Toetsprotocol Constructies Methodiek constructief toetsen bouwplannen gemeente Utrecht
15 september 2010
Toetsprotocol
1
Welkom
• Nog voldoende in de meter? • Telefoon uit?
15 september 2010
Toetsprotocol
2
Inhoudelijk •
Allerlei ontwikkelingen (bezuinigingen, anders omgaan met sturing en verantwoording, taken naar RUD?, etc.) vragen ook andere werkwijzen van toetsende constructeurs
•
kwaliteit = 1) weloverwogen afspreken wat en hoe je gaat doen; 2) doen wat en hoe je het hebt afgesproken; 3) laten zien wat je hebt gedaan en hoe je hebt gewerkt;
•
dat is de basis van de protocollen: risicosturing en daaraan gekoppelde verantwoording, waarbij het bestuur de keuzes maakt en het management de vertaalslag moet maken tussen kwaliteit en capaciteit;
15 september 2010
Toetsprotocol
3
Inhoudelijk •
toetsers en toezichthouders moeten zich daar binnen redelijke marges (het zijn vakmensen!) aan houden en helder communiceren met zowel de 'klant' als hun leidinggevende als er moet worden bijgestuurd qua toetsintensiteit of inhoud (zie TBV!)
•
veel toetsende constructeurs communiceren bij voorkeur met de ontwerpende constructeur, maar vergeet vooral de leidinggevende of coördinator niet en evenmin de aanvrager / vergunninghouder!
•
voor constructieve veiligheid geeft het Bouwbesluit zelf weinig houvast; ook dat was voor VBWTN en COBc een reden om aan dit initiatief van gemeente Utrecht mee te doen;
15 september 2010
Toetsprotocol
4
Wie ben ik? Robert Heino c.v. • 2 jaar ingenieursbureau • 3,5 jaar civiele betonbouw • 5 jaar gemeente Enschede – BWT – constructieve toets Werkzaamheden in commissies van VBWTN en COBc contacten met VBWTN
• Sinds 2008 zelfstandig met Ingenieursbureau Heino te Haaksbergen 15 september 2010
Toetsprotocol
5
Ingenieursbureau Heino? • Constructieve adviezen (berekeningen en tekeningen – diverse soorten constructies) • Second - opinions • Onderwijs / Cursussen (o.a. Saxion te Enschede) • Tijdelijke en projectmatige ondersteuning voor (constructieve) bouwplantoetsing (o.a. voor gemeente Almere en gemeente Rijssen- Holten)
15 september 2010
Toetsprotocol
6
Toetsprotocol Constructies Methodiek constructief toetsen bouwplannen gemeente Utrecht Utrecht heeft het initiatief genomen! Maar het protocol is te gebruiken door alle gemeenten. hand e l l a n urt va e b e g daar e i s d a t …… es … … m , … g … e kant Uter e l l a n a (H. Berkien) 't bruis 15 september 2010
Toetsprotocol
7
Opgesteld door:
In samenwerking met:
15 september 2010
door naar inleidende gedachten
Toetsprotocol
8
Waarvoor is het? • Het model-toetsprotocol is een methode die het mogelijk maakt om ingediende constructieve gegevens verantwoord te toetsen. • 80%-90% van de aanvragen toetsen met protocol • Afwegingen tijdens toets verantwoord maken • Verantwoording af leggen.
15 september 2010
Toetsprotocol
9
Wat is het? • Het model-toetsprotocol bestaat uit 5 protocollen voor verschillende situaties. • Een tabel met bouwwerktypes afgezet tegenover de constructieonderdelen. • Voor elke combinatie is een toetsniveau vastgesteld. 15 september 2010
Toetsprotocol
10
Inleidende gedachten • Eerst de belangrijkste: Zoals de slogan van een bierbrouwer luidde: “VAKMANSCHAP IS MEESTERSCHAP!“ Controlerend constructeurs zijn hoogwaardige vakmensen! terug lange termijn 15 september 2010
Toetsprotocol
11
Inleidende gedachten • Het uiteindelijke protocol is geen strak geregisseerd werkschema. Dus niet leidend maar ondersteunend. Een breed gedragen validatie van de eigen werkwijze. • De vastgestelde toetsniveaus zijn uitgangspunt. Tijdens de toetsing kan worden geschakeld naar een ander niveau. • Helderheid, overzichtelijkheid en eenvoud zijn 3 bepalende factoren voor de uitstraling van het protocol. Uitgebreide checklijsten zijn geen optie.
15 september 2010
Toetsprotocol
12
Inleidende gedachten • Standaard protocol voor normale tijdsdruk. • Schakelen wanneer: structureel gedurende langere tijd een hogere werkdruk en piekbelasting gedurende korte tijd Let op! Lager toetsprotocol is niet geschikt voor langere termijn! vakmensen!
• Kwaliteit indiener??
15 september 2010
Toetsprotocol
13
6 protocollen ? • 5 om te werken met verschillende tijdsdrukken en kwaliteit van de indiener. • Te druk? Dan kan je onder voorwaarden schakelen. (beleid) • 1 protocol is hulpmiddel om bepaalde tijdseffecten te kunnen schatten (schaarste aan vakmensen = hypothetisch) 15 september 2010
Toetsprotocol
14
5 protocollen dus! 1. Indiener voldoet niet aan compendium en normale tijdsdruk; 2. Indiener voldoet niet aan compendium, werkdruk verminderen door integraal hoger risico (= lager niveau!) 3. Indiener voldoet niet aan compendium, werkdruk verminderen door vegen; 4. Indiener voldoet wel aan compendium en normale tijdsdruk; 5. Indiener voldoet wel aan compendium, werkdruk verminderen door lager niveau. (door naar piekbelasting)
15 september 2010
Toetsprotocol
15
Kwaliteit indiener • kwaliteit van de indiener mee te beschouwen bij het niveau waarop de indieningbescheiden getoetst worden • beoordelen of de indienende partij werkt volgens het Compendium Aanpak Constructieve Veiligheid. • Door te werken volgens het Compendium wordt de interne kwaliteit geborgd en is de kans op fouten kleiner. terug naar 5 protocollen !
15 september 2010
Toetsprotocol
16
Structureel gedurende langere tijd te hoge werkdruk ntegrale verlaging: Met deze methode wordt een lagere werkdruk bereikt door integraal een hoger (maar nog net acceptabel) risico te accepteren. eegmethode: Bij deze methode worden onderdelen met weinig risico niet bekeken. euzemogelijkheid omdat er onder de toetsers heel duidelijk twee voorkeuren zijn: • e ene denkt en werkt veel liever vanuit een duidelijke keuze: wèl of niet doen, maar dan wel compleet. • e ander werkt veel liever vanuit een integraal verlaagd protocol. 15 september 2010
Toetsprotocol
e laatstgenoemde werkwijze is per definitie risico-optimaal, terwijl de eerstgenoemde op dit punt nog nader beschouwd moet worden.
17
Piekbelasting • Voor “Piekbelasting gedurende korte tijd” geen protocol! (extreme - hogere werkdruk dan bij 2 & 3) Maar: Steekproefsgewijs werken niet inhoudelijk toetsen. (1 op X projecten wel toetsen) • • • •
Wel ontvankelijkheid Ter zijde leggen door vakman Accorderen door management Wel te toetsen met normale protocol
15 september 2010
Toetsprotocol
18
Toetsniveaus et protocol kent vier toetsniveaus voor de toetsing van onderdelen: oetsniveau 1: “Betrouwbaarheidstoets” oetsniveau 2: “Globale toets” oetsniveau 3: “Representatieve toets” 15 september 2010
Toetsprotocol
oetsniveau 4: “Integraal toetsen”
19
Opbouw tabel • In verticale richting 9 bouwwerktypes. • In horizontale richting 12 constructieonderdelen. herkenbaarheid bij controlerend constructeurs vreemde eend is de gewichtsberekening (door naar risico gestuurd)
15 september 2010
Toetsprotocol
20
9 bouwwerktypes Bouwwerktype
Voorbeeld
Bouwwerktype
Voorbeeld
Woonwagens en kleine verbouwingen en uitbreidingen bij woningen en niet-woningen met weinig constructieve gevolgen voor het bestaande gedeelte
• Woonwagens • Bergingen • Tuinhuisjes • Dakkapellen (zonder aanpassingen van de bestaande spant)
Kleine verbouwingen en uitbreidingen bij woningen en niet-woningen met constructieve gevolgen voor het bestaande gedeelte
• Dakopbouwen • Muurdoorbraken • Dakkapellen (met aanpassingen van de bestaande spant)
Eengezinswoning, vrijstaand, in rijen
• Rijtjeswoningen • Vrijstaande woningen
Gestapelde woningen
• Appartement gebouwen • Woonflats
Niet wonen van 1 bouwlaag (B1)
•Bedrijfspanden • Winkels • Scholen • Kantoren • Stallen • Parkeergarages
Niet wonen van meer dan 1 bouwlaag (B>1)
• Bedrijfspanden • Winkels • Scholen • Kantoren • Stallen • Parkeergarages
Massale publieke bijeenkomstgebouwen en overige bijzondere projecten
• Stadions • Ziekenhuizen • Theaters • Megastores • Stations • Sporthallen • Zware industriële gebouwen
Overige bouwwerken geen gebouw (klein)
• Geluidsschermen • Kunstwerken in parken • Erfscheidingen • Reclameborden
Overige bouwwerken geen gebouw (groot)
• Bruggen • Viaducten • Zendmasten
terug naar opbouw tabel 15 september 2010
Toetsprotocol
21
12 constructieonderdelen Constructie onderdeel
Voorbeeld
Constructie onderdeel
Voorbeeld
Fundering incl. (parkeer)kelders
• Funderingen op staal • Fundering op palen • Kelderconstructie
Balustraden
Ter plaatse van: • Trapafscheidingen, Galerijen • Vides, Balkons
Hoofddraagconstructie incl. stabiliteit
• Kolommen • Balken • Vloerdragende gevels • Stabiliteitsvoorzieningen • Schijfwerking vloeren
(plat)Dak
• Platte daken • Hellende daken • incl. wateraccumalatie
Cruciale verbindingen incl. uitkragingen
• De verbinding en samenhang tussen de verschillende constructieve onderdelen • Uitkragingen vallen hier automatisch onder.
Trappen / Hellingbanen
• Trappen • Hellingbanen
Constructieve onderdelen geen hoofddraagconstructie
• (Pendel)kolommen • Balken geen onderdeel hoofddraagconstructie
Gevels (niet vloerdragend) incl. bevestigingen
• Niet vloerdragende gevelconstructies inclusief bevestigingen
Vloeren op zand of net boven kruipruimte
• Begane grondvloeren bij bouwwerken zonder kelderconstructies • Begane grondvloeren boven een kruipruimte
Gewichtsberekening
• Berekening belastingen t.g.v. eigen gewicht
Verdiepingsvloer(en)
• Verdiepingsvloer • Begane grondvloer bij bouwwerken met kelderconstructies
Constructieve elementen uit het bouwveiligheidsplan
• Bouwkuipen • Bemalingsplan • Omgevingsaspecten
terug naar opbouw tabel 15 september 2010
Toetsprotocol
22
Risico gestuurd protocol • Voor alle combinaties tussen bouwwerktype en constructieonderdeel wordt een risicowaarde bepaald. • Een risico wordt gedefinieerd als de kans vermenigvuldigd met het gevolg.
15 september 2010
Toetsprotocol
23
Gevolgentabel
• Persoonlijke veiligheid (bouwbesluit) • Economisch (schade aan gebouw en omgeving) 15 september 2010
Toetsprotocol
24
Kanstabel
1. Indiener voldoet niet aan het Compendium 2. Indiener voldoet wel aan het Compendium 3. Schaarste vakmanschap 15 september 2010
Toetsprotocol
25
Vaststelling toetsniveau • Door vermenigvuldiging van kans en gevolg ontstaat een risicoprofiel; • Door afbakening worden toetsniveaus bepaald.
15 september 2010
Toetsprotocol
26
Resultaat
15 september 2010
Toetsprotocol
27
Uitgangspunten De belangrijkste: Controlerend constructeurs zijn hoogwaardige vakmensen! Dit betekend bijvoorbeeld dat er op basis van vakmanschap wijzigingen aangebracht kunnen worden in de gehanteerde toetsniveaus, wanneer daar reden toe bestaat. Een tweede belangrijk uitgangspunt: Het protocol is een ondersteunende tool; het is geen Leidraad!
15 september 2010
Toetsprotocol
28
Gebruik van het protocol • Gebieden waar het het constructieve toetsprotocol een rol speelt: • (ontvankelijkheid en) Inhoudelijke toets • Later in te dienen gegevens
15 september 2010
Toetsprotocol
29
Gebruik van het protocol • Het protocol is klaar. Voor gebruik worden nog een aantal gereedschappen gemaakt. 1. Handleiding / naslagwerk 2. Model controlelijsten 3. Inventarisatie benodigde toetsuren 4. Handreikingen voor beleid? 5. Toetsprotocol en gedachten in rapportage? 6. Loket voor vragen tijdens gebruik? 15 september 2010
Toetsprotocol
30
Pilotjaar • De makers van het protocol stellen voor om een pilotjaar te houden. 1.Reacties uit toezicht? 2.Ervaringen en aanbevelingen verzamelen voor verbetering 3.Gemeenten: werkt dit voor ons?
15 september 2010
Toetsprotocol
31
Handleiding handleiding toetsprotocollen voor controlerende constructeurs Een praktische uitleg van de eindrapportage……. Gereed: Eind 2010
15 september 2010
Toetsprotocol
32
Toetslijsten Voorbeeld toetslijsten: Naar “eigen smaak” over te nemen en in te richten.
15 september 2010
Toetsprotocol
33
Einde! Dank voor uw aandacht
15 september 2010
Toetsprotocol
34