1290000.
- nume´ro d’enregistrement : 63453/CO/1290000.
AANVULLEND NATIONAAL PARITAIR COMITE VOOR DE BEDIENDEN
COMMISSION PARITAIRE NATIONALE AUXILIAIRE POUR EMPLOYES
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 20/06/2002, neergelegd op 02/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 20/06/2002, de´pose´e le 02/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- onderwerp : loon- en arbeidsvoorwaarden
- objet : conditions de travail et de re´mune´ration
- wijziging van overeenkomst nummer 023740 van 29/05/1989
- modification de la convention nume´ro 023740 du 29/05/1989
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63454/CO/2180000.
- nume´ro d’enregistrement : 63454/CO/2180000.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37281
PARITAIR COMITE VOOR DE GEZONDHEIDSDIENSTEN Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 19/04/2002, neergelegd op 02/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
COMMISSION PARITAIRE DES SERVICES DE SANTE Convention collective de travail conclue le 19/04/2002, de´pose´e le 02/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
-
-
onderwerp : vormingsproject tot verpleegkundigen wijziging van overeenkomst nummer 055249 van 14/06/2000 wijziging van overeenkomst nummer 057458 van 26/03/2001 geldigheidsduur : van 19/04/2002 tot 30/09/2005 algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja registratienummer : 63456/CO/3050000.
PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE GEZONDHEIDSINRICHTINGEN EN -DIENSTEN Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 19/04/2002, neergelegd op 02/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002. - onderwerp : harmonisering van de loonschalen en overeenstemming tussen de functies - wijziging van overeenkomst nummer 058161 van 28/02/2001 - geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur - algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63457/CO/3050200. PARITAIR COMITE VOOR DE BEDIENDEN VAN DE TEXTIELNIJVERHEID EN HET BREIWERK Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 28/06/2002, neergelegd op 01/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002. - onderwerp : wijziging van de statuten van een fonds voor bestaanszekerheid - wijziging van overeenkomst nummer 055843 van 13/10/2000 - uitvoering van overeenkomst nummer 057507 van 10/05/2001 - geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2001, voor onbepaalde duur - algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63458/CO/2140000. PARITAIR COMITE VOOR HET BOUWBEDRIJF Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 27/06/2002, neergelegd op 01/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002. - onderwerp : arbeidsvoorwaarden - wijziging van overeenkomst nummer 058056 van 05/07/2001 - geldigheidsduur : m.i.v. 01/07/2002, voor onbepaalde duur - algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63459/CO/1240000. PARITAIR COMITE VOOR HET GARAGEBEDRIJF Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 05/07/2002, neergelegd op 12/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002. - onderwerp : uitsluiting uit het toepassingsgebied van de CAO van 05.07.2002 houdende invoering van een sectoraal pensioenstelsel - uitvoering van overeenkomst nummer 057783 van 03/05/2001 - geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur - algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63460/CO/1120000. PARITAIR COMITE VOOR HET GARAGEBEDRIJF Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 05/07/2002, neergelegd op 12/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002. - onderwerp : invoering van een sectoraal pensioenstelsel - uitvoering van overeenkomst nummer 057783 van 03/05/2001 - uitvoering van overeenkomst nummer 063460 van 05/07/2002 - wijziging van overeenkomst nummer 063460 van 05/07/2002 - geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur - algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja - registratienummer : 63461/CO/1120000.
objet : projet de formation en art infirmier modification de la convention nume´ro 055249 du 14/06/2000 modification de la convention nume´ro 057458 du 26/03/2001 dure´e de validite´ : du 19/04/2002 au 30/09/2005 force obligatoire demande´e : oui nume´ro d’enregistrement : 63456/CO/3050000.
SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LES ETABLISSEMENTS ET LES SERVICES DE SANTE Convention collective de travail conclue le 19/04/2002, de´pose´e le 02/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002. - objet : harmonisation des bare`mes et concordance des fonctions - modification de la convention nume´ro 058161 du 28/02/2001 - dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63457/CO/3050200. COMMISSION PARITAIRE POUR EMPLOYES DE L’INDUSTRIE TEXTILE ET DE LA BONNETERIE Convention collective de travail conclue le 28/06/2002, de´pose´e le 01/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002. - objet : modification des statuts d’un fonds de se´curite´ d’existence - modification de la convention nume´ro 055843 du 13/10/2000 - exe´cution de la convention nume´ro 057507 du 10/05/2001 - dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2001, pour une dure´e inde´termine´e - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63458/CO/2140000. COMMISSION PARITAIRE DE LA CONSTRUCTION Convention collective de travail conclue le 27/06/2002, de´pose´e le 01/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002. - objet : conditions de travail - modification de la convention nume´ro 058056 du 05/07/2001 - dure´e de validite´ : a` partir du 01/07/2002, pour une dure´e inde´termine´e - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63459/CO/1240000. COMMISSION PARITAIRE DES ENTREPRISES DE GARAGE Convention collective de travail conclue le 05/07/2002, de´pose´e le 12/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002. - objet : restriction du champ d’application de la CCT du 05.07.2002 instaurant un re´gime de pension sectoriel - exe´cution de la convention nume´ro 057783 du 03/05/2001 - dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63460/CO/1120000. COMMISSION PARITAIRE DES ENTREPRISES DE GARAGE Convention collective de travail conclue le 05/07/2002, de´pose´e le 12/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002. - objet : instauration d’un re´gime de pension sectoriel - exe´cution de la convention nume´ro 057783 du 03/05/2001 - exe´cution de la convention nume´ro 063460 du 05/07/2002 - modification de la convention nume´ro 063460 du 05/07/2002 - dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e - force obligatoire demande´e : oui - nume´ro d’enregistrement : 63461/CO/1120000.
37282
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE PANNENBAKKERIJEN
SOUS-COMMISSION PARITAIRE DES TUILERIES
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 27/06/2002, neergelegd op 11/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 27/06/2002, de´pose´e le 11/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- onderwerp : tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking
- objet : cre´dit-temps, diminution de carrie`re et re´duction des prestations de travail a` mi-temps
- uitvoering van overeenkomst nummer 058210 van 20/04/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 058210 du 20/04/2001
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63462/CO/1130400.
- nume´ro d’enregistrement : 63462/CO/1130400.
PARITAIR COMITE VOOR DE METAAL-, MACHINE- EN ELEKTRISCHE BOUW
COMMISSION PARITAIRE DES CONSTRUCTIONS METALLIQUE, MECANIQUE ET ELECTRIQUE
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 08/07/2002, neergelegd op 09/07/2002 en geregistreerd op 05/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 08/07/2002, de´pose´e le 09/07/2002 et enregistre´e le 05/08/2002.
- onderwerp : bijzondere compensatietoeslag
- objet : allocation spe´ciale compensatoire
- uitvoering van overeenkomst nummer 057248 van 23/04/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 057248 du 23/04/2001
- geldigheidsduur : van 01/01/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/01/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63463/CO/1110000.
- nume´ro d’enregistrement : 63463/CO/1110000.
PARITAIR SUBCOMITE VOOR HET KOETSWERK
SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LA CARROSSERIE
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 05/07/2002, neergelegd op 12/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 05/07/2002, de´pose´e le 12/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- onderwerp : Uitsluiting uit het toepassingsgebied van de CAO van 5 juli 2002 betreffende invoering van een sectoraal pensioenstelsel
- objet : Restriction du champ d’application de la CCT du 5 juillet 2002 relative a` l’instauration d’un re´gime de pension sectoriel
- uitvoering van overeenkomst nummer 057705 van 07/05/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 057705 du 07/05/2001
- wijziging van overeenkomst nummer 057705 van 07/05/2001
- modification de la convention nume´ro 057705 du 07/05/2001
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63598/CO/1490200.
- nume´ro d’enregistrement : 63598/CO/1490200.
PARITAIR SUBCOMITE VOOR HET KOETSWERK
SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LA CARROSSERIE
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 05/07/2002, neergelegd op 12/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 05/07/2002, de´pose´e le 12/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- niet van toepassing op :
- hors du champ d’application :
- werkgevers die in overeenstemming met artikel 5 van het nationaal akkoord 2001-2002 van 7 mei 2001, er voor geopteerd hebben om de uitvoering van een pensioenstelsel zelf te organiseren
- employeurs qui ont opte´, conforme´ment a` l’article 5 de l’accord national 2001-2002 du 7 mai 2001, d’organiser eux-meˆmes le re´gime de pension
- onderwerp : invoering van een sectoraal pensioenstelsel
- objet : instauration d’un re´gime de pension sectoriel
- uitvoering van overeenkomst nummer 057705 van 07/05/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 057705 du 07/05/2001
- uitvoering van overeenkomst nummer 063598 van 05/07/2002
- exe´cution de la convention nume´ro 063598 du 05/07/2002
- wijziging van overeenkomst nummer 063598 van 05/07/2002
- modification de la convention nume´ro 063598 du 05/07/2002
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63599/CO/1490200.
- nume´ro d’enregistrement : 63599/CO/1490200.
PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE METAALHANDEL
SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LE COMMERCE DU METAL
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 05/07/2002, neergelegd op 12/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 05/07/2002, de´pose´e le 12/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- onderwerp : invoering van een sectoraal pensioenstelsel
- objet : instauration d’un re´gime de pension sectoriel
- uitvoering van overeenkomst nummer 058036 van 03/05/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 058036 du 03/05/2001
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63600/CO/1490400.
- nume´ro d’enregistrement : 63600/CO/1490400.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37283
PARITAIR SUBCOMITE VOOR DE METAALHANDEL
SOUS-COMMISSION PARITAIRE POUR LE COMMERCE DU METAL
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 05/07/2002, neergelegd op 12/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 05/07/2002, de´pose´e le 12/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- onderwerp : uitsluiting uit het toepassingsgebied van de CAO van 5 juli 2002 betreffende invoering van een sectoraal pensioenstelsel
- objet : restriction du champ d’application de la CCT du 5 juillet 2002 relative a` l’instauration d’un re´gime de pension sectoriel
- uitvoering van overeenkomst nummer 058036 van 03/05/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 058036 du 03/05/2001
- geldigheidsduur : m.i.v. 01/01/2002, voor onbepaalde duur
- dure´e de validite´ : a` partir du 01/01/2002, pour une dure´e inde´termine´e
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63601/CO/1490400.
- nume´ro d’enregistrement : 63601/CO/1490400.
PARITAIR COMITE VOOR HET TABAKSBEDRIJF
COMMISSION PARITAIRE DE L’INDUSTRIE DES TABACS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 03/07/2002, neergelegd op 16/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 03/07/2002, de´pose´e le 16/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- Sub-sector sigarettenfabrieken en gemengde ondernemingen
- Sous-secteur usines de cigarettes et entreprises mixtes
- onderwerp : uitvoering van artikel 2 van de CAO van 11 juni 2001 betreffende de arbeidsvoorwaarden
- objet : exe´cution de l’article 2 de la CCT du 11 juin 2001 relative aux conditions de travail
- uitvoering van overeenkomst nummer 001901 van 30/11/1972
- exe´cution de la convention nume´ro 001901 du 30/11/1972
- uitvoering van overeenkomst nummer 060383 van 11/06/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 060383 du 11/06/2001
- uitvoeringsmodaliteiten van overeenkomst nummer 059341 van 11/06/2001
- modalite´ d’exe´cution concernant la convention nume´ro 059341 du 11/06/2001
- geldigheidsduur : van 01/07/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/07/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63602/CO/1330000.
- nume´ro d’enregistrement : 63602/CO/1330000.
PARITAIR COMITE VOOR HET TABAKSBEDRIJF
COMMISSION PARITAIRE DE L’INDUSTRIE DES TABACS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 03/07/2002, neergelegd op 16/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 03/07/2002, de´pose´e le 16/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- Sub-sector rook-, pruim- en snuiftabakondernemingen
- Sous-secteur tabac a` fumer, a` maˆcher et a` priser
- onderwerp : uitvoering van artikel 2 van de CAO van 11 juni 2001 betreffende de arbeidsvoorwaarden voor 2001-2002
- objet : exe´cution de l’article 2 de la CCT du 11 juin 2001 relative aux conditions de travail pour 2001-2002
- uitvoering van overeenkomst nummer 001901 van 30/11/1972
- exe´cution de la convention nume´ro 001901 du 30/11/1972
- uitvoering van overeenkomst nummer 060382 van 11/06/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 060382 du 11/06/2001
- uitvoeringsmodaliteiten van overeenkomst nummer 060385 van 11/06/2001
- modalite´ d’exe´cution concernant la convention nume´ro 060385 du 11/06/2001
- geldigheidsduur : van 01/07/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/07/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63603/CO/1330000.
- nume´ro d’enregistrement : 63603/CO/1330000.
PARITAIR COMITE VOOR HET TABAKSBEDRIJF
COMMISSION PARITAIRE DE L’INDUSTRIE DES TABACS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 03/07/2002, neergelegd op 16/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 03/07/2002, de´pose´e le 16/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- Sub-sector sigaren en cigarillo’s - onderwerp : uitvoering van artikel 2 van de CAO van 11 juni 2001 betreffende de arbeidsvoorwaarden voor 2001-2002
- Sous-secteur cigares et cigarillos - objet : exe´cution de l’article 2 de la CCT du 11 juin 2001 relative aux conditions de travail pour 2001-2002
- uitvoering van overeenkomst nummer 001901 van 30/11/1972
- exe´cution de la convention nume´ro 001901 du 30/11/1972
- uitvoering van overeenkomst nummer 059225 van 11/06/2001
- exe´cution de la convention nume´ro 059225 du 11/06/2001
- uitvoeringsmodaliteiten van overeenkomst nummer 059220 van 11/06/2001
- modalite´ d’exe´cution concernant la convention nume´ro 059220 du 11/06/2001
- geldigheidsduur : van 01/07/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/07/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63604/CO/1330000.
- nume´ro d’enregistrement : 63604/CO/1330000.
37284
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
PARITAIR COMITE VOOR DE WARENHUIZEN
COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 02/07/2002, neergelegd op 19/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 02/07/2002, de´pose´e le 19/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- onderwerp : modaliteiten van financiering van de bijdrage van het sociaal fonds voor de warenhuizen in de cursussen voor beroepsopleiding van de sector (2002)
- objet : mode financement de la participation du fonds social des grands magasins aux cours de formation professionnelle (2002)
- uitvoering van overeenkomst nummer 007029 van 12/01/1981
- exe´cution de la convention nume´ro 007029 du 12/01/1981
- geldigheidsduur : van 01/01/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/01/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63605/CO/3120000.
- nume´ro d’enregistrement : 63605/CO/3120000.
PARITAIR COMITE VOOR DE WARENHUIZEN
COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 02/07/2002, neergelegd op 19/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 02/07/2002, de´pose´e le 19/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- toepassingsgebied :
- champ d’application :
- werkgevers van het PC 312 en de representatieve interprofessionele werknemersorganisaties welke op nationaal vlak zijn verbonden en zetelen in het PC 312
- employeurs de la CP 312 et aux organisations repre´sentatives interprofessionnelles de travailleurs fe´de´re´es sur le plan national, sie´geant au sein de la CP 312
- onderwerp : bijdrage van het FBZ aan de door van de vakverenigingen uitbetaalde onkosten voor de organisatie van cursussen voor syndicale opleiding
- objet : participation du FSE aux frais de´caisse´s par les organisations syndicales pour l’organisation des cours de formation syndicale
- uitvoering van overeenkomst nummer 007029 van 12/01/1981
- exe´cution de la convention nume´ro 007029 du 12/01/1981
- uitvoering van overeenkomst nummer 025731 van 17/10/1990
- exe´cution de la convention nume´ro 025731 du 17/10/1990
- geldigheidsduur : van 01/01/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/01/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63606/CO/3120000.
- nume´ro d’enregistrement : 63606/CO/3120000.
PARITAIR COMITE VOOR DE WARENHUIZEN
COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 02/07/2002, neergelegd op 19/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 02/07/2002, de´pose´e le 19/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- onderwerp : wijze van financiering, begunstigden, bedrag en toekennings- en uitkeringsmodaliteiten van het restorno op de syndicale bijdrage - 2002
- objet : mode de financement, be´ne´ficiaires, montant et modalite´s d’octroi et de liquidation de la ristourne sur la cotisation syndicale 2002
- uitvoering van overeenkomst nummer 007029 van 12/01/1981
- exe´cution de la convention nume´ro 007029 du 12/01/1981
- geldigheidsduur : van 01/01/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/01/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63607/CO/3120000.
- nume´ro d’enregistrement : 63607/CO/3120000.
PARITAIR COMITE VOOR DE GROTE KLEINHANDELSZAKEN
COMMISSION PARITAIRE DES GRANDES ENTREPRISES DE VENTE AU DETAIL
Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 02/07/2002, neergelegd op 19/07/2002 en geregistreerd op 12/08/2002.
Convention collective de travail conclue le 02/07/2002, de´pose´e le 19/07/2002 et enregistre´e le 12/08/2002.
- onderwerp : korting op de syndicale bijdrage en syndicale vorming
- objet : ristourne sur la cotisation syndicale et formation syndicale
- uitvoering van overeenkomst nummer 005100 van 05/07/1978
- exe´cution de la convention nume´ro 005100 du 05/07/1978
- uitvoering van overeenkomst nummer 011054 van 07/11/1983
- exe´cution de la convention nume´ro 011054 du 07/11/1983
- geldigheidsduur : van 01/01/2002 tot 31/12/2002
- dure´e de validite´ : du 01/01/2002 au 31/12/2002
- algemeen verbindend verklaring gevraagd : ja
- force obligatoire demande´e : oui
- registratienummer : 63608/CO/3110000.
- nume´ro d’enregistrement : 63608/CO/3110000.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Departement Economie, Werkgelegenheid, Binnenlandse Aangelegenheden en Landbouw
[C − 2002/36062] 26 JULI 2002. — Omzendbrief BA-2002/11 met instructies voor het opstellen van de begrotingen, budgetten en meerjarenplannen voor 2003 van de gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest Aan de provinciegouverneurs Ter kennisgeving aan : - de colleges van burgemeester en schepenen - de voorzitters van de raad voor maatschappelijk welzijn INLEIDING Hierna volgen de instructies voor de gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor het opstellen van hun begrotingen, budgetten en meerjarenplannen voor het jaar 2003. Overeenkomstig het Vlaamse regeerakkoord verstrek ik opnieuw gemeenschappelijke instructies voor de gemeenten en de OCMW’s. Het eerste en tweede deel van de omzendbrief bevatten richtlijnen die specifiek zijn voor respectievelijk de begroting en het financieel meerjarenplan van de gemeente en de budgetten en het meerjarenplan van het OCMW. Het derde deel omvat enkele gemeenschappelijke instructies voor beide lokale besturen. De bevoegdheden inzake de uitoefening van het administratief toezicht op zowel de gemeenten als de OCMW’s ressorteren onder mijn verantwoordelijkheid. Mijn kabinet bevindt zich op het volgende adres : De heer Paul Van Grembergen Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken Kreupelenstraat 2, 1000 Brussel tel. : 02-553 23 11 fax : 02-553 23 05 e-mail :
[email protected] Uiteraard worden de dossiers en de briefwisseling die erover gevoerd wordt, rechtstreeks gezonden naar mijn administratie Binnenlandse Aangelegenheden, op het volgende adres : Markiesgebouw, Markiesstraat 1, 1000 Brussel. tel. : 02-553 39 24 fax : 02-553 43 01 e-mail :
[email protected] De uitoefening van het eerstelijnstoezicht, met inbegrip van de begrotingen, budgetten en meerjarenplanning, werd samengebracht bij de gouverneurs, als commissarissen van de Vlaamse regering. Voor de voorbereiding daarvan beschikken zij in elke provincie over een afdeling Binnenlandse Aangelegenheden van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. I. INSTRUCTIES VOOR DE BEGROTINGEN EN FINANCIELE MEERJARENPLANNING VOOR DE GEMEENTEN 1. ALGEMENE INSTRUCTIES 1.1. Administratief toezicht op de gemeentebegrotingen Het administratief toezicht op de gemeenten van het Vlaamse Gewest is geregeld door het decreet van 28 april 1993. Op de begrotingen (en de begrotingswijzigingen) van de gemeenten is het algemeen toezicht van toepassing, uit te oefenen binnen een termijn van vijftig dagen (ingevoerd door het decreet van 13 april 1999 tot wijziging van het Toezichtdecreet van 28 april 1993). De provinciegouverneur oefent het toezicht op de begrotingen uit. Het goedkeuringstoezicht blijft wel bestaan voor de gemeenten die ter sanering van hun financie¨n leningen zijn aangegaan waaraan het Vlaamse Gewest zijn waarborg heeft verleend, en het wordt uitgeoefend door de Vlaamse regering. De toezichttermijn bedraagt hier eveneens vijftig dagen. Het Toezichtdecreet van 28 april 1993, zoals het werd gewijzigd, wordt uitvoerig toegelicht in de omzendbrief BA – 99/04 van 18 mei 1999. Deze omzendbrief en het bovenvermelde decreet van 13 april 1999 werden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 30 juni 1999 (tweede uitgave) en zijn eveneens te raadplegen op het volgende internetadres : http://binnenland.vlaanderen.be. De algemene principes van het toezicht op de begrotingen worden hierna, voor alle duidelijkheid, kort weergegeven.
37285
37286
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 1.1.1. Eventuele schorsing door de gouverneur Krachtens artikel 8, § 1, van het Toezichtdecreet van 28 april 1993, zijn de gouverneurs verplicht om de uitvoering van de begroting of de begrotingswijziging te schorsen in de volgende gevallen : — als de gemeenteraad een begroting voorlegt met een deficitair saldo op de gewone of de buitengewone dienst of met een fictief evenwicht of fictief batig saldo of wanneer uit het meerjarig financieel beleidsplan blijkt dat het evenwicht niet behouden kan blijven; — als de gemeenteraad ontvangsten of verplichte uitgaven, die volgens de wet gedurende het jaar waarop de begroting betrekking heeft ten gunste of ten laste van de gemeente komen, geheel of gedeeltelijk niet in de begroting heeft opgenomen; — als de gemeenteraad ontvangsten op de begroting brengt die gedurende het jaar waarop de begroting betrekking heeft geheel of gedeeltelijk niet aan de gemeente toekomen; — als de gemeenteraad onwettige uitgaven of ontvangsten in de begroting inschrijft. Daarnaast kan de gouverneur de begroting of de begrotingswijziging schorsen wegens schending van de wet of strijdigheid met het algemeen belang. Een schorsing om opportuniteitsredenen is in elk geval uitgesloten. De datum van ontvangst van de documenten die integraal deel uitmaken van de begroting of de begrotingswijziging, is bepalend voor de aanvang van de toezichttermijn van vijftig dagen. De termijn begint dus niet te lopen zolang de laatste verplichte bijlage niet werd ingestuurd. Als bijvoorbeeld het advies van de begrotingscommissie niet bij de begroting of de begrotingswijziging is gevoegd, loopt de toezichttermijn pas van zodra de provinciale afdeling beschikt over het volledige begrotingsdocument. Een uitzondering hierop vormt het proces-verbaal van het sluiten van de aanplakkingsperiode, wegens een onverenigbaarheid in de geldende wetgeving. Overeenkomstig artikel 242 van de Nieuwe Gemeentewet wijst het college van burgemeester en schepenen op de mogelijkheid van inzage van de begroting (en rekening) door middel van aanplakbiljetten die worden aangebracht binnen een maand nadat de begroting (de rekening) door de gemeenteraad is aangenomen, gedurende ten minste tien dagen. Die volledige termijn (maximaal veertig dagen) strookt echter niet met de termijn van indiening van de begroting (of de begrotingswijziging) bij de provinciegouverneur en de Vlaamse regering, die in artikel 7 van het Toezichtdecreet is vastgesteld op twintig dagen. Als het proces-verbaal in kwestie niet bij de begroting is gevoegd, kan de toezichttermijn wel aanvangen. De gemeente moet in ieder geval vo´o´r het verstrijken van de toezichttermijn van vijftig dagen het bewijs leveren dat ze voldaan heeft aan de bepalingen van artikel 242 van de Nieuwe Gemeentewet. Zo niet kan de begroting worden geschorst. Tegelijk wil ik er hier op wijzen dat het inzagerecht van de begroting niet in de tijd beperkt is. Artikel 242 van de Nieuwe Gemeentewet bepaalt uitdrukkelijk dat « de begrotingen en de rekeningen worden neergelegd op het gemeentehuis, waar eenieder er altijd ter plaatse kennis van kan nemen ». De gouverneur kan de schorsing ook beperken tot een of meer artikelen of onderdelen van de begroting als dat het evenwicht van de begroting niet in gevaar brengt. In geval van schorsing verstuurt de gouverneur het schorsingsbesluit naar de gemeenteoverheid uiterlijk de vijftigste dag na ontvangst van de begroting bij de provinciale afdeling. 1.1.2. Tegensprekelijke procedure in geval van schorsing De gemeenteraad spreekt zich gemotiveerd uit over de schorsing en stelt de begroting opnieuw vast. Hij stuurt zijn gemotiveerd besluit naar de Vlaamse regering (administratie Binnenlandse Aangelegenheden). Een afschrift van dat gemeenteraadsbesluit wordt dezelfde dag naar de provinciegouverneur gezonden. De Vlaamse regering spreekt zich vervolgens definitief uit over de begroting, binnen een termijn van vijftig dagen na ontvangst van de door de gemeenteraad opnieuw vastgestelde begroting. De Vlaamse regering kan daarbij alle vereiste maatregelen nemen om het evenwicht van de begroting te herstellen en om wettelijk verplichte uitgaven in te schrijven of ontvangsten te schrappen. 1.1.3. Het gebruik van voorlopige twaalfden in geval van schorsing van de begroting Als de begroting door de gemeenteraad is aangenomen op 1 januari van het lopende begrotingsjaar, zijn alle begrotingskredieten onmiddellijk uitvoerbaar ongeacht de mogelijkheid tot schorsing binnen een termijn van vijftig dagen. Is er geen aangenomen begroting op 1 januari van het begrotingsjaar, dan mogen de gemeenten, door middel van voorlopige kredieten, uitgaven verrichten waarvoor een uitvoerbaar krediet was uitgetrokken op de begroting van het vorige dienstjaar (artikel 14 van het Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit). De voorlopige kredieten worden in dat geval vastgesteld door de gemeenteraad en mogen, per verlopen of begonnen maand, niet meer bedragen dan een twaalfde van het begrotingskrediet van het vorige dienstjaar. De voorlopige twaalfden zijn bovendien enkel mogelijk met betrekking tot de verplichte uitgaven van de gewone dienst. Als de gouverneur de begroting schorst, beschikt de gemeente voor het voeren van haar beleid automatisch over de voorlopige twaalfden, zoal s bepaald in het Algemeen Reglement. Die voorlopige twaalfden moeten dus niet apart door de gemeenteraad worden vastgesteld en zijn gebaseerd op de begrotingskredieten van het vorige dienstjaar tot zolang de gemeenteraad de geschorste begroting niet opnieuw heeft vastgesteld. Nadat de begroting opnieuw is vastgesteld door de gemeenteraad en voordat de Vlaamse regering de begroting definitief heeft vastgesteld, worden de automatische voorlopige twaalfden berekend op basis van de kredieten van het lopende dienstjaar of van het begrotingskrediet van het vorige dienstjaar, als dat kleiner is. Als de schorsing slechts een bepaald onderdeel of een beperkt aantal artikelen van de begroting betreft, heeft die regeling uiteraard alleen op het geschorste deel of de geschorste artikelen betrekking. 1.1.4. Ondersteuning bij de voorbereiding van de begroting De Vlaamse regering wil, in het raam van de versoepeling van het georganiseerde toezicht, de lokale besturen zo goed mogelijk ondersteunen bij de voorbereiding van de begroting. Ik beveel de besturen dan ook aan om in het geval van specifieke problemen of van gegronde twijfel bij de opmaak van de begroting en/of het financieel meerjarenplan voorafgaandelijk contact op te nemen met de provinciale afdeling. Het bestuur kan op die manier een mogelijke verlenging van de toezichttermijn door een eventuele schorsing door de gouverneur vermijden. Ik beveel de gemeentebesturen daarnaast aan om, in geval van schorsing van hun begroting of begrotingswijziging, met mijn administratie te overleggen voordat de gemeenteraad de begroting (of de wijziging) opnieuw vaststelt. Zo kan onder meer worden bepaald welke aanpassingen aan de begroting en welke begrotingsadviezen en -documenten al dan niet noodzakelijk zijn. Bovendien zullen de provinciale afdelingen, in het kader van het begeleidend toezicht, zo nodig met mijn centrale administratie overleggen.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 1.2. De totstandkoming en doorzending van de gemeentebegroting Het gemeentebestuur heeft er alle belang bij om de begroting tijdig op te maken en in te dienen bij de toezichthoudende overheid vanwege : — de beperking tot het strikte minimum van het gebruik van voorlopige kredieten (voorlopige twaalfden); — de tijdige goedkeuring van de belastingverordeningen en de vaststelling van de aanslagvoeten van de aanvullende belasting op de personenbelasting en van de opcentiemen op de onroerende voorheffing. Enkel dan kan de inkohiering en de inning van de belastingen zonder vertraging worden aangevat. Overeenkomstig artikel 7 van het decreet van 28 april 1993 inzake het administratief toezicht op de gemeenten van het Vlaamse Gewest, moeten de besluiten van de gemeenteraad betreffende de begroting en de begrotingswijzigingen, inclusief het meerjarig financieel beleidsplan en alle andere bijlagen die vereist zijn voor de definitieve vaststelling van de begroting, binnen een termijn van twintig dagen volgend op het treffen ervan naar de Vlaamse regering en naar de provinciegouverneur worden verstuurd. Ik verzoek de provinciale afdelingen om, onmiddellijk na de ontvangst van de begrotingen, na te gaan of de documenten en alle vereiste bijlagen zorgvuldig werden opgemaakt. In dat verband verwijs ik naar artikel 96 van de Nieuwe Gemeentewet dat het college van burgemeester en schepenen de verplichting oplegt om al die documenten uiterlijk zeven vrije dagen vo´o´r de vergadering waarin de begroting wordt behandeld, aan alle raadsleden te bezorgen. Als aan de bovenvermelde verplichtingen niet werd voldaan of als de begroting of de bijlagen niet behoorlijk werden ingevuld, moet de provinciegouverneur de voorgelegde stukken onmiddellijk terugzenden of de ontbrekende stukken onmiddellijk opvragen. De wettelijke toezichttermijn van vijftig dagen neemt in beide gevallen geen aanvang (zie ook punt 1.1.1 hierboven). Aan het gemeentebestuur wordt duidelijk meegedeeld dat de toezichttermijn pas begint te lopen vanaf de ontvangst van het laatste ontbrekende stuk. Het gemeentebestuur zendt e´e´n papieren exemplaar van de begroting en haar bijlagen naar de provinciegouverneur en naar de administratie Binnenlandse Aangelegenheden, Markiesgebouw, Markiesstraat 1, 1000 Brussel. De doorzending in elektronische vorm, ter uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 7 juli 1998 tot regeling van de toezending van de besluiten van de gemeenteraad betreffende de begrotingen en rekeningen naar de Vlaamse regering, geldt op dit ogenblik alleen voor de bestanden van de begrotingsrekening en de saldibalans. De begrotingsbestanden moeten voorlopig niet opgestuurd worden. De op te sturen computerbestanden moeten voldoen aan het protocol dat beschreven is in het bovengenoemde besluit van de Vlaamse regering van 7 juli 1998. Deze bestanden mogen doorgestuurd worden via het internet (binnenland[\]@vlaanderen.be) of met de speciaal daartoe ontwikkelde applicatie van Dexia. Als beide voornoemde kanalen niet mogelijk blijken, mag het gemeentebestuur de bestanden op een diskette met de post opsturen. Alle softwarehuizen hebben de nodige softwareaanpassingen uitgevoerd. Voor meer informatie kunt u terecht bij Tom Doesselaere (tel. 02-553 40 12, e-mail :
[email protected]), of bij Christel Claesen (tel. 02-553 39 85, e-mail :
[email protected]). In bijlage 2 van deze omzendbrief staan een aantal opmerkingen en richtlijnen voor deze bestanden, die aan het licht gekomen zijn bij de evaluatie van de doorgestuurde bestanden over de begrotingsrekeningen 1998, 1999 en 2000. Ik vraag de gemeenten om zo veel mogelijk rekening te houden met die richtlijnen. 1.3. Het model van de begroting In afwijking van de omzendbrief van 16 juni 1995 mogen de economische groepen, zowel aan ontvangsten- als aan uitgavenzijde gerangschikt en getotaliseerd worden per functionele code. Hierdoor zullen de totale ontvangsten en uitgaven per functionele code duidelijk af te lezen zijn. In de samenvattende tabel van de ontvangsten en de uitgaven mogen de functionele groepen uitgebreid worden zoals in het corpus van de begroting. De op te nemen leningen voor de financiering van de buitengewone uitgaven worden volledig als buitengewone ontvangst ingeschreven onder de functie 010 ″openbare schuld″ maar met een opsplitsing per aard (naar gelang van de economische codes). Dat houdt ook in dat de intrest- en aflossingslasten, zowel van de opgenomen als van de op te nemen leningen, volledig worden opgenomen onder dezelfde functie 010 in de gewone uitgaven. Dat betekent tegelijk dat enkel het onderdeel ″samenvatting van de leningen″ aan het einde van tabel 7 ″tabel van de gemeenteleningen″ wordt behouden als bijlage bij de begroting. De volledige tabel van de gemeenteleningen (inclusief het onderdeel onroerende leasing) moet uiteraard ter inzage van de raadsleden liggen. 1.4. Integraal bij de begroting te voegen bijlagen Hieronder volgt de lijst van de tabellen en bijlagen die integraal deel uitmaken van de begrotingsdocumenten en die, overeenkomstig artikel 96 van de Nieuwe Gemeentewet, aan alle gemeenteraadsleden moeten worden bezorgd, uiterlijk zeven vrije dagen vo´o´r de vergadering waarin de gemeenteraad over de begroting beraadslaagt. 1.4.1. Tabellen tabel 1 : De algemene gegevens betreffende de gemeente tabel 6 : Programma van tijdens het dienstjaar uit te voeren investeringen tabel 7 : Samenvatting van de leningen tabel 8 : Evolutie van de gemeenteschuld tabel 9 : Tabel van het Investeringsfonds Opmerking bij tabel 8 « Evolutie van de gemeenteschuld » Tabel 8 houdt rekening met de lasten die met nieuwe of nog te sluiten leasingovereenkomsten gepaard gaan. Als de gemeente ook leningen bij andere financie¨le instellingen dan Dexia aangaat of is aangegaan in het verleden, moet de tabel van de gemeenteschuld, die vroeger uitsluitend werd opgesteld door Dexia, worden aangepast. De structuur van de tabel blijft dezelfde, namelijk : — Saldo nog terug te betalen op 1/1 — Nieuwe leningen van het dienstjaar — Bedrag terugbetaald gedurende het dienstjaar — Saldo terug te betalen op 31/12 — Betaalde intresten — Jaarlijkse last (bedrag terugbetaald gedurende het dienstjaar + betaalde intresten) De besturen breiden de reeds bestaande tabel telkens gewoon uit met elke (nieuwe) financie¨le instelling waarbij ze leningen hebben gesloten of nieuwe leningen sluiten.
37287
37288
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Tot slot totaliseren ze de gegevens van alle financie¨le instellingen, uiteraard eveneens met behoud van de bovengenoemde structuur. Opmerking bij tabel 9 « Tabel van het Investeringsfonds » Vanaf 1 januari 2003 wordt het Investeringsfonds geı¨ntegreerd in het Vlaams Gemeentefonds en worden geen nieuwe trekkingsrechten meer toegekend. De lijn « trekkingsrechten dienstjaar 2003 » in tabel 9 blijft dus blanco. Voor de trekkingsrechten die tot en met het dienstjaar 2002 aan de gemeenten werden toegekend, blijft de normale werking van het Investeringsfonds gewaarborgd tot en met 2005. Trekkingsrechten die op 1 januari 2006 niet door de gouverneur toegestemd (gemachtigd) zijn, vervallen onherroepelijk. 1.4.2. Afzonderlijke verplichte bijlagen De hiernavolgende documenten zijn eveneens vereist voor de definitieve vaststelling van de begroting door de gemeenteraad. 1.4.2.1. Het meerjarig financieel beleidsplan Het financieel meerjarenplan dat bij de begroting voor 2003 wordt gevoegd, bevat op zijn minst de jaren 2003, 2004, 2005 en 2006. Voor de gemeenten die met het oog op de sanering van hun financie¨n leningen hebben gesloten waaraan de gewestwaarborg wordt verleend en waarvan de begrotingen dus onderworpen zijn aan het goedkeuringstoezicht van het Vlaamse Gewest, loopt de planning tot 2007. Zoals het in artikel 252 van de Nieuwe Gemeentewet verplicht gestelde begrotingsevenwicht de regel blijft, blijft eveneens de verplichting gelden om het evenwicht in de meerjarenplanning te bewaren. Gezonde financie¨n zijn immers een basisvoorwaarde voor de autonome bestuurskracht van de gemeenten. Overeenkomstig artikel 8 van het Toezichtdecreet van 28 april 1993 moet de gouverneur trouwens de uitvoering van de begroting schorsen als uit het financieel meerjarenplan blijkt dat het toekomstige evenwicht niet behouden kan blijven. In geval van ernstige twijfel of specifieke problemen bij de opmaak van de meerjarenplanning en in het raam van het ondersteunend toezicht, kan het gemeentebestuur het best voorafgaandelijk contact opnemen met de provinciale afdelingen die de begroting onderzoeken. Ernst en nauwgezetheid bij de opmaak van de meerjarenplanning houden eveneens in dat het gemeentebestuur voldoende cijfermatige toelichtingen verstrekt bij de meerjarenplanning. In de toelichtingen wordt onder meer verduidelijkt van welke hypotheses men vertrekt. De stukken waarnaar wordt verwezen in het meerjarenplan en waarop bepaalde in het meerjarenplan ingeschreven cijfers zijn gebaseerd, worden bij voorkeur geheel of gedeeltelijk bij het meerjarenplan gevoegd. Ze moeten in elk geval ter beschikking staan van de gebruiker of de toezichthoudende overheid. Die toelichtingen zijn essentieel om een juiste beoordeling van de financie¨le ontwikkeling mogelijk te maken, zeker als de in de meerjarenplanning gebruikte stijgingspercentages afwijken van de ontwikkeling die in de begrotingsinstructies aanbevolen wordt. Een waardevolle beleidsplanning dwingt ook tot realistische ramingen op de buitengewone dienst, zowel van de noodzakelijke als van de extra voorgenomen investeringen. De financieringswijze van die investeringen en de vermoedelijke weerslag ervan op de gewone dienst van de begroting moeten duidelijk in de meerjarenplanning worden opgenomen. Het spreekt voor zich dat de inschrijvingen voor investeringen de gemeenten op geen enkele manier verbinden tot de werkelijke verwezenlijking ervan. Toch is het nuttig grote investeringsuitgaven en belangrijke nieuwe projecten bondig toe te lichten aan het einde van de rubriek. Bij het opstellen van hun beleidsplan moeten de besturen niet noodzakelijk uitgaan van de begrotingsramingen, maar kunnen ze ook gebruikmaken van prognoses. Die prognoses bevatten de bedragen waarvan het bestuur, op grond van een duidelijke verantwoording, aanneemt dat het wellicht als vastgesteld recht of als vastgelegde uitgave in de rekening zal worden opgenomen. In de vorige instructies en bij de invoering van het meerjarig financieel beleidsplan werd die techniek al aanbevolen. Het toepassen van prognoses gebaseerd op historische cijfers inzake de zogenaamde ongebruikte kredieten, is enkel toegestaan voor de geraamde gewone uitgaven die betrekking hebben op de economische groepen personeel, werkingskosten en overdrachten (eigen dienstjaar). Om voor deze groepen het percentage van de vastgelegde uitgaven uit het verleden te berekenen, telt het gemeentebestuur voor de laatste 5 dienstjaren, de begrotingsbedragen (eigen dienstjaar) en de in de rekening (eigen dienstjaar) vastgelegde uitgaven per economische groep samen. Het quotie¨nt van de deling tussen het totaal van de vastgelegde uitgaven en het totaal van de begrotingskredieten geeft het percentage van de vastgelegde uitgaven tegenover de begrotingskredieten per economische groep. De prognoses 2003 worden vervolgens per economische groep verkregen door de berekende percentages te vermenigvuldigen met de respectievelijke totalen van de begrotingskredieten uit de begroting 2003. Om de prognoses voor de volgende jaren te verkrijgen, worden de groeipercentages, elders vermeld in deze omzendbrief, toegepast vanaf de berekende prognose 2003. Voorbeeld Als de gemeente heeft vastgesteld dat het percentage van de vastleggingen ten opzichte van de begrotingskredieten voor werkingskosten 85 % bedraagt en het totaal van de werkingskosten in de begroting 2003 4.000.000 euro bedraagt, dan is de prognose voor werkingskosten in het financieel beleidsplan gelijk aan 3.400.000 euro. Voor de jaren 2004, 2005 en 2006 verkrijgt men respectievelijk 3.451.000 euro, 3.502.765 euro en 3.555.306 euro (telkens vermenigvuldigd met factor 1,015). Voor de berekening van de percentages gaan de gemeenten in principe uit van de oorspronkelijke begrotingen van de voorgaande jaren. In de berekening van het percentage voor personeel worden de uitgaven voor onderwijzend personeel ten laste van de hogere overheden buiten beschouwing gelaten. Als de gemeente vaststelt dat een lager percentage dan het gemiddelde van de voorgaande jaren meer overeenstemt met de toekomstige realiteit, mag de gemeente uiteraard dat meer realistische percentage hanteren voor de berekening van de prognoses. Ter informatie geven we nog mee dat uit een steekproef over de periode 1996-2000 blijkt dat de mediaan van deze percentages ligt op 95,96 % voor personeel, 83,30 % voor werkingskosten en 97,24 % voor overdrachten. Prognoses voor leningsuitgaven zijn enkel toegestaan als de gemeente de planning van de buitengewone dienst in kaart brengt en daaruit de verwachte werkelijke leningsuitgaven becijfert. De planning van de buitengewone dienst mag gebaseerd zijn op historische vaststellingen van de voorgaande dienstjaren, zowel voor de ongebruikte kredieten
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE als voor de uitvoeringstermijnen. Als de gemeente in de becijfering gebruik maakt van prefinanciering door beschikbare middelen, moet op jaarbasis een ontwikkeling van de thesaurie worden berekend. De opbrengsten uit beleggingen en creditintresten die in het financieel beleidsplan onder de gewone ontvangsten zijn opgenomen, worden in dat geval verkregen door een realistisch percentage toe te passen op het rekenkundig gemiddelde van de berekende thesaurie bij het begin en het einde van het dienstjaar. Belangrijke opmerking Door de techniek van de prognoses toe te passen, komt het financieel beleidsplan veel dichter bij de begrotingsrekening. Er ontstaat bijgevolg een realistischer beeld van de ontwikkeling van de gemeentefinancie¨n. Bij gebruik van prognoses in het financieel beleidsplan moet de gemeente zich bewust zijn van dit realistische karakter. De gemeente moet er dan ook voor zorgen dat in de samenvattende tabel ″Overzicht van de financie¨le ontwikkeling » het saldo eigen dienstjaar niet negatief wordt, tenzij in een bepaald dienstjaar het negatieve saldo toegewezen kan worden aan een uitzonderlijk element dat het dienstjaar specifiek bezwaart, maar dat niet als structureel opgevat kan worden. Een permanent negatief saldo op het eigen dienstjaar is op lange termijn niet houdbaar, omdat het permanent het budgettaire overschot van de gemeente zal aantasten. 1.4.2.2. Het verslag bedoeld in artikel 96 van de Nieuwe Gemeentewet Dit verslag bevat een synthese van het ontwerp van begroting. Het beschrijft bovendien het algemene en financie¨le beleid van de gemeente, geeft een overzicht van de toestand van het bestuur en van de gemeentezaken en verschaft eventueel andere nuttige informatie. Het jaarverslag is in de eerste plaats bestemd voor de beleidsverantwoordelijken zelf en is een hulpmiddel om inzicht te verwerven in het slagen of falen van de werking van de gemeente in het verleden en om hieruit de nodige conclusies te trekken voor het toekomstige beheer. In de tweede plaats moet het jaarverslag een informatiebron zijn voor de bevolking en voor geı¨nteresseerde derden. De openbaarheid van bestuur is er in elk geval mee gebaat. Voor de toezichthoudende overheid is dit jaarverslag minder belangrijk. Daarom mag het opgemaakt worden op maat van de gemeente en zijn de voorschriften die hiervoor zijn opgenomen in de omzendbrief van 2 juni 1989 en het erbij gevoegde model, niet meer van toepassing. Het jaarverslag moet in ieder geval wel in overeenstemming zijn met de bovenvermelde bepalingen en met de bepalingen die opgenomen zijn in artikel 96 van de Nieuwe Gemeentewet. Dat houdt ook in dat het verslag aan de raad moet worden voorgelegd vo´o´r de beraadslaging over de begroting. Dat betekent niet noodzakelijk dat beide documenten in dezelfde vergadering van de gemeenteraad moeten worden behandeld. 1.4.2.3. Het advies van de begrotingscommissie Het betreft het advies waarvan sprake is in artikel 12 van het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 houdende het Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit. Het advies van de begrotingscommissie is eigenlijk een beheersinstrument aan de hand waarvan een betere begroting kan worden opgesteld. De wettelijk gestelde vereisten voor dit advies moeten in ieder geval worden gerespecteerd. Die vereisten hebben betrekking op : — de samenstelling van de commissie : ten minste de secretaris, de ontvanger en een lid van het college; — de inhoud van het advies : de wettelijkheid en de te verwachten financie¨le weerslag. Het advies van de begrotingscommissie is niet noodzakelijk eenparig en de gemeenteraad kan ook, afhankelijk van eventuele specifieke behoeften in de gemeente en naast de personen genoemd in artikel 12 van het algemeen reglement, andere commissieleden aanwijzen. Die bevoegdheid komt enkel en alleen de gemeenteraad toe, overeenkomstig artikel 120, § 2, van de Nieuwe Gemeentewet. Ik vestig de aandacht van de besturen erop dat als de gemeenteraad de begroting opnieuw vaststelt, na schorsing door de gouverneur, het advies van de begrotingscommissie opnieuw moet worden ingewonnen. 1.4.2.4. Het ontwerp van milieujaarprogramma Het betreft het ontwerp, bedoeld in artikel 2.1.26 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake het milieubeleid (Belgisch Staatsblad van 3 juni 1995), samen met het hierover uitgebrachte advies van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur. Aangezien het gemeentelijke milieujaarprogramma pas uiterlijk op 1 april van het begrotingsjaar waarop het betrekking heeft, moet worden bezorgd aan de Vlaamse administratie voor Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer (AMINAL), is het mogelijk dat nog geen ontwerp beschikbaar is op het ogenblik dat het begrotingsontwerp voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. In dat geval verleent de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur een voorlopig advies over de in het begrotingsontwerp opgenomen begrotingsramingen. Het gemeentelijke milieujaarprogramma zelf en het definitieve advies van de gemeentelijke adviesraad worden dan als bijlage gevoegd bij de eerste begrotingswijziging na 1 april. Deze instructie geldt enkel voor de gemeenten die met het Vlaamse Gewest een overeenkomst over het gemeentelijke milieu- en natuurbeleid hebben gesloten. 1.4.2.5. Het jaarprogramma ruimtelijke ordening Artikel 6 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, gewijzigd bij de decreten van 28 september 1999, 22 december 1999, 26 april 2000 en 8 december 2000 bepaalt dat op gewestelijk, provinciaal en gemeentelijk niveau jaarverslagen en jaarprogramma’s over de ruimtelijke ordening worden opgemaakt. Het gemeentelijke jaarverslag heeft betrekking op het beleid van het afgelopen kalenderjaar en moet aan de gemeenteraad bezorgd worden voor 1 mei van het daaropvolgende jaar. Het gemeentelijke jaarprogramma heeft betrekking op het te voeren beleid voor het volgende kalenderjaar en het ontwerpprogramma moet samen met het ontwerp van begroting worden bezorgd aan de gemeenteraad. Aangezien er op dit ogenblik nog geen uitvoeringsbesluiten over de jaarprogramma’s en –verslagen over ruimtelijke ordening zijn, zijn de bovengenoemde verplichtingen nog niet van toepassing. 1.4.2.6. Advies van de raden voor cultuurbeleid Overeenkomstig artikel 58 van het decreet van 13 juli 2001 houdende de organisatie van het overleg en de advisering van het gemeentelijke cultuurbeleid is het advies van de raden voor cultuurbeleid over de opmaak van de gemeentelijke begroting niet langer verplicht. Het decreet van 13 juli 2001 (publicatie in het Belgisch Staatsblad van 29 september 2001) heft het Cultuurdecreet van 24 juli 1991 op vanaf 1 januari 2002 (artikel 80 en 82). De adviesorganen kunnen uiteraard wel op eigen initiatief advies uitbrengen, maar dit advies is niet langer een verplichte bijlage bij de begroting.
37289
37290
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Artikel 60 van het decreet van 13 juli 2001 bepaalt wel dat de gemeenten, bij het nemen van beslissingen, eventuele afwijkingen van de uitgebrachte adviezen moeten motiveren. Bijlage 1 bevat voor de gemeenten een controlelijst van alle documenten die bij de begroting gevoegd moeten worden. 1.5. De begrotingswijzigingen De gemeenten mogen hun begroting op om het even welk moment van het jaar wijzigen. Ik dring er echter op aan dat het aantal wijzigingen beperkt blijft. Veelvuldige en/of omvangrijke begrotingswijzigingen wijzen op een onzorgvuldige opmaak van de oorspronkelijke begrotingsramingen. De gemeenten hebben er alle belang bij hun begrotingswijzigingen tijdig aan te nemen en naar de provinciale afdeling door te sturen zodat een regelmatige vastlegging van de uitgaven niet in het gedrang komt. Het verdient aanbeveling begrotingswijzigingen met betrekking tot de gewone en de buitengewone dienst gelijktijdig uit te voeren als wijzigingen van de ene dienst invloed hebben op de andere dienst. De besturen hebben er daarnaast alle belang bij hun laatste begrotingswijziging zo nauwkeurig mogelijk op te maken opdat de begrotingsrekening zo dicht mogelijk op de laatste begrotingscijfers aansluit. De geraamde rekeninguitslag in de volgende begroting is dan realistischer. Volgens artikel 15 van het Algemeen Reglement op de Gemeentecomptabiliteit zijn de begrotingswijzigingen onderworpen aan dezelfde procedures als de oorspronkelijke begroting. Dat betekent onder meer dat voor de begrotingswijzigingen ook het advies van de begrotingscommissie moet worden gevraagd. De toezichtregeling voor de begrotingen is onverkort van toepassing op de wijzigingen die de gemeenten in hun begroting aanbrengen. De besturen moeten er zich goed van bewust zijn dat een fictief evenwicht van de begroting of de begrotingswijziging leidt tot een schorsing door de gouverneur, die daartoe verplicht is krachtens artikel 8 van het Toezichtdecreet. Een fictief evenwicht of een fictief batig saldo kan ontstaan als het bestuur in de begroting of in de begrotingswijziging opnieuw leningen inschrijft, omdat die het jaar voordien niet werden opgenomen, of belastingontvangsten omdat de kohieren het jaar voordien niet uitvoerbaar werden verklaard. In dat geval moet ook de vermoedelijke uitslag van de begrotingsrekening aangepast worden omdat die ontvangsten anders twee keer in de begroting worden opgenomen. Een fictief evenwicht of batig saldo kan eveneens ontstaan als een vermindering van investeringskredieten niet gepaard gaat met een overeenkomstige vermindering van de financieringskredieten. Het meerjarig financieel beleidsplan moet worden herwerkt als de begrotingswijziging een wezenlijke invloed heeft op de volgende dienstjaren. Dat kan onder meer het geval zijn als naar aanleiding van een begrotingswijziging het begrotingsresultaat van de laatste rekening in het beleidsplan wordt ingeschreven en daardoor het evenwicht in een of meer jaren niet meer kan worden gehandhaafd. Het evenwicht kan eveneens in gevaar komen bij bijvoorbeeld een serieuze stijging van de personeelskosten (ten gevolge van onder meer een ree¨le of waarschijnlijke stijging van het aantal personeelsleden of de toepassing van bepaalde CAO-bepalingen) of een aanzienlijke toename van het investeringsvolume. De meerjarenplanning moet dan uiteraard worden aangepast om het noodzakelijke evenwicht te herstellen, zo niet zal de begrotingswijziging in haar uitvoering worden geschorst. Ik verzoek de besturen ook om, als dat relevant is, bij de begrotingswijzigingen een aangepaste tabel 6 – programma van tijdens het dienstjaar uit te voeren investeringen – te voegen. 2. BIJZONDERE INSTRUCTIES 2.1. De fondsen 2.1.1. Het Gemeentefonds Het nieuwe decreet inzake het Gemeentefonds treedt in werking vanaf 1 januari 2003. Aangezien het nieuwe Vlaams Gemeentefonds niet alleen een basisfinanciering van de gemeenten maar ook van de OCMW’s beoogt, worden hiervoor instructies verstrekt onder punt 3 van de rubriek III « gemeenschappelijke instructies voor de gemeenten en OCMW’s ». 2.1.2. Het Investeringsfonds Ten gevolge van de integratie van het Investeringsfonds in het Gemeentefonds, worden vanaf 2003 geen nieuwe trekkingsrechten inzake het Investeringsfonds meer ingeschreven. Voor de tot 2002 toegekende trekkingsrechten legt het nieuwe decreet inzake het Gemeentefonds een uitloopregeling vast. Die bepaalt onder meer dat toegekende trekkingsrechten die vo´o´r 1 januari 2006 niet door de gouverneur gemachtigd (toegestemd) zijn, onherroepelijk vervallen. 2.1.3. Het Stedenfonds Overeenkomstig het regeerakkoord heeft de Vlaamse regering een ontwerp van decreet houdende het Stedenfonds goedgekeurd. Het Stedenfonds heeft de opdracht om de steden en de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) te ondersteunen bij het voeren van een duurzaam stedenbeleid waarbij stedelijkheid in al zijn dimensies aan bod kan komen. Onder voorbehoud van goedkeuring van het ontwerp van decreet door het Vlaams Parlement, treedt het Vlaams Stedenfonds in werking op 1 januari 2003. Het Stedenfonds richt zich (naast de VGC) enkel op de grootsteden Antwerpen en Gent en op de regionale steden Aalst, Brugge, Hasselt, Genk, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Sint-Niklaas en Turnhout. De instructies in deze rubriek zijn dan ook enkel op die steden van toepassing. Het Stedenfonds is gebaseerd op een afspraak tussen de Vlaamse regering en het stadsbestuur en dus niet op een afspraak met het OCMW. De trekkingsrechten uit het Stedenfonds kunnen pas worden toegekend nadat een beleidsovereenkomst is opgesteld en is goedgekeurd door de gemeenteraad en de Vlaamse regering. De Vlaamse regering stelt jaarlijks de trekkingsrechten vast en deelt die mee aan de steden in kwestie. De besturen schrijven in hun begroting 2003 enkel de bedragen in van de trekkingsrechten die ze krachtens de goedgekeurde beleidsovereenkomst zullen gebruiken. In de begroting voor 2003 worden de trekkingsrechten ingeschreven onder de volgende ontvangstenartikels : — gewone dienst : 022/466-08 Stedenfonds — buitengewone dienst : 022/665-52 Stedenfonds Voor de in de beleidsovereenkomst goedgekeurde uitgaven worden de respectieve begrotingsartikels gebruikt. Zolang de beleidsovereenkomst niet door de Vlaamse regering is goedgekeurd, schrijft de stad geen ontvangsten noch uitgaven met betrekking tot het Stedenfonds in.
37291
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Alleen de uitgaven die betrekking hebben op nog lopende projecten in het kader van de SIF-beleidsovereenkomst en die de stad wil continueren met trekkingsrechten uit het Stedenfonds (mogelijk tot uiterlijk 30 juni 2003), mag het bestuur in zijn begroting voor 2003 inschrijven. Aan ontvangstenzijde schrijft het bestuur een bedrag aan trekkingsrechten op het Stedenfonds in dat nodig is om de te continueren SIF-projecten te financieren. Bij de eerstvolgende begrotingswijziging na de goedkeuring van de beleidsovereenkomst worden zowel aan ontvangsten- als aan uitgavenzijde de bedragen ingeschreven die vermeld zijn in de beleidsovereenkomst. Aangezien de ontvangsten pas als een invorderingsrecht kunnen worden ingeschreven op het ogenblik dat ook de overeenkomstige uitgaven worden vastgelegd, worden de ontvangen bedragen waarvoor nog geen uitgaven werden vastgelegd, in de algemene boekhouding geboekt op een wachtrekening met algemeen nummer 49700 « te ventileren inningen ». De vastlegging van de uitgaven gebeurt in de budgettaire boekhouding op de begrotingsartikels die op de respectieve uitgaven betrekking hebben. Gelijktijdig met de vastlegging van de uitgaven en de inning van de subsidie, wordt de bovenvermelde wachtrekening gedebiteerd en gebeurt er een inschrijving op het begrotingsartikel van het Stedenfonds. Naargelang het een verrichting in de gewone of de buitengewone dienst is, wordt daarbij gebruikgemaakt van de bovenvermelde begrotingsartikels. 2.2. Fiscaliteit 2.2.1. Goedkeuring en doorsturing van de aanslagvoeten In het belang van de rechtszekerheid van de belastingplichtigen keurt de gemeenteraad tijdig, dat wil zeggen uiterlijk in de eerste maanden van het dienstjaar, de belastingreglementen goed. De gemeentebesturen hebben er bovendien alle belang bij om de besluiten betreffende de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing zo vlug mogelijk aan de provinciegouverneur te bezorgen. 2.2.2. De aanvullende belasting op de personenbelasting 2.2.2.1. Raming van de opbrengst De federale regering heeft zich tot doel gesteld de hoge fiscale en parafiscale druk in het algemeen en de belasting op arbeid in het bijzonder geleidelijk te verlagen tot het niveau van de ons omringende landen. De federale belastinghervorming wordt de komende jaren geleidelijk doorgevoerd en zou tegen 2006 leiden tot een verlaging van de personenbelasting met 10 tot 11 %. Het is niet zo eenvoudig te bepalen vanaf wanneer ook de gemeenten invloed zullen ondervinden van de door de federale regering geplande belastinghervorming. De gemeentelijke ontvangsten reageren met een jaar vertraging ten opzichte van het eigenlijke aanslagjaar op wijzigingen in de regelgeving. Dat komt omdat gemeenten hun aanvullende personenbelasting pas krijgen drie maanden na de inkohiering. Tabel 1 geeft voor de begrotingsjaren 2002 tot 2007 het verwachte cumulatieve effect van de belastinghervorming op de gemeentelijke ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting, bij gelijke aanslagvoeten en onafhankelijk van de economische groei (1). Tabel 1 Gemeentelijk begrotingsjaar
Cumulatief effect op de gemeentefiscaliteit in %
2002
0,00 %
2003
-0,25 %
2004
-1,70 %
2005
-5,20 %
2006
-11,02 %
2007
-11,02 %
Hoe groot de werkelijke minderontvangsten bij gelijke gemeentelijke aanslagvoeten zullen zijn, hangt echter sterk af van de hypothesen die men maakt over de spontane jaarlijkse groei van de belastingontvangsten. Tabel 2 geeft het geraamde effect weer van de belastinghervorming op de gemeentelijke ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting bij gelijke aanslagvoeten en verschillende groeiscenario’s (2001 = 100) (2). Tabel 2 Gemeentelijk begrotingsjaar
Jaarlijks spontaan groeipercentage van de belastingontvangsten 1,5 %
2,0 %
2,5 %
3,0 %
4%
2001
100,00
100,00
100,00
100,00
100,00
2002
101,50
102,00
102,50
103,00
104,00
2003
102,77
103,78
104,80
105,83
107,89
2004
102,79
104,32
105,86
107,42
110,58
2005
100,61
102,61
104,64
106,69
110,90
2006
95,85
98,24
100,67
103,15
108,25
2007
97,29
100,20
103,19
106,24
112,58
(1) Gebaseerd op ramingen van het federale kabinet van Begroting en simulaties van de VVSG. Er wordt geen rekening gehouden met de vermindering van de aangerekende administratiekosten tot 2 % in 2002 en tot 1 % in 2003. (2) idem De gemeenten kunnen zelf beslissen of ze de federale overheid willen volgen in de vermindering van de fiscale druk op de arbeid of dat ze een andere richting kiezen.
37292
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De gemeenten kunnen deze minderontvangsten compenseren door hun eigen aanslagvoeten op te trekken. Dat betekent niet noodzakelijk dat de lokale fiscale druk verhoogt maar wel dat de gemeenten voor hun aandeel de belastingvermindering niet volgen en over dezelfde ontvangsten inzake de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting willen blijven beschikken. De door het federale Ministerie van Financie¨n geraamde opbrengst voor 2003 wordt normaal in oktober 2002 aan de gemeenten meegedeeld. De gemeenten schrijven die bedragen in hun begroting in. De gemeenten die op het ogenblik dat ze hun begroting opmaken, nog niet beschikken over de door het Ministerie van Financie¨n verstrekte raming van de netto-opbrengst van de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting, moeten voor hun raming in elk geval rekening houden met achtereenvolgens de spontane jaarlijkse groei, de geraamde minderinkomsten ten gevolge van de federale belastinghervorming en de effecten van een eventuele wijziging van de gemeentelijke aanslagvoet inzake de personenbelasting voor het aanslagjaar 2002. De besturen mogen voor hun begroting 2003 uitgaan van een spontane groei van 4 %. Als een gemeente een ander groeipercentage dan 4 % hanteert, omdat ze rekening wil houden met bepaalde ontwikkelingen zoals haar sociaal-economische toestand, verstrekt ze daarvoor de nodige toelichtingen. De administratiekosten op de aanvullende personenbelasting die de staat voor de gemeenten int, bedraagt vanaf 2003 nog 1 %. Dat percentage blijft gehandhaafd in de daaropvolgende jaren. In het meerjarenplan houden de besturen rekening met dezelfde elementen als voor de begroting 2003. Als het Ministerie van Financie¨n in de loop van 2003 andere ramingen of een prognose van de vermoedelijke ontvangsten meedeelt, kunnen de gemeenten, behoudens andere instructies, deze aangepaste ramingen verwerken ter gelegenheid van een begrotingswijziging. 2.2.2.2. Wijzigingen van de aanslagvoet voor de aanvullende personenbelasting Als een gemeente haar aanslagvoet inzake de aanvullende personenbelasting verhoogt, vraagt ze aan het Ministerie van Financie¨n een raming van de te verwachten meeropbrengsten. Als de gemeente niet (tijdig) beschikt over die raming, dan wordt in het meerjarig beleidsplan de meeropbrengst ten gevolge van de belastingverhoging voor 100 % doorgerekend in het jaar dat volgt op het aanslagjaar waarvoor de aanslagvoet werd verhoogd. Voor het betreffende aanslagjaar zelf wordt geen meeropbrengst ingeschreven. Stellen we bijvoorbeeld dat een gemeente een aanpassing doorvoert voor het aanslagjaar 2003 (inkomsten 2002). De belastingplichtige heeft dan tijd tot eind juni 2003 om de aangifte in de personenbelasting in te dienen. De eerste inkohieringen gebeuren op zijn vroegst vanaf oktober 2003. De belastingplichtige heeft dan twee maanden de tijd, te rekenen vanaf de maand van de inkohiering, om zijn belastingschuld te vereffenen. Dat gebeurt dus uiterlijk in december 2003. De federale overheid heeft dan e´e´n maand de tijd om de doorstorting aan de gemeenten uit te voeren. Dat betekent dat de eerste doorstortingen op zijn vroegst in januari 2004 gebeuren. Bijgevolg zal de gemeente van de aanpassing van de aanslagvoet in het jaar van de aanpassing zelf geen meerontvangsten verkrijgen. Omdat de federale overheid slechts tot eind juni 2004 een rechtsgeldige aanslag kan vestigen, zal het effect van de aanpassing zich voor 100 % voltrekken in het jaar 2004, rekening houdend met de betalingstermijn voor de belastingplichtige (2 maanden) en de doorstortingstermijn voor de staat (1 maand). 2.2.2.3. Dienstjaar = aanslagjaar Het laatste jaar is blijkbaar ook enige verwarring ontstaan over de begrippen ″aanslagjaar″ en ″dienstjaar″. Nochtans is de betekenis van die begrippen niet gewijzigd. « Aanslagjaar″ is de term die gebruikt wordt voor federale belastingen, terwijl er in gemeentelijke belastingverordeningen sprake is van ″dienstjaar″. Beide begrippen slaan echter op hetzelfde jaar (artikel 238 van de Nieuwe Gemeentewet definieert het financie¨le dienstjaar als het burgerlijk jaar en artikel 359 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen definieert het aanslagjaar als het jaar dat begint op 1 januari en eindigt op de daaropvolgende 31ste december). Overeenkomstig artikel 200 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 wordt de personenbelasting, met inbegrip van de aanvullende gemeentebelasting, gevestigd op het inkomen van het jaar dat voorafgaat aan het aanslagjaar (en dat dus ook voorafgaat aan het dienstjaar). Om mogelijke begripsverwarring verder uit te sluiten doen de gemeenten er goed aan om hun belastingverordening betreffende de vaststelling van de aanvullende personenbelasting aan te vullen als volgt : « Er wordt voor het dienstjaar 2003 een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het jaar dat zijn naam geeft aan het dienstjaar. De belasting wordt vastgesteld op... % van het volgens artikel 466 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 berekende gedeelte van de personenbelasting die aan het rijk verschuldigd is voor hetzelfde dienstjaar (dit is hetzelfde aanslagjaar/inkomsten vorig jaar). » 2.2.3. De opcentiemen op de onroerende voorheffing De opbrengst van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor 2003 wordt als volgt geraamd : (KI 2002/KI 2000) x inkohieringen 2000 x 1,015 x 1,015 x (aantal opcentiemen 2002/aantal opcentiemen 2000) (NB : de kadastrale inkomens zijn niet geı¨ndexeerd) De besturen houden echter rekening met de verschillende vrijstellingen en kortingen die voor de onroerende voorheffing worden verleend. In de meerjarenplanning raamt men de jaarlijkse meeropbrengst van de opcentiemen op de onroerende voorheffing, bij gelijkblijvende aanslagvoet, normaal op 1,5 %. Ook hier zijn afwijkende ramingen mogelijk, rekening houdend met mogelijke voor de gemeente specifieke omstandigheden, mits daarvoor een gemotiveerde toelichting wordt verstrekt. Als de gemeenten in opeenvolgende jaren een trapsgewijze verhoging van de aanslagvoet doorvoeren, passen ze eerst de vastgestelde indexatie toe en vervolgens de verhoging van de aanslagvoet. De administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap zal in het najaar van 2002 aan elke gemeente per brief een individuele raming meedelen. Ik verzoek de gemeenten met aandrang om zo snel mogelijk en uiterlijk op 31 maart 2003 het aantal opcentiemen mee te delen aan zowel de provinciegouverneur als de administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Boudewijngebouw, Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel. 2.2.4. De compensatie voor de derving van de opcentiemen op de onroerende voorheffing Op de federale begroting wordt jaarlijks een krediet uitgetrokken ter compensatie van de derving van de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor de gemeenten op het grondgebied waarvan zich eigendommen bevinden die zijn vrijgesteld van de onroerende voorheffing. Het gaat om de eigendommen, vermeld in artikel 63 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten (Belgisch Staatsblad van 17 januari 1989). Deze compensatie is afhankelijk van de aard van de vrijgestelde eigendommen. Zo komen sinds 1994 de eigendommen van gemeenschappen en gewesten, van regionale instellingen van openbaar nut en van regionale overheidsbedrijven niet meer voor compensatie in aanmerking. Het bijzonder compensatiekrediet dekt ten minste 72 % van de niet-geı¨nde gemeentelijke opcentiemen.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De koninklijke besluiten tot berekening en verdeling van het bijzonder krediet voor een bepaald jaar worden doorgaans tegen het einde van dat jaar opgesteld. Als de gemeenten op het ogenblik van de opmaak van hun begroting reeds de compensatie kennen die hen voor 2002 is toegekend, schrijven ze dat zelfde bedrag in voor 2003. Is dat niet het geval, dan behouden ze het voor 2001 ingeschreven bedrag. 2.2.5. Heffing ter bestrijding van de leegstand en verkrotting van gebouwen en woningen Het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap voor 1996 (Belgisch Staatsblad van 30 december 1995) voerde een gewestelijke heffing in ter bestrijding van de leegstand en verkrotting van gebouwen en woningen. De vergoeding die de gemeenten ontvangen voor de administratiekosten die ze ter uitvoering van dat decreet maken, wordt geboekt op artikel 040/465-01. Gemeenten die opcentiemen op de gewestelijke belasting heffen, mogen de daaruit resulterende opbrengsten inschrijven op artikel 040/377-02. De datum van ontvangst van de desbetreffende opbrengsten bepaalt het dienstjaar. Gemeenten met een eigen reglement boeken de opbrengst van die belasting zoals gewoonlijk op artikel 040/367-15. 2.3. Dividenden In 2003 worden de elektriciteitmarkt e´n de aardgasmarkt in Vlaanderen gelijktijdig volledig vrij : vanaf 1 januari 2003 zijn de hoogspanningsafnemers en de industrie¨le gasverbruikers vrij en op 1 juli 2003 volgen alle Vlaamse laagspanningsklanten en alle huishoudelijke gasgebruikers. Op dit ogenblik kan nog niet precies becijferd worden wat de juiste financie¨le gevolgen zullen zijn voor de gemeentelijke ontvangsten : te veel factoren met een onbekende maar in elk geval aanzienlijke impact beı¨nvloeden namelijk die ontvangsten in belangrijke mate. Enkele van die factoren zijn : — de netto-opbrengst van de activiteit distributienetbeheer voor de gemeenten (rendement, aanvaarde kosten, financie¨le lasten, enzovoort); — de netto-opbrengst van de gemeentelijke participatie in het hoogspanningstransport; — de netto-opbrengst van de gemeentelijke participatie in de verkoopvennootschappen (welke brutoverkoopmarge, mogelijk verlies van marktaandeel, enzovoort); — al dan niet invoeren van een wegenisheffing en de mogelijke opbrengst ervan; enzovoort. Wel circuleren de volgende algemene cijfers met betrekking tot de evolutie van de gemeentelijke dividenden inzake elektriciteit : 1. de dividenden 2002, die worden uitgekeerd in 2003, zullen zich ongeveer op hetzelfde niveau situeren als de dividenden 2001; 2. een daling van de gemeentelijke dividenden 2003 tot ongeveer 70 a` 75 % van de dividenden 2002; 3. verdere daling van de dividenden 2004 tot ongeveer 35 % a` 50 % van de dividenden 2002. Op te merken valt dat de dividenden 2002 in principe pas in 2003 worden uitgekeerd. Dat betekent dat de weerslag van de liberalisering normalerwijze pas in 2004 in de gemeentelijke begroting merkbaar wordt. Anderzijds keren een aantal intercommunales interimdividenden uit, waardoor een al dan niet belangrijk gedeelte van de dividenden een jaar vroeger in de gemeentekas terecht komt. Naargelang de intercommunales een groot, minder groot of geen interimdividend uitkeren, zullen sommige gemeenten bijgevolg al in 2003 de gevolgen van de liberalisering van de elektriciteitsmarkt ondervinden, terwijl andere gemeenten die gevolgen pas in de begroting 2004 zullen voelen. Enkel de intercommunale verenigingen zelf kunnen nauwkeuriger prognoses aan hun gemeenten-vennoten verstrekken, rekening houdend met het al dan niet uitkeren van interimdividenden, met het aandeel van de gemeentelijke participaties in de diverse energiebedrijven en de eventueel daaraan verbonden financie¨le lasten, enzovoort. Ook dan blijven uiteraard een aantal zaken nog onzeker. De gemeenten zullen bijgevolg de door hun intercommunale verstrekte prognoses in elk geval als een maximum beschouwen en zeker geen hoger bedrag dan de geraamde dividenduitkeringen in de begroting en de meerjarenplanning inschrijven. Ik verzoek de gemeentebesturen de door hun energie-intercommunale verstrekte ramingen bij het begrotingsdocument te voegen. Ik kan u ook nog meedelen dat ik niet zal nalaten de gemeentebesturen op de hoogte te brengen van nieuwe ontwikkelingen omtrent deze problematiek. 2.4. De uitgaven van de gewone dienst 2.4.1. De personeelsuitgaven Voor de algemene bepalingen verwijs ik naar rubriek III, punt 1, van deze omzendbrief. Ik vestig daarnaast nogmaals de aandacht van de gemeentebesturen op de verplichting om, krachtens artikel 72 van het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 houdende het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit, de lonen van het onderwijzend personeel die als tegenwaarde van de gewone toelagen rechtstreeks aan de belanghebbenden worden betaald, gelijktijdig als uitgave en als ontvangst te boeken. 2.4.2. De werkingskosten Voor de algemene evolutiecoe¨fficie¨nt verwijs ik naar rubriek III, punt 2, van deze omzendbrief. 2.4.3. De overdrachten 2.4.3.1. De bijdrage aan het OCMW Als het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn niet over voldoende middelen beschikt om de uitgaven te dekken die voortkomen uit de vervulling van zijn opdracht, wordt het verschil gedragen door de gemeente. Die gemeentelijke bijdrage wordt in de uitgaven van de gemeentebegroting ingeschreven. Dat is een wettelijke verplichting. De basisfinanciering voor het OCMW waarin het nieuwe decreet inzake het Vlaams Gemeentefonds vanaf 1 januari 2003 voorziet, verandert niets aan die verplichting. Aangezien alle OCMW’s vanaf het jaar 1999 in principe een meerjarenplan moeten opmaken, schrijven de gemeenten in hun meerjarig beleidsplan dezelfde bedragen in als in het meerjarenplan van het OCMW, voorzover de bedragen beschikbaar zijn op het ogenblik dat de begroting wordt aangenomen. Omdat het meerjarig financieel beleidsplan voor de OCMW’s loopt over minstens drie jaar (begrotingsjaar inbegrepen), worden, indien geen exacte cijfers in het meerjarenplan van het OCMW zijn opgenomen, voor de berekening van de bijdrage voor het vierde jaar de cijfers genomen van het derde jaar, vermeerderd met een realistisch percentage (dat onder meer rekening houdt met de evolutie van de personeelskosten, werkingskosten,…).
37293
37294
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Indien het OCMW nog geen meerjarenplan heeft opgesteld, wordt de bijdrage van het vorige jaar ingeschreven, eveneens verhoogd met een realistisch percentage. Zodra de bedragen van het OCMW bekend zijn, moeten die bij de eerstvolgende begrotingswijziging van de gemeente aangepast worden, zowel in de begroting als in het meerjarenplan. 2.4.3.2. De ziekenhuistekorten Het voor 2003 in te schrijven bedrag wordt gevormd door het tekort of de tekorten die waarschijnlijk in 2003 ambtshalve van de rekening van de gemeente worden afgehouden. Het bedrag wordt geraamd op basis van de gegevens, verstrekt door het openbaar ziekenhuis. De gemeenten die nog belangrijke ziekenhuistekorten van vorige jaren moeten vereffenen, mogen een voorschot van 90 % op het exploitatietekort toestaan en dat voorschot als een vastgelegde uitgave in de rekening boeken. In de meerjarenplanning wordt de ontwikkeling van de ziekenhuistekorten gemotiveerd. 2.4.3.3. De gemeentelijke dotatie aan de politiezone 2.4.3.3.1. Raming van de gemeentelijke dotatie : algemeen Krachtens de wet is de gemeentelijke dotatie aan de politiezone gelijk aan het verschil tussen de totale geraamde uitgaven, ingeschreven in de politiebegroting, en de federale politiedotatie. In de meergemeentezones moet de gemeentelijke dotatie volgens een specifieke verdeelsleutel onder de gemeenten van de zone worden verdeeld. Dat verschil tussen de totale geraamde uitgaven en de federale toelage moet op basis van artikel 39 en 40 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geı¨ntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, door de gemeente of gemeenten worden gedragen. In de omzendbrief BA2001/16 van 7 december 2001 (Belgisch Staatsblad van 9 januari 2002 - 2e uitgave) – « Lokale politie : Vaststelling van de personeelsformaties - financie¨le gevolgen; Vaststelling van de gemeentelijke dotaties opstelling van de begrotingen 2002 » werd al de bijzondere aandacht van de gemeenten gevestigd op het feit dat de vaststelling van de gemeentelijke bijdrage aan de politiezone in geen geval op een fictieve wijze te laag mag worden geraamd. Dat principe blijft eveneens voor de toekomst gelden. De gemeenten moeten, als een goed huisvader, elke verhoging van de gemeentelijke dotatie aan de politiezone onmiddellijk in de eigen begroting en het meerjarig beleidsplan verwerken. Als twijfel bestaat over de tussenkomst in de financiering vanuit de federale overheid aan de politiezone, raad ik de politiezones aan om aan inkomstenzijde zeer voorzichtige ramingen te hanteren voor de federale dotaties. De gemeenteraden raad ik aan hier nauwlettend op toe te zien. Dat geldt eveneens voor de uitgavenzijde in de begrotingen van de politiezones, als er twijfel rijst over de sluitende financieringswijze van bepaalde projecten of personeelsuitgaven. Aangezien de politieraad evenredig wordt samengesteld uit leden van de gemeenteraden van de verschillende gemeenten die samen de meergemeentezone vormen en aangezien voor de e´e´ngemeentezones de gemeenteraad zelf bevoegd is om de politiebegroting vast te stellen, kan ik alleen maar benadrukken dat de gemeenteraden zelf een grote verantwoordelijkheid dragen bij de uiteindelijke vaststelling van de begrotingen van de politiezones en uiteindelijk van de – structurele – financie¨le weerslag die deze begrotingen hebben op de gemeentelijke dotatie. 2.4.3.3.2. Inschrijving in het gemeentelijk meerjarenplan Ook het gemeentelijk meerjarig financieel beleidsplan moet aangepast worden aan de nieuwe situatie. Concreet betekent dit dat na de rubriek 7.3 « Tekorten Ziekenhuizen » de huidige rubriek 7.4 « Overige overdrachtuitgaven » wordt vervangen door een nieuwe rubriek 7.4 « Gemeentelijke dotatie aan de politiezone (artikel 39-40 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geı¨ntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus) ». Vervolgens wordt een nieuwe rubriek 7.5 « Overige overdrachten » toegevoegd. Die nieuwe indeling wordt doorgetrokken in de rubriek 7.9 « Samenvatting van de overdrachtuitgaven ». Voor alle duidelijkheid is het eveneens wenselijk dat in het meerjarige beleidsplan nog de volgende rubrieken worden aangepast : — Rubriek 7.1 « Werkingstoelagen OCMW » wordt 7.1 « Werkingstoelagen OCMW (artikel 106 van de Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn) » — Rubriek 7.2 « Werkingstoelagen Kerkfabrieken » wordt 7.2 « Werkingstoelagen Kerkfabrieken (artikel 92, 1˚ en 3˚ en 94 van het keizerlijk decreet van 30 december 1809) » — Rubriek 7.3 « Tekorten Ziekenhuizen » wordt 7.3 « Tekorten Ziekenhuizen (artikel 109 van de Wet van 7 augustus 1987 op de ziekenhuizen, gecoo¨rdineerd op 7 augustus 1987) ». 2.4.3.3.3. Tijdstip van opmaak van de verschillende begrotingen Artikel 241, § 1, van de Nieuwe Gemeentewet bepaalt dat de gemeenteraad ieder jaar op de eerste maandag van oktober vergadert om te beraadslagen en te besluiten over de begroting van uitgaven en ontvangsten van de gemeente voor het volgende dienstjaar. De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geı¨ntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, afgekort WGP, bepaalt in artikel 34 : « Artikel 131 en titel VI, hoofdstuk I en II, van de nieuwe gemeentewet, uitgezonderd de artikelen 243 en 253, zijn van toepassing op het budgettair en financieel beheer van de lokale politie, met dien verstande dat : 1˚ … 2˚ … 3˚ in artikel 241, § 1, van de nieuwe gemeentewet de woorden ″eerste maandag van oktober″ moeten worden gelezen als ″in de maand oktober″; 4˚ … » Uit de combinatie van deze bepalingen volgt dat – in theorie - de politiebegrotingen later of gelijktijdig, maar zelden vroeger zullen worden goedgekeurd dan de gemeentebegrotingen. 2.4.3.3.4. Meerjarenplan voor de politiezone In de ministerie¨le omzendbrief PLP 13 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2002 ten behoeve van de politiezone, zijn vanuit de federale overheid een aantal onderrichtingen verstrekt met betrekking tot de opmaak van de begrotingen 2002. Op het einde van die omzendbrief wordt onder punt 1.3 de volgende aanbeveling geformuleerd : « De opstelling van een meerjarenplanning wordt voor 2002 nog niet opgelegd, maar wordt gelet op de weerslag van de politiebegroting op de gemeentebegrotingen aanbevolen. » 2.4.3.3.5. Overleg Ingevolge artikel 40 van de WGP behoort in de meergemeentezones de vaststelling van de begroting van het lokaal politiekorps tot de bevoegdheid van de politieraad.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Noch de WGP, noch het ARGP sluiten uit dat in de loop van het jaar de politieraad begrotingswijzigingen aanneemt die een invloed hebben op de verschillende gemeentelijke dotaties aan de meergemeentezone. Als het tekort dat bijgepast moet worden door de gemeenten die deel uitmaken van de zone, verandert, moeten de gemeenten onmiddellijk de dotaties aan de politiezone in hun begroting wijzigen. Vanuit het oogpunt van behoorlijk bestuur en de meerjarige financie¨le planning is dat uiteraard geen wenselijke situatie voor de gemeenten. Het spreekt voor zich dat dit – voor de gemeenten van de zone – tot ongewenste budgettaire situaties en zelfs tot conflicten kan leiden, hetzij met de zone zelf hetzij met de andere gemeente(n). Om dit te vermijden is het dan ook noodzakelijk dat er, naar aanleiding van de jaarlijkse opmaak van de politiebegroting, vooraf ernstig overleg wordt gepleegd over de gemeentelijke dotaties die de gemeenteraden moeten goedkeuren in hun begroting. Dat zal een bijzondere inspanning vergen op het vlak van planning en overleg tussen de politiezone en de verschillende gemeenten. Idealiter is het dan ook wenselijk dat de uiteindelijke begroting van de zone pas door de politieraad wordt goedgekeurd nadat alle gemeenteraden van de zone eerst hun begroting hebben goedgekeurd. Dat houdt in dat ook de gemeenteraden – meer dan vroeger – op tijd hun begroting vastgesteld moeten hebben. Als dat in de praktijk niet haalbaar blijkt, is het wenselijk dat de gemeenten waarvoor de volledige begroting op dat ogenblik nog niet is vastgesteld, in een aparte raadsbeslissing de eigen gemeentelijke dotatie voor de meergemeentezone zouden vaststellen, zodat er voor beide partijen - de gemeente in kwestie en de meergemeentezone - zekerheid ontstaat over deze dotatie en de politiezone de eigen begroting al kan goedkeuren. 2.4.3.4. Subsidies aan gemeentelijke vzw’s Het komt de democratisch verkozen raden van de gemeenten toe zelf de gemeentelijke aangelegenheden te regelen. Ik verwijs in dit verband naar de omzendbrief BA 93/03 van 21 april 1993 met betrekking tot de problematiek van de uitoefening van het gemeentelijk beleid via zogenaamde paragemeentelijke vzw’s. In deze omzendbrief werd bepaald dat gemeenten enkel nog toelagen van meer dan 2479 euro aan dergelijke vzw’s kunnen verstrekken, voorzover een aantal minimale bepalingen worden nageleefd die eigen zijn aan de uitoefening van het openbaar bestuur. Met het oog op een correcte toepassing van die omzendbrief en het behoud van de openbaarheid van bestuur en de democratische controle van de verkozen raadsleden voegen de gemeenten, ter verantwoording, een afzonderlijke lijst bij hun begroting, waarin de verenigingen zijn opgenomen die een gemeentelijke toelage van meer dan 2479 euro ontvangen. Andere nuttige documenten zoals uittreksels uit statuten, overeenkomsten of concessies worden ter inzage in het gemeentehuis gelegd en kunnen door de toezichthoudende overheid worden opgevraagd. Ik wijs verder op de bepalingen van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, die ook van toepassing is op de door de gemeenten gesubsidieerde rechtspersonen, alsook op het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact. 2.4.3.5. Subsidies aan private verenigingen Indien de gemeente over een reglement beschikt dat de verdeling van subsidies regelt, mag in de gemeentebegroting een globaal krediet ingeschreven worden. Indien zo’n reglement niet bestaat en de gemeenteraad ook niet van plan is er een op te stellen, dan moet de begroting als bijlage een lijst bevatten met de verenigingen waaronder het globale krediet wordt verdeeld en met de bedragen die elke vereniging krijgt, ofwel dient de begroting zelf speciale begrotingsartikels te bevatten die elk een subsidie aan een nominatief bepaalde vereniging vaststellen, in plaats van een globaal krediet. Om aan de motiveringsplicht te voldoen, dient deze verdeling eveneens gemotiveerd te zijn in het gemeenteraadsbesluit dat de begroting vaststelt. Als de gemeenteraad een globaal krediet op de begroting uittrekt, zonder dat die over een subsidiereglement of over een gemotiveerde nominatieve verdeling beschikt, dan kan dit krediet pas worden aangewend vanaf het moment dat de gemeenteraad ofwel een reglement vaststelt, ofwel door middel van een gemotiveerde beslissing de subsidies nominatief toekent. 2.4.4. De schulduitgaven 2.4.4.1. De leningen Voor de leningen verwijs ik naar rubriek III, punt 5. 2.4.4.2. Het exploitatieverlies van de intercommunale verenigingen Verschillende gemeenten boeken de bijdragen in het verlies van hun intercommunale verenigingen, en meer bepaald in de sector milieu, op het begrotingsartikel FFF/435-01, in de economische groep overdrachten. Een dergelijke boeking is niet correct : de bijdragen moeten immers worden geboekt binnen de economische groep schuld, onder het begrotingsartikel FFF/222-01. 2.4.5. De overboekingen van de gewone naar de buitengewone dienst Overboekingen van de gewone naar de buitengewone dienst moeten altijd volledig worden uitgevoerd tijdens het dienstjaar, namelijk de vastlegging en aanrekening van de uitgave op de gewone dienst, en de vaststelling van het recht op de buitengewone dienst. Een eventueel overschot dat ontstaat op de buitengewone dienst - indien de aanrekeningen op de buitengewone dienst voor de investeringsuitgaven uiteindelijk kleiner zijn dan de vastgelegde bedragen - kan de gemeenteraad bestemmen voor het financieren van andere buitengewone uitgaven. 2.5. De buitengewone dienst 2.5.1. Opbrengsten verkoop Telenet De gemeenten mogen in hun begroting enkel die opbrengsten inschrijven waarvan de inning vaststaat. Concreet betekent dat dat enkel de door de gemeenten effectief gerealiseerde ontvangsten of de door de intercommunale gerealiseerde ontvangsten die zeker naar de gemeente zullen worden doorgestort, in de begroting 2003 mogen worden ingeschreven. Telenetaandelen zijn nergens als financie¨le, vaste activa in de gemeentelijke boekhouding opgenomen. De gemeenten participeren immers onrechtstreeks in Telenet door de onderschrijving van kapitaal in hun intercommunale voor informatie- en communicatiesignalen die de Telenetaandelen bezit (via Interkabel wat de zuivere intercommunales betreft). Alle verrichtingen inzake de verkoop van aandelen en distributie-installaties verlopen dus op het niveau van de intercommunale (Interkabel). Het is dus pas op het ogenblik dat de intercommunale die verrichtingen in haar rekeningen verwerkt heeft, dat het resultaat ervan aan de aandeelhouders kan worden toegekend. Dat betekent ook dat, met uitzondering van de terugbetaling van kapitaal, alle opbrengsten als dividenden aan de aandeelhouders worden uitgekeerd en bijgevolg in de gewone dienst van de gemeentelijke begroting zullen terechtkomen. De buitengewone ontvangsten ten gevolge van de verkoop van Telenet (terugbetalingen van kapitaal) kunnen worden gebruikt voor de financiering van om het even welke buitengewone uitgave.
37295
37296
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De ontvangsten op de gewone dienst kunnen de gemeenten enkel aanwenden voor de aanleg van reserves voor toekomstige pensioenuitgaven of voor overboeking naar de buitengewone dienst, ter financiering van om het even welke buitengewone uitgave. II. INSTRUCTIES VOOR DE MEERJARENPLANNEN EN DE BUDGETTEN VAN DE OPENBARE CENTRA VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN Met het decreet van 17 december 1997 houdende wijziging van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn is de zogenaamde nieuwe OCMW-boekhouding ingevoerd. In tegenstelling tot wat haar oorspronkelijke vertaling laat vermoeden en in tegenstelling tot wat voor de nieuwe gemeentelijke comptabiliteit geldt, gaat het hier niet om een louter boekhoudkundige hervorming. Er worden immers een reeks nieuwe OCMW-beleidsinstrumenten, dikwijls afgekort als de NOB (de nieuwe OCMW beleidsinstrumenten), ingevoerd. Die instrumenten moeten het OCMW in staat stellen een bedrijfsvoering te kiezen die past bij de voortdurend veranderende omgeving waarbinnen het opereert, en de interne en externe mogelijkheden en uitdagingen. Daarbij wordt aan het OCMW een grote mate van vrijheid gelaten. De NOB-regelgeving biedt slechts een minimumkader. Het hanteren van deze zeer vernieuwende instrumenten vergt echter een diepgaand leerproces dat niet op e´e´n jaar kan worden voltooid. Eigenlijk eindigt dat leerproces nooit. Het boekjaar 2003 is het eerste boekjaar waarin alle Vlaamse OCMW’s met deze nieuwe instrumenten werken. Dat betekent niet dat alle OCMW’s al gebruik zullen maken van alle mogelijkheden die door de bovengenoemde wetgeving worden geboden. De wetgeving waarnaar in dit deel van de omzendbrief verwezen wordt, alsook de uitgewerkte voorbeelden en toelichtende documenten, zijn c o nsu lte e r baar op he t v o lge nd e inte r ne tad re s : http://www.binnenland.vlaanderen.be/ngob 1. HET MEERJARENPLAN Een eigentijds overheidsbeleid gaat uit van een visie op lange termijn en is vastgelegd in een ernstige meerjarenplanning. In die zin beschikken de Vlaamse gemeenten al sedert 1990 over een meerjarig financieel beleidsplan. Vanaf het dienstjaar 1999 moeten ook alle Vlaamse OCMW’s hun beleid voor langere termijn vastleggen in een meerjarenplan. Het meerjarenplan van de OCMW’s is meer dan een financieel meerjarenplan. Vanaf het boekjaar 2003 gelden voor alle OCMW’s, naast de bepalingen van de OCMW-wet, die van het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 en van het ministerieel besluit van 20 juni 2001 betreffende de boekhouding en de administratieve organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De ministerie¨le besluiten van 23 december 1997 en 24 maart 1999 zijn niet langer van toepassing. 1.1. Vorm Het meerjarenplan bestrijkt een periode van minstens drie en hoogstens zes boekjaren en bestaat uit een strategische nota en een financie¨le nota. Beide onderdelen hangen intern samen en sluiten op elkaar aan. Het meerjarenplan moet eveneens aansluiten op de andere plannen van de lokale overheden, dus ook op die van de gemeente. Het meerjarenplan wordt in zijn geconsolideerde vorm ter goedkeuring voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn. Het gedetailleerde meerjarenplan ligt uiteraard ter inzage van de raadsleden. Naar bestaande plannen of naar andere documenten kan eenvoudig worden verwezen. Daarbij moet men waken over de leesbaarheid van het meerjarenplan en over de actualiteit van de gegevens. Uiteraard moeten de stukken waarnaar wordt verwezen, ter beschikking staan van de gebruiker. Breedvoerig proza hoort niet thuis in het meerjarenplan. Tabellen, kerncijfers en grafieken worden het best zo eenvoudig mogelijk gehouden. In de toelichtingen wordt onder meer verduidelijkt van welke hypotheses men vertrekt. 1.2. Inhoud Bij de NOB bepaalt de strategie het budget. De beleidsnota bij het budget sluit aan op de strategische nota. De budgetten worden afgeleid uit de financie¨le nota van het meerjarenplan. Het budget volgt uit het, zo nodig, geactualiseerde meerjarenplan. Het meerjarenplan bestaat uit een strategische nota en een financie¨le nota. 1.2.1. De strategische nota De strategische nota is het instrument bij uitstek voor de politieke en ambtelijke leiding om het centrum en de verbonden instellingen te sturen. Het is de schriftelijke neerslag van het strategisch plan van het openbaar centrum. In de strategische nota worden de beleidsopties inzake de externe en de interne werking van het centrum toegelicht. Deze nota bevat onder meer de volgende gegevens : — de toekomstige prioriteiten van het OCMW, — de werkwijze en de te volgen procedures om die prioriteiten te realiseren, — de wijze van opvolgen van de effectieve realisatie van die prioriteiten, — met betrekking tot de interne werking : de wijze waarop de performantie van de organisatie minstens kan behouden worden en de wijze waarop de performantie eventueel kan worden verbeterd, — met betrekking tot de externe werking : de behoeften van het OCMW en de mate waarin het OCMW die behoeften wil en kan invullen. Het strategische karakter van deze nota zal vanzelfsprekend afhankelijk zijn van de weg die het OCMW heeft afgelegd op het vlak van het strategisch management. In de strategische nota zal in elk geval rekening gehouden worden met elementen uit het zorgstrategisch plan en het personeelsplan. De samenhang tussen de werking en de beleidsinitiatieven van de gemeente en het OCMW moet zeker ter sprake komen in de strategische nota. In de strategische nota kan onder meer aandacht geschonken worden aan : — de dienstverlening (het aanbod en het tariefbeleid), — de erkenningen en subsidie¨ringen, — het personeelsbeheer, — het schuldbeheer, — de overdrachten, en in het bijzonder de ontwikkeling van de nettokosten inzake de maatschappelijke dienstverlening, — de telecommunicatie (Internet) en de automatisering, — de implementatie van de NOB, — de investeringsprojecten, onder meer VIPA.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 1.2.2. De financie¨le nota De financie¨le weerslag van de beleidsopties moet terug te vinden zijn in de financie¨le nota. Die bestaat uit de volgende onderdelen : 1. Exploitatieplanning De exploitatieplanning bevat de raming van de opbrengsten en de kosten, waarbij onder meer rekening wordt gehouden met de opties uit de strategische nota en met de financie¨le weerslag van de uitvoering van de projecten die gepland zijn voor investeringen. De kosten en de opbrengsten worden geconsolideerd weergegeven volgens schema 1 van het ministerieel besluit van 20 juni 2001. De planning bevat minstens de cijfers van de rekening 2001, het budget 2002, inclusief de al doorgevoerde budgetaanpassingen, en de prognoses voor 2003, 2004 en 2005. 2. Planning van investeringen en desinvesteringen Deze planning bevat de vooruitzichten inzake investeringen en de financiering daarvan, eventueel door middel van desinvesteringen. Ze wordt opgesteld volgens schema 2 van het ministerieel besluit van 20 juni 2001. De tabellen bevatten minstens de cijfers voor 2003, 2004 en 2005. Om dit schema te kunnen opstellen moet er van alle investeringsprojecten, zowel van de nieuwe als van de al lopende projecten, een uitsplitsing over de jaren heen geraamd worden volgens de geplande realisatietermijn. Elk van de kolommen van de meerjarenplanning bevat dan de som van de overeenstemmende kolommen van de onderscheiden investeringsprojecten. 3. Liquiditeitenplanning, cashflow en berekening van de gemeentelijke bijdrage Deze planning wordt opgesteld volgens schema 3 van het ministerieel besluit van 20 juni 2001. Voetnoot 10 van dit ministerieel besluit bepaalt dat tabel 3, de liquiditeitentabel, pas verplicht wordt op een later te bepalen datum. De besturen zijn dus wel verplicht de tabellen 1, 2 en 4 van schema 3 op te stellen. Bovendien wordt hen aangeraden ook de delen 1, 2, 3 en 4B van tabel 3 op te stellen. Deze onderdelen vormen immers een wezenlijke meerwaarde aan de planning en vergen geen bijzondere inspanningen. Om deel 4A te kunnen opstellen is de beschikking over een gebudgetteerde balans echter zo goed als onontbeerlijk. De meeste boekhoudprogramma’s waar de OCMW’s mee werken kunnen die helaas nog niet leveren. Toch is dit onderdeel een goed instrument om de behoefte aan werkkapitaal te verantwoorden. OCMW’s die aan de gemeente een tussenkomst in het werkkapitaal vragen, kunnen dus het best proberen om ook dit onderdeel op te stellen en zo hun vraag te ondersteunen. Bovendien kan op die manier een gestructureerde verantwoording worden gegeven van het overzicht van de totale gemeentelijke bijdrage in tabel 4. De tabellen bevatten minstens de cijfers van de rekening 2001, het budget 2002, inclusief de al doorgevoerde budgetwijzigingen, en de prognoses voor 2003, 2004 en 2005. 1.3. Procedure Het opmaken van een strategisch plan is een proces dat heel wat tijd en energie vraagt. Een gestructureerde aanpak is dus wenselijk. Grosso modo kunnen we bij de ontwikkeling ervan vier fasen onderscheiden : — de voorbereidende fase, — de analysefase, — de beleidsbepalende fase, — de afrondingsfase, waarin de strategische nota zijn definitieve vorm krijgt. 1.3.1. OCMW’s die voor de eerste maal een meerjarenplan opmaken De opmaak van een meerjarenplan is een teamgebeuren. De secretaris draagt de eindverantwoordelijkheid over het voorontwerp. Hij zal een belangrijke schakel zijn tussen het politieke en ambtelijke personeel, die het meerjarenplan concreet invullen. Het is wenselijk om bij het planningsproces de belangrijkste budgethouders en/of diensthoofden te betrekken. Het voorontwerp van meerjarenplan wordt, na advies van de budgetcommissie, voorgelegd aan het overlegcomite´. De budgetcommissie zal onder andere onderzoeken in welke mate het meerjarenplan in overeenstemming is met de overige meerjarenplannen waarmee de lokale overheid wordt geconfronteerd. Na het advies van het overlegcomite´ stelt de raad voor maatschappelijk welzijn het meerjarenplan vast en bezorgt het vo´o´r 15 september aan de gemeenteraad. Het advies van het overlegcomite´ is bepalend voor het toezicht op het meerjarenplan. Indien het overlegcomite´ in consensus een positief advies verleent, neemt de gemeenteraad enkel kennis van het meerjarenplan. In alle andere gevallen dient de gemeenteraad het plan goed te keuren en kan de raad het aanpassen. Consensus staat hier voor unanimiteit. De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn licht het meerjarenplan toe op de gemeenteraadsvergadering waarop het geagendeerd is. 1.3.2. OCMW’s die al over een meerjarenplan beschikken De OCMW-wet bevat bepalingen over het meerjarenplan die tegenstrijdig kunnen overkomen. In artikel 87, § 2, 3˚, van de wet wordt het meerjarenplan gedefinieerd als het jaarlijks geactualiseerde plan dat steeds een periode van minimaal drie en maximaal zes boekjaren bestrijkt. Daar tegenover staat artikel 88, § 1, van de OCMW-wet. Overeenkomstig het eerste lid van die bepaling stelt de raad voor maatschappelijk welzijn minstens in het jaar van zijn volledige vernieuwing een meerjarenplan vast. Overeenkomstig het tweede lid wordt het meerjarenplan vo´o´r 15 september aan de gemeenteraad bezorgd voorzover het werd gewijzigd. Uit deze bepalingen kan worden afgeleid dat het meerjarenplan niet jaarlijks moet worden gewijzigd en vastgesteld. De zin « Voor zover het meerjarenplan werd gewijzigd, wordt het vo´o´r 15 september aan de gemeenteraad overgezonden » is via amendement in de tekst gevoegd tijdens de bespreking in het Vlaams Parlement. Uit die bespreking blijkt duidelijk dat het de wil van de decreetgever is dat er niet elk jaar opnieuw een meerjarenplan aan de gemeenteraad moet worden voorgelegd. Een dergelijke overzending is slechts verplicht zodra er enige wijziging is. De decreetgever heeft echter de definitie van het meerjarenplan in artikel 87 niet aangepast omdat het wenselijk is dat het budget dat voortvloeit uit het meerjarenplan wel degelijk geactualiseerd wordt. Dat kan slechts als ook het meerjarenplan geactualiseerd wordt. Het verschil tussen die actualisatie en een wijziging is dat een wijziging we´l gevolgen heeft voor de gemeentelijke bijdrage en een actualisatie (onder meer aanpassing aan de begrotingsonderrichtingen, aan de laatst bekende gegevens en de laatste rekening) binnen de al eerder aangenomen gemeentelijke bijdrage blijft. Zo wordt de redenering die gevolgd wordt in het artikel 88, §3, van de OCMW-wet en waarbij de gemeenteraad slechts kennis neemt van een budgetwijziging die binnen de grenzen blijft van de gemeentelijke bijdrage die opgenomen is in het meerjarenplan, doorgetrokken naar wijzigingen van het meerjarenplan zelf. OCMW’s die hun meerjarenplan in de hierboven bedoelde zin wijzigen, volgen de procedure die eerder beschreven is in punt 1.3.1.
37297
37298
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE 2. HET BUDGET 2.1. Vorm De OCMW’s stellen hun budgetten op in de vorm die vereist wordt krachtens het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 en het ministerieel besluit van 20 juni 2001, betreffende de boekhouding en de administratieve organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. Het budget omvat de beleidsnota, het exploitatiebudget, de investeringsbudgetten en het liquiditeitenbudget, met daarbij de vastlegging van de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage. — De beleidsnota sluit aan op de strategische nota uit het meerjarenplan. Ze omvat minimaal een bespreking van de beleidsdoelstellingen van het centrum en van de operationele doelstellingen van elke budgethouder, een bespreking van de gebudgetteerde kosten en opbrengsten per activiteitencentrum, een analyse van de kostprijzen en een bespreking van de financie¨le toestand van het centrum. — Het exploitatiebudget omvat de raming van alle kosten en opbrengsten van zowel de bestaande als de nieuw geplande activiteiten. Het wordt opgesteld zowel per activiteitencentrum als voor het centrum in zijn geheel, volgens schema 5 van het ministerieel besluit van 20 juni 2001. Het bevat minstens de cijfers van de rekening 2001, het budget 2002, inclusief de al doorgevoerde budgetwijzigingen, en de prognose voor 2003. Het exploitatiebudget wordt opgesteld met gebruik van alle rubrieken van het schema, inclusief die van de resultaatsverwerking. Aangezien met de NOB gestreefd wordt naar een outputbudgettering is het immers wenselijk dat in de budgetten de relatie kan worden gelegd tussen de gemeentelijke bijdrage en de operationele doelstellingen. — Het investeringsbudget wordt opgesteld per project volgens schema 6 van het ministerieel besluit van 20 juni 2001. In functie van de meerjarenplanning is het noodzakelijk de realisatietermijn zorgvuldig in te schatten. — Het liquiditeitenbudget wordt enkel opgesteld voor het OCMW in zijn geheel, volgens schema 7 van het ministerieel besluit van 20 juni 2001. Voetnoot 30 van dit ministerieel besluit bepaalt dat tabel 3, de liquiditeitentabel, pas verplicht wordt op een later te bepalen datum. De besturen zijn dus wel verplicht de tabellen 1, 2 en 4 op te stellen. Bovendien wordt hen aangeraden ook de delen 1, 2, 3 en 4B van tabel 3 op te stellen. Deze onderdelen vormen immers een wezenlijke meerwaarde voor het budget en vergen geen bijzondere inspanningen. Om deel 4A te kunnen opstellen is de beschikking over een gebudgetteerde balans zo goed als onontbeerlijk. De meeste boekhoudprogramma’s waar de OCMW’s mee werken kunnen die helaas nog niet leveren. Dit onderdeel is nochtans een goed instrument om de behoefte aan werkkapitaal te verantwoorden. OCMW’s die aan de gemeente een tussenkomst in het werkkapitaal vragen, zouden dus best trachten ook dit onderdeel op te stellen om hun vraag te ondersteunen. Bovendien kan op deze manier een gestructureerde verantwoording worden gegeven van het overzicht van de totale gemeentelijke bijdrage in tabel 4. De tabellen bevatten minstens de cijfers van de rekening 2001, het budget 2002, inclusief de reeds doorgevoerde budgetwijzigingen, en de prognose voor 2003. 2.2. Inhoud Voor de inhoudelijke aspecten van het budget van het OCMW verwijs ik naar de gemeenschappelijke onderrichtingen van rubriek III. In de rand hiervan wens ik voor de besturen die al met de NOB werken er de aandacht op te vestigen dat het van primordiaal belang is dat de jaarrekening een getrouw beeld weergeeft. 2.3. Procedure De OCMW-secretaris maakt, bij voorkeur in samenwerking met de ontvanger en de budgethouders of de diensthoofden, het voorontwerp van het budget op. Na het advies van de budgetcommissie wordt het voorgelegd aan het overlegcomite´. Het door de raad voor maatschappelijk welzijn vastgestelde budget wordt vo´o´r 15 november aan de gemeenteraad bezorgd. De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn licht ook het budget toe op de gemeenteraadsvergadering. Als het budget binnen de grenzen blijft van de gemeentelijke bijdrage die opgenomen is in het meerjarenplan, neemt de gemeenteraad er alleen kennis van. Als het budget de grenzen van de gemeentelijke bijdrage die opgenomen is in het meerjarenplan, overschrijdt, kan de gemeenteraad die afwijking vaststellen en op die punten het budget aan het meerjarenplan aanpassen. Tot slot wens ik de OCMW-besturen te wijzen op artikel 9 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 betreffende de boekhouding en de administratieve organisatie van de OCMW’s, dat bepaalt dat vo´o´r de definitieve vaststelling van het exploitatiebudget, de besturen door middel van voorlopige kredieten uitgaven mogen doen waarvoor een uitvoerbaar krediet uitgetrokken was op het exploitatiebudget van het vorige boekjaar. Die voorlopige kredieten mogen, per verlopen of begonnen maand, niet meer bedragen dan een twaalfde van het exploitatiebudget van het vorige boekjaar, evenwel met een maximum van drie twaalfden. 3. PARTNERSHIP Een professionele samenwerking binnen het OCMW en tussen het OCMW en de gemeente is een noodzakelijke voorwaarde voor het opstellen van een degelijk meerjarenplan. De budgetcommissie, of een daarop geı¨nspireerde werkgroep, en het overlegcomite´ zijn daarvoor de gee¨igende instrumenten. 3.1. De budgetcommissie De budgetcommissie is een nieuw orgaan binnen het OCMW. Haar rechtsgrond is te vinden in artikel 87bis van de OCMW-wet. Ze komt niet ter sprake in artikel 88, § 1 en 2 van die wet. De budgetcommissie bestaat minimaal uit de voorzitter, de secretaris en de ontvanger. De raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt in zijn huishoudelijk reglement de verdere voorwaarden voor de samenstelling van de commissie. Indien ze niet eerder in de procedure betrokken zijn geweest, is het aan te bevelen dat de ambtenaren die budgethouder zijn, deel uitmaken van de commissie. De budgetcommissie komt samen op verzoek van de voorzitter of de secretaris. Ze adviseert schriftelijk over het voorontwerp van het meerjarenplan en van de budgetten. Ze verleent haar advies vooraleer deze documenten aan enig ander orgaan worden voorgelegd. 3.2. Het overlegcomite´ Het overleg tussen de gemeente en het OCMW wint aan belang omdat het meerjarenplan bij een unaniem positief advies enkel ter kennisgeving moet worden voorgelegd aan de gemeente. Indien het budget nadien de grenzen van de gemeentelijke bijdrage respecteert, wordt ook het budget slechts ter kennisgeving voorgelegd. Externe ontwikkelingen en het doelgericht bereiken van een visie op lange termijn zijn het uitgangspunt van de besprekingen. De gemeente en het OCMW zijn daarbij evenwaardige partners.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE In dit verband is het eveneens noodzakelijk dat beide besturen elkaar zo snel mogelijk de noodzakelijke documenten, waaronder de rekening, toesturen. Op die manier kunnen beide besturen zo snel mogelijk een correct beeld krijgen van de financie¨le toestand van het andere bestuur. III. GEMEENSCHAPPELIJKE INSTRUCTIES 1. Personeel 1.1. Algemeen Het sectoraal akkoord 2002 voor de lokale en regionale besturen bevat een aantal dwingende maatregelen die de besturen binnen de vastgestelde termijn moeten invoeren. De budgettaire weerslag hiervan zal in de begrotingen en de budgetten voor 2003 worden berekend als volgt : — uitbetalen van de carenzdag : berekening op basis van het gemiddelde van het aantal aangerekende carenzdagen van de afgelopen vijf jaren; — nieuwe B-salarisschalen : + 0,2 % voor indexatie op de totale loonmassa; — verhoging van de eindejaarstoelage (geldt niet voor de ziekenhuizen) : het vast bedrag wordt met 148,74 euro per voltijds personeelslid verhoogd. Die toelage kan e´e´nmalig uitbetaald worden begin 2003 voor besturen die kunnen aantonen dat ze kampen met acute financie¨le problemen. Het gaat hier dus om een eenmalige uitzonderingsmaatregel met beperkte toepassing bij echte noodsituaties. De implementatie van de andere maatregelen uit het sectoraal akkoord 2002 of uit vorige akkoorden, voor zover die nog niet zijn ingevoerd, vereist een omstandige nota. De besturen dienen immers de nodige financie¨le voorzichtigheid aan de dag te leggen en hun keuzes af te stemmen op een nauwkeurige berekening van de financie¨le haalbaarheid ervan. Dat geldt voor de ramingen in zowel de begroting 2003 als in de meerjarenplanning. Voor de meest actuele informatie en de juiste inschatting van de stijging van de werkelijke loonkosten, kunnen de besturen steeds terecht op de website van het Federaal Planbureau : http://www.plan.be. Overeenkomstig de maandvooruitzichten voor de gezondheidsindex, die onder meer gebruikt wordt bij de berekening van de indexering van de lonen, zou de volgende overschrijding van de spilindex voor de overheidswedden en sociale uitkeringen in mei 2003 plaatsvinden, zodat de sociale uitkeringen en bezoldigingen respectievelijk in juni en juli 2003 geı¨ndexeerd worden (+2 %). Van de besturen wordt verwacht dat ze de budgettaire weerslag van alle voorgenomen maatregelen nauwkeurig ramen in zowel de begroting en het budget als in de meerjarenplanning. De in de meerjarenplanning opgenomen cijfers moeten in elk geval op voldoende wijze worden toegelicht. 1.2. Pensioenen Ik wil de aandacht van de besturen nogmaals vestigen op de pensioenproblematiek, die een van de grote uitdagingen voor de toekomst zal zijn. Het aantal pensioengerechtigden ten laste van de gemeente en het OCMW zal de patronale bijdrage substantieel doen stijgen. Het is wenselijk dat de besturen anticiperen op dat gegeven. Dat past in een toekomstgerichte visie, met het oog op de solidariteit tussen de generaties. Het aanleggen van pensioenreserves impliceert meestal een moeilijke politieke keuze, aangezien deze reserves bovenop de huidige pensioenbijdragen moeten komen. Daardoor ontstaat er minder ruimte voor andere gewone of buitengewone gemeentelijke uitgaven en exploitatie- of investeringsuitgaven voor de OCMW’s. Ik laat het aan de lokale besturen over om te bepalen op welke wijze ze vandaag al financie¨le middelen reserveren voor dit doel. Ze kunnen binnen de eigen begroting en het budget een reservefonds of een voorziening voor pensioenen aanleggen en systematisch spijzen of zij kunnen een overeenkomst met een verzekeringsinstelling sluiten voor de opbouw van een pensioenfonds (fondsen voor collectieve kapitalisatie). Als de besturen voor die laatste mogelijkheden opteren, moeten ze uiteraard de concurrentie laten spelen om het contract toe te wijzen. 2. De werkingskosten Bij een gelijkblijvend beleid wordt de normale stijging van de werkingskosten voor 2003 op 1,5 % geraamd. In de meerjarenplanning kan eveneens rekening worden gehouden met een stijging van 1,5 % per jaar. Toch blijft het wenselijk dat de besturen, vooral in het geval van acute financie¨le problemen, de verschillende diensten grondig zouden doorlichten en het beleid indien nodig bijsturen. Eventuele nieuwe beleidsmaatregelen, besparingen of nieuwe uitdagingen worden in het beleidsplan uiteraard op voldoende wijze toegelicht. 3. Het Gemeentefonds Het nieuwe decreet tot vaststelling van de regels inzake de dotatie en de verdeling van het Vlaams Gemeentefonds treedt in werking vanaf 1 januari 2003. Een van de belangrijkste vernieuwingen van dat decreet is ongetwijfeld de samenvoeging van het vroegere Gemeentefonds, het Sociaal Impulsfonds en het Investeringsfonds, waardoor de bestedingsautonomie groter wordt en er ruimere mogelijkheden ontstaan voor de vrijwaring van het evenwicht en het gezond beheer van de lokale financie¨n. Daarnaast wordt een evolutiemechanisme toegepast dat hoger ligt dan de groeipercentages die van toepassing waren op de verschillende fondsen afzonderlijk. Overeenkomstig het Vlaamse regeerakkoord is er een belangrijkere herverdeling dan voordien, afhankelijk van de fiscale draagkracht, de centrumfunctie, de bestuurskracht van de kleinere gemeenten en de vrijwaring van de open ruimten. Wel voorziet het ontwerp in een ruime waarborgregeling waardoor gemeenten in 2003 minstens hun aandelen in het Gemeentefonds, het Investeringsfonds en het Sociaal Impulsfonds voor het jaar 2002 behouden. Voor de steden is in het nieuwe Gemeentefonds de waarborg van hun SIF+- aandeel niet gegarandeerd. Dat gebeurt wel via het Stedenfonds. De besturen werden via een aparte brief op de hoogte gebracht van alle krachtlijnen van het nieuwe decreet inzake het Gemeentefonds en van de bedragen die ze, krachtens het nieuwe decreet als raming mogen inschrijven in hun begroting 2003 en hun meerjarenplanning (juli 2002). De besturen waarvan de planning verder loopt dan 2007 (tot dat jaar reiken de door de administratie meegedeelde cijfers) passen vanaf dan een jaarlijkse verhoging van 4 % toe. Ook voor de OCMW’s heeft het nieuwe decreet inzake het Vlaams Gemeentefonds gevolgen. Ze verkijgen een basisfinanciering van acht procent van het gemeentelijke aandeel, tenzij de gemeenteraad en OCMW-raad samen over een andere verdeelsleutel beslissen en die aan de administratie Binnenlandse Aangelegenheden meedelen uiterlijk op 30 juni van het jaar dat aan de verdeling voorafgaat. Het OCMW-aandeel wordt uitgedrukt in hele procenten van het totale aandeel of in een bedrag, afgerond op duizend euro. Voor de verdeling van het Gemeentefonds voor 2003 wordt de uiterste indieningsdatum van de bovenvermelde beslissing uitzonderlijk vastgesteld op 1 december 2002. Een meegedeeld percentage of bedrag wordt voor de verdeling van het Gemeentefonds van 2004 behouden, tenzij de beslissing vo´o´r 30 juni 2003 door de gemeenteraad en de OCMW-raad wordt gewijzigd.
37299
37300
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De uit het Gemeentefonds aan het OCMW toegekende middelen worden rechtstreeks gestort op de rekening van het OCMW en in het exploitatiebudget ingeschreven onder de rubriek I.E. Andere opbrengsten, algemene rekening 740 werkingssubsidies. Ik wens er de aandacht op te vestigen dat ingevolge de voetnoot bij deze algemene rekening uit het minimum algemeen rekeningstelsel het verplicht is een aparte algemene rekening voor de opbrengsten uit het fonds in het rekeningstelsel op te nemen. De besteding en de opbrengsten van de subsidie worden geboekt op de voorziene activiteitencentra. Omdat Dexia op dit ogenblik nog steeds fungeert als kassier van de Vlaamse Gemeenschap en omdat met die instelling specifieke en geautomatiseerde procedures werden uitgewerkt om de betalingen ten gunste van de besturen optimaal te laten uitvoeren, verlopen in principe alle financie¨le verrichtingen inzake het Gemeentefonds via deze bankinstelling. Ik verzoek de besturen daarom de administratie Binnenlandse Aangelegenheden onmiddellijk op de hoogte te brengen van eventueel te gebruiken rekeningnummers bij een andere financie¨le instelling dan Dexia. 4. Het Sociaal Impulsfonds Het Sociaal Impulsfonds wordt vanaf 1 januari 2003 geı¨ntegreerd in het Vlaams Gemeentefonds. Het nieuwe decreet inzake het Vlaams Gemeentefonds bepaalt dat voor de gemeenten die niet zijn opgenomen in het Vlaams Stedenfonds, het gedeelte van de trekkingsrechten met betrekking tot het convenant 2000-2002 dat op 31 december 2002 niet werd vastgelegd in de Vlaamse begroting, aan het Gemeentefonds van 2003 wordt toegevoegd en wordt verdeeld onder alle gemeenten overeenkomstig de bepalingen van dat decreet. De SIF-middelen die vo´o´r eind 2002 op lokaal niveau werden vastgelegd, kunnen lokaal nog omgezet worden in ree¨le betalingen tot uiterlijk 31 december 2003 en voor de investeringsuitgaven tot uiterlijk 31 december 2004. Wat de steden betreft die zijn opgenomen in het Vlaamse Stedenfonds, wordt het gedeelte van het convenant 2000-2002 dat niet op Vlaams niveau werd vastgelegd vo´o´r 31 december 2002, overgedragen naar het Stedenfonds en opgenomen in de beleidsovereenkomst van de desbetreffende stad betreffende het Stedenfonds. De SIF-middelen voor de steden, die vo´o´r eind 2002 op lokaal niveau werden vastgelegd, kunnen nog omgezet worden in ree¨le betalingen tot uiterlijk 30 juni 2003 en voor de investeringen tot uiterlijk 31 december 2004. Middelen uit het Sociaal Impulsfonds, opgenomen in het convenant 2000-2002, die op gemeentelijk niveau niet werden vastgelegd vo´o´r eind 2002, vervallen. Die middelen worden niet toegevoegd aan het Gemeentefonds of het Stedenfonds en worden niet heringeschreven in de begroting voor 2003. De OCMW-besturen beschikken over de mogelijkheid om, indien op het einde van het boekjaar aanbestede of bestelde goederen of diensten nog niet (volledig) werden geleverd, de hieraan verbonden engagementen tot uiting te brengen via de orderekeningen van klasse 0 (niet op de balans opgenomen rechten en verplichtingen). De boeking kan er als volgt uitzien : 050…
Verplichting tot aankoop inzake vaste activa (SIF) 051…
090…
Crediteur wegens verplichting tot aankoop van vaste activa gesubsidieerd met SIF-gelden Verplichtingen tot aankoop ingevolge gedane maar nog niet geleverde of uitgevoerde bestellingen (SIF)
091…
Crediteur wegens verplichtingen tot aankoop ten laste van het exploitatiebudget van een volgend jaar
Voor verplichtingen die betrekking hebben op het convenant 2000-2002, zijn die boekingen noodzakelijk om te vermijden dat de SIF-subsidie vervalt. 5. De schulduitgaven De besturen schrijven in hun begrotingen en budgetten voor 2003 en in hun meerjarenplanning een realistische intrestlast in, gestaafd door een individuele berekening. Daarin houden ze rekening met de lopende leningcontracten, de nieuwe op te nemen leningen, de looptijd van de leningen, de herzieningsperiodiciteiten en de evolutie van de rentevoeten. In de komende jaren kan een lichte stijging van de rentevoeten worden verwacht. Voor de opmaak van de begroting 2003 kunnen de besturen algemeen uitgaan van een langetermijnrente van 5,6 % (bron : Federaal Planbureau). Mijn administratie voor Binnenlandse Aangelegenheden en de provinciale afdelingen van de Vlaamse Gemeenschap staan steeds ter beschikking voor verdere toelichtingen bij deze omzendbrief. Ik verzoek u, mevrouw de gouverneur, heren gouverneurs, deze omzendbrief zo snel mogelijk te publiceren in het bestuursmemoriaal, zodat de gemeentebesturen en de OCMW’s er kennis van kunnen nemen. Volledigheidshalve zend ik aan alle besturen rechtstreeks een afschrift van deze omzendbrief. Deze omzendbrief kan ook worden geraadpleegd op het volgende internetadres : http///www.binnenland.vlaanderen.be. Paul Van Grembergen, Vlaams minister van Binnenlandse aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Bijlage 1 CONTROLELIJST VOOR DE GEMEENTEN Documenten die deel uitmaken van de begroting 2003 : O algemene gegevens betreffende de gemeente (tabel 1) O programma van de tijdens het dienstjaar uit te voeren investeringen (tabel 6) O Samenvatting van de leningen (tabel 7) O Tabel van de schuldevolutie (tabel 8) O Tabel van het investeringsfonds (tabel 9) O Meerjarig financieel beleidsplan (2003 tot en met 2006) O Verslag, bedoeld in artikel 96 van de Nieuwe Gemeentewet O Syntheserapport bij het ontwerp van de begroting O Jaarverslag O Advies van de begrotingscommissie (art. 12 ARGC) O Ontwerp van milieujaarprogramma (art. 2.1.26 van het decreet van 5 april 1995 houdende bepalingen inzake het milieubeleid. (Belgisch Staatsblad van 3 juni 1995), samen met het advies van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur (enkel voor gemeenten die met het Vlaamse Gewest een overeenkomst hebben gesloten over het gemeentelijk milieu-en natuurbeleid) O Lijst van gemeentelijke vzw’s die subsidies ontvangen van meer dan 2479 euro O Gegevens betreffende de volgende ramingen : - Ramingen Opcentiemen Onroerende Voorheffing - Ramingen personenbelasting en verkeersbelasting - Ramingen inzake energiedividenden O Voor de materies die onder het cultuurpact ressorteren : door de gemeenteraad vastgestelde lijst van niet bij name in de begroting vermelde beneficianten van gemeentelijke subsidies en waarvoor geen subsidiereglementen van de gemeenteraad voorhanden zijn O Bewijs van aanplakking
Bijlage 2 EVALUATIE BESTANDEN BEGROTINGSREKENING 2000 De bestanden met betrekking tot de jaarrekeningen 2000 werden door de administratie Binnenlandse Aangelegenheden nagekeken en eventueel verbeterd. De meest voorkomende fouten zijn te vermijden door de hieronder vermelde richtlijnen te volgen. Wij vragen met aandrang zoveel mogelijk met die richtlijnen rekening te houden. De softwarehuizen zijn hiervan eveneens op de hoogte. — Er mogen geen negatieve bedragen voorkomen in de rekening en de saldibalans en dus ook niet in de bestanden die opgestuurd worden. Een minteken is trouwens niet voorzien in het bestandsprotocol. Als een minteken toch in een veld wordt gebracht, genereert de verwerking van dat bestand ernstige storingen. Negatieve bedragen wijzen op foute boekingen. — Er mogen geen punten of streepjes in de economische en functionele codes, noch in de algemene rekeningnummers gebruikt worden (bijvoorbeeld niet : 951-01 of 951.01; wel : 95101). — Alle gebruikte functionele en economische codes en nummers van algemene rekeningen moeten effectief bestaan, m.a.w. moeten opgenomen zijn in het koninklijk besluit betreffende de nieuwe gemeentelijke comptabiliteit. Door de gemeente zelf gecree¨erde codes zijn niet toegestaan. Als de gemeente zich om technische of organisatorische redenen niet kan beperken tot de ″officie¨le lijst″, verzoeken we een conversietabel bij te voegen waaruit blijkt met welke ″officie¨le code″ de ″eigen code″ (het best) overeenkomt. — De begrotingsrekening die opgestuurd wordt in de vorm van een bestand, moet dezelfde inhoud hebben als de afgedrukte begrotingsrekening in de jaarrekening. — Het bedrag in veld 9 moet het netto vastgesteld recht zijn als het ontvangsten betreft. — De ″aard″ van het krediet m.b.t. het boni of mali (000/951-01, 000/952-51, 000/991-01 en 000/992-51) moet 52 zijn en niet 50; ook het veld 5 mag in dat geval niet hetzelfde zijn als veld 1 : van het jaartal in veld 1 moet 1 jaar worden afgetrokken. — In afwijking van het koninklijk besluit mogen wel de volgende functionele codes gebruikt worden : 022 Sociaal Impulsfonds 330 Politie 340 Gevangenis 360 Burgerlijke bescherming 550 Energieproductie en -transport : niet-verdeelbare ontvangsten en uitgaven Deze codes worden door de gemeenten algemeen gebruikt.
— De saldibalans die opgestuurd wordt in de vorm van een bestand, moet dezelfde inhoud hebben als de afgedrukte saldibalans in de jaarrekening.
37301
37302
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
WETTELIJKE BEKENDMAKINGEN EN VERSCHILLENDE BERICHTEN
Commune de Woluwe-Saint-Pierre
Avis d’enquête publique
PUBLICATIONS LEGALES ET AVIS DIVERS
Le collège des bourgmestre et échevins fait connaître qu’est soumis à enquête publique, du 26 août 2002 au 24 septembre 2002, le projet d’abrogation partielle du plan particulier d’affectation du sol n° IX/6 approuvé par arrêté royal du 12 juin 1974, délimité par l’avenue Madoux, la rue au Bois, la drève des Brûlés, la Forêt de Soignes, la limite communale et l’avenue du Tervueren, uniquement en ce qui concerne le bien sis avenue de la Faisanderie 84, cadastré ou l’ayant été section C, n° 182 z 35 (ancienne clinique de la Faisanderie).
FACULTES UNIVERSITAIRES NOTRE-DAME DE LA PAIX NAMUR
Faculté des sciences économiques, sociales et de gestion L’épreuve publique pour l’obtention du grade académique de docteur en sciences économiques de M. Grégory de Walque aura lieu le lundi 9 septembre 2002, à 17 heures, à l’auditoire E3 de la Faculté des sciences économiques, sociales et de gestion, rempart de la Vierge 8, à Namur. M. Grégory de Walque, née à Uccle le 11 novembre 1971, domicilié à Taviers, rue Basse-Tige 58, présentera et défendra publiquement une dissertation originale intitulée : « Essays on the political economy of intergenerational transfers ». (19716)
Des renseignements ou explications techniques peuvent être obtenus à l’administration communale où les documents peuvent être consultés auprès du service Urbanisme, avenue Charles Thielemans 93, 3e étage, tous les jours ouvrables, sauf le samedi, de 8 h 30 m à 12 heures, ainsi que le jeudi soir de 16 à 20 heures (entrée par le garage après 19 heures). Les observations et réclamations sont à adresser par écrit au collège des bourgmestre et échevins à l’adresse suivante : avenue Charles Thielemans 93, 1150 Bruxelles, au plus tard le 24 septembre 2002. Au besoin, ces observations et réclamations peuvent être formulées oralement, avant cette date, auprès de l’agent ou de la personne désigné(e) à cet effet au service Urbanisme, avenue Charles Thielemans 93, 3e étage, les jeudis de 8 h 30 m à 12 heures. Toute personne qui, au cours de l’enquête publique, formule des observations ou réclamations peut demander à être entendue par la Commission de concertation. Woluwe-Saint-Pierre, le 1er juillet 2002.
(99050)
Wet van 29 maart 1962 (artikelen 9 en 21) Loi du 29 mars 1962 (articles 9 et 21) Gemeente Sint-Pieters-Woluwe Gemeente Knokke-Heist Bericht van openbaar onderzoek Bijzonder plan van aanleg K-31 « Duinenwater » Bestemmings- en onteigeningsplan - ontwerp Bericht van onderzoek Het college van burgemeester en schepenen brengt ter kennis dat de gemeenteraad, in zitting van 25 juli 2002, het ontwerp B.P.A. K-31 « Duinenwater », bevattende een plan van de bestaande toestand, een bestemmingsplan met afzonderlijke stedenbouwkundige voorschriften, memorie van toelichting en bijkomende memorie van toelichting, en een onteigeningsplan voorlopig heeft aangenomen. Het B.P.A. omvat in grote lijnen het wigvormig gebied gevormd door de stationsomgeving van Knokke en de Put van De Cloedt alsmede de aanpalende zone tussen de spoorweg en de Knokkestraat.
Het college van burgemeester en schepenen brengt ter kennis dat aan een openbaar onderzoek, vanaf 26 augustus 2002 tot 24 september 2002 wordt onderworpen, het voorstel tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. IX/6, goedgekeurd door koninklijk besluit van 12 juni 1974, en afgebakend door de Madouxlaan, de Bosstraat, de Verbrandendreef, het Zoniënbos, de gemeentegrens en de Tervurenlaan, uitsluitend voor wat betreft het goed gelegen Fazantenparklaan 84, gekadastreerd of het geweest zijnde, sectie C, nr. 182 z 35 (oude kliniek van het Fazantenpark). Inlichtingen of technische uitleg kunnen op het gemeentebestuur worden verkregen, waar de documenten ter inzage liggen bij de dienst Stedenbouw, Charles Thielemanslaan 93, 3de verdieping, elke werkdag, behalve zaterdag, van 8 u. 30 m. tot 12 uur, alsook op donderdagavond van 16 tot 20 uur (toegang via de garage na 19 uur).
Overeenkomstig de bepalingen van artikel 19 van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, wordt over het ontwerp B.P.A. een openbaar onderzoek gehouden, dat begint op 26 augustus 2002 en eindigt op 25 september 2002.
De opmerkingen en bezwaren dienen schriftelijk naar het college van burgemeester en schepenen, Charles Thielemanslaan 93, 1150 Brussel, te worden gezonden en dit ten laatste op 24 september 2002.
Het dossier ligt ter inzage op de dienst Stadsontwikkeling/ Stedenbouw, eerste verdieping, in het stadhuis te Knokke, A. Verweeplein 1, alle werkdagen van 9 tot 12 uur, behalve de zaterdag.
Deze opmerkingen en bezwaren kunnen vóór deze datum bij de daartoe aangewezen beambte of persoon mondeling gemeld worden bij de dienst Stedenbouw, Charles Thielemanslaan 93, 3de verdieping, op donderdag van 8 u. 30 m. tot 12 uur.
Alle bezwaren en opmerkingen dienen vóór het einde van het onderzoek schriftelijk ter kennis gebracht aan het college van burgemeester en schepenen, Alfred Verweeplein 1, te 8300 Knokke-Heist.
Eenieder die tijdens het openbaar onderzoek opmerkingen en bezwaren maakt, kan vragen om door de Overlegcommissie te worden gehoord.
Knokke-Heist, 26 augustus 2002.
(24898)
Sint-Pieters-Woluwe, 1 juli 2002.
(99050)
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Aankondigingen − Annonces
37303
Belia, naamloze vennootschap, Puienbroeklaan 6, 8310 Brugge H.R. Brugge 61226 — BTW 427.110.103
VENNOOTSCHAPPEN − SOCIETES
Organica, société anonyme, avenue de Fré 219, 1180 Bruxelles R.C. Bruxelles 630508 — T.V.A. 464.744.519
Jaarvergadering op 04.09.2002 om 11.00 u., op de zetel. — Dagorde : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30.06.2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Statutaire benoemingen. Allerlei. Zich richten naar de statuten. (91728)
Bouwonderneming Peeters en zoon, naamloze vennootschap, Leopoldslei 209, 2930 Brasschaat H.R. Antwerpen 299873 — BTW 436.947.287
L’assemblée générale extraordinaire se réunira au siège social, le 31 août 2002, à 15 heures. Ordre du jour : 1. Démissions et/ou révocations d’administrateurs. 2. Nominations d’administrateurs. Pour assister à l’assemblée, se conformer aux statuts. (24899)
De jaarvergadering zal gehouden worden op de maatschappelijke zetel op 04.09.2002 te 11 uur. — Agenda : 1. Verslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening 31 maart 2001. 3. Kwijting aan bestuurders. 4. Benoemingen. 5. Rondvraag. Om toegelaten te worden tot de vergadering zich schikken naar de statuten. (91729)
Bouwonderneming Vooruitzicht, naamloze vennootschap, Leopold De Waelplaats 26, 2000 Antwerpen M.T.P., commanditaire vennootschap op aandelen, Brusselsesteenweg 664, 9050 Gentbrugge
Jaarvergadering d.d. 1 september 2002, om 11 uur, op de maatschappelijke zetel. — Agenda : 1. Verslag van de zaakvoerder. 2. Voorlezen van en goedkeuring van de jaarrekening. 3. Toewijzing van het resultaat. 4. Kwijting aan de zaakvoerder. (24900)
Société d’Urbanisation nouvelle, société anonyme, avenue Gustave Latinis 62, 1030 Bruxelles R.C. Bruxelles 414502 — T.V.A. 413.212.773
Assemblée générale ordinaire du 9 septembre 2002, à 18 heures, au siège social. — Ordre du jour : 1. Rapport de gestion. 2. Approbation des comptes annuels et de résultats au 31 mars 2002 et affectation du résultat. 3. Décharge aux administrateurs. 4. Démission et nomination d’administrateurs. 5. Divers. (24901)
H.R. Antwerpen 536 — BTW 404.678.357 Een bijzondere algemene vergadering zal gehouden worden ten maatschappelijke zetel op 04.09.2002 te 14 uur. — Agenda : 1. Aanvaarding ontslag bestuurder. Voorstel tot besluit : aanvaarding van het ontslag van de heer Paul Borghgraef als bestuurder. 2. Benoeming bestuurder. Voorstel tot besluit : benoeming van de heer J.L. Duplat tot bestuurder voor een mandaat eindigend met de jaarvergadering van 2005. Om toegelaten te worden tot de vergadering zich schikken naar de statuten. (91730)
Bouwonderzoek, naamloze vennootschap, Alfred Coolstraat 26, 2020 Antwerpen-2 H.R. Antwerpen 278031 Jaarvergadering op 03.09.2002 om 14.00 u., op de zetel. — Dagorde : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 31.07.2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Allerlei. Zich richten naar de statuten. (91731) Dit bericht moest verschijnen op 26.08.2001
Autobanden Toebehoren Beudaert, naamloze vennootschap,
Bouwonderzoek, naamloze vennootschap, Alfred Coolstraat 26, 2020 Antwerpen
Torhoutsesteenweg 487, 8400 Oostende
H.R. Antwerpen 278031 — BTW 441.029.405
H.R. Oostende 57267 — BTW 468.877.808
Jaarvergadering op 04.09.2002 om 15.00 u., op de zetel. — Dagorde : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Allerlei. Zich richten naar de statuten. (91726)
De aandeelhouders worden uitgenodigd tot de jaarvergadering die zal gehouden worden op 04.09.2002 om 14 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA : 1. Verslag van de raad van bestuur. 2. Goedkeuring van de jaarrekening. 3. Bestemming van het resultaat. 4. Kwijting te verlenen aan de bestuurders. 5. Rondvraag. De aandeelhouders worden verzocht zich te houden aan de statuten. (91732)
B. Rekencentra - B. Rechenzentren - Centres de Calcul,
Brandstoffenhandel, naamloze vennootschap, de Merodelei 95, bus 1, 2300 Turnhout
Ingenieur Haesaertslaan 26, 2650 Edegem
H.R. Turnhout 28988 — BTW 404.144.461
H.R. Antwerpen 235981 — BTW 424.436.564
Jaarvergadering op 01.09.2002 om 20.00 u., op de zetel. — Dagorde : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30.06.2002. Bestemming resultaat. Kwijting raad van bestuur. (91727) De raad van bestuur.
De aandeelhouders worden uitgenodigd op de buitengewone algemene vergadering die zal gehouden worden op woensdag 04.09.2002 om 15.00 uur, op het kantoor van notaris Christian Schuermans te Turnhout, Begijnenstraat 8. AGENDA : 1. Omzetting van het kapitaal van de vennootschap in euro. 2. Kapitaalverhoging met 65.000 euro om het kapitaal te brengen van 30.986,69 euro op 95.986,69 euro door inbreng in natura van een onroerend goed door de
37304
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
naamloze vennootschap Petroko met creatie van 300 aandelen zonder vermelding van waarde en welke aandelen zullen worden toegekend aan de naamloze vennootschap Petroko. 3. Uitbreiding van het doel van de vennootschap. 4. Aanpassing van navolgende artikelen van de statuten om ze in overeenstemming te brengen met het wetboek van vennootschappen : a) artikel 7 (bestuur); b) artikel 20 (toepasselijke wetgeving). 5. Coördinatie van de statuten. De aandeelhouders worden verzocht zich te schikken naar de bepalingen van de statuten. (91733)
7. Rondvraag. Om geldig aanwezig of vertegenwoordigd te zijn dienen de wettelijek en statutaire bepalingen nageleefd te worden. Neerlegging van de aandelen geschiedt op de maatschappelijke zetel. (91738) De raad van bestuur.
C.B.M. Moerman, naamloze vennootschap, Gentseweg 566, 8793 Waregem (Sint-Eloois-Vijve) H.R. Kortrijk 126921 — BTW 447.374.193
Jaarvergadering op 04.09.2002 te 18 uur, op de maatschappelijke zetel. — Dagorde : 1. Verslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. 3. Bestemming resultaat. 4. Kwijting bestuurders. 5. Statutaire benoemingen. 6. Diversen. Zich richten naar de statuten. (91739)
De aandeelhouders worden verzocht de jaarvergadering te willen bijwonen die zal gehouden worden op 04.09.2002 te 18 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA : 1. Verslag raad van bestuur; 2. Goedkeuring van de jaarrekening op 31.03.2002; 3. Bestemming resultaat; 4. Kwijting bestuurders; 5. Allerlei. De aandeelhouders worden gevraagd zich te schikken naar de statuten. (91734)
Information Communication Synergy, société anonyme, square Marie-Louise 69, 1000 Bruxelles
Cato, naamloze vennootschap, Verheydenstraat 87, 1070 Brussel H.R. Brussel 522351 — BTW 438.114.158 Jaarvergadering op 06.09.2002 om 19.00 u., ten maatschappelijke zetel. — Dagorde : 1. Verslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. 3. Bestemming resultaat. 4. Kwijting bestuurders. 5. Allerlei. 6. Omvorming kapitaal in euro. Benoeming bestuurders. Zich richten naar de statuten. (91735)
Edmar, naamloze vennootschap, Kempenlaan 15, 3140 Keerbergen BTW 424.557.122 Jaarvergadering op 02.09.2002, op de zetel. — Dagorde : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Allerlei. Zich richten naar de statuten. (91736)
Immo Tejas, naamloze vennootschap, J. Ratinckxstraat 5-7, bus 52, 2600 Antwerpen H.R. Antwerpen 274109
R.C. Bruxelles 498703 — T.V.A. 432.576.547 Assemblée générale ordinaire le 04.09.2002 à 19.00 h, au siège social. — Ordre du jour : 1. Rapport du Conseil d’Administration. 2. Approbation comptes annuels au 31.03.2002. 3. Affectation du résultat. 4. Décharge aux administrateurs. 5. Divers. Se conformer aux statuts. (91740)
Inpak, naamloze vennootschap, Zeebergkaai 2, 9300 Aalst H.R. Aalst 60993 — BTW 447.882.256 Jaarvergadering op 05.09.2002 te 18 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA : 1. Verslag raad van bestuur; 2. Goedkeuring jaarrekening per 30.06.2002; 3. Bestemming resultaat; 4. Kwijting aan bestuurders; 5. Ontslag en benoeming bestuurders; 6. Rondvraag. Zich schikken naar de statuten. (91741)
Jamar, naamloze vennootschap, Limburgstraat 49-53, 2020 Antwerpen H.R. Antwerpen 330188 — BTW 463.675.242
F.H. Escoube Successeurs, naamloze vennootschap, Apostelstraat 14, 2000 Antwerpen H.R. Antwerpen 69137 — BTW 404.638.072 Buitengewone algemene vergadering dd. 04.09.2002 om 10.00 u., ten kantore van notaris Karel Tobback en Steve Wellekens, Spillemaeckersstraat 50, te 2850 Boom. — Agenda : 1. Verslag van het bestuursorgaan met staat van activa en passiva. 2. Uitbreiding van het maatschappelijk doel; 3. Omzetting van de munteenheid in de statuten van Belgische frank in euro; 4. Kapitaalverhoging met achthonderd vierentachtig euro en zeventig cent (884.70) door incorporatie van reserves zonder creatie van nieuwe aandelen, om het te brengen van honderd en vier duizend honderd vijftien euro en dertig cent (104.115,30) op honderd en vijf duizend (105.000) euro. 5. Aanpassing van de statuten aan het Wetboek van Vennootschapen. 6. Vernietiging volmacht; 7. Varia. (91737)
F.B.E., naamloze vennootschap, Achterstraat 101, 3080 Tervuren H.R. Leuven 108163 — BTW 446.499.314 De aandeelhouders worden in jaarvergadering bijeengeroepen op de maatschappelijke zetel op zaterdag 07.09.2002 om 11 uur. — Agenda : 1. Verslaggeving door het bestuursorgaan. 2. Goedkeuring jaarrekening afgesloten per 31.03.2002. 3. Bezoldigingen bestuurders. 4. Resultaatbestemming. 5. Kwijting bestuurders. 6. Benoeming bestuurders.
Jaarvergadering op 07.09.2002 te 15 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA : 1. Jaarverslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening per 30.06.2002. 3. Bestemming van het resultaat. 4. Kwijting aan de bestuurders. 5. Ontslag en benoemingen. 6. Allerlei. De aandeelhouders worden verzocht zich te schikken naar de bepalingen van de statuten. (91742)
Lamitref Industries, naamloze vennootschap, Frederic Sheidlaan, 2620 Hemiksem H.R. Antwerpen 323302 — BTW 459.960.538 Bericht aan de aandeelhouders Uitgifte van obligaties met warrant met voorkeurrecht Bij besluit van de raad van bestuur van 23 juli 2002 en van de buitengewone algemene vergadering van Aandeelhouders van 20 augustus 2002 werd besloten om een obligatielening met warrant uit te geven voor een bedrag van minimaal zeventien miljoen vijfhonderd duizend euro (17.500.000,00 EUR) en maximaal zevenentwintig miljoen vijfhonderd duizend euro (27.500.000,00 EUR), vertegenwoordigd door één miljoen honderd vierentachtig duizend achthonderd vierendertig (1.184.834) obligaties met een nominale waarde van drie en twintig euro éénentwintig cent (23,21 EUR) elk, met mogelijkheid voor de bestaande aandeelhouders tot uitoefening van hun voorkeurrecht overeenkomstig artikel 592 van het Wetboek van vennootschappen.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37305
De inschrijvingsperiode loopt van 2 september tot en met 18 september 2002.
Nicdo, naamloze vennootschap, Alf. Gossetlaan 15, 1702 Groot-Bijgaarden
Er zal slechts één inschrijvingsronde zijn en deze is onderworpen aan de volgende modaliteiten :
H.R. Brussel 657823 — BTW 473.107.008
(a) Indien het totaal bedrag van de inschrijvingen lager is dan 17.500.000,00 euro, gaat de uitgifte van de obligatielening met warrant niet door;
De aandeelhouders worden uitgenodigd tot de jaarvergadering die gehouden zal worden op woensdag 04.09.2002 te 19 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA : 1. Verslag van de raad van bestuur. 2. Goedkeuring van de jaarrekening afgesloten per 31.03.2002 en bestemming van het resultaat. 3. Kwijting te verlenen aan de bestuurders. 4. Ontslag en benoeming bestuurders. 5. Rondvraag. Om toegelaten te worden tot de algemene vergadering moeten de aandeelhouders hun deelbewijzen neerleggen op de zetel, ten laatste vijf dagen voor de algemene vergadering. (91747) De raad van bestuur.
(b) Indien het totaal bedrag van alle inschrijvingen gelijk is of minder dan 27.500.000,00 euro, maar hoger dan 17.500.000,00 euro, wordt aan iedere inschrijver het aantal obligaties met warrants toegekend waarvoor hij/ zij heeft ingeschreven; (c) Indien het totaal bedrag van alle inschrijvingen meer dan 27.500.000,00 euro bedraagt, zal het totaal aantal beschikbare obligaties met warrant worden verdeeld tussen de inschrijvers in verhouding tot het aantal inschrijvingsrechten vermeld op het inschrijvingsformulier, zonder dat de inschrijver meer obligaties met warrants kan verkrijgen dan het aantal waarvoor hij of zij heeft ingeschreven. De houders van aandelen aan toonder die wensen gebruik te maken van hun voorkeurrecht en in te schrijven op de obligatielening met warrant moeten hun coupon nummer 1 neerleggen op de maatschappelijke zetel van de Vennootschap binnen de voormelde inschrijvingsperiode en het aldaar ter beschikking liggende inschrijvingsformulier invullen met vermelding van het totaal bedrag waarvoor zij wensen in te schrijven. Een kopie van de notariële akte met de volledige tekst van de uitgiftevoorwaarden en -modaliteiten van de obligatielening met warrant is ter beschikking op de maatschappelijke zetel en kan op eenvoudig verzoek gratis bekomen worden. (91743)
Les Cygnes, société anonyme, rue du Cygne 7, 7500 Tournai R.C. Tournai 59257 — T.V.A. 423.378.373
Assemblée générale ordinaire le 04.09.2002, au siège social. — Ordre du jour : 1. Rapport du conseil d’administration. 2. Approbation des comptes annuels, du compte de résultats et de la balance sociale au 31.03.2002. 3. Affectation du résultat. 4. Décharge aux administrateurs. 5. Divers. (91744)
Dit bericht moest verschijnen op 25.08.2001 Transportbedrijf Macharis, naamloze vennootschap, Baasrodestraat 112, 9200 Dendermonde H.R. Dendermonde 2388 — BTW 407.004.971
De aandeelhouders worden uitgenodigd op de algemene vergadering die zal plaatshebben op 04.09.2002. AGENDA : 1. Verslag van de raad van bestuur. 2. Goedkeuring van de jaarrekening. 3. Bestemming van het resultaat. 4. Kwijting te verlenen aan de bestuurders. 5. Rondvraag. De aandeelhouders worden verzocht zich te houden aan de statuten. (91745)
Meubelen Deba, naamloze vennootschap, Lokerse Baan 10, 9111 Sint-Niklaas
Profigo, naamloze vennootschap, Industrielaan 80, 7700 Moeskroen H.R. Doornik 84109 — BTW 403.235.928 De aandeelhouders en obligatiehouders worden verzocht de jaarvergadering te willen bijwonen die zal gehouden worden op donderdag 12.09.2002 om 11 uur, op de uitbatingszetel, Gistelse Steenweg 302, 8200 Brugge-Sint-Andries. DAGORDE : 1. Toepassing van artikel 633 en 634 Wetboek van Vennootschappen. 2. Verslag van de raad van bestuur en van de commissaris-revisor. 3. Goedkeuring van de jaarrekening afgesloten op 31.12.2001. 4. Bestemming van het resultaat. 5. Kwijting te verlenen aan de bestuurders en aan de commissarisrevisor. 6. Ontslag en benoeming van de bestuurders en commissarisrevisor. 7. Diversen. De aandeelhouders en obligatiehouders worden verzocht, teneinde deel te nemen aan de vergadering, hun titels aan toonder te deponeren in een Belgische bank tegen ontvangstbewijs en dit uiterlijk 6 september 2002. (91748)
Profrigo, société anonyme, boulevard Industriel 80, 7700 Mouscron R.C. Tournai 84109 — T.V.A. 403.235.928 Les actionnaires et porteurs d’obligations sont convoqués à l’assemblée générale ordinaire qui se tiendra au siège d’exploitation, Gistelsesteenweg 302, 8200 Brugge (Sint-Andries), le jeudi 12 septembre 2002, à 11.00 heures. ORDRE DU JOUR : 1. Application de l’article 633 en 634 C.Soc. 2. Rapport annuel du conseil d’administration et du commissaire-réviseur. 3. Approbation des comptes annuels arrêtés au 31 décembre 2001. 4. Affectation du résultat. 5. Décharge aux administrateurs et au commissaire-réviseur. 6. Démission et nomination d’Administrateurs et du Réviseur d’Entreprises. 7. Divers. MM. les actionnaires et porteurs d’obligations sont priés, pour être autorisés à assister à cette assemblée, de déposer leurs titres au porteur contre récépissé dans une banque belge au plus tard le 06 septembre 2002. (91749)
Roveco, naamloze vennootschap, Rode Mutslaan 151, 9600 Ronse H.R. Oudenaarde 19266 — BTW 415.893.834 De aandeelhouders worden verzocht de jaarvergadering te willen bijwonen die zal gehouden worden op 14.09.2002 om 11 uur, ten maatschappelijke zetel.
H.R. Sint-Niklaas 35248 — BTW 415.983.411
Agenda :
Jaarvergadering op 04.09.2002 om 14.00 u., op de zetel. — Dagorde : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Allerlei. Zich richten naar de statuten. (91746)
1. Verslag van de raad van bestuur. 2. Goedkeuring van de jaarrekening afgesloten op 31/12/2001. 3. Bestemming van het resultaat. 4. Decharge te verlenen aan de bestuurders. 5. Herbenoeming bestuurders. 6. Allerlei. De aandeelhouders worden verzocht zich te schikken naar de bepalingen van de statuten. (91750)
37306
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Sarem, naamloze vennootschap, Gebrandestraat 60B, 3511 Hasselt H.R. Hasselt 29527
Jaarlijkse algemene vergadering op woensdag 04.09.2002 om 11 uur, ten maatschappelijke zetel. — Agenda : 1. Verslag raad van bestuur en commissaris. 2. Goedkeuring van de jaarrekening per 31.03.2002. 3. Aanwending van het resultaat. 4. Kwijting aan bestuurders en commissaris. 5. Ontslagen en benoemingen. 6. Diverse. De aandeelhouders worden verzocht zich te richten naar de statuten. (91751)
Deze vergadering heeft de volgende dagorde : 1. Omzetting van het kapitaal in euro. 2. Kapitaalvermindering met negenennegentigduizend vierhonderd éénennegentig euro zesenzeventig cent (99.491,76 EUR) om het kapitaal te herleiden van honderd zevenenzeventigduizend vierhonderd éénennegentig euro zesenzeventig cent (177.491,76 EUR) tot achtenzeventigduizend euro (78.000,00 EUR) door terugbetaling in geld aan de aandeelhouders naar evenredigheid van hun deelneming in het kapitaal. De kapitaalvermindering zal plaatshebben zonder vernietiging van aandelen doch met evenredige vermindering van de fractiewaarde van de aandelen.
Stuban, naamloze vennootschap, Dorpsdam 16A, 9120 Beveren (Vrasene)
3. Opdracht aan de raad van bestuur om de kapitaalvermindering tot uitvoering te brengen.
H.R. Sint-Niklaas 34527 — BTW 415.003.414
4. Aanpassing van de statuten om ze in overeenstemming te brengen met de genomen beslissingen en met de Wet van 7 mei 1999 houdende het Wetboek van vennootschappen en bijgevolg aanneming van nieuwe statuten. (91756)
Jaarvergadering op 06.09.2002 te 18 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA :1. Verslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. 3. Bestemming resultaat. 4. Kwijting bestuurders. 5. Herbenoeming bestuurders. 6. Rondvraag. Zich schikken naar de statuten. (91752)
Bucolica, naamloze vennootschap, Waalsebaan 1, 3080 Tervuren H.R. Leuven 82369 — BTW 447.672.618
System & Development, naamloze vennootschap, J. Ratinckxstraat 5-7, bus 52, 2600 Antwerpen H.R. Antwerpen 288104
Jaarvergadering op 06/09/2002 om 14 u., op de zetel. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30/06/2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Varia. Zich richten naar de statuten. (24902)
Jaarvergadering op 04.09.2002 te 19 uur, op de maatschappelijke zetel. — Dagorde : 1. Verslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening per 31.03.2002. 3. Bestemming resultaat. 4. Kwijting bestuurders. 5. Diversen. Zich richten naar de statuten. (91753)
Everaert, naamloze vennootschap, Stoepestraat 24, 9960 Assenede
TerBorcht, naamloze vennootschap, in vereffening, Industriepark-Noord 10, 9100 Sint-Niklaas H.R. Sint-Niklaas 59429 De jaarlijkse algemene vergadering wordt gehouden op de zetel van de vennootschap op 04.09.2002 om 18 uur, met als agenda : 1. Verslag Vereffenaar. 2. Kennisneming jaarrekening per 31.03.2002. 3. Diverse. Aandeelhouders zich schikken naar de statutaire bepalingen. (91754) De vereffenaar.
Unistel, naamloze vennootschap, Brouwerijstraat 14, 8680 Koekelare
H.R. Gent 120170 — BTW 416.590.848 Jaarvergadering op 07/09/2002 om 20 u., op de zetel. Agenda : Jaarverslag. Goedkeuring jaarrekening per 31/03/2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Varia. Zich richten naar de statuten. (24903)
Fenestra Construct, naamloze vennootschap, Waregemseweg 154, 9790 Wortegem-Petegem H.R. Oudenaarde 45725 — BTW 469.141.092 Jaarvergadering op 06/09/2002 om 14 u., op de zetel. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 31/03/2002. Kwijting bestuurders. Varia. Zich richten naar de statuten. (24904)
H.R. Kortrijk 38719 — BTW 424.641.452 De aandeelhouders worden uitgenodigd tot de jaarvergadering die zal gehouden worden op 04.09.2002 te 14 uur, ten maatschappelijke zetel. AGENDA : 1. Verslag van de raad van bestuur; 2. Goedkeuring van de jaarrekening; 3. Bestemming van het resultaat; 4. Kwijting te verlenen aan de bestuurders; 5. Rondvraag. De aandeelhouders worden verzocht zich te schikken naar de bepalingen van de statuten. (91755)
M.G. Invest, naamloze vennootschap, Overwinningstraat 20, 2610 Wilrijk H.R. Antwerpen 30412 Jaarvergadering op 06/09/2002 om 11 u. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 31/03/2002. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Varia. Zich richten naar de statuten. (24905)
Varotex, naamloze vennootschap, Leuvensesteenweg 161, 3290 Diest
Vanhoutteghem, naamloze vennootschap, Dampoortstraat 1, 9000 Gent
H.R. Leuven 72884 — BTW 435.420.924
H.R. Gent 160419 — BTW 442.670.715
De aandeelhouders worden uitgenodigd tot het bijwonen van een buitengewone algemene vergadering op 3 september 2002 om 11.00 uur, ten kantore van notaris Willem Timmermans, Kardinaal Mercierstraat 11, 3290 Diest.
Jaarvergadering op 07/09/2002 om 18 u., op de zetel. Agenda : 1. Verslag raad van bestuur. 2. Bespreking van de jaarrekening afgesloten op 31 maart 2002. 3. Goedkeuring jaarrekening per 31/03/2002. 4. Kwijting bestuurders. 5. Bezoldigingen. (24906)
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37307
Hogeschool Limburg
Cordima Belgium, naamloze vennootschap, Stationstraat 40, 2800 Mechelen
Lector of praktijklector wereloriëntatie-biologie — 20 % (02/LeO/ VAC/03).
H.R. Mechelen 81376 — BTW 460.390.605
Plaats binnen de hogeschool : De aandeelhouders worden verzocht om de buitengewone algemene vergadering bij te wonen die zal gehouden worden op woensdag 4 september 2002 om 9.00 uur, op het kantoor van notaris Marc De Backer te Mechelen, Van Benedenlaan 67. Agenda : 1° Aanpassing van de statuten aan de huidige vennootschapswetgeving en het nieuwe Wetboek van Vennootschappen; 2° Naamswijziging in CordimaElvo Belgium, naamloze vennootschap; 3° Aanpassing van de statuten aan de genomen beslissingen; 4° Toekenning van de nodige machten aan de raad van bestuur om de nodige beslissingen te nemen met betrekking tot het voorgaande. De aandeelhouders dienen zich te richten naar artikel 23 van de statuten. (24907) De raad van bestuur.
Departement lerarenopleiding. Initiële lerarenopleiding onderwijzer(es). In te vullen taken : Lesopdracht WO (biologie). Stagebegeleiding. Omvang van de opdracht : 20 %. Duur van de opdracht : Vanaf indiensttreding tot het einde van het academiejaar 2002-2003, waarna, na een gunstige beoordeling, verlenging mogelijk is. Vereiste diploma’s :
Openbare Besturen en Technisch Onderwijs
Leraar S.O.-groep 1 (optie biologe) of licentiaat in de wetenschappen (biologie) met pedagogisch diploma. Afhankelijk van het behaalde diploma wordt u aangesteld als lector (licentiaat) of praktijklector (graduaat).
Administrations publiques et Enseignement technique
Vereiste kennis en vaardigheden : Ruime interesse voor didactief in het lager onderwijs. OPENSTAANDE BETREKKINGEN − PLACES VACANTES
Inzicht in nieuwe onderwijsvormen. Ervaring in het onderwijs strekt tot aanbeveling. Datum selectie :
Ville de Namur
Ecoles industrielles (cours du soir) et professionnelle Constitution d’une réserve de recrutement de chargés de cours A. Enseignement de promotion sociale (cours du soir) : 1. Au niveau secondaire inférieur : informatique, italien, espagnol, allemand, néerlandais, anglais, français, langues étrangères.
De proeven, voor de weerhouden kandidaten, zullen plaatsvinden op donderdag 12 september 2002, vanaf 15 uur, in de gebouwen van de Campus Hasselt, Vildersstraat 5, 3500 Hasselt. Kandidaturen dienen aangetekend te gebeuren op formulieren die op aanvraag kunnen bekomen worden bij de Hogeschool Limburg, Centrale Administratie, Universitaire Campus Gebouw H, 3590 Diepenbeek, tel. 011-26 00 46, of die men kan downloaden van onze website www.hogelimb.be, en die ingevuld uiterlijk op 31 augustus 2002 naar voornoemd adres moeten worden verstuurd. (24909)
2. Au niveau secondaire supérieur : informatique, néerlandais, anglais, allemand, espagnol, français, correspondance commerciale, sténographie et dactylographie, connaissance de gestion. Lector of praktijklector informatica — 40 % (02/LeO/VAC/04). 3. Au niveau supérieur de type court : chimie/physique, chimie industrielle, mathématique, électricité/électronique, informatique, réseaux, web, communication/gestion, langues économiques, cours spéciaux sténo/dactylo, organisation des entreprises, technique de secrétariat, correspondance, droit, français, comptabilité/fiscalité, économie.
Plaats binnen de hogeschool : Departement lerarenopleiding. Initiële lerarenopleiding leraar S.O.-groep 1 (optie informatica). In te vullen taken :
B. Enseignement de plein exercice :
Lesopdracht informatica.
Niveaux professionnels secondaires inférieur et supérieur : horticulture, art floral, commerce, informatique, dactylographie, hôtellerie (cuisine/salle), habillement, plus tous les cours généraux. Candidatures et curriculum vitae : à envoyer pour le 31 août 2002 (cachet de la poste) à la ville de Namur, service enseignement, rue des Dames Blanches 21, à 5000 Namur (tél. 081-24 64 57). Une candidature par fonction sollicitée.
(24908)
Stagebegeleiding. Omvang van de opdracht : 40 %. Duur van de opdracht : Vanaf indiensttreding tot het einde van het academiejaar 2002-2003, waarna, na een gunstige beoordeling, verlenging mogelijk is.
37308
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Vereiste diploma’s : Licentiaat informatica of handelsingenieur of gegradueerde in de informatica of
Gerechtelijke akten en uittreksels uit vonnissen Actes judiciaires et extraits de jugements
geaggregeerde voor het S.O.-groep 1 (optie informatica). Pedagogisch diploma of bereid zijn te starten met het behalen van het pedagogisch diploma. Afhankelijk van het behaalde diploma wordt u aangesteld als lector (licentiaat) of praktijklector (graduaat). Vereiste kennis en vaardigheden : Kennis van en inzicht in alle Officepakketten (Word, Excel, Access, Power, Point, Frontpage...). Kennis van Windows.
Bekendmaking gedaan overeenkomstig artikel 490 van het Strafwetboek Publication faite en exécution de l’article 490 du Code pénal
Misdrijven die verband houden met de staat van faillissement Infractions liées à l’état de faillite
Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen
Systemanalyse (PST, Nassi-Sneidermann). Computertalen : Visual Basic en Turbo Pascal. Datacommunicatie en netwerken. Eerstelijnreparatie van computers en randapparatuur. Ruime interesse voor didactiek en elektronische leeromgevingen. Actuele evoluties in de informatiewereld volgen en integreren in de lessen. Ervaring in het onderwijs strekt tot aanbeveling. Datum selectie : De proeven, voor de weerhouden kandidaten, zullen plaatsvinden op woensdag 11 september 2002, vanaf 14 uur, in de gebouwen van de Campus Hasselt, Vildersstraat 5, 3500 Hasselt. Kandidaturen dienen aangetekend te gebeuren op formulieren die op aanvraag kunnen bekomen worden bij de Hogeschool Limburg, Centrale Administratie, Universitaire Campus Gebouw H, 3590 Diepenbeek, tel. 011-26 00 46, of die men kan downloaden van onze website www.hogelimb.be, en die ingevuld uiterlijk op 31 augustus 2002 naar voornoemd adres moeten worden verstuurd. (24910)
Verbeterend bericht
Bij vonnis van 16 mei 2002, gewezen op tegenspraak, heeft de 5C kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, rechtdoende in correctionele zaken, de genaamde Marquet, Stephan, barman, geboren te Kinshasa (Zaïre) op 26 februari 1964, wonende te 2170 Merksem, Trammezandlei 83, als gefailleerde handelaar of als verantwoordelijke van een gefailleerde handelsvennootschap, namelijk : als handelaar in persoonlijke vorm, handeldrijvende onder de benaming Zagato, kleinhandel in uitzet voor heren en jongens en kleinhandel in herenconfectie, H.R. Antwerpen 273054, handeldrijvende te Antwerpen (Deurne), Herentalsebaan 338, en te Antwerpen (Merksem), Bredabaan 486, onder de benaming Zingaro, en te Antwerpen (Merksem), Bredabaan 411, onder de benaming Zagato, failliet verklaard, op bekentenis, bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Antwerpen, van 6 mei 1996; als statutair zaakvoerder van de B.V.B.A. Zagato Fashion Angency (afgekort : Zagato F.A.), groothandel in marokijnwaren en reisartikelen, H.R. Antwerpen 281695, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd was te Schoten, Theo Van Cauwenberghslei 4, failliet verklaard, op bekentenis, bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Antwerpen, d.d. 10 mei 1996; als niet-statutair zaakvoerder van de B.V.B.A. Zingaro, kleinhandel in confectie voor dames en heren, H.R. Antwerpen 290253, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd was te Antwerpen, Bredabaan 486, op 1 augustus 1995 overgebracht naar Bredabaan 411, failliet verklaard, op bekentenis, bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Antwerpen, d.d. 22 mei 1996; uit hoofde van de vermengde feiten :
Katholieke Hogeschool Limburg
zich in staat van faillissement bevindende, met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, een gedeelte van de activa te hebben verduisterd of verborgen;
In het Belgisch Staatsblad nr. 237 van 18 juli 2002, bl. 32520, bericht nr. 23190, moeten volgende verbeteringen aangebracht worden :
om de faillietverklaring uit te stellen, aankopen gedaan tot wederverkoop beneden de koers of toegestemd in leningen, effectencirculaties en andere al te kostelijke middelen om zich geld te verschaffen;
« Voor haar departement Gezondheidszorg Een voltijds lector (eventueel deelbaar) ziekenhuisverpleegkunde (m/v). Ref. 2002.OP.17. » De laatste 3 alinea’s moeten vervangen worden door de volgende alinea’s : « Selectie van kandidaten zal gebeuren op basis van onderzoek van het curriculum vitae, ev. aangevuld met een sollicitatiegesprek. De aanstellingen zullen ten vroegste gebeuren op 1 september 2002. Belangstellenden richten hun sollicitatiebrief met vermelding van het referentienummer uiterlijk tegen 30 augustus 2002 aan : Katholieke Hogeschool Limburg, t.a.v. de personeelsdirecteur, Universitaire Campus, gebouw B, bus 1, 3590 Diepenbeek. » (Gratis)
om de faillietverklaring uit te stellen, verzuimd binnen bij art. 9 van faillissementswet n.a.v. aangifte van het faillissement inlichtingen/ onjuiste inlichtingen hebben verstrekt; boekhouding en jaarrekeningen in de ondernemingen, gebrekkige boekhouding (2 ×); veroordeeld tot : een hoofdgevangenisstraf van drie maanden en tot een geldboete van honderd : 40,3399 × 200 = 495,79 EUR of een maand vervangende gevangenisstraf; de tenuitvoerlegging van de hoofdgevangenisstraf wordt uitgesteld voor een termijn van drie jaar. De rechtbank beveelt de publicatie van onderhavig vonnis bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad.
37309
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE De feiten werden gepleegd te Antwerpen en elders in het Rijk, tussen 1 januari 1991 en 23 mei 1996. Tegen bovenvermeld vonnis is tot op heden ter griffie geen enkel rechtsmiddel gekend.
Vonnis in kracht van gewijsde gegaan. Brussel, 29 juli 2002. Voor gelijkvormig afschrift : man.
de
griffier,
(get.)
M.
Temmer(24913)
Voor eensluidend uittreksel afgeleverd aan het openbaar ministerie. Antwerpen, 12 juni 2002. De adjunct-griffier, (get.) I. Van den Broeck.
(24912)
Bij vonnis van 21 februari 2002, rechtsprekend na tegenspraak, heeft de 52e kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, op verzet tegen vonnis nr. 556/1196, d.d. 27 januari 1999, verzet ontvangen bij vonnis nr. 692/1447, d.d. 31 januari 2002, de genaamde :
Rechtbank van eerste aanleg te Brussel
Hennevin, Freddy Albert François, zaakvoerder, geboren te Herent op 12 december 1943, zonder vaste woon- of verblijfplaats in het Rijk, wonende te Rabat (Marokko), 4 rue El Jadiela 96EP Harhoura Temara,
Bij vonnis van 29 maart 2002, rechtsprekend na tegenspraak, heeft de 52e kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, op verzet tegen vonnis nr. 4049/9450, d.d. 9 juli 1998, verzet ontvangen bij vonnis nr. 922/1879, d.d. 8 februari 2002, de genaamde :
als zaakvoerder, feitelijk verantwoordelijk persoon van de B.V.B.A. Superfood, met maatschappelijke zetel te Mechelen, C. Peetersstraat 5, H.R. Brussel 561897, failliet verklaard bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Brussel op 26 september 1995.
Cardoen, Marnik Patrick, zelfstandige, geboren te Halle op 26 februari 1962, zonder gekende woon- of verblijfplaats in België, ingeschreven te Jeumont (Frankrijk), boulevard A. Calmette 49, thans wonende te 7802 Ormeignies, rue des Frères 2, als vennoot/zaakvoerder van de O.V.G.N. All Dekor Batimmo, met zetel te Halle, Halleweg 335, ambtshalve failliet verklaard door de rechtbank van koophandel te Brussel bij vonnis van 26 december 1995. Veroordeeld tot : een gevangenisstraf van één jaar en zes maanden en een geldboete van 500 frank/40,3399 × 200 = 2.478,93 EUR, en bij gebreke van betaling binnen de wettelijke termijn te vervangen door een vervangende gevangenisstraf van 2 maanden; betaling van de bijdrage van tien euro, gebracht bij toepassing van de wettelijke opdeciemen op vijftig euro, overeenkomstig de wet van 1 augustus 1985, gewijzigd door art. 3 van de programmawet van 24 december 1993 en de wet van 26 juni 2000, betaling van een vergoeding van 25 euro, overeenkomstig artikel 91, lid 2, van het koninklijk besluit van 28 december 1950, zoals gewijzigd bij koninklijk besluit van 23 december 1993, art. 1 en 2 en het koninklijk besluit van 11 december 2001, de kosten van de openbare actie (solidair met de medebeklaagde in het aanvankelijk vonnis) in totaal bedragende 5 187 frank, hetzij 128,58 euro, en (de beklaagde Cardoen alleen) tot de kosten van verzet in totaal bedragende 136,82 euro, zegt dat de tenuitvoerlegging van huidig vonnis zal worden uitgesteld gedurende een termijn van 3 jaar, uitsluitend voor wat drie vierden van de hoofdgevangenisstraf betreft, onder de voorwaarden van de wet betreffende de opschorting, uitstel en probatie, stelt de datum van staking van betalingen en van het wankelen van het krediet van de O.V.G.N. All Dekor Batimmo, met zetel te Halle, Halleweg 335, en van haar vennoten Ives Anckaert en Marnik Cardoen, vast op 31 januari 1995, beveelt de bekendmaking van huidig vonnis op kosten van de veroordeelde (solidair met de medebeklaagde in het aanvankelijk vonnis) bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad, overeenkomstig art. 490 S.W. Uit hoofde van : Als dader of mededader : valsheid in geschriften en gebruik ervan; als gefailleerde handelaar, een deel van het actief te hebben verduisterd of verborgen; oplichting; uitgifte van diverse bankcheques, zonder dekking; als beslagene, diverse inbeslaggenomen voorwerpen, in zijn belang, bedrieglijk vernietigd of weggemaakt te hebben; geen enkel van de door de wet voorgeschreven boeken te hebben gehouden over een periode van minstens 28 juni 1994 tot 26 december 1995.
Veroordeeld tot : een gevangenisstraf van vier maanden en een geldboete van 100/40,3399 × 200 = 495,78 EUR, en bij gebreke van betaling binnen de wettelijke termijn te vervangen door een vervangende gevangenisstraf van 1 maand; betaling van de bijdrage van tien frank, gebracht bij toepassing van de wettelijke opdeciemen op tweeduizend frank, zijnde 49,57 euro, overeenkomstig de wet van 1 augustus 1985, gewijzigd door art. 3 van de programmawet van 24 december 1993 en de wet van 26 juni 2000, betaling van een vergoeding van duizend frank, hetzij 24,79 euro, overeenkomstig artikel 91, lid 2, van het koninklijk besluit van 28 december 1950, zoals gewijzigd bij koninklijk besluit van 23 december 1993, art. 1 en 2 en het koninklijk besluit van 11 december 2001, tot de helft van de kosten van de openbare actie in taal bedragende 136,90 EUR, zegt dat de tenuitvoerlegging van huidig vonnis zal worden uitgesteld gedurende een termijn van 3 jaar voor wat betreft de hoofdgevangenisstraf alleen voor het gedeelte dat de ondergane hechtenis te boven gaat, onder de voorwaarden van de wet betreffende het uitstel, opschorting en probatie, stelt de datum van staking van betalingen van de B.V.B.A. Superfood, met maatschappelijke zetel te Mechelen, C. Peetersstraat 5, H.R. Brussel 561897, failliet verklaard bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Brussel op 26 september 1995, vast op 1 januari 1995, beveelt de bekendmaking van huidig vonnis op kosten van de veroordeelde bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad, overeenkomstig art. 490 S.W. Uit hoofde van : Als dader of mededader : zonder wettig verhinderd te zijn, verzuimd te hebben de verplichtingen gesteld bij art. 53 van de faillissementswet na te leven, nl. geen gevolg te hebben gegeven aan alle oproepingen van de rechtercommissaris of de curator; met het oogmerk om de faillietverklaring uit te stellen, aankopen te hebben gedaan tot wederverkoop beneden de koers of toegestemd te hebben in leningen, effectencirculaties en andere al te kostelijke middelen om zich geld te verschaffen, nl. uitgifte van cheques zonder dekking, verdichte uitgaven of verliezen te hebben opgegeven of geen verantwoording te hebben verschaft van het bestaan of van de aanwending van de activa of een deel ervan, met het oogmerk om de faillietverklaring uit te stellen, verzuimd te hebben, binnen de in art. 9 van de faillissementswet gestelde termijn, aangifte te doen van het faillissement; een gedeelte van de activa te hebben verduisterd of verborgen; de boeken of bescheiden, bedoeld in hoofdstuk 1 van de wet van 17 juli 1975 op de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen, geheel of gedeeltelijk te hebben doen verdwijnen; oplichting;
37310
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Vredegerecht van het kanton Eeklo
misbruik van vertrouwen; uitgifte van bankcheques zonder dekking. Vonnis in kracht van gewijsde gegaan. Brussel, 29 juli 2002. Voor man.
gelijkvormig
afschrift :
de
griffier,
(get.)
M.
Temmer(24914)
Bij beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het kanton Eeklo, verleend op 13 augustus 2002, werd de heer Vols, Marcel, geboren te Sleidinge op 16 december 1919, wonende te 9900 Eeklo, Tieltsesteenweg 25, opgenomen in de instelling WZC « Sint-Elisabeth », Tieltsesteenweg 25, te 9900 Eeklo, niet in staat verklaard zijn goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopige bewindvoerder : de heer Vols, Christiaan, wonende te 9940 Sleidinge, Dellaertsdreef 69. Er werd vastgesteld dat het verzoekschrift neergelegd werd op 31 juli 2002.
Correctionele rechtbank te Leuven
Eeklo, 14 augustus 2002. Bij vonnis d.d. 24 juni 2002, op tegenspraak uitgesproken, heeft de correctionele rechtbank te Leuven veroordeeld : Nuyts, Viviane Hortense Melanie, geboren te Leuven 26 september 1957, wonende te Tremelo, Jos Ceulemansstraat 5.
De Guy.
afgevaardigd
adjunct-griffier,
(get.)
Van
Cauwenberghe, (66662)
op
Uit hoofde van : te Tremelo en te Aarschot, tussen 30 juni 1994 en 13 november 1995 : 1. cheques zonder dekking; 2. als dader of mededader, cheques zonder dekking; 3. als dader of mededader, met bedrieglijk opzet gedeelte van activa te hebben doen verdwijnen of verduisterd te hebben als gefailleerde of als beheerder van een gefailleerde vennootschap; 4. als dader of mededader, cheques zonder dekking;
Bij beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het kanton Eeklo, verleend op 13 augustus 2002, werd Mevr. Savat, Laura Maria, geboren te Maldegem op 11 maart 1907, gepensioneerde, wonende te 9990 Maldegem, Mevrouw Courtmanslaan 92, opgenomen in de instelling Rusthuis « Sint-Jozef », Mevrouw Courtmanslaan 92, te 9990 Maldegem, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopige bewindvoerder : de heer Van Poelvoorde, William Arthur Jozef, geboren te Maldegem op 13 december 1933, gepensioneerde, wonende te 9990 Maldegem, Rubenslei 1. Er werd vastgesteld dat het verzoekschrift neergelegd werd op 30 juli 2002.
5. misbruik van vertrouwen. Tot : een hoofdgevangenisstraf van vier maanden met uitstel voor de helft gedurende drie jaar en tot een geldboete van 991,57 euro of vervangende gevangenisstraf van één maand.
Eeklo, 14 augustus 2002. De Guy.
afgevaardigd
adjunct-griffier,
(get.)
Van
Cauwenberghe, (66663)
Met : publicatie van huidig vonnis bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad overeenkomstig artikel 490 Sw. Vredegerecht van het kanton Neerpelt-Lommel, zetel Lommel
Voor gelijkvormig uittreksel : afgeleverd aan de heer procureur des Konings voor publicatie. Leuven, 12 augustus 2002. De griffier : (get.) C. Bollen.
(24915)
Bekendmaking gedaan overeenkomstig artikel 488bis e, § 1 van het Burgerlijk Wetboek Publication faite en exécution de l’article 488bis e, § 1er du Code civil
Aanstelling voorlopig bewindvoerder Désignation d’administrateur provisoire
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton NeerpeltLommel, zetel Lommel, verleend op 12 augustus 2002, werd Jansen, José, geboren te Heusden op 15 mei 1952, verblijvende Maria Ziekenhuis Noord-Limburg, Campus Maria Middelares, Kliniekstraat 2, 3920 Lommel, thans verblijvende te 3910 Neerpelt, Ziekenhuis, Stationsstraat 76, gedomicilieerd Buizerdstraat 22, 3920 Lommel, niet in staat verklaard zijn goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Witters, Marc, advocaat, Lepelstraat 15, 3920 Lommel. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) Jan Peeters.
Vredegerecht van het kanton Veurne-Nieuwpoort, zetel Nieuwpoort
Vredegerecht van het elfde kanton Antwerpen
Bij beschikking van de vrederechter van het elfde kanton Antwerpen, verleend op 13 augustus 2002, werd Dekkers, Alphonsina, weduwe van de heer Stanny Breens (overleden op 6 februari 1986), geboren op 8 december 1936 te Putte (Nederland), wonende te 2940 Stabroek, Sigarenstraat 87, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopige bewindvoerder : Henquin, Michel, advocaat, kantoorhoudende te 2940 Stabroek-Hoevenen, Kerkstraat 39B. Ekeren (Antwerpen), 14 augustus 2002. Voor eensluidend uittreksel : de e.a. adjunct-griffier, (get.) Raymonda Laermans. (66661)
(66664)
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton VeurneNieuwpoort, met zetel Nieuwpoort, verleend op 6 augustus 2002, werd Van Herreweghe, Albert, geboren te Ganshoren op 11 maart 1916, wonende en verblijvende te 8620 Nieuwpoort, Albert I-laan 71, in de V.Z.W. Woon- en Zorgcentrum Ten Anker, niet in staat verklaard zelf zijn goederen te beheren. Voegt toe als voorlopig bewindvoerder : Desmyter, Christel, advocaat, wonende te 8630 Veurne, Astridlaan 2A. Nieuwpoort, 14 augustus 2002. Voor Hugo.
eensluidend
uittreksel :
de
griffier,
(get.)
Candaele, (66665)
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37311
Vredegerecht van het kanton Zelzate
Justice de paix du canton de Limbourg-Aubel, siège de Limbourg
Beschikking d.d. 5 augustus 2002 (02B172), verklaart Van Der Jeugd, Maria, geboren te Wachtebeke op 7 september 1914, wonende te 9185 Wachtebeke, Tehuis De Mey, Godshuisstraat 13, niet in staat zelf haar goederen te beheren.
Par ordonnance du juge de paix du canton de Limbourg-Aubel, siège de Limbourg, en date du 9 août 2002, la nommée Dodemont, Josiane, née à Clermont le 11 novembre 1955, domiciliée et résidant à la maison de repos « Belœil », à 4841 Henri-Chapelle, chaussée de Liège 47, actuellement hospitalisée à la clinique psychiatrique des Frères Alexiens, à 4841 Henri-Chapelle, Ruyff 68, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire, étant : Dodemont, Marie-Huberte, épouse de Locht, chemin de Berlieren 11, 4852 Hombourg. Pour extrait certifié conforme : la greffière en chef, (signé) Myriam Sieberath. (66671)
Voegt toe als voorlopig bewindvoerder : De Knijf, Ilse, advocaat te 9060 Zelzate, Westkade 19. Zelzate, 14 augustus 2002. De hoofdgriffier, (get.) Riessauw, Karina.
(66666)
Justice de paix du canton de Couvin-Philippeville,
Suite à la requête déposée le 30 juillet 2002, par ordonnance du juge de paix du canton de Couvin-Philippeville, siégeant à Philippeville, rendue le 7 août 2002, Mme Lamy, Claire, née le 22 juillet 1992 à Cul-des-Sarts, domiciliée rue Trieux 6, à 5630 Daussois, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de M. Ledoux, Jean-François, avocat, domicilié chaussée de Dinant 18, à 5530 Spontin.
Par ordonnance du juge de paix du canton de Limbourg-Aubel, siège de Limbourg, en date du 9 août 2002, la nommée Born, Marie, veuve de Pelzer, Auguste, née à Montzen le 21 février 1909, domiciliée à 4840 Welkenraedt, rue de la Gare 1, bte 3, et résidant actuellement à la maison de repos « Saint-Léonard », à 4840 Welkenraedt, rue SaintPaul 67, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire, étant : Ransy, Jean-Luc, avocat, rue Lamberts 44, 4840 Welkenraedt. Pour extrait certifié conforme : la greffière en chef, (signé) Myriam Sieberath. (66672)
Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Trevis, Régine. (66667) Justice de paix du canton de Saint-Hubert-Bouillon-Paliseul, siège de Paliseul Justice de paix du canton de Grâce-Hollogne
Suite à la requête déposée le 15 juillet 2002, par ordonnance du juge de paix du canton de Grâce-Hollogne, rendue le 24 juillet 2002, M. Messina, Salvatore, né le 7 novembre 1918 à Agrigente (Italie), domicilié rue Harkay 17, à 4400 Flémalle, résidant château de Ramioul, chaussée de Ramioul 184, à 4400 Flémalle, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de M. Gibilaro, Giacinto, domicilié rue Harkay 15, à 4400 Flémalle. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Clebant, Colette.
Par ordonnance du juge de paix du canton de Saint-Hubert-BouillonPaliseul, siège de Paliseul, rendue le 14 août 2002, d’office en application de la loi du 26 juin 1990, M. Ramlot, Jean-Jacques Pascal, Belge, né le 14 mars 1982 à Libramont-Chevigny, sans profession, célibataire, domicilié rue du Culot, section de Noirefontaine 24, à 6830 Bouillon, résidant CUP La Clairière, rue des Ardoisières 1, à 6880 Bertrix, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Me Cavelier, Christine, Belge, avocat, domiciliée rue de l’Ange Gardien 14, à 6830 Bouillon. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Castagne, Marie-Thérèse. (66673)
(66668) Justice de paix du second canton de Tournai
Suite à la requête déposée le 15 juillet 2002, par ordonnance du juge de paix du canton de Grâce-Hollogne, rendue le 24 juillet 2002, Mme Montalbano, Maria, née le 23 octobre 1924 à Favara (Italie), domiciliée rue Harkay 17, à 4400 Flémalle, résidant Château de Ramioul, chaussée de Ramioul 184, à 4400 Ivoz-Ramet, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de M. Gibilaro, Giacinto, domicilié rue Harkay 15, à 4400 Flémalle. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Clebant, Colette.
(66669)
Justice de paix du canton d’Ixelles
Par ordonnance du juge de paix du second canton de Tournai, rendue le 18 août 2002, M. Petit, Michel, né le 3 septembre 1958 à Charleroi, domicilié à 7500 Tournai, rue Despars 64, résidant à l’établissement centre hospitalier psychiatrique « Les Marronniers », rue Despars 94, à 7500 Tournai, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de M. Delroisse, Jean, domicilié à 7502 Tournai (Esplechin), rue Trenchon 34. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Nadine Morel. (66674)
Mainlevée d’administration provisoire Opheffing voorlopig bewind Vredegerecht van het kanton Bilzen
Suite à la requête déposée le 17 juillet 2002, par ordonnance du juge de paix du canton d’Ixelles, rendue le 29 juillet 2002, Janssens, Jacques, né à Etterbeek le 2 février 1935, domicilié à 1050 Ixelles, chaussée de Waterloo 412/E, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de De Man-Mukenge, Thérèse, avocat, domiciliée à 1180 Uccle, avenue Brugmann 451. Pour extrait conforme : le greffier adjoint délégué, (signé) Cerulus, Madeleine. (66670)
Beschikking d.d. 12 augustus 2002 verklaart Mr. Greet Bollen, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton Bilzen, op 15 mei 1992 (rolnummer 2054), tot voorlopig bewindvoerder over Custers, Maria, (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 30 mei 1992, onder nr. 5363), met ingang van 12 augustus 2002, ontslagen van de opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is.
37312
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
(66675)
Vredegerecht van het kanton Eeklo
Par ordonnance rendue par M. le juge de paix du canton de Fontainel’Evêque, en date du 8 août 2002, il a été mis fin au mandat de Me Marc Faelli, avocat, dont le cabinet est établi à 6020 Dampremy, rue de Namur 29a, administrateur provisoire des biens de Mme Jeanne Arno, née à Quévy-le-Grand le 12 juillet 1923, en son vivant domiciliée et résidant à 6180 Courcelles, home Heureux Séjour, rue Paul Pastur 121, décédée à Courcelles le 11 juillet 2002, (désignation du 28 juin 2000, Moniteur belge du 18 juillet 2000, page 25028). Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Bastien, Fabienne. (66680)
Bij beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het kanton Eeklo, verleend op 13 augustus 2002, werd een einde gesteld aan de opdracht van de heer Heyde, Johan, geboren te Waarschoot op 22 mei 1940, gepensioneerde, wonende te 9950 Waarschoot, Jagerpad 70, als voorlopig bewindvoerder over Mevr. Van Vooren, Georgette, geboren te Aalter op 6 april 1915, wonende te 9950 Waarschoot, Schoolstraat 33, opgenomen in de instelling Rusthuis « De Linde », Schoolstraat 33, te 9950 Waarschoot, en er overleden op 2 augustus 2002.
Par ordonnance rendue par M. le juge de paix du canton de Fontainel’Evêque, en date du 8 août 2002, il a été mis fin au mandat de Me Isabelle Leclercq, avocat, dont le cabinet est établi à 6150 Anderlues, rue Paul Janson 70, administrateur provisoire des biens de Mme Odette Amiet, née à Esclavilles (France) le 31 mai 1910, en son vivant résidant à 6922 Halma, résidence Val des Seniors, rue de Dinant 36/A, décédée à Yvoir (Godinne) le 15 juillet 2002 (désignation du 31 janvier 2001, Moniteur belge du 13 février 2001, page 4091). Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Bastien, Fabienne. (66681)
Er werd vastgesteld dat het verzoekschrift werd neergelegd op 17 juli 2002. Bilzen, 13 augustus 2002. De eerstaanwezend adjunct-griffier, (get.) Merken, Ria.
Eeklo, 14 augustus 2002. De Guy.
afgevaardigd
adjunct-griffier,
(get.)
Van
Cauwenberghe, (66676)
Bij beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het kanton Eeklo, verleend op 13 augustus 2002, werd een einde gesteld aan de opdracht van Mevr. Lippens, Yvonna Elisa Suzanna, geboren te Evergem op 11 april 1927, gepensioneerde, wonende te 9940 Evergem, Velodroomstraat 15, als voorlopig bewindvoerder over Mevr. Lippens, Simona Francisca Ludovica, wonende te 9940 Evergem, Velodroomstraat 17, opgenomen in het Psychiatrisch Ziekenhuis Sint-Jan, Oostveldstraat 1, te 9900 Eeklo, overleden te Eeklo op 1 augustus 2002.
Justice de paix du canton de Forest
Par ordonnance du juge de paix du canton de Forest, en date du 14 août 2002, il a été mis fin au mandat de Wenselaer, Marguerite, domiciliée à 1190 Forest, avenue Ulysse 4, bte 8, en sa qualité d’administrateur provisoire de Lermusieau, Irène, née à Frameries le 1er juillet 1912, résidant en son vivant à 1190 Forest, avenue de Monte Carlo 178, home New Philip, cette personne étant décédée à Forest en date du 28 juillet 2002. Pour extrait certifié conforme : le greffier en chef, (signé) Paul Van Herzeele. (66682)
Eeklo, 14 augustus 2002. De Guy.
afgevaardigd
adjunct-griffier,
(get.)
Van
Cauwenberghe, (66677)
Remplacement d’administrateur provisoire Vervanging voorlopig bewindvoerder Vredegerecht van het kanton Eeklo
Vredegerecht van het kanton Genk
Beschikking d.d. 9 augustus 2002 verklaart Masen, Leonard, onderwijzer, wonende te 3690 Zutendaal, Eikenstraat 17, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton Genk, op 2 juli 2002 (rolnummer 02b169-Rep.R. 1967/2002) tot voorlopig bewindvoerder over Maesen, Godfried, geboren te Gellik op 27 oktober 1918, wonende te 3620 Lanaken, Hoenderbroekstraat 70, maar verblijvende in het Verpleegtehuis Heiderust, te 3600 Genk, weg naar As 58 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 11 juli 2002, blz. 31155, en onder nr. 65702), met ingang van 27 juli 2002 ontslagen van de opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is op voormelde datum. Genk, 14 augustus 2002. De hoofdgriffier, (get.) Thijs, Lode.
(66678)
Bij beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het kanton Eeklo, verleend op 13 augustus 2002, werd een einde gesteld aan de opdracht van de heer De Vos, Peter, wonende te 9000 Gent, P. Claeysstraat 27, als voorlopig bewindvoerder over Mevr. Lootens, Mariette, geboren te Zomergem op 31 december 1934, wonende te 9060 Zelzate, Hans Kochlaan 17, opgenomen in de instelling Psychiatrisch Ziekenhuis « Sint-Jan », Oostveldstraat 1, te 9900 Eeklo, destijds hiertoe aangesteld bij beschikking van de vrederechter van het kanton Eeklo, d.d. 15 juli 2002. Bij zelfde beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het kanton Eeklo werd Mr. De Muer, Karin, advocaat te 9900 Eeklo, Visstraat 20, aangesteld als nieuwe voorlopige bewindvoerder over Mevr. Lootens, Mariette, voornoemd. Eeklo, 14 augustus 2002. De afgevaardigd adjunct-griffier, Guy.
(get.)
Van
Cauwenberghe, (66683)
Justice de paix du canton de Fontaine-l’Evêque Justice de paix du canton d’Auderghem Par ordonnance rendue par M. le juge de paix du canton de Fontainel’Evêque, en date du 8 août 2002, il a été mis fin au mandat de Me Isabelle Leclercq, avocat, dont le cabinet est établi à 6150 Anderlues, rue Paul Janson 74, administrateur provisoire des biens de Mme Elise Debroux, née à Jodoigne le 28 février 1925, en son vivant domiciliée et résidant à 6150 Anderlues, résidence Le Mallory, chaussée de Charleroi 59, décédée à Anderlues le 29 avril 2000 (désignation du 11 mai 1998, Moniteur belge du 27 mai 1998, page 17286). Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Bastien, Fabienne. (66679)
Par ordonnance du 7 août 2002, du juge de paix du canton d’Auderghem, M. Philippe Declercq, avocat à 1050 Bruxelles, avenue Louise 89, a été désigné comme nouvel administrateur provisoire des biens de M. Lodiso, Robert, né le 20 mars 1950 à Ixelles, domicilié à 1170 Bruxelles, chaussée de La Hulpe 169, en remplacement de Me Corinne Dabin-Serlez, avocate à 1300 Wavre, rue Lambert Fortune 65. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Van Laer, M. (66684)
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
37313
Justice de paix du deuxième canton de Schaerbeek
Rechtbank van eerste aanleg te Brugge
Par ordonnance du juge de paix du deuxième canton de Schaerbeek, en date du 10 juillet 2002, il a été mis fin au mandat de Dohmen, Brigitte, née Elisabethville le 29 avril 1952, domiciliée à 1140 Bruxelles, allée de Provence 66, nièce, en sa qualité d’administrateur provisoire des biens de Jacquemin, Marie-Thérèse Estelle, née à Chokier le 23 octobre 1913, veuve Colard, Théo, residant et domiciliée à 1140 Bruxelles, rue de la Marne 89, au home Saint-Joseph.
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Brugge, op 19 augustus 2002, heeft Mr. Dany Hollevoet, advocaat te 8450 Bredene, Prinses Elisbethlaan 57, handelend als gevolmachtigde van Flederick, Melissa, geboren te Oostende op 25 december 1983, wonende te 8870 Izegem, de Hondstraat 19, handelend in eigen naam, verklaard onder voorrecht van boedelbeschrijving, de nalatenschap te aanvaarden van wijlen Flederick, Eddy, geboren te Oostende op 4 april 1952, in leven laatst wonende te 8400 Oostende, Havikstraat 51, en overleden te Oostende op 16 mei 1999.
Un nouvel administrateur provisoire a été désigné à cette personne protégée, à savoir : Thibaut, Monique, née à Moha le 14 juin 1955, domicilie à 4530 Villers-le-Bouillet, rue de Huy 96, nièce par alliance. Pour extrait certifié conforme : le greffier en chef, (signé) Eliane Verbruggen. (Cet avis remplace les textes parus au Moniteur belge du 27 juillet 2002, p. 33468, sous le n° 66188 et du 8 août 2002, p. 34526, sous le n° 66437.) (Gratuit)
De schuldeisers en legatarissen worden verzocht, binnen de drie maanden te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad , hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het kantoor van Mr. Dany Hollevoet, voormeld. Brugge, 19 augustus 2002. De griffier-hoofd van dienst, (get.) P. Flamee.
(24917)
Rechtbank van eerste aanleg te Mechelen
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Mechelen, op 16 augustus 2002, heeft Pedersen, Beatrice Josée Simonne, geboren te Mechelen op 23 september 1963, wonende te 3190 Boortmeerbeek, Rijmenamsebaan 76/2, handelend in hoedanigheid van drager van het ouderlijk gezag over de minderjarige kinderen :
Bekendmaking voorgeschreven bij artikel 793 van het Burgerlijk Wetboek Publication prescrite par l’article 793 du Code civil
Bosmans, Glenn, geboren te Bonheiden op 16 april 1990; Bosmans, Nick, geboren te Bonheiden op 7 augustus 1996;
Aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving Acceptation sous bénéfice d’inventaire
beiden wonende bij hun moeder op bovengenoemd adres, gemachtigd ingevolge beschikking van de vrederechter van het kanton Haacht, op 3 juli 2002,
Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen
verklaard, onder voorrecht van boedelbeschrijving, de nalatenschap te aanvaarden van wijlen Bosmans, Patrick, geboren te Mechelen op 27 november 1958, in leven laatst wonende te 2800 Mechelen, Stationsstraat 48, en overleden te Mechelen op 7 februari 2002.
Op 9 augustus 2002 is voor ons, J. Brosens, griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, ter griffie van deze rechtbank verschenen :
De schuldeisers en legatarissen worden verzocht, binnen de drie maanden te rekenen vanaf de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad , hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het kantoor van Mr. Chris Van Edom, notaris te 3191 Boortmeerbeek (Hever), er kantoorhoudende Hoogstraat 56.
notaris Jacques Aimé Marie Istas, geboren te Antwerpen op 2 december 1951, wonende te 2970 Schilde, Turnhoutsebaan 250, handelend in zijn hoedanigheid van bijzonder gevolmachtigde ingevolge de onderhandse volmacht hem verleend te Beringen, op 30 juli 2002, ten einde dezer van Feyen, Andrea Joseph Clara, geboren te Merksem op 25 juni 1953, wonende te Beringen, Korspelheidestraat 96, handelend in haar hoedanigheid van moeder, wettige beheerster over de persoon en de goederen van haar minderjarig kind, Leysen, Kim, geboren te Schoten op 17 januari 1985, wonende te Beringen, Korspelheidestraat 96. Verschijner verklaart ons, handelend in zijn voormelde hoedanigheid, de nalatenschap van wijlen Verhoven, Gilberte Sophie Jules, geboren te Antwerpen op 23 november 1930, in leven laatst wonende te 2100 Deurne (Antwerpen), René Kerssestraat 9, en overleden te Deurne op 31 december 2001, te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving. Verschijner legt ons de beschikking van de vrederechter van het kanton Beringen, d.d. 21 juni 2002, voor waarbij Feyen, Andrea, hiertoe gemachtigd werd. Er wordt keuze van woonst gedaan ten kantore van notaris Jacques Istas, Turnhoutsebaan 250, 2970 Schilde. Waarvan akte, datum als boven. Na voorlezing ondertekend door verschijner en ons griffier. (Get.) J. Istas; J. Brosens, griffier.
(24916)
Mechelen, 16 augustus 2002. De afgevaardigd adjunct-griffier, (get.) L. De Belser.
(24918)
Tribunal de première instance de Bruxelles Suivant acte n° 02-1413, passé au greffe du tribunal de première instance de Bruxelles, le 14 août 2002, Me Lecomte, André, notaire à 7090 Braine-le-Comte, rue de Bruxelles 2, agissant en sa qualité de mandataire en vertu d’une procuration sous seing privé, datée du 15 juillet 2002, et donnée par : 1. M. Gemberling, Olivier André Georges, domicilié à La Halousière, France, 72540 Epineu le Chevreuil; 2. M. Gemberling, David Henri René, domicilié à La Buthinière, France, 72540 Epineu le Chevreuil, a déclaré, accepter sous bénéfice d’inventaire la succession de M. Gemberling, Paul Marie Henri, né à Etterbeek le 25 septembre 1944, de son vivant domicilié à Ixelles, chaussée de Wavre 21, et décédé le 14 juillet 2002 à Bruxelles. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion à M. Lecomte, André, notaire à 7090 Braine-leComte, rue de Bruxelles 2. Bruxelles, le 14 août 2002. Le greffier adjoint, (signé) Ann Loeckx.
(24919)
37314
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Suivant acte n° 02-1416, passé au greffe du tribunal de première instance de Bruxelles, le 16 août 2002, Me Lambin, Adélaïde, notaire à 5640 Saint-Gérard, Grand Rue 13, agissant en sa qualité de mandataire en vertu d’une procuration sous seing privé, datée du 25 juin 2002, et donnée par Mme Pavani, Elsa, domiciliée en France, à Nice, rue Marechal Joffre 19, a déclaré, accepter sous bénéfice d’inventaire la succession de M. Massart, José, né à Emines (Namur) le 2 juillet 1947, de son vivant domicilié à Molenbeek-Saint-Jean, rue du Menuet 4, et décédé le 11 octobre 2000 à Molenbeek-Saint-Jean. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion à Mme Lambin, Adélaïde, notaire à 5640 SaintGérard, Grand Rue 13.
Tribunal de première instance de Mons Suivant acte dressé au greffe du tribunal de ce siège, le 16 août 2002, M. Reichling, Cédric Jean Remy, né à Boussu le 22 mai 1983, domicilié à 7330 Saint-Ghislain, cité des Petites Préelles 17, a déclaré accepter sous bénéfice d’inventaire la succession de Reichling, Pierre Georges Henri, né à Pâturages le 22 septembre 1953, en son vivant domicilié à Quaregnon, rue de Monsville 48/5, et décédé le 29 avril 2002 à Montigniessur-Sambre. Les créanciers et les légataires sont invités à faire connaître par avis recommandé leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la date de la présente insertion. Cet avis doit être adressé à Me Jean Rose, notaire de résidence à 7802 Ormeignies, rue de Betisart 13. Le greffier adjoint délégué, (signé) Katherina Burlion.
Bruxelles, le 16 août 2002. Le greffier adjoint, (signé) Ann Loeckx.
Pour le greffier en chef, le greffier-chef de service, (signé) J.-C. Fourez. (24923) (24920)
Faillissement − Faillite Suivant acte n° 02-1425, passé au greffe du tribunal de première instance de Bruxelles, le 19 août 2002, M. Culot, Roger, domicilié à 1060 Bruxelles, avenue du Roi 11, agissant en sa qualité de mandataire en vertu d’une procuration sous seing privé, datée du 2 juillet 2002, et donnée par : 1. M. Van Buggenhout, Philippe, domicilié à 3090 Overijse, Sint-Hubertusdreef 14A; 2. M. Van Buggenhout, Véronique Gisèle Rolande, domiciliée à 1180 Uccle, rue Zeecrabbe 19A, a déclaré, accepter sous bénéfice d’inventaire la succession de Mme Lecomte, Marie Louise Ghislaine, née à Waha le 19 juillet 1939, de son vivant domiciliée à Woluwe-Saint-Lambert, avenue Heydenberg 45, et décédée le 15 mars 2002 à Uccle. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion à M. Bleeckx, Gaetan, notaire à 1060 Saint-Gilles, place M. Van Meenen 2.
Bij vonnis d.d. 14 augustus 2002, heeft de rechtbank van koophandel te Leuven, op bekentenis, het faillissement uitgesproken van de N.V. Zib Contractors, thans met maatschappelijke zetel te 3293 Scherpenheuvel-Zichem, Diestsestraat 175, algemene bouwonderneming, H.R. Leuven 51199, BTW 414.637.287. Rechter-commissaris : de heer J. Stroobant. Curator : Mr. L. Stevens, advocaat te 3200 Aarschot, Kapitein Gilsonplein 20. Staking van de betalingen : 14 augustus 2002. Indienen van de schuldvorderingen : vóór 9 september 2002, ter griffie dezer rechtbank. Nazicht schuldvorderingen : 16 september 2002, te 14 u. 30 m. Datum oprichting bedrijf : 23 februari 1975. De curator : (get.) L. Stevens.
Bruxelles, le 19 août 2002. Le greffier adjoint, (signé) Ann Loeckx.
Rechtbank van koophandel te Leuven
(Pro deo)
(24924)
(24921) Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Leuven, d.d. 13 augustus 2002, werd het faillissement De Coster, Victor Frans, wonende te 3070 Kortenberg, Vogelenzangstraat 128, gesloten verklaard. De gefailleerde werd verschoonbaar verklaard.
Suivant acte n° 02-1411, passé au greffe du tribunal de première instance de Bruxelles, le 14 août 2002, M. Lepoivre, Julos Alain Pierre, domicilié à Horley, England, RH 68BH, 7A South Parade, Horley Row, a déclaré, accepter sous bénéfice d’inventaire la succession de M. Lepoivre, Pierre Denis Fernand Marie, né à Etterbeek le 1er avril 1952, de son vivant domicilié à Woluwe-Saint-Pierre, rue de la Fleur d’Oranger 44, et décédé le 12 août 2002 à Woluwe-Saint-Pierre. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion à M. Leemans, Marcel, notaire à 2800 Mechelen, Vaartdijk 25.
(24925)
Rechtbank van koophandel te Turnhout
Bij vonnis van de vakantiekamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout van 14 augustus 2002, werd de genaamde Regalo N.V., vennootschap naar Amerikaans recht : maatschappelijke zetel : 701 Renner Road, 2° floor Wilmington, New Cast County - Delaware (V.S.A.); uitbatingszetel : Gasthuisstraat 44-1, 2300 Turnhout,
Bruxelles, le 14 août 2002. Le greffier adjoint, (signé) Ann Loeckx.
De griffier : (get.) W. Coosemans.
(24922)
H.R. Turnhout 83887, activiteit : studie-, organisatie- en raadgevend bureau, failliet verklaard, op dagvaarding.
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE Rechter-commissaris : de heer J. Coppens. Curator : advocaat M. Bruurs, Alphenseweg 2, 2387 Baarle-Hertog. Tijdstip van ophouding van betaling : 14 augustus 2002. Indiening van schuldvorderingen : vóór 10 september 2002. Proces-verbaal nazicht schuldvorderingen : op 24 september 2002, te 10 uur. De curator : (get.) M. Bruurs.
(Pro deo)
37315
Bij vonnis van 19 april 2002, verbeterd bij vonnis van 21 juni 2002, heeft de rechtbank van eerste aanleg te Ieper de akte, verleden voor notaris Patrick Donck, te Reninge (Lo-Reninge), op 11 februari 2002, gehomologeerd, waarbij de heer Degroote, Alphonse Emile, tandarts, en zijn echtgenote, Mevr. Garmyn, Agnés Henriette Anna, zonder beroep, wonende te 8970 Poperinge, Grote Markt 27, hun huwelijksvermogensstelsel wijzigden door inbreng van een eigen onroerend goed door de heer Degroote, Alphonse, in het gemeenschappelijk vermogen. (Get.) Patrick Donck, notaris te Reninge (Lo-Reninge).
(24930)
(24926)
Tribunal de commerce de Namur
Par jugement du 12 août 2002, le tribunal de commerce de Namur a déclaré la faillite de la S.A. Appeal, dont le siège social et le siège d’exploitation sont sis à 5100 Jambes, avenue Gouverneur Bovesse 1, y exploitant un bureau d’études, de développement et production de jeux informatiques et ses dérivés, R.C. Namur 71404, T.V.A. 455.600.189.
Bij vonnis gedragen door de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Tongeren, d.d. 15 mei 2002, werd de akte, verleden voor notaris Luc van den Hove, te Genk, op 25 januari 2002, houdende de wijziging van het huwelijksvermogensstelsel van de echtgenoten, Antonio PlacidoRamos, Isabella, samenwonende te Genk, Eikenlaan 35, gehomologeerd. Genk, 19 augustus 2002. Namens de echtgenoten Antonio Placido-Ramos, Isabella, (get.) Luc van den Hove, notaris te Genk. (24931)
La faillite porte la référence 127/02. Le même jugement reporte à la date provisoire du 12 août 2002, l’époque de la cessation des paiements. Juge-commissaire : M. Fourrier, Luc, juge consulaire. Curateur : Me Marchal, Pierre Luc, rue de Dave 459, 5100 Jambes (Namur). Les créanciers doivent produire leurs créances au greffe du tribunal de commerce, rue du Collège 37, à Namur, dans les trente jours. Clôture du procès-verbal de vérification des créances à l’audience publique : du 10 octobre 2002, à 10 heures, au palais de justice de cette ville, premier étage.
Bij vonnis van de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Leuven, van 24 juni 2002, werd de akte gehomologeerd, verleden voor notaris Joseph Simonart, te Leuven, op 11 oktober 2001, houdende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel tussen de heer De Keyser, Emiel Dionysius, gepensioneerde, geboren te Neerijse op 10 februari 1931, en zijn echtgenote, Mevr. Goossens, Christiane Clemence Marie Ghislaine, gepensioneerde, geboren te Neerijse op 29 augustus 1938, samenwonende te 3040 Huldenberg (Neerijse), Beekstraat 27, inhoudende behoud van het wettelijk stelsel, inbreng door Mevr. Goossens, van eigen onroerende goederen in het gemeenschappelijk vermogen en toevoeging van een verblijvingsbeding. Voor de echtgenoten De Keyser-Goossens, (get.) Joseph Simonart, notaris te Leuven. (24932)
Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) C. Lepage. (24927)
Huwelijksvermogensstelsel − Régime matrimonial
Bij vonnis uitgesproken op 8 augustus 2002, in de raadkamer van de vakantiekamer van de rechtbank van eerste aanleg te Turnhout, werd de akte, verleden voor notaris Marc Demaeght, te Laaldal (Veerle), op 15 april 2002, houdende wijziging van huwelijksvermogensstelsel tussen de heer Peetermans, Willy Frans, bediende, en zijn echtgenote, Mevr. Minnen, Sonja Florentina Omer, bediende, samenwonende te Laakdal (Vorst), Steenbergen 104, inhoudende onder meer de inbreng van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen, gehomologeerd. Voor gelijkvormig uittreksel : (get.) Marc Demaeght, notaris. (24928)
Bij verzoekschrift d.d. 19 augustus 2002, gericht aan de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde, hebben de echtgenoten, de heer Philippe Van Waeyenberghe, geboren te Ninove op 16 september 1971, en Mevr. Ann De Lange, geboren te Geraardsbergen op 30 november 1967, samenwonende te Geraardsbergen, Voldersstraat 140, verzocht om de homologatie van de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel, akte verleden voor notaris Paul De Man, te Geraardsbergen, op 25 februari 2002, en houdende aanneming van het stelsel der zuivere scheiding van goederen in plaats van hun stelsel der wettelijke gemeenschap. (Get.) De Man, notaris.
(24929)
Bij verzoekschrift van 18 juli 2002 hebben de echtgenoten, de heer Antoine Joseph Alouis, landbouwer, geboren te Oosterzele op 26 april 1953, en Mevr. Rita Maria Emma De Neve, meewerkende echtgenote, geboren te Wetteren op 23 mei 1954, samenwonende te Oosterzele, Steenstraat 3, aan de rechtbank van eerste aanleg te Gent, de homologatie gevraagd van de akte, verleden voor notaris François Bouckaert, te Oosterzele, op 18 juli 2002, houdende wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel. Hierbij deed de heer Antoine De Turck inbreng van volgende onroerende goederen : Gemeente Oosterzele, eerste afdeling : 1. Een hofstede met aanhorigheden op en met grond, staande en gelegen Steenstraat 3, ten kadaster gekend gemeente Oosterzele, eerste afdeling, sectie A, nrs. 1138 B en 1140 C, met een oppervlakte van drieënnegentig aren vier centiaren (93 a 4 ca). 2. Twee percelen grond, gelegen aan de Steenstraat, ten kadaster gekend gemeente Oosterzele, eerste afdeling, sectie A, nrs. 1138 C en 1140 D, met een oppervlakte van tien aren zeventig centiaren (10 a 70 ca). Op deze beide percelen werden gebouwen opgericht toebehorend aan de heer en Mevr. Antoine De Turck. 3. Een perceel weiland, gelegen aan de Steenstraat, ten kadaster gekend gemeente Oosterzele, eerste afdeling sectie A, nrs. 978 B en 990 B, met een oppervlakte van vierentachtig aren achtenzeventig centiaren. Namens de echtgenoten, (get.) François Bouckaert, notaris. (24933)
37316
BELGISCH STAATSBLAD — 23.08.2002 — Ed. 2 — MONITEUR BELGE
Suivant jugement prononcé le 12 juin 2002, par la deuxième chambre du tribunal de première instance de Mons, l’acte modificatif au régime matrimonial de M. Deschamps, Alain, né à Braine-le-Château le 25 janvier 1966, et son épouse, Mme Leclercq, Thérèse, née à Monstreux le 3 août 1958, domiciliés à Silly (ex-Bassilly), rue Lescreve 2, dressé par acte reçu par le notaire Jean-Pierre Derue, au Roeulx, en date du 28 février 2002, portant apport au patrimoine commun d’immeubles appartenant en propre à M. Deschamps, ainsi que le passif grevant les dits immeubles, sans modifier le régime matrimonial de communauté, a été homologué. (Signé) J.-P. Derue, notaire. (24934)
L’acte modificatif de régime matrimonial entre M. Burnon, Jean-Luc Anatole Marie Joseph Alixe Ghislain, instituteur, né à Bastogne le 18 janvier 1964, et son épouse, Mme Pierret, Nadine Clémentine Marie, institutrice, née à Bastogne le 30 juillet 1966, domiciliés ensemble à Marloie (Waha-Marche-en-Famenne), rue des Petites Hesses 1, reçu par le notaire Jean-François Piérard, à Marche-en-Famenne, le 8 mars 2002, a été homologué par le tribunal de première instance de Marche-enFamenne, suivant jugement du 11 avril 2002. L’acte modificatif confirme le maintien du régime légal existant et se limite à la modification du patrimoine commun par l’apport à celui-ci d’un immeuble propre à l’époux.
Marche-en-Famenne, le 19 août 2002. Pour extrait conforme : (signé) Jean-François Piérard, notaire. (24935)
Par requête en date du 19 août 2002, M. Rodrigue Claude Ghislain Léon Jules Eugène Bauvez, administrateur de société, et son épouse, Mme Lydie Legg, sans profession, domiciliés ensemble à Rumes Taintignies, ont introduit devant le tribunal civil de première instance de Tournai, une requête en homologation du contrat modificatif de leur régime matrimonial, dressé par acte reçu par Me Edouard Jacmin, notaire à Tournai Marquain, en date du 14 juin 2002. Le contrat modificatif maintien le régime de séparation avec adjonction d’une société d’acquêts, monsieur fait apport d’immeuble sis à Dion, avenue du Grand Nichet 12, à la société d’acquêts et attribution au conjoint survivant, pour ce qui concerne les biens dépendants de la société d’acquêts, soit de la totalité et une moitié en usufruit, soit pour la totalité en pleine propriété en ce qui concerne les bien immeubles et pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit en ce qui concerne les biens meubles, soit pour la totalité en plein propriété en ce qui concerne les biens meubles et pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit en ce qui concerne les biens immeubles. Pour extrait conforme : pour les époux, (signé) Edouard Jacmin, notaire. (24936)
Belgisch Staatsblad, Leuvenseweg 40-42, 1000 Brussel. − Moniteur belge, rue de Louvain 40-42, 1000 Bruxelles. Adviseur/Conseiller : A. VAN DAMME