Veertiendaags militair blad – 21 juli 2007 – Afgiftekantoor: Brussel X – 7de jaargang – P209302 - Uitgegeven door DG IPR Bimensuel militaire – 21 juillet 2007 – Bureau de dépôt : Bruxelles X – 7e année – p209302 – Édité par DG IPR
2007 ÉDITION SPÉCIALE SPECIALE EDITIE
415
11
Liaison Officer
2
9
5 4
Liaison Officer team in Ivory Coast
Monuc RDC
Kinshasa Kisangani
10
25 5
Eusec RDC
30
2 1 1
Coalition Coordination Center (Tampa) Unifil (New York) United Nations (New York)
Benheli Contact Team
4
United States of America
Benin
1 1
Lebanon Israel
UN Truce Supervision Organisation (UNTSO) 2
426
Belufil
1
Lebanon
Liaison Officer in Postdam
International Security Assistance Force (Isaf) 1
[Situation au 10 juillet 2007]
Kinshasa Bujumbura Kigali Abidjan
6 5 1 4
Détachement d’agents de sécurité (DAS) 16
Nato Headquarters KFOR
7 7
Train the trainers
Kfor Headquarters in Pristina (Kosovo)
Burundi
4 4
Les Belges en opérations - Belgen in operaties
5
Contact team 34 Kananga 8 Programme de partenariat militaire (PPM) 4 Structure militaire intégrée (SMI) 1
Democratic Republic of Congo 47
5 ROT Pandur - M113
5
Tanzania
5 United Mission in Sudan (Unmis)
1
Sudan
1 FS Somme
18 5 252 21 3
Headquarters Isaf Liaison Officer Isaf Kabul International Airport (Kaia) Kunduz Mazar i Sharif
CTF 150
299
9 165 15
Isaf
Headquarters Multinational Task Force (Nord) & Batfra Belukos Liaison and Monitoring Team
Belkos in Mitrovica (Kosovo) 189
[Toestand op 10 juli 2007]
Inhoudsopgave
Sommaire Avant-propos du ministre de la Défense
4
Voorwoord van de minister van Defensie
5
Avant-propos du ministre de l’Intérieur
7
Voorwoord van de minister van Binnenlandse zaken 6
Avant-propos du chef de la Défense
8
Voorwoord van de Chef Defensie
9
La plan stratégique à mi-parcours
10
Halfweg het strategisch plan
11
La Défense en opérations
12
Operaties van Defensie
13
Les nouveaux matériels
14
Het nieuwe materieel
14
Le parcours du défilé
16
Het parcours van het defilé
16
La composition du défilé
17
De samenstelling van het defilé
17
Les 50 ans de l’Union européenne
24
50 jaar Europese Unie
25
Les vétérans
26
Veteranen
26
Le jubilé des musiques militaires
27
Jubileum muziekkapellen
27
Les 175 ans de l’ordre de Léopold
28
175 jaar Leopoldsorde
29
La police intégrée
30
De geïntegreerde politie
30
La protection civile
31
De civiele bescherming
31
Les services d’incendie
32
De brandweer
32
Le service100
33
De dienst 100
33
La croix-rouge
34
Het rode kruis
34
Voor meer informatie Pour plus de renseignements www.mil.be 0800 14 936
21 juli/juillet 2007
–3–
Avant-propos du ministre de la Défense Madame, Monsieur, En 2000, le Gouvernement approuvait le Plan stratégique 20002015 pour la modernisation de la Défense. Ce plan, premier du genre et opérant un changement en profondeur des structures et de la manière de travailler sur le long terme, est aujourd’hui arrivé à mi-parcours. Ce travail énorme a pu être rendu possible grâce à un dialogue social de qualité et une parfaite transparence envers le personnel et les organisations syndicales qui le représentent. Ce défilé du 21 juillet sera en quelque sorte un premier bilan visuel et concret. Nous nous étions engagés voici 7 ans à avoir une armée plus petite mais mieux équipée, mieux formée et en tout cas beaucoup plus flexible. Nous avons, pour l’instant, en moyenne 1.100 militaires déployés sur les terrains d’opérations par périodes de 4 mois. La Belgique n’a donc pas à rougir de son investissement humain que ce soit à l’Otan ou dans des missions européennes ou encore des Nations unies. Vous allez voir défiler les unités qui ont participé aux missions à l’étranger ces 12 derniers mois. Ce défilé militaire vous permettra aussi de découvrir nos nouveaux véhicules, des jeeps, des camions 8 tonnes Iveco, des Pandur, des AIV, des Dingo… Tout ce matériel a été acquis tout récemment et va permettre de remplacer les véhicules vieillissants tout en assurant une bien meilleure sécurité à notre personnel.
Ajoutons au rang des nouvelles acquisitions la frégate Léopold I que nous ne pourrons montrer ici, mais qui d’ores et déjà attend sa sœur jumelle, le Louise Marie, qui devrait nous être livrée d’ici une petite année, sans oublier les 8 hélicoptères NH90 que le Gouvernement a décidé d’acquérir et qui devraient remplacer les Sea King d’ici 3 ans. Si tout ce matériel a pu être acquis sans enveloppe budgétaire supplémentaire, c’est grâce aux marges de manoeuvre importantes que la nouvelle structure de management et la manière de travailler ont permis de dégager ces dernières années. La Défense est aujourd’hui présente aux côtés des citoyens pour la Paix, que ce soit au Kosovo, en Afghanistan, au Liban, en Afrique tout autant qu’en Belgique. Plus proche, plus utile encore, telle est la devise de notre département. En outre, des dizaines d’actions visant à sensibiliser les jeunes générations à la citoyenneté et aux valeurs démocratiques ont été développées. La Défense belge est désormais moderne au même titre que n’importe quelle entreprise performante à un point tel que plusieurs pays partenaires et voisins marquent aujourd’hui un intérêt certain pour notre expertise et n’hésitent pas à s’inspirer de notre Plan pour moderniser leurs forces armées. Mesdames et Messieurs, l’armée que vous allez voir défiler ce jour est celle de demain. Nous pouvons en être fiers et remercier ces femmes et ces hommes qui donnent le meilleur d’eux-mêmes pour lui assurer en permanence ses lettres de noblesse. Je vous souhaite une bonne Fête nationale et que cette journée en famille reste un des moments forts de cette année 2007. André Flahaut.
–4–
21 juillet/juli 2007
Voorwoord van de minister van Defensie Mevrouw, Mijnheer, In 2000 keurde de regering het ‘Strategisch Plan voor de Modernisering van de Krijgsmacht 2000-2015’ goed. Dit plan, het eerste in zijn soort, waarin een ingrijpende hervorming van de structuren en een langetermijnvisie voorop stond, is intussen halverwege het uitgestippelde parcours. Dit huzarenstuk werd mee mogelijk gemaakt dankzij een geslaagde sociale dialoog en totale openheid tegenover het personeel en de vakorganisaties die het vertegenwoordigen. Dit defilé kan gezien worden als een eerste visuele en tastbare balans. Ons streven 7 jaar geleden was om te komen tot een kleiner maar beter uitgerust, beter opgeleid en veel flexibeler leger. Vandaag ontplooien wij gemiddeld 1.100 militairen op diverse operatietonelen voor periodes van telkens 4 maanden. België hoeft dus echt niet te blozen voor de personeelsinzet bij opdrachten voor rekening van de NAVO, de Europese Unie of de Verenigde Naties. U zult de eenheden zien defileren die in de afgelopen twaalf maanden aan buitenlandse opdrachten deelnamen. Daarnaast kunt u ook kennismaken met onze hagelnieuwe voertuigen: Light Multirole Vehicles, vrachtwagens 8-ton-Iveco, Pandurs, Armoured Infantry Vehicles’s, Multi Purpose Protected Vehicles,... Allemaal recent aangekocht materiaal dat onze oudere voertuigen zal vervangen en ons personeel nog beter zal beschermen.
Voor de ‘Leopold I’, het nieuwe M-Fregat dat wij hier niet kunnen tonen, is het nog even wachten op zijn tweelingzus de ‘Louise Marie’ die over een jaartje wordt afgeleverd. En dan zijn er natuurlijk ook nog de 8 NH90-helikopters die onze regering beslist heeft aan te kopen. Deze vervangen over een drietal jaar onze Sea Kings. Dat al dit materiaal kon worden aangeschaft zonder bijkomende budgettaire inbreng is te danken aan de belangrijke bewegingsruimte die de nieuwe managementstructuur en de nieuwe werkwijze de afgelopen jaren hebben opgeleverd. Defensie staat de burger bij voor vrede zowel in Kosovo, Afghanistan, Libanon en Afrika als in eigen land. Nog dichterbij en nog nuttiger, dat is het devies van ons Departement. Bovendien werden tientallen acties op het getouw gezet om de burgerzin van de jongere generaties aan te scherpen en ze nog meer van de democratische waarden te doordringen. Evenals andere performante bedrijven koos Defensie resoluut de weg van de moderniteit, in die mate zelfs dat heel wat partnerlanden en buren duidelijke belangstelling betonen voor onze expertise en zich door ons Stuurplan laten inspireren om hun eigen strijdkrachten te moderniseren. Dames en heren, het leger dat u hier vandaag ziet defileren, is het leger van morgen. Wij mogen fier zijn op deze vrouwen en mannen die het beste van zichzelf geven om het departement voortdurend zijn adelbrieven te verlenen. Laten wij hen feliciteren ! Ik wens u een geslaagde Nationale Feestdag toe en hoop dat deze familiedag een van de hoogtepunten van 2007 mag zijn. André Flahaut.
21 juli/juillet 2007
–5–
Voorwoord van de minister van Binnenlandse Zaken Op 21 juli vieren we onze Nationale Feestdag. Dit is een uitstekende gelegenheid om opnieuw een belangrijke gebeurtenis in het daglicht te plaatsen. Vorig jaar blikten we zo terug op het 175-jarige bestaan van de Belgische Grondwet en de eedaflegging van Leopold I als eerste koning der Belgen. Dit jaar staan we stil bij de vijftigste verjaardag van het Verdrag van Rome, de oprichtingsakte van de Europese economische gemeenschap. De Europese Gemeenschap van zes lidstaten is intussen uitgegroeid tot een Unie van 27 leden. Op het vlak van de integratie en de onderlinge samenwerking werd een hele weg afgelegd. Wij bezitten thans een sterkere stem in het wereldgebeuren en dat door een gemeenschappelijk buitenlands beleid en door een gemeenschappelijke munt. Economische groei en stabiliteit op het Europese continent hebben ook positieve gevolgen voor ons land.
Dit jaar vieren we dus de vijftigste verjaardag van de ondertekening van het Verdrag van Rome. Dat is een reden om te vieren. We kunnen trots zijn op de moed en op de visie die we vijftig jaar geleden hebben tentoon gespreid. Er werden nieuwe wegen bewandeld, nieuwe wegen om vrede en stabiliteit op het Europese continent te garanderen. Die stabiliteit en veiligheid zijn tevens te danken aan onze strijdkrachten en aan de verschillende hulpdiensten van ons land. Ik denk daarbij aan de civiele bescherming en de brandweer waarvan de werking recent nog grondig werd hervormd zodat de dienstverlening aan de bevolking nog beter kan verlopen. Ik denk verder aan de werking van de geïntegreerde politie waarvan de hervorming praktisch is afgewerkt. Tijdens het défilé zullen al deze diensten hun middelen en hun inzet aan de bevolking tonen. Zij zullen het bewijs leveren van hun parate inzet voor eenieders veiligheid. Ik hoop dat het jaarlijks defilé opnieuw op veel belangstelling zal mogen rekenen, en dit hopelijk met een zomers weer. Ik wens tenslotte iedereen een uitstekende Nationale Feestdag en tevens een prettige vakantie. Patrick Dewael Vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken
–6–
21 juillet/juli 2007
Avant-propos du ministre de l’Intérieur Le 21 juillet, nous célébrons notre Fête nationale. C’est une excellente occasion de mettre à nouveau en évidence un événement important. L’année passée, nous commémorions le 175e anniversaire de la Constitution belge et de la prestation de serment de Léopold I comme premier roi des Belges. En 2007, nous nous sommes concentrés sur les 50 ans du Traité de Rome, l’acte fondateur de la Communauté économique européenne.
que nous avons répandus il y a quelque cinquante ans. Ils ont ouvert de nouvelles voies pour garantir la paix et la stabilité sur le continent européen. Cette stabilité et cette sécurité sont aussi le fait de nos forces armées et des différents services de secours de notre pays. Je tiens ici à remercier la protection civile et les pompiers dont le fonctionnement à encore, il y a peu, été réformé en profondeur de sorte qu’ils puissent encore mieux servir la population.
La Communauté européenne formée par six Etats s’est depuis muée en Union de 27 membres. Sur le plan de l’intégration et de la coopération, un long chemin a déjà été parcouru. Nous disposons à présent d’une voix forte sur le plan mondial et ceci grâce à une politique étrangère commune et à la monnaie unique. La croissance économique et la stabilité sur le continent européen ont également des répercussions positives pour notre pays.
Je pense aussi au fonctionnement de la police intégrée dont la réforme est pratiquement terminée. Pendant le défilé, nous allons montrer à la population les moyens et l’enthousiasme de ces services. Ils feront la preuve de leur engagement pour la sécurité de tous.
Cette année, nous fêtons donc le cinquantième anniversaire de la signature du Traité de Rome. Une bonne raison de se réjouir. Nous pouvons être fiers du courage et de la vision
J’espère que le défilé pourra à nouveau compter sur votre intérêt et sur un temps estival. Je souhaite également à chacun une excellente Fête nationale et de belles vacances. Patrick Dewael Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
21 juli/juillet 2007
–7–
Avant-propos du chef de la Défense Avec le lancement durant l’année 2000 du Plan stratégique pour la modernisation des forces armées belges 2000-2015, la Défense a entamé un véritable bouleversement. Fin 2003, l’évolution vers une armée plus petite, plus flexible, plus mobile, mieux équipée et plus rapidement engageable, a été affinée dans le Plan directeur de la Défense, dans les limites d’un nouveau cadre budgétaire. Aujourd’hui, à mi-chemin du plan stratégique, la Défense a d’ores et déjà engrangé des résultats très importants dans à peu près tous les domaines. Dans le domaine du personnel, les réalisations les plus marquantes sont l’exécution des accords sectoriels ainsi que l’approbation du concept de carrière mixte. La part du budget de fonctionnement existant consacrée annuellement aux opérations a augmenté ces dernières années de 75 à plus de 100 millions d’euros. L’output de la Défense a donc augmenté de manière substantielle. Actuellement, plus de 4.000 hommes et femmes prennent part annuellement aux opérations sur quatre continents, sur terre, sur mer et dans les airs. Un certain nombre d’entre eux, qui se sont méritoirement engagés en Afghanistan, au Liban, au Kosovo, en Afrique centrale et sur les mers du globe, défileront d’ailleurs devant vous aujourd’hui. Durant la période 2000-2007, la Défense a pu lancer de nouveaux investissements pour un montant de 3,4 milliards d’euros. Cela n’a été rendu possible que grâce à la compression de nos coûts de fonctionnement, à une politique dynamique et proactive de vente des matériels et infrastructures devenus excédentaires,
–8–
21 juillet/juli 2007
ainsi qu’au fait que le Gouvernement ait autorisé la Défense à affecter les revenus des ventes aux nouveaux investissements. Une partie du nouveau matériel, dont les livraisons sont actuellement pleinement en cours, a été reprise dans ce défilé : les MPPV, véhicules protégés multifonctionnels, qui, depuis le début de cette année, ont déjà été engagés au Liban et en Afghanistan, ainsi que les nouveaux véhicules tout-terrain 4x4, équipés de kits de protection, qui les rejoindront bientôt. Vous aurez également un avant-goût des véhicules blindés d’infanterie AIV, dont les livraisons commenceront fin de cette année, ainsi que du premier Pandur équipé de senseurs d’observation et de reconnaissance. Couplés à l’équipement individuel adapté et aux vestes pare-éclats modulaires dont disposent les soldats, ces investissements contribuent à la sécurité et à la protection de notre personnel en opérations. Il y a naturellement encore plus : 2 frégates multifonctionnelles, qui bien entendu ne peuvent pas vous être montrées ici, de nouveaux hélicoptères d’appui NH90 qui seront livrés à partir de 2011, et à plus long terme, les avions de transport A400M. Mais avec tout ceci, le travail n’est pas encore terminé. Afin de mener la transformation engagée à bonne fin et de continuer à garantir l’interopérabilité avec nos partenaires, nous devons résolument continuer à nous engager dans la voie choisie. J’espère que ce défilé offrira à tous d’ores et déjà une bonne image de la manière dont la nouvelle armée belge prend forme.
Voorwoord van de Chef Defensie Met het ‘Strategisch Plan voor de Modernisering van het Belgisch Leger 2000-2015’ is Defensie in het jaar 2000 aan een ware omwenteling begonnen. Eind 2003 werd de evolutie naar een kleiner, meer flexibel, mobieler, beter uitgerust en sneller inzetbaar leger, verder verfijnd in het ‘Stuurplan Defensie’ binnen de grenzen van een nieuw budgettair kader. Vandaag, halfweg het strategisch plan, heeft Defensie reeds zeer belangrijke resultaten geboekt in zowat alle domeinen. In het personeelsdomein zijn de meest markante realisaties de uitvoering van de sectorale akkoorden en de goedkeuring van het gemengde loopbaanconcept. Het aandeel van het bestaande werkingsbudget dat jaarlijks besteed wordt aan operaties, is de afgelopen jaren gestegen van 75 naar meer dan 100 miljoen euro. De output van Defensie is dus substantieel verhoogd. Tegenwoordig nemen jaarlijks meer dan 4000 mannen en vrouwen deel aan operaties op vier continenten, te land, op zee en in de lucht. Een aantal onder hen, die zich verdienstelijk hebben gemaakt in Afghanistan, in Libanon, in Kosovo, in Centraal-Afrika en op de wereldzeeën, zal hier vandaag voor U defileren. In de periode 2000-2007 heeft Defensie alles samen voor 3,4 miljard euro nieuwe investeringen kunnen lanceren. Dit was slechts mogelijk dankzij het drukken van onze werkingskosten, dankzij een dynamisch en proactief beleid voor de verkoop van
overtollig materieel en infrastructuur, en dankzij het feit dat de Regering de toelating heeft gegeven om de inkomsten uit verkoop aan te wenden voor de nieuwe investeringen. Een deel van het nieuwe materieel, waarvan de leveringen volop bezig zijn is opgenomen in het defilé: de MPPV’s, multifunctionele gepantserde voertuigen, die al sinds begin dit jaar ingezet worden in Libanon en in Afghanistan, en de nieuwe 4x4-alle-terrein-voertuigen met beschermingskit die hen daar binnenkort zullen vervoegen. U krijgt ook een voorsmaakje van de gepantserde infanterievoertuigen AIV, waarvan de leveringen eind dit jaar van start gaan, en van de eerste Pandur uitgerust met verkennings- en observatiesensoren. Samen met de aangepaste individuele uitrusting van de soldaten en de modulaire scherfwerende vesten waarover ze beschikken, dragen deze investeringen bij tot de veiligheid en de bescherming van ons personeel in operaties. Er is uiteraard nog meer: 2 multifunctionele fregatten, die hier natuurlijk niet getoond kunnen worden, nieuwe steunhelikopters NH 90 die vanaf 2011 geleverd worden, en op langere termijn A400M transportvliegtuigen. Daarmee is het werk echter nog niet af. Om de ingezette transformatie tot een goed einde te brengen en de interoperabiliteit met onze partners te blijven verzekeren, moeten we resoluut verdergaan op de ingeslagen weg. Ik hoop dat dit defilé iedereen alvast een goed beeld zal bieden van hoe het nieuwe Belgische leger vorm krijgt.
21 juli/juillet 2007
–9–
Le plan stratégique à mi-parcours Cette année, la Défense arrive à mi-chemin de la plus importante mutation qu’elle ait jamais connue en plus de 175 ans. Au terme du Plan stratégique de modernisation de l’armée belge 2000-2015, le département répondra entièrement aux besoins de la situation géopolitique actuelle. Confronté à plusieurs questions existentielles, surtout suite à la disparition de la confrontation Est-Ouest, il devait se remettre totalement en question. À mi-chemin vers l’évolution d’une armée plus petite, mais plus souple, plus mobile, plus rapide et mieux équipée, beaucoup de choses ont déjà été concrétisées. La priorité a été accordée au rattrapage en matière d’investissements de la composante terre. Les programmes lancés répondent à trois critères essentiels : ils sont basés sur le «minimum suffisant», concernent du matériel disponible sur le marché et tiennent systématiquement compte d’une collaboration avec nos partenaires européens. La majorité de ces investissements a déjà été approuvée par les derniers gouvernements fédéraux. Pour rester dans le cadre budgétaire fixé, la Défense a parallèlement fourni d’importants efforts pour optimiser son fonctionnement et pour y affecter moins de 25 % de son budget annuel. Ceci a été possible grâce à une meilleure gestion, une prise de conscience à tous les niveaux, un entraînement plus efficace et enfin, une utilisation plus rationnelle des installations militaires. Au sein de ce cadre budgétaire, la Défense a en outre réussi à améliorer et diversifier son engagement opérationnel. Depuis quelques années, les forces armées belges sont présentes en
– 10 –
21 juillet/juli 2007
permanence sur quatre continents. À l’heure actuelle, plus de 3.300 hommes et femmes participent chaque année à des opérations à l’étranger. Mais la Défense reste bien entendu présente sur le territoire belge : nos militaires retroussent régulièrement leurs manches en cas de catastrophe et de calamité. Le personnel, la plus grande richesse du département, a bénéficié d’une attention toute spéciale. Sa compétence et son professionnalisme ont reçu la valorisation qu’il méritait par l’introduction de deux accords sectoriels. La réduction du personnel respecte aussi le rythme prévu : d’ici 2015, les effectifs devraient s’établir à 37.725 personnes. Tout cela sans licenciement sec, mais sur base des départs naturels et/ou volontaires. Grâce au concept de carrière mixte voté ces derniers mois, les effectifs militaires continueront de décroître et la proportion de personnel civil d’augmenter. Le recrutement est un succès et permet de rétablir l’équilibre de la pyramide des âges. La grosse transformation de la Défense est donc sur la bonne voie et se fait entièrement comme prévu. Une armée plus petite mais plus souple, plus mobile, plus rapide et mieux équipée devient chaque jour, de plus en plus, réalité.
Het strategisch plan halfweg Defensie bevindt zich dit jaar halfweg de ingrijpendste transformatie waar ze ooit voor stond. Met het strategische plan voor de modernisering van het Belgische leger 2000-2015 als leidraad past het departement zich volop aan de noden van de actuele geopolitieke toestand aan. Vooral de verdwijning van de confrontatie met het voormalige Oostblok confronteerde ons departement met een aantal existentiële vragen, waardoor het zich noodgedwongen volledig in vraag stelde en herdacht. Halfweg de evolutie naar een kleiner, meer flexibel, mobieler, beter uitgerust en sneller inzetbaar leger is er al heel wat gerealiseerd. Voorop stond ongetwijfeld de inhaalbeweging op het vlak van investeringen voor de landcomponent. De opgestarte programma’s voldoen stuk voor stuk aan drie essentiële kenmerken: ze zijn gebaseerd op een ‘voldoende minimum’, ze richten zich op materieel dat op de markt beschikbaar is en ze houden steevast een samenwerking met onze Europese partners voor ogen. Het leeuwendeel van deze investeringen heeft de regering intussen goedgekeurd. Om steeds binnen het vooropgestelde budgettaire kader te blijven, leverde Defensie gelijklopend belangrijke inspanningen om zijn werking te optimaliseren en de eraan verbonden kosten onder de drempel van 25 % te brengen. Dit kon dankzij een beter management, een groter kostenbewustzijn op alle niveau’s, een efficiëntere training en een rationeler gebruik van de militaire installaties.
Binnen dit budgettaire stramien kon Defensie bovendien zijn operationele inzet vergroten en diversifiëren. Sinds enkele jaren zijn de Belgische strijdkrachten permanent aanwezig op vier continenten. Vandaag de dag nemen jaarlijks meer dan 3.300 mannen en vrouwen deel aan buitenlandse operaties. Verder laat Defensie zich op het nationale grondgebied evenmin onbetuigd. Regelmatig steken militairen de handen uit de mouwen bij noodsituaties en catastrofes. De grootste rijkdom van het departement, namelijk het personeel, genoot ten slotte speciale aandacht. Met name door de uitvoering van twee sectorale akkoorden kreeg haar competentie en professionalisme de nodige waardering en appreciatie. Ook de afbouw van het personeelsbestand zit op schema. Tegen 2015 zal de getalsterkte het streefcijfer van 37.725 bereiken. Op basis van natuurlijke en/of vrijwillige afvloeiing, dus zonder verplichte ontslagen. Via het gemengdeloopbaanconcept, dat de laatste maanden gestemd werd, daalt het aantal militairen verder en stijgt het aandeel van het burgerpersoneel. De succesvolle rekrutering op haar beurt zorgt voor een evenwichtige leeftijdspiramide. De grootscheepse transformatie van Defensie zit dus op het goede spoor en verloopt volledig volgens plan. Een kleiner, meer flexibel, mobieler, beter uitgerust en sneller inzetbaar leger komt elke dag een vastberaden stap dichterbij.
21 juli/juillet 2007
– 11 –
Les opérations : la tâche centrale de la Défense La participation aux opérations reste l’essence même de l’existence d’une armée. Dans ce domaine, la Défense prend sa part de responsabilités en déployant en permanence quelque 1.000 militaires sur quatre continents… Cela fait quinze ans que des militaires belges participent à des opérations au service de la paix. Depuis le premier contingent envoyé en Croatie, en avril 1992, notre personnel a parcouru le monde sous le béret de l’Onu, au service de l’Otan ou de l’Union européenne. Depuis 2002, le budget alloué aux opérations est en constante augmentation. Parallèlement, la diversification géographique de nos opérations est plus prononcée et une certaine stabilisation dans les Balkans permet l’envoi de troupes en Asie, au Moyen-Orient ou encore en Afrique. Petit tour de nos militaires en mission…
Au Liban, la Belgique fournit un détachement de quelque 350 personnes à Tibnine, dans le sud du pays. Ces militaires ont mis en œuvre un hôpital de campagne au profit des casques bleus mais aussi de la population locale. Les militaires du génie fournissent un appui technique aux troupes de l’ONU alors que nos démineurs ont été affectés au déminage des engins nos explosés qui foisonnent dans la région.
Amérique
Europe En 2006, quarante-sept militaires et trois hélicoptères A-109 ont opéré pendant six mois au profit de l’Eufor en BosnieHerzégovine. Au Kosovo, une compagnie belge est actuellement intégrée dans un bataillon français dans le nord de la province. Leur mission a maintenant évolué vers une collecte d’informations et la fourniture de Liaison and monitoring teams. Début septembre, le chasseur de mine Narcis a participé à l’opération multinationale de déminage Open Spirit 2006 en mer Baltique. De décembre 2006 à avril 2007, la composante air a fourni quatre F-16 au profit des États baltes pour des missions de police aérienne.
Asie Depuis la fin 2002, des militaires belges assurent la sécurité de l’aéroport international de Kaboul, en Afghanistan. Depuis, ils se sont aussi déployés à Kunduz, dans le nord et dans d’autres
– 12 –
endroits comme Mazar-e-sharif où ils oeuvrent à la reconstruction du pays.
21 juillet/juli 2007
Régulièrement, une frégate de la composante marine participe à la lutte contre la drogue dans les Caraïbes. Participation très efficace, puisqu’en octobre 2006, le Westdiep a effectué une saisie record de trois tonnes de cocaïne !
Afrique Ces dernières années, la Défense a augmenté sa présence en Afrique répondant à une réelle nécessité. Côte d’Ivoire, Burundi, Bénin, mais surtout République démocratique du Congo où des militaires belges se sont impliqués dans le processus de formation d’une armée intégrée regroupant des soldats des diverses factions qui se sont opposées pendant plusieurs années. Enfin, n’oublions surtout pas nos cinq militaires qui ont foulé l’Antarctique dans le cadre de l’établissement d’une nouvelle station polaire belge. S'il ne s'agit pas d'une opération de la Défense, c'est quand même une mission d'exploration où l'aide du département est très appréciée.
Militaire operaties, de kerntaak van Defensie Deelnemen aan militaire operaties blijft dé bestaansreden van een leger. Defensie neemt haar verantwoordelijkheid op en zet permanent ongeveer 1.000 militairen in op vier continenten.
Al vijftien jaar nemen Belgische militairen deel aan vredesmissies. Sinds Defensie in april 1992 een eerste contingent naar Kroatië stuurde, vliegt ons personeel de hele wereld rond onder de VN-vlag of in dienst van de NAVO of de Europese Unie. Sinds 2002 neemt het operatiebudget alsmaar toe. Niet alleen is onze actieradius groter geworden, maar nu de toestand in de Balkan minder ontvlamblaar is, komen er troepen vrij voor missies naar Azië, het Midden-Oosten of Afrika. Een blik op de wereld …
Europa In 2006 zette Defensie gedurende zes maanden 47 militairen en drie A-109-helikopters in voor Eufor, in Bosnië-Herzegovina. Onze compagnie in Kosovo maakt momenteel integraal deel uit van een Frans bataljon in het noorden van de provincie. Hun opdracht is ondertussen geëvolueerd naar informatievergaring en het uitsturen van liaison- en monitoringteams. Begin september nam de mijnenjager Narcis gedurende twee weken deel aan de multinationale mijnenveegoperatie Open Spirit 2006 in de Baltische Zee. Van december 2006 tot april 2007 leverde de luchtcomponent vier F-16’s voor luchtbewaking boven de Baltische staten.
Azië Sinds eind 2002 beveiligen Belgische militairen de internationale luchthaven van Kaboel in Afghanistan. Vandaag werken
ze ook in Kunduz en Mazar-e-Sharif, in het noorden, mee aan de heropbouw van het land. In Libanon is een Belgisch detachement van zo’n 350 militairen gelegerd in Tibnin, in het zuiden van het land. Onze militairen beheren er een veldhospitaal voor de blauwhelmen, en voor de plaatselijke bevolking. Onze geniemedewerkers bieden technische ondersteuning aan de VN-troepen, terwijl onze ontmijners ontploffingstuigen opruimen die het gebied onveilig maken.
Amerika Regelmatig neemt een fregat van de marinecomponent deel aan drugsbestrijdingcampagnes in de Caraïben. Met succes, want in oktober 2006 onderschepte de Westdiep maar liefst drie ton cocaïne: een recordvangst!
Afrika De voorbije jaren dreef Defensie haar aanwezigheid in Afrika verder op om te voldoen aan een reële behoefte. In Ivoorkust, Burundi, Benin, maar vooral in de Democratische Republiek Congo. In Congo helpen onze militairen bij de opleiding en vorming van één geïntegreerd leger, met soldaten van verschillende facties die jarenlang tegenover elkaar stonden. Tot slot mogen we onze vijf militairen in Antarctica niet vergeten. Zij helpen er een nieuw Belgisch poolstation bouwen. Hoewel het hier niet gaat om een echte militaire operatie, wordt de hulp van het departement aan deze expeditie sterk gewaardeerd.
21 juli/juillet 2007
– 13 –
Les nouveaux matériels de la Défense FRÉGATE-M : LEOPOLD I
ARMOURED INFANTRY VEHICLE (AIV) PIRANHA IIIC
• Dimensions : 122.25 x 14.37 m • Hauteur : 6.2 m • Tonnage : 2.800 tonnes
• Dimensions : 7.293 x 2.717 x 2.198 mm • Charge utile, selon la version : jusqu’à 10 fantassins. • Moteur : Caterpillar C9 de 394 ch
Motorisation : • 2 moteurs diesel Stork-Werkspoor de 9.790 ch + 2 turbines à gaz Rolls Royce Spey 1A de 33.800 ch • Vitesse maximale : 21 noeuds (moteurs diesel) et 33 noeuds (turbines)
Armement, selon la version : • canon de 30mm ou canon de 90 mm, • Remotely operated self-defence station (ROSS) 12,7 mm, • version ambulance • version génie avec poseur de mines • verson dépanneur et recouvrement • protection contre les mines: mine anti-char jusqu’à 8 kg sous une roue et 6kg sous le chassis • protection ballistique: projectiles juqu’à 14,5 mm Armour Piercing • Vitesse maximale : 105 km/h • Autonomie : 810 km
Armement : • Nato Sea Sparrow (missiles anti-aériens), torpilles, OTO Melara (canon de 76-mm contre objectis aériens et maritimes), Harpoon (missiles contre engins de surface)
M-FREGAT: LEOPOLD I • Afmetingen: 122.25 x 14.37 m • Diepgang: 6.2 m • Tonnage: 2.800 ton Motoren: • 2 dieselmotoren Stork-Werkspoor van elk 9.790 pk + 2 Rolls Royce Spey 1A gasturbines van 33.800 pk • Maximum snelheid: 21 knopen (dieselmotoren) en 33 knopen (gasturbines) Bewapening: • NATO Sea Sparrow (luchtafweermissiles), Torpedo– installatie, OTO Melara (76-mm kanon tegen lucht- en zeedoelen), Harpoon (missiles tegen oppervlaktedoelen)
FRIGATE LEOPOLD I
– 14 –
21 juillet/juli 2007
ARMOURED INFANTRY VEHICLE (AIV) PIRANHA IIIC • Afmetingen: 7.293 x 2.717 x 2.198 mm • Nuttig laadvermogen: afhankelijk van de versie tot 10 infanteriesoldaten. • Motor: Caterpillar C9 394 Pk Bewapening: afhankelijk van de versie: • kanon 30mm, kanon 90 mm, • Remotely operated self-defence station (ROSS) 12,7 mm, • ambulanceversie, • genieversie met mijnenschop, • herstellings- en bergingsversie. • Mijnbescherming: antitankmijn van 8 kg onder het wiel en 6kg onder de romp • Ballistische bescherming: projectielen tot 14,5 mm Armour Piercing • Maximum snelheid: 105 km/u • Autonomie: 810 km
ARMOURED INFANTRY VEHICLE (AIV) PIRANHA IIIC
Nieuw materieel van Defensie MULTI-PURPOSE PROTECTED VEHICLE (MPPV) DINGO II
LIGHT MULTIROLE VEHICLE (LMV) IVECO
• Afmetingen: 5.480 x 2.500 x 2.390 mm
• Afmetingen: 5153 x 2390 x 2111 mm • Nuttig laadvermogen: 850 kg of tot 4 personen • Motor: Iveco F1C 3l TD met 190 PK
• Nuttig laadvermogen: 1.700 kg of tot 8 personen • Motor: Mercedes Benz 222 Pk • Bewapening: Remotely operated self defence station (ROSS) 12,7 mm • Mijnbescherming: antitankmijn van 6 tot 8 kg • Ballistische bescherming: projectielen 5.56 en 7.62 mm • Maximum snelheid: 90 km/u • Autonomie: > 700 km
MULTI-PURPOSE PROTECTED VEHICLE (MPPV) DINGO II • Dimensions : 5.480 x 2.500 x 2.390 mm • Charge utile : 1.700 kg ou jusqu’à 8 personnes • Moteur: Mercedes Benz 222 ch • Armement : Remotely operated self defence station (ROSS) 12,7 mm • protection contre les mines de 6 à 8 kg • protection balistique: projectiles de 5.56 et 7.62 mm • Vitesse maximale : 90 km/h • Autonomie : > 700 km
TECTED SE PRO O P R U P MULTI
PPV) VEHICLE (M
Bewapening: • Mijnbescherming: permanent tegen antipersoneelsmijnen en handgranaten • Ballistische bescherming: beschermt tegen 5.56 en 7.62 mm • Maximum snelheid: 130 km/u • Autonomie: 600 km
LIGHT MULTIROLE VEHICLE (LMV) IVECO • Dimensions : 5153 x 2390 x 2111 mm • Charge utile : 850 kg ou jusqu’à 4 personnes • Moteur: Iveco F1C 3l TD de 190 ch Protection : • protection permanente contre les mines anti-personnel et les grenades à mains • protection balistique : protection contre les projectiles de 5.56 et 7.62 mm • Vitesse maximale : 130 km/h • Autonomie: 600 km
LIGHT MULTIROLE VEHICLE (LMV) IVECO
DINGO II
21 juli/juillet 2007
– 15 –
��������������������������� ���������������������������
��������������������������������
� �� �� �� ��� �� � �� ��� � ��
����� �������������������� ���
����� �������������������� ���
La composition du défilé peut être sujette à modifications
�� � � � � � � � �� � � � � � � � � � � � � �� � � � �
����������������������
�
�� � � � � � � � � � � � � � � � � �� � � � � � � �� � � � �
�
������������ ������������
�������������������� � � � � � � � � � � � � � � ��
�����������������������������
�
��
�
��
�������������������
�
�
�
�
����������������� ����������������
�
�
�
�
� � � � � � � � � � �� � � � � � � � � � � � ��
�
�
��
�
�
�
�������������������
�
���� ����� ����� �����
�������
�������
������������������������������ ����������������������������
� �
De samenstelling van het defilé kan nog veranderen
��������������������������������������������
������������������������������������������
�
�������������������������������� � � ��������������������������������
���������������������������
��������������
�
� � � � � � � � � � �� � � � � � � � � � � � ��
� �� �� ��� �� � � ��
Le parcours du défilé Parcours van het defilé
�
�
��
��
21 juillet/juli 2007 �
– 16 –
Composition du défilé aérien et terrestre Samenstelling van het lucht- en gronddefilé
JEUNES ET ANCIENS • Un détachement de jeunes avec le drapeau européen • La Musique Royale de la Marine • Un détachement de vétérans • Un détachement du stage des jeunes auprès des musiques royales de la Défense • Un détachement du Corps Royal des Cadets de Marine – un véhicule chargé d’un zodiac • Un détachement de l’asbl royale des Cadets de l’Air de Belgique – un véhicule chargé d’un planeur • Un détachement du stage des jeunes Para junior • Un détachement du stage des jeunes Commando junior
JONG EN OUD • Een detachement jongeren met de Europese vlag • De Koninklijke Muziekkapel van de Marine • Een detachement veteranen • Een detachement van de jongerestage bij de Koninklijke Muziekkapellen van Defensie • Een detachement Koninklijke Marinecadetten en een voertuig met zodiac • Een detachement van de Koninklijke Luchtcadetten met een voertuig met zwever • Een detachement van de jongerenstage para junior • Een detachement van de jongerenstage commando junior
21 juli/juillet 2007
– 17 –
Commando van het defilé Commandement du défilé • Le vice-chef de la Défense, le lieutenant général Oger Pochet, escorté par 13 motos de la police militaire
DÉFILÉ AÉRIEN • 6 Alpha Jet en double formation “V” avec les couleurs nationales (composante air belge – Cazaux) • 1 hélicoptère Sea King et 2 hélicoptères Alouette III en formation “V” (40e escadrille – Base de Coxyde et composante marine) • 6 hélicoptères Agusta en double formation “V” (Wing Heli – Bierset) • 3 hélicoptères Alouette II en formation “V” (Wing Heli – Bierset) • 6 Marchetti en double formation “V” (1er Wing – Beauvechain) • 3 Embraer Xingu en formation “V” (armée de l’air française – Avord) • 3 Alpha Jet en “V” (armée de l’air française – Tours) • 6 F-16 en formation en double formation “V” (2e Wing tactique – Florennes) • 6 F-16 en formation en double formation “V” (10e Wing tactique – Kleine-Brogel) • 5 F-16 en formation (European Participating Air Forces Expeditionary Air Wing) • 1 Mc Donnell Douglas KDC-10 (force aérienne néerlandaise) et 3 F-16 (composante air belge) • 1 E3A AWACS (OTAN - Geilenkirchen) • 4 C-130 en formation Box (15e Wing de transport aérien – Melsbroek) • 2 Embraer ERJ (15eWing de transport aérien – Melsbroek) • 1 Dassault DA900 (15e Wing de transport aérien – Melsbroek) • 1 Dassault DA20 (15e Wing de transport aérien – Melsbroek) • 1 Airbus A-310 (15e Wing de transport aérien – Melsbroek)
– 18 –
21 juillet/juli 2007
• De vice-chef Defensie, luitenant-generaal Oger Pochet, geëscorteerd door 13 moto’s van de militaire politie
LUCHTDEFILÉ • 6 Alpha Jet in dubbele ‘V’-formatie met de Belgische driekleur (Belgische luchtcomponent – Cazaux) • 1 Sea King en 2 Alouette III-helikopters in ‘V’-formatie (40ste Smaldeel – Koksijde en marinecomponent) • 6 Agusta-helikopters in dubbele ‘V’-formatie (Heliwing – Bierset) • 3 Alouette II-helikopters in ‘V’-formatie (Heliwing – Bierset) • 6 Marchetti in dubbele ‘V’-formatie (1ste Wing – Bevekom) • 3 Embraer Xingu in ‘V’-formatie (Franse luchtmacht – Avord) • 3 Alpha Jet in ‘V’-formatie (Franse luchtmacht – Tours) • 6 F-16 in dubbele ‘V’-formatie (2de Tactische Wing – Florennes) • 6 F-16 in dubbele ‘V’-formatie (10de Tactische Wing – Kleine Brogel) • 5 F-16 in ‘V’-formatie (European Participating Air Forces Expeditionary Air Wing) • 1 Mc Donnell Douglas KDC-10 (Nederlandse Koninklijke Luchtmacht) en 3 F-16 (Belgische Luchtcomponent) • 1 E3A AWACS (NAVO - Geilenkirchen) • 4 C-130 in Box-formatie (15de Wing Luchttransport – Melsbroek) • 2 Embraer ERJ (15de Wing Luchttransport – Melsbroek) • 1 Dassault DA 900 (15de Wing Luchttransport – Melsbroek) • 1 Dassault DA 20 (15de Wing Luchttransport – Melsbroek) • 1 Airbus A-310 (15de Wing Luchttransport – Melsbroek)
DÉFILÉ TERRESTRE TROUPES À PIED Groupement Formation • Un groupe de commandement • Un détachement d’officiers élèves de l’École royale militaire (ERM) • Un détachement d’élèves officiers de l’École royale militaire (ERM) • Un détachement portant les emblèmes de l’Eurocorps et le drapeau européen • Un détachement portant les emblèmes des unités dissoutes • Un détachement portant les emblèmes des différentes unités participantes• Deux détachements d’élèves officiers de l’École royale militaire (ERM) • Un détachement de l’École royale de sous-officiers n° 1 de Dinant • Un détachement de l’École royale de sous-officiers n° 2 de Zedelgem • Un détachement d’élèves de l’École royale technique de Saint-Trond 1 • Un détachement Basic skills school 2 • Un détachement de l’École des métiers de l’appui • Un détachement de sportifs d’élite de la Défense et de moniteurs sportifs de l’Institut royal militaire d’éducation physique (IRMEP - Eupen)
GRONDDEFILÉ TROEPEN TE VOET Groepering Vorming • Een commandogroep • Een detachement officier-leerlingen van de Koninklijke Militaire School (KMS) • Een detachement leerling-officieren van de Koninklijke Militaire School (KMS) • Een detachement emblemen van het Eurokorps en de Europese vlag • Een detachement emblemen van ontbonden eenheden • Een detachement emblemen van alle deelnemende eenheden • Twee detachementen leerling-officieren van de Koninklijke Militaire School (KMS) • Een detachement van de 1ste Koninklijke School voor Onderofficieren uit Dinant • Een detachement van de 2de Koninklijke School voor Onderofficieren uit Zedelgem • Een detachement van de Koninklijke Technische School voor Onderofficieren uit St Truiden 1 • Een detachement van de Basic skills school 2 • Een detachement van de School voor Steunberoepen • Een detachement topsporters bij Defensie en sportmonitoren van het Koninklijk Militair Instituut voor Lichamelijke Opvoeding (KMILO - Eupen)
21 juli/juillet 2007
– 19 –
Groepering 50 jaar Europese Unie Groupement 50 ans de l’Union européenne • Un groupe de commandement • Un détachement état-major de l’EUROCORPS • Un détachement Joint Ops de l’Union européenne (80 UAV, European monitoring mission) • Un détachement avec les 27 drapeaux des nations de l’UE et le drapeau européen • Un détachement Joint Ops de l’Union européenne composé de militaires des quatre composantes
1
2
1
2
GROEPERING OPERATIES EN TRAINING (OPS & TRG)
GROUPEMENT DES OPÉRATIONS ET DE L’ENTRAÎNEMENT (OPS & TRG)
Commandogroepering Ops & Trg
Groupe de commandement Ops & Trg
Groep operaties
• Un groupe de commandement
• Een commandogroep 1 • Een detachement VN-operaties (BELUFIL) samengesteld uit militairen van de land- en de medische component 2 • Een detachement NAVO-operaties (KAIA, ISAF, KFOR en Open Spirit) samengesteld uit militairen van de vier componenten 3 • Een detachement operaties in Afrika (Benin, DRC en Burundi), samengesteld uit militairen van de land-, medische- en marinecomponent • Een detachement intermachten kenneleenheid
• Een commandogroep
Groupe opérations • Un groupe de commandement • Un détachement opération ONU (BELUFIL) composé de militaires des composantes terre et médicale • Un détachement opérations de l’OTAN (KAIA, ISAF, KFOR et Open Spirit) composé de militaires des quatre composantes • Un détachement opérations en Afrique (Bénin, RDC et Burundi) composé de militaires des composantes terre, marine et médicale • Un détachement de militaires de l’unité de chenils interforce
Groupe composantes et centres de compétence des composantes • Un groupe de commandement des quatre composantes • Un détachement de la composante terre • Un détachement du centre de compétence de la composante terre • Un détachement de la composante marine • Un détachement du centre de compétence de la composante marine • Un détachement de la composante air • Un détachement du centre de compétence de la composante air • Un détachement de la composante médicale • Un détachement du centre de compétence de la composante médicale
– 20 –
• Een commandogroep • Een detachement hoofdkwartier EUROKORPS • Een detachement joint operaties van de Europese Unie (80 UAV, European monitoring mission) • Een detachement met 27 vlaggen van de EU-naties en de Europese vlag • Een detachement joint operaties van de Europese Unie samengesteld uit militairen van de vier componenten
21 juillet/juli 2007
1 2 3
Groep componenten en competentiecentra componenten • Een commandogroep van de vier componenten • Een detachement van de landcomponent • Een detachement competentiecentrum landcomponent • Een detachement marinecomponent • Een detachement competentiecentrum marine • Een detachement luchtcomponent • Een detachement competentiecentrum luchtcomponent • Een detachement medische component • Een detachement competentiecentrum medische component
COLONNE MOTORISÉE Battle Group de l’Union européenne (EU BG) • Groupe de commandement – 3 jeeps Iltis (7e Brigade - Marche-en-Famenne) • Commandement EU BG - 3 jeeps Iltis (Régiment de Chasseurs Ardennais - Marche-en-Famenne) • Module infanterie – 3 Piranha IIIC – 2 Unimog – 4 Dingo II (Régiment de Chasseurs Ardennais - Marche-en-Famenne) • Module reconnaissance – 1 jeeps Iltis – 1 Pandur Recce –2 jeeps Recce (2/4e Régiment de Chasseurs à Cheval - Saive) • Module UAV (Unmanned Aerial Vehicle) – 1 LMV 1 camion avec un UAV (80e UAV Squadron - Elsenborn) • Module surveillance du champ de bataille (SCB) - 1 LMV 2 Unimog SCB (2/4e Régiment de Chasseurs à Cheval - Saive) • Module artillerie de campagne - 1 LMV - 2 jeep Fac – 2 jeep OA - 4 Unimog avec canon de 105 mm 2 Unimog avec mortier de 120 mm (1er Régiment d’Artillerie de Campagne - Bastogne) • Module artillerie antiaérienne - 1 LMV - 4 Unimog avec missile Mistral - (14e Régiment d’Artillerie Antiaérienne Lombardsijde) • Module génie - 1 LMV - 2 camions CBRN – Véhicules avec du matériel BELUFIL (4e Génie - Amay) – 2 véhicules d’intervention (SEDEE - Meerdaal) • Module Communication and information systems (CIS) – 1 LMV – 1 Unimog BMSC-TACSAT – 2 Unimog transmissions (10e Groupe CIS – Bourg-Léopold) • Module logistique – 1 LMV – 2 camions Iveco avec remorque – 2 semi-remorques Mercedes Actros – 2 camions Iveco 8 tonnes – 1 Scania transporteur de char – 1 dépanneuse Kerax – 1 Pandur maintenance (18e Bataillon Logistique – Bourg-Léopold) • Module médical – 1 LMV – 2 Unimog ambulance – 2 M-Gator – 2 camionnettes ambulance Renault – 2 Pandur ambulance (Centre Médical Opérationnel 7 – Marche-en-Famenne)
GEMOTORISEERDE COLONNE Battle Group Europese Unie (EU BG) • Een commandogroep – 3 Iltis-voertuigen (7de Brigade - Marche-en-Famenne) • Commando EU BG – 3 Iltis-voertuigen – (Regiment Ardense Jagers - Marche-en-Famenne) • Module infanterie – 3 Piranha IIIC – 2 Unimogs – 4 Dingo II (Regiment Ardense Jagers Marche-en-Famenne) • Module verkenning – Iltis Recce – Pandur recce – 2 Iltis Recce (Regiment 2de/4de Jagers te Paard - Saive) • Module Unmanned Aerial Vehicle (UAV)– een LMV, een vrachtwagen met aanhangwagen UAV (80ste Smaldeel UAV - Elsenborn) • Module slagveldbewaking (SVB) – een LMV – 2 Unimogs SVB (Regiment 2de/4de Jagers te Paard – Saive) • Module veldartillerie – een LMV – 2 jeep Fac – 2 jeep VW – 4 Unimogs met kanon 105 mm – 2 Unimogs met Mortier 120 mm (1ste Regiment Veldartillerie – Bastogne) • Module Luchtafweer – een LMV – 4 Unimogs met Mistral (14de Regiment Luchtdoelartillerie – Lombardsijde) • Module Genie – een LMV – 2 vrachtwagens CBRN – voertuigen met materiaal Belufil (4 Genie - Amay) – 2 interventievoertuigen (DOVO - Meerdaal) • Module Communicatie en informatiesystemen (CIS) – een LMV – een unimog BMSC - TACSAT – 2 Unimogs transmissie (10de Groep CIS - Leopoldsburg) • Logistieke module – een LMV – 2 vrachtwagens Iveco met aanhangwagen – 2 Mercedes Actros-vrachtwagens – 2 Iveco 8-ton – 1 Scania tanktransporter – 1 Keraxdepannagevoertuig – 1 Pandur maintenance (18de Bataljon Logistiek – Leopoldsburg) • Medische module – een LMV- 2 Unimogs Ambulance – 2 M-Gator – 2 camionettes ambulance Renault– 2 Pandurs-ambulance (Centrum voor Medische Operaties 7 – Marche-en-Famenne)
21 juli/juillet 2007
– 21 –
Défilé des services d’aide à la société civile • Module SEDEE – 1 jeep – 2 véhicules d’intervention • Module composante médicale – 1 véhicule SMUR Hôpital Militaire – 1 véhicule SMUR Brugmann • Module Movement Control Group – 1 jeep – 2 véhicules MCG • Module police militaire – 1 Opel Combo MP 2 combi MP
DÉFILÉ DES SERVICES D’AIDE CIVILS
Detachement steun aan de samenleving
• La police intégrée • La protection civile • Le service d’incendie • Le service 100 • La Croix-Rouge
• Module DOVO – een jeep– 2 interventievoertuigen • Module Medische Component - 1 voertuig MUG Militair Hospitaal– 1 voertuig MUG Brugmann • Module Movement Control Group – een jeep – 2 voertuigen MCG • Module Militaire Politie – 1 Opel Combo MP - 2 combi MP
DEFILÉ BURGERHULPDIENSTEN • Geïntegreerde politie • Civiele Bescherming • Brandweer • Dienst 100 • Rode Kruis
– 22 –
21 juillet/juli 2007
21 juli/juillet 2007
– 23 –
L’Union européenne a cinquante ans Le 25 mars 1957, les représentants de six pays européens apposaient leurs signatures au bas du Traité de Rome. Cinquante ans plus tard, le processus de rapprochement des États se poursuit, bien que nos cultures, nos langues et nos traditions restent différentes.. L’unité européenne est basée sur des valeurs communes : liberté, démocratie, égalité, état de droit et droits de l’homme. L’intégration et l’extension, de 6 à 27 États, ont joué un rôle très important. Parallèlement, l’Union s’engage toujours plus pour maintenir la paix sur terre.
Liberté et démocratie
La démocratie, voilà le noyau des valeurs qui les états membres lient. D’autres s’y sont ajoutées : libre circulation des personnes et des marchandises dans toute l’Union, on peut dorénavant étudier dans un autre pays, y travailler, y résider, sans tracasseries administratives insurmontables. On peut y bénéficier des soins de santé et de l’assistance sociale. L’UE a aussi fondé les bases pour un vaste territoire où le droit et la sécurité ne seraient plus entravés par les frontières nationales.
Bien-être Le niveau de vie des citoyens de l’Union est l’un des plus élevés au monde. L’assistance sociale aussi est l’une des meilleures. Car la croissance et le bien-être sont mis en relation avec le modèle social européen. La puissance économique combinée des états membres impose toutefois des responsabilités mondiales. L’UE en tient compte dans sa politique de commerce et de collaboration au développement.
Emploi et croissance La coopération en Europe a généré un vaste marché interne sans frontières intérieures (la plus grande zone commerciale au monde), une devise unique pour la majorité des citoyens de l’UE, ainsi que des normes communes de protection de l’environnement et de sécurité des biens de consommation. Ceci
– 24 –
21 juillet/juli 2007
a favorisé l’emploi, la croissance économique et un large choix de biens et services bon marché. Autant d’acquis qu’il faut célébrer. Mais ils ne concernent pas uniquement le passé. C’est aussi une meilleure occasion de comprendre la situation actuelle, de se tourner vers l’avenir et de définir les souhaits pour l’Europe.
Défense En ce qui concerne la Défense, les pays européens s’efforcent souvent de parler d’une seule voix et de répandre leurs valeurs maîtresses. La Défense belge participe dans ce cadre à plusieurs opérations de l’UE, sous mandat des Nations unies. Les militaires belges se sont ainsi déployés en Bosnie-Herzégovine, dans le cadre d’Althea et en République démocratique du Congo, pour l’Eufor.
Battlegroup EU Au niveau militaire, les pays européens veulent avoir la possibilité d’intervenir rapidement et puissamment en dehors du continent. C’est pourquoi le concept de battlegroup EU a été créé, rassemblant quelque 1.500 militaires d’un ou plusieurs pays. À noter que ces composants armés sont également ouverts aux pays européens membres de l’Otan mais restés hors Union. Ces troupes doivent être prêtes à partir dans les dix jours après une décision du conseil des ministres de l’Union.
50 jaar Europese Unie Vijftig jaar geleden, op 25 maart 1957 ondertekenden enkele Europese landen het Verdrag van Rome. Hoewel onze culturen, talen en tradities verschillend blijven, groeien we nog steeds verder naar elkaar toe. De Europese eenheid is gebaseerd op gemeenschappelijke waarden: vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en respect voor de mensenrechten. Integratie en uitbreiding, van zes tot 27 landen, hebben hierbij een belangrijke rol gespeeld. De EU zette zich tegelijkertijd meer en meer in voor de wereldvrede.
Vrijheid en democratie Democratie is de kern van de waarden die de leden binden. Van deze bindende waarden heeft de EU de vrijheid verdiept door nieuwe vrijheden toe te voegen: vrij verkeer voor mensen en goederen binnen de hele EU. We kunnen in een ander EUland studeren, werken of wonen met minimale bureaucratische rompslomp. We kunnen overal gebruikmaken van de gezondheidszorg en sociale voorzieningen. Reizen binnen de EU kan steeds vaker zonder paspoort. De EU heeft ook de basis gelegd voor een gebied waarbinnen recht en veiligheid niet meer worden gehinderd door grenzen.
Welvaart De levensstandaard van de EU-burgers is een van de hoogste ter wereld. Ook de sociale voorzieningen behoren tot de wereldtop. Zo doen we dat in Europa: we brengen de stijgende welvaart in balans met het Europese sociale model. De gecombineerde economische kracht van de leden brengt ook wereldwijde verantwoordelijkheden met zich mee. De EU houdt daar rekening mee in haar beleid voor handel en ontwikkelingssamenwerking.
Werkgelegenheid en groei De samenwerking in Europa heeft geleid tot een interne markt zonder binnengrenzen (de grootste vrijhandelszone ter wereld), één munteenheid voor het grootste deel van de EUburgers, en gezamenlijke normen voor milieubescherming en productveiligheid. Dit heeft geleid tot werkgelegenheid en economische groei en een ruimere keuze aan scherpgeprijsde goederen en diensten. Dit zijn unieke prestaties die we graag willen vieren. Maar het gaat hierbij niet alleen om het verleden. Het is een unieke kans om het heden beter te begrijpen, naar de toekomst te kijken en te bespreken wat voor Europa we eigenlijk willen.
Defensie Ook op vlak van Defensie doen Europese landen inspanningen om samen op te treden. De landen tonen zo hun eensgezindheid en inspanningen om hun sleutelwaarden te verspreiden en te steunen. De Belgische Defensie nam in dit kader deel aan verschillende EU-operaties, met een mandaat van de Verenigde Naties. Zo waren er Belgische militairen actief in Bosnië-Herzegovina in het kader van ALTHEA en in de democratische Republiek Congo tijdens de opdracht EUFOR.
EU battlegroup Op militair vlak willen de Europese landen ook de mogelijkheid hebben om snel en krachtig op te treden buiten het Europese grondgebied. Hiervoor riepen de landen het concept van EU Battlegroup in het leven. Deze gevechtsgroep van om en bij de 1.500 militairen kan uit één land of uit een groep van landen komen. De troepen van deze gevechtsgroepen kunnen tien dagen na de beslissing van de ministerraad in operatie vertrekken.
21 juli/juillet 2007
– 25 –
Les vétérans
Veteranen
Dans l’immédiat après-guerre, la Belgique a voulu reconnaître les mérites de ceux qui s’étaient battus pour préserver la paix et la démocratie ou qui furent victimes du conflit. Quelques années plus tard, et dans un tout autre contexte, les volontaires du corps expéditionnaire de Corée s’engagèrent pour préserver la paix dans le monde. Tout comme pour les vétérans de 40-45, leurs mérites furent également reconnus par un statut spécifique.
Onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog wilde België de verdiensten erkennen van zij die vochten voor het herstel van de vrede en de democratie. Dit eerbetoon van heel België was ook gericht aan de oorlogsslachtoffers. Iets later en in een andere context aarzelden de vrijwilligers van het Expeditiekorps voor Korea niet om de internationale vrede te helpen bewaren. Net zoals bij de veteranen van 1940-1945, werden ook hun diensten erkend met een specifiek statuut van nationale erkentelijkheid.
Depuis la guerre de Corée, de nombreux militaires et civils de la Défense ont participé à des opérations à l’étranger, en Afrique, dans les Balkans, en Afghanistan ou encore plus récemment au Liban. Leur mission : préserver la paix, aider la population, éviter les conflits ou sauver des compatriotes.
Sindsdien namen talrijke militairen en burgers bij Defensie deel aan operaties in het buitenland, in Afrika, de Balkan, Afghanistan of Libanon. Om de vrede te herstellen, de bevolkingen te helpen, om conflicten te verijdelen en om onze landgenoten te redden.
Jusqu’à présent, ces personnes ne bénéficiaient pas encore d’une reconnaissance officielle, comme c’était le cas pour les anciens combattants des deux conflits mondiaux et de la guerre de Corée. C’est pourquoi les autorités, de conserve avec les organisations d’anciens combattants, ont décidé de reconnaître officiellement les mérites de leurs anciens soldats de la paix. Le concept de vétéran a dès lors vu le jour. Les anciens combattants ont insisté pour que leurs successeurs naturels poursuivent leur rôle de gardien du souvenir. Aujourd’hui, 250 vétérans participent au défilé. Pour plus d’informations : contactez l’adjudant-major Gilbert Fairon au 02 264 63 36, e-mail:
[email protected] HRG-A/N, Quartier reine Astrid Rue Bruyn 1, 1120 Bruxelles E-mail:
[email protected] Fax: 02 264 63 56
– 26 –
21 juillet/juli 2007
Tot vandaag bestond er voor de (ex-) personeelsleden van Defensie die deelnamen aan operaties nog geen teken van erkentelijkheid zoals voor de oud-strijders van de beide wereldoorlogen en de oorlog in Korea. Daarom besloten de autoriteiten, samen met verschillende organisaties, om de verdiensten van de strijders voor de vrede te erkennen. Zo ontstond het begrip veteraan. De oud-strijders dringen er in hun rol van onontbeerlijke getuige op aan dat hun natuurlijke opvolgers de herinnering voortzetten. Vandaag stappen er 250 veteranen mee op in het defilé. Voor meer informatie: adjudant-majoor Gilbert Fairon op 02 264 63 36, e-mail:
[email protected] HRG-A/N, Kwartier Koningin Astrid, Bruynstraat 1, 1120 Brussel E-mail:
[email protected] Fax: 02 264 63 56
Un jubilé musical
Muzikale jubilarissen
Cette année, les trois musiques militaires fêteront leur jubilé 175/60/60. Pour fêter ce grand événement, elles vont se faire entendre!
Dit jaar vieren de drie militaire harmonieën hun jubileum 175-60-60. Om dit feest luister bij te zetten, laten de koninklijke muziekkapellen dit jaar extra van zich horen.
La musique royale des Guides, l’aînée, a presque l’âge de notre pays. Née “Musique particulière du Roi” à la fin de l’été 1832, elle a bien grandi pour devenir, la première musique militaire du pays avec un grand orchestre d’harmonie composé de 84 musiciens et un corps de 22 trompettes de cavalerie et dont la ville marraine est Coxyde.
De Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen is bijna even oud als ons land en is meteen de moeder van alle nationale muziekkapellen. De band ziet het licht in de zomer van 1832 als de Particuliere Muziekkapel van de Koning. Ze groeit uit tot de eerste militaire muziekkapel van het land met een groot harmonieorkest van 84 muzikanten en een trompetterkorps van 22 cavalerietrompetters. Hasselt is haar peterstad.
Le 16 juin, le chef de musique François De Ridder est décédé au cours d’une intervention menée dans le cadre de son activité comme pompier volontaire.
Op 16 juni kwam kapelmeester François De Ridder om tijdens een ongeval bij een oproep van de vrijwillige brandweer van Asse.
Le 1er juillet 1947, la musique de la force navale prend le large. Composée de musiciens issus, pour beaucoup, de la force terrestre, cette harmonie a pu imposer son style fait de sons classiques, mais aussi de musiques de film ou de variété. En 1997, elle est baptisée musique royale de la Marine et est certainement une valeur sûre du paysage sonore de notre pays. Hasselt est sa ville marraine.
Op 1 juli 1947 kiest de Muziekkapel van de Belgische Zeemacht het ruime sop. Deze harmonie bestaat op dat moment voornamelijk uit muzikanten van de landmacht en ontwikkelt een eigen stijl met klassieke inslag, maar ook film- en variétémuziek. In 1997 krijgt de eenheid een nieuwe naam: de Koninklijke Muziekkapel van de Marine. Absoluut een vaste waarde in onze contreien. Koksijde is haar peterstad.
Apparaîssant tout d’abord sous l’appellation “musique de Bruxelles”, elle prend son envol en 1947 pour devenir la musique de la force aérienne. Composée de soixante musiciens et d’un corps de dix trompettes, elle fournit de nombreuses prestations tant en Belgique qu’à l’étranger et porte bien haut les sonorités militaires. En octobre 1995, l’orchestre a reçu des mains de Sa Majesté Albert II le titre de musique royale. Nivelles et Berlaar sont ses deux villes marraines.
Ook in 1947 nam de Muziekkapel van Brussel een hoge vlucht, om uit te groeien tot de Koninklijke Muziekkapel van de Luchtmacht. Deze kapel telt zestig muzikanten en een tienkoppig trompetterkorps. Het orkest treedt vaak op in België, maar ook daarbuiten en voert graag de boventoon. In oktober 1995 verleent Koning Albert II haar de titel ‘Koninklijke Muziekkapel’. Nijvel en Berlaar zijn de petersteden.
Organisés depuis 2005, les stages auprès des musiques militaires ont déjà accueilli près de 150 jeunes de 14 à 18 ans. Certains d’entre eux ont d’ailleurs participé à des prestations publiques comme le défilé du 21 juillet.
Sinds 2005 organiseren de muziekkapellen jongerenstages. Tot vandaag namen er al zo’n 150 jongeren van 14 tot 18 jaar aan deel. Zelfs vandaag stappen de jonge muzikanten mee op in het defilé.
21 juli/juillet 2007
– 27 –
Les 175 ans de l’ordre de Léopold Le premier ordre de mérite est né le 11 juillet 1832. Il s’inspirait, notamment, de l’exemple français de la Légion d’honneur (1802). Aujourd’hui, parmi tous les ordres existants, l’ordre de Léopold (OL) est le plus ancien au monde, dont la catégorie militaire se caractérise par deux glaives croisés entre la couronne et la croix de son insigne.
Sa devise est ‘‘L’union fait la force’’. Le Roi est son grand maître. Il se compose de 5 classes : grand cordon, grand officier, commandeur, officier et chevalier. Si le ruban était rouge en 1832, il est aujourd’hui violet. Hormis d’autres circonstances particulières, un sous-officier d’élite recevra la croix de chevalier de l’OL au moment de sa mise à la pension s’il compte au moins 35 années de services. Le couronnement d’une carrière ! Un capitaine, pour sa part, peut la recevoir après 20 années au service de l’Etat et de ses causes à défendre.
Symbole méconnu : la fourragère Durant les deux conflits mondiaux et la guerre de Corée, l’OL à titre militaire a été décerné avec une palme sur son ruban aux unités de l’Armée et aux individus qui s’étaient particulièrement distingués. Ces citations ont aussi été inscrites sur les emblèmes des unités. Une fourragère, de la même couleur que le ruban de l’OL, y est accrochée et est portée à l’épaule de ses membres pour attester publiquement du nombre de citations. Il en existe trois classes. La 1ère, striée de fils d’or pour 16 citations, n’a jamais été attribuée. La 2e avec fils d’argent est accordée pour 8 citations et la 3e pour 4. Par respect, les unités actuelles continuent de porter ces fourragères. Les reconnaissez-vous durant ce défilé ?
Intéressé(e) ? Consultez www.klm-mra.be/, le website du musée royal de l’Armée et d’Histoire militaire (MRA) et www.orderofleopold.be/, celui de la société de l’OL. En décembre 2007, le MRA consacrera une exposition temporaire à l’histoire des ordres nationaux belges depuis 1832.
– 28 –
21 juillet/juli 2007
175 jaar Leopoldsorde De Leopoldsorde is de eerste orde van verdienste. Ze dateert al van 11 juli 1832 en is geënt op het voorbeeld van het Franse Erelegioen (1802). De Leopoldsorde is vandaag ’s werelds oudste nog actieve orde. Op het insigne prijken tussen de kroon en het kruis twee gekruiste zwaarden.
Het motto van de Leopoldsorde luidt ‘Eendracht maakt macht.’ Grootmeester van dienst is koning Albert II. De Leopoldsorde telt vijf klassen: grootlintdrager, grootofficier, commandeur, officier en ridder. Hoewel het ordelint in 1832 nog rood was, heeft het vandaag een paarse kleur gekregen. Op enkele uitzonderingen na ontvangt een keuronderofficier het ridderkruis van de Leopoldsorde gewoonlijk bij zijn pensioen, wanneer hij ten minste 35 jaar dienst op zijn actief heeft staan. De bekroning van vele jaren trouwe dienst aan het vaderland! Een kapitein krijgt het kruis opgespeld na twintig jaar dienst aan de staat en verdediging van de nationale belangen.
Het schouderkoord: een miskend symbool De eenheden en mensen die zich op een bijzondere manier onderscheidden tijdens de twee wereldoorlogen en de oorlog in Korea kregen een palm op hun lint gespeld. Die eervolle vermeldingen staan ook gegraveerd in het embleem van die eenheden. Er wordt een schouderkoord in dezelfde kleur als het lint aan vastgemaakt. De leden dragen dit op de schouder ten getuige van het aantal eervolle vermeldingen. Er bestaan drie verschillende soorten schouderkoorden. Het schouderkoord in gouddraad voor zestien vermeldingen prijkt nog op geen enkele schouder. Het tweede, in zilverdraad, staat voor acht eervolle vermeldingen en het derde voor vier vermeldingen. Uit respect dragen de huidige eenheden de schouderkoorden nog steeds op hun uniform. Herkent u ze meteen?
Meer weten? Surf naar: www.klm-mra.be/, de website van het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijsgeschiedenis en www.orderofleopold.be/, de webstek van de Verenigingvan de Leopoldsorde In december 2007 organiseert het Legermuseum een tijdelijke tentoonstelling over de geschiedenis van de Belgische ordes sinds 1832.
21 juli/juillet 2007
– 29 –
La police intégrée De geïntegreerde politie Depuis quelques années, l’image du policier local ou fédéral s’est nettement améliorée auprès de la population. Ainsi, le dernier Moniteur de Sécurité a mis en évidence qu’en 2006, 87,5 % des Belges se sont montrés très satisfaits ou satisfaits du travail de la police. Il s’agit d’une augmentation d’environ 10 % par rapport à l’année 2000. Un résultat conforté par le succès des campagnes de recrutement.
Sinds enkele jaren is het imago van de lokale of federale politieagent duidelijk opgepoetst bij de bevolking. Zo blijkt uit de laatste Veiligheidsmonitor dat in 2006 maar liefst 87,5 % van de Belgen zeer tevreden of tevreden was over het politiewerk. Het gaat om een stijging van ongeveer 10 % in vergelijking met het jaar 2000. Een resultaat dat wordt versterkt door het succes van de rekruteringscampagnes.
Cette bonne image de la police auprès de la population est le fruit de plusieurs facteurs. D’abord, d’une identité visuelle (logo, striping des véhicules, uniformes…) de plus en plus présente et visible dans nos rues. Ensuite, des actions et de l’attitude des policières et policiers au contact de la population. Une attitude imprégnée de la philosophie de la fonction de police orientée vers la communauté et favorisée par une politique dynamique de gestion de ses ressources humaines. La police intégrée a en effet pour objectif de recruter et de former un personnel de qualité qui soit à même de résoudre les problèmes de la population. Pour cela des politiques en matière de bien-être, de motivation, de culture, de déontologie, de leadership, de diversité, de communication interne, etc. sont mises en œuvre. Des relations internes de qualité et le bien-être au travail figurent parmi les valeurs de la police intégrée. Autant d’éléments qui contribuent à aider les membres du personnel à se sentir bien dans leur peau et à favoriser, ainsi, le service rendu aux citoyens.
Dit goede imago van de politie bij de bevolking is het gevolg van meerdere factoren. In de eerste plaats is er de visuele identiteit (logo, striping van de voertuigen, uniformen …) die steeds meer aanwezig en zichtbaar is in onze straten. Vervolgens zijn er de acties en de houding van de politiemensen in contact met de bevolking. Deze houding ademt de filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg uit en is gesteund door een dynamisch beleid van haar beheer van human resources. De geïntegreerde politie heeft inderdaad als doel kwalitatief personeel te rekruteren en op te leiden, personeel dat in staat is de problemen van de bevolking op te lossen. Hiertoe is een beleid inzake welzijn, motivatie, cultuur, deontologie, leadership, diversiteit, interne communicatie enz. uitgewerkt. Interne kwaliteitsrelaties en het welzijn op het werk zijn waarden van de geïntegreerde politie. Zoveel elementen die het personeel kunnen helpen zich goed in zijn vel te voelen en die daardoor tevens de dienstverlening aan de bevolking begunstigen.
www.police.be www.politie.be
– 30 –
21 juillet/juli 2007
La protection civile De civiele bescherming Tout comme les pompiers, la Protection Civile est un service chargé de la sécurité non policière. Alors que les services d’incendie sont organisés au niveau local, la Protection Civile est un service fédéral placé directement sous l’autorité du Ministre de l’Intérieur.
Net zoals de brandweer is de civiele bescherming belast met niet-politionele veiligheid. Daar waar de brandweerdiensten op lokaal niveau worden georganiseerd, is de civiele bescherming een federale overheidsdienst, rechtstreeks onder het gezag van de minister van Binnenlandse Zaken.
Il y a six unités opérationnelles. Elles comptent 700 professionnels qui assurent un service 24 heures sur 24, 7 jours sur 7 et auxquels s’ajoutent 1.000 volontaires. Dans le futur proche, deux nouvelles unités deviendront opérationnelles à Gembloux et à Hasselt. La protection civile intervient d’office en cas de calamités naturelles (inondations, tempêtes, tremblement de terre …) ou de catastrophes (accidents ferroviaires ou aériens …). Elle intervient également à la demande des autorités locales pour fournir un renfort logistique en hommes et en matériel aux services d’incendie, lors de sinistres de grande ampleur (incendies, explosions, accidents de la route). Etant donné l’évolution technologique et celle des risques qui y sont liés, la protection civile s’est spécialisée dans des techniques particulières d’intervention relatives aux dangers chimiques et nucléaires, au transport de matières dangereuses, aux conséquences d’éventuelles attaques (bio)terroristes… La protection civile n’intervient jamais à la demande d’un particulier. Celui-ci, en cas de besoin, doit appeler les services d’incendie, en formant le 100 ou le 112. En cas de nécessité, ce sont les pouvoirs publics qui feront appel à la protection civile.
Er zijn zes operationele eenheden. Ze tellen 700 beroepsmensen die 24 uur op 24, 7 dagen op 7 operationeel zijn. Daarbij voegen zich nog eens 1.000 vrijwilligers. Op korte termijn worden twee nieuwe eenheden opgericht in Gembloux en in Hasselt. De civiele bescherming intervenieert ambtshalve bij natuurrampen (overstromingen, aardbevingen, wervelstormen …) en bij catastrofen (spoorwegongevallen, vliegtuigrampen, …). Bij schadegevallen van grote omvang (branden, ontploffingen, verkeersongevallen, …) intervenieert zij op verzoek van de lokale overheden om logistieke steun te leveren aan de brandweer met personeel en materieel. Gelet op de technologische evolutie en de hieraan gebonden risico’s, heeft de civiele bescherming zich gespecialiseerd in bijzondere interventietechnieken met betrekking tot chemische en nucleaire gevaren, het vervoer van gevaarlijke producten, de gevolgen van eventuele (bio)terroristische aanslagen… De civiele bescherming komt nooit tussenbeide op verzoek van een particulier. In geval van nood belt deze de brandweer op het nummer 100 of 112. Indien nodig zal de overheid dan een beroep doen op de civiele bescherming.
21 juli/juillet 2007
– 31 –
Les services publics d’incendie De brandweer
– 32 –
Quoi qu’il arrive, les pompiers sont toujours à votre disposition !
De brandweer staat altijd en in alle omstandigheden voor je klaar!
Le service d’incendie est un service de secours spécialisé, qui met ses compétences et son savoir-faire au service de la population. Les 251 services d’incendie que compte le pays comprennent quelque 17.000 pompiers, professionnels ou volontaires. La réforme de la sécurité civile figurait depuis quelques années déjà à l’agenda du gouvernement et, compte tenu de l’ampleur de la tâche, l’ensemble des acteurs et parties concernés a été, dès l’origine, associé aux travaux préparatoires. En avril, la nouvelle loi relative à la sécurité civile a été votée. La pierre angulaire de la réforme consiste en la création, au niveau supra local, de nouvelles entités juridiques, les zones de secours. Afin de garantir à chacun l’aide adéquate la plus rapide, les limites des communes, des provinces ou des régions ne feront plus obstacle aux interventions des services de secours. Les missions du service d’incendie ne sont pas uniquement limitées aux incendies. Les pompiers interviennent également comme ambulanciers, pour désincarcérer des automobilistes victimes d’accident de la route, pour libérer ou nettoyer la voie publique, … Ils luttent également contre les conséquences des catastrophes naturelles, des inondations, des tempêtes, des éboulements et des fuites de gaz. Ils se chargent aussi de la destruction des nids de guêpes. Les services d’incendie sont dotés d’un parc d’engins motorisés (autopompes, autoéchelles, camions-citernes, élévateurs, véhicules d’intervention rapide …) et d’une panoplie de matériel sophistiqué (radios, lances d’arrosage, motopompes, appareils respiratoires, appareils de mesure, matériels hydrauliques et pneumatiques…) Chaque commune est chargée de prendre les mesures de prévention nécessaires afin de réduire autant que possible, le nombre d’interventions des pompiers. Prévenir les incendies doit être la règle à suivre.
De brandweer is een gespecialiseerde hulpdienst die haar kennis en kunde ten dienste stelt van de bevolking. De 251 brandweerkorpsen tellen ongeveer 17.000 brandweerlui, beroeps en vrijwilligers. De hervorming van de civiele veiligheid stond al enkele jaren op de agenda van de regering. Deze stemde de nieuwe wet over de civiele veiligheid in april. De hoeksteen van de hervorming bestaat uit de creatie, op supralokaal niveau, van nieuwe juridische entiteiten, de hulpverleningszones. Om aan iedereen de snelste adequate hulp te garanderen, zullen de grenzen van de gemeenten, van de provincies of van de gewesten geen obstakel meer vormen voor de interventies van de hulpdiensten. De opdracht van de brandweer is niet enkel brandbestrijding. Zij treedt ook op als ambulancedienst, om personen te bevrijden bij verkeersongevallen, om de openbare weg vrij te maken of op te kuisen, … De brandweer bestrijdt ook de gevolgen van rampen, stormen, overstromingen, instortingen en gaslekken. Zij is ook belast met het vernietigen van wespennesten. De brandweer heeft een uitgebreid wagenpark (autopompen, autoladders, tankwagens, elevatoren, snelle hulpwagens, …) en een waaier aan gesofisticeerd materiaal (radiotoestellen, persslangen, motorpompen, ademhalingstoestellen, meettoestellen, hydraulisch en pneumatisch materiaal, …) Elke gemeente moet de nodige preventieve maatregelen nemen, om het aantal interventies van de brandweer zo sterk mogelijk te beperken. Branden voorkomen is de boodschap.
21 juillet/juli 2007
Le service d’urgence 100 De Dienst 100 Un appel est réceptionné au numéro 100 et toute une chaîne de réactions au sein de l’aide médicale urgente se met en place.
Iemand belt het nummer 100 en een keten van reacties binnen de dringende medische hulpverlening begint.
Le préposé de la centrale 100 prévient immédiatement l’équipe la plus adéquate: l’ambulance, the Paramedic Intervention Team, le Service Mobile d’Urgence et de Réanimation (SMUR), le service des urgences, le médecin généraliste ou tout autre intervenant de première ligne. Le soutien, le planning et la supervision du bon fonctionnement du service 100 est une des tâches de l’Inspection d’hygiène du service Incident & Crisis Management (ICM) du service public fédéral Santé publique, sécurité de la chaîne alimentaire & Environnement. Par province, ce docteur et cet infirmier représentent sur le terrain le service public fédéral de la Santé publique dans le domaine de l’aide médicale urgente. Outre ce fonctionnement des Centrales 100, les inspecteurs d’hygiène fédéraux et leurs collègues du service ICM se chargent d’autres actions: collaborer avec B-FAST pour la gestion des catastrophes à l’étranger, collaborer avec les Commissions médicales provinciales, rédiger et tester les plans d’urgence de la Belgique, comme par exemple pour Influenza. Toutes ces personnes collaborent, tant sur le terrain qu’au sein de l’administration, afin de s’organiser communément au cas où une éventuelle crise surviendrait, dans un seul but : vous aider !
De aangestelde van het hulpcentrum 100 verwittigt onmiddellijk de meest gepaste hulp: ziekenwagen, Paramedisch Interventie Team, Mobiele Urgentie Groep (MUG), spoedgevallendienst, huisarts of andere eerste lijnszorg. De ondersteuning, de planning en het toezicht op de goede samenwerking binnen het 100-systeem is één van de taken van de Federale Gezondheidsinspectie van de dienst Incident & Crisis Management (ICM) van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen & Leefmilieu. Per provincie vormen deze arts en deze verpleegkundige het gezicht van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid op het werkterrein van de dringende medische hulpverlening. Naast deze praktische werking van de Hulpcentra 100 ondernemen de Federale Gezondheidsinspecteurs en hun collega’s van de dienst ICM ook andere acties: samenwerken met B-FAST voor rampenmanagement in het buitenland, samenwerken met de Provinciale Geneeskundige Commissies, opstellen en testen van Belgische noodplannen, bij voorbeeld voor Influenza. Al deze mensen werken samen, op het veld en in de administratie, om zowel de dagelijkse organisatie als een eventuele crisis vlot, gemeenschappelijk en gepast aan te pakken met als enige betrachting: U helpen!
SPF Santé publique, sécurité de la chaîne alimentaire & Environnement www.health.fgov.be
FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen & Leefmilieu www.health.fgov.be
21 juli/juillet 2007
– 33 –
La Croix-Rouge de Belgique Het Belgische Rode Kruis La Croix-Rouge appartient au plus vaste et plus ancien mouvement humanitaire du monde. Elle dispense son aide sans distinction de nationalité, de race, de religion, de classe ou d’opinions politiques.
Het Rode Kruis is één van de meest duurzame en langst bestaande humanitaire organisaties ter wereld. Onze vrijwilligers verlenen hulp aan iedereen, zonder een onderscheid te maken tussen nationaliteit, ras, religie, klasse of politieke overtuiging.
Dans la partie francophone du pays, ses 9 200 volontaires se mobilisent quotidiennement aux côtés des plus vulnérables. Actions de proximité, promotion du don de sang, accueil des demandeurs d’asile, aide d’urgence internationale, transport de patients, opérations de secours, formation du grand public aux gestes qui sauvent,... à chaque fois que l’intégrité physique ou morale de la personne est menacée, la Croix-Rouge agit avec professionnalisme, dans le respect de ses bénéficiaires. Sans cesse, elle adapte sa réponse aux nécessités croissantes d’un monde où les événements se bousculent et où les besoins s’intensifient.
De 14.000 vrijwilligers van Rode Kruis-Vlaanderen zetten zich dagelijks in voor de meest kwetsbaren in onze samenleving. We antwoorden steeds op professionele wijze en met respect voor de mensen in nood. Of het nu gaat om het werven van bloeddonoren, het opvangen van asielzoekers, het verlenen van dringende internationale hulp, het organiseren van ziekenvervoer, hulpacties of opleidingen voor de bevolking om levensreddende handelingen te leren, iedere persoon die op fysiek of moreel vlak hulp nodig heeft, kan rekenen op de steun van het Rode Kruis. We stemmen onze activiteiten steeds af op de wisselende behoeften van de hedendaagse wereld waarin onverwachte gebeurtenissen plaatsvinden en de noden steeds groter worden.
La Fête nationale est l’occasion pour la Croix-Rouge de démontrer, s’il le fallait, son savoir- faire en matière de dispositif de secours d’envergure : des centaines de volontaires, répartis aux différents endroits stratégiques de la capitale, permettront aux milliers de citoyens, qui afflueront de la Belgique tout entière, d’assister aux festivités en toute sécurité et en toute décontraction. Présente dans le défilé avec ses véhicules d’intervention, la Croix-Rouge proposera également au public de découvrir ses nombreuses activités dans le cadre d’un stand d’information qu’elle tiendra rue de la Régence. Bonne fête nationale à tous !
De Nationale Feestdag is voor het Rode Kruis de gelegenheid om met zijn kennis en mogelijkheden bij de hulpverlening naar buiten te treden. Honderden vrijwilligers staan opgesteld op strategische punten in de hoofdstad om de duizenden burgers, die toestromen uit het hele land, in alle veiligheid en in een ontspannen sfeer aan dit feest te laten deelnemen. Tijdens het défilé zal u de interventievoertuigen van het Rode Kruis kunnen bewonderen. Wie meer informatie wil over de talrijke activiteiten van het Rode Kruis, kan steeds terecht op onze informatiestand in de Regentschapsstraat. We wensen u een prettige Nationale Feestdag!
– 34 –
21 juillet/juli 2007
Fête au parc Feest in het park Le 21 juillet 2007, toute la Belgique fête le 50e anniversaire de la signature du Traité de Rome. Les festivités débutent à 10h et se clôturent à 23h par le traditionnel feu d’artifice tiré des Jardins du Palais des Académies.
Op 21 juli is heel België in de ban van de 50ste verjaardag van de ondertekening van het Verdrag van Rome. Het feest begint om 10 u en eindigt zoals altijd met het vuurwerk in de tuinen van het Paleis der Academiën om 23 u.
Le périmètre des animations s’étend du parc de Bruxelles à la place Poelaert en passant par la place Royale, la place du Musée, le Mont des Arts, la rue de la Régence et les Petit et Grand Sablon.
De animaties van de verschillende diensten en organisaties vinden plaats tussen het Warandepark en het Poelaertplein. De activiteiten spreiden zich uit over het Koningsplein, het Museumplein, de Kunstberg, de Regenstschapsstraat en de Kleine en Grote Zavel.
Pendant la fête au parc, les services d’incendie de Bruxelles, les services médicaux d’urgence, la police intégrée ainsi que la Défense, vous proposeront diverses animations. Les stands de la Défense se trouvent rue de la Régence. Vous pourrez vous exercer à de multiples activités comme un simulateur de vol et l’aerotrim. Vous pourrez aussi visiter les stands de l’Eurocorps et de la Défense sur les quatre continents, afin de découvrir ses missions. Et bien sur, toutes les informations sur les carrières à la Défense.
Tijdens het feest in het Warandepark geven de verschillende diensten zoals de Brusselse hoofdstedelijke dienst voor Brandweer, de Dringende Medische Hulp, de geïntegreerde politie en Defensie allerlei demonstraties. De standen van Defensie vind je in de Regentschapstraat. Op deze standen kan je tal interessante activiteiten doen. Je kunt je piloot wanen in de vluchtsimulator of je grenzen testen op de Aerotrim. Wie het rustiger wil aandoen kan onder andere een bezoek brengen aan de stand van het Eurocorps en van Defensie op 4 continenten. Hier kan je kennis maken met de opdrachten van Defensie. Je kunt er ook informatie verkrijgen over een loopbaan bij Defensie.
21 juli/juillet 2007
– 35 –
Éditeur responsable/Verantwoordelijke uitgever: Ivo Van Lembergen – DG IPR, Kwartier Koningin Elisabeth – Blok 5, Eversestraat 1, 1140 Brussel 02 701 73 27 – Service clientèle & distribution/Klantendienst & distributie: 02 755 61 82 – Fax: 02 755 55 57 – E-mail: vox@mil. be – Rédactrice en chef/Hoofdredactrice: An De Smedt 02 701 47 55 – Secrétariat de rédaction et planning/Redactiesecretariaat en planning: Herbert Gysens 02 701 12 72 – E-mail:
[email protected] – Rédaction finale/Eindredactie: Frédéric Guillaume, Peter Thomas 02 701 48 60 – Avec la collaboration de/M.m.v.: Didier Lemaire, Vertaalbureau Oneliner – Photographie/Foto: Malek Azoug, Pierre Bogaert, Patrick Bouillon, Jürgen Braekevelt, Christian Decloedt, Philippe Dehuit, Nicolas Deplanque, Jos Hansoul, Christian Theys 02 701 48 63 – Diathèque/Diatheek: Jean-François Soyez 02 755 61 82 – Creative officers/Creative director: Olivier Ferneeuw 02 701 73 10 – Creative project manager: Stéphane Lowagie 02 701 74 54 – Creative officers: Vincent Bordignon, Paula Corbeels 02 701 75 01 – Imprimmerie/ Drukkerij: Print House Defence: Patrick Vansteenkiste 02 701 38 76. Direct est la publication d’information de la Défense. Ni celle-ci, ni aucune personne agissant en son nom, n’est responsable de l’usage qui pourrait être fait des informations contenues dans cette publication. Tous droits réservés. Direct is een informatie-instrument van het ministerie van Landsverdediging. Noch Defensie, noch enig ander persoon die in zijn naam handelt, zijn verantwoordelijk voor het eventuele gebruik van de informatie van deze uitgave. Alle rechten voorbehouden.
DIRECT DG IPR-P/Publi QRE-KKE, bloc /blok 5 E.14 Evere Rue d’Evere / Eversestraat 1 1140 Bruxelles / Brussel http://www.mil.be E-mail:
[email protected]