LJN: AV7838,Sector kanton Rechtbank Haarlem , 304202/ VV EXPL 06-72 Print uitspraak Datum uitspraak: 29-03-2006 Datum publicatie: 03-04-2006 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: Leer/arbeidsovereenkomst. Arbeidsovereenkomst is aangegaan voor de duur van de opleiding. Werkgeefster heeft arbeidsovereenkomst beëindigd in verband met het niet behalen door eiseres van verplicht aantal praktijkuren. Eiseres vordert wedertewerkstelling. De vordering wordt toegewezen, nu de toepasselijke CAO de mogelijkheid van verlenging van de arbeidsovereenkomst biedt en de opleidingvan eiseres niet is beëindigd. Vindplaats(en): RAR 2006, 81 Rechtspraak.nl
Uitspraak RECHTBANK HAARLEM Sector kanton Locatie Haarlem zaak/rolnr.: 304202/ VV EXPL 06-72 datum uitspraak: 29 maart 2006 VONNIS VAN DE KANTONRECHTER IN KORT GEDING inzake [eiseres] te [woonplaats] eisende partij hierna te noemen [eiseres] gemachtigde mr. J.J. Perrels tegen de besloten vennootschap KINDEROPVANG BADHOEVEDORP B.V. te Veghel gedaagde partij hierna te noemen Kinderopvang Badhoevedorp gemachtigde mr. L.E.M.G. Knops De procedure [eiseres] heeft Kinderopvang Badhoevedorp op 9 maart 2006 gedagvaard. De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 22 maart 2006, waarbij [eiseres] haar vordering heeft vermeerderd. De gemachtigde van [eiseres] heeft zich bediend van pleitnotities. De griffier heeft aantekening gehouden van hetgeen ter zitting is verhandeld. De feiten
1. [eiseres] heeft op 13 januari 2003 met de Stichting Regionaal Opleidingscentrum van Amsterdam (hierna: ROC) een onderwijsovereenkomst gesloten in het kader van de Wet Educatie & Beroepsonderwijs, voor het volgen van de opleiding Sociaal Pedagogisch Werker 3 (hierna: SPW). Ingevolge deze overeenkomst bedraagt de normatieve duur van de opleiding 36 maanden. 2. [eiseres] dient in het kader van de opleiding SPW gedurende een totaal van 2.880 uren praktijkervaring op te doen. Kinderopvang Badhoevedorp biedt [eiseres] ingevolge een op 23 december 2002 met [eiseres] en Kinderopvang Badhoevedorp gesloten Beroepspraktijkvormingsovereenkomst gelegenheid om de voorgeschreven praktijkervaring op te doen. 1. [eiseres] is met ingang van 1 maart 2003 bij Kinderopvang Badhoevedorp in dienst getreden in de functie van groepsleidster in opleiding, voor de duur van 32 uur per week en tegen een salaris van € 1.074,66 bruto per maand. 4. Artikel 3 van de arbeidsovereenkomst luidt als volgt: “De arbeidsovereenkomst wordt aangegaan tot einde opleiding.” 5. Ingevolge artikel 4 van de arbeidsovereenkomst is van toepassing “de collectieve arbeidsovereenkomst voor de kinderdagverblijven […], zoals deze thans is vastgesteld, respektievelijk gedurende de overeenkomst zal worden gewijzigd […].” 6. Artikel 26a lid 3 van de ten tijde van het sluiten van de arbeidsovereenkomst geldende CAO Kinderdagverblijven 2005 bepaalt onder meer het volgende: “De arbeidsovereenkomst eindigt op de datum waarop de opleiding wordt beëindigd, maar uiterlijk vier jaar na aanvang van de opleiding.” 7. Sedert 1 januari 2005 is de CAO Kinderdagverblijven 2005 vervangen door de CAO Branche Kinderopvang Nederland (hierna: CAO BKN). Deze CAO kent geen bepaling met betrekking tot de duur van de arbeidsovereenkomst. 8. [eiseres] heeft vanaf 1 januari 2004 tot en met 7 april 2004 in verband met zwangerschaps- en bevallingsverlof geen arbeid verricht. [eiseres] is aansluitend aan dit verlof volledig arbeidsongeschikt geworden. 9. Op 16 juni 2004 heeft [eiseres] een aanhangsel van de arbeidsovereenkomst voor akkoord getekend. Dit aanhangsel luidt onder meer als volgt: “Het aantal arbeidsuren zal m.i.v. 07-04-2004 gewijzigd worden van 32 uur naar 24 uur per week.” 10. Kinderopvang Badhoevedorp heeft [eiseres] met ingang van 7 april 2004 salaris betaald op basis van een 24-urige werkweek. 11. [eiseres] is sedert 16 januari 2006 weer voor 100% arbeidsgeschikt. 12. Op 9 februari 2006 heeft tussen [eiseres] en haar leidinggevende [xxx] een gesprek plaatsgevonden met betrekking tot het aantal praktijkuren dat [eiseres] tot dat moment had opgebouwd en nog diende te realiseren ten einde het diploma SPW te kunnen behalen. Daarbij is vastgesteld dat het door [eiseres] tot het einde van het schooljaar 2006 maximaal te behalen praktijkuren 1.722,91 bedraagt. 13. Bij brief van 20 februari 2006 heeft de gemachtigde van Kinderopvang Badhoevedorp onder meer het volgende aan de gemachtigde van [eiseres] medegedeeld: “De CAO kent de mogelijkheid de studieovereenkomst met één kalenderjaar te verlengen. Cliënte zal van deze mogelijkheid géén gebruik maken enkel al om de reden van het feit dat uw cliënte nimmer de achterstand van de benodigde praktijk-uren zal kunnen invullen in deze periode.” 14. Kinderopvang Badhoevedorp heeft [eiseres] per 1 maart 2006 niet meer toegelaten tot haar werkzaamheden en [eiseres] vanaf die datum geen loon meer uitbetaald. 15. Bij e-mail van 16 maart 2006 heeft E. Smit, opleidingsmanager SPW bij het ROC (hierna: Smit) aan de gemachtigde van [eiseres] medegedeeld dat [eiseres] niet is uitgeschreven bij het ROC. Smit heeft daarbij onder meer het volgende opgemerkt: “De opleiding eindigt zodra mevrouw haar diploma behaald heeft of op het moment dat zij zich uitschrijft. […] Wanneer een deelnemer tweemaal een onvoldoende beoordeling heeft gekregen op een praktijkwerkplek wordt de onderwijsovereenkomst beëindigd […].”
De vordering [eiseres] vordert, na haar vordering te hebben vermeerderd, bij wijze van voorlopige voorziening (samengevat) veroordeling van Kinderopvang Badhoevedorp tot (1) wedertewerkstelling van [eiseres] in haar functie van groepsleidster in opleiding tot aan het tijdstip dat [eiseres] de opleiding Sociaal Pedagogisch Werker 3 met goed gevolg heeft beëindigd, althans tot aan het tijdstip dat [eiseres] in totaal 2.880 uur bij Kinderopvang Badhoevedorp heeft gewerkt, althans tot 1 maart 2007, op straffe van een dwangsom van € 250,-- per dag, en (2) betaling aan [eiseres] van het salaris ad € 1.074,66 bruto per maand vanaf 1 maart 2006 tot aan het rechtsgeldig einde van de arbeidsovereenkomst. [eiseres] stelt daartoe het volgende. (ad 1) De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor een periode tot einde opleiding. Het feit dat de opleiding een normatieve duur kent van 36 maanden wil niet zeggen dat de arbeidsovereenkomst per definitie ook na 36 maanden moet eindigen. Ingevolge de CAO Kinderopvang 2005 kan de werkgever de arbeidsovereenkomst met één jaar verlengen. De arbeidsovereenkomst kan dan maximaal 4 jaar duren en loop in ieder geval door tot 1 maart 2007. Indien de CAO BKN op de arbeidsovereenkomst van toepassing is, dan heeft dat tot gevolg, dat aansluiting moet worden gezocht bij artikel 3 van de arbeidsovereenkomst, aangezien deze CAO met betrekking tot de duur van de arbeidsovereenkomst geen bepaling kent. Nu de opleiding van [eiseres] bij het ROC niet is geëindigd, duurt dientengevolge ook de arbeidsovereenkomst van [eiseres] met Kinderopvang Badhoevedorp voort. Kinderopvang Badhoevedorp dient [eiseres] in beide gevallen tot haar werkzaamheden toe te laten en haar salaris door te betalen. (ad 2) [eiseres] heeft Kinderopvang Badhoevedorp verzocht om haar toestemming te verlenen aansluitend aan haar zwangerschapsverlof gedurende 8 uur per week ouderschapsverlof op te nemen. Kinderopvang Badhoevedorp heeft met dat verzoek ingestemd. [eiseres] betwist dat zij vanaf 8 april 2005 structureel 24 uur per week zou gaan werken. Kinderopvang Badhoevedorp dient [eiseres] dan ook vanaf 1 maart 2006 het salaris op basis van een arbeidsovereenkomst voor 32 uur per week te voldoen. [eiseres] heeft een spoedeisend belang bij haar vordering, nu zij het diploma SPW alleen dan kan verwerven, indien zij het praktijkgedeelte van de opleiding heeft vervuld. Kinderopvang Badhoevedorp dient haar daartoe de gelegenheid te geven Nu [eiseres] al twee jaar niet heeft gewerkt, komt zij bovendien elders moeilijk aan de slag. [eiseres] is (mede) verantwoordelijk voor het financieel draaiende houden van haar huishouding. Door het wegvallen van haar salaris dreigt zij in financiële problemen te komen. Het verweer Kinderopvang Badhoevedorp betwist de vordering en voert daartoe het volgende aan. (ad 1) De arbeidsovereenkomst met [eiseres] is er een voor bepaalde tijd, te weten 36 maanden, zoals in de onderwijsovereenkomst is bepaald. De reguliere duur van de opleiding bedraagt ingevolge artikel 26a lid 1 van de CAO Kinderopvang 3 jaar. De arbeidsovereenkomst is dus na afloop van die periode van rechtswege geëindigd. Aan [eiseres] komt vanaf 1 maart 2006 dan ook geen loon meer toe. Kinderopvang Badhoevedorp is niet voornemens om de arbeidsovereenkomst met [eiseres] met een jaar te verlengen, nu de kans dat [eiseres] binnen die termijn het voor het behalen van het diploma vereiste aantal praktijkuren kan volmaken, nihil is. Dat is onmogelijk, te minder gezien het feit dat [eiseres] thans weer zwanger is. Kinderopvang Badhoevedorp heeft bovendien geen enkel belang bij het verlengen van de
arbeidsovereenkomst met [eiseres], aangezien [eiseres] de opleiding niet met een diploma zal kunnen afsluiten en Kinderopvang Badhoevedorp niets heeft aan een ongediplomeerde kracht. (ad 2) Partijen zijn op 16 juni 2004 een wijziging van het aantal arbeidsuren met ingang van 7 april 2004 overeengekomen. Kinderopvang Badhoevedorp betwist dat slechts voor de duur van het ouderschapsverlof is gebeurd. De beoordeling van het geschil Vooropgesteld dient te worden dat voor toewijzing van een vordering tot het treffen van een voorlopige voorziening alleen dan aanleiding is, indien op grond van de thans gebleken feiten en omstandigheden aannemelijk is dat in een bodemprocedure de beslissing gelijkluidend zal zijn. De kantonrechter is van oordeel dat dit het geval is. Uit de bewoordingen van de arbeidsovereenkomst blijkt dat deze is aangegaan voor de duur van de opleiding. Ter zitting is gebleken dat Kinderopvang Badhoevedorp het standpunt inneemt dat op de arbeidsovereenkomst de CAO Kinderopvang 2005 van toepassing is. Nu de in artikel 26a lid 3 van deze CAO genoemde termijn van vier jaar nog niet is verstreken, en ook aan de door Smit in haar e-mail van 16 maart 2006 genoemde ontbindende voorwaarden voor de opleiding SPW niet is voldaan, is de kantonrechter van oordeel dat voorshands aannemelijk is dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen niet rechtsgeldig is geëindigd per 1 maart 2006 en derhalve voortduurt tot uiterlijk 1 maart 2007. Het mag dan zo zijn dat Kinderopvang Badhoevedorp gerede twijfel koestert omtrent de mogelijkheid van [eiseres] om, ook al wordt haar nog een extra jaar gegund, het voor het diploma vereiste aantal praktijkuren te behalen, dat op zich biedt geen rechtsgeldige grond voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Hetzelfde geldt voor het belang dat Kinderopvang Badhoevedorp stelt te hebben bij het in dienst hebben van gediplomeerde krachten, hoe begrijpelijk deze overweging, bezien vanuit het standpunt van Kinderopvang Badhoevedorp, ook is. Het voorgaande leidt ertoe dat de (vermeerderde) vordering tot het treffen van een voorlopige voorziening zal worden toegewezen, met dien verstande dat de dwangsom zal worden gematigd tot € 100,-- per dag tot een maximum van € 1.500,-- en dat aan [eiseres] vanaf 1 maart 2006 het salaris toekomt op basis van een 24-urige werkweek, nu [eiseres] geen feiten en omstandigheden heeft aangevoerd op grond waarvan aannemelijk is geworden, dat in weerwil van hetgeen uit het aanhangsel van de arbeidsovereenkomst van 16 juni 2004 blijkt, partijen de bedoeling hebben gehad om slechts voor de duur van het ouderschapsverlof verkorting van de arbeidsduur van 32 naar 24 uur overeen te komen. Er is, gelet op de tussen partijen bestaande arbeidsrelatie, aanleiding om de proceskosten te compenseren.
Beslissing De kantonrechter: - veroordeelt Kinderopvang Badhoevedorp bij wijze van voorlopige voorziening: a. om [eiseres] op de eerstvolgende werkdag na betekening van dit vonnis haar werkzaamheden als groepsleidster in opleiding binnen het bedrijf van Kinderopvang Badhoevedorp te laten hervatten voor de duur van 24 uur per week, onder uitbetaling van het aan [eiseres] toekomend loon c.a. gedurende de periode dat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig zal zijn geëindigd, althans tot uiterlijk 1 maart 2007;
b. om aan [eiseres] te betalen het salaris over de maand maart 2006 op basis van een 24-urige werkweek, berekend naar het bruto maandloon ad € 1.074,66 bij een 32-urige werkweek; - bepaalt dat Kinderopvang Badhoevedorp een dwangsom verbeurt van € 100,-- voor iedere dag dat deze de hiervoor (onder a.) gegeven beslissing niet nakomt, tot een maximum van € 1.500,--; - bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt; - verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; - wijst af hetgeen meer of anders mocht zijn gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.R. Mellema en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.