Vuurspuwende
bergen
en
heete
bronnen .
DOOR
Dr.
T.C.
(Vervolg
In
het
den, die
bovenstaande hebben
verklaring
eene
bronnen,
ook
is,
vuur
fraaie Wie
een
en
kingen ten
heeft
neming
ook
dat
een
opbouwen
steenen,
van
verschijnsels gedaan
men
ten en
van
kogels,
de
over
bespieden,
van
willen
van
nu
heel
en
om
de
niet.
kon
centraal-
om
de
wer-
verzamelen,
verklaren. Dat
vuurspuwende
zien wat de
zij
veel kalk
een
feiten te
kunnen
zeer
doen. Nu,
wijs
van
bij
zelf
zijn kogels
doen hun best
de natuur te
opzichte
wij
zeker
hij
hypothese
zij
zich
deugen
zou
als
zeker
steeds
bouwen,
vergelijken
op
bouwen,
en
hij
LAPLACE:
te
zijn
centraal-
een
theorie te
zijn
te
er
heete
Er
meer.
hypothesen,
een
van
zou
dat
zijn kogels
krijgen,
geleer-
gelooven,
aardbevingen,
aan
die feiten
de
der aarde
gelooven
Hypothesen
muur
tegenwoordig
in dezen
zegt
op
te
hoe
gezien
kern
natuurverschijnselen niet
steenen. Nu
gedaan
theorie
verschijnsels,
ons
Maar,
om
de
vele
men
dergelijke
er
willen
vluchtig
hechtende
om
natuurkrachten te
van
einde
om
zou
velen
over
kantige
vierkante
voor
denken
vuur
maar
hebben
waarde
onderstellingen. bij
303).
gloeiende
vele andere
en
weinig
op
muur
verruilen
dus
wij
een
verzamelen,
feiten
dingen,
noodig
zoo
die,
van
en
bladz.
van
vulkaanuitbarstingen,
van
geven
feiten te
plaats
van
.
natuuronderzoekers die
en
trachten
kogels,
bestaan
gasbronnen
evenwel
in
het
aan
Winkler
bergen
eenvoudige
en
waar-
leert.
misschien,
is
het
dan niet
waar
dat
de warmte in
321
322
VUURSPDWENDE
den bodem toeneemt hoe niet
waar
het
zeewater
is
het
niet
is
oppervlakte; smolten die
zijn
vuur
soms
sel
en
is
van
Het
of
werkers do
die
plaatsen in
water
vorm,
in
in
do
dat
is
nieuwe
voert
het
alles
zandkorrels, baren lost
dat
dringen:
vele
vaste
vloeistof worden.
Geen
drie
agregatietoestandeu.
dauw, het
lucht als
een
niet
woord zelfs
In
slechts de
deelcn
de
allen,
do
de
gesteenten
oplosbaar
in
Het
eigene van
de
den
het
in
ja
vloei-
bewegelijke kan in
water
zelfs
hot
van
dat
zweeft.
gezegd:
water
men
Dit
mag
dat
ge-
vooral
maar
kalk-
Gesteenten die zout,
den
Daarom
ingozogen.
en
gra-
van
“vochtige
het
water,
op
zijne
gesteenten,
on
het
iets:
niets
deeltjes
grond
stroomt,
nog
een
van
do
aarddeeltjes,
bodem bestaat. Die
grootendeols,
water.
water
de lucht
van
in
dieper
on
het
heeft
van
doet
dan
en
aarde,
gedeelte
vloeibaren
krachtigste
doet het
der
weer
gaatjes
en
tot
van
zandkorreltjes de
do
tevens
zij
blijven
zich
spleten krijgen,
sneeuwwater
zwaarte
waaruit
het
dat
geen
die in
door
den
uit,
on
daar
en
bronnen
aantoonen.
brengen,
voegen
grootste
wordt
zijn
kan
groot geoloog
een
andere stoffen
ijs.
samenstellende
waterdamp
valt,
Als
werking
fijnste
in
verder
doet het
zoowel regen- als
capillairwcrking
en
van
door
als
steen,
do
gelegene
wat
scheuren
zij
zoodat ook
geen
hier
en
nu
van
zich
dingen
overblijf-
een
er
de barsten het
de aarde
die
kunnen
wij of
een
steenbrokken:
op,
dat
tijd
ijs,
water al
toestand
aan
rotsen”.
de aarde
lichaampjes
bijna
opeen
water,
waar
verteêrt
door
bieden
niet minder de
on
regen op
beurt ook
het
dringt
niet
is
weerstand
in
zot
beweging
groote dozen
rots,
duur
de dicht
in
lichamen
den
tusschen
doet het
van
dat
zoodat het
die
worden,
willen
opzicht
bevriest,
het
zelfs
elk
water
is,
mede wat
grind,
het
in
waarlangs
toestand. Maar in
dan
is
springen,
wogen
kan
langen
kunnen
dien
vorm,
dampvorm
hardste rotsen
wel
vertoonen. Dit
vasten
dat
al
van
vuurklomp ons
onderste
bergen zijn
er
waar
zijn, plaatselijke
uitebluscht
kunnen
gedrongen
soms
dat
geen
de
aan
die eenmaal ge-
zijn
is het niet
leeren
dan
zijn
aan
waar
maar
Zij
zon.
die
ook
de natuur. Als
gesteenten
de
van
niet
een
vuurhaarden
toch
don
den
gesteenten
het
aarde
vuurhaarden
maar
andere
gedeelte
is,
smelt
is het
putten;
en
diepten
gesteenten het
waar,
centraalvuur
een
der
hitte,
van
bestaan, op
Zeker,
groote
op
uitworpen; is
BRONNEN.
mijnen
bergijs
er
is
vuur;
dat alles
er
is
het
dat
waar
het
gloeiende
een
in de korst
in
HEETE
komt in
men
dat
waar
niet
EN
warmer
stoffen
dat
ons
het
geweest
beeft?
leert
dieper
dat
oppervlakte;
BERGEN
on
leem-
bestand-
wel
zeggen
steenzout
,
be-
VUURSPUWENDE BERGEN
die
vatten, zelfs
ja
water het
Ho
opgelost
water
kalk
uit
korrels,
dringt
en
zandsteen
Bijna do
oogpunt
weder meer
het
in
verlaat
den met
gram vaste Zulke dat
de
en
in
in
nu
dat
er
moeten
do
een
op
of ten
terstond
de
meer
den
kan
ven,
totdat
suiker.
klontje
zoo
met allo
als
zand-
het met
gaat
die
gesteenten
en
op
diep
zoo
vele
wij veilig
het
door
zich en
het
er
daarboven
zij
niet
zoodra
weinig is,
oven
is
of
groote
gesteund
worden.
en
liggen ook
oene
zij
wa-
elke holte Doeh als
meer
zelfstandigheden
voor
op-
bevat dan
onmerkbaar sluiten of
opvullen
langen tijd uitblijven,
omdat de
do
massa’s die er boven liggen,
er
eindelijk
oogenblik
holten massa’s
toegedrukt.
do
voort-
blootgesteld.
liggende
dan wordt
als
op te lossen en
meer
oplosbaar,
gevuld
holten
dringt,
beddingen grootendeels uitgeknaagd
een
kilo-
gelooven
mogen in
de aardkorst
hellend,
weder
voortdurend
Kit-
te
do bron
1;
20 tot 25
water
in
uitgespoeldo
of
water
do
aardlagen
hoeveel-
de bron
zelfs
dat
en
opgelost,
grooto
Wicsbaden
plaatsen
verzinken, alle
als
uitlooging
altijd
water. dat
genoeg
heeft
zeer
stoffen;
bevatten
kilogram
is
heeft de bron te Carls-
Zoo
die te
4;
pekelbronnen 100
zelfs
vaste
gram
den
den aardbodem
den bodem
die
een
als het
want het
die uit
regen
Maar uit
water
bronnen,
in
dat als
dringt.
zelfde
stoffen
hot
tot
o
gemakkelijkor
dat
uitgeloogdc
dat
verschillenden aard zijn,
oplosbare lagen
, terwijl
de
ontstaan
zij
vatbare of
andere,
van
worden.
dan los
water heeten
van
die
750
ontstaan,
plek
van
is
bronnen
water
minste slechts
nadat
aardlagen
lossing
gesteente
een
een
En
den bodem
vreemde
zijn
water
aardbodem,
volgt
in
vorm
bewijzen
oplossing
aan
Er
vele
en
die holten moeten
terpas
do
4;
stoffen
ruimten
Zijn
in
liggen
ja
in haar water bevatten.
voorbeelden
Daaruit
thee
het
men
en
namelijk
kilogram
geheelo
durend
stoffen
kilogram
100
Nauheim
van
is
samengebonden
wegspoelen.
onzuiver
in
stoffen
100 in
singen
valt,
zeer
medovoert.
heden vaste
zooals
worden door
gesteenten
talkkorrels
ze
mag
bezwangerd
afkomstig zijn, die
de
en
leemstccn of lei,
en
zuiver
scheikundig
of
bad
gesteente,
opgelost,
lucht op de aarde
bodem
en
dat
mergel,
duur door het
langen
voorbeeld,
die door kalk
uit
dolomiet,
den
samenstollen.
scheikundig
min
in
kalksteen
en
uit
bij
323
BKONNEN.
kristallige
dolomiet,
waterstroom kan
oen
de aardkorst
uit
Het
talkspaatkorrols
wordt dan
kalk
worden op
Zelfs
verbrijzeld.
en
lIEETE
,
bestaan,
vernietigd.
bestaat
Het
uit koolzuren
gips,
die uit kwarts
water
dat
uit
EN
nog als
kunnen
hangende
aanbreekt waarop
wor-
kunnen
dat
niet 21
blijmeer *
324
mogelijk den
wrijven
zelden
onder 'die
gegleden
en
spreekt
hot
gereedschap
dat
beiden
als
korst
wij
het
bij
hout
is
berg-
Bn
Goldau
dorp
bewoners,
groot zijn,
andere
en
naar beneden
enz.
de
Menig
hoe
kunnen
aardstortingen het
dat
voorschijn.
ontstaan.
in den aardbodem
verwekken
bekend:
zijn
zagen,
boren,
do wilde dik
hier
dan
do
worden
wrijven vuur
assen
twee
van
te maken.
van
do
kan
zijn
dat
zeker
kunnen
van
het
van
lagen
mate
hooge
oen
beweging
die machten
slechts
om
gesteente
wrijft,
en
het
doet
sommige
het
zwaar
daarbij
er
enz.,
vijlen,
bedenken hoe
glijdt
bijeen,
worden; het heet
’t welk
gebeuren,
warmteont-
van
Dat
wrijving.
herinneren
wij
glooiend
dat
moeten gaan
warmtebronnen
groote
samen
liggende
nagaan
is. Bn
bergbreuk,
te
gaten
wijze
en
vergezeld
onberekenbaar
daar beneden
makkelijk
zij
soms
hierbij
hoe
steen-
onder
er
on
dan ont-
onderaardsohe water
en
die
op
of
liggende
vallen die
aardglijding,
hot
hoornen,
tegen elkander,
nu
zijn,
holte
stadje Plurs,
dan twee
zijn
verwekken,
stukken
het
zelf
en
de boven
glij-
beneden,
naar
geworden.
spoorwagens die
van
do
groote plaatsveranderingen
drukking,
warmte
liggende heen,
waarbij
spleten
is
huizen,
alle
van
Er
wikkeling.
onder
aardverschuivingen
verwoest
zulke
er
streken
instorten. Dan
lagen
langzaam
tevens
uit
vulde,
anderen het
mot
in
BBONNEN.
lagen
grond
dan
HEETE
liggende
aardstorting,
een
komt
zulke
EN
de
over
in den
plotseling
holte
plotseling
Als
daarbij
dan
men
plaatsen
Eu
liggende
boven
bergachtige
in
bewijzen
en
de
gemaakte
meer
on
holte
aardlagen
en
Niet
zelf
do
instorting
een
noemt
glip.
do boven
en
schuren
en
er
massa’s dat
BERGEN
zakken
en
staat
is,
VUUBSPUWENDE
aardover
wij
ge-
moet
warmte
worden ontwikkeld. Nu
zou
hot
ontwikkeld want
vuur
spreiding
wrijving
wij
zien
aarde
Wij
dat
steenachtige
on
dat is met
hot
vuur
altijd
enz.
bij
do
is
dat
hot
zich
dus
is
hebben,
en
licht die
alleen
bestaan; evenwel
voor
geen
is
hoe
van
dat
gaat
vuur,
door
wij
ver-
in
de
die warmte
gepaard
? immers
vulkanen uit
do
verspreidt. de
uit
wij
nog
vertoont
waar
uitbarstingen
stoffen
en
daardoor veel warmte
of met vlammen
gloed
vlammen
enkel
Dit
Als
er
warmte
maar
warmtebron
een
zelfstandigheden
rotsen
licht.
een
over
zij
zeide; dat
verschijnsel
’twelk
degelijk
alsof
men
waar,
het
men
aardlagen
wel
spreken
samenstellen
aarden,
do
licht,
komt,
zeker
warmte
van
dat
zijn
is
noemt
van
dan mot
kunnen
wordt,
korst
van
delfstoffen,
spreken altijd de
meeste
onze
uit over
aarde
aard-
of
steenen,
aardlagen
en
ge-
VUDUSI’UWENDE
steenten bestaan in
de
niet
moesten
zijn
gevormd, zelfs
kelijk Elke
dan
dieren
on
blijfselen eous
men
blijfselen
van
veelal
deelen
dikke
wij
die
water
zelfs nen
in
de
die zelfs
uit
don
sedert
uit
millioenen
toestand,
de
stof
die
Zoo
petroleum;
oven
werktuigde
zagen
bronnen,
wij
stoffen in
stroomt op zekere of
een
in
een
dat
plaatsen
het
door hot
er
uit den
verbindt
zich
in
zoo
de
zuurhoudende bronnen. aardmassa’s hoen
dringt,
dan
groote
on
veel
op
in
sleept
en
dat koolzuur het
al
verrot
aardlagen
ammoniak
en
hoeveel-
andere
zij
als bron-
verschillende
namen
bitumen, aardolie do
en
vormt dan
mot water,
Als
en
Eu
enz.
hoeveelheid dat
een
vergaan
en
enz.
En niet minder
verrotten
van
Dit
zoogenoemde
vormt door
dan
de
vochtige,
sommige gedeelten
van
,
mate.
hoogste
koolzuur wordt ontwikkeld.
grond,
over-
do zachte
onuitputtelijke
stof die brandbaar is
den bodem
vol
vormingen,
draagt: aardpik, aardteer, bergteer, asphalt, naphta, steenolie,
op
schubben
koolzuur,
vormt,
meren
men
Alle
plantenoverblijfsels bestaan,
is,
aanwezig
over-
als
valt.
maar
gesteente.
van
worden die in
vloeit;
welker
ziet,
zitten
zijn,
beenderen,
jaren
ontwikkeling
aarde
en
steenkool, bruinkool
glanskool,
geboren
bodem
geheel
millioenen week-
regenbui
Goheelo
stoffen.
sommige plaatsen groote
op
do
deelen,
in versteenden
stoffen
organische
do
vuurvormingen
worden
de blauwe
borgkalk;
de
een
schelp
een
zij
en
bewaard
een
opgenomen in het
onder
der
lagen
er
men
gevormd,
gesteente
terwijl
vaste
gesteenten
planten,
dat
onverbrandbaro.
schaaldieren is
leer,
door
hebben
gesteente
zijn
zijn
in water
stoffen oorspron-
do
van
van
die in olk
bezinksels
Gloeit
gemaakt gevolg
don
maar
enz.,
van
brandend
een
die in
organische
schaal
gekomen
plantaardige
stof doen
een
is
fraai in
de
stoffen bodem
doordrongen.
meestal
gebleven
dieren
elke
moesten
integendeel
stoffen
die als
van
do
verre
alleen;
anorganische,
als
zij
beschouwt
hebben
vergaan,
heid
dat
dieren;
van
en
is
in
er
aardlagen zijn er,
dieren
kalk
zoogenoemde
geen
die
vol
noemen
die on
nog
bewaard
van
zij
en
zijn
zoo
stoepsteen die
zijn
die
do
van
kalk
die
want
hoeveelheid andere
oorsprong,
aardlagen
325
BRONNEN.
anderen verbinden
stinken
en
polypen
aardlagen
zijn
met
koolzure
zijn,
een
die
stoopstconen die
groote
zeer
zulke
weekdieren
schaal
in
er
dan
HEETE
benaming,
do hoeveelheid
bedraagt
dat
van
een
met
In
zijn.
van
Onze
kleur
zich
weefsel
een
zwart.
wij
EN
zelfstandigheden
plantaardigen
meer
schelp
dierlijk
die
vinden of
brandbaar
geval
dolfstoffolijko
verrotten,
vergaan
of
uit
dierlijken
van
onnauwkeurige
zoor
0011
BERGEN
be-
gas
gas-
koolweeke
dat
slijk
326
VUURSPXJWENDE
met
zich medo
zelden komt
boven
naar
tegelijk
er
een
bliksemstraal het
zulke
toestanden
worden dat
door in
er
gewicht
dat
het
te
langer
niet
slechts
zelfs
het
raken,
heet
een
en
diepte
gemaakt
waarbij
vlam
de
waarop
groot
zal
voorbijgaan.
Hoe
on
ten
persen, warmte
des
verhoogd,
die
do
die en
sterke
plotseling
stoffen
do
dieper
hitte
vrij
Nu slechts
willen
in
kan in
omstandigheden, de
dos
wij
door
grootor
hoog
olieaehtigo
zien
zijn
van
of
dit
van
klimmen dat
de
hot
dos
in
lucht,
boven
massa’s,
de
stoom
in
of
warmer
naar
worden
plantaardige
brandbare
van
liggen,
te
het
in
ge-
af
onopgemerkt
liggende
water
damp,
do
brand
den bodem
liggen,
Dan
brijachtige
slechts
bijna
dat
daardoor
do
pap
do
ver-
wordt
veranderd, dierlijke
on
gassen, brand
die
in
geraken,
vulkaan.
een
alles hen
met
last
glijden,
veranderd.
van
geweldiger Het
en
zoodra
hun
om
kan
wrijving bij
rottende
stoffen
aanraking
in
in
of wel
der boven en
hot
door het
zij
geperst,
maar
wordt
massa’s do
gespannen De
en
in
spleten
en
of
aard-
veroorzaakt warmte in
hangt
nu
zijn,
vergezellen.
worden.
uitbarsting
hypothesen
weeko
drukking
te
uitbarsting
veranderen
ziedaar
de
van
en
de
wordt
meer
gevolge
schijnselen 1 die door
te
slijkerigo
brandbare stoffen in
Eu
zal
water
aardmassa’s
opwellen
aardmassa’s
treffend
en
door het oen
papachtige
hoog
damp
lagen
geworden en
zoo
en
dc
vertoonen.
verweekte
verschijnsel
die
tot
en
uitbarsting, on
gedrukt zijn
ont-
dingen
gevulde
worden
gespannen wordt,
hoog
uitvloeien
vuur
cn
in of
brij-
wrijving
warmte
een
onmerkbare
dat
zijn zij ,
die
en
zulke
dat
schetsten,
even
stoffen
en
gaan die steen-
wrijving,
koolzuur
water
in
massa
Dan
zoo
vinden,
week
niets
er
denke niet
men
of door kloven
te
dan is
,
vuur,
En
verrotting,
steenmassa’s
bovenge-
steekt,
geenszins;
uitweg
een
de
zoogenoemd eeuwig
wij
zulke
nu
water
dragen.
het
als
do
liggen,
liggende
steenbrij,
het
Waar
gesteente
verwekt
een
Niet
opborrelt.
van
is
geval
bewerktuigde
door
een
of dat
ontstaan.
zijn;
met
oppervlakte
boven
daar
en
bron in brand
plaatsen losgemaakt
ingedrongono
opgepersto
verandert
vele
op
kunnen
glijden
do
do
van
door
zij
de
plaats
zien
de
want
vastere
omringende
een
omstandigheden
veranderd.
brij
aan
te
stofwisseling,
dringt,
modderige massa’s
do
op die
zeldzaamheden
gomakkelijk,
BRONNEN.
als dat hot
en
monsch zulk
om
lIEETE
de zelfde opening ook
opwellon,
bron
en
of
uitzonderingen staan
uit
een
doet,
brandende
altijd
een
de
dat
noodig djin
EN
maakt dat hot hier
cn ,
en
noemde brandbare stoffen anders
BERGEN
werkelijk
die
niet
zoo
aan
gebeurt,
een
of
centrale
dat
het
vuurbron
VUUESPUWEKDE
in
do
niets
aarde
anders dan
klaarbaren weg
Plantaardige warmte in
in
en
maakt.
In
vloeibaar ,
korst
naar
slijk
boven
met
een
die krans
snapte;
door
en
,
hooger.
Maar
als
slijk
het
geen
bodem, van
do
in
gassen
diepten cilië
slijk len
:
geschiedt
Dat
Zulke
zij
in
van
maar
in
Trinidad.
hot
hier
van
1
k b
ij
bekken
bevindt
is
Do
oen
van
gasbel-
vloeibaar
van
slijk
een
taaie,
voortbrengsel
oen
de Si-
op
opwerping
van
van
uit
Girgenti
top
vol
spleten
opstijgende
den
ons
ook
slijk, en
De
met
op
zooals
opborrelt
bij
o n n c n.
heuvel
eveneens
er
stecnachtigen
een
gassen
dat
zich
weer
zelfde mate
vlakten
met
rustig.
on
govlooiden
heuvel
r
ont-
is
zeer
half
van
de
slijk.
bodem
verrotting
klein
uiteen
Die
s
kalm
zeer
slijkheuvels
zijn
Zuid-Amerika,
Do
daar die
oen
met
later
hij de
op uit kloven
slijk
platte
gas
vloeit uit-
hij
modderig
een
mot
gevormd.
onder andoren
men
of die kuil
bekken
opgeworpone
Modena,
men
welt
Een
zoodoende wordt
lage
der aarde,
waar
vindt
in
plau-
gasbellen
rond.
wordt
en
oppervlakte
veen-
boven-
de vloeibare
waaruit het
gassen
streken,
dus,
het
valt ineen, in
verzamelt,
gevormd,
plaatsen
gowoonlijk
aardbrij.
opwerping
landen
die
barsten in
troebel
een
de rottende
slepen
den
water
water
platten kegel,
een
van
de
in hot
moerassige
uit
op
opening
grond
streken
verrotting
do
schildvormig
vloeibare
van
andere
midden
barsten
den
veenachtige
aardkorst,
der
platten,
der
in
maccaluba noemt
gevuld.
zijn
in
Zulke
gesteenten.
in
de
gasbellen
spat
de
tot
oppervlakte
bergachtige door
wordt
verhooging
Maar
slijk
rondom
uitbarstingen
do
op
gebeurt
vaderland.
ring
door
Somtijds
zwarte
er
baggorlaag
zich
alles
of
nieuwe do
belangrijke
Dat
het
die
zelden in
hot
on
van
gedeelte
oen
in weiden met
stijgen
en
niet
wij
opborrelen
en
plaatsen
boven.
naar
en
ontstaat
slijk
van
venen
bestaat,
veen
mode
hoorbaren knal,
krans
een
zich
enkele
op
ver-
den invloed voor
gaan
zien
opborrelt
buiten. Gasbellen
en
tenmassa waaruit het
bagger
in
onder
en
gasbellen
bodem
streken welt,
sommige
grond
den
van
voor
en
blijvende.
Dat
er
houden
natuurlijken
zeer
verrotten
over.
als
327
BRONNEN.
vulkaanuitbarstingen
stoffen
toestand
slijk
daardoor
er
HEETE
worden ontleed,
zij
stadsgrachten,
onze
de
bestaan
en
dierlijke
en
gasvormigen
den
zomer
ontstaan,
EN
vuurhaarden, op
plaatselijke
vochtigheid;
en
die
en
golooven,
BERGEN
van
zij
niet
en
dit
vindt zoo
men
groot
vooral
belangrijk
eiland
is
bewerktuigde
stoffen,
zoo
ook
als
bij
vooral
hertogdom
Girgenti.
zijn
rijk
het
in
zij
aan
aan
op
Grooter
het
eiland
voortbrengselen de
stof die
men
328
VUURSPUWENDE BERGEN
bergteer,
bergolio,
geheel
een
Hier
meer
zijn
vormingen den
aan
den
schiereilanden Zwarte De
,
vormen,
in
aarde
zijn
geheel
jaarlijks
opwelt,
boven
eiland kant
—
Abde
op
de
van
zouten.
de
zich de
die
kloven
gevuld leem-
liggen
water
’t
welk
in
veranderd
plaatsen
dien omtrek
verzamelt
die stof
van
vele
Op
do
van
wordt
plaatsen
uit
slijkbrij
rondom
bewoners
onophou-
den bodem
de
van
diepte
brandbare gassen.
er
den
bran-
aardteer die uit den bodem
liggen.
op
het
een
dat
daar en
vele
op
zoute
door
kalklagon
hoeveelheid
grootere
ontsnappen
door
hot
als
op-
werkelijk,
don mensoh. In
spleten
die
ook
hot gas
van
Door
kilogram
ongebruikt
hoopen zij
Onder
de aardkorst
zij
verlicht
met aardteer. In
borrelt
brij
branden
in alle
en
wordt
10 000 000
slijkvulkanen in de
waarlangs
voorbereiding
hier
De
de
naar
uitge-
uitbarstingsplaatson,
den
het een
is
daar
noodig
dek des
sedert
te er
een
droogt
meer
die op steun de dan
geen
omtrek “wassende
de
toevoer
en
hoeveelheid
van
en
weer
on
in
in
werking;
stoffen.
leembrij
dan
is
er
beweging
wordt hard. Maar
het
weeko
aanwezig,
plaats
had.
Do
verstopt geraakt,
zouthoudende
gevonden,
uit,
uitbarsting
zijn altijd
misschien
zijn
massa’s
gesteund,
grootere geen
soms
opsteeg,
voordat
slijk
niet
den Kaukasus
tijd
aardlagen
of
uitgeworpeno
van
langen slijkbrij
liggende
hebben
leden
die
uit
plaatsen
lucht
aardpik.
dringt,
kalklagen
worden
do boven
den in
op
anderen
kalksteenlagen
andere
en
blijft
en
hebben
sommigen
wordt
den
genoemd.
Niet allo
Het
of
tienmaal
slijkmassa’s
daarom
De
vermengd
een
mot
en
bergen”
wegen
het
Azof scheiden
van
verbranding
de
doortrokken
ongeveer
liggende
worpono
ten
slijk
maar
boven,
of
zee
zelden
nacht de
van
bergteer
verzameld,
niet
de
recht
belangrijke! -
nog
den Kaukasus
van
den bliksem of door
door
opstijgt.
keukenzout
weck
niet
en
bij
gevolg
een
de
vol
een
en
is
zouthoudende leem
men
die
zelfs
gevonden.
te
zij
er
den
aan
vlakte
wordt
dat
zijn
vooral
Zee,
bovengenoemde
gestoken
steenolio,
dat
alle
op
Bakoe
van
uit
lagcn
toch
en
zekere
aardteer
beide einden
Bakoe,
Kcrtsj
en
brandbaar,
bosoh,
delijk
met
Taman
die
zijn
omtrek dend
En
Kaspische
van
in
er
slijkheuvels,
de
aan
de
bij
omtrek
in brand
hetzij
aard
kant
BRONNEN.
Zee.
gassen
stijgen
groote
zoo
of
aspbalt
slijkvulkanen.
dien
van
eenon
in
sjeron
on
van
HEETE
noemt, dat
enz.
vloeibaar
van
veel
zoo
verdienen
naam
asphalt,
EN
slijk hoe
En
is
drukzekere
geraken. eindelijk
daar bene-
langer
het ge-
dan ontstaat
er
VUURSPUWENDE
die
uitbarsting
een
hoe
verloop,
des
dampen
het
wrijving
Taman
en
kegels,
zijn
vertoont vloeide 800
eenigo on
uit
er
meters
was
er
schudden
van
voelbaar,
en
het
geleek
Bij
die
al
den
alsof
het
een
die
de
Ciudad water korst in
do
van
op vele
water
geheele
nooit iets
zelfs
kruin
heeft
stroomen
is
Taman.
zinkende
tot op
Het
boven
gekraak
werden tot
een
of
duidelijk
aaneen
en
ge-
zoodat
steenlagen,
grond
steeneu
onder
losgebrand. hoogte
van
den
de aardkorst
onbotoekenend
uit
slijkerig
oen
heeft
de
er
water
ineen
en
gebeurd
uitwierp ,
on
rivieren,
In
streken
bestaan.
Bij
watorvu
uitgoworpen,
met
holen
holen
groote
zijn.
het in
plotseling
die in
verband
holton verzameld
zoogenoemde
worden
anderen in Quito water
meren
onderaardsche
dan water
berg
stoffen
van
in
den bodem.
van
zich
Somtijds
slijkerig
uitwerpen
hoeveelheid dat
oen
van
in
soms
water in
anders
hot
onderaardsche
die slechts
zulk
dat
plaatsen
uitgeworpen,
van
zich
verspreidde,
vuurverschijnselen,
water
gevuld,
verwoest.
visschen
leefden. Dat
Oba
uitbarstingen
die
slijk
dagen
twee
en
dus, van
oppervlakte
in
van
van
krater-
de Koekoe
die
verschrikkelijk
een
Zuid-Amerika bevindt
nog
Vieja
1801
blijkt
van
uitbarstingen
stroomen,
vlam-
geslingerd.
groote hoeveelheid
ontstaan
in
er
met
eiland
beneden
slijkklompen
vergezeld
soms
hun
den heuvel
van
kanonschoten in den
werden
lucht
van
naar
aanwezigheid
Guatemala in
kaan,
en
bovenstaande
zijn
die
waarbij
toen
zware
bekend dat
grotten
water
er
do
mot do
waar
is,
de
op
schrille
meters werd berekend. In 1835
het
gedurende
was
vergezeld
barstende
grond,
Hot is en
grond
uitbarsting
Uit
staat
den
dooiolie-
stoffen,
heet
den voet
aan
uitbarsting
oen
worden
vloeibare
in
vooral
en
van
7 000 000 kubiek
op
ging
meters in
uit
die
stroom
een
de vlakte
over
hoog,
uitbarstingen. Bij
krater
grooto
een
rommel in
hevige
den
ver
slijkmassa
een
dan
meters
brok-
slijkvulkanen
de
uitgeworpono
van
honderde
en
bij
de
doorgebrokeno
de
en
valt
werpen
de
die stoffen
gassen
zelden
Dan
breken gassen,
zij
uit
ontbranden,
niet
men
al
en
Nu
buiten,
naar
lucht,
uitbarsten
gewone vreedzame
geduurd.
den schok.
brandbare
kegels
het
van
steenbrokken,
de
de
ziet
Hun
Kertsj.
nu
het
Dat
opflikkeren.
men
in
dat
stoffen ouder
aohtige
15
heet
zoo
slijk
hoog
gewold
en
329
BRONNEN.
heeft
rust
beeft door
vreesselijk
verharde
medegesleurd,
lagen de
met
slijk
en
van
lIEETE
verschilt
meer
do aarde
grond plotseling in,
ken
te
EN
uitwendige
de
langer
BERGEN
het
jaar
zakte,
1-
maal-
1741,
de
stad
zulk onderaardsch
grotten toen de
der aard-
Cotopaxi
waarin zooveel
visebjes
330
VUURSPUWENDE
de
van
waren,
soort die
Andere vulkanen der
vermengd Java
op van
als
brandstof.
vlakte
grootste
1797
hoogte
water
Niet het
1790
onder
een
zout,
van
rotting of
van
hoe
zij
in
daardoor
algemeen met
lapilli
en
de
lucht.
smolteno er
tot
een
een
tijdens
soms
door
stof In
menigte zulk
een
riekend
en
zoo
Quito voet
in
van
beneden,
,
in
mogclyk
welt
kegels
en
hot
op
met
ziet geen
buiten.
aard-
geheelo
glas.
de
of
Door
vurige
zij
gloeiende vloed
de
hoog
opening
menschelijk
hevigen
die
men
terwijl brokken
op.
vuur,
aan
hitte
komen
zij of
met zich mede
uitstroomende gassen een
do
den
tot
stcenslijk van
aardpik
zij
brij en
on
ver-
lichamen
door
gespannen,
slepen
de
aardolie,
veranderen
boven
wij
dergelijke
en
aardmassa’s
dien
door
naar
gelijkende stof,
gesmolten
vrij maken,
wordt
uitbarsting
zwavel
deeltjes
dampen
hoog
stroom
bestanddeelen die door
do
aard-
oen
een
gelijk
do
In
steenaohtig.
Sicilië
barstte
nu,
gassen
op asch
van
drijven
deze
kleine
De
noodzaakten
morgelslijk
dan wordt
do
stconachtigo
als
op
spleet
zijn voortgebracht,
wezens
den krater
en
vor-
beweging
den
en
of
aardachtig
di Yiscerni
gebeurt,
veranderde steen-
op,
Zij
streken.
daarin naar
ver
eens
hoog-
dan 300 meter
meer
vloeiden,
uit de
en
gloeiend;
gassen
noemt,
de
van
aan
stoffen nu
Op
geweldige
van
mijlen
zijdalen
zwavel
gecalcineerde
steenblokken
korst
uit
uitwerpselen
ontzettende kracht tot
vloeiden
die
slijk aanwezige
toestand
do
uit.
liggen
breedte
en
de
uitwerpselen
aardbeving
slijkstroomen
Santa Maria
zulk
en
de
van
mogen, verbranden,
een
lava
naam
de
mod-
vulkanen
uitgeworpeno
baggorstroomen
in
en
ook,
in
Die
de
bewerktuigde
worden
gloed
in
door
sommige
Maleiers de
tijdens
gaans.
voenachtigen
Zuid-Amerika werpen
van
lijken
vormen.
bij
dat
met
gedroogde
aardpik
uitgegloeido,
een
zich
do
heeton
verbranden
de
vreesselijk gekraak,
aantoonden
steenmassa
te
do
noemen
ontstaan
meter,
zijn
spleet
naar
Ontvlammen reeds
ook
oen
uren
zulke moddervulkanon moya.
don
is.
rivieren
meren
om
zelden
jaar
laag
zijn
200
van
groote
of
onder andoren
vulden dalen ter
zij
dat do
vele
van
vlakten, als in de heuvelachtige
die onder
Tunguragua:
hot
men
bekend
jaar
verstopten
Boeah
slijkerige
de
moyastroomen
den
BRONNEN.
omtrek
een
doen
vulkanen
meer
zoowel op
aardkorst
een
vele
weer
het
tot
Dat
zij gebruiken
Quito noemt
zich
do
Ook
dan
van
toonen
uit.
en
IIEETE
veenslijk
een
Philippijnen.
bergen,
waterige,
in
do
en
zulke
in
verpestten
werpen
slijk
EN
Pymelodus cyclopum geheoten wordt,
die dieren de lucht
van
BERGEN
don
oog in de
Niet
en
ge-
vormen
opgehoven top.
Doch
vreesselijko
VUURSPUWENDE
groeve
die
breken
dikke
met
ren
dood
slag
op
kolom
hemel
in
do
als
berg,
als
lingen hoogcr
staat de
beneden zien
zoo
hebben
Onze
schots
,
lieten
niet
on
te
dus dat
in
ting
dat
aardbrij damp
de
bevat
in
die
is,
veranderd,
rol
de
wordt en
on
speelt
en
drukking
in
hoe
liggen, do
de
Des
do
die
en
al
een
zij
braakt. En boven
wij
grootero diepte in
zij
’t
op-
wor-
voog-
in
den
algemeen
des
het
óppersen
liggende massa’s,
te
de
in
hoog
hij
plotse-
welker
verrot-
gesteenten, die
water
Het
drukking wordt
de
worden
geweldiger
grooto
zoodoende
Uitbarstingen
cenige
daarbij
vergezellen.
van
vulkaan
oen
nog
vulkanen
uitbarsting
oplossing
stort
uitgeworpon
dierlijke zelfstandigheden de
geraken,
vnurverschijnselen.
van
niet
gaan tot
door
aanraking
aanleiding
geven tot
olieachtigo vloeistoffen over,
brand
vuur
nog
—
tooneel dat
der boven
onder
den hel-
reeds
gevuld,
wrijving bij
uitbarsting
door
de
golven
die
hier
sommige
wordt.
op
langs
vulkaan.
stoffen
door
moer
verhoogd
plantaardige
gassen
lucht
te
het
zij
rand,
gloeiende
wij
dat op
op
steenmassa’s
van
stoffen
de
beneden,
holte
uitbarsting
een
iiidieu
de koude
in den krater
den
op
omringt
een
door naar
zij
lava
gchcolc
weer
van
even
des
verschijnselen
groote
ontzaglijke
en
gevolge
Do
vrij.
de
zijn
de
met
van
betreffende
verweekte
die
do
brandbare met
do
zijn,
die
kegel
waarop
roods
de
een
wijze
wij
gespannen
ling
de
voldoende
merkten
van
ook
uitbarsting
volgen
weer
vocht vallen
flikkerend
gedachten
onze
do
volgende:
ton
daarvan,
den
hot
warmer
warmte
dal dat
nog
aardbodem
is
stroom
eenige bijzonderheden
Daarom
Boven
van
niet
zou
merkingen
den.
in
geschilderd:
ontstaat,
den
hier
wij
vurige
het
naar
dampmassa’s,
vermengd
en
den
nacht. Bliksemstralen schie-
waterstroomen
reeds rood
rensachtige
een
wolkenmassa die
zware
ondertussohen is
geworden:
een
rij
zich, slag
breiden als
modderstroomen vloeien
en
vloeistof,
als
en
Die
lucht,
dichte
een
gedruis
brij heen, slinge-
verbrokkelde steenen
van
de
verandert in
met asch
Eu
borg.
gloeiende
oogenblik, naar
den
in
een
tot
vallen als
verdicht,
hoogcr
en
in
dampwolken.
en
slijkvlooden
van
uit
onbeschrijfelijk
vloeibare
wolken
hoog
331
BRONNEN.
oen
gloeiend
lucht,
dag
slijk troebel,
door
en
do
den
en
die rook-
hoogte
een
in
11EETE
Onder
grooto
volgende,
hoog
omfloerst
door
ten
geweld
de
duizende meters
elkander
EN
spuwt.
door
dampballen
ontzaglijk
op
zwarte
verderf
on
stuivende asch
en
BERGEN
uit
geringere
diepten
332
VUUIISPUWENDE
niet
brengen
do
maar
Waar
den
die
houden ook raakt
den
reeds
dere
vulkaan
kan
nieuw
liggende
kere
De
min
krater
soms
ren
spleten
een
den
het
nische
hoeft,
van
dat in
de
voelde
of
door
an-
bewegingen
van
verschijnselen
zijn,
weg do
en
verhoudingen
weer
liggen
totdat
vloeibare
zij
er
aardbrij
zakken
en
liggen en
naar
holten
aan
den de
plaats hoeft, barsten.
eindelijk
In
ze-
wijde trechtorvormigo spleet
een
slakken,
en
steeds
blijven,
kegel
gedeeltelijk do
open
den rand
on
langzamerhand
naar
Do
gedeeltelijk
,
boven
uit
de
heen,
veranderen
op
steonbrokken
van
krater, blijft.
slijkstroomon,
over
kraterrand,
een
den krater
door
geheelen
het
ontstaan
de scheuomdat
zoodoende,
den
ge-
vullen den
lava’s, on
en
trechter-
zij
vulkaan
in
kegel. water
do
grootste het
is
meeste
de de
ziet
rol
geen
speelt
wonder
uitbarstingen
nabijheid
Azoren
men
gesteund do
aardbrij worden,
uitbarsting geschiedt.
vloeien dan
den
weoke
zinken
daardoor
er
gesmoltcnc
meer
in
dat
uitbarstingsmond,
verschijnsels,
of
vulkaan op
tijdelijk
vorige
rondom haren mond
wordt,
geheel,
berg
vlakken
Daar
zee
do
perst
omhoog,
glasachtigo
verwijd
worpene,
op
kan
dan
waardoor do
en
do
do
meer
en
waarin
bovenlagen
gesmoltcnc,
vormig
als
dan
uitbarstin-
vroeger
en
ook
geval
gewor-
bodem,
voor
eiken
voor
niet reeds
vulkanische
dit
boven
niet
dringt
omtrek
waaruit
die
zij
uitbarsting werpt
asch,
der
iu
beginnen
weer
omdat
omstandigheden
ontstaan,
van
ophouden
ontstaan, den
van
daar
kan
in den
verschuivingen
oorzaken
steenmassa’s
do
zakken
hen
rand
door
plaats
zeker
moet
dingen
zelf-
vertoonen. Ver-
de stof
op:
ontstaan, ingeval
bodem, do
terstond
oorzaken
zich
zij de
plaatsen
blijvende
werkingen
on
herhalen
die
op
zelfde
ont-
wijze.
tot stand komen.
Terwijl beneden
op do
boven,
naar
belangrijke
een
gehad,
veelal
vulkanen tot
uitputting
een
tijd
voorbeeld
Het
zijn.
die
uitwerpselen
zonder
hebben
plaats
lang
van
BRONNEN.
vreedzame
zeer
omstandigheden
Zulk
bij
in den
genomen
onder
de
ook
oorzaken
vele
zijn
gevolgen
op.
dingen,
stoffen
op
de
de
eeuwen
of anderen
oen
eenmaal
daarom
en
zich
een
lIEETE
massa’s
geschiedt
op
omdat
dan,
en
anderen evenwel
gen
en
uitbarstingen nu
blijven,
den
zelve
warmte
van
BN
onbeteekenende
uitbarsting
wikkeling
meestal
slechts
BERGEN
men
herhaaldelijk
van
de
veelal
op
die
zee
zulke
van
in
dat
do
vulkanen op
gebeuren.
den
Vooral in
verschijnselen.
eilanden den
van
waarneming
grond
In
bodem do
het
beven.
vulka-
geleerd der
nabijheid
jaar
1810
In ’t laatst
VDURSPUWENDE BERGEN
December
van
San in
l s|cn
den
Op
1811
geleek
vond
toen 50
van
slechts
en
hoog
dat
tot
als
een
tot
zee
ter,
trechter
het
en
water
Het voortduren dat ter
uit
het
geheele
Dat
losse
het
te
water
de
men
wij
door het
do
uit
do
de
zijn
Kanarische die
vulkanen Tristan
Do
vorige
top
had,
in
zee
den
de
de
welke trech-
eiland,
het
golven
ech-
der
het
was
ver-
vlammen.
het nieuwe
1813
Stamri
en
het
Aan
eiland
Om
de
de
zee
weder
do
Kaapverdische
en
laatsten
meter
in
Italië
eilanden,
van
van
de
vormen
het
begin
Skaptar-Jo-
verschijnselen. vulkaan
den
aan
enz.
on
do
der
oever
uitgedoofdo
wij
Bengalen van
van
Vervolgens
St.
Afrika vinden van
wij
zuidwaarts ko-
Asceusion,
golf
dan
Mayeuland;
do
hooge
Stromboli
zee,
vulkanen op
Jan
wij
vulkanische
van
Yesuvius,
dragon
werkende
Hekla,
der
meer
behoeven
bewijzen,
vinden
dan 2200
oostkust
liggen
anderen. Meer
vulkanen de
Bourbon,
anderen. Deze
en
gevonden
bodem op don
dit te
do
vulkanen,
van
vulkanen
vulkanen
vulkanen,
meer
namen
de
vorming
meer
en
beroemd door hun
Nu
de
de
veel
beginnende, vele
do Etna,
eilanden, thans
d’Acunha.
van
op.
in
enkele
Trolladyngur
Azoren,
zee,
op
er
voornaamste thans
noorden met
golven
Middcllandsche
kaan
Februari
eilanden
slechts
do
van
Eyafjalla, de
zee,
speelt dat
verwijderd.
zee
het
rol feit
binnenland:
IJsland
aan
der
hoofdkrater rijst hier
Pioo
in
om-
reeds
opwcrpingskegel,
meter. Daar
spoelden
plaats
er
der
scheur
aan
200
van
bestond,
Reeds
weg.
grootc
eene
oonigen In
noemen.
kul,
het
van
slechts
vervolgens
Als
weder
de kusten
in
mijlen
hier
hoogte
eene
begon
tusschen
uitbarsting gaf eindelijk
die
op
oprees.
eene
daar
be-
plaats
vloeide de
schuimde
en
op-
Men
waterspiegel
oen
zee
zijde
eene
die scheur
do
van
vreosselijk
rustig.
Juni
dagen
eiland
daar boven
en
tijd
den
In
uit
berg
dien
aan
mijl
weinige
de
uitworpingsstoffen
bewezen
aan
ver
30
door
noemde,
eiland
ook
worden dan
aan
en
vóór
het
asch. ’s Nachts
van
een
weder
sterker.
nog
van
verdwenen.
geheel
wordt
die
do
in
hoogo
kookte
van
Sabrina
men
meter
voortliep,
halve
eene
in
was
geworden.
was
verwekte
honderd
een
in
deze
en
toonde
opgehoogd
wolk
eene
tot
grond mijl
opstijgen,
eerst
zij
nu
was,
den
halve
zee
zee
welke
zee,
diep
uitbarsting,
nieuwe
verwijderd, die
of
zich
De
werd
dagen
vademen
uit
333
BRONNEN.
van
eene
men,
vuur.
bodem der
do
80
geschoven
eene
van
acht
na
trillingen
zag
verspreidde
en
zuil
eene
HEETE
vurigen damp
een
do lucht verzamelde de rook
die
1812
Miguel verwijderd ,
roer,
do
werden
Februari
EN
een
Hclena den
en
vul-
dien
van
reeks
van
334
VUUIISPUWENDE BERGEN
vulkanen
die
eilanden,
naar
de
den
Pasaman,
Narroudam
over
vulkanen
Socinbawa.
Nu
lukken
Philippinen,
en
naar
de
gaan
op
Andes
Koerilen hot
te
stroken. kanen
in
verhand Ook
de
do vele
der
nu
steen,
eigenlijk
waar
komen,
in
zijn,
van
daar
te
Zoo staan
te
over
dor
zuidpool-
vinden
vul-
wij
klaarblijkelijk
indien van
hot
hebben van
het
in
nooit
sedert
ook
de
tot
niet
van
als het
wij
van
het
een
zelfde
gezien
centraalvuur
te
de
water
aardkern?
der
waarom
wij
niet
gelooven
om
tras
zijn
zee
Het
duif-
malen
den
toen
toen
door
van
die
zij
een
een
zou
er
aan-
de
zee
verande-
plaatsen
geweest,
waren
ge-
schoorsteen die stoffen die schoorsteen dan nu nog onder brandde ?
noodig do
uit
grond
zij uitge-
waren
bewijs
om
konden
geworden,
zich
Nie-
werk-
Rijnstreken,
aarde,
afhankelijk
Indien
centraalvuur
dat
zien.
Waarom zouden
centraalvuur, ,
een
honderden kunnen
bij
uit.
de
gloeiend
een
of vlammen uit
land
het land
do vulkanen
te
spoor
ook uit
vuur
droog
molensteenon
van
tegenwoordig
den
van
veelal uit
maar
bestaan. Later echter, van
als
komen
geschiedenis
der aarde ontlastte
dus
geen
wij
vorige
vuurspuwende
dat voorheen als
Keulen,
van
bewijzen
In
don bodem
tegenwoordig
vermengen, komt
vurige
bestaan
wij
ver
van
plaatsen
gevlooid: zij
waarvan
bergen
zij
oen
rooken
wij
is
den aardbodem
die
bewijzen
tegenwoordig
hoogteligging doofden
vele
op
voorbeelden zouden
die
van
gesteente
oen
tegenwoordig
Zulke
de
die
niet
Rijn
er
men
het binnenste meer
uit
tufsteen,
bespeelde
wol
weest
do
van
Mo-
keten
vulkaanuitbarstingen.
er
gesteenten
vorige tijdperken
trok,
doofd
niet
is
van
waren
krater
een
vuurspuwende
maar
uit
uit
metselkalk
halen. In
terug
Alcoeten
en
Japan,
en
groote
do aarde
de
naar
de
daarmede
en
Goonoeng
de
vulkanen
om
Soenda-
Lombok
China
naar
over
in de
water,
Banda
en
daar
on
vulkanen
stoonen
den
aan
vulkaan
daar
Do
massa
zamen
met
de
nog
zijn gehouwen
dermendig
ringen
zoo
kring
oorzaak is
aardgeschiedenis
,
vloeibare
kusten
eigenlijke
vormen.
gebruiken
ziet
hot
uitgodoofdo
zooals
omtrek
streken
om
den
Bali,
van
do
naar
Merapi,
Luzon
en
voortzet
grooton
van
ïimor
Amerika,
loopt
den
staande.
bergen,
het
zich
dozen
nabijheid
dat het water de
tijden
die
op
Celcbes
van
BRONNEN.
Java,
van
over
Kamtsjatka,
en
vormen,
die
en
over
vasteland
Overal
Soematra,
die reeks
vervolgt
lIEETE
Barren-Island
on
van
Goenong api,
EN
hebben
aan
uitbarstingen
het bevan
vul-
VUURSPUWENDE
kanen te
kunnen verklaren. ’t welk
beschouwen,
binnenste
gloeiend
kunnen
zal
aardkorst
den
uit dat
het als
bronnen
zulke
algemeen
Geen als
wonder
uitingen
king
toe
het
welk
verhaal
wij
“Op van
maandag
bodem
te
bevinden effenen
zich
oppervlakte meer
hier
geyser
hij on
op dat
—
door door
die
van
hij
steende
groot,
zijn
De
dan
en
zich
zelf
zeer
par
de
wat
meter
is
van
excellence
omvang, on
schoonheid
gevormd een
Hij
bijna
heeft
vele
van
—
liggen
getal
eeue
water
zij
holle rots, uit
’t
uit
den
heb,
oen
bijna eene
op
der bronnen is en
in hot dat
een
Wij
daar-
beslaan
gedaante, Do
oog
hij
zijn waterstraal,
bezinksel
wer-
den voet
gezien
water.
meest
op
in
bronnen,
Aan
afloopt; zij
zich
IJsland.
hebben.
IJslaud
zonder
hot
bevindt
kwartsaehtig
op
en nemen
geysors.
geysers
die
vulkanen,
borgen
zijn,
men
eiland
beschouwde
die boete
Hot
eiland
centraalvuur.
mogelijke grootte
door hot
bij
uit-
stoffen
heuvel komen
De
valt
—
uit
danken
do
hot
op
geysers
het
te
bij
Imogen
en
die
water
grooto
en
do
aan
Miles
elke
warme
vulkanisch
geheel
van
vijftig hectaren.
klein
er
vuurspuwende
den heuvel
van
ook
een
die geysers
heuvels.
van
of
zijn
verscheideuen
bezoek
een
hoe te
daarnaar noemt
en
zijn,
er
bestaan
heet water
er
zooveel kracht
vooral
er
langen tijd die
Pliny
mag worden.
die uit
de
intermitteerende bronnen.
bijna
Juli kwam ik
zij zijn
daar
trotschheid
massa
van
weinig
moor
grooten
genoemd
of
zijn
dat
met
er
moeste bronnen die ik op
voet
een
de geyser
do
aarde
26stcn
den
aan
dan honderd, zeer
het
van
honderd
voorschijn.
grond,
ook
men
hand
den
een
inwendige
tusschenpoozen
oorsprong
werkende,
nog
Engelschnian
omstreeks
een
maar
bij
bestaat
zelfde kracht
tor
geheele
men
zulke
zijn
IJsland
“geysers.”
verder gaan, zien
don
aan
Er
geheeten,
geysr
bodem
bewijzen
wij
voor
ziet
het
niet zelden
die
staan,
daar
dat
de
van
als
zet,
willen,
alzoo
van
integendeel
ons
warmtebronnen in
aarde
en
heoto bronnen komen
zijn
zoowel als
uitgedoofdo
dat
on
dat
water geven,
vulkanischen
van
natuurverschijnsel
uitwerksel
een
volgt
tussoheupoozende
bronnen
uitnemendheid;
klaarblijkelijk
de
van
stil
en
worden
zij
voor:
voor
plaatselijke
hoog opspuit.
tusschenpoozende
IJsland
wel
komt,
onophoudelijk
zoogenoemde
worpen,
bij
plaatsen
springen
ander
een
335
BRONNEN.
gehouden,
daaruit niet
voorschijn
fontein
een
die
afwisseling
Zulke
te
grond
nu
velen
wordt
er
lIEETE
is.
vuur
onderscheidene
Op
dat
dat
maar
don aardbol
van
door
der aarde
EN
willen
Wij
eveneens
aautoonen
zijn,
BERGEN
klein
of wel
grooto
,
daar
opworpt, als
eenig
heuveltje eenc
ver-
het water ontstaan
336
VUURSPUWENDE
is.
Als
boven hem
rustig
gelijk hij
als
van een
eirond
Toen
ik
kristalhelder water
schotel
rond aarde
zij
of
die haar
en
lichte,
vlakte
ziet
deze
geene
geyser
in
ik op
den
bij
veel
water
den
van
den
hot
op
zeer
do
slechts
te
zien
zoden, twintig van
10
daarin uit ik
die
met
tot
af,
12 en
vulkanische een
wij
tijden,
ik
de
vol,
bron
boven
zien
wortels
de
komen
somtijds
tijd
in
pijp,
door
en
do
Ik
al
in
het
steen
van
den
meter
diepte,
met
bijna
eene
stoffen
murmelend
en
geluid
kleine roode
beek
ging
het
loodrechte
heen,
één
op
van
er
midof
komen som-
dag,
ik wist
signaalschoten
rond
te
wandelen,
versteende gras-
waren.
zich
Vijftien eene
wanden. Ik
water, welker
en
doch
wachten
Daar
dagen.
eenige
warm
wij
do
toen
als
,
uitbarstingen
veranderd
er
vol,
in
moesten
eens
zoo
Zóó
ofschoon
men
aarde bestonden. Aan
gewaar,
Avonds,
over,
geyser bevindt
van
lang
Maar als
dan half
afvuren
verzamelde
westen
’s
eens
drie
landstreek
ten
vond
Do
dan
do opper-
zwak borrelen
waren,
of
toe!
ziet
is,
een
zoude.
twee
zijn.
De van
waarlijk zij
en
te
zelfs
en
verwachten.
uit,
meer
liep
rust
moer
de
om
was.
anders
on
eenmaal daar
uitbarsting den
te
er
schreden
hij
eenmaal binnen
nam
wat
Als
daar
schotel niet
de
was
werking
elke
geyser
aankondigt, en
in
het
gaat
recht
Toen
geyser
ontrustendo waterkom
lieden
gaan.
hoewel
zou
in stillen toestand
schielijk
glad,
die uit
damp,
do
heeft
volgens
pijp zijn
watervlakte
eene
uitloopt,
beneden
een
in
put
beneden
aanzienlijk,
zeer
was.
midden
een
zou,
naar
do
en
hoeveelheid
was
er
was
wegliep.
onbepaalde
ook
tijds dat
do
dan
morgen
water kookt.
totdat
is,
schotel,
De
zulk
of
loodrecht
heet,
kookpunt
het
naar
eu
met
den thermometer
die als
pijp,
zag
do kleinste
hem
heeft in het
effen,
en
don schotel
bron
onder
er
hoewel
zijn,
en
in don schotel
pijp
meters
ik
en
nauwkeurig
te
19
naar
die echter verder
oprees,
van
kwam,
volgenden
niet
21
is
schijnt
die
damp
rand,
vorm
vond
en
eene
deze
zijn
doorsnede is
3° F.
rond, glad
van
gevaarlijke
werking
eerst
er
men
die rond
diep
noemt,
witte kleur.
merkwaardige
schijnt
is
Zij
water
slechts
waar
Zijn
temperatuur
den
aan
aan
kwam,
meter
meter,
wanden
het als
5
1
het
men
hebben,
bijna
van
niet
groot
de
dus
en
ruim
van
schotel
welks
tot
liggen.
grootste
dien
Bovenaan,
gemeten
rotsgrond eene
is
doorsnede
De
BRONNEN.
reeds
men
schotel
platten
HEETE
ging
kind daar
gevuld,
motor afnoemt.
3
Ik
bij
gelijk
afdaalt.
eene
tot
zelve
gat,
ziet
is.
209°
faheenheit
van
nadert,
slapend
een
dien
meter.
Do
do
EN
geyser is.
plaats
waar
weinig
aan
een
16
de
men
zweeft,
BERGEN
den
vond
daalde oevers
oever
eene
tot
kloof,
werd
kleine
VUURsmnvENUE
die
slijkbron, kloof van
tot
een
scheen
het de
waren
mijne
liep
koken,
Dit
terwijl echter
was
goene
uitbarsting.
Naar
het
borrel,
ging
150
geveer
die
damp
hoorde
kon, lagen
van
derheid
kleur, ken
hot
brak,
ik
helder,
van
maar
meters breed, ik
lot op
den
rand
dat
men
en
onder
zag
er
uit
bronnen kunnen vol
bij
water; was.
smallen
Een
hot
om
aan
door
waarlijk
ook
gelijk
en
do rotsen
er
zien.
alle kon
vrees
loopon,
daarom zag andere
scheidsmuur,
zien;
eene
oevers,
kanten
want
reiziger
zij
zegt
tusschen
over
liggen
dat
afge-
of blauwe
te
moest
ingeza-
haar
met ont-
bergplaats
diepe vijvers
door twee
was
Toen
Men
met
zou
den
gids
vijvers,
don
ik
dicht
hingen,
ik
herhaaldelijk geloopen
dat
dun,
zeer
gelijk
toen
naar
bespeurde
rand
grond
dat
rotsmuur
in
gemakkelijk
dan
tot 5
bezinksel of
heonwandeldo,
aan
bron-
4
klaar
smallcn
opu
kwartsachtig zijn.
elk
zoo
hot water heen
was
zijn
het
omtrek,
van
niet eerder
de beide
als
twee
aan
schonen
door
oen
omtrek
do korst
haar ook
scherp
had. Omstreeks 150 schreden
Het water
inboezemend uit.
ik
doch
geschikte
Zij
scheen
zóó
bijzon-
vochtig,
was
zou,
diep.
geheelen
eene
die
zijn
werden
water zelf den
ook
niet nalaten te den-
water.
Zij
de
ik
zag
witte
roode,
van
zien
kon
maken
meters
straal dan ik
dieper
Dit leem
gcOn-
ik
en
onregelmatig
waren
was.
waard
aan
te
sterk
verschillende,
eene
geyser kwam ik
dampend
kon
grond
ging
reis
ongeveer 10
welke,
verstcening
eene
ik
en
don
gescheiden,
heet,
van
van
een
een
en
uit.
van
had dat
vernomen
zijn.
ik
Hier
slijk.
hoeveelheid,
mij
grooton
worden,
te
gevormd
nen
groote
don
van
zekere
daar hot
eene
nog
lagen
schoon,
on
verzamelde
achterlaten,
en
ik
IJsland
schildersverfstof veel
Ik
zuidwesten
ten
welke
in
kwam,
hevige
oppervlakte
ontdekkingen
oorzaak
en
Het
voor-
valsch alarm
een
vond
geyser
toch
en
ecne
de
hoorde ik
de
er
kokend
meest
was
korrel
van
van
lag
en
Het
van
als
werd.
weêrzin
tras,
fijn
zeer
grooton
bruischen
heete bronnen
als
heuvels,
met
naar
nieuwe
die
ontstaan.
uitbarsting
water
slechts
in
afstand
een
op
te
oene
pijp
op
wat
den bodem
gekleurd leem,
do
des
er
geyser
do
weör
zien
don
in
uit dus
was
ik
te
om
van
gat
het
kleuren.
dat
meld
voet
heen
oen
fraai
uit
er
zag
den
aan
er
ik
van
scheidene
ging
schreden uit
het
alles;
Terstond
westen,
on
veel lucht
ik
Terwijl
of
afgevuurd werden,
den
zag het
en
geyser,
er
als
die steeds
ontploffingen
den
naar
onder
en
337
BKONNEN.
opwierp.
geluid
een
gaans kanonnen
uur
nabijheid
onderaardsche
beweging kwam.
plotseling
anderhalf in
Ik
afgaan.
ik
UEETE
EN
leombcllon
dampende
heeto,
hoorde
was,
BERGEN
en
er
die
zijn
dicht
over
was.
Als
den
hij 337
338
er
in
gevallen had
warm
of
den
bron
3
is
slechts noch
grooten
een
ik weder kleinen
een
ander
strokkr
ging
die met
waterstraal,
ken
dit omstreeks
5
vond
den
dat
poozon den
hij
middag,
het
afvuren
1
tot
Kort
oproer. tot
1
3 motors
het weder
ditmaal
niet
sterker water
male,
wel
straal
sprong en
,
lang
mot
eene
eene
aan,
van
waterzuil 25 tot
boven in
meters
die
wel
recht
nog
op
3
de
hoog.
het
Do
meters
mij
sterk
omverwierp.
zuil,
stralen,
wat
Zoo veel
ik kon
vreeselijke
gekookt werd.
weder
ton
derden ik
opdat
in
2
zonk
uitbarsting
mij
hielden
oproer
waarop
dikke
en
bekken
,
in
pijp,
ledig
schoten
werd,
mij bijna
hot,
ontploffingen
water
gevuld
Het
de
gids riep
verscheidene is.
ik
do
do
het
afstand
hevig
bekken
daar
klonken
een
water
geheel
vóór
uren
Tegen
vcrloopen
en
boven
in het
bokken
komen.
waarbij
beschrijven
30
en
overloopons
kracht
zee,
op
zuil,
hoorde
te
tusscheu-
geyser op nieuw.
zag hot
en
worden, 3
dik-
opsprong,
uren
elkander,
op
schip
eerst
tot
uur
bekken
ontzettende,
dat niet te
2
do
den
van
sprong.
2
evenwel verminderde
bedrogen
4
hoog
wijze
grooten
snel
eene
voorheen,
tot
den
een
een
op
maar
vrij regelmatige
zoodat het
zou,
het
bokken
als
duurde
dan
bij
op
ik
was, naar
zuiden
meters
gelijke
heen,
nadat het
hoop
Hot
3
alarm ongeveer
van
er
Dit
dan weder verdween. Ik be-
met
van
Spoedig
Omstreeks
minuten
verdoolde zich
oplevcrde de
om
het
weg,
tot en
volgden
hot
steeg
mijne
zou
uitbrak als
pijp
luider
zou
en
het eerste
snelde
overkoken
werd.
twee
raakte
do
uur,
de kanonnen
daarna
werd.
maar
haasten
dag lang,
ontploffingen
Ik
2
geraas
—
zag hot
en
onregolmatigen,
een
van
“opruier”
bemerkte
komen.
106 schreden ten
volhield,
heeft
Ondertusschen hoorde
opzag,
hoogte
vond
en
signaalschoton
uur.
het
Ook
vol
de
do
die
half
een
hoog opwaarts.
in
alsof
had,
lang
sedert
er
van
’/j
veel
geheelen
ik
twaalf
Ongeveer
van
toen
vernam
waren,
als
minuten
omstreeks
van
in
den kom-
boven
beneden,
naar
koken.
ik
toon
on
geyser,
heen,
er
in
er
Yan
beteekent
naam
mij, hevig
damp
heeft.
Deze
noemt.
die noch
put,
ander
een
“Strokkr,”
131 schreden ten zuiden
ligt
deze
—
don
hem
stanleï
een
geyser
en
Ik keek
gedruisch,
do kleine
Ik
ligt.
als
grooten
strokkr
en
BRONNEN.
mijn gids mij
john
doorsnede,
bron.
afstand water
mij zeidc,
gids
De
sir
aarde,
den
van
meters in
bijzondere
zeer
de
ongeveer 7 meters ouder
water,
lIEETE
deze wereld wol nooit weder
op
zooals
in
gat
geyser.
EN
hebben. Toen toonde
geyser,
een
2
hij
zou
den rand
lager
on
den
was,
noodig gehad
nieuwen
is
vorm,
hij
BERGEN
VUURSPDWENDB
ge-
do waterHet
water
loodrecht op, een
schouwspel
beoordeelen,
was
geraas waarmede
VUDRSPUWENDE
de
opeenvolgende
massa’s
BERGEN
do
zuil
stoommachines haren stoom
door
Ook
het
was
toereikend
den,
was
geen 12
lager,
meters er
in
reeds
maar
het
zien.
is
goysor
do
bereikt
“De
strokkr
grooto
heid
bronnen
van
springen
naar
40
mate
doch
zodon
doen dit daar
hoeveelheid
ophoopen,
zoden
belangstelling sting dat
was,
scheen die
wel
toen
50
er
hoog
een
was
in
uitbarstingen
lucht
hoog.
De
niet
zoo
oogonblik
bij tusschenpoozon
op, niet
uren
be-
grooton
vloog.
Reeds te
regelmatig
wekken
ik
de
als
vernieuwde zich
hooger
dan 20
er
somtijds, fraaie
zeer
zekere
mijn gids
wierpen.
Het
toch
wij
en
meters
bor-
groote
dachten
en
onfeilbaar
eeno
troebele
sprong het waterof liever
grooten
dan weder,
mot
goene uitbar-
weg,
geenszins
begrootte,
tot 25
oono
tot
der bron
volgde,
den
30 door
den rand
ontploffing. bij
alle
hem
de
strokkr
brengen
tijdlang
een
gingen
knal
Naar van
den put
aansporing
onze
op
aan
zagen
vreesselijke
kracht
en
geeft
de
geyser
Ik liet
spring-
zeldzamer
eenmaal,
buitendien
in
of
zij
nagaan,
verstoppen
de
zijn
onregelmatig-
dat
kon
als
toch
geysers
springen
kleuren.
wij
en
daar
ik dan
de eersten
hoopen
opwekken.
oen
het
afsteken,
op,
beneden,
de
■/,
den
hij
de
van
alle
de kleine
en
aan
zwart
spa
geheel
veel
veroorzaken
on
water do
plotseling
3
om
goede
belangrijk
werpt
golden,
meer
daags,
die met
kunnen om
meters
opwerpen, hield
naar
te
wijze
waterzuil
wij
bijna
Zoo
niet
is,
Bij
te
regel
worpen;
niet,
met
waarop
relen hield dan
de
den strokkr
het
zij
2
na
ocno
van
en
gevolge
ten
en,
grooter zijn.
in te
trotsch
afwisseling.
meer
tweemaal
graszoden
uitwerking,
hij
schijnt
minuten. Men kan
waterstraal
merkwaardig
zoo
minder
uitbarstingen
tot
een
steonen of
even
met
zij
zijne
de
had
geheel opgehonden, zoodat
Naar
was.
pijp
tot
pijp
gelegenheid
bijna
lager
do
motors.
verder,
en
ook
IJsland
geyser
gewoonlijk
35
bijna
hooger
zijner pijp,
grooto
tot
eerst
de
zij
ston-
volkomen
sprong,
zelfs
stijgen,
gevuld
die
dat
Wij
water weder in
maar
te
zooveel
werd de waterzuil al
water had
langzaam
hoogte
minuten
het
voor
niet
verbergen.
te
al het
was
overloopens
Ofschoon
geyser.
waterstraal
tot
is
tot 8
bokken,
het
van
weder
grootste
30
het
toch
gezicht
Eindelijk
waardoor ik
het
weder
6
af.
van
klonk als of duizend
kokend water loslieten.
van
maar
het
339
BRONNEN.
hielden,
vijver
water,
voor
alleen
beweging
begon
bekken
groeting
niet
HEETE
stand
minuten later
werd
Do
in een
gedurende daar
3
tot
geledigd
te
water
bron
zoodat
gezonken,
bij
het
meters
2
en
damp
om
do
terwijl
veilig on
veel
er
EN
van
geyser,
zoodat was.
het
maar
do straal
Nu
en
dan
339
340
VUUKSPUWENDE
in
wij
Kagen
liet
gevoelde
ik
voldood,
omdat
oefening
houd.
had,
oenigen
zoden tot
Nadat
tijd
do
vallondo 7
van
10
tot
waren
holte
is
men
dat
dat
staat; het
aan
en
uit
soms
die
die
door
tuit
watervan den zoo
koken
zoolang zijn
men
nam
bronnen,
eenvoudig zoo
do
uit
bij
geval
water in
wij
een
geyser
den
verhit kon
straks
water
grond
te
strijders, titdat eindelijk leerde zocht
descloiseaüx
en
een
gewone
uitwierp
worden.
van
bij tusschenpoozen
Bunsen
opstijgt, wordt,
beweerde in
en
de
de
deze
van
er
bron
weder
er
van
zooals het
van
immers
in
was.
in het het
over-
Daarom
tusschenpoozendo
komen.
Men
bron
stolde
was, maar
koud, omdat het
dat
is
vuur
volhoudon met
daar beneden
terug
na-
die
water
het door hot centraal-
theorie vond bunsen
van
veel
die
zooals
over,
hoe het komt dat
springt;
theorie
een
oppervlakte
dat beneden
kookt
als
in
don
hier
en
daar be-
1864 met den
grooten
ge-
geyser onder-
die bron ontworpen heeft, die
het heete water voldoende verklaart.
water dat reeds heet
pijp
nodor-
de
verklaring
een
opeuing, juist
bezocht,
springen
springen
dat het
toch
don bodem is
vuur
altijd
vuur
scheikundige
het
Het
die
mot do
het
komt
kwam
voorschijn
zoogenoemde
wel tot
de
plaats
hot eiland IJsland
theorie
het
water en
In
tusschenpoozendo in
de
water
het
rondom
moeielijk
verklaard
zullen
Maar ook
,
het
uit
gewone
even
en
ontploffing
cene
opwaarts.
of buis
door
niet
het
de
door
bron.
pijp
het
de holte
kwam
was,
graszoodjos
tusschenpoozen moest
toevlucht tot
warm
diep
vuur
er
waarop
dat
melijk
geyser
gestelde
even
niet
de ketel
do theestoof. Maar daardoor wordt
had toch
de aarde nadat het
on
omtrok
gehouden;
en
van
die
Hij
letterlijk gekookt.”
een
springt
zoo
de
gesprongen
als
kleine
hot
wordt
gebracht
kwartier
een
een
ook
lichaams-
weder
ver
ik
waaraan
onschuldige
brakingon
nat in
do lucht
verwondering
langzamerhand.
springende
water
koken
noemt,
theewater
holte
ook
schijnt
oorsto
lachen,
zeer
gezonken
eenigo
vond
heete
een
gevulde
verband
in
raapte
en
tot
schoot,
on
aarde
do
overwinnen,
aarde
zodon in
grooto
oene
te
BRONNEN.
na
ongeveer
maar
de
op,
zulk
van
water
met
hoog
beschouwd
Oppervlakkig geven
der
Ik
trok
zwarte
terug,
maakte
meters.
de
hadden,
weder
inkt,
bedaarde
en
om
IIEETE
maar
voor
strokkr
oppervlakte
water
uitgoworpen
te
de
nemen,
niet slechts
gedreven,
als
kwam,
lachen
noodig
herhaaldelijk
nog
het
veroorzaakt
hom
onder
hot
EN
onweêrstaanbaren ik
af te
hij
zwart
zoo
niet hoe
een
begon
nog
water,
Ik weet
■vliegen.
BERGEN
van
den
dampvormigen toestand,
uit
geyser door
eene
nog
oen
groote diepte hoogor
verhit
warmtebron die
VUURSI’UWENDE
zich
iu
de
die
gen zelf.
vóór
Het valt
en
het
Zeker
stel
do
koud
water
heeft
het
in
zulk
als
te
bevindt,
het
Ook
ken of
(zie
zwakke
ontploffingen,
volgens de
pijp,
hot
dus
dat
bij
Laat Het
dat
water
ter,
in
heeft
terkolom
ongeveer
begint als zich
te
men
wordt
pijp
van
103°
een
wel
straal
140
krijgen,
zich
oogeublikkelijk
een
C.
verzekeren dat
boven een
en
of
ijzeren bek-
verhit haar
of in
ringvormige warm,
weer
alles
op twee
in
zelfde
in
het
hoort de
in
rust
paar Ver-
boven
en
zijn,
aan
Eenige
tot rust.
verschijnsel, on
met
een
hoogte.
bekken
weer
kopvor-
een
gaspijpen
men
spuit
komt
springen
meer
van
op
van
de
hoogte
als
140
damp
te
het,
die
meters
water de
van
zien
zoo
als
even
dat
hoogte
zich
en
overwinnen, hot
pijp bevindt,
hoogte,
van
atmosfeer
zoodra
do
vermeerderd
atmosfeer,
twee
van
Het
gedeelte
do
van
dus
en
Doch
in
vorigen
woonplaats
geslagen ijzeren pijp
en van
water
het
water
centimeters
waterzuil
pijp
onderste
drukking
niet
kan
en
den
zijne
verklaren.
105°
koken.
in
toe-
een
kokend water
van
ringvormigen
van
en
drukking
bevindt, do
namelijk
hoeft in
zoowel
door
water
het
kolom
van
die te geven
om
gezien.
in
do
een
slechts
de
zich
onder van
de
of
weer;
verschijnsel
dat
temperatuur
hooger
pijp
en
maken,
opstel
en
nieuwe
eonc
veroorzaken.
genomen,
water in de
herhaalt
geysors
ons
drukking
een
daar op
een
weör
af, dan
op G0 centimeter hoogor, door middel
en
bij tusschenpoozen
een
koken
moot de
do
te
springen
dit
van
rechtop staat,
zijn,
en
de
later
hier
die
uitgeworpene
vult
en
oogenblikkon wij
die
gelegen
Weldra wordt het
valt
laten
opspuiten
warmte
zijne
de theorie.
aan
onderen
van
kolen
rooster
gaatjes.
telkens
Men vult de buis met water,
draagt.
gloeiende
migen
dus
maken,
laten
lengte,
daar
het
Daardoor verkoelt
pijp.
ommestaaudefiguur) bestaat uit
plaatsen , namelijk van
is
geyser
schrijver
toestel
twee meters
schotel
de
do dondersla-
tevens
en
geeft
bij tusschenpoozen
de
veroorzaakt
opspringen
Amsterdam daarmede proeven
van
damp
341
BRONNEN.
eenige verklaring,
kunstmatiger!
een
Die toestel buis
HEETE
worden,
er
nieuw
oen
volkomen beantwoordt
zij
gehoord
theorie wel
men
vertoonen.
winter
om
deze
een
waarmede
kan
heeto
beneden in
naar
daar
zich
eischt
EN
lucht opgeworpene water
noodig,
buksen
Die
opspuiten
weder
dat
verhitting
bevindt.
pijp
BERGEN
60
on
centimeters
den ronden die en
die
van
moet
veranderen,
wegneemt,
en
daalt
roos-
een
wa-
dus
op
temperatuur
drukking ondervindt, bij centimeter
met
dus op
het
voorbeeld moet tot
het
100°,
342
VUUKSPUWENDE
want de
dat
is,
gewone
dat
het
gelijk
bekend
drukking
water
tot
is,
de
de
van
103°
BERGEN
EN
HEETE
waarop het
temperatuur
atmosfeer
warm
BUONNEN.
wordt
kookt. de
op den
in
plaats
ronden
wordt,
wij
rooster
pijp
het
koken,
dan
brachte
waterdamp
waterkolom ten: het vol
zal
in
worden, 108°
van
stuwd
minder
dan
lengte,
damp
zal
uit
het
overgaan tot het
den
pijp
schotel
den
en
do
in
de
pijp
Toestel
om
het springen
van
de
geysers
storten
waterdamp
bekken als
in
te verklaren.
met een
dampbellen de
pijp
door
de
zullen zich
kunnen
vormen,
aanraking
van
door
de
maar
het
aanraking zij
koude
zullen
is,
van
den
water,
en
wa-
die
in
eveneens
in
de
pijp
ledige plaats
een
schok.
warmen
zal
,
Eenige
wand
verdicht
dat alles
terug
al liet water
zal
vrij hovigen
onmiddellijk
zien
vloeibaren
bokken
gebleven
het
wor-
afgekoelde
afgekoeld worden: uit
snel
waterstraal
iu
het
de
moet
zoo
tot boven
lucht af koelen,
vallen. Door dat ter
wa-
omdat
uitgeworpeno
druppels,
toestand,
Die
vermengd
water
zal in
plotse-
al het
zal
een
Dat
in
van
centimeters
damp
waterdamp
gedus
gedreven
zal
opspringen.
en
zal
drijven,
uit
men
,
met
boven
dan
water
zal
water
overgaan.
ter
gaat;
laag
vervolgens
do
oplich-
dragen
zal
damp
geheele
boven
het
140
en
tot
ling
do
naar
worden:
te
voortge-
pijp
do
en
zal
begint
van
waterkolom
een
verwarmd
de
de
bekken
aan
dooi-
water onder
105°
op
nu
hot
waar
dat
en
de
water onder
Nemen
van
worden
kleine out-
VUUKSPUWENDE
ploffingen
weder
dra
nieuwe
Als
den
do beide dus
wij
tweede
een
zijn
moeten
word hot
geloof
die
wij
wel
zeer
kunnen van
van
Eindelijk,
door
Ook
een
wij
dit
als
dan
was
komt.
Om dit
Dit
plok
dit
en
weten
minste
die
op vele
dat
juist
met
van
oon
gloeide? wij
aan
der aarde dat
golooven
bijzondere
Ver-
ons
vuurhaarden boven de
bedekt
kunnen afkoclen
te
om
dan laa»
rijmen
plaatsen
de oorzaak
elkander,
weer
krijgen
houden
en
kan
zouden
niet
er
water in
gloeiende
steeds
nog
bezwaar
wij
dat deze
laag
een
en
bewijs
een
geheel
korst
oen
dat
zulke
en
011
onder
er
brandt,
niet
een
in ’t
geval
twee
dat
was,
zou
maar
wol
plaats
duidelijk
niet
zou
andere
men
tusschenpoozende
zoo
de
een
er
elkander
omstandigheid
is
de geysers
van
plaatsen.
centraalvuur,
legen
geyser
centraalvuur,
wij
zeiden boven
eenvoudige
een
wierp.
groote
worden,
andere
en
in
een
vuurbronnen boven
IJsland
zal
er
de
wel-
voortgaan,
die het
centraalvuur. Immers
zou
niet het
er
gelegen
is
do
afkoclen
dan
op zekere
gevonden
twee
voor
hoe
het
voorkomen, dan is
daar
omdat
vuurhaard
een
vurige laag volgde,
vuurhaarden die
plaatselijke
ook
hot
een
was
echter
zijn;
springt,
goyscr
daaruit dat
langzame
gelegen
Doch
waterkolom
gekeerd
boven het centraalvuur
er
immers
bol;
dieper
worpen
het
aan
gloeiendeu
de
bevindt
niet brandende korst.
oen
terug
de
zal dat al afwisselend
weinig hoogor
van
dan weder
er
door
volgt
dat
zich
een
bestaan
golooveu
dat
was,
vuurhaard
het
voor
zal
werken,
zoo
dat
geloovcn water
dan
en
intreedt.
rust
weer
343
BRONNEN.
onderhouden worden.
vuren
verhit,
pijp
er
IIEETE
toestand
gebeuren,
zijn
EN
blijven
voormaligen
mogen
holte waarin
do
de
in
voortdurend
uitbarsting
zoolang
voordat
veroorzaken,
warmtebronnen
BERGEN
te
hot
don
door
een
die heet
uit
wij
heeft
water
op-
verhit kunnen worden
warmtebron die h
water
maken moeten
gehouden
geyser
mits
bron,
water niet
het
waar
ook
do
aarde
even oon
o o
te
ge r
ge-
voorschijn
tusschenpoozende
bron beschouwen. Ofschoon
er
nog
uitvoerbaar
welijks
geworden doende
is,
on
is
de
,
king
van
ren.
De
toch
de
is,
zijn
op
A. B.
C.
zal
genoeg
blz.
buis
door
—
theoretische
werkelijkheid
figuur
zijwaarts, gebogen
zal
den hevel is
eene
tusschenpoozende
geeno
344
naar
Als
verklaring
do
om
stelt
in
wat
gaat,
vat die
daarvan
een
vat
water
in
nau-
bekend
De
zijn.
bron te
boven
vijfmaal
wol
volkomen vol-
niet anders
voor,
ook
onderzoek
tusschenpoozende
een
zulk
—
onmiddellijk
vermoedelijk
buiten
wij
bron
welks
scherpe
gieten,
wer-
verkla-
bodem, hoeken
moet het
344
VDURSPUWENDE
door hot wel
en
Van
het
tot
buiten
gieten
d'T
de
,
zal
er
werking
de
luchtdrukking. en
uchtdrukking Eindelijk blijven in
het
beginnen en
in
eene
op,
moet
staan
er
vat,
dan
als
het
buis,
B
even
water
in
het
op
de
zal
hot
water even
wijd
lang
ook
hot
den
in
van
op
als
het
C
loopon is.
opstijgen, D
dat
staat. in
het
b
wij
hevelbuis,
vat on-
allen kennen van
gedeelte
vloeien, houdt hier
vat
weder
naar
het
totdat het
Wij
horizontale
te
in
hevel, als gevolg
een
de
aan
weinig
water
dan weder
water
een
wij
B de
in D.
oppervlakte
nog
Grieten
Maken
water
meer
nog op het
waterpas
staat. de
uit
begint
uitvloeien ook
B
vat
laatste horizontale O
met
A.
het
hieruit in het tweede lood-
buis is
van
in
hoog staat,
gedaald
slechts
zij
gedeelte
er
waarin hot
einde
bodem
het
zoo
het
D,
deze
BRONNEN.
als
D
water
vat
opening
hoog
in
ophouden
het
werkt
en
huis
door
oogenblik
uit
HEETE
moet het
en
wij
zoo
A,
dit
onder
de buis
toch
Op
der
komt,
den hevel:
van
is,
hot
B
BN
waterhoogte
beneden
bij
oponing,
water
dat
kunnen
Nn
do
vol
af
naar
vloeien. en
gelijke
gedeelte
gedeelte
A
gedeelte
eene
oogenblik
horizontale
hot
rechte
te
horizontale
altijd
BERGEN
vangen,
telkens
B,
dat
is
nu
een
toestel, waarbij
voortdurend
in
en
het
water
vat
I)
in het
VUURSI’UVVENUE
vat D
dan
brengt,
het
waterpas
het
water
is.
gelijk
de
werking
zal
dan
r
n
totdat
a u w o
do
Wij
of ons
en
pijp-
of
gemakkelijk
de onderstaande Deze
uit
figuur
lagen In
nauw
kanaal
is
water
eerst
gericht WijJ
laten
d
ij
w
wat hot
of,
e r
aanvooron,
weder
water
do
dus
on
tot op
het
uitvlooien, eenzijdige
water
moet de
van
nauwer
de
is,
meer
want
afvoer
water
zelfde
hovelbuis
e
in het binnenste
er
die
verbeelden dat
figuur
vrij
afvoeren
,
hevel wachten B
h
waterpas
die
in
hot
een
het
een
dan
met
ons
water
op
toestanden
elkander
ruim
terwijl
door
wij
voorkomen,
zelden
groote
barsten on
die
aan
en
voegen,
kunnen
zoo
zullen
zijn
on
wij van
gelijk.
dicht
is
aangevoerd,
en
er
niet
borgen
vlakloopondo
do loodrechte doorsnede
voor
massa
Stellen nu
aderen
buisvormige
wegloopt
der
don waterstroom
voor
stelt
opwaarts is.
uitloopen, en
aan-
bij C, bij afwisseling,
er
kan
O
bij
de
do aanvoerendo buis
echter
wij
hevel,
do
buis
bestaat,
hellen.
hol
uit
omdat
345
BUONNEN.
lIEETE
hoeft.
weten dat
holen,
ook
den
aahvoerbuis
vat verschaft
kleine
o
zelfde,
Maken
van
EN
voortdurend
ook
er
het
dan moet
luchtdrukking, do
hot
blijft
dan do hovelbuis, want
zal
B
h
BERGEN
er
liggen
waarin
uit
een
wijder kanaal, de
nu
van
hol,
voegen voor
boven
bergmassa
eener
en
naar
lagere
opening
dat als
een
gelijkloopende,
dat
de
af in
geheele
het hol
hot
komt
water
welke
westen
door
een
van
hot
hevel,
dat
haar beneden
ruimte
loopen;
ledig
het
is.
stijgt
346
VUURSPUWENDE
daarin
langzamerhand tot
op,
B;
aan
afvoerkanaal water
van
T. B.
bij
dat
grijpen
der
kelijko wijdte het
van
hol
tred
aan-
uit
eerste kan
laatste
wij dan
wat
hot
wijl
en
er
de bron
heole watermassa Zoo is indien
dus
de
eer
dan
holte dan
verhit, de
dat
hij
gelegen.
ons
moet
toch de
dat
de
Ten
slotte
de
het
niet
begrijpen
,
voor
hoe
geysers,
aan
geval, voor
oen
Op
voor
den
bevestigd, gesteld tegenover
dus
en
in,
on
bodem in
dit
wijder
is
water
door
do
go-
op
moeten
verwarmd
moeten
beide
het
in
moeten
de
o
ge
r
holte
liggen
kunnen
verzamelt,
o
dan
beschouwd
wijzen
wij
h
plek
een
werd
heb
opstel beweerd
hooft te ik
en
door
hypothese
ik
dat
toch niet
lager gelegen
te
gelooven
geysers
een
paar
niet
bezitten, slechts
een
gezegd
oen
heb
vulkanen, getracht
die
geval zijn
opspuit.
vierkantigeu steen,
een
zou
hoogcr
van
centraalvuur
hypothese
zien
gewold opwellon, heeft
het
zou
water zich
slechts
do
eene
overal
tijd
kanaal
met
plaats
wat
;
geen
doorstaan;
een
een
en
water
koud
er
gemeend
men
dien
dan aanhoudend vol
Het water
vulkaanuitbarstingen
er
te verruilen de
bron
het
heb
hoe
omgekeerd,
gemakkelijk
aanvoerende
do vuurbron
nergens
kunnen
is
in hot eerste
these
die
waarneming
uit
ik
is;
bewijzen
van
heb
dit:
nog
centraalvuur
stevigste
hot
de tot
be-
do ruimte
van
of
dus
do betrek-
van
en
minder
centraalvuur bestaat;
een
plok
geen
do
ver-
te
gemakkelijk
vloeiende,
Niet
vloeide,
goed
even
tijd
hebben
Wij
lichtelijk begrijpen
moet
haar
was?
het
Liep
is
waar
als
en
volle hol.
holte
dat de holte waarin
do
Het is
tusschenpoos
altijd
aannemen
dan
aanvoeren
eenigo
is.
intermissie,
wel als
en
hot
hol
oppervlakte. er
de
ook
wij
als
op
bron
een
in
daar het
on
het
uitvloeien
eerst
hersteld
bron.
wordt.
gehoolo
het
zulk
waterbron op
bewijst
weder
worden,
drukking
van
het er
voortdurend
eene
moet zonder
het
zou
B
tusschenpoozonde
een
geyser
worden do
het
sterke
eene
h
nauwer
gebeuren
er
afvoerende:
blijven,
tot
aanvoerbuis
wijde in
de
0,
dit in
afvoerende kanalen of aders
en
bron
de
kan
met moet
is,
tusschonpoos,
tusschenpoozonde
even
in het afvoerkanaal naar
,
Zoo kunnen
afhangt.
ook
afvloeien
houden
afgevoerd
dor
BRONNEN.
tevens
het
tusscheupoozende
duur
lIEETE
aanvoerkanaal,
waterpas
eeno
de
EN
en
hierin
dan hot
op A
tot
totdat het
loopen, hier
is
gelijken
geen
watervoorraad
boven,
naar
begint
nu
wijder
BERGEN
feit;
er
do
don toets
aangetoond om
kunnen een
dat van
een
in het
proefneming
kan
die steunt opeen
dat
kunnen
bestaan.
kogel, en
te
Ik
hypo-
tweede, worden
denkbeeld.