Verslag Middagbijeenkomst De proclamatie van de negen (voorafgaand aan debat van barbecue tot burenhulp) 25 juni 2008 De Rode Hoed te Amsterdam Inleiding Deze middagbijeenkomst in de Rode Hoed over sociale samenhang is georganiseerd om input te leveren voor het debat Van Barbecue tot burenhulp dat ‘avonds plaatsvond. Het traject Wmo in de buurt vormde de directe aanleiding voor de organisatie van de middag voorafgaand aan het sociaal debat. In 9 gemeenten wordt al ruim anderhalf jaar gewerkt aan het eerste prestatieveld van de Wmo: het bevorderen van leefbaarheid en sociale samenhang in dorpen buurten en wijken (zie voor meer informatie www.dsp-groep.nl/wmo). DSP-groep en bureau Ruyterveer begeleiden deze gemeenten en monitoren de voortgang. Het Ministerie van VWS subsidieert het traject. Tijdens de middag stond de gemeentelijke praktijk centraal. De inhoudelijke vraag was: wat ervaren de negen gemeenten bij het (gebiedsgericht) werken aan het eerste prestatieveld van de Wmo en daarbij het bevorderen van sociale samenhang in het bijzonder. Ofwel: Waar lopen de gemeenten tegenaan en welke kwesties willen ze onder de aandacht van het Rijk en het publieke debat brengen? Het doel van de middag was de lokale praktijk terug te laten komen tijdens het debat. Drie wethouders van drie gemeenten is van te voren gevraagd tijdens de middag een brandende kwestie naar voren te brengen en toe te lichten. De brandende kwesties werden op de middag zelf audiovisueel ondersteund door filmpjes van zes minuten per gemeente. De opnames zijn in de weken voorafgaand aan het debat gemaakt door Umamedia (Breda) en zijn te zien via www.dspgroep.nl/wmo. Opzet van de middag/verloop: Na vertoon van de filmpjes en de toelichting over de 'brandende kwesties' van drie gemeenten is in drie subgroepen verder gediscussieerd over de kwesties. Doel was in de subgroepen het probleem nader te verkennen en een aantal stellingen naar aanleiding van de problematiek te formuleren. Evelien Tonkens en Pieter Hilhorst hebben hun impressies van de werkzaamheden in de subgroepen weergegeven en geholpen bij het opstellen van de Proclamatie. De opdracht van Evelien Tonkens was om de stellingen zo prikkelend mogelijk te maken. Ieder groepje moest drie prikkelende stellingen maken. Aan Pieter is gevraagd het geheel in goede banen te leiden.
Verslag proclamatie van de negen, De Rode Hoed te Amsterdam, 25 juni 2008
1
Brandende kwestie 1: Julianadorp (Den Helder) Na een filmpje over Julianadorp (waarin buurtbewoners, de wethouder en een medewerker van het wijksteunpunt aan het woord komen) licht wethouder Paul Kragt het filmpje toe. Julianadorp is een wijk met een oude kern en daarbij veel nieuwbouw. Ook probeert men in de wijk lichtverstandelijke gehandicapte jongeren (LVG-ers) zelfstandig in de wijk te laten wonen (participatie kwetsbare groepen). Kragt mist met name (welzijns) functies voor jongeren in de buurt. Ook maakt hij zich zorgen over de positie van hangjongeren in de wijk die speeltuintjes voor de kleintjes vernielen en de LVG-ers meetrekken in verkeerd gedrag. Hij wil weten hoe deze problematiek opgelost moet worden. Ook vind hij dat sociale samenhang inhoudt dat je mensen, en dus ook deze jongeren, moet kunnen aanspreken op hun gedrag. In de groepsdiscussie onder leiding van Rento Zoutman gaat men vervolgens dieper in op de kwestie van de LVG-ers. •
Kernvraag is: Hoe kan je succesvol “moeilijke en kwetsbare” jongeren zelfstandig in een wijk laten wonen. De jongeren willen dat zelf heel graag, maar komen moeilijk aan het werk en zijn makkelijk te verleiden tot ongewenst gedrag (drugs, alcohol, kleine criminaliteit etc). De instelling is niet gewend om cliënten “buiten de muren” te begeleiden en zoekt naar een goede vorm. Ook voor de gemeente is het nieuw. Hoe is het werkbaar? Nu wordt op incidenten met crisismanagement gereageerd.
•
De wijk heeft moeite met deze bewoners. De integratie komt niet goed tot stand en de jongeren zorgen voor overlast en voelen zich niet geaccepteerd. Hoe zorg je als gemeente dat de wijk deze kwetsbare mensen opneemt.
•
Er gaan stemmen op om met alle partners in de wijk in contact te treden en een strategie te bepalen (welzijnsinstellingen, scholen, ondernemers, etc.),
•
Er wordt gedacht aan “dwingende” maatregelen, zoals het verminderen van subsidies aan sportverenigingen die kwetsbare mensen uitsluiten. Ook zou je ondernemers moeten stimuleren om LVG’ers in dienst te nemen of een stageplek te bieden.
•
Een andere mening is dat de jongeren het wel moeten aankunnen. Als ze dat niet kunnen moeten ze gewoon terug naar de instelling, dan zijn ze niet geschikt om zelfstandig te wonen en deel te nemen aan de samenleving.
•
Er wordt ook gepleit voor wederkerigheid. Wat kan je van deze mensen verwachten. Wat is hun bijdrage aan de wijk of buurt? Ze moeten ook iets te bieden hebben. Als ze dat niet hebben, horen ze er ook niet thuis.
•
Hoe betrek je de bewoners van de wijk bij deze problematiek. Spelen ze wel een rol, kan je dat als gemeente van ze verwachten?
Brandende kwestie 2: Geitekamp (Arnhem) Na het introductiefilmpje van Arnhem, waar o.a. de wijkmanger en de opbouwwerkster aan het woord komen, licht wethouder Barth van Eeten de kwestie toe. De Geitenkamp is een mooie wijk, maar met veel kleine huurwoningen en nauwelijks koopwoningen. Mensen trekken dus snel de wijk uit als ze groter willen wonen. Ook hebben mensen weinig vertrouwen in de gemeente. De gemeente heeft ook nooit geprobeerd om het woningaanbod te differentiëren. De gemeente heeft
Verslag proclamatie van de negen, De Rode Hoed te Amsterdam, 25 juni 2008
2
te lang vanuit het centrum van de macht beleid gemaakt, zonder de bewoners actief te betrekken bij planvorming. Nu is het tijd voor een cultuuromslag om de wijk anders in te richten naar de wensen van de bewoners. Maar hoe doe je dat? •
Tilburg neemt als eerst het woord en gooit gelijk zijn brandende kwestie op tafel. "Instellingen vragen eerst om geld en gaan dan pas bedenken hoe en wat ze willen doen. Ze zeggen: "Geef ons geld en wij zetten een Wmo loket op". De gemeente wil het anders. We weigeren het financiële zetje te geven. Als eerst bedacht wordt wat er moet komen en hoe dat moet gebeuren, dan komt het geld vanzelf!" •
"Waar gaat het dan fout?" wordt er gevraagd. "De samenwerking loopt niet goed". Ja, maar wat is de reden daarvan? Zijn het de verkeerde personen? Ligt het aan de instellingen, de cultuur van Brabantse gezelligheid? Nee, daar heeft het niks mee te maken!, wordt er geroepen. Het ligt aan de gemeente. Die moet lef tonen; prikkelen en uitdagen! "Juist! laten we ze het geld afnemen, subsidie halveren en dan het afgenomen geld bewaren tot ze met een goed bestedingsplan komen". Niemand lijkt hier echt warm voor te lopen."Maar wat is nu eigenlijk het probleem? Willen burgers wel een Wmo-loket?" Ja, ze willen maatschappelijke zorg in de wijk; een consultatiebureau en politie.
•
Barth van Eeten van Arnhem komt nu met zijn brandende kwestie: "bewoners voelen zich in de steek gelaten. 'Dorp in de stad', dat willen mensen. Mensen willen elkaar ontmoeten, maar ook van de problemen af. Niet alleen gezelligheid, maar ook veiligheid.
•
Verschillende mensen zijn het er niet mee eens en uiten hun kritiek. Pieter Hilhorst grijpt in: wat is op abstract niveau de oorzaak? "Mensen voelen zich in de steek gelaten". Daar lijkt iedereen het over eens te zijn. Er wordt op ingehaakt: ja, mensen durven niet te bellen naar instanties, of hebben kinderen en gaan dan echt de stad niet in. We moeten naar de mensen toe. Dat is wat wijkmanagers doen bij de gemeente. Instellingen zouden dat ook moeten doen. Praten met de mensen".
•
"Als instellingen de mensen niet bereiken, doen ze hun werk niet goed. We noemen ze ook wel cliëntmijdende instellingen. En als wij dan zeggen, doe er iets aan, dan zeggen zij: geef ons geld! Hoe zorgen we dat dat verandert? De regiefunctie naar instellingen toe moet veranderen". Hoongelach stijgt op. "Regie is not done". Het verboden woord wordt niet meer uitgesproken, maar de discussie gaat op dezelfde voet verder. Pieter Hilhorst stelt twee vragen: waarom zien de instellingen niet dat ze het verkeerd doen en waarom komen ze er mee weg?
•
Weer komt het punt naar voren dat er eerst een plan moet komen en dan pas gekeken moet worden naar de geldkwestie. Een voorbeeld is de daklozenopvang Waalwijk: Traverse. Het is een lichtere vorm waarbij een paar huizen beschikbaar gesteld moesten worden. Na een jaar lag er 3,5 miljoen klaar. De reden daarvoor is dat iedereen zich wilde verbinden met de inhoud en daardoor actief zoekt naar oplossingen. Dus wat je moet doen is het creëren van gezamenlijke belangen.
•
Het zit in het middenmanagement, de uitvoering. De stelling zou dan moeten worden: "breder en hoger de wijk in". Het mobiliseren van professionals.
•
Een nieuwe stelling wordt geopperd: "macht aan de uitvoerenden". "Dat kun je doen door een team van vijf, zes instellingen samen te stellen en dan de beslissende macht afstaan". Velen zijn het er mee eens, al hebben sommigen het moeilijk met het woord 'macht'. "We moeten naar zelfsturende teams toe, de macht breken". (Belangen zijn makkelijk te
Verslag proclamatie van de negen, De Rode Hoed te Amsterdam, 25 juni 2008
3
verenigen. Pieter Hilhorst gooit er nog een wetenschappelijke term tegenaan: de vervreemding onder instellingen tegengaan. Hij is nog niet tevreden en geeft daarom de volgende opdracht: bedenk allemaal een stelling waarvan je weet dat niemand het er mee eens zal zijn. Maar jijzelf moet er wel achter staan. Een stelling waar je je een beetje voor schaamt, roept u maar! •
De eerste gedurfde uitspraak rolt over tafel: "Geef bewoners geen bevoegdheid tot beslissen, want dat kunnen ze niet".
Brandende kwestie 3: IJburg (Amsterdam) Na het introductiefilmpje van IJburg, waar onder andere de wethouder, kunstenaars, buurtbewoners en de marktmeester aan het woord komen, licht wethouder Jan Hoek de kwestie toe. IJburg is opgezet als een wijk zonder scheidslijnen. Waarin iedereen zelfstandig kan wonen. Maar klopt dat nog wel. Is het geen onwerkbaar dogma geworden. Wat is er mis met een mooi groot bejaardentehuis in een wijk. Het blijkt dat veel mensen liever met gelijkgestemden willen wonen dan verspreid zelfstandig over een wijk. Moet je wel iedereen door elkaar heen willen laten wonen om zo integratie “op te leggen”. Werkt dat wel, moet je niet meer rekening houden met leefstijlen? En zo zijn er nog wel meer dogma’s te benoemen. Wat doen we daarmee? De thema’s keuzevrijheid, tolerantie en overlast vormen vervolgens de rode draad van in de groepsdiscussie onder leiding van Paul van Soomeren. Verder gaat het over variatie in het woningaanbod en de eigen verantwoordelijkheid voor burgers. •
Wethouder Jan Hoek signaleert nieuwe dogma’s op IJburg. “Zo lang mogelijk zelfstandig wonen” staat niet meer ter discussie terwijl het maar de vraag is of mensen dit zelf wel willen. Hij betwijfelt of iedereen nog wel kan wonen zoals hij zelf wil. Er is nu op IJburg te weinig sprake van keuzevrijheid. Keuzes worden uitgesloten. Hij pleit daarom voor de bouw van een ouderwets verzorgingstehuis met ruimte voor 200 personen.
•
Een van de sprekers bracht in dat IJburg extreem gemengd is opgezet. Er is veel diversiteit in afkomst, inkomen en leefstijl van de bewoners. Dit is niet op organische wijze ontstaan, maar opgelegd vanuit het ideaal dat dit tot een ‘goede samenleving’ zou leiden. Jan Hoek gebruikte de metafoor van limonade mengen tot je de juiste verhouding of smaak hebt bereikt. Dit is in werkelijkheid niet mogelijk. “Je kunt er geen water uithalen als het mis dreigt te gaan”. Soort zoekt soort en daarom zouden “hun soort mensen per blok moeten samen wonen”. Met andere woorden: “Gemengd bouwen is ondoordacht”.
•
“Wantrouw sociale cohesie: voor je het weet is het verstikkend”. De aanwezigen wezen op het risico van betutteling. “Opgelegd koffie drinken bij de buren is niet de weg die we op moeten”. Anderen zeggen dat het begrip sociale cohesie overrated is. Maar ook wordt gewezen op het gebrek aan contacten tussen mensen.
•
Er is onbenutte ruimte nodig voor ontmoeting tussen mensen. Dit wordt ook wel omschreven als scharrelruimte. In Eindhoven wordt hier aan gewerkt.
•
Laat mensen hun eigen onderlinge problemen oplossen en grijp pas in als ze elkaar echt dreigen te vermoorden. Dan ontstaat sociale cohesie. Overlast is vaak een goede aanleiding om mensen bij elkaar te krijgen. Een deelnemer wijst erop dat het goed zou zijn om dit probleem eerst bij bewoners neer te leggen en te vragen wat zij er zelf aan zouden kunnen doen om te voorkomen dat dit nog een keer gebeurt. Maar: ‘als je iets zegt krijg je het ook weer om je oren’. Kortom, de tolerantie is laag.
Verslag proclamatie van de negen, De Rode Hoed te Amsterdam, 25 juni 2008
4
•
Evelien Tonkens zegt dat het ‘Paarse’ kabinet opnieuw wordt uitgevonden in de workshop.
Presentatie van de proclamatie van de negen Iedere subgroep heeft drie stellingen geformuleerd, die door Pieter Hilhorst en Evelien Tonkens zijn aangescherpt. 1. Buurtbewoners met een verstandelijke handicap of psychiatrische problemen die voor overlast zorgen moeten terug het bos in. 2. Voor wat hoort wat: alleen degene die wat te bieden heeft is welkom in de wijk. 3. Vermaatschappelijking van de zorg is pas succesvol als Albert Heijn op de kwetsbaren let. 4. Laat de uitvoerders de politieke agenda opstellen. 5. Buurt gemengd, per blok gesorteerd. 6. Een half jaar geen beleid. 7. Schandpaal voor cliëntmijdende instellingen. 8. Keuzevrijheid betekent dat in de wijk ook een klassiek bejaardentehuis moet staan. 9. Sociale cohesie is ook sociale beklemming. 10. Weg met alle projecten! Met een stickermethode hebben vervolgens alle aanwezigen de drie belangrijkste en meest aansprekende stellingen benoemd, die vervolgens tijdens het debat aan staatssecretaris Jet Bussemaker zijn overhandigd als proclamatie van de negen. De stellingen zijn: • Voor wat hoort wat. Alleen wie wat te bieden heeft is welkom in de wijk. • Vermaatschappelijking van de zorg is pas geslaag als Albert Heijn op de kwetsbaren let. • Buurt gemengd, per blok sorteren.
Verslag proclamatie van de negen, De Rode Hoed te Amsterdam, 25 juni 2008
5