VIDA CONFIGURATION VIDA ALL-IN-ONE
VIDA CONFIGURATION
INHOUD 1
VIDA CONFIGURATION.................................................................................................. 1.1 Locatie................................................................................................................... 1.2 Proxy-instellingen.................................................................................................. 1.2.1 Automatische configuratie................................................................................. 1.2.2 Proxyserver....................................................................................................... 1.2.3 NTLM-verificatie................................................................................................ 1.3 Hulpmiddelen......................................................................................................... 1.3.1 Certification Agent starten................................................................................. 1.3.2 Servercommunicatie testen............................................................................... 1.3.3 Log level............................................................................................................ 1.4 Back-up................................................................................................................. 1.5 Gewenst installatietijdstip voor eUpdates instellen................................................ 1.6 Advies configuratie................................................................................................ 1.6.1 Intranetverbinding.............................................................................................. 1.6.2 VCC Extranetverbinding.................................................................................... 1.6.3 Internetverbinding..............................................................................................
3 3 4 4 4 4 5 5 5 5 6 7 7 7 7 8
2
HISTORIELOGBESTAND................................................................................................ 9 2.1 57NL04.................................................................................................................. 9 2.2 57NL05.................................................................................................................. 9 ALFABETISCH REGISTER........................................................................................... 10
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
2
VIDA CONFIGURATION
1
VIDA CONFIGURATION VIDA Configuration is een instrument dat hoofdzakelijk voor netwerkconfiguratie wordt gebruikt. Het heeft echter ook een gedeelte Hulpmiddelen waar VIDA Configu‐ ration kan worden gestart en een connectiviteitstest voor de centrale servers kan worden uitgevoerd. Er is ook een back-uphulpmiddel. Als de netwerkconfiguratie is gewijzigd, is er op elk moment toegang tot VIDA Confi‐ guration. Het wordt ook gestart tijdens de installatie van VIDA All-in-one. Dit document beschrijft de verschillende tabs in het hoofdvenster van VIDA Configu‐ ration.
1.1
Locatie
De eerste tab wordt gebruikt om het type verbinding met de centrale systemen van VIDA te kiezen.
Fig. 1 VIDA Configuration tab Locatie Op deze tab kunt u kiezen uit VCC Intranet, VCC Extranet of Internet. De keuze is van invloed op de URL's die VIDA gebruikt om verbinding te maken met de centrale servers. De informatie wordt ook opgeslagen in de lokale database van VIDA. Klik op Opslaan om wijzigingen op te slaan. Er verschijnt een dialoogvenster om te controleren of de informatie is opgeslagen. Daarna wordt VIDA opnieuw gestart. Klik op Sluiten om VIDA Configuration te verlaten zonder wijzigingen op te slaan.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
3
VIDA CONFIGURATION
1.2
Proxy-instellingen
De tweede tab wordt gebruikt voor de proxy-instellingen.
Fig. 2 VIDA Configuration tab Proxy-instellingen Lees de onderstaande gedeelten door voor informatie over Automatische configu‐ ratie, Proxyserver en NTLM-verificatie. Klik op Opslaan om wijzigingen op te slaan. Er verschijnt een dialoogvenster om te controleren of de informatie is opgeslagen. Daarna wordt VIDA opnieuw gestart. Klik op Sluiten om VIDA Configuration te verlaten zonder wijzigingen op te slaan. Neem contact met de lokale IT-support op als u hulp nodig hebt bij instellingen op deze tab. 1.2.1
Automatische configuratie Als er een script voor automatische configuratie wordt gebruikt, voert u hier de URL in. Als er in Internet Explorer een script voor automatische configuratie wordt gebruikt, heeft dit script voorrang op een script dat in VIDA Configuration wordt gebruikt.
1.2.2
Proxyserver Als er een proxyserver wordt gebruikt, voert u de URL en het poortnummer hier in. Als de proxyserver verificatie vereist, voert u ook de gebruikersnaam en het wacht‐ woord in.
1.2.3
NTLM-verificatie Als er NTLM-verificatie wordt gebruikt, voert u het Windows-domein hier in. Gebruik geen backslash aan het begin van de domeinnaam.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
4
VIDA CONFIGURATION
1.3
Hulpmiddelen
De derde tab bevat allerlei hulpmiddelen die vooral voor support-doeleinden worden gebruikt.
Fig. 3 VIDA Configuration tab Hulpmiddelen Lees de onderstaande gedeelten door voor informatie over Certification Agent starten, Servercommunicatie testen en Log level. U kunt de inhoud van het grote tekstvak kopiëren naar het klembord in Windows. De inhoud bestaat uit outputdata van resp. de VIDA Certification Agent en Servercom‐ municatie testen. Klik op Opslaan om wijzigingen op te slaan. Er verschijnt een dialoogvenster om te controleren of de informatie is opgeslagen. Daarna wordt VIDA opnieuw gestart. Klik op Sluiten om VIDA Configuration te verlaten zonder wijzigingen op te slaan. 1.3.1
Certification Agent starten VIDA Certification Agent moet worden uitgevoerd als er wijzigingen zijn doorgevoerd in de hardware van het werkstation, bijv. een wijziging of upgrade van RAM.
1.3.2
Servercommunicatie testen Dit hulpmiddel wordt gebruikt om de verbinding met de centrale servers van VIDA te testen.
1.3.3
Log level Het is mogelijk om de hoeveelheid informatie te wijzigen in de logbestanden die VIDA produceert. Trace is de standaard selectie en levert de meeste informatie op. Info levert de minste informatie op.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
5
VIDA CONFIGURATION
1.4
Back-up
De vierde tab bevat een back-upfunctie die het mogelijk maakt om een back-up van alle persoonlijke informatie in VIDA All-in-one te maken. Voorbeelden van dergelijke informatie zijn opmerkingen in de onderdelencatalogus, de lijst met de laatst geïden‐ tificeerde auto's enz. U kunt later de database terugzetten met behulp van deze backup.
Fig. 4 VIDA Configuration tab Back-up/Terugzetten Zo maakt u een back-up: Kies Back-up. De naam voor de back-up wordt al aangegeven en bevat de datum en de tijd. Druk op Back-up starten om de procedure te starten. Statusberichten worden in het venster onder de knop weergegeven. Zo zet u een back-up terug: Kies Terugzetten en kies daarna het juiste back-upbestand. Als het juiste back-upbe‐ stand is gekozen, drukt u op Terugzetten starten. Statusberichten worden in het venster onder de knop weergegeven. LET OP Als u gereed bent, moet u op Opslaan drukken. Daarmee start VIDA opnieuw. U kunt ook met de rechtermuisknop op het VIDA Monitor-pictogram klikken. Kies Starten in het weergegeven menu. Druk tenslotte op Sluiten om VIDA Configuration te sluiten.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
6
VIDA CONFIGURATION
1.5
Gewenst installatietijdstip voor eUpdates instellen
Het voorkeurstijdstip voor het starten van de eUpdate kan worden ingesteld in VIDA Configuratie.
Fig. 5 VIDA Configuration Als er een nieuwe eUpdate gepland staat, wordt er een melding weergegeven waarin staat op welk tijdstip de installatie van de eUpdate begint.
Fig. 6 Bericht met aanvangstijdstip installatie eUpdate LET OP Laat de computer op het geplande installatietijdstip aan staan, zodat de eUpdate mogelijk is.
1.6
Advies configuratie
1.6.1
Intranetverbinding Bij dit type verbinding hoeft er geen proxy in VIDA Configuration te worden aange‐ geven.
1.6.2
VCC Extranetverbinding Bij dit type verbinding hoeft er geen proxy in VIDA Configuration te worden aange‐ geven.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
7
VIDA CONFIGURATION
In Internet Explorer moet worden ingevoerd dat de proxy niet moet worden gebruikt voor lokale adressen en moet *.retailer.volvocars.com worden ingevoerd als uitzon‐ dering. ● Geef aan dat er geen proxy moet worden gebruikt voor lokale adressen in Internet Explorer door Extra à Internetopties... à Aansluitingen LAN-instel‐ lingen te kiezen. Zet een vinkje bij "Proxyserver niet gebruiken voor lokale adressen" helemaal onderaan. ● De uitzondering wordt in Internet Explorer ingesteld door het kiezen van Extra à Internetopties... à Verbindingen à LAN-instellingen à Geavan‐ ceerd..., voeg *.retailer.volvocars.com toe in het tekstvak onder Uitzonde‐ ringen. Als er een gekozen verbinding wordt gebruikt, kiest u in plaats daarvan Extra à Internetopties... à Verbindingen à Instellingen... 1.6.3
Internetverbinding Bij dit type verbinding wordt normaal gesproken een proxy aangegeven in VIDA Configuration. Vraag hiernaar bij uw lokale IT-support.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
8
VIDA CONFIGURATION
2
HISTORIELOGBESTAND
2.1
57NL04
2.2
57NL05
Historielogbestand aangemaakt. Documentsjabloon gewijzigd. Afbeeldingen bijge‐ werkt.
Ford is vervangen door VCC. Het plannen van eUpdates is toegevoegd.
© Volvo Car Corporation 2011
57NL05
9
VIDA CONFIGURATION
3
ALFABETISCH REGISTER
E eUpdate, installatietijdstip instellen ............ Extranetverbinding .................................
P 7
Proxy-instellingen ......................................
4
3, 7
Proxyserver ...............................................
4
I
U
Internetverbinding ..................................
3, 8
Intranetverbinding ..................................
3, 7
URL ...........................................................
V
L Locatie .......................................................
4
VIDA Certification Agent ........................
3, 5
3
N NTLM-verificatie ........................................
© Volvo Car Corporation 2011
4
57NL05
10