Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie
Vraagprogramma Regiokampioenschap Zuid Holland Paarden, Springen, Afdelingsdressuur en Verenigingskampioenschap Datum:
Zaterdag 16 augustus 2008
Organisatie:
Wedstrijdcommissie Regio Zuid Holland i.s.m. De Develruiters
Verenigingsnummer:
31008
Wedstrijdnummer:
75488
Plaats:
Terrein De Develruiters, Sportpark Molenwei te Heerjansdam
Federatievertegenwoordiger:
Dhr. P. van der Marel
Parcoursbouwer:
Dhr. G.J. Mooy
De volgende kampioenschappen worden uitgeschreven:
1. Kampioenschap verenigingen 2. L, M en Z zestallen 3. L. M en Z viertallen KAMPIOENSCHAPPEN INDIVIDUEEL SPRINGEN 4. 5. 6. 7. 8.
Individueel Individueel Individueel Individueel Individueel
Kampioenschap klasse B (geen afvaardiging Hippiade) Kampioenschap klasse L Kampioenschap klasse M Kampioenschap klasse Z kampioenschap klasse ZZ
o
Er wordt gereden onder de reglementen van de KNHS en de daarop gepubliceerde wijzigingen. Eenvoudig door te starten geven de deelnemers aan op de hoogte te zijn van - en in te stemmen met dit vraagprogramma en het reglement KNHS kampioenschappen.
o
De in dit vraagprogramma genoemde dressuurproeven zijn opgenomen in de uitgave 2006 van het KNHS Dressuur- en Menproevenboekje.
o
In alle gevallen waarin bepalingen van dit vraagprogramma en/of van het wedstrijdreglement niet voorzien beslist de wedstrijdleiding, indien nodig in overleg met de Federatievertegenwoordiger.
o
Alleen de resultaten winstpuntenregistratie.
van
het
springen
klasse
B
en
L
komen
in
aanmerking
voor
Ad 1. Verenigingskampioenschap Het verenigingskampioenschap bestaat uit het rijden van een individuele dressuurproef, door 4 combinaties, waarvan alle vier de resultaten voor het bepalen van de einduitslag worden meegeteld. En het afleggen van een springparcours, door 4 combinaties, waarvan alle vier de resultaten voor het bepalen van de einduitslag worden meegeteld.
Verwijderd: ¶ Algemene bepalingen verenigingskampioensch ap
Algemene bepalingen verenigingskampioenschap 1. Alle door een vereniging in te zetten ruiters en paarden dienen tot deze vereniging te behoren; 2. Elke ruiter mag slechts met één paard starten en maximaal éénmaal in elk onderdeel van het verenigingskampioenschap; 3. In de onderdelen van het verenigingskampioenschap mogen géén “gelegenheidscombinaties” ingezet worden; 4. Hetzelfde paard mag in het verenigingskampioenschap slechts door dezelfde ruiter voor welk onderdeel dan ook worden ingezet, m.a.w. hetzelfde paard mag gedurende het verenigingskampioenschap door één ruiter worden gestart; 5. Voor het bepalen van de juiste klassering van elke aan het verenigingskampioenschap deelnemende combinatie, is de stand op de datum waarop het regiokampioenschap wordt verreden, bepalend. 6. Verenigingen mogen twee reservecombinaties per onderdeel opgeven. 7. Uitsluitend vooraf opgegeven reservecombinaties mogen worden ingezet, behoudens overmachtsituaties, ter beoordeling door de wedstrijdleiding en Federatie vertegenwoordiger. Voorwaarden dressuur Per vereniging mogen combinaties ingezet worden die startgerechtigd zijn in tenminste de klasse Bdressuur en ten hoogste de klasse M1-dressuur. Niet nader wordt aangegeven hoe de verdeling van de combinaties over de klassen moet zijn; De combinaties moeten een dressuurproef overeenkomstig hun klasse indeling afleggen; De te rijden proeven: klasse B (proef 4) klasse L1 (proef 8) klasse L2 (proef 12) klasse M1 (proef 16) Voorwaarden springen Per vereniging mogen combinaties ingezet worden die startgerechtigd zijn in tenminste de klasse Bspringen en ten hoogste de klasse M-springen. Niet nader wordt aangegeven hoe de verdeling van de combinaties over deze klassen moet zijn; De combinaties dienen een parcours overeenkomstig hun klasse indeling af te leggen; Uitslagberekening verenigingskampioenschap Dressuur Per vereniging worden de punten, behaald door de vier individuele dressuurcombinaties, bij elkaar opgeteld. Indien de deelnemers door meer dan één jurylid per combinatie worden beoordeeld, wordt eerst het gemiddelde van de jurybeoordeling per combinatie vastgesteld. Een individuele dressuurcombinatie die wordt uitgesloten / gediskwalificeerd, krijgt 20 punten minder toegewezen dan de combinatie die het laagst werd gewaardeerd van alle andere individuele dressuurruiters, die voor het kampioenschap in de betreffende klasse zijn gestart en niet zijn uitgesloten/ gediskwalificeerd. Springen Het totaal aantal strafpunten van alle vier spring-combinaties van dezelfde vereniging wordt vermenigvuldigd met twee. Dit wordt vervolgens in mindering gebracht op het totaal dressuurresultaat van de betreffende vereniging. Bij het B springen is alleen het behaalde resultaat in strafpunten van belang. Het stijlcijfer c.q stijlwaardering heeft geen invloed op het verenigingskampioenschap. Voor wat betreft de aftrekpunten bij het springen als onderdeel van het verenigingskampioenschap geldt, dat een combinatie maximaal 40 strafpunten kan behalen. Combinaties, die meer strafpunten behalen of die worden uitgesloten/gediskwalificeerd in het parcours, krijgen voor de berekening van de uitslag van het kampioenschap 40 strafpunten toegewezen. Ex-aequo De vereniging met het hoogste totaal aantal punten in het eindklassement is kampioen. Indien twee verenigingen met een gelijk aantal punten eindigen, is het totaalresultaat (op basis van de vier beste resultaten) dat is behaald bij het onderdeel individuele dressuur doorslaggevend voor het vaststellen van de onderlinge plaatsing. Indien ook dan de punten nog gelijk zijn, is het totaalresultaat (op basis van de vier beste resultaten) dat is behaald bij het onderdeel springen doorslaggevend voor het vaststellen van de onderlinge plaatsing. Indien ook dan de punten nog gelijk zijn, beslist het beste individuele resultaat per vereniging bij het onderdeel individuele dressuur. Valt er dan nog geen beslissing dan is het cijfer voor het onderdeel `het rechtgerichte, ontspannen en in aanleuning gaande paard´bepalend bij het onderdeel individuele dressuur van het beste individuele resultaat van de vereniging.
Met opmaak: opsommingstekens en nummering Met opmaak: opsommingstekens en nummering Verwijderd: ¶ Structuur¶ Het verenigingskampioenschap is opgebouwd uit twee onderdelen te weten dressuur en springen:¶ ¶ Dressuur¶ Het rijden van een individuele dressuurproef, door 4 combinaties, waarvan alle vier de resultaten voor het bepalen van de einduitslag worden meegeteld. Verwijderd: De combinaties moeten een dressuurproef overeenkomstig hun klasse-indeling afleggen; hiervoor is de stand van de combinatie op de datum waarop het regiokampioenschap wordt verreden, bepalend.¶ Per vereniging mogen ingezet worden: Combinaties, die startgerechtigd zijn in tenminste de klasse Bdressuur en ten hoogste de klasse M1-dressuur. Niet nader wordt aangegeven hoe de verdeling van de combinaties over deze klassen moet zijn, met dien verstande dat elke ruiter slechts met één paard aan het gehele verenigingskampioenschap mag deelnemen. ¶ ¶ Voorwaarden dressuur¶ Verwijderd: Combinaties, Verwijderd: ; Verwijderd: niet nader wordt aangegeven hoe de verdeling van de combinaties over deze klassen moet zijn, met dien verstande dat elke ruiter slechts met één paard aan het gehele verenigingskampioenschap mag deelnemen;¶
Met opmaak: opsommingstekens en nummering Verwijderd: Het afleggen van een springparcours, door maximaal 4 combinaties, waarvan de drie beste¶ Verwijderd: resultaten voor het bepalen van de einduitslag worden meegeteld.
Ad 2 / 3 Afdelingsdressuur Algemene bepalingen kampioenschap afdelingsdressuur -
-
Afdelingen mogen worden gevormd door combinaties van 1 of meerdere verenigingen binnen 1 kring. Afhankelijk van de samenstelling van de afdeling dient er gestart te worden in de klasse L, M of Z. Indien er in een klasse wordt deelgenomen door minder dan vier afdelingen wordt deze klasse in handicap verreden met een naastgelegen klasse. Bij de klasse-indeling wordt uitgegaan van een puntensysteem, waarbij per combinatie, die deel uitmaakt van het zestal/viertal, een aantal punten wordt toegekend. Het totaal van deze punten is bepalend voor de klasse waarin de afdeling moet starten, e.e.a. overeenkomstig het bepaalde in art. 125 van het disciplinereglement Dressuur, uitgave april 2006 en de daarop gepubliceerde wijzigingen Het staat een afdeling vrij in een hogere klasse te starten dan waartoe zij overeenkomstig de som van het puntenaantal van de individuele combinaties waaruit het vier- of achttal is samengesteld, gerechtigd zou zijn. In verband met de selectieprocedure voor kring- en/of regiokampioenschappen is de regeling van toepassing die erin voorziet dat voor het in art. 125 genoemde puntensysteem de klasse (in de individuele dressuur) geldt, waarin een combinatie reglementair geklasseerd of startgerechtigd is. In dit verband wil “geklasseerd” zeggen, dat het gaat om de klasse waarin een combinatie met ten minste 1 winstpunt geregistreerd staat per 1 april 2006 of de laagste klasse waarin een nog niet geklasseerde, nieuw gevormde combinatie in het geval van deelname aan de individuele dressuur uit zou mogen komen.
Opzet Er zal sprake zijn van een splitsing in zes afzonderlijke kampioenschappen, t.w.: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Kampioenschap Kampioenschap Kampioenschap Kampioenschap Kampioenschap Kampioenschap
zestallen voor ruiters met paarden klasse L - proef 67 zestallen voor ruiters met paarden klasse M - proef 71 zestallen voor ruiters met paarden klasse Z - proef 73 viertallen voor ruiters met paarden klasse L - proef 67 viertallen voor ruiters met paarden klasse M – proef 71 viertallen voor ruiters met paarden klasse Z – proef 73
Rubrieken met minder als 3 deelnemende afdelingen worden conform art. 5 van het wedstrijd reglement in handicap verreden. Samenstelling afdeling Alvorens de afdeling zal kunnen starten, dient de instructeur/commandant van de afdeling het daartoe bestemde standaardformulier in te leveren bij de voor dit doel aangestelde functionaris. Op dit formulier behoren de volgende gegevens van de deelnemende combinaties zijn ingevuld: naam ruiter / amazone; let op: tevens aangeven of ook individueel op kampioenschap wordt gereden naam paard combinatienummer klasse (individuele dressuur) waarin deze combinatie reglementair startgerechtigd is. Er vindt geen afzonderlijke inspectie plaats; het punt voor uniformiteit en verzorging wordt door de jury gegeven. Vaststelling van de kampioensafdeling De afdeling met het hoogste totaal aantal punten wordt tot kampioen uitgeroepen. In het geval van exaequo-plaatsing van de klasse L is eerst het totaal aantal door de jury toegekende punten voor onderdeel 22, voor de klassen M en Z onderdeel 23, van de afdelingsdressuurproef van toepassing, valt dan nog geen beslissing dan is de totaalwaardering voor onderdeel 23 voor de klasse L doorslaggevend. Voor de klassen M en Z is onderdeel 24 hierbij doorslaggevend. Valt er dan nog geen beslissing, dan geldt het totaal van alle (25) protocolpunten van het jurylid aan de ring gezeten bij de letter B. N.B.: Startkaartencontrole Zes-/Viertallen. Tijdens de Regio Kampioenschappen Outdoor 2008 zal er steekproefsgewijs worden gecontroleerd op het aanwezig zijn van de vereiste documenten, alsmede op de geldigheid daarvan. Ad 4. Kampioenschap springen klasse B Opzet Het kampioenschap springen klasse B bestaat uit het rijden van een spring parcours op stijl, artikel 238.1.B. De wedstrijd wordt verreden volgens tabel A, niet op tijd maar met een vastgestelde toegestane tijd. Bij gelijkheid van strafpunten, voor de eerste plaats, één barrage op strafpunten en stijl.
Startvolgorde: De startvolgorde wordt vanwege de organisatie door middel van loting vastgesteld. Klassement De deelnemers worden geplaatst overeenkomstig hun strafpunten en bij gelijkheid daarvan op grond van de stijlpunten in de barrage. Plaatsing van de overige combinaties, die niet voor deelname aan de barrage in aanmerking komen, geschiedt op basis van de toegekende strafpunten en bij gelijkheid daarvan op grond van de stijlpunten van het eerste parcours. Ad 5. Kampioenschap springen klasse L. Opzet Het kampioenschappen springen klasse L bestaat uit het rijden van een springparcours niet op tijd maar met een toegestane tijd overeenkomstig tabel A. Bij gelijkheid van strafpunten voor de eerste plaats wordt één barrage op strafpunten en tijd verreden (art. 238 2.b). Startvolgorde De startvolgorde wordt door de organisatie middels loting vastgesteld. Klassement De deelnemers worden geplaatst overeenkomstig hun strafpunten en bij gelijkheid daarvan op grond van hun tijd in de barrage. Plaatsing van de overige combinaties, die niet voor deelname aan de barrage in aanmerking komen, geschiedt op basis van de toegekende strafpunten en bij gelijkheid daarvan op grond van de gereden tijd in het basisparcours.
Ad 3. Kampioenschap springen klasse M t/m ZZ Het kampioenschap springen klasse M t/m ZZ bestaat uit één onderdeel t.w.; Springparcours, in twee manches ( volgens artikel 273.3.A). Beoordeling van de eerste manche volgens tabel A op tijd. Beoordeling van de tweede manche volgens tabel A niet op tijd, maar met een vastgestelde toegestane tijd. Bij gelijkheid van strafpunten voor de eerste plaats wordt één barrage op strafpunten en tijd verreden. Aan de tweede manche in de klasse M en Z mogen alle combinaties deelnemen die in de eerste manche vijf strafpunten of minder hebben behaald. Aan de tweede manche in de klasse ZZ mogen alle combinaties deelnemen die niet hebben opgegeven of zijn uitgesloten in de eerste manche. Startvolgorde De startvolgorde van de eerste manche wordt door de organisatie vastgesteld. De deelnemers die zich geplaatst hebben voor de tweede manche, starten in omgekeerde volgorde van hun strafpunten en tijd van de eerste manche. Deelnemers aan de barrage voor de eerste plaats, behouden de startvolgorde van de tweede manche. Klassement De deelnemers worden geplaatst overeenkomstig hun strafpunten en tijd in de barrage. De overige deelnemers worden geplaatst overeenkomstig het totaal aantal strafpunten over beide manches en de tijd van de eerste manche.
Algemene Bepalingen 1. Aansprakelijkheidsuitsluiting Het bestuur van de Regio, het bestuur van De Develruiters, de officials en andere dienstdoende personen aanvaarden géén aansprakelijkheid met betrekking tot schade toegebracht aan paarden en/of andere eigendommen van de deelnemers/toeschouwers, dan wel voor schaden voortvloeiende uit ongevallen van welke aard en oorzaak dan ook. 2. Deelname meerdere combinaties Een ruiter/amazone mag tijdens Regionale- en KNHS-kampioenschappen deelnemen aan maximaal 2 kampioenschappen per discipline. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen paarden en pony’s. D.w.z. dat een deelnemer zowel aan 2 kampioensrubrieken bij de pony’s als bij de paarden mag deelnemen.
Verwijderd: ¶ Per wedstrijd worden prijzen uitgereikt en moet er inschrijfgeld worden voldaan.¶
3. Inschrijving springen Inschrijven kan uitsluitend d.m.v. het opsturen van een geheel ingevulde startcoupon (1 per paard) vóór 2 augustus 2008 naar:
Henk Richardson, M.A. de Ruijterstraat 117, 3201 CK, Spijkenisse 4. Inschrijving verenigingskampioenschap en afdelingsdressuur Inschrijven kan uitsluitend door het per vereniging compleet opsturen van geheel ingevulde coupons vóór 26 juli 2008 naar:
Teuni Verheij, Tiendweg West 18, 2941 ER, Lekkerkerk voor het verenigingskampioenschap 4 x 2 dressuur coupons en 4 x 1 springcoupon + eventuele reserves Op de coupons vermelden “VK” voor de afdelingsdressuur 2 coupons per vier- of zestal Op de coupon de klasse vermelden
5. Inschrijfgeld Het inschrijfgeld is als volgt vastgesteld: Individueel kampioenschap paarden: € 9,00 per combinatie per kampioenschap Verenigingskampioenschap paarden: geen inschrijfgeld Afdelingsdressuur paarden: geen inschrijfgeld Het inschrijfgeld moet ter plaatse contant worden voldaan bij het wedstrijdsecretariaat voordat er wordt gestart. Deelnemers die hun inschrijfgeld niet hebben voldaan mogen niet starten.
6. Afmeldingen en opslag Bij het niet of te laat betalen worden administratiekosten doorberekend door de wedstrijdgevende organisatie; € 5,- per combinatie.
Verwijderd: Voorwedstrijde n (9 september)¶ Verwijderd: wedstrijd Verwijderd: ¶ Eindklassement (10 september)¶ Individueel kampioenschap paarden: € 12,-- per combinatie per wedstrijd ¶ Waarborgsom paarden dressuur/springen:€ 5,--¶
Voor deelnemers springen die zich na 14 augustus 2007 afmelden, is artikel 43 van het algemeen wedstrijdreglement van toepassing. Deze bepaling geldt tevens voor deelnemers die niet zijn verschenen op het Regiokampioenschap. 7. Prijzen De prijzen bestaan uit bekers en linten. Prijzen worden uitgekeerd in een verhouding van één prijs per vier gestarte deelnemers of een gedeelte daarvan. Naast de genoemde prijzen ontvangt elke individuele kampioen springen een extra ereprijs. De jury heeft de reglementaire bevoegdheid prijzen in te houden. 8. Startdocumenten Tijdens Regiokampioenschappen kan door officials worden gecontroleerd op (de aanwezigheid en juistheid van) wedstrijddocumenten (o.a. startkaart, Paardenpaspoort). Wanneer e.e.a. door een official niet in orde wordt bevonden, kan uitsluiting van (verdere) deelname volgen 9. Protesten/Klachten Protesten/klachten tegen een besluit van een official kunnen worden ingediend bij de voorzitter van de jury van beroep, met inachtneming van de in artikel 48 van het algemeen wedstrijdreglement opgenomen bepalingen. 10. Tijdig gereed houden Deelnemers moeten tenminste 5 minuten voor de gestelde starttijd aanwezig zijn bij de ingang van de betreffende wedstrijdring. Het niet op tijd aanwezig zijn kan uitsluiting van (verdere) deelname aan het kampioenschap tot gevolg hebben. 11. Harnachement en kledingvoorschriften Controle op de optoming, het harnachement van het paard en het tenue van de deelnemer kan plaatsvinden. 12. Tijdschema De organisatie doet haar uiterste best het opgegeven tijdschema te volgen. De wedstrijdleider is verantwoordelijk voor eventuele aanpassing van het programma / tijdschema en beslist daarover in hoogste instantie. Tegen zijn beslissing is geen beroep mogelijk.
Verwijderd: €175,-/ €150,-/ €125,-/ €100,-/ €75,-/ €50,-- en volgprijzen van €25,-.¶ Verwijderd: Naast de genoemde geldprijzen ontvangt elke kampioen een extra ereprijs. De jury heeft de reglementaire bevoegdheid prijzen in te houden.¶