Verslag Hortikreta ‘Horticulture in Kreta’
Stage voor opleiders Tuinbouw en Natuur- en landschapsbeheer van het VVKSO Van vrijdag 23 april tot maandag 2 mei 2010
Project van het Europees LLP programma “Een leven lang leren” Leonardo de Vinci mobiliteitsproject “uitwisseling” Projectnummer LLP-LdV-VETPRO-2009-BE-311 Dit project werd uitgevoerd met de financiële steun van de Europese Commissie
Vrijdag 23 april 2010 Bezoek MAICh
Foto 1: De groep in de MAICh met mevrouw Christini Fournaraki Na een geslaagde vliegtuigreis en een eerste Griekse maaltijd in ons hotel, zijn we vertrokken naar MAICh, het Mediterranean Agronomic Institute of Chania. Op de dienst beheer Herbarium, zaadbank en botanische tuin kregen we een zeer interessante uiteenzetting van mevrouw Christini Fournaraki. Zij bezitten een digitale plantenbibliotheek.
Foto 2: Mevrouw Christini Fournaraki toont ons diverse opzoekwerken over de mediterrane flora.
2
In het Herbarium bevinden zich 2200 Taxa of soorten uit de Mediterrane zone van Kreta. 220 (dus 10%!) zijn endemisch. Endemisch betekent dat deze planten enkel voorkomen in zeer specifieke delen van de wereld. Diegene die wij kunnen bewonderen, bevinden zich dus enkel hier op Kreta. De planten groeien van nature vooral in onherbergzame gebieden in de kloven en de witte bergen van Kreta. Er zijn ongeveer 66 bedreigde plantensoorten. Om deze planten te beschermen is er vanuit Europa een project opgestart dat een onderdeel is van Natura2000, Life genaamd. Dit bestaat erin om kleine ‘micro-reserves’ te creëren. Het houdt in dat kleine stukken biotoop, soms maar percelen van 50 bij 50 m, worden beschermd om de met uitsterven bedreigde plantensoorten in stand te houden. De soorten die een ‘micro-reserve’ afgebakend kregen zijn Androcymbium rechingeri, Anthemis glaberrima, Bupleurum kakiskalae, Cephalanthera cucullata, Hypericum aciferum, Nepeta sphaciotica, Phoenix theophrasti. Dit project startte in Valencia, Spanje maar nu zijn er al partners in Cyprus, Minorca en Bulgarije. Het herbarium bestaat uit 2000 soorten planten die gedroogd en bewaard worden per familie. Alle zaden die voorkomen in de zaadbank moeten eveneens in het herbarium zitten. Bij het bewaren van de geherboriseerde planten, worden de planten verschillende keren behandeld met microgolven of voor 5 dagen in de diepvries gestopt om de stofluis kwijt te raken. Men tracht zo min mogelijk met chemische middelen te werken.
Foto 3: Een blad uit het herbarium
3
De zaadbank bewaart zaden met kiemkracht van de bedreigende endemische soorten in een vriezer van -20°C. Bezoeken van de medewerkers aan botanische tuinen van Meise en Cordoba om zaden uit te wisselen behoort ook tot hun taak. Men is hier lid van het ‘European Native Seed Conservation Network’. In een speciale kast worden de verzamelde zaden gezeefd, daarna worden ze stofvrij gemaakt en met een speciale blazer. In de droogruimte staan allerlei potjes en zakjes bij een temperatuur van 17°C, met een relatieve vochtigheid van 20 %. Sommige zaden kunnen vele jaren bewaard blijven, andere maar een paar. Er worden ook kiemproeven verricht om na te gaan wanneer de zaden kiemen en onder welke omstandigheden (temperatuur, licht, luchtvochtigheid…).
Foto 4: Diverse zaden in de droogruimte
4
Foto 5: Apparatuur om de zaden te ontdoen van stof en andere vervuilende deeltjes Belangrijke opmerking die hierbij moet gemaakt worden is dat, hoewel wij amper Grieks kennen en een beetje Engels, wij allemaal de wetenschappelijke namen begrepen en direct wisten over welke planten er gesproken werd. Het belang van de wetenschappelijke naamgeving is hiermee aangetoond. MAICh is een campus waar een 100-tal geselecteerde studenten een post-master kunnen volgen. Zij verblijven op de campus. Er is eveneens plaats om gastdocenten te laten verblijven. Het volgende wat we mochten bewonderen was de botanische tuin. Vele endemische planten zijn chasmofieten. Zij leven op verticale rotsen. De planten bloeien voornamelijk maart, april en mei, waarna ze bovengronds verdorren door de droogte van de zomer. Sommige schieten terug uit in de herfst. Het natuurlijk biotoop van in de kloven en de bergen wordt hier nagedaan op lage hoogte en sommige planten gedijen hier goed, andere minder. Een greep uit de planten die we zagen : Centaurea poculatoris (uiterst zeldzaam), Clematis Elisabeth Carole, Convulvulus agrgyrothamnus, Corovilla globosa, Euphorbia sultan hassei, Zelkova abelicea, Centaurea redempta, Platanus orientalis (een bladhoudende plataan die reeds door Theophrastus beschreven werd), Orobanche (een parasitair levende plant), …
5
Foto 6: Convolvulus agrgyrothamnus
Foto 7 : Phoenix theophrasti Als afsluiter van deze dag kregen we een korte film te zien over 7 met uitsterven bedreigde soorten. Vooral toerisme, aanleg wegen en bebouwing tot tegen de kustlijn zorgt voor extra druk op deze planten. Positief is dat er nog geen soort verloren is gegaan. Men dacht dit tot enkele jaren geleden wel, maar men heeft op grote hoogte nog enkele exemplaren ontdekt.
6
Zaterdag 24 april 2010 Chania en Akrotiri Vandaag stond er een culturele uitstap naar Chania op het programma. Vooraleer we Chania gingen verkennen, reden we door naar het schiereiland Akrotiri. Daar hebben we een bezoek gebracht aan Agia Triada, een zeer oud Grieks-orthodox klooster.
Foto 8: Agia triada Vandaar uit daalden we verder af naar het Moni Gouvernetou, eveneens een oud klooster. Hier mochten een aantal mensen niet naar binnen omdat de shorts te kort en de armen te bloot waren. Onze tocht ging dan verder bergaf. Onderweg naar de zee kwamen we de berengrot tegen. Het verhaal gaat dat hier in de 9e eeuw een kluizenaar, Johannes genaamd, zou geleefd hebben. Hij voedde zich met wilde kruiden en bollen en knollen en schoor zich nooit. Zijn verhaal eindigt droevig. Lokale mensen hebben hem afgeschoten omdat ze dachten dat hij een wild beest was. Niet ver van de grot staan de restanten van Katolico, een derde klooster.
Foto 9: Katholico
7
Bij invallen van vijandige troepen over zee, konden de monniken die hier verbleven, redding gaan zoeken in het hoger gelegen klooster. Op deze manier bleven ze min of meer veilig. Als dat niet veilig genoeg meer was, konden ze nog hoger gaan, naar Agia Triada. Onze tocht ging verder bergaf, richting zee. Hier konden we genieten van prachtige fauna en flora. Adembenemend, voor sommige onder ons plantkundige extase veroorzakend.
Foto 10: De zee op Akrotiri, eindpunt van de wandeling
En dan mocht Chania ons verleiden. De oude haven is heel bekoorlijk met kleine straatjes en gezellige winkeltjes.
Foto 11: Haven van Chania met de moskee
8
Zondag 25 april 2010 Geleide ecologische excursie naar de Imbroskloof
Foto 12: Een zicht op de Imbros kloof Kreta is beroemd voor zijn talrijke kloven. Er zijn er minstens 100 waarvan er een 30-tal te vinden zijn in de streek van Sfakia waar de Imbroskloof deel van uitmaakt. De kloof is in het zuidwestelijke deel van Kreta gelegen onder de ‘Witte Bergen’ nl. Levka Ori. Het is één van de meest pittoreske en gemakkelijkst toegankelijke kloven met een rijke geologische geschiedenis en befaamd voor zijn endemische planten. De kloof is 8 km lang en daalt van een hoogte van 800 m tot bijna op zeeniveau. Dit geeft de plantenliefhebber een ideale gelegenheid om de soorten in hun verschillende ontwikkelings-stadia en ecologische habitats te volgen. De botanici doen er algauw enkele uren meer over dan de voorziene 2,5u -3u. Hij mondt uit nabij het dorpje Komitades aan de zogenaamde Lybische Zee.
Foto 13: Infobord bij de start van de tocht doorheen de Imbroskloof
9
In Kreta zijn er ongeveer 1800 inheemse plantensoorten waarvan een kleine 200 endemisch zijn. Van die 200 groeien er ongeveer 40 in de Imbroskloof, waarvan wij er een 10-tal waargenomen hebben [zie plantenlijst achteraan dit deel]. Eigenaardig genoeg werd geen enkele orchideesoort waargenomen, Kreta staat er nochtans voor gekend.
Foto 14 : Plantenkenner William en Gino. Hier kan een plantenliefhebber zijn hartje ophalen. ‘Kijk daar, niet te geloven, nog een endemische …’ Een greep uit het aanbod van deze dag:
Foto 15: Tragopogon sinuatus, nauw verwant met de boksbaard, waarvan de penwortel eetbaar is.
10
Foto 16: Asphodelus ramosus
Foto 17: Phlomis fruticosa, kensoort voor de phrygana (garrigue) van West-kreta, samen met Sarcopoterium spinosum en Coridothymus capitatus (deze laatste werd hier niet waargenomen – hoewel zeker aanwezig, maar domineert het landschap op het schiereiland Akrotiri, samen met de paarsroze bloeiende Cistus creticus).
Foto 18: Asphodeline lutea
11
Foto 19: Orobanche sp., een parasitair levende plant zonder bladgroen
Foto 20: Dracunculus vulgare
Foto 21: Euphorbia acanthothamnos
12
Foto 22: Saxifraga chrysoplenifolia
Foto 23: Centaurea raphanina in knop (endemisch)
Foto 24: Centaurea raphanina in bloei
Foto 25: Campanula tubulosa (endemisch)
13
Foto 26: Een slakkenpopulatie met bizar groepsgedrag als ‘tussendoortje’, nl.:‘regenslakjes’(familie Clausilidae) wachtend op betere, lees ‘nattere’, tijden. Meer info op http://wwwuser.gwdg.de/~fwelter/research.htm
Foto 27: Controlepunt (doet wel eens deugd voor sommige)
Foto 28: Securigera globosa (endemisch)
14
Foto 29: Een behendige geit op een steile rotswand, geiten bepaalden door de eeuwen heen in belangrijke mate het aspect van het Kretenzische landschap. Ze eten immers vrijwel alles.
Foto 30: Adiantum capillus –veneris (venushaar)
Foto 31: Ebenus cretica (endemisch)
Foto 32: Petromarula pinnata (endemisch)
15
Foto 33: Petromarula pinnata
Foto 34: Carpobrotus edulus (exoot uit Zuid-Afrika , vormt een bedreiging voor de kustflora van het Middellandse-zeegebied). Deze soort groeit gelukkig nog niet in de Imbroskloof.
Foto 35: Selaginella denticulata, de enige wolfsklauwachtige op Kreta, en goed aangepast aan de droogte, in tegenstelling tot andere soorten. Selaginella’s zijn erg primitieve planten en kunnen gemakkelijk verward worden met mossen.
16
Foto 36: Acer sempervirens , de enige esdoornsoort inheems op Kreta
Foto 37: Phrygana-achtig landschap. Dit landschapstype bestaat vnl. uit lage, vaak gedoornde struiken en is naar de kust toe veel meer uitgesproken.
Foto 38: Rumex bucephalophorus, een wel erg bijzondere zuringsoort
17
Foto 39: Ricotia cretica (endemisch)
Foto 40: Quercus coccifera
Foto 41: Umbilicus parviflorus
18
Foto 42: Onstabiele hellingen zorgen voor het voortbestaan van pioniersplanten
Foto 43: Tordylium apulum, een schermbloemige met erg sierlijke vruchten (mericarpen)
Foto 44: Symphytum creticum (endemisch)
19
Foto 45: Scutellaria sieberi (endemisch)
Foto 46: Als afsluiter bij het nuttigen van een hongerstiller, tussen pot en pint wat gezellig napraten, met uitzicht op zee. Lijst van waargenomen soorten, voor zover determinatie in het veld dit toeliet ; de endemische zijn in het vet gedrukt. (naar Jahn/Schönfelder, Exkursionsflora für Kreta). Deze lijst zal verder uitgewerkt werden op basis van genomen foto’s en herbariummateriaal. Familie Selaginellaceae Adiantaceae Aspleniaceae Ephedraceae
Soort (Wetenschappelijke naam) Selaginella denticulata Adiantum capillus-veneris Asplenium ceterach Ephedra foemina
Fagaceae
Quercus coccifera
Nederlandse benaming / (Opmerking) Wolfsklauwachtige Venushaar Schubvaren Primitieve op paardenstaart lijkende naaktzadige Bladhoudende ijk met glanzende hulstachtige bladeren
20
Moraceae Urticaceae
Ficus carica Urtica pilulifera
“ Polygonaceae
Parietaria sp. Rumex bucephalophorus
Caryophyllaceae Ranunculaceae
Silene sp. (en andere genera) Ranunculus sp.
“
Anemone coronaria (wit)
Brassicaceae
Ricotia cretica
“ Papaveraceae Crassulaceae “
Biscutella didyma Papaver rhoeas Umbilicus parviflorus Sedum litoreum
Saxifragaceae Rosaceae Fabaceae “
Saxifraga chrysosplenifolia Sarcopoterium spinosum Ceratonia siliqua Bituminaria bituminosa
“ “ “
Vicia tenuifolia Medicago arabica Trifolium boissieri Trifolium uniflorum Trifolium stellatum
“
Securigera globosa
“
Ebenus cretica
Geraniaceae “ Linaceae
Geranium robertianum ssp. purpureum Erodium sp. Linum arboreum
Euphorbiaceae “ Aceraceae
Mercurialis annua Euphorbia acanthothamnos Acer sempervirens
Cucurbitaceae Theligonaceae
Bryonia cretica Theligonum cynocrambe
Vijg Tweehuizige brandnetel met bolvormige vrouwelijke bloeiwijzen Soort glaskruid Bizarre roodachtig aangelopen dwergzuring Zeer veelvormig genus Soort boterbloem (zeer veelvormig) Soort anemoon, ook in cultuur (endemisch), paarsroze bloemen Soort brilkruid Grote klaproos Vetplantje met gele trossen Eenjarige muurpeperachtige vetplant Soort steenbreek Soort gedoornde pimpernel Johannesbroodboom Met typische pekachtige geur Smalle wikke Gevlekte rupsklaver Klaver met gele hoofdjes Klaver met 1-bloemige witte hoofdjes Klaver met stervormig uitstaande kelktanden, rood aangelopen Soort kroonkruid met witte bloeiwijzen, endemisch, op rotsen Opvallende rotsplant met roze bloeiwijzen, endemisch Ondersoort van robertskruid Soort reigersbek Soort geel vlas, halfheester, op rotsen Eenjarig bingelkruid Soort gedoornde wolfsmelk De enige Kretenzische esdoornsoort Soort heggenrank Bloemen minuscuul en alleen met loupe te zien,
21
Apiaceae “
Eryngium campestre Tordylium apulum
“
Orlaya grandiflora
“
Smyrnium perfoliatum
Primulaceae
Cyclamen sp.
“ Gentianaceae Rubiaceae “ “ Convolvulaceae
Anagallis arvensis Centaurium pulchellum Galium spp. Sherardia arvensis Valantia hispida (?) Convolvulus sp.
Boraginaceae
Echium italicum ssp. biebersteinii
“
Symphytum creticum
Verbenaceae Lamiaceae
Vitex agnus-castus Scutellaria sieberi
“
Phlomis fruticosa
“ “
Thymus leucotrichus Salvia fruticosa (?)
“ “
Ballota pseudodictamnus Teucrium capitatum
Scrophulariaceae Verbascum arcturus “ “
Scrophularia peregrina Veronica cymbalaria
Orobanchaceae
Orobanche spp. (3 soorten)
Valerianaceae Dipsacaceae
Valeriana sp. Lomelosia sp.
Campanulaceae
Campanula tubulosa
habitus doet denken aan vlijtig liesje Gewone kruisdistel Valt op door de sierlijke mericarpen met verdikte en geribde wand, randbloemen wit en vergroot Straalscherm (wit met vergrote randbloemen) Gele schermen, stengel groeit a.h.w. door het blad heen Soort cyclamen (niet in bloei) Rood en blauw guichelheil Fraai duizendguldenkruid Diverse walstrosoorten Blauw walstro Stekelige vruchten (loupe !) Soort winde met bleekroze bloemen Soort slangenkruid met pyramidale bloeiwijze, bloemen bleekroze Soort smeerwortel endemisch Kuisboom Soort glidkruid met bleekgele bloemen, endemisch, op rotsen Heesterachtig, gele schijnkransen Soort tijm, halfheesterachtig Soort salie met bleekroze bloemen Witwollig, niet bloeiend Soort witwollige gamander (niet bloeiend) Soort toorts, endemisch, op rotsen Soort helmkruid Soort ereprijs met witte bloempjes Bremraapsoorten (lichtblauw, paarsroze, geel), waardplanten niet te achterhalen Soort dwergvaleriaan Scabiosa-achtige, blauwe hoofdjes Soort klokje, endemisch,
22
“
Petromarula pinnata
Asteraceae “
Filago sp. Anthemis sp.
“
Carduus pycnocephalus
“
Centaurea idaea
“ “
Centaurea raphanina ssp. raphanina Centaurea sp. ?
“ “
Tragopogon sinuatus Crepis spp.
Liliaceae (s.l.)
Asphodelus ramosus
“ “
Asphodeline lutea Gagea graeca
“ “
Ornithogalum collinum (?) Bellevalia dubia
Poaceae Dioscoreaceae Araceae
Briza maxima Tamus communis Arum sp. Dracunculus vulgaris
op rotsen Endemisch, op rotsen (blauw) Soort viltkruid Soort kamille, lijkend op miniatuur-margriet Distel met kleine bleekroze bloemhoofdjes Centaurie met stekelige hoofdjes, endemisch Soort stengelloze centaurie, endemisch Opvallende ‘distelachtige’ met lange slanke bladeren en paarse hoofdjes, rotsplant Soort paarse morgenster Meerdere soorten streepzaad, veelvormig Opvallende witbloeiende lelieachtige Gele bloemaren Witte geelstersoort (verwant met Lloydia) Soort vogelmelk Verwant met en lijkend op Muscari (blauwe druifjes) Groot trilgras Spekwortel Soort aronskelk (niet bloeiend) Spectaculaire plant die in volle bloei een rottende vleesgeur verspreidt
maandag 26 april 2010 Voormiddag: Bezoek aan Synergatiki te Agia, een sorteer- en verpakkingsbedrijf van citrusvruchten en avocado’s. Rondleiding door general manager Manolis Archontakis
23
Foto 47: De heer Manolis Archontakis van Synergatiki S.A. Bij de start van ons bezoek zien we de sorteer- en verpakkingsmachines in werking. Enkele tientallen werkneemsters, vullen er in hoog tempo het gesorteerde fruit. We merken onmiddellijk dat één en ander goed is georganiseerd.
Foto 48: Veel vrouwen aan de band, deze vrouw had nog in Duitsland gewoond en sprak bijgevolg vloeiend Duits. Naast de sorteringsunit worden de verpakkingsdozen machinaal geplooid. De verpakking is aangepast aan de landen waar de oogst naartoe gaat en de kwaliteitsnormen staan vermeld. Er is vooral uitvoer naar D, NL, Fr, DK, FN. Na de sortering worden de citrusvruchten in een bad behandeld met thiabendazol of imazalil (fungicide vooral tegen schimmels en ter voorkoming van uitdroging) waardoor er zich een waslaag gaat vormen, dit om te beletten dat de schil gaat uitdrogen en krimpen. Na het verpakken volgen nog en sticker en tot slot een laagje was om het geheel een fris uitzicht te geven. Bij het sorteren merken we op dat vooral het uitzicht van belang is. De lekkerste vruchten die omwille van hun rijpheid een wat hobbeligere schil vertonen, worden niet verpakt maar dienen voor de plaatselijke markt. De normen worden bepaald door de distributeurs die ingaan op de wensen van de klanten in het buitenland. Momenteel is de verpakking duurder dan de inhoud door de sterke concurrentie. Landen als Zuid-Afrika zorgen voor zeer scherpe prijzen. Vandaag is er de mogelijkheid om de producten te traceren tot bij de vele boeren die leveren aan Synergatiki. Het zijn meestal kleine bedrijven met vaak niet meer dan 1 ha grond. De productie is de laatste 20 jaar van 80000 ton gedaald naar 20000 ton.
24
De oorzaken van de omzetdaling zijn te vinden in de sterke concurrentie met o.a. Zuid-Afrika met gigantische producties tot soms 450 ha per bedrijf. Maar er is meer aan de hand. De bevolking van Kreta is meer en meer bezig met toerisme. Dat zorgt voor meer zekerheid van tewerkstelling en een vast en hoger loon. De vele kleine boeren verwaarlozen hun bedrijven of stoppen zelfs met de teelten. Hun gronden zijn soms tot 10 maal meer geld waard voor de bouw van hotels en zo meer. Aan de transportband werken meestal seizoenarbeiders uit verschillende landen, de plaatselijke bevolking bedankt voor de job of heeft ander en beter betaald werk. Toch zijn de uurlonen vergelijkbaar met onze bedrijven in Vlaanderen. Er wordt geoogst december tot maart/april en meestal aan een vaste prijs voor de boer. Dit geeft meer stabiliteit op de markt. De oogst is manueel omwille van de kwetsbaarheid. Op het einde van het seizoen is de kwaliteit (gezien de normen) slecht maar de vruchten hebben een betere smaak. Biologische productie Het bedrijf Synergatiki heeft naast de traditionele teelt ook een biologische productie van citrusvruchten (ongeveer 30% van de omzet) en die verpakking dient te gebeuren in een ander gebouw. Er mag immers geen vermenging zijn van producten. Hier merken we andere kwaliteitsnormen en zeker geen bewaarstoffen. De vruchten worden in water gewassen en gedroogd, verpakt en gelabeld met een, uiteraard, traceerbare herkomst. Appelsienen vormen geen probleem voor het vervoer. Ze worden gekoeld en per schip naar Europa gebracht. Na een reis van vier dagen komen de vruchten aan op de plaats van bestemming. Avocado's Naast citrusvruchten is Synergatiki bekend voor zijn unieke teelt van avocado. De teelt is volledig biologisch en de productie is uitsluitend bestemd voor Engeland. Bij de oogst van de avocado wordt het vetgehalte gemeten om de kwaliteit en de rijpheid te bepalen. Belangrijk hierbij is het om een gelijktijdige rijpheid na te streven. In Israël maakte Mr. Archontatis kennis met een product dat het mogelijk maakt om de vruchten te behandelen zodat deze later met de zelfde rijpheid op de markt kunnen gebracht worden. Hoe meer vet in de vrucht hoe lekkerder maar ook sneller rijp. Het is dus heel belangrijk om het exacte oogsttijdstip te kunnen bepalen. Bij het bewaren wordt ook de rijpheid onder controle gehouden door ethyleen uit de lucht te halen met een scrubber op basis van actieve kool. Avocado’s worden op gewicht en grootte verpakt per kist. Er is nogal wat uitval en het bedrijf werkt aan een procedure om van deze productie een pasteivorm om de markt te brengen. Er was de voorbije jaren een sterke groei van de biologische productie over heel de wereld waardoor het marktaandeel dus ook gevoeliger geworden is voor prijsdalingen: 30% prijsdaling in 5 jaar tijd.
25
Foto 49: scrubber om CO2 uit de lucht te halen in de koelcellen Bezoek aan de plantages Avocado’s Avocado’s zijn tropische planten. De teelt werd enkele tiental jaren terug op Kreta geïntroduceerd met Europese steun. De bomen hebben een krachtige en snelle groei. Ze zijn zeer watergevoelig en verdragen geen vorst. De bloei is vanaf maart en de eerste vruchten worden geplukt vanaf november tot aprilmei. Tijdens het seizoen worden ze ongeveer om de 20 dagen geoogst. Een volwassen boom kan tot 500 kg Avocado’s opleveren. De eerste bomen die werden geplant, liet men doorgroeien met het oog op een rijke oogst maar dit geeft problemen bij het oogsten van de vruchten. De nieuwe methode bestaat erin om de boom klein te houden. Men snoeit de boom volledig terug naar de stam waardoor er twee jaar praktisch geen productie is. Het derde en vierde jaar geven veel vruchten waarna men weer gaat snoeien. Dit heeft voor gevolg dat er steeds andere bomen (rijen) gesnoeid worden om de productie op peil te houden De onderstaande vegetatie (grassen) zorgt vooral in de zomer voor concurrentie om water en messtoffen of bij droogte voor brandgevaar. Bij de grote bomen zorgen de afvallende bladeren voor een natuurlijke herbicidenwerking. De nieuwe planten worden geënt en kosten +/-4 euro. Irrigatie is noodzakelijk om het vochtgehalte van de bodem op peil te houden. Het water gaat via een bevloeiingsdarm (Israëlisch systeem) 20 cm diep op 80 cm van de bomen. Deze wordt via de computer bestuurd. In een filter zit een product die voorkomt dat de wortels de leidingen verstoppen, deze worden om de 2 jaar vervangen. Voor ieder chemisch product is er een biologisch product.
26
Foto 50: Avocado’s aan de boom, oogstklaar Appelsienen Tijdens de bloei van de sinaasappelen komt men niet in de boomgaard om te beletten dat opspringende insecten schade toebrengen aan de bloemen. In maart/april komt de bloei op de scheuten van vorig jaar. Oogsten doet men van november tot maart/april. De snoei bestaat er in om de boom luchtig te houden en concurrenten weg te snijden. Omgeënte sinaasappelbomen worden volledig teruggesnoeid en wit gemaakt om zonnebrand te voorkomen. In de plantages wordt het snoeihout verbrand of gehakseld.
Foto 51: In de sinaasappelboomgaard
27
Namiddag: Biolea: Astrikas, Kolymbari, Biologische teelt van olijven en productie van olijfolie. www.biolea.gr Ontvangst en rondleiding door directeur: George Dimitriadis Onze charmante gastheer stamt uit de vijfde generatie van de familie Dimitriadis en ze zijn eigenaar van één van de meeste gerenommeerde olijfgaarden ter wereld. Het domein (13 ha) bevindt zich binnen een 'Protected Denomination of Origin ' (PDO) Het bedrijf is gespecialiseerd in de productie van koudgeperste olijfolie. De olijven komen van het veld en krijgen een laatste keuring voor ze via een transportband naar de molen gaan. Het kneuzen van de olijven gebeurt door de eeuwenoude procedure van granieten maalstenen.
Foto 52: De maalstenen van Biolea Alles vindt plaats in een gesloten systeem. Ongeveer 1000 kg olijven worden gelijkmatig gemalen tot ze een zekere consistentie vertonen. De pulp wordt vervolgens tot een temperatuur van 25°c gebracht (au bain marie) om vervolgens op ronde matten uitgespreid te worden. Deze cirkels komen vervolgens in de pers waarna de vloeistof opgevangen wordt in daarvoor bestemde kuipen. Enkele dagen later gaat men de olie scheiden van de sappen die mee gepest werden. Hierna volgen de eerste controle en staalnames ter controle van de biologische teelt en verder het meten van de aanwezige antioxydanten. Elk jaar in combinatie met de olijfsoort gaat een specifieke smaak geven aan de olie. Bij het afvullen van de flessen mengt men diverse persingen om een min of meer constante smaak te krijgen. 1000 kg olijven zijn goed voor de productie van 350 kg olijfolie. De rest van de vloeistoffen (sappen) worden verkocht aan de industriële olieproducenten. Wat maakt Biolea apart? Door de vermaling met de stenen en de koude persing verkrijgt men een olie van superieure kwaliteit omdat alle aromaten behouden blijven en de olie zijn van
28
nature zoete en milde smaak die nooit te sterk is of bitter. Ze bevat meer antioxydanten, vitaminen en voedingsstoffen die bij de industriële persing door toevoeging van water en sterke verhoging van de temperatuur verloren gaan. Door het toevoegen van appelsienen of limoenen aan de persing heeft de producent twee boeiende oliën meer op de markt. Tijdens de olieproductie zal men er over waken dat geen vervuild water in het milieu terecht komt en door de verwerkingsmethode is een minimum aan energie vereist. Binnen enkele jaren zal het bedrijf zelfs werken op zijn eigen energie uit windmolens en zonne-energie. Biolea neemt deel aan Europese onderzoeken in verband met het ontwikkelen van bio-polymeren (afbreekbaar plastic) en de ontwikkeling van biobrandstof. Daarnaast gaat heel wat aandacht naar de recyclage van door olie vervuild water.
Foto 53: Groepsfoto bij Biolea Na de rondleiding bekijken we een korte film over het fabricatieproces waarna we met veel smaak de oliën kunnen proeven. De oudste olijfboom ter wereld Na een heerlijk middagmaal rijden we nog langs Vouves om enkele prachtige oude olijfbomen te bewonderen die vermoedelijk meer dan 3000 jaar oud zijn. In 2004 werd van deze boom een olijftak genomen voor de ceremonies van de Olympische spelen van Athene. Vermoedelijk zijn het steeds de grondscheuten aan de buitenzijde van de bomen die zorgen voor een verdere groei zo dat de boom zijn typische open en ronde vorm verkrijgt. Het gaf ons eens te meer respect te hebben voor de natuur.
29
Foto 54: Eeuwenoude olijfbomen in Vouves Tot slot Vandaag maakten we vooral kennis met twee bedrijven waarvan de managers een duidelijke visie hebben en dit niet enkel in verband met hun producten maar zeer zeker in verband met milieuzorg en duurzame land- en tuinbouw. Mr. Achontakis en Dimitriades hebben een droom om de biologische teelten het handels merk van Kreta te maken. Nu gaat er te veel rijkdom verloren door de economische druk van het toerisme. Vele boomgaarden verdwijnen onder deze druk. Ze zouden op andere manieren moeten kunnen samenwerken. Het toerisme kan de groene kaart trekken en op die wijze zorgen voor 'welzijn' voor iedereen! We kunnen stellen dat de olijfboom in de Olympische gedachte staat voor schoonheid, vrede, vriendschap en beschaving, vandaag meer dan ooit. dinsdag 27 april 2010 pakhuis Aspersa in Kisamos Rondleideing door Helena Marianakis, bedrijfsleider samen met haar man Nektarios Verpakkingsbedrijf Aspersa Aspersa is een privébedrijf, eigendom van 2 personen. De naam Aspersa betekent slak en komt van hun vorige activiteit. In het logo van hun bedrijf zit een slak verwerkt.
30
Foto 55: Bio label van Aspersa
Foto 56: Eigenares van Aspersa Mevr. Helena Marianakis
Foto 57: Verpakken van komkommers
31
De verpakking van biologisch fruit en groenten gebeurt in het oude pakhuis omdat de vergunning voor het nieuw bedrijf al meer dan 1,5 jaar op zich laat wachten. Ze verpakken er enkel groenten en fruit van eigen productie en van 15 plaatselijke bio kwekers onder contract. Het zijn boeren die biologisch willen kweken en ook willen geld verdienen zonder risico’s hoewel het prijsverschil tussen bio en gangbare teelt steeds kleiner wordt. Enkel kwaliteitsvolle producten worden aanvaard. Vruchten die niet voldoen worden teruggestuurd of vernietigd. Alle transport van producent tot consument gebeurt door het verpakkingsbedrijf. Ze verpakken o.a. avocado’s, appelsienen, druiven, meloenen, watermeloenen, tomaten (cherry-, vlees-, cocktail-, pruimtomaten…) kleine komkommers, aubergines, paprika’s, lange pepers (Charleston), courgettes, zoete maïs. De verpakking gebeurt jaarrond. Ze zijn steeds op zoek naar primeurgroenten uit plasticserres in voor- en najaar. De verkoop gebeurt via lokale handelaars, kleine supermarkten. Zij exporteren enkel naar Oostenrijk en Duitsland (komkommers en courgettes). De komkommers zijn klein, zoet en smakelijker: deze worden nog manueel verpakt (7 stuks in kleine kartonnen schaaltjes), besproeid met citroxe, voorzien van folie met een biolabel en barcode om daarna in een kartonnen kist gestoken te worden. In de barcode zijn volgende gegevens terug te vinden: naam van de producent, naam van het pakhuis, productnaam, gewicht en datum van verpakking. Op deze manier is de traceerbaarheid verzekerd. Voor de kleinhandel worden verschillende groenten samen verpakt in een netzakje. De groenten uit Kreta zijn omwille van de goede smaak zeer gegeerd in Europa. Dit is voor hen een pluspunt in de concurrentiestrijd met Spanje. De bedrijven worden gecontroleerd door een controleorganisatie die na goedkeuring het bio certificaat aflevert. Enkel dan zal het verpakkingsbedrijf hun producten aanvaarden en verpakken. Het verpakkingsbedrijf verkoopt de verpakte producten onder het bio-garantielabel “Bioellas”. Vanaf juni 2010 moet het Europese bio label gebruikt worden! De analyses gebeuren op het bedrijf, op het verpakkingsbedrijf en in het supermarkten. Deze analyses worden openbaar gemaakt op het internet. Bij het vaststellen van niet toegelaten residu’s wordt het bedrijf onmiddellijk uitgesloten. Productiebedrijf Aspersa Er is geen tuinbouwschool in de omgeving. De kennis wordt doorgegeven van vader op zoon. Er is weinig privévoorlichting in de bio teelt. Daarom komen de kwekers samen (samenwerken is vermenigvuldigen) om ervaringen door te geven en problemen op te lossen. De teelten gebeuren in plasticserres en volle grond. Teelten in plasticserres Teeltschema onder plasticserres: - komkommer: maart – juni - tomaten: september – januari - radijs: februari
32
De bemesting gebeurt met patentkali (K+Mg), beendermeel (P) en compost (afkomstig van bladeren van olijfbomen en wieren). Bijbemesting van N gebeurt met Naturamin: bevat 12,5% N en is oplosbaar in water.
Foto 58: De serre met bio komkommers Komkommer De teelt gebeurt in plasticserres omdat plastic veel goedkoper is dan glas en bij storm geen glasschade veroorzaakt. Het plastic wordt om de drie jaar vervangen. In de zomer wordt er niets geteeld in de plasticserres. Men gaat de bodem bedekken met compost, veel water geven en afdekken met plastic. Op deze manier gaat men door de hoge temperatuur de grond ontsmetten = solarisatie. Tijdens de gewasverzorging wordt er aan monitoring gedaan: bij begin van een aantasting wordt er een gekleurd lint aan deze plant geplaatst. De uitbreiding wordt opgevolgd en desnoods bestreden. Monitoring voor trips gebeurt door lijmplaten. Nematoden worden bestreden met sesamolie Neo-tec S.O. Bladluizen worden bestreden met sluipwesp Aphelinus colemanii en OLH- beestjes.
Foto 59: O-L-H beestjes als natuurlijke bestrijding van bladluizen Mineervliegen (Tuta absoluta) zijn voor hen bij tomaten en komkommer een probleem. Er zijn 1600 komkommerplanten/1000m² en de productie is 4 à 6 kg/plant
33
Tomaat De natuurlijke vijanden (biologische bestrijding) worden bij Koppert en de hommels (bestuiving met biolinebees) bij Syngenta besteld. Gezien de lage hoogte van de serres laten ze de planten niet zakken. Eenmaal de hoogte van de bovendraad bereikt is, laat men de plant naar beneden groeien. De meeste serres zijn voorzien van insectengaas ter hoogte van de luchtramen, bovenaan en aan de zijkant. Ook hier is de mineervlieg een groot probleem. De larve mineert niet alleen in het blad, maar ook, anders dan bij ons, in de vrucht waardoor de vrucht waardeloos wordt. Volle grondteelten In volle grond worden tomaten, courgettes, paprika’s, aubergines en zoete maïs gekweekt. De tomatenplanten zijn struikvormig en vormen geen zijscheuten of dieven. De zoete maïs heeft door het zeezout een typische zoete smaak. Bij vroege teelt van zoete maïs worden de planten eerst in plasticserre in potjes gezaaid en in begin april uitgeplant in openlucht. De teelt van kleine ronde courgettes gebeurt op verhoogde bedden op bio degradeerbare plasticfolie. Om de teelt te vervroegen worden de planten opgekweekt onder kleine bio degradeerbare plastic tunnels. Als groenbemester wordt voederwikke gebruikt. Wijnbedrijf PNEVMATIKAKI winery in Drapanias-Kissamos We kregen een rondleiding door een zeer goed Engels sprekende charmante jongeheer. De baas van het bedrijf sprak enkel Grieks. Na de rondleiding kregen we de gelegenheid al dat lekkers ook te proeven. De druiven worden na de oogst geperst in een pneumatische pers waardoor er geen slechte of wrange tannine vrijkomt in het sap.
Foto 60: De productie van wijn met vooraan links de pneumatische pers Verder komt het sap in een buffertank. Daar wordt het sap voor witte wijn afgekoeld tot 7 à 8 °C en het sap voor de rode wijn wordt op 26 °C gehouden.
34
Foto 61: De wijnkelders met eiken vaten. Nadien wordt het sap overgepompt in inox gistingskuipen voor de vinificatie. De inox vaten kunnen een inhoud van 33 ton en 7 ton bevatten. De wijn blijft met verschillende overhevelingen ongeveer 1 jaar in deze inox vaten. De zeer goede wijn gaat nadien gedurende 5 jaar narijpen in eiken vaten. Er was ook een klein labo voor analyses om de kwaliteit in het oog te houden. Volgende wijnen worden in hotels, supermarkten in Griekenland verkocht. We mochten ze ook proeven. • Mithimnios: krasi kokkino: heeft een bruine kleur, 5 jaar lagering in eiken vaten, druif Romeiko • Cabernet Sauvignon: 1 jaar oud • Racomello: 40°: tsikoudia met honing • Druivensiroop: ontstaat door verdampen van het druivensap waardoor het water verdampt en door indikking siroop ontstaat.
woensdag 28 april 2010 Platanos Kissamou, Hania te Falasarna aan de westkust van Kreta. http://platanoscoop.com/index_en.html Als eerste zijn we ontvangen in het hoofdkantoor door de directeur en zijn charmante Engels sprekende secretaresse.
Foto 62: Onvangst op het bureau van de bedrijfsleider
35
Het bedrijf is een coöperatieve die in 1994 is opgericht. Ongeveer 400 plaatselijke producenten worden samengebracht om volgende taken gezamenlijk uit te voeren. • Extra virgin olijfolie produceren van de 8000 vierkante meter olijfboomgaarden in hun eigen olijfoliefabriek met een “traditionele” driefase pers met een capaciteit van 600 ton. • Producten op basis van olijfolie zoals bijvoorbeeld zeep produceren en dat alles onder eigen merk Falasarni verkopen. In 2004 kregen ze hiervoor de “mario solinas prijs”. • De verkoop van verse groenten, voornamelijk tomaten (25 ha) en komkommers. • De export van de producten naar o.a. Noord Griekenland, Frankrijk en Nederland. De producten van dit bedrijf krijgen een GLOBALGAP label, voorheen EUREPGAP. GLOBALGAP is een organisatie binnen de particuliere markt die vrijwillige standaarden vast stelt voor de certificatie van agrarische producten over de hele wereld. Men heeft zich als doel gesteld EEN standaard voor goede landbouwkundige praktijken (G.A.P- Good Agricultural Practice) te ontwikkelen waaraan diverse productapplicaties kunnen worden gekoppeld. Op deze manier kan de standaard worden toegepast voor de wereldwijde landbouw. GLOBALGAP is een pre-farm gate standaard en beschrijft het gehele agrarische productieproces van het gecertificeerde product. Van grondstoffen als voedsel of zaailingen en alle landbouwactiviteiten tot het moment dat het product de boerderij verlaat. GLOBALGAP is een business-to-business certificaat en is daarom niet direct zichtbaar voor de consument. In het kader van GLOBALGAP worden bij de producenten jaarlijks, zowel aangekondigd als onaangekondigde inspecties uitgevoerd. GLOBALGAP bestaat uit een samenstel van normatieve documenten. Deze documenten bestaan uit het GLOBALGAP algemeen reglement, de GLOBALGAP beheerspunten en vereisten en de GLOBALGAP checklist. Door vragen van onze deelnemers zijn een aantal zaken naar voren gekomen. Enkele problemen waarmee ze te maken krijgen zijn • De grote kostprijs van nieuwe landbouwgrond (100 tot 150.000 euro per ha) • Boeren krijgen hun land van vader op zoon. Indien er meerdere zonen zijn wordt dit land verdeeld, waardoor de oppervlakte te klein zou kunnen worden voor tuinbouwactiviteiten. • Er is schaarste van water, ze mogen niet dieper pompen dan 150m omdat men anders ziltwater oppompt. Een oplossing hiervoor zou een meer aanleggen zijn voor deze watervoorziening, maar hier is helaas geen geld voor. • Het opkomend toerisme. Sommige producenten verkopen hun land als bouwgrond voor hotels, in de hoop zo meer geld te kunnen verdienen. Dit kan ook samengaan, door maar een deel te verkopen en buiten het toeristisch seizoen ook nog aan tuinbouw te doen. • De prijsdaling welke waarschijnlijk te wijten is aan de economische crisis. • De hoge transportkosten bij export, alles moet eerst aan het vaste land van Griekenland geraken om van daaruit verder getransporteerd te kunnen worden. Tomaten geproduceerd in Spanje zijn dan ook goedkoper dan deze van Platanos.
36
•
Het stuk gaan van de plastieken serres. Door de wind kunnen ze maximaal 3 jaar met de plastiek doen. Glazen serres zijn helaas te duur.
Voordelen • De producent krijgt heel het jaar door een vaste prijs voor zijn producten, bijvoorbeeld 1,20 euro per kilo tomaten. • Zon, door het niet beschikbaar zijn in de rest van Europa van verse producten, wegens te weinig zon, kunnen ze bijvoorbeeld in de winter 2025 vrachtwagens tomaten naar Nederland exporteren. Bovendien hebben ze geen kosten aan verwarming van de serres. • Eigen markt is een grote afzetmarkt omdat Kretenzers graag een gezond dieet volgen met verse groenten en olijfolie. • Smaak, natuurlijk vinden ze zelf dat de smaak van hun producten beter is dan degene die in andere delen van Europa geproduceerd worden. Hierna hebben we de mogelijkheid gekregen om twee tomatenserres te bezoeken. De eerste serre bevatte tomaten die in steenwolmatten werden geteeld. Deze steenwol wordt om de 4-5 jaar vervangen. In de tweede serre stonden de planten in de volle grond.
Foto 63: Uitleg in de tomatenserre met de teelt op steenwol In beide serres worden geënte planten gebruikt, welke ongeveer 15 trossen tomaten per plant kunnen dragen. Water wordt continu opgepompt en gefilterd, waarna het met meststoffen aan de tomatenplanten gegeven wordt. Het overtollige water wordt via kanalen naar de olijfboomgaard gestuurd waardoor daar minder/geen extra waterbevloeiing nodig is. Een vorm van recyclage dus. De opbrengst per Strema is 15 ton tomaten. 1 strema is gelijk aan 0,1 ha, een kleinere maat omdat alle bedrijven hier kleinere oppervlaktes bezitten. De grootste producent heeft 1,1 ha (11 strema) en de kleinste 0,13 ha (1,3 strema) tomaten. De oriëntatie van de serres wordt volledig door de bruikbaarheid van de bodem bepaald. Ook worden de planten hier op een andere manier geleid dan bij ons de gewoonte is. Zij worden aan een draad omhoog geleid en dan over een tweede draad op ongeveer 10-15 cm ernaast naar beneden gebogen waardoor de rest van de plant omlaag hangt. Het grootste probleem in de serres is op dit moment een mineervlieg die zowel de bladeren als de tomaten zelf aantast, de Tuta absoluta. Deze wordt daar bestreden met fytoproducten, waardoor er 10 dagen niet geoogst mag worden.
37
Ook de koude heeft ervoor gezorgd dat sommige planten paarse verkleuringen vertonen, wat ook wijst op een fosfor gebrek. In juni en juli is de productie volledig voor de lokale markt, tijdens de andere maanden wordt er ook geëxporteerd.
Foto 64: De schade van Tuta absoluta aan de vrucht van de tomaat Als de tomaten geplukt zijn worden ze naar het sorteercentrum gebracht, waar wij ook een bezoek aan gebracht hebben. De tomaten die op dit moment verwerkt werden was een laatste pluk, dus met nog veel groene tomaten erbij.
Foto 65: Het sorteercentrum voor tomaten van Platanos De tomaten komen binnen in plastieken kratten en worden op een transportband geplaatst. Ze komen dan in een machine die ze reinigt en op grootte sorteert. Hierna worden ze handmatig geselecteerd op klasse 1 en 2. De niet bruikbare (te groen of reeds te rijp) worden vernietigd. De kartonnen dozen die 10 kg tomaten kunnen bevatten, moeten erg stevig zijn. Ze kosten 1 euro per stuk. Om kosten te besparen worden de dozen ter plaatse met een machine geplooid en gelijmd. Enkel het voorbedrukte karton hoeft zo aangekocht te worden.
38
Deze streek is ideaal voor serres omdat op een groot deel van het land niet gebouwd mag worden. Er zijn reeds vele archeologische opgravingen gedaan en om eventueel andere nog niet ontdekte delen niet te beschadigen, is er een verbod op de bouw van woningen ed. Serres mogen wel, waardoor de druk van het toerisme hier niet zo'n probleem vormt, welke wel voelbaar was bij de vorige bedrijven die we bezocht hebben. Het oude stukje haven wat reeds bloot gelegd is, hebben we dan ook kort bezocht.
Foto 66: Kaaimuur van de oude haven Donderdag 29 april KAASMAKERIJ Papagianakis te Pervolakia, Kisamos Aankomst: 09u47 Vertrek: 11u10 Er worden zes kaassoorten bereid uit schapen- en geitenmelk: graviera (gruyèretype), kefalotiri, anthotiros, tiromalama, kalitsunia en piktogala. Wij maakten het productieproces mee van graviera en anthotiros. De eerste stap bij de productie van graviera, een harde schapenkaas, is het centrifugeren van de melk. Hierbij worden de onzuiverheden uit de melk verwijderd. Nadien wordt de melk gepasteuriseerd bij 72°C gedurende 30 seconden. De gepasteuriseerde melk wordt in de kaasbak gepompt. In de dubbelwandige kaasbak wordt de melk opgewarmd au bain marie tot 30°C . Dan wordt het bacterieel zuursel toegevoegd zodat de melk schift. Tijdens dit proces slaan de caseïne-eiwitten neer en coaguleren na het toevoegen van CaCl2 en stremsel. Tijdens deze werkzaamheden zorgt een automatische roerder voor een goede menging van het geheel. Na een uurtje wordt de melk een dikke brij. Dan wordt de brij gesneden. Dit gebeurt door messen die in de brij ronddraaien. Tijdens dit proces scheidt de wei zich af van de wrongel. Als de kaasstukjes de grootte hebben van een maïskorrel wordt er water toegevoegd om de restanten van het melkzuur uit de wrongel te wassen. Dit melkzuur is ontstaan door de bacteriële omzetting van melksuiker (lactose) tijdens de verzuring. Om de eigenschappen van een gruyère-type te bekomen, wordt de kaasstof op het laatste verwarmd tot 54°C. Onmiddellijk daarna wordt de kaasstof door 2
39
personen met een kaasdoek uit de kaasbak geschept en manueel in een ronde geperforeerde vorm gedrukt.
Foto 67: Het uitscheppen van de wrongel bij de productie van graviera De wei blijft in de kaasbak. Daarna worden de kaasvormen per 5 boven elkaar pneumatisch geperst bij ca 35 psi. Na een half uurtje worden de kazen gekeerd en opnieuw geperst. Na de persing worden de kazen gepekeld (ca 8 uur/kg). Daar de kazen tussen de 13 en de 14 kg wegen duurt de pekeling ca 5 dagen. Het pekelen gebeurt in een open pekelbad, wat betekent dat de drijvende kazen gekeerd moeten worden. Na de pekeling komen de kazen terecht op rijpingskamer, waar ze verder vocht verliezen. De kazen liggen op houten planken en worden dagelijks gekeerd. Naast de rijpingskamer was een koelruimte waarin verschillende typen kaas bewaard werden. Sommige typen waren overgroeid met een donkergrijze schimmel.
Foto 68: De rijpingskamer Onmiddellijk na het vullen van de kaasvormen bij de productie van de gravierakaas startte men het productieproces van de anthotiros. Dit is een kaas te vergelijken met de Italiaanse ricotta. Eigenlijk is het geen echte kaas daar het weinig kaasstof bevat maar wel de neergeslagen wei-eiwitten: globulinen en albuminen. De eerste stap is het toevoegen van ca 20% verse gepasteuriseerde melk. Dit om het volume van de anthotiros te verhogen. Daarna warmt men de wei op tot ca 70°C. De wei-eiwitten slaan neer. Er wordt dan ca 2,5 kg zeezout
40
aan de wei toegevoegd. Deze zouten zorgen voor de smaak, de bewaring en drijven het overtollige water uit de anthotiros De wei wordt ca 15 minuten geroerd. De wei wordt afgeschuimd en daarna wordt met de zeefspaan de vlokjes anthotiros uit de wei geschept en in geperforeerde vormen van ca 2 liter gedaan. Onder invloed van de zouten en de zwaartekracht verdwijnt het grootste gedeelte van het water. De verse gedroogde anthotiros wordt bewaard in een soort boterpapier en achteraf in plastiek zakje verkocht. De overgebleven wei is afval. Als de anthotiros niet vers verkocht kan worden, wordt hij verder gedroogd tot een harde kaas.
Foto 69: Het scheppen van anthotirios We hadden ook de gelegenheid om de verschillende kazen te proeven. Tuinaanleg Manolis, te Mustako in Kissamos De bedrijfsleider heeft zijn stiel geleerd door 4 jaar bij een andere tuinaanlegger te werken. De activiteiten van dit bedrijf situeren zich in de tuinaanleg en de verkoop van tuinartikelen in een tuincentrum: bloemen, planten, potterie en andere tuinbenodigdheden.
41
Foto 70: Tuincentrum Manolis Het meeste werk gaat naar de aanleg van gazons. Na de grondbewerking wordt een bevloeiingssysteem aangelegd. De gebruikte grasmengsels bestaan hoofdzakelijk uit Festuca, Lolium en Nichondra. Afhankelijk van de omstandigheden (zon, schaduw,…) stelde hij zelf een mengsel samen. Hij gebruikt ook grasmatten. Het zijn ook de inwijkelingen (vooral Duitsers) die de aandacht op tuinaanleg hebben gevestigd. Nu beginnen de Kretenzers ook interesse te tonen. Hij ontwerpt ook zelf tuinen en houdt bij de plantenkeuze rekening met de hoogte en de bodemsoort. De bedrijfsleider merkte op dat er zeer veel inheemse aromatische planten zijn in Kreta die niet gekend zijn door de plaatselijke bevolking. Dit onderwerp bracht ons naar een andere bedrijfsactiviteit van Manolis, de imkerij. Manolis vertelde dat er zeer veel bijen gehouden worden op Kreta. Vroeger waren het hoofdzakelijk de griekse bijen, nu teelt men ook Kaukasische bijen. Deze imker bezit gemiddelde 350 kasten. Moerteelt Manolis kweekt zelf koninginnen. Hij gebruikt een moerlat waar hij larfjes op overent en brengt deze teeltlat in een moerloos volk. Eens de koninginnen uitgelopen zijn, worden afzonderlijk met een aantal jonge bijen in een speciale kast gebracht. Deze kast bevatte drie gescheiden kompartimenten met telkens een vlieggat dat naar een andere richting wees.
42
Foto 71: De start van de bijenteelt met de gecompartimenteerde bak Deze kasten werden naar een bevruchtingsstand gebracht. Tijdens de bruidsvlucht wordt de koningin bevrucht door 10 à 20 darren. Het sperma wordt opgeslagen in de spermatheek. De koningin zal dan enkele jaren aan de leg zijn. Oogsten van koninginnenbrij Bij de opkweek van moeren zullen de werksters deze larven voeden met koninginnenbrij. Deze wordt afgezet op de bodem van de koninginnendoppen. Door een vacuümpompje wordt de brij afgezogen en verzameld. Bij deze methode gaan de larfjes verloren. Ofwel worden er moeren geteeld ofwel wordt er koninginnenbrij geoogst. Oogsten van honing In Kreta is het klimaat van die aard dat de bijen zeer snel een honingzolder vullen. De honingraten worden machinaal ontzegeld en geslingerd. Opbouw van een bijenkast De bijenkast bestaat uit een bodem met rooster, een voorraadbak (stuifmeel), een broedbak, en één of meerdere honingzolders. In de bakken worden raampjes gehangen waarin de imker wasplaten bevestigt. De kasten worden afgedekt met een deksel waarin een voederbakje bevestigd is voor water of voer. Problemen De grootste problemen bij de bijen bij zijn de wasmot, de hoornaar en de varroamijt. De larven van de wasmot beschadigen de wassen raten. Ze kan bestreden worden door een koudebehandeling. De opgebouwde ramen werden 1 maand opgeslagen bij 10°C. Beter nog zou zijn bij 1°C, maar dan zijn de energiekosten voor koeling te hoog. De hoornaar doodt bijen en bijenlarven en kan een heel volk uitroeien. Hiervoor had de imker zelf een lokval gemaakt. De
43
varroamijten werden bestreden door Bayvarol tijdens de winter en in het voorjaar. In de zomer en het najaar gebruikte hij thymol. Controle van een bijkast Na de rondleiding hadden we de kans om samen met de imker een bijenkast te inspecteren in de geschikte outfit. Hij toonde ons werksters, darren, open en gesloten broed, darrenbroed, stuifmeel en honing. De koningin was onvindbaar.
Foto 72: Inspectie van een bijenkast Over de middag aten we in een plaatselijk restaurant. Een Kretenzische specialiteit zijn wijgaardslakken die in het wild worden gevangen. De Kretenzeers gaan ook in de natuur diverse groenten plukken die ze in sla verwerken. We proefden “Stamnagathi” of Cichorium indibus, “Abronies” of Tamus sp. dit is een soort asperge en knollen van Muscari commosum of “Askordoulaki”. Alles werd bereid in een houtgestookte oven.
Foto 73: Guy en Ely in gesprek met de kokkin De kokkin gaf het recept van de wijngaardslakken. Recept wijngaardslakken De slakken worden in april verzameld in de bergen. In deze periode zijn ze het smakelijkst. Ze mogen niet geoogst worden in september omdat ze zich dan voortplanten. Ze hebben dan ook geen goede smaak. De slakken worden in een afsluitbaar net gebracht waarin ze gevoederd worden met deegwaren. Ze lusten dit graag en hierdoor krijgen ze een betere smaak.
44
In een pot doen we water en we brengen dit aan de kook. Als het water kookt dan voegen we de volgende kruiden toe: - Oregano - Laurier - Thijm - Rozemarijn - Zout We brengen de slakken nu in het kokende water en laten ze een 10-15 tal minuten koken met een deksel op de kookpot. Hierna nemen we de slakken uit het kookvocht. In het kookvocht gieten we 1 glas witte wijn. Ondertussen kunnen we jonge uitjes bakken in een pan, tot ze glazig zijn en dan toevoegen aan het kookvocht. We voegen verse tomaten, aardappelen en 1 courgette toe, samen met look, peper en zout. Dit mengsel laten we inkoken op een zacht vuurtje tot de groenten gaar zijn. Dan voegen we de slakken opnieuw toe aan het bereide mengsel. Smakelijk !
Botanische tuin te Chania-Omalos Aankomst 14u35 Vertrek 18u15
Foto 74: Zicht op de vijver en het dierenpark van de botanische tuin Deze tuin is een privé-initiatief in samenwerking met de MAICh. Hij is 24 ha groot en heeft een ideaal microklimaat tussen twee bergketens. De tuin ligt 110 m boven zeeniveau. De omliggende heuvels houden de koude wind tegen waardoor de gemiddelde temperatuur 2 à 3 °C hoger dan in de rest van Kreta. Deze omstandigheden laten de groei toe van bijna alle planten. De aanleg van de tuin duurde 6 jaar, 4 jaar geleden verwoestte een bosbrand een groot gedeelte van de tuin. Vorig jaar werd de tuin en het restaurant geopend voor het publiek.
45
De tuin is ingedeeld in vijf sectoren. 1. Tropische planten van heel de wereld 2. Mediterrane planten van Kreta 3. Mediterrane fruitbomen (perziken, kersen, appels, peren, kiwi’s, abrikozen, amandelen, mispels,…) 4. Citrusfruit 5. Druivensoorten Daarnaast is er een kleine zoo. Te vermelden waard is de aanwezigheid van de endemische zeldzame krikri-geit. Het management van de tuin promoot de gezonde inheemse voedingswaren in het restaurant.
Foto 75: Zeer veel aromatische planten mochten we ruiken We doorsnuffelden de tuin grondig en vonden een massa voor ons onbekende planten. Een volledige opsomming is onmogelijk. Daarom volgt hier een opsomming van enkele merkwaardige exemplaren: Dellenia indica (elephant Apple), Punica granata (granaatappel), Averrhoa carambola (sterfruit), Phoenix dactylifera (dadelpalm), Coffea arabica (koffie), Magnifera indica (Mango), Psidium guajava (Guava), Musa musella (lotusbanaan), Opuntia ficus-indica, Erythrina crista-gall (coral tree), Saccharum officinarum (suikerriet), Helichrysum italicum (curryplant), Eriobotrya japonica (mispel), Citrus lemon (citroen) en Melia azedarach (Persian lilac) die we mochten proeven.
46
Foto 76: Vruchten van Solanum muricatum
Foto 77: Bloemen van Musa musella
Foto 78: Gerbera
47
Vrijdag 30 april 2010 Snijbloementeelt: George Polioudakis, Rethimno (Stavromenos) Het rozen– en chrysantenbedrijf heeft een combinatie van plastiek– en glasserres met een totale oppervlakte van 1,4 ha. Ze kweken ook enkele andere snijbloemen maar dan in kleine aantallen zoals Solidago (guldenroede), Lysianthus (Eustoma), Gypsophylla (gipskruid), Chrysantenserre (2000 m²glas) Gewas: Troschrysanten (Chrysanthemum indicum) gewaskeuze afhankelijk van het seizoen. Substraat: Cocos en steentjes.
Foto 79: De chrysantenserre Het uitgangsmateriaal wordt aangevoerd vanuit Nederland. De topscheuten worden dan in een stekserre beworteld. De stekserre heeft een nevelsysteem met elektronisch blad. Deze zal aanspringen als hij opgedroogd is. De stekserre is uitgerust met het principe van natte matras koeling. De bekendste vorm van aanvullende verdampingskoeling is matraskoeling, veel toegepast in zuidelijke landen waar de luchtvochtigheid buiten vaak laag is. Het biedt een effectieve koeling omdat het vocht wordt toegevoegd aan de buitenlucht (met lage energie inhoud) voordat die de kas in wordt gebracht. Het grootste nadeel van dit systeem is de temperatuurgradiënt die optreedt tussen de matras aan de ene gevel en ventilator aan de andere gevel.
48
Foto 80: De stekserre
Foto 81: De voeler die de verneveling stuurt
Foto 82: Natte matras koeling
49
Nadat het gewas is geworteld, zal het uitgeplant worden in de serre. De teeltrotatie in de serre is 4 maal per jaar. Teeltduur van geplante stek tot oogstbare snijbloem is 12 weken. De fertigatie gebeurt met druppelbevloeiing. Het substraat gaat 1,5 jaar mee en wordt dan vervangen. In de zomer wordt de kas gekoeld met een dakberegening en de ramen worden gekalkt. In de stookruimte wordt brandstof van gemalen olijfpittengebruikt. 6 kg is equivalent van 1l mazout. Voor de watervoorziening gebruikt men hoofdzakelijk regenwater. Het hemelwater wordt van de daken opgevangen en opgeslagen, alleen in de droge maanden wordt er water van de maatschappij aangekocht. De klimaatregeling gebeurt automatisch met een systeem van Priva. Er wordt bijgelicht in de winterperiode. Indien er problemen zijn dan kan een specialist vanuit Nederland het probleem oplossen via de computer. De planten worden ook geremd met Alar. Ziekten en plagen worden gecontroleerd door IPM (Geïntegreerde teelt). De meest voorkomende ziekten zijn trips en spint. Rozenteelt (glasserre 12000 m²) De rassenkeuze is afhankelijk van het seizoen. In het totaal zijn er 14 cultivars aanwezig op het bedrijf. (Avanlache, First Red, Sabine,…). De teeltduur is 4 à 5 jaar afhankelijk van de cultivar. Het gebruikte substraat zijn Cocosmatten.
Foto 83: De rozenserre De rozengeur is sterk aanwezig. De bedrijfsleider zegt dat er geen zware chemische middelen worden gebruikt en dat daarom de geur aanwezig is. Er wordt dagelijks geoogst in de ochtend vanaf 7 uur. De afzet gebeurt in winkels in Kreta. De rest van de rozen gaan naar heel Griekenland (per boot). De prijs
50
wordt bepaald door de wereldmarkt. Er is geen export omdat ze niet kunnen voldoen aan de vraag van Europa. De sortering van de rozen gebeurt machinaal op het bedrijf. Ze worden met de hand gebundeld en van een hoes voorzien. Criteria voor de sortering zijn: stengellengte (40-80 cm) en knopgrootte. De stengels worden machinaal afgesneden.
Foto 84: Rozen die wachten op sortering
Foto 85: De sorteermachine De bloemen worden op Chrysal gezet in een koeling bij 2° C. Sommige rozen worden geverfd. Deze rozen worden enkel gebruikt voor bruiloften op Kreta. Er wordt ook hier geïntegreerd gewerkt. Ze zetten biologische bestrijders uit. Spint, bladluizen en witte vlieg zijn de meest voorkomende. De laatste tijd hebben ze ook last van wolluis.
51
Foto 86: Plagen bij rozen: Wolluis, witte vlieg en spint Voedingunit Het uitgangswater is bij voorkeur regenwater dat wordt opgevangen in een grote silo. Dit wordt gemengd met het recirculatiewater (40%) uit de rozenteelt dat ontsmet werd door een trage zandfilter en een UV-ontsmetter. Het drainwater wordt om de 2 maanden geanalyseerd, waarna de voedingssamenstelling aangepast kan worden. Er kunnen 3 verschillende voedingssamenstellingen gebruikt worden met A-en Bbak en één zuurvat. Er wordt gewerkt met een mengbakunit. Voor het samenstellen van de meststofbakken wordt gewerkt met vaste meststoffen. Om een goede oplossing van deze meststoffen te bekomen, dienen deze geroerd te worden. Hiervoor wordt perslucht gebruikt. Tijdens de zomer zijn 25-30 druppelbeurten per dag nodig, tijdens de winter 1012. Voor de rozen streeft men naar een pH van 5,6 en een EC van 1,8mS/cm.
Foto 87: Mengvat
52
Foto 88: Voedingsschema rozen
Foto 89: Voedingsschema chrysanten
53
In de namiddag werden we weer op de MAICh verwacht voor een uiteenzetting van Prof. Manakos over GIS (Geographical Information Systems) en RS (Remote sensing en de toepassingen er van in de landbouw. We eindigen dus het wetenschappelijk programma waar we een week geleden zijn gestart. Het lokaal waar we werden ontvangen, hing vol satellietfoto’s van de aarde. We herkenden Dubai, de Nijldelta, … Adembenemend mooi ! Prof. Manakos heeft de gave van het woord en ging in sneltempo over tot een uiteenzetting. Doelstelling: Onderzoek van vegetatie zonder de planten zelf aan te raken = Remote Sensing Techniek: Fotomateriaal wordt verzameld per vliegtuig of per satelliet. Ook op de grond worden gegevens verzameld. Al deze info wordt verzameld in een databank, GIS, Geographical Information System. Naast zichtbaar licht wordt ook IR-licht gemeten, dat veel meer informatie geeft over plantengroei. Door kleuromzetting van IR naar rood wordt ook deze info visueel voorgesteld. Het onderzoek spitst zich toe op het interpreteren van beelden en informatie die met deze technieken verzameld wordt. Toepassingen: Optimalisatie van irrigatie Detectie van gewastype per perceel Detectie van groeistoornissen van gewassen Opvolgen van evolutie van plantengroei: planten die migreren naar lagere hoogte door global warming Onderzoek van bosbranden en hun bestrijding Onderzoek van milieuproblemen Verzamelen van informatie voor beleidsvoering Er zijn zelfs toestellen die op de tractor staan zodat de bodembewerking, de bemesting, de irrigatie, … kan aangepast worden aan de behoefte op basis van info uit GIS. Voorstelling van didactische toepassing: Zie www.seos-project.eu Er werd een demo gegeven van de verschillende mogelijkheden die deze site biedt voor toepassing in de lespraktijk: interactieve spelletjes, werkbladen, opdrachten voor zelfstudie… met betrekking tot biologie, fysica, milieu, geologie, natuur, landbouw…
54
Foto 90: Prof. Manakos tijdens de uiteenzetting over RS en GIS Zaterdag 1 mei 2010 Geleide excursie naar de Samariakloof: Vandaag werden we om om 5.30 u afgehaald door een bus die ons naar het beginpunt van onze excursie bracht. De Samariakloof is Europa’s grootste kloof en als dusdanig een indrukwekkend natuurfenomeen. Wat cijfermateriaal kan dit aantonen : -
lengte : ca. 16 km hoogteverschil : 1200 m. Dit is van op een hoogte van 1200 m tot vrijwel op zeeniveau. De eerste vier kilometers zijn de lastigste, over die afstand moet immers een hoogteverschil van ca. 600 m overwonnen worden.
Foto 91: Onze gids Likos
55
Foto 92: De smalste doorgang is amper 3 meter, de hoogte 300 meter De Samariakloof gaat elk jaar pas open op 1 mei, afhankelijk van het weer en het debiet van de rivier. Wegens de vrij droge winter was dit nu geen probleem en ook de weergoden waren ons zeer gunstig gezind. De rivier gaat op zeker ogenblik ondergronds, om dan na het uitgestorven dorpje Samaria (nu een belangrijke stopplaats op het traject) weer plotseling – eerst hoorbaar en pas daarna zichtbaar - op te duiken. Wandelaars die zich verwonden of om een andere reden niet verder kunnen, kunnen alleen maar uit de kloof gehaald worden m.b.v. een ezel. De terugkeer vanuit het eindpunt kan alleen per boot gebeuren. Deze vaart naar Komitades (eindpunt van de Imbroskloof) van waaruit men dan per bus naar het afhaalpunt gebracht wordt. Zodoende waren we iets voor 21.00 u thuis. Voorwaar, dit was een fantastische uitstap. Onze gids vertelde ook dat hij nog maar zelden de witte bergen zonder sneeuw zag. De opwarming van de aarde zit er voor iets tussen.
Foto 93: De ambulance … een muilezel
56
Foto 94: De boot die ons uit Komitades terug bracht Fauna en flora De Samariakloof herbergt een belangrijke populatie van de endemische Kretenzische geiten, ook wel ’krikri’ genoemd. Als wandelaar krijgt men ze meestal niet te zien. Voorts hebben sommige gedomesticeerde geiten de gewoonte verworven om in bomen te klimmen, ze worden dan ook boomgeiten genoemd (dit hebben we met eigen ogen kunnen waarnemen, uiteraard alleen in bomen met relatief horizontale of schuin opgaande stammen). Heel wat insecten en vogels werden ook opgemerkt, maar het leukst was de lange rij dennenprocessierupsen op de grond. We zagen op verschillende plaatsen reeds nesten in de bomen, maar nu eindelijk de rupsen.
Foto 95: Dennenprocessierups De plantengroei is niet zo uitbundig als die in de Imbroskloof. De dominerende bomen zijn wel de zelfde, Pinus brutia (een den), Cupressus sempervirens var. horizontalis (een cypres) ; onder de loofbomen valt de Oosterse plataan (Platanus orientalis) het meest op.
57
Foto 96: De stam van Platanus orientalis, opvallend is de minder afbladderende schors die we gewoon zijn van de geteelde plataan (die een hybride is)
Een greep uit de opvallendste planten die niet of nauwelijks in de Imbroskloof aangetroffen werden, maar hier in redelijke of grote hoeveelheden groeien: - Cyclamen creticum : bloeiend, en daardoor direct herkenbaar doordat de andere Kretenzische soort in de herfst bloeit.
Foto 97: Cyclamen creticum - populatie
-
Phlomis cretica : vervangt grotendeels de alom voorkomende P. fruticosa , kleiner in al zijn aspecten en met minder bloemen in de schijnkransen.
58
-
Orchideeën : liefst een zestal soorten werden aangetroffen waaronder Ophrys candica (een soort hommelorchis met een zeer klein verspreidingsgebied in Europa), Serapias sp. (tongorchissen, ca. 5 zeer moeilijk te onderscheiden soorten op Kreta), Orchis coriophora subsp. fragrans (een mediterrane vorm van de wantsenorchis), Epipactis helleborine (brede wespeorchis, volgens de flora op Kreta uitsluitend voorkomend in de Samariakloof en nog niet bevestigd. Bij deze ………… Deze soort is ‘by the way’ de meest algemene orchidee in Vlaanderen.)
Foto 98: Brede wespenorchis
Foto 99: Ophrys candica
59
Foto 100: Serapias sp.
Foto 101: Ophrys candica
-
Onosma erecta subsp. erecta : endemisch en nauw verwant aan Symphytum, slechts eenmaal waargenomen aan het begin van de wandeling.
-
Paeonia clusii subsp. clusii : een witbloeiende pioen en door botanici gekend van rond de kapel ‘Ayios Nikolaios’.
60
Foto 102: Paeonia clusii subsp. clusii
Foto 103: Paeonia clusii subsp. clusii (in vrucht)
-
Delphinium staphisagria : een ridderspoor (erg giftig)
Foto 104: Delphinium staphisagria
61
Euphorbia characias : een wolfsmelk, ook in cultuur in België.
Foto 105: Euphorbia characias -
Hypericum sp. : hertshooisoort met heel smalle blaadjes, op Kreta groeien er meerdere soorten
Foto 106: Hypericum sp. Cuscuta palaestina : een warkruidsoort (parasiet op lipbloemigen), te onderscheiden van de andere warkruiden door zijn 4-tallige bloempjes (loupe vereist !). Adiantum capillus-veneris (venushaar) houdt van vochtige muren en rotswanden
62
Foto 107: Adiantum capillus-veneris (venushaar)
Erica sp.
Foto 108: Hangende Erica: inspiratiebron voor telers die hang-erica’s op de markt willen brengen ?
Bremraap of Orobanche
63
Foto 109: Bremraap op gastheerplant
Foto 110: Gemotiveerde wandelaars op zoek naar didactisch materiaal (foto’s)
Zondag 2 mei Het is heel mooi weer vandaag. Daarom gaan we graag in op de uitnodiging naar het strand van Elafonisi te gaan. Elafonisi is een klein eiland op een steenworp van het vasteland. Het is het meest zuidwestelijke punt van Kreta. Elafonisi staat bekend om haar schoonheid. Het eiland ligt met een zandbank vast aan de kust en ligt slechts enkele tientallen meters van de kust. We waadden er naar toe. De naam Elafonisi betekent herteneiland dit omdat het in de Byzantijse tijden een hertenreservaat was. Op Elafonisi zagen we weer typische plantengroei en een schat aan schelpjes. Vele schelpjes waren met het blote oog niet te determineren wegens te klein; Willam nam dus een kilootje aanspoelsels mee om ze thuis te verder te identificeren.
64
Foto 111: De schelpenrapers op Elafonisi Lijstje van de waargenomen planten op Elafonisi: Capparis spinosa subsp. rupestris : de struik waarvan men de bloemknoppen oogst en als kappertjes, ingelegd in azijn of zout, verkoopt Cakile maritima: zeeraket Eryngium maritimum : blauwe zeedistel Centaurea pumilio Pancratium maritimum : zeenarcis met blauwe bladeren Posidonia oceanica: gedroogde en aangespoelde ‘linten’, zeegras Bij de schelpen kon Willam volgende soorten determineren. Area sp.: Zebraschelp Denthalium sp.: Olifantstandjes Haliotis sp. : zee oor
Foto 112: Elafonisi
BEDANKT LEONARDO OM DIT WAAR TE HELPEN MAKEN!! 65