2013 2017
2
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
1. Voorwoord De eerder uitgesproken wens om een nieuwe koers te kiezen en het vfonds beter te presenteren, bleek eenvoudiger dan die ambitie ook daadwerkelijk realiseren. Het ging immers om een herbezinning op doelen, taken en werkwijze van het vfonds. Toch zijn er inmiddels grote slagen gemaakt en daarom presenteren we u de eerste update van het Meerjarenbeleidsplan 2011-2015. Het geactualiseerde document draagt de naam Toekomstvisie 2013-2017. Niet om u als lezer in verwarring te brengen maar om te benadrukken dat we met dit meerjarenplan vooral vooruit willen kijken. Het dient als beleidsprogramma vooraf en vertaalt zich jaarlijks in een begroting vooraf en jaarverslag achteraf. En omdat het vfonds en de wereld om ons heen continu veranderen, voorzien we deze toekomstvisie van een jaarlijkse update. Het vfonds is decennia geleden opgericht en was toen eigenlijk alleen bedoeld voor veteranen en oorlogs- en dienstslachtoffers. Als medeoprichter en later beneficiant van de BankGiro Loterij namen de financiële middelen van het vfonds toe. Dit stelde ons in staat de doelstellingen stap voor stap te verbreden, een trend die tot op de dag van vandaag wordt voortgezet.
We kiezen er hierbij duidelijk voor om ontwikkelingen geleidelijk in te zetten en uit te voeren zodat het een logisch, helder en herkenbaar proces blijft. De geüniformeerden in overheidsdienst die voor vrede en veiligheid zorgen; het is en blijft één van onze kernactiviteiten. Maar daar houden de activiteiten van het vfonds niet op. We investeren namelijk ook in het debat dat oorlog moet voorkomen. Tegelijkertijd investeren we in mensen die slachtoffer zijn geworden omdat ze namens de democratisch gelegitimeerde overheid geweld moeten gebruiken. Er is geen fonds dat zo in een cirkel opereert. Een fonds dat zich inzet voor vrede, vrijheid en veteranenzorg. Een fonds dat actiever, meer sturend en zichtbaarder moet worden. Vooral bij dat laatste hoort een nieuwe naam die beter aangeeft wat het fonds doet. Het vfonds gaat daarom voluit het Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg heten. Wij wensen u veel leesplezier. Robert Croll Voorzitter Raad van Bestuur
Ton Heerts Directeur
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
3
4
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
2. Samenvatting “Als we onze pijlers of werkvelden duidelijk hebben, is ons vertrekpunt gegarandeerd: we weten waarom we er zijn, waarom we willen voortbestaan en waar we naartoe willen. Zo laten we de veteranen ook niet los, dat is de bloedgroep waar we vandaan komen. Vasthouden aan je ankers voorkomt bovendien dat je gaat zweven.” Met die woorden omschrijft directeur Ton Heerts het belang van een duidelijke structuur voor het vfonds. Een structuur die bestaat uit de drie werkvelden waarop het vfonds actief is: 1. Erkenning en waardering van oorlogs- en dienstslachtoffers alsmede slachtoffers van geweld, ontstaan door inzet namens de Nederlandse overheid waar ook ter wereld (erkenning en waardering) 2. Het levend houden van de herinnering aan oorlog, het herdenken van slachtoffers van conflicten en vieren van bevrijding en vrijheid (herinneren, herdenken en vieren) 3. Vrede, democratie, rechtsstaat en internationale rechtsorde Drie werkvelden die vrijwel naadloos aansluiten op veranderingen die zich in de loterijwereld hebben voorgedaan. Zo presenteert de BankGiro Loterij, jarenlang één van de belangrijkste financiers van het vfonds, zich sinds 2006 steeds
nadrukkelijker als cultuurloterij. De activiteiten van werkveld 2 zoals de dodenherdenking, vrijheidsfestivals, oorlogsen verzetsmusea passen hier prima bij. De werkvelden 1 en 3 sluiten op hun beurt prima aan bij de thema’s mens, welzijn en sociale cohesie, een tak die De Nationale Postcode Loterij aan haar profiel heeft toegevoegd. Daarom zal het vfonds ook een contract met de Nationale Postcode Loterij aangaan. De proef met geoormerkt werven bij de BankGiro Loterij in 2012 heeft bovendien aangetoond dat het vfonds mensen ‘raakt’. Van de 12.000 mensen die hun lot activeerden, wilde één op de vier meespelen voor het vfonds. Een succes dat het belang van een grotere naamsbekendheid nog maar eens benadrukt. Het vfonds zal zich de komende jaren dan ook extra inspannen om haar bereik te vergroten. Verbeteringen vinden overigens niet alleen aan de buitenkant plaats maar ook intern wordt er geprofessionaliseerd. Er komt een Raad van Bestuur, een Raad van Toezicht en een directie. Het betekent een beter onderscheid tussen toezicht, bestuur en uitvoering. Het vfonds moet en wil hiermee per 1 januari 2013 voldoen aan de good governance code en het CBF keurmerk.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
5
3. Tot nu toe
6
De organisatie en doelstellingen van het vfonds zijn flink gewijzigd. Dit hoofdstuk geeft een korte schets van het hoe en waarom van de belangrijkste veranderingen in de afgelopen zeven jaar.
2. H et levend houden van de herinnering aan oorlog, het herdenken van slachtoffers van conflicten en vieren van bevrijding en vrijheid 3. Vrede, democratie, rechtsstaat en internationale rechtsorde
3.1 DRIE WERKVELDEN
Het vfonds legt binnen de drie werkvelden nadrukkelijker een accent op projecten rond actuele vraagstukken. Op die manier wordt het werkveld verbreed zonder daarbij de herkomst van het vfonds en in het verleden opgebouwde relaties uit het oog te verliezen. Het vfonds kan namelijk op meer manieren aandacht vragen voor de thema’s oorlog en vrede door deze direct te verbinden met thema’s zoals democratie en rechtsstaat.
Heroriëntering De basis voor de veranderingen binnen het vfonds werd gelegd in 2004 met een fundamentele discussie over de positie van het fonds dat toen nog Stichting Fondsenwerving Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers (SFMO) heette. Enerzijds was er de vraag of de doelstellingen van het fonds nog voldoende aansloten bij nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen, anderzijds werd vanuit verschillende maatschappelijke partijen en instanties gevraagd om meer transparantie en verantwoording over de bestedingen. De heroriëntering leidde in 2007 tot een verbreding van de doelstellingen, een nieuwe naam en een nieuw gezicht. Het vfonds presenteerde zich aanvankelijk met vijf werkvelden. Die uitsplitsing is later teruggebracht tot drie werkvelden: 1. Erkenning en waardering van oorlogs- en dienstslachtoffers alsmede slachtoffers van geweld, ontstaan door inzet namens de Nederlandse overheid waar ook ter wereld
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
3.2 ORGANISATIE EN IMAGO Bureau Het vfonds is een organisatie in transitie. In de periode 2005 – 2010 zijn belangrijke veranderingen doorgevoerd die effect hebben gehad op het bestuur en de toezicht binnen de organisatie. In 2009 is het bureau van het vfonds van start gegaan. Het bureau draagt zorg voor beleidsvoorbereiding, advisering rond subsidieaanvragen, project- en financiële administratie en communicatie. Het vfonds kiest ervoor om met een klein, professioneel bureau deze werk-
zaamheden te verrichten. Met een kleine organisatie blijven de lijnen kort en kan voorkomen worden dat er te veel bureaucratisering plaatsvindt. Indien nodig kan, op tijdelijke basis, externe deskundigheid worden ingehuurd om duidelijk omschreven projecten of taken te realiseren.
“We zijn binnenstebuiten gekeerd, hebben de ramen opengegooid en zijn ons heel nadrukkelijk op de wereld om ons heen gaan richten. We blijven daarbij wel trouw aan onze afkomst. Vanuit onze achtergrond kijken hoe we nog meer kunnen betekenen voor onze maatschappij”. Robert Croll
“Het zijn steeds weer vervolgfases waarbij we van binnenuit vernieuwen maar ook duidelijk inspelen op onze omgeving. Dat is eigenlijk wat we continu doen. Er zijn geen dingen die plotseling veranderen. De maatschappij verandert en daar spelen we op in.” Ton Heerts
De directeur is, in nauwe samenspraak met de projectadviseurs, communicatieadviseur en controller verantwoordelijk voor de strategische beleidsontwikkeling. Daarnaast hebben de projectadviseurs de taak om in het veld (waar nodig) te initiëren en te adviseren.
Bestuur Met de start van het bureau is de rol van de Raad van Bestuur veranderd. Daar waar de Raad van Bestuur in het verleden ook een uitvoerende rol had, is dat voor een groot deel overgenomen door het bureau. Er komt een nieuwe Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur stelt een directie in waarmee de kwaliteitsslag van het bureau kan worden voortgezet. De Raad van Toezicht houdt toezicht op de Raad van Bestuur. Het vfonds volgt hiermee de good governance principes van Wijffels. Deze bundeling van principes wordt ook wel de ‘Code Wijffels’ genoemd, de Nederlandse good governance code voor niet-gouvernementele organisaties. De bezoldiging van of vergoedingen voor bestuursleden worden aangepast op de nieuwe situatie. Good governance Om uitvoering en toezicht duidelijk gescheiden te houden, mogen tussen de leden van de Raad van Toezicht en de leden van de Raad van Bestuur onderling en tussen de leden van de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur geen nauwe familie- of andere relaties bestaan. Daarnaast waakt de Raad van Toezicht voor belangenverstrengeling. Van belangenverstrengeling is bijvoorbeeld sprake indien een lid van de Raad van Bestuur of de Raad van Toezicht zitting heeft in een orgaan van een instelling waaraan het vfonds structureel geld geeft.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
7
De Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht hebben beiden steeds drie jaar zitting. De leden van de Raad van Toezicht zitten maximaal drie termijnen terwijl de leden van de Raad van Bestuur onbeperkt benoembaar zijn. Ten minste vier maal per jaar komt de Raad van Toezicht bijeen. De Raad van Bestuur komt in beginsel elke maand bij elkaar. Eén keer per jaar komen de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur in een gemeenschappelijke vergadering bijeen. Daarnaast wordt elk jaar een geactualiseerde toekomstvisie (het meerjarenbeleidsplan) gepresenteerd zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur.
8
De Raad van Bestuur bestaat uit drie leden terwijl de Raad van Toezicht er in totaal zeven telt. De Raad van Toezicht bestaat uit één onafhankelijke voorzitter en zes leden waarvan zich er steeds twee meer specifiek met één van de drie werkgebieden bezighouden. Het betreft hier de pijlers: 1. Erkenning en waardering; 2. Herinneren, herdenken en vieren; 3. Vrede, democratie, rechtsstaat en internationale rechtsorde. Financiën De administratie wordt na afloop van elk kalenderjaar afgesloten. De Raad van Bestuur stelt vervolgens binnen vijf maanden de balans en de staat van baten en lasten van het vfonds op, nadat deze ter goedkeuring is voorgelegd aan de
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
Raad van Toezicht. De uiteindelijke jaarrekening wordt gecontroleerd door een onafhankelijke en externe registeraccountant, die daarover verslag uitbrengt aan de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur. Communicatie De communicatieadviseur heeft een belangrijke rol in het voor het voetlicht brengen van alles wat met steun van het vfonds is en wordt gerealiseerd. Deels door de eigen communicatie van de projecten zelf, deels door verantwoording van het vfonds aan publiek en financiers. Een van de belangrijkste doelstellingen is om meer naamsbekendheid te krijgen. Een duidelijk imago hoort daarbij. Om die reden verdween het streepje tussen v en fonds en werd de duidende slogan ‘investeert in vrede’ toegevoegd. Het nieuwe logo moet duidelijk maken dat het vfonds verder vernieuwt en daarbij een breder publiek aanspreekt. De organisaties die subsidie aanvragen bij het vfonds moeten voldoen aan bepaalde communicatieverplichtingen en daarop wordt steviger dan ooit gecontroleerd. Het vfonds is sterk afhankelijk van de inkomsten uit loterijen. Als in de toekomst deelnemers aan loterijen zelf hun goede doel mogen bepalen, is het belangrijk de naamsbekendheid van het vfonds te vergroten. Het vfonds verwacht dat de projecten die zij financieel ondersteunt in hun uitingen expliciet aandacht besteden aan het vfonds als medefinancier.
3.3 BUDGET EN SUBSIDIE Projectfinanciering Binnen het subsidiebeleid zijn de aanvraag- en verantwoordingsprocedures gestandaardiseerd en aangescherpt. Er is gestart met het veranderen van bestaande subsidierelaties met organisaties van oorlogsbetrokkenen en veteranen. Kernpunt daarbij is de overgang van ‘instellings- of organisatiesubsidies’ naar ‘projectfinanciering’. De daadwerkelijke activiteiten en het bereik ervan worden zo beter meetbaar. Dit overgangsproces is nog niet afgerond en wordt ook niet bij alle organisaties doorgevoerd. Uitzonderingen gelden ten aanzien van organisaties die zich in een afbouwfase bevinden of waar ingrijpende veranderingen op dit moment tot veel onrust zouden leiden. Van oudsher werd en wordt een groot deel van het budget van het vfonds besteed aan veteranenzorg, juridische dienstverlening en nazorgprogramma’s. Allemaal activiteiten die werden en worden uitgevoerd door ‘de Basis’ in Doorn.
kostenreductie. Er is duidelijkheid over het activiteitenpakket dat door het vfonds wordt ondersteund en het bereik daarvan. De Basis heeft daarnaast nieuwe activiteiten voor andere doelgroepen ontwikkeld die door andere partijen worden gefinancierd. De mogelijke scenario’s over een stijging van de vraag naar dit maatschappelijk werk zouden de budgetten van het vfonds te boven gaan. Dit leidde tot een principiële discussie rond de vraag of financiering van zo’n primaire zorgfunctie wel de taak is van een particulier fonds - gevoed met opbrengsten uit loterijen. Het vfonds wendde zich dan ook tot het Ministerie van Defensie met het verzoek deze financiering over te nemen. Resultaat van het overleg is dat Defensie de financiering sinds 2011 voor haar rekening neemt. Hierdoor ontstaat bij het vfonds ruimte om meer geld te besteden aan andere activiteiten en nieuwe werkterreinen.
Activiteitenpakket Met de Basis werd een actief beleid ontwikkeld om in enkele jaren te komen van instellingssubsidie naar projectfinanciering. Dit proces is in 2009 afgerond en heeft geleid tot meer efficiency binnen de organisatie en een aanmerkelijke
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
9
4. Veranderingen De omgeving waarin het vfonds opereert, verandert voortdurend. Dit vraagt om een efficiënte en slagvaardige organisatie die weet wat er op haar afkomt. In dit hoofdstuk worden daarom de belangrijkste veranderingen uiteengezet en toegelicht . 4.1 ERKENNING EN WAARDERING
10
Vergrijzing De groep (burger)oorlogsgetroffenen en dienstslachtoffers neemt in hoog tempo af. Organisaties van verzetsdeelnemers worden opgeheven of komen slechts een enkele keer bij elkaar. Bij sommige organisaties neemt de tweede of derde generatie het stokje over. Dan staan niet meer het lotgenotencontact en overlevering uit de eerste hand centraal, maar ontwikkelen de groepen zich tot organisaties met educatieve of voorlichtende activiteiten. Door een voortgaande vergrijzing binnen bestaande veteranenorganisaties maar ook door recente, internationale militaire interventies, is de verhouding tussen ‘oude’ en ‘nieuwe’ veteranen ingrijpend veranderd. Deze ontwikkeling zal zich
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
de komende jaren rap en drastisch voortzetten gezien de inmiddels hoge leeftijd van veel ‘oude’ veteranen. Ondersteuning In de afgelopen jaren heeft het Ministerie van Defensie veel meer aandacht voor een goede voorbereiding van militairen die op uitzending gaan. Een betere voorbereiding en meer begeleiding tijdens de missies moeten ervoor zorgen dat de militairen ingrijpende ervaringen beter kunnen verwerken. Ook is er meer aandacht voor de zorg na afronding van uitzendingen. Toch is het de vraag of deze opvang op de lange termijn volstaat of dat veteranen alsnog problemen krijgen of houden met de verwerking van hun ervaringen. Aangezien ‘jonge’ veteranen behoefte hebben aan andere vormen van ondersteuning dan de ‘oude’ veteranen zullen hulpverlening en lotgenotencontact de komende jaren flink veranderen. Het vfonds ziet bijvoorbeeld dat voor het delen van ervaringen veel gebruik wordt gemaakt van internet en sociale media. Veteranen- en hulpverleningsorganisaties moeten hun traditionele aanpak aanpassen om contact te krijgen en te houden met deze groep.
Veteranenzorg Het Ministerie van Defensie is sinds 2011 verantwoordelijk voor (de financiering van) de primaire zorg, zoals maatschappelijk werk voor veteranen. Gelet op de aanhoudende financiële en economische crisis is het niet uit te sluiten dat de bezuinigingen ook het veteranenbeleid gaan treffen. Hierdoor groeit de onzekerheid of de zorg op termijn gewaarborgd blijft en of er voldoende ruimte zal zijn voor de noodzakelijke vernieuwing. Toch zal het vfonds geen taken overnemen waarvoor het Rijk geen geld meer heeft. Ook omdat de Tweede Kamer op 1 november 2011 unaniem de nieuwe Veteranenwet heeft aangenomen. “De zorg voor Veteranen wordt hiermee in een heel goed stevig juridisch kader geplaatst. Het voorkomt dat veteranen tussen wal en schip terecht komen”, oordeelde de Nationale ombudsman Alex Brenninkmeijer destijds. Toch geldt ook hier dat mogelijke bezuinigingen van invloed kunnen zijn op de uiteindelijke uitwerking.
“We gaan de politie erbij betrekken en dat is op zich niet zo’n schokkende boodschap. We blijven bij onze kernactiviteit: aandacht, zorg, erkenning en waardering voor de geüniformeerden die in overheidsdienst zorgen voor interne en externe veiligheid.” Robert Croll
“De politie is als hulpverlener meer dan welkom maar als handhaver wordt ze zonder respect behandeld. Ergens klopt er dan iets niet. Door aandacht te vragen voor de politie kunnen we als vfonds duidelijk maken waar we vandaan komen. Dat vrede en veiligheid met of zonder geweld afdwingen nog steeds een doel dient”. Ton Heerts Erkenning De erkenning en waardering voor veteranen neemt in de samenleving gestaag en continu toe, zo blijkt onder meer uit het succes van de Nederlandse Veteranendag. Deze dag trekt jaarlijks veel bezoekers en krijgt veel media-aandacht. Ook uit onderzoeken van het Veteranen Instituut blijkt dat veteranen door driekwart van de Nederlandse bevolking worden gerespecteerd. Uit de Veteranenmonitor van 2009 blijkt dat een vijfde van de bevolking haar mening over veteranen positief heeft bijgesteld ten opzichte van vijf jaar daarvoor. Het besef dat niet alleen oudere, maar ook veel jonge veteranen deel uitmaken van de samenleving is toegenomen. Vanuit dat perspectief is in het onderwijs meer behoefte aan educatief materiaal over veteranen en Nederlandse betrokkenheid bij internationale operaties.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
11
12
Politie Het vfonds heeft de ambitie om zich in de nabije toekomst te richten op de erkenning en waardering van alle geüniformeerden die door de overheid worden gedwongen zich in het geweldsspectrum te begeven. Deze verbreding past uitstekend binnen de doelstellingen van het vfonds en maakt het fonds nóg relevanter voor de maatschappij dan het nu al is. Onder de geüniformeerden vallen bijvoorbeeld niet alleen de politieagenten die worden uitgezonden naar Kunduz in Afghanistan. Het gaat hierbij ook om de politiemensen en de ambulancebroeders die te maken krijgen met geweld terwijl zij de orde handhaven of hulp verlenen. De uitbreiding van activiteiten zal een geleidelijk proces zijn zodat het voor iedereen een logisch, helder en herkenbaar en te verwachten proces is. Op initiatief van het vfonds is er een nieuwe stichting in het leven geroepen: de Stichting Waardering Erkenning Politie (WEP). Om voor ambulance- en brandweerpersoneel erkenning en waardering te vragen met geld van het vfonds, is het nu nog te vroeg. Een concreet voorbeeld van de erkenning en waardering voor hulpverleners is de Hulpverleners Award die op 25 mei 2012 voor het eerst is uitgereikt. Het vfonds is de financieel drijvende kracht achter deze prijs die voortkomt uit particulier initiatief. Met de aandacht voor erkenning en waardering richt het vfonds zich nadrukkelijk niet op de zorgverantwoordelijkheden die bij de werkgever liggen.
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
4.2 HERINNEREN, HERDENKEN EN VIEREN Herdenken De publieke belangstelling én het draagvlak voor de herdenking van de Tweede Wereldoorlog en de viering van de Bevrijding blijven onverminderd groot. Zo blijkt uit het jaarlijkse Nationaal Vrijheidsonderzoek dat het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft laten uitvoeren. De bezoek- en waarderingscijfers van de oorlogs- en verzetsmusea, de opkomst bij en belangstelling voor herdenkingen en bevrijdingsactiviteiten en het succes van de Vrijheidstrein in het kader van 65 jaar bevrijding zijn andere graadmeters. Naast herinneren en herdenken is op ‘4 en 5 mei’ steeds meer aandacht voor de manier waarop we nu verantwoordelijkheid nemen voor de vrijheid, zowel in eigen land als in internationaal verband. Herinneringscentrum Bronbeek levert een bijdrage aan de inhoudelijke verdieping van de herdenking op 15 augustus, zodat de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog in het voormalig Nederlands-Indië levend blijft. Educatie Nog steeds ontstaan er nieuwe initiatieven voor publicaties, documentaires, educatief materiaal, musea of bezoekerscentra over de Tweede Wereldoorlog. Het aanbod van online educatieve projecten is enorm. Ook in de museale wereld ontstaan nieuwe vormen en behoeften: bezoekers
zijn steeds meer gericht op beleving. Nederland kent zo’n honderd herinnerings- en bezoekerscentra, oorlogs- en verzetsmusea en publiekstoegankelijke verzamelingen over de Tweede Wereldoorlog. Professionele organisaties met een groot publieksbereik tot lokale of privé-musea met een beperkt bereik. Sommige initiatieven zullen niet houdbaar blijken. Ook worden er door ‘de tweede generatie’ nieuwe ambities geformuleerd waarmee (nu nog) beperkte initiatieven uit zouden moeten groeien tot semi-professionele musea. Erfgoed In 2010 heeft het Ministerie van VWS het programma ‘Erfgoed van de Oorlog’ afgerond waarmee grote hoeveelheden materiaal uit de Tweede Wereldoorlog zijn verzameld, gedigitaliseerd en in kaart gebracht. Bij het NIOD is, in afstemming met het Nationaal Archief en het Nationaal Comité 4 en 5 mei, een coördinatiepunt ingericht dat organisaties stimuleert deze archieven maximaal te blijven bijhouden en te ontsluiten. Het vfonds zet zich ook in om te voorkomen dat erfgoed verloren gaat. Zo redde ze bijvoorbeeld Barak 1b in Kamp Vught, omdat de overheid er onvoldoende geld voor had. Nadat het vfonds in mei 2011 een bedrag van 300.000 euro toekende, kwam het plan voor de restauratie van de barak in een stroomversnelling.
Voorlichting Het voorlichtings- en educatiebeleid over de Tweede wereldoorlog is in 2011 door het Ministerie van VWS overgedragen aan het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Het Comité is gemachtigd subsidies te verstrekken op het terrein van educatie en voorlichting, tot een maximum van 900.000 euro per jaar. De nadruk ligt daarbij op projecten rond specifieke thema’s die onderbelicht zijn gebleven of om extra aandacht vragen. 4.3 VREDE, DEMOCRATIE EN RECHTSSTAAT EN INTERNATIONALE RECHTSORDE Betrokkenheid De huidige politieke ontwikkelingen zorgen ervoor dat het maatschappelijk debat over het democratisch systeem, de grondwet en de grondrechten een impuls heeft gekregen. De structuren van de gevestigde politieke partijen staan ter discussie en de digitalisering is van grote invloed op de deelname aan het democratische proces. Het vfonds ziet dat de betrokkenheid van burgers bij politiek en bestuur afneemt en dat de desinteresse groeit. Een zorgelijke tendens die het belang van organisaties die zich ontfermen over democratie en rechtsstaat aantoont.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
13
Het vfonds ondersteunt vooral projecten die als doel hebben mensen te betrekken bij thema’s als de Grondwet, de geschiedenis van de Nederlandse democratie, het Koninkrijk der Nederlanden, Europa, de rechtsstaat en mensenrechten.
14
Mensenrechten Internationaal gezien staan de militaire interventies in Irak en Afghanistan veel in de belangstelling. De interventies hebben vooralsnog niet tot de beoogde rust, stabiliteit en vrije democratische rechtsstaten geleid. Dat levert de wereldgemeenschap nieuwe vragen op over het nut en de effectiviteit van dergelijke missies en de rol van Nederland daarin. De internationale Sierra Leone- en Joegoslavië-tribunalen hebben bewezen een belangrijke rol te spelen in de verwerking en veroordeling van de crises die in deze landen plaatsvonden. Ook de publieke uitstraling ervan bleek belangrijk: het vergrootte het besef van het belang van mensenrechten en het optreden tegen het schenden van de mensenrechten. 4.4 GOEDE DOELEN EN LOTERIJEN Verantwoording Goede doelen hebben te maken met een steeds kritischer publiek en strenger toezicht. Niet alleen het Centraal Bu-
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
reau Fondsenwerving (CBF), maar ook de maatschappij en de media houden nauwgezet in de gaten waar en hoe gelden voor goede doelen worden verkregen en uitgegeven. Deze groeiende vraag om publieke verantwoording vraagt om meer transparantie en effectieve en efficiënte bestedingen. Deze verantwoording vraagt echter ook veel kostbare tijd. Het is belangrijk daarin een juiste balans te vinden. “Hoe dicht of goed de contracten ook zijn; er moet eerst worden ‘opgehaald’ voordat we kunnen herverdelen. We kunnen elk jaar pas uitgeven als het jaar ervoor de loten zijn verkocht.” Ton Heerts “We krijgen nu de mogelijkheid om, naast de Lotto, met twee benen in twee verschillende emmers te staan. De ene ‘emmer’ heet de BankGiro Loterij en de andere De Nationale Postcode Loterij.” Robert Croll Donaties Door de bezuinigingen bij de overheid zal de druk op particuliere fondsen toenemen. De werving van extra (losse) donaties wordt voor veel goede doelen nog belangrijker. De concurrentie in deze slag om particuliere gelden is intensief en tijdrovend. Daar staat tegenover dat het verwerven van legaten, geld dat mensen nalaten, een forse groei kent. De
wervingsinspanningen verhouden zich daarbij vaak beter tot het resultaat. Dat biedt particuliere fondsen nieuwe mogelijkheden. Het vfonds ontvangt soms ook geld uit erfenissen en wil dat veteranen zelf het doel aangeven van het geld dat zij willen nalaten voor ‘nieuwe kameraden’. Het vfonds heeft deze procedure met ingang van 2013 op een professionele wijze ingevoerd via de website. Loterij Het vfonds is als goed doel voor een groot deel van haar middelen afhankelijk van mensen die loten willen kopen voor een loterij die goede doelen steunt. Gelukkig heeft het vfonds tot en met 2032 een contract met de goededoelenloterijen. De afgelopen jaren kreeg het vfonds van de BankGiro Loterij rond de acht miljoen euro per jaar en dat verwacht het ook in de toekomst te krijgen. Deelnemers aan de loterijen beseffen nu nog niet goed dat een deel van het geld naar het vfonds gaat. Er zijn plannen om de deelnemers bij aankoop van het lot de keuze te geven welk goede doel zij willen steunen. Daarom moet het vfonds meer naamsbekendheid krijgen. In 2012 hebben de BankGiro Loterij en het vfonds samen een pilot geoormerkt werven georganiseerd. Er is een speciale actie opgezet waarbij de helft van de opbrengsten die daaruit voortvloeien speciaal voor het vfonds zijn. Het vfonds ontvangt ook middelen uit De Lotto.
De Nationale Postcode Loterij De BankGiro Loterij was en is de belangrijkste bron van inkomen van het vfonds. Vanaf 2006 profileert de BankGiro Loterij zich nadrukkelijk als loterij voor cultuur. De Nationale Postcode Loterij profileert zich op de terreinen: mens, welzijn en sociale cohesie in Nederland. De veranderingen hebben implicaties voor het vfonds dat niet volledig onder de BankGiro Loterij maar ook niet volledig onder De Nationale Postcode Loterij valt. Het werkterrein Erkenning en Waardering valt bijvoorbeeld prima onder de noemer mens en welzijn van de Nationale Postcode Loterij. Dit geldt ook voor het werkveld Vrede, Democratie en Rechtsstaat terwijl Herinneren, Herdenken en Vieren uitstekend bij de BankGiro Loterij past. De herdenking op 4 mei, de verschillende bevrijdingsfestivals, de verzets- en oorlogsmusea vallen immers onder de noemer cultuur. De indeling in drie werkvelden valt zo goed samen met de loterijen. Bovendien doet deze indeling recht aan waar het vfonds vandaan komt en op weg naartoe is. In overleg met de directie van de Goede Doelen organisaties is besloten om het contract met de BankGiro Loterij een andere vorm te geven en voor de werkterreinen ‘Erkenning en Waardering’ en ‘Vrede, Democratie en Rechtsstaat’ een contract aan te gaan met de Nationale Postcode Loterij.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
15
5. Sterkte-zwakte analyse Door de sterke en zwakke punten van het vfonds in kaart te brengen en de kansen en bedreigingen te analyseren, kan er een goede strategie worden bepaald. Een sterkte-zwakteanalyse kan helpen om beslissingen te nemen en om de positie en de koers te bepalen. In dit hoofdstuk worden de kansen en bedreigingen van het vfonds tegen het licht gehouden.
het vfonds. Voor een belangrijk deel liggen die nog steeds op het vlak van veteranenzorg, maar dan meer ondersteunend (erkenning en waardering) en gericht op vernieuwing en experiment. Voor een ander deel zal het budget verschuiven ten gunste van de nieuwe werkvelden. Door deze koerswijziging kan het vfonds beter en gerichter werken en ook de naamsbekendheid vergroten.
5.1 STERKE PUNTEN EN KANSEN
16
Flexibel Met het nieuwe bureau, gemotiveerde medewerkers en een degelijk administratiesysteem heeft het vfonds een steviger positie gekregen binnen de wereld van goede doelen en loterijen. De organisatie is klein, overzichtelijk, flexibel, benaderbaar en heeft goede relaties met verschillende partijen in het veld. Het vfonds kent bovendien een sterk fundament door haar langlopende contracten met de BankGiro Loterij, Lotto en de Nationale Postcode Loterij. Naamsbekendheid Nu het Ministerie van Defensie de primaire veteranenzorg gaat financieren, ontstaan er nieuwe mogelijkheden voor
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
Beeldvorming De publieke beeldvorming over veteranen is in positieve zin veranderd. Niet langer zijn veteranen oudere mannen, maar men realiseert zich steeds meer dat er ook jonge veteranen zijn. Daarmee krijgt ook het vfonds voor meer mensen een actuele betekenis. De discussies rond democratie en grondrechten leiden mogelijk ook tot nieuwe initiatieven en krijgen ook meer aandacht van onderwijsinstellingen en de media. Kennis Er bestaat bij het vfonds veel kennis over elk werkveld. Deze kennis kan de kwaliteit van de projecten en samenwerking verbeteren. Het vfonds kan zo meer een maatschappelijk investeerder worden dan enkel een subsidieverstrekker.
Inkomstenbron Het vfonds heeft geen achterban van leden of donateurs, maar is voor veel veteranen wel een organisatie waarmee men zich verbonden voelt. Die relatie biedt de mogelijkheid hen aan te spreken op hun solidariteit met andere veteranen en zo het werk van het vfonds te ondersteunen. Met name bij de werving van legaten liggen er bij deze groep kansen om een nieuwe inkomstenbron aan te boren. 5.2 KWETSBARE KANTEN EN BEDREIGINGEN Omvang In de afgelopen jaren heeft het vfonds hard gewerkt aan de opbouw en professionalisering van de organisatie. Tegelijkertijd is het vfonds zich bewust van haar kwetsbaarheid door de beperkte omvang van de organisatie. Tijdelijke uitval van personeel trekt een stevige wissel op de overige medewerkers en heeft directe gevolgen voor de ambities van het vfonds. Omdat de behandeling van binnenkomende subsidieaanvragen de primaire aandacht vraagt, lopen de oriëntatie op nieuwe werkterreinen en het verbeteren van de naamsbekendheid de kans in het gedrang te komen.
Aanvragen Het vfonds heeft verschillende procedures en reglementen opgesteld om de subsidieaanvragen zorgvuldig en gelijk te behandelen. Daardoor dreigt de organisatie bureaucratischer te worden. Het is belangrijk om hier een balans te vinden tussen het toepassen van de regels en een goede aansluiting op het werkveld. Door soms in een vroeg stadium in overleg te gaan met aanvragers kunnen er verwachtingen ontstaan die later door een andere uitkomst in het aanvraagtraject gefrustreerd worden. Het blijft belangrijk om aanvragers te wijzen op dat risico en dus de verwachtingen te sturen. Een relatief beperkt aantal subsidieaanvragers legt een groot beslag op de financiële middelen van het vfonds. Dat heeft invloed op de mogelijkheden om nieuwe werkvelden te betrekken bij het vfonds. Ook moet het vfonds rekening houden met andere partijen als het Oranje Fonds (sociale cohesie en burgerschap), het Prins Bernard Cultuurfonds (erfgoed), het Nationaal Comité 4 en 5 mei (herdenken en vieren) en Democratie en Media (democratie en mensenrechten) die zich (gedeeltelijk) op hetzelfde terrein begeven.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
17
Kansspelen Het vfonds is voor haar inkomsten sterk afhankelijk van de opbrengsten uit kansspelen. Mogelijke wijzigingen in de Wet op de Kansspelen zouden die inkomsten op langere termijn kunnen bedreigen. Als in de toekomst de deelnemers aan loterijen zelf hun goede doel mogen bepalen, is het van belang de naamsbekendheid van het vfonds nu al te vergroten. Het vfonds is nog relatief onbekend bij het grote publiek. Dat belemmert ook de mogelijkheden om andere geldstromen aan te boren.
18
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
6. Maatschappelijk investeren Het vfonds wil zich de komende jaren meer en nadrukkelijker manifesteren als maatschappelijk investeerder. De relatie met haar partners zal niet langer alleen betrekking hebben op het verstrekken van subsidies. In haar veertigjarige bestaan heeft het vfonds een breed en gevarieerd netwerk opgebouwd van uiteenlopende organisaties en personen. Omdat het vfonds door veel organisaties met verschillende plannen en ideeën benaderd wordt, heeft het goed zicht op de ontwikkelingen en initiatieven in het veld. Deze kennis en ervaring wil het vfonds in de nabije toekomst meer gebruiken om partijen en projecten met elkaar in contact te brengen, samenwerkingsverbanden te stimuleren en kansen en mogelijkheden te signaleren. Het wiel hoeft niet steeds opnieuw uitgevonden te worden.
Met deze proactieve, licht sturende betrokkenheid van het vfonds kunnen bestaande en nieuwe initiatieven elkaar versterken en meer maatschappelijke aandacht en effect genereren. Zo zullen subsidies beter renderen. Bij alle initiatieven blijft de eindverantwoordelijkheid bij de externe partijen liggen. Het blijven hun projecten, zij maken de keuzes en plannen en voeren die uit. Het vfonds stelt haar kennis, ervaring en netwerk beschikbaar om tot een hogere kwaliteit te komen.
“We zien nu hoe versnipperd het veld is. We zullen partijen daarom aanmoedigen over de schutting te kijken om te zien waar anderen mee bezig zijn. Meer dan ooit zullen we als initiator optreden en minder vaak wachten op wat er gevraagd wordt.” Robert Croll
Het vfonds wil dus niet alleen subsidies verstrekken, maar ook als een makelaar partijen met elkaar in contact brengen. Ook wil het vfonds met de betrokken organisaties en eventuele andere financiers al in een vroeg stadium de doelen formuleren en de kwaliteit bepalen om een zo goed mogelijk resultaat te behalen. De evaluatie van het project kan als adviserende leidraad gebruikt worden bij soortgelijke initiatieven in de toekomst.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
19
7. Inhoudelijk speelveld In de praktijk blijkt dat het speelveld van het vfonds beter kan worden ingedeeld in drie werkvelden: erkenning en waardering – herinneren, herdenken en vieren en het nieuwe werkveld vrede, democratie en recht. In dit hoofdstuk worden deze drie werkvelden toegelicht en waar mogelijk met voorbeelden uitgewerkt. 7.1 ERKENNING EN WAARDERING
20
Nazorg Het vfonds wil de erkenning en waardering van oorlogs- en dienstslachtoffers en ook slachtoffers van geweld, ontstaan door inzet namens de Nederlandse overheid waar ook ter wereld, bevorderen. Bij erkenning, ondersteuning en waardering staat de mens centraal; personen die kampen met de gevolgen van oorlog of verzet. Het gaat daarbij om (burger-)oorlogsgetroffenen en veteranen die zich hebben ingezet bij internationale vredesoperaties; de groep waar het vfonds een historische band mee heeft. Het was immers het gebrek aan deze zorg die ooit leidde tot oprichting van het vfonds, toen nog SFMO. Daar waar nodig verdienen oorlogsgetroffenen en veteranen hulp bij en ondersteuning bij het verwerken van hun ervaringen. Minstens zo belangrijk
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
is dat ze respect en waardering ontvangen in de maatschappij. Voorlichting, educatie en publiciteit blijven hierbij belangrijke instrumenten. Lotgenotencontact Met de jaren vallen binnen organisaties van oorlogsgetroffenen steeds meer direct betrokkenen weg door vergrijzing en overlijden. Het vfonds ondersteunt een respectvolle afbouw van deze organisaties, eventueel door samenwerking of samenvoeging te stimuleren. In situaties waar jongere generaties het werk van hun ‘voorouders’ overnemen, verandert de rol en functie van de organisatie in de ogen van het vfonds. De organisatie wordt dan niet meer gesteund met als oogmerk ‘lotgenotencontact’ maar het vfonds kan dan eventuele educatieve of voorlichtingsprojecten steunen. Door vergrijzing en overlijden vallen ook diverse organisaties van oudere veteranen weg, met name de verenigingen en comités rond de operaties in Nederlands-Indië. Steeds vaker organiseren ze hun laatste reünie. Reünies hebben een bijzondere betekenis voor de onderlinge saamhorigheid en kameraadschap maar geven ook ruimte voor lotge-
notencontact. Het vfonds blijft missie-gerelateerde reünies daarom ondersteunen, maar ziet geen rol voor het steunen van algemene reünies voor krijgsmachtonderdelen of regimenten. Bestaansrecht Diverse veteranenorganisaties met een wat algemener karakter bevinden zich op een cruciaal punt tussen verleden en toekomst. Het is de vraag of, en in hoeverre, zij in staat blijken verbinding te maken met nieuwe groepen veteranen en andere, actuele behoeften. Het vfonds wil ze actief helpen en faciliteren bij onderzoek naar de mogelijkheden hiervan; bij sommige organisaties zal evenwel geconcludeerd moeten worden dat hun bestaansrecht ontbreekt als het ze niet lukt om deze vertaalslag te maken. Het vfonds gaat de komende jaren met hen een proces aan waarin de algemene steun voor verenigingsactiviteiten wordt omgebogen naar projectsteun. De organisaties kunnen projectplannen ter ondersteuning voorleggen, zodat het vfonds meer zicht krijgt op het bereik en de betekenis ervan en daarmee afgewogen kan kiezen om het wel of niet te financieren. In dat verband zal ook nadrukkelijker gekeken worden naar een eventuele eigen bijdrage. Het vfonds wil stimuleren dat
er nieuwe activiteiten voor nieuwe groepen veteranen worden ontwikkeld en uitgevoerd. Door middel van projectfinanciering zal het vfonds de mogelijkheden bieden en ruimte scheppen om te experimenteren. Veteranenorganisaties worden in staat gesteld om ondersteuning en activiteiten zelf in te kopen bij dienstverleners die een goede prijs-kwaliteitverhouding bieden. Stichting de Basis was voor veel organisaties tot op heden de vaste dienstverlener, omdat een deel van de financiering rechtstreeks van het vfonds naar Stichting de Basis liep. In de toekomst zal de financiering van activiteiten via de veteranenorganisaties lopen. Hulpverlening Omdat jonge veteranen zich niet altijd goed weten te vinden in de bestaande structuren van ‘oudere’ veteranenorganisaties, ontwikkelen zij nieuwe, voor hen meer geschikte, initiatieven. Het vfonds staat in beginsel open voor deze actuele ontwikkelingen, maar zal ze toetsen op bereik en succes, in eerste instantie bijvoorbeeld via pilotprojecten. Deze ‘jongere’ veteraneninitiatieven richten zich vaak sterk op lotgenotencontact. Wanneer hier een behoefte blijkt aan primaire professionele hulpverlening moet daar naar worden doorverwezen. De financiering van deze primaire zorg is een verantwoordelijkheid van (voormalig werkgever) het Ministerie van Defensie of zorgverzekeraars.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
21
22
Het vfonds heeft een historische band met een aantal organisaties die zorg en hulpverlening bieden aan veteranen en hun naasten; in de afgelopen jaren is het vfonds overgestapt van instellingsondersteuning naar projectmatige financiering van deze organisaties. Een vervolg op deze stap is dat op termijn een deel van de budgetten voor activiteiten voor deze doelgroepen (o.a. nazorgdagen) worden uitgekeerd aan veteranenorganisaties, die zo zelf kunnen bepalen waar zij activiteiten inkopen. Een aantal langlopende verplichtingen met betrekking tot nazorgdagen voor de oudere veteranen (voornamelijk BNMO-leden) blijft het vfonds evenwel nakomen en afronden. Bovendien blijft het vfonds in contact met zorgaanbieders over de projectfinanciering van vernieuwende, experimentele vormen van zorg en bijstand die mogelijk leiden naar andere, effectievere behandelingsvormen. 7.2 HERINNEREN, HERDENKEN EN VIEREN Erfgoed Een van de doelen van het vfonds is het levend houden van de herinnering aan oorlog, het herdenken van slachtoffers van conflicten en vieren van bevrijding en vrijheid. Het gaat hierbij om het behoud van erfgoed, herdenkingen en vieringen zoals die op 4 en 5 mei. Wat het erfgoed betreft, zal het vfonds zich in de toekomst hoofdzakelijk richten op de zestien grotere oor-
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
logs- en verzetsmusea en herinneringscentra; instellingen met een landelijke uitstraling en een professionele organisatie. Gezamenlijk belichten zij de belangrijkste invalshoeken van de Tweede Wereldoorlog en kennen een redelijke spreiding over het land. Het in stand houden en exploiteren van deze musea vraagt al een grote inspanning van overheden, fondsen en particulieren. Hoewel er zich bijzondere omstandigheden kunnen voordoen die tot uitzonderingen leiden, is het vanuit houdbaarheid op langere termijn niet gewenst om nog meer relatief professionele musea te ambiëren. Voorlichting, educatie en publicatie blijven belangrijke instrumenten. Musea De oorlogs- en verzetsmusea kunnen zonder grote investeringen hun slagkracht vergroten door meer samen te werken op het gebied van marketing, wisselexposities, methodiekontwikkeling en collectiebeheer. De musea erkennen dat en richten een landelijke koepel van oorlogs- en verzetsmusea op. Het Nationaal Comité 4 en 5 mei, dat op dit vlak de coördinerende rol van het Ministerie van VWS gaat overnemen, kan daarbij zeer behulpzaam zijn. Aanvragen van de grote musea en herinneringscentra voor renovaties of vernieuwingen van gebouwen, samenwerkingsverbanden, innovatieve projecten of eigentijdse en vernieuwende presentaties zullen zorgvuldig worden beoordeeld, onder meer op urgentie, maatschappelijk en financieel draagvlak en potentieel bereik
of uitstraling. Alle musea en erfgoedinitiatieven kunnen aanvragen indienen voor de ontwikkeling van interessante, vernieuwende (wissel)tentoonstellingen met eventueel bijbehorend educatief materiaal. Een eis is dan wel dat er wordt samengewerkt met andere professionele partijen en dat het een aantoonbare aanvulling is op bestaand materiaal. Grensoverschrijdend Met de ondersteuning van projecten door de zestien belangrijkste oorlogs- en verzetsmusea wordt het behoud en de samenhang van belangrijk cultuurhistorisch erfgoed gegarandeerd. Het vfonds kan en wil ook een faciliterende rol spelen bij andere projecten die dit erfgoed onder de aandacht brengen van een groot publiek door bijvoorbeeld tentoonstellingen, documentaires of educatieve projecten te ondersteunen - vanuit de overtuiging dat deze materialen niet in depots bewaard dienen te blijven, maar actief verspreid door het land gebruikt moeten worden voor bijvoorbeeld voorlichting en educatie. Dat educatie, voorlichting en het samenbrengen van cultuurhistorisch erfgoed ook grensoverschrijdend kan, bewijst de ‘Liberation Route’. De route, die een bijdrage van het vfonds kreeg, volgt het pad dat de geallieerden bewandelden tijdens de bevrijding van Europa. Het parcours begint bij Normandië en loopt via Noord-Brabant, Nijmegen,
Arnhem en de Zuid-Veluwe richting Berlijn, gebieden die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog een hoofdrol op het wereldtoneel speelden. De ‘Liberation Route’ is geen kant en klare route. Afhankelijk van persoonlijke interesses kunnen wandelaars, fietsers en automobilisten hun eigen route samenstellen. Bij de verschillende plekken onderweg is een hoorspel te beluisteren over de indrukwekkende belevenissen van één of meerdere personen in de jaren 1944-1945. Archief In 2010 is een grootschalig Tweede Wereldoorlog Erfgoedprogramma van het Ministerie van VWS afgerond; er is de afgelopen jaren 21 miljoen euro geïnvesteerd in het verzamelen, archiveren, digitaliseren en ontsluiten van belangrijk historisch materiaal. Voor het aanvullen, beheer en gebruik hiervan wordt een Coördinatiepunt Erfgoed opgericht waarin Nationaal Archief, NIOD en Nationaal Comité 4 en 5 mei participeren. Het vfonds zal de behandeling van ‘erfgoedaanvragen’ afstemmen met dit coördinatiepunt. Monumenten Monumenten met betrekking tot gebeurtenissen of groepen slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog of naoorlogse conflicten spelen een belangrijke rol in het levend houden
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
23
van de herinnering. Ze bieden in veel gevallen ook een plaats voor herdenking, troost en bezinning. Er zijn inmiddels meer dan 3.000 monumenten in Nederland; het vfonds ziet geen ondersteunende rol voor zich weggelegd bij de oprichting van nog meer monumenten. Indien monumenten met een belangrijke bovenregionale en –cultureelhistorische betekenis in verval raken, kan het vfonds mogelijk een helpende hand bieden - mits het financiële fundament door lokale of regionale partijen wordt gevormd en duidelijk is wie na renovatie verantwoordelijk is.
24
Nationaal Comité 4 en 5 mei Omdat er inmiddels enorm veel educatief materiaal en voorlichtingsmateriaal is ontwikkeld over tal van aspecten van de Tweede Wereldoorlog zal het vfonds terughoudend zijn bij de financiële ondersteuning van nieuw materiaal. Het vfonds is vooral geïnteresseerd in projecten die bijdragen aan implementatie van bestaande materialen en zal aanvragers stimuleren te kijken of dit materiaal met beperkte aanpassingen geactualiseerd of hergebruikt kan worden, bijvoorbeeld met behulp van nieuwe werkvormen of toepassingen voor nieuwe doelgroepen. “Als we onze pijlers, ankers of werkvelden duidelijk hebben, is ons vertrekpunt gegarandeerd: we weten waarom we er zijn, waarom we willen voortbestaan en waar we naartoe willen. Zo
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
laten we de veteranen ook niet los, dat is de bloedgroep waar we vandaan komen. Als we aan onze ankers vasthouden, gaan we ook niet zweven.” Ton Heerts “We weten en beseffen ontzettend goed waar we vandaan komen, de veteranen. Als je niet weet in welke grond je wortel steekt, weet je ook niet welke kant je kruin op groeit.” Robert Croll Met de verschuiving van het subsidieloket voor de ontwikkeling van educatieve materialen over de Tweede Wereldoorlog van het Ministerie van VWS naar het Nationaal Comité 4 en 5 mei (NC)in 2011, start ook een andere aanpak: partijen kunnen niet langer aanvragen indienen voor zelfbedachte projecten maar worden uitgenodigd projectplannen te ontwikkelen rond specifieke thema’s of ten behoeve van speciale doelgroepen. Bij alle aanvragen geldt dat ze een bredere reikwijdte moeten hebben (regionaal, provinciaal maar bij voorkeur landelijk) of als lokale pilots doorontwikkeld kunnen worden tot een format met landelijke uitstraling. Het is voor het vfonds belangrijk om bij deze aanpak in nauw contact te staan met het Nationaal Comité om daar eventueel op aan te sluiten of juist ruimte te creëren voor andere thema’s of benaderingswijzen. De samenwerking met het Nationaal Comité 4 en 5 mei zal voor periode 2013 - 2016 niet alleen voortgezet, maar ook versterkt en intensiever worden. Het vfonds heeft een intentieverklaring met het NC ondertekend waarbij afgesproken is om
de komende drie jaar jaarlijks minimaal een miljoen euro bij te dragen aan het werk van het NC. Het Nationaal Comité zal daarvoor zorg dragen voor een duidelijkere profilering en grotere zichtbaarheid van het vfonds, zowel in de (schriftelijke) uitingen van het NC als in de organisatie van de bevrijdingsfestivals. 7.3 VREDE, DEMOCRATIE EN RECHTSSTAAT Democratie Het vfonds bevordert ook activiteiten op het gebied van vrede, democratie, rechtsstaat en internationale rechtsorde. De komst van Stichting Prodemos, Huis voor Democratie en Rechtsstraat moet gaan voorzien in de behoefte aan voorlichting en educatie over de werking van de parlementaire democratie en de democratische rechtsstaat. In de ogen van het vfonds is financiering van dergelijke activiteiten in eerste instantie een taak van de rijksoverheid. Het vfonds kan een toegevoegde rol spelen bij nieuwe educatieve of voorlichtende projecten en campagnes gericht op doelgroepen die niet door het Huis worden bereikt, of bij het experimenteren met nieuwe methodieken of werkvormen. Participatie Onder meer rond (en naar aanleiding van) de verkiezingen zijn de afgelopen jaren veel grote en kleinere (digitale) initi-
atieven ontplooid die moeten leiden tot nieuwe vormen van democratische participatie. Met behulp van moderne media en sociale netwerken wordt op een laagdrempelige manier geprobeerd een breed publiek te betrekken en actief democratisch burgerschap te stimuleren. Deze projecten zijn uiterst waardevol, juist in een tijd waarin de publieke belangstelling voor en betrokkenheid bij parlementaire en maatschappelijke processen tanende lijkt; ze kunnen bijdragen aan herstel van het vertrouwen in de democratische rechtsstaat. Het vfonds hecht grote waarde aan dergelijke initiatieven en constateert dat de financiering ervan vaak op problemen stuit. Het vfonds bekijkt daarom met veel belangstelling aanvragen van (kleine) vormen van nieuw maatschappelijk, sociaal debat en van actief burgerschap. Dat ook jonge burgers graag willen participeren en een klein initiatief tot iets groots kan uitgroeien, bewijst het door het vfonds gesteunde HOPE XXL. Met HOPE XXL stellen jongeren met elkaar een manifest op voor een betere wereld. Het uiteindelijke doel is om dit aan de Verenigde Naties te presenteren. Het manifest geeft een concreet plan van aanpak voor de grote actuele vraagstukken. Met het programma ‘Join The Future!’ worden mensen in heel Europa uitgenodigd om mee te denken over het manifest, de Liemers List genaamd, vernoemd naar de Liemers regio tussen Arnhem en de Duitse grens.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
25
26
Debat Debatten tussen politieke partijen over brandende maatschappelijke vraagstukken (bijvoorbeeld in het kader van verkiezingscampagnes) vallen niet binnen de doelstellingen van het vfonds: Het vfonds wil wegblijven van partijpolitieke wedijver en stelt zich onafhankelijk op. Universele discussies over het functioneren van de democratie, de groeiende vertrouwensbreuk tussen politici en kiezers, nieuwe vormen van politieke participatie en de toekomst van de rechtsstaat, passen meer in het pakket van het vfonds. Media en regionale debatcentra zijn belangrijke partners voor het op gang brengen van het maatschappelijk debat. Om voor financiering in aanmerking te komen, let het vfonds er vooral op of deze initiatieven meer mensen bereiken dan de kern van reeds geïnteresseerden. Initiatieven gericht op het contact met groepen die zich lijken af te wenden van de democratische rechtsstaat krijgen dan ook prioriteit. Rechtsorde De Europese samenwerking en de Verenigde Naties roepen in Nederland geen warme gevoelens op. Het vfonds is geïnteresseerd in projecten die het belang van dergelijke vormen van internationale samenwerking onderstrepen. Door onder meer het debat over militaire interventies in Irak en Afghanistan, maar ook de zittingen in het (Haagse) Internationale Gerechtshof, heeft de internationale rechts-
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
orde meer aandacht van publiek en pers gekregen. Organisaties die de belangstelling voor mondiale vraagstukken en de Nederlandse betrokkenheid daarbij aanwakkeren, kunnen rekenen op warme interesse van het vfonds. De voorkeur gaat uit naar projecten die nieuwe thema’s binnen dit veld agenderen of met originele werkvormen bredere publieksgroepen weten te bereiken. Ook de uitstraling naar media en beleidsmakers is van invloed bij mogelijke ondersteuning. Het vfonds stak daarom geld in het in mei 2012 geopende bezoekerscentrum van het Vredespaleis. Het Vredespaleis is in de bijna 100 jaar van zijn bestaan, uitgegroeid tot een icoon van Vrede en Recht. Niet voor niets verzamelen zich dagelijks veel toeristen bij de ingang om een foto van het bijzondere gebouw te maken. In het bezoekerscentrum wordt op aantrekkelijke en toegankelijke wijze informatie verstrekt over het Vredespaleis en de instellingen die hierin gehuisvest zijn: het Internationaal Gerechtshof , het Permanente Hof van Arbitrage, de Hague Academy for International Law en de Peace Palace Library. In een tentoonstelling en een film worden de historische context waarin het gebouw is ontstaan, de gebruikers van het Vredespaleis en hun rol op het wereldtoneel voor een breed publiek voor het voetlicht gebracht.
8. Subsidierichtlijnen Het vfonds subsidieert jaarlijks projecten die te maken hebben met de zorg voor en het bevorderen van het begrip voor veteranen, het herdenken van oorlogen en vredesmissies of het vieren van vrijheid, de voorlichting en het bevorderen van het historisch besef van de Tweede Wereldoorlog en latere missies, monumenten en erfgoed, reünies en educatieve reizen. In dit hoofdstuk wordt het subsidiebeleid van het vfonds uiteengezet. Projectfinanciering De afgelopen jaren is de subsidieverstrekking door het vfonds veranderd. Organisaties worden niet langer als geheel ondersteund, maar afzonderlijke projecten kunnen voor subsidie in aanmerking komen. Met projectfinanciering in plaats van totaalfinanciering wil het vfonds beter zicht krijgen op de effectiviteit van de projecten en de toegekende subsidies. Inmiddels wordt deze vorm van financiering gebruikt bij alle nieuwe subsidieaanvragers. Ook bij organisaties waarmee het vfonds een intensieve, langlopende verbintenis heeft, wordt deze aanpak in samenspraak de komende jaren doorgevoerd. De algemene overheadkosten moeten ook in de projecten opgenomen worden. In de nieuwe beleidsperiode wordt op
basis van de ervaringen bekeken hoe deze overheadkosten doorberekend kunnen worden. Medefinancier Het vfonds subsidieert in principe nooit volledige projecten. Ze is per definitie medefinancier en verlangt van organisaties dat zij ook andere vormen van financiering regelen. Bijvoorbeeld bij collega-fondsen, uit eigen bijdragen of uit entreegelden. Het vfonds kan hierbij een adviserende rol spelen. In de komende jaren zoekt het vfonds actiever naar afstemming met collega-fondsen. Van de organisaties die subsidie willen ontvangen, wordt bovendien verwacht dat ze samenwerken om de versnippering van het werkveld tegen te gaan. Beoordelingscriteria Bij de inhoudelijke toetsing van subsidieaanvragen hanteert het vfonds een aantal belangrijke voorwaarden. De eerste en belangrijkste is of een project onder één van de drie werkvelden van het vfonds valt. Vervolgens wordt er gekeken naar de andere uitgangspunten die een leidraad zijn bij de uiteindelijke beslissing over subsidietoekenning. De voornaamste criteria zijn de inhoudelijke betekenis, doelen en publieksbereik van een project: wat wordt hoe, met wie en voor wie bereikt? Het
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
27
vfonds geeft de voorkeur aan vernieuwende initiatieven en beoordeelt nadrukkelijk onderwerp(en), vorm(en), doelgroep(en) en het gebruik en de toepassing van bestaande materialen. Projecten moeten effectief en efficiënt zijn en de doelen meetbaar. Het maatschappelijk draagvlak en de uitwerking worden ook beoordeeld. Gaat het bijvoorbeeld over een soloproject of een breed samenwerkingsverband?
28
Richt het project zich op een beperkte of een uitgebreide doelgroep? Wat zijn de beoogde effecten op korte én langere termijn? Staat dit bereik in relatie tot de (financiële) investeringen? Bij het verstrekken van subsidie zal het vfonds ook streng gaan toezien op de naamsvermelding van het vfonds. Het vfonds als medefinancier moet duidelijk worden vermeld anders vervalt er een deel van de bijdrage. Op die manier moet de naamsbekendheid en zichtbaarheid van het vfonds worden vergroot. Onderzoek Tot op heden financierde het vfonds geen (wetenschappelijk) onderzoek. In de toekomst wordt wel ruimte vrijgemaakt voor toegepaste, praktijkgerichte onderzoeksprojecten, waarbij methodische of inhoudelijke vernieuwing als belangrijk criterium geldt. Ook hier fungeert het vfonds als medefinancier en dienen betreffende organisaties zelf voor andere geldstromen te zorgen.
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
Verantwoording Het vfonds moet, net als andere goede doelen, verantwoording afleggen aan het publiek en de financiers (de loterijen) en aantonen dat verstrekte subsidies efficiënt en effectief zijn besteed. Dit betekent dat de gesteunde projecten met tekst, cijfers en beeld inzage moeten geven in de bereikte resultaten en effecten van uitgevoerde activiteiten. In de afgelopen jaren heeft het vfonds daar al veel aandacht aan besteed, maar in de nieuwe beleidsperiode komt hier een nog zwaarder accent op te liggen. In de beoordeling van de aanvragen wordt nadrukkelijker gekeken in hoeverre de doelstellingen concreet en meetbaar geformuleerd worden. Indien nodig worden aanvragers ondersteund bij een zo scherp mogelijke formulering. Ook worden er methodieken ontwikkeld om de organisaties zo goed mogelijk op weg te helpen bij het concreet en inzichtelijk afleggen van hun (financiële) verantwoording. Door vooral met grotere projecten in contact te blijven tijdens de ontwikkeling en uitvoering, kan het vfonds permanent wijzen en sturen op de uiteindelijke verantwoording. Budget Het vfonds bepaalt jaarlijks op basis van de verwachte resultaten van de loterijen en de gerealiseerde opbrengsten uit het belegde vermogen het subsidiebudget. Door het be-
schikbare budget te verdelen over de zes subsidierondes en de drie inhoudelijke werkterreinen is duidelijk welk bedrag er beschikbaar is voor iedere subsidieronde en kunnen helderder afwegingen worden gemaakt. Door veranderende maatschappelijke omstandigheden en voortschrijdend inzicht is het soms nodig om het subsidiebeleid aan te passen. Het vfonds zal in iedere laatste vergadering van de Raad van Bestuur van het jaar het exacte subsidiebeleid voor het daaropvolgende kalenderjaar vaststellen en noodzakelijke of gewenste aanpassingen hierin verwerken. Klachtenprocedure Een organisatie die een subsidie heeft aangevraagd kan zich binnen zes weken na kennisgeving éénmalig beklagen over de beslissing tot (gedeeltelijke) afwijzing van de aanvraag, de wijze van totstandkoming van deze beslissing en/of het niet volgen van de gedragscode van het vfonds. Voorwaarde daarbij is dat er sprake is van nieuwe feiten, omstandigheden of gegevens, die niet eerder bekend waren of bekend hadden kunnen zijn.
genheid wordt gesteld de klacht nader toe te lichten. De klachtencommissie brengt advies uit aan de Raad van Toezicht over de al dan niet gegrondheid van de klacht en over de eventueel te nemen maatregelen. Op basis van dat advies zal de Raad van Toezicht in de eerstvolgende vergadering een gemotiveerde uitspraak doen. De gehele klachtenprocedure is te vinden op de website.
”Het is soms nog even wennen maar we moeten minder bescheiden zijn en ons wat meer op de borst kloppen. Weet ons te vinden. We zijn belangrijk. We zijn maatschappelijk relevant. We willen een speler van formaat zijn in het krachtenveld waar het om gaat. Dat zijn de ambities die we waar willen maken om dat we het verschil willen maken.” Robert Croll
“We willen hét fonds zijn dat met privaat geld in vrede investeert. Daar hoort een grote naamsbekendheid en een groot bereik bij.” Ton Heerts
Binnen twee weken na ontvangst ervan stelt het secretariaat de klacht in handen van de klachtencommissie en bericht klager over de verder te volgen procedure en te verwachten termijnen. Indien de klachtencommissie daartoe aanleiding ziet, bepaalt zij een hoorzitting, waarop klager in de gele-
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
29
9. Communicatie Gerichte communicatie blijft onontbeerlijk om de naamsbekendheid van het vfonds te vergroten en daarmee het profiel van het vfonds te versterken. Dat is onder meer belangrijk om in de toekomst nieuwe inkomstenbronnen aan te boren. Het vfonds moet haar maatschappelijke betekenis en doelen daarom helder uitdragen om zo bekend(er) te worden bij een breed publiek en specifieke doelgroepen.
30
Projecten Het vfonds verwacht dat de projecten die zij financieel ondersteunt in hun uitingen expliciet aandacht besteden aan het vfonds als medefinancier. In de komende jaren zal het vfonds hierin nog nadrukkelijker een eigen plek opeisen door zich actiever te verbinden aan deze projecten en al in een vroeg stadium met betrokken organisaties te bespreken op welke manieren het vfonds uitgedragen wordt. De communicatieadviseur van het vfonds adviseert de projectadviseurs over het communicatiebelang van de projecten en levert de partners vervolgens toegesneden informatie en materialen. Daarnaast worden door het vfonds gesteunde projecten opgenomen in de interne en externe communicatiekanalen van de BankGiroLoterij en de Nationale Postcode Loterij.
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
Eigen communicatie Het vfonds opereert in een dynamisch veld met potentiële subsidieaanvragers, goede doelen, loterijen en maatschappelijk organisaties. Het is heel belangrijk dat zij bekend zijn en blijven met het profiel en de doelstellingen van het vfonds. Met onder meer de website, digitale nieuwsbrieven en jaarverslagen blijven deze contacten op de hoogte van actuele ontwikkelingen. Het vfonds organiseert zelf slechts een beperkt aantal eigen activiteiten rond gesteunde projecten en/of evenementen met een specifiek of groot publieksbereik, zoals de Bevrijdingsfestivals en de Veteranendag. In tegenstelling tot afgelopen jaren kiest het vfonds er voorlopig niet voor zich hier met eigen activiteiten te presenteren. In de toekomst is het echter heel goed mogelijk dat het vfonds zich wederom met eigen activiteiten presenteert om zich beter te profileren in samenwerking met de BankGiro Loterij en de Nationale Postcode Loterij. Samenwerking In de komende jaren worden gesteunde projecten extra onder de aandacht gebracht in samenwerking met de betreffende organisatie en het vfonds. Ook hier geldt dus dat er meer gebruik gemaakt wordt van bestaande middelen en
initiatieven. Zo zal het vfonds bijvoorbeeld op de Bevrijdingsfestivals niet langer aanwezig zijn met de eigen V-Game maar zich presenteren met visueel materiaal over (jonge) veteranen uit gesteunde projecten als een foto expositie over veteranen en Veteranen Actief. Door de samenwerking met deze organisaties aan te gaan wordt de reikwijdte en uitstraling van deze projecten vergroot. v-prijs In het verleden reikte het vfonds de jaarlijkse v-prijs uit. Samen met het Nationaal Comité jongeren daagde het vfonds mensen uit hun visie op de vrijheid te verwoorden. Dit initiatief bleek niet aan de verwachtingen te voldoen. Er is dan ook besloten om na de uitreiking van de v-prijs in 2009 niet meer door te gaan. Een nieuw project waarbij veteranen onder begeleiding van literaire schrijvers hun ervaringen optekenen, is op verzoek van het vfonds uitgewerkt door de Basis. Dit idee heeft geleid tot een boek met indrukwekkende verhalen. Het project snijdt aan twee kanten: enerzijds helpt het veteranen met de verwerking van hun ervaringen, anderzijds helpen de verhalen bij het krijgen van erkenning en waardering bij het grote publiek. De v-prijs wordt in de toekomst wellicht veranderd in de v-rede: een project met HOPE XXL in samenwerking met de VARA.
Loterijen Het vfonds heeft een bijzondere relatie met de BankGiro Loterij, en in de toekomst met de Nationale Postcode Loterij, en de Lotto als voornaamste begunstigers. Om bij alle medewerkers binnen deze organisaties – van directeur tot telefoniste – het vfonds bekend te maken en zo de wederzijdse betrokkenheid te vergroten, wordt jaarlijks een speciale activiteit georganiseerd waarin zij geïnformeerd worden over de doelen en projecten van het vfonds. Ook voor de medewerkers van de Nationale Postcode Loterij wordt in de toekomst wellicht zo’n speciale activiteit georganiseerd. Relatiemarketing Voor het onderhouden en verstevigen van de eigen relaties organiseert het vfonds op 5 mei jaarlijks de boottocht rond het Concert op de Amstel dat door het Nationaal Comité 4 en 5 mei wordt georganiseerd. Het concert is elk jaar opnieuw een belevenis en de boottocht biedt goede mogelijkheden om met relaties te spreken over de ontwikkelingen in veld. Ook kunnen verschillende organisaties in een ongedwongen sfeer met elkaar in contact worden gebracht. Elke twee jaar wordt een bijzondere bijeenkomst op een unieke locatie belegd waarbij een grote groep relaties van het vfonds elkaar informeel ontmoet. Tijdens deze bijeenkomst wordt een aantal opzienbarende projecten gepresenteerd. In 2012 heeft het vfonds een onderwijsconferentie
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
31
‘Investeer in Vrede’ georganiseerd over vredeseducatie. Een speciale website is, i.s.m. het NC, gelanceerd om vraag en aanbod van vredeseducatie te bundelen: www.lesmateriaaloorlogenvrede.nl.
32
Samenwerkingen De samenwerking met het Nationaal Comité 4 en 5 mei zal in 2013 tot 2016 niet alleen continueren, maar ook versterkt en intensiever worden. Het Nationaal Comité zal daarvoor zorg dragen voor een duidelijkere profilering en grotere zichtbaarheid van het vfonds, zowel in de (schriftelijke) uitingen van het comité als in de organisatie van de bevrijdingsfestivals. Andere belangrijke nieuwe partners zijn het Movies that Matter filmfestival, het Ministerie van Vrede, Hope XXL, de Multatuli Lezing en de Taptoe. Allemaal initiatieven die het vfonds de komende jaren wil ondersteunen.
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
10. Financieel beleid Naast de inkomsten uit de loterijen is het vermogensbeheer een belangrijke bron van inkomsten voor het vfonds om jaarlijks projecten te kunnen ondersteunen. In dit hoofdstuk worden enkele belangrijke onderdelen van het financieel beleid genoemd. Het vfonds heeft een contract met de BankGiro Loterij en de Lotto en in de toekomst ook met de Nationale Postcode Loterij. Eigen fondsenwerving Door een verdergaande vergrijzing binnen enkele veteranenorganisaties zullen deze de komende jaren waarschijnlijk ophouden te bestaan. Een aantal van deze organisaties ontvangt nu met regelmaat legaten (erfenissen) en donaties uit hun eigen doelgroep. Het vfonds gaat met hen in gesprek over het eventueel overdragen van dergelijke schenkingen. Daarnaast gaat het vfonds op bescheiden schaal legaten werven onder deze specifieke erflaters en hen wijzen op haar deels vergelijkbare rol en doelstellingen. Het vfonds heeft deze procedure met ingang van 2013 op een professionele wijze ingevoerd via de website. Deze legaten en schenkingen kunnen resulteren in een belangrijke, nieuwe extra inkomstenbron voor het vfonds.
Beleggingen Omdat met de opbrengsten van het vermogensbeheer een belangrijk deel van de projecten wordt ondersteund, wil het vfonds het vermogen handhaven op het huidige niveau. In het beleggingsstatuut zijn de principes en overige uitgangspunten voor het beleggingsbeleid van het vfonds vastgesteld. Het vfonds heeft met de twee huidige vermogensbeheerders afspraken gemaakt over een duurzaam beleggingsbeleid. Dit betekent dat er niet wordt belegd in projecten die belastend zijn voor het milieu of in projecten waar mensen- en vakbondsrechten worden geschonden. Bestuurs- en bureaukosten Het vfonds heeft een bescheiden bureau voor het fondssecretariaat, de behandeling van subsidieaanvragen, het relatiebeheer en de communicatie. Naast de directeur zijn er zes parttime medewerkers in dienst. Voor de inschaling en salariëring van de directeur geldt vanaf 1 juli 2012 de Regeling beloning directeuren VFI (brancheorganisatie van Goede Doelen), voor de overige medewerkers wordt de CAO Welzijn toegepast. De leden van de Raad van Bestuur en Raad van Toezicht zijn onbezoldigd.
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
33
34
vfonds - Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg
Colofon Uitgave vfonds december 2012 Redactie Joep van Zijl, Marineke Wensink Productie btz vorm en regie
TOEKOMSTVISIE 2013 - 2017
35
Oranje Nassaulaan 5 5211 AR ’s-Hertogenbosch 073 613 91 00
[email protected] www.vfonds.nl
Bijdragen van de BankGiroloterij en de Lotto en de Nationale Postcode Loterij maken het werk van het vfonds mogelijk.