Rapport Onderwerp
Nationale Visie Kust Datum behandeling OIM
23 mei 2013 Kenmerk
OIM-2013/104963
I.
Aanleiding
De deelnemers aan het OIM zijn op verschillende momenten en op verschillende wijzen betrokken geweest bij het proces van de totstandkoming van de Nationale Visie Kust (NVK). Voor de laatste maal is dat gebeurd tijdens het overleg van 23 mei 2013, waarin de consultatieversie van de NVK ter bespreking voorlag. Dit heeft geresulteerd in het OIM advies op de consultatieversie NVK dat onder II. is weergegeven. Onder III. is een aantal aanvullende reacties en adviezen van met name genoemde deelnemers aan het OIM opgenomen. De toelichting op dit advies is in bijlage 1 opgenomen. Bijlage 2 ten slotte bevat een lijst met opmerkingen en aanvullingen op de parels. II.
Advies
In de eerste plaats vragen de maatschappelijke partijen te worden betrokken bij de initiatieven van Rijk, markt en lokale overheden op het vlak van de meegroeiconcepten en zandsuppleties en bij de kustcommunities. Voorts adviseren zij ten aanzien van de verschillende onderdelen van de nationale Visie Kust: 1. Meer suppleren a.: Combineer in de aanpak van ‘leren en innoveren door experimenteren’ meer suppleren met één of meer andere benaderingen van kustlijnzorg, waarbij gedurende langere periodes afslagsituaties kunnen bestaan; b.: Weeg het effect op de dynamiek in de zeereep en in de duinen mee in de suppletiestrategie; c.: Maak helder wat zandsuppletie en zeespiegelstijging betekenen voor de zoet/zout verhouding in de grondwaterbeschermingsgebieden en borg de belangen van de drinkwatervoorziening. 2. Natuuropgaven a.: Maak voor onderhoud kust gebruik van slib uit rivieren (toevoegen als parel / aan uitvoeringsagenda);
Koningskade 4 2596 AA Den Haag Telefoon 070 – 456 89 99
[email protected] www.overlegienm.nl
b : Neem bij de ambities de mogelijkheid op om het terrestrische gedeelte van het kustfundament (de duinen) mee te laten groeien met de zeespiegelrijzing door het massaal op gang brengen van landwaarts zandtransport door middel van natuurlijke dynamiek; c.: Geef steeds duidelijk aan welke definitie van dynamisch kustbeheer gehanteerd wordt; d.: Inventariseer welke delen van de kust nu al dynamisch zijn en op welke plaatsen er plannen zijn voor meer dynamiek en op welk plaatsen er kansen zijn voor meer dynamiek. 3. drinkwatervoorziening Definieer de duingebieden voor de drinkwatervoorziening als nationaal ruimtelijk belang. 4. kwaliteitsopgaven a. : Zorg voor goed inzicht in de (veranderende) wensen en behoeften van kustbewoners en -bezoekers als het gaat om landschapsbeleving, toerisme en recreatie ( en neem deze onderwerpen op in de NVK of de Uitvoeringsagenda); b. : Formuleer helder beleid voor toestaan (tijdelijke) bebouwing (en neem dit op in de uitvoeringsagenda); c.: Rouleer in verband met de veiligheid met delen van het strand die wel en niet bebouwd worden, zodat de zeereep de kans krijgt om mee te groeien met de zee. 5. areaal voorop Ga na waar overmaat aan zand voor ecologie wel en niet gewenst is en neem dit mee in de afwegingen. 6. adaptieve koers a. : Pleeg, voorafgaand aan (grootschalige) pilots op (zeer dynamische) buitendelta’s in het Waddengebied, verkennend reconstructieonderzoek; b. : Pas op met mogelijk vormen van nieuwe barrières voor natuur door reserveringszones te bebouwen. 7. meegroeiconcepten a. : Geef in de NVK een vooruitblik op een of meerdere integrale manieren waarop zowel het natte als het droge gedeelte van het kustfundament kan meegroeien met de zeespiegelrijzing; b. : Neem het concept van de "pulserende kust" op; meegroeiconcept badplaatsen c.: Schrap het concept zeewaartse zandbuffer; d.: Schrap het concept zand met strekdammen. 8. Opnemen in uitvoeringsagenda a.: Onderzoek naar beïnvloedingsgebieden van zandsuppleties op erosieve kustdelen (vanuit ecologisch gezichtpunt); b. :Onderzoek naar de effecten van toenemende dynamiek op veiligheid, natuur en recreatie (bijv. specifiek voor gebied tussen Velsen Noord en Callantsoog (zie bijlage; voorgestelde aanvullende parel); c. : Kennis opbouwen over de werking van natuurlijke processen. 9. Parels Verwijs in de NVK naar de in bijlage 2 opgenomen lijst met concrete opmerkingen en aanvullingen en voeg hem als bijlage aan de NVK toe.
III.
Aanvullende reacties/adviezen van de navolgende organisaties:
10. De ANWB onderschrijft de bestuurlijke keuzes (deel I van de NVK) en is voorts blij met de passages over een zorgvuldig proces om te komen tot windenergie op zee en de waarde van de vrije horizon voor toerisme en recreatie. 11.
Basis kustlijn (BKL) a. advies (Vewin): Behoud de huidige BKL en leg de gebieden voor de drinkwatervoorziening vast in de Nationale Visie Kust; b. advies (de natuur- en milieuorganisaties): Het plaatselijk soepeler toepassen van het instrument van de basiskustlijn (BKL) is cruciaal voor het realiseren van dynamische natuurontwikkeling. Veiligheid (Reddingsbrigade Nederland) a. advies: Hanteer een integrale benadering bij de waterveiligheid. De veiligheidsbeleving verandert in de loop der tijd en zo ook de invulling van het begrip veiligheid. Het waterveiligheidsbegrip mag niet alleen benaderd mag worden in termen van ‘milieuveiligheid’; b. advies: Zorg voor goed inzicht in de wensen en behoeften van kustbezoekers, als het gaat om veiligheidsbeleving (fysieke veiligheid met het oog op verdrinkingsgevaar) in relatie tot toerisme en recreatie; c. advies: Neem bij elk plan voor zandsuppleties / zandmotor een veiligheidsparagraaf op met het oog op de fysieke veiligheid van badgasten en waterrecreanten; d. advies: Combineer (fysieke) veiligheid met de zogenoemde risicobenadering. Laat bij het ontstaan van een nieuwe situatie aan de kust een RI&E (risicoinventarisatie en evaluatie) door een onafhankelijke en deskundige partij uitvoeren, opdat de risico’s goed in beeld zijn. Naar aanleiding van een RI&E kan er vervolgens gekeken worden naar beheers- en beveiligingsmaatregelen (en neem dit op in de Uitvoeringsagenda). 12.
13. Natuuropgaven (de natuur- en milieuorganisatie): advies: Benoem het belang van systeemherstel voor morfologische en ecologische relaties tussen de uitstroom uit de Delta, via de kustrivier langs de Hollandse Kust naar de Waddenzee. In het kader van systeemherstel biedt het Haringvliet, als mondinggebied van de Rijn, binnen de Nederlandse kustzone de beste kansen voor herstel van een estuariene overgang tussen rivier en zee.
Bijlage 1 bij OIM 2013/104963 1.
Meer suppleren Toelichting 1a: Meer suppleren kan zeer nadelige effecten hebben voor de natuur en op de veiligheid. Suppletie, steeds wanneer de BKL wordt overschreden of dreigt te worden, zal de natuurlijke dynamiek in de zeereep (klifvorming, kerven, parabolisering) beperken. Pas wanneer gedurende langere periodes afslagsituaties kunnen bestaan, kan klifvorming plaatsvinden, waarna kerven kunnen ontstaan en grootschalig landwaarts zandtransport (in de vorm van mobiele duinen) op gang kan komen. Dit zandtransport zorgt voor een groter zandvolume in het terrestrische gedeelte van het kustfundament en draagt daarmee bij aan het meegroeien met de zee van dat deel van het kustfundament. Toelichting 1b.: niet alle functies profiteren altijd van extra suppletiezand. Afgezien van negatieve gevolgen op bodemleven waar gesuppleerd wordt, heeft suppletiezand effect op de dynamiek in de zeereep en in de duinen. Die dynamiek dient niet alleen het natuurbelang, maar draagt ook bij aan het meegroeien van het kustfundament. Toelichting 1 c: Meer suppleren en zeespiegelstijging hebben gevolgen voor de zoet-zout verhouding van (grond)water in de kuststreek. 2.
Natuuropgaven Toelichting 2a: vroeger was slib natuurlijk materiaal voor groei kust, tegenwoordig komt dat niet meer in zee terecht, maar bijvoorbeeld in havens waar het wordt opgebaggerd en elders gestort; daar waar slib schoon genoeg is kan het gebruikt worden voor versterking kustfundament (bijv. eilandje vlak voor de kust); goed materiaal voor Waddenzee dynamische kust. Toelichting 2d : Focus ligt nu op dynamiek aan de buitenkant, maar is ook belangrijk aan de terrestrische kant. 3. drinkwatervoorziening Toelichting: De drinkwatervoorziening is onderdeel van de vitale infrastructuur en in de Drinkwaterwet benoemd als een dwingende reden van groot openbaar belang. Voldoende zoet water van goede kwaliteit is een primaire levensbehoefte en dient gegarandeerd te zijn. 4.
kwaliteitsopgaven Toelichting 4b: in NVK staat dat met slimme sturing de verzameling strandpaviljoens en strandhuisjes meerwaarde heeft voor kwaliteit, en rust- en reuringzoekers worden bediend. In de praktijk lijken gemeenten vaak mee te bewegen met wensen ondernemers, waardoor tijdelijke strandbebouwing steeds meer verschijnt . Toelichting 4c: In de huidige werkwijze wordt gemeten hoeveel zand er in het systeem zit vanaf de duinvoet zeewaarts, terwijl ook het terrestrische gedeelte (de duinen) van het kustfundament van belang is voor de veiligheid. Strandbebouwing en het voortdurend heen en weer buldozeren van zand, intensieve activiteit en opslag van materiaal tegen de duinvoet belemmeren het zandtransport van het strand naar de zeereep. Op plaatsen waar ieder strandseizoen en/of jaarrond strandbebouwing aanwezig is, ontstaan geen embryonale duinen en groeit de zeereep niet aan. Hierdoor worden de zwakke schakels van de toekomst gemaakt! 5. areaal voorop Toelichting: overmaat aan zand voor recreatieactiviteiten kan natuurdoelen in duinen tegenwerken. 6.
adaptieve koers Toelichting 6a: Suppleties op buitendelta’s in het Waddengebied waar natuurlijke geomorfologische processen nu nog zo dominant zijn, zijn mogelijk erg risicovol zo lang we niet meer inzicht hebben in de consequenties daarvan voor het
gehele zanddelend systeem van het Waddengebied. Vanuit het oogpunt van leerzaamheid is het veel zinvoller om reconstructieonderzoek te doen naar de relaties tussen processen die de historische en recente ontwikkelingen van buitendelta's, eilandkusten en doorvoer naar het achterliggende Waddengebied hebben bepaald. Pilot experimenten kunnen vooralsnog veel beter op een lager schaalniveau, bv. op de eilandstaarten, worden ingezet. Toelichting 6b : Doordat er nu niet gebouwd mag worden in de reserveringszones fungeren deze op sommige locaties als ecologische verbindingszone. Voorkomen moet worden dat dit ecologische barrières worden op het moment dat deze bebouwd mogen worden. 7.
meegroeiconcepten Toelichting 7a: Er moet voor gewaakt worden dat er te gescheiden gekeken wordt naar het meegroeien van het natte kustfundament (vooroever en strand) en het droge kustfundament (waarbij in de visie te sterk de nadruk ligt op kustplaatsen en het behoud van het zicht op zee). Natuurlijke processen en het verband tussen de natuurlijke processen op de vooroever, het strand, de zeereep en de duinen erachter zijn van belang. Toelichting 7b: Bij een pulserende kust wordt eerst grootschalig gesuppleerd, waarna gedurende een langere periode geen onderhoud plaatsvindt, zodat eerst een aangroeikust wordt gesimuleerd en daarna een periode lang afslagkust ontstaat. Juist in de afslagperiode kan grootschalig landwaarts zandtransport op gang komen. Door dit in ruimte en tijd te variëren, zorg je voor een gevarieerd kustlandschap met op ieder moment zowel gesimuleerde aangroeisituaties als natuurlijke afslagsituaties. Toelichting 7c: dit concept is zowel vanuit veiligheids- als natuuroogpunt absoluut onwenselijk. Het doet (vooruitgeschoven) bolwerken in de kustboog ontstaan die extra onderhoud en dus extra kosten met zich brengen. Daarnaast versterken bolwerken de erosie op andere plaatsen in de kustboog, waardoor ook daar extra onderhoud en kosten noodzakelijk zijn. Het extra onderhoud in de vorm van suppleties kan de natuurlijke dynamiek in de nabij gelegen duingebieden belemmeren en dus het dynamisch zeereep- en duinbeheer aldaar frustreren. Toelichting 7d: Strekdammen in combinatie met recreatie zijn waarschijnlijk levensgevaarlijk. Verder is dit concept strijdig met het principe zacht waar het kan en hard waar het moet. Ten slotte bevorderen strekdammen erosie en leiden dus tot extra kustonderhoud en kosten en extra schade voor natuur. 8. Opnemen in uitvoeringsagenda Toelichting 8c: Nu ligt de focus op aangroeikust, met dynamiek vooral gericht op de buitenkant. Er is, ook vanuit veiligheidsoogpunt, meer mogelijk met fasen van erosie. Er is meer kennis nodig over de werking van de natuurlijke kust. 11. BKL Toelichting: Voor de bescherming van de drinkwatervoorziening is het belangrijk dat de huidige basislijn van de kust wordt gehandhaafd en dat de duinen voor de drinkwatervoorziening worden vastgelegd in de Nationale Visie Kust.