Projectplan Aanpak Jeugdwerkloosheid Zaanstreek-Waterland, 2013-2014
‘Van school naar werk’ juni 2013
Opgesteld door: J. Hendriks en S. Kok Datum: 27 juni 2013 Versie: definitief
Inhoud 1. Achtergrond en probleemanalyse ....................................................................................................4 2. Probleemstelling, doel en resultaat..................................................................................................6 3. Uitgangspunten Zaanstreek-Waterland ...........................................................................................8 4. Wat gaan we doen ........................................................................................................................11 5. Randvoorwaarden en samenhang.................................................................................................13 6. Planning, organisatie en samenhang.............................................................................................14 7. Financiën ......................................................................................................................................15 Bijlage 1: Overzicht projecten Bijlage 2: Analyse arbeidsmarkt Zaanstreek-Waterland Bijlage 3: Begroting Bijlage 4: Doelen en resultaten
1. Achtergrond en probleemanalyse 1.1 Forse stijging jeugdwerkloosheid op nationaal en regionaal niveau In Nederland ligt de werkloosheid onder jongeren momenteel rond de 15,5 procent. Voor de arbeidsmarktregio Zaanstreek-Waterland gaat het om bijna 1.400 jongeren. Zowel op nationaal als op regionaal niveau is er sinds 2008 een duidelijke stijging waar te nemen, zoals weergegeven in onderstaande grafiek:
Alle gebruikte grafieken en cijfers zijn gebaseerd op gegevens van het UWV, tenzij anders aangegeven
De gevolgen van jeugdwerkloosheid zijn ingrijpend. De jongeren om wie het gaat zullen (waarschijnlijk): • • • • • • • •
hun leven lang minder verdienen, ook in de toekomst moeilijk werk kunnen vinden, onvoldoende vaardigheden en kennis ontwikkelen om een bijdrage aan de economie te kunnen leveren, vaker psychische- of gezondheidsproblemen hebben, vaker problemen veroorzaken, een baan aannemen in een andere sector dan waarvoor hij/zij heeft gestudeerd, vaker zwart werken, veel minder een bijdrage kunnen leveren aan onze economie en maatschappij.
Ter bestrijding van de toenemende jeugdwerkloosheid heeft het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor de periode 2013-2014 middelen beschikbaar gesteld voor de 35 arbeidsmarktregio’s. Deze impuls is bedoeld om zo min mogelijk jongeren zonder opleiding of werk aan de kant te laten staan. De nadruk ligt dan ook op het ondersteunen naar een opleiding of baan van jongeren, die dat op eigen kracht niet redden, en het ondersteunen van schoolgaande jongeren die op zoek zijn naar een stage of leerwerkbaan. 1.2 Jeugdwerkloosheid en afname leerbanen in Zaanstreek-Waterland Op dit moment staan circa 1.400 niet-werkende werkzoekende jongeren onder de 27 jaar geregistreerd in Zaanstreek-Waterland. Uit de gegevens van de arbeidsmarktregio ZaanstreekWaterland blijkt dat de problematiek van de jeugdwerkloosheid het grootst is in de gemeenten Purmerend en Zaanstad. Het ligt daarom voor de hand om de inzet vanuit de Aanpak Jeugdwerkloosheid, vooral hier in te zetten. De overige gemeenten maken gebruik van daaruit ingerichte voorzieningen. Onderstaande grafiek geeft het aantal niet-werkend werkzoekende jongeren op regionaal en lokaal niveau weer:
tabel 8
Totaal Zaanstreek/Waterland Beemster Edam-Volendam Oostzaan Purmerend Waterland Wormerland Zaanstad Zeevang
Niet-werkende werkzoekende jongeren naar gemeente ultimo maand apr-11 apr-12 1.066 1.011 13 <10 32 32 17 24 235 179 19 13 47 64 693 685 10 <10
apr-10 1.022 10 28 20 256 19 45 639 <10
apr-13 1.344 15 86 22 332 48 46 782 13
11 tov 10 4% 30% 14% -15% -8% 0% 4% 8% -
mutatie in % 12 tov 11 -5% 0% 41% -24% -32% 36% -1% -
13 tov 12 33% 169% -8% 85% 269% -28% 14% -
Naast een afname in (jeugd)werkgelegenheid door de economische recessie, constateren we een forse terugloop in het aantal beschikbare plekken bij bedrijven voor stages en leerwerkbanen. Deze plekken zijn van essentieel belang voor leerlingen in het MBO. Zij zijn een wettelijk voorwaarde voor kwalificatie. Landelijke cijfers laten zien dat 10% van de BBL-deelnemers geen stage of leerwerkplek vindt. In de voorgaande jaren was dat 4,5%. In de regio Zaanstreek-Waterland was het aantal leerlingen dat in de periode 1 januari tot 31 augustus een leerbaan of stage startte in 2012 lager dan in 2011. Zowel het aantal BBL-plekken als BOL-stages 1 nam af, zoals weergegeven in onderstaande tabel :
Plaatsingen op een leerbaan (BBL) Plaatsingen op een BOL-stage
1-1 tot 31-8 2011 1143 3156
1-1 tot 31-8 2012 978 2802
Zie voor een gedetailleerde cijfermatige analyse van de regionale arbeidsmarkt bijlage 2.
1
Basiscijfers Jeugd juni 2011, oktober 2012 en juni 2013.
Verschil - 14,4% - 11.2%
Probleemstelling, doel en resultaat 2.1 Probleemstelling Zaanstreek-Waterland In het huidige economische klimaat wordt het in onze regio steeds lastiger om aan het werk te komen of om een stageplaats of leerwerkbaan te vinden die nodig is voor kwalificatie. Naast een hoge en stijgende jeugdwerkloosheid en een afname van het aantal leerbanen is het zorgwekkend dat een groot deel van de niet-werkend werkzoekende jongeren onder de 27 geen startkwalificatie heeft. Het gaat om bijna 50% van deze groep, zoals in onderstaande figuur weergegeven:
Bovendien is het de vraag of het hebben van een startkwalificatie wel leidt tot werk. Het aanbod van banen op niveau 2 loopt terug. Niveau 3 is steeds vaker een minimaal vereiste. Daarnaast is er een groep jongeren waarvoor een startkwalificatie niet (meer) haalbaar is, maar die wel aan het werk moet. Deze jongeren hebben vaak wel scholing nodig in bijvoorbeeld werknemersvaardigheden. Voor hen zijn gecombineerde trajecten met zoveel mogelijk praktische werkervaring van groot belang. 2.2 Doelstelling Zaanstreek-Waterland Ons doel is voorkomen dat jongeren aan de kant staan zonder opleiding of werk, en daar waar jongeren werkloos zijn geworden, hen te begeleiden naar werk of een vorm van scholing gericht op werk passend bij hun capaciteiten en bij de vraag van de regionale arbeidsmarkt. 2.3 Beoogde resultaten Zaanstreek-Waterland De Aanpak Jeugdwerkloosheid Zaanstreek-Waterland moet leiden tot de volgende resultaten: • • • • • •
150 Jongeren onder de 27 zijn via de Jongerenloketten bemiddeld naar werk, stage of opleiding. 40 Moeilijk bemiddelbare jongeren onder de 27 zijn via het Jongerenloket Zaanstreek bemiddeld naar een leerplek of werkplek met nazorg. 200 Jongeren zijn door de leerwerkmakelaar (actief is voor het Horizon College en Regio College) bereikt en bemiddeld naar stage, werk of alternatieve opleiding. Voor 125 jongeren, waarvan 25 met startkwalificatie, zijn nieuwe praktijkplaatsen of leerwerkbanen gecreëerd in de technische sector. Het aantal BBL-plaatsen en leer-werktrajecten is niet verder teruggelopen, en de terugloop van de afgelopen 2 jaar is waar mogelijk hersteld. Er is een nauwe effectieve samenwerking tussen de verschillende partijen die actief zijn in het vinden, ophalen en matchen van leerwerkplekken, stages en BBL-trajecten (WSP, S-BB, Leerwerkmakelaar, Jongerenloketten).
• • •
Er is samen met SBB en de kenniscentra verkend of de trajecten ‘van school naar werk’ zoals die nu in de sector techniek worden ingezet, ook in andere kansrijke sectoren toegepast kunnen worden. De aanpak in de Jongerenloketten is meer gesynchroniseerd op basis van de opgedane ervaringen en leren van elkaar. Alle activiteiten richting werkgevers die voortvloeien uit de Aanpak Jeugdwerkloosheid worden afgestemd met het Regionaal WerkgeversServicepunt Zaanstreek-Waterland (WSP).
De doelen en resultaten zijn schematisch weergegeven in bijlage 4.
3. Uitgangspunten Zaanstreek-Waterland De samenwerking in de regio gebeurt op basis van een 5-tal uitgangspunten: 1) 2) 3) 4) 5)
De vraag van de werkgever staat centraal. Er moeten voldoende BBL-plekken beschikbaar zijn. De technieksector is speerpuntsector. De Aanpak is flexibel. Kennis en kunde worden geborgd.
3.1 Vraag van de werkgever centraal Wij willen zoveel mogelijk jongeren aan het werk krijgen. Om dit te realiseren is het van belang dat de vraag van de werkgever centraal staat en startpunt is. In de regio is een aantal ontwikkelingen gaande dat deze koers volgt. De belangrijkste is de oprichting van het WerkgeversServicepunt ZaanstreekWaterland (WSP: een samenwerkingsverband tussen het UWV, gemeenten, onderwijsinstellingen en kenniscentra) dat als doel heeft om werkgevers zo goed mogelijk te ondersteunen bij het vinden van geschikte kandidaten voor openstaande vacatures. Het WSP fungeert als een centraal aanspreekpunt voor werkgevers, maar zoekt ook zelf contact met bedrijven in kansrijke sectoren en heeft nauw contact met de onderwijsinstellingen. Het WSP is daarom een onmisbare schakel in de verbinding van de arbeidsmarktvraag en het beroepsonderwijs. Wij kiezen ervoor met de Aanpak Jeugdwerkloosheid zo goed mogelijk aan te sluiten bij het WSP. Activiteiten richting werkgevers die voortvloeien uit de Aanpak zullen worden afgestemd. Dit betekent concreet: • •
Het WSP is vertegenwoordigd in het Regionaal Overleg Jeugdwerkloosheid en informeert de overige partners regelmatig over de vraag uit de markt specifiek gericht op de doelgroep 27 -. In alle deelprojecten is het WSP een belangrijke samenwerkingspartner. Deelprojecten die zich richten op de arbeidsmarkt worden opgenomen in het WSP-Marktbewerkingsplan. De projectuitvoerders werken samen met het WSP aan een nadere uitwerking van de plannen. De leerwerkmakelaar sluit onder andere aan bij het accounthoudersoverleg van het WSP en in de bemiddelingsgroepen in project 1 (zie hoofdstuk 4) wordt gebruik gemaakt van de door het WSP ‘opgehaalde’ vacatures die passen bij de doelgroep 27 -.
3.2 Voldoende BBL-plekken Om jeugdwerkloosheid te voorkomen is het van essentieel belang dat leerlingen hun opleiding kunnen afronden en dus een leerbaan of stage kunnen vinden. Het aantal leerbanen en stageplekken is in de regio afgenomen (zie hoofdstuk 1).Wij streven er in de regio naar om tot voldoende BBL-plekken te komen. De stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) is voor het behalen van deze doelstelling een belangrijke speler (naast de inzet van de leerwerkmakelaar en het SPLW). SBB stelt zich ten doel het aantal BBL-trajecten weer te laten toenemen tot in ieder geval het niveau van vóór de crisis. Zij doen dat in opdracht van het Ministerie van OCW in het kader van het leerwerkbanenoffensief. 3.3 Techniek als speerpunt Zaanstreek-Waterland hecht groot belang aan de technieksector, welke stevig is verankerd in de regio. In de (nabije) toekomst is er een fors tekort aan werknemers te verwachten in deze branche en in onze regio. Dit komt met name voort uit een vervangingsvraag die de komende jaren gaat ontstaan. Wij kiezen er daarom voor een deel van de middelen uit de Aanpak in deze sector in te zetten. Voor de uitvoering van deze plannen is het samenwerkingsverband ‘Talent voor Techniek’ trekker. Dit is een landelijk samenwerkingsverband opgezet door werkgevers in de bouw, infra, voedings-, proces, transport, metaal-, elektro- en installatiebranche. Omdat de technieksector niet de enige sector is waar (in de toekomst) kansen liggen in onze regio, zal worden onderzocht of de werkwijze in de techniek (project 3a en 3b) ook in andere sectoren kan worden toegepast. Hierbij werken we samen met SBB en de kenniscentra. De projecten gericht op de techniek sluiten aan bij andere regionale inzet op deze sector. Zo is er in 2 Zaanstad een techniekcampus ontstaan waar diverse technische opleidingen naast elkaar en met 2
Hoewel gehuisvest in Zaanstad, functioneert de campus voor de gehele regio.
elkaar gehuisvest zijn (SPB, Tetrix en Installatiewerk). De campus wordt ondersteund door de werkgevers in de sector en er wordt nauw samengewerkt met het Regio College. Met ingang van schooljaar 2013-2014 wordt de campus uitgebreid met een opleiding procestechniek. Ook maken Purmerend en Zaanstad deel uit van de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Tot slot zal aangesloten worden bij de landelijke aanpak met betrekking tot het techniekpact, zoals dit in de MRA zal worden ingevuld. 3.4 Een flexibele aanpak Dit Plan van Aanpak is opgesteld in de maanden april, mei en juni van 2013. Wij realiseren ons dat de realiteit waarop we ons nu baseren snel kan veranderen: de vraag van de arbeidsmarkt is aan wisselingen onderhevig, onvoorziene ontwikkelingen op de arbeidsmarkt kunnen leiden tot aanpassingen van het initiële plan en er kan sprake zijn van extra beschikbare middelen van uitvoerende partijen of via het Rijk en de EU. De regionale Aanpak Jeugdwerkloosheid Zaanstreek – Waterland is dan ook niet bedoeld als een statische Aanpak. Er is, als dit nodig blijkt, ruimte om in het proces een keuze te maken voor inzet op een bepaalde sector. Ook zal de werkgroep regelmatig bespreken welke extra financieringsmogelijkheden beschikbaar zijn. Wanneer we verwachten dat eventuele extra middelen effectief kunnen bijdragen aan het voorkomen en bestrijden van jeugdwerkloosheid, inventariseren we gezamenlijk waar kansen liggen en zullen we aanvullende plannen maken. Hetzelfde geldt voor ontwikkelingen op de arbeidsmarkt die zich voordoen in de planperiode. Er is op het moment van schrijven in ieder geval één ontwikkeling waar voor onze regio kansen liggen, namelijk de sectorplannen zoals de werkgevers- en werknemersorganisaties die dit najaar gaan opstellen. De plannen moeten zich op ten minste 2 van 7 thema’s richten. Alle thema’s kunnen (in meer of mindere mate) overlappen met de regionale Aanpak Jeugdwerkloosheid. Vooral thema 1 ‘arbeidsinstroom en begeleiding jongeren’ raakt aan de regionale Aanpak. De gemeenten hebben in het opstellen van deze plannen niet de lead, omdat de sociale partners aanvrager zullen zijn. De werkgroep Aanpak Jeugdwerkloosheid zal de samenwerking echter actief opzoeken. Wij zien concreet mogelijkheden om te zorgen voor meer BBL-plekken, waardoor jongeren hun opleiding kunnen afronden én met praktijkervaring kansrijk de arbeidsmarkt betreden. Wij plannen (afhankelijk van de voortgang met betrekking tot eventuele sectorplannen in de regio), in samenwerking met het WSP, bijeenkomsten met werkgevers- en werknemers van de sectoren waar op basis van de gemaakte analyse mogelijk kansen liggen en nu sprake is van een tekort aan BBLplekken. SBB en de kenniscentra kunnen een verbindende rol spelen als het gaat om het in kaart brengen van regionale blokkades en het samenbrengen van de juiste partners. 3.5 Borgen van kennis en kunde Hoe help je jongeren het meest effectief en duurzaam naar opleiding en werk, zodat jeugdwerkloosheid wordt bestreden en voorkomen? Wat is ‘de ideale route’? In dit plan van aanpak hebben wij ons een aantal doelen gesteld en bij deze doelen passende interventies gezocht. We baseren ons op ervaringen uit het verleden en op een analyse van de arbeidsmarkt. Tegelijkertijd realiseren we ons dat het in de toekomst misschien wel nóg effectiever en nóg duurzamer kan. Bovendien is er misschien méér inzet nodig om de doelgroep te bereiken. Ook hebben we in het werkgroepoverleg geconstateerd dat een betere samenwerking van de partijen tot betere resultaten zal leiden. Kortom: Er is nog wat te leren! Wij verwachten dat dat leren kan door het delen van ervaringen tijdens werkgroepoverleggen en door het beantwoorden van de eerder benoemde vragen: • • •
Moeten we de aanpak die voor de technieksector is gekozen inzetten in andere sectoren? Of is een andere aanpak nodig? Hoe kunnen partijen die zich bezighouden met het vinden, ophalen en matchen van vacatures voor leerwerkbanen en stages (nog) beter met elkaar samenwerken? Welke (onderdelen van) project 1a en project 1b kunnen ook in andere gemeenten ingezet worden, zodat er een regionale harmonisatie van instrumenten ontstaat?
We willen er echter voor zorgen dat de opgedane kennis geborgd wordt en niet verloren gaat na 31 december 2014 of als werkgroepleden wisselen. Daarom stellen we ons ten doel om in de tweede helft van 2014, op basis van de opgedane ervaring en de beantwoording van bovenstaande vragen, een ‘ideale route’ op te stellen, Deze kan fungeren als onderlegger van onze regionale aanpak van jeugdwerkloosheid in de toekomst. De ideale route geeft weer hoe wij in de regio aankijken tegen: • • • •
Welke interventies het best werken voor welke (sub)doelgroepen Welke partijen een rol kunnen / moeten spelen in het aanbod van deze interventies Wat we minimaal moeten organiseren om jeugdwerkloosheid effectief en duurzaam te bestrijden en te voorkomen Welke inrichting van de regionale samenwerking tot effectief en duurzaam bestrijden en voorkomen van jeugdwerkloosheid leidt.
De vorm van presenteren van de ideale route staat nog open en is afhankelijk van verdere afstemming in de werkgroep.
4. Wat we gaan doen Op basis van bovenstaande analyse, doelstelling en uitgangspunten komen wij in de regio tot de volgende aanpak en projecten. In bijlage 1 vindt u een meer gedetailleerde projectomschrijving. 4.1 Project 1: Groepsgewijze aanpak 27- in de Jongerenloketten Dit project betreft een groepsgewijze aanpak in de Jongerenloketten Zaanstreek-Waterland en Purmerend. Daar waar nodig en mogelijk is er sprake van individuele begeleiding. Uitgangspunt is dat de samenwerking tussen de gemeenten in de regio wordt versterkt door kennisoverdracht en eenduidige methodiekontwikkeling. In de deelprojecten 1a en 1b worden verschillende nuances in de groepsgewijze bemiddeling gelegd. Zo werkt het Jongerenloket Purmerend met ‘masterclasses’, terwijl er in het Jongerenloket Zaanstreek wordt gewerkt met vouchers en men nadrukkelijk ook instrumenten zoals de groepsgewijze training, wil inzetten voor niet-uitkeringsgerechtigde jongeren. De partners zullen de projecten bezoeken en resultaten delen om tot een versterkte samenwerking en methodiek te komen. Uiteindelijke doel is de regionale harmonisatie van beschikbare instrumenten. Project 1a: Masterclasses Jongerenloket Purmerend De masterclass is een groepsgewijze, intensieve training gericht op jongeren tot ongeveer 27 jaar. De gemeente Purmerend heeft in eerdere jaren ervaring met deze werkwijze opgedaan. De ervaringen waren positief. Uit de 4 masterclasses stroomde 70% van de deelnemers uit (naar een baan, een opleiding, of uit de uitkering). Het Jongerenloket Waterland vervult een rol bij het vinden van de betreffende jongeren uit de gemeente Purmerend en de omliggende gemeenten. Doelgroep Jongeren tot 27 jaar met een WWB-uitkering of doorverwezen door het RMC in de gemeente Purmerend en omliggende gemeenten. Uitvoering Gemeente Purmerend in het Jongerenloket Purmerend, in samenwerking / afstemming met het WSP en de leerwerkmakelaar. Project 1b: Pilot 27- Jongerenloket Zaanstreek In het Jongerenloket Zaanstreek wordt een nieuwe werkwijze geïmplementeerd waarin een groepsgewijze aanpak centraal staat. In bemiddelingsgroepen worden jongeren begeleid bij het vinden van een baan, leerwerkbaan of stageplek. Het gaat nadrukkelijk ook om jongeren die geen uitkering hebben. Doel hiervan is het voorkomen van instroom in de WWB en het voorkomen van toekomstige problematiek. Er worden gericht ‘jongerenvouchers’ en ‘scholingsvouchers’ ingezet om werkgevers te stimuleren leerwerkplekken aan te bieden in kansrijke sectoren. In samenwerking met het WSP en de leerwerkmakelaar worden matches op maat gemaakt. Doelgroep Jongeren tot 27 jaar met en zonder uitkering in de gemeente Zaanstad, Wormerland en Oostzaan. Uitvoering Gemeente Zaanstad (Jongerenloket Zaanstreek) en het UWV, in samenwerking / afstemming met het WSP, de leerwerkmakelaar en de S-BB. Project 1c: Versterking Jongerenloket Zaanstreek voor moeilijk te bemiddelen doelgroepen Het UWV zet extra mankracht in, gericht op de bemiddeling, warme overdracht richting werkgevers en waar nodig nazorg, voor moeilijk plaatsbare jongeren. Doelgroep Jongeren tot 27 jaar die moeilijk bemiddelbaar zijn gebleken in de regio Zaanstreek. Uitvoering Gemeente Zaanstad in het Jongerenloket Zaanstreek door inzet van het UWV, in samenwerking / afstemming met het WSP en de leerwerkmakelaar. 4.2 Project 2: Uitbreiding Capaciteit Leerwerkmakelaar Vanuit de MBO scholen, Regio College en Horizon College is een leerwerkmakelaar actief. Deze heeft korte lijnen met de opleidingen zelf om ervoor te zorgen dat dreigende uitval zo snel mogelijk wordt gemeld en opgepakt en om te voorkomen dat jongeren geen werk of opleiding volgen. De leerwerkmakelaar werkt nauw samen met het UWV (waaronder Servicepunt leren en werken) de Jongerenloketten en leerplicht en RMC. De al bestaande capaciteit van de leerwerkmakelaar wordt
uitgebreid met middelen uit de Aanpak Jeugdwerkloosheid en middelen van de gemeenten Zaanstad en Purmerend. Doelgroep • deelnemers van genoemde MBO scholen in de regio Zaanstreek Waterland niveau 2 t/m 4 die dreigen uit te vallen omdat zij geen leerwerkplek (meer) hebben. • leerlingen van niveau 1 die geholpen worden bij de keuze voor een vervolgopleiding of het vinden van werk (de uitbreiding in capaciteit zal vooral ingezet worden op deze doelgroep). Uitvoering Regio College door inzet van de leerwerkmakelaar, in samenwerking / afstemming met het WSP, de Jongerenloketten Lp/RMC en het Horizoncollege. 4.3 Project 3: Van School naar Werk in de Techniek Project 3a: Van School naar Werk in de Techniek met startkwalificatie In dit project richten wij ons op het plaatsen van jongeren met een startkwalificatie die geen BBL-plek kunnen vinden in een BBL-traject om een opleiding op niveau 3 of 4 af te ronden. Deze vervolgopleiding biedt meer kansen op de arbeidsmarkt. Daarom wordt een plaatsingsbonus ingezet om werkgevers te verleiden om BBL-trajecten te bieden die opleiden tot niveau 3 of 4. Doelgroep Met werkloosheid bedreigde jongeren met startkwalificatie (niveau 2), onder de 27 jaar en/of jongeren die willen doorleren op niveau 3 of 4, maar geen leerwerkplek kunnen vinden. Uitvoering Talent voor Techniek, in samenwerking / afstemming met de leerwerkmakelaar. Project 3b: Van School naar Werk in de Techniek zonder startkwalificatie . In dit project richten we ons op het plaatsen van jongeren die geen BBL-plek kunnen vinden in een werkzware BOL-opleiding (BOL met praktijkondersteuning in erkend praktijkcentrum op niveau 2). Door middel van het beschikbaar stellen van startersbeurzen worden werkgevers verleid toch plekken beschikbaar te stellen voor deze jongeren. Te jonge leeftijd kan een belemmering zijn bij een BBLtraject in verband met arbo-regelgeving. Te oude leeftijd kan een belemmering zijn voor een BBLtraject in verband met het salaris. Daarnaast is soms de afstand tot een werkgever te groot en is eerst een scholing in werknemersvaardigheden nodig. Deze aanpak (werkzware BOL in plaats van BBL) kan ook een oplossing bieden als BBL-trajecten onvoldoende voorhanden zijn. . Doelgroep Met werkloosheid bedreigde jongeren zonder startkwalificatie, onder de 27 jaar. Uitvoering Talent voor Techniek, in samenwerking / afstemming met de leerwerkmakelaar. 4.4 Versterkte samenwerking jeugdwerkloosheid De periode van de uitvoering van de Aanpak Jeugdwerkeloosheid wordt benut om de bij het opstellen van het plan ontstane samenwerking in de regio, nog verder te versterken. Deze samenwerking is de komende jaren, ook na afloop van de aanpak, hard nodig. In deze samenwerking vervullen ook SBB en de kenniscentra een rol, omdat zij de vraag naar leerwerkbanen, stages en vacatures en het aanbod van (nieuw verworven) stages, leerwerkbanen en vacatures bij elkaar kunnen brengen. Alleen gezamenlijk en met gebruikmaking van de wettelijke taken en inspanningen van alle partners kan er voor worden gezorgd dat er voldoende leerbanen en stages zijn.
5. Randvoorwaarden en samenhang 5.1 Randvoorwaarden Om tot de beoogde resultaten te komen is er een aantal randvoorwaarden: • • • • •
Er zijn voldoende middelen beschikbaar (zowel door de betrokken partners, als door het Ministerie van SZW). Er is regionaal draagvlak voor de voorgestelde aanpak, beoogde acties en de verdeling van de middelen. Er is een goede samenwerking tussen de betrokken partijen in het onderwijs, de gemeente, het UWV, SBB en kenniscentra, en het WSP, welke de Aanpak ondersteunt. De coördinatie op de uitvoering en realisatie van het plan wordt snel belegd en is van voldoende kwaliteit. De voortgang wordt voldoende bewaakt en gemonitord.
De projectpartners dragen bij aan de realisatie van de randvoorwaarden door expliciet in te zetten op een verbeterde samenwerking, het maken van uitvoeringsafspraken in de periode juli – september 2013 (inclusief het beleggen van de coördinatie) en het bewaken van de voortgang op te nemen in de de nog aan te wijzen coördinator. 5.2 Samenhang met overig beleid De Aanpak Jeugdwerkloosheid staat niet op zichzelf. Er is samenhang met beleid dat op andere terreinen wordt ontwikkeld of al is vastgelegd. Te denken valt dan aan: • • • • • • • •
Economische structuurvisie Zaanstad en koersdocument ‘Werk werkt’ Zaanstad Regionale werkgeversdienstverlening, werkgeversservicepunt (Plan van aanpak ‘De regio werkt aan werk’) In ontwikkeling zijnde Techniekpact door de Metropoolregio Amsterdam als onderdeel van de landelijke aanpak Bestrijding voortijdig schoolverlaten: Aanval op de Uitval in de Agglomeratie Amsterdam Focus op Vakmanschap, stelselwijziging en invoering van macrodoelmatigheid in het MBO School Ex in het MBO Nog op te stellen sectorplannen (o.b.v. het Sociaal Akkoord) De Europese aanpak van jeugdwerkloosheid (ESF)
6. Planning, organisatie & communicatie 6.1 Planning Het project start na formele toekenning van de aangevraagde middelen voor de Aanpak Jeugdwerkloosheid (september 2013). Het project heeft een doorlooptijd van 1,5 jaar en eindigt in december 2014. De planning ziet er als volgt uit: Plannen en opstellen Aanpak Jeugdwerkloosheid door werkgroep
april – 1 juli 2013
Verdere afspraken maken over uitvoering en coördinatie (inclusief opstellen evaluaties en 'ideale route') door werkgroep
juli – september 2013
Ondertekenen convenant Aanpak Jeugdwerkeloosheid door wethouder van de gemeente Zaanstad
september 2013
Benoemen coördinator uitvoering Aanpak Jeugdwerkeloosheid (onder verantwoordelijkheid van de projectleider wordt met de betrokken gemeenten besloten waar de coördinatie komt te liggen)
1 september 2013
Uitvoeren Aanpak Jeugdwerkloosheid door de uitvoerende partijen o.l.v. de coördinator
september 2013 – december 2014
Opstellen tussentijdse evaluatie
februari 2014
Opstellen ‘De Ideale Route’
november – december 2014
Opstellen eindevaluatie en -rapportage
december 2014
6.2 Projectorganisatie De gemeente Zaanstad is als centrumgemeente penvoerder voor de arbeidsmarktregio ZaanstreekWaterland voor de Aanpak Jeugdwerkloosheid. Om te komen tot een regionale aanpak is samengewerkt met: • • • • • • • •
de betrokken ROC’s: Regio College en Horizon College vakopleidingen in de technische sector (SPB, Tetrix, Talent voor Techniek, Installatiewerk NH) het UWV het Servicepunt Leren en Werken de jongerenloketten uit Purmerend en de Zaanstreek het WerkgeversServicepunt SBB en kenniscentra De gemeenten: Edam-Volendam (mede namens Zeevang), Waterland (mede namens Landsmeer), Purmerend, en Zaanstad (mede namens Oostzaan en Wormerland).
De coördinatie van de uitvoering moet nog worden belegd. Ook zullen er in de periode juli tot september 2013 nadere afspraken worden gemaakt over de uitvoering: opstellen van een implementatieplan. We denken dan onder andere aan: •
Samenwerkingsafspraken voor de verschillende deelprojecten
• • • • •
Afspraken over de monitoring van de voortgang en resultaten (inclusief de tussenevaluatie en eindevaluatie)3 Afspraken over frequentie van overleg van de werkgroep Afspraken over verdere communicatie Afspraken over hoe de ‘kleinere’ gemeenten gebruik kunnen maken van de instrumenten in de Jongerenloketten (inkopen van losse trajecten) Opstellen meer gedetailleerde planning (indien noodzakelijk)
6.3 Communicatie • Bij de start wordt door de betrokken partijen besloten over de wijze van rapporteren. Een eerste afstemming hierover vindt plaats op 10 juni tijdens het regionale hoofden overleg Werk en Inkomen. • De bestaande regionale overlegstructuur, zoals ingericht voor het opzetten van de regionale werkgevers dienstverlening (Werkgeversservicepunt), zal ook voor de terugkoppeling over de voortgang worden gebruikt. • Verdere terugkoppeling op lokaal niveau wordt ingevuld naar wens en behoefte van de individuele gemeenten. De werkgroep zal gedurende de looptijd van het project regelmatig bijeen komen om de voortgang te bespreken. De coördinatie van de uitvoering zal ook binnen deze werkgroep worden belegd. Daarnaast wordt begin september een communicatieplan opgesteld als onderdeel van het implementatieplan. Er zal in ieder geval op 1 juli 2013 een persbericht uitgaan met betrekking tot het indienen van dit plan en er zal er sprake zijn van uitgebreidere communicatie bij de start in september 2013.
7. Financiën Voor de verdeling en onderbouwing van de kosten verwijzen we naar de begroting in bijlage 3. De regio Zaanstreek – Waterland vraagt in totaal € 424.000,- aan. De co-financiering van de regio Zaanstreek-Waterland bedraagt € 787.125,-
3
Deze worden eventueel aangescherpt als er nog kaders vanuit het Rijk worden gesteld met betrekking tot verantwoording.
Bijlage 1: Overzicht Projecten
Project 1: groepsgewijze inzet tbv 27- in Zaanstreek-Waterland vanuit JL’s Project 1a: Masterclasses Jongerenloket Purmerend Doel
Doelgroep
Omschrijving & Activiteiten
Jongeren tot 27 jaar toe te leiden naar een reguliere baan of een opleiding. De gemeente Purmerend werkt aan de doorontwikkeling van de groepsgewijze aanpak voor de doelgroep jongeren. Jongeren tot 27 jaar met een WWB-uitkering of doorverwezen vanuit RMC in de gemeente Purmerend en uit omliggende gemeenten.
Resultaten
50 jongeren stromen uit naar een reguliere baan of een opleiding (op basis van 6 trainingen)
De Masterclass is een groepsgewijze training gericht op gedragsverandering bij de deelnemende jongeren tot ongeveer 27 jaar. De gemeente Purmerend heeft eerder ervaring met deze werkwijze opgedaan. De ervaringen waren positief. Uit de 4 masterclasses stroomde 70% van de deelnemers uit (naar een baan, een opleiding, of uit de uitkering). De specifieke activiteiten zijn: • Gedurende de projectperiode worden tenminste 5 Masterclasses verzorgd met per groep 10-12 deelnemers In de projectperiode zal ook worden gewerkt aan de overdraagbaarheid van de methode ‘Masterclass’, zodat er een harmonisatie plaatsvindt in de regio van het beschikbare instrumentarium.
Projectimplementatie Periode Kosten totaal P’rend
Gemeente Purmerend: inzet van 2 fte casemanagers 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 € 197.500 (financiering uit AJWL: € 98.7500)
Project 1b: Pilot -27 Jongerenloket Zaanstreek - Waterland Doel
Doelgroep
Jongeren tot 27 jaar waaronder ‘nuggers’ uit Zaanstreek stromen uit naar regulier werk, stage of leerbaan Het Jongerenloket Zaanstreek doet ervaring op met groepsgericht werken t.o.v. jongeren met en zonder uitkering. Jongeren tot 27 jaar met en zonder uitkering in de gemeente Zaanstad, Wormerland en Oostzaan
Resultaten
Minstens 100 jongeren stromen uit naar een leerwerkbaan, een baan of een stage die de kansen op de arbeidsmarkt vergroot
Omschrijving & Activiteiten
Projectimplementatie Periode Kosten totaal ZNSTD
In het Jongerenloket Zaanstreek wordt een nieuwe werkwijze worden geïmplementeerd waarin een groepsgewijze aanpak centraal staat. In bemiddelingsgroepen worden jongeren klaargestoomd voor een baan, leerwerkbaan of stage. Het gaat nadrukkelijk ook om jongeren die geen uitkering hebben, zodat toekomstige problematiek wordt voorkomen. Er worden gericht ‘jongerenvouchers’ ingezet t.w.v. maximaal € 2.500,00 om werkgevers te stimuleren leerwerkplekken aan te bieden in kansrijke sectoren. Er wordt hiervoor nauw samengewerkt met het werkgeversservicepunt om gerichte matches te kunnen maken. Ook wordt er samengewerkt met het SBB. Er wordt nog bekeken hoe deze samenwerking / opdracht vorm zal krijgen en of en hoe hier jongerenvouchers voor in te zetten. De pilot is er op gericht te experimenteren met een groepsgewijze aanpak om zo tot een resultaatgerichte aanpak voor de doelgroep te komen. De specifieke activiteiten zijn: • Gedurende de projectperiode worden tenminste 100 jongeren begeleid in bemiddelingsgroepen. • Tenminste 100 jongeren worden (met behulp van de inzet van een jongerenvoucher) gekoppeld aan een baan, leerwerkbaan of stage. Zaanstad zal ikv de regionale harmonisatie van instrumenten inzetten op het invoeren van de Masterclass zoals ontwikkeld in Purmerend. Kennisdeling over de ingezette interventies en de resultaten daarvan is belangrijk onderdeel van de gemeentelijke inzet. Gemeente Zaanstad: inzet van 1,5 fte consulenten in het Jongerenloket en inzet van jongeren- en scholingsvoucher à max € 2.500 per voucher 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 € 390.625 , (financiering uit AJWL: € 195.313)
Project 1c: Versterking Jongerenloket Zaanstreek voor moeilijk te bemiddelen doelgroepen Doel
Doelgroep
Omschrijving & Activiteiten
Jongeren tot 27 jaar die moeilijk bemiddelbaar zijn gebleken starten met een passende baan, leerwerkplek, stage of opleiding. Jongeren tot 27 jaar die moeilijk bemiddelbaar zijn gebleken in de regio Zaanstreek
Resultaten
40 jongeren geworven, geselecteerd en bemiddeld naar een leer/ werk plek met nazorg. (min 32 uur voor minimaal 3 maand) Jongeren hebben kennis over het proces van solliciteren, hebben zicht op hun sterke en zwakke kanten. Medewerkers Jongerenloket hebben arbeidsmarkt relevante informatie.
Zorgen dat de jongeren de juiste begeleiding krijgen in het zoeken, vinden en behouden van werk. Niet alleen op korte termijn maar ook met het oog op lange termijn. De extra inzet wordt benut voor:
- Matching op maat zonder kaders. Gericht op moeilijk bemiddelbare jongeren en op wat een werkgever nodig heeft om zo’n jongere toch te kunnen plaatsen: goeie overdracht en zo nodig nazorg voor de werkgever. Dit betekent dat 4 á 6 weken na de match er contact is met de werkgever om checken te hoe het gaat. In de tussentijd heeft de werkgever ook de mogelijkheid om contact op te nemen met de matcher of begeleider van de jongere. Indien nodig zou jobcoaching ingezet kunnen worden. Stappen in werkproces: 1. zal een medewerker van het UWV 4 uur meewerken in het Jongerenloket (werving/ selectie doormiddel van integrale intake) 2. De medewerker van het werkgeversservicepunt Leer/ werkbanen gaan werven en de aanpak promoten bij werkgevers. De geworven jongeren worden gecoacht, krijgen EHBS (eerste hulp bij solliciteren) en worden direct gematcht met een werkgever. 3. Medewerker van het UWV houdt contact met de jongere en de werkgever. 4. Na een periode van 3 maand zal het traject geëvalueerd worden met beide partijen. Ook wordt bepaald wat er nodig is om vervolg te geven aan deze leer/ werkplek - Ondersteuning solliciteren. De medewerker van het UWV is aanwezig in het jongerenloket voor vragen betreffende sollicitaties. Dit is aanvullend op het werken met de Werkmap. - Arbeidsmarkt informatie De medewerker van het UWV zorgt dat het marktbewerking plan bekend is bij medewerkers en de vacatures inzichtelijk zijn voor de jongeren. - Meet and Greet Jongeren en Werkgevers In samenwerking met het Jongerenloket Zaanstreek organiseert de medewerker van het UWV ten minste één Meet and Greet middag.
Projectimplementatie Periode Kosten totaal
Zaanstad met inzet UWV: inzet van 0,4 fte in te zetten in het Jongerenloket Zaanstreek 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 € 30.000, (financiering uit AJWL: € 0,-: het wordt bekostigd door de gemeente Zaanstad)
Project 2: Uitbreiding Capaciteit Leerwerkmakelaar Doel
Doelgroep
•
Uitval van leerlingen wegens het niet (meer) hebben van een leerwerkplek wordt voorkomen. Werkloosheid voorkomen van leerlingen die met een niveau 1-opleiding gaan uitstromen, Reguliere inzet richt zich op leerlingen van de MBO scholen niveau 2 t/m 4 welke dreigen uit te vallen op de opleiding omdat zij geen leerwerkplek (meer) hebben
Resultaten
Minimaal 50 deelnemers niveau 1 bemiddeld extra bovenop reguliere inzet vanuit vsv gelden voor leerwermakelaar t.b.v. niveau 2-4
•
Extra inzet richt zich op leerlingen van de MBO scholen niveau 1 welke niet meer kunnen of willen doorleren en hun opleiding snel zullen afronden
Omschrijving & Activiteiten
De leerwerkmakelaar vanuit de MBO scholen (ten behoeve van de aansluiting bij de opleidingen en om ervoor te zorgen dat dreigende uitval zo snel mogelijk wordt gemeld) en werkt nauw samen met het UWV (waaronder Servicepunt leren en werken) de Jongerenloketten en Lp/RMC. De specifieke activiteiten zijn: • 1-op-1-bemiddeling van leerlingen die een opleiding volgen (niveau 2 t/m 4) en geen leerwerkbaan (meer) hebben naar een passende leerwerkbaan • 1-op-1-bemiddeling van leerlingen die binnenkort een opleiding niveau 1 gaan afronden en bemiddeld worden naar een vervolgopleiding of naar werk De leerwerkmakelaar sluit aan bij het accounthoudersoverleg van het WSP.
Projectimplementatie Periode Kosten totaal
Regiocollege: inzet van 1,5 fte leerwerkmakelaar 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 €110.500 € 73.000 vanuit VSV middelen, tbv extra inzet € 32.563 gefinancierd vanuit de regio, financiering uit AJWL: € 4.937
Project 3a: Van School naar Werk in de Techniek met SK Doel
Doelgroep
-
Werkgevers bieden nieuwe plekken voor jongeren met een startkwalificatie voor leerlingen van een van de partners van Talent voor Techniek bovenop bestaande leerwerkplekken Gediplomeerde, (dreigend) werkeloze jongeren (20- 27 jaar) die een vervolgopleiding willen volgen in de techniek om zo hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten.
Resultaten
25 jongeren worden op deze manier bemiddeld naar een BBLtraject dat hen opleidt tot niveau 3/4
Activiteiten
Voor met werkloosheid bedreigde jongeren (met startkwalificatie) die geen leerwerkplek kunnen vinden, wordt vanuit het AJW een stimuleringssubsidie van maximaal € 1.500,00 beschikbaar gesteld aan de werkgever die een nieuwe leerarbeidsovereenkomst voor de duur van 12 maanden aanbiedt. Om een goede start te stimuleren van de genoemde jongeren kan het UWV Werkbedrijf gebruik maken van de faciliteiten van de bedrijfsscholen.
Projectimplementatie Periode Kosten totaal
Talent voor Techniek zet 25 startersbeurzen in à 1.500 per jongere. 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 € 112.500 (financiering uit AJWL: € 25.000)
Project 3b: Van School naar Werk in de Techniek zonder SK Doel
Doelgroep
Jongeren via een opleiding begeleiden naar een vaste plek op de arbeidsmarkt. Garantie voor 3 jaar scholing, stage, leerwerkplek, werk, begeleiding, etc. Jonge werkzoekenden of schoolverlaters met belangstelling voor de techniek
Resultaten
100 jongeren zijn geplaatst in werkzware BOL opleiding
Omschrijving & Activiteiten
Praktijkassessment, BPV begeleiding, werving van een praktijkleerplaats en uitvoering van de aanvullende praktijktraining in de BOL - opleiding wordt uitgevoerd door één van de genoemde opleidingsbedrijven. Er wordt vanuit de Aanpak hiervoor een subsidie van maximaal € 1.000,00 ter beschikking gesteld gedurende het eerste opleidingsjaar. De inzet van de opleidingsbedrijven tijdens de periode dat de leerling de BOL opleiding volgt is additioneel aan die van het ROC. Hierdoor krijgt het Opleidingsbedrijf de mogelijkheid de leerling met extra praktijktraining te versterken. De jongeren volgt een beroepsopleiding. Krijgt een studie- of leerarbeidsovereenkomst voor minimaal 36 maanden en hij/zij doet werkervaring op bij een erkend leerbedrijf in de regio ZW.
Projectimplementatie Periode Kosten totaal
Talent voor Techniek stelt 100 extra opleidingstrajecten beschikbaar 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 € 370.000 (€ 100.000 uit JWL)
Bijlage 2: Analyse Arbeidsmarkt Zaanstreek-Waterland NWW-ers Aantal niet werkende werkzoekende (NWW-ers) jongeren onder de 27 jaar: 1.344 (overzicht verspreid door UWV/SZW ter berekening budget aanpak jwl). De arbeidsmarktregio Zaansteek-Waterland laat de volgende ontwikkelingen zien: Eind december 2012 bedraagt het aantal geregistreerde werkzoekende jongeren 1.146 personen (laats versie Basiscijfers Jeugd, feb 2013), in april 2013 is dit opgelopen tot 1.344. Het aantal geregistreerde jongeren is in de periode december 2011 tot en met december 2012 met 17% toegenomen. In de eerste helft van 2013 is dat 33%. Dat is een minder sterke stijging dan het landelijk gemiddelde. Na de daling in de eerste helft van vorig jaar steeg het aantal geregistreerde werkzoekende jongeren. De meeste jongeren staan ingeschreven in de gemeenten Zaanstad (782) en Purmerend (332). Vooral het aantal werkzoekende jongeren met een opleiding op mbo niveau 3 of 4 is gestegen: van 173 (december 2011) tot 286 (december 2012). Daarnaast is er ook een sterke stijging bij jongeren met hbo/wo niveau van 47 naar 117. Vacatures In de periode augustus tot en met november 2012 waren er in de regio Zaanstreek/ Waterland 1.390 mbo vacatures. Ten opzichte van de vorige periode, april tot en met juli 2012, is dit aantal gedaald met 12 procent. Beroepsgroepen met een sterke daling van het aantal vacatures zijn detailhandel food/non food, groothandel food/non food en horeca. Vergelijken we de verdeling van het aantal vacatures in de regio met het landelijke beeld, dan blijkt dat in de regio Zaanstreek/Waterland er veel vacatures zijn in de beroepsgroep installatie-, elektro- en metaaltechniek en detailhandel food/non food en weinig in de beroepsgroep horeca. Over de eerste helft van 2013 zijn nog geen cijfers. Stage- en leerbanenmarkt Uit de nieuwe cijfers blijkt dat in de meeste regio’s het aantal studenten dat in het derde tertaal van 2012 is gestart met een stage of leerbaan ten opzichte van diezelfde periode in 2011 is gedaald. Van september tot december 2012 zijn er landelijk 200.242 studenten gestart met een stage of leerbaan, in 2011 waren dat er 220.804. In deze regio zijn er (enige) knelpunten in het aanbod van praktijkplaatsen in o.a. de volgende beroepsgroepen: zorg (helpende, maatschappelijke zorg), welzijn (jeugdzorg, kinderopvang), sport, economisch administratief (met name juridisch), ict, bouw en infra, dierverzorging en transport en logistiek. Sectorontwikkelingen in vogelvlucht Zorg (excl welzijn) - Lange tijd enige groeisector, verdere groei onzeker. Tekorten laten nog wel even op zich wachten. Krimp in niveau 2, groei niveau 3 en hoger. Groothandel - Komende jaren forse afslanking. Tegelijkertijd ook behoefte aan nieuwe instroom. Op termijn wel weer behoefte aan juridisch-bestuurlijke mbo-ers, ICT. Wel vaak op niveau 3/4. Industrie - Werkgelegenheid verdwijnt naar buitenland. Op dit moment veel last van de crisis. Op termijn forse vervangingsvraag vanwege pensionering: tekorten aan goed opgeleide technici (vanaf niv 3). - Voedings- en genotmiddelen industrie - Metalelectro en metaal-nijverheid Bouw - Werkgelegenheid in vier jaar gedaald met 50.000 arbeidsjaren, tot 444.000. Betreft vooral werknemers. Grootste klap in b&u bouw. Vanaf 2015 weer groei Middellange termijn arbeidsmarkt perspectief In de voedings- en genotsmiddelenindustrie ontstaan vanwege de vergrijzing grote tekorten op alle niveaus:
-
het grootste tekort ontstaat op niveau 4: voor 2016 wordt een tekort verwacht van 8.600 mensen op dit niveau. Het gaat daarbij om leidinggevende of specialistische functies op mbo-niveau. Ook op niveau 2 en 3 worden tekorten verwacht van respectievelijk 6.250 en 5.550
In de bouw ontstaan in 2016 grote tekorten op alle niveaus: Vmbo en mbo 1 en 2: - bouwvakkers (timmerlieden en metselaars et cetera) - aannemers en installateurs (allround onderhoudsmedewerkers, loodgieters, specialistische installatieberoepen en een deel van het kaderpersoneel). - beroepsgroep elektromonteurs zal een groot knelpunt ontstaan. Mbo-3 en 4 en HBO: - hoger opgeleide weg- en waterbouwkundigen. - weg- en waterbouwkundige vakkrachten, monteurs en (mbo-3 of -4 of hbo-) Input Jongerenloketten Zaanstreek: - 2012: ruim 1.100 bezoekers waarvan 800 unieke gevallen, 290 in traject (RMC) - Doelgroep 18-23: 70% van de vragen, 23+ neemt sterk toe (13%), 16-17 nu 10% - Vragen: 37% scholing/onderwijs, 37% werk/leerwerkbaan - 25 % ervaart belemmeringen richting school/werk: persoonlijke hulpvraag mbt financiën huisvesting of hulpverlening. Deze vraag neemt toe en verschuift richting meervoudige problematiek Purmerend - 2012: 616 (terugloop tov 2011 door huishoudtoets) - Aantal gemelde VSV-ers: 654 - Aantal jongeren in Trajectbegeleiding: 264 - Uitstroom opleiding: 170 - Uitstroom Werk: 195 - Overig: 269 - Nog in traject: 30 Zaanse cijfers doelgroep ‘kwetsbare jongeren’ (2011/12) - WWB tot 27 jaar: ca 250 (95% geen SK) - NWW tot 27 jaar: ca 782, regio ZW: ca 1.344 (47% geen SK) - Wajong (tot 25 jaar): 550, ca. 150 nwe gevallen p/j - Nieuwe vsv-ers: 433 (1/4 VO, 3/4 MBO) (tot niveau 2 geen SK), Purmerend: 248 - Praktijkonderwijs: ca 300 leerlingen (geen SK verplicht)
Bijlage 3: Begroting
Bijlage 3 Activiteit / Deelproject
Kosten*
Uitvoerende partij
Financiering door Financiering door Regio: door Regio: extra door uitvoerende partij gemeentes Zaanstad en Purmerend (50-50)
Voorstel aanvraag Rijk
Aanvraag Rijk in % van totale regionale inzet
Verwachte resultaten in aantallen
Brede aanpak Project 1a: Masterclasses
Gemeente 197.500 Purmerend
98.750
0
98.750
50 jongeren bemiddeld
Project 1b: Pilot NWW-ers 27-
Gemeente 390.625 Zaanstad
195.312
0
195.313
100 jongeren bemiddeld
Project 1c: Versterking JL Zaanstreek voor moeilijk te bemiddelen doelgroepen Project 2: Versterking functie leerwerkmakelaar
Gemeente Zaanstad (versterking via 30.000 UWV)
110.500 Regiocollege
40 jongeren bemiddeld
30.000
73.000
32.563
4.937
200 jongeren bemiddeld
Sectorale aanpak Project 3a: School naar Werk in de Techniek met SK
112.500
Stichting Talent voor Techniek
87.500
0
25.000
25 jongeren bemiddeld
Project 3b: School naar Werk in de Techniek zonder SK
370.000
Stichting Talent voor Techniek
270.000
0
100.000
100 jongeren bemiddeld
754.562
32.563
424.000
Totaal
1.211.125
35%
Besteding extra impuls Rijk Activiteit / Deelproject
Verwachte resultaten in aantallen
Extra resultaten door extra impuls Rijk
Concrete activiteiten die met deze bijdrage worden bekostigd
Brede aanpak
25 jongeren extra bemiddeld
Met de bijdrage van het Rijk zullen wij extra consulenten en ondersteuning inzetten, waardoor er extra Masterclasses zullen worden uitgevoerd.
100 jongeren Project 1b: Pilot NWW-ers 27- bemiddeld
50 jongeren extra bemiddeld
Met de bijdrage van het Rijk zullen wij extra consulenten inzetten en zijn er extra vouchers en andere instrumenten beschikbaar, zodat er extra jongeren kunnen worden ondersteund. Daarnaast is er door middel van de bijdrage van het Rijk gedurende de projectperiode (Aanpak JWL) 0.4 fte inzet vanuit het UWV voor bemiddeling en ondersteuning van moeilijke doelgroepen.
Project 1c: Versterking JL Zaanstreek voor moeilijk te bemiddelen doelgroepen
geen, maar in het kader van de Aanpak is besloten dat ZS dit gaat doen, wat naar verwachting leidt tot 40 moeilijk te bemiddelen jongeren bemiddeld.
zie J6
50 jongeren extra bemiddeld
Met de bijdrage van het Rijk én een bijdrage van de gemeenten Zaanstad en Purmerend zullen wij gedurende de projectperiode (Aanpak JWL) de werkzaamheden van de leerwerkmakelaar uitbreiden met 0.5 fte (bovenop de 1 fte die vanuit de regio wordt gefinancierd).
Project 1a: Masterclasses
Project 2: Versterking functie leerwerkmakelaar
50 jongeren bemiddeld
40 jongeren bemiddeld
200 jongeren bemiddeld
Sectorale aanpak
Project 3a: School naar Werk in de Techniek met SK
25 jongeren bemiddeld
Project 3b: School naar Werk in de Techniek zonder SK
100 jongeren bemiddeld
25 jongeren met SK op een BBL-plek geplaatst
Met de bijdrage van het Rijk zullen wij met werkloosheid bedreigde jongeren voor de techniek behouden door nieuwe leerwerkplekken. Zonder de bijdrage van het Rijk is dit niet mogelijk.
100 jeugdig werkzoekenden begeleid naar Met de bijdrage van het Rijk zullen wij werkzware een beroepsopleiding met BOL-trajecten kunnen starten. Zonder de bijdrage werkervaringsplek van het Rijk is dit niet mogelijk.
Bijlage 4: Doelen en Resultaten