RAADSVRAGEN ZONDER ANTWOORD Nummer
:
326-8/223-34
Onderwerp
:
begroting 2015 en 2e IBU 2014
Portefeuillehouder
:
J. Kes
Datum
:
8 oktober 2014
Vragen van de fractie van de VVD aan het college van burgemeester en wethouders (ingezonden 8 oktober 2014): Recent ontvingen wij de begroting 2015 (raadsvoorstel 326-3; ingekomen stukken week 39) en de 2e IBU 2014 (raadsvoorstel 223-31; ingekomen stukken week 40). Deze stukken roepen wij de fractie van de VVD de volgende vragen op.
Begroting 2015 Inleiding 1. Op blz. 5 schrijft u dat financiële tekorten ten aanzien van de drie decentralisaties zullen worden opgevangen vanuit de ‘algemene reserve positie’. In het coalitieakkoord van het CDA, GroenLinks, SP en D66 (168-10; ingekomen stukken week 21) is echter afgesproken dat er een zorgreserve zou worden ingesteld van € 500.000. Klopt het dat u in afwijking van deze afspraak uit het coalitieakkoord géén aparte zorgreserve hebt ingesteld en dat u financiële tekorten op dit terrein opvangt zoals altijd door de VVD Waterland bepleit is, namelijk via de algemene reserve? Zo neen, waar vinden we de zorgreserve dan terug in de financiële stukken? 2. Op blz. 5 lezen wij dat uw college in 2015 op het gebied van ruimtelijke ordening zal starten met het opstellen van een toekomstbeeld, ‘de stip aan de horizon’. a. Wordt hiermee bedoeld het opstellen van een structuurvisie? Zo neen, wat wordt hier wél mee bedoeld? b. Hoeveel budget is er geraamd voor het opstellen van deze visie? c. Hoeveel tijd denkt uw college nodig te hebben tot overgegaan kan worden tot vaststelling ervan door de gemeenteraad? d. Wanneer wordt de raad geïnformeerd over de concrete planning van de te nemen stappen? 3. ‘De kostendekkendheid van woningbouwprojecten en leges zullen deze collegeperiode tegen het licht worden gehouden’ en ‘daar waar nodig zullen leges, processen en procedures worden aangepast’, zo lezen op blz. 5. Wanneer kan de raad de uitkomsten van dit onderzoek tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 4. Uw college wenst verdere ontwikkeling van toerisme en recreatie, zo maken wij op uit de vijfde alinea van blz. 5. Wat heeft de wethouder voor toerisme in 2014 concreet gedaan aan de ontwikkeling van toerisme en recreatie in Waterland?
5. Op blz. 5 wordt aangegeven dat daar waar de dienstverlening aan de burgers vergroot kan worden door samenwerking met omliggende gemeenten, deze samenwerking zal worden gezocht. a. Op welke punten ziet uw college mogelijkheden voor dergelijke vergroting van de dienstverlening aan de burgers? b. Welke gemeenten worden bedoeld met ‘omliggende gemeenten’? 6. Uit blz. 6 maken wij op dat de conceptbegroting door uw college is vastgesteld op 25 september 2014. Is dat juist? 1. Zorg & welzijn 7. Op blz. 13 wordt onder c aangegeven dat uw college een voorstel zal uitwerken om te komen tot een stimuleringsfonds waarop burgers, verenigingen en kernraden een beroep kunnen doen. a. Is het de bedoeling dat de raad het kader voor dit stimuleringsfonds vaststelt? b. Zo ja, wanneer kan de raad een voorstel voor een verordening hiertoe tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? c. Zo neen, wanneer kan wordt de raad geïnformeerd over het door uw college vastgestelde beleid, met andere woorden: wat is uw concrete planning? d. Is uw college voornemen reeds gelden van het stimuleringsfonds te besteden alvorens het hiervoor bedoelde beleid is vastgesteld? 8. Uit de tekst op blz. 13, onder d, maken wij op dat basisschool De Verwondering zal worden gehuisvest in een van de drie scholen die er medio 2015 in Monnickendam zullen zijn (de Brede School Scholeneiland, de Gouwzeeschool en De Binnendijk) en dat blijvende huisvesting van de Verwondering in het gebouw van de voormalige Regenboog niet aan de orde is. Zien wij dat goed? Zo ja, is hierover overeenstemming met de betrokken schoolbesturen? 9. Op blz. 14 lezen wij onder e dat de raad één keer per jaar over de activiteiten op het gebied van gezondheidsbeleid zal worden geïnformeerd, voor de eerste keer in het voorjaar van 2015. Hiermee komt uw college terug op een in de 1e IBU 2014 gedane toezegging dat de raad reeds in 2014 zou worden geïnformeerd. Ter rechtvaardiging hiervan schrijft uw college: ‘per abuis is in de 1e IBU 2014 het jaar 2014 vermeld’. Kan uw college aangeven of er in de nu voorliggende begroting ook ‘abuisjes’ zitten, dat wil zeggen: toezeggingen waarop het later weer wil terugkomen? 10. Met betrekking tot de transities sociaal domein (blz. 14, onder f) schrijft u i het kader van social return over de activiteiten die zijn gericht op het inschakelen van mensen die een achterstand hebben tot de arbeidsmarkt. U bent voornemens pas in 2016 de uitvoering ervan te evalueren. De gemeente Waterland is al langer actief op dit terrein, ook los van de invoering van de landelijke regelgeving. Waarom worden deze belangrijke activiteiten niet reeds in 2015 worden geëvalueerd? 11. Ten aanzien van de transitie van de Baanstede lezen wij op blz. 14, onder g, dat uw college zal toezien op de uitvoering van het transitieplan. Wij vinden deze passage erg vaag en vrijblijvend. Gelet op de importantie van dit dossier willen wij weten wat de portefeuillehouder concreet gaat doen om te zorgen dat het bij de Baanstede niet nog meer ontspoord. 12. In het kader van ‘kunst in het gemeentehuis’ werkt uw college een voorstel uit om in het gemeentehuis meer aandacht aan kunst te geven, bijvoorbeeld door het organiseren van exposities (blz. 14, onder i). a. Wanneer kan de raad informatie tegemoet zien over dit door uw college uit te werken voorstel, met andere woorden: wat is uw concrete planning? b. Heeft uw college nagedacht over de consequenties voor de bijvoorbeeld de Grote kerk, de Bolder en Museum de Speeltoren op het moment dat het gemeentehuis als concurrent gaat optreden in het houden van exposities van kunst? Zo ja, wat was de uitkomst hiervan? Zo neen, wilt u dat alsnog doen?
13. Op blz. 15 lezen wij onder j dat de sportnota in 2015 zal worden geëvalueerd. Wanneer kan de raad deze evaluatie tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 14. Op blz. 15 lezen wij onder j dat mede naar aanleiding van de evaluatie van de sportnota een visie op sport zal worden ontwikkeld in relatie tot de sportaccommodaties. Wanneer kan de raad deze visie tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 15. Een van de vraagstukken waarover uw college richting wenst te geven in de op te stellen visie op sport is het teruglopend aantal leden bij sportverenigingen (blz. 15, onder j). Is uw college ervan op de hoogte dat de hockeyvereniging te maken heeft met een sterk toenemend ledenaantal en wellicht reeds op korte termijn behoefte zal hebben aan extra velden? Op welke wijze gaat uw college ervoor zorgen dat deze vereniging ook komend seizoen alle leden en alle teams kan laten spelen? 16. Ook over het gebruik van de Marijkehal wil uw college richtinggevende uitspraken doen in de op te stellen visie op sport (blz. 15, onder j). Bedoelt uw college met ‘gebruik Marijkehal’ ook de mogelijke sluiting ervan? 17. Graag ontvangen wij een detailonderbouwing van de exploitatie van sporthal ’t Spil en dan met name ook de verhuur/verpachting van het horecagedeelte. Klopt het dat met ingang van 1 januari 2015 de kantine opnieuw is verhuurd/verpacht? Zo ja, welke afspraken zijn daarbij gemaakt en is rekening gehouden met renovatie, vervanging of slopen van de sporthal? 2. Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer 18. Op blz. 16, onder a, lezen wij dat nog in 2014 een agenda duurzaamheid wordt vastgesteld en dat de uitvoering ervan in 2015 start. In de 2e IBU 2014 op blz. 70, onder toezegging 0441, staat echter dat de planning is dat de door uw college op te stellen duurzaamheidsagenda pas 1 juli 2015 aan de raad zal worden gestuurd. Welke informatie van uw college is niet juist? 19. Ten behoeve van de ontwikkeling van een woonvisie zal eind 2014 een startnotitie worden opgesteld, zo lezen wij op blz. 16, onder b. a. Wanneer kan de raad deze startnotitie tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? b. Wanneer kan de raad de woonvisie tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? c. Wordt de startnotitie en/of de woonvisie opgesteld met behulp van een extern bureau? d. Zo ja, welke kosten zijn hiermee gemoeid? 20. Voor nieuwe woningbouwprojecten gelden nieuwe normen, namelijk dat 30% van de woningen in het sociale segment moeten worden gebouwd en 10% in het segment sociaal plus, zo maken wij op uit blz. 16, onder b. a. Wat verstaat uw college onder nieuwe woningbouwprojecten? b. Gelden de nieuwe normen reeds op dit moment of pas op het moment dat de nieuwe woonvisie is vastgesteld (hoe gaat uw college om met nieuwe woningbouwprojecten die bij de gemeente binnenkomen vóórdat de woonvisie is vastgesteld)? c. Acht uw college het realistisch dat met het nieuwe beleid überhaupt nog woningbouwplannen gerealiseerd zullen gaan worden in de gemeente Waterland? 21. Met betrekking tot de bestemmingsplannen schrijft uw college op blz. 16, onder c, dat ‘geïnventariseerd zal worden of er voor zaken die in het algemeen niet opgepakt zijn’ een veegnota opgesteld moet worden. a. Welke concrete aanleiding heeft uw college gehad voor het uitvoeren van deze inventarisatie? b. Aan welke kwesties heeft uw college voor ogen als het spreekt van ‘zaken die in het algemeen niet opgepakt zijn’?
c. Wanneer kan de raad de veegnota tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 22. Uw college geeft aan dat voor individuele ruimtelijke ontwikkelingen postzegelbestemmingsplannen zullen worden opgesteld, dat voor niet-opgepakte zaken in een veegnota zal worden opgesteld en dat het bestemmingsplan Broek in Waterland herzien zal worden (blz. 16, onder c). Daarmee lijken alle bestemmingsplanprocedures in beeld te zijn gebracht. Uw college schrijft echter tot slot dat ten behoeve van nu nog onbekende ruimtelijke ontwikkelingen een aantal procedures zal worden gevolgd. Waar doelt uw college op? 23. Op blz. 16 lezen wij onder d dat in 2015 zal worden gestart met het opstellen van een structuurvisie voor het gehele grondgebied van de gemeente Waterland. Hoeveel budget is er geraamd voor het opstellen van deze visie, hoeveel tijd denkt uw college nodig te hebben tot overgegaan kan worden tot vaststelling ervan door de gemeenteraad en wanneer wordt de raad geïnformeerd over de concrete planning van de te nemen stappen? 24. ‘Een structuurvisie dient om keuzes inzichtelijk te maken met betrekking tot economische, ruimtelijke, sociale en duurzame ontwikkelingen (regie voeren)’, aldus uw college op blz. 16, onder d. Naar verwachting zal de vaststelling van deze structuur nog wel enige tijd op zich laten wachten. Op welke wijze gaat uw college om met nieuwe initiatieven en nieuwe aanvragen die niet helemaal passen in het vigerende bestemmingsplan? Met andere woorden: worden deze aangehouden totdat de structuurvisie is vastgesteld of worden deze allemaal afgewezen? 25. De VVD Waterland is blij dat uw college toerisme en recreatie beschouwd als speerpunt van beleid (blz. 17, onder i). Aan de formulering van de prioriteiten zijn evenwel slechts drie regeltjes besteed, terwijl bijvoorbeeld aan onderwerp h ‘IJsselmeergebied’ 29 regels tekst zijn besteed. Vindt uw college dit ook niet erg karig, zeker nu toerisme en recreatie als speerpunt van beleid worden aangemerkt? 26. Op blz. 17, onder i, lezen wij dat een visie op recreatie en toerisme zal worden opgesteld. a. Wanneer kan de raad deze visie tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? b. Bent u het met ons eens dat, zeker gelet op het belang van toerisme en recreatie, dat als speerpunt van beleid wordt aangemerkt, uiterlijk in het eerste kwartaal van 2015 de visie gereed moet zijn? c. Bent u het met ons eens dat in de visie concrete voorstellen moeten worden gedaan en niet volstaan moet worden met opmerkingen op een hoog abstractieniveau? 27. Uw college geeft aan dat in het kader van handhaving van regels op het gebied van ruimtelijke ordening, bouw- en woningtoezicht, foutparkeren en hondenpoep een integrale handhavingsnotitie zal worden opgesteld. Het handhaven van alle overtredingen is niet mogelijk; gelet op de beperkte (financiële) middelen zullen altijd keuzes moeten worden gemaakt. Op welke wijze gaat uw college ervoor zorgen dat bij het formuleren van dit handhavingsbeleid de capaciteit wordt ingezet op daadwerkelijk door inwoners en bedrijven ervaren frustraties in plaats van dat het verlanglijstje van ambtenaren en bestuurders leidend is? 3. Openbare werken 28. Wanneer kan de raad het op blz. 18, onder a, aangekondigde maaiplan tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 29. Op blz. 18, onder a, lezen we: ‘Voor de bestrijding van onkruid wordt geen gif meer gebruikt. Waar nodig worden alternatieve methoden voor onkruidverwijdering toegepast.’ Uit een op 15 september 2014 uitgebracht persbericht geeft het college aan dat gekozen is voor borstelen als alternatief voor het gebruik van gif. Uit een wetenschappelijk onderzoek van Plant Research International (PRI), onderdeel van Wageningen UR en Stichting DLO, blijkt echter dat gemeen-
ten onkruid beter kunnen bestrijden met gif dan met niet-chemische technieken zoals borstelen. Chemische bestrijdingsmiddelen blijken, mits zorgvuldig gebruikt, beter voor het milieu. a. Waarom heeft het college, ondanks de uitkomsten van dit onderzoek, ervoor gekozen over te gaan op de borstelmethoden? b. De nieuwe methode is duurder dan de oude methode. Wat zijn de jaarlijkse meerkosten voor de gemeente Waterland? Indien het budget gelijk blijft: in hoeverre zal de kwaliteit van de openbare ruimte voor wat betreft de aanwezigheid van onkruid hierdoor verminderen? c. Van welk materiaal zijn de borstels gemaakt? d. Zijn er klachten van inwoners ontvangen over de nieuwe onkruidbestrijdingsmethode? 30. Wanneer kan de raad het op blz. 18, onder a, aangekondigde nieuwe beheerplan openbare verlichting tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 31. Het college geeft aan dat klachten over openbaar vervoer met EBS en/of de Stadsregio zullen worden afgestemd en opgelost (blz. 18, onder b). Hoe gaat uw college deze rol van klachtenbemiddelaar concreet invullen? 32. Op blz. 18 wordt onder c in het kader van duurzame mobiliteit als doel geformuleerd: meer mensen uit de auto te krijgen. Geldt dat ook voor collegeleden, in het bijzonder met betrekking tot woon-werkverkeer? 33. In het kader van meldingen openbare ruimte geeft het college op blz. 18, onder c, aan dat ‘met communicatie een werkproces [zal] worden uitgewerkt’. Wanneer kan de raad dit werkproces tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 34. Met betrekking tot de gemeentewerf schrijft uw college dat ‘alle relevante mogelijkheden’ worden onderzocht ‘of en zo ja op welke locatie de gemeentewerf dient te worden gevestigd’. Ook wordt aangegeven dat tevens gekeken zal worden naar de wenselijkheid om de functie gemeentewerf en milieustraat altijd te combineren op één locatie (blz. 18, onder d). a. Vindt uw college dat de gemeentewerf altijd binnen de gemeentegrenzen moet zijn gehuisvest of worden ook mogelijkheden buiten de gemeente in het onderzoek meegenomen? b. Vindt uw college dat de milieustraat altijd binnen de gemeentegrenzen moet zijn gehuisvest of worden ook mogelijkheden buiten de gemeente in het onderzoek meegenomen? 35. Is met de provincie ervan op de hoogte gesteld dat uw college vestiging van de gemeentewerf en/of milieustraat op een andere locatie dan bedrijfserf Katwoude wil gaan onderzoeken? Zo ja, wat was de reactie van de provincie? Zo neen, waarom niet en wanneer gaat u dat dan wél doen? 36. Welke kosten zijn er tot nu toe gemaakt met betrekking tot (de verplaatsing van de gemeentewerf/milieustraat naar) bedrijfserf Katwoude? 37. Wanneer kan de gemeenteraad nadere concretere informatie tegemoet zien over de huisvesting van de gemeentewerf/milieustraat, met andere woorden: wat is uw planning? 38. Op blz. 19 lezen wij onder e dat uw college meer faciliteiten wil bieden voor het zogenoemde groene onderwijs op de basisscholen. ‘In het te ontwikkelen natuurlijke speelbos in het Groen Hart wordt een natuur- en milieueducatieroute uitgezet’, aldus uw college. Hoeveel kosten zijn hiermee gemoeid? 39. Uw college is voornemens de inzet van BOA’s te intensiveren. Over hoeveel extra uren gaat het hier en hoeveel kosten zijn hiermee gemoeid? 40. Voor jachthaven Hemmeland is het college van plan een visie op te stellen. a. Wordt deze visie afgestemd met de eerder door uw college in het vooruitzicht gesteld visie op toerisme? Zo ja, op welke wijze? Zo neen, waarom niet?
b. Wanneer kan de raad deze visie tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 41. Welke portefeuillehouder is eerstverantwoordelijk als het gaat om jachthaven Hemmeland? 4. Publiekszaken 42. Ten aanzien van de telefooncentrale schrijft uw college op blz. 20, onder a, dat op dit moment ongeveer 65% van de binnenkomende gesprekken bij de afdeling Publiekszaken binnen 12 seconden worden opgenomen. Het streven is om in 2015 in 70% van de gevallen de klant binnen 15 seconden te woord te staan. Waarom legt het college zulk een lage ambitie aan de dag? 43. Op blz. 20, onder b, geeft uw college aan dat het streven is om in 2015 90% van alle aanvragen voor gemeentelijke producten direct bij de afdeling Publiekszaken af te handelen. Op welk percentage zitten we op dit moment? 7. Facilitaire zaken 44. Is de nota Inkoop- en aanbestedingsbeleid 2013 in de afgelopen periode aangepast of is het college voornemens deze nota aan te passen? 45. De leeskamer van het gemeentehuis is recentelijk verbouwd ten behoeve van het teleserviceloket van de politie. Wat waren de kosten van deze verbouwing en voor wiens rekening zijn deze kosten gekomen? 46. De politie maakt ten behoeve van het teleserviceloket gebruik van een ruimte in het gemeentehuis. Wat betaalt de politie jaarlijks aan gemeente voor het gebruik van deze ruimte, voor gas/licht, voor de koffie, voor andere zaken (graag bedragen uitsplitsing)? 47. Op blz. 23, onder c, schrijft uw college dat het gemeentehuis flexibel wenst te benutten. Verwacht uw college dat er naast de politie nog andere functies en organisaties onderdak zullen krijgen in het gemeentehuis? 48. Hoeveel euro’s zijn er vanwege de subsidieadvisering (blz. 23, onder e) in 2013 binnengehaald aan subsidie en hoeveel verwacht uw college in 2014 binnen te halen? 8. Algemene en juridische zaken 49. Uw college geeft aan dat in 2015 de regionale samenwerking verder zal worden voortgezet op onder meer het gebied van rampenbestrijding en crisisbeheersing (blz. 25, onder e). Aangezien deze reeds volledig zijn geregionaliseerd vernemen wij graag op welke verdere regionale samenwerking uw college doelt. 50. De burgemeester heeft altijd benadrukt dat zij ook na de regionalisering van de gemeentelijke brandweer blijft inzetten op de contacten met de vrijwilligers. Welke signalen hebben haar bereikt van de vrijwilligers in de Broek in Waterland als de steeds verder oplopende vertraging van de bouw van de nieuwe brandweerpost aldaar? 9. Personeel & organisatie 51. Op blz. 27 schrijft uw college onder f dat de toekomst van samenwerking volop is beweging is. Op welke ontwikkelingen doelt u hier? 52. Met betrekking tot de regionale samenwerking geeft u college aan dat het uw doelstelling is om in 2015 gericht samen te werken met daarvoor gekozen partners (blz. 27, onder f). Op welke partners doelt u hier?
53. In het kader van de uitvoering van de participatiewetgeving moet ook de gemeente Waterland als werkgever haar steentje bijdragen. Op blz. 28 lezen wij onder g dat uw college in 2015 1,16 fte aan mensen met een beperking wil opnemen in het gemeentelijk arbeidsproces. Dit aantal loopt op tot 3,48 fte in 2016. U geeft daarbij aan dat de wijze waarop en de inzet van beschikbare middelen door uw college nog nader onderzocht wordt. Wanneer kan de raad de resultaten van dit onderzoek tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 10. Bestuur en directie 54. Wegens gebrek aan belangstelling is eerder het inloopspreekuur van collegeleden afgeschaft. Wij krijgen echter signalen dat het niet altijd gemakkelijk is om als burger een afspraak te krijgen met een verantwoordelijk collegelid. De herinvoering van het inloopspreekuur zou het weer mogelijk maken voor mensen om op een laagdrempelige manier, zonder van tevoren een afspraak te hoeven maken, in contact te komen met hun bestuurders. Vindt uw college de herinvoering van het inloopspreekuur van collegeleden een goed idee? Zo neen, waarom niet? 55. Graag ontvangen we een uitsplitsing van het bedrag van € 220.000 die op blz. 29 is opgenomen in de post 10.003 Directie. 11. Overzicht van algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 56. De hoogte van de algemene uitkering uit het gemeentefonds (exclusief de aanvullende integratieuitkering sociaal domein) zoals door uw college berekend op blz. 31 verschilt met de bedragen uit het door de Rijksoverheid beschikbaar gestelde ‘Rekenmodel septembercirculaire 2014 constante prijzen’. In onderstaande tabel zijn deze verschillen weergegeven. 2015 Algemene uitkering volgens uw college Algemene uitkering volgens rekenmodel Verschil
2016
2017
2018
12.695.568 12.625.848
13.013.836 11.841.698
13.015.526 11.843.388
12.959.912 11.787.774
69.720
1.172.138
1.172.138
1.172.138
Wat is de verklaring van de verschillen? §A. Lokale heffingen 57. Hoeveel procent stijgen de tarieven van de toeristenbelasting en de parkeerbelasting? 58. Op blz. 40 lezen wij in onderdeel 10 ‘Rioolheffing’ dat de onroerendezaakbelasting (ozb) is verhoogd met hetzelfde bedrag als de verlaging van de rioolheffing. Met welk percentage zal gemiddeld de ozb in 2015 stijgen ten opzichte van 2014? 59. Uw college schrijft op blz. 36 dat de gemeentelijke belastingen in principe met niet meer dan de inflatiecorrectie zullen worden verhoogd. Voor de begroting 2015 wordt uitgegaan van een percentage van maximaal 1,1%. Uit het overzicht op blz. 43 blijkt evenwel dat de lokale lastendruk per inwoner stijgt van € 333,22 naar € 341,56 per jaar. Dat is een verhoging van ruim 2,5%. Hoe rechtvaardigt u die verhoging? §C. Onderhoud kapitaalgoederen 60. Op blz. 46, onderdeel 1 ‘Wegen’ geeft uw college geeft aan dat het percentage wegen dat niet aan het minimumniveau veiligheid voldoet op basis van het beheerplan wegen teruggebracht zou worden tot 16%, terwijl dit percentage op basis van de landelijke richtlijn 0% zou moeten zijn. Voorts geeft uw college aan dat de huidige coalitie van CDA, GroenLinks, SP en D66 heeft afgesproken
om € 100.000 bezuinigen op het wegbeheer. Hierdoor loop het percentage wegen dat niet voldoet aan het minimumniveau veiligheid verder op. a. Welk percentage van de wegen voldoet naar verwachting in 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018 niet aan het minimumniveau veiligheid? b. Hoeveel extra budget heeft uw college in verband hiermee opgenomen in de begroting voor aansprakelijkheid? c. Graag ontvangen wij het rapport destijds heeft gediend ter onderbouwing van het percentage van 16%. 61. Uw college geeft op blz. 46 in onderdeel 2 ‘Riolering’ inzicht met betrekking tot het verbreed gemeentelijke rioleringsplan. Hoe is het verloop van de voorziening riolering voor de komende 25 jaar (2015-2039). Graag ontvangen wij deze informatie in een overzicht waarbij inzichtelijk worden gemaakt: de geplande kosten, de geplande baten, het saldo hiervan alsmede de stand van de voorziening per 1 januari, het hiervoor bedoelde saldo en de stand van de voorziening per 31 december. Indien er geen aansluiting is met de bedragen zoals die beschikbaar waren bij de behandeling van de 1e IBU 2014 (zie informatiedocument 223-27 d.d. 16 juni 2014) ontvangen wij graag een toelichting op de verschillen. 62. Op blz. 47 lezen wij in onderdeel 5 ‘Water’ dat de verwachting is dat in 2015 daadwerkelijk stedelijk water kan worden overdragen aan het hoogheemraadschap. a. Wat is er de oorzaak van dat deze overdracht pas in 2015 plaatsvindt? b. Wanneer zijn de wegen die de gemeente Waterland van het hoogheemraadschap zou overnemen daadwerkelijk overgenomen? 63. Vindt uw college het in het najaar van 2013 geactualiseerde gebouwenbeerplan acceptabel (blz. 47, onderdeel 6 ‘Gebouwen’)? 64. Is uw college voornemens aan de raad een voorstel te doen voor de vaststelling van een nieuw gebouwenbeheerplan? Zo ja, wanneer kan de raad een voorstel tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? §D. Financiering 65. Op blz. 50 lezen wij in onderdeel 4 dat uw college nog circa € 50 miljoen aan liquiditeiten nodig denkt te hebben. Deze middelen, zo schrijft uw college, zullen afhankelijk van de behoefte worden opgenomen in 2015. Graag ontvangen wij een cijfermatige onderbouwing van dit bedrag. §E. Bedrijfsvoering 66. Ten aanzien van niet in ambtelijke dienst zijnde arbeidskrachten (inhuur externen) schrijft uw college dat in de begroting een budget is opgenomen ad € 256.164 (blz. 53). In welk programmaonderdeel is dit budget ondergebracht? §F. Verbonden partijen 67. Met betrekking tot het ISW geeft uw college vanaf blz. 54 een uiteenzetting van de visie en beleidsvoornemens. Gelet op de door de portefeuillehouder in de raadsvergadering van 19 juni 2014 gedane toezegging dat op deze plaats informatie over de toekomst van het ISW zou worden opgenomen, missen wij informatie. Hoe ziet uw college de toekomst van het ISW? Eerder was sprake van vormgeving van de beleidscoördinerende functie van het ISW op een andere wijze dan via dan de huidige gemeenschappelijke regeling. Wat is op dit punt de stand van zaken? §H. Subsidies 68. Op blz. 66 zijn de subsidieplafonds opgenomen voor het coördinerend ouderenwerk. Was is de cijfermatige onderbouwing van de daar genoemde bedragen?
69. In de raadsvergadering van 7 november 2013 zijn in de begroting 2014 de subsidieplafonds vastgesteld in §H voor in totaal € 610.925,05. Op blz. 67 lezen wij dat in dit kader in 2014 subsidie is verstrekt van in totaal € 820.227,93. Graag ontvangen wij een gedetailleerd overzicht waarin het verschillen tussen deze twee bedragen wordt verklaard en toegelicht.
Tweede integrale begrotingsupdate 2014 (2e IBU 2014) 1. Zorg & welzijn 70. Het college schrijft op blz. 9, onder b, over het realisatiekrediet voor de bouw van de Brede school in Monnickendam. Wanneer kan de raad een voorstel hieromtrent tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 71. Het zogenoemde passend onderwijs is nu twee maanden onderweg (blz. 11, onder g). Kan uw college aangeven hoe de start is verlopen, welke knelpunten er zijn en hoe en wanneer deze knelpunten gaan worden opgelost? 72. Op blz. 12 lezen wij in onderdeel 4 bij ‘autonome ontwikkelingen’ dat er extra geld nodig is voor mantelzorgondersteuning. Daarbij wordt verwezen naar de meicirculaire 2014. Aangezien de meicirculaire slechts aangeeft hoeveel geld de gemeente krijgt van de Rijksoverheid uit het gemeentefonds lijkt ons dat geen afdoende verklaring voor het feit dat de lasten voor mantelzorgondersteuning moeten worden verhoogd. a. Welke extra kosten met zich brengende autonome ontwikkelingen verwacht uw college op het gebied van mantelzorgondersteuning die een verhoging van het budget rechtvaardigen? b. Om welke bedrag gaat het concreet? 73. De kosten van gas van de ‘spothal Marijkestraat’ zijn toegenomen, aldus uw college op blz. 12. Wat is de oorzaak van deze toename – de rest van Nederland heeft juist minder gas verbruikt door een milde winter – en welke maatregelen gaat u nemen om de kosten weer terug te brengen? 74. Tijdens de raadsvergadering van 3 juli 2014 is collegevoorstel 308-6 aangenomen, waarmee € 112.271 beschikbaar is gesteld voor de eerste inrichting van meubilair en onderwijsleerpakket voor basisschool De Verwondering. Op blz. 13 lezen in onderdeel 5 dat er op dit vlak extra kosten te verwachten van € 10.109. Is de gemeente wettelijk verplicht deze extra gelden te verstrekken? Zo neen, waarom heeft uw college daartoe besloten? 2. Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer 75. Op blz. 15 schrijft uw college onder c dat er veel ambtelijk en bestuurlijke tijd is gestoken in de dijkversterking. Hoeveel ambtelijk tijd is hierin gestoken? 4. Publiekszaken 76. Uw college geeft aan dat de managementinformatie uit de telefooncentrale nog steeds niet op orde is (blz. 20, onder a). Wanneer verwacht u dat deze informatie wél op orde is, zodat exacte cijfers over het percentage afgehandelde gesprekken te verstrekken zijn? 5. Brandweer 77. De bouw van de brandweerpost in Broek in Waterland is wederom vertraagd (blz. 23, onder a). Wat vinden de vrijwilligers in de Broek in Waterland hiervan en wordt het niet eens tijd dat er op dit dossier wordt doorgepakt?
7. Facilitaire zaken 78. Op blz. 29, onder g, is sprake van een rapportage van de ondernomen activiteiten in het kader van subsidieadvisering en de stand van zaken. Graag ontvangen wij deze rapportage en de stand van zaken. 79. Uw college geeft op blz. 30, onderdeel 25, aan dat er een extra koffieautomaat is aangeschaft voor gebruik door bestuur en politie. Wat betaalt de politie voor het gebruikt van de koffieautomaat? Stand van zaken moties en toezeggingen 80. Met betrekking tot toezegging nr. 0249 schrijft uw college dat de erfpachtovereenkomst in het kader van het Mirror Waterhotel Hemmeland nog door het college moet worden vastgesteld en dat deze daarna ter kennisgeving aan de raad zal worden voorgelegd. Wanneer kan de raad deze erfpachtovereenkomst tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 81. Uw college geeft ten aanzien van toezegging nr. 322 aan dat de raad schriftelijk zal worden geïnformeerd over het (toekomstig) eigendom van het bibliotheekgebouw in Monnickendam. Wanneer kan de raad dit informatiedocument tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 82. Wat is zowel inhoudelijk als procedureel de stand van zaken met betrekking tot de integrale visie in het kader van toerisme, veiligheid (dijkversterking) en ruimtelijke ordening op Marken, waartoe het college bij motie van CDA, PvdA, GroenLinks en SP is opgeroepen (nr. 0338)? 83. Bij de stand van zaken van toezegging nr. 0350 wordt gesproken van een collegeprogramma waarin iets wordt opgenomen met betrekking tot de realisatie van sneller internet (glasvezel). Wat verstaat uw college onder het ‘collegeprogramma’ en wanneer kan de raad dit document tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 84. Bij toezegging nr. 0360 inzake de realisatie van oplaadpunten voor elektrische auto’s schrijft u dat het college binnenkort wordt geïnformeerd over de (vervolg)procedure. Wanneer wordt de raad geïnformeerd? 85. Wanneer kan de raad de bij toezegging nr. 0361 in het vooruitzicht gesteld actualisatie van het beheerplan voor openbare verlichting tegemoet zien, met andere woorden: wat is uw concrete planning? 86. Uw college geeft bij toezegging nr. 0362 aan dat de renovatie of nieuwbouw van sporthal ’t Spil in Monnickendam is uitgesteld. Tot wanneer wordt de renovatie of nieuwbouw uitgesteld? 87. De toezegging om in samenwerking met de jongerenwerker alternatieven te vinden voor jongeren die getroffen worden door de nieuwe leeftijdsgrenzen in de Drank- en Horecawet is nog niet afgehandeld. Er worden namelijk nog ideeën uitgewerkt. Pas als het genoemde raadsinformatiedocument naar de raad is gegaan, kan de toezegging als afgehandeld worden beschouwd. Wilt u in de nota van wijziging de afhandeling van deze toezegging wijzigen van ‘Ja’ naar ‘Nee’? Zo neen, waarom niet? 88. Bij toezegging nr. 0422 schrijft uw college dat momenteel wordt onderhandeld over het instellen van een vervoersregio. Wordt hiermee bedoeld dat door of namens de gemeente Waterland wordt onderhandeld? Zo ja, wat is de inzet van onderhandeling? 89. Toezegging nr. 0423 is afgehandeld door een persoonlijke toelichting aan raadslid Ten Have. Welk antwoord is gegeven? Raadslid Ten Have was namelijk niet de enige die vragen had over de lening van de gemeente Waterland aan de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland in verband met de verkoop van twee brandweerkazernes.
90. Naar aanleiding van toezegging nr. 0431 geeft uw college aan dat een afspraak is gemaakt met Stadsraad Monnickendam om deze te betrekken bij het verdere proces van realisering van de Brede School Scholeneiland. Heeft dit overleg plaatsgevonden en zo ja: wat de uitkomst ervan? 91. Toegezegd is dat de woonvisie in het najaar naar de raad zou worden gezonden (nr. 0434). Bij de stand van zaken geeft uw college aan dat de planning is dat aan deze toezegging voldaan kan worden in de eerste helft van 2015. Wat is er de oorzaak van geweest dat deze toezegging niet kan worden nagekomen? 92. Wanneer kan de raad de jaarrekening van Stichting Sociaal-Cultureel Centrum De Bolder over 2013 tegemoet zien (toezegging nr. 0440)? 93. Met betrekking tot toezegging nr. 0450 inzake het Bennewerfdossier schrijft uw college dat de verdere planning afhankelijk is van de projectontwikkelaar. Wat is in dit kader besproken met de projectontwikkelaar? 94. De toezegging inzake het beheerplan Hemmeland (nr. 0451, 0452 en 0453) zijn nog niet afgehandeld. Er wordt namelijk aangegeven dat de raad begin 2015 de APV gaat vaststellen en dat zaken nog moeten worden meegenomen. Wilt u in de nota van wijziging de afhandeling van deze toezegging wijzigen van ‘Ja’ naar ‘Nee’? Zo neen, waarom niet? 95. Naar aanleiding van toezegging nr. 0467 geeft uw college aan bij het hoogheemraadschap aandacht te hebben gevraagd voor het onderhoud van het fietspad op de dijk van Monnickendam naar de Nes en naar Uitdam. Wat was de reactie van het hoogheemraadschap? Voortgangsrapportage sociale zaken 1e halfjaar 2014 96. Hoeveel werkgevers hebben tot nu toe ondersteuning gehad van de werkgeversdienstverlening van de gemeente?