Werk, inkomen & sociale zekerheid versie 2013
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
1
Inleiding ............................................................................................................. 3 Participatiewet, geplande invoerdatum 1 januari 2014 ...................................... 4 Wet Wajong (sinds 2010) ................................................................................... 6 Wet Werk en Bijstand (WWB) ............................................................................ 8 Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) ................................................................ 9 Jobcoaching...................................................................................................... 10 Startkwalificatie ............................................................................................... 11
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
2
Inleiding
Op het gebied van sociale zekerheid en de bijbehorende wetgeving verandert de komende tijd veel. Dit gebeurt onder de noemer van de Participatiewet. Dit e-book geeft een korte samenvatting van de belangrijkste wetten die er op dit moment zijn. Het dossier sociale zekerheid is echter zo actueel dat er iedere dag veranderingen kunnen optreden. De Participatieformule volgt deze ontwikkelingen op de voet en zal deze, zodra er helderheid is, verwerken in dit e-book. Het ligt dan ook in de lijn der verwachting dat het komende jaar meerdere versies zullen verschijnen. Volg daarom regelmatig onze berichtgeving hierover op onze website, facebook of twitter. Heeft u tips of aanvullingen dan horen we deze graag. U kunt direct met ons mailen via
[email protected]
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
3
Participatiewet, geplande invoerdatum 1 januari 2014 Wie kan werken, hoort niet afhankelijk zijn van een uitkering. Maar mensen met een bijstandsuitkering of met een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking kunnen vaak moeilijk werk krijgen. Daarom neemt het kabinet-Rutte-Asscher maatregelen om deze mensen vooruit te helpen. De nieuwe regels staan in de Participatiewet die per 1 januari 2014 moet ingaan. De inhoud van de wet wordt de komende tijd uitgewerkt.
Hoofdpunten Participatiewet In de Participatiewet voegt het kabinet de Wet Werk en Bijstand, de Wet Sociale Werkvoorziening en een deel van de Wajong samen. De nieuwe wet houdt in grote lijnen het volgende in:
Wajong
Een Wajong-uitkering is per 1 januari 2014 alleen nog mogelijk voor mensen die helemaal niet meer kunnen werken (‘volledig en duurzaam arbeidsongeschikt’). Wie nog wel kan werken, valt dan onder de Participatiewet. Wie nu al een Wajong-uitkering ontvangt, wordt niet herkeurd. De uitkering wordt niet verlaagd.
Wsw
Per 1 januari 2014 veranderen de voorwaarden voor een plaats in de sociale werkvoorziening. Wie nu in een sociale werkplaats werkt, wordt niet herkeurd. Gemeenten kunnen vanaf 1 januari 2014 zelf 30.000 ‘beschutte werkplekken’ (werken onder begeleiding) scheppen. Zij krijgen hiervoor geld van de Rijksoverheid. Op zo’n werkplek kan iemand het wettelijke minimumloon verdienen.
Loondispensatie
Voor iedereen die straks onder de Participatiewet valt (mensen met bijstand, Wajong, Wsw) geldt het systeem van de zogeheten loondispensatie. Dit betekent dat iemand onder voorwaarden onder het minimumloon aan de slag kan. Dat is altijd tijdelijk. Uiteindelijk moeten loon plus aanvullende uitkering samen even hoog zijn als het minimumloon. Ook op dit punt moet de nieuwe wet nog verder worden uitgewerkt.
Meer mensen met arbeidshandicap aan het werk
Bij grote werkgevers met 25 of meer werknemers moet in de toekomst 5 % van het personeelsbestand bestaan uit mensen met een arbeidshandicap. Dit wordt vanaf 1 januari 2015
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
4
stapsgewijs ingevoerd. Werkgevers kunnen een boete krijgen als zij zich hier niet aan houden. Deze regeling geldt niet voor bedrijven met minder dan 25 werknemers.
Behandeling wetsvoorstel Participatiewet Het gaat hier om voorgenomen beleid. Beleid wat stuurt op dat mensen, jong en oud, met of zonder beperking als volwaardige burgers meedoen in de samenleving. De Participatiewet werkt het ministerie de komende tijd verder uit. Het kabinet wil samen met werknemers en werkgevers de grote onderwerpen op de arbeidsmarkt aanpakken. Het uitgangspunt is dat zoveel mensen zoveel mogelijk bij reguliere werkgevers werken. Het kabinet is voornemens de Participatiewet in het voorjaar van 2013, na advies van de Raad van State, bij de Tweede Kamer in te dienen. Na goedkeuring door de Tweede Kamer moet de Eerste Kamer het wetsvoorstel behandelen en goedkeuren.
De streefdatum voor inwerkingtreding is 1 januari 2014, nadat de Tweede en Eerste Kamer het wetsvoorstel hebben goedgekeurd en de wet in het Staatsblad is gepubliceerd.
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
5
Wet Wajong (sinds 2010) Jonggehandicapten en studenten die op jonge leeftijd arbeidsongeschikt raken, krijgen via de Wet Wajong ondersteuning bij het vinden van werk bij een reguliere werkgever. Als ze door hun beperking niet genoeg geld kunnen verdienen om in hun eigen levensonderhoud te voorzien, krijgen zij een (aanvullende) uitkering.
In het regeerakkoord staat onder meer dat het kabinet toe wil naar 1 regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt, die de Wet Werk en Bijstand (WWB), Wajong en Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) vervangt. Dit wordt de Participatiewet welke naar verwachting op 1 januari 2014 zal worden ingevoerd. De regie en uitvoering hiervan komt bij gemeenten te liggen. Hierdoor kunnen gemeenten meer mensen laten participeren, budgetten gerichter inzetten en kosten besparen.
Gedeeltelijk arbeidsongeschikt / arbeidsgeschikt Jonggehandicapten die vallen binnen 1 van de werkregelingen zijn gedeeltelijk arbeidsongeschikt en krijgen een aanvulling op het inkomen dat zij zelf verdienen:
Werkregeling jonggehandicapten tot 27 jaar Als het salaris tot 20% van het minimumloon bedraagt, vult de overheid dit aan tot 75%. Van elke euro die ze meer verdienen, mogen ze de helft zelf houden. Tot een maximum van 100% van het minimumloon. Hierdoor loont het om extra te werken.
Werkregeling jonggehandicapten vanaf 27 jaar Jonggehandicapten die verdienen wat ze theoretisch kunnen (verdiencapaciteit benutten) krijgen hun salaris aangevuld tot 100% van het wettelijk minimumloon. Als ze minder verdienen dan theoretisch mogelijk is, krijgen ze het inkomen aangevuld tot 75% van het wettelijk minimumloon.
Werkregeling met begeleiding Via deze regeling kunnen jonggehandicapten vanaf 27 jaar een aanvulling krijgen tot 120% van het wettelijk minimumloon. Het gaat hierbij om jonggehandicapten die:
verdienen wat theoretisch mogelijk is.
werken met begeleiding van een jobcoach.
loondispensatie krijgen.
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
6
Volledige arbeidsongeschikten Jongeren die vanwege hun ziekte geen enkel uitzicht hebben op een gewone baan, ook niet met ondersteuning, hebben recht op een volledige Wajong-uitkering. Dit is 75% van het wettelijk minimumloon. Wajong
per 1 januari 2014
Een Wajong-uitkering is per 1 januari 2014 alleen nog mogelijk voor mensen die helemaal niet meer kunnen werken (‘volledig en duurzaam arbeidsongeschikt’). Wie nog wel kan werken, valt dan onder de Participatiewet. Wie nu al een Wajong-uitkering ontvangt, wordt niet herkeurd. De uitkering wordt niet verlaagd.
Uitvoeringsorgaan UWV, www.uwv.nl
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
7
Wet Werk en Bijstand (WWB)
Bijstand Iedere Nederlander moet zoveel mogelijk in zijn levensonderhoud voorzien met werken. Dat is het uitgangspunt van de Wet Werk en Bijstand (WWB). Als dit niet mogelijk is, moet de overheid hem helpen werk te zoeken. Zolang dat niet is gevonden is er bijstand. Wie een bijstandsuitkering ontvangt is verplicht om werk te zoeken of een re-integratietraject te volgen. De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de WWB.
In het regeerakkoord staat onder meer dat er een wettelijke plicht tot tegenprestatie naar vermogen moet komen in de bijstand. Daarnaast wil het kabinet toe naar 1 regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt, die de WWB, Wajong en Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) vervangt.
Uitvoeringsorgaan
Gemeente (gemeentelijke sociale diensten)
WWB per 1 januari 2014 De Wet Werk en Bijstand zal per 1 januari 2014 opgaan in de nieuwe Participatiewet.
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
8
Wet Sociale Werkvoorziening (WSW)
Sociale werkvoorziening Mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap kunnen vaak moeilijk een baan vinden. Ze zijn minder productief dan andere werknemers of kunnen niet goed meekomen in het werk. De Rijksoverheid zet zich in om ook mensen met een arbeidshandicap zoveel mogelijk aan een gewone baan te helpen. Ze stimuleert het bedrijfsleven daarom om meer arbeidsgehandicapten aan te nemen. In de begeleiding van arbeidsgehandicapten ligt de nadruk steeds meer op het ontwikkelen van vaardigheden die nodig zijn op de werkvloer.
Uitvoeringsorgaan
Gemeente op basis van indicatiestelling
WSW per 1 januari 2014
Per 1 januari 2014 veranderen de voorwaarden voor een plaats in de sociale werkvoorziening. Wie nu in een sociale werkplaats werkt, wordt niet herkeurd. Gemeenten kunnen vanaf 1 januari 2014 zelf 30.000 ‘beschutte werkplekken’ (werken onder begeleiding) scheppen. Zij krijgen hiervoor geld van de Rijksoverheid. Op zo’n werkplek kan iemand het wettelijke minimumloon verdienen.
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
9
Jobcoaching
Ondersteuning Wajongers en hun werkgevers kunnen aanspraak maken op ondersteuning, zoals in de vorm van een jobcoach, loondispensatie, loonkostensubsidie, premiekorting, en voorzieningen.
Loondispensatie Loondispensatie houdt in dat een werkgever minder loon dan het WML hoeft te betalen als een Wajonger duidelijk minder kan presteren dan een collega zonder arbeidsbeperkingen. De werkgever moet loondispensatie aanvragen en hiervoor toestemming krijgen van UWV. Deze toestemming is maximaal vijf jaar geldig.
Jobcoaching Als extra begeleiding nodig is, kunnen Wajongers een beroep doen op een jobcoach. Om in aanmerking te komen voor een jobcoach moet de Wajonger voldoen aan drie voorwaarden: hij is niet in staat om zonder systematische begeleiding de taken te verrichten, verdient minimaal 35% van het WML en heeft een contract voor minimaal een half jaar bij een reguliere werkgever. De jobcoach draagt zorg voor de noodzakelijke begeleiding op de werkplek, zoals begeleiding bij de praktische uitvoering (bijvoorbeeld werkvolgorde, structuur, aanleren werkroutine) en bij sociale vaardigheden op de werkvloer (bijvoorbeeld omgang met collega’s en leidinggevende). Loonkostensubsidie: vanaf 1 januari 2009 kan een werkgever bij het in dienst nemen van een Wajonger in aanmerking komen voor loonkostensubsidie. De subsidie bedraagt maximaal 50% van het Wettelijk Minimum Loon (WML) bij een volledig dienstverband en kan gedurende één jaar worden ingezet.
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
10
Startkwalificatie
Het beleid van gemeenten is er de komende jaren op gericht om jongeren zoveel als mogelijk een startkwalificatie te laten behalen. Jongeren zonder startkwalificatie komen vaak tot hun 23ste levensjaar nog wel aan het werk. Daarna zijn ze echter te duur voor de werkgever. Deze jongeren blijven vaak de rest van hun leven buiten de arbeidsmarkt. Naast gerichte gemeentelijke project op jongeren zonder startkwalificatie zijn er twee bewegingen vanuit het onderwijs die daarmee parallel lopen, namelijk de Werkschool en Passend onderwijs.
Werkschool Het onderwijsaanbod op het laagste niveau van het MBO, de entreeopleiding, krijgt zoals voorgenomen dit voorjaar een eigen positie binnen het bestel voor beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. De entreeopleiding is gericht op het behalen van een erkend diploma. Er zijn ook leerlingen voor wie een diploma niet is weggelegd. Zij moeten door het praktijkonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs naar een duurzame plaats op de arbeidsmarkt toe worden geleid, als dat kan. Voor het voortgezet speciaal onderwijs is daarvoor op 16 juni 2011 een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd. Om leerlingen van het praktijkonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs succesvol naar de arbeidsmarkt te begeleiden, worden scholen, gemeenten, kenniscentra en bedrijven in de 30 arbeidsmarktregio’s desgewenst tijdelijk ondersteund bij het opzetten van zogenaamde werkscholen. Inmiddels zijn op diverse plaatsen al projecten gestart waarin scholen voor speciaal onderwijs en ROC’s samenwerken.
Passend onderwijs Ouders moeten vaak zelf op zoek naar een passende onderwijsplek voor hun kind. Vanaf 1 augustus 2014 zijn scholen verplicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. In het nieuwe stelsel krijgen scholen de plicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. In het nieuwe stelsel wordt de leerling gebonden financiering (lfb) afgeschaft. Het budget blijft wel volledig beschikbaar, maar gaat voortaan rechtstreeks naar de samenwerkende scholen. Die zetten het geld zo doeltreffend mogelijk in. Scholen krijgen de verantwoordelijkheid om voor elk kind een zo goed mogelijke plek in het onderwijs te vinden. Leraren worden beter voorbereid op hoe zij met
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
11
zorgleerlingen moeten omgaan en de bureaucratie wordt verminderd. Het speciaal onderwijs blijft bestaan met capaciteit voor zo’n 70.000 leerlingen. De stijging tussen 2003 en 2009 van het totaal aantal leerlingen dat een indicatie heeft voor lichte of zware zorg is samen circa 15%. Kijken we alleen naar de groep met een rugzak of een indicatie voor het (voortgezet) speciaal onderwijs (zware zorg) dan is de groei zelfs 65%. De kosten voor deze extra ondersteuning zijn fors gestegen en het is niet duidelijk waar het geld aan op gaat. Wél is duidelijk dat veel geld naar de hulpverlening gaat die van buiten de school komt. Het belandt niet in de klas bij de leraar, waar het wel voor is bedoeld. Daarnaast zitten jaarlijks 2.500 kinderen 4 weken of langer thuis, omdat er voor hen geen passende onderwijsplek is.
www.DeParticipatieformule.nl, versie 2 2013
12