Universiteit U t r e c h t Heidelbërglaan 8, Utrecht
Universitaire Bestuursdienst
O & O , P o s t b u s 8 0 1 2 5 , 3 5 0 8 TC U t r e c h t
Onderwijs & Onderzoek
Prof. J. Koops, decaan Faculteit Sociale Wetenschappen Heidelbërglaan 1 3584 CS UTRECHT Ons k e n m e r k
O&O 11.7007 Faxnummer
030 253 77 52 Telefoon
030 253 40 72 Datum
E-mall
20 januari 2011
m.j.c.fennema{J iuu.nl
Onderwerp
Blad
accreditatie onderzoeksmasters
1 van 1
Geachte heer Koops, Bijgaand ontvangt u het accreditatiebesluit voor de onderzoeksmasters Methodology and Statistics and Social Sciences en Educational Sciences: Learning in Interaction. Het betreft een aanpassing van het eerdere besluit van 16 september 2010, waartegen wij bezwaar hebben aangetekend vanwege de te lage beoordelingen van het onderwerp resultaten (gerealiseerd niveau en rendement). De NVAO is ons ten dele tegemoet gekomen en heeft in haar besluit de eerdere 'voldoende' beoordeling gewijzigd in een 'goed'. Op basis van dit accreditatiebesluit vraagt het college de DUO om de opleidingen te herregistreren in het CROHO. Daarmee is de formele, externe, accreditatieprocedure afgerond. Ik wil u daarniee feliciteren. Met het oog op de interne kwaliteitszorg, willen wij u vragen om in algemene zin te reflecteren op het accreditatieproces van de beoordeelde opleidingen binnen uw faculteit en de genomen, dan wel te nemen verbetermaatregelen. Ons secretariaat zal u benaderen voor een afspraak voor dit voorjaar. Voor eventuele vragen kunt u terecht bij Marie-Jet Fennema van de directie O&O, m.i.cfennemaOuu.nl. toestelnummer 4072. Hoogachtend, namens het college van bestuur.
drs. Leon A. van de Zande, directeur Onderwijs & Onderzoek
cc:
Theo Wubbels De Universiteit Utrecht viert in 2011 haar 375e verjaardag. Kijk op www.uu.nl/lustrum voor nïeer informatie.
mie^
nederiands - vlaamse accreditatieorganisatie
Universiteit Utrecht College van bestuur Postbus 80125 3508 TC UTRECHT
ARCHIEF ®ISTIWIE
|
M • ! 0 i n5
1
ORG
|iN
G<2,0
1 8 JAN. 2011
BIJL 2. POSTMAP
1 1
C^B
1
KOHE
Geacht college, datum 17 januari 2011
Hierbij ontvangt een aangepast definitief besluit met een positieve beoordeling van uw aanvraag om accreditatie van de volgende opleidingen van uw instelling.
onderwerp Aangepast besluit accreditatie onderzoeksmaster
-
Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences Educational Sciences: Leaming in Interaction
(# 4263) {# 4264)
Methodology and Statistics of Behavioural and Social
Hiermee beschouwen wij deze aanvragen als volledig afgehandeld.
Sciences (#4263) Educational Sciences: Leaming in Interaction (#4264)
De NVAO wijst u erop ( Dienst Uitvoering Onder
n kopie van de accreditatiebesluiten dient te sturen aan de in Groningen voor een actuele registratie in het CROHO.
uw kenmerk O&O 10.21177 ons kenmerk NVAO/2D110126/Sb bl|lagen 2
Inllclitlngen
Parkstraat 28 | 2514 JK 1 Postbus 85498 1 2508 CD Den Haag
Jan Willem Meijer
PO- Box 85498 j250S CD The Hague jThe Netherlands +31 (070)312 23 55 j ^ 2^ (0170 312 2300 | F + 31 (0)70 312 2301
[email protected] [email protected] 1 w>/vw.nvao.nel
BIJL.
ederlands - vlaamse accreditatieorganisatie
Universiteit Utrecht College van bestuur Postbus 80125 3508 TC UTRECHT
Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding wo-onderzoeksmaster Educational Sciences: Learning In Interaction van de Universiteit Utrecht
datum
1. Inleiding
17 januari 2011
Bij brief van 19 februari 2010 heeft mr. Yvonne C.M.T. van Rooy, voorzitter van het College van bestuur van de Universiteit Utrecht (UU), bij de Nederiands-Vlaamse onderzoeksmaster Accreditatieorganisatie (NVAO) een aanvraag ingediend om accreditatie, als bedoeld in Educational Sciences: Leaming artikel 5a.9 van de Wet op het hoger ondenwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW; in Interaction van de Stb.2002, 302) voor de opleiding onderzoeksmaster Educational Sciences: Learning in Universiteit Utrecht Interaction van de Universiteit Utrecht. Het betreft een voltijdse opleiding (120 ECTS) die (# 4264) blijkens de aanvraag te Utrecht wordt verzorgd. ons kenmerk Ter ondersteuning van de aanvraag heeft de UU een rapport overgelegd waarin de NVAO/20110126/SL onderzoeksmasteropleiding Educational Sciences: Learning in Interaction is geëvalueerd. bijlagen Dit rapport, Self-Evaluation Report tor renewal of NVAO Accreditation for tfie Research 1 Master's Programme Educational Sciences: Learning in Interaction, dateert van februari 2010. onderwerp
Definitief besluit acaeditatie
Op verzoek van de NVAO heeft de beoordelingscommissie onderzoeksmasteropleidingen Gedragswetenschappen van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) de aanvraag om accreditatie van de onderzoeksmasteropleiding Educational Sciences: Learning in Interaction beoordeeld en heeft zij haar advies opgesteld aan de hand van de criteria die zijn geformuleerd in het 'Accreditatiekader bestaande opleidingen: domeinspecifieke uitwerking voor onderzoeksmaster' dat op 12 oktober 2007 door het bestuur van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie is vastgesteld. De KNAW-commissie bestond uit: - prof. dr. M. Boekaerts (voorzitter); - prof. dr. J. M. Bensing; - prof. dr. H.J.G. L. Merckelbach; - prof. dr. G. van Outryve d' Ydewalle; - A.O.J.Cramer MSc (student-lid). Vanwege haar banden met de betrokken universiteit heeft professor dr. J.M. Bensing zich laten verschonen. De commissie heeft het aanvraagdossier bestudeerd en in een eerste vergadering op 16 maart 2010 de aanvraag besproken.
Inlichtingen Pariistinai 28 j 2514 JK \ Pcsibus 85498 i 2503 CD Den Maog Jan Willem Meijer pQ so., S549S j 250S CD The Hague / V^e Neine +31 (070)312 23 55-1 +31 (0170 312 2300 i F + 31 (Ol7ü 312 2301
[email protected] inlo®nvao nei | vvvv>A'nvao nei
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 2 van 8 Zij had tevoren de opleiding een aantal inhoudelijke en feitelijke/organisatorische vragen voorgelegd. Tevens heefl zij vier scripties opgevraagd die de commissieleden bestudeerd en geëvalueerd hebben. De antwoorden op de schriftelijke vragen zijn ontvangen op 28 april 2010. Deze heeft de commissie besproken tijdens een bijeenkomst op 11 mei 2010, voora^aand aan de hoorzitting ten kantore van de KNAW. De commissie heeft op genoemde dag gesproken met respectievelijk het management van de opleiding, een delegatie van de docenten en een delegatie van studenten en alumni. De delegaties van docenten en studenten waren voor de ene helft samengesteld uit vertegenwoordigers van onderhavige opleiding, voor de andere helft uit vertegenwoordigers van de opleiding Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences. Studenten en alumni werden at random geselecteerd door de secretaris. De commissie heeft op basis van het aanvraagdossier, de schriftelijke antwoorden bij de gestelde vragen en de hoorzitting haar advies vastgesteld.
2. Bevindingen Op grond van het toepasselijke Accreditatiekader wordt een opleiding beoordeeld aan de hand van zes onderwerpen, te weten: doelstellingen van de opleiding, programma, inzet van personeel, voorzieningen, inteme kwaliteilszorg en resultaten.
Opleiding De onderzoeksmaster Educational Sciences: Leaming in Interaction wordt georganiseerd door de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. De opleiding is geaccrediteerd in 2005 en maakt deel uit van de Graduate School of Social and Behavioural Sciences. Bij de opleiding zijn vijf onderzoekprogramma's van de genoemde faculteit betrokken: Early Development and Education of Motor, Cognitive and Language Skills; Leaming in Interaction; Mettiodology and Statisticus, for tfie Betiavioural and Social Sciences; Social and Personality Development A Transactional Approach en Teactier Learning and Expertise tfjrougtiout the Professional Career Doelstellingen Het tweejarige masterprogramma Educational Sciences: Leaming in Interaction (EdSci) (120 ECTS) is een onderzoeksmaster waarmee de studenten aan het einde van hun opleiding de volgende bagage hebben verworven: 1. Zicht hebben op belangrijke theoretische en methodologische onderwerpen op het gebied van onderwijsprocessen. 2. Kennis en ervaring in het uitvoeren van een onderzoeksproject met een duidelijk geformuleerd onderzoeksprobleem dat innoverend is, voorttmuwt op de state of the art van de discipline en degelijk is verankerd in de literatuur van de betrokken discipline. 3. Zicht hebben op verschillende onderzoeksontwerpen en methoden om data te verzamelen. Kennis en ervaring in het uitvoeren van onderzoeksontwerpen en methodische dataverzameling die adequaat is teneinde de onderiiggende onderzoeksvraag op te lossen; de afgestudeerde is in staat om hierbij de goede keuzes te maken en toe te passen in het onderzoek. 4. In staat om adequate statistische modeDen en kwalitatieve analysemethoden te kiezen en toe te passen.
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 3 van 8 5. Kennis van en ervaring met het integreren van theorie en (kwantitatief en/of kwalitatief) empirisch onderzoek (theoriegestuurd empirisch onderzoek) en ervaring met het volledige proces van sociaal en gedragswetenschappelijk onderzoek en met het rapporteren van de resultaten van onderzoek op het terrein van ondefwijsprocessen. 6. In staat om, gebaseerd op een onderzoeksvoorstel, zelfstandig onderzoek uit te voeren teneinde een PhD te verwerven. 7. In staat tot het formuleren van beleidsimplicaties van wetenschappelijk onderzoek op het terrein van onderwijsprocessen. 8. Geschoold zijn in het wetenschappelijk formuleren, in het presenteren voor verschillende doelgroepen en in het documenteren en archiveren van gegevens. 9. Breed oriënteringsvermogen, noodzakelijk om in een onderzoeksteam en in een onderzoeknetwerk te opereren, binnen het eigen onderzoeksdomein. De opleiding richt zich op het voorbereiden van studenten op een aansluitend promotietraject, en maakt het afgestudeerden ook mogelijk om hun carrière voort te zetten in een baan buiten academie die onderzoekscapaciteiten vereist, bijvoorbeeld bij het Sociaal Cultureel Planbureau, CITO, SCO Kohnstamm Institute, Risbo. EdSci kent verschillende (gedeeltelijk) concurrerende opleidingen bij Nederiandse en buitenlandse universiteiten, maar onderscheidt zich door het tweejarige veelomvattende programma dat zich geheel richt op ondenwijsprocessen op school en binnen de wereld van de arbeid. Sinds de eerste aanvraag om accreditatie is het programma nauwelijks gewijzigd; wel zijn de cursussen binnen een semester meer parallel geprogrammeerd, er is een keuzecursus ingevoerd en de cursussen in kwalitatieve en gemengde (kwantitatieve en kwalitatieve) methoden zijn aangescherpt. De commissie heeft met waardering kennis genomen van de opzet van de opleiding. De eindkwalificaties sluiten goed aan bij de eisen die (buitenlandse) vakgenoten stellen aan een opleiding in dit vakgebied. De toelichting bij en de uitwerking van de Dublindescriptoren acht de commissie helder. De eindkwalificaties zijn ontleend aan eisen die vanuit de wetenschappelijke discipline worden gesteld en de afgestudeerde verwerft in dit programma de kwalificaties om zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten. De commissie beoordeelt het ondenwerp doelstellingen positief.
Programma Het programma is ingebed in een onderzoeksomgeving van hoog niveau. De onderzoekers van deze instelling opereren intemationaal, publiceren in internationale tijdschriften en staan goed aangeschreven. Het onderzoeksprogramma Leaming in Interaction is in de vorige beoordeling op twee aspecten niet hoog genoeg beoordeeld om mee te kunnen doen aan een onderzoeksmasteropleiding. Maar een recente mid-term evaluatie gaf betere resultaten. De commissie gaat ervan uit dat bij de volgende beoordelingsronde de resultaten voldoen aan de nom van minimaal een 4 op een schaal van 5. Zo niet, dan zal het onderzoeksprogramma - aldus het verantwoordelijke management - worden temggetrokken uit de opleiding. Het opleidingsprogramma is een goede concretisering van de eindkwalificaties en biedt studenten de condities die nodig zijn om de geformuleerde eindtermen te bereiken. Studenten komen onder andere bij stage en thesis, die zijn ingebed in één van de onderzoeksprogramma's, intensief in contact met onderzoek en onderzoekers. Het programma biedt een gestructureerde en systematische scholing aan in hoogstaand
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 4 van 8 tiieoretisch en methodologisch onderzoek op het gebied van ondenwijs- en leerprocessen. Het richt zich op interactie tussen leeriingen en docenten, tussen leeriingen die samenwerken, tussen leeriing en studiemateriaal en op de individuele teeriing in verschillende leeromgevingen. Alle vakken zijn speciaal voor de onderzoeksmaster opgezet en er zijn geen tracks. Wel kunnen studenten in het tweede jaar door keuze van traineeship en tliesis nadruk leggen op hun persoonlijke onderzoeksbelangstelling en focussen op wat hun voori<eur heeft. De werkvormen sluiten uitstekend aan bij het didactisch concept. De studenten waren zeer tevreden over de begeleiding en de steun van docenten bij het schrijven van papers. De samenhang van de opleiding acht de commissie goed, dit wordt mede bereikt door onderling contact tussen de docenten. Zij zijn op de hoogte van wat collega's in andere sessies doen, en daarover wordt overleg gevoenJ. Het programma is goed ojigebouwd en vlot studeerbaar. De studenten worden goed gemonitord en er is een tutor voor hen aangesteld. Omdat het curriculum voor alle studenten hetzelfde is, kunnen docenten en studenten eikaar gemakkelijk bereiken. Studenten krijgen voldoende contacturen. Er is een coördinator voor de intemshijis. Ook tijdens de internship worden studenten gemonitord. De opleiding kent een beperkte instroom, van 4 in 2006-2007 tot 6 in 2009-2010. Gestreefd wordt naar een insti-oom van 15 studenten per jaar. De opleiding ziet de instroom ais een punt van zorg. Ze neemt daartoe maatregelen: de database van contacten in binnen- en buitenland is herzien. De commissie maakt zich zorgen over een opleiding met zo weinig instromende studenten, en dus ook weinig buitenlanders, en heeft hierover ook vragen gesteld. De opleiding heeft als veri
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 5 van 8 De commissie acht beoordeling en toetsing in orde. Dat geldt ook voor de cijfers die voor de scripties gegeven zijn. De commissie beoordeelt het ondenwerp programma positief.
Personeel De kwaliteit van de onderzoeksgroepen die bij de onderzoeksmaster betrokken zijn, is van hoog niveau. De commissie heeft hier veel waardering voor. De positieve evaluatie van de onderzoeksprogramma's die aan de opleiding ten grondslag liggen, toont aan dat de relatie onderwijs - onderzoek gegarandeerd is door de docenten die beeldbepalend zijn voor de onderzoeksprogramma's en in deze onderzoeksmaster met het onderwijs belast worden. Uit de informatie en gesprekken met studenten is gebleken dat docenten als rolrnodel fungeren voor beginnende onderzoekers. De studenten worden gestimuleerd in het doen van zelfstandig onderzoek en toonden zich in de hoorzrtting enthousiast daarover. De inzet van de staf is veel groter dan op grond van het aantal fte's zou worden venwacht. Alle medewerkers dienen, volgens de voorschriften van de universitert, te voldoen aan de eisen van de senior Kwalificatie Ondenwijs. Er is voldoende personeel ingezet om het programma inhoudelijk, ondenwijskundig en organisatorisch te realiseren. Per cursus investeert de faculteit 0.10 fte in de onderzoeksmaster. Als staf-student-ratio houdt de opleiding aan 1:15. De docenten zijn bovendien uitstekend gekwalificeerd en enthousiast. De commissie beoordeelt het onderwerp Personeel positief.
Voorzieningen De voorzieningen zijn in orde. De studiebegelekJing is goed, de studenten bleken hierover zeer tevreden te zijn. De student spreekt zijn tutor twee keer per jaar en vaker, indien nodig. De persoonlijke benadering en de kleinschaligheid stellen de studenten zeer op prijs. De commissie beoordeelt het onderwerp voorzieningen positief.
Interne Kwaliteitszorg De inteme kwaliteitszorg binnen de Graduate School is een integraal onderdeel van het cyclische kwaliteitssysteem van de Universiteit Uti-echt en de Faculteit Sociale Wetenschappen. Twee gremia spelen hiertaij een grote rol binnen het systeem van de Graduate School. Het overieg van programmaleiders, waarin de coördinatoren van de onderzoeksmasters samenwerken en waarin ook een student en een PhD-student zitting hebben. En de opleidingscommissie, waarin elke onderzoeksmaster is vertegenwoordigd door een docent en een student. De laatstgenoemde commissie geeft adviezen aan het overleg van programmaleiders over het ondenwijs, de examens en andere onderwijsaangelegenheden. Zij kan zich rechtstreeks tot de decaan wenden. Er is twee keer per jaar een bijeenkomst van alle betrokken medeweri<ers bij EdSci. Docenten bespreken zowel bij het begin als het einde van de cursus met de studenten de inhoud van de cursus en de didactische aanpak. Het overieg van programmaleiders evalueert jaariijks het studieprogramma, mede gebaseerd op de studentenevaluaties. Alle cursussen worden aan het einde door de studenten geëvalueerd. Hierbij zijn toetsbare streefdoelen opgegeven. Die vond de
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 6 van 8 commissie nogal laag voor een onderzoeksmaster, met als minimum een 3 op de schaal van 1 t/m 5. De opleiding heeft echter naar voren gebracht dat bij een score van 3.5 al actie wordt ondernomen. Zowel de cursusevaluaties als de programma-evaluaties hebben opgeleverd dat er niet veel gewijzigd hoefde te worden. Een paar kleine wijzigingen zijn op basis van de evaluaties wel doorgevoerd.
Bij de inteme kwaliteitszorg zijn docenten en studenten naar behoren betrokken. Er wordt onderzoek onder alumni gehouden en er is een Maatschappelijice Adviesraad, opgerictit in 2008 door de Facutteit Sociale Wetenschappen. Deze raad bestaat uit vertegenwoordigers vanuit verschillende maatschappelijke hoeken en heeft regelmatig contact met het facutteitsbestuur. De commissie beoordeett het ondenwerp Interne Kwaliteitszorg positief.
Resultaten Er zijn streefcijfers opgesteld voor het rendement: alle studenten die het eerste semester met succes afronden dienen af te studeren in juni van het daarop volgende jaar. Van de totaal 10 studenten die in de jaren 2006 en 2007 zijn ingestroomd, is er (in febmari 2010) 1 drop-out. Van deze studenten hebben 8 het diploma op tijd behaald. De commissie heeft waardering voor dit hoge rendement. De commissie heeft vier scripties bestudeerd. Ze waren van zeer behooriijk tot zeer goed niveau. In de toegekende cijfers kon de commissie zich vinden. Van de eerste twee cohorten is 25 % cum laude afgestudeerd, een percentage dat de commissie voldoende reëel lijkt. Een aantal scripties (7 van de 8 die tot 2009 geschreven zijn) vrordt voor publicatie aangeboden. De afshideenwerkstukken zijn volgens de commissie van hoge kwalitert en ze weerspiegelen de goede interactie tussen studenten en docenten. De commissie beoordeett tenslotte het gerealiseerde eindniveau posttief en heeft tot haar tevredenheid gezien dat een groot aantal afgestudeerden (van de cohorten 2006 en 2007) doorstroomt naar een promotietraject, te weten 5 van de 8 studenten. De commissie beoordeeft het onderwerp Resultaten positief.
Advies De commissie is op basis van de informatie in het zelfévaluatierapport, de antwoorden op de schriftelijke vragen, en de hoorzitting tot een positief eindoordeel van de aanvraag gekomen. Concluderend is de commissie van oordeel dat de wo-onderzoeksmaster Educational Sciences: Leaming in Interaction voldoet aan de door de Nederlands Vlaamse Accreditatieorganisatie gestelde eisen aan onderzoeksmasters, zoals neergelegd in het 'Accreditatiekader bestaande opleidingen: domeinspecifieke uitwerking voor onderzoeksmaster' van 12 oktober 2007.
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 7 van 8 3. Besluit
Ingevolge het bepaalde in artikel 5a.10, tweede lid, van de WHW heeft de NVAO het College van bestiJur van de Universttett Utrecht te Utrecht in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op het voomemen tot besluit van 20 juli naar voren te brengen. Bij brief van 19 augustus 2010 heeft het college van bestuur van deze gelegenheid gebruik gemaakt Dtt heeft geleid tot enkele tekstuele aanpassingen. Op grond van het voorgaande beslutt de NVAO dat accredrtatie wordt verieend aan de woonderzoeksmaster Educational Sciences: Leaming in Interaction (120 ECTS; variant vottijd; locatie: Utrecht) van de Universttett Lttrecht te Utrecht. Het beslutt ti-eedt in werking op 12 april 2011 en is van kracht tot en met 11 april 2017.
Den Haag,17 januari
K.L.L.M. Dtttrich (voorzitter)
Tegen drt besluit kan op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht door een belanghebbende bezwaar worden gemaakt bij de NVAO. De temiijn voor het indienen van bezwaar bedraagt zes weken.
Instelling Opleiding Sector Graad Oriëntatie
: Universiteit Utrecht : onderzoeksmaster Educational Sciences: Leaming in Interaction : Gedrag en Maatschappij : Master of Science : wo
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 8 van 8 Bijlage: Overzicht van beoordelingen door de KNAW-commlssie Gedragswetenschappen Onderwerp
Facet
Beoonleling van EdScl Universiteit Utrecht
1. Doelstellingen
1.1 domeinspecifieke eisen
v
1.2 niveau onderzoeksmaster
V
1.3 oriëntatie wo
V
Beoordeling onderwerp 2. Programma
Positief 2.1 eisen wo
V
2.2 relatie doelstellingen - programma
V
2.3 samenhang programma
v
2.4 studielast
V
2.5 Instroom
V
2.6 duur
V
2.7 afstemming vomigevlng en inhoud
v
2.8 beoordeling en toetsing
V
Beoordeling onderwerp 3. Inzet personeel
Positief 3.1 eisen wo
G
3.2 kvrantiteit personeel
V
3.3 kwaliteit personeel
G
Beoordeling onderwerp 4. Voonieningen
Positief ! 4.1 materiële voorzieningen 4.2 studiebegeleiding
5.1 evaluatie resultaten
v
5.2 meiatregelen tot verbetering
v
5.3 betrokkenheid medewer1<ers, studenten, alumni en beroepenveld Beoordeling onderwerp 6. Resultaten
G Positief
Beoordeling onderwerp 5. Inteme kwaliteitszorg
V
v Positief
6.1 gerealiseerd niveau
G
6.2 ondenwjsrendement
G
Beoordeling onderwerp E=excellent; G=goed; V=voldaende =0=onvoldoende. De onderwerpen krijgen het oordeel "positier of "negatief'
Positief
BIJL.
nederiands - vlaamse accreditatieorganisatie
Universttert Utrecht College van bestiJur Postbus 80125 3508 TC UTRECHT
Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding wo-onderzoeksmaster Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences van de Universiteit Utrecht
datum 17 januari 2011 onderwerp Detinitief besluit accreditatie wo-master Methodology and Statistics of Behaviourial and Social Sciences van de Universiteit Utrecht (# 4263) ons kenmerk NVAO/20110126/SL bijlagen
1. Inleiding Bij brief van 19 februari 2010 heeft mr. Yvonne C.M.T. van Rooy, voorzitter van het College van bestuur van de Universttert Utrecht (UU), bij de Nederiands-Vlaamse Accredttatieorganisatie (NVAO) een aanvraag ingediend om accredrtatie, als bedoeld in artikel 5a.9 van de Wet op het hoger ondenwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW; Stb.2002, 302) voor de opleiding onderzoeksmaster Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences van de Universttett Utrecht. Het beti-eft een vottijdse opleiding (120 ECTS) die blijkens de aanvraag te Lftrecht wordt verzorgd. Ter ondersteuning van de aanvraag heeft de UU een rapport overgelegd waarin de onderzoeksmasteropleiding Metiiodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences is geëvalueerd. Drt rapport, Seif-Evaluation Report for renewal of NVAO Accreditation for the Research Master's Programme Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences, dateert van februari 2010. Op verzoek van de NVAO heeft de beoordelingscommissie onderzoeksmasteropleidingen Gedragswetenschappen van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) de aanvraag om accredrtatie van de onderzoeksmasteropleiding Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences beoordeeld en heeft zij haar advies opgesteld aan de hand van de criteria die zijn gefomnuleerd in het 'Accredrtatiekader bestaande opleidingen: domeinspecifieke urtwerking voor onderzoeksmaster' dat op 12 oktober 2007 door het bestuur van de Nederiands-Vlaamse Accreditatieorganisatie is vastgesteld. De -
KNAW-commissie bestond urt: prof dr. M. Boekaerts (voorzrtter); prof. dr. J. M. Bensing; prof. dr. H.J.G. L. Merckelbach; prof. dr. G. van Outryve d' Ydewalle; A.O.J.Cramer MSc (student-lid).
Vanwege haar banden met de betrokken universrteit heeft professor dr. J.M. Bensing zich laten verschonen. De commissie heeft het aanvraagdossier bestudeerd en in een eerste vergadering op 16 maart 2010 de aanvraag besproken.
Inllchftlngsn p^,,,^^.,.„^. , 0 . 251.1 jtc j oostbus 35^193 1 2503 CD nei-^ ^ Jan Willem Meijer „ ^ g^^ g^^g^ ^ ^508 CD Vie Hagu^ / The Neihs: lands +31 (070)31223 55 - , 3, (0170 312 2300 i F + 31 (01703122301 [email protected] ,r.io'<Sn.vao.nei! vi"..vvvnvao.iiet
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 2 van 8 Zij had tevoren de opleiding een aantal inhoudelijke en fettelijke/organisatorische vragen voorgelegd. Tevens heeft zij vier scripties opgevraagd die de commissieleden bestudeerd en geëvalueerd hebben. De antwoorden op de schriftelijke vragen zijn ontvangen op 28 april 2010. Deze heeft de commissie besproken tijdens een bijeenkomst op 11 mei 2010, voora^aand aan de hoorzttting ten kantore van de KNAW. De commissie heeft op genoemde dag gesproken met respectievelijk het management van de opleiding, een delegatie van de docenten en een delegatie van studenten en alumni. De delegaties van docenten en studenten waren voor de ene helft samengesteld utt vertegenwoordigers van onderhavige opleiding, voor de andere helft utt vertegenwoordigers van de opleiding Educational Sciences: Leaming in Interaction. Studenten en alumni werden at random geselecteerd door de secretaris. De commissie heeft op basis van het aanvraagdossier, de schriftelijke antwoorden bij de gestelde vragen en de hoorzttting haar advies vastgesteld.
2. Bevindingen Op grond van het toepasselijke Accredttatiekader wordt een opleiding beoordeeld aan de hand van zes ondenwerpen, te weten: doelstellingen van de opleiding, programma, inzet van personeel, voorzieningen, interne kwalttettszorg en resultaten.
Opleiding De onderzoeksmaster Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences wordt georganiseerd door de Facuttett Sociale Wetenschappen van de Universttett Utrecht. De opleiding is geaccredtteerd in 2005 en maakt deel utt van de Graduate School of Social and Behavioural Sciences. Bij de opleiding zijn zeven onderzoekprogramma's van genoemde facuttett betrokken: Development and Socialisation in Childhood and Adolescence; Educational Sciences: Leaming in Interaction; Migration, Ethnic Relations and Multicuituralism; Methodology and Statistics in the Behavioural and Social Sciences; Sociology and Social Research; Social and Health Psychology; Cultural Anthropology: Socio-cultural Transformations en Neuroscience and Cognition (gezamenlijk met de Faculteit Geneeskunde / Universitair Medisch Centrum). Doelstellingen Het tweejarige masterprogramma Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences (MSBS) (120 ECTS) is een onderzoeksmaster waarmee de studenten aan het einde van hun opleiding de volgende bagage hebben verworven: 1. Een sterke basis in the state of the art in onderzoek in methoden en statistiek van gedrags- en sociale wetenschappen, als uttgangspunt voor een professionele carrière. 2. De competentie om onderzoek utt te voeren in metiioden en statistiek van de gedragsen sociale wetenschappen. Studenten venverven de kennis en de vaardigheden die nodig zijn om fundamenteel en toegepast onderzoek utt te voeren in methoden en statistiek van sociale wetenschappen, op het niveau van een PhD project. 3. Kennis en vaardigheden om onderzoekers in gedrags- en sociale wetenschappen te adviseren hoe de nieuwste inzichten en technieken in de onderzoeksresuftaten van methodologie en statistiek gebmikt kunnen worden. Studenten krijgen de gelegenheid om zowel kennis als vaardigheden te venwerven die nodig zijn om onderzoekers in toegepaste wetenschappen te consufteren binnen een breed scala van methodologische en statistische ondenwerpen.
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 3 van 8 4. Scholing in wetenschappelijk formuleren, in het presentaties geven voor verschillende doelgroepen, in het bestuderen van en het discussiëren over onderzoekspapers en in het opzetten van een onderzoeksproject. 5. Afgestijdeerden hebben geleerd om informatie op te stellen, kritisch te wegen en naar voren te brengen, op presentaties, bij lunchcolloquia, op miniconferenties en bij postersessies. 6. Afgestudeerden hebben geleerd om te werken in een onderzoeksteam en hebben gevoel voor de spelregels bij wetenschappelijke samenwerking en communicatie. De opleiding richt zich op het voorbereiden van studenten op een aansluttend promotietraject, bereidt studenten ook voor op een functie als consuttant op het gebied van methodologie en statistiek en maakt het afgestudeerden tevens mogelijk om hun carrière voort te zetten in een baan burten academie die onderzoekscapactteiten vereist. MSBS kent verschillende (gedeetteiijk) concurrerende opleidingen bij Nederiandse en burtenlandse universtterten. MSBS onderscheidt zich echter door het tweejarige programma dat een specialisatie biedt in methodologie en statistiek met focus op de sociale en gedragswetenschappen. Sedert de eerste aanvraag om accredrtatie is het programma aangepast, en wel in die zin dat het niet meer verplicht is voor stijdenten om een cursus te volgen van venwante researchmasters. In plaats daarvan zijn er vier nieuwe cursussen toegevoegd: Statististical programming with R, Psychometrics , Categorical data analysis en Advanced experimental and quasi-experimenta/ designs in socid sdence. In het nieuwe programma zal ongeveer 10 ECTS aan statistical consutting worden besteed. De commissie heeft met waardering kennis genomen van de opzet van de opleiding. De eindkwaltticaties slurten goed aan bij de eisen die (burtenlandse) vakgenoten stellen aan een opleiding in drt vakgebied. De toelichting bij en de urtwerking van de Dublin descriptoren acht de commissie helder. De eindkwalificaties zijn ontieend aan eisen die vanurt de wetenschappelijke discipline worden gesteld en de afgestudeerde verwerft met drt programma de kwalificaties om zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten. De commissie beoordeelt het onderwerp doelstellingen positief.
Programma Het programma is ingebed in een onderzoeksomgeving van hoog niveau. De onderzoekers van de UUAJMC opereren internationaal, publiceren in intemationale tijdschriften en staan goed aangeschreven. Het programma is een goede concretisering van de eindkwalificaties en biedt studenten de condrties die nodig zijn de geformuleerde eindtermen te bereiken. Studenten komen onder andere bij het traineeship intensief in contact met onderzoek en onderzoekers. De opleiding heeft toegelicht dat de nadmk op statistical consutting is gekozen om ervoor te zorgen dat zij studenten opleidt die ook gespecialiseerde kennis hebben van methoden en statistiek. Statistical consutting is een urtstekende manier om de afstand tussen statistiek en sociale wetenschappen te overbmggen, zo stett de opleiding, De opleiding wil de twee perspectieven van enerzijds de metiiodoloog/statisticus en anderzijds de onderzoeker bij elkaar brengen. De commissie heeft gevraagd of er aan consulting wel voldoende aandacht wordt besteed, en met name aan de sociale vaardigheden die hierbij vereist zijn. Behalve het vak consutting dat wordt aangeboden in het eerste jaar, wordt een consultancywinkel opgezet die door studenten wordt bemensd. Hierbij worden sociale vaardigheden geoefend en gesuperviseerd. De commissie heeft hiervan met instemming kennis genomen.
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 4 van 8 Alle vakken zijn speciaal voor de onderzoeksmaster opgezet en er zijn geen tracks. Wel kunnen studenten in het tweede jaar door keuze van traineeship en thesis aan hun persoonlijke belangstelling vormgeven en focussen op een richting die hun voori<eur heeft. Met ingang van het cohort 2010-2011 is er een keuzevak opgenomen in bet curriculum. De werkvormen slurten uttstekend aan bij het didactisch concept. De studenten waren zeer tevreden over de begeleiding en de steun van docenten bij het schrijven van papers. De samenhang van de opleiding acht de commissie goed; dtt wordt mede bereikt door onderiing contact tussen de docenten. Zij zijn op de hoogte van wat collega's in andere sessies doen, en daarover wordt overieg gevoerd. Het programma is goed opgebouwd en de studeerbaarheid van het programma is adequaat. De studenten worden systematisch gemonttord; hiervoor is een tutor aangesteld. Omdat het cuniculum voor alle studenten hetzelfde is, zijn factoren goed te bereiken. Studenten krijgen voldoende contacturen. Er is een coördinator voor de internships. Ook tijdens de internship worden studenten gemonttord. Als het om een traineeship in het buttenland gaat, eist de opleiding dat de begeleider bereikbaar blijft. De commissie maakt zich zorgen over een opleiding met zo weinig instromende studenten, en met slechts een enkele buttenlander. Zij heeft hierover vragen gesteld. De opleiding stert dat de vraag naar afgestudeerde MSBS-ers die willen promoveren groot is en het aanbod van studenten met deze kwairticaties relatief klein. Elke student die de opleiding aflevert draagt bij - aldus de opleiding - aan de posttie van Nederiand als een intemationaal vooraanstaand land op het gebied van methoden en statistiek voor de gedrags- en sociale wetenschappen. Daamaast is er ook vraag vanutt organisaties zoals het CBS, CITO en TNO naar afgestudeerde MSBS'ers. Niettemin kent de opleiding een matige, zelfs licht afnemende instroom. Het aantal insti-omende studenten daalde van 7 in 2006-2007 tot 5 in 2009-2010. Gestreefd wordt naar een instroom van 15 studenten per jaar. De opleiding ziet de instroom als een punt van zorg. Ze neemt daartoe maatregelen: de database van contacten in binnen- en buttenland is herzien en via elektronische weg zijn posters en folders over MSBS rondgestuurd. De opleiding venwacht per 2010 een instroom van 9 studenten, v/aaronder vijf aanmeldingen butten Utrecht (waarvan drie buttenlanders). Er is een helder beleid wat betreft de instroomeisen, zowel voor Nedertandse studenten als buttenlandse. Studenten van Nederiandse universrtetten moeten minstens 7,5 voor hun bachelorexamen hebben behaald. Bij buttenlanders ligt de grens bij 3.3 GPA. Indien zij in bepaalde aspecten, die voor de opleiding van belang zijn, excelleren, kunnen ze ook met gemiddeld een 7, resp. 3.0 GPA worden toegelaten. Behalve naar de formele eisen kijkt de toelatingscommissie naar motivatie en actieve belangstelling voor onderzoek bij de studenten. Ook aan beheersing van het Engels worden eisen gesteld (lELTS, TOEFL, Cambridge International Examination). De opleiding kent slechts twee schriftelijke tentamens; in het algemeen acht men deze vonm van examinering voor deze opleiding niet geschikt als toetsvorm. Bij veel vakken moeten studenten regelmatig schriftelijke opdrachten inleveren. Daamaast zijn er computeropdrachten. Daarin moeten de studenten laten zien dat ze gegeven een onderzoeksvraag en dataset met diverse softwarepakketten uit de voeten kunnen om tot een antwoord op de onderzoeksvraag te komen, of laten zien dat ze kunnen programmeren in R (een programmeertaal ontwikkeld voor statistiek en data-analyse doeleinden). De vaardigheden die op deze wrijze getoetst worden, zijn moeilijk of niet door middel van schriftelijke examens te toetsen. De opleiding hanteert een streng toetsregime. Er zijn geen herkansingen, wel strakke deadlines. Wie in een onderdeel gefaald heeft, moet het hele jaar over doen. De
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 5 van 8 rendementen bevestigen dat deze sti-enge aanpak gunstig werirt met betrekking tot het voorkomen van vertraging en urtstel. De opleiding eist tot slot dat het verslag van de eindthese geschreven wordt in de vorm van een publiceerbaar artikel. De commissie acht beoordeling en toetsing in orde. Dat geldt ook voor de cijfers die voor de §cripties gegeven zijn. De commissie beoordeett het onderwerp programma posttief.
Personeel De kwalttett van de onderzoeksgroepen die bij de onderzoeksmaster betrokken zijn, is van hoog niveau. De commissie heeft hier veel waardering voor. De posttieve evaluatie van de onderzoeksprogramma's die aan de opleiding ten grondslag liggen, toont aan dat de relatie onderwijs - onderzoek gegarandeerd is door de docenten die beeldbepalend zijn voor de onderzoeksprogramma's en in deze onderzoeksmaster met het ondenwijs belast worden. Uit de informatie en gesprekken met studenten is gebleken dat docenten als rolmodel fungeren voor beginnende onderzoekers. De studenten worden gestimuleerd in het doen van zelfstandig onderzoek en betoonden zich in de hoorzttting enthousiast daarover. Alle medewerkers voldoen aan de eisen van de Basis Kwalificatie Onderwijs en de meerderheid t>eschikt ook over de senbr Kwaltticatie Onderwijs. Er is voldoende personeel ingezet om het programma inhoudelijk, ondenArijskundig en organisatorisch te realiseren. Per cursus investeert de facuftert 0.10 fte in de onderzoeksmaster. De staf-student-ratio is 1: 15. De docenten zijn bovendien uttstekend gekwalificeerd en zijn entiiousiast. De commissie beoordeelt het onderwerp Personeel posttief.
Voorzieningen De voorzieningen zijn in orde. De studiebegeleiding is goed, de studenten bleken hierover zeer tevreden te zijn. De student spreekt zijn tutor twee keer per jaar en vaker, indien nodig. De persoonlijke benadering en de kleinschaligheid stellen de studenten zeer op prijs. De commissie beoordeelt het onderwerp voorzieningen posttief.
Interne Kwaliteitszorg De inteme kwalttettszorg binnen de Graduate School is een integraal onderdeel van het cyclische kwalttettssysteem van de Universttert Utrecht en de Facultert Sociale Wetenschappen. Twee gremia spelen hierbij een grote rol binnen het systeem van de Graduate School. Dtt zijn het overieg van programmaleiders, waarin de coördinatoren van de onderzoeksmasters samenwerken en waarin ook een student en een PhD-student zrtting hebben en de opleidingscommissie, waarin elke onderzoeksmaster is vertegenwoordigd door een docent en een student. De laatstgenoemde commissie geeft adviezen aan het overleg van programmaleiders over het onderwijs, de examens en andere ondenwijsaangelegenheden. Zij kan zich rechtsti-eeks tot de decaan wenden. Er is twee keer per jaar een bijeenkomst van alle betrokken medewerkers bij MSBS. Docenten bespreken zowel bij het begin als het einde van de cursus met de studenten de inhoud van de cursus en de didactische aanpak.
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 6 van 8 Het overieg van programmaleiders evalueert jaariijks het studieprogramma, mede gebaseerd op de studentenevaluaties. Alle cursussen worden aan het einde door de studenten geëvalueerd. Hierbij zijn toetsbare streefdoelen opgegeven. Die vond de commissie nogal laag voor een onderzoeksmaster, met als minimum een,3 op de schaal van 1 t/m 5. De opleiding heeft echter naar voren gebracht dat bij een score van 3.5 al actie wordt ondernomen. Zowel de cursusevaluaties als de programma-evaluaties hebben tot verbeteringen in het programma geleid. Deze vertieteringen worden in het informatiedossier uttvoerig besproken. Bij de inteme kwalttettszorg zqn docenten en studenten naar behoren betrokken. Er wordt onderzoek onder alumni gehouden en er is een Maatschappelijke Adviesraad, opgericht in 2008 door de Facuttett Sociale Wetenschappen. Deze raad bestaat utt vertegenwoordigers vanutt verschillende maatschappelijke hoeken en heeft regelmatig contact met het facuttettsbestuur. De commissie beoordeett het ondenwerp Inteme Kwalttettszorg posttief
Resultaten Er zijn streefcijfers opgesteld voor het rendement: alle studenten die het eerste semester met succes afronden, dienen af te studeren in juni van het daarop volgende jaar. Van de totaal 24 studenten die in de jaren 2006 t/m 2009 zijn ingestroomd, zijn er (in febmari 2010) 3 drop-outs, waarvan 2 al in het eerste semester. Van de 13 studenten die in de jaren 2006 en 2007 begonnen zijn met de studie, hebben 11 het diploma op tijd behaald. De commissie heeft veel waardering voor drt hoge rendement. De commissie heeft vier scripties bestudeerd. Ze waren van zeer behooriijk tot zeer goed niveau. In de toegekende cijfers kon de commissie zich vinden. Van de eerste twee cohorten is bijna 50% cum laude afgestudeerd, een percentage dat de commissie voldoende reëel lijkt. Een aantal scripties (drie van de ett die tot 2009 geschreven zijn) wordt voor publicatie aangeboden. De afstudeenwerkstukken zijn volgens de commissie van hoge kwalttett en ze weerspiegelen de goede interactie tussen studenten en docenten. De commissie beoordeett tenslotte het gerealiseerde eindniveau posttief en heeft tot haar tevredenheid gezien dat een groot aantal afgestudeerden doorstroomt naar een promotietraject, te weten 8 van de 11 studenten (tot juni 2009). De commissie beoordeett het onderwerp Resuttaten positief.
Advies De commissie is op basis van de informatie in het zettevaluatierapport, de antwoorden op de schriftelijke vragen, en de hoorzrtting tot een posttief eindoordeel van de aanvraag gekomen. Concluderend is de commissie van oordeel dat de wo-onderzoeksmaster Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences voldoet aan de door de Nederiands Vlaamse Accredttatieorganisatie gestelde eisen aan onderzoeksmasters, zoals neergelegd in het 'Accredrtatiekader bestaande opleidingen: domeinspecrtieke urtwerking voor onderzoeksmaster' van 12 oktober 2007.
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
pagina 7 van 8 3. Besluit
Ingevolge het bepaalde in artikel 5a.10, tweede lid, van de WHW heeft de NVAO het College van bestuur van de Universrtert Lttrecht te Lttrecht in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op het voornemen tot beslutt van 20 juli 2010 naar voren te brengen. Bij brief van 19 augustus 2010 heeft het college van bestuur van deze gelegenheid gebruik gemaakt. Drt heeft geleid tot enkele tekstuele aanpassingen. Op grond van het voorgaande beslutt de NVAO dat accredttatie wordt verleend aan de woonderzoeksmaster Metiiodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences (120 ECTS; variant: vottijd; locatie: Utrecht) van de Universttert Lttrecht te Utrecht. Het beslutt ü-eedt in werjrthg op 12 april 2011 en is van kracht tot en met 11 april 2017. Den Haag, 17 japtfefi 2011
K.L.L.M. Drtb-ich (voorzrtter)
Tegen dtt beslurt kan op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht door een belanghebbende bezwaar worden gemaakt bij de NVAO. De termijn voor het indienen van bezwaar bedraagt zes weken.
Instelling Opleiding Sector Graad Oriëntatie
: Universrtert Utrecht : onderzoeksmaster Methodology and Statistics of Behavioural and Social Sciences : Gedrag en Maatschappij : Master of Science : wo
nederiands- vlaamse accreditatie organisatie
ujö
0 7 n-.
MeA y
pagina 8 van 8 BIflage: Overzicht van beoordelingen door de KNAW-commissie Gedragswetenschappen Onderwerp
Facet
Beoordeling van MSBS Universiteit Utrecht
1. Doelstellingen
1.1 domeinspecifieke eisen
V
1.2 niveau onderzoeksmaster
V
1.3 oriëntatie wo
V
Beoordeling onderwerp 2. Programma
Posrtlot 2.1 eisen wo
V
2.2 relatie doelstellingen - programma
V
2.3 samenhang programma
v
2.4 studielast
V
2.5 instroom
V
2.6 duur
V
2.7 afetemming vomgeving en inhoud
V
2.8 beoordeling en toetsing
V
Beoordeling onderwerp 3. Inzet personeel
Positief 3.1 eisen WO
Q
3.2 kwantiteit personeel
V
3.3 kwaliteit personeel
G
Beoordeling onderwerp 4. Voorzieningen
Positief 4.1 materiële voorzieningen
V
4.2 studiebegeleiding
G
Beoordeling onderwerp 5. Inteme kwaltteitszorg
Posttief 5.1 evaluatie resultaten
V
5.2 maatregelen tot verbetering
V
5.3 betrokkenheid medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld
V
Beoordeling onderwerp 6. Resultaten
Posttief 6.1 gerealiseerd niveau
G
6.2 ondenMjsrendement
G
Beoordeling onderwerp E=excellent; G=go6d; V=voldoende =0=onvoldoende. De onderwerpen krijgen het oordeel "positief of "negatief'
Positief
J