Werknemers1 ZIEK
Recht op doorbetaling van loon: - gedurende maximaal 2 jaar - gedurende looptijd contract - na afloop contract binnen twee jaar “overname loonbetaling” door UWV (vangnet) tot max. 2 jaar - tot een max. van 170%
LET OP: een werknemer is of helemaal ziek of niet ziek; gaat een werknemer gedeeltelijk hervatten dan blijft hij volledig ziek zolang hij zijn = de bedongen arbeid, niet kan verrichten; dit is het werk dat hij deed voor dat hij ziek werd.
1
Werknemer: degene die werkzaam is in privaatrechtelijke of publiekrechtelijke dienstbetrekking; ook werknemer en verzekerd voor ZW en WIA is degene die een ww-uitkering geniet
1
RE-INTEGRATIE
1e : Verplichtingen werkgever 2e : Verplichtingen werknemer
Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden 1e: - bij contract onbepaalde tijd: gedurende min. 2 jaar; kan ook na afloop 2 jaar doorlopen - bij contract bepaald tijd: voor de duur van het contract; na afloop overname door UWV - tijdens het 1e ziektewetjaar ligt het initiatief tot re-integratie vooral bij de werkgever - re-integratie tijdens 1e ziektewetjaar vooral gericht op re-integratie in eigen (aangepast) werk (eerste spoor), tenzij zonder meer duidelijk is dat werknemer blijvend ongeschikt is voor eigen werk - vanaf 2e ziektewetjaar re-integratie tweede spoor mogelijk/verplicht: re-integratie bij een andere werkgever - kosten re-integratie voor rekening van werkgever. 2e - werknemer is op grond van de wet verplicht mee te werken aan zijn re-integratie, mits de voorgestelde re-integratie redelijk is - werknemer heeft eigen inbreng; werkgever mag voorstellen niet ongemotiveerd afwijzen Zowel de werkgever als de werknemer kunnen door UWV gesanctioneerd worden als zij niet aan deze verplichtingen voldoen.
WIA2
1e : IVA3: uitkering voor volledig duurzaam arbeidsongeschikte werknemers: werknemers waarvan verwacht wordt dat de kans op herstel zeer gering dan wel nihil is. 2e : WGA4: uitkering voor geheel/gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemers waarvan wordt verwacht dat zij nog in staat zijn om op redelijke termijn werkzaamheden te kunnen verrichten.
Wanneer: na twee jaar ziekte bij het voldoen aan de voorwaarden Aanvraag: ongeveer vier maanden voor afloop van die twee jaar; toezending aanvraag door UWV Werkbedrijf indien werknemer tijdig en juist ziek is gemeld door werkgever Beoordeling aanspraak en toekenning: UWV Werkbedrijf Wijze van beoordeling: medisch en arbeidsdeskundig Wanneer aanspraak: bij een mate van arbeidsongeschiktheid van 35% of meer Medisch: verzekeringsarts stelt vast in de zogenaamde functionele mogelijkhedenlijst (fml) wat de werknemer nog kan en op welke punten hij beperkt is en in welke mate. Arbeidsdeskundig: arbeidsdeskundige stelt op basis van de fml vast of, en zo ja, welke functies de werknemer nog kan verrichten; dit zijn voorbeeldfuncties (dus geen vacatures);
2
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen Inkomensverzekering voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten 4 (Regeling) Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten 3
2
een vergelijking van het maatmanloon5 en het gemiddelde loon dat de werknemer met deze functies kan verdienen leidt al dan niet tot een bepaalde mate van arbeidsongeschiktheid.
Toekenning IVA: - indien er sprake is van volledig duurzame arbeidsongeschiktheid en geen herstel meer wordt verwacht; dit moet medisch objectiveerbaar zijn - de mate van arbeidsongeschiktheid bedraagt in principe altijd 80-100% - de uitkering bedraagt 75% van het laatste verdiende loon - de uitkering wordt in de meeste gevallen toegekend tot 65 jaar
Toekenning WGA: - indien er sprake is van gehele/gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid met een reële kans op herstel - bij een mate van arbeidsongeschiktheid tussen de 35-80% - de uitkering bedraagt 75% tijdens de eerste twee maanden en daarna 70% van het laatst verdiende loon (met een maximum) dan wel van het minimumloon (indien er geen aanspraak bestaat op een loongerelateerde uitkering - duur uitkering is afhankelijk van arbeidsverleden en leeftijd N.B.: in de WGA zit werkloosheid verdisconteerd; dit betekent dat deze uitkering, indien er sprake is van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, deels uit een arbeidsongeschiktheidsuitkering bestaat en deels uit een werkloosheidsuitkering. Is de mate van arbeidsongeschiktheid bijv. 45-55%, dan is het resterende deel werkloosheid. Dit betekent ook dat het recht op werkloosheidsuitkering al tijdens de WGA-uitkering gedeeltelijk dan wel geheel wordt verbruikt en dat er na afloop van de WGA-uitkering mogelijk geen recht meer bestaat op een ww-uitkering. WAO6 Werknemers die reeds een gehele/gedeeltelijke wao-uitkering genieten blijven onder de WAO vallen; afhankelijk van het arbeidsongeschiktheidspercentage en de oorzaak van het letsel, alsmede de laatste herbeoordeling, geldt er een wachttijd van 4 weken tot 104 weken. WW7 Recht op een werkloosheidsuitkering bestaat voor de werknemer die geen recht heeft op een wia-uitkering – mits hij uiteraard aan de voorwaarden voldoet - omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt wordt bevonden en na afloop van de twee ziektejaren geen dienstverband meer heeft of een “lege”dienstbetrekking heeft. Dit betekent dat er wel nog een dienstbetrekking is, maar geen recht meer op doorbetaling van loon omdat er geen arbeid wordt/kan worden verricht; na twee jaar ziekte stopt de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever. N.B.: één van de voorwaarden voor het recht op een ww-uitkering is dat de werknemer beschikbaar moet zijn om arbeid te aanvaarden. Ook al is de betrokkene het niet eens met de afwijzing van de wia-uitkering en maakt hij bezwaar, dan is het van belang dat hij zich bij 5
Maatmanloon: het loon dat de werknemer verdiende in het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de eerste arbeidsongeschiktheidsdag (ziektedag) ligt 6 Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering; de voorganger van de WIA 7 Werkloosheidswet
3
de aanvraag van de ww-uitkering wel beschikbaar stelt om arbeid te aanvaarden! Doet hij dit namelijk niet, dan wordt de aanvraag namelijk direct afgewezen. Vanuit de WW bestaat er wel weer de mogelijkheid voor een betrokkene om zich ziek te melden op grond van een toename van de beperkingen (zie noot 1). Overigens wordt bij ziekte gedurende de eerste drie maanden de ww-uitkering doorbetaald.
Niet- werknemers Mensen die geen privaatrechtelijke of publiekrechtelijke dienstbetrekking hebben, zijn niet verzekerd voor de sociale zekerheidswetten. Denk hierbij aan zelfstandigen en jongeren. Wajong8 Voor jongeren tot 30 jaar kan recht op uitkering bestaan via de Wajong Op grond van deze wet kunnen, eenvoudig gezegd, jongeren die op de leeftijd van 17 jaar arbeidsongeschikt zijn, en in het jaar voorafgaande aan het jaar waarin zij arbeidsongeschikt zijn geworden ten minste zes maanden studerende waren, bij het bereiken van de 18-jarige leeftijd in aanmerking komen voor een Wajong-uitkering. Verder kan recht bestaan op een Wajong-uitkering voor gelijkgestelden tot 30 jaar onder bepaalde voorwaarden.
WAZ9 Tot 1 januari 2004 konden zelfstandigen die arbeidsongeschikt werden een beroep doen op deze Wet. Deze Wet is inmiddels vervallen. Voor zelfstandigen rest alleen een beroep op een eventuele particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering en anders de bijstand, oftewel de WWB. WWB10 De WWB is eigenlijk vangnet voor al diegenen die geen beroep kunnen doen op een andere voorziening. WIJ11 De Wet investeren in jongeren (WIJ) verplicht gemeenten om jongeren van 18 tot 27 jaar die zich melden voor een uitkering een aanbod te doen. Dit kan een baan zijn, een vorm van scholing of een combinatie van beide, afgestemd op de situatie van de jongeren. Als zij werk accepteren krijgen ze salaris van de werkgever. Bij acceptatie van het leeraanbod krijgen ze waar nodig een inkomen dat even hoog is als de bijstandsuitkering. Als zij het aanbod niet accepteren dan krijgen zij ook geen uitkering van de gemeente.
8
Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen 10 Wet Werk en Bijstand 11 Wet Investering Jongeren 9
4
Ook jongeren van 16 tot en met 17 jaar die geen scholing of opleiding volgen, minder dan 16 uur per week werken en die voldoen aan de kwalificatieplicht, of aan wie een vrijstelling van die kwalificatieplicht is verleend, hebben recht op een werkleeraanbod. WMO12 De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) heeft tot doel er voor te zorgen dat iedereen kan meedoen aan de maatschappij en zelfstandig kan blijven wonen. Het gaat bijvoorbeeld om mensen met beperkingen door ouderdom of handicap, een chronisch psychisch probleem, maar ook om vrijwilligers en mantelzorgers. Voorbeelden van zorg vanuit de WMO zijn:
hulp bij het huishouden, zoals opruimen, schoonmaken en ramen zemen; aanpassingen in de woning zoals een traplift of een verhoogd toilet; vervoersvoorzieningen in de regio voor mensen die slecht ter been zijn en niet met het openbaar vervoer kunnen reizen, zoals de taxibus, een taxikostenvergoeding of een scootmobiel; ondersteunen van vrijwilligers en mantelzorgers; hulp bij het opvoeden van kinderen; rolstoel; maaltijdverzorging; sociaal cultureel werk, zoals buurthuizen en subsidies aan verenigingen; maatschappelijke opvang, zoals blijf-van-mijn-lijfhuizen en daklozenopvang.
Hulp vanuit de WMO kan, afhankelijk van de soort hulp, verleend worden in natura dan wel in de vorm van een persoonsgebonden budget. AWBZ13 De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) is een volksverzekering voor ziektekosten. Iedereen die in Nederland woont of werkt is verplicht verzekerd voor de AWBZ. Iedereen kan door ziekte of een handicap afhankelijk worden van langdurige zorg en ondersteuning. De AWBZ dekt medische kosten die niet onder de zorgverzekering vallen en die door bijna niemand op te brengen zijn. Het gaat bij AWBZ-zorg bijvoorbeeld om de kosten van revalidatie, verblijf in een verpleeghuis, prenatale zorg, vaccinaties of de kosten van (zieken)vervoer.
Tot slot Zoals als de titel al zegt, is dit een checklist met als doel handvatten te bieden in de praktijk. Voor inhoudelijke en specifiek gevalsgerichte vragen kunnen jullie je uiteraard tot ondergetekende wenden.
mr. Mirjam R. Meulenberg-ten Hoor 12 13
Wet Maatschappelijke Ondersteuning Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
5