U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor KYOCERA FS-C1020MFP. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de KYOCERA FS-C1020MFP in de gebruikershandleiding (informatie, specificaties, veiligheidsaanbevelingen, maat, accessoires, enz.). Uitgebreide gebruiksaanwijzingen staan in de gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing KYOCERA FS-C1020MFP Gebruikershandleiding KYOCERA FS-C1020MFP Handleiding KYOCERA FS-C1020MFP Bedieningshandleiding KYOCERA FS-C1020MFP Instructiehandleiding KYOCERA FS-C1020MFP
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Handleiding samenvatting: Boven Copyright © 2009 Inhoud Instellingen Bovenste pagina > De faxfunctie gebruiken De faxfunctie gebruiken Het scherm in de faxmodus Datum en tijd instellen Faxbestemmingen registreren Faxbestemmingen registreren vanaf het bedieningspaneel Faxbestemmingen wijzigen Faxbestemmingen verwijderen Faxbestemmingen registreren via webbrowser Faxbestemmingen wijzigen Faxbestemmingen verwijderen Een fax verzenden Verzendmodus selecteren Belangrijkste functies voor het verzenden van een fax Een faxtaak annuleren De bestemming van de fax opgeven De bestemming opgeven met de ééntoetsknoppen De bestemming opgeven met Verkort kiezen De bestemming opgeven met de broadcastfunctie De bestemming opgeven met de functie Herhalen Handige verzendfuncties Scaninstellingen opgeven Beelddichtheid aanpassen De resolutie opgeven De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-Fax) Het configureren van het LAN-Faxadresboek Het openen van het LAN-Faxadresboek Bestemmingen registreren Faxbestemmingen wijzigen Groepen registreren Groepen wijzigen Individuele bestemmingen of groepen verwijderen Gegevens uit het LAN-Faxadresboek importeren/exporteren Belangrijkste functies voor het verzenden van een fax vanaf een computer Een faxtaak annuleren Verzendinstellingen configureren Instellingen die u kunt configureren via de eigenschappen van het LAN-Faxstuurprogramma. Een fax ontvangen Ontvangstmodus selecteren Een fax ontvangen in de handmatige modus Een fax ontvangen in de Alleen fax-modus Een fax ontvangen in de FAX/TEL-modus Een fax ontvangen in de Fax/tel.beantw.-modus Boven Copyright © 2009 Inhoud Instellingen Bovenste pagina > Het apparaat via het bedieningspaneel configureren Het apparaat via het bedieningspaneel configureren Basisbediening via het menuscherm Overzicht van de menu's Kopieerinstellingen Kopieerinstellingen wijzigen Parameters voor kopieerinstellingen Scannerinstellingen Scannerinstellingen wijzigen Parameters voor scannerinstellingen Verzendinstellingen voor het faxen De verzendinstellingen voor het faxen wijzigen Parameters van de verzendinstellingen voor het faxen Systeeminstellingen voor het faxen Systeeminstellingen voor het faxen wijzigen Parameters voor systeeminstellingen voor het faxen Faxdirectoryinstellingen Faxbestemmingen registreren in Snelkiezen/Verkort kiezen faxen Parameters voor faxdirectory Apparaatinstellingen Apparaatinstellingen wijzigen Parameters voor apparaatinstellingen Netwerkinstellingen Netwerkinstellingen wijzigen Parameters voor netwerkinstellingen Rapporten afdrukken De configuratiepagina afdrukken Soorten rapporten De configuratiepagina lezen Het Activiteitenrapport lezen De geheugenlijst lezen Het lezen van het Logboek scanverzending Beheerdersinstellingen Beheerdersinstellingen wijzigen Parameters voor beheerdersinstellingen PDL-instellingen PDL-instellingen wijzigen Parameters voor PDL-instellingen Boven Copyright © 2009 Inhoud Instellingen Bovenste pagina > Het apparaat configureren met de webbrowser Het apparaat configureren met de webbrowser De webbrowser gebruiken De hoofdpagina weergeven De taal voor de interface wijzigen De systeeminformatie controleren De statusinformatie controleren De tellerinformatie controleren De informatie over het apparaat controleren De apparaatinstellingen configureren Het luidsprekervolume configureren De papierinstellingen configureren Het papierformaat voor het printen bepalen De lade die bij het afdrukken van faxen wordt gebruikt Het opgeven van de ladevoorkeur voor de printfunctie Tonerbesparing configureren Bestemmingen registreren De apparaatfuncties gebruikerafhankelijk beperken Rapporten afdrukken Netwerkinstellingen configureren De netwerkstatus controleren Instellingen netwerktoepassing configureren De DNS-instellingen configureren De instellingen voor alarmberichten configureren De SNMP-instellingen configureren De SMPT-instellingen configureren De beheerdersinstellingen configureren Het wachtwoord configureren Standaardinstellingen herstellen Een back-up maken van de instellingen van de machine De configuratie van het apparaat herstellen met behulp van een back-upbestand Datum- en tijdinstellingen configureren De instellingen energiespaarstand configureren Boven Copyright © 2009 Inhoud Instellingen Bovenste pagina > Probleemoplossing Probleemoplossing Overzicht Algemene problemen Problemen bij de papierinvoer Papierstoringen verhelpen Het papier is vastgelopen in de fusereenheid Het papier is vastgelopen in een lade Het papier is vastgelopen in de overdrachtseenheid Papierstoringen bij het scannen verhelpen Problemen met de afdrukkwaliteit De toestand van het apparaat controleren Afdrukproblemen De instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen De kleuren op de afdruk komen niet overeen met die op het scherm Posities van items op de afdrukken komen niet overeen met de posities op het scherm Problemen bij het kopiëren Problemen bij het scannen Problemen bij het faxen Fout- en statusberichten op het scherm Tonercartridges vervangen De tonerafvalcontainer vervangen Boven Copyright © 2009 Inhoud Instellingen Bovenste pagina > Onderhoud Onderhoud Reinigen Aandachtspunten bij het reinigen van het apparaat Reinigen van de tonerdensiteitsensor Het frictiekussen en de papierinvoerrol reinigen De registratierol reinigen De glasplaat reinigen De automatische documentinvoer (ADF) reinigen Het apparaat verplaatsen Over een korte afstand verplaatsen Over een lange afstand verplaatsen Afvoer Als het apparaat lange tijd niet wordt gebruikt Het apparaat voorbereiden voor een langdurige periode waarin het n [Printers en faxapparaten] Printereigenschappen openen vanuit een toepassing Windows Mac OS X Basisinstructies voor het werken in de printermodus Verkeerd papier Doorgaan met afdrukken op verkeerd papier De afdruktaak opnieuw instellen Een afdruktaak annuleren Een afdruktaak annuleren voordat het afdrukken is gestart Een afdruktaak tijdens het afdrukken annuleren Vertrouwelijke documenten afdrukken Een beveiligd afdrukbestand opslaan Een beveiligd afdrukbestand afdrukken Een beveiligd afdrukbestand verwijderen Nagaan welke beveiligde afdrukbestanden werden geannuleerd Werken met de verschillende afdrukfuncties Functies voor afdrukkwaliteit Uitvoerfuncties De kopieerfunctie gebruiken Het scherm in de kopieermodus Belangrijkste functies in de kopieermodus Een kopieertaak annuleren Vergrote of verkleinde kopieën maken Meerdere pagina's combineren Twee of vier pagina's op één vel kopiëren @@Dubbelzijdige kopieën maken Scaninstellingen opgeven De dichtheid van het beeld aanpassen Het type document selecteren in overeenstemming met het origineel De scannerfunctie gebruiken Het scherm in de scannermodus Scanbestemmingen registreren Scanbestemmingen wijzigen Scanbestemmingen verwijderen Scannen vanaf het bedieningspaneel Belangrijkste functies voor het verzenden van gescande bestanden De scanbestemming opgeven Scaninstellingen opgeven Het scanformaat opgeven in overeenstemming met het formaat van het origineel Beelddichtheid aanpassen Resolutie opgeven Scannen vanaf een computer Instellingen die u via het TWAIN-dialoogvenster kunt configureren.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
De faxfunctie gebruiken Het scherm in de faxmodus Datum en tijd instellen Faxbestemmingen registreren Faxbestemmingen registreren vanaf het bedieningspaneel Faxbestemmingen wijzigen Faxbestemmingen verwijderen Faxbestemmingen registreren via webbrowser Faxbestemmingen wijzigen Faxbestemmingen verwijderen Een fax verzenden Verzendmodus selecteren Belangrijkste functies voor het verzenden van een fax Een faxtaak annuleren De bestemming van de fax opgeven De bestemming opgeven met de ééntoetsknoppen De bestemming opgeven met Verkort kiezen De bestemming opgeven met de broadcastfunctie De bestemming opgeven met de functie Herhalen Handige verzendfuncties Scaninstellingen opgeven Beelddichtheid aanpassen De resolutie opgeven De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-Fax) Het configureren van het LAN-Faxadresboek Het openen van het LAN-Faxadresboek Bestemmingen registreren Faxbestemmingen wijzigen Groepen registreren Groepen wijzigen Individuele bestemmingen of groepen verwijderen Gegevens uit het LAN-Faxadresboek importeren/exporteren Belangrijkste functies voor het verzenden van een fax vanaf een computer Een faxtaak annuleren Verzendinstellingen configureren Instellingen die u kunt configureren via de eigenschappen van het LAN-Faxstuurprogramma. Een fax ontvangen Ontvangstmodus selecteren Een fax ontvangen in de handmatige modus Een fax ontvangen in de Alleen fax-modus Een fax ontvangen in de FAX/TEL-modus Een fax ontvangen in de Fax/tel.beantw.-modus Het apparaat via het bedieningspaneel configureren Basisbediening via het menuscherm Overzicht van de menu's Kopieerinstellingen Kopieerinstellingen wijzigen Parameters voor kopieerinstellingen Scannerinstellingen Scannerinstellingen wijzigen Parameters voor scannerinstellingen Verzendinstellingen voor het faxen De verzendinstellingen voor het faxen wijzigen Parameters van de verzendinstellingen voor het faxen Systeeminstellingen voor het faxen Systeeminstellingen voor het faxen wijzigen Parameters voor systeeminstellingen voor het faxen Faxdirectoryinstellingen Faxbestemmingen registreren in Snelkiezen/Verkort kiezen faxen Parameters voor faxdirectory Apparaatinstellingen Apparaatinstellingen wijzigen Parameters voor apparaatinstellingen Netwerkinstellingen Netwerkinstellingen wijzigen Parameters voor netwerkinstellingen Rapporten afdrukken De configuratiepagina afdrukken Soorten rapporten De configuratiepagina lezen Het Activiteitenrapport lezen De geheugenlijst lezen Het lezen van het Logboek scanverzending Beheerdersinstellingen Beheerdersinstellingen wijzigen Parameters voor beheerdersinstellingen PDL-instellingen PDL-instellingen wijzigen Parameters voor PDL-instellingen Het apparaat configureren met de webbrowser De webbrowser gebruiken De hoofdpagina weergeven De taal voor de interface wijzigen De systeeminformatie controleren De statusinformatie controleren De tellerinformatie controleren De informatie over het apparaat controleren De apparaatinstellingen configureren Het luidsprekervolume configureren De papierinstellingen configureren Het papierformaat voor het printen bepalen De lade die bij het afdrukken van faxen wordt gebruikt Het opgeven van de ladevoorkeur voor de printfunctie Tonerbesparing configureren Bestemmingen registreren De apparaatfuncties gebruikerafhankelijk beperken Rapporten afdrukken Netwerkinstellingen configureren De netwerkstatus controleren Instellingen netwerktoepassing configureren De DNS-instellingen configureren De instellingen voor alarmberichten configureren De SNMP-instellingen configureren De SMPT-instellingen configureren De beheerdersinstellingen configureren Het wachtwoord configureren Standaardinstellingen herstellen Een back-up maken van de instellingen van de machine De configuratie van het apparaat herstellen met behulp van een back-upbestand Datum- en tijdinstellingen configureren De instellingen energiespaarstand configureren Probleemoplossing Overzicht Algemene problemen Problemen bij de papierinvoer Papierstoringen verhelpen Het papier is vastgelopen in de fusereenheid Het papier is vastgelopen in een lade Het papier is vastgelopen in de overdrachtseenheid Papierstoringen bij het scannen verhelpen Problemen met de afdrukkwaliteit De toestand van het apparaat controleren Afdrukproblemen De instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen De kleuren op de afdruk komen niet overeen met die op het scherm Posities van items op de afdrukken komen niet overeen met de posities op het scherm Problemen bij het kopiëren Problemen bij het scannen Problemen bij het faxen Fout- en statusberichten op het scherm Tonercartridges vervangen De tonerafvalcontainer vervangen Onderhoud Reinigen Aandachtspunten bij het reinigen van het apparaat Reinigen van de tonerdensiteitsensor Het frictiekussen en de papierinvoerrol reinigen De registratierol reinigen De glasplaat reinigen De automatische documentinvoer (ADF) reinigen Het apparaat verplaatsen Over een korte afstand verplaatsen Over een lange afstand verplaatsen Afvoer Als het apparaat lange tijd niet wordt gebruikt Het apparaat voorbereiden voor een langdurige periode waarin het niet wordt gebruikt Het apparaat weer gebruiken nadat dit langdurig niet is gebruikt Verbruiksproducten Tonercartridges Tonerafvalfles Bijlage Apparaatspecificaties Specificaties voor algemene functies Specificaties voor printerfuncties Specificaties voor kopieerfuncties Specificaties voor scanfuncties Specificaties voor faxfuncties Specificaties voor opties Papierinvoereenheid Geheugeneenheid Elektromagnetische storing Informatie over geïnstalleerde software expat JPEG LIBRARY Boven Copyright © 2009 Inhoud Vorige De HTML-handleidingen gebruiken Op deze pagina wordt uitgelegd hoe u de HTMLhandleidingen gebruikt. # Er worden eenvoudige screenshots gebruikt. Schermnavigatie 1 Klik hierop om de bovenste pagina weer te geven. 2 Toont een lijst met alle handleidingtitels. 3 Toont de inhoud van de handleiding. 4 Brengt u terug naar de voorgaande pagina. 5 Brengt u naar de voorgaande pagina (op volgorde van titels). 6 Brengt u naar de volgende pagina (op volgorde van titels). 7 Brengt u naar de overeenstemmende HTML-pagina. (Hyperlinks zijn onderstreept.) 8 Opent de overeenstemmende pagina in een nieuw venster. 9 Brengt u naar de bovenkant van de huidige pagina. # Als de pagina verwijzingen bevat, dan verschijnen deze onderaan de pagina. Handige functies Gebruik trefwoorden om te zoeken naar items die u wilt bekijken. Gecombineerd zoeken met meerdere trefwoorden is niet mogelijk. Zoekresultaten met synoniemen van het trefwoord worden ook weergegeven. 1 Wanneer u zoekt in de bovenste pagina, dan worden zoekresultaten van alle handleidingen weergegeven. U kunt de kleur van het weergavescherm wijzigen en procedure-afbeeldingen verbergen. Klik op [OK]om wijzigingen toe te passen. 2 Symbolen In deze handleiding worden de volgende symbolen gebruikt: Duidt belangrijke veiligheidsvoorschriften aan.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Het negeren van deze voorschriften kan leiden tot ernstige lichamelijke verwondingen of overlijden. Lees deze voorschriften altijd. Ze zijn te vinden in het gedeelte 'Veiligheidsinformatie'. Duidt belangrijke veiligheidsvoorschriften aan. Het negeren van deze voorschriften kan leiden tot gemiddelde of lichte lichamelijke verwondingen of schade aan het apparaat of eigendommen. Lees deze voorschriften altijd. Ze zijn te vinden in het gedeelte 'Veiligheidsinformatie'. Duidt aan dat u moet opletten als u het apparaat gebruikt, en signaleert waarschijnlijke oorzaken voor papierstoringen, schade aan originelen, of verlies van gegevens. Lees deze toelichtingen altijd. Geeft extra uitleg over de apparaatfuncties en instructies voor het oplossen van gebruikersfouten. Dit symbool staat aan het einde van secties. Het geeft aan waar u verdere relevante informatie kunt vinden. [] Duidt de naam van toetsen en knoppen aan. Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Inleiding Inleiding Hartelijk dank dat u voor dit product hebt gekozen. In deze handleiding vindt u uitgebreide instructies voor het gebruik van dit apparaat en belangrijke opmerkingen. Om ten volle te kunnen profiteren van de veelzijdigheid van dit apparaat, verdient het aanbeveling dat alle gebruikers deze handleiding zorgvuldig doorlezen en de aanwijzingen opvolgen. Bewaar de handleiding op een handige plaats, vlakbij het apparaat. Lees de handleiding zorgvuldig door voordat u het apparaat gebruikt en houd deze bij de hand. U kunt dan de handleiding zo nodig altijd raadplegen. Lees met het oog op een veilig en juist gebruik van het apparaat ook de "Veiligheidsinformatie" door voordat u het apparaat gaat gebruiken. Verwante onderwerpen Handelsmerken Afwijzing van aansprakelijkheid Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Inleiding > Handelsmerken Handelsmerken Microsoft®, Windows®, Windows Server® en Windows Vista® zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Adobe®, PostScript®, Acrobat®, PageMaker® en Adobe Type Manager zijn gedeponeerde handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. PCL® is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company. Apple, AppleTalk, EtherTalk, Macintosh, Mac OS en True Type zijn handelsmerken van Apple Computer Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen. Andere productnamen die gebruikt werden, hebben enkel een herkenningsdoel en kunnen handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaren. We nemen afstand van alle rechten op deze merken. De gepaste namen van de besturingsystemen van Windows zijn als volgt: q De productnamen van Windows 2000 zijn als volgt: Microsoft® Windows® 2000 Professional Microsoft® Windows® 2000 Server Microsoft® Windows® 2000 Advanced Server De productnamen van Windows XP zijn als volgt: Microsoft® Windows® XP Professional Microsoft® Windows® XP Home Edition De productnamen van Windows Vista zijn als volgt: Microsoft® Windows Vista® Ultimate Microsoft® Windows Vista® Enterprise Microsoft® Windows Vista® Business Microsoft® Windows Vista® Home Premium Microsoft® Windows Vista® Home Basic De productnamen van Windows Server 2003 zijn als volgt: Microsoft® Windows Server® 2003 Standard Edition Microsoft® Windows Server® 2003 Enterprise Edition Microsoft® Windows Server® 2003 Web Edition Microsoft® Windows Server® 2003 Datacenter Edition De productnamen van Windows Server 2003 R2 zijn als volgt: Microsoft® Windows Server® 2003 R2 Standard Edition Microsoft® Windows Server® 2003 R2 Enterprise Edition Microsoft® Windows Server® 2003 R2 Web Edition De productnamen van Windows Server 2008 zijn als volgt: Microsoft® Windows Server® 2008 Standard Microsoft® Windows Server® 2008 Enterprise Microsoft® Windows Server® 2008 Datacenter Microsoft® Windows Server® 2008 for Itanium-based Systems Microsoft® Windows® Web Server 2008 Microsoft® Windows® HPC Server 2008 Microsoft® Windows Server® 2008 Standard without Hyper-VTM Microsoft® Windows Server® 2008 Enterprise without Hyper-VTM q q q q q Microsoft® Windows Server® 2008 Datacenter without Hyper-VTM q In deze handleiding staat PostScript 3 voor "Adobe PostScript 3 Emulation". Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Inleiding > Afwijzing van aansprakelijkheid Afwijzing van aansprakelijkheid 1. Het bedrijf is in geen enkel opzicht aansprakelijk voor directe, indirecte, bijzondere, bijkomende of voortvloeiende schade als gevolg van de werking of het gebruik van dit apparaat. 2. Deze handleiding mag zonder toestemming noch geheel noch gedeeltelijk worden vermenigvuldigd, gewijzigd, geciteerd of herdrukt. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Handleidingen voor dit apparaat Handleidingen voor dit apparaat Lees de handleiding die van belang is voor het doel waarvoor u het apparaat wilt gebruiken. Veiligheidsinformatie Hier vindt u informatie over een veilig gebruik van het apparaat. Lees deze informatie zorgvuldig door om persoonlijk letsel en schade aan het apparaat te voorkomen. Verkorte Installatiehandleiding Deze handleiding bevat procedures voor het verwijderen van het apparaat uit de verpakking en het aansluiten op een computer. Installatiehandleiding voor stuurprogramma's Geeft informatie in verband met het installeren van stuurprogramma's en software om dit apparaat te gebruiken. Scan- en faxhandleiding In deze handleiding vindt u informatie over het installeren en gebruik van de scan- en faxfuncties van het apparaat. Informatie die in deze handleiding ontbreekt, kunt u in de Gebruikershandleiding vinden. Gebruikershandleiding In deze handleiding vindt u algemene informatie over het gebruik en worden de onderstaande onderwerpen behandeld. q q q q q q q q Opties voor installatie Geschikte papiertypen Procedures voor het gebruik van de functies voor afdrukken, kopiëren, scannen en faxen Het apparaat configureren Problemen oplossen en papierstoringen verhelpen Verbruiksproducten vervangen De status van het apparaat controleren met behulp van de webbrowser Informatie over onderhoud Deze handleiding bevindt zich op de cd-rom die bij het apparaat is geleverd. Beknopte handleiding In deze handleiding vindt u informatie over het oplossen van problemen en de basisinstructies voor het maken van fotokopieën, scannen en het versturen van faxen.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Deze handleiding bevindt zich op de cd-rom die bij het apparaat is geleverd. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Machinetypes Machinetypes Modeltypen Het symbool gebruikt voor informatie die alleen geldt voor het 120 V-model, terwijl het symbool wordt gebruikt voor informatie die alleen geldt voor het 220 V - 240 V-model. Het model van het apparaat bepalen U kunt als volgt het model van uw apparaat vaststellen: q Controleer op de achterzijde van het apparaat het daar aangegeven voltage. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Hoe leest u deze handleiding Hoe leest u deze handleiding Verwante onderwerpen Symbolen Aantekeningen Webbrowser Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Hoe leest u deze handleiding > Symbolen Symbolen In deze handleiding wordt gebruik gemaakt van de volgende symbolen: Hiermee worden punten aangegeven waarop u moet letten bij het gebruik van het apparaat, evenals een uitleg van de waarschijnlijke oorzaken van vastgelopen papier, schade aan originelen of verlies van gegevens. Zorg ervoor dat u deze uitleg leest. Hiermee worden extra toelichtingen bij de functies van het apparaat aangegeven, evenals instructies voor het oplossen van gebruikersfouten. Dit symbool bevindt zich aan het einde van de secties. Het geeft aan waar u nadere informatie kunt vinden. [] Hiermee worden de namen aangegeven van de toetsen op het weergavepaneel van het apparaat. [] Hiermee worden de namen aangegeven van de toetsen op het bedieningspaneel van het apparaat. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Hoe leest u deze handleiding > Aantekeningen Aantekeningen De inhoud van deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. In deze handleiding worden twee grootte-eenheden gebruikt. De afbeeldingen die in deze handleiding worden gebruikt kunnen afwijken van de machine. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Hoe leest u deze handleiding > Webbrowser Webbrowser Webbrowser in deze handleiding vertegenwoordigt COMMAND CENTER. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies Belangrijke functies In dit gedeelte vindt u informatie over de basisprincipes en enkele handige functies van het apparaat. q Voor bepaalde functies is een speciale configuratie van het apparaat nodig. Verwante onderwerpen Het apparaat gebruiken als printer Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat Het apparaat gebruiken als scanner Het apparaat gebruiken als faxapparaat Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als printer Het apparaat gebruiken als printer Wanneer u het apparaat als printer wilt gebruiken, hebt u de keuze uit twee verbindingsmethoden: q q USB-aansluiting Netwerkaansluiting Verwante onderwerpen Aansluiten via USB Aansluiten via een netwerk Vertrouwelijke documenten afdrukken Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als printer > Aansluiten via USB Aansluiten via USB U kunt het apparaat rechtstreeks met een USB-kabel op een computer aansluiten. Afdrukken via USB Zo gebruikt u dit apparaat als printer via een USB-aansluiting: 1. Sluit het apparaat met een USB-kabel aan op een computer en installeer het printerstuurprogramma op de computer. Voor meer informatie, zie Verbinden met een USB-kabel stuurprogramma's. en Installatiehandleiding voor Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als printer > Aansluiten via een netwerk Aansluiten via een netwerk U kunt het apparaat aansluiten op een netwerk en als netwerkprinter gebruiken. Afdrukken via een netwerk Zo gebruikt u dit apparaat als printer via een netwerkverbinding: 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk. Zie voor meer gegevens Verbinden met een netwerkkabel . 2. Configureer het apparaat voor de netwerkverbinding. Zie voor meer gegevens Instellingen IP-adres configureren . 3. Installeer het printerstuurprogramma op een computer. Voor meer informatie, zie Installatiehandleiding voor stuurprogramma's. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als printer > Vertrouwelijke documenten afdrukken Vertrouwelijke documenten afdrukken Als u de functie Beveiligde afdruk gebruikt, kunt u uw afdruktaak beveiligen met een wachtwoord. Dit betekent dat uw afdruktak pas wordt afgedrukt nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd op het bedieningspaneel van het apparaat. Met deze functie kan worden voorkomen dat gebruikers vertrouwelijke documenten bij de printer kunnen zien. q Deze functie is alleen beschikbaar bij het gebruik van het printerstuurprogramma PCL, waarbij er wordt afgedrukt vanaf een Windowscomputer. Vertrouwelijke documenten afdrukken 1. Gebruik het printerstuurprogramma om een afdruktaak vanaf een computer te versturen als een bestand voor beveiligde afdrukken Zie voor meer gegevens Een beveiligd afdrukbestand opslaan . 2. Voer het wachtwoord in op het bedieningspaneel om het bestand af te drukken. Zie voor meer gegevens Een beveiligd afdrukbestand afdrukken . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat In dit gedeelte worden enkele handige functies beschreven bij het gebruik van dit apparaat als kopieerapparaat. Verwante onderwerpen Vergrote of verkleinde kopieën maken Meerdere pagina's op één vel papier kopiëren. @@Dubbelzijdige kopieën maken De papieruitvoer sorteren Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat > Vergrote of verkleinde kopieën maken Vergrote of verkleinde kopieën maken Dit apparaat heeft vooraf ingestelde verhoudingen voor het schalen van originelen, waardoor u gemakkelijk documenten kunt omzetten van het ene naar het andere standaardformaat.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Vergrote of verkleinde kopieën maken Zo kunt u altijd kopieën vergroten en verkleinen: 1. De standaardinstelling van de machine voor [Verkleinen/vergroten] configureren. Zie voor meer gegevens Kopieerinstellingen . Zo gebruikt u deze functie alleen voor de huidige taak: 1. Configureer de instelling met behulp van de toets [Verkleinen/vergroten] voordat u aan de afdruktaak begint. Zie voor meer gegevens Vergrote of verkleinde kopieën maken . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat > Meerdere pagina's op één vel papier kopiëren. Meerdere pagina's op één vel papier kopiëren. U kunt meerdere pagina's van het origineel kopiëren op één vel papier. q U kunt deze functie alleen gebruiken als het origineel in de automatische documentinvoer (ADF) is geplaatst, niet als dit op de glasplaat ligt. U kunt bepalen of u het apparaat altijd fotokopieën wilt laten maken in de modus 2-in-1 of 4-in-1, of alleen als het nodig is. Meerdere pagina's kopiëren Zo maakt u altijd fotokopieën in de modus 2-in-1 of 4-in-1: 1. De standaardinstelling van de machine voor [Verkleinen/vergroten] configureren. Zie voor meer gegevens Kopieerinstellingen . Zo gebruikt u deze functie alleen voor de huidige taak: 1. Configureer de instelling met behulp van de toets [Verkleinen/vergroten] voordat u aan de afdruktaak begint. Zie voor meer gegevens Twee of vier pagina's op één vel kopiëren . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat > @@U kunt de voor- en achterzijde van een identiteitsbewijs (of een ander klein document) op één zijde van een vel papier kopiëren. q U kunt deze functie alleen gebruiken als het origineel op de glasplaat ligt en niet in de automatische documentinvoer (ADF) is geplaatst. U kunt bepalen of u het apparaat altijd fotokopieën wilt laten maken in de kopieermodus identiteitsbewijs, of alleen als het nodig is. Voorbereidingen voor het kopiëren van een identiteitsbewijs Als u altijd fotokopieën in de kopieermodus identiteitsbewijs wilt maken, doet u het volgende: 1. De standaardinstelling van de machine voor [Verkleinen/vergroten] configureren. Zie voor meer gegevens Kopieerinstellingen . Zo gebruikt u deze functie alleen voor de huidige taak: 1. Configureer de instelling met behulp van de toets [Verkleinen/vergroten] voordat u aan de afdruktaak begint. Zie voor meer gegevens @@. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat > Dubbelzijdige kopieën maken Dubbelzijdige kopieën maken U kunt dubbelzijdige kopieën maken door enkelzijdige documenten op zowel de voor- als de achterkant van het papier te kopiëren. q U kunt deze functie alleen gebruiken als het origineel in de automatische documentinvoer (ADF) is geplaatst, niet als dit op de glasplaat ligt. Verander in dat geval de standaardinstelling van het apparaat naar het maken van dubbelzijdige kopieën. Voorbereidingen voor het maken van dubbelzijdige kopieën 1. Configureer de instelling [Kopie Duplex] onder kopieerinstellingen. Zie voor meer gegevens Dubbelzijdige kopieën maken . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als kopieerapparaat > De papieruitvoer sorteren De papieruitvoer sorteren Wanneer u meerdere kopieën maakt van verschillende pagina's, kunt u het apparaat het uitgevoerde papier laten sorteren. q U kunt deze functie alleen gebruiken als het origineel in de automatische documentinvoer (ADF) is geplaatst, niet als dit op de glasplaat ligt. De papieruitvoer sorteren 1. Activeer de instelling [Sorteren] onder kopieerinstellingen. Zie voor meer gegevens Kopieerinstellingen . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als scanner Het apparaat gebruiken als scanner Er zijn twee methoden om te scannen: scannen vanaf de computer (TWAIN-scannen) en scannen vanaf het bedieningspaneel. Scannen vanaf de computer Met TWAINscannen kunt u het apparaat bedienen vanaf de computer en originelen rechtstreeks naar de computer scannen. Voor TWAIN-scannen hebt u een toepassing nodig die hiervoor geschikt is. U kunt zowel via een USB- als via een netwerkverbinding TWAIN-scannen. Scannen vanaf het bedieningspaneel Vanaf het bedieningspaneel kunt u gescande bestanden via e-mail (Scan to e-mail), naar een FTP-server (Scan to FTP) of naar een gedeelde map of computer op een netwerk (Scan to Folder) verzenden. Scannen vanaf het bedieningspaneel is alleen mogelijk met een netwerkverbinding. q Het apparaat ondersteunt WIA-scannen, een aanvullende methode om originelen te scannen vanuit uw computer die u via een USBverbinding kunt gebruiken. WIA-scannen is mogelijk als uw computer een Windows-besturingssysteem heeft en beschikt over een toepassing die WIAcompatibel is. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Verwante onderwerpen Scannen vanaf een computer Gescande bestanden per e-mail verzenden Gescande bestanden naar een FTP-server verzenden Gescande bestanden verzenden naar de gedeelde map van een computer Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als scanner > Scannen vanaf een computer Scannen vanaf een computer Met TWAIN-scannen kunt u het apparaat bedienen vanaf de computer en originelen rechtstreeks naar de computer scannen. Scannen vanaf een computer met een USB-verbinding 1. Sluit het apparaat met een USBkabel aan op de computer en installeer het scannerstuurprogramma op de computer. Voor meer informatie, zie Verbinden met een USB-kabel stuurprogramma's. en Installatiehandleiding voor 2. Als er geen toepassing op de computer is geïnstalleerd die geschikt is voor TWAIN, installeer dan een toepassing die geschikt is voor TWAIN. Scannen vanaf een computer met een netwerkverbinding 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk Zie voor meer gegevens Verbinden met een netwerkkabel . 2. Stel het IP-adres, het subnetmasker en het gatewayadres in via het bedieningspaneel.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Zie voor meer gegevens Instellingen IP-adres configureren . 3. Installeer het scannerstuurprogramma op de computer. Voor meer informatie, zie Installatiehandleiding voor stuurprogramma's. 4. Als er geen toepassing op de computer is geïnstalleerd die geschikt is voor TWAIN, installeer dan een toepassing die geschikt is voor TWAIN. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als scanner > Gescande bestanden per e-mail verzenden Gescande bestanden per e-mail verzenden U kunt vanaf het bedieningspaneel gescande bestanden per e-mail verzenden. Voorbereiden van het per e-mail verzenden van gescande bestanden 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk Zie voor meer gegevens Verbinden met een netwerkkabel . 2. Stel het IP-adres, het subnetmasker en het gatewayadres in via het bedieningspaneel. Zie voor meer gegevens Instellingen IP-adres configureren . 3. Stel de DNS- en SMTP-instellingen in via de webbrowser. Zie voor meer informatie De DNS-instellingen configureren . Zie voor meer gegevens Scanbestemmingen registreren . en De SMPT-instellingen configureren 4. Registreer met behulp van de webbrowser de bestemmingen in het Adresboek. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als scanner > Gescande bestanden naar een FTP-server verzenden Gescande bestanden naar een FTP-server verzenden U kunt vanaf het bedieningspaneel gescande bestanden naar een FTP-server verzenden. Gescande bestanden naar een FTP-server verzenden 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk Zie voor meer gegevens Verbinden met een netwerkkabel . 2. Stel het IP-adres, het subnetmasker en het gatewayadres in via het bedieningspaneel. Zie voor meer gegevens Instellingen IP-adres configureren . 3. Registreer met behulp van de webbrowser de bestemmingen in het Adresboek. Zie voor meer gegevens Scanbestemmingen registreren . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als scanner > Gescande bestanden verzenden naar de gedeelde map van een computer Gescande bestanden verzenden naar de gedeelde map van een computer U kunt vanaf het bedieningspaneel gescande bestanden verzenden naar de gedeelde map van een computer op een netwerk. Gescande bestanden verzenden naar de gedeelde map van een computer 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk Zie voor meer gegevens Verbinden met een netwerkkabel . 2. Stel het IP-adres, het subnetmasker en het gatewayadres in via het bedieningspaneel. Zie voor meer gegevens Instellingen IP-adres configureren . 3. Maak een bestemmingsmap aan op de harde schijf van de computer en stel deze in als een gedeelde map. Zie de documentatie van uw besturingssysteem voor meer informatie. 4. Registreer met behulp van de webbrowser de bestemmingen in het Adresboek. Zie voor meer gegevens Scanbestemmingen registreren . q Als u gebruik maakt van de functie Scan to Folder op een netwerk dat Active Directory gebruikt, dan moet u de servernaam en de domeinnaam opgeven via de DNS-instellingen. q Zie De DNS-instellingen configureren voor meer informatie over de DNS-instellingen. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als faxapparaat Het apparaat gebruiken als faxapparaat In dit gedeelte worden de basisprocedures beschreven voor het gebruik van dit apparaat als faxapparaat. Verwante onderwerpen Gebruiken als faxapparaat Het apparaat gebruiken in combinatie met een externe telefoon Fax verzenden vanaf een computer (LAN-Fax) Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als faxapparaat > Gebruiken als faxapparaat Gebruiken als faxapparaat Gebruiken als faxapparaat 1. Sluit het apparaat aan op de telefoonlijn. Zie voor meer gegevens Aansluiten op een telefoonlijn . 2. Configureer de instellingen van het telefoonnetwerk. Zie voor meer gegevens Instellingen voor het telefoonnetwerk configureren . 3. Configureer de datum en de tijd. Zie voor meer gegevens Datum en tijd instellen . 4. Registreer via het bedieningspaneel of de webbrowser de bestemmingen in het adresboek. Zie voor meer gegevens Faxbestemmingen registreren . q Zorg ervoor dat u bij de eerste stap van de installatie het faxnummer en de naam van de gebruiker registreert. Zie voor meer gegevens Eerste installatie . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als faxapparaat > Het apparaat gebruiken in combinatie met een externe telefoon Het apparaat gebruiken in combinatie met een externe telefoon U kunt dit apparaat gebruiken als faxapparaat en tegelijkertijd via dezelfde lijn een telefoongesprek voeren. Het apparaat gebruiken in combinatie met een externe telefoon 1. Sluit een externe telefoon aan op het apparaat. Zie voor meer gegevens Aansluiten op een telefoonlijn . 2. Selecteer de modus voor faxontvangst. Zie voor meer gegevens Een fax ontvangen . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Belangrijke functies > Het apparaat gebruiken als faxapparaat > Fax verzenden vanaf een computer (LAN-Fax) Fax verzenden vanaf een computer (LAN-Fax) U kunt een document rechtstreeks vanaf een computer via dit apparaat naar een ander faxapparaat sturen, zonder het document eerst te printen. q De functie wordt ondersteund door Windows 2000/XP/Vista en Windows Server 2003/2003 R2/2008. Mac OS X ondersteunt deze functie niet. Voorbereidingen voor het zenden van een fax vanaf een computer die via USB is verbonden. 1. Sluit het apparaat op een computer aan door middel van een USB-kabel. Zie voor meer gegevens Verbinden met een USB-kabel . 2. Installeer het LAN-Faxstuurprogramma op de computer. Voor meer informatie, zie Installatiehandleiding voor stuurprogramma's. 3. Registreer de LAN-Faxbestemmingen in het LAN-Faxadresboek. Zie voor meer gegevens Het configureren van het LAN-Faxadresboek . Voorbereidingen voor het zenden van een fax vanaf een computer die via een netwerk is verbonden. 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk Zie voor meer gegevens Verbinden met een netwerkkabel . 2. Geef de netwerkinstellingen op, zoals het IP-adres van het apparaat Zie voor meer gegevens Instellingen IP-adres configureren .
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
3. Installeer het LAN-Faxstuurprogramma op de computer. Voor meer informatie, zie Installatiehandleiding voor stuurprogramma's. 4. Registreer de LAN-Faxbestemmingen in het LAN-Faxadresboek. Zie voor meer gegevens Het configureren van het LAN-Faxadresboek . Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Overzicht van de onderdelen Overzicht van de onderdelen In dit gedeelte vindt u de naam en de functie van de onderdelen van dit apparaat. Verwante onderwerpen Buitenzijde: Voorzijde Buitenzijde: Achterzijde Binnenzijde Bedieningspaneel Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Overzicht van de onderdelen > Buitenzijde: Voorzijde Buitenzijde: Voorzijde 1. Klep van de ADF (automatische documentinvoer) Open deze klep als er originelen zijn vastgelopen in de ADF. 2. Invoerlade voor de ADF Plaats hier de stapels originelen. De originelen worden automatisch ingevoerd. Deze lade kan maximaal 35 vellen normaal papier bevatten. 3. Uitvoerlade voor de ADF Originelen die via de ADF zijn gescand, worden hier uitgevoerd. 4. Uitschuifgedeelte voor ADF-laden Schuif dit gedeelte uit als u papier in de invoerlade voor de ADF plaatst dat langer is dan A4. 5. Klep aan de bovenzijde Open deze klep als u de tonercartridges wilt vervangen. 6. Lade 1 Deze lade kan maximaal 250 vellen normaal papier bevatten. 7. Lade 2 (optie) Deze lade kan maximaal 500 vellen normaal papier bevatten. 8. Handinvoer Plaats het papier hier vel voor vel. 9. Klep aan de voorzijde Open deze klep als u de tonerafvalcontainer wilt vervangen of om vastgelopen papier te verwijderen. 10. Bedieningspaneel Dit bevat een scherm en een aantal toetsen om het apparaat te besturen. 11. Uitvoerlade Hier wordt het afgedrukte papier uitgevoerd. In deze lade kan maximaal 150 vel normaal papier worden gestapeld. 12. Glasplaat Plaats hier vel voor vel de originelen. 13. Klep over de glasplaat Open deze klep als u originelen op de glasplaat wilt leggen. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Overzicht van de onderdelen > Buitenzijde: Achterzijde Buitenzijde: Achterzijde 1. Knop voor het verschuiven van de ADF Druk op deze knop om de ADF naar achteren te schuiven en in die positie te laten als u het uitgevoerde papier niet goed uit de uitvoerlade kunt halen. 2. Geheugenklepje Verwijder dit klepje als u de optionele geheugeneenheid wilt plaatsen. 3. Aan-/uitschakelaar Met deze schakelaar zet u het apparaat aan en uit. 4. Netsnoeraansluiting Hier sluit u het netsnoer aan op het apparaat. 5. Klep aan de achterzijde Verwijder deze klep als u in lade 1 papier plaatst dat langer is dan A4. 6. Kabelklepje Verwijder dit klepje als u de kabels aansluit op het apparaat. 7. Ethernet-poort Hier sluit u het apparaat op het netwerk aan met behulp van een netwerkinterfacekabel. 8. Aansluiting G3 (analoge) line interface Hier kunt u de telefoonlijn aansluiten. 9. Aansluiting externe telefoon Hier kunt u een externe telefoon aansluiten. 10. USB-poort Hier kunt u een USB-kabel aansluiten. 11. Papierstop Zet de papierstop omhoog als u een grote hoeveelheid papier tegelijk afdrukt, om te voorkomen dat het papier uit de lade valt. De papierstop kan worden ingesteld voor het formaat A4/Letter of voor Legal. q Schuif de ADF zoals hieronder weergegeven wordt. Schuif de ADF alleen wanneer de ADF gesloten is. Let op dat uw vingers niet bekneld raken bij het schuiven. q Zet de papierstop omhoog zoals hieronder wordt afgebeeld, om te voorkomen dat afdrukken van A4- of Letter-formaat uit de lade vallen. q Zet de papierstop omhoog zoals hieronder wordt afgebeeld, om te voorkomen dat afdrukken van Legal-formaat uit de lade vallen. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Overzicht van de onderdelen > Binnenzijde Binnenzijde 1. Tonercartridges Plaats de cartridges vanaf de achterzijde van het apparaat, in de volgorde cyaan (C), magenta (M), geel (Y) en zwart (K). Als er tonercartridges moeten worden vervangen of als er nieuwe cartridges moeten worden voorbereid voor gebruik, verschijnt er een bericht op het scherm. 2. Tonerafvalfles Hier wordt tijdens het afdrukken overtollige toner verzameld. Als de tonerafvalcontainer moet worden vervangen of als er een nieuwe container moet worden voorbereid voor gebruik, verschijnt er een bericht op het scherm. 3. Overdrachtseenheid Verwijder deze eenheid als u de tonerafvalcontainer vervangt. q Zie Fout- en statusberichten op het scherm voor meer informatie over berichten die op het scherm verschijnen wanneer verbruiksproducten moeten worden vervangen. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Handleiding voor het apparaat > Overzicht van de onderdelen > Bedieningspaneel Bedieningspaneel In dit gedeelte worden de namen en het gebruik van de verschillende onderdelen van het bedieningspaneel beschreven. q Het bedieningspaneel kan verschillen van de onderstaande afbeelding, afhankelijk van het land waarin het apparaat wordt gebruikt. 1. Eéntoetsknoppen Druk op een toets om een scan- of faxbestemming aan te geven die als snelkiesnummer in het adresboek is opgenomen. 2. Toets [Direct kiezen] Druk op deze toets als u direct wilt kiezen om de status van bestemming te controleren bij het verzenden van een fax. 3. Toets [Adresboek] Druk op deze toets om de bestemming op te geven met behulp van de adressen in het adresboek bij het verzenden van een fax of een gescand bestand. 4. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen]. Druk op deze toets om het configuratiemenu voor de systeeminstellingen van de machine weer te geven. 5. Toets [Beeldkwaliteit] Druk op deze toets om de scankwaliteit van de huidige afdruktaak te selecteren. r r r Kopieermodus: selecteer Tekst, Foto of Gemengd. Scannermodus: selecteer de resolutie. Faxmodus: selecteer Standaard, Fijn of Foto. 6. Scherm Hier worden de huidige status en berichten weergegeven. 7. Menutoetsen Druk op een van deze vier toetsen om het configuratiemenu voor de instellingen van de huidige bedrijfsmodus (kopiëren, scannen of fax) van het apparaat weer te geven. r Toets [ ] Druk op deze toets om naar het vorige niveau in de menustructuur te gaan. r Toetsen [ ][ ] Met deze toetsen kunt u door het huidige niveau van de menustructuur bladeren. Bij het invoeren van tekens kunt u op de toets [ ] of [ ] drukken om de cursor respectievelijk naar links of rechts te verplaatsen. Toets [OK] r Druk op deze toets om instellingen te bevestigen of naar het volgende niveau van de menustructuur te gaan. 8. Toets [Wissen/Stop] r r Tijdens de verwerking van een taak: druk op deze toets om de taak te annuleren.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Tijdens het configureren van het apparaat: druk op deze toets om de huidige instelling te annuleren en terug te keren naar de stand-bymodus. In de standbymodus: druk op deze toets om tijdelijke instellingen, zoals dichtheid of resolutie, te annuleren. r 9. Toets [Z&W Start] Druk op deze toets om in zwart-wit te kopiëren of te scannen, of om een fax te verzenden. 10. Toets [Kleur Start] Druk op deze toets om in kleur te scannen of te kopiëren. 11. Cijfertoetsen Met de cijfertoetsen kunt u numerieke waarden invoeren bij het opgeven van instellingen zoals faxnummers en aantal kopieën, of letters wanneer u namen opgeeft. 12. Toets [Kopie] Druk op deze toets om naar de kopieermodus te gaan. De toets blijft verlicht zolang het apparaat zich in de kopieermodus bevindt. 13. Toets [Facsimile] Druk op deze toets om naar de faxmodus te gaan. De toets blijft verlicht zolang het apparaat in de faxmodus staat. 14. Toets [Scanner] Druk op deze toets om naar de scannermodus te gaan. De toets blijft verlicht zolang het apparaat zich in de scannermodus bevindt. 15. Toets [Dichtheid] Druk op deze toets om de beelddichtheid aan te passen van de huidige afdruktaak. r r r Kopieermodus: u kunt kiezen uit vijf dichtheidsniveaus. Scannermodus: u kunt kiezen uit vijf dichtheidsniveaus. Faxmodus: u kunt kiezen uit drie dichtheidsniveaus. 16. Toets [Verkleinen/vergroten] r r Kopieermodus: druk op deze toets om de verkleinings- of vergrotingsratio voor de huidige taak op te geven. Scannermodus: druk op deze toets om het scanformaat op te geven in overeenstemming met het huidige origineel. 17. [Pauze/Herhalen] r Pauze Druk op deze toets om een pauze in te voegen in een faxnummer. De pauze wordt aangegeven met "P". Herhalen Druk op deze toets om de laatste gebruikte bestemming voor scan of fax weer te geven. r 18. Toets [Shift] Druk op deze toets als u snelkiesnummers 11 tot en met 20 wilt gebruiken bij het opgeven van een scan- of faxbestemming. q Het achtergrondlicht van het scherm wordt uitgeschakeld als het apparaat in de energiespaarstand staat. Wanneer het apparaat een bepaalde taak verwerkt, kunt u het menu voor configuratie van het apparaat niet weergeven. U kunt de status van het apparaat bepalen door de berichten op het scherm te bekijken. Als u berichten ziet als "Afdrukken", "Kopiëren in mono", "Kopiëren in kleur" of "Verwerken", wacht dan tot de huidige taak is voltooid. q q Er kan een sticker voor de toetsen op het bedieningspaneel en een naamkaart voor de ééntoetsknoppen worden meegeleverd, afhankelijk van het land waarin het apparaat wordt gebruikt. Indien stickers meegeleverd zijn, breng dan de stickers in uw taal aan op het bedieningspaneel. Als het bedieningspaneel bedekt is met een beschermende laag, dient deze eerst te worden verwijderd voordat de stickers worden aangebracht. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Aan de slag > Het apparaat installeren Het apparaat installeren In dit gedeelte worden de stappen beschreven die nodig zijn om het apparaat te installeren en gereed te maken voor gebruik. Verwante onderwerpen Het apparaat plaatsen Verpakking verwijderen Het apparaat inschakelen Eerste installatie Werkingsmodus wijzigen Energie besparen Meervoudige toegang Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Aan de slag > Het apparaat installeren > Het apparaat plaatsen Het apparaat plaatsen De plaats van het apparaat dient zorgvuldig te worden gekozen, want de omgeving is van grote invloed op de prestaties. q Het meegeleverde netsnoer is uitsluitend bestemd voor dit apparaat. Gebruik het snoer niet voor andere apparatuur. Als u dit wel doet, kan dit brand, elektrische schokken of letsel tot gevolg hebben. Houd het apparaat uit de buurt van brandbare vloeistoffen, gassen en spuitbussen. Er kan dan brand ontstaan of er kunnen zich elektrische schokken voordoen. Het stopcontact dient zich dicht bij het apparaat te bevinden en gemakkelijk toegankelijk te zijn. Verbind de machine met de voeding zoals in deze handleiding wordt vermeld en maak geen gebruik van andere voedingsbronnen. Verbind het netsnoer direct met een stopcontact en maak geen gebruik van een verlengsnoer. Verlengsnoeren en voedingsbronnen die niet in deze handleiding worden vermeld, kunnen elektrische schokken veroorzaken of brandgevaarlijk zijn. Netsnoeren die beschadigd, kapot of aangepast zijn, of snoeren die zijn bekneld onder zware voorwerpen, waaraan hard wordt getrokken of die sterk worden gebogen, kunnen elektrische schokken veroorzaken en zijn brandgevaarlijk. Het aanraken van het uiteinde van de stekker met metalen voorwerpen kan elektrische schokken veroorzaken en is brandgevaarlijk. Houd meegeleverde polyethyleen materialen (tassen, handschoenen, etc.) te allen tijde uit de buurt van baby's en kleine kinderen. Het in contact brengen van polyethyleen materialen met de mond of de neus kan verstikking tot gevolg hebben. q q q q q q q Houd het apparaat uit de buurt van vocht en stof. Dit kan brand of elektrische schokken tot gevolg hebben. Plaats het apparaat nooit op een onstabiele of schuine ondergrond. Als het omvalt, kan dit letsel veroorzaken. Plaats het apparaat in een zo optimaal mogelijke omgeving. Als het apparaat in een omgeving wordt geplaatst met een hogere vochtigheidsgraad dan wordt aanbevolen of een temperatuur die buiten het aanbevolen bereik valt, kan brand ontstaan. Houd het gebied rondom de aansluiting stofvrij. Opeengehoopt stof kan brand veroorzaken. Zorg ervoor dat de ruimte waarin het apparaat is geplaatst, goed geventileerd wordt en ruim genoeg is. Vooral wanneer het apparaat intensief wordt gebruikt, is goede ventilatie van groot belang. Het apparaat is niet geschikt voor bureauwerkomgevingen, plaats het apparaat dus in een andere kamer. Nieuwe elektrische apparaten met vluchtige materialen verspreiden normaal gesproken gassen in hun omgeving. Om deze reden is bijzonder goede ventilatie van de ruimte tijdens de eerste dagen na de installatie vereist. q q q q Vereiste ruimte voor installatie van het apparaat De aanbevolen (minimum)vereisten voor de ruimte zijn de volgende: Optimale omgeving Het toelaatbare en aanbevolen bereik voor temperatuur en vochtigheid is het volgende: q q Wit gebied: toelaatbaar bereik Grijs gebied: aanbevolen bereik q Om een concentratietoename van ozon te voorkomen, dient u dit apparaat in een grote, goed geventileerde ruimte te plaatsen met een luchtverversingssnelheid van meer dan 30 m3/uur/persoon. q Wanneer u het apparaat gedurende langere tijd in een afgesloten ruimte zonder goede ventilatie gebruikt, kan er een onaangename geur ontstaan. Om de werkruimte aangenaam te houden, dient u dus voor een goede ventilatie te zorgen. Ongewenste omgevingen q Locatie in direct zonlicht of sterk verlichte ruimte Stoffige locatie Locatie met agressieve gassen Locatie die extreem koud, warm of vochtig is Locatie die bloot staat aan hete of koude luchtstromen, of lucht op kamertemperatuur afkomstig van een airconditioner.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Locatie die bloot staat aan de stralingswarmte van radiatoren Locatie vlakbij een airconditioner, radiator of luchtbevochtiger Locatie vlakbij andere elektronische apparatuur q q q q q q q q Locatie die aan sterke trillingen onderhevig is Voeding Sluit het netsnoer aan op een voedingsbron met de volgende specificatie: q : 120 V, 50/60 Hz, 11 A of meer (bij volledige uitrusting) : 220 -240 V, 50/60 Hz, 6 A of meer (bij volledige uitrusting) q Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Aan de slag > Het apparaat installeren > Verpakking verwijderen Verpakking verwijderen Het apparaat wordt in schuimrubber verpakt en dichtgeplakt met tape om het tijdens het vervoer te beschermen tegen schokken en trillingen. Verwijder deze beschermmaterialen nadat u het apparaat op de gewenste locatie hebt geplaatst. q Gebruikte toner of tonercartridges mogen niet worden verbrand. Tonerstof kan ontploffen als deze met open vuur in aanraking komt. Gooi gebruikte tonercontainers weg in overeenstemming met de geldende lokale regels. Bewaar toner, gebruikte toner of tonercontainers niet in de buurt van open vuur. De toner kan ontploffen en brandwonden of brand veroorzaken. q q q Houd toner (gebruikt of ongebruikt) en tonercontainers buiten het bereik van kinderen. Indien toner of gebruikte toner wordt ingeademd, wordt aangeraden te gorgelen met veel water en frisse lucht in te ademen. Raadpleeg zo nodig een arts. Als u toner of gebruikte toner in uw ogen krijgt, spoel uw ogen dan onmiddellijk uit met veel water. Raadpleeg zo nodig een arts. Als toner of gebruikte toner is ingeslikt, laat de betreffende persoon dan veel water drinken, zodat de toner wordt verdund. Raadpleeg zo nodig een arts. Maak bij het verplaatsen van het apparaat gebruik van de geïntegreerde handgrepen aan beide zijden. Als het apparaat valt, kan dit resulteren in defecten of persoonlijk letsel. q q q q De verwijderde tape is vuil. Zorg ervoor dat de tape niet met uw kleding of handen in aanraking komt. Laat de beschermmaterialen op hun plek bij het verplaatsen van het apparaat. Laat het apparaat langzaam zakken en zorg ervoor dat uw handen niet bekneld raken. Pak het gebied rondom de lade niet vast als u het apparaat optilt. Laat geen paperclips, nietjes of andere kleine voorwerpen in het apparaat vallen. Bescherm niet-ingepakte tonercartridges tegen direct zonlicht. Raak de fotogeleidereenheid van de tonercartridge niet aan. q q q q q q q Raak de ID-chip niet aan op de zijkant van het tonercartridge (de witte zone op de onderstaande illustratie). Verwijder de plastic zak. Til het apparaat samen met iemand anders op aan de geïntegreerde handgrepen aan beide zijden van het apparaat. Verwijder de beschermende materialen aan de buitenzijde van het apparaat. De koorden die het apparaat ingaan niet verwijderen. Bij het apparaat dat u feitelijk gebruikt kunnen de beschermende materialen zich op andere plekken bevinden. Controleer de buitenzijde van het apparaat op beschermende materialen en verwijder deze volledig. Open de ADF-klep. Verplaats de blauwe hendel naar de achterkant van het apparaat en duw hem nadien omhoog om de papierinvoerrol los te koppelen. Til de papierinvoerrol voorzichtig op om hem te verplaatsen. Trek aan de beschermende laag om deze te verwijderen. Met het rolgedeelte naar beneden, plaats het uiteinde van de papierinvoerrol in de opening van de ADF. Plaats de papierinvoerrol opnieuw op zijn oorspronkelijke positie. Duw de blauwe hendel naar beneden om de papierinvoerrol te vergrendelen. Sluit de ADF-klep. Trek aan de ontgrendelingshendel op de klep aan de voorzijde van het apparaat en duw de klep voorzichtig omlaag. Duw de blauwe hendels van de fusereenheid omlaag. Pak beide stukken oranje tape aan het uiteinde vast en trek ze voorzichtig naar boven en verwijder ze tegelijkertijd van het apparaat. Druk met beide handen de klep aan de voorzijde van het apparaat voorzichtig omhoog totdat deze gesloten is. Trek de ontgrendelingshendel van de klep aan de bovenzijde van het apparaat omhoog en open de klep voorzichtig. Zorg ervoor dat de ADF gesloten is. Verwijder de beschermende tape. Til de tonercartridge uit het apparaat en schud deze heen en weer. De zwarte tonercartridge wordt geleverd met een beschermende laag die u moet verwijderen vóór het schudden. Til een tonercartridge verticaal op, waarbij u de cartridge in het midden vasthoudt. Plaats de zwarte tonercartridge op een vlakke ondergrond en verwijder de beschermende laag voorafgaand aan het schudden. Schud iedere tonercartridge vijf- of zesmaal heen en weer. Controleer of de kleur van de toner overeenkomt met de daarvoor bestemde locatie en laat de tonercartridge voorzichtig in het apparaat zakken. Hou het midden van het deksel met beide handen vast en sluit voorzichtig het deksel. Let op dat uw vingers niet bekneld raken. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Aan de slag > Het apparaat installeren > Het apparaat inschakelen Het apparaat inschakelen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het apparaat inschakelt. q Zorg ervoor dat uw handen droog zijn wanneer u het netsnoer loskoppelt of aansluit. Bij natte handen bestaat het risico van een elektrische schok. q Zorg dat de stekker goed in het stopcontact zit voordat u het apparaat inschakelt. Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld als u het netsnoer aansluit of loskoppelt. Schakel het apparaat niet uit voordat de initialisatiefase is afgerond. Als u dit niet doet, kan er storing optreden. q q Steek de stekker in het stopcontact. Zet de aan/uitschakelaar op " Aan". De toets [Kopie] op het bedieningspaneel licht op. q Afhankelijk van de instelling van [Standaardmodus] onder [Beheerdersinstellingen] kan de toets [Facsimile] oplichten in plaats van de toets [Kopie]. q Het apparaat maakt mogelijk geluiden bij het initialiseren. Het geluid wijst niet op een storing. Als u het apparaat wilt uitschakelen, zet u de aan-/uitschakelaar op " Uit". q q Zie Beheerdersinstellingen voor meer informatie over de [Standaardmodus]. Boven Vorige Volgende Copyright © 2009 Inhoud Vorige Volgende Instellingen Bovenste pagina > Aan de slag > Het apparaat installeren > Eerste installatie Eerste installatie Wanneer u het apparaat voor de eerste keer inschakelt, ziet u een menu op het scherm waarmee u de hierna beschreven instellingen kunt configureren. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de eerste installatie uitvoert. q : de internationale wetgeving schrijft een faxnummercode voor. U kunt niet op legale wijze een faxapparaat aansluiten op het telefoonsysteem als de faxnummercode niet is geprogrammeerd. Bovendien moet de koptekstcode van de fax, evenals de datum en tijd van verzending worden opgenomen op alle pagina's die naar, vanuit of binnen de Verenigde Staten worden verzonden.
Uw gebruiksaanwijzing. KYOCERA FS-C1020MFP http://nl.yourpdfguides.com/dref/3631174
Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)