TruPortal Beknopt naslagbrochures voor op IP-gebaseerde enkelvoudige deurcontroller (IPSDC)

TruPortal™ Beknopt naslagbrochures voor op IP-gebaseerde enkelvoudige deurcontroller (IPSDC) nl-NL Modelnummers De IPSDC is met de volgende configuraties verkrijgbaar: •

TP-ADD-1DIP: TruPortal basiskit voor enkelvoudige deur. Bestaat uit een TruPortal IPSDC, geïnstalleerd in een ULbehuizing.

•

TP-ADD-1DIP-BRD: Alleen TruPortal-IPSDC-kaart Heeft capaciteit om één deur te besturen. Exclusief behuizing of lezers.

Installatieprocedure Inleiding De op IP-gebaseerde enkelvoudige deurcontroller (IPSDC) van TruPortal biedt gedistribueerde verwerking voor de interface van lezers voor toegangsregeling, digitale ingangen en uitgangen naar de TruPortal-systeemcontroller. De IPSDC is vooraf geconfigureerd om Power-over-Ethernet (PoE) te gebruiken waarbij elektrisch vermogen van ethernetkabels wordt gebruikt. Deze kan ook worden geconfigureerd om extra voeding te gebruiken.

Verpakkingslijst •

Afgedrukte circuitkaart (PCB)-assemblage en overlay voor IPSDC

•

Hardwarekit -

•

Aardingsklem SEMS-schroeven Beschermingsdioden voor bekabeling van insteekslot Overspanningsbeveiliging van metaaloxidevaristor (MOV) voor bekabeling van insteekslot Ferriet voor gebruik met netwerkkabels Weerstanden aan lijneinde van 1K Slot (hoeveelheid = 1)

•

Behuizing

•

Montagesjabloon behuizing

•

Schroevendraaier voor installatie

•

TruPortal Beknopt naslagbrochures voor op IP-gebaseerde enkelvoudige deurcontroller (IPSDC)(dit document)

P/N 460939601A • REV 01.00 • 25JUL13

Om de IPSDC te installeren, voert u de in de volgende onderdelen beschreven procedures uit, in de volgorde waarin zij worden geleverd. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Monteer de behuizing. Stel het dubbele inline pakket (DIP)-schakelaars in. Sluit de lezer(s) en ingangen aan. Sluit de insteeksloten aan. Sluit de voeding aan. Controleer op goede werking bij het opstarten. Configureer het IP-adres van de IPSDC en het IP-adres van de systeemcontroller (TP-SYS).

WAARSCHUWING:De componenten van de circuitkaarten zijn gevoelig voor schade door elektrische ontlading (ESD). ESD (electric discharge) kan onmiddellijke of subtiele schade aanbrengen aan gevoelige elektronische onderdelen. Een elektrostatisch lading kan zich op het menselijke lichaam opbouwen en daarna bij aanraken van een kaart ontladen. Een ontlading kan bijvoorbeeld worden geproduceerd als men over een tapijt loop en een kaart aanraakt. Vóór het hanteren van een kaart, dient u te verzekeren dat u enige lading verdrijft door de grond aan te raken. Hiermee wordt enige opgebouwde statische elektriciteit ontladen. WAARSCHUWING:Tijdens de installatie geen voeding op een component inschakelen. Als de voeding onjuist wordt toegepast, kan dit schade aan de componenten veroorzaken.

1

De behuizing monteren

De lezers en ingangen aansluiten

1.

Gebruik het meegeleverde sjabloon om de vier montagegaten te markeren en boor daarna de gaten.

2.

Schroef de behuizing stevig op de muur en gebruik hiervoor vier #8-bouten met schroefdraad of equivalent.

Gebruik Afbeelding 10 op pagina 8 om de lezers en ingangen te bekabelen. Raadpleeg de documentatie van de lezer voor instructies voor bekabeling. Let op de volgende details:

De DIP-schakelaars instellen

•

Stel, voor het installeren en bekabelen van lezers, de DIPschakelaars in. Zie Afbeelding 10 op pagina 8 voor de locaties van de schakelaars.

IPSDC's ondersteunen de volgende TruPortal-functies niet: Zoemeracties gestart door actietriggers, hulpingangen/uitgangen en sabotage-ingangen van lezers.

•

De DI-lezerpoort (J2) heeft twee digitale ingangen die voor apparaten voor deurstatussen (deurcontacten en ingangen voor vertrekverzoeken) worden gebruikt. De ingangen kunnen als bewaakt of niet-bewaakt worden geconfigureerd. Ingangen die als bewaakte digitale ingangen worden geconfigureerd, vereisen lijneinde-weerstanden.

•

De lezerinterface heeft ingebouwde pull-up weerstanden om kabellengten van meer dan 152,4 meter (500 feet) te kunnen behouden. Voor de lezerinterface zijn geen externe pull-up weerstanden vereist.

Schakelaar

Doel

SW1 – Selecteer een aangepast Wiegand-kaartformaat[1]

Stel SW1-1 in op UIT en stel SW1-2 tot SW14 in op AAN.

SW2

Stel alle vier de DIP-schakelaars in op UIT.

1. Gebruik de pagina Systeembeheer > Kaartformaten in de TruPortal Gebruikersinterface om Wiegand-kaartformaten te configureren.

De volgende tabel biedt voor de schakelaarsinstellingen voor ingangstypes:

Lezer/klop

PoE

Aanvullende stroomtoevoer

SW1-5 en SW1-6

SW1-7

SW1-8

Spanning (DC)

12

24

12

24

Bewaakte DI/REX 1, 4-status

n.v.t.

AAN

n.v.t.

Totaal beschikbaar vermogen

8

10

12

20

Bewaakte DI/REX 1, 2-status (standaard)

n.v.t.

UIT

n.v.t.

Opermerking: Na het wijzigen van de instellingen van DIPschakelaars om ingangstypes aan te passen, moet u ervoor zorgen dat de IPSDC opnieuw wordt gestart. Schakelaars SW4—SW7 bevinden zich in de rechterhoek, tijdelijke contact-drukknoppen worden in de volgende tabel beschreven en in Afbeelding 11 op pagina 9 weergegeven. Schakelaar

Doel

SW4 – Opstartmodus

Schakelt handmatig de ICT in (Zie de Gebruikershandleiding voor TruPortal-software voor informatie.)

SW5 – Reset hardware

SW6 – Verzoek afsluiting SW7 – Herstel standaardwaarden

Start de IPSDC opnieuw op. Gebruik deze schakelaar alleen als een geregelde, handmatige sluiting wordt uitgevoerd, zoals door de Technische ondersteuning wordt aangegeven. Zie Veilige afsluitprocedure op pagina 6. Druk op SW7 gedurende minimaal vijf (5) seconden en laat daarna los om de configuratie terug in te stellen op de standaard fabrieksinstellingen: Primair type verbinding: Ethernet IP-adres: 192.168.6.6 Subnetmasker: 255.255.255.0 Gateway: 192.168.6.1

Opermerking: Het adres van de lezerkaart wordt intern ingesteld op Adres 1.

2

Tabel 1: Maximale belasting randapparatuur

Opermerking: EenTruPortal-rekenmachine voor het vermogen van de voedingsvereisten van de IPSDC is inbegrepen op de product-cd in de map \Documentation\en-US en kan worden gebruikt bij het vaststellen van de belasting van randapparatuur. Tabel 2: Apparaatstroom

Apparaat

Bedrijfss panning

Gemiddeld gemeten stroom (mA)

Vermogen

T-100-lezer

12

55

0,66

T-200-lezer

12

55

0,66

T-500-lezer

12

95

1.14

T-520-lezer

12

105

1.26

T-525-lezer

12

140

1.68

Securitron M62 Magnalock-

12

240

2.88

24

140

3.36

HES, Inc 5000-12/24D insteekslot

12

230

2.76

HES, Inc 5000-12/24D insteekslot

24

115

2.76

Rutherford 4114x05x32D insteekslot

12

190

2.28

insteekslot [1] Securitron M62 Magnalockinsteekslot [1]

TruPortal Beknopt overzicht voor op IP-gebaseerde enkelvoudige deurcontroller (IPSDC)

Tabel 2: Apparaatstroom

Afbeelding 2: Configuratie insteekslot deur met externe voeding

Apparaat

Bedrijfss panning

Gemiddeld gemeten stroom (mA)

Vermogen

Von Duprin 5100 3FP695 12 VDC

12

290

4.68

Von Duprin 5100 3FP695 24 VDC

24

195

4.68

RCR-REX

12

28

0.34

RCR-REX

24

17

0.41

1. Wanneer magnetische insteeksloten met automatische spanningsselectie worden gebruikt, moet extra voedingstoevoer worden overwogen wegens automatische werking van het spanningscircuit.

Insteeksloten aansluiten Eén DO-deurrelais is voorzien voor de J2-lezerpoort. De deur-DO wordt voor besturing van het insteekslot gebruikt en er kan, indien nodig, een externe relais worden geïmplementeerd. Afbeelding 1: Configuratie insteekslot deur met interne voeding (PoE of 24 VDC)

Toelichting

Omschrijving

1

Relais insteekslot normaal gesloten (NC)

2

Algemeen relais insteekslot

3

Relais insteekslot normaal open (NO)

4

Beschermingsdiode vereist[1]

5

12 of 24 VDC insteekslot[2]

6

Spanningsselectie insteekslot. Jumperpinnen 1 en 2 voor 24 VDC-insteeksloten; jumperpinnen 2 en 3 voor 12 VDCinsteeksloten.

7

Zie de installatiehandleiding van de fabrikant van het insteekslot voor de grootte van de geleider (AWG).

De volgende tabel beschrijft connector J2 in Afbeelding 2. Toelichting

Omschrijving

1

Relais insteekslot NC

2

Algemeen relais insteekslot

3

Relais insteekslot NO

4

Beschermingsdiode vereist[1]

5

12 of 24 VDC insteekslot[2]

6

Spanningsselectie insteekslot. Stel de jumper in op de positie Neutraal (geen verbinding).

7

Zie de installatiehandleiding van de fabrikant van het insteekslot voor de specificaties van de geleider (AWG).

8

Stroomtoevoer insteekslot

9

Geef stroombeperkend apparaat, minder dan 2 ampère via relais. 1. Gebruik 1N4002-, 1N4003- of 1N4004-dioden en metaaloxidevaristors (MOV's) voor AC-insteeksloten. 2. Raadpleeg het werkblad van de rekenmachine voor het vermogen van de voedingsvereisten van de TruPortal IPSDC op de product-cd voor het type en de grootte van het insteekslot.

1. Gebruik 1N4002-, 1N4003- of 1N4004-dioden. 2. Raadpleeg het werkblad van de rekenmachine voor het vermogen van de voedingsvereisten van de TruPortal IPSDC op de product-cd voor het type en de grootte van het insteekslot.


3

Aardingsprocedure en wettelijke informatie

Afbeelding 5: Ferriet installeren

Opermerking: Alle punten moeten worden gevolgd voor wettelijke naleving. •

Alle kabels die met de IPSDC zijn verbonden, moeten zijn afgeschermd, waarbij de afscherming wordt beëindigd zoals in Afbeelding 3 wordt getoond. Gebruik de meegeleverde #832 SEMS-schroeven.

•

Bij het bekabelen van de lezers, moeten de afschermingen van de kabel bij de aardingsbouten van de IPSDC-behuizing worden geaard om elektrische ruis te vermijden.

•

De IPSDC-behuizing moet op de dichtstbijzijnde aarding worden aangesloten. (Zie Afbeelding 4.)

•

Aan de IPSDC-behuizing moet een handige aarding, zoals een elektriciteitskast of een aardingsbus, beschikbaar worden gesteld.

•

De aardingsverbinding moet aan de meegeleverde aardingsklem worden bevestigd. Monteer de aardingsklem aan de PEM-moer aan de onderkant van de behuizing. Gebruik hiervoor de meegeleverde #8-32 SEMS-schroeven, zoals in Afbeelding 4 wordt aangegeven. Gebruik een #14-18 AWG-kabel.

•

Voordat u de netwerkkabel op connector J10 aansluit, vormt u door de meegeleverde ferriet een lus van de kabel, zoals in Afbeelding 5 wordt aangegeven.

De voeding aansluiten De IPSDC kan met twee methoden op de voeding worden aangesloten. Beiden worden afzonderlijk verkocht: •

Netwerkconnector J10 als PoE. (Zie Afbeelding 6.)

•

Hulp-voedingsconnector J8 met netwerkhub PoE-apparaat of 24 VDC-voeding met back-upbatterij (Afbeelding 7). Afbeelding 6: Verbinding via de PoE-hub

Opermerking: Ferriet moet aan de binnenkant van de behuizing worden geïnstalleerd. PoE-hub (door installateur geleverd)

Afbeelding 3: Afgeschermde kabel en verstevigingsdraad gebruiken

Gateway/ Router

PoE gebruiken Niet door UL geëvalueerd.

Afbeelding 4: Aarding bedraden

Installeer de aardingsklem aan de onderkant van de behuizing, zoals wordt weergegeven. Gebruik de meegeleverde #8-32 SEMS schroef. Bevestig de #14-18 aardingskabel aan de aardingsklem.

4

1.

Installeer een PoE-voeding (IEEE802.3af 16 watt Klasse 0 Modus A of B PoE Power Sourcing-apparatuur (PSE)) in overeenkomst met de instructies van de fabrikant.

2.

Volgens de ethernetnormen is de maximale kabellengte beperkt tot 100 m (328 ft) tussen de PoE-bron en de IPSDC.

3.

Bevestig de meegeleverde ferriet aan de netwerkkabel door van de netwerkkabel een lus te vormen door de ferriet, zoals in Afbeelding 5 wordt aangegeven.

4.

Sluit de netwerkkabel aan op connector J10 op de IPSDC.

5.

Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op de PoE-voeding volgens de instructies van de fabrikant.


Aanvullende voeding gebruiken

Afbeelding 7: Met PoE- of extra voeding via netwerkhub verbinden

De IPSDC vereist een nominale voeding van 24 VDC, 1 ampère, met een back-upbatterij. De IPSDC-lezers en andere apparaten moeten naar dezelfde aarding worden geleid. 3 1

2

Voor UL-installaties moet de aanvullende voeding een goedgekeurde UL294-voeding met stroombeperking zijn, zoals het model AL176ULX-voedingsbron van Altronix Corp. Voor UL of Canada (ULC)-installaties moet de aanvullende voedingsbron aan S319 of S318 worden toegewezen.

4

5

5

Toelichting

Omschrijving

1

Gateway/Router

2

Hub/bus

3

PoE-voeding (door installateur geleverd)

4

IPSDC

5

24 VDC netvoeding (door installateur geleverd)

6

110/220 VAC invoer

1.

Monteer de voedingsbron dicht in de buurt van de IPSDCbehuizing.

2.

Laat de kabel door de uitsparingsholte naar de connector J8 lopen (zie Afbeelding 8). Pinouts omvatten:

6

•

Pin 1 = +24 VDC

•

Pin 2 = – aarding (24 VDC retour)

Opermerking: Als de polariteit is omgekeerd, zal de zekering doorslaan om schade te voorkomen. Als de zekering doorslaat, zal deze automatisch worden gereset na ongeveer vijf (5) seconden. Afbeelding 8: Bedrading aanvullende stroomtoevoer

Toelichting

Omschrijving

Kabelkleur

1

+24 VDC van aanvullende stroomtoevoer

Rood

2

Aarding (0 V) van aanvullende stroomtoevoer

Zwart

3

In fabriek bekabelde chassis-aarding. Niet verwijderen.

Groen

4

+24 VDC aanvullende stroomtoevoer


De IPSDC configureren

Veilige afsluitprocedure

Volg na het installeren van een IPSDC de instructies in de Gebruikershandleiding voor de TruPortal-software om het browsergebaseerde, geïntegreerde hulpprogramma voor de configuratie (ICT) voor het volgende te gebruiken:

De volgende procedure kan in de onderhoudsmodus of normale bedrijfsmodus worden uitgevoerd om de IPSDC uit te schakelen.

•

Configureer de IPSDC om het IP-adres van de systeemcontroller (TP-SYS) te herkennen.

•

Wijzig het IP-adres van de IPSDC.

Hierop volgend vindt u een overzicht van die procedure; zie de Gebruikershandleiding voor de TruPortal-software of de online help voor details. 1.

2.

Configureer een lokaal client-werkstation voor een statisch IP-adres 192.168.6.1 of een evenwaardig geldig IP-adres (bijv., 192.168.6.x waarbij x een willekeurig getal is tussen 1 en 254 behalve 6). Zorg dat de pc niet is geblokkeerd door het maken van verbinding met IP-adres 192.168.6.6. (Als het werkstation gewoon verbinding maakt met internet via een proxy, moeten de proxy-instellingen in de browser mogelijk worden aangepast.)

3.

Open een internetbrowser en ga naar http://192.168.6.6, het standaard adres van de IPSDC.

4.

Typ het Gebruikers-id en Wachtwoord in voor de ICT.

WAARSCHUWING:Gedurende de firmware-update mag de IPSDC niet worden gereset of opnieuw worden gestart. De IPSDC kan anders defect raken. Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor de TruPortal-software voor meer informatie over firmware-updates. 1.

Druk op SW6 en houd deze knop drie seconden ingedrukt totdat de LED's D14 tot en met D21 branden. (Zie Afbeelding 11 voor locaties van resetschakelaars en LED's.)

2.

Wacht ongeveer vijf seconden.

3.

Verwijder de voeding naar de IPSDC of druk op SW5 om de IPSDC te resetten.

Opermerking: De stopstatus duurt ongeveer 40 tot 45 seconden. Daarna start de IPSDC automatisch opnieuw.

De standaardwaarden zijn are install en install. 5.

Configureer op de pagina Controller-parameters > Primair netwerk het juiste IP-adres voor deze IPSDC. Er wordt ten zeerste een statisch IP-adres aanbevolen. Noteer het adres voor uw toekomstig gebruik. Klik op Opslaan en daarna op Toepassen.

6.

Typ op de pagina Controller-parameters > Paneelconfiguratie het IP-adres van de systeemcontroller. Klik op Opslaan en daarna op Toepassen.

7.

Klik op Toepassing herstarten om de wijzigingen toe te passen. Na enkele minuten zal de IPSDC toegankelijk zijn via het nieuwe IP-adres en kan het door de systeemcontroller worden gedetecteerd als op de knop [Scannen naar hardwarewijzigingen] wordt gedrukt in de TruPortalgebruikersinterface.

8.

6

Herhaal deze procedure voor elke IPSDC.


Afbeelding 9: Lay-out IPSDC-kaart

De volgende tabel bevat een lijst van items die worden getoond in Afbeelding 9. Toelichting

Omschrijving

Toelichting

Omschrijving

1

IPSDC-kaart met overlay

11

Netwerkpoort (ethernet) J10

2

Lezer In (toegang) J1

12

Consolepoort J9

3

Deurcontact, Verzoek tot vertrek (RTE) en Relais insteekslot J2

13

Sabotage behuizing W5

4

Spanningsselectie insteekslot W2

14

Startmodusschakelaar SW4

5

Aangepast Wiegand-kaartformaat DIPschakelaar SW1

15

Reset-schakelaar hardware SW5

6

Lezer Uit (Uittreding) J3

16

Schakelaar verzoek afsluiting SW6

7

DIP-schakelaar 2 (alles instellen op UIT) SW2

17

Schakelaar Standaardwaarden herstellen SW7

8

Typische status LED's

18

Aux-voedingsingang, 24 VDC Opmerking: Jumpers tussen pinnen 3 en 4 en pinnen 4 en 5 moeten op hun plaats blijven.

9

UCSIMMPlus-module

19

Ingang besturingspaneel brandalarm (FACP) J6 Opmerking: De IPSDC ondersteunt FACP niet zodat deze jumper op zijn plaats moet blijven.

10

Montagegaten IPSDC-kaart


7

Afbeelding 10: Wiegand-bekabeling

De volgende tabel bevat een lijst van items die worden getoond in Afbeelding 10. Toelichting

Omschrijving

Kabelkleur

Connector J1 Lezer 1 (toegang)

2

+12 VDC

Rood

3

Aarding (0V)

Zwart

4

Gegevens lezer 0

Groen

5

Gegevens lezer 1

Wit

6

Deur DO (groene LED)

Oranje

7—9

Niet gebruikt [1]

Verstevigingskabel (kabelafscherming)

Connector J2

8

Omschrijving

16

REX [2]

17

typische 1K EOL-weerstanden[3]

Kabelkleur

Connector J3

1

10

Toelichting

11

Deur DI (DC+)

12

Deur DI Retour (DC-)

13

Vertrek DI (REX+)

14

Vertrek DI Return (REX-)

15

Deurcontact[2]

18

Lezer 2 (uittreding)

19

+12 VDC

Rood

20

Aarding (0V)

Zwart

21

Gegevens lezer 0

Groen

22

Gegevens lezer 1

Wit

23

Deur DO: groene LED

Oranje

24—26

Niet gebruikt

27

Verstevigingskabel (kabelafscherming). Zie voetnoot 1 1. Gebruik een afgeschermde AWG-kabel en een beëindigde verstevigingskabel (kabelafscherming) bij de behuizing (zie Afbeelding 3 op pagina 4). Gebruik een brandwerende kabel als de kabel boven een systeemplafond in de ruimte voor luchtventilatie moet lopen. 2. Deur of vertrek DI's normaal open of gesloten. 3. Omvat weerstanden voor vierfasige Wiegand-interface. Voor een tweefasige Wiegand-interface, laat u weerstanden weg.


Afbeelding 11: LED's en schakelaars van IPSDC

Toelichting

Omschrijving

Staat

1

D85 Ingeschakeld

AAN: voeding is aanwezig

2

D14 offline

Normaal UIT

3

D15 adres RX

Normaal UIT

4

D16 badge-activiteit

Normaal UIT; knippert als badge wordt gelezen

5

D17 Database in behandeling

Knippert terwijl het wacht op ontvangst database van host

6

D18 Bestandssysteem actief

Normaal UIT

7

D19 Watchdog

Knippert één keer per seconde wanneer de watchdog goed werkt

8

D20 Knippert bij upload

AAN als IPSDC wordt gestart

9

D21 Verzoek tot afsluiting

Normaal UIT/knippert wanneer AAN

10

D33 Insteekslot geactiveerd

AAN tijdens activering insteekslot

11

D24 FACP (niet ondersteund door IPSDC)

AAN = contact open

12

D25 Deurcontact

AAN = contact gesloten; UIT = contact open; Knipperen = storing

13

D26 Deur REX

AAN = contact gesloten; UIT = contact open; Knipperen = storing

14

DS- en SD5-koppeling

AAN = koppeling actief; UIT = geen activiteit Knipperend = netwerkactiviteit

15

conflict DS4- en DS8-conflict

AAN = conflict

16

DS3 en DS7 full-duplex

AAN = full-duplex; UIT = half-duplex

17

DS2 en DS6 100/10 Mbps

AAN = 100 Mbps; UIT = 10 Mbps

18

SW4 Opstartmodus

Schakelt handmatig de ICT in

19

SW5 Hardwarereset

Start de IPSDC opnieuw op.

20

SW6 Afsluiting verzoeken

Initieert veilige afsluiting van de IPSDC

21

SW7 Standaardwaarden herstellen

Brengt configuratie terug naar standaard fabriekswaarden.

LED's

Schakelaars


9

Specificaties

Wettelijke informatie

Afmetingen (hoogte x breedte x diepte)

258 mm x 232 mm x 77 mm (10,15 in. x 9,15 in. x 3,04 in.)

Temperatuur bedrijfsomgeving

+2 tot +50° C (+35 tot +122° F)

Vochtigheidsbereik

5 tot 95% niet condenserend

Thermische luchtkoeling

Bij alle vier de zijden van de behuizing is een ruimte van ten minste 15,2 mm (6 in.) vereist.

Vereisten voedingsingang

IEEE802.3af 16 watt Klasse 0 Modus A en B PoE/PSE op ethernetkabel van standaard categorie 5 (CAT 5) Opmerking: Volgens de ethernetnormen is de maximale kabellengte beperkt tot 100 m (328 ft) tussen de PoE-bron en de IPSDC. -ofAanvullende 24 VDC 1 A lokale voeding (24 watt).

Bekabeling van IPSDC naar lezer

Spanning lezer: 12 VDC Opmerking: Als de kabelafstand groter is dan 152,4 m (500 ft), maar minder dan of gelijk aan 609,6 m (2000 ft) en/of de stroom per lezer hoger is dan 150 mA, dan dient u een afgeschermde kabel van 20 AWG te gebruiken. Als de kabelafstand minder is dan 152,4 m (500 ft), dan dient u een afgeschermde kabel van 22 AWG te gebruiken. Aanbevolen: Gebruik de afgeschermde kabel van 20 AWG om de lezer, DO's en DI's te bekabelen. Gebruik een brandwerende kabel als de kabel boven een systeemplafond (d.w.z. verlaagd plafond) in de ruimte voor luchtventilatie moet lopen. Aanbevolen: Alpha Xtra Guard1-kabel met folieafscherming, niet-brandwerend geclassificeerd, of beveiligings- en alarmkabel van de Belden-reeks (afgeschermde commerciële toepassingen), brandwerend.

Lezers

Maximum aantal ondersteunde lezers: 2 Ondersteunde lezertechnologie: Wiegand Maximale classificatie uitvoerapparaten: Deur DO (lezer-LED) = 20,0mA @ 12 VDC maximaal; Insteekslot deur (DO) relais = 2 A @ 28 VDC of 30 VAC maximaal

Insteeksloten

Maximale stroom: 390 mA per uitgang voor insteekslot. Zie Table 2 on page 2 voor aanbevolen modellen van insteeksloten en verwante vereisten voor voeding.

Netwerkvereisten

Alhoewel IPSDC's zijn voor zien van een terugvalmodus, moeten ze worden geplaatst op een netwerk met een voldoende betrouwbaarheidsgraad. (Een netwerkbetrouwbaarheidsgraad van 99,98 procent is typisch voor bedrijfskritische acties.) Als een typische gemiddelde reparatietijd (MTTR) is gesteld op één uur, dan staat het gebruik van een betrouwbaarheidsgraad van 99,98% gelijk aan een gemiddelde netwerkbetrouwbaarheid, of gemiddelde tijd tussen storingen (MTBF) van ongeveer 5000 uur (of 1 uur/0,0002). Met andere woorden: het netwerk waarop de IPDSC wordt geplaatst (van de deurcontroller tot de systeemcontroller) mag niet vaker dan gemiddeld eenmaal per 5000 uur (of ongeveer 208 dagen) een storing hebben.

10

Fabrikant

Hoofdkantoor: Interlogix 3211 Progress Dr. Lincolnton, NC 28092 VS Wettelijke verantwoordelijkheid: Interlogix 3211 Progress Dr. Lincolnton, NC 28092 VS EU-bevoegde productievertegenwoordiger UTC Climate, Controls & Security B.V., Kelvinstraat 7, 6003 DH Weert, Nederland

Jaar van productie

De eerste twee cijfers van het serienummer van het product (op het product-identificatielabel) zijn het jaar van productie.

NoordAmerikaanse normen

UL 294

Volgens FCCregels

Dit apparaat is in naleving met deel 15 van de FCCregels. Werking wordt aan de volgende twee condities onderworpen: (1) dit apparaat mag geen schadelijke storing veroorzaken, en (2) dit apparaat moet elke ontvangen storing accepteren, inclusief storing die door ongewenste werking wordt veroorzaakt.

Milieuklasse

UL: Binnen droog

Certificatie

Richtlijnen van de Europese Unie

Wij verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat dit product conform is met de Richtlijnen 1999/5/EC (R&TTE), 2004/108/EC (EMC), 2006/95/EC (LVD) en 93/ 68/EEC (Markering), op basis van testrsultaten waarbij geharmoniseerde normen werden gebruikt, in overeenstemming met de genoemde richtlijnen.

Contactinformatie www.interlogix.com Klantondersteuning: www.interlogix.com/support © 25 JULI 2013 United Technologies Corporation Interlogix is onderdeel van UTC Climate Controls & Security, een bedrijf van United Technologies Corporation. Alle rechten voorbehouden. Documentnummer: 460939601A - Juli 2013


TruPortal Beknopt naslagbrochures voor op IP-gebaseerde enkelvoudige deurcontroller (IPSDC)

Recommend Documents