VICE-EERSTE MINISTER, MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN GELIJKE KANSEN
Brussel, 21 oktober 2013
Strijd tegen woninginbraken: een prioritair fenomeen, ondanks een daling tijdens het eerste semester 2013 met 2,5% voor wat betreft woninginbraken (vergeleken met dezelfde periode in 2012)
Op maandag 21 oktober 2013 heeft de Algemene Directie Veiligheid en Preventie van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, op initiatief van de Minister van Binnenlandse Zaken, Joëlle Milquet, een Staten-Generaal over het thema “woninginbraken” georganiseerd. Het doel is onderling ideeën uit te wisselen over een geïntegreerde aanpak van de strijd tegen woninginbraken. Die impliceert een globale aanpak, een efficiënte coördinatie en een totale betrokkenheid van alle bevoegde actoren. Deze Staten-Generaal werd bijgewoond door leden van de lokale en de federale overheden belast met deze materie, vertegenwoordigers van de academische wereld, preventiediensten en politiediensten. In de conclusies die Joëlle Milquet ter gelegenheid van deze Staten-Generaal geformuleerd heeft, heeft de minister herhaald dat sensibilisering en preventie essentieel zijn. De economische situatie, het fenomeen van rondtrekkende daderbendes, de actieve veelplegers en het feit dat de inbrekers zich aanpassen en wisselen van inbraakmethode, zijn enkele elementen die aantonen dat alle inspanningen met de nodige nauwkeurigheid en het nodige inzicht moeten worden voortgezet. Dat is dan ook de reden waarom de strijd tegen inbraken deel uitmaakt van de prioriteiten en aandachtspunten van het Nationaal Veiligheidsplan 2012-2015 en van de Kadernota Integrale Veiligheid die momenteel wordt afgewerkt. A. Stand van zaken van het fenomeen «inbraak» Uit de statistieken van de federale politie blijkt dat - vergeleken met de cijfers van het eerste semester van 2012 - het aantal inbraken tijdens dezelfde periode van 2013 gedaald is met 2,5% voor wat betreft woningen. Ook al hebben deze cijfers slechts betrekking op het eerste helft van dit jaar, toch verdient deze dalende tendens vermeld te worden.
1
Er is immers sprake van 35.862 geregistreerde feiten wat woninginbraken en inbraakpogingen betreft voor de eerste 6 maanden van 2013, ten opzichte van 36.749 geregistreerde feiten voor dezelfde periode in 2012, dus een daling van 2,5 %. Er moet eveneens vermeld worden dat de inbraken in ondernemingen en in overheidsdiensten en kantoorgebouwen eveneens dalen, respectievelijk met -13,4 % voor wat betreft inbraken in ondernemingen of handelszaken (9.341 geregistreerde feiten en pogingen voor het eerste semester 2013 tegenover 10.785 voor het eerste semester 2012) en met -18,6 % voor de inbraken in overheidsdiensten en kantoorgebouwen (2.845 feiten en pogingen in 2013 tegenover 3.495 feiten en pogingen in 2012). Ook al zijn deze gegevens bemoedigend, toch moet de strijd tegen inbraken een permanente uitdaging blijven, gezien de omvang van het fenomeen. B. Boodschap aan de burgers met betrekking tot preventiemaatregelen en de bescherming tegen inbraken
de
Er bestaan middelen om inbraken te bestrijden en ook de FOD Binnenlandse Zaken, de autoriteiten en de politie- en preventiediensten hebben al talrijke initiatieven genomen die in herinnering gebracht moeten worden. Naast deze maatregelen is de actieve betrokkenheid van de burger één van de elementen die bijdragen tot het welslagen van de strijd tegen deze vorm van criminaliteit. De overheden moeten een dergelijke betrokkenheid ondersteunen en de burger erin bijstaan. Welke is de boodschap aan de burgers? -
Raadpleeg gratis de diefstalpreventieadviseurs
Deze adviseurs, aanwezig in elke lokale politiezone of gemeente, vormen de spilfiguren van het beleid inzake inbraakbestrijding. Zij stellen aan de inwoners voor om hen gratis te begeleiden bij het beveiligen van hun woning. De diefstalpreventieadviseurs bezoeken op verzoek van de burger zelf, de woning en voeren een veiligheidsdiagnostiek uit. Zij verstrekken advies op maat, aangepast aan de woning en aan elk budget. De burger kan dus een beroep doen op die adviseurs om een gratis audit voor de beveiliging van zijn woning te laten uitvoeren. De contactgegevens van de diefstalpreventieadviseurs worden vermeld op www.besafe.be of op de website van de gemeente of politiezone, meestal onder de rubriek „Preventie‟ of „Veiligheid‟. -
Beveilig uw huis dankzij een fiscale aftrek tot 750 euro
Een systeem van fiscale aftrek, dat zal worden overgedragen aan de Gewesten en waarvan we momenteel het verdere verloop niet kennen, is behouden op vraag van minister van Binnenlandse Zaken ondanks pogingen om het te schrappen om budgettaire redenen. Men moet er dus dit jaar van genieten. Het systeem ondersteunt de burger bij de aankoop van anti-inbraaksystemen. Dit
2
mechanisme bleef behouden in 2013 en zal ook in 2014 nog toegepast worden. Concreet is het systeem inzake fiscale aftrek als volgt georganiseerd: 1. Het gaat om een belastingvermindering voor de uitgaven gedaan in 2013 (belastingjaar 2014) die kan gaan tot 30 % van de factuur, met een plafond van 750 €. 2. Eigenaars, bezitters, erfpachters, opstalhouders, vruchtgebruikers of huurders komen in aanmerking voor deze fiscale aftrek. 3. De volgende investeringen die het voorwerp kunnen uitmaken van een dergelijke aftrek: Speciaal inbraakwerend glas met een gelaagde kant; Specifieke systemen voor inbraakbeveiliging, zoals bijvoorbeeld veiligheidssloten en -grendels, deurhaken die van bij het begin geplaatst worden of later geïnstalleerd worden op gevelelementen, zoals deuren, ramen, luiken, garagepoorten, koepels, dakvensters,keldergaten of hekken; Geblindeerde deuren; Alarmsystemen; Kosten voor de aansluiting op een alarmcentrale via abonnement; Camera‟s met een registratiesysteem. Via dit mechanisme van fiscale aftrek kan een groot deel van de bevolking zich tegen een beperkte kostprijs beveiligen tegen inbraken.
-
Buurtinformatienetwerken (BIN) opzetten
De burgers kunnen actief deelnemen aan hun veiligheid door deel te nemen aan een buurtinformatienetwerk. Het gaat eigenlijk om een burgerinitiatief inzake veiligheid in de vorm van een samenwerkingsakkoord tussen de bewoners van een wijk en de lokale politie, waarbij de burgers zich ertoe verbinden verdachte handelingen aan de politie te melden. De politie onderzoekt de ontvangen melding en informeert, indien nodig, de burgers die lid zijn van het BIN. De politie verstrekt eveneens preventieve adviezen. Deze samenwerking berust op een grotere waakzaamheid van de burger voor wat zich in zijn buurt afspeelt, en op een gestructureerde informatie-uitwisseling tussen de politie en de burgers van die buurt. Deze buurtinformatienetwerken strekken ertoe de veiligheid en de levenskwaliteit in een welbepaalde buurt te versterken, de sociale controle te stimuleren, maar ook het belang van preventie te benadrukken. De algemene werking van een BIN wordt geregeld door de ministeriële omzendbrief van 10 december 2010. Hoe moet een buurtinformatienetwerk concreet opgericht worden? Zoals vermeld in een brochure van de FOD Binnenlandse Zaken, gebeurt de oprichting van een BIN in meerdere fasen, in samenwerking met verschillende partners.
Het initiatief kan afkomstig zijn van één of meerdere bewoners, een lokale vereniging, de overheden of de politie.
3
De oprichting van een BIN wordt steeds voorafgegaan door een overleg met de lokale overheden en de politie.
Het is belangrijk dat de oprichting van een BIN een stevige basis heeft bij alle betrokkenen. De lokale politie neemt hieromtrent altijd contact op met de plaatselijke administratieve overheden.
Na de uitvoering van deze eerste stappen moet de hele buurt geïnformeerd worden en moet tijdens een informatieavond onderzocht worden of het project voldoende sociale ondersteuning geniet.
Het BIN baseert zich op een lokaal charter dat alle gesloten akkoorden, de taken van de betrokken partners, hun contactgegevens, een financieringsplan en een communicatieplan omvat. Dit charter wordt ondertekend door de deelnemende partners (burgemeester, korpschef, gemandateerde politieambtenaar en BIN-coördinator).
Daarna kan het BIN opgericht worden, zodra men beschikt over de goedkeuring van de FOD Binnenlandse Zaken.
Er zijn momenteel 550 BIN in België. Recente onderzoeken tonen aan dat de redenen om dergelijke burgerinitiatieven tot stand te brengen, het onveiligheidsgevoel en het risico op inbraak zijn. Deze initiatieven zijn dan wel goed bekend in Vlaanderen (er werden ongeveer 500 BIN geteld), maar zij zijn minder uitgebouwd in Wallonië (ongeveer 40 BIN) en in Brussel (1 BIN). De efficiëntie van dergelijke voorzieningen lijdt weinig twijfel bij de burgers die er deel van uitmaken. De minister kan niet anders dan de ruimere ontwikkeling van die voorzieningen, met name in Wallonië en Brussel, aanmoedigen. Gezien de efficiëntie van deze voorzieningen zal Joëlle Milquet de bredere ontwikkeling ervan aanmoedigen door meer sensibiliseringscampagnes. -
De informatiebrochures lezen of de website veiligewoning.be raadplegen
De jongste jaren zijn tal van sensibiliseringscampagnes gevoerd om de bevolking ertoe aan te zetten adequate maatregelen te nemen om zich te beschermen tegen inbraken. Deze preventieadviezen zijn ook opgenomen op een website (www.veiligewoning.be) waar u de volledige informatie vindt over de manier waarop u uw woning het beste beschermt en beveiligt. Om deze informatie concreter te malen, zijn ze gevisualiseerd aan de hand van een virtueel huis. Hoewel deze “good practices” voortvloeien uit de regels van het gezond verstand, is het noodzakelijk om ze voor elke andere meer geraffineerde preventiemaatregelen toe te passen, temeer aangezien een inbraakpoging die meer dan drie minuten duurt, de daders doorgaans afschrikt. Deze “good practices” worden omstandig uiteengezet op de website veiligewoning.be (zie ook hierboven). C. Een betere strijd tegen inbraken : krachtlijnen van de strategie
4
De conclusies van de Staten-Generaal zullen als basis dienen om een nieuwe koers te bepalen op het vlak van inbraken. Enkele elementen die naar voor zijn gekomen uit deze studiedag zijn de volgende : -
Inbraak is een fenomeen in voortdurende evolutie. Het is dan ook van essentieel belang om de strategie van de politie steeds weer aan dit fenomeen aan te passen, of het nu gaat om :
Het profiel van de daders (rondtrekkende daderbendes, drugsverslaafden, enz.) De impact van de nieuwe technologieën op de woninginbraak, zoals het gebruik van sociale netwerken die informatie (over kansen en dreigingen) kan geven over het al dan niet aanwezig zijn van de bewoners de modus operandi zonder rekening te houden met de internationale dimensie van het fenomeen.
-
Het succes in de strijd tegen inbraak hangt noodzakelijkerwijs af van een optimalisatie van de samenwerking tussen de verschillende actoren (politie, justitie, preventie) en de coördinatie van hun acties. Een gecoördineerde lokale aanpak is absoluut noodzakelijk.
-
De betrokkenheid van burgers door middel van lokale preventienetwerken. De Staten-Generaal hebben aangetoond dat tal van beschikkingen reeds bestaan in de strijd tegen inbraken en dat ze doorgaans efficiënt zijn, maar hun bestaan moet geregeld worden herhaald.
-
Een betere internationale coördinatie. Om fenomenen in de kiem te smoren met een grensoverschrijdende impact, is het noodzakelijke de (politionele, gerechtelijke en administratieve) coördinatie tussen staten te verbeteren, vooral op het niveau van de Europese Unie, zoals bijvoorbeeld in maart is gebeurd met de Franse minister van Binnenlandse Zaken bij de ondertekening van het nieuwe akkoord van Doornik in de strijd tegen de grensoverschrijdende criminaliteit.
-
Het verder doorvoeren van preventie en ontmoedigen van inbraken door politiepatrouilles verder aan te sturen op basis van strategische of tactische analyses.
Voor bijkomende informatie: Ingrid Van Daele (0470 320 262) (NL) Emilie Rossion (0473 13 97 58) (FR)
5