(1,1) -1- 09#034 Trendsignalement 2009_OMSL_WT.indd 02-04-2009 13:03:35
VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING
TRENDSIGNALEMENT 2009 van aso-gezin tot zware meisjes: 100 nieuwe ontwikkelingen in criminaliteitspreventie en veiligheid
(1,1) -1- 09#034 Trendsignalement 2009_OMSL_W
Leeswijzer
Hier is sprake van een negatieve trend. De praktijk ervaart een verslechterende situatie, een zorgwekkende ontwikkeling of een aanhoudend knelpunt.
Hier is sprake van een nieuwe trend: een innovatieve preventiestrategie, een baanbrekende ontwikkeling of een nog niet eerder gesignaleerde veiligheidskwestie.
Hier is sprake van een positieve trend. Een gunstige ontwikkeling of vermeldenswaardige aanpak stimuleert tot nadenken, experimenteren en leren.
Goede samenwerking kan tot betere resultaten leiden. Door krachten te bundelen en kennis te delen, worden bestaande kaders verstevigd en krijgen nieuwe initiatieven een kans.
Veiligheidsproblemen houden zich niet altijd aan de kaders van het criminaliteitsbeleid, maar hebben betrekking op verschillende thema’s en aanpakken. In ieder hoofdstuk van dit boekje zijn pregnante voorbeelden van dit soort veelkoppige veiligheidsvraagstukken opgenomen.
Ieder jaar zien talloze eendagsvliegen het levenslicht. Het CCV selecteert hieruit een aantal kansrijke proefballonnetjes: kersverse signalen uit het veld die uitnodigen tot vroegtijdig nadenken over nieuwe kansen en toekomstscenario’s.
Trendsignalement 2009 – Van aso-gezin tot zware meisjes: 100 nieuwe ontwikkelingen in criminaliteitspreventie en veiligheid
– Trendsignalement 2009 –
inhoudsoPgaVe
Voorwoord
5
Trendbeeld 2008
7
1
23 trends op het gebied van veilig samenleven Geweld in de samenleving Buurtbemiddeling Overlast en verloedering Hangjongeren
15 16 18 19 21
2
16 trends op het gebied van veilig wonen Politiekeurmerk Veilig Wonen Veilige wijk Woonfraude Veiligheidseffectrapportage Fietsdiefstal
31 32 33 34 35 36
3
18 trends op het gebied van veilig ondernemen Keurmerk Veilig Ondernemen Transportcriminaliteit Brand
43 44 49 50
4
11 trends op het gebied van Veilig uitgaan EN RECREËren Alcohol Uitgaansgeweld Voetbalvandalisme
57 58 59 61
5
8 trends op het gebied van Veilig leren Veilige school Geweld op scholen
67 68 70
6
6 trends op het gebied van Integraal veiligheidsbeleid Integraal veiligheidsbeleid Veiligheidshuizen Regionale samenwerking
75 76 76 77
7
18 trends op het gebied van Bestuurlijke aanpak Bestuurlijke aanpak Drugs Prostitutie Cameratoezicht
81 82 84 88 90
Nabeschouwing
94
colofon
96
ontwikkelingen in criminaliteitspreventie en veiligheid –
5_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Voorwoord
Wie met een sombere blik terugkijkt op 2008, zal al snel denken aan de start van een troosteloze recessie, de aanhoudende heibel rond het rookverbod of de getroebleerde aanpak van veertig prachtwijken in spe. Toch zijn er ook genoeg redenen tot optimisme. In het overzicht van trends en ontwikkelingen dat het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) presenteert in deze tweede editie van het Trendsignalement, gaan probleemsignaleringen hand in hand met preventiestrategieën en worden zorgwekkende trends op het gebied van criminaliteit en onveiligheid aangevuld met positieve ontwikkelingen die de burger en de veiligheids professional moed geven. In het Trendsignalement 2009 staan de Polenhotels, drankketen en coffeecorners dan ook zij aan zij met lokoma’s, DNAdouches en veiligheidshuizen. Tegenover de dreiging die uitgaat van asogezinnen, 12minners, pooierboys, drugsrunners, overvalbendes en ramkrakers staan voor beelden van goede samenwerking zoals wijkverboden, weekendarrangementen, bakenacties en overlastdonatie. En onze inzichten in kansrijke aanpakken − die variëren van straatverlichting, straatcoaches en schadeverhaal tot Burgernet, buurtbemiddeling en Bibob − nemen toe. Het CCV beschouwt het signaleren, monitoren en publiceren van nieuwe ontwikkelingen op het gebied van sociale veiligheid en criminaliteitspreventie als een van zijn kerntaken. We doen dat niet om een duit in het zakje te doen bij hypes of hijgerige debatten over probleemgroepen, hotspots of veiligheidsrisico’s. Als nieuwsgierige, betrokken partner in het veiligheidsdomein houdt het CCV nieuwe ontwikkelingen nauw in het oog. Om vervolgens als schakel tussen beleid en praktijk kennis over trends en innovaties te verzamelen, verspreiden en stimuleren. De 100 trends in dit boekje worden gepresenteerd in zeven hoofdstukken, die de veiligheids programma’s van het CCV weergeven. Vanuit zijn inhoudelijke programma’s organiseert het CCV ondersteuning aan veiligheidspartners die zich bezighouden met sociale veiligheid in de woonbuurt, op scholen, bij prostitutiegebieden en voetbalstadions, in uitgaansgelegenheden, in bedrijventerreinen en winkelcentra, en via regionale en bestuurlijke samenwerkings verbanden. De 100 trends in het Trendsignalement 2009 laten zien dat er op het gebied van criminaliteits preventie en veiligheid nog heel wat werk te verzetten is. Maar er is − zeker gezien de aanhoudende daling van criminaliteit in Europa − geen reden tot wanhoop. Er is eerder aanleiding om ook in Nederland te roepen: Yes, we can!
7_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
TrendBeeld
naar een veiliger samenleving begint bij voorkomen
In 2008 bestaat het nieuwe veiligheidsbeleid van het kabinet een jaar. Met het project Veiligheid begint bij Voorkomen heeft het langlopende veiligheidsprogramma Naar een veiliger samen leving een opvolger gekregen voor de periode 2007 tot 2010. Agressie en geweld, diefstal, criminaliteit tegen ondernemingen, overlast en verloedering, een persoonsgerichte aanpak en bestrijding van ernstige vormen van criminaliteit vormen de belangrijkste thema’s in het nieuwe beleid, dat wordt gekenmerkt door een integrale benadering en intensieve samenwerking tussen verschillende veiligheidspartners. Het doel is om onveilig heid, criminaliteit en verloedering in 2010 met grofweg een kwart te hebben verminderd ten opzichte van 2002. In de eerste voortgangsrapportage van het beleidsprogramma, die in oktober 2008 aan de Tweede Kamer is gepresenteerd, worden de maatregelen op een rij gezet die voor de komende jaren in het verschiet liggen. In de strijd tegen fietsendiefstal worden bijvoorbeeld unieke framenummers voor alle nieuwe fietsen ingevoerd, om winkelcriminaliteit terug te dringen wordt een waarschuwingsregister met databank ontwikkeld en met het oog op overlast door hangjongeren wordt gekeken naar de mogelijkheid om gezinnen te dwingen tot herhuisvesting. Verder zijn er plannen voor onder andere een landelijk dekkend burgernetsysteem, een uit breiding van het aantal wijkagenten, een verbod op growshops, een signaleringsinstrument voor crimineeltjes jonger dan 12 jaar en een techniek voor videofingerprinting die helpt in de strijd tegen kinderporno. Dat het kabinet steeds meer inzet op criminaliteitspreventie komt al naar voren in de kosten van criminaliteitsbestrijding en rechtshandhaving. In 2007 geeft de overheid ruim 2,3 miljard euro uit aan preventie – een stijging van 85 procent ten opzichte van 1995. Van alle onderdelen van de veiligheidsketen die de overheid bekostigt, komt aan preventie het meeste geld ten goede. Dat de rooskleurige toekomst van de preventiestrategie nog niet bezegeld is, blijkt uit onder zoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau naar de effecten van veiligheidsmaatregelen die in het kader van het kabinetsprogramma zijn genomen 1 . Zo ontbreken volgens het SCP 1 Lonneke van Noije en Karin Wittebrood, Sociale veiligheid ontsleuteld. Veronderstelde en werkelijke effecten van veiligheidsbeleid, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, juli 2008.
8_trendsignalement 2009
argumenten voor de onderbouwing van het veiligheidsbeleid en is de effectiviteit van het merendeel van de voorgestelde maatregelen − die variëren van cameratoezicht tot buurt mobilisatie − niet aangetoond. de probleemwijken die geen probleemwijken mogen heten
Is 2007 het jaar waarin de veertig Vogelaarwijken op slag beroemd worden, in 2008 onder tekenen de achttien steden convenanten voor de uitvoering van hun wijkactieplannen. Aan de kritische discussie over de aanpak van de probleemwijkendiegeenprobleemwijkenmogen wordengenoemd is dan nog geen einde gekomen. Aanvankelijk gaat de discussie over de zogeheten Vogelaarwijken − of krachtwijken − vooral over de selectie van de veertig wijken, die qua aantal te beperkt en qua ligging − de wijken liggen allemaal in de G31 − te grootstedelijk zouden zijn. In 2008 komt de concrete aanpak in de kracht wijken onder vuur te liggen. Uit onderzoek van het VerweyJonker Instituut blijkt dat delinquent gedrag direct én indirect verband houdt met problemen in de buurt 2 . Jongeren in probleemwijken nemen vaker deel aan jeugdbendes dan hun leeftijdgenoten in nette buurten, en het klimaat van overlast, criminaliteit en normconformiteit in de prachtwijken in spe bevordert een criminele levensstijl, aldus Achter gronden van jeugddelinquentie en middelengebruik. Jongeren brengen een groot deel van hun vrije tijd door op straat, waar zich de perfecte omstandigheden voordoen voor overlastgevend en crimineel gedrag. Want buurtbewoners trekken zich terug achter de voordeur, de sociale controle op normhandhaving is minimaal, en ouders slagen er niet in om hun taak als opvoeders te vervullen. Achtergronden van jeugddelinquentie en middelengebruik schetst geen opwekkend beeld. Maar het is wél een beeld dat het belang van de aanpak van de Vogelaarwijken onderstreept. Een aantal andere onderzoeken trekt de effectiviteit van de buurtaanpak juist in twijfel. Zo uit de Algemene Rekenkamer, die in 2008 een onderzoek uitvoert naar het krachtwijkenbeleid in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Eindhoven en Arnhem, zich kritisch over (de meet baarheid van) de effectiviteit van de beleidsmaatregelen 3 . Volgens de Rekenkamer is nog onvoldoende vast te stellen of de krachtwijken met behulp van de extra aandacht en rijks financiering hun achterstand ten opzichte van andere wijken zullen inlopen. De kritiek op de Vogelaarwijken richt zich ook op de grootschalige herstructurering waarmee de wijkenaanpak gepaard gaat. Volgens de minister voor Wonen, Wijken en Integratie is de sloop van huizen en wooncomplexen onontkoombaar. Maar critici noemen het wegvagen van oude wijken ineffectief (vanwege waterbedeffecten), overbodig (omdat er beleidsmaatregelen zijn die effectiever zijn) en stedenbouwkundig gezien schadelijk (vanwege het verlies van beeld
2 Josine JungerTas, Majone Steketee en Marit Moll, Achtergronden van jeugddelinquentie en middelengebruik, VerweyJonker Instituut, Utrecht, mei 2008. 3 Krachtwijken. Monitoring en verantwoording van het beleid, TK 31723, nr. 2, 9 oktober 2008.
9_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
bepalende architectuur) 4 . Onderzoekers van de Universiteit Utrecht waarschuwen dat de concentratie van allochtonen in de wijken die op de schop worden genomen, zal toenemen − zelfs na de wijkvernieuwing 5 . De Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting pleit dan ook voor een combinatie van ‘lichte’, veelal cosmetische fysieke ingrepen en beheermaatregelen om vervallen buurten te revitaliseren 6 . Volgens onderzoek van het SCP kan herstructurering wel een (geringe) positieve invloed hebben op sociale veiligheid, maar is dit vooral het gevolg van het verspreiden van problemen over de stad en niet van toegenomen sociale cohesie 7 . Ingrijpende fysieke herstructurering, waarmee de verscheidenheid in de woningvoorraad in een probleemwijk wordt vergroot, is volgens het SCP dan ook met name gepast in buurten waar de sociale veiligheid tot een onaanvaardbaar niveau is gedaald. Het laatste woord is aan het CBS, dat in 2010 de eerste resultaten van de Krachtwijken Monitor publiceert. Uit de nulmeting uit 2008 blijkt in ieder geval dat er genoeg verbeterpunten zijn 8 . In de krachtwijken staan veel kleine huizen, wonen veel voortijdig schoolverlaters, hebben veel huishoudens een laag inkomen en is het aandeel wanbetalers voor de zorgverzekeringswet duidelijk hoger dan in de rest van Nederland. In de Leefbarometer scoren de wijken ook nog eens negatief wat betreft leefbaarheid, overlast en onveiligheid. aCh kindjelief, toe drink niet meer
Alcoholvrij stappen, vroegere sluitingstijden van horecaondernemingen en leeftijdscontrole bij de verkoop van alcohol − de aandacht voor alcoholgebruik onder jongeren heeft in 2008 een (voorlopig) hoogtepunt bereikt. Incidenten met binge drinking en comazuipen halen de voorpagina’s en de preventieprogramma’s, handhavingsacties en regionale samenwerkings verbanden rond jeugd en alcohol schieten als paddenstoelen uit de grond. De cijfers over middelengebruik door jongeren liegen er dan ook niet om. 16jarigen die drinken, doen dat vaak en veel, blijkt uit onderzoek van het Trimbos Instituut 9 . Driekwart van de drinkers van deze leeftijd klokken vijf of meer glazen tijdens één gelegenheid naar binnen. Jongeren in de leeftijd van 12 tot 14 jaar drinken weliswaar minder dan een decennium geleden, maar onder jongeren van 15 jaar en ouder is alcoholconsumptie onrustbarend hoog, aldus de onderzoekers.
4 Anne Slob, Gideon Bolt en Ronald van Kempen, Na de sloop. Waterbedeffecten van gebiedsgericht stedelijk beleid, Nicis Institute, Den Haag, juni 2008. 5 Erik van Bergeijk, Anita Kokx, Gideon Bolt en Ronald van Kempen, Helpt herstructurering? Effecten van stedelijke herstructurering op wijken en bewoners, Eburon, Delft, september 2008. 6 Cor Wagenaar, Noor Mens, Jeroen Singelenberg, AnneJo Visser en Sander Sparenberg, De toekomst van de bloemkoolwijken, SEV, Rotterdam, 2008. 7 Karin Wittebrood, ‘Sociale cohesie als bouwsteen voor veilige wijken’, in: Paul Schnabel, Rob Bijl en Joep de Hart (red.), Betrekkelijke betrokkenheid. Studies in sociale cohesie, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, 2008, p. 95109. 8 Daniëlle ter Haar, Luuk Schreven en Maartje Rienstra, Outcomemonitor Krachtwijken Nulmeting, CBS, Voorburg/Heerlen, 2008. 9 K. Monshouwer, J. Verdurmen, S. van Dorsselaer, E. Smit, A. Gorter en W. Vollebergh, Jeugd en Riskant Gedrag 2007. Kerngegevens van het Peilstationsonderzoek Scholieren, Trimbos Instituut, Utrecht, 2008.
10_trendsignalement 2009
De jaarlijkse Antenne Amsterdam, die sinds 1993 trends in het middelengebruik bij jongeren en jongvolwassenen analyseert, noemt alcohol nog steeds ‘genotmiddel nummer één’ in het uitgaansleven 10 . Het alcoholgebruik onder scholieren in het voortgezet onderwijs en onder hang en probleemjongeren neemt volgens de Amsterdamse monitor enigszins af, maar blijft nog altijd aanzienlijk hoger dan het gebruik van sigaretten of drugs. In een landelijke monitor komt een vergelijkbare trend in alcoholconsumptie naar voren 11 . Hoewel jongeren tussen de 13 en 17 minder drinken tijdens het uitgaan, neemt indrinken − bijvoorbeeld in een drankkeet − toe. De kans dat jongeren onder de 16 er in slagen om drank te bestellen of kopen is dan ook nauwelijks veranderd en ligt al jaren rond de 85 procent. De initiatieven om alcoholgebruik onder jongeren te matigen, variëren van maatregelen om alcoholconsumptie te ontmoedigen tot het beperken van de gelegenheden voor bovenmatig drinken. Onderzoekers van het VerweyJonker Instituut pleiten in 2008 bijvoorbeeld voor het afschaffen van het happy hour, de aanpak van drinkfeesten in keten en het duurder maken van alcohol 12 . Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kondigt op Prinsjesdag 2008 aan dat het toezicht op het verkoopverbod van alcohol aan jongeren zal verbeteren, nu het de bedoeling is dat gemeenten dit toezicht met ingang van 2010 voor hun rekening nemen. Het kabinet verwacht in 2009 bovendien een wetswijziging die het ‘aanwezig hebben’ van alcohol in de openbare ruimte door 16minners strafbaar stelt. Ondertussen tonen gemeenten zich creatief met onder andere ‘drankdocenten’ die op basis scholen voorlichting geven en ‘Alcohol Nee’contracten waarmee jongeren worden gestimuleerd om de bierglazen nog even te laten staan. Deze preventieve aanpakken vormen een aanvulling op de − in vergelijking met softdrugs en tabak zeer beperkte − verbodsbepalingen met betrekking tot alcoholverkoop en gebruik. de jeugd die niet deugt
In een tijdsgewricht waarin Kamervragen bol staan van termen zoals ‘Marokkaanse straat terroristen’ en ‘Nigeriaanse boevenbendes’, wordt er steeds minder terughoudend over de etnische afkomst van verdachten en daders gesproken. Onder het motto ‘kleurenblindheid veroorzaakt blinde vlekken’ wordt in de politieke en maatschappelijke discussie over veiligheid opgeroepen tot criminaliteitsbeleid ten aanzien van specifieke bevolkingsgroepen − van Antillianen en Marokkanen tot Roemenen, Roma, Sinti en Suryoye. In het Nederlandse onderzoek naar jeugdcriminaliteit wordt vrij algemeen onderschreven dat bij de meer problematische categorieën migranten veel van de traditionele verklarende factoren voor criminaliteit (geslacht, leeftijd, achterstandspositie en woonomgeving) een culminerende
10 Ton Nabben, Annemieke Benschop en Dirk J. Korf, Antenne 2007. Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Amsterdammers, Universiteit van Amsterdam en JellinekMentrum, Amsterdam, 2008. 11 A. Kruize en B. Bieleman, Monitor alcoholverstrekking jongeren 2007. Naleving leeftijdsgrenzen 16 en 18 jaar drank en horecawet, Intraval, Groningen, september 2008. 12 Josine JungerTas, Majone Steketee en Marit Moll, Achtergronden van jeugddelinquentie en middelengebruik, VerweyJonker Instituut, Utrecht, mei 2008.
11_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
rol spelen, concludeerde een groep vooraanstaande onderzoekers nog in 2004 13 . Maar in 2008 laten diverse onderzoeken zien dat er geen reden is om bij veiligheidsproblemen altijd met een beschuldigende vinger te wijzen naar allochtone jongerengroepen. Het al eerder genoemde onderzoek van het VerweyJonker Instituut concludeert dat crimineel gedrag meer voorkomt onder allochtone jongeren dan onder de autochtone jeugd 14 . Maar dit cijfermatige gegeven heeft niet te maken met afkomst of cultuur, maar met sociaaleconomische omstandigheden. De jongeren die delinquent gedrag vertonen, wonen in de slechtste buurten, hebben geen goede band met hun ouders, functioneren slecht op school en staan onder gering toezicht van opvoeders. Een ongunstige woonbuurt, opvoedingssituatie, schoolcarrière en vrijetijdsbesteding hebben − samen met foute vrienden − de belangrijkste invloed op het ontwikkelen van een criminele carrière, aldus de onderzoekers. Ook etnografisch onderzoek onder Marokkaanse jongens in Amsterdam suggereert dat populaire culturele verklaringen voor delinquentie tekortschieten 15 . De jongens van Marokkaanse komaf die door bewoners en politie in Overtoomse Veld worden ervaren als uitdagend en agressief, zijn op zoek naar een vorm van erkenning, veiligheid en vertier die niets te maken heeft met hun afkomst of opvoeding, aldus criminoloog Jan Dirk de Jong. Bovendien blijkt uit een studie van het Trimbos Instituut dat het gebruik van alcohol, tabak en drugs over de gehele linie lager is bij allochtone scholieren dan bij autochtone leerlingen 16 . En een onderzoek naar radicale jongerengroepen toont aan dat radicale moslimjongeren dunner gezaaid zijn dan radicaalrechtse jongeren. Diverse nieuwe onderzoeken maken dus duidelijk dat in het publieke debat over daders van criminaliteit nog een wereld aan nuance valt te winnen. Bovendien blijkt er − nu niet is aan getoond dat etniciteit een criminogene factor is − vooralsnog geen reden om aan te nemen dat aanpakken die zijn gericht op bepaalde allochtone groeperingen verantwoord zijn. onze dagelijkse portie Criminaliteit
Radicale dierenactivisten, minderjarige drugsrunners, gewiekste fietsendieven, vuurgevaarlijke inbraakbendes. De media doen gretig verslag van criminaliteit en onveiligheid. Maar met welke veiligheidsproblemen worden burgers en bedrijven in het dagelijkse leven nu eigenlijk geconfronteerd?
13 De stad en sociale onveiligheid. Een StateoftheArt van wetenschappelijke kennis in Nederland, Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving en Afdeling Criminologie van de Universiteit Leiden, Leiden, januari 2004. 14 Josine JungerTas, Majone Steketee en Marit Moll, Achtergronden van jeugddelinquentie en middelengebruik, VerweyJonker Instituut, Utrecht, mei 2008. 15 Jan Dirk de Jong, Kapot moeilijk. Een etnografisch onderzoek naar opvallend delinquent groepsgedrag van ‘Marokkaanse’ jongens, Aksant, Amsterdam, 2007. 16 K. Monshouwer, J. Verdurmen, S. van Dorsselaer, E. Smit, A. Gorter en W. Vollebergh, Jeugd en Riskant Gedrag 2007. Kerngegevens van het Peilstationsonderzoek Scholieren, Trimbos Instituut, Utrecht, 2008.
12_trendsignalement 2009
Het bedrijfsleven kampt vooral met diefstal en vernieling. De Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven 2007 noemt diefstal in de detailhandel als de meest voorkomende vorm van criminaliteit in het bedrijfsleven. In de sectoren horeca, transport en zakelijke dienstverlening komen vernielingen het vaakst voor. De bevindingen van de monitor vormen geen trendbreuk: in een eerdere monitor, uit 2004, stonden diefstal en vernieling ook bovenaan de top 3. Wel zijn alle vormen van criminaliteit cijfermatig gezien enigszins gedaald. De detailhandel en de horeca zijn desondanks nog steeds de bedrijfssectoren die het meest te maken krijgen met criminaliteit. Veelvoorkomende criminaliteit treft jaarlijks ongeveer een kwart van de bevolking 17 . In het afgelopen decennium is dit percentage nauwelijks veranderd 18 . Burgers lopen de grootste kans om slachtoffer te worden van een diefstaldelict, vernielingen, of geweld. De laatste jaren lijkt er sprake te zijn van een lichte afname van vermogens en geweldsdelicten, waaronder woning inbraak. De cijfers wijzen volgens de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) op een mogelijke trendbreuk in de ontwikkeling van ‘massaal voorkomend strafbaar gedrag dat, vooral vanwege de massaliteit, hinderlijk is’ (zoals een definitie van veelvoorkomende criminaliteit luidt). Volgens slachtoffercijfers die zijn opgenomen in de Veiligheidsmonitor Rijk worden burgers vooral geconfronteerd met beschadiging van of diefstal uit de auto. Ook fietsdiefstallen en vernielingen in de buurt komen, net als in voorgaande jaren, relatief vaak voor. Wat betreft overlast en verloedering in de woonbuurt hebben burgers volgens de Veiligheids monitor Rijk 2008 vooral te maken met overlast door te hard rijdend verkeer, overlast door groepen jongeren en hondenpoep op straat. Bijna drie van de tien inwoners van Nederland (28 procent) ervaart dat te hard rijden vaak in de buurt voorkomt. Overlast door groepen jongeren wordt door tien procent van de inwoners genoemd als vaak voorkomend overlast probleem. De meest genoemde vorm van fysieke verloedering is hondenpoep op straat: een op de drie Nederlanders (33 procent) geeft aan dat dit vaak in de buurt voorkomt. Dat is geen nieuwe ontwikkeling, want in de Veiligheidsmonitor staat hondenpoep al jarenlang met stip op nummer één als overlastprobleem. Ondertussen nemen onveiligheidsgevoelens in de woonbuurt gestaag af, zo blijkt onder meer uit de Veiligheidsmonitor Rijk. Zo voelen jongeren tussen de 15 en 25 zich in 2008 minder onveilig dan in voorgaande jaren 19 . Volgens sommigen is het met veiligheidsgevoelens op de werkvloer minder rooskleurig gesteld. Zo is het volgens onderzoek van FNV Bondgenoten ‘beroerd gesteld met het veiligheidsgevoel onder het tankstationpersoneel’ en besteedt een handboek voor professionals die met risicojongeren omgaan speciale aandacht aan veiligheidsgevoelens van sociaal werkers 20 .
17 Ageeth Ettema, De staat van het recht anno 2008, TNS NIPO, Amsterdam, november 2008. 18 M. van den Brandhof, Veelvoorkomende criminaliteit. Case study ten behoeve van het project veiligheid, WRR, Den Haag, oktober 2007, webpublicatie nummer 35. 19 Jaarrapport 2008 landelijke jeugdmonitor, CBS, Den Haag, 2008. 20 www.fnvbondgenoten.nl/nieuws/actueel/Veiligheid_tankstationspersoneel; Ben Rovers en Maijke Kooijmans (red.), Werken met risicojongeren. Handboek voor sociale professionals, Avans Hogeschool, Den Bosch, 2008.
– 1 veilig samenleven Geweld in de samenleving Buurtbemiddeling Overlast en verloedering Hangjongeren –
veilig samenleven 16_trendsignalement 2009
Geweld in de samenleving
Minder geweld op het sportveld dan gedacht
Meer geweld in het verkeer
Onwenselijk gedrag − zoals diefstal, vandalisme, bedreiging, lichamelijk en verbaal geweld, discrimi natie en overlast − komt in de amateursport relatief weinig voor, concludeert het SCP in 2008 in Weinig over de schreef 21 . In het betaald voetbal, bij uit gaansgelegenheden en op straat ervaren burgers veel vaker onwenselijk gedrag. Het rapport relativeert de ernst van onwenselijk gedrag in de zogenoemde breedtesport (sport die niet op topniveau of door professionals wordt verricht). Er doen zich wel incidenten voor, die ook als vervelend worden ervaren, maar de problemen zijn niet overheersend aanwezig, aldus het SCP. Ongeveer een kwart van de Nederlanders is getuige of slachtoffer geweest van onwenselijk gedrag in de sport. De cijfers zijn positief in vergelijking met de conclu sies van het in 2007 verschenen SCPrapport Een gele kaart voor de sport, dat in het beleidsveld de alarm bellen deed rinkelen over onwenselijke praktijken in en rondom de breedtesport 22 . Ook de onderzoeks resultaten van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA), die in 2008 concludeert dat sportkantines de leeftijdsgrenzen bij alcoholverkoop onvoldoende controleren, worden een stukje minder zorg wekkend in het licht van Weinig over de schreef 23 .
Verkeersregelaars brengen niet altijd goed nieuws: ze melden dat een weg is afgesloten, een parkeer terrein vol is of een omleiding nadert. De ‘nep agenten’, zoals agressieve automobilisten de verkeersregelaars wel noemen, zijn dan ook regel matig slachtoffer van geweld. Vooral de autoloze zondagen zijn een zwarte dag voor de verkeers regelaars. Ook andere toezichthouders in het openbaar vervoer hebben te maken met toenemend geweld, zo blijkt in 2008 onder andere uit intern onderzoek van de NS waarop De Telegraaf de hand weet te leggen 24 . Het geweld tegen treinconducteurs neemt toe, zowel qua aantallen als ernst. Volgens FNV Bondgenoten heeft de geweldsproblematiek te maken met een verminderde inzet van personeel op een aantal risicolijnen. Tegelijkertijd doen zich ook incidenten voor rond het personeel dat er wél is: in reactie op geweld tegen hun chauffeurs gaan openbaarvervoerbedrijven er in 2008 verschillende malen toe over om bepaalde busdiensten tijdelijk te annuleren. Een lichtpuntje is dat verkeersregelaars en het personeel van openbaarvervoerbedrijven expliciet deel uitmaken van de doelgroep van het actie programma Veilige Publieke Taak, waarmee het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijks relaties extra aandacht vraagt voor geweld tegen werknemers met een taak die ten dienste staat van de samenleving.
21 Annet TiessenRaaphorst, Jo Lucassen, Remko van den Dool en Janine van Kalmthout, Weinig over de schreef. Een onderzoek naar onwenselijk gedrag in de breedtesport, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, 2008. 22 Annet TiessenRaaphorst en Koen Breedveld. Een gele kaart voor de sport, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, 2007. 23 Factsheet Resultaten handhavingsactie drank en horecawet sportkantines 2007, Voedsel en Waren Autoriteit, Den Haag, 28 juni 2008, www.vwa.nl/portal/page?_ pageid=119,1639824&_dad=portal&_schema=PORTAL&p_ news_item_id=23424.
24 www.telegraaf.nl/binnenland/1785577/__Geweld_in_trein_ harder__.html?p=22,1.
17_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Politici bedreigd
Hard geweld hard aangepakt
Dat er een Team Bedreigde Politici is, zegt eigenlijk al voldoende. Kamerleden, wethouders en ministers worden steeds vaker slachtoffer van bedreiging en geweld. Zo zijn er in de eerste helft van 2008 al 225 aangiftes gedaan, terwijl in 2007 in totaal 267 aangiftes werden genoteerd. De intimidatie neemt volgens het Team Bedreigde Politici de vorm aan van onder andere poeder brieven, telefonische dreigementen, hate raps en emails met doodsbedreigingen. PVVvoorman Geert Wilders is naar verluidt de meest bedreigde Haagse politicus. Maar niet alleen in de Hofstad hebben bestuurders het zwaar. Volgens cijfers van de VNG is in 2007 ongeveer 60 procent van de burgemeesters geconfronteerd met agressief of gewelddadig gedrag 25 . In 2008 komen (voormalig) wethouders regelmatig in het nieuws als slachtoffers van geweld en bedreiging − en in het geval van Almelo − zelfs van gijzeling. In 2009 is daarom een vertrouwenslijn ingesteld waar alle politieke ambtsdragers terecht kunnen voor informatie, een luisterend oor en kennis uitwisseling. Om burgemeesters een hart onder de riem te steken heeft minister Ter Horst in een convenant met het Nederlands Genootschap van Burgemeesters nog eens vijf aanvullende afspraken vastgelegd om agressie en geweld tegen burgemees ters tegen te gaan.
De Tweede Kamer debatteert in 2008 met verve over agressie tegen verloskundigen, ambulancepersoneel en buschauffeurs. Tegelijkertijd inventariseert politiebond ACP aanpakken om geweld tegen politiemensen te voorkomen 26 . TNOonderzoek wijst uit dat verpleegkundigen en verzorgenden in de gehandicaptenzorg en de psychiatrie in hun werk even vaak met geweld worden geconfronteerd als ambulancepersoneel 27 . Net zoals het zinloos geweld uit de jaren negentig maakt ook het geweld tegen ‘onze helpers’, waar voor sinds 2006 bijzondere aandacht bestaat vanuit het actieprogramma Veilige Publieke Taak, veel emoties los. Hoewel over de cijfermatige omvang van de problematiek weinig bekend is, lijkt de ernst van de feiten voldoende om de aanpak van geweld tegen werknemers met een publieke taak te verstevigen. Dat gebeurt onder meer via afspraken met het Openbaar Ministerie om langere straffen te eisen en via pilots met snel en supersnelrecht, bijvoorbeeld met het oog op geweld tegen hulp verleners die rond de jaarwisseling de feestsfeer bewaken. In de flanken van het antigeweldprogramma voor werknemers met een publieke functie pleiten stake holders en vakbonden voor eenzelfde streng beleid voor andere risicovolle beroepsgroepen, van riool werkers, rattenbestrijders en journalisten tot parkeerwachters, vuilnismannen en scheids rechters.
26 www.acp.nl/home/nieuws/artikel/geweldtegenpolitie tijdisrijpvoorstevigemaatregelen. 27 Marjolein Douwes, Swenneke van den Heuvel en Henk Sonneveld, Het grote gevaar van de zorg. Overzicht van arbeidsrisico’s van en maatregelen voor verpleegkundigen 25 www.vng.nl/eCache/DEF/82/311.html.
en verzorgenden, TNO, Den Haag, 18 juli 2008.
veilig samenleven 18_trendsignalement 2009
Buurtbemiddeling
Jongeren helpen jongeren
Toenemende overlast door burenruzies
Conflicthantering, crisismanagement en dialoog voering − jongeren kunnen er niet vroeg genoeg over leren. Bij problemen in de wijk is er zelfs sprake van een winwinsituatie: jongeren die bemiddelen bij burenruzies en overlastproblemen in hun buurt, worden er niet alleen zelf wijzer van, maar helpen ook de omgeving. Geen wonder dus dat jongeren buurtbemiddeling − getrainde jonge vrijwilligers die bij overlast in de publieke ruimte gesprekken voeren tussen probleemjongeren en buurtbewoners − hoge ogen gooit in gemeenten die leefbaarheid en sociale cohesie willen bevorderen. Jongerenbuurtbemiddeling is een vervolg op het door het CCV ondersteunde buurtbemiddeling, dat al bijna dertien jaar in Nederland bestaat en inmiddels in ongeveer een kwart van de gemeenten − met behulp van zo’n tweeduizend vrijwilligers − plaatsvindt. In 2008 is een aanzet gegeven tot een aanpak voor jongerenbuurtbemiddeling en zijn vijf pilots gestart. Gezien het toenemende aantal escalerende buren ruzies ligt het voor de hand dat jongerenbuurt bemiddeling − en de schoolvariant leerlingbemiddeling − een rooskeurige toekomst te wachten staat.
In juli 2008 komen twee Groningers om het leven als gevolg van een burenruzie. Naar aanleiding van de dodelijke schietpartij lopen honderden buurt bewoners mee in een stille tocht door de wijk Selwerd. Niet alle burenruzies lopen zo dramatisch af, maar er komen wel − als we de krantenberichten mogen geloven − de nodige hockeysticks, hamers en honk balknuppels aan te pas. De heibel is vaak het resultaat van ogenschijnlijke trivialiteiten, zoals op het trottoir voetballende kinderen, gesnoei aan heggen of de bouw van een boomhut. Maar niet alleen buren onderling hebben last van burengeruzie. De druk op hulpverleningsdiensten en buurtbemiddelaars neemt toe als gevolg van de toenemende spanningen tussen buurtbewoners. Ook worden agenten regelmatig bedreigd als zij interveniëren. De mediaverslaggeving overziend doemt het beeld op van een burger met een kort lontje, die meer oog heeft voor zijn eigen rechten dan voor de burgerplicht.
19_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Overlast en verloedering
Moeizame aanpak van wildplakken Voor gemeenten die het adagium ‘schoon, heel en veilig’ hoog op de agenda hebben staan, zijn wild plakkers een doorn in het oog. Het clandestien afficheren vormt, net als onofficieel flyeren en hinderlijke reclameborden, in drukbezochte stads centra een niet te onderschatten probleem. Volgens sommigen kan de aanpak van wildplakken − net als het bestrijden van graffiti − leiden tot een aanzienlijke vermindering van onveiligheids gevoelens. Zij pleiten dan ook voor mogelijkheden voor gemeenten om hogere boetes uit te delen voor wildplakken. De bestaande bestuurlijke boetes − en de staande praktijk om speciale plekken aan te wijzen voor legaal afficheren − zouden ontoereikend zijn.
Vervuilende jongeren ruimen zelf hun rommel op Gemeenten proberen bewoners op allerlei manieren bij het schoon houden van hun buurt te betrekken. In ‘jeugdzwerfvuilteams’ verwijderen kinderen tegen een kleine beloning zwerfafval in de wijk en via adoptieprogramma’s houden bewoners een oogje in het zeil bij afvalbrenglocaties. Een minder vrijwillige aanpak is de harde lijn die in onder andere Doetinchem wordt gevolgd. Daar wordt iedereen die betrapt wordt op het achterlaten van rommel op straat onmiddellijk beboet, waarna bureau Halt de overtreder de keuze voorlegt om opruimwerk te gaan doen of de geldboete te betalen.
veilig samenleven 20_trendsignalement 2009
Flexen tegen verloedering
Een tevreden roker is een onruststoker
Met alle wijkvernieuwingen worden woonbuurten er de komende jaren niet mooier op. Zolang de bouw machines graven, domineren braakliggende terreinen en bouwputten het straatbeeld. Om de wijken tijdens de verbouwing van enige gezelligheid te voorzien − en onverwachte verloedering tegen te gaan − wordt geïnvesteerd in buurtfeesten, groen perken en tijdelijke kunstenaarsateliers. De minister voor Wonen, Wijken en Integratie kent daarvoor leefbaarheidsbudgetten toe aan bewoners van toekomstige prachtwijken. In de regio Rotterdam worden − om diefstal, vernieling en verloedering te voorkomen − anti kraakwachten gehuisvest in tijdelijke woonketen bij bouwplaatsen. Maar voor gemeenten die het helemaal hip willen aanpakken, is er de Flex, een mobiele ontmoetingsplek voor braakliggende terreinen in de stad. Het tijdelijke straatmeubilair (bestaande uit glijbanen, klimrekken, tribunes, expositiewanden, zandbakken en podia), dat kan worden gebruikt voor exposities of buurtevenemen ten, ‘is ontworpen om leefbaarheid van wijken in ontwikkeling te verhogen’ en ‘geeft tegelijk een positieve uitstraling aan de wijk’.
De burgerlijke ongehoorzaamheid in Nederland is zelden zo pregnant zichtbaar geworden als bij de invoering van het rookverbod in de horeca op 1 juli 2008. Kleine kroegen die hun klandizie zien vertrek ken, zetten de asbakken op de stamtafel en schrapen fooien bij elkaar om eventuele boetes te betalen. Getroffen ondernemers dreigen inspecteurs van de VWA te fotograferen om de handhavers van het rookverbod zo aan de digitale schandpaal te nagelen. In de tweede helft van 2008 controleerde de VWA zo’n 10000 bedrijven, waarbij in totaal zo’n 474 waarschuwingen werden gegeven en zo’n 821 boetes of processenverbaal zijn opgemaakt. Op basis van een steekproef concludeert de VWA dat 90 procent van de horecagelegenheden de regels voor rookvrije horeca naleeft 28 . Uit cijfers van het CBS blijkt dat de omzet van de totale horeca in het derde kwartaal van 2008 met bijna 1 procent is gedaald in vergelijking met een jaar eerder 29 . Volgens het CBS houden deze cijfers echter geen verband met het rookverbod: de dalende trend is al in 2007 ingezet. Bovendien blijkt uit een over zicht van horecafaillissementen dat het aantal cafés en restaurants dat failliet ging sinds de invoering van de rookvrije horeca is afgenomen. Gemeenten gaan ondertussen op zoek naar maat regelen om de overlast van rokers op terrassen en uitgaanspleinen te beteugelen. Zo wordt café klanten verboden om tijdens het buitenroken alcohol te drinken en moet een asbaktegel rond slingerende peuken een halt toeroepen.
28 Factsheet Inventarisatie naleefniveau rookvrije horeca, Voedsel en Waren Autoriteit, Den Haag, januari 2009. 29 TK 22894, nr. 206, 16 december 2008.
21_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Hangjongeren
Bewijs dat ‘broken windows-theorie’ valide is We zijn kuddedieren als het om slonzig en crimineel gedrag gaat, zo blijkt uit onderzoek waarmee de Rijksuniversiteit Groningen in 2008 goede sier maakt 30 . De onderzoekers leverden in drie experimenten bewijs voor het idee dat een wan ordelijke omgeving aanzet tot wangedrag. In een straat met graffiti bleken aanzienlijk meer voorbij gangers reclame op de grond te laten slingeren of geld te stelen dan op een opgeruimde weg. En in de buurt van foutgeparkeerde fietsen negeert een overgrote meerderheid van passerende auto mobilisten een verbodsbord. Met het langverwachte bewijs voor de broken windowstheorie hebben de Groningse onderzoekers een duidelijk advies aan criminaliteitsbestrijders: houd straten schoon, haal graffiti weg en laat zien dat normen en regels worden nageleefd.
30 Kees Keizer, Siegwart Lindenberg en Linda Steg, ‘The spreading of disorder’, in: Science, 20 november 2008.
Jongerenoverlast is vooral het gevolg van hangjongeren in woonbuurten In het kader van het Actieplan overlast en verloede ring, dat in maart 2008 is gelanceerd, wordt een scala aan beleidsmaatregelen voorgesteld voor een multidisciplinaire aanpak van jongerenoverlast. Maar er is nog betrekkelijk weinig bekend over de hedendaagse verschijningsvormen van jongeren overlast. Uit de Veiligheidsmonitor Rijk blijkt weliswaar dat een aanzienlijk deel van de bevolking vaak hinder ondervindt van ‘groepen jongeren op straat’, maar het is onduidelijk om welk gedrag het dan precies gaat. Daarom heeft het CCV een aantal Nederlandse gemeenten in de zomer van 2008 gevraagd naar hun ervaringen met jongerenoverlast. De meerderheid van de bevraagde gemeenten geeft aan dat overlast door jongeren te maken heeft met groepen jongeren die rondhangen in de wijk en daar geluidshinder en zwerfafval veroorzaken. De over last vindt vooral plaats op (niettoegewezen) hang plekken en op speelveldjes in woonwijken. Volgens de bevraagde gemeenten speelt alcoholgebruik de belangrijkste rol bij het ontstaan van de overlast.
veilig samenleven 22_trendsignalement 2009
Straatverlichting tegen hangjongeren
Veiligheid op de hoek van de straat
Hoewel heuse stichtingen wedijveren voor donkere nachten en milieuwetgeving het niet altijd makkelijk maakt, kiezen steeds meer gemeenten voor het verbeteren van verlichting op straat om overlast door hangjongeren tegen te gaan. In een Bredaas winkelcentrum besluit de gemeente geen camera’s te plaatsen, maar verlichting te verbeteren en politiesurveillance te versterken. En in Heerde maken ondernemers en gemeente afspraken over de tijden waarop straatverlichting en lampen aan gevels ’s nachts branden. De gemeente Schiedam maakt met succes gebruik van een pakket van maatregelen, waarin verlichting een belangrijke rol speelt, om vernieling, vervuiling en baldadigheid door hangjongeren bij een metrostation aan te pakken. Het SCP noemt straatverlichting in zijn effect evaluatie van veiligheidsmaatregelen een veel belovende gelegenheidsbeperkende maatregel 31 . De populariteit van straatverlichting krijgt nieuwe kansen nu concurrent cameratoezicht steeds meer kritiek te verduren krijgt.
Bewoners in Woerden pleiten in 2008 voor straat coaches om het uitgaansgeweld in het centrum tegen te gaan. Van cameratoezicht of meer blauw op straat verwachten ze minder heil dan van de ouder wetse straathoekwerker. In Hengelo vragen niet burgers, maar gemeenteambtenaren om de herinvoering van straathoekwerkers − om overlast door hangjongeren aan te pakken. De straathoekwerker heeft zich sinds de jaren zeventig niet meer in zoveel positieve aandacht mogen verheugen. Met de toenemende aandacht voor hangjongeren, comazuipen en 12minners blijkt de jongerenwerker van weleer opeens weer actueel. Ook het idee van ‘justitie in de buurt’, dat in de jaren negentig in populariteit groeide, krijgt nieuw elan. Frank Visscher, kantonrechter in Zaandam en Rijdende Rechter op tv, pleit voor wijkrechters in grote steden, die overlastgevende jongeren ‘een juridische draai om de oren’ kunnen geven. De buurtrechter biedt daarmee uitkomst bij inciden ten waar de buurtbemiddelaars en buurtwerkers met lege handen staan. Hij vormt een nuttige aanvulling op de (door vrijwilligers georganiseerde) buurtpreventie die vaak ontbreekt in de wijken die er juist de meeste behoefte aan hebben.
31 Lonneke van Noije en Karin Wittebrood, Sociale veiligheid ontsleuteld. Veronderstelde en werkelijke effecten van veiligheidsbeleid, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, juli 2008.
23_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Problemen voor ouders van probleemjongeren
Personal coach voor probleemjongeren
Het kabinetsbeleid om probleemjongeren streng aan te pakken − via campussen, gebiedsverboden en allerhande likopstukbeleid − ontziet ook de ouders niet. Zo zijn er plannen in de maak om probleem gezinnen te dwingen tot herhuisvesting, ouders van veelplegende overlastgevers te verplichten tot een opvoedcursus of hen door een vermindering van de kinderbijslag te beboeten voor het wangedrag van hun kroost. De aandacht voor ondersteuning en hulpverlening aan ouders van probleemjeugd is gebaseerd op het idee dat criminaliteit op straat gevolgen heeft voor de situatie achter de voordeur. Zo krijgt de gemeen te Gouda − in reactie op incidenten met geweld dadige jongeren in een aantal woonwijken − van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties drie jaar lang extra budget voor gezinscoaches die probleemgezinnen opvoedings ondersteuning geven. In het wetsvoorstel Herziening kinderbeschermings maatregelen, waarover de Tweede Kamer in 2009 debatteert, worden aan de burgemeester – met het oog op onder meer de aanpak van ernstige overlast en verloedering − meer bevoegdheden toegekend om via de kinderrechter opvoedingsondersteuning dwingend op te leggen.
Begeleiding van 8 tot 8, weekendscholen, buddies, mentoren en coaches. Jongeren met een justitieel verleden of een criminele loopbaan in het vooruit zicht hebben geen gebrek aan aandacht. Politie, justitie, hulpverleners en anderen in een begelei dende rol houden zich, vaak in eenopeencontac ten, uitvoerig met hen bezig. Als het soepele samenspel werkt, dan hebben zowel de jongeren als hun omgeving daar baat bij. De ‘stakkers’, zoals de voormalige stadsmarinier van de Rotterdamse wijk Delftshaven ze noemt, krijgen de kans om hun leven op de rails te krijgen en de samenleving is een overlastgevende lastpak kwijt.
veilig samenleven 24_trendsignalement 2009
Hangjongeren aan de andere kant
Geen wettelijke regeling voor Mosquito
Als probleemjongeren in aanraking komen met politie en beveiligingspersoneel, is dat meestal niet in het kader van een sollicitatiegesprek. Toch begeeft steeds meer hangjeugd zich aan de andere kant van de handhaving van de wet: ze worden opgeleid tot toezichthouders en particuliere beveiligers, of volgen een werkstage bij de politie. In Haarlem en Utrecht zijn in 2008 de eerste hang jongeren aan politiestages begonnen en in een aantal Limburgse gemeenten gaan politiejunioren op pad met wijkagenten. In het Haagse Jongeren Toezicht Team volgen over lastgevende jongeren een opleiding en stagetraject als toezichthouder, dat hen een stap verder helpt naar reguliere opleiding of werk. Voor dit sterke staaltje van if you can’t beat them, join them wonnen de Haagse gemeente en regiopolitie in 2008 de Hein Roethofprijs.
Op grond van de Gemeentewet beschikt de burge meester over ordehandhavende bevoegdheden, maar de inzet van een irritant piepend apparaatje – de Mosquito – behoort daar niet toe. Daarom ontbreekt een formeel wettelijke grondslag voor het gebruik van de Mosquito waarmee gemeenten hangjongeren verjagen. Dat is een van de conclusies van de verkenning van de juridische kaders met betrekking tot de Mosquito, die minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ter Horst in 2008 aan de Tweede Kamer stuurt 32 . De discussie over nut en toelaatbaarheid van het apparaatje met de voor jongeren hinderlijke zoem toon duurt al enkele jaren. Maar er komt geen wet telijke regeling voor het gebruik van de Mosquito, besluit de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De juridische toelaatbaarheid van de jeugdverjager is omstreden en gemeente besturen staan voldoende alternatieven ter beschikking, schrijft de minister in haar brief aan de Kamer. Volgens Ter Horst moeten de gemeenten zelf beslissen of ze, met het risico van een rechtszaak, het gebruik van de Mosquito willen handhaven. Maar een aanmoediging vanuit het ministerie komt er in ieder geval niet.
32 www.minbzk.nl/actueel/116179/briefaandetweede_7.
25_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Onderzoek dat het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het voorjaar van 2008 uitvoert, laat zien dat een honderdtal Nederlandse gemeenten gebruik maken van de Mosquito in de strijd tegen overlast door hang jongeren 33 . Het zoemende apparaatje, dat door gaans als sluitstuk van lokaal jeugdbeleid wordt ingezet, leidt volgens de ondervraagde gemeenten tot een afname of verdunning van overlast. In Engeland hangen zo’n 3500 Mosquito’s, maar in België hebben enkele gemeenten een verbod op het gebruik van het instrument ingesteld.
Zware meisjes Korpschef Erik Akerboom van de Raad van Hoofd commissarissen signaleert in 2008 een toename van het aantal meisjes dat in bendes actief is 34 . Het signaal sluit aan bij de trend dat vrouwen steeds vaker als verdachten opduiken in politieregistraties. Volgens de Landelijke Criminaliteitskaart die het Korps landelijke politiediensten (KLPD) jaarlijks uitbrengt, neemt het aantal vrouwen dat wordt aangehouden voor misdrijven sinds 2000 langzaam maar structureel toe 35 . Hoewel het hierbij meestal gaat om minder ernstige misdrijven, neemt de gewelddadigheid van vrouwen onmiskenbaar toe.
34 www.debeurs.nl/binnenland/256689/Aantalmeisjesin jeugdbendesgroeit.html. 35 Wil van Tilburg, ‘Delictgedrag van vrouwen verandert. 33 Verkenning inzet en juridische mogelijkheden Mosquito, 10 december 2008.
Vrouwen en criminaliteit 19962007’, in: Secondant, 22e jaargang, nummer 5, oktober 2008, p. 612.
veilig samenleven 26_trendsignalement 2009
Burgers steeds meer betrokken Buurtbemiddeling, wijkschouwen, SMSAlert, burgerveiligheidspanels, burgersurveillance, over vallenwebsites − de inzet van burgers voor veiligheid gaat steeds verder dan de klassieke vrijwillige brand weer en politie. Volgens cijfers van het SCP zijn er in de afgelopen tien jaar weliswaar fluctuaties te zien in het aantal burgers dat zich wel eens vrijwillig inzet voor een lokale aangelegenheid, maar is er geen sprake van een stelselmatige, sterke daling van deelname aan vrijwilligerswerk 36 . In Amsterdam zetten zo’n vijfduizend vrijwilligers zich in voor veiligheid in hun stad 37 . De VNG stimuleert met ‘Lokale proeftuinen burger participatie’ een breed scala aan samenwerkings verbanden tussen gemeenten en bewoners. Burgerparticipatie op veiligheidsgebied kent verschillende verschijningsvormen. Denk aan het actief bijdragen aan opsporing door informatie voor de politie te verzamelen (zoals gebeurt bij Burgernet en SMSAlert) en het uitoefenen van informele sociale controle (zoals de Marokkaanse buurtvaders in AmsterdamWest doen). Andere vormen zijn buurtbemiddeling en het invoeren van eigen beveiliging (zoals het door bewoners geïnitieerde afsluiten en elektronisch bewaken van toegangs wegen naar gegoede buurten).
De toenemende focus op burgerparticipatie sluit aan bij bredere veranderingen in veiligheidszorg door de overheid. Naarmate de overheid haar doelen meer probeert te bereiken door samenwerking met publieke en private partijen (zoals het bedrijfsleven) dan door de uitoefening van formele macht, worden aan de burger grotere verantwoordelijkheden toe gekend. Tegelijkertijd blijken burgers bereid om die verantwoordelijkheden − zeker als het de lokale veiligheid betreft − op zich te nemen en een actieve rol te spelen in veiligheidsprojecten. Hoewel een SCPonderzoek uit 2008 concludeert dat buurtmobilisatie ‘niet veelbelovend’ is wat betreft criminaliteitspreventie, en de concrete betrokken heid van buurtbewoners bij herstructurering van probleemwijken nog tegenvalt, neemt de samen werking tussen burgers en overheid vooralsnog onverminderd toe 38 . Met de Wet maatschappelijke ondersteuning in het achterhoofd nodigen gemeenten buurtbewoners uit om deel te nemen aan veiligheidspanels en roepen ze hondenbezitters op om hun ‘extra ogen en oren’ de kost te geven voor betere veiligheid. De minister voor Wonen, Wijken en Integratie stimuleert krachtwijken om buurt bewoners bij hun actieplannen te betrekken en dreigt zelfs met financiële sancties als buurt participatie achterwege blijft. En minister Ter Horst breidt in 2008 pilots met Burgernet uit.
38 Lonneke van Noije en Karin Wittebrood, Sociale veiligheid 36 Rob Bijl, Jeroen Boelhouwer en Evert Pommer (red.),
ontsleuteld. Veronderstelde en werkelijke effecten van
De sociale staat van Nederland 2007, Sociaal en Cultureel
veiligheidsbeleid, Sociaal en Cultureel Planbureau,
Planbureau, Den Haag, september 2007.
Den Haag, juli 2008; Erik van Bergeijk, Anita Kokx,
37 Barbara van Caem, Verborgen kracht. Burgerparticipatie
Gideon Bolt en Ronald van Kempen, Helpt herstructurering?
op het vlak van veiligheid, Vrije Universiteit, Amsterdam,
Effecten van stedelijke herstructurering op wijken en
december 2008.
bewoners, Eburon, Delft, september 2008.
27_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Ook de politie doet er alles aan om dichter bij de burger te komen. Korpsen presenteren zichzelf op YouTube − via websites zoals overvallersgezocht.nl, veroordeeldengezocht.nl en boevenvangen.nl worden burgers geactiveerd om informatie te verstrekken over overvallen − en wijkteams beloven dat meldingen van buurtbewoners over vernielingen prioriteit krijgen. Een aanzienlijk deel van deze strategieën past in het streven naar reassurance policing, een vorm van politiezorg die is gericht op het geruststellen van de bevolking en die − volgens de ervaringen in Engeland − een positieve invloed kan hebben op onveiligheidsgevoelens.
Schade verhalen op daders Schoonmaakploegen die overuren draaien om graffiti te verwijderen, straatmeubilair dat niet veilig is voor voortdurend slopende handen, en bushokjes die ieder weekend aan diggelen liggen. Vandalisme en vernieling zijn niet alleen omwonenden een doorn in het oog, maar kosten gemeenten ook een flinke duit. Daarom pakken steeds meer steden de daders hard aan. De vier grote steden stellen sinds zomer 2008 relschoppende jeugdgroepen en voetbalvandalen hoofdelijk aansprakelijk voor de schade die ze aanrichten in het publieke domein, bijvoorbeeld tijdens de jaarwisseling of risicowedstrijden. Het schadeverhaal vindt in deze gevallen plaats via een civielrechtelijke aanpak in plaats van de tot nu toe gebruikelijke strafrechtelijke eis tot schade vergoeding. In het derde Convenant Aanpak Winkelcriminaliteit, dat in november 2008 wordt ondertekend, is het verhalen van schade van vernielingen en diefstal rond winkels een belangrijk speerpunt. Op verschil lende plaatsen − in Deventer, gemeenten in de provincie Groningen, Amsterdam en omstreken en Utrecht − worden projecten uitgevoerd met ‘over lastdonatie’, een boetesysteem waarbij verdachten van winkeldiefstal een rekening krijgen voor geschoteld ter compensatie van het tijdverlies dat winkeliers lijden als gevolg van de aanhouding. Bij gebleken succes wordt deze aanpak in 2010 landelijk ingevoerd.
veilig samenleven 28_trendsignalement 2009
Zwervers tegen zwerfjeugd
Keurmerk tegen homogeweld
Vooralsnog zetten nog maar in een beperkt aantal Amsterdamse wijken daklozen zich in voor de leef baarheid en veiligheid in winkelgebieden, in ruil voor een exclusieve verkoopplek voor de straatkrant. Maar als alle zwervers zich omscholen tot hulp agent, dan heeft de hoofdstad er wel een flink leger ogen en oren bij.
Een gemeentelijk keurmerk of ‘seksuele diversiteit toets’ voor scholen, jongerenwerk, disco’s en sport clubs kan de tolerantie ten aanzien van homoseksualiteit verbeteren. En daarmee zal homo geweld bestreden kunnen worden. Dat is een van de aanbevelingen van Als ze maar van me afblijven, een in 2008 gepubliceerd onderzoek naar geweld tegen homo’s in Amsterdam 39 . Het idee van een keurmerk dat betrekking heeft op ‘seksuele discriminatie’ vloeit voort uit een analyse van anti homoseksueel geweld in Amsterdam, die signaleert dat politieregistraties van homogeweld in de hoofd stad tussen 2006 en 2008 een stijgende lijn vertonen. Het hoofdmotief van de daders komt voort uit hun opvattingen en emoties over mannelijkheid en seksualiteit, aldus de onder zoekers. Daarom pleiten zij voor een aanpak die zich richt op het vergroten van empathie, afstraffen van discriminatie en tegengaan van machogedrag.
39 Laurens Buijs, Gert Hekma en Jan Willem Duyvendak, Als ze maar van me afblijven. Een onderzoek naar antihomoseksueel geweld in Amsterdam, Amsterdam School for Social Science Research van de Universiteit van Amsterdam, Amsterdam, oktober 2008.
29_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
– 2 veilig wonen Politiekeurmerk Veilig Wonen Veilige wijk Woonfraude Veiligheidseffectrapportage Fietsdiefstal –
veilig wonen 32_trendsignalement 2009
Politiekeurmerk Veilig Wonen
PKVW in studentenwoningen
Mobiele inbraken
Studentenwoningen zijn een geliefd doelwit van inbrekers. Studenten laten bijvoorbeeld in het weekeinde, als ze de vuile was naar hun ouders aan het brengen zijn, hun laptop op hun kamer achter. Het Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW), dat inmiddels is toegekend aan ruim een half miljoen woningen, kan dan een hoop leed voorkomen. Want ook op woningen waarbij de maximale kamerverhuur vier kamers per voordeur telt, kan het certificaat voor inbraakpreventie behaald worden. Woningcorporatie Stadswonen in Rotterdam heeft als een van de eerste corporaties PKVWcertificatie gekregen voor vrijwel het hele woningbestand, inclusief studentenwoningen.
Woninginbraak is een van de weinige vermogens delicten waaraan politie, in het kader van prestatie afspraken en prioriteitsstellingen, bijzondere aandacht besteedt. Gezien de recente ontwikke lingen is dat geen overbodige luxe. Zo maakt de politie in Limburg zich in de tweede helft van 2008 zorgen over mobiele bendes uit Albanië, Roemenië en voormalig Joegoslavië die verantwoordelijk zouden zijn voor de golf woning inbraken waarmee de grensstreken worden geconfronteerd 40 . Het KLPD voorspelt dat vermogenscriminaliteit door OostEuropese criminele groeperingen alleen maar zal toenemen als de welvaart in de landen waaruit de daders afkomstig zijn niet groeit 41 . In het sombere economische tij is een afname van de inbraakcijfers sowieso niet te verwachten, want volgens analyses van het KLPD neemt vermogenscriminaliteit toe naarmate de economie een neergaande lijn vertoont.
40 www.dag.nl/10115197/NIEUWS/ArtikelpaginaNieuws/ InbraakgolfoverspoeltLimburg.htm. 41 Nationaal dreigingsbeeld 2008. Georganiseerde criminaliteit, Dienst IPOL van het KLPD, Zoetermeer, 2008.
33_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Veilige wijk
Hostels voor ernstig verslaafde dak- en thuislozen
De toename van Oost-Europese arbeidsmigranten leidt tot veiligheidsproblemen
In Zwolle, Utrecht en Rotterdam is de 24 uursopvang voor dakloze verslaafden een veelbelovend instrument in de aanpak van drugsoverlast gebleken. Met de hostels, die gemeentelijke nacht opvang voor verslaafden gedeeltelijk vervangen, wordt aan drugsverslaafden een woon en werk ruimte − met de daarbij behorende zorg, begeleiding, dagbesteding en gebruiksruimte − geboden. Volgens Tactus verslavingszorg is de 24 uursopvang noodzakelijk voor een groep ernstig verslaafde daklozen die vaak met chronisch psychische aandoeningen kampen. In verschillende steden staan buurtbewoners niet te springen om een hostel in hun wijk te verwelkomen. Voorstanders geven echter aan dat de opvang drugs overlast zal verminderen, omdat de huiskamer omgeving rust, regelmaat en reinheid brengt in het leven van verslaafden die vaak decennialang een zwervend bestaan leidden.
Gratis eten, een douche en kleding. Dat is wat werkloze Polen en andere OostEuropese arbeids migranten in Nederlandse daklozenopvang zoeken. In sommige steden plaatst het Leger des Heils sinds het voorjaar van 2008 extra bedden om ruimte te kunnen bieden aan gelukszoekers uit nieuwe EUlanden. Ook de druk op instellingen die dag opvang bieden, wordt groter: daar zorgt de instroom van vooral Poolse immigranten voor ruimtegebrek en overlast. Hoewel uitzendbureaus de verwachting uitspreken dat de groei van arbeidsmigranten uit OostEuropa voorbij is, signaleert het CBS in het eerste kwartaal van 2008 al een aanzienlijke stijging van het aantal Poolse immigranten 42 . De migranten die in de opvangcentra terechtkomen, zijn veelal werk zoekende Polen die onderdak nodig hebben voor de periode dat ze nog geen baan hebben. Eenmaal aan het werk komen de arbeidsmigranten terecht bij huisjesmelkers, in recreatieparken en in speciale ‘Polenhotels’. Alleen komt daarmee geen einde aan veiligheidsproblemen zoals overlast in de openbare ruimte, woonoverlast en brandveiligheidsrisico’s. Dit blijkt uit onderzoek van B&A naar aanleiding van een steekproef onder gemeenten uit het netwerk van het CCV 43 . Het goede nieuws is dat de problematiek, die zowel in kleine als grote gemeenten blijkt te spelen, veelal beperkt blijkt tot overlast en de gevolgen van over bewoning (waaronder verkeersveiligheidsrisico’s die samenhangen met ‘Polenbusjes’). Slechts een heel klein deel van de respondenten in het onderzoek
42 www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/bevolking/publicaties/ artikelen/archief/2008/2008032pb.htm. 43 Notitie Arbeidsmigranten uit OostEuropa: een veiligheids probleem? , B&A in opdracht van het CCV, Den Haag, december 2008.
veilig wonen 34_trendsignalement 2009
Woonfraude
heeft vermoedens dat achter de concentraties van nieuwe arbeidsmigranten netwerken van georganiseerde criminaliteit − bijvoorbeeld op het vlak van drugshandel, prostitutie of witwassen − schuilgaan. Bovendien voert een aanzienlijk deel van de Nederlandse gemeenten inmiddels actief beleid ten aanzien van huisvesting, brandveiligheid en gedragsregels. Zij worden daarbij geholpen door de handreiking Ruimte voor arbeidsmigranten. Huisvesting tijdelijke werknemers, die de VROM Inspectie, VNG en Vereniging van Internationale Arbeidsbemiddelaars in het najaar van 2008 hebben gepubliceerd.
Nieuwe instrumenten tegen woonfraude en woonoverlast Een zwarte lijst voor woonfraudeurs en overlast gevers, gedwongen uithuisplaatsingen van ‘aso gezinnen’ en multidisciplinaire interventieteams tegen woongerelateerde overlast zijn initiatieven voor een prettige woonomgeving die in 2008 op de nodige aandacht kunnen rekenen. De focus op veilig, schoon en heel in de woonwijk vertaalt zich in toenemende mate in bestuurs en strafrechtelijke interventies tegen fraude en over last. Sinds 2008 kunnen gemeenten gebruikmaken van gegevens uit de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) om woonfraude op te sporen. Over de uitbreiding van burgemeestersbevoegdheden om overlastgevende gezinnen aan te pakken, bestaat nog geen consensus. Maar vaststaat dat in 2009 een nieuwe vorm van bestuurlijke boete wordt ingevoerd waar mee onrechtmatige bewoning (zoals illegale onder huur, beddenverhuur, prostitutie en drugshandel) kan worden beboet. Creatieve gemeenten focussen controles op illegale onderhuur inmiddels op risicotijdstippen. Door controles uit te voeren rond etenstijd en tijdens tvuitzendingen van voetbalwedstrijden wordt de kans vergroot om verdachten van illegale bewoning in de kraag te kunnen grijpen, zo is de gedachte.
35_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Veiligheidseffectrapportage
Spookadressen bestoken
Verder met de VER
Een rekensommetje op basis van de GBA wekt in het najaar van 2008 de indruk dat er zestienduizend leegstaande woningen in Rotterdam zijn. Om te verifiëren of de leegstand echt zo fors is, controleert de gemeente negenduizend spookadressen op bewoning. Staan de panden leeg, zijn bewoners niet op de hoogte van de inschrijvingsplicht, wonen er illegalen, of is er sprake van Polenhotels of een andere misstand? De GBA, die volgens critici al jarenlang vol incorrecte gegevens staat, kan hier geen uitsluitsel over geven. Daarom pleit de PvdA in 2008 voor een jaarlijkse huisaanhuiscontrole in de 27 grote steden. Dat zou niet alleen de woning voorraad ten goede komen, maar ook de aanpak van woon en uitkeringsfraude.
Met behulp van de Veiligheidseffectrapportage (VER) kan al voordat de schop in de grond gaat, rekening worden gehouden met veiligheidsrisico’s. De VER helpt om complexe bouwprojecten, zoals de ontwikkeling van een nieuw stadshart of de inpassing van een daklozenopvang in een woon gebied, zo veilig mogelijk te maken. Veiligheidsprofessionals weten de VER goed te vinden, zo blijkt in 2008. In Alphen aan den Rijn wordt de VER gebruikt voor grootscheepse nieuw bouwplannen op een locatie waar in 2007 een zwembad door brand werd verwoest. En de hand leiding voor het toetsingsinstrument, die op de website van het CCV beschikbaar is, is in 2008 significant vaker gedownload dan in eerdere jaren.
veilig wonen 36_trendsignalement 2009
Fietsdiefstal
Fietsdiefstal met behulp van moedersleutel
Nieuwe acties tegen fietsdiefstal
Dat twee sloten een must zijn om fietsdiefstal te voorkomen, wordt in 2008 pijnlijk duidelijk door een nieuwe methode van slotenkraak. Enkele miljoenen Axasloten blijken probleemloos te kunnen worden geopend met behulp van een Axamoedersleutel, een ongeslepen sleutel die verkocht wordt via slotenmakers, groothandels en webwinkels. Door de nieuwe methode is het aantal fietsen diefstallen in 2008 aanzienlijk gestegen, merkt de gemeente Rotterdam al in de zomer van dat jaar op. De problematiek lijkt zich in eerste instantie vooral voor te doen in de regio’s Haaglanden en Rotterdam Rijnmond, maar bereikt al snel ook onder andere de regio Utrecht. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt naar aanleiding van Kamervragen toe om in de landelijke stuurgroep fietsdiefstal bijzondere aandacht te vragen voor voorlichting over de problematiek.
Als het aan het kabinet ligt, worden er in 2010 niet meer dan 650 000 fietsen gestolen. Om dat doel − een daling van 13 procent ten opzichte van 2006 − te behalen, heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in 2008 een nieuw actieplan opgesteld. Het actieplan ging van start met een publiekscampagne waarin burgers adviezen kregen zoals: koop nooit een gestolen fiets, bewaar het framenummer van je fiets en doe altijd aangifte bij diefstal Het Plan van Aanpak Fietsdiefstal draait rond vier speerpunten: het vergroten van bewustwording van de problematiek, het stimuleren van veiligheid analyses, het ontmoedigen van heling en het tegengaan van de gelegenheidsdiefstallen. De maat regelen die op lokaal niveau worden ingezet variëren van lokfietsen en bewaakte fietsenstallingen tot graveeracties en publiekscampagnes ter verhoging van de aangiftebereidheid. De gemeente Nijmegen heeft de primeur met een opkopersregister, waarin winkeliers die tweede hands fietsen verkopen gegevens noteren van de fietsen die ze opkopen. Doordat de politie het regis ter vergelijkt met aangiftes van gestolen fietsen, kunnen diefstal en heling worden opgespoord.
37_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Steeds meer lokmiddelen
Mobiele veiligheid
Lokbuggy’s, lokZwarte Pieten, lokoma’s, lokfietsen, lokvrachtwagens, loktassen, lokprostituees, lok TomToms − lokken is een niet meer weg te denken opsporingsmiddel. Nepklanten betrappen illegale prostituees, stille agenten pakken vandalen en aanranders in de kraag en homohaters zijn de klos als ze een lokhomo bedreigen. Hoewel een groot deel van dit soort lokconstructies al langere tijd bestaat − de lokoma verscheen in 1993 voor het eerst in het dagelijkse taalgebruik en de lokhomo stamt uit 2007 − zien in 2008 de lok loverboy, lokpatiënt en loktiener het levenslicht. De politie prijst zich inmiddels maar wat gelukkig met de lokvrachtwagen en lokfiets, die worden ingezet in de strijd tegen lading en fietsdiefstal. Ook de lokauto, die helpt om autokrakers in de kraag te grijpen, is volgens de politie effectief. De lege laptoptas, neptelefoon en dummyTomTom doen autodieven regelmatig in de val van de lokauto trappen. De politie Haaglanden heeft de lokwoning, waarmee inbrekers op heterdaad betrapt kunnen worden, in 2008 tot het vaste repertoire opgenomen nadat een lokhuis in de Schilderswijk een eclatant succes boekte. Het pand was binnen een uur na ingebruik name doelwit geworden van een jeugdbende, die dankzij de verborgen camera’s kon worden opgepakt.
In 2008 zien steeds meer Zorg en Adviesteams het licht: mobiele teams die scholen tips en adviezen geven op het gebied van sociale veiligheid. De teams, waarin onder andere Haltorganisaties en het Nederlands Jeugdinstituut zijn vertegenwoor digd, voeren quickscans uit en geven onderwijs instellingen adviezen en ondersteuning bij de invoering van veiligheidsmaatregelen. Ook op andere terreinen groeien mobiele veilig heidsteams in populariteit. In de strijd tegen woninginbraak en autokraak stuurt de politie vliegende brigades de straat op en speciale teams van woningcorporaties speuren naar onrechtmatige bewoning en andere vormen van woonfraude. Gemeenten zoals Den Haag willen met Mobiele Jongeren Teams in contact komen met hang jongeren en hen zo naar individuele begeleidings trajecten toeleiden. En met ingang van 2009 kunnen gemeenten een weesfietsenteam inschakelen om kostbare stallingsruimte te ontdoen van fiets wrakken die in stallingen zijn achtergelaten.
veilig wonen 38_trendsignalement 2009
Verwijsindexen tegen probleemjeugd
Niets is veilig voor de autodief
De verwachtingen van ketenbrede digitale dossiers, waarmee professionals onderling gegevens uit wisselen en zo hun slagkracht vergroten, zijn al sinds de belofte van het elektronisch patiënten dossier hooggespannen. Ook op het gebied van sociale veiligheid zien verwijsindexen het levens licht. Terwijl de Verwijsindex Antillianen (een landelijk gegevensbestand met identificerende gegevens en verwijsdata van Antilliaanse en Arubaanse jongeren die een criminele carrière in het vooruitzicht hebben) wordt afgelast, is aan de technische en juridische perikelen rond de Verwijsindex Risico jongeren (een elektronisch verwijssysteem dat op landelijk niveau ketenbrede informatieuitwisseling in de jeugdsector mogelijk maakt) nog geen einde gekomen. Privacyregels en de diversiteit aan ICT systemen leveren vooralsnog zodanige knelpunten op, dat een landelijk werkzame verwijsindex nog niet operationeel is.
Kentekenplaten, airbags, TomTom’s, audiosystemen − het lijkt wel alsof geen enkel autoonderdeel nog heilig is voor de hedendaagse autodief. Dure auto onderdelen zijn een geliefd doelwit voor autokrakers die een auto liever leeghalen dan meenemen. Slimme autokrakers gebruiken detectieapparatuur waarmee goederen met een voedingsbron (zoals laptops en TomToms) al buiten de auto kunnen worden opgespoord. De Bovag meldt in 2008 een onmiskenbare toename van airbagdiefstal 44 . Dat heeft volgens de branche organisatie te maken met het groeiende aantal auto’s dat is voorzien van een − kostbaar en dus voor dieven aantrekkelijk − airbagsysteem. Ook kentekenplaten zijn populaire buit: voor het witwassen van gestolen auto’s en om te kunnen tanken zonder te betalen, maar ook om identiteits fraude te kunnen plegen. Wie met een gestolen of vervalste kentekenplaat rondrijdt, hoeft zich immers geen zorgen te maken om de kentekenscans waarmee politie en justitie criminelen willen opsporen. Ondertussen hebben woninginbrekers het steeds vaker gemunt op autosleutels. De laptops en waardepapieren die bij de inbraak worden buit gemaakt kunnen netjes op de achterbank, en de autosloten hoeven niet te worden beschadigd. Vooral huizen en autodealers met nieuwe Mercedessen voor de deur lijken doelwit van home jacking.
44 www.ad.nl/drechtsteden/2614086/lsquoAirbag_is_in_ enkele_minuten_gestolenrsquo.html.
39_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Diefstal van bromfietsen neemt toe
DNA als preventiestrategie
Terwijl er de laatste jaren steeds minder fietsen worden gestolen, neemt de diefstal van brommers juist toe 45 . Of hier sprake is van een verplaatsings effect − een verschuiving van doelwit die samen hangt met de toenemende beveiliging van fietsen − is niet duidelijk. Wel vermoedt de Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit (AVc), die becijferde dat in 2008 bijna een kwart meer bromfietsen is gestolen dan in het jaar ervoor, een bloeiende illegale handel in onderdelen. AVc pleit daarom voor invoering van serienummer op brommeronderdelen − een voorstel dat doet denken aan de plannen voor unieke frame nummers voor fietsen.
Het gebruik van DNAtechnieken in het kader van opsporing en vervolging is niet nieuw. Maar er komen wel steeds meer slimme DNAmiddeltjes op de markt. Zo maken veiligheidsprofessionals steeds vaker gebruik van SelectaDNA, een product op basis van synthetisch DNAmateriaal. Kostbare voor werpen worden gemarkeerd met in een politie datbase geregistreerde code, zodat de eigenaar bij diefstal worden teruggevonden. In Engeland is met de lijmachtige stof al het nodige succes geboekt. In Nederland heeft de toepassing van SelectaDNA een positieve impuls gekregen door de PKVW innovatieprijs, die in 2008 door Rhine Consulting Group in de wacht werd gesleept. In onder andere Amsterdam en Rotterdam is een pilot met SprayDNA opgezet, een nieuwe techniek waarbij overvallers bij het verlaten van een winkel besprenkeld worden met een nietafwasbare, onzichtbare stof die oplicht onder een speciale UVlamp. Naar verwachting vergroot de spray opsporingsmogelijkheden, maar gaat van de publiciteit rond het innovatieve instrument ook een preventieve werking uit.
45 www.dag.nl/binnenland/diefstalbrommersfors gestegen990.
veilig wonen 40_trendsignalement 2009
contactadvertentie voor fietsfans Met de lokadvertentie − een wervende tekst op Marktplaats die doorlinkt naar een politiewebsite − doet de politie RotterdamRijnmond een duit in het zakje in de strijd tegen fietsendiefstal. Potentiële helers worden naar een advertentie met een aantrekkelijke fietsdeal geleid en komen vervolgens op een website terecht die waarschuwt voor het kopen van gestolen fietsen. De flitsende internet aanbieding moet fietsfans bewust maken van de risico’s van heling en de louche werkwijze van helers.
41_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
43_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
– 3 veilig ondernemen Keurmerk Veilig Ondernemen Transportcriminaliteit Brand –
veilig ondernemen 44_trendsignalement 2009
Keurmerk Veilig Ondernemen
Steeds meer veiligheidsmaatregelen in KVOgebieden Het CCV onderzocht in 2008 de prioriteiten en succesvolle aanpakken van winkelgebieden en bedrijventerreinen die al een aantal jaren het certificaat voor het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) in het bezit hebben. Het KVO helpt partijen zoals ondernemers, gemeenten, politie en brandweer om een duurzame publiekprivate samenwerking vorm te geven. Een KVOcertificaat, dat wordt toegekend door een onafhankelijke certificeringsinstelling, is zo’n twee jaar geldig. Vaak zijn dan de grootste knelpunten in kaart gebracht en hebben de samenwerkende partijen de nodige integrale veiligheidsmaatregelen uitgevoerd. Om de structuur van het samen werkingsverband te laten voortbestaan, kan een nieuw KVOcertificaat worden aangevraagd. Het CCV biedt een tegemoetkoming in de kosten voor her certificering wanneer de aanvrager een korte vragenlijst invult en een maatregelenmatrix bij voegt. Daarin is aangegeven welke veiligheids initiatieven in het betreffende gebied worden genomen. Een trendanalyse van de informatie die de afgelopen jaren is ingediend door hercertificerende winkel centra en bedrijventerreinen laat zien dat in de gebieden een toenemend aantal veiligheidsmaat regelen wordt toegepast. In KVOgecertificeerde winkelgebieden werden in 2007 gemiddeld zo’n 24 en in 2008 ongeveer 28 maatregelen getroffen. Bij de bedrijventerreinen was sprake van gemiddeld ongeveer 18 activiteiten in 2007 en 23 in 2008.
De maatregelen die in de KVOgebieden worden ingezet, kennen een grote diversiteit en variëren van het stimuleren van aangiftebereidheid tot het verbeteren van parkeergelegenheden en het bestrijden van zakkenrollerij. Brandveiligheid is daarentegen een thema voor bijna alle onderzochte KVOgebieden. Ook het instellen van een klachten regeling voor personeel dat geconfronteerd wordt met agressie en geweld en het uitvoeren van een schouw in het gebied worden veel genoemd. Opvallend genoeg worden collectieve maatregelen, zoals huis en gedragsregels en burenalarm systemen, nog betrekkelijk weinig toegepast. Een uitzondering is de collectieve winkelontzegging, die in KVOwinkelgebieden juist groeit in populari teit.
45_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
KVO levert winst op
Gegevens uitwisselen voor veilig ondernemen
Het KVO leidt tot een verbetering van samenwerking op veiligheidsgebied, aldus een enquêteonderzoek dat de DSPGroep in 2008 in opdracht van het CCV uitvoerde 46 . Ruim de helft van de ondervraagden in het onderzoek is van mening dat veiligheids problemen in hun gebied zijn afgenomen sinds de start van de publiekprivate samenwerking die het keurmerk ondersteunt. Het certificaat heeft de samenwerking en communicatie verbeterd, waar door de problemen waar de locaties vooral mee kampen − inbraak, diefstal, gevoelens van bedreiging en onveiligheid, overlast van groepen jongeren, graffiti, vernieling en zwerfvuil − zijn verminderd. Opvallend is dat het KVO de samenwerkende partijen niet alleen een veiliger gevoel maar ook winst blijkt op te leveren. De inspanningen op het gebied van veiligheid hebben in de praktijk vaak geleid tot samenwerking op andere terreinen, zoals collectieve afvalinzameling, gezamenlijk beheer en schoonmaak, en gedeeld onderhoud van groen voorzieningen. En die collectieve inkoop betekent lagere kosten. Ook wordt de aanpak van onveilig heid door de samenwerking efficiënter, zegt meer dan 90 procent van de geënqueteerden. Daardoor nemen de uitgaven aan veiligheidsmaatregelen af. Tenslotte merken de respondenten ook een verbetering van het imago van ‘hun’ winkelcentrum of bedrijventerrein op als gevolg van KVO. En ook dat komt de bedrijfsomzet weer ten goede.
Ondernemers hebben de waarschuwingsregisters, collectieve winkelontzeggingen en onlinesmoelen boeken in 2008 goed ontdekt. De maatregelen gaan gepaard met de uitwisseling van informatie van verdachten en veelplegers en vereisen daarom een zorgvuldige omgang met persoonsgegevens. Het College bescherming persoonsgegevens publiceert op zijn website een goed gevuld dossier over zwarte lijsten. In de detailhandel, horeca en financiële dienstensector worden via zwarte lijsten gegevens uitgewisseld over bijvoorbeeld frauderend personeel en onverbeterlijke winkeldieven. De zwarte lijsten, die al populair zijn sinds het begin van het decennium, worden steeds vaker gekoppeld aan collectieve winkelontzeggingen en websites met foto’s van verdachten of veroordeelden. Zo kan winkelpersoneel bijvoorbeeld via de pc een smoelen boek bekijken waarin personen met een collectieve winkelontzegging staan vermeld. En personeels functionarissen in de detailhandel en transport sector kunnen bij het aannemen van nieuw personeel een landelijk waarschuwingsregister van frauderend personeel raadplegen. Om overenthousiaste gegevensuitwisseling te beperken heeft het CCV in 2008 een privacyfolder gepubliceerd die ondernemers handvatten biedt voor een zorgvuldige omgang met de gevoelige persoonsgegevens die ze verwerken.
46 DSPGroep in opdracht van het CCV, Keurmerk Veilig Ondernemen. Een monitor voor samenwerking, DSPGroep, Amsterdam, februari 2008.
veilig ondernemen 46_trendsignalement 2009
Angst voor afpersing
Bendes pakken de buit
Ondernemers die worden afgeperst, doen hiervan zelden aangifte bij de politie. Dat blijkt uit een onderzoek dat Advies en Onderzoeksgroep Beke in opdracht van het ministerie van Justitie uit voerde 47 . Naar schatting krijgen jaarlijks 550 Nederlandse bedrijven te maken met afpersing. Vooral kleine bedrijven en allochtone ondernemers blijken kwetsbaar. Maar ook directeuren van multi nationals ontvangen wel eens een dreigbrief thuis. De voornaamste redenen dat ondernemers niet naar de politie stappen bij afpersing zijn angst voor represailles, schaamte, imagoproblemen en de vrees dat gevoelige bedrijfsinformatie op straat komt te liggen, concluderen de onderzoekers.
Het Platform Detailhandel luidt in 2008 de noodklok over de schade waarmee detaillisten te maken krijgen als gevolg van winkelcriminaliteit 48 . Volgens de koepelorganisatie zijn vooral de goed voorbereide inbrekersbendes een punt van zorg. Door de groei ende beveiliging van winkels nemen zij hun toe vlucht tot gewelddadige, snelle kraakacties of slinkse insluipmethoden waarbij detectie wordt uitgeschakeld of omzeild. Uit cijfers van het KLPD blijkt dat OostEuropese mobiele bendes verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van de ramkraken, overvallen, autodiefstallen en woninginbraken waarmee onder nemers in 2008 geconfronteerd worden 49 . Ook op het gebied van bedrijfsinbraak zijn criminele groepen uit de Balkan actief. Nieuw is dat een deel van deze samenwerkingsverbanden 'semisedimen tair' is, dat wil zeggen bestaan uit enkele leden die hier een verblijfplaats hebben en daarnaast uit een groep veelplegers in het thuisland die enkele weken of maanden per jaar in Nederland series inbraken en overvallen pleegt. In de politieregio Flevoland ontfutselt de politie door middel van hinderlijke interviews informatie over de werkwijze van inbrekers en overvallers. Dat is niet alleen van belang voor de opsporing, maar kan ook potentiële veelplegers afschrikken.
47 Ilse van Leiden, Edo de Vries Robbé en Henk Ferwerda,
48 www.platformdetailhandel.nl/index.cfm/4,1150,html.
Je bedrijf of je leven. Aard en aanpak van afpersing van het bedrijfsleven, Beke, Arnhem, 2007.
49 Nationaal dreigingsbeeld 2008. Georganiseerde criminaliteit, Dienst IPOL van het KLPD, Zoetermeer, 2008.
47_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Meer overvallen op meer plekken In de eerste negen maanden van 2008 werden al meer overvallen gepleegd dan in heel 2007. Die zorg wekkende trend was aanleiding voor de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijks relaties om een convenant af te sluiten met het Platform Detailhandel Nederland over de intensive ring van de bestrijding van winkelcriminaliteit. In Amsterdam en Twente zijn vooral het toenemende aantal overvallen in de horeca een punt van zorg 50 . Volgens cijfers van het Platform Criminaliteitsbeheersing AmsterdamAmstelland zijn met name maaltijdbezorgers een kwetsbare groep en worden bij overvallen in fastfoodzaken en restaurants negen van de tien keer wapens gebruikt 51 . Uit een recente analyse van aangiftecijfers in 19 politieregio’s blijkt dat overvallen in de horeca de laatste jaren naar verhouding minder vaak voor komen 52 . Ook het aantal overvallen in garage bedrijven en pompstations is in de afgelopen jaren afgenomen. In winkels nemen overvallen de laatste jaren juist toe. De golf aan overvallen op Lidl supermarkten waarvan de media in 2008 verslag doen, is exemplarisch voor deze trend 53 .
De ontwikkelingen wekken de indruk dat overval doelwitten zich verplaatsen van steeds meer beveiligde locaties (zoals banken en tankstations) naar relatief eenvoudige doelwitten zoals winkels en horecainrichtingen. Volgens het Platform Detailhandel, dat op basis van eigen onderzoek signaleert dat het aantal minderjarige overvallers de laatste jaren is toegenomen, beginnen criminele carrières steeds vaker met een gewapende winkel overval 54 . Het tegengaan en bestraffen van overvallen is voor veel gemeenten dan ook een topprioriteit geworden. Gemeenten gaan dan ook winkelscans uitvoeren, tipgeld uitloven voor het opsporen van daders, winkeliers en straatmanagers trainen in het voorkomen van overvallen, en camerasystemen verbinden met de politietoezichtruimte.
50 www.tctubantia.nl/regio/twente/4320576/Winkelen snackbardeklosbijoverval.ece. 51 www.pcaamsterdamamstelland.nl/nieuws/ expertmeetinghorecacriminaliteitnuttig.html. 52 Peter Versteegh, Jessica van Mantgem en Laura Moerenhout, ‘Diefstallen in winkels en horeca nemen toe’, in: Secondant, 22e jaargang, nummer 3/4, juliaugustus 2008, p. 915. 53 www.brabantsdagblad.nl/regios/brabant/4116947/Zilveren jubileumovervalbijLidl.ece.
54 www.platformdetailhandel.nl/index.cfm/27,1162,3,html.
veilig ondernemen 48_trendsignalement 2009
Geen geld in de strijd tegen overvallen
Rampalen geremd
Supermarkten zien wel brood in cashloze bedrijfs voering. Als contant geld uit de winkel wordt verbannen, zal de kans op overvallen afnemen, verwacht de branche. Verschillende ketens starten in 2008 daarom experimenten met cashloze kassa’s. Of de fraude met pinpassen en Chippers hierdoor toeneemt, is een vraag die alleen de toekomst kan beantwoorden. Voor ondernemers biedt een cash loze winkel in ieder geval aanzienlijke voordelen: behalve overvallen, zullen ook diefstal door kassa personeel en inname van vervalst geld verminderen. Bovendien hoeft de winkelier ’s avonds niet met geld over straat naar de bank. De ondernemers krijgen een steuntje in de rug van Nederlandse klanten, die de laatste jaren steeds minder contant geld gebruiken 55 . Het gebruik van PIN in het betalingsverkeer heeft in 2008 een record hoogte bereikt en ook voor kleine bedragen (onder de twintig euro) trekken klanten steeds vaker de pinpas.
Al in 2007 verzocht het Platform Detailhandel gemeenten om beleid te wijzigen dat het plaatsen van antirampalen vertraagt of verbiedt. Niet alle gemeenten bleken namelijk scheutig met het verlenen van bouwvergunningen voor de antiram palen, waardoor winkeliers zich moeilijk kunnen weren tegen auto’s die de pui van een winkelgevel inrijden en er vervolgens met buit vandoor gaan. Het Platform constateert in 2008 dat de gewenste beleidsaanpassingen achterwege zijn gebleven 56 . Daarom vraagt de belangenbehartiger gemeenten een bouwaanvraag voor een antirampaal in eerste instantie altijd toe te kennen, om pas achteraf te toetsen of de ondernemer de regels correct naleeft. Een select aantal gemeenten ziet de radicalere alternatieven voor rampalen wel zitten. Zo kan het stadscentrum in de middag, avond en nacht met verzinkbare palen afgesloten worden om ramkrakers geen kans te geven, maar dat legt wel een beslag op ondernemers en bewoners. Ramkraken, dat sinds 2005 als specifiek delict in de politieregisters wordt genoteerd, is de afgelopen jaren een tamelijk constant probleem, blijkt uit het Nationaal dreigingsbeeld 2008 57 . Volgens het KLPD kan dit in de toekomst wel veranderen: als de beveiliging van winkels en bedrijven blijft verbeteren, kan dit leiden tot een afname van ram kraken. Maar dat betekent niet noodzakelijkerwijs dat winkels veiliger worden, omdat de verminderde populariteit van ramkraken kan leiden tot een toe name van overvallen.
55 www.currence.nl/nlNL/NieuwsArchief/Pages/20090108_
56 www.republic.nl/nieuws/2008/34/Gemeenten
NieuwerecordsvoorPINenChipknipin2008.aspx, www.currence.nl/nlNL/NieuwsArchief/Pages/ Nederlandersgebruikensteedsmindercontantgeld.aspx.
bemoeilijkenwinkelbeveiliging.htm. 57 Nationaal dreigingsbeeld 2008. Georganiseerde criminaliteit, Dienst IPOL van het KLPD, Zoetermeer, 2008.
49_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Transportcriminaliteit
Pas op de plaats op onveilige parkeerplaatsen
Toenemende aandacht voor ladingdiefstal
Gewelddadige overvallen, fraude met tankpassen en gedwongen drugssmokkel maken parkeerplaatsen voor vrachtwagenchauffeurs niet altijd de meest aantrekkelijke rustplaatsen. Groepen overvallers hebben het gemunt op de privébezittingen van chauffeurs, of stelen en kopiëren (skimmen) tank passen. Deze ontwikkelingen hebben de aandacht voor transportcriminaliteit in 2008 explosief doen toe nemen. Het kabinet trekt in 2008 en 2009 in totaal tien miljoen euro uit voor het verbeteren van veilig heid op parkeerplaatsen langs de Nederlandse snelwegen. Onveilige parkeerplaatsen worden voorzien van bijvoorbeeld betere verlichting, slag bomen en toezichthouders. De gemeente Venlo heeft al aangekondigd om camerabewaking in te voeren op alle 21 parkeer plaatsen langs de − in heel Europa als onveilig bekend staande − A67. Uiteindelijk kunnen hiermee ook camerasystemen van bedrijventerreinen in de regio gekoppeld worden.
Terwijl de diefstal van trucks al sinds 2007 vermin dert, neemt ladingdiefstal toe. Schattingen van de schade die dit voor de transportbranche meebrengt, lopen uiteen van 50 tot 300 of zelfs 600 miljoen euro per jaar. Vooral consumentenelektronica, zoals tv’s en dvdspelers, zijn geliefde buit, blijkt in 2008 uit onderzoek van verzekeraar Chubb 58 . Volgens cijfers van het KLPD worden tijdens transporten doorgaans vooral edelmetalen, voeding en genotsmiddelen gestolen 59 . De slinkse werkwijzen van criminelen die zich toe leggen op ladingdiefstal hebben geleid tot een breed arsenaal aan aanpakken. De politie heeft in 2008 voor het eerst lokvrachtauto’s ingezet om ‘zeilen snijders’, die vaak in groepsverband opereren en in een groeiend aantal regio’s actief zijn, op heterdaad te betrappen. In 2009 verschijnt een nieuw convenant transport criminaliteit dat ervoor moet zorgen dat overheid, politie en transporteurs − nationaal én inter nationaal − intensiever gaan samenwerken. Ondertussen ontwikkelt de transportsector zelf nieuwe instrumenten in de strijd tegen criminaliteit in de branche. Zo is in de zomer van 2008 de TruckDoorSafer gelanceerd: een deurvergrendeling die alleen van binnenuit de autocabine te openen is, waardoor chauffeurs zichzelf kunnen beschermen tegen indringers.
58 http://transportcriminaliteit.nl/nieuws/index. php?news=248. 59 Nationaal dreigingsbeeld 2008. Georganiseerde criminaliteit, Dienst IPOL van het KLPD, Zoetermeer, 2008.
veilig ondernemen 50_trendsignalement 2009
Brand
Illegale parkeerkaarten
Meer vals alarm, minder brand
Met de stijgende benzineprijzen is autorijden al duur genoeg, moeten creatieve criminelen in Rotterdam hebben gedacht. De vervalsing van parkeerkaarten, waarmee een maand of week in een stadsdeel kan worden geparkeerd, is in 2008 big business in de Maasstad. Om te voorkomen dat rechtschapen burgers de dupe worden van vervalsingen, heeft de gemeente elektronische alternatieven ingevoerd.
Het aantal loze alarmen bij brandmeldingen neemt sinds de jaren negentig gestaag toe: van 35 000 in 1995 naar bijna 61 000 in 2007. De toename − die zich sinds 2007 enigszins lijkt te stabiliseren − is volgens het SCP geheel toe te schrijven aan valse alarmen van brandmeldinstallaties 60 . Wat betreft het aantal branden dat daadwerkelijk in Nederland plaatsvindt, is sprake van een grillige ontwikkeling. Uit cijfers van het CBS blijkt dat 2003 een piekjaar was: toen werd er een recordaantal van 54 000 branden geregistreerd, terwijl het aantal branden in het afgelopen decennium nooit boven de 50 000 uitsteeg.
60 B. Kuhry, J.J.J. Jonker, F. Knol en A.G.J. van der Torre (m.m.v. Bureau Zenc), Maten voor gemeenten 2008. Een analyse van de prestaties van de lokale overheid, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, oktober 2008.
51_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Landelijke regels voor brandveilige gebouwen
Meer doden door brand
Het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken is op 1 november 2008 landelijk in werking getreden. Met de nieuwe regelgeving worden niet alleen onnodige verschillen tussen plaatselijke bouwverordeningen uitgebannen, maar zijn ook het aantal gebruiks vergunningplichtige bouwwerken fors (met 80 pro cent) verminderd. Zo komt de vergunningplicht voor cafés, restaurants, kantoren, scholen, winkels en publieksgebouwen te vervallen, en wordt een meldingsplicht voor kamerverhuur ingevoerd. Hiermee wil het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer brand voorschriften vereenvoudigen, administratieve lasten verlichten en nieuwe brandveiligheidseisen stellen bij kamerverhuur. Dat landelijke regels geen garantie voor succes zijn, blijkt uit de resultaten van onderzoek van de VROM Inspectie naar de kwaliteit van brandblusinstallaties bij de opslag van gevaarlijke stoffen 61 . De afgelopen twee jaar is de brandveiligheid bij deze gebouwen steeds onder de maat, blijkt uit controles van de VROMInspectie. De Inspectie heeft de VNG en het Interprovinciaal Overleg daarom opgeroepen om de problematiek bij hun leden te agenderen.
In 2008 vielen er twee keer zoveel dodelijke slacht offers als gevolg van brand dan het jaar ervoor. De meeste dodelijke branden vinden plaats in woningen, zo blijkt uit cijfers van het NIFV 62 . De vereniging pleit daarom voor een landelijk programma met wijkveiligheid, dat in 2008 in pilot vorm in Amersfoort is gestart. Volgens het SCP hangen de ontwikkelingen op het gebied van brand in sterke mate samen met weers omstandigheden. Zo nemen buitenbranden af naar mate de zomer − zoals in 2007 en 2008 − natter is.
62 www.nvbr.nl/fe/index.aspx?FilterId=974&ChapterId=1143&C 61 Kamerbrief 2008121345, 19 december 2008.
ontentId=1858.
veilig ondernemen 52_trendsignalement 2009
Ondernemen in probleemwijken Achterstandswijken krijgen een positieve impuls door bedrijvigheid. Daarom worden kunstenaars en ondernemers gestimuleerd om zich in probleem wijken te vestigen. In Eindhoven wordt bijvoorbeeld, vanwege de aanwezigheid van Philips, Technische Universiteit Eindhoven en Design Academy, ingezet op het bevorderen van lokale ondernemingen op het gebied van ICT en design. Vooral verloederde buurten met leegstaande panden zijn gebaat bij het verse bloed dat de bedrijvigheid van kunstenaars, kringloopwinkels en allochtone ondernemers brengt. Arnhem profileert zich al enige jaren met modekwartier Klarendal, een woonbuurt waar de coffeeshops hebben plaatsgemaakt voor winkels en ateliers van startende modeontwerpers. In 2008 heeft ook de Kamer van Koophandel aangekondigd om zich te gaan inzetten voor onder nemers in de veertig krachtwijken.
Toenemende privatisering van de veiligheidszorg Sinds de jaren negentig neemt het aantal particuliere beveiligers gestaag toe. Ook groeit het particuliere cameratoezicht voor de beveiliging van semipublieke ruimten, zoals in en rond bedrijventerreinen, winkelcentra en recreatie gebieden. Daarnaast klinkt steeds vaker de roep om particuliere beveiligers in burger om winkel criminaliteit te voorkomen. Dat de publiekprivate samenwerking niet overal in goede aarde valt, blijkt bijvoorbeeld uit de discussie over de herkenbaarheid van particuliere beveiligers in het publieke domein. Volgens sommigen lijken medewerkers van particuliere beveiligingsbedrijven die in winkelcentra en op straat surveilleren te veel op politiemensen. De ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Justitie zien echter geen aanleiding om particuliere beveiligers te verplichten een rood uniform te dragen, zoals een korpschef in 2008 bepleit.
53_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Steeds meer toegangsverboden Rotterdam had in 2008 de primeur met het OVverbod, een tijdelijk reisverbod voor RET reizigers die zich schuldig maken aan vernielingen, bedreigingen en geweld. Aangezien het verbod volgens de minister van Justitie ‘een waardevol instrument is om gewelddadigheid en vernielingen in het openbaar vervoer tegen te gaan’, zal de Wet personenvervoer 2000 worden aangepast om de wettelijke grondslag voor het reisverbod te versterken. De toepassing van een OVverbod past in een trend: publiekprivate samenwerking neemt steeds vaker de vorm aan van lokale afspraken over toegangs verboden. Op grond van de Wet bijzondere maat regelen grootstedelijke problematiek kunnen grote gemeenten al sinds 2005 kansarme woning zoekenden uit bepaalde wijken weren. Maar nu delen horecazaken gele en rode kaarten uit in het kader van het collectief horecaverbod en voeren ondernemers in winkelcentra gezamenlijk winkel ontzeggingen in. De eerste rode kaarten van een collectief horeca verbod zijn in de zomer van 2008 in Twente uit gedeeld. De kaarten kwamen op tafel na aangiften van geweldpleging tegen portiers van uitgaans gelegenheden. De verdachten krijgen voor een periode van een tot twee jaar een toegangsverbod voor de horecagelegenheden die zijn aangesloten bij het collectieve horecaverbod. Het verbod maakt deel uit van een meer omvattend pakket maat regelen dat in het kader van de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan wordt ingesteld.
De collectieve winkelontzegging, waarmee onder nemers winkeldieven en agressieve klanten weren, bestaat al langer dan het horecaverbod. Het is een van de maatregelen die winkeliers vaak nemen in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen. Overigens deinzen middenstanders er niet voor terug om het winkelverbod ook op te leggen bij kleine vergrijpen, zoals de diefstal van een stofroller van een euro. Het verbod biedt hiervoor de ruimte, omdat het geen straf in de zin van het Wetboek van Strafrecht betreft. Pas bij overtreding van het verbod − wanneer een dader moedwillig een winkel betreedt waarvoor het winkelverbod geldt − komt de arm van justitie in beeld en kan er procesverbaal worden opgemaakt vanwege lokaalvredebreuk. Inmiddels is aan het winkel of horecaverbod vaak een digitale zwarte lijst gekoppeld: een website waarop ondernemers de foto en naam van over treders kunnen bekijken. De zwarte lijst op het internet maakt het winkelverbod effectief, kopte de Twentsche Courant Tubantia al in het voorjaar van 2008.
veilig ondernemen 54_trendsignalement 2009
Verbod op professioneel diefstalgereedschap Rooftassen, roofkinderwagens, roofjassen en roof rokken − winkeldieven worden steeds inventiever. De criminelen voorzien tassen, luierzakken en binnenzakken van aluminiumbekleding en leiden zo de alarmsystemen van winkels om de tuin. Volgens het Platform Detailhandel is er sprake van een ware hausse in het gebruik van professioneel diefstal gereedschap en is een landelijk verbod op de hulp middelen een noodzaak.
55_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
57_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
– 4 veilig uitgaan en reCreËren Alcohol Uitgaansgeweld Voetbalvandalisme –
veilig uitgaan en reCreËren 58_trendsignalement 2009
Alcohol
Politie brengt lastige jongeren thuis In de provincie Overijssel lopen jongeren het risico door de politie thuisgebracht te worden als zij onder invloed van alcohol overlast op straat veroorzaken. Sinds het voorjaar van 2008 werken politieteams in onder andere Deventer, Ommen en Dalfsen samen met de gemeente, bureau Halt en instelling voor verslavingszorg Tactus om lastige jongeren met een slok op thuis te brengen. Jongeren die medewerking weigeren, kunnen rekenen op een boete of taakstraf. De aanpak richt zich op alcoholmisbruik onder jongeren tussen de 12 en 16 jaar en brengt de daar mee gepaard gaande gezondheidsgevaren en over lastproblematiek (zoals verstoring van de openbare orde en vernielingen) onder de aandacht van ouders en verzorgers. De jongeren en hun ouders krijgen na het politieritje een cursus over de gevolgen van overmatig drankgebruik op jonge leeftijd.
Regionale samenwerking bij alcoholmatiging jeugd Onder de 16? 0% vol! Minder drank, meer scoren. Laat je niet flessen. Het zijn voorbeelden van slogans die worden gebruikt door regionale initiatieven tegen overmatig alcoholgebruik onder jongeren. Vanuit de regionale samenwerkingsverbanden, die in sommige gevallen zelfs convenanten met het Rijk afsluiten, werken partijen zoals politie, gemeenten, preventieve gezondheidsinstellingen en Openbaar Ministerie samen aan preventie, voor lichting en handhaving. In onder andere WestFriesland, Achterhoek, IJsselland en de regio Eindhoven worden al concrete maatregelen genomen, zoals het vervroegen van sluitingstijden in de horeca, het toepassen van alcoholverboden in de openbare ruimte, het regelen van buitentaps, het handhaven van regels voor minimumleeftijd voor de verkoop van alcohol en het registreren van gegevens over comadrinkers en over alcoholgerelateerde delicten.
59_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Uitgaansgeweld
Steeds meer beleid voor de aanpak van hokken en keten
Weekendarrangement voor plegers van uitgaansgeweld
De VWA heeft in de zomer van 2008 een onderzoek uitgevoerd naar de aanpak van hokken en keten 63 . Aanleiding is de aanhoudende zorg dat de onofficiële jeugdhonken brandgevaarlijke situaties opleveren en drankmisbruik uitlokken. Uit het onderzoek blijkt dat in ongeveer een derde van de Nederlandse gemeenten hokken en keten voor komen. Het precieze aantal hokken per gemeente varieert van één tot tachtig. Een meerderheid van de gemeenten die te maken heeft met hokken en keten, heeft hiervoor beleid ontwikkeld, constateert de VWA. Maar een even zo groot deel ervaart hierbij knelpunten, bijvoorbeeld vanwege onduidelijkheden over de juridische mogelijkheden om de hokken en keten te verbieden of vanwege moeilijkheden bij het vinden van alter natieve jeugdvoorzieningen. Gemeenten ontvangen in 2009 handreikingen voor beleid ten aanzien van hokken en keten, waarmee op lokaal niveau al ervaring kan worden opgedaan met toezicht op de verkoop van alcohol. Na wijziging van de Drank en Horecawet in 2010 zal deze toe zichtstaak officieel bij gemeenten terecht komen.
Op vrijdagnacht herrie schoppen tijdens het uit gaan? Dan zit je tot maandag in de cel. Dat is het uitgangspunt van het weekendarrangement, een aanpak van uitgaansgeweld die in 2007 bij wijze van proef in de gemeente Amersfoort is gestart. Geweldplegers krijgen niet alleen een overnachting, maar ook een boete, taakstraf of dagvaarding om voor de rechter te verschijnen. Sinds 2008 wordt het weekendarrangement, dat volgens het OM in Amersfoort leidde tot een daling in uitgaansgeweld, ook in een aantal andere steden toegepast. De PVV vindt het weekendarrangement overigens te kort: geweldplegers die de boel verzieken zouden pas moeten worden vrijgelaten als ze hun straf hebben uitgezeten, aldus Kamerlid De Roon in vragen aan de minister van Justitie 64 . Het weekendarrangement sluit aan bij de roep om snelrecht en supersnelrecht die de laatste jaren steeds luider wordt. Het Openbaar Ministerie in Rotterdam past sinds 2008 supersnelrecht toe bij drie nieuwe dadercategorieën. Niet alleen veel plegers en daders van agressie tegen agenten en hulpverleners worden snel voor de rechter gebracht, maar ook verdachten van huiselijk geweld, vreemde lingen met valse paspoorten en vreemdelingen zonder vaste woon of verblijfplaats die zich schuldig maken aan zakkenrollen of winkeldiefstal. En in het kader van de bestrijding van oudejaars overlast wordt in een aantal steden, waaronder Amersfoort en Utrecht, een aan snelrecht gekoppeld ‘feestarrangement’ toegepast.
63 Factsheet Inventarisatie gemeentelijk beleid ten aanzien van hokken en keten, Voedsel en Waren Autoriteit, Den Haag, november 2008.
64 Kamervragen 496, 15 september 2008.
veilig uitgaan en reCreËren 60_trendsignalement 2009
‘Rustige jaarwisseling’ voorbij Jarenlang deden media verslag van ‘een rustige jaarwisseling’, terwijl door het hele land geweld dadige opstootjes, grootschalige vernielingen en hellevuren plaatsvonden. In 2008 wordt het beestje bij de naam genoemd en komt de jaarwisseling met stip binnen in de top tien van overlastproblemen. Zo wordt duidelijk dat gemeenten vanwege het almaar zwaarder wordende vuurwerk steeds dieper in de buidel moeten tasten. De gevolgen van de nitraat en vlinderbommen, lawinepijlen en zelf gemaakte molotovcocktails die in scholen, brand weerkazernes en rioolputten worden gegooid, zijn soms nog maanden later merkbaar. Het beboeten van daders, of het verhalen van de schade op de boosdoeners, is dan praktisch onmogelijk. Ook rond scholen leiden de dagen rond de jaar wisseling tot steeds meer overlast en schade. Zo becijferde het Verbond van Verzekeraars dat tijdens de jaarwisseling 20072008 op een record aantal scholen brand werd gesticht, hetgeen een schadepost van zo’n twintig miljoen euro opleverde. Uit onderzoek dat TNS Nipo in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uitvoert, blijkt dat 60 procent van de Nederlanders veel overlast ervaart van Oud en Nieuw 65 . Die overlast heeft alleen niet eens zo zeer te maken met verdwaalde vuurpijlen, te vroeg afgestoken rotjes en oorverdovend gillende keuken meiden, maar eerder met het gedrag van over enthousiaste vuurwerkfans: vandalisme, openbare dronkenschap en brandstichting. Over een vuur werkverbod zijn de ondervraagde burgers verdeeld: ongeveer de helft is voorstander van een verkorting van de afsteektijd, en de andere helft is tegen stander.
Minister Ter Horst ziet voorlopig geen aanleiding voor een vuurwerkverbod of beperking van de afsteektijden. Ze concludeert bovendien naar aan leiding van een rapport van de Commissie overlast jaarwisseling dat gemeenten voor de aanpak van ongeregeldheden tijdens Oud en Nieuw geen nieuwe wettelijke bevoegdheden nodig hebben 66 . Wel moeten gemeenten de focus gaan leggen op hotspots en hot shots − de plekken waarvan en personen van wie de grote problemen te verwachten zijn. Ook zijn er in de vier grote steden super snelrechtvoorzieningen voor verdachten van vandalisme en geweld. Diverse steden zetten − soms in regionaal verband − alles op alles om rond de jaarwisseling geweld tegen hulpverleners, vernielingen en openbare orde verstoringen te voorkomen. Ter preventie sturen burgemeesters waarschuwende brieven, Boomerangkaarten en sms’jes aan potentiële daders, organiseert Halt een onlinequiz onder de noemer ‘Knal relaxed’ en controleert de politie schoolkluisjes op het bezit van illegaal vuurwerk. Daarnaast heeft een aantal gemeenten in het kader van de jaarwisseling 20082009 camera’s op ambulances en politiepetten ingezet, particuliere beveiliging ingehuurd en de hele maand december een likopstukbeleid gevoerd voor carbidschieten en nieuwjaarsvuren. Ook de private sector laat zich niet onbetuigd en past collectief regres toe om alle schadeclaims ten aanzien van een dader in één klap voor de rechtbank te brengen.
66 “Een prettige jaarwisseling”. Aanbevelingen voor de 65 Tim de Beer, Vuurwerk gepeild. Kwantitatief onderzoek
aanpak van overlast rond Oud en Nieuw, ministerie van
rond uitbreiding vuurwerkverbod oud en nieuw, TNS NIPO,
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Den Haag,
Amsterdam, juli/augustus 2008.
2008.
61_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Voetbalvandalisme
Feestgangers krijgen lik-op-stuk
Voetballers in probleemwijken
Bezoekers van dancefeesten en popfestivals krijgen in 2008 plotseling te maken met drugshonden, undercover agenten en zero tolerance. Politie voert actieve controles uit aan de poort en neemt daarbij ook kleine hoeveelheden drugs, waarvan het gebruik doorgaans wordt gedoogd, in beslag. Hoewel er signalen zijn dat het zerotolerancebeleid gevaarlijke neveneffecten heeft, bijvoorbeeld omdat feestgangers vóór de poort ineens flinke porties drugs consumeren en eenmaal binnen eerstehulp posten vermijden, zijn er volgens minister Klink van Volksgezondheid geen aanwijzingen dat het harde politieoptreden negatieve gezondheidsconsequen ties heeft. De actieve controle op drugsbezit sluit aan bij eerdere trends in het Nederlandse softdrugsbeleid, zoals de invoering van het paddoverbod (dat per 1 december 2008 van kracht is) en de langzame dood die pillentesten tijdens party’s de laatste jaren zijn gestorven.
Om de jeugd in kansarme wijken te stimuleren gezond te eten, braaf naar school te gaan en regel matig te sporten, gaan profvoetballers de straat op. De minister voor Wonen, Wijken en Integratie maakt in 2008 afspraken met voetbalclubs zoals ADO Den Haag, FC Utrecht en NEC om hun voetballers in contact te brengen met kinderen en jongeren in krachtwijken. De voetballers kunnen vanuit hun idolenstatus een positieve bijdrage leveren aan het gedrag en de toekomst van de jongeren, zo is de verwachting.
veilig uitgaan en reCreËren 62_trendsignalement 2009
Minder geweld rond het voetbalveld De bestrijding van incidenten rond de eredivisie heeft de afgelopen jaren handen en voeten gekregen. Dat concludeert het Auditteam Voetbalvandalisme in zijn eindrapport Doorzetten! De balans opgemaakt na 5 jaar Auditteam Voetbalvandalisme 67 . Het Auditteam signaleert onder andere dat het aantal ernstige incidenten in de afgelopen drie voetbalseizoenen is gedaald, dat de samenwerking tussen ketenpartners op lokaal niveau steeds beter verloopt en dat de veiligheids organisatie van de clubs is geprofessionaliseerd. Ook is de informatiepositie van de politie verbeterd, waardoor confrontaties tussen supportersgroepen beter kunnen worden voorkomen, en neemt de politiemacht die bij voetbalwedstrijden wordt ingezet langzaam maar zeker af. Toch is niet alles koek en ei. Zo valt er wat betreft het voorkomen van wangedrag door supporters volgens het Auditteam nog wel een verbeterslag te maken. Het team ziet een coördinerende en aansturende rol weggelegd voor de burgemeester, die kan zorgen voor een versterking van structureel preventief beleid. Uit onderzoek blijkt namelijk dat clubs op uiteenlopende manieren invulling geven aan sociaal preventief supportersbeleid, vaak zonder dat duidelijk is wie de regie voert, zonder dat aan de voorwaarden van het landelijke ‘Beleidskader bestrijding voetbalvandalisme en –geweld’ wordt voldaan en zonder dat beleid geëvalueerd wordt.
67 Doorzetten! De balans opgemaakt na 5 jaar Auditteam Voetbalvandalisme, Auditteam Voetbalvandalisme, Den Haag, oktober 2008.
Supporters die niet opvoedbaar blijken via huis regels, buddymentorbegeleiding en fancoach trajecten en andere preventieprogramma’s kunnen in ieder geval, als in 2009 de ‘Maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast’ in werking is getreden, een gebiedsverbod (al dan niet gekoppeld aan een meldingsplicht), contact verbod, verplichte therapie of agressietraining tegemoet zien.
63_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Wedstrijd om de veiligheid
Illegale veelplegers uitgezet
Kanjer van Buren, Vergulde fietsketting, Pracht werkers in prachtwijken, Parels van Integratie, Politie Innovatie Prijs, European Crime Prevention Award, Hang Around Award, Gemeenteprijs Polarisatie en Radicalisering. Het lijkt wel alsof er nog nooit zoveel veiligheidsprijzen werden uitgereikt als in 2008. Landelijk, lokaal en inter nationaal worden al zo veel voorbeeldige initiatieven en moedige helden in het zonnetje gezet voor hun bijdrage aan maatschappelijke veiligheid, dat er voor de minister voor Jeugd en Gezin geen nieuwe VroegopStapprijs bij hoeft te komen 68 . Ook het CCV doet mee met de prijzenslag: voor de tweede keer wordt een prijs uitgereikt aan het Beste Politiekeurmerk Veilig Wonenproject en het Jongeren Toezichtteam van de gemeente Den Haag sleept de prestigieuze Hein Roethofprijs in de wacht.
Een paar honderd illegale veelplegers lopen er in Nederland rond, schat staatssecretaris Albayrak. Het is moeilijk om ze uit te zetten, omdat hun identiteit niet bekend is, of een veroordeling achter wege blijft. Maar politie komt wel steeds dezelfde gezichten tegen bij overlast op straat. Daarom wil de staatssecretaris van Justitie via een persoons gerichte aanpak uitzetting forceren.
68 TK 27565, nr 81, 24 december 2008.
veilig uitgaan en reCreËren 64_trendsignalement 2009
computers tegen uitgaansgeweld Uitgaansgeweld kan worden voorkomen door de uitbreiding van voetgangersgebieden. Dat is een van de conclusies die onderzoekers van de universiteit van Cardiff verbinden aan de computersimulatie van dronken mensenmassa’s die ze in 2008 ontwikke len. Het computermodel maakt volgens de onder zoekers duidelijk dat dronkaards in groepen stappers relatief langzaam lopen en het proces van rijvorming verstoren. Daardoor zijn ze vaker doelwit van geweld en opstootjes. Ruime voetgangerszones zonder obstakels op straat zouden dus een hoop leed kunnen voorkomen, is de verwachting.
65_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
67_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
– 5 veilig leren Veilige school Geweld op scholen –
veilig leren 68_trendsignalement 2009
Veilige school
Scholen doen hun huiswerk niet
Drugsgebruikers in de hoek
Volgens verzekeraars Centraal Beheer Achmea en VNG Verzekeringen zijn scholen niet goed voorbereid op brandstichting en vandalisme. Dat zou blijken uit eigen onderzoek 69 van de verzekerings maatschappijen. Hoewel al lang bekend is dat scholen een groot risico op brand lopen, stuurt VNG Verzekeringen in het najaar van 2008 een brief naar gemeenten om de brandpreventierichtlijnen voor scholen nog eens extra onder hun aandacht te brengen.
Om paal en perk te stellen aan drugsgebruik onder scholieren, deinst de politie niet terug voor drugs controles op middelbare scholen. De controles variëren van het stelselmatig doorlopen van school kluisjes tot het door drugshonden laten besnuffelen van scholieren. In Rotterdam maakt een aantal scholen in het voort gezet onderwijs sinds 2008 gebruik van urine monsters om het gebruik van drugs op te sporen. Jeugdwethouder Leonard Geluk juicht de − tot nu toe vrijwillige − tests toe, omdat het volgens hem onacceptabel is dat leerlingen onder invloed van wiet of cocaïne naar school gaan.
69 www.parool.nl/parool/nl/4/AMSTERDAM/article/ detail/66561/2008/12/05/Scholenonderschattenrisicoop brand.dhtml.
69_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Landelijk dekkend netwerk van Zorg- en Adviesteams in zicht In 2011 moet er een landelijk dekkend netwerk van goed functionerende Zorg en Adviesteams (ZAT’s) zijn, die primair onderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs kunnen adviseren over veiligheid en probleemjeugd, zo is in 2008 besloten. De voorgestelde samenwerking tussen onderwijs instellingen en veiligheidsteams heeft een verplicht karakter, omdat ‘de school de vind en werkplaats is van jongeren met problemen’, aldus bewindslieden van het ministerie voor Jeugd en Gezin en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Weten schap 70 . In 2008 zijn er al ZAT’s op bijna alle middelbare scholen en een groot deel van de basisscholen en mboinstellingen. De veiligheidsproblematiek op scholen staat daarmee steeds steviger op de agenda. Zo worden in 2009 alle medewerkers op ROC’s getraind in het omgaan met agressie.
School blijkt van invloed op jeugddelinquentie Niet de buurt, maar de stad en de school zijn de belangrijkste boosdoeners bij boefjesgedrag. Als jongeren op het verkeerde pad terecht komen, heeft dat vooral te maken met de relatie met ouders en kenmerken van de vriendengroep en niet zozeer met eigenschappen van de woonomgeving. Dat concludeert socioloog Gijs Weijters in het onderzoek waarmee hij in 2008 promoveert aan de Radboud Universiteit Nijmegen 71 . Uit het onderzoek van Weijters blijkt onder meer dat in steden en op scholen waar minder toezicht en controle zijn, jongeren meer delinquent gedrag vertonen. Daarom verwacht de onderzoeker dat de school een cruciale rol kan spelen bij de bestrijding van overlast en delinquentie en pleit hij voor het aanstellen van extra toezichthoudend personeel op scholen.
71 G.G.M. Weijters, Youth delinquency in Dutch cities and schools. A multilevel approach, Radboud Universiteit 70 TK 31001, nr. 59, 15 december 2008.
Nijmegen, Nijmegen, 2008.
veilig leren 70_trendsignalement 2009
Geweld op scholen
Omstreden registratie van geweld op scholen
Hightechpreventie begint al op jonge leeftijd
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Weten schap overweegt om registratie van geweld door scholen wettelijk verplicht te stellen. IRIS, een onlineregistratiesysteem waarmee scholen informatie over diefstal, vernieling, pesten en vecht partijen kunnen vastleggen, lijkt dan een voor de hand liggend instrument. Maar de incidenten registratie is wel omstreden. Zo uit de VOraad, die de belangen van het voort gezet onderwijs behartigt, zich in 2008 kritisch over de analyses van de IRISregistraties, omdat die worden gepubliceerd zonder dat scholen hierover van tevoren worden geïnformeerd 72 . Ook bestrijdt de VOraad de representativiteit van de gepubliceerde cijfers. In IRIS, dat sinds 2002 bestaat, worden tot nu toe nog maar mondjesmaat incidenten geregistreerd: in 2008 voerden ruim 300 scholen in het voortgezet onderwijs in totaal zo’n 8500 incidenten in. Het gemiddelde aantal incidenten dat scholen registreren is de afgelopen jaren gelijk gebleven, maar volgens de leverancier van IRIS komen vecht partijen steeds vaker voor 73 . Volgens de VOraad is deze conclusie misleidend en hoeft een toename in registraties niet een feitelijke groei van incidenten te betekenen.
Na webcams en electronische passen wint nu de vingerscan aan populariteit voor de beveiliging van kinderdagverblijven. Met een vingerscan naast de deur kan voorkomen worden dat nietgeregistreerde bezoekers kinderen ophalen. In 2008 telden zo’n twintig kinderdagverblijven de vingerscan, die volgens voorstanders betrouwbaarder is dan een pasjessysteem. Ondertussen staan de innovaties op het gebied van databanken, datamining en digitale risicoprofielen niet stil. Naast de horeca en het bedrijfsleven, waar zwarte lijsten al jarenlang populair zijn, neemt ook de uitwisseling van persoonsgegevens van kinderen een vlucht met initiatieven zoals het Elektronisch Kinddossier en de Verwijsindex Risicojongeren.
72 www.voraad.nl/actueel/nieuws/berichtgevingveiligheid opscholenonjuist. 73 Sjoerd Boersma en Femke Beijerbergen, Jaaranalyse 2007 2008. Incidenten registratie in school, DSP7, Amsterdam, 2008.
71_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Harde aanpak van overlast door 12-minners Het afgelopen decennium is het aantal 12 en 13jari ge verdachten systematisch toegenomen 74 . Worden crimineeltjes steeds jonger? De groeiende aandacht voor 12minners − overlastveroorzakende kinderen die deel uitmaken van de bredere groep jeugdigen die ernstige problemen bij het opgroeien ervaart en die dat (waarschijnlijk) niet zelf kan oplossen − doet het ergste vermoeden. Toch is er slechts beperkte informatie beschikbaar over de feitelijke omvang van ernstig overlastgevend en crimineel gedrag bij jongeren onder de 12 jaar. Volgens de ministers van Justitie en voor Jeugd en Gezin is − ook met de huidige, beperkte kennis van de doelgroep − speciale aandacht nodig voor de problematiek van 12minners. In 2008 hebben de bewindslieden daarom beleid ontwikkeld waarmee kan worden opgetreden tegen kinderen die overlast gevend, antisociaal of delinquent gedrag verto nen 75 . Uitgangspunt van het kabinetsbeleid is dat wordt geïnvesteerd in het versterken van beschermend opvoedingsgedrag van de ouders. Als het opvoedingsgedrag van ouders elementen bevat zoals het uitoefenen van toezicht, het stellen van grenzen, positieve correctie, consequente disciplinering en ingrijpen bij kinderen die op de verkeerde plaats met verkeerde vrienden omgaan, kan een werkwijze worden gevonden die zowel kinderen als ouders een lonkend perspectief biedt, aldus Overlast door 12minners. Een stevige aanpak.
74 A. Th. J. Eggen en S.N. Kalidien, Criminaliteit en rechtshandhaving 2007. Ontwikkelingen en samenhangen, WODC, Den Haag, 2008. 75 Overlast door 12minners. Een stevige aanpak, minister van Justitie en minister voor Jeugd en Gezin, Den Haag, 12 september 2008.
De benadering van de problematiek richt zich dus op het veranderen van het opvoedingsklimaat van jeugdige probleemjongeren en gaat ervan uit dat de aanpak van 12minners niet gebaat is bij interventies die geënt zijn (of vooruitlopen) op strafrechtelijk ingrijpen. Een neerwaartse bijstelling van de leeftijdsgrens van het jeugdstrafrecht is voor de betrokken ministers dan ook niet aan de orde. Wel wordt ingezet op registratie in de Verwijsindex Risicojongeren, verplichte opvoedings ondersteuning en een oudervariant van de bestaande Stopreactie. Ook worden de mogelijk heden verkend om ouders met financiële prikkels, bijvoorbeeld door een boete of een opschorting van de kinderbijslag, te dwingen tot het nemen van hun verantwoordelijkheid.
veilig leren 72_trendsignalement 2009
Hotline met de politie Een vmboschool in Hoogeveen start in 2008 met een hotline met het politiebureau: een directe telefoonverbinding waarmee scholieren onveilige situaties kunnen verklikken. Als de pilot succesvol is, wil de school ook op andere vestigingen het alternatief voor 112 invoeren.
75_centrum criminaliteitspreventie en veiligheid
– 6 integraal veiligheidsbeleid Integraal veiligheidsbeleid Veiligheidshuizen Regionale samenwerking –
integraal veiligheidsbeleid 76_trendsignalement 2009
Integraal veiligheidsbeleid
Veiligheidshuizen
Van G31 naar P10
Veiligheidshuizen krijgen landelijke dekking
In 2009 komt een einde aan het Grotestedenbeleid, waarmee de rijksoverheid sinds 2005 een impuls gaf aan sociale, fysieke en economische verbeteringen in 31 grote steden in Nederland. Veiligheid was van oudsher een belangrijk thema binnen het Grotestedenbeleid, bijvoorbeeld met het oog op de aanpak van achterstandswijken en de verbetering van arbeidskansen voor risicojongeren. Of het netwerk van 31 grote steden met het einde van het Grotestedenbeleid (en de daarmee samen hangende financieringsstroom) verdwijnt, is nog even de vraag. Vaststaat dat tegenhanger P10, een consortium van tien plattelandsgemeenten die de GSBgelden altijd hebben misgelopen, aan de weg timmert.
Het aantal veiligheidshuizen neemt almaar toe. In 2008 waren er 26 actief en stimuleerde minister Hirsch Ballin de uitbreiding naar 40. In 2009 moet er een landelijk dekkend netwerk van veiligheids huizen zijn. De oorsprong van het veiligheidshuis ligt bij de kantoren van Justitie in de Buurt, die in 1997 in het kader van het Grotestedenbeleid worden geïnitieerd. Doel van deze kantoren is het leveren van een effectieve bijdrage aan leefbaarheid en veiligheid in woonbuurten. Het veiligheidshuis kan gezien worden als een doorontwikkeling van Justitie in de Buurt. Het veiligheidshuis in Tilburg, waarin sinds 2002 gemeenten, jeugd en zorginstellingen, politie en justitie samenwerken op het gebied van criminaliteit en overlast, ging daarbij al snel fungeren als voorbeeld. De centrale gedachte achter het veiligheidshuis is een integrale, probleemgerichte aanpak van sociale veiligheid door het verbinden van de justitie en zorgketen. Om de onderlinge samenwerking, die zich richt op een combinatie van preventie, repressie en nazorg, te optimaliseren, worden de betrokken partijen fysiek samengebracht op één locatie: het veiligheidshuis. Uit een quickscan die de VNG in 2008 liet uitvoeren, blijkt dat voor gemeenten nog niet altijd duidelijk is op welke manier het veiligheidshuis vorm en financiering krijgt 76 . Zo is bijvoorbeeld de ver houding tussen de veiligheidshuizen en de Centra voor Jeugd en Gezin nog niet uitgekristalliseerd.
76 R. Dammen, L.P. van der Varst, E. Bervoets, J. Dobbelaar, V.J. van Bolhuis en T. Luiten, Quick scan Veiligheidshuizen, COT Instituut voor Veiligheids en Crisismanagement, Den Haag, 11 juli 2008.
77_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Regionale samenwerking
Regionale samenwerking neemt toe
Groot en klein
Regionale samenwerking is een trend. Veiligheidsregio’s (die fysieke veiligheid en rampen bestrijding op regionaal niveau aanpakken) en Regionale Platforms Criminaliteitsbeheersing (die zich vanuit ondernemersbehoeften bezighouden met sociale veiligheid) staan regelmatig in de schijn werpers. Maar hoe wordt op regionaal niveau aan dacht gegeven aan sociale veiligheid? Het CCV vroeg het aan de 31 regionale samenwerkingsverbanden die − blijkens een peiling in de zomer van 2008 − in Nederland actief werken aan sociale veiligheid. De regionale samenwerking richt zich volgens het onderzoek op uiteenlopende veiligheidskwesties, waarvan jeugd en alcohol, drugs, bestuurlijke aanpak, het tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld en veelplegers het vaakst worden genoemd. Hoewel een meerderheid van de bevraagde samen werkingsverbanden aangeeft dat alle thema’s waarop men actief is even belangrijk zijn, blijken de onderwerpen jeugd, huiselijk geweld en het veilig heidshuis door verschillende regionale samen werkingsverbanden te worden geprioriteerd. Met name de aandacht voor veiligheidshuizen is opmerkelijk, aangezien deze samenwerking tussen justitiële en zorgpartners zich in toenemende mate ontwikkelt tot een landelijk dekkend netwerk van regionale centra.
Bijna de helft van de geregistreerde misdrijven wordt gepleegd in de 25 grote steden, becijferde het CBS in 2008 77 . In de lijstjes met onveilige gemeen ten zijn de grote en middelgrote steden zonder uitzondering de koplopers, en alle Vogelaarwijken liggen in stedelijke gebieden. Op sommige vlakken worden de verschillen in criminaliteit tussen grote en kleine gemeenten wel kleiner. Zo blijkt uit onderzoek naar aangiftecijfers in 19 politieregio’s dat de kans om slachtoffer van een misdrijf te worden in een zeer grote gemeente nog altijd groter is in vergelijking met de zeer kleine gemeenten, maar dat het verschil wel flink is afgenomen 78 . In 2008 vragen de tien grootste platteland gemeentes in Nederland, die zich verenigen in de P10, bijzondere aandacht voor hun specifieke veilig heidsproblematiek, die met fenomenen als hokken en keten, illegaal crossen in bosgebieden en asociaal gedrag op recreatieplassen toch net een tikje anders is dan de grootsteedse criminaliteit en overlast.
77 www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/veiligheidrecht/ publicaties/artikelen/archief/2008/20082516wm.htm. 78 Peter Versteegh, Jessica van Mantgem en Laura Moerenhout, ‘Diefstallen in winkels en horeca nemen toe’, in: Secondant, 22e jaargang, nummer 3/4, juliaugustus 2008, p. 915.
integraal veiligheidsbeleid 78_trendsignalement 2009
crisis in de veiligheidswereld? De kredietcrisis laat zien dat private en publieke partijen geneigd zijn om de rijksoverheid − ten onrechte − als blusdeken zien. Dat zegt minister Ter Horst in een toespraak tijdens het Veiligheidscongres 2008 79 . De slachtoffers van de financiële crisis wijzen met een beschuldigende vinger naar ministers en toezichthouders, terwijl de overheid in de huidige, complexe samenleving niet altijd de enige eindverantwoordelijke kan zijn, aldus Ter Horst. Dat geldt volgens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ook voor veiligheid: dat is een kerntaak van de rijksoverheid, maar vereist in belangrijke mate een samenwerking met andere partijen. De minister verwijst dan ook met instemming naar een rapport van de WRR, waarin wordt gepleit voor een nieuwe verdeling van verantwoordelijkheden − tussen overheden, bedrijven en burgers − in het veiligheidsveld 80 . Of de grimmige recessie die in 2008 is ingezet de rolverdeling van partijen die actief zijn in de veilig heidszorg zal veranderen, kan alleen de tijd uit wijzen. Ook is onzeker of de financiële malaise onze veiligheidsproblemen vergroot. De verwachting dat managers en topambtenaren zich en masse in drank en drugs verliezen − en daarmee het gewelds potentieel vergroten − kan cijfermatig nog niet worden gestaafd. Maar het is wel te hopen dat de waarschuwing van beveiliger McAfee, dat cyber crime als gevolg van de kredietcrisis te weinig aan dacht krijgt, serieus wordt genomen.
79 www.minbzk.nl//actueel/toespraken/115923/toespraak minister_b. 80 WRR, Onzekere veiligheid. Verantwoordelijkheden rond fysieke veiligheid, Amsterdam University Press, Amsterdam, 2008.
Veiligheidscoördinator gebruikt het openbaar vervoer De overheid heeft er weer een nieuwe functie bij: de contactfunctionaris bij de politie die zich bezig houdt met veiligheid in het openbaar vervoer. De nieuwe politiefunctionaris moet de samen werking tussen politie, justitie en openbaarvervoer bedrijven bevorderen om zo onder andere agressie en geweld tegen buschauffeurs te verminderen. De veiligheidscoördinator, die wordt gefinancierd door de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Verkeer en Waterstaat, komt voort uit een pleidooi van Eric Nordholt, die in 2008 onderzoek uitvoerde naar veiligheid in het busvervoer.
79_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
– 7 bestuurlijke aanpak Bestuurlijke aanpak Drugs Prostitutie Cameratoezicht –
bestuurlijke aanpak 82_trendsignalement 2009
Bestuurlijke aanpak
Bibob op steeds meer terreinen toegepast Wat hebben de bouwwereld, milieuverordeningen, horecaondernemingen en speelautomatenhallen met elkaar gemeen? Het zijn allemaal branches met een vergunningenstelsel dat kan worden getoetst met de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob). De Wet Bibob, die in 2003 in werking is getreden, is een instrument om te voorkomen dat criminelen gebruik kunnen maken van overheidsvoorzieningen. Overheidsorganen kunnen bijvoorbeeld een vergunning weigeren als, naar aanleiding van onder zoek dat Bureau Bibob uitvoert, het vermoeden bestaat dat ondernemers betrokken zijn bij criminele activiteiten. De wet is van toepassing op een aantal vergunnin gen, subsidies en de aanbesteding van overheids opdrachten op het terrein van milieu, bouw en informatie en communicatietechnologie. De toepassing van de Wet Bibob bij vergunningen is oorspronkelijk wettelijk beperkt tot horeca, coffee shops en prostitutieinrichtingen. Vanwege verplaatsingseffecten is al snel de roep ontstaan om ook belwinkels, exploitanten van gokautomaten, headshops, uitzendbureaus en de vastgoedsector onder het bereik van de wet te brengen. In december 2008 is aangekondigd dat headshops, gokautomaat exploitanten en vastgoedtransacties van gemeenten onder de wet gebracht zullen worden. Ook bestaat het voornemen om belwinkels hieronder te scharen. Volgens schattingen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is zo’n 20 procent van de georganiseerde criminaliteit met behulp van Bibob te bestrijden.
Georganiseerde aanpak van georganiseerde criminaliteit Volgens schattingen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gaat er jaarlijks 20 miljard euro om in de georganiseerde criminaliteit. Vooral in de vastgoedbranche, hennep teelt en mensenhandel maken louche zaakjes hoge winstmarges. In 2008 zijn nieuwe stappen gezet om de georganiseerde criminaliteit strafrechtelijk, bestuurlijk en fiscaal aan te pakken. Er zijn tien regionale informatie en expertisecentra ingesteld waarin gemeenten samen met het Openbaar Ministerie, de politie, de Belastingdienst, de FIOD ECD en de Sociale Inlichtingen en Opsporingsdienst samenwerken aan het uitkleden van malafide handelaars. De centra zullen in de strijd tegen vermenging van boven en onderwereld samenwerken met onder andere woningbouwcorporaties, makelaars, project ontwikkelaars, notarissen, advocaten, accountants en fiscaal juristen. Dat de vermenging van boven en onderwereld een reëel risico is, blijkt uit het Nationaal dreigingsbeeld 2008, waarin onder meer wordt geconcludeerd dat 25 procent van alle verdachten van betrokkenheid bij georganiseerde criminaliteit een invloedrijke functie heeft bij een of meerdere bedrijven 81 . Omgekeerd heeft 75 procent van alle onderzochte criminele samenwerkingsverbanden, via de kernleden ervan, toegang tot een of meer legale ondernemingen.
81 Nationaal dreigingsbeeld 2008. Georganiseerde criminaliteit, Dienst IPOL van het KLPD, Zoetermeer, 2008.
83_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Uit bevolkingsonderzoek blijkt dat burgers vinden dat de politie voldoende bevoegdheden heeft om georganiseerde criminaliteit te bestrijden 82 . Maar misschien ligt het probleem wel bij bevoegdheden van de overheid: volgens het KLPD zijn de bestaande bestuurlijke instrumenten die de overheid ter beschikking staan om te voorkomen dat criminelen gebruik kunnen maken van ondernemingen en andere rechtspersonen (zoals de wet Bibob en de misbruiktoets voor bv’s en nv’s), vooralsnog niet afdoende om een verweving van boven en onder wereld tegen te gaan. De roep om een bredere toe passing van Bibobwetgeving hangt samen met deze lacune.
82 Ageeth Ettema, De staat van het recht anno 2008, TNS NIPO, Amsterdam, november 2008.
Patsers worden landelijk aangepakt De Amsterdamse cabrioaanpak, waarmee patsers al sinds 2005 van hun poenerige auto’s en luxejachten worden ontdaan, wordt in 2008 als landelijk voor beeld gesteld. Personen met een onverklaarbaar luxe levensstijl, onderkomen en wagenpark worden in de Amsterdamse aanpak vervolgd zodra ze niet kunnen uitleggen op welke manier ze hun kostbare bezittin gen financieren. Door de in 2008 aangekondigde landelijke uitrol van de aanpak zijn exclusieve auto’s met een grote motorinhoud en glimmende velgen, die dubbel geparkeerd voor een coffeeshop staan of ander asociaal verkeersgedrag vertonen voortaan dus nergens meer veilig.
bestuurlijke aanpak 84_trendsignalement 2009
Drugs
Gedoogbeleid onder vuur Wietpassen voor klanten met een Nederlandse identiteit, experimenten met stadskwekerijen om de achterdeur te regelen, verse paddenstoelen op de lijst van verboden verdovende middelen en een uitsterfbeleid ten aanzien van coffeeshops in de buurt van scholen. Het zijn ontwikkelingen in het Nederlandse sofdrugsbeleid waarover in het najaar van 2008 hevig wordt gedebatteerd. Burgemeesters die een vuist willen maken tegen de overlast van drugstoeristen in enkele grenssteden pleiten voor nieuwe maatregelen om de uitwassen van hennephandel te beteugelen, van experimenten met gecontroleerde hennepteelt tot het (met behulp van een pasjessysteem) beperken van softdrugs handel en het simpelweg sluiten van coffeeshops in stadscentra. In een onderzoek van Binnenlands Bestuur toont meer dan de helft van de 88 onder vraagde burgemeesters zich voorstander van het legaliseren van de hele keten van teeltaanvoer verkoop van wiet 83 . Tijdens de veelbesproken ‘wiettop’, die de VNG en de gemeente Maastricht in november 2008 voor gemeentebestuurders organiseerden, spreken burgemeesters hun voorkeur uit voor een stevig ontmoedigingsbeleid waarbij ruimte is voor regulering en beheersing van de voor én achterdeur (dat wil zeggen de verkoop, productie én handel). In de slotverklaring van de bestuurlijke top wordt daarbij aangetekend dat een congruent Europees drugsbeleid noodzakelijk is voor een adequate aanpak van de problematiek 84 .
Ondertussen wijst een peiling van Maurice de Hond uit dat bijna 60 procent van de Nederlanders legalisatie van softdrugs wel ziet zitten. Een grote meerderheid (85 procent) is voorstander van het sluiten van coffeeshops die zich in de nabijheid van scholen bevinden. Maar in bestuurlijke kringen is over de toepassing van dit afstandscriterium − de regel dat een coffeeshop zich op een bepaalde afstand van een school moet bevinden − geen overeenstemming. Over bestaande gedoogcriteria − kort gezegd: affichering, harddrugs, overlast, jeugdigen, handelsvoorraad, alcoholvrij − bestaat meer overeenstemming. Volgens onderzoek van Intraval vindt een grote meerderheid van de gemeenten met coffeeshops de bestaande gedoog criteria voldoende geschikt om de verkoop van softdrugs te reguleren 85 . Ook melden de gemeenten die de sofdrugshandel gedogen positieve ervaringen met de coffeeshops. Overlast door coffeeshops heeft vooral te maken met parkeer en verkeers overlast die wordt veroorzaakt door dubbel geparkeerde auto’s en rondscheurende scooters.
83 www.binnenlandsbestuur.nl/nieuws/2008/11/ burgemeestersvoorlegaliserensoftdrugsketen.101072. lynkx. 84 www.vng.nl/smartsite.dws?id=83425&ch=DEF.
85 B. Bieleman, A. Beelen, R. Nijkamp en E. de Bie, Coffeeshops in Nederland 2007. Aantallen coffeeshops en gemeentelijk beleid 19992007, Intraval, Groningen, juni 2008.
85_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Van wietwinkels naar coffeecorners De praktijken van drugsrunners, drugstoeristen en overlastgevende drugspanden brengen de burge meester van Maastricht er toe om in 2008 te pleiten voor coffeecorners. Door een aantal gecontroleerde wietwinkels aan de randen van de stad te vestigen – en het aantal coffeeshops in het stadscentrum te beperken – kan aan de overlast rond drugshandel een einde worden gemaakt, denkt het bevoegd gezag. In een kritische studie naar de drugsproblematiek in de grensstreek concluderen Cyrille Fijnaut en Brice de Ruyver dat de voorgestelde coffeecorners de drugsrunners, drugspanden en drugsoverlast niet zullen tegengaan 86 . De acceptatie van coffeeshops brengt nu eenmaal het reële risico met zich mee van drugstoerisme en commercialisering van de distributie van softdrugs (met als mogelijk gevolg: een sterke betrokkenheid van georganiseerde criminaliteit). De achterdeur van coffeeshops is in het kielzog van het gedoogbeleid ongemoeid gelaten, maar het is volgens de onderzoekers hoog tijd dat die in beeld wordt gebracht.
Jongeren gebruiken meer alcohol, maar minder drugs Roken en cannabisgebruik door scholieren is vanaf 1996 systematisch afgenomen, blijkt uit onderzoek van het Trimbos Instituut 87 . De dalende trend doet zich het meest duidelijk voor bij het roken, maar ook het cannabisgebruik blijft dalen. Terwijl alcoholgebruik onder jongeren alsmaar stijgt, lijkt het drugsgebruik dus minder aanleiding tot zorg te geven. Simpelweg geruststellend is het beeld dat wordt geschetst in de Antenne Amsterdam uit 2008: cannabisgebruik verliest aan populariteit en het grootste deel van de onderzochte jeugdgroepen wil helemaal niets weten van drugs zoals ecstasy of cocaïne 88 . De ernstige ongevallen met drugs die zich in 2008 voordoen − waaronder een jongen die overlijdt na reinigingsspray voor computer onderdelen te hebben gesnoven en een dader van huiselijk geweld die na paddogebruik doorslaat − blijven dan ook incidenten.
87 K. Monshouwer, J. Verdurmen, S. van Dorsselaer, E. Smit, A. Gorter en W. Vollebergh, Jeugd en Riskant Gedrag 2007. Kerngegevens van het Peilstationsonderzoek Scholieren, Trimbos Instituut, Utrecht, 2008. 86 Cyrille Fijnaut en Brice de Ruyver, Voor een gezamenlijke
88 Ton Nabben, Annemieke Benschop en Dirk J. Korf,
beheersing van de drugsgerelateerde criminaliteit in de
Antenne 2007. Trends in alcohol, tabak en drugs bij
Euregio MaasRijn. Een rapport voor het bestuur van de
jonge Amsterdammers, Universiteit van Amsterdam en
Euregio, TilburgGent, 14 november 2008.
JellinekMentrum, Amsterdam, 2008.
bestuurlijke aanpak 86_trendsignalement 2009
Drugsrunners op de vlucht
Bakenacties tegen illegale hennepteelt
Om toeristen in de VlaamsNederlandse grensstreek te beschermen tegen agressieve verkopers van drugs, neemt de politie steeds meer maatregelen. Een speciaal politieteam in Maastricht richt zich op de opsporing van drugsrunners en in Eijsden wordt preventief gefouilleerd met het oog op drugs runners. Justitieminister Hirsch Ballin beraadt zich in 2008 over de mogelijkheden voor de politie in het zuiden van het land om de mobieltjes van de − vaak minderjarige − drugscriminelen te verstoren en om hun auto’s een gebiedsverbod op te leggen. Dat de problematiek van drugsrunners sterk verwerven is met de positie van Nederland op de Europese drugsmarkt blijkt onder andere uit het Nationaal dreigingsbeeld 2008 89 . De binnenlandse vraag naar de verschillende soorten drugs is bij lange na niet groot genoeg om alle geïmporteerde en hier geproduceerde drugs te absorberen, stelt het KLPD in zijn rapportage over georganiseerde criminaliteit. Hieruit volgt logischerwijze dat een (groot) deel van de Nederlandse productie geëxporteerd wordt naar de ons omringende buitenlanden, met name Engeland, België, Duitsland en Scandinavië. Drugsrunners zijn een van de meest zichtbare symptomen van de grensoverschrijdende drugs handel.
Sinds 2006 richt de integrale aanpak van hennep teelt zich niet alleen op hennepkwekerijen in woningen, loodsen en schuren, maar ook in akker bouw. Vooral de zogenaamde bakenacties worden ingezet bij het tegengaan van bedrijfsmatige hennepteelt op koude grond. Bij de bakenacties worden met helikopters maïs velden afgespeurd op illegale hennepteelt, terwijl tegelijkertijd panden en gebouwen op de grond worden gecontroleerd. De integrale aanpak bestendigt zich in 2008 in onder andere de regio Venray, waar met enige regelmaat bakenacties worden gehouden.
89 Nationaal dreigingsbeeld 2008. Georganiseerde criminaliteit, Dienst IPOL van het KLPD, Zoetermeer, 2008.
87_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Drugsgebruik en drugshandel in de gehandicaptenzorg Medicijnen voor licht verstandelijk gehandicapten die worden verhandeld als partydrugs en personeel dat gedrogeerd op het werk verschijnt. Medio 2008 wordt in verschillende media de noodklok geluid over drugsgebruik en drugshandel in de gehandicaptenzorg. Vakbond CNV stelt een meld punt in waar werknemers anoniem misstanden kunnen melden. Toeval of niet: Tactus Verslavingszorg initieert in dezelfde periode een onderzoek naar drugsgebruik onder verstandelijk gehandicapten. Aanleiding voor het onderzoek zijn signalen uit zorginstellingen dat onder hun cliënten steeds vaker drugsverslaving voorkomt. Het Trimbos Instituut verkent inmiddels de effectiviteit van een interventieprogramma om alcohol en drugsgebruik onder licht verstandelijk gehandicapte jongeren tegen te gaan.
De wereld van softdrugs wordt steeds extremer Een echtpaar in Uden dat vijf wietplanten en zes kilo cannabis in huis had, bleek in 2008 de wet niet te overtreden. Binnen het Nederlandse gedoogbeleid worden de teelt van vijf wietplanten en het bezit van maximaal 5 gram wiet niet vervolgd. Door de extreem grote hennepplanten die tegenwoordig op de markt zijn − kenners spreken al van manshoge wietbomen − produceert een vijftal heel wat meer dan de gedoogde hoeveelheid hasj. Dat plaatste politie en justitie in 2008, in een proefproces tegen de Udense woonwagenbewoners, voor een duivels dilemma. In hoger beroep oordeelde het hof in Den Bosch dat de henneptelers niet strafbaar waren omdat zij met niet meer dan het toegestane aantal planten kweekten. De rechtszaak maakt duidelijk hoe extreem de wereld van softdrugs inmiddels is geworden. De verkoop van Ice Hasj (een cannabissoort die drie tot vier keer zo sterk kan zijn als reguliere wiet) in coffeeshops is − in tegenstelling tot wat de discussies in media en Kamer suggereren − niet nieuw. Maar de wietbomen die steeds vaker opduiken bij thuistelers en professionele hennep kwekerijen doen de wenkbrauwen wel fronsen. Ook tripknollen maken, als gevolg van het paddo verbod, een heuse opmars. Gelukkig staan de innovaties in softdrugsland ook aan de opsporingskant niet stil. Zo kan de politie gebruikmaken van warmtebeeldkijkers waarmee in het donker hennepplantages en voortvluchtige verdachten kunnen worden opgespoord. En een Europees kennisinstituut bedacht een multi disciplinaire methode waarmee drugsconcentraties
bestuurlijke aanpak 88_trendsignalement 2009
Prostitutie
in het afvalwater van een bepaald woongebied kunnen worden geanalyseerd − zodat vervolgens de consumptie van illegale drugs in een bepaalde gemeenschap kan worden geschat 90 .
90 European Monitoring Centre for Drugs and Drug Addiction, Assessing illicit drugs in wastewater. Potentials and limitations of a new monitoring approach, Office for Official Publications of the European Communities, Luxemburg, 2008.
Nieuw prostitutiebeleid In 2008 is door het ministerie van Justitie een wets voorstel voorbereid dat voor alle vormen van prostitutie een verplichte vorm van regulering instelt. Voor gemeenten wordt bijvoorbeeld een nuloptie mogelijk gemaakt, waardoor gemeenten prostitutiebedrijven kunnen weren. Daarnaast bestaat het plan om de vergunningplicht voor de exploitatie van prostitutie uit te breiden. Het nieuwe wetsvoorstel neemt het initiatief om niet alleen voor bordelen, maar ook voor escort bureaus, seksbioscopen en erotische massagesalons een vergunningplicht te laten gelden. Voor zelf standig werkende prostituees is een registratie plicht voorzien. Het is vooral de escortsector die de Kamer zorgen baart: volgens mediaberichten zouden malafide escortbureaus illegale prostituees en slachtoffers van mensenhandel aan het werk zetten in Nederlandse hotels. Wanneer − en hoe − het nieuwe prostitutiebeleid vorm krijgt, hangt nog even af van het vervolg van het wetgevingstraject. Inmiddels is wel een verharding zichtbaar van de aanpak van overlast en criminele praktijken rond drugshandel en prostitutie. Zo zet Amsterdam drugshonden in om overlast van straathandel in harddrugs op de Wallen te bestrijden en voeren sommige gemeenten − door een streng ruimtelijke ordeningbeleid te voeren − feitelijk al een nulbeleid ten aanzien van prostitutie bedrijven.
89_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Weg met prostitutie!
Nieuwe benadering van loverboys
In 2008 worden op diverse plekken in het land pees kamers opgedoekt, rosse buurten gesaneerd en vergunningen voor raamprostitutie geweigerd. Gemeenten dulden − bijvoorbeeld vanwege overlast in de omgeving, vermoedens van mensenhandel en signalen van georganiseerde criminaliteit − steeds minder escortvoorzieningen. In Arnhem is raam prostitutie uit het Spijkerkwartier verbannen en in 2008 wordt het aantal raamexploitanten op de Amsterdamse Wallen en in de Alkmaarse Achterdam ingrijpend verminderd. Vooralsnog zijn er zeer beperkte mogelijkheden voor prostituees om via ‘uitstapprogramma’s’ een baan of dagbesteding buiten het oudste beroep ter wereld te vinden, zo bleek al in 2007 uit de tweede evaluatie van de opheffing van het bordeelverbod . Daarom heeft het ministerie van Justitie in 2008 een subsidieregeling gestart waarmee gemeenten en maatschappelijke organisaties uitstapprogramma’s (die prostituees in staat stellen definitief met hun beroep te breken) kunnen ontwikkelen, onder steunen en uitvoeren. Een samenwerkingsverband tussen gemeente, hulpverleningsinstelling en uitzendbureau dat in 2008 in Amsterdam is gestart, dient daarbij als voorbeeld.
Hun politiek correcte benaming is in 2008 veranderd in pooierboys. Maar ook in andere opzichten staan de ontwikkelingen rond loverboys niet stil. Zo is in Overijssel een groep neploverboys actief, die op uitgaansavonden meisjes aanspreekt om hen bewust te maken van de problematiek van gevaar lijke verleiders. De bureaus Jeugdzorg, Prostitutie Maatschappelijk Werk Rotterdam, Meldpunten Loverboys en GGD’en hebben in 2008 afgesproken om voortaan hun gegevens door te sturen naar het Coördinatie centrum Mensenhandel (Comensha). Daarmee zou de omvang van de loverboyproblematiek, die volgens signalen van Comensha steeds meer samenhangt met bendevorming onder de jonge pooiers en een groeiend aantal slachtoffers eist, beter in kaart gebracht kunnen worden. Verschillende Kamerfracties hebben zich al voorstander getoond van een verhoging van de minimumleeftijd voor prostituees (van 18 naar 21 jaar) met het oog op uitbuiting van jonge meisjes door loverboys.
bestuurlijke aanpak 90_trendsignalement 2009
cameratoezicht
cameratoezicht helpt niet, zeggen deskundigen steeds vaker Was cameratoezicht in het publieke domein in de jaren negentig een panacee, tegenwoordig weten we niet meer zo goed of de elektronische ogen wel werken. Het geloof in slimme camera’s − die via kentekenregistratie drugsrunners kunnen opsporen, met gezichtherkenningsoftware helpen bij identificatie van verdachten, of op grote afstanden agressief gedrag kunnen signaleren − wankelt nog niet. Maar er gaan steeds meer stemmen op dat ca merabewaking in het algemeen niet erg effectief is. De gemeente Amsterdam is vanwege tegenvallende resultaten gestopt met een proef met camera’s die in winkels de gezichten van veelplegers moesten herkennen. Dat een winkeldief met een winkel verbod wel door personeel maar niet door het systeem werd herkend, deed burgemeester Cohen in een brief aan de gemeenteraad concluderen dat ‘de stand van de techniek nog niet dusdanig is dat gezichtsherkenning breed toegepast kan worden in winkels en een bijdrage kan leveren aan het terug dringen van winkelcriminaliteit’. De SCPstudie Sociale veiligheid ontsleuteld concludeert in 2008 dat cameratoezicht geen effect heeft op het terugdringen van geweldscriminaliteit of onveiligheidsgevoelens 91 . Camera’s kunnen wel helpen bij het tijdig ingrijpen door de politie en bij de opsporing van daders, maar in algemene zin is het preventieve effect van het toezicht volgens het SCP ‘klein’.
91 Lonneke van Noije en Karin Wittebrood, Sociale veiligheid ontsleuteld. Veronderstelde en werkelijke effecten van veiligheidsbeleid, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag, juli 2008.
Enkele internationale deskundigen zijn uit gesproken kritisch over de effectiviteit van camera’s op straat. De hoofdinspecteur van de politie in Londen stelt in een interview met The Guardian onomwonden dat de veiligheidscamera’s in zijn stad ‘een fiasco’ zijn, omdat ze hoge kosten met zich mee brengen, maar de criminaliteit nauwelijks hebben teruggedrongen 92 . British Telecomtopman Bruce Schneier gaat nog verder: hij schrijft in een opinieartikel in dezelfde Britse krant dat camera’s burgers een misplaatst gevoel van veiligheid geven en leiden tot luiheid waar de politie juist op de hoede moet zijn 93 . De camera’s hebben volgens hem maar in enkele (in de pers breed uitgemeten) gevallen geholpen bij het opsporen van criminelen en hebben een mini maal afschrikwekkend effect. Volgens een omvangrijke studie naar het camera systeem in San Francisco, dat in 2005 werd geïnstalleerd om geweldsmisdrijven te verminderen, hebben de camera’s alleen een summiere bijdrage geleverd aan het opsporen van vermogensmisdrij ven 94 . Op alle andere vormen van criminaliteit heeft cameratoezicht geen enkel effect gehad.
92 www.guardian.co.uk/uk/2008/may/06/ukcrime1. 93 www.guardian.co.uk/technology/2008/jun/26/politics. ukcrime. 94 www.citrisuc.org/news/Sfcamerastudy.
91_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Ripdeals onder thuiskwekers Volgens de politie HollandsMidden doet zich in 2008 een nieuwe trend op het gebied van woning inbraak voor: woningen waar hennepkwekerijen zijn ondergebracht, worden steeds vaker slachtoffer van inbraak. In de drugswereld vinden wel vaker ripdeals plaats, maar de criminaliteit tegen thuiskwekers is nog niet zo vaak aan het licht gekomen. Dat heeft natuurlijk te maken met de − begrijpelijk − lage aangifte bereidheid onder de inbraakslachtoffers. Volgens de politie, die in 2008 onder andere in Alphen aan den Rijn diverse gevallen van inbraak in thuiskwekerijen aan het licht bracht, zijn er desalniettemin signalen dat er sprake is van een nieuw, groeiend fenomeen.
Toenemende toepassing van bestuursrechtelijke verboden Sinds 2008 is het aantal bestuursrechtelijk opgelegde verbodsbepalingen bijna niet meer te tellen. Lastpakken worden met een verbod geweerd uit het openbaar vervoer (zoals de trams in Rotterdam) of zelfs uit hele wijken. Steeds meer gemeenten willen overlastgevende jongeren of drugsrunners via gebiedsontzeggingen de toegang tot een buurt of hangplek ontzeggen. Daarnaast voeren gemeenten via een aanvulling op de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) blow verboden, alcoholverboden, of een avondklok in om paal en perk te stellen aan het gebruik van alcohol en drugs in de openbare ruimte en om hangjongeren ’s avonds laat van de straat te houden. Vooruitlopend op de wetgeving die de bestuurlijke strafbeschikking mogelijk maakt (die in 2010 in werking treedt), kunnen de vier grote steden al in 2009 boetes opleggen en aanhoudingen verrichten bij overtredingen van de APV zoals wildplassen, afval dumpen en niet aanlijnen van honden. Sommige steden zetten extra Buitengewoon Opsporingsambtenaren in voor deze strengere handhaving van de lokale regels. Het lokale enthousiasme voor bestuursrechtelijke verboden sluit aan bij de groeiende populariteit van verwijsindexen, de toenemende toepassing van Bibobtoetsing en de regelmatig klinkende roep om een uitbreiding van burgemeestersbevoegdheden. Zo pleit de Amsterdamse burgemeester Cohen voor mogelijkheden om − bijvoorbeeld via het voor terrorismeverdachten bestemde instrument van persoonsgericht verstoren − te kunnen optreden tegen zedendelinquenten die na hun straf weer in de fout dreigen te gaan.
bestuurlijke aanpak 92_trendsignalement 2009
Meer inzicht in de aanpak van radicalisering en polarisatie Met het verschijnen van het Operationeel Actieplan Polarisatie en Radicalisering en een daar bij behorende trendanalyse, is het inzicht in de ontwikkelingen in onder meer radicaal dieren rechtenactivisme, rechtsextremistisch gedrag en interetnische contacten aanzienlijk verbeterd. Zo blijkt de segregatie tussen allochtonen en autochtonen (en tussen verschillende allochtone groepen) toe te nemen, wordt gewelddadig dieren rechtenactivisme niet groter in omvang maar wel extremer van aard, dreigt een nieuwe vorm van radicale dawa (prediking) tot bloei te komen, en zijn rechtsextremistische formaties steeds vaker divers, verdeeld en versnipperd. De uitkomsten van de trendanalyse sluiten aan bij de bevindingen van de Monitor Racisme en Extremisme 95 . Uit het onderzoek, dat in 2008 voor de achtste keer verscheen, komt bijvoorbeeld naar voren dat islamofobie is toegenomen en het aantal neonazi’s de afgelopen vier jaar explosief is gegroeid. Gelukkig heeft de aanpak van radicalisering en polarisatie, die met het Actieplan Polarisatie en Radicalisering 20072011 van start ging, in 2008 verder voet aan de grond gekregen. Zo zijn er tool kits voor gemeenten verschenen waarmee ze worden geholpen bij het vormgeven en uitvoeren van beleid. Ter ondersteuning van deze lokale aanpak is het Kennis en Adviescentrum Nuansa opgericht. En de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stimuleert bewustwording onder politiemedewerkers van de gevaren van dierenrechtenactivisme, zodat de registratie en herkenning van illegale acties kan verbeteren.
95 Jaap van Donselaar en Peter R. Rodrigues (red.), Monitor racisme & extremisme. Achtste rapportage, Anne Frank Stichting / Universiteit Leiden, Amsterdam/Leiden, 2008.
Bonuspunten voor prostituees Eindhoven heeft de primeur van een kredietsysteem voor prostituees. De gemeente, die in 2011 de tippel zone in de stad wil sluiten, lanceert in het najaar van 2008 een verrassend plan om verslaafde prostituees op te vangen. De dames kunnen bonuspunten verdienen met het volgen van workshops en onderhouden van een ontmoetingsruimte, zodat ze vervolgens kunnen worden toegeleid naar een reguliere baan en met behulp van een coach structuur in hun leven kunnen brengen.
93_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
94_trendsignalement 2009
naBesChouwing
Een verzameling van 100 trends roept al snel de vraag op welk verband er tussen de diverse ontwikkelingen bestaat. Zijn allerlei lokale praktijken, vindingrijke initiatieven, kansrijke proefballonnetjes en nieuwe zorgenkindjes ook onderdeel van een aantal meer algemene trends? Een van de beelden die onmiskenbaar opdoemen bij een terugblik op ontwikkelingen in 2008, is een groeiende aandacht voor de jongsten onder ons. Leerlingen in het basisonderwijs lijken steeds minder kinderen voor wie de toekomst aan de voeten ligt − ze worden in toenemende mate benaderd als risicojongeren of crimineeltjes in spe. De focus op het potentiële probleemgedrag leidt tot vroegtijdig ingrijpen bij antisociale trekjes, steeds meer verbodsbepalingen rond typische jongerenactiviteiten (zoals rondhangen en uitgaan) en algehele gloriedagen voor de persoonsgerichte aanpak. Deze benadering heeft logischerwijze ook gevolgen voor ouders, die worden bestookt met opvoedcursussen, jongerenwerkers, gezinsmanagers en straatcoaches. Tegelijkertijd krijgen Nederlandse burgers − jong én oud − een steeds belangrijkere positie in de veiligheidspraktijk. De traditionele rollen − (potentiële) schurken en slachtoffers − zijn niet veranderd. Wel zijn er nieuwe rollen bijgekomen. Zo wordt van burgers verwacht dat ze coproducent van de veiligheidszorg worden: ogen en oren inzetten ten dienste van de politie, buurtacties ondernemen tegen overlast of verloedering, bemiddeling bieden bij buurtconflicten en preventieve maatregelen nemen ter beveiliging van huis en haard. Daarnaast krijgen steeds meer Nederlanders een bijzondere taak als informant, bijvoorbeeld via deelname aan projecten met SMSAlert, Burgernet en straatcoaches. En door zich uit te spreken in bevolkings onderzoeken, veiligheidsmonitors en slachtofferenquêtes dragen burgers bij aan het lokale veiligheidsbeleid.
95_centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid
Toch krijgen niet alleen burgers het drukker, want ook gemeenten krijgen steeds meer veiligheidstaken op hun bord. Als regisseur van het lokale veiligheidsbeleid spelen gemeenten een grotere rol bij veiligheidskwesties zoals alcoholmatiging, brandveiligheid, nazorg aan exgedetineerden en fraude. Zo raakt het lokale bestuur meer betrokken bij de registratie van risicojongeren, het optreden tegen huiselijk geweld, het tegengaan van alcoholmisbruik en het bestrijden van vormen van overlast en criminaliteit die gerelateerd zijn aan bijvoorbeeld hangjongeren, prostitutie, voetbalevenementen en drugshandel. De uitbreiding van taken en bevoegdheden is voor veel gemeenten essentieel, maar niet eenvoudig. Gelukkig blijkt ook dat samenwerking op het gebied van sociale veiligheid zich steeds verder verdiept. Om bijvoorbeeld georganiseerde criminaliteit, radicalisering en probleemwijken tegen te gaan, worden multidisciplinaire taskforces, expertisecentra, meldpunten en commissies in het leven geroepen. Ook in de strijd tegen woonfraude, illegale hennepteelt, fietsendiefstal, alcoholgerelateerde overlast en onveilige parkeerplaatsen raakt publiekprivate samenwerking verankerd. En in het overzicht van trends in dit Trendsignalement komt de groei van lokale en regionale samenwerkingsverbanden duidelijk naar voren. Waarmee nog maar eens onderstreept wordt dat een Obamaachtig optimisme ook in Nederland op zijn plaats is.
96_trendsignalement 2009
Colofon Uitgave Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Jaarbeursplein 17, 3521 AN Utrecht Postbus 14069, 3508 SC Utrecht Informatiedesk (030) 751 67 77
[email protected] www.hetccv.nl Tekst Lynsey Dubbeld, Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Met dank aan Henk Boelens (gemeente Breda), Josca Boers (gemeente Amsterdam), Wim van den Eshof (gemeente Leiden), Tineke Hoogervorst (regionaal politiekorps Hollands Midden), Yassir Houtch (Nicis Institute), Astrid Huygen (VerweyJonker Instituut), Eveliene van Malkenhorst (gemeente Schiedam), Geert Munnichs (Rathenau Instituut) en Lonneke van Noije (Sociaal en Cultureel Planbureau). Eindredactie Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid, Utrecht Ontwerp en vormgeving VormVijf, Den Haag Fotografie Inge van Mill, Den Haag Druk Artoos Communicatiegroep, Rijswijk ISBN 978 90 77845 25 7 Oplage 2000 exemplaren © het CCV, maart 2009
(1,1) -2- 09#034 Trendsignalement 2009_OMSL_WT.indd 02-04-2009 13:06:03
(1,1) -1- 09#034 Trendsignalement 2009_OMSL_WT.indd 02-04-2009 13:05:08
De Stichting Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid is een initiatief van het ministerie van Justitie, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Verbond van Verzekeraars, werkgeversorganisatie VNO-NCW, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Raad van Hoofdcommissarissen.