Wet- en regelgeving 2015
Wet- en regelgeving 2015 In 2015 krijgt u als werkgever wederom te maken met de nodige wijzigingen in wet- en regelgeving die van invloed kunnen zijn op uw arbeidsvoorwaardenbeleid. In deze nieuwsbrief zetten wij de belangrijkste wijzigingen per onderwerp voor u op een rij. Onderwerpen: 1. 2. 3. 4. 5.
Loonkosten en bruto-netto traject Salarisadministratie Sociale zekerheid Pensioenen WKR
1. Loonkosten en bruto-netto traject: • • • •
Schijven en tarieven Heffingskortingen Sociale Verzekeringspremies 2015 Nieuwe opgave Gedifferentieerde premie Whk 2015
Schijven en tarieven: Tarieven: Loonbelasting 1e schijf verhoogd van 5,10% naar 8,35% Premie AWBZ wordt premie WLZ, afdracht wordt verlaagd van 12,65% naar 9,65% Totale druk 1e schijf wordt verhoogd naar 36,50% (was 36,25%)
Tarief 2e en 3e schijf blijven 42,00%. Lengte van deze schijven wordt iets opgerekt. Tarief 4e schijf blijft 52,00%
Heffingskortingen: Algemene heffingskorting: Gaat omhoog van € 2.103 naar € 2.203 Afbouw: verhoging van 2,00% naar 2,32% voor zover inkomen > € 19.822 (begin 2e schijf) Maximale afbouw: verhoogd van € 737 naar € 861 (totaal 2e + 3e schijf x 2,32%) Arbeidskorting: Maximum verhoogd van € 2.097 naar € 2.220 Afbouw hoge inkomens: 4% vanaf € 49.770 belastbaar loon, afbouw totdat minimum van € 184 overblijft De Raet Nieuwsbrief is een uitgave van Raet bv, Raet Personeels & SalarisAdministratie, verspreid onder relaties van RPSA, actief op het gebied van personeels- en salarisdiensten. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, geciteerd of vermenigvuldigd worden, zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Raet vooraf.
Wet- en regelgeving 2015
Effecten op bruto-netto traject van de werknemer: De overheid heeft aanpassingen gemaakt in de aansturing van de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Deze aanpassingen hebben invloed op het netto loon van de werknemers per 1-1-2015. Effecten: Belastingdruk 1e schijf is met 0,25% gestegen. Voor werknemers met een maandelijks bruto inkomen tot € 1.500 kan het maandelijks netto inkomen hierdoor dalen tot € 15 per maand.
Afbouw algemene heffingskorting en arbeidskorting over vakantietoeslag wordt overgeheveld van de normale tabel naar de tabel bijzondere beloningen. Hierdoor wordt deze afbouw vanaf 2015 berekend over alle bijzondere beloningen welke via het bijzonder tarief worden afgerekend. Tabel BT in 2015:
Als gevolg van de overheveling van de afbouw van de algemene heffingskorting en arbeidskorting over eenmalige beloningen naar de tabel Bijzondere beloningen, treden de volgende netto verschuivingen op in de inkomens van de werknemers:
2
Wet- en regelgeving 2015
Effecten op bruto-netto traject van de werknemer Normale maandsalaris (NT): Bruto inkomens tot € 1500 per maand - /- netto p/maand tot € 15 Oorzaken: tarief 1e schijf + 0,25% en géén arbeidskorting meer in normale tabel voor VT Bruto inkomens € 1500 tot € 8000 per maand +/+ netto p/maand € 10 tot € 65 Oorzaken: afbouwregelingen heffingskortingen van NT naar BT Bruto inkomens vanaf € 8000 per maand -/- netto p/maand tot € 12 Oorzaken: Géén afbouwregelingen! + tarief 1e schijf + 0,25% Bijzondere beloningen (BT): Bruto inkomens tot € 1500 per maand Netto VT blijft gelijk aan 2014 Bruto inkomens € 1500 tot € 8000 per maand Netto VT -/- netto € 46 tot -/- € 379 t.o.v. jaar 2014 Oorzaken: afbouwregelingen heffingskortingen van NT naar BT Bruto inkomens vanaf € 8000 per maand Netto VT blijft gelijk aan 2014 Inkomstenbelasting 2015 (IB): Inkomens binnen de 1e belastingschijf kunnen in aanmerking komen voor belastingteruggaaf over 2015, wel dienen deze werknemers hiervoor IB aangifte te doen. Mogelijk komt hiervoor in 2015 nog een ministeriële regeling om dit knelpunt op te lossen.
Werkbonus: De werkbonus is een heffingskorting die de arbeidskorting en doorwerkbonus vervangt voor mensen die langer willen doorwerken. De werkbonus is reeds vanaf 2014 in de normale loonbelastingtabel opgenomen. Voor het jaar 2015 geldt deze regeling alléén nog voor de volgende werknemers: Op 31 december 2014 61 jaar of ouder zijn, maar nog niet de leeftijd van 64 jaar hebben (geboortejaar =1951,1952 of 1953) 58,100% van het fiscaal arbeidsinkomen voor zover dat meer bedraagt dan € 17.327 met een maximum bonus van € 1.119 Verminderd met 10,567% van het fiscaal arbeidsinkomen voor zover dat meer bedraagt dan € 23.104 (boven € 33.694 géén werkbonus meer) Vervalt per 1 januari 2018 Let op, ten opzichte van 2014 geldt de werkbonus dus niet meer voor werknemers met de leeftijd van 60 jaar (geboortejaar 1950). Voor deze werknemers kan het netto inkomen in het jaar 2015 dus lager uitvallen dan in het jaar 2014.
3
Wet- en regelgeving 2015
Sociale Verzekeringspremies 2015:
WAO/WIA basis van 5,45% naar 5,75% (incl. 0,5% wg kinderopvang) Gedifferentieerde Wga-premie: Gemiddelde premie van 0,97% naar 1,07% WW-sectorpremie van 2,68% naar 2,07% (gemiddeld) WW-Awf van 2,15% naar 2,07% (UFO-premie blijft 0,78%) Zorgverzekeringswet: o Hoog van 7,50% naar 6,95%; o Laag van 5,40% naar 4,85% Maximum premieloon € 51.976 (was € 51.414) Per saldo zorgen de nieuwe premieafdrachten voor de sociale verzekeringspremies voor een verlaging van de werkgeverslasten in 2015.
2. Salarisadministratie
Gebruikelijkloon AB-houder Var wordt BGL (?) Premiekortingen Afdrachtverminderingen S&O Stimulering opname levenslooptegoed Eindheffingen Bijtelling privégebruik auto van de zaak
Gebruikelijkloon AB-houder Per 1-1-2015 dient het gebruikelijkloon van een AB-houder (DGA) gesteld te worden op 75% van het loon conform de meest ‘vergelijkbare dienstbetrekking’. Deze ‘doelmatigheidsmarge’ was in 2014 nog gesteld op 70% van het loon conform de meest ‘soortgelijke functie’ Hoe bepaalt u het gebruikelijkloon per 1-1-2015? Het gebruikelijkloon wordt ten minste gesteld op het hoogste van de volgende bedragen: 75% van het loon uit de meest “vergelijkbare dienstbetrekking” Het hoogste loon van de overige werknemers; € 44.000 (norm 2014) Maar: Als hoogste bedrag hoger is dan 75% van loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, dan 75% van loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, doch tenminste € 44.000 Als loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking < € 44.000, dan loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking Bewijslast inzake ‘vergelijkbare functie’ bij Belastingdienst
4
Wet- en regelgeving 2015
Var wordt BGL (?) Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) wordt in de loop van 2015 vervangen door de Beschikking Géén Loon (BGL) Gezien de vele kritieken op dit wetsvoorstel vanuit de 2e Kamer is de invoering in huidige vorm nog twijfelachtig. Kenmerken BGL: Werkende (zelfstandige / freelancer) vraagt BGL digitaal aan bij Belastingdienst Bij aanvraag: bijlage invullen inzake werkzaamheden (omstandigheden en voorwaarden) Belastingdienst geeft bij goedkeuring een Beschikking af Opdrachtgever moet werk toetsen aan bijlage bij Beschikking ─ Indien akkoord: o Kopie BGL met bijlage bewaren o Identiteit vaststellen ─ Niet akkoord: o Zelf inhoudingsplicht vaststellen, óf o Nieuwe BGL verlangen Zolang de BGL géén wetgeving is geworden in 2015, blijven de huidige VAR verklaringen voor het jaar 2015 geldig zolang de omstandigheden niet wijzigen. Wijzigen de omstandigheden wel dan kan een nieuwe VAR verklaring aangevraagd worden bij de Belastingdienst. Een VAR verklaring aanvragen is géén verplichting.
Premiekortingen Premiekorting jongere werknemers: Per 1-1-2015: Verklaring van het UWV of van de Gemeente dient bij de loonadministratie bewaard te worden (dit was nog geen verplichting in 2014) Schriftelijke arbeidsovereenkomst dient nu ook bij de loonadministratie bewaard te worden Per 1-7-2015:(nieuwe dienstbetrekkingen) Minimale omvang dienstbetrekking van 32 uur/week naar 24 uur/week (minimale duur blijft wel 6 maanden)
Premiekorting indienst nemen oudere werknemers met een uitkering:
De leeftijdsgrens van 50 jaar gaat omhoog naar 56 jaar Overgangsrecht: Lopende premiekortingen blijven gedurende de looptijd in stand
Premievrijstelling oudere werknemers
Deze regeling is nog een overgangsregeling voor oudere werknemers die op 31-12-2008 in dienst waren en op dat moment 54 ½ jaar of ouder waren, maar nog géén 62 jaar. Regeling vervalt per 1-7-2015
5
Wet- en regelgeving 2015
Afdrachtverminderingen S&O (speur en ontwikkelingswerk) Enkele aanpassingen voor 2015 zijn: Budgetoverschrijding 2013 moet worden gecompenseerd in 2015 Alléén nog voor ‘Ondernemingen’ (niet meer voor Overheidspartijen) Extra budget vrijgemaakt S&O 2015 blijft daardoor op niveau 2014
Stimulering opname levenslooptegoed Net zoals in het jaar 2013 wordt, bij gehele opname in één keer van het levensloopsaldo in het jaar 2015, slechts 80% als belastbaar loon gezien over het saldo op 31-12-2013. Het meerdere wordt als normaal belastbaar loon gezien. De werknemer krijgt dus 20% netto uitgekeerd over het saldo op 31-12-2013. U als werkgever hoeft over deze 20% géén sociale lasten te betalen. Kenmerken: Herleving doelstelling uit 2013 Stimulering geld in economie Voor hen die in 2013 niet meededen en nog spaarsaldo hebben uitstaan Bij volledige opname in één keer van levenslooptegoed in 2015 worden géén loonheffingen berekend over 20% van het saldo op 31-12-2013 (incl. rente)
Eindheffingen Als gevolg van de invoering van de Werkkostenregeling (WKR) vervallen per 1-1-2015 een aantal eindheffingen. In de loonaangifte van 2015 vervallen de volgende eindheffingen:
Eindheffing bezwaarlijk te individualiseren loon Eindheffing loon met een bestemmingskarakter Eindheffing geschenken in natura Eindheffing bovenmatige kostenvergoedingen en verstrekkingen
Voor (kerst)geschenken aan post-actieve werknemers (vutters, gepensioneerden) dient de waarden (inclusief BTW) van de geschenken verplicht onder uw WKR ruimte gebracht te worden. Voor (kerst)geschenken aan ‘derden’ (vrijwilligers) kunt u nog eindheffing berekenen onder de post ‘eindheffing tijdelijke knelpunten van ernstige aard’. • Geschenken t/m € 136 : 45% • Geschenken > € 136 : 75%
6
Wet- en regelgeving 2015
Eindheffingen: Ook vervallen de volgende pseudo-eindheffingen: Géén Pseudo-eindheffing hoge lonen (16% > € 150.000) meer in 2015 Géén Pseudo-eindheffing meer over backservices pensioenen (15%)
Bijtelling privégebruik auto van de zaak
Géén wijzigingen in % bijtelling in 2015 Wel wijzigen de grenzen voor CO2 uitstoot voor auto’s die op of ná 1-1-2015 op kenteken worden gezet Geen onderscheid meer in CO2 uitstoot tussen diesel en benzine Het vastgestelde bijtellingspercentage geldt gedurende een periode van 60 maanden vanaf het jaar waarin de auto van de zaak op naam is gesteld
Bijtelling 2014 Geen diesel
2014 Diesel
2015
4%
0
0
0
7%
>0, ≤ 50
>0, ≤ 50
>0, ≤ 50
14%
>50, ≤ 88
>50, ≤ 85
>50, ≤ 82
20%
>88, ≤ 117
>85, ≤ 111
> 82, ≤ 110
25%
> 117
> 111
>110
Voor het jaar 2016 zal de tabel mogelijk als volgt zijn:
Bijtelling
CO2-uitstoot in g/km
4%
0
15%
> 0, ≤ 50
21%
> 50, ≤ 106
25%
> 106
7
Wet- en regelgeving 2015
3. Sociale Zekerheid
Ontwikkelingen AOW Doorwerken na pensioen Modernisering regelingen voor verlof- en arbeidstijden Participatiewet en Quotumwet Wet Werk en Zekerheid
Ontwikkelingen AOW
AOW leeftijd: Per 1-1-2015 is de AOW-gerechtigde leeftijd 65 jr en 3 maanden. Voor werknemers geboren ná 31-10-1949 maar vóór 01-10-1950 geldt deze regel. Voor een werknemer geboren op 15-11-1949 gaat de AOW in op 15 februari 2015.
Partnertoeslag: Nu geldt nog partnertoeslag als jongere partner nog niet de AOW leeftijd heeft bereikt. Per 1 april 2015 bestaat géén recht meer op partnertoeslag (AOW-gat) Ook niet als oudste partner geboren is vóór 1-1-1950 en inkomen jongere partner later afneemt
Doorwerken na pensioen (ingangsdatum is 1-7-2015)
Tijdelijk dienstverband na beëindigd dienstverband ivm AOW leeftijd (beding in Cao) eindigt in de Wet Werk en Zekerheid straks wel van rechtswege. (Nu dient nog opgezegd te worden)
Doorwerken na pensioen (ingangsdatum is 1-1-2016)
Langer doorwerken wordt gemakkelijker voor AOW-er en werkgever Loondoorbetaling, re-integratieverplichting en ontslagverbod tijdens ziekte terug naar 6 weken (nu maximaal 2 jaar in WULBZ en WLZ!) Minimumloon voor ouderen (Ter voorkoming van verdringing van jongeren) Opzegtermijn in alle gevallen beperkt tot 1 maand
8
Wet- en regelgeving 2015
Modernisering regelingen voor verlof- en arbeidstijden Deze wet vervangt per 1-1-2015 de huidige WAZO (Wet Arbeid en Zorg) en de WAA (Wet Aanpassing Arbeidsduur) Deze wet is aangenomen door de 1e kamer op 16 december 2014. De meeste regelingen gaan in op 1-1-2015, slechts enkele regelingen gaan pas op 1-7-2015 of later in. De volgende wetswijzigingen kunnen van invloed zijn op uw HR beleid. Aanpassing arbeidsduur werknemer (1-1-2015) o Termijn van 2 jaar waarna werknemer nieuw verzoek kan indienen wordt verkort tot 1 jaar o Mogelijkheid voor aanpassing voor bepaalde tijd (tijdelijk karakter, verschillende omvang) o Bij onvoorziene omstandigheden: • Verzoek hoeft niet 4 maanden van te voren ingediend te worden • Hoeft nog geen jaar in dienst te zijn • Kan binnen het jaar volgend op vorig verzoek o o o
Flexibilisering bevallingsverlof (1-1-2015) Na 6 weken kan werknemer bevallingsverlof gedurende 30 weken spreiden Verzoek binnen 3 weken na ingang bevallingsverlof Werkgever stemt binnen 2 weken in, tenzij zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen
o
Verlengen bevallingsverlof bij ziekenhuisopname kind (per 1-1-2015) Uitgangspunt is dat moeder en kind tien weken samen thuis moeten kunnen doorbrengen
o o
Flexibilisering ouderschapsverlof (per 1-1-2015) Vanaf de eerste dag van indiensttreding (t/m 2014: minimaal 1 jaar in dienst zijn) Werknemer kan verzoek indienen voor elke gewenste wijze van opname van de ouderschapsverlofuren (géén beperkingen meer in wet) Oude werkgever geeft op verzoek verklaring van resterende aanspraak op ouderschapsverlof Tenzij zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen
o o o o
Pleegzorg- en adoptieverlof (per 1-1-2015) Huidige opnametermijn van 18 weken (aanvang 2 weken voor de feitelijke opname), wordt uitgebreid naar 26 weken (met aanvang 4 weken voor de feitelijke opname) Opname kan flexibel, tenzij zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen
9
Wet- en regelgeving 2015
Modernisering regelingen voor verlof- en arbeidstijden o
Kraamverlof (per 1-1-2015) Echtgenoot of partner van de moeder heeft, naast al bestaande recht op 2 dagen betaald kraamverlof, per 1-1-2015 recht op 3 dagen onbetaald ouderschapsverlof. De werkgever mag deze 3 dagen niet weigeren.
o o
Calamiteiten- en ander kort verzuimverlof (per 1-1-2015) Situaties van overmacht die werknemer ertoe dwingen ogenblikkelijk de arbeid te onderbreken Maatschappelijke verplichtingen die de werknemer slechts kan vervullen door de opname van verlof Nieuw: onvoorziene omstandigheden die een onmiddellijke onderbreking van de arbeid vergen. Bijvoorbeeld onvoorzien of redelijkerwijze niet buiten werktijd te plannen arts- of ziekenhuisbezoek
o
o
Langdurend zorgverlof (per 1-1-2015) Wettelijke beperkingen ten aanzien van spreiding en opname van het verlof vervallen
o
Kortdurend zorgverlof: (per 1-7-2015) Uitbreiding van de kring van ‘belanghebbenden’ • Echtgenoot, geregistreerde partner of ongehuwd samenwonende partner • Kind (hoeft niet meer inwonend te zijn) • Kind van echtgenoot of partner (hoeft niet meer inwonend te zijn) • Pleegkind dat op hetzelfde adres woont en duurzaam wordt verzorgd en opgevoed • Bloedverwant in eerste of tweede graad • Degene die deel uitmaakt van de huishouding • Andere sociale relatie, waardoor zorg redelijkerwijs door werknemer moet worden verleend
o o
Langdurend zorgverlof (per 1-7-2015) Uitbreiding van de kring van ‘belanghebbenden’ Recht op verlof voor: • Verzorging van persoon die levensbedreigend ziek is • Noodzakelijke verzorging van persoon die ziek of hulpbehoevend is
10
Wet- en regelgeving 2015
Participatiewet en Quotumwet Kenmerken van deze nieuwe wet zijn: Doel: Arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking Die voor arbeidsondersteuning een beroep doet op de gemeente en niet in staat is 100% van het WML te verdienen Met een Wsw indicatie, maar niet werkzaam in Wsw-dienstbetrekking Die in de Wajong zit, maar niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is Uitvoering: Afspraken inzake ‘aantallen’ vastgelegd in sociaal akkoord tussen overheid en sociale partners Mogelijk wettelijke ‘quotumregeling’ indien niet voldoende arbeidsplaatsen voor deze groep werknemers worden gerealiseerd (boete: quotumtekort in banen x € 5000) Loonkostensubsidies moeten regeling bevorderen Sturing door 35 regionale ‘Werkbedrijven’ (begeleiding op werkplek, bepaling loonwaarde voor loonkostensubsidie) Per 1-1-2015 Nieuwe gevallen in WWB, de Wsw en deel van de Wajong vallen dan onder de Participatiewet Loonkostensubsidie en voorwaarden: De werknemer ontvangt een normaal salaris, ook al heeft hij een lagere verdiencapaciteit (loonwaarde) De werkgever krijgt het verschil tussen loonwaarde en minimumloon terug van de gemeente (maximum is gesteld op 70% van het minimumloon) De loonkostensubsidie is inclusief werkgeverslasten over de loonwaarde De gemeente stelt ieder jaar de loonwaarde opnieuw vast Bij deeltijd zal de subsidie naar rato worden bepaald
11
Wet- en regelgeving 2015
Wet Werk en Zekerheid De volgende regelingen gelden per 1-1-2015:
Schriftelijke aanzegging door werkgever bij einde tijdelijk contract van zes maanden of langer. minimaal één maand van tevoren aanzeggen o Sanctie: max 1 maandsalaris doorbetalen, binnen twee maanden door werknemer op te eisen o Geldt voor contracten die eindigen op of ná 1 februari 2015
Géén proeftijd meer bij tijdelijke contracten van maximaal zes maanden
Géén concurrentiebeding meer bij tijdelijke contracten (tenzij sprake is van zwaarwegende bedrijfsbelangen)
Periode om flexwerkers (oproepkrachten) bij onvoldoende werk niet te hoeven door te betalen, kan bij cao niet meer onbeperkt verlengd worden. Nu geldt nog een wettelijke periode van 6 maanden na aanvang dienstverband. Dit kan alleen nog voor werkzaamheden die incidenteel van aard zijn en geen vaste omvang hebben.
De volgende regelingen gelden per 1-7-2015: o
Ketenbepaling bij tijdelijke contracten: Maximaal 3 tijdelijke contracten in 2 jaar met tussenpozen van 6 maanden (ketenbepaling was 3 contracten in 3 jaar en max 3 maanden onderbreking)
Hoofdregel: nieuwe regels van toepassing op 1e (opvolgende) overeenkomst Uitzonderingen: o Bestuurders van rechtspersonen o Bedrijfstak waar uitsluitend met tijdelijke contracten kan worden gewerkt (profvoetbal) o Leerlingen met duale opleiding o Jonger dan 18 jaar
12
Wet- en regelgeving 2015
Wet Werk en Zekerheid De volgende regelingen gelden per 1-7-2015: o o
Twee vaste ontslagroutes, afhankelijk van de reden van het ontslag: Ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen of langdurend ziekteverzuim via UWV Ontslag vanwege persoonlijke redenen of verstoorde arbeidsrelatie via kantonrechter
Transitievergoeding: Werknemers met dienstverband van twee jaar of langer, hebben na ontslag recht op een transitievergoeding (maximaal € 75.000 of een jaarsalaris bij een inkomen hoger dan € 75.000)
o
o o o o o o o o o
Werkgevers moeten transitievergoeding betalen: Na dienstverband van 2 jaar (ook bij tijdelijke contracten) Voor 50+-er langer dan 10 jaar in dienst geldt tot 2020 hogere transitievergoeding (Tenzij kleine werkgever ≤ 25 werknemers) Géén transitievergoeding bij faillissement, surseance of schuldsanering werkgever Afwijking bij CAO mogelijk voor gelijkwaardige voorziening in geld of natura Wettelijk scholingsrecht voor werknemers
o o
In mindering te brengen op transitievergoeding: Kosten gericht op bredere inzetbaarheid op arbeidsmarkt (inzetbaarheidskosten) Niet voor eigen functie Max. 5 jaar terug, tenzij anders overeengekomen Andere kosten van vergroting inzetbaarheid op de arbeidsmarkt (transitiekosten zoals outplacementkosten) Na instemming werknemer voordat kosten zijn gemaakt (tenzij bedrijfsregels of cao) Vanaf nu: toestemming vastleggen
o o o
Aanpassingen WW: Vanaf 1-7-2015 na 6 maanden alle arbeid passend Inkomstenverrekening: 70% van inkomsten (i.p.v. urenverrekening) Uitkeringsduur werkt door in WGA
De volgende regelingen gelden per 1-1-2016: o o o
Duur WW: Maximale duur WW naar 24 maanden Opbouw arbeidsverleden vanaf 1-1-2016 wordt aangepast Arbeidsverleden opgebouwd t/m 2015 wordt gerespecteerd
13
Wet- en regelgeving 2015
4. Pensioenen Vanaf 1-1-2015 zijn twee wetten van invloed op de pensioenregeling van uw werknemers:
Wet VAP (verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd):
o
Per 1-1-2015 is de AOW-gerechtigde leeftijd 65 jr en 3 maanden. Voor werknemers geboren ná 31-10-1949 maar vóór 01-10-1950 geldt deze regel. Voor een werknemer geboren op 15-11-1949 gaat de AOW in op 15 februari 2015.
Wet Witteveen 2015
o o
Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen Maximering pensioengevend inkomen
o o o o
Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen Vanaf 2015 verdere verlaging van de maximale pensioenopbouw. Eindloonregeling: 1,657% (was 1,900%) Middelloonregeling: 1,875% (was 2,150%) Beschikbare premieregeling: Aanpassing staffels
o
Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen Pensioenopbouw over inkomen > € 100.000 niet langer fiscaal aftrekbaar o Bij parttimers naar rato o Jaarlijkse premie begrensd o Géén collectieve regeling meer > €100.000 o Aftopping geldt niet voor AO regelingen (arbeidsongeschiktheid)
o
Mogelijkheid van netto lijfrenten / netto pensioen o Vrijgesteld voor IB Box 3 o Vrijgesteld van erfbelasting o Aanbieders: verzekeraar, bank, beleggingsinstelling
o
Gevolgen voor Partnerpensioen o Tot 1-1-2015: zonder aftopping o Vanaf 1-1-2015: wel met aftopping
14
Wet- en regelgeving 2015
5. WKR De verplichte deelname aan de werkkostenregeling is per 1-1-2015 een feit geworden. U heeft van ons eind september 2014 een mailing gehad met informatie over de werking van de werkkostenregeling en een excel document om uw vergoedingen binnen de WKR ruimte aan ons op te geven. Indien wij géén ingevuld excel document van u retour ontvangen, zullen wij géén aanpassingen doen in het kader van de werkkostenregeling per 1-1-2015. Wij wijzen u er nogmaals op dat uw WKR keuze inzake onkostenvergoedingen per loonperiode een definitieve keuze is. U kunt uw keuze dus niet met terugwerkende kracht aanpassen. Onderstaand een aantal aandachtspunten ter aanvulling op eerder verstrekte informatie: Buitenlandse verkeersboetes Vergoedingen voor buitenlandse verkeersboetes vallen per 1-1-2015 onder het begrip ‘loon’. Deze vergoedingen kunt u dus niet in uw WKR ruimte onderbrengen. Een vergoeding is, net zoals voor binnenlandse verkeersboetes, gewoon belastbaar loon. Werkkleding Vergoedingen voor ‘echte’ werkkleding vallen nog niet onder het begrip ‘werkplekgerelateerde vergoedingen’. Dit betekent dat u voor deze vergoedingen een keuze dient te maken: o In uw WKR ruimte onderbrengen en netto vergoeden aan uw werknemers o Als belastbare vergoeding uitbetalen aan uw werknemers. Het ter beschikking stellen van ‘echte’ werkkleding blijft gewoon onder de ‘nihil waardering’ vallen. Concern regeling Mogelijk wordt de concern regeling binnen de WKR ook toepasbaar op ‘verweven Stichtingen’. Dit is nu nog een wetsvoorstel en dient nog in de 1e kamer behandeld te worden.
Vragen? Heeft u vragen over de inhoud van deze nieuwsbrief? Neem dan contact op met uw salaristeam.
15