VMBO-TL - 4
SCHOOLJAAR 2014-2015
- Betekenis van de afkortingen - Belangrijke data 2014 - 2015 - Algemeen examenreglement CSG - PTA reglement VMBO-TL-4 - PTA per vak - Rooster CE1 2015
Betekenis van de afkortingen in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)
CE of c.e.
centraal examen
CSE
centraal schriftelijk examen
CSG
christelijke scholen gemeenschap
D
digitale toets
H
herkansbaar
M
mondeling
MC
multiple choice
NH
niet herkansbaar
O/V/G
onvoldoende/voldoende/goed
P
practicum/practica
PO
praktische opdracht
PTA
programma van toetsing en afsluiting
S
schriftelijk
SE of s.e.
schoolexamen
slu
studielastuur
SU
zelf-studie-uren
T4
theoretische leerweg leerjaar 4 (vmbo-4)
Tt
tussentoets
BELANGRIJKE DATA 2014-2015
DATUM
WEEK
19 augustus 2014
ACTIVITEIT Start sectorwerkstukken
6 t/m 10 oktober 2014
41
SE 1
20 oktober 2014
43
presentatie sectorwerkstukken aan leerlingen klas 3
31 oktober 2014
44
opgave herkansingen SE1 vóór 12.00 uur
28 oktober 2014
44
19.30 uur presentatie sectorwerkstukken
6 november 2014
12.15 uur herkansingen SE1
8 t/m 12 december 2014
50
SE 2
9 januari 2015
2
opgave herkansingen SE2 vóór 12.00 uur
14 januari 2015
3
12.15 uur herkansingen SE2
16 t/m 20 februari 2015
8
SE 3
13 maart 2015
11
opgave herkansingen SE3 vóór 12 uur
19 maart 2015 v.a. 16 maart 2015 30 maart t/m 2 april 2015
12.15 uur herkansingen SE3 v.a. 12 14
Start CPE handvaardigheid SE 4 verplichte examentrainingen
Vanaf 7 april t/m 22 april
23 april 2015
17
controle SE cijfers
23 april 2015
17
proefexamen + exameninstructie
11 t/m 26 mei 2015 11 juni 2015
20/21/22 CE 1e tijdvak 24
uitslag CE 1e tijdvak leerlingen op school: voorlopige cijferlijst + herkansingsformulier CE2 + herkansingsformulier
12 juni 2015
16 en 17 juni 2015
25
CE 2e tijdvak
30 juni 2015
27
uitslag CE2
30 juni 2015
27
19.30 uur diploma uitreiking
N.B.
Als niet alle dagen nodig zijn voor (SE) toetsen, wordt er op enkele dagen van de betreffende week nog les gegeven. Een en ander zal blijken uit het nader te publiceren rooster voor die week.
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011)
(WORDT GEWIJZIGD september 2014) I
Algemene bepalingen
art. 1 Begripsbepalingen Het examenreglement wordt vastgesteld door het bevoegd gezag en bevat bepalingen en regels m.b.t. de organisatie van en de gang van zaken tijdens het eindexamen, m.a.w. zowel het schoolexamen als het centraal examen. Elke CSG-school kan aanvullende bepalingen aangaande de inrichting van het schoolexamen opnemen in de bij het reglement horende bijlagen, evenals in het programma van toetsing en afsluiting dat per CSG-school en per vak het s.e.-programma, de wijze van toetsing, en de regels m.b.t. het vaststellen van het s.e.-cijfer bevat. Waar in dit reglement gesproken wordt van een 'toets' wordt steeds een onderdeel van het examen bedoeld, dus bijv. ook een praktische opdracht of een herkansing. Daar waar in het reglement gesproken wordt over school wordt het Augustinuscollege, het Wessel Gansfortcollege of de Rehoboth bedoeld. Daar waarin het reglement gesproken wordt over directeur, worden de voorzitters directie bedoeld van het Augustinuscollege, het Wessel Gansfortcollege en de directeur van de Rehoboth. art. 2 Het Besluit Het examenreglement en het “programma van toetsing en afsluiting” is een nadere uitwerking van het Eindexamenbesluit vwo-havo-mavo-vbo, hierna te noemen “Het Besluit”. Primair bepaalt “Het Besluit” de opzet en de regeling van het eindexamen. art. 3 Het afnemen van het examen 1. De directeur en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag het eindexamen af. De scholen beschikken per afdeling over een examencommissie, bestaande uit de directeur, de betrokken sectordirecteur(en) en de bij het desbetreffende examen betrokken docenten. 2. De directeur wijst een van de personeelsleden van de school aan tot secretaris van het eindexamen. 3. Tenzij anders aangegeven, kan de directeur bij afwezigheid of bij opdracht vervangen worden door een daartoe aangewezen lid van de directie of het management van de school; in het schoolexamenreglement wordt dit nader en met naam en toenaam geregeld. 4. De examinatoren zijn ieder voor zich verantwoordelijk voor de op het schoolexamen te stellen vragen. 5. De examinatoren dienen bij elke toets zorg te dragen voor een vraagstelling die betrekking heeft op en/of verband houdt met het in het schoolexamen aan de orde zijnde onderdeel, zoals omschreven in het “programma van toetsing en afsluiting”. 6. Bij afname van een toets kan, indien zulks in het school-examenreglement wordt vastgesteld, de examinator zich doen assisteren door een bijzitter. Op verzoek van de examinator kan de bijzitter de kandidaat vragen stellen, indien de kandidaat daarvoor toestemming geeft. De examinator stelt het cijfer vast na overleg met de bijzitter. 7. Het is alleen toegestaan hulpmiddelen bij het SE te gebruiken waarvoor door de docent toestemming is gegeven. Dit staat vermeld in het school-examenreglement. 8. Bij een mondelinge of praktische toets wordt een protocol opgemaakt van het verloop van het toets. Een bandopname van het verloop van dit examenonderdeel kan als zodanig worden beschouwd.
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011) 9.
De uitslag van het eindexamen wordt vastgesteld door de directeur en de secretaris van het eindexamen. Zij doen zulks na het eerste tijdvak in aanwezigheid van de examencommissie, tenzij in de schoolbijlage anders is bepaald. De examinator is verantwoordelijk voor de verwerking van het juiste cijfer in de verzamellijst van cijfers op basis waarvan de uitslag wordt vastgesteld. 10. Het werk van het centraal examen wordt, tezamen met de opgaven en de officiële (cijfer)lijsten, gedurende tenminste 6 maanden na de uitslag van het centraal examen in het schoolarchief bewaard. 11. Het eerste en tweede tijdvak van de digitale examens basisberoepsgerichte leerweg en/of kaderberoepsgerichte leerweg wijken af van de tijdvakken van de schriftelijke reguliere examens, maar vinden wel plaats in de periode van mei tot en met juni. De afname tijdstippen van de digitale examens kan per examenkandidaat verschillen. Het definitieve examenrooster voor deze examenkandidaten wordt uiterlijk 1 mei door de directeur aan de kandidaten medegedeeld. Het digitale examen in een algemeen vak kan pas plaatsvinden als het schoolexamencijfer van dit vak is vastgesteld. Bij een, om technische reden, mislukte afname kan de directeur besluiten om het examen als niet gemaakt te beschouwen, zodat de kandidaat het examen opnieuw moet maken. 12. Na overleg met de directeur en onder door hem te stellen voorwaarden kunnen belanghebbenden, binnen de in lid 9 gestelde termijn, inzage krijgen in schriftelijk examenwerk. De betrokken examinator is bij die inzage aanwezig. Aan dit inzagerecht kan geen recht op herwaardering worden ontleend. Als een belanghebbende na inzage van mening is dat bij de vaststelling van het cijfer een objectief constateerbare fout gemaakt is, stelt hij de directeur hiervan op de hoogte. art. 4 Enkele bepalingen m.b.t. het schoolexamen 1. De directeur verstrekt de kandidaten vóór 1 oktober het CSG-examenreglement (incl. de deelschoolspecifieke bijlage) en het programma van toetsing en afsluiting. 2. Het schoolexamen kan plaats vinden gedurende het curriculum van de 2 e fase vwo/havo resp. het 3e en 4e leerjaar vmbo. 3. Schriftelijke toetsen worden na correctie ter inzage gegeven aan de kandidaten. 4. Het gecorrigeerde werk, de beoordelingsnormen en de toegekende cijfers worden door de examinator bewaard tot 1 januari van het jaar volgend op het jaar van het centraal examen. De school kan er ook voor kiezen het gecorrigeerde werk na kennisname door de leerling niet te bewaren. In dat geval dient de leerling en bij minderjarigheid ook een der ouders, door ondertekening van het toegekende cijfer te verklaren het vermelde cijfer voor correct te houden. De alsdan te hanteren procedure dient in het schoolexamenreglement te worden vastgelegd. 5. Over de vaststelling van de cijfers: 1) Voor de becijfering van de toetsen kunnen alle getallen met één decimaal van 1,0 tot en met 10 worden gebruikt. Het eindcijfer van het schoolexamen is het gewogen gemiddelde van de beoordelingen die voor de proeven van het schoolexamen aan de kandidaat zijn gegeven. De wegingsfactor wordt per vak en per toets aangegeven in het PTA. 2) Indien een kandidaat in een vak door twee of meer docenten is geëxamineerd bepalen deze leraren in onderling overleg het cijfer voor het schoolexamen.
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011) 3) Komen zij niet tot overeenstemming, dan wordt het cijfer bepaald op het rekenkundig gemiddelde van de beoordelingen door ieder van hen. 4) Indien een gemiddelde, als bedoeld in lid 1 of lid 2, een cijfer met twee of meer decimalen is, wordt dit cijfer afgerond op de eerste decimaal met dien verstande dat deze decimaal met 1 wordt verhoogd indien de tweede decimaal zonder afronding 5 of hoger is. 5) De examinator geeft de kandidaat inzage in de normen die bij het bepalen van het cijfer voor de afgelegde toetsen door hem zijn gehanteerd. 6. De leerlingen worden tot een jaarlijks door de directeur vast te stellen datum in de gelegenheid gesteld onvolkomenheden in de berekening of de vermelding van het cijfer s.e. bij de directeur te melden. Deze doet vervolgens de betrokken examinator het juiste cijfer vaststellen. art. 5a De gang van zaken tijdens de zittingen van het centraal examen 1. Tijdens de zittingen wordt toezicht gehouden door tenminste twee daartoe door de directeur uit het personeel aangewezen surveillanten. 2. Nadat bij de aanvang van het examen in enig vak een van de surveillanten de zich op de enveloppe bevindende gegevens heeft opgelezen en in orde bevonden, opent hij de enveloppe in tegenwoordigheid van de kandidaten. Indien niet alle kandidaten in één lokaal zijn geplaatst, geschiedt het openen in één der examenlokalen. 3. Kandidaten mogen niet eerder dan een uur na de aanvang der zitting vertrekken. 4. Een kandidaat die te laat komt mag tot uiterlijk een half uur na de aanvang van de zitting worden toegelaten. 5. Het werk wordt uitsluitend gemaakt op papier door of vanwege de locatiedirecteur verstrekt, tenzij door de commissie belast met de vaststelling van de opgaven ander papier wordt verstrekt. 6. Hulpmiddelen, door het CEVO/ministerie vastgesteld en door de directeur toegestaan, mogen door de kandidaat meegenomen worden in de examenzaal. 7. Het is niet toegestaan om een mobiele telefoon mee te nemen of te gebruiken. 8. De kandidaat mag zich tijdens de zitting niet verwijderen uit het examenlokaal tenzij met toestemming van de toezichthouder. 9. Deelname aan een zitting betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt. 10. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de locatiedirecteur of de kandidaat na enige tijd het werk kan hervatten. De directeur bepaalt in overleg met de inspectie of de gemiste tijd aan het eind van de zitting mag worden ingehaald. Kan de kandidaat het werk niet hervatten, dan kan de directeur beslissen dat het voor een deel gemaakte werk ongeldig is. In dat geval zal de kandidaat in het tweede tijdvak aan de desbetreffende zitting moeten deelnemen. 11. Aan het einde van de zittingen verzamelen de toezichthouders het gemaakte werk. De kandidaten blijven zitten tot de toezichthouder het sein geeft om de ruimte te verlaten. art. 5b Afwezigheid bij het centraal examen (c.e.) 1. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de directeur, is verhinderd bij één of meer toetsen in het eerste tijdvak tegenwoordig te zijn, wordt hem in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven het centraal examen voor ten
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011) hoogste twee toetsen per dag alsnog te voltooien. Als verhindering met geldige reden wordt beschouwd: ziekte die de kandidaat schriftelijk kan (laten) verantwoorden; verhindering wegens ‘een bijzondere van zijn wil onafhankelijke omstandigheid’, ter bepaling door de directeur. 2. Na afwezigheid van de kandidaat ontvangt de directeur daartoe ten spoedigste een bij meerderjarigheid door de kandidaat en bij minderjarigheid van de kandidaat een door een der ouders c.q. verzorgers ondertekende verklaring, waarin de oorzaak van de afwezigheid is vermeld. 3. Niet gewettigde afwezigheid wordt als onregelmatigheid aangemerkt, waartegen de directeur overeenkomstig artikel 8 maatregelen kan nemen. 4. Indien de afwezigheid om geldige reden heeft plaatsgehad kan de kandidaat het gemiste examenonderdeel inhalen tijdens het tweede tijdvak. In deze situatie ontvangt de kandidaat pas na het tweede tijdvak de examenuitslag. Indien hij dan voor een herkansing in aanmerking komt, moet deze herkansing worden afgelegd tijdens het derde tijdvak, na de zomervakantie. Met nadruk wordt erop gewezen dat tijdens het tweede tijdvak maximaal twee onderdelen kunnen worden ingehaald. art. 5c Afwezigheid of te laat komen of te laat inleveren van werk bij het schoolexamen (s.e.) 1. Bij afwezigheid van de kandidaat bij een zitting van het s.e. kan sprake zijn van verhindering om een geldige reden dan wel van niet gewettigde afwezigheid. Zulks staat ter beoordeling van de directeur. 2. Na afwezigheid van de kandidaat ontvangt de directeur daartoe ten spoedigste een bij meerderjarigheid door de kandidaat en bij minderjarigheid van de kandidaat een door een der ouders c.q. verzorgers ondertekende verklaring, waarin de oorzaak van de afwezigheid is vermeld. 3. Niet gewettigde afwezigheid wordt als onregelmatigheid aangemerkt, waartegen de directeur overeenkomstig artikel 8 maatregelen kan nemen. 4. Voor werkstukken daaronder tevens te verstaan boekverslagen, meetrapporten, leesdossiers, etc. worden data in het PTA vastgesteld, waarop deze bij de examinator moeten zijn ingeleverd. Ook presentaties in de klas dienen op de daartoe vastgestelde datum te worden geleverd. Blijft de kandidaat in gebreke, dan wordt zulks als onregelmatigheid aangemerkt, waartegen de directeur overeenkomstig artikel 8 maatregelen kan nemen. 5. Indien de afwezigheid om geldige reden heeft plaatsgehad zal de kandidaat de gemiste toets later alsnog afleggen. De school-bijlage kan omtrent het tijdstip in dezen nadere aanwijzingen bevatten. 6. Een kandidaat die voor een zitting van het s.e. te laat komt mag tot uiterlijk een half uur na de aanvang van de zitting worden toegelaten. Indien de kandidaat na genoemd half uur zich afmeldt voor de zitting, dan wordt hij niet meer toegelaten en geldt hij als afwezig. Voor hem gelden dan de leden 1, 2, 3 en 5 van dit artikel van overeenkomstige toepassing. art. 5d Afwijking in de wijze van examineren 1. De directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. 2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijk handicap, geldt ten
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011) aanzien van de in het eerste lid bedoelde aanpaste wijze van examineren dat: a. er een deskundigenverklaring is die door een ter zake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld, b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten, en c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a genoemde deskundigheidsverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring. 3. Het bevoegd gezag kan in verband met onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal van de kandidaat afwijken van de voorschriften gegeven bij of krachtens dit besluit, ten aanzien van een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar waarin hij eindexamen aflegt, ten hoogste zes jaren onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is. De in de eerste volzin bedoelde afwijking kan betrekking hebben op: a. het vak Nederlandse taal en letterkunde; b. het vak Nederlandse taal; c. enig ander vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is. 4. De in het derde lid bedoelde afwijking bestaat voor zover betrekking hebbend op het centraal examen slechts uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten en het verlenen van toestemming tot het gebruik van een verklarend woordenboek der Nederlandse taal. 5. Van elke afwijking op grond van het derde lid wordt mededeling gedaan aan de inspectie. art. 6 Onregelmatigheid tijdens de zittingen van het examen Het zich niet houden door de kandidaat aan de regels die gelden voor de gang van zaken tijdens het school of centraal examen, zoals vastgelegd in dit examenreglement en/of het school-examenreglement, wordt aangemerkt als een onregelmatigheid waartegen de directeur overeenkomstig art. 8 van dit reglement maatregelen kan nemen. art. 7 Bedrog Indien de kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen aan bedrog schuldig maakt of heeft gemaakt, kan de directeur tegen deze onregelmatigheid overeenkomstig artikel 8 maatregelen nemen. art. 8 Maatregelen tegen onregelmatigheden 1. De maatregelen als bedoeld in de artikelen 5d, 5c.3, 5c.4 en 7, die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a) het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het s.e. of het c.e. b) het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer onderdelen van het s.e. of c.e. c) het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het s.e. of c.e. d) het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de directeur aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op één
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011) of meer onderdelen van het c.e. legt de kandidaat dat examen af in het volgende tijdvak van het c.e., dan wel ten overstaan van de Staatsexamencommissie. e) het waarderen van een opdracht met de termen “niet naar behoren” of “onvoldoende”. 2. De maatregel(en) worden door de directeur genomen. Hij hoort alvorens een beslissing te nemen de kandidaat die zich door een door hem aan te wijzen meerderjarige kan laten bijstaan. De directeur deelt zijn beslissing aan de kandidaat mee, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk onder vermelding van de mogelijkheid tegen zijn beslissing in beroep te gaan. De inspectie ontvangt eveneens een afschrift. 3. In geval van minderjarigheid wordt een afschrift van de beslissing gezonden aan ouders, verzorgers of voogden. art. 9a Beroep op de directeur of op de door hem aangewezen functionaris 1. Indien een kandidaat meent dat zijn prestaties geleverd bij een toets voor het s.e. door een leraar onjuist zijn beoordeeld, dan kan hij daartegen binnen drie dagen na het hem bekend worden van het cijfer, in beroep gaan bij de directeur, dan wel op een daartoe door de directeur aangewezen functionaris zoals vermeld in het schoolexamenreglement (bijlage bij het CSG-examenreglement). 2. Indien een kandidaat meent dat een examinator niet overeenkomstig art. 3, lid 4 heeft gehandeld, dan kan hij daartegen uiterlijk binnen drie dagen na het hem bekend worden van het cijfer in beroep gaan bij de directeur, dan wel op een daartoe door de directeur aangewezen functionaris zoals vermeld in het examenreglement (bijlage bij het CSG-examenreglement). 1 3. De directeur dan wel de aangewezen functionaris deelt hem zijn beslissing schriftelijk mee binnen twee weken na het beroep tenzij de termijn met redenen omkleed met ten hoogste twee weken is verlengd. art. 9b Vaststellen score en cijfer centraal examen De examinator en de gecommitteerde dan wel de tweede examinator stellen in onderling overleg de score voor het centraal examen vast. Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde onafhankelijke gecommitteerde aanwijzen. De beoordeling van de derde gecommitteerde komt in de plaats van de eerdere beoordelingen. art. 10 Mogelijkheden tot beroep 1. De kandidaat kan tegen de beslissing van de directeur dan wel de aangewezen functionaris, vanwege kwesties onder art. 8 of 9 in beroep gaan bij de commissie van beroep. 2. De commissie van beroep bestaat uit drie leden en drie plaatsvervangende leden. De namen van de leden zijn: a. Dhr. P.B. Boon b. Mevrouw H.M.E. Tebbenhoff Rijnenberg (voorzitter) / dhr. B. Burmann (ouders); c. De heer D.M. Spijk / dhr. C.J. Marks (docenten)
1
Mocht de kandidaat het beoordeelde werk ter inzage krijgen, nadat hem het cijfer is meegedeeld, dan geldt de termijn van drie dagen vanaf de ter inzage legging.
ALGEMEEN EXAMENREGLEMENT CSG (versie m.i.v. 1-8-2011) De leden en plaatsvervangende leden worden benoemd door het bevoegd gezag. Voor de leden van de commissie namens de ouders (niet zijnde een personeelslid van de CSG) geldt een adviesrecht van de oudergeleding van de MR. Voor de leden van de commissie namens de docenten geldt een adviesrecht van de personeelsgeleding van de MR. De directeur/bestuurder kan bij afwezigheid worden vervangen door een lid van de CSG-directie niet zijnde betrokken bij het beroep. De zitting wordt vastgelegd door de secretaresse van de directeur/bestuurder. 3. Het beroep wordt binnen drie dagen nadat de beslissing schriftelijk ter kennis van de kandidaat is gebracht, schriftelijk bij de commissie van beroep ingesteld. Het adres is: Bestuursbureau CSG, Eenrumermaar 4, 9735 AD Groningen. De commissie stelt de directeur op de hoogte van het feit dat er beroep is aangetekend, stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken op het beroep tenzij zij de termijn met redenen omkleed heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen, onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van het tweede lid. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de kandidaat, de directeur en aan de inspectie. 4. Beroep bij de directeur of de aangewezen functionaris of de commissie van beroep is niet mogelijk na afsluiting van het schoolexamen tenzij de kandidaat en bij minderjarigheid zijn ouders of verzorgers schriftelijk verklaren het c.e. in het onderhavige vak uit te stellen tot het tweede tijdvak. De commissie van beroep hoort de betrokken directeur, de kandidaat in kwestie en, indien van toepassing, de betrokken docent alvorens tot een beslissing te komen. De kandidaat kan zich door een derde laten vergezellen. De beslissing wordt door de commissie van beroep binnen twee weken op het beroep genomen tenzij de termijn met redenen omkleed met ten hoogste twee weken is verlengd. De beslissing wordt, met redenen omkleed, schriftelijk meegedeeld aan de leerling, de ouders of verzorgers in geval van minderjarigheid van de leerling en de betrokken docent of docenten. II Slotbepalingen art. 11 Het s.e. wordt voor de aanvang van het eerste tijdvak van het c.e. afgesloten. In het schoolexamenreglement kunnen nadere aanwijzingen zijn opgenomen. art. 12 Onvoorziene omstandigheden In gevallen waarin dit examenreglement niet voorziet en waaromtrent een onmiddellijke beslissing noodzakelijk is, beslist het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag deelt zijn beslissing zo spoedig mogelijk mee aan de betrokkenen en aan de inspectie. art. 13 a: Het examenreglement treedt in werking op de eerste schooldag van enig cursusjaar. b: Het examenreglement heeft een geldigheidsduur van één jaar, welke telkens stilzwijgend verlengd kan worden met wederom een periode van één jaar.
PTA REGLEMENT VMBO LEERJAREN 3 EN 4 Iedere deelnemer aan het schoolexamen wordt geacht kennis te nemen van het programma van toetsing en afsluiting. 1.
Algemeen Het programma van toetsing en afsluiting (PTA) kan jaarlijks worden aangepast.
2.
Eindexamen Het complete eindexamen bestaat uit een schooleigen deel (SE= schoolexamen) en een centraal deel (CE = centraal examen): a) een schoolexamen voor de vakken lichamelijke opvoeding, kunstvakken 1 en maatschappijleer; b) het handelingsdeel (SE), dat gevormd wordt door een oriëntatie op leren en werken (LOB); c) twee grote praktische opdrachten (SE), waarvan de beoordeling deel uit maakt van een examenvak; d) een sectorwerkstuk (SE), dat betrekking heeft op een (deel)vak behorend tot het sectordeel; e) een schoolexamen en een centraal examen voor de vakken Nederlands, Frans, Duits, Engels, geschiedenis, aardrijkskunde, wiskunde, natuur- scheikunde 1, natuur- scheikunde 2, biologie, economie en handvaardigheid. Voor het vak handvaardigheid bestaat het centraal examen uit een praktisch deel (CPE) en een theoretisch deel (CSE). Het centraal examen wordt afgenomen in het laatste examenjaar (vmbo-4). Het schoolexamen voor de onderdelen kunstvakken 1, het handelingsdeel en de twee grote praktische opdrachten, vindt plaats in vmbo-3.
3.
Toetsen Alle beoordelingen in vmbo 3 en 4, die opgenomen zijn in het PTA, maken deel uit van het schoolexamen. Het overgangscijfer voor een vak dat door een leerling is gekozen, kan het eerste SE-cijfer voor dat vak zijn.
4.
Schoolexamen 4.1 Examendossier Het examendossier omvat alle onderdelen van het schoolexamen die bij de diverse vakken in het vakinhoudelijke gedeelte van het PTA zijn vermeld. Een overzicht van alle onderdelen staat in het dossier vermeld. Het examendossier bestaat uit een overzicht van de beoordelingen (cijfers en kwalificaties) van de leerling. Hiertoe behoren de beoordelingen voor de vakken van het algemene deel, van het sector deel en van het vrije deel, alsmede de beoordelingen voor het vak godsdienst, de praktische opdrachten, het handelingsdeel en de beoordeling voor de extra vakken van vmbo-3 Er worden in het examendossier twee soorten beoordelingen onderscheiden: 1. cijfer: mondelinge of schriftelijke toetsen met gesloten en/of open vragen en praktische opdrachten worden beoordeeld met een cijfer. 2. kwalificatie: het sectorwerkstuk, het handelingsdeel, de vakken KV1, LO en godsdienst worden beoordeeld met de kwalificatie (on)voldoende of goed. Voor KV1, LO, het handelingsdeel en het sectorwerkstuk geldt dat ze met de kwalificatie voldoende of goed worden afgerond om te kunnen slagen voor het eindexamen.
4.2.1 Praktische opdrachten Praktische opdrachten maken onderdeel uit van één vak. De twee grote praktische opdrachten (minimaal 10 slu per opdracht) worden beoordeeld met een cijfer en moeten in de vakbeoordeling meegeteld worden. In het examendossier worden de twee PO’s vermeld. Ingeval een leerling in klas 3 doubleert, dienen de twee PO’s opnieuw te worden gemaakt. 4.2.2 Het sectorwerkstuk Het sectorwerkstuk (minimaal 20 slu) moet worden gemaakt voor een vak uit het sectordeel van de leerling of over een onderwerp passend in zijn sector of ter voorbereiding op de vervolgopleiding. Het sectorwerkstuk wordt beoordeeld met een kwalificatie: (on)voldoende of goed. 4.3
Cijfers schoolexamen 1. Een cijfer van het schoolexamen wordt uitgedrukt in een getal uit een schaal van cijfers lopende van 1 t/m 10, met de daar tussenliggende cijfers met één decimaal. De cijfers 1 t/m 10 betekenen: 1 zeer slecht 6 voldoende 2 slecht 7 ruim voldoende 3 zeer onvoldoende 8 goed 4 onvoldoende 9 zeer goed 5 bijna voldoende 10 uitmuntend 2. De beoordeling van iedere toets resulteert in een cijfer met één decimaal. 3. Het eindcijfer schoolexamen voor het vak maatschappijleer (dat is het vak zonder centraal examen) is een cijfer zonder decimaal. 4. De vakken KV1, en LO uit het gemeenschappelijk deel worden beoordeeld met voldoende of goed. Deze beoordeling geschiedt op de grondslag van het genoegzaam afsluiten van de desbetreffende vakken. Ingeval een leerling in klas 3 doubleert, wordt vrijstelling verleend voor het onderdeel KV1, mits dit voldoende is afgesloten. 5. Het handelingsdeel (vmbo-3) over oriëntatie op studie en beroep (LOB) moet naar behoren worden afgerond en apart vermeld worden in het examendossier 6. Het sectorwerkstuk wordt beoordeeld met voldoende of goed. Deze beoordeling geschiedt op de grondslag van het genoegzaam voltooien van het sectorwerkstuk. Het sectorwerkstuk krijgt een aparte plaats in het examendossier met de vermelding van onderwerp en voldoende en goed.
4.4
Bekendmaking cijfer en bezwaar tegen beoordeling van een onderdeel van het schoolexamen Het cijfer of de beoordeling wordt binnen drie weken na het afleggen van een onderdeel van het schoolexamen meegedeeld aan de kandidaat. Een schriftelijke toets wordt zo spoedig mogelijk besproken.
Bij andere onderdelen van het schoolexamen wordt op verzoek van de kandidaat door de examinator aangegeven hoe de beoordeling tot stand is gekomen en/of hoe het onderdeel beter had kunnen worden gemaakt of gedaan. Voor het aantekenen van bezwaar zie artikel 9 van het algemeen reglement CSG. 4.5 Mededeling en controlecijfers Op de CE-instructiedag voor het begin van het Centraal Examen wordt de kandidaat schriftelijk in kennis gesteld van alle tot dan behaalde cijfers en beoordelingen die meetellen voor het eindexamen. De kandidaat krijgt gelegenheid te reageren op de bekendgemaakte cijfers en beoordelingen. Indien hij binnen één schooldag hiervan geen gebruik maakt, zijn de cijfers en beoordelingen definitief vastgesteld en wordt de kandidaat geacht daarmee akkoord te zijn gegaan en ingeval van minderjarigheid ook zijn ouders/verzorgers. De cijfers en beoordelingen van het lopende cursusjaar zijn daarmee onherroepelijk. 4.6 Afwezigheid bij het schoolexamen Behoudens het bepaalde in artikel 6 van het algemeen examenreglement van de CSG geldt tevens dat de kandidaat bij afwezigheid telefonisch met de teamleider van het betreffende leerjaar contact opneemt voor de aanvang van de desbetreffende toets.. Het bovenstaande geldt eveneens voor in het PTA opgenomen tussentoetsen. 4.7 Herkansingen Er bestaan twee soorten mogelijkheden tot herkansing: het herexamen SE en de herkansing van een SE. * Een herexamen SE is alleen mogelijk voor een vak dat geen Centraal Examen kent, voor vmbo theoretische leerweg is dat maatschappijleer. Dit herexamen bestaat uit een toets over onderdelen van het examenprogramma voor dat vak. Dit herexamen kan alleen worden gedaan indien de kandidaat een eindcijfer lager dan 6 gescoord heeft voor dit vak. De reeds gemaakte SE’s komen hiermee te vervallen. * Voor alle vakken die naast het schoolexamen ook een Centraal Examen kennen bestaat de mogelijkheid tot herkansing van een SE. De regel voor het bepalen van het totaal aantal herkansingen is als volgt: In klas 4 heeft de kandidaat recht op maximaal drie herkansingen. Daarbij zijn een aantal voorwaarden van kracht: alleen schriftelijke schoolexamens mogen worden herkanst; de herkansingsmogelijkheid geldt uitsluitend de toetsen van de eerste 3 periodes; de tussentoetsen vallen buiten de herkansingsregeling; per SE-periode mag slechts één toets worden herkanst; een toets mag slechts één keer herkanst worden; bij deelname aan herkansing geldt het principe: het hoogste cijfer telt; alleen luistertoetsen met een wegingspercentage van 20% of meer kunnen worden herkanst; wanneer je door ziekte een schoolexamen mist, moet je het inhalen tijdens de herkansingsperiode; een door ziekte gemiste toets kan je dus niet herkansen;
bij langdurige ziekte beslist de schoolleiding; Door ziekte gemiste tussentoetsen kunnen slechts ingehaald worden op de daarvoor door de school centraal vastgestelde momenten en niet tijdens de vaklessen. 5.
Slaag-/zakregeling vmbo-4 1. De kandidaat die eindexamen vmbo heeft afgelegd, is geslaagd indien hij: a. voor al de vakken van het CE een gemiddelde score heeft behaald van 5,5 of hoger; b. voor het vak Nederlands tenminste het eindcijfer 5 heeft behaald; c. Voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of d. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste een 7 of hoger, of e. voor twee van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste een 7 of hoger 2. In aanvulling op het eerste lid geldt tevens dat voor de vakken lichamelijke opvoeding en het kunstvak uit het gemeenschappelijke deel en in de gemengde en de theoretische leerweg voor het sectorwerkstuk de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘goed’ is behaald. 3. Het eindcijfer voor het SE maatschappijleer telt mee in de slaag-/zakregeling.
6.
Regeling voor afgewezen leerling Wat staat vast: De gezakte leerlingen moeten alle centrale examens overdoen, ongeacht het behaalde cijfer. Invulling programma gezakten: 1. Het gehele programma wordt opnieuw gevolgd. 2. Indien het sectorwerkstuk is beoordeeld met voldoende of goed hoeft dit niet opnieuw gedaan te worden. 3. Alle schoolexamentoetsen uit het 4e leerjaar moeten opnieuw worden afgelegd. 4. Indien van toepassing gelden opnieuw de beoordelingen en cijfers zoals vastgesteld bij de overgangsrapportage vmbo-3 naar vmbo-4. 5. De gezakte leerlingen hebben recht op het aantal herkansingen dat gelijk is aan het aantal waarmee de eerste keer gestart werd in het eindexamenjaar. 6. Van deze regeling kan in individuele gevallen worden afgeweken. De beslissing hierover wordt genomen door de vestigingsleider.
7.
Slotopmerkingen - Als het gebruik van rekenmachine en/of woordenboeken bij een vak is toegestaan, is de leerling zelf verantwoordelijk voor het meebrengen ervan. Rekenmachine of woordenboeken vergeten, betekent dat het SE zonder dit hulpmiddel gemaakt wordt. Lenen van een andere kandidaat of van school tijdens het SE is niet mogelijk. - Aanwezigheid van mobiele telefoons tijdens het SE is verboden. Ook als de telefoon uit staat, ben je in overtreding en wordt dit bestraft als spieken. Zorg, om diefstal te voorkomen, dat je je mobiel (tijdig) in je kluis opbergt of thuis laat. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist de vestigingsleider.
PTA 2014 - 2015
T4
Nederlands
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Toets- Tijdsvorm duur
H of Gewicht Cijfer NH in %
Week
Afk.
Stofomschrijving
41
SE1
Sollicitatiebrief + cv
S
90
H
20
50
SE2
Kijken en Luisteren
S
50
NH
20
8
SE3
Functioneel schrijven
S
120
H
20
14
SE4*
Bespreken boekverslag tweede en derde boek
M
15
NH
20
tt1*
Spreekbeurt n.a.v. eerste boek
M
15
NH
20
* Inleveren uiterlijk 6 februari 2015: A4 met daarop de titels van de twee boeken, schrijver, druk, uitgever en naam leerling en klas (geprint). * Inleveren uiterlijk 13 maart 2015: concept leesverslag. * Inleveren uiterlijk 20 maart 2015: definitief leesverslag. * Het leesverslag wordt door de docent verstrekt. ** Inleveren uiterlijk 12 september 2014: A4 met daarop de titels van de twee boeken, schrijver, druk, uitgever en naam leerling en klas (geprint). ** Inleveren uiterlijk 24 oktober 2014: concept spreekschema + kopie van het voorleesfragment. ** Inleveren uiterlijk 31 oktober 2014: definitief spreekschema. ** Wordt afgenomen binnen de les, volgens een door de docent vastgesteld rooster.
N.B.
De toetsing voor het vak Nederlands leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Frans
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Toets- Tijdsvorm duur
Toegestane hulpmiddelen
H of Gewicht Cijfer NH
Week
Afk. Stofomschrijving
41
SE1
Methodetoets Carte Orange I Grammatica-idioom-werkwoorden
S
60
Géén woordenboek
tt1
Schrijfvaardigheid
S
45
Woordenboek
15
tt2
Leesvaardigheid
S
45
Géén woordenboek
10
SE2
Methodetoets Carte Orange II Grammatica-idioom-werkwoorden
S
60
Géén woordenboek
tt3
Kijk- en luistertoets
S
45
Géén woordenboek
SE3
Methodetoets Carte Orange III Grammatica-idioom-werkwoorden
S
60
Géén woordenboek
H
10
tt4
Kijk- en luistertoets
S
45
Géén woordenboek
NH
15
M
20
Géén woordenboek
NH
15
50
8
14
SE4 Spreekvaardigheid
N.B. 1. 2.
N.B.
H
H
10
10 15
Alle toetsen van 45 minuten worden tijdens lesuren afgenomen. SE4 (spreekvaardigheid) wordt, indien mogelijk, in tweetallen afgenomen.
De toetsing voor het vak Frans leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014- 2015
T4
Duits
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Toetsvorm
Tijdsduur
Methodetoets Fast fertig
S
60
H
10
Lezen 2/TV-2
S
SE2
Methodetoets Fast fertig
S
60
NH
10
tt1
Kijk-/luistertoets
S
45
NH
10
Lezen 3/TV-3
S
tt2
Methodetoets Fast fertig
S
45
NH
10
SE3
Schrijven, brief*
S
90
H
20
Lezen 4/TV-4
S
tt3
Kijk-/luistertoets
S
45
NH
10
tt4
Handelingsdeel**: Lezen/TV 1 t/m 4 + extra opdrachten (dossier)
S
SE4
Spreekvaardigheid***
M
Week Afk.
Stofomschrijving
H of Gewicht NH in %
Cijfer
Kwalificatie
Lezen 1/TV-1 41
SE1
50
8
14
10 20
NH
20
*
Bij SE3 mag een woordenboek gebruikt worden. Bij alle andere toetsvormen mag géén woordenboek gebruikt worden. ** Het handelingsdeel (tt4) moet worden ingeleverd vóór SE4. Niet inleveren van het dossier betekent het cijfer één (1). *** SE4 (spreekvaardigheid) wordt afgenomen in tweetallen.
N.B. De toetsing voor het vak Duits leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE- cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Engels
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen
Week
Afk.
Stofomschrijving
41
SE1
Leesdossier 1: boek Inleveren uiterlijk vrijdag 3 oktober 2014
47/48
tt1
Kijken en luisteren
49 50
SE2
7
Toetsvorm
Tijdsduur
H of Gewicht Cijfer NH in %
S
NH
2,5
Cito toets
NH
15
Leesdossier 2: boek Inleveren uiterlijk vrijdag 5 december 2014
S
NH
2,5
Informele brief
S
H
15
Leesdossier 3: boek Inleveren uiterlijk vrijdag 13 februari 2015
S
NH
2,5
Cito toets
NH
15
H
15
90
5/6
tt2
Kijken en luisteren
8
SE3
Formele brief
S
Leesdossier 4: boek Inleveren uiterlijk donderdag 26 maart 2015
S
NH
2,5
Spreektoets
M
NH
30
13 13/14
SE4
90
Leesvaardigheid/boeken: Van elk van de vier gelezen boeken moet een door de leerling zelf gemaakt leesverslag ingeleverd worden op een door de docent vastgestelde datum. Niet op tijd inleveren levert het cijfer 1.0 op. Behalve kwaliteit wordt ook de inzet tijdens de les in de beoordeling betrokken.
N.B.
De toetsing voor het vak Engels leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/ zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Geschiedenis
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Week Afk. Stofomschrijving 41
SE1 Nederland en Indonesië PO Nederland na 1945
Toets- Tijds- Toegestane Examen Gewicht H of NH Cijfer hulpmiddelen domein vorm duur in % S
60
PO
Woordenboek Nederlands GS/K/4 GS/K/8
H
10
NH
10
50
SE2 Koude Oorlog *
S
60
Woordenboek Nederlands GS/K/9
H
10
8
SE3 Staatsinrichting
S
60
Woordenboek Nederlands GS/K/5
NH
15
14
SE4 Historisch Overzicht **
S
90
Woordenboek Nederlands GS/K/10
NH
30
tt1
S
NH
25
Tussentoetsen
* **
Bij dit onderwerp worden twee schriftelijke tussentoetsen afgenomen. Bij dit onderwerp worden drie schriftelijke tussentoetsen afgenomen.
N.B.
Alle tussentoetsen tellen even zwaar. Het gemiddelde van alle tussentoetsen vormt 25% van het SE-eindcijfer. Deze tussentoetsen zijn officiële SE-onderdelen. Ben je verhinderd, dan meld je je daarvoor vooraf met opgaaf van reden af bij de vestigingsleider!
Praktische Opdrachten: - Indien een PO wordt ingeleverd na de afgesproken datum, dan wordt er per werkdag een punt in mindering gebracht op dit SE-cijfer. -
De PO over Nederland na 1945 bestaat uit een onderzoek en een presentatie. Beide onderdelen wegen even zwaar en tellen samen mee als één SE-cijfer. De presentatie wordt gehouden op een nader te bepalen datum. Na vaststelling van deze datum wordt hier niet meer van af geweken. Ben je zonder een zwaarwegende reden niet in staat om de presentatie te houden, dan wordt dit onderdeel met een 1,0 becijferd.
N.B. De toetsing voor het vak geschiedenis leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Aardrijkskunde
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen
Week Afk.
Stofomschrijving
Toets- Tijdsvorm duur
Toegestane hulpmiddelen
Examendomein
Eindcijfer toetsen in V3
41
SE1
50
SE2
Bevolking en Ruimte Eigen omgevingsonderzoek* + Bovenbouwexcursie
Atlas S
90
S
90
Atlas Weer en Klimaat
Atlas 8
SE3
Water
S
90
Gehele jaar
Tussentoets**
S
Lesuur
Atlas
H Gewicht of Cijfer in % NH NH
15
H
30
K4 – 4/5/6 V1-22 V8 - 29
H
25
K6-10/11/12 V3-24 V8-29
NH
25
NH
5
K8 – 6/17/18 V-28 V29 V5
K3-3
* Inleverdatum 22-10-2014; elke werkdag te laat ingeleverd aftrek van 0.5 punten. ** Gedurende het gehele schooljaar worden tussentoetsen afgenomen over het onderwerp dat op dat moment aan de orde is: deze toetsen worden als zodanig op de studiewijzer aangegeven. Alle tussentoetsentellen even zwaar. Het gemiddelde van alle tussentoetsen vormt 5% van het SE-cijfer.
N.B. De toetsing voor het vak aardrijkskunde leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
Klas T4
Vak: Wiskunde
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Toetsvorm
Tijdsduur
H of NH
Gewicht in %
Getal & Ruimte hoofdstuk 2.1 t/m 2.4
S
les
NH
10
SE1
Getal & Ruimte hoofdstuk 1 + 2
S
90
H
15
SE2
Getal & Ruimte hoofdstuk 3 + 5
S
90
H
15
tt2
G.W.A.
PO
-
NH
10
tt3
Getal & Ruimte hoofdstuk 4
S
les
NH
10
8
SE3
Getal & Ruimte hoofdstuk 6 + 7
S
90
H
20
14
SE4
Getal & Ruimte hoofdstuk 2.5 + 2.6 + hoofdstuk 8
S
90
NH
20
Week
Afk.
Stofomschrijving
tt1 41 50
N.B.
Cijfer
De toetsing voor het vak wiskunde leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
Klas T4
Vak: NASK1
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Week
Afk.
Stofomschrijving
Toetsvorm
Tijdsduur
H of NH
Klas 3
SE0
Deel 3: H5 Licht Deel 3: H8 Straling
S
--
NH
7,5
tt1
Deel 4: H2 Warmte Deel 4: H3 Energie
S
50
NH
7,5
SE1
Deel 4: H2 Warmte Deel 4: H3 Energie Deel 4: H4 Elektriciteit
S
90
H
15
tt2
Deel 4: H1 Krachten Deel 4: H6 par 1 en 2 Hefbomen
S
50
NH
7,5
SE2
Deel 4: H1 Krachten Deel 4: H6 Werktuigen Deel 4: H7 Stoffen
S
90
H
15
tt3
Deel 4: H5 Geluid
S
50
NH
7,5
SE3
Deel 4: H5 Geluid Deel 4: H9 Schakelingen
S
90
H
15
tt4
Praktisch Onderzoek (Het weer)*
P
--
NH
10
SE4
Deel 4: H10 Bewegingen Deel 4: H11 Kracht en beweging
S
90
NH
15
41
49
6
14
Gewicht Cijfer in %
* Eindverslag PO: Indien te laat ingeleverd, wordt 0,5 punt per lesdag in mindering gebracht. Methode: Nova Nask1 Vmbo kgt
N.B.
deel 3 deel 4
De toetsing voor het vak wiskunde leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
NASK2
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Week
Afk.
Stofomschrijving
41
SE1
Hoofdstuk 1, 2 en 3
Toetsvorm
Tijdsduur
H of NH
Gewicht in %
S
90
H
20
P+S
45 + thuis verslag
NH
20
50
SE2
Practicum met verslag
8
SE3
Hoofdstuk 4, 5 en 6
S
90
H
20
14
SE4
Hoofdstuk 7, 8 en 9
S
90
NH
20
Gemiddelde van 4 proefwerken: H1, 2, 5 en 6
S
40
NH
20
Cijfer
Methode: Nova, nieuwe natuur- en scheikunde nask2, 4 Vmbo-gt Bij te laat inleveren van het verslag dat hoort bij het practicum-SE wordt 0,5 punt per dag in mindering gebracht.
N.B.
De toetsing voor het vak nask2 leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Biologie
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Week
Afk.
Stofomschrijving
Toetsvorm
3SEO
Eindcijfer biologie V3
41
SE1
H3:Voortplanting H4: Erfelijkheid H5: Evolutie (boek klas 3)
S
49
SE2
H1: Stofwisseling H3: Ecologie H4: Mens&Milieu
8
SE3
14
SE4
Tijdsduur
H of NH NH
Gewicht in % 20
90
H
20
S
90
H
20
H5: Voedsel en vertering
PO +S
90
NH
20
H6:Gaswisseling H7: Transport H8: Opslag, uitscheiding en bescherming
S
90
NH
20
Cijfer
Bij te laat inleveren van het verslag dat hoort bij het practicum-SE wordt 0,5 punt per dag in mindering gebracht.
Toegestane hulpmiddelen bij alle SE’s: eenvoudige rekenmachine (zelf meenemen; tijdens een toets wordt er niet van elkaar geleend) en een woordenboek Nederlands.
N.B.
De toetsing voor het vak biologie leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Economie
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Toets- Tijdsvorm duur
H of Gewicht Cijfer NH in %
Week
Afk.
Stofomschrijving
41
SE1
Hoofdstuk 1 en 2 *
S
60
H
20
50
SE2
Hoofdstuk 3, 4 en 5 *
S
100
H
20
8
SE3
Eco-Actu
PO
-
NH
20
14
SE4
Hoofdstuk 6, 7 en 8 *
S
120
NH
30
Tt1
Tussentoetsen/digitaal huiswerk
S
NH
10
* Bij dit onderwerp wordt een schriftelijke tussentoets afgenomen of een digitale huiswerkopdracht. Periode 1/SE 1 tussentoets 1: -Leren uit boekje samengevat blz. 8 t/m 32 -Leren tekst bij de rode punten van blz. 8 t/m 55 uit tekstboek pincode -Leren uit oefenboek examen de opgaven van de blz. 13 t/m 16 en blz. 32 t/m 37 Periode 2/SE 2 tussentoets 2: - Leren uit boekje samengevat blz. 33 t/m 68 -Leren tekst bij de rode punten van blz. 68 t/m 145 uit tekstboek pincode -Leren uit oefenboek examen de opgaven van de blz. 18 t/m 20 en blz. 38 t/m 43 Periode 3/digitale huiswerkopdracht: Het huiswerk inleveren van blz. 158 t/m blz. 235 uit tekstboek pincode en oefenboek examen blz. 44 t/m 57 N.B. Alle tussentoetsen en huiswerkopdrachten tellen even zwaar. Het gemiddelde van alle tussentoetsen en huiswerkopdrachten vormen 10% van het SE-eindcijfer. Deze tussentoetsen zijn officiële SE-onderdelen. Ben je verhinderd, dan meld je je daarvoor vooraf met opgaaf van reden af bij de vestigingsleider! Toegestaan hulpmiddel bij de SE’s: woordenboek Nederlands Praktische Opdrachten: SE 3/ Eco-Actu is een praktische opdracht welke in duo’s mag worden uitgevoerd. Je maakt een werkstuk over 10 actuele economie artikelen uit de krant met daaraan gekoppeld een zelf gemaakte begrippenlijst. Inleveren uiterlijk vrijdag14 maart 2015. Voor het te laat inleveren van het werkstuk geldt een ½ punt aftrek per werkdag. N.B. De toetsing voor het vak economie leidt tot een SE-cijfer ( op 1 decimaal) dat samen met het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Handvaardigheid
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen
Week Afk. Stofomschrijving
H Gewicht of Cijfer in % NH
M
20 minuten
NH
30
37
Vakexcursie handvaardigheid 12-092014 tt1 Deelname en excursieverslag * (inleveren in week 42)
S
dag zelf: 8 uur Verslag: 6 uur
NH
5
41
Inleveren werkverslag * + tt2 excursieverslag * Werkverslag + planning:
S
6 uur
NH
5
M
20 minuten
NH
30
S
6 uur
NH
5
NH
5
H
20
44
SE1
3
SE2
2 werkstukken gemaakt n.a.v. een opgegeven thema
Toetsvorm Tijdsduur
2 werkstukken gemaakt n.a.v. een eigen thema
51
Inleveren werkverslag* + tt4 beeldanalyse* Werkverslag + beeldanalyse
3
Tt6
Mondeling/presentatie n.a.v. gemaakte werkstukken + planning
8
SE3
Schriftelijk examen HA n.a.v. thema SE2
SE-gesprek 20 S
90
SE + CE (CPE + CSE:2) :2 = eindcijfer
Let op: 1. * 2. * 3. *
N.B.
De vakexcursie staat gepland voor week 37 (12-09-1014) Bij niet inleveren of te laat inleveren van een werkverslag en/of excursieverslag = cijfer 1,0 Bij niet deelnemen aan de excursie wordt een vervangende opdracht gemaakt
De toetsing voor het vak handvaardigheid leidt tot een SE-cijfer (op 1 decimaal) dat samen met het CPE-cijfer en het CSE-cijfer zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen.
PTA 2014 - 2015
T4
Maatschappijleer
Alle voor het schoolexamen meetellende beoordelingen Toetsvorm
Tijdsduur
H
SE week 1 SE1
Hoofdstuk 1: Wat is maatschappijleer? Hoofdstuk 2: Jongeren
S
60
ja
20
SE week 2 SE2
Hoofdstuk 4 Multiculturele samenleving
S
60
Ja
10
nee
15
ja
20
nee
10
ja
15
nee
10
Week
Afk.
PO1 SE week 3 SE3 PO2 SE week 4 SE4 PO3
Stofomschrijving
Culturele verschillen Hoofdstuk 3 Politiek Politieke partij Hoofdstuk 5 Massamedia Nieuwsopdracht
PO S
60
PO S PO
60
Gewicht Cijfer in %
De PO opdrachten worden op een afgesproken datum ingeleverd, bij te laat inleveren wordt per werkdag één punt in mindering gebracht.
N.B.
De toetsing voor het vak maatschappijleer leidt tot een SE-cijfer (geheel getal) dat zal meetellen voor de slaag-/zakregeling van het eindexamen
Programma 2014- 2015
Klas V4
Week Stofomschrijving
Toets- Tijdsvorm duur
Vak: Godsdienst
H of NH
Gewicht Cijfer in %
41
Hoofdstuk 1: Leren hoe te leven. - Paragraaf 1: Over normaal gesproken. - Paragraaf 2: Normaal doen in de groep.
PO
NH
25
50
Hoofdstuk 1: Leren hoe te leven. - Paragraaf 3: Over moraal en ethiek. - Paragraaf 4: Op weg naar volwassen gedrag.
PO
NH
25
8
Hoofdstuk 2: Samen willen leven - Paragraaf 1: Samenleving en moraal. - Paragraaf 2: Overheid, burgers en moraal. - Paragraaf 3: Grenzen aan rechten.
PO
NH
25
14
Hoofdstuk 3: Samen moeten leven - Paragraaf 1: Motivatie uit geloof. - Paragraaf 2: Grenzen aan geloof. - Paragraaf 3: Motivatie uit jezelf.
PO
NH
25
Bij te laat inleveren van een PO wordt per werkdag te laat 1 punt in mindering op het cijfer gebracht. De cijfers worden als volgt omgezet in een kwalificatie: 1,0 t/m 5,4 wordt O 5,5 t/m 7,4 wordt V 7,5 t/m 10 wordt G Wie als eindkwalificatie onvoldoende komt te staan moet een extra PO maken zodat de eindkwalificatie voldoende wordt.
PTA 2014 - 2015
Leerjaar T4
Lichamelijke Opvoeding
INLEIDING Het vak lichamelijk opvoeding is ingedeeld in 4 domeinen. Elk van de domeinen komt terug in de vaklessen. A: bewegen B: bewegen en regelen C: bewegen en gezondheid D: bewegen en maatschappij BEOORDELING - het vak lichamelijke opvoeding moet in z’n geheel ‘naar behoren’ worden afgerond om deel te mogen nemen aan het Centraal Schriftelijk Eindexamen. - Dit betekent een complete 3e en 4e klas PTA, met als eindbeoordeling minimaal ‘voldoende’. - Voor alle domeinen is de aanwezigheid en volledige inzet tijdens de lessen LO vaak voldoende. Als de docent op enig moment het idee heeft, dat zonder extra opdracht(en) je doelstellingen uit één van deze domeinen niet zult halen, dan geeft hij/zij je één of meerdere extra opdracht(en) die opgenomen wordt/worden in je examendossier. De docent waarschuwt je tijdig als je eindexamendossier onvoldoende of incompleet dreigt te worden. Bij 5 of meer gemiste lessen b.v. door ziekte, volgt een extra algemene opdracht met een studielast van ongeveer 10 klokuren. KEUZE ACTVITEITEN / ‘SPORTORIËNTATIE’ (klas 4) Er moeten minstens 3 keuze activiteiten zijn gekozen en bezocht. De derde activiteit betreft een gezamenlijke groepsactiviteit. Dit ter afsluiting van het vak lo. HERKANSINGEN Een herkansing kan zich voordoen in het geval een leerling een onvoldoende heeft gescoord. Een herkansing moet worden gezocht in eenzelfde soort activiteit met een zelfde soort doel als waarin de onvoldoende is ontstaan. Dit kan: - in andere lessen lo - in samenspraak met de docent op een ander moment, bijvoorbeeld tijdens rapportvergaderingen, op ingeroosterde herkansingsdag o.i.d. - als eind januari het examendossier (examenklassen) niet compleet of onvoldoende dreigt te worden, wordt de mentor en de directie zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht. RAPPORTAGE In het leerlingendeel zit een afvinklijst die in principe aan het eind van het leerjaar volledig kan worden ingevuld, aan de hand van de door de docent en evt. leerling bijgehouden registratie. De docent geeft de beoordeling: leerling en docent houden beide een afvinklijst bij. INFORMATIE / VRAGEN Aan het begin van het schooljaar krijgen de leerlingen de toelichting en afvinklijst. Dit wordt door de docent toegelicht. De leerlingen moeten zichzelf ook op de hoogte stellen van de inhoud van dit dossier. De leerling kan tijdens de lessen lo de betreffende docent om advies vragen of raadplegen. Informatie met betrekking tot de theorieopdrachten is te verkrijgen bij de docent.
ROOSTER CENTRAAL EXAMEN 1E TIJDVAK 2015
Datum
Tijd
v.a. 16 maart
Vak CPE beeldend
Ma 11 mei
13.30-15.30
NASK 2
Di 12 mei
13.30-15.30
Frans
Wo 13 mei
09.00-11.00 13.30-15.30
Beeldende vakken Nederlands
Ma 18 mei
09.00-11.00 13.30-15.30
Geschiedenis Engels
Di 19 mei
09.00-11.00 13.30-15.30
Duits Wiskunde
Wo 20 mei
13.30-15.30
Aardrijkskunde
Do 21 mei
13.30-15.30
NASK 1
Vr 22 mei
13.30-15.30
Economie
Di 26 mei
13.30-15.30
Biologie