Kamerlid: René Leegte Fractiecommissie: EZ Den Haag, 11-‐11-‐2013 t.b.v. de fractiecommissie van 04-‐11-‐2013
versie: definitief
Wetgevingsoverleg Energie d.d. 11-11-2013
Spreektekst Voorzitter, De wereld warmer, Europa armer. Zo vatte ik vorig jaar het Europese energiebeleid samen en er is nog steeds niets veranderd. De energiediscussie lijkt vooral te gaan over elektriciteit. Dat is in zekere zin begrijpelijk, want zonder elektriciteit geen leven. Elektriciteit houdt moleculen bij elkaar en daarom kunnen wij mensen bestaan. Doordat elektrische ladingen heen en weer schieten tussen de ontelbare cellen in onze hersenen kunnen wij denken, voelen en zien. Iedere beweging die mensen maken ontstaat doordat elektrische impulsen onze spieren aansturen. Met mijn kinderen laten wij soms vonken uit onze haren komen. Wij gaan dan in de badkamer voor de spiegel staan, doen het licht uit, zodat het helemaal donker is en dan gaan we onze haren stevig kammen. Je hoort het geknetter, maar zeker de lichtshow van de vonken is altijd weer een bron van plezier. Het nadeel is dat ik de kinderen dan niet in een rustige stemming heb gekregen om lekker te gaan slapen, maar goed. Ik vertel dit voorzitter omdat het goed de opvallende eigenschap van elektriciteit aangeeft. Elektriciteit die uit het stopcontact komt is niets anders dan wat er in onze hersenen, spieren, of tijdens het kammen van ons haar gebeurt. Elektrische stroom is het verplaatsen van een elektrische lading in een bepaalde tijd. Als we het over stroom hebben, is elektriciteit het bewegen van elektronen in een koperdraad. Het was de Britse natuur en scheikundige Faraday die dit principe van inductie in de 19e eeuw ontdekte. De anekdote wil dat toen hij zijn uitvinding aan de Koning liet zien, deze vroeg: en wat kunnen we hier mee?” Wel, zo was het antwoord, dat weet ik nog niet maar op een dag zult u er belasting over kunnen heffen”. Maar goed voorzitter, ik dwaal iets af. Elektriciteit is uniek en we kunnen het maar moeilijk opslaan, dat is de natuurkundige samenvatting van mijn betoog. Het vinden van een betaalbare oplossing voor dit probleem, dat is wat voor de VVD de energietransitie is. Het gaat dan om het opslaan van elektriciteit. Maar de energietransitie gaat ook over de veranderende functies in de verschillende netten. In het oude systeem wekten centrales stroom op dat van het hoge- spanningsnet, via het midden- spanningsnet naar het lage- spanningsnet ging. Die wereld verandert. Zo spelen zonnecellen een steeds belangrijkere rol in de lage spanningsnetten. En als het waait is er windenergie in de midden of hoge spanningsnetten.
Pagina 1 van 6
Veranderende aanbod en nieuwe toepassingen vragen veel aan innovatie, maar ook van veranderende rollen binnen de verschillende type net. Het balanceren wordt steeds ingewikkelder. Deze knoop ontwarren is de energietransitie waar de VVD zich op richt. Bovendien moeten wij ons realiseren wat er met hernieuwbare energie gebeurt in de zogenaamde merit order. Zo zijn het niet de goedkope kolencentrales zijn die gascentrales wegdrukken, maar vooral de Duitse zonnepanelen en de windmolens. Vanwege de hogere marginale kosten zullen gascentrales altijd opschuiven in de merit order en altijd achter de kolencentrales zullen komen. Dat is precies de reden waarom de huidige transitie niets anders is dan windmolens en kolencentrales bouwen, met hoge extra kosten voor het balanceren. De vraag waar wij voor staan is hoe wij op een efficiënte manier elektriciteit opwekken, opslaan en transporteren, zodat uiteindelijk de hernieuwbare energieproductie ook echt een economisch alternatief wordt. Wat we nu zien is dat het dure en zuur verdiende geld van mensen via de overheid wordt gestoken in subsidies voor windmolens. Het gevolg is, zoals de minister dat ooit zo krachtig uitdrukte: een lager prijs voor de stroom, maar met hoge kosten om het te maken. Via de SDE-opslag op de energierekening zal iedereen de komende jaren deze flinke kostenstijging kunnen zien. Vooral mensen met een kleine portemonnee voelen de kosten zwaar. De huidige energiepolitiek is de meest de-nivellerende maatregel aller overheidsmaatregelen! Bovendien gaat het voor de VVD ook om de chemie, transport en warmte als we spreken over energie. Elektriciteit is slechts een deelverzameling daarvan. En de enige verstandige schaal om naar oplossingen te zoeken is op Europees niveau. Vorige week herkende de minister de problemen van de langs elkaar werkende landen in Europa. Hij zei in het FD van maandag 3 nov “ Als iedere lidstaat zijn eigen systeem behoudt en nieuwe barrières opwerpt, dan breken wij de interne energiemarkt langzaam af”. Hierin heeft de minister natuurlijk gelijk en ik zou willen zeggen, waar landen de randen van het Europese beleid zoeken, moet Nederland zorgen niet de boot te missen door de braafste te willen zijn. In de economie zijn er geen punten voor inzet te verdienen, wel voor resultaat. Een belangrijk punt van het energieakkoord is wind op zee. Techniekkeuzes zijn altijd onverstandig en ook hier weer. Dat de hoge energierekening nadelig werkt voor onze concurrentiepositie heb ik al gezegd, maar de windmolens zijn een risico voor de schepen op de Noordzee. Uitgangspunt voor de beleidsnota Noordzee was het zo “ conflictvrij mogelijk” kiezen van gebieden. De vraag was niet of het verstandig is om obstakels in de drukste en drukker wordende vaarroute van de wereld te plaatsen. De term “zo conflict vrij mogelijk” impliceert dat er risico’s voor lief worden genomen. Graag wil ik van de minister weten welke risico’s dat zijn? Gemiddeld zijn er zo’n 160 schepen per jaar die stuurloos voor de Noordzeekust dobberen. Verwacht wordt dat het aantal scheepsbewegingen in het kanaal gaat toenemen van 130.000 naar 200.000 schepen. Met deze toename mag verwacht worden dat ook het aantal storingen en botsingen zal toenemen. De toename van het aantal molens op de Noordzee beperkt de manoeuvreerruimte van schepen. Een groot probleem is wanneer een schip stuurloos een park binnen drijft, de kustwacht kan dan niet meer ingrijpen vanwege de risico’s. De Engelsen
Pagina 2 van 6
hebben dat in de gaten en zetten hun molens ver op zee in de voortuin van Rotterdam. Niet voor niets dat Rotterdam zich zorgen maakt over de ontwikkeling van de Engelse molens. Maar, is dat anders voor Nederlandse molens? Ondermijnt het Nederlandse plan niet de positie van Rotterdam, als zij zich vanuit veiligheidsoogpunt zorgen maken en daarvoor aan de bel trekken in London, maar in de tussentijd wil de Nederlandse regering steeds meer molens op zee plaatsen? Dat is tegenstrijdig. De minister wijst vaak op de toenemende intensiteit van extreem weer, zoals wij onlangs ook weer hebben meegemaakt. Daarmee nemen de risico’s dus toe. Als een schip tegen een molen drijft gaat die molen natuurlijk kapot, maar schadelijker is dat de kans groot is dat in het fundament van de molens een romp opensplijt. Is hier rekening mee gehouden? Kan de minister uitleggen hoe de contacten met de kustwacht lopen? Is uitgezocht wat de toenemende milieu en financiële risico’s voor Rotterdam zijn? Wat is het lange termijn economische risico dat schepen niet meer zullen kiezen voor de Rotterdamse haven? Hoe zijn veiligheidsbezwaren opgenomen in de plannen? Mijn vraag aan de minister is, of wij de uitrol van wind op zee kunnen bevriezen tot er duidelijkheid is over de veiligheid voor mens en milieu. Voorzitter, deze regering roept altijd dat de groei van de economie komt uit de export en de handel. Voor Nederland als open economie zijn handel en goede toegangswegen cruciaal. Maar, wat we nu doen lijkt wel op het aanleggen van een blokkade van vaarroutes voor de Nederlandse kust. Een andere vraag aan de minister is dan ook of het klopt dat de concessies voor Windmolens alleen uitgegeven zullen worden op basis van de kostendaling van 40%? Met andere woorden; geen kostenreductie geen molens? Ik overweeg hier een motie, om vast te kunnen leggen dat de discussie over kostprijsdaling daarmee iets wordt wat wij in de praktijk zullen zien. Lukt het niet, dan ook geen molens! Waarmee dan ruimte ontstaat voor echte oplossingen. Op dit moment wordt door diverse ministeries gewerkt aan het ontwerpen van een uitgiftesysteem voor wind op zee. Ik wil de minister vragen of de uitgifte op een slimme wijze gebeurt. Laten wij eerst een masterplan opstellen voor de totale invulling van het energieakkoord. Laten wij dan met Tennet kijken wat een optimale netconfiguratie is, om vervolgens op basis daarvan het uitgiftebeleid en het wettelijke kader voor een net op zee, en de verantwoordelijkheid op elkaar af te stemmen. Graag een toezegging van de minister. Voorzitter, vorige week was ik bij Aldel. Aldel is een van de meest efficiënte aluminiumsmelterijen en het is indrukwekkend om daar rond te lopen. Het bedrijf heeft last van het Duitse energiebeleid. Dat land heeft zo z’n eigen compensatieregels, waardoor energie-intensieve bedrijven een groot voordeel t.o.v. Nederlandse bedrijven hebben. Een van de oplossingen waarmee het bedrijf een structurele overlevingskans heeft is de zogenaamde directe lijn. De directe lijn is een belangrijk instrument, niet alleen om Aldel te redden, maar ook om duurzame projecten los te trekken, zoals bv de groengas- voorziening voor FrieslandCampina in Borculo. Mijn vraag aan de minister is of wij in Nederland, net als in bijvoorbeeld Italië, kunnen zorgen dat tijdens de bouw van de directe lijn, het energieafnemende bedrijf vrijgesteld kan worden van transportkosten. De dubbele kosten tijdens de bouwfase zijn soms een lastige barrière om ook daadwerkelijk tot een goede
Pagina 3 van 6
toepassing van de directe lijn te kunnen komen, zeker in deze situatie voor Aldel. Graag een reactie van de minister. Ik heb nu een aantal losse punten. Interconnectoren: Een andere vraag aan de minister. De congestie op de interconnectoren is soms fysiek, soms commercieel, omdat b.v. banken speculeren op de capaciteit en soms netbeheerders extra reservecapaciteit reserveren. Hoe kunnen wij zorgen dat interconnectoren gebruikt worden voor het efficiënt aansluiten van landen op elkaars systeem? Kunnen wij commerciële speculaties op capaciteit verbieden, vraag ik de minister? Geothermie: Voor innovatie staat een bedrag in het akkoord, maar het lijkt alsof dat alleen naar windmolens en zonnepanelen gaat. Een opkomende techniek als geothermie, vooral in de diepe ondergrond, lijkt nauwelijks kansen op innovatie- budgetten te kunnen maken. Kan de minister bevestigen dat er ook voor andere technieken geld beschikbaar is. Voor 2014 is een bedrag van 5 mio nodig voor een versnellingsplan geothermie. Kan de minister bevestigen dat dit bedrag te vinden is binnen de SDE+- gelden zoals die via het energieakkoord voor innovatie beschikbaar zijn? Anders dan bijvoorbeeld wind of zon is geothermie een techniek geschikt voor basislast, maar levert bovendien ook nog eens warmte. Dubbele winst. Controle functie Kamer: De minister zal verantwoording over de uitvoering van het Energieakkoord afleggen aan de Kamer. Het is dus van belang dat de Kamer haar informatiepositie nu – bij de start van de uitvoering - goed regelt. Kan de minister een overzicht geven van de lopende activiteiten van de verschillende betrokken ministeries die worden uitgevoerd in het kader van het Energieakkoord, hoe de activiteiten gevolgd gaan worden (evt. met prestatie- indicatoren) en wat de voortgang is. Mijn voorstel is dat de minister dit schriftelijk doet, zodat wij het kunnen bespreken bij een volgend AO energie. Kan de minister ook aangeven welke activiteiten in het kader van het energieakkoord worden uitgevoerd, wat de kosten zijn geweest, en aan welke doelen uit het energieakkoord de activiteiten een bijdrage leveren? WKK’s: Voorzitter, dan de WKK’s. Iedereen is het erover eens dat WKK’s een belangrijke rol spelen in de energie-efficiency. We moeten echter een onderscheid maken tussen twee typen WKK’s: De zogenaamde must-run WKK’s, geïntegreerde apparaten in industriële processen bij de chemie, voedingsmiddelen, papier etc. en de WKK’s bij tuinders. Bij het eerste type zit het probleem. Bij het tweede type WKK is het probleem minder groot. Dat de must run WKK’s onder water staan heeft alles te maken met de gesubsidieerde hernieuwbare stroom. Daardoor wordt de e-prijs laag en de kosten hoog zoals wij weten. WKK’s leveren stroom, maar omdat de gesubsidieerde stroomprijs laag is, is de opbrengst voor de WKK laag. Ik pleit ervoor dat we een oplossing vinden voor de must run WKK’s waar geen alternatieven voor zijn. Vinden we geen oplossing, dan is het onbedoelde effect
Pagina 4 van 6
van het energiebeleid dat wij inboeten op efficiency en dat kan niet de bedoeling zijn. Kan de minister toezeggen dat hij een oplossing gaat vinden voor de must-run WKK’s? bv door investeringen in vernieuwingen of vervanging onder de SDE+ te laten vallen? Netbedrijven: Onlangs las ik dat het Nederlandse netbedrijf Aliander wil meedingen om het energienet in Berlijn te kopen. Volgens mij waren netbedrijven juist gesplitst van de commerciële activiteiten omdat zij een belangrijke nutsfunctie hebben. Mijn vraag aan de minister is wat hij hiervan vindt? Met de voorganger van deze minister hebben wij eerder gesproken over de rol van netbeheerders en de commerciële activiteiten die zij ondernemen. Mijn vraag is of de minister een brief kan sturen met de activiteiten die volgens hem wel en niet door netbeheerders gedaan mogen worden. Wij zitten nu op een glijdende schaal. Wat de VVD betreft faciliteren netbedrijven het transport en de data die zij verzamelen zijn als open source beschikbaar voor alle partijen die slimme oplossingen denken te hebben om te groeien naar een echte transitie. Ik zeg dit, omdat onlangs het Europese hof heeft gezegd dat de splitsing in Nederland goed past in de Europese regelgeving. Ik weet dat dit onderwerp nog onder de rechter is, maar wel wil ik de minister vragen wat hij vond van de uitspraken van Eneco- topman de Haas, in een interview in de Telegraaf: 1. er is geen verwevenheid tussen het netbedrijf en de commerciële activiteiten 2. zonder netbedrijf kan Eneco de groene ambities niet meer waarmaken. Het is van tweeën een; of er is geen verwevenheid en dan maakt splitsing niet uit voor de groene ambities, of er is wel een duidelijke relatie en dan maakt het wel uit. In dat geval is het natuurlijk verstandig om de splitsing door te zetten, al is het maar om claims van andere partijen te voorkomen. Maar inhoudelijk belangrijker zijn de conclusies van het PWC over de splitsing. De hoofdconclusie is dat er geen significante effecten waarneembaar zijn van eigendomssplitsing. Met andere woorden, voor Eneco en Delta zijn dus geen effecten te verwachten. Wat we ook in het rapport lezen is dat de financiële rating van de bedrijven weliswaar in het eerste jaar gedaald is, maar daarna voor de gesplitste bedrijven gestegen is en voor de gecombineerde bedrijven verder gedaald. Dat is ook logisch, want je kunt je voorstellen dat de druk die de gesplitste bedrijven voelen op hun resultaten, als gevolg van de hoge kosten van het energiebeleid, bij de gecombineerde bedrijven ten koste gaat van investeringen in het net. Vroeger waren er ook veel gemeenten die hun net uitwoonden, ten gunste van de korte termijn gemeente- kas. Dit is een risico voor de energietransitie en misschien bedoelde Eneco ook wel te zeggen dat het niet doorzetten van de splitsing een risico voor de duurzame ambitie is. Daarin hebben ze natuurlijk gelijk. Motie SP/VVD voorzitter. Met collega Jansen heb ik een motie ingediend over kwartier- beprijzingen, in de motie spreken wij van een “ killer app”. Mijn vraag is of de minister iets kan zeggen over de voortgang bij de uitvoering hiervan. Ik kan mij voorstellen dat er bij sommige bedrijven enige weerstand tegen dit idee is. Deze weerstand komt voort uit het financiële belang dat energiebedrijven hebben. Energiebedrijven verkopen stroom op basis van gebruikersprofielen en kopen stroom tegen het daadwerkelijke gebruik. Het verschil tussen deze twee is een extra marge die energiebedrijven opstrijken. Bij steeds kleinere tijdseenheden wordt het verschil tussen beide profielen natuurlijk steeds kleiner. Dat is belangrijke winst voor een
Pagina 5 van 6
energietransitie, omdat vraag en aanbod beide flexibeler op elkaar afgestemd kunnen worden. Maar voor een groot energiebedrijf in klanten, met beperkte eigen opwekcapaciteit, is het natuurlijk nadelig. Ik schat in dat zo’n bedrijf rond de 40 mio euro per jaar misloopt. Tenslotte nog kort het volgende voorzitter. Het enige mij bekende amendement bij dit WGO is van D66. Ik waardeer de inzet van mijn collega hogelijk, maar ben het inhoudelijk niet met haar eens. Ik hoor de onderbouwing nog graag, maar voorlopig zal ik mijn fractie adviseren tegen dit amendement te stemmen. De reden is dat met het verplicht besteden van het geld aan energiebesparing, dit de voor de concurrentiepositie noodzakelijke compensatie opheft. Daarmee gaat het amendement in tegen de bedoeling van de compensatie. Voorzitter, wie niet bang is voor feiten kan iedere dag lezen dat de duurzame energieambities vooral leiden tot hoge kosten, meer CO2- uitstoot – ook dit jaar is er weer een record CO2 uitgestoten in de wereld – en een groter risico op onbetrouwbaarheid in de energievoorziening. De goede bedoelingen in de Europese energiepolitiek leiden keer op keer tot ongewenste uitkomsten, waardoor Europa steeds duurder wordt ten opzichte van de rest van de wereld. Om de uitwassen op te lossen grijpt de overheid steeds verder in, zodat er nauwelijks nog sprake is van een echte energiemarkt. Zoals ik al aangaf, zelfs EUcommissaris Oetinger is bezorgd. Wat zou het mooi zijn als wij de politieke moed zouden kunnen vinden om de overheid terug te laten trekken en te sturen op die doelstellingen die de politiek belangrijk vindt. Wat de VVD betreft zou de overheid ( liefst in EU verband) moeten sturen op CO2- reductie. Dat biedt de mogelijkheid om binnen de EU te gaan samenwerken en het geeft bedrijven de mogelijkheid om de meest effectieve technieken te ontwikkelen. Dan voorzitter, zal ook echte innovatie ontstaan en bewijzen wij ons zelf een dienst. De enige manier waarop een energietransitie zal slagen is als het lukt schoner, betaalbaarder en betrouwbaarder te worden dan fossiele energie. Daarvoor hebben wij rust en vertrouwen nodig. Door met koel hoofd prudent te redeneren, kunnen wij zorgen dat er alternatieven voor olie, kolen en gas komen waarmee wij geld kunnen verdienen in plaats van dat het ons geld gaat kosten. Dank u wel.
Pagina 6 van 6