Meer informatie Meer informatie over het programma vindt u op www.weekvandejeugdzorggelderland.nl
Thuis in de Gelderse Jeugdzorg
Stages tijdens de week van de jeugdzorg 2008
Provincie Gelderland Markt 11 Postbus 9090 6800 GX Arnhem T (026) 359 90 00 www.gelderland.nl
Provincie Gelderland, dichterbij dan je denkt
stages Jeugdzorg-omslag.indd 1
15-04-09 13:46
colofon Uitgave: Provincie Gelderland, afdeling Wonen, Sociaal en Cultuur Vormgeving: Prepress provincie Gelderland Fotografie: Henri ter Hall (Gelders Archief), Karel Knispel en Rob Kleering van Beerenbergh (De foto’s zijn onder meer gemaakt tijdens ‘Backstage’, de open dag van de provincie Gelderland op 13 september 2008) Drukwerk: Provincie Gelderland
stages Jeugdzorg-omslag.indd 2
15-04-09 13:46
Voorwoord
De jeugdzorg is vaak in het nieuws. Goed nieuws is geen nieuws! Dus gaat het meestal over ernstige gevallen van kindermishandeling en verwaarlozing. Soms zelfs over kinderen die
hierdoor overlijden. Bijna even vaak gaat dan de beschuldigende vinger naar de mensen die werken in de jeugdzorg. Zij zouden niet goed genoeg hebben opgelet; instellingen zouden
langs elkaar heen hebben gewerkt en jeugdzorg zou te laat kinderen hebben weggehaald bij
hun ouder(s).Als gevolg van enkele tragische sterfgevallen grijpt de jeugdzorg de laatste tijd sneller in. Met als gevolg dat nu de kritiek is dat jeugdzorg dus te snel ingrijpt. Het is niet goed of het deugt niet, zo lijkt het soms.
Daarom was het een goed initiatief om mensen tijdens de Week van de Jeugdzorg in het
najaar van 2008 de kans te geven een kijkje te laten nemen in de keuken van de jeugdzorg. Tientallen mensen hebben die kans gegrepen: wethouders, gemeenteraadsleden,
gedeputeerden en leden van Provinciale Staten. Allemaal mensen die in hun werk direct of indirect te maken hebben met de jeugdzorg. In dit boekje staan hun ervaringen. Zo
uiteenlopend als de instellingen zijn, die zij bezocht hebben, zo divers zijn hun ervaringen. Maar één rode draad is er duidelijk uit te halen: bewondering en respect voor de inzet, bewogenheid en betrokkenheid van al die hulpverleners.
Want ga er maar aan staan: ingrijpen in andermans leven. Het is niet niks om kinderen en hun ouders bij de hand te moeten nemen om weer min of meer normaal met elkaar om te gaan; om kinderen weer op een rechter spoor te krijgen. Of om, in het uiterste geval, een
kind weg te halen bij de ouders. De hulpverleners komen in situaties terecht die de meeste mensen nooit mee (willen) maken: kinderen en ouders die elkaar het huis uitvechten;
jongeren die de weg helemaal kwijt zijn, die in drugs en drank hun heil zoeken; ouders die het niet lukt hun kinderen op te voeden, door wat voor omstandigheden dan ook.
In die situaties moeten de hulpverleners knopen doorhakken, risico’s kunnen inschatten. Eigenlijk verwachten wij van hen dat zij in andermans hoofd kunnen kijken. Als iets moeilijk is, is het wel inschatten hoe mensen reageren op prikkels, op elkaar. Het
wonder is niet dat het heel af en toe misgaat; eigenlijk is het wonderbaarlijk dat het niet vaker misgaat. Dat is te danken aan juist die inzet, juist die professionaliteit, juist die
bewogenheid die mensen in staat stelt om anderen te helpen, om kinderen op te vangen en op te voeden, waar de eigen ouders dat niet kunnen of doen.
In dit boekje vindt u de verhalen die goed illustreren hoe moeilijk en veeleisend dit werk is. Maar ook hoe ongelooflijk dankbaar het kan zijn om een ander te helpen zichzelf te hervinden.
Ik wens u veel lering. Hans Esmeijer
Gedeputeerde Jeugd & Gezin Provincie Gelderland.
1
Stages in de jeugdzorg
Maandag 3 november 2008 Stagiaire:
Theo Schopman, wethouder in Rijnwaarden en Nico Wiendels, wethouder in Zevenaar
Stageplaats: Bureau Jeugdzorg in Zevenaar Gast van:
Werner Liebrand (teamleider)
Het is de kunst een zaak niet mee naar huis te nemen Wethouders Theo Schopman en Nico Wiendels hebben het beleidsterrein Jeugd in hun portefeuille. Ze kenden Bureau Jeugdzorg allebei van papier, maar hadden nog niet eerder kennis gemaakt met de organisatie. Zij kozen bewust voor Bureau Jeugdzorg, omdat zij de kennis en ervaringen graag willen meenemen tijdens het uitoefenen van hun functie. De wethouders gingen in gesprek met de teamleider en twee medewerkers. ‘De medewerkers gingen uitgebreid op twee casussen in. Zelfs de voorgeschiedenis van de cliënten werd
besproken’, vertelt Theo Schopman. ‘Wat me vooral opviel, was hoe belangrijk het is dat
medewerkers de zaak niet mee naar huis nemen. Ze moeten afstand kunnen nemen van hun cliënten. Toen ik vroeg hoe de medewerkers hier zelf mee om gaan, antwoordden zij: ‘Als je het leed van de cliënten persoonlijk aantrekt, dan zit je hier niet op de goede plaats’. Ik heb ontzettend veel waardering voor de manier waarop medewerkers een casus behandelen en zichzelf tegelijkertijd in bescherming nemen.’ Voorgeschiedenis Ook Nico Wiendels vond de stage waardevol. ‘Ik ben veel meer te weten gekomen over het indiceren en doorverwijzen van cliënten en over de problematiek rond de wachtlijsten.
‘Ik houd ervan om
Ik ben het meest geraakt door de zwaarte van de problemen en de betrokkenheid van de medewerkers, maar ook door de beperkingen bij het zoeken naar de juiste oplossing.
de theorie en
Medewerkers moeten met de grootste zorgvuldigheid afwegingen maken.’
de praktijk met elkaar
Ins en outs
te combineren’
‘Ik weet nu meer over de ins en outs van het dagelijkse werk van de jeugdzorg’, zegt Theo
Schopman. ‘De stage heeft mijn totaalbeeld absoluut verstevigd. Ik houd ervan om de theorie en de praktijk met elkaar te combineren.’ Nico Wiendels: ‘Daarnaast vind ik het belangrijk aandacht te blijven vragen voor daadkracht, zowel op financieel als procedureel vlak.
Gemeenten moeten doen wat binnen hun vermogen ligt. Graag zie ik dat Bureau Jeugdzorg nauw gaat samenwerken met het Centrum voor Jeugd en Gezin. Samen kunnen zij meer
2
Stages in de jeugdzorg
mogelijkheden aanboren om sneller, efficiënter en klantgerichter te werken. Voor beide
wethouders is de stage voor herhaling vatbaar. Volgens Nico Wiendels zou een werkbezoek
zelfs jaarlijks moeten terugkeren. ‘Het is een goede methode om op de hoogte te blijven van de problemen die spelen in de jeugdzorg.’
Maandag 3 november 2008 Stagiaire:
Guus Krähe, wethouder in Zaltbommel
Stageplaats: Karakter in Nijmegen (Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg) Gast van:
Ingrid Gomes, Eric Keizers, Margriet Stoorvogel (teamleiders) en Nanda Rommelse (research coördinator)
Kinderpsychiatrie is de aard van Karakter Kinderopvang gecombineerd met specifieke zorg voor ouders en kinderen: dat was het algemene beeld dat wethouder Krähe kreeg van Karakter, het kinderpsychiatrisch ziekenhuis in Nijmegen. Tijdens de Week van de Jeugdzorg koos de wethouder voor een jeugdinstelling waar hij nog niet eerder was geweest. Na zijn bezoek bleek het beeld dat hij had van een psychiatrisch ziekenhuis niet op waarheid te berusten. De afgelopen maanden bezocht Guus Krähe veel jeugdinstellingen. ‘Karakter kende ik
wel, maar ik was er nog niet eerder geweest. De Week van de Jeugdzorg was voor mij de perfecte gelegenheid om ook hier eens een kijkje te nemen. Karakter biedt kwalitatief
hoogwaardige diagnostiek en behandeling aan kinderen en jongeren met ernstige, vaak
‘De Week van de
meervoudige psychiatrische problemen. Vanuit een competentiegerichte benadering kijken de
Jeugdzorg was voor
medewerkers vooral naar de ontwikkeling van het kind binnen het gezin.’
mij de perfecte
Kindvriendelijke begeleiding
gelegenheid om eens
‘De instelling heeft een dagopvang, bestaande uit een aantal kleine klassen waar kinderen
een kijkje te nemen bij
worden intensief betrokken en zijn minimaal één dag per week aanwezig. Daarnaast is
met psychische problemen met meerdere begeleiders worden opgevangen. Ook de ouders er een school voor speciaal onderwijs gekoppeld aan het ziekenhuis. De kinderen die in
Karakter’
het ziekenhuis zijn opgenomen, worden maximaal een jaar opgevangen. Daarna is het de
bedoeling dat ze weer terug gaan naar hun reguliere school. Wat ik vooral bijzonder vond om
3
Stages in de jeugdzorg
te zien en te ervaren, was hoe begeleiders en artsen omgaan met de kinderen. Zij worden op een laagdrempelige- en kindvriendelijke manier behandeld en begeleid.’
Maandag 3 november 2008 Stagiaire:
Pim Spaan, wethouder in Groesbeek
Stageplaats: MEE Gelderse poort in Nijmegen (licht verstandelijke gehandicaptenzorg) Gast van:
Frank van de Ven (manager) en Anneriet Bosch (consulent)
Een oefenbaby als voorbereiding op het ouderschap In Groesbeek komen licht verstandelijke gehandicapten steeds vaker in het verdovende middelen circuit. Een groot probleem waar de gemeente meer grip op hoopt te krijgen. Om meer over de doelgroep te weten te komen, koos wethouder Pim Spaan bewust voor een stage bij MEE Gelderse Poort. ‘Het was een nuttige en leerzame dag. Ik besef nu meer dan voorheen hoe belangrijk goede voorlichting en begeleiding is voor mensen met een verstandelijke beperking.’ Iedereen komt op een bepaald moment voor belangrijke levensvragen te staan. Wil ik wel of geen kinderen? Datzelfde geldt voor mensen met een verstandelijke beperking. Kan iemand
met een verstandelijke beperking wel een kind opvoeden? Hoe is het voor een kind om ouders met een verstandelijke beperking te hebben? Oefenpop ‘Hoewel er geen pasklaar antwoord op deze vragen is, weten we in elk geval dat het niet voor iedereen even vanzelfsprekend is om een kind op te voeden’, zegt Pim Spaan. ‘MEE vindt het belangrijk om verstandelijk gehandicapten met een kinderwens goed voor te lichten over
wat het betekent om een kind te hebben. Dat doen de hulpverleners bijvoorbeeld met behulp van een oefenpop of probeerpop. Die ziet eruit als een echte baby en gedraagt zich ook zo
dankzij een ingebouwde computer: de ‘baby’ moet regelmatig worden verschoond, gevoed en getroost.’
Woord en daad ‘Ik kwam bij een stel thuis dat een kind verwacht’, vervolgt de wethouder. ‘De ouders hadden
4
Stages in de jeugdzorg
net een heel weekend kunnen oefenen met de oefenpop. Ze gaven aan het leerzaam te vinden om alvast te ontdekken wat er allemaal komt kijken bij de opvoeding van een kind. Een
‘In dit gezin is het
aantal dagen later kreeg ik overigens persoonlijk bericht van de vader dat de baby is geboren.
belangrijk om de
Aandacht voor voorlichting is dus belangrijk. Minstens net zo belangrijk is begeleiding. Als
ouders met woord
waarvan de ouders een verstandelijke beperking hebben. In dit gezin is het belangrijk om
onderdeel van de stage bezocht Pim Spaan ook nog een gezin met kinderen van 14 en 19 jaar
de ouders met woord en daad bij te staan als het gaat om de opvoeding van hun pubers. Hoe
en daad bij te staan
voorkom je bijvoorbeeld dat kinderen afglijden in de criminaliteit.’
als het gaat om de opvoeding van hun
Duidelijke taal
pubers’
instellingen zoals MEE echt nodig hebben om goed te integreren in de samenleving. Al
‘Wat mij na de huisbezoeken vooral duidelijk werd, is dat deze mensen de steun van
gaat het maar om heel kleine dingen. De jonge vader vertelde me bijvoorbeeld dat hij
veel problemen heeft met het lezen en begrijpen van brieven van zorginstellingen. Op
dat moment realiseerde ik me pas echt goed dat niets vanzelfsprekend is. Ook vanuit de
gemeente moeten we meer met duidelijke taal communiceren. Daarnaast denk ik dat ook mensen uit de wijk, zoals buren of familieleden een belangrijke rol kunnen spelen in de zorg en begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking. Het bieden van een
helpende hand moet een vanzelfsprekendheid zijn. Want daarmee kan een groot deel van de professionele zorgverlening worden weggenomen.’
Maandag 3 november 2008 Stagiaire:
Corine Sluiter-Kuilwijk, wethouder in Oude IJsselstreek
Stageplaats: GGNet in Doetinchem (jeugd geestelijke gezondheidszorg) Gast van:
Marij Reinders (ambulant hulpverlener)
GGMet omdat niemand alleen maar ziek is Vroeger was wethouder Sluiter een psychiatrisch verpleegkundige en voelt zij zich dus betrokken bij een organisatie als GGNet. Want als specialist in de geestelijke gezondheidszorg helpt GGNet zowel jongeren en ouderen om betekenis te geven aan problemen waarmee zij worstelen.
5
Stages in de jeugdzorg
‘Intussen is het alweer een hele tijd geleden dat ik in de gezondheidszorg werkte. Dat maakt het ook zo interessant om stage te lopen bij GGNet. Ik kende de instelling wel, maar heb
‘Als je zelf kinderen
niet bewust voor deze stageplaats gekozen. Wat ik na al die jaren heb opgestoken, is dat de
hebt van die leeftijd,
zorgverlening zo zwaar kan zijn. Daarom vind ik het ook zo ontzettend goed dat er mensen
dan besef je pas weer
vorm van ondersteuning. Zij krijgen een vast aanspreekpunt waar ze altijd terecht kunnen.
zijn die dit werk doen. Tijdens de stage heb ik mensen bezocht die directe hulp krijgen in de Ook heb ik een kijkje mogen nemen bij de crisisopvang. Mensen die normaal gesproken
hoe rijk je bent’
zwerven op straat krijgen via de crisisopvang hulp en structuur aangeboden.’ Werken met betrokkenheid
‘Wat me erg aangreep, waren de jonge moeders met hun baby’s die zorg en ondersteuning krijgen van GGNet. Als je zelf kinderen hebt van die leeftijd, dan besef je pas weer hoe
rijk je bent. Op het moment dat regionale financiering ter sprake komt, dan kijk je toch
anders naar de zorg. Ik zie nu met eigen ogen dat deze mensen het met weinig middelen
moeten doen. Ik heb er veel bewondering voor dat ze desondanks werken met een enorme betrokkenheid. Kortom: voor mij is een stage in de praktijk voor herhaling vatbaar. Op zo’n moment realiseer ik me nog meer voor wie we al die mooie en vooral belangrijke beleidsplannen bedenken.’
Maandag 3 november 2008 Stagiaires:
Ria Aartsen en Jan Haijtink, statenleden provincie Gelderland
Stageplaats: Rentray in Eefde (gesloten jeugdzorg) Gast van:
Erna Boonstra (senior communicatiemedewerker) en Marcel Ruijs (groepsleider)
Scherp oog voor crisisopvang bij jeugdzorg Rentray Door de wol geverfd en betrokken. Vanuit de CDA-fractie is Ria Aartsen al zeven jaar woordvoerder jeugdzorg. Om dat werk goed te kunnen doen, heeft ze al veel instellingen in de jeugdzorg van binnen gezien. Voorbereidend op de totale invoering van de wetswijziging in 2010 waarbij de gesloten jeugdzorg niet meer onder Justitie valt, maar onder het ministerie Jeugd en Gezin, liep zij stage bij Rentray Jeugdzorg Plus. Het nieuwe concept Jeugdzorg Plus sprak haar direct aan. ‘Het onderwerp is actueel en als woordvoerder is het goed om met eigen ogen te zien en te ervaren hoe deze opvang wordt georganiseerd.’
6
Stages in de jeugdzorg
Samen met haar collega Jan Haijtink schoof ze om 8.00 uur aan bij het ontbijt. ‘Na een
kort welkom door de locatiemanager gaan we naar de groep. Het is wel even wennen dat de
deuren op slot zitten, want een gesloten groep betekent dat je zeer beperkte bewegingsruimte hebt’, vertelt ze. ‘De jongeren die binnen Rentray worden geplaatst hebben duidelijke
structuur en veiligheid nodig. Op tijd komen is daarvan een belangrijk onderdeel, vertelde een van de begeleiders tijdens de overdracht. Daarom is het belangrijk om elkaar goed te informeren, bijvoorbeeld over wie er te laat terug kwam van weekendverlof. Ook aan de
ontbijttafel heerst er orde. Jongeren geven elkaar vriendelijk het beleg aan. En wie onrust stookt, wordt daarover aangesproken door een tafelgenoot.’ Huisregels Marcel Ruijs, groepsleider van Rentray: ‘Je weet vooraf natuurlijk nooit precies hoe de
groep zich gedraagt tegenover bezoek. De ene keer zijn ze druk of lastig, de andere keer
gedragen ze zich voorbeeldig. Bij de meeste jongeren is sprake van ernstige opgroei- en /of opvoedingsproblemen. Veelal gedragsproblemen waarbij zij agressie laten zien tegenover
zichzelf of hun omgeving. Ook kan er sprake zijn van een licht verstandelijke handicap en/
of kampen jongeren met psychiatrische problemen. Bij iedereen die hier komt, is de situatie
dusdanig geëscaleerd dat het noodzakelijk is een traject uit te zetten om het probleemgedrag te verminderen. Bij binnenkomst leiden de huisregels soms tot verzet en verontwaardiging, maar meestal komen ze erachter dat ze die duidelijkheid juist missen thuis. Ook beseffen veel jongeren die hier verblijven dat zij over een grens zijn gegaan. Zij willen zelf graag verandering.’ Crisistraject ‘Over de jongeren die hier binnenkomen, is aanvankelijk niet veel bekend’, vervolgt Marcel Ruijs. ‘Vaak is er een ernstige crisissituatie ontstaan, zwerven ze op straat, verblijven op
een onverantwoorde plek of zijn niet hanteerbaar zijn binnen een reguliere crisisopvang. In de drie maanden die volgen, proberen we te achterhalen wat de beste vervolgplek voor
deze jongeren zou zijn. Een week na plaatsing volgt er een intake met ouders, gezinsvoogd en/of plaatser. Tijdens dit gesprek verzamelen we zoveel mogelijk informatie over de
jongere en formuleren we op basis daarvan een aantal onderzoeksvragen. Daarna begint
er een periode van observatie in de leefgroep en op school. De gedragswetenschappers van
Traverse Gelderland doen het aanvullende diagnostisch onderzoek. Na acht weken volgt er een diagnose- en adviesbespreking. De behandelcoördinator zet samen met alle betrokken partijen het individuele vervolgtraject uit. Er wordt bekeken of de jongere terug naar huis kan, al dan niet met ambulante ondersteuning.’ Behandelmethoden Na het ontbijt liepen de Statenleden met de jongeren mee naar school. ‘Iedereen heeft een
individueel onderwijsprogramma’, zegt Ria Aartsen. ‘In een gesprek met de locatiemanager en de unitmanager krijgen we inzicht in de behandelmethoden die steeds meer op
wetenschappelijk onderzoek gebaseerd moeten zijn. Ook hebben we het over de omslag
in de wet op de jeugdzorg, die inhoudt dat jongeren nu ook op een gesloten afdeling in de
7
Stages in de jeugdzorg
jeugdzorg kunnen zitten, terwijl dit voorheen alleen kon in een justitiële jeugdinrichting (JJI). Het gaat hier om jongeren die civielrechtelijk zijn geplaatst vanwege zeer moeilijk
gedrag. Ook de financiën komen aan de orde. In Gelderland gaat er ruim 150 miljoen euro om per jaar voor de jeugdzorg. En die worden goed besteed, zo blijkt uit het gesprek.’ Marsepeinen varkentjes ‘Eenmaal in de klas heb ik nog even gesproken met de leerkracht. De jongeren die intern verblijven, zijn verplicht om onderwijs of een andere scholings- of vormingsactiviteit
te volgen. Het geven van onderwijs is soms lastig omdat er veel leeftijdsverschillen en
niveauverschillen zijn tussen de leerlingen. Jan Haijtink en ik volgden een les voeding.
Samen met de leerlingen maakten we marsepeinen varkentjes. Het was een ontspannen
manier om met de jeugd in gesprek te komen. Het ene moment zijn de leerlingen stoer, het andere moment juist heel kwetsbaar. Zoals een meisje van zestien die onverwacht riep: ik
weet niet hoe het met mij was afgelopen als ik niet door Rentray was opgevangen. Dat zijn uitspraken waarvan je wel even moet slikken.’ Goede nazorg Uitspraken als deze geven de ernst van de situatie aan waarin veel jongeren verkeren. Ria
Aartsen: ‘Op zulke momenten besef ik ook hoe belangrijk het is om de jeugd een veilig thuis
te bieden. Mijn belangrijkste leermoment van deze stage is het belang van goede nazorg. Wat gebeurt er met deze jongeren als zij de leeftijdsgrens van achttien jaar bereiken? Of als ze zijn uitbehandeld? Sommige jongeren kunnen niet terug naar familie en zijn op zichzelf. Het
bezoek aan Rentray gaf me in elk geval het gevoel dat het goed is om eens van heel dichtbij te zien wat er allemaal in de jeugdzorg gebeurt en waar zowel vanuit de politiek als vanuit de zorg nog verbeterpunten liggen.’ Volgens Marcel Ruijs is de steun van de provincie heel
belangrijk om het werk goed te kunnen doen. ‘Voor mij was de stage dan ook nuttig om de
bestuurders eens te laten zien waar de subsidie terecht komt en wat wij ermee doen. Aan de
andere kant hebben wij soms het gevoel dat de politiek ver weg is. Een stage maakt onderling contact mogelijk, maakt de lijnen korter. Ik vind dat een goede ontwikkeling voor beide partijen.’
Crisistraject jeugdzorg plus gestart als pilot
Het crisistraject van Rentray is sinds 1 januari 2008 gestart als een pilot voor de provincies Gelderland, Overijssel en Flevoland. Het crisistraject Jeugdzorg plus is bedoeld voor jongeren tussen 10 en 21 jaar met ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen, waarvan niet bekend is wat de kernproblematiek is. Het doel is ongeveer 32 plaatsen te realiseren per jaar.
8
Stages in de jeugdzorg
Maandag 3 november 2008 Stagiaire:
Corina van der Valk, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats: Bureau Jeugdzorg in Apeldoorn Gast van:
Claire Verdonkschot (teamleider)
Bureau Jeugdzorg moet waken voor valkuilen Als fractievoorzitter is het belangrijk een goed en actueel beeld te hebben van de jeugdzorg, vindt Corina van der Valk. ‘Ik voel me nauw betrokken bij de wachtlijstenproblematiek in de jeugdzorg. Omdat het financieringssysteem van het Rijk pas in 2010 wordt aangepast, legt de provincie Gelderland er nu 10 miljoen extra bij. Dat is ook nodig, want de vraag naar extra zorg groeit. Dit zijn ontwikkelingen die me nieuwsgierig maken naar de toegankelijkheid van Bureau Jeugdzorg.’ Los van het feit dat de Jeugdzorg een wettelijke taak is van de provincie, koestert Corina
van der Valk altijd al warme belangstelling voor de Jeugdzorg. ‘Omdat het onderwerp me
persoonlijk boeit, vind ik het heel interessant om eens een ochtend aanwezig te zijn bij een overleg. Tijdens de gesprekken met de medewerkers van Bureau Jeugdzorg in Apeldoorn ontdekte ik bijvoorbeeld hoe lastig het is nieuwe zorgvragen te beantwoorden. Er blijft
‘De provincie
een neiging bestaan om vooral te focussen op het zorgaanbod. Dat vind ik een valkuil.
Gelderland heeft juist
De provincie Gelderland heeft juist budget vrijgemaakt om flexibeler op zorgvragen in te
budget vrijgemaakt
budget niet genoeg blijkt te zijn, dan hoor ik dat graag. Ook de witte vlekken in het
kunnen spelen. Bureau Jeugdzorg moet daar ook gebruik van maken. Als het vrijgemaakte
om flexibeler op
zorgaanbod en de 18+ jongeren wil ik graag in de gaten houden.’
zorgvragen in te
Pleidooi voor praktische benadering
kunnen spelen. Bureau
‘Daarnaast vind ik het belangrijk dat jongeren en ouders snel en zo praktisch mogelijk
Jeugdzorg moet daar
zwaar worden ingezet. Vandaar mijn pleidooi voor een praktische benadering. In die zin
geholpen worden. Iemand stelt niet zomaar een hulpvraag. Er moet alleen niet direct te
ook gebruik van
staat jeugdzorg wel onder druk. Doordat het een aantal keren vreselijk is mis gegaan, zoals
maken’
moet uitkijken dat je het ‘gezonde verstand’ daardoor niet laat varen en alleen maar bezig
met Savana, is iedereen er nu op gericht herhaling te voorkomen. Dit is logisch. Maar je bent met risico-inschatting.’
9
Stages in de jeugdzorg
Dinsdag 4 november 2008 Stagiaire:
Jaap Beijer, raadslid in Barneveld
Stageplaats: Entréa in Weurt (jeugdzorg) Gast van:
Henriëtte Jacobs (communicatieadviseur), Herman Prüst en Astrid Sluis (psychomotorisch therapeut) en groepsleiding De Boei
‘Vraag maar aan de politiek of ik meer zakgeld mag’ Elk kind heeft rechten. Het recht op opvoeding, ontwikkeling, zorg en veiligheid staat centraal bij Entréa. De jeugdzorginstelling biedt zorg en begeleiding die is afgestemd op de hulpvraag van kinderen en hun ouders. Jaap Beijer, raadslid in Barneveld, liep een dag mee om kennis te maken met het dagelijkse werk van groepleiders en therapeuten. Onder het genot van een kop soep gaf gastvrouw Henriëtte Jacobs achtergrondinformatie
‘Interessant was
over de werkwijze en behandelmethoden van Entréa. ‘Interessant was om vervolgens
om vervolgens zelf
zelf te ervaren hoe een therapie werkt’, zegt Jaap Beijer. ‘In de nieuwe gymzaal heb ik via
te ervaren hoe een
deed de oefeningen samen met de therapeut en een stagiaire. We moesten elkaar aanraken
verschillende oefeningen met een ballon kennis gemaakt met Psychomotorische Therapie. Ik en aankijken en we gaven zelf aan wanneer we dit bedreigend vonden. Samen met Evert
therapie werkt’
Blauw, wethouder in Bronckhorst, heb ik ook nog een groepsopdracht gedaan. Na afloop moesten we zelf evalueren hoe we de taken onderling hadden verdeeld. Het leek me een goede opdracht om te oefenen met verschillende rolpatronen.’ Levendige gesprekken Later op de middag werd Jaap Beijer ontvangen in de gedragstherapeutische behandelgroep de Boei. ‘De kinderen kwamen van school en kregen thee, limonade en chocolaatjes. Ik heb
een tijdje videogames met ze gespeeld totdat ze naar boven werden gestuurd om hun kamer op te ruimen. Met de groepsleiders sprak ik over de ins en outs van deze behandelgroep. Tijdens het eten mocht ik aan het hoofd van een tafel zitten om een oogje in het zeil te
houden. Dat was aan mij wel toevertrouwd. Al gauw ontstonden levendige gesprekken. De
kinderen wilden bijvoorbeeld weten waarom ik op bezoek was. Ik vertelde over de Week van de Jeugdzorg en dat ik in de politiek veel over de jeugd praat en graag eens rond de tafel wil zitten met echte kinderen. Volgens de kinderen moest ik maar aan de politiek vragen of ze meer zakgeld konden krijgen en of ze langer op mochten blijven. Ik zei dat ik dat best zou willen, maar dat het moeilijk zou worden om dit voor elkaar te krijgen.’
10
Stages in de jeugdzorg
Leerzame ervaring ‘Na het afruimen moesten verschillende kinderen naar sportverenigingen of met een
gezinstherapeut mee naar hun ouders. Rond half acht ’s avonds reed ik met een voldaan
gevoel terug naar Barneveld. De stage was een leerzame ervaring en zeker voor herhaling vatbaar.’
Dinsdag 4 november 2008 Stagiaire:
Evert Blaauw, raadslid in Bronckhorst
Stageplaats: Entréa in Weurt (jeugdzorg) Gast van:
Henriëtte Jacobs (communicatieadviseur) en Rachel van Aalst (gezinshuisouder)
Elk kind verdient een gezonde en veilige jeugd Toen Evert Blaauw de kans kreeg een kijkje te nemen in de keuken van een jeugdzorginstelling, koos hij voor Entréa in Weurt. Hoewel hij het beleidsterrein jeugdzorg niet in zijn portefeuille heeft, wilde Evert Blaauw graag meer zien van de werkvloer. Hij vindt het budget voor instellingen in de jeugdzorg hoog en het rendement moeilijk meetbaar. Een stagebezoek aan Entréa brengt wellicht nieuwe inzichten. ‘Ik ben een pragmatisch ingesteld persoon. Dit betekent dat nut en noodzaak bepalend zijn voor de keuzes die ik als raadslid maak. Voor het bezoek aan Entréa heb ik me dus
eerst verdiept in de informatie die de provincie mij toestuurde. Goede jeugdzorg vind ik
belangrijk. Zeker als ik kijk naar mijn eigen twee dochters. Ik vind dat álle kinderen de kans moeten krijgen om beschermd, geschoold, gezond en veilig op te kunnen groeien. Om die
reden spreekt de visie van Entréa mij aan. De instelling gaat uit van de rechten van het kind. Entréa investeert in hulp die echt helpt. Daarmee is de zorg dus individueel op het kind gericht.’
Psychomotorische therapie ‘Tijdens mijn stage volgde ik een les in PMT (psychomotorische therapie). In een nieuwe, intieme sporthal leert een kind via beweging en spel om te gaan met bijvoorbeeld zijn
angsten of emotie. Aanvankelijk was ik wat sceptisch, maar al snel werd me duidelijk dat
deze therapie juist bij kinderen geweldige resultaten kan bereiken. Ik heb er in elk geval veel van geleerd. Ook kwam ik tot de conclusie dat de effectieve uren die docenten daadwerkelijk
11
Stages in de jeugdzorg
met het kind bezig zijn aanzienlijk wordt beperkt door het intensieve overleg met
hulpverleners. Overleg dat weliswaar noodzakelijk is om tot een goed resultaat te komen.
‘Hier draait alles om
Hiervoor zou ik zeker aandacht vragen van de leidinggevenden.’
logistiek en planning
Hartelijk ontvangst
in combinatie met
‘Na het bezoek aan Entréa was ik te gast bij gezinshuis LéMaNo in Wamel. Daar werd ik hartelijk ontvangen door gastvrouw Rachel. Ze gaf me een rondleiding door het huis en
discipline en liefde’
wees me op de logistieke problemen waarmee een gezin met drie eigen kinderen en vier
pleegkinderen te maken krijgt. Hier draait alles om logistiek en planning in combinatie
met discipline en liefde. Ook hier heb ik een leerzame tijd doorgebracht en vooral ook een
verrukkelijke maaltijd genuttigd met het gehele gezin. Ik heb veel bewondering gekregen
voor mensen als Rachel en haar man. Dankzij de passie van deze mensen, krijgen kansarme kinderen hier een veilig thuis. Die passie en warmte sprak ook uit de woorden van Rachel:
‘Hoe druk het ook is aan tafel, als een deel van de kinderen er niet is, dan geeft dat een leeg gevoel.’
Dinsdag 4 november 2008 Tanja Otte en Iris Harskamp, medewerkers provincie Gelderland
Stagiaires:
Stageplaats: Hoenderloogroep (Glen Mills School) in Wezep (gesloten jeugdzorg) Gasten van:
Rob Gerrits (beleidsmedewerker kwaliteit en ontwikkeling)
De jongens van Glen Mills op het rechte pad gebracht De Glen Mills School in Wezep kwam de afgelopen jaren regelmatig in opspraak vanwege de harde methodes waarmee delinquente jongeren op het rechte pad worden gebracht. Vanuit de provincie gingen Tanja Otte, programmamanager jeugdzorg en Iris Harskamp, beleidsmedewerker van onder andere gesloten jeugdzorg, zelf op onderzoek uit. De provinciale stagiaires werden ontvangen door een stafmedewerker en twee ‘studenten’. ‘De deelnemers van Glen Mills wonen en leren op de campus. Momenteel zitten er zowel
strafrechtelijk geplaatste jongeren als civiel geplaatste jongeren tussen de veertien en de
achttien, meestal afkomstig uit de grote steden zoals Rotterdam, Den Haag en Amsterdam. De meeste jongens beginnen als aspirant en leren eerst wat de normen zijn. Die zijn
12
Stages in de jeugdzorg
overigens door de studenten zelf opgesteld. Er zijn twee ‘huizen’ waar maximaal 120 jongens verblijven. Elk huis heeft een eigen cultuur en andere normen. Op het moment dat ze de
‘Ik liep stage bij de Raad voor
huisregels kennen, mogen ze beginnen aan het onderwijsprogramma. De twee studenten
de Kinderbescherming in
die ons hebben rondgeleid, hebben beiden de status ‘Bull’. Dit betekent dat zij – wegens
Zutphen. En wellicht was het
goed gedrag – meer vrijheden en verantwoordelijkheden hebben gekregen. De studenten
zo voorbestemd, want in dit
beoordelen elkaar en kunnen zelf verbetervoorstellen indienen voor normen. Hebben zij
onderwerp heb ik me nooit
goede beoordelingen, dan stijgen ze in status. Maken ze een fout, dan zakken ze ook weer in
zo verdiept. Als wethouder
aanzien.’
Jeugd en Welzijn kom ik meer met andere vormen van jeugdzorg in aanraking. Wat
Conditionering
mij het meest getroffen heeft
‘De jongens kiezen meestal niet zelf voor plaatsing in Glen Mills. Dat wordt bepaald door een plaatser of kinderrechter. Jongens moeten in het begin ontzettend wennen aan de aanpak.
dat vanuit een professie over
Die is erg gericht op conditionering. Zij leren goed gedrag aan en fout gedrag af. Ze mogen
deze groep jongeren wordt
bijvoorbeeld niet tegen de muren aanhangen of elkaar aanraken. En elke ochtend moeten de
gesproken. Wellicht wel te
jongens vertellen hoe ze zich voelen. Deze sessies doen de jongens grotendeels zelf, begeleid
professioneel. Een aantal
door een staflid. Het viel ons op dat de sfeer op het terrein en bij de schoollokalen rustig was.
keren kwam ik tegen dat
De jongens waren allemaal heel geconcentreerd aan het werk. Doordat ze veel gebruik maken
men de casus ging bespreken
van de computer en deels ook van programma’s van het LOI, kan iedereen een lessenpakket
zonder het dossier te hebben
op eigen niveau volgen. Zowel docenten als studenten maakten een gemotiveerde indruk.’
gelezen.’ F.W. Fabriek, wethouder
Voor- en nadelen
in Putten
‘Wat ik goed vond is dat er een opvoedings- en schoolklimaat heerst dat rust en structuur brengt’, zegt Iris Harskamp. ‘Dat hebben deze jongens hard nodig. Ook vond ik de
inspraakmogelijkheden goed, bijvoorbeeld bij het aannemen van nieuwe medewerkers.
Lastiger te beoordelen is de ‘toon’ die Glen Mills hanteert. Het geven van bevelen past volgens mij niet zo goed in het Nederlandse opvoedingsklimaat. Het is voor de jongens ook lastig om de normen en het systeem als middel te blijven zien en niet als doel. Het is bijvoorbeeld een
norm dat je niet over je verleden praat. Om te voorkomen dat de jongens een status ontlenen aan de zwaarte van hun delict of problematisch gedrag. Maar dat hoeft volgens mij niet te
betekenen dat een jongen niks kan vertellen over zijn tijd op de basisschool. Ik vind het ook lastig te beoordelen of jongens goed gedrag vertonen omdat het beloond wordt of omdat ze
werkelijk veranderen. We zijn het er in elk geval over eens dat er meer aandacht moet komen voor de verbinding met de buitenwereld en voor nazorg.’ Aansluiting met de buitenwereld Het totale programma op Glen Mills duurt meestal achttien maanden. Tanja Otte: ‘In de
laatste fase van het verblijf gaan de jongens vaker met verlof. Glen Mills zoekt momenteel
naar een betere aansluiting met de thuissituatie en de buitenwereld. Dat is ook nodig, want
veel jongens vinden die overgang lastig. Ze verlaten Glen Mills vaak succesvol en meestal met goede schoolresultaten. Buiten moeten ze zelf de structuur vinden.’ Glen Mills is een Justiële Jeugdinrichting (JJI). Momenteel is er een opnamestop doordat er een overgang plaatsvindt.
Waarschijnlijk wordt Glen Mills een gesloten jeugdzorginstelling. De beslissing daarover valt binnenkort.
13
Stages in de jeugdzorg
Dinsdag 4 november 2008 Stagiaire:
Albert Schol, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats:
Hulpverlening Gelderland Midden in Ede (jeugdgezondheidszorg)
Stagebegeleider: Marijke van de Poel (jeugdarts)
Kwetsbare kinderen verdienen goede zorg en begeleiding Hulpverlening Gelderland Midden, afdeling Jeugdgezondheidszorg, beschermt en bevordert de gezondheid, lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van kinderen en jongeren van 4-19 jaar. Als voormalig docent aan de Pabo was het voor statenlid Albert Schol interessant om een kijkje te nemen achter de schermen. Voor één dag was hij getuige van vijf vertrouwelijke gesprekken tussen een jeugdarts en ouders. ‘De wekelijkse spreekuren van Hulpverlening Gelderland Midden hebben tot doel de
lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van kinderen te bevorderen’, vertelt
statenlid Schol. ‘Dit onderwerp sprak me vooral aan vanwege mijn eerdere werk in het
speciaal onderwijs. Ook als statenlid vind ik het belangrijk om mezelf zo breed mogelijk te
oriënteren. Toen ik mijn voorkeur mocht uitspreken voor een stage, wilde ik in elk geval een dag meelopen bij een instelling uit Ede. Ik wilde graag met eigen ogen zien hoe er in mijn gemeente wordt omgegaan met jeugd- en gezinsproblemen.’ Pijnpunten blootleggen
‘Naast statenlid ben ik
‘Vanuit mijn pedagogische achtergrond wist ik natuurlijk wel al welke gedrag- en
leerproblemen er bestaan bij kinderen uit het speciaal onderwijs. Mijn stage legde die
ook zelf ouder en opa.
pijnpunten ook echt bloot. Wat me vooral duidelijk werd, is dat ouders voor goede zorg bij
Dan raken sommige
andere specialisten. Ouders hebben juist veel meer baat bij een integrale aanpak waarbij ze
verschillende loketten moeten aankloppen: bij school, bureau jeugdzorg, huisartsen of bij kunnen terugvallen op een vast aanspreekpunt.’
verhalen je wel’
Regelmatig onderzoek ‘Ik vond het schokkend om te zien dat sommige gezinnen verschillende problemen hebben. Naast statenlid ben ik ook zelf ouder en opa. Dan raken sommige verhalen je wel. Kinderen
zijn heel kwetsbaar. Om ervoor te zorgen dat zij een waardevolle plaats kunnen innemen in onze samenleving, is goede zorg en begeleiding onmisbaar. Wat mij vooral aansprak, was
14
Stages in de jeugdzorg
dat problemen in de ontwikkeling van kinderen tijdig wordt opgespoord. Jeugdartsen en
jeugdverpleegkundigen onderzoeken kinderen in het speciaal onderwijs op verschillende
leeftijden. Als er problemen worden geconstateerd dan begeleiden zij het kind, adviseren ze de ouders of verzorgers en eventueel de leerkracht en schakelen zij eventueel de hulp in van
andere instanties.’ Als het aan Albert Schol ligt, is de stage voor herhaling vatbaar. Wellicht dat ik een volgende keer meer de beleidsmatige kant wil onderzoeken. Dat ligt weer meer in het verlengde van de functie die de provincie heeft bij de uitvoering van het jeugdbeleid.’
Dinsdag 4 november 2008 Stagiaire:
Mijnke Bosman, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats: Hoenderloogroep (Meidengroep Onyx) in Deelen (gesloten jeugdzorg) Gast van:
Sabine Koenders (teamleider)
Meiden van Onyx komen graag op bezoek bij de provincie De Onyxgroep bestaat uit tien meiden in leeftijd van veertien tot achttien jaar. Bij de meeste meisjes gaat het om meervoudige problematiek: slechte gezinssituatie, vroegtijdige zwangerschappen, stelen, geweld, drugs, asociaal gedrag. Ze hebben in elk geval allemaal contact gehad met justitie en politie, sommige meiden hebben zelfs in een gesloten inrichting gezeten. Voor Mijnke Bosman, statenlid van de provincie Gelderland een reden om meer te weten te komen over deze doelgroep. ‘De medewerkers van de Hoenderloogroep proberen de meiden zelfkennis bij te brengen via een systeem van gerichte begeleiding, groepsgesprekken en therapie. Met als doel
hen voor te bereiden op een zelfstandig leven. Ik heb een aantal meiden ook echt ontmoet
tijdens de lunch’, vertelt Mijnke Bosman. ‘Ik was verbaasd over de openheid van de meiden en hun bereidheid om in gesprek te gaan met een wildvreemd statenlid dat zomaar
kwam aanwaaien. Na de lunch was er een gesprek met een therapeut. Dramatherapie,
beeldtherapie en lichamelijke therapie helpen de meiden dichter te brengen bij (vroegere) ervaringen in bijvoorbeeld het gezin. Deze manier werkt vaak beter dan het voeren van gesprekken.’
15
Stages in de jeugdzorg
Piekfijn op orde ‘Ook nam ik een kijkje in het huis van de Onyxgroep. Daar ging ik in gesprek met een
pedagogische medewerker. Ook ontmoette ik een van de bewoners, een achttienjarig meisje. Volgend jaar gaat ze (begeleid) op kamers wonen in Arnhem. Voorbereidend daarop gaat ze nu al naar het ROC in Ede om alvast te wennen aan meer zelfstandigheid. Opvallend
positief vond ik de huisvesting van de groep. De meisjes hebben een eigen slaapkamer en een gezamenlijke woonkamer. Het sanitair is eigentijds en brandschoon. De meisjes zelf
houden het gebouw piekfijn in orde. Eveneens positief vind ik de inzet van de medewerkers. Zij proberen het verplichte verblijf in de Onyxgroep voor de meisjes zo nuttig en plezierig mogelijk te maken. Daarin gaat veel tijd en energie zitten.’ Problemen bij Onyx Toch liep het statenlid ook tegen problemen op. ‘Vanwege geldgebrek zijn er te weinig
‘Ik was verbaasd
medewerkers. Ook is de locatie slecht bereikbaarheid met het openbaar vervoer en ontbreekt
over de openheid
er een vervolgtraject na vertrek uit de Onyx groep. De medewerkers vrezen dat een aantal
van de meiden en
behandeling van de nota over de jeugdzorg in de Staten.’
meisjes na vertrek terugvalt in ongewenst gedrag. Op dit punt is al ingegaan tijdens de
hun bereidheid om
Uitnodiging
in gesprek te gaan
Mijnke Bosman kijkt terug op een zinvolle stage. ‘Vooral het contact met de meiden vond ik
met een wildvreemd
geweldig. Zelfs zo leuk dat ik ze – op de vraag wat ik nu eigenlijk uitvoerde – heb uitgenodigd
statenlid dat zomaar
over de provincie en een broodje kunnen eten. Dit laatste vooral omdat ze graag broodjes
in het provinciehuis. Ik heb beloofd dat ze daar een rondleiding krijgen, de film mogen zien eten in plaats van zelfgesmeerde boterhammen uit een zakje. Ook de leiding staat positief
kwam aanwaaien’
tegenover een bezoek aan het provinciehuis en vindt het bovendien nuttig. De leiding wil
vervolgens verschillende politici uitnodigen om iets te vertellen over de standpunten van hun partij. Ik hoop dat ik niet te veel heb beloofd en dat we dit bezoek kunnen organiseren.’
‘Mijn stage bij Bureau Jeugdzorg in Velp was bijzonder en informatief. Ik koos bewust voor deze stageplaats vanwege de komst van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Als wethouder met Jeugdbeleid in mijn portefeuille ben ik daar actief bij betrokken. Ik heb vooral veel geleerd over de omvang van de problematiek en de aanpak van de hulpverlening. In Rozendaal heb ik tot nu toe uitsluitend beleidsmatig gewerkt aan het onderwerp Jeugdbeleid. De kennis en ervaring die ik heb opgedaan zal ik zeker gebruiken bij het uitvoeren van mijn werk.’ Arno Adema, wethouder in Rozendaal
16
Stages in de jeugdzorg
Dinsdag 4 november 2008 Gertien Koster, raadslid in Harderwijk en Carla Compagner, raadslid in Oldebroek
Stagiaires:
Stageplaats: Pactum in Harderwijk (jeugdzorg) Gasten van:
Joke Zwijnenburg (sectormanager)
Raadslid draagt ideeën aan voor gezamenlijk ruimtegebruik Pactum jeugdzorg & educatie is een multifunctionele organisatie in de jeugdzorg en biedt zorg en begeleiding aan kinderen, jongeren en gezinnen. Gertien Koster, raadslid in Harderwijk en Carla Compagner, raadslid in Oldebroek kenden Pactum al van naam, maar waren vooral geïnteresseerd in de instelling vanwege het werk dat ze doen. Naast raadslid is Gertien Koster maatschappelijk werker op de kinderafdeling in het ziekenhuis in Almere en werkt Carla Compagner als coördinator voor een samenwerkingsverband van scholen voor voorbereidend onderwijs. ‘Hoewel de jeugdzorg in elke provincie anders is georganiseerd, werd mij al snel duidelijk dat er overal flinke wachtlijsten zijn’, constateert Gertien Koster. ‘Tijdens de stage vroeg
ik me bijvoorbeeld af of er echt twee medewerkers nodig zijn voor de begeleiding van vijf
kinderen. We hebben ook gesproken de verschillende organisatiebelangen van de diverse zorgaanbieders in Harderwijk. Elke organisatie wil wel een hulpaanbod creëren voor
kinderen die de dupe zijn van huiselijk geweld of een echtscheidingssituatie, maar het is
vaak onduidelijk wie wat doet. Daarnaast blijkt de samenwerking met de GGZ instelling hier niet optimaal te verlopen. Het lijkt me goed om hierover een ronde tafel gesprek te houden.’ Delen van ruimte ‘Pactum zit in een prachtig, ruim opgezet gebouw. Het gebouw heeft zelfs ruimten die soms
‘Het uur dat ik een
dagdelen leegstaan. Tijdens het bezoek kreeg ik allerlei ideeën over mogelijk gezamenlijk
groep jonge kinderen
gebruik van ruimten. Ik denk bijvoorbeeld aan de KVO, een organisatie voor kinderen van
mocht observeren,
in het gebouw begeleide omgang komt voor ouders die hun kind niet thuis mogen ontvangen
verslaafde ouders. Dat idee werd enthousiast ontvangen door Pactum. Ook ben ik blij dat er
heeft mijn inzicht
of die wellicht geen eigen huis hebben’ zegt Gertien Koster. Carla Campagner werd vooral
beslist vergroot’
gezinsbegeleiding. ‘Het uur dat ik een groep jonge kinderen mocht observeren, heeft mijn
geraakt door een aantal behoorlijk diepgaande gesprekken met mensen in de ambulante
inzicht beslist vergroot. Ook ben ik sterk onder de indruk van de liefde en het geduld van
17
Stages in de jeugdzorg
de ‘werkers in het veld’, zegt ze. ‘Op het moment dat jeugdzorg op de agenda staat van de gemeenteraad zal ik mijn ervaringen zeker gebruiken bij het nemen van besluiten.’ Voor beide raadsleden is de stage in elk geval zeker voor herhaling vatbaar.
Dinsdag 4 november 2008 Stagiaire:
Theo van Kerkhof, raadslid in Apeldoorn
Stageplaats: Lijn5 Nové, Boddaert Centrum in Apeldoorn (jeugdzorg) Gast van:
Barbara Stremmelaar (gedragswetenschapper) en Greet Hoek (teamleider)
Raadslid onder de indruk van Boddaert Centrum Theo van Kerkhof, raadslid in Apeldoorn, liep een dagdeel mee op het Boddaert Centrum, een onderdeel van Lijn5 NOVÉ in Apeldoorn. Het Boddaert Centrum biedt naschoolse dagbehandeling aan kinderen in de leeftijd van 5 tot 13 jaar. ‘Wat me ook opviel, is het verschil in culturele achtergrond van de kinderen. Kinderen uit sommige culturen hebben in mindere mate geleerd om zelf verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen gedrag, in die zin dat heen niet aangeleerd is om zelf positief bij te dragen aan het functioneren van een groep’. ‘Tijdens mijn stage werd me duidelijker welke kinderen specifieke hulp krijgen volgens
welke werkwijze. Kort samengevat: het zijn vooral kinderen die in hun eigen omgeving
onvoldoende gestuurd en ondersteund worden, waardoor hun gedragsproblemen op latere leeftijd verergeren. De zorg en begeleiding op het Boddaert Centrum is dus vooral gericht op preventie. Ook kan er sprake zijn van problemen in de opvoedingsaanpak van ouders
bij kinderen met bijvoorbeeld ADHD en aan autisme verwante stoornissen. Deze kinderen krijgen een naschoolse dagbehandeling. De kinderen leren nieuwe vaardigheden, zoals
het leggen van contacten met leeftijdgenoten, het accepteren van regels en grenzen, en
structureren van ‘hun leventje’. Naast de dagbehandeling bezoekt een ouderbegeleider eens per week het gezin om zowel ouders als kind te versterken in hun vaardigheden.’ Prettig groepsklimaat Na het inleidend gesprek kreeg Theo van Kerkhof de gelegenheid om mee te lopen met De Sterrengroep. ‘Hier worden negen kinderen begeleid. De manier waarop de begeleiding
geborgenheid en veiligheid in deze groep weet te creëren, heeft veel indruk gemaakt. Ik heb
18
Stages in de jeugdzorg
ook grote bewondering voor de manier waarop de groepsleiding de kinderen laat bijdragen aan een prettig groepsklimaat. De kinderen leren rekening houden met elkaar en krijgen
‘De kinderen leren
tegelijkertijd de ruimte om hun eigen zelfstandigheid te ontwikkelen. De groepsleiding
rekening houden
kent de kinderen door en door en kan daarom ook snel en adequaat inspelen op individueel
met elkaar en krijgen
die vandaag de dag kennen. Ondanks de schaalvergroting pleit ik voor een goede coördinatie
gedrag. Dit voordeel is zeker belangrijk in de trend van schaalvergroting en fusies zoals we
tegelijkertijd de
van kleine centra.’
ruimte om hun eigen
Prioriteit van Jeugdzorg
zelfstandigheid te
‘Verder viel mij ook een praktisch punt op: het vervoer van de kinderen. Een moeder
ontwikkelen’
Boddaert Centrum te brengen. Er is dus niets geregeld voor vervoer. Ik heb me voorgenomen
gebruikt de middagpauze van haar werk om haar zoontje door weer en wind naar het dit punt onder de aandacht te brengen in de gemeenteraad. Ik heb dit bezoek als zeer
leerzaam ervaren. Deze stage heeft mij doordrongen van het maatschappelijk belang van
de vorm van jeugdzorg, zoals die bij het Boddaert Centrum geboden wordt. Deze zorg is in
de eerste plaats het belang van de betreffende kinderen zelf, maar ook voor het belang van
onze maatschappij, die bij het uitblijven dan deze zorg uiteindelijk toch de rekening krijgt gepresenteerd. Binnen de gemeentelijke beleidsprioriteiten zou de jeugdzorg een hogere plaats mogen krijgen.’
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Minie Walma-Schreur, wethouder in Wageningen
Stageplaats: Stichting MEE Veluwe in Apeldoorn (licht verstandelijk gehandicaptenzorg) Gast van:
Ben Hammer (directeur)
MEE Veluwe en gemeente Wageningen zitten op één lijn De Wageningse wethouder voor sociaal beleid, Minie Walma-Schreur, liep tijdens de Week van de Jeugdszorg een ochtend stage bij MEE Veluwe, een organisatie speciaal voor mensen met een beperking, chronische ziekte of autisme. ‘Het was een mooie gelegenheid om eens nader kennis te maken met het dagelijkse werk van hulpverleners.’
19
Stages in de jeugdzorg
‘MEE Veluwe kende ik als organisatie vanwege de spreekuurlocatie in Wijkcentrum De
Nude in Wageningen. Tijdens de stage was ik vooral benieuwd naar de ervaringen van de
mensen die direct met jeugd te maken hebben. Wat speelt er, wat zijn de ontwikkelingen? Tijdens een kort gesprek met de directie kwam ook kort de samenwerking tussen MEE
Veluwe en de gemeente Wageningen aan de orde. Hierover bestonden namelijk nog geen
concrete afspraken terwijl MEE Veluwe actief is in Wageningen. Er zijn veel initiatieven voor inwoners met een handicap of chronische ziekte. Vooral op het gebied van vrije tijd voor de jeugd. Veel activiteiten voor jeugd met een beperking worden georganiseerd door Welvada en MEE Veluwe. Sinds kort brengen Welvada en MEE Veluwe een goede, overzichtelijke
nieuwsbrief uit waarin al deze activiteiten staan. In de toekomst wil ik zeker praten over mogelijkheden voor verdere samenwerking.’ Aanpak huiselijk geweld De ontwikkelingen rondom huiselijk geweld was het volgende onderwerp op de agenda. ‘Het is een onderwerp waar ik me al een hele tijd betrokken bij voel’, benadrukt de
wethouder. ‘Een aantal jaar geleden heb ik een bijdrage mogen leveren aan de aanpak van huiselijk geweld waarbij meerdere organisaties zijn gaan samenwerken. De verplichte
uithuisplaatsing van de daders van huiselijk geweld kwam ook aan de orde. Hier ben ik
zeker voorstander van, maar in de praktijk blijkt dit nog niet zo eenvoudig te realiseren. Voor mensen met een beperking die slachtoffer worden van huiselijk geweld of juist dader zijn, blijkt de aanpak nog ingewikkelder. Samen met andere organisaties zet MEE Veluwe zich
in om het probleem van huiselijk geweld goed aan te pakken. De organisatie zorgt hierbij
voortdurend dat de specifieke problemen van mensen met een beperking bij huiselijk geweld goed onder de aandacht worden gebracht.’ Goede bereikbaarheid ‘Tijdens de gesprekken bleek ook dat mensen met een handicap, chronische ziekte of met
‘Samen met andere
autisme hun weg weten te vinden naar MEE Veluwe. Zij bellen met vragen die gaan over
organisaties zet MEE
wonen, werken, vrije tijd of opvoedingsproblemen. Zij krijgen daar, zo concludeerde ik uit
Veluwe zich in om het
de maatschappelijke werker van MEE niet direct een probleem kan oplossen, werden zij op
een aantal gesprekken met cliënten van MEE Veluwe, een persoonlijk antwoord op. Ook als
probleem van huiselijk
een vriendelijke manier verwezen naar iemand die hen wel verder kon helpen.’
geweld goed aan te pakken’
20
Stages in de jeugdzorg
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Renske Waardenburg, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats:
Hoenderloogroep (Jongensgroep Titaan) in Deelen (gesloten jeugdzorg)
Gast van:
Ylke Vaassen (pedagogisch medewerker)
Nazorg in de jeugdzorg is heel hard nodig Renske Waardenburg, statenlid van Groen Links wilde graag stage lopen bij een gesloten jeugdzorginstelling omdat ze wilde weten of het voor- en nazorgtraject op elkaar aansluit. In de praktijk blijken veel voorzieningen namelijk nog niet voldoende op elkaar afgestemd. Jongeren die in een justitiële inrichting verblijven, moeten soms wel vijf maanden wachten op een plek in de jeugdzorg. Speelt dit voorbeeld ook bij de jongensgroep Titaan? De stage bood inzicht. ‘Titaan is een gesloten instelling waar op dit moment 26 jongens wonen tussen de vijftien en achttien jaar. De jongens wonen er vaak voor langere tijd. Het bezoek aan de instelling
heeft meer inkleuring gegeven aan het dagelijkse leven en werken daar. In Titaan heerst een regiem van regelmaat, rust en orde. Het is gek om te beseffen dat voor mij vanzelfsprekende dingen als je jas ophangen of netjes een hand geven, hier zo streng aangewend moeten worden. Gelukkig was er in dit strak georganiseerde leven toch ruimte voor een bezoek van een stagiaire van de provincie. Tijdens gesprekken met verschillende jongeren en
medewerkers wilde ik graag antwoord op drie vragen: heb je lang moeten wachten op een plek? Hoe denk je over nazorg? En is het eenvoudig om aan goed personeel te komen?’ ‘Ik zit in de jeugdzorg en ben Marokkaan’ ‘Twee jongens vertelden mij dat ze drie tot vijf maanden moesten wachten op een plek in de gesloten jeugdzorg. De een zat tussen criminele jongeren, de ander op een aparte afdeling. De verhalen van deze twee jongens lieten een diepe indruk achter. Toen ik vertelde dat de provincie graag investeert in goede nazorg kwam een van de jongens daar later op terug. Hij was de dag ervoor naar een uitzendbureau geweest voor een bijbaantje maar kon dat niet vinden. Hij denkt dat het komt omdat hij in de jeugdzorg zit en Marokkaan is. Hij
verwacht dat het vinden van werk ook later problemen oplevert. In de jeugdinstelling praten medewerkers hem moed in. Maar bij wie kan hij terecht als hij vrij komt? Zelf geeft hij aan het liefst terug te vallen op een mentor van de jeugdinstelling. Dat is een bekend persoon. Opnieuw je verhaal vertellen aan iemand in de gemeente is blijkbaar een drempel.’
21
Stages in de jeugdzorg
Eigen boontjes doppen In de Titaan zoeken ze op dit moment naar nieuwe medewerkers. ‘Het blijkt lastig om
‘Ook jongeren van
mensen te vinden die dit moeilijke werk aan kunnen’, zegt Renske. ‘Het personeel zou ook
achttien die de stap
graag meer aan nazorg doen. Ze zien dat het voor de jongens lastig is om te schakelen tussen
naar zelfstandigheid
jongeren de steun vanuit hun eigen netwerk. Het is pijnlijk dat er jongeren zijn die niet op
een streng, besloten regiem en de vrijheid om je eigen boontjes te doppen. Meestal missen de
moeten maken, hebben ondersteuning nodig’
hun ouders terug kunnen vallen. Ook jongeren van achttien die de stap naar zelfstandigheid moeten maken, hebben ondersteuning nodig.’ Terugkeer ‘Via de stage kwam ik erachter hoe weerbarstig de praktijk is. Ik kan een beleidsstuk
goedkeuren, maar daarmee is het beleid nog niet uitgevoerd. Het onderwerp nazorg blijf ik met extra aandacht volgen. Ook vind ik het belangrijk om mijn stageplaats nog een keer te
bezoeken. Dat heb ik ook gedaan bij het kamertrainingproject van Pactum. Toen ik daar vorig jaar stage liep, waren er twee jongeren die wachtten op een specifieke plaats. Ik trof één van
de jongeren. Hij had na een jaar eindelijk een plek gevonden. De andere jongere had een paar weken eerder een plaats gevonden. Dat is toch prettig om te weten.’
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Frans Houben, wethouder in Beuningen, Annelies van der Kolk, gedeputeerde, Theo de Wit, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats: De Hunnerberg in Nijmegen (justitiële jeugdzorg) Gast van:
Gina Cops (communicatie)
De Hunnerberg pleit voor ketenbenadering Statenlid Theo van Wit heeft genoten van het stagebezoek aan Justitiële Jeugdinrichting de Hunnerberg. Het heeft hem opnieuw ‘gevoed’ om extra inzet te vragen voor de nazorg en ketenopvang in de jeugdhulpverlening. ‘Ik heb er kennis gemaakt met jongens en meisjes en kreeg gedegen informatie over wie er in de Hunnerberg verblijven en waarom.’ Theo de Wit heeft veel vragen beantwoord gekregen over de ondertoezichtstelling (OTS) van
meisjes die bescherming nodig hebben tegen loverboys. ‘De programma’s zitten verantwoord
22
Stages in de jeugdzorg
in elkaar. Een aanvankelijk strak regiem met veel rust, reinheid en regelmaat, dat in de loop van het proces wordt omgezet naar meer zelfstandig functioneren in de maatschappij. Door het leren van een vak, bijvoorbeeld metaalbewerking, en het volgen van lessen, komen de jongeren steeds dichterbij de samenleving te staan.’ Stokje doorgeven Als belangrijk thema noemt Theo de Wit de nazorg. ‘Denk aan 18+ opvang en het voorkomen
‘In de Hunnerberg
van terugval. De Hunnerberg heeft hier zelf nog geen harde gegevens van. Ook bestaan er
heerst rust, reinheid
onduidelijkheden over hoe het stokje binnen de jeugdhulpverlening wordt doorgegeven en
en regelmaat‘
zelf, die soms een heel lange geschiedenis in de jeugdhulpverlening achter de rug hebben.
hoe kennis en expertise optimaal kunnen worden ingezet. Niet in het minst bij de jongeren De mensen die de kinderen begeleiden, beseffen dit zelf overigens ook en hebben een
geweldige inzet bij de begeleiding. De ketenbenadering, die nu wordt ontwikkeld, zou een oplossing kunnen zijn.’
Woensdag 5 november 2008 Stagiaires:
Margriet Bleijenberg, statenlid en Simon van de Pol, wethouder in Ede
Stageplaats: Raad voor de Kinderbescherming in Arnhem Gast van:
Leo Zwaal (casusregisseur)
Goede afstemming binnen de Jeugdzorg verdient prioriteit Dankzij de Week van de Jeugdzorg kreeg Simon van de Pol, wethouder in Ede, de kans voor het eerst een kijkje te nemen in een jeugdgevangenis. Vanuit de Raad voor de Kinderbescherming schoof hij samen met statenlid Margriet Bleijenberg aan tafel bij het wekelijkse netwerkberaad in Justitiële Jeugdinstelling de Hunnerberg in Nijmegen. Na afloop wordt duidelijk dat goede afstemming ontzettend belangrijk is bij opvang van jongeren die in de problemen zijn gekomen. Daarin is nog heel wat winst te behalen. ‘Het beeld dat ik had van een jeugdgevangenis kwam behoorlijk overeen met de
werkelijkheid’, vertelt Simon van de Pol. ‘Er vindt een strenge intake plaats, bewaarders
23
Stages in de jeugdzorg
lopen met een bos sleutels door de gangen en de muren zijn versierd met kunstuitingen van jongeren uit de gevangenis. We waren op weg naar het netwerkberaad tussen de Raad voor de Kinderbescherming, de Jeugdzorg en de Hunnerberg. Wekelijks onderwerp van gesprek
zijn de jongeren. De jongste gedetineerde is twaalf jaar en heeft een dossier van bijna twee centimeter dik.’ Margriet Bleijenberg: ‘Vrijwel alle jongeren die er vastzitten, hebben met
allerlei instanties op het gebied van jeugdzorg te maken gehad. Tijdens het netwerkberaad wordt de informatie die de begeleiders en behandelaars hebben op elkaar afgestemd.’ Jeugdcoach in Ede ‘Er is veel aandacht voor de jongeren. Niemand is een nummer. Zowel bij de Raad voor de
Kinderbescherming als bij de Hunnerberg zijn mensen oprecht blij als het goed gaat met de
jongeren, bijvoorbeeld als er een staatsexamen voor de HAVO is aangevraagd’, zegt Margriet Bleijenberg. ‘Zelf kregen we veel vragen over de nazorg. De manier waarop gemeenten de voor- en nazorg regelen, blijkt nogal van elkaar te verschillen.’ Wethouder van de Pol: ‘In Ede loopt een experiment waarbij jongeren intensief worden gevolgd door een
jeugdcoach. In een jaar tijd worden jongeren (en de ouders) begeleid en weggetrokken van foute vrienden. In driekwart van de gevallen heeft deze aanpak succes, maar het is duur.
Het deed me goed om te horen dat hierover tussen de Hunnerberg en de gemeente Ede goede werkcontacten bestaan.’ Plaatsing jeugd Eenmaal terug bij de Raad voor de Kinderbescherming keken de stagiaires terug op een
‘De jongste
leerzaam uur. ‘In de jeugdzorg is nog heel wat op elkaar af te stemmen’, zegt het statenlid.
gedetineerde is
‘Daar wordt momenteel hard aan gewerkt, ook binnen de provincie’. Zij stelde nog wat
twaalf jaar en
wilde graag weten hoeveel civielrechtelijk geplaatste jongeren er zijn in Gelderland en of
aanvullende vragen aan de gedragsdeskundige van de Raad voor de Kinderbescherming. ‘Ik
heeft een dossier
er voldoende plaats is voor jongeren met ernstige (gedrags)problematiek. Bij de Raad voor
van bijna twee
creëren voor jongeren die op grond van hun gedrag in een gesloten instelling worden
de Kinderbescherming zijn hierover geen cijfers bekend. Wel wil de Raad meer plaatsen behandeld. Vanaf 2010 mogen strafrechtelijke en civielrechtelijke opnames niet meer
centimeter dik’
plaatsvinden in dezelfde instelling. Op de Hunnerberg worden dan alleen nog jongeren met een strafrechtelijke veroordeling opgenomen. Veel meisjes, die wegens gedragsproblemen gemiddeld vaker worden geplaatst in de Hunnerberg, moeten waarschijnlijk worden opgevangen door een andere instelling, zoals de OG Heldringstichting.’ Wachtlijsten Margriet Bleijenberg was ook benieuwd naar de wachtlijsten. ‘In de hele keten van jeugdzorg en
kinderbescherming kunnen wachtlijsten ontstaan omdat nooit voorspelbaar is hoeveel kinderen hulp nodig hebben. De bureaucratie binnen de jeugdzorg helpt ook niet echt mee aan flexibele en snelle hulpverlening. Alle mensen die ik heb gesproken tijdens deze stage maken zich
kwaad over wachtlijsten en wachttijden. En over ouders en kinderen die niet meewerken, maar ondertussen steeds grotere problemen krijgen. Zij maken zich ook kwaad over de bureaucratie. Er is vaak het gevoel dat ze te laat in actie kunnen komen. Misschien dat de Cen tra voor Jeugd en Gezin kunnen helpen om de problemen bij jongeren eerder te signaleren.’ 24
Stages in de jeugdzorg
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Bas Elfrink, wethouder in Duiven
Stageplaats: OG Helderingstichting in Zetten (gesloten jeugdzorg) Gast bij:
Rob Brand (hoofd Zorg)
OG Helderingstichting heeft oog voor verborgen leed Tijdens de Week van de Jeugdzorg liep wethouder Bas Elfrink stage bij Ottho Gerhard Heldringstichting in Zetten. In dit orthopedagogisch en orthopsychiatrisch centrum worden jongeren met ernstige gedragsproblemen behandeld. ‘Het was een boeiende en leerzame dag boordevol informatieve gesprekken.’ ‘De rondleiding door het behandelcentrum was voor mij een uitstekende manier om nader
kennis te maken met de verschillende kanten van de instelling: het wonen, het onderwijs,
‘Het bezoek
de zorg, de regels. Er was ook genoeg tijd voor openhartige en indringende gesprekken met mijn begeleider, andere personeelsleden en enkele bewoners. Ik stelde het zeer op prijs dat
heeft mij ervan
het hoofd zorg en een afdelingshoofd ruim de gelegenheid gaven voor vragen.’
overtuigd dat de samenleving
Beetje ‘thuis’
aandacht moet
medewerkers en ik werd behoorlijk getroffen door het verborgen leed van de bewoners’, zegt
‘Ik heb grote bewondering voor de deskundigheid en grote betrokkenheid van de
hebben voor
wethouder Elferink. ‘De OG Heldringstichting is weliswaar een gesloten behandelcentrum,
deze groep
maatschappij op een positieve manier te handhaven. Het is zelfs een plek waar ze zich soms
het is ook een plek waar jonge mensen met een moeilijke achtergrond leren zich in deze
jongeren. Dat we
een beetje ‘thuis’ kunnen voelen. Het bezoek heeft me ervan overtuigd dat de samenleving
ze nooit mogen
we dus de financiën moeten opbrengen om deze zorg goed te organiseren.’
aandacht moet hebben voor deze groep jongeren. Dat we ze nooit mogen ‘afschrijven’ en dat
‘afschrijven’…’
25
Stages in de jeugdzorg
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Lenie Scholten, wethouder in Nijmegen
Stageplaats: Bureau Jeugdzorg in Nijmegen Gast van:
Martie van den Bremer (teamleider)
Gezinsvoogden Bureau Jeugdzorg bevlogen in hun vak Als wethouder Jeugdbeleid in Nijmegen voelt Lenie Scholten zich nauw betrokken bij de jeugd in haar stad. Al eerder ging ze met het college op werkbezoek bij Bureau Jeugdzorg. Onder andere om de discussie aan te gaan over multi probleemgezinnen. Haar stage had een ander karakter. Het bood de mogelijkheid om echt over de schouder van de gezinsvoogd mee te kijken. Bureau Jeugdzorg is de toegangspoort tot alle jeugdzorg in de provincie. Zij is er voor
jongeren die op vrijwillige basis zorg willen krijgen of gedwongen beschermd moeten
worden, omdat zij niet op een veilige manier kunnen opgroeien. Lenie Scholten maakte
bijvoorbeeld kennis met een vader waarvan zijn vijf kinderen uit huis zijn geplaatst. ‘De
gezinsvoogd zorgt ervoor dat contact toch nog mogelijk is’, vertelt ze. ‘Volgens de vader is de gezinsvoogd de enige persoon waarmee hij nu nog een vertrouwensband heeft.’ Bevlogen Tijdens het gesprek met die vader en het gezinsvoogd zat ik met behoorlijk gemengde
‘Ik ben ervan
gevoelens. Ik heb veel bewondering voor het werk van deze gezinsvoogden. Die vader heeft
geschrokken
natuurlijk ook recht op een vertrouwenspersoon en ik snap ook goed dat hij het contact met
hoe weinig tijd
problemen die leidden tot de uithuisplaatsing van die kinderen. Sommige gezinsvoogden
zijn kinderen probeert te houden. Tegelijkertijd is hij wel mede verantwoordelijk voor de
gezinsvoogden
werken al twintig jaar met dezelfde bevlogenheid bij Bureau Jeugdzorg. Zij laten zich niet
hebben voor het
kinderen nodig om weer verder te kunnen? Dat is knap.’
leiden door eigen emoties, maar kijken afzonderlijk naar elk individu. Wat hebben ouders en
contact met hun
Geschrokken
cliënten’
Wethouder Scholten: ‘Ik ben ervan geschrokken hoe weinig tijd gezinsvoogden hebben voor het contact met hun cliënten. Waren zij vroeger tachtig procent bij de gezinnen aanwezig, tegenwoordig is dit nog maar twintig procent. Het grootste gedeelte van de tijd houden de gezinsvoogden zich bezig met het maken van behandelplannen, verslagen van elk contact
26
Stages in de jeugdzorg
dat zij hebben met ouders of kind en rapportages voor hoorzittingen. De protocollen waaraan gezinsvoogden zich moeten houden, de bureaucratie, staat niet meer in verhouding tot het contact met de cliënt.’ Andere werkwijze Als verklaring voor de bureaucratisering van de jeugdzorg geeft Lenie Scholten het aantal gevallen waarbij kinderen in het verleden zijn overleden. ‘Denk aan het meisje van
Nulde, aan Savanna. Allemaal zaken waarbij Bureau Jeugdzorg negatief in beeld kwam. Gezinsvoogden lopen dus steeds meer risico. Meer geld naar Bureau Jeugdzorg is wat
mij betreft niet de oplossing. Er moet een andere werkwijze komen. Ten eerste: minder
bureaucratisering, meer tijd voor het gezin. Daarnaast hebben ze meer tijd nodig om de zorgadviesteams te adviseren. Nu krijgen zij zes uur per maand om deel te nemen aan
vergadering. Dat zou veel meer moeten zijn. Ook wens ik meer afstemming met het lokale
beleid, bijvoorbeeld aan de hand van terugkerende werkoverleggen. Wellicht is de stage het begin van een intensiever onderling contact.’
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Hans Esmeijer, gedeputeerde en Arnoud Leerling, beleidsmakelaar in regio ‘de Vallei’
Stageplaats: Gelderse Roos in Arnhem (jeugd geestelijke gezondheidszorg) Gast van:
Anke de la Fosse (teamleider kinderteam en adolescententeam) Martin van Geffen (GZ psycholoog) en Marijke de Koning (GZ psycholoog)
De Gelderse Roos wil gezamenlijke aanpak schoolweigering Tijdens een workshop over schoolverlaters in Wageningen bood gedeputeerde Hans Esmeijer Arnoud Leerling aan samen met hem stage te lopen bij de Gelderse Roos in Arnhem. Een bijzondere en leerzame ervaring. Om 8.45 uur melden de stagiaires zich bij de Gelderse Roos in Arnhem. ‘We worden
hartelijk ontvangen door teamleider Anke de la Fosse. Terwijl zij mij uitgebreid vertelt
27
Stages in de jeugdzorg
over de missie en visie van de Gelderse Roos, volgt Hans Esmeijer ondertussen een sociale
vaardigheidstraining voor jonge kinderen. De Gelderse Roos is er onder andere voor jongeren met psychische problemen en psychiatrische aandoeningen. De instelling stemt het
zorgaanbod af op de wensen van de cliënten. Als ik aan Anke de la Fosse vraag welk beeld
ze heeft van de toekomstige relatie met het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), reageert ze
terughoudend. Ze vraagt zich af of het de CJG’s wel zal lukken wat Bureau Jeugdzorg tot nu niet is gelukt. Namelijk, snel schakelen, waardoor acute hulp kan worden geboden.’ Schoolweigering Schoolweigering is het volgende onderwerp van gesprek. ‘Voor Hans Esmeijer en mij is
‘Harmonisatie
het een nieuwe term. Het woord wordt vooral door de GGZ gebruikt. Het gaat om kinderen
is gewenst om
en jongeren die vanwege psychische stoornissen wegblijven van school. Kinderen melden
tot een goede,
stoornis te hebben. Pesten is hier een voorbeeld van. Kinderen hebben hierdoor een slecht
fysieke klachten, zoals hoofdpijn en maagstoornissen, maar blijken een psychische
gezamenlijke
zelfbeeld en kunnen moeilijk aansluiting vinden bij een nieuwe groep op de middelbare
aanpak te komen’
schoolweigering met Huub Engelen van Bureau Jeugdzorg Arnhem. Allereerst moet er een
school. Martin van Geffen van de Gelderse Roos werkt aan een gezamenlijke aanpak voor uniforme systematiek komen voor melding van schoolweigering. Nu werkt elke school
nog op eigen manier. Harmonisatie is gewenst om tot een goede, gezamenlijke aanpak te komen’.
EMDR om traumatische ervaringen te verwerken ‘Om 10.30 uur worden we opgehaald voor de kennismaking met een nieuwe methode om traumatische ervaringen te verwerken. Het bewegen van de ogen blijkt de hersenen los
te maken, waardoor het verwerken van trauma’s aanzienlijk verbetert. Op het eerste oog
ongeloofwaardig, maar door de praktijk beproeft. Na afloop bespreken we nog de toepassing van deze ervaringen.’ Nazorg ‘Van gedeputeerde Hans Esmeijer leer ik dat nazorg een punt van aandacht is. Nazorg als
vorm van preventie. Hij kijkt ook met enige zorg naar de organisatie van andere instellingen naast het Centrum voor Jeugd en Gezin. Hij wil vasthouden aan één centraal punt om te voorkomen dat er boven deze centra weer een centrale regie moet komen.’
‘Als portefeuillehouder onderwijs en jeugd wilde ik inhoudelijk meer weten over Bureau Jeugdzorg. Het was voor mij bijvoorbeeld nieuw dat deze organisatie werk verricht voor de AWBZ. Wel wist ik dat er te veel tijd zit in de bureaucratie: 80% bestaat uit bureauwerkzaamheden en 20% uit klantencontact. Minder regelgeving dus! Ook de procedure rond de benoeming van een gezinsvoogd duurt veel te lang. Er is dus genoeg werk aan de winkel om ervoor te zorgen dat de betrokkenheid en inzet van de medewerkers ook groot blijft in de toekomst.’ Henk van Rensen, wethouder in Druten.
28
Stages in de jeugdzorg
‘Hoe houden we kwetsbare jongeren in beeld, koppelen we hulpverleners aan elkaar en geven we inhoud aan de ‘zorg’. Dertig jaar lang werkte ik in het onderwijs met kinderen met leer- en gedragsproblemen. Als wethouder kom ik nu oud-leerlingen tegen in verschillende zorgtrajecten. Het gesprek met jongeren en hun begeleiders in jongerenhuis Harreveld maakte mijn beeld completer. Want als we tot een goed Centrum voor Jeugd en Gezin willen komen, de touwtjes aan elkaar willen knopen, moet je kennis hebben van achtergronden en processen. Via de stage vergroot ik bovendien mijn netwerk van deskundigen en ken ik meer mensen die college en raad kunnen adviseren.’ Henk Rijks, wethouder in Aalten.
Woensdag 5 november 2008 Stagiaire:
Jennifer Zoombelt, raadslid in Oldebroek
Stageplaats: Pactum in Deventer (jeugdzorg) Gast van:
Ronald Eckringa (unitleider pleegzorg)
Matchmaker Pactum zoekt veilig thuis voor (pleeg)kind 5 november 2008 beloofde voor raadslid Jennifer Zoombelt geen doorsnee werkdag te worden. Ze gaat stage lopen bij Pactum in Deventer. Een keuze waarover ze overigens niet lang hoefde na te denken. ‘Het onderwerp sprak me al langer aan. Dankzij de Week van de Jeugdzorg krijg ik de kans meer over het onderwerp te weten te komen.’ ‘Op de lijst met stageadressen sprong Pactum er voor mij direct uit, in het bijzonder de
zorgmodule pleegzorg. Ik heb veel bewondering voor pleegouders. Zij bieden kinderen de
kans op te groeien in een veilige omgeving, in een situatie die zo veel mogelijk lijkt op een ‘normaal’ gezin. De stage geeft mij de mogelijkheid de pleegouders te spreken en te horen hoe de plaatsing van kinderen in zijn werk gaat.’ Versnippering van zorg ‘Ik begon de dag door aan te schuiven bij de tweewekelijkse werkbespreking tussen
begeleiders en hun unitleiders. Wat mij vooral raakte, was het verhaal over een jongen die opgroeit in een situatie die niet veilig voor hem is. Hoewel hij zelf via school aan de
bel heeft getrokken, lijkt een goede oplossing op dit moment niet voorhanden. Dat heeft
29
Stages in de jeugdzorg
vooral te maken met de versnippering in de zorg. Aan de ene kant vindt er nog te weinig
afstemming plaats tussen zorginstellingen en aan de andere kant is vaak onduidelijk waar
verantwoordelijkheden beginnen en waar ze eindigen. De unitleider laat zich daar gelukkig niet door leiden. Hij focust zich juist op wat Pactum wel kan betekenen binnen de taken
en bevoegdheden die de instelling heeft. Daarnaast gaat hij actief in gesprek met andere
instellingen die mogelijk wel een oplossing kunnen bieden. De medewerkers van Pactum verliezen zich dus niet in emotie. Dat vind ik heel knap.’ Juiste match Gelukkig kan Pactum in veel gevallen wel veel betekenen voor kinderen die om uiteenlopende
‘Wat mij vooral
redenen tijdelijk niet in hun eigen gezin kunnen wonen. Voor die kinderen zoekt Pactum
raakte, was het
opvang en hulpverlening in een pleeggezin. ‘Dat kan gaan om een gezin in het eigen sociale-
verhaal over een
en aandacht aan het maken van de juiste match. Ouders kunnen speciale cursussen volgen.
of familienetwerk of een onbekend gezin’, zegt Jennifer Zoombelt. ‘Pactum besteedt veel zorg
jongen die opgroeit
Als het kind in het gezin wordt opgenomen, komt een pleegzorgwerker van Pactum elke zes
in een situatie die
te maken met een voogd van Bureau Jeugdzorg, die er speciaal is voor het kind. Elke twee jaar
weken op bezoek om de ontwikkeling van het kind te bespreken. Ook krijgen de pleegouders bekijkt de rechter of langer verblijf in een pleeggezin nodig is of dat het pleegkind terug kan
niet veilig voor
naar huis.’
hem is’
Opa en oma Bepakt met al deze informatie, ging het raadlid ’s middags op bezoek bij echte
pleeggezinnen. Mensen die hun huis openstellen voor een kind in moeilijkheden. ‘Het was bijzonder deze pleegouders te ontmoeten en bij hen thuis te komen om over de pleegzorg te
praten. Tijdens mijn tweede huisbezoek ontmoette ik een echtpaar dat sinds drie jaar de zorg en opvoeding van hun kleinzoon op zich neemt. Toen ik kennis maakte met de inmiddels vijftienjarige puber, werd mij al snel duidelijk dat hij zich echt thuis voelt bij zijn opa en oma. Ook de pleegouders gaven aan het fijn te vinden een veilige thuishaven te kunnen bieden aan hun kleinzoon. Hoe zwaar dit soms ook voor hen is.’
30
Stages in de jeugdzorg
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Janneke Talman- van der Woude, wethouder in Neder-Betuwe
Stageplaats: GGD in Tiel (jeugdgezondheidszorg) Gast van:
Gerrie Kolthof (afdelingshoofd JGZ)
GGD als schakel aan het begin van de keten Gemeenten in Nederland zijn verantwoordelijk voor de bescherming, bewaking en bevordering van de gezondheid van hun inwoners. De uitvoering daarvan in de regio Rivierenland is opgedragen aan de GGD. Wethouder Janneke Talman heeft direct te maken met de jeugdgezondheidszorg en vindt dat de jeugdzorg begint bij de GGD. Reden genoeg om de aanpak van deze organisatie eens van dichtbij te bekijken. ‘Ik kijk met veel plezier terug op mijn stagebezoek aan de GGD. Interessant vond ik de
verhelderende gesprekken over het meldpunt huiselijk geweld. Ook heb ik een immense
hoeveelheid papieren dossiers bekeken. Geen overbodige luxe om daar digitale dossiers van te maken’, vindt de wethouder. ‘Het was ook bijzonder om getuige te zijn van de dagelijkse praktijk. Zo mocht ik er bijvoorbeeld bij zijn terwijl de schoolarts een aantal kinderen
onderzocht. Op zo’n moment realiseer ik me hoe nuttig dat is. Bij drie kinderen bleek dat
‘Bij drie kinderen
nader onderzoek nodig is. De arts maakte direct een vervolgafspraak.’
bleek dat nader
Integrale jeugdgezondheidszorg
onderzoek nodig
‘De schoolarts was het met me eens dat kinderen op de basisschool te weinig worden
is. De arts
onderzocht. Er vindt namelijk alleen schoolonderzoek plaats bij leerlingen van groep twee
maakte direct een
signaleren. Ik denk dat het beter is om een echte integrale jeugdgezondheidszorg te hebben.
en groep zeven. Wanneer er iets misgaat met het kind in groep vijf, dan is dat lastig te
Nu zit er toch weer een overdrachtmoment tussen dit onderzoek en dat van bijvoorbeeld een
vervolgafspraak’
consultatiebureau. Deze bevinding neem ik in elk geval mee in de gedachtevorming over het Centrum voor Jeugd en Gezin.’
31
Stages in de jeugdzorg
Donderdag 6 november 2008 Fractie ChristenUnie Gelderland
Stagiaires:
Stageplaats: Bredevoort (nu Joozt) in De Glind (jeugdzorg) Gasten van:
Maria Delhaas (communicatie)
De Glind verrast ChristenUnie met veelzijdige hulpverlening Bredervoort De Glind is een multifunctionele organisatie voor jeugdzorg. Jongeren kunnen er terecht voor hulp en opvang in onder meer gezinshuizen, leefgroepen, familietherapie, ambulante begeleiding of dagbehandeling. Deze breed georiënteerde hulpverlener stelde haar deuren open voor de complete fractie van de ChristenUnie in Gelderland. Een dag lang konden fractieleden meedraaien bij diverse onderdelen van Bredervoort. ‘De Jeugdzorg is een belangrijk thema bij de ChristenUnie’, benadrukt statenlid Marien
Bikker. ‘Daarom is het goed om naast alle theoretische beschouwingen over de jeugdzorg in Arnhem ook eens een kijkje te nemen in de praktijk. We spraken met kinderen en
begeleiders. Mijn conclusie: veel jongeren die hier verblijven, komen tot rust, voelen zich
veilig en krijgen weer ontwikkelingskansen voor de toekomst. Daar hebben zij ook recht op.’ Stigma’s Bestuurslid Anthony Schouten sprak met een vijftienjarige jongen die al een tijd verblijft in een gezinshuis. Omdat deze jongen in De Glind woont, komt hij lastig aan een bijbaantje. Stigmatisering kan dus leiden tot een lastige plaats in de maatschappij.’ Statenlid Lubbert van den Heuvel schreef vorig jaar in zijn stageverslag ‘ik kom zeker nog eens terug.’ Hij
hield woord. ‘Dit jaar bezocht ik een groepshuis. Ik spreek met de leiding, we lunchen met z’n allen en ik maak kennis met diverse jongeren tijdens de dagactiviteiten. Het raakt me opnieuw: de jongeren hier zijn nog kinderen die onze aandacht hard nodig hebben.’ Wel erg lief… ‘Komt op vrijdagmiddag nog een zorgvraag binnen, dan gaan de medewerkers daar direct op in’, zegt Janneke Vos-Arwert, fractieassistent. ‘Het is mooi dat er instellingen zijn die hulp
bieden, maar ik vind het erg dat het nodig is. Ook tijdens het bezoek aan de leefgroep viel die grote betrokkenheid op. Is er meer bezetting nodig? Dan draaien de medewerkers ‘gewoon’
32
Stages in de jeugdzorg
extra diensten. Ik bezocht een leefgroep waar kinderen worden opgevangen tussen de zes en twaalf jaar. De dagindeling is strak, de regels strikt, de leiding streng. Maar zoals één van
de kinderen zei: de begeleiders zijn wel erg lief. En dat zegt veel. Het zijn allemaal kinderen
‘Het is mooi dat er
uit gebroken gezinnen, zo vertelde een psycholoog ons aan het einde van het bezoek. Een
veilig thuis voor kinderen is geen luxe, maar noodzakelijk om op te groeien als evenwichtige
instellingen zijn
mensen die verantwoordelijkheden op zich kunnen nemen.’
hulp bieden, maar ik vind het erg dat
Kleine kinderboerderij
het nodig is’
jongens tussen de zes en twaalf jaar’, vertelt Evert de Graaf, fractievolger. ‘Eén kind kwam
‘Bij mij stond een bezoek gepland aan een gastgezin met zes kinderen: twee meisjes en vier zelfs uit het buitenland. In het gastgezin leren de jongeren structuur aan te brengen in hun leven. Elk kind heeft bijvoorbeeld een eigen sier- of moestuin en verzorgt een paar dieren. Het leek wel een kleine kinderboerderij. Ik vond het fijn om te zien dat dit werk mogelijk is met subsidiegeld van de provincie Gelderland.’ Het valt statenlid Pieter Plug op dat de
werkdruk bij hulpverleners hoog is. ‘Het aantal begeleiders en hulpverleners kan met de
huidige financiering niet worden uitgebreid. Maar het zou wel wenselijk zijn om de groepen te verkleinen waardoor de jongeren meer persoonlijke aandacht ontvangen.’
Donderdag 6 november 2008 de heer Stoutjesdijk, Raad van Toezicht Lindenhout en Wilmie van de Kuil,
Stagiaires:
raadslid in Aalten Stageplaats: Lindenhout in Arnhem (jeugdzorg) Gasten van:
Frank Ros (ambulant hulpverlener JEKK)
JEKKERS van Lindenhout willen het beste voor de jeugd De pubertijd is voor sommige jongeren een worsteling met hun eigen identiteit. Soms komen ze in aanraking met alcohol en drugs of experimenteren met seksualiteit. Ze vertonen gedrag dat opvalt in de wijk en waarmee ze in aanraking kunnen komen met de politie. Voor deze jeugd heeft Lindenhout een module ontwikkeld. JEKK (jongeren en kleine criminaliteit) biedt intensieve ambulante hulp en preventieve activiteiten om jongeren uit handen te houden van politie en justitie.
33
Stages in de jeugdzorg
‘Toen mijn teamleider mij benaderde of ik als stagebegeleider een kijkje kon organiseren in onze keuken, was ik daar meteen voor. Ik ben trots op het werk dat we bij Lindenhout
doen en vertel graag over de module JEKK, waar ik zelf mee werk. Ik houd alleen niet van
aapjes kijken. De jongeren waarmee we werken hebben recht op privacy. Om die reden zijn de stagiaires niet meegegaan op pad. Wel hebben we intensief met elkaar gesproken over de zorg die we hier bieden en over de werkdruk en wachtlijsten in de jeugdzorg. Binnen
Lindenhout bieden we verschillende soorten zorg aan jongeren, zoals pleegzorg, coaching, observatie, verblijf op één van de projecten, zoals Bonjour, waarbij jongeren een half jaar naar Frankrijk gaan om daar na te denken over hun toekomst.’ JEKKERS ‘JEKK biedt directe hulp aan jongeren, maar geeft ook voorlichting in buurthuizen of op
scholen en organiseert cursussen en trainingen voor cliënten. Om de problemen actief het
hoofd te kunnen bieden, hebben we een groot netwerk. We werken bijvoorbeeld nauw samen met andere instellingen, zoals scholen, werkgevers, gezondheidszorg, politie en justitie. Wachtlijsten? Die kennen we niet bij JEKK. We hoeven maar een melding van overlast of probleemgedrag te ontvangen en we zoeken direct contact met de jongere. Om ons werk
beter te kunnen doen, zou extra mankracht gewenst zijn. De werkdruk is namelijk constant erg hoog. Gelukkig krijg ik veel steun van mijn teamleiders en zijn de JEKK’ers zo op elkaar ingesteld dat we elkaar kunnen helpen waar dat nodig is.’ Casus ‘Het nadeel dat wij als hulpverlener ervaren, is dat wij sommige jongeren niet op weg
‘Ik ben trots op het
kúnnen helpen’, vertelt Frank Ross. ‘Afgelopen zomer kwam ik bijvoorbeeld in contact
werk dat we bij
met een vijftienjarig meisje. Ze had een winkeldiefstal gepleegd. Al snel bleek dat haar
Lindenhout doen en
verkeerd vriendje. De situatie verergerde totdat ze uiteindelijk bij de 24 uur zorg terecht
ouders gingen scheiden en haar moeder de grip op haar kind verloor. Het meisje kreeg een
vertel graag over de
kwam in Lindenhout. Ook dat bleek geen succes. Ze experimenteerde met alcohol en drugs
module JEKK’
rechter wat er met haar gebeurt. Voor een hulpverlener is het natuurlijk vreselijk om met
en momenteel blijkt ze ook nog zwanger te zijn. Het is nu wachten op de uitspraak van de lede ogen te moeten aanzien hoe dit meisje steeds verder afglijdt.’
34
Stages in de jeugdzorg
André Rouvoet Juist daarom vindt Frank Ros het belangrijk om zijn verhaal te vertellen aan de politiek. ‘Wij
doen ons uiterste best om de jeugd te helpen. Dat zou ik graag nog eens laten zien aan André Rouvoet. Ik sta al achter zijn plannen, ik zou het interessant vinden om hem te laten zien
wat de plannen zijn van Lindenhout. Voor een eventuele stage volgend jaar zijn natuurlijk ook burgemeesters, wethouders en statenleden van harte welkom.’
Als coördinator jeugdbeleid ben ik verantwoordelijk voor de afstemming van het jeugdbeleid op de jeugdzorg. Vanuit die functie is het dus boeiend om een team in dagelijkse praktijk aan het werk te zien. Mijn eye-opener tijdens de stage was de nieuwe werkwijze met coaching en ambulante begeleiding van ouders naast de (semi) residentiele opvang. Bezuinigingen AWBZ en gevolgen daarvan voor de ondersteuning van de jeugd stond al op de agenda. Mijn bezoek aan De Enk van het Leger des Heils heeft het belang van dit agendapunt alleen maar onderstreept. Monique te Wierik, beleidsmedewerker in Apeldoorn.
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Marianne Schuurmans, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats: Bureau Jeugdzorg in Tiel Gast van:
Gertie van Summeren (teamleider)
Medewerkers Bureau Jeugdzorg enthousiast over eigen werk Bureau Jeugdzorg in Tiel stelde speciaal voor de stage een boeiend programma samen om statenlid Marianne Schuurmans verschillende facetten van het jeugdzorgwerk te laten zien. ‘Ik heb twee diades - inhoudelijk werkoverleg tussen hulpverlener en gedragsdeskundige - bijgewoond, een algemeen werkoverleg en een multidisciplinair overleg waarbij beslissingen worden genomen over meldingen van de Raad voor Kinderbescherming en uithuisplaatsingen.’
35
Stages in de jeugdzorg
Wat wij opviel waren de enorme inzet en betrokkenheid van de jeugdbeschermers en
jeugdhulpverleners. De werkdruk is hoog. Jeugdbeschermers hebben nu nog meer kinderen onder hun hoede dan afgesproken. Namelijk twintig in plaats van zestien. Alle dossiers
bevatten emotionele en onthutsende details’, vertelt Marianne. ‘De waardering voor het
werk van de jeugdbeschermers en jeugdhulpverleners lijkt te ontbreken. Alleen de negatieve verhalen, zoals het verhaal van Savanna, halen de krant.
Gelukkig halen de mensen met wie ik sprak veel enthousiasme uit situaties waarbij hun aanwezigheid, ingrijpen en ondersteuning wel helpen.’ Zorgvuldige afwegingen ‘Bij Bureau Jeugdzorg worden de belangen van ouders en kinderen zorgvuldig afgewogen’,
benadrukt Marianne Schuurmans. ‘Al is de aandacht voor het kind natuurlijk doorslaggevend in de zorg en hulpverlening die de jeugdhulpverleners bieden. Keuzes worden voorgelegd aan elkaar, aan gedragsdeskundigen en aan teamleiders. Het zijn vaak ingrijpende processen waar ouders en kinderen mee te maken krijgen en waar zorgvuldigheid is geboden. Deze
overlegvormen zijn tijdrovend, maar wel noodzakelijk om een goede risicoanalyse te kunnen maken. Wellicht ook om jeugdbeschermers de mogelijkheid te bieden hun emotionele ervaringen te delen en daarmee te verwerken.’ Nieuwsgierig ‘Natuurlijk heb ik kort gesproken over de bureaucratie en in welke opzichten verbeteringen mogelijk zijn. Aan de ene kant willen de hulpverleners zorgvuldige verslaglegging, maar
ze willen ook zo min mogelijk tijd achter de computer doorbrengen. Dat gaat namelijk ten koste van het contact met de cliënten. Ik ben heel benieuwd hoe Bureau Jeugdzorg daar
in de praktijk tegenaan kijkt. En ook welke rol Bureau Jeugdzorg speelt bij de Centra voor Jeugd en Gezin. Het gesprek met de regiomanager was daarvoor te kort. We hebben een vervolgafspraak gepland.’
‘De waardering voor het werk van de jeugdbeschermers en jeugdhulpverleners lijkt te ontbreken’
36
Stages in de jeugdzorg
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Anton Westerkamp, wethouder in Heerde
Stageplaats: Bureau Jeugdzorg in Apeldoorn Gast van:
Alex Vinke (teamleider)
‘Zeer betrokken en vanuit het hart’ Een leerzame stage begint met een goed bakje koffie en een toelichting op het dagprogramma. Anton Westerkamp, wethouder WMO in Heerde was te gast bij Bureau Jeugdzorg in Apeldoorn. Zijn stage begon met een deelname aan het telefonische spreekuur. ‘Ik mocht met een ‘oortje’ meeluisteren. Goed om te zien én te horen dat medewerkers een luisterend oor hebben en rustgevende, realistische adviezen geven aan de bellers.’ Om half elf schoof de wethouder aan bij het overleg van het zogeheten basisteam. ‘Dit is een multidisciplinair team, bestaande uit deskundigen vanuit de Jeugdzorg, zoals
‘Ik weet nu meer
gedragsdeskundigen, jeugdhulpverleners en jeugdbeschermers’, legt Anton Westerkamp
over het reilen
uit. ‘Het overleg is bedoeld om praktijksituaties te bespreken. De discussie leidt tot een
en zeilen binnen
over aangrijpende situaties in diverse gezinnen. Ik vind het fantastisch om te zien hoe begaan
eindconclusie een advies over de beslissing die genomen moet worden. De gesprekken gaan de deelnemers zijn met de thuissituatie waarin deze kinderen zich bevinden. Ik noem de
de Jeugdzorg
werkwijze van Bureau Jeugdzorg ‘zeer betrokken en vanuit het hart’.’
dan wanneer ik workshops of
Centrum voor Jeugd en Gezin
symposia had
Dit overleg vond plaats in het stadhuis van Apeldoorn. Ik vond het een interessant overleg.
‘’s Middags woonde ik een vergadering bij van de projectgroep ‘Centrum voor Jeugd en Gezin’. Vooral omdat wij in onze gemeente zijn gestart met de voorbereidingen voor een Centrum voor
bezocht’
Jeugd en Gezin. Als onderdeel van dit overleg kwam het programma uitvoerig aan bod. Met als hoogtepunt de officiële opening door minister Rouvoet.’ Nuttige ervaring ‘Terug op Bureau Jeugdzorg kreeg ik een rondleiding en een uitvoerige beschrijving van de
organisatie. Om vier uur nam ik afscheid van mijn begeleider. Ik kijk terug op een bijzondere en nuttige ervaring. Ik weet nu meer over het reilen en zeilen binnen de jeugdzorg dan wanneer ik workshops of symposia had bezocht. Het allerbelangrijkste en meest indrukwekkend voor mij was om te zien hoe de medewerkers van het Bureau Jeugdzorg hun werk doen.’
37
Stages in de jeugdzorg
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Marga Jonkman, raadslid in Apeldoorn
Stageplaats: Pactum in Apeldoorn (jeugdzorg) Gast van:
Jan Paul Rop (unitleider)
Pactum begeleidt jongeren na(ar) school Pactum Apeldoorn verzorgt de integrale dagbehandeling en naschoolse dagbehandeling van jongeren tussen 12 en 18 jaar, die (tijdelijk) geen school volgen. Marga Jonkman, raadslid PvdA in Apeldoorn, liep een ochtend mee met het enthousiaste team. ‘In de hele waaier van opvang voor jongeren is Pactum een onmisbare schakel. Het is een betrokken en goed op elkaar ingespeeld team.’ Pactum Apeldoorn verzorgt opvang voor 21 jongeren, waarvan er negen naar de
dagbehandeling gaan. Alle jongeren die bij Pactum terecht kunnen, zijn geïndiceerd door
Bureau Jeugdzorg. ‘Zij komen hier pas als ze het niet meer redden bij scholen voor cluster IV
onderwijs (ZMOK), zoals de Oscar, de Ambelt of het Bolster’, legt Marga Jonkman uit. ‘Boven in het gebouw is er een huiskamer voor de naschoolse opvang. Jongeren kunnen hier verblijven van 15.00 tot 20.00 uur. Ze eten gezamenlijk, spelen een spelletje met elkaar en maken huiswerk.’
Samen koken
‘Al met al kan
‘Voor deze doelgroep is de tijdelijke opvang nodig om bijvoorbeeld uithuisplaatsing te
het wel een jaar
voorkomen. De thuissituatie is vaak problematisch. Met behulp van een psycholoog en
duren voor de
veel aandacht aan vrijetijdsbesteding, zoals sport. En de jongeren die er overdag komen,
observatie door het team brengt Pactum in kaart wat er aan de hand is. De begeleiders besteden worden ingedeeld in bijvoorbeeld de kookgroep. Zij koken voor de naschoolse jongeren en één
behandeling is
keer per week voor buurtbewoners die er tegen een kleine vergoeding komen eten.’
afgerond’
Kunst en techniek Pactum geeft ook lessen algemene techniek. Marga Jonkman: ‘Jongeren leren op die manier allerlei praktische vaardigheden. En er is kunstzinnige vorming voor de ontplooiing van de creativiteit. Belangrijk onderdeel van de werkwijze van Pactum is ook de begeleiding van
ouders. Hiervoor worden ambulant begeleiders ingezet. Al met al kan het wel een jaar duren
voor de behandeling is afgerond. Op dat moment bekijkt Pactum welke school of welk natraject er voor deze jongeren mogelijk en wenselijk is.’ 38
Stages in de jeugdzorg
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Hein de Gooijer, raadslid in Rheden
Stageplaats: Trajectum De Zevenster in Veenendaal (jeugdzorg) Gast van:
Annet Wiersinga (teamcoördinator)
De Zevenster haalt het beste uit het kind naar boven Tijdens de Week van de Jeugdzorg maakte Hein de Gooijer, fractievoorzitter van het CDA in Rheden, kennis met een instelling voor multidisciplinaire kinder- en jeugdzorg. ‘Als raadslid praat je over kinderen met een sociaal-emotionele achterstand en over autistische kinderen. Die heb ik nu ook echt ontmoet.’ ‘Ik heb drie groepen bezocht met autisme, gedragsproblemen en opvoedingsproblemen. Steeds meer kinderen worden begeleid door professionele hulpverleners. Vaak omdat
hun ouders het niet alleen redden. De oorzaken zijn moeilijk aan te geven. Dat autisme
bespreekbaar is geworden en eerder wordt herkend speelt zeker mee’, zegt Hein de Gooijer. ‘Wat mij vooral is bijgebleven tijdens de stage is de wijze waarop de begeleiders met de
kinderen omgaan. Ze grijpen terug op lessen die eerder aan het kind geleerd zijn. En tijdens
alle activiteiten vindt er spelenderwijs een training plaats waarin de kinderen leren met hun gevoelens om te gaan.’ Beleidsnota WMO
‘Tijdens de stage
‘De stage was zinvol omdat ik zo meer kon leren over onderwerpen die wat verder van me
heb ik de kinderen
af staan. Die kennis en ervaring neem ik mee in de raad. Bijvoorbeeld bij het vaststellen
ontmoet voor wie
preventief jeugdbeleid. Tijdens de stage heb ik de kinderen ontmoet voor wie de beleidsnota
van de beleidsnota Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). Die gaat ook over lokaal
de beleidsnota is
is geschreven. Het is belangrijk dat deze kinderen zonder wachtlijsten worden geholpen door
geschreven’
voor Jeugd en Gezin moeten de kinderen zo snel mogelijk een indicatie krijgen van Bureau
een medisch kinderdagverblijf. Via het zorgloket van de gemeente en straks via de Centra Jeugdzorg.’
39
Stages in de jeugdzorg
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Willeke Tydings, statenlid provincie Gelderland
Stageplaats: GGZ in Nijmegen (jeugd geestelijke gezondheidszorg) Gast van:
Teeja Bongaards (manager Jeugd) en Sandra Schreuder (programmaleider jeugd/psychiater)
DBC is een drieletterwoord De afdeling jeugd van de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) in Nijmegen kent een groot aanbod individuele- en groepstherapieën. Kinderen volgen die therapieën na doorverwijzing van de huisarts. Hoe jonger een kind wordt behandeld, des te succesvoller is het resultaat. En op de lange termijn is deze aanpak zelfs kostenbesparend. Die theorie wekte de nieuwsgierigheid van Willeke Tydings, statenlid voor de SP in Gelderland. ‘Er was behoorlijk werk gemaakt van mijn stage. Na een hartelijk ontvangst in het nieuwe gebouw van de GGZ kreeg ik een op maat gesneden presentatie door een orthopedagoog die gespecialiseerd is in gecompliceerde rouw bij kinderen. Vervolgens mocht ik een
teambespreking bijwonen waar een aanmelding werd besproken. Gedegen en vanuit
verschillende invalshoeken keken we naar wat de beste hulpverlening voor deze jongen was. Moeder en school waren er ook bij betrokken.’ Tijd voor het echte werk ‘Een woord dat vaker viel die ochtend was Diagnose Behandel Combinatie, afgekort
‘De oproep aan
DBC. In de ogen van de medewerkers ook echt een drieletterwoord. Medewerkers zijn
de politiek was
ongeveer een uur per dag bezig om alle werkzaamheden te verantwoorden en onder te
duidelijk: schaf
verantwoordingssysteem te wachten. De oproep aan de politiek was duidelijk: schaf DBC af,
brengen in dit systeem. Naast een al hoge werkdruk zit echter niemand op dit controle- en
DBC af, dan is er
dan is er meer tijd voor het echte werk.’
meer tijd voor het
Draaideurpolitiek
echte werk’
Het gesprek eindigde met een uithaal naar de zorgverzekeraars. Willeke Tydings: ‘Omdat betaling pas achteraf plaatsvindt, gaan vele zelfstandige zorgverleners failliet. Nieuwe
hulpverleners nemen het werk over, maar door gebrek aan ervaring komen jongeren vaak
weer terug bij de GGZ. Deze doelgroep kan die draaideurpolitiek niet hebben. Kortom: het
was een boeiende dag. En nu maar afwachten wat we aan de bureaucratie, werkdruk en het financieringssysteem kunnen doen.’ 40
Stages in de jeugdzorg
donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Leen Verweij, wethouder in Barneveld
Stageplaats: Bureau Jeugdzorg in Ede Gast van:
Jos van Kouterik (regiomanager)
‘Bureau Jeugdzorg krijgt in de pers volstrekt ten onrechte vaak een slechte naam’ Wethouder Leen Verweij uit Barneveld heeft met veel plezier deelgenomen aan de stages in de jeugdzorg. ‘Een pracht initiatief van de Gelderse gedeputeerde Esmeijer. Hij organiseerde voor politici van allerlei pluimage een dagdeel stage. Voor mij was deze stage vele malen leerzamer dan menig congres waarvoor je wekelijks drie of vier uitnodigingen.’ ‘Ik heb me aangemeld voor Bureau Jeugdzorg in Ede. Die instelling staat voor mij zo ver weg terwijl ze ook in de gemeente Barneveld veel werk verricht. We moeten ze zeker betrekken
bij de totstandkoming van het Centrum voor Jeugd en Gezin. ’Tot mijn vreugde is er bij ‘ons’ Bureau Jeugdzorg géén wachtlijst. Per jaar melden zich ongeveer 1000 nieuwe cliënten aan. Van die 1000 mensen worden er 600 doorverwezen naar zorgaanbieders die specifieke zorg verlenen. Bureau Jeugdzorg is in veel gevallen een soort aankomsthal van een vliegveld.
Alleen heeft nog niemand een kaartje en een bestemming. Jeugdzorg zoekt uit wat er aan de
hand is (indiceert) en zoekt dan in veel gevallen een plek voor de betrokkenen of verzorgt zelf
‘Voor mij was deze
een kort lopend traject. Probleem is dat bij de instellingen waarnaar wordt doorverwezen wél
stage vele malen
lange wachtlijsten zijn, soms van een heel jaar’.
leerzamer dan
OTS-en
menig congres, een
‘Een andere tak van sport bij jeugdzorg is de begeleiding van de zogenoemde OTS-en.
pracht initiatief ’.
bepaald dat er gedwongen hulp verleend moet worden. Het betekent niet dat deze kinderen
Dat zijn de kinderen die onder toezicht zijn geplaatst. Dat wil zeggen dat de rechter heeft
ook uit huis geplaatst worden, dat is maar bij een beperkt aantal. Enkele casussen werden met mij doorgnomen. Wat een trieste en vaak moeilijk te veranderen situaties zijn er, ook in onze regio.’
41
Stages in de jeugdzorg
Pleegouders zijn formidabel ‘Tenslotte ben ik met een medewerker van Bureau Jeugdzorg mee geweest naar een meisje dat in de crisisopvang zit in een pleeggezin in De Glind. Als je hoort welke lange reis langs vele tussenstations een kind in verwarring moet afleggen voor het op de goeie plek is
gekomen, groeit je medelijden heel sterk. En als je ziet hoe de moeder uit zo’n pleeggezin
opereert. Super formidabel. De vaders en moeders uit pleeggezinnen zijn van onschatbare
waarde voor onze samenleving. Het gaat wel eens over bonussen in Nederland. Volgens mij
komen die altijd bij de verkeerden terecht. Eén ding weet ik zeker: Bureau Jeugdzorg krijgt in de pers volstrekt ten onrechte vaak een slechte naam. Dat komt omdat er (natuurlijk helaas) wel eens iets misgaat, maar de honderden kinderen die dankzij Jeugdzorg op de goeie weg komen en blijven worden ten onrechte verzwegen.’
Donderdag 6 november 2008 Stagiaire:
Hanny van Brakel, raadslid in Overbetuwe
Stageplaats: Opella in Ede (thuiszorg) Gast van:
Carla Kool (hoofd Ambulante Thuisbegeleiding)
Hoe kun je iemand een zo goed mogelijke indruk geven van de jeugdzorg Met die vraag in het achterhoofd koos Carla Kool van Opella voor de kennismaking met videohometraining. ‘Om onze stagiaire zo veel mogelijk mee te geven, kozen we voor een methode die letterlijk tot de verbeelding spreekt. Tijdens huisbezoeken worden videoopnamen gemaakt van de huidige gezinssituatie’, legt ze uit. ‘Het doel is om negatieve patronen om te bouwen naar positieve ervaringen. Uit de video-opnamen blijkt hoe de betrokkenen op elkaar reageren en welk patroon daarin te zien is. Vaak lukt het de betrokkenen na het terugkijken van enkele opnamen hun gedrag beter op elkaar af te stemmen. Hoewel deze methode effectief blijkt te zijn, is fysieke begeleiding onmisbaar. Achter de voordeur blijkt namelijk dat in sommige gezinnen ook nog andere problemen spelen. Om daar achter te komen, is vertrouwen belangrijk. En dat is niet zo maar te winnen.’
42
Stages in de jeugdzorg
Papieren werkelijkheid Voor Carla Kool zelf is de stage vooral nuttig om de kloof tussen beleid en praktijk te
‘Kinderen in
verkleinen. ‘De videohometraining laat zien dat de papieren werkelijkheid meestal niet
harmonie laten
overeenkomt met de dagelijkse zorgverlening. Een belangrijke boodschap die ik vanuit
opgroeien. Dat
leeftijd te volgen, kan het aantal aanvragen op latere leeftijd worden voorkomen.
Opella wil meegeven, is het belang van preventieve begeleiding. Door kinderen al op jonge
is de wens van
Door de stage ontdekte ik dat wij, als zorginstellingen, ons proactief moeten opstellen in de
alle ouders. Op
mooi begin voor het organiseren van meerdere activiteiten.
kennisuitwisseling, bijvoorbeeld met de provincie. Deze eerste stage is wat mij betreft een
momenten dat
‘Als raadslid is het prettig om de praktische kant van het jeugdbeleid zelf te ervaren. Een
de onderlinge
veelzijdige ochtend’, zo omschrijft Hanny van Brakel, raadslid van de ChristenUnie haar
communicatie wat
stage bij Opella Jeugdzorg in Ede. De videohometraining sprak in dat opzicht letterlijk
stroef verloopt,
gemeente Overbetuwe wordt deze methode ook toegepast.’
tot deverbeelding. Zeker in combinatie met oudergesprekken bij gezinnen thuis. In mijn
biedt Opella
Vragen stellen
ondersteuning en
‘Tijdens deze huisbezoeken mochten ook de gezinnen vragen stellen aan het raadslid. Zij
begeleiding. De
wilden bijvoorbeeld weten of de provincie of de gemeente iets kan doen aan de onderlinge
zorgaanbieder
meer inzicht heeft in de begeleiding van Opella dan voorheen. Ze realiseerde zich hoe lang
informatieverstrekking tussen zorginstellingen. Het raadslid gaf naderhand aan dat ze nu
het duurt voordat een begeleider het vertrouwen heeft gewonnen van cliënten. En hoeveel je
zet daarvoor
moet investeren in kleine stappen.’
videohometraining in. Deze effectieve
Recht op zorg
methode helpt
meebrengt voor mensen die het al moeilijk hebben. De moeder heeft zes kinderen en staat er
‘Het trof me hoe ingewikkeld de zorg in elkaar steekt en hoeveel rompslomp dit met zich
gezinnen bij
al vijf jaar alleen voor.
het vinden van
kinderen hebben meer zorg nodig en gaan naar speciaal onderwijs. Dit gezin heeft recht
Bovendien is ze erg moe en vaak ziek. Ook financieel heeft ze het moeilijk. Enkele van haar
antwoorden op
op acht uur huishoudelijke hulp, maar krijgt slechts de helft. Het probleem is dat zij de
opvoedvragen.’
hulp van verschillende medewerkers. Wat de moeder eigenlijk nodig heeft, is structuur en
zorg elke drie maanden weer moeten aanvragen via het CIZ. Bovendien krijgt het gezin voorbeelden hoe ze haar huishouden zelf zou kunnen runnen.’ Voorkom uithuisplaatsing
‘De moeder is bang dat haar kinderen in verschillende pleeggezinnen worden ondergebracht. Dat vond ik hartverscheurend. De kinderen zijn verlaten door hun vader en krijgen telkens verschillende hulpverleners in huis die zeggen hoe het anders moet. Ik denk dat er meer
maatwerk moet komen om mogelijke uithuisplaatsing te voorkomen. Er worden over de
hoofden heen keuzes voor hen gemaakt en beslissingen genomen. Dat is niet juist. Ook de
43
Stages in de jeugdzorg
begeleiding geeft aan dat het opsplitsen van de zorg niet optimaal werkt en het doel een
beetje voorbijschiet. Opella zou willen voorkomen dat gezinnen daar de dupe van worden.’
Vrijdag 7 november en dinsdag 18 november 2008 Stagiaire:
Ellen Radstake, raadslid in Rijnwaarden
Stageplaatsen:
Hulpverlening Gelderland Midden in Arnhem (jeugdgezondheidszorg) en MEE Oost Gelderland in Doetinchem (lichtverstandelijk gehandicaptenzorg)
Gast van:
Charlotte van Gent (Hulpverlening Gelderland Midden) (jeugdarts) en Lucy Glaap (MEE Oost Gelderland) (consulent)
Twee stages: geen overbodige luxe Speurend door de lange lijst met jeugdzorginstellingen en stagemogelijkheden, gaf Ellen Radstake, lid raadscommissie Zorg & Welzijn gemeente Rijnwaarden, zich op voor twee stages. ‘In de kranten lees ik dat verschillende instellingen zich bemoeien met één gezin.
‘Wat mij betreft
Waarom en hoe instanties met elkaar samenwerken, blijft vaak onduidelijk. Ik hoop dat mijn
moet er bereidheid
stages daar verandering in brengen.’
zijn om de
‘Tijdens mijn eerste stage liep ik een dagdeel mee met een jeugdarts op een basisschool
samenwerking te
in Lathum. De tweede stage was bij MEE in Doetinchem, waar ik een op maat gesneden
verbeteren, deze
consulenten. Het leukste was natuurlijk om de échte praktijk zelf mee te maken.’
programma volgde. Ook was er volop gelegenheid voor gesprekken met het management en
werkhouding
Veel vragen
biedt goede
Elke gemeente is druk bezig met de kaderstelling voor de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG).
kansen voor een
‘Ik vind het belangrijk om me daar vanuit de politiek in te verdiepen’, zegt Ellen Radstake.
nog effectievere
partijen moeten vooral bij het CJG betrokken zijn? Zijn er tegenstrijdige belangen? Welke rol
‘Welke spelers kent de jeugdzorg? Hoe werken jeugdzorginstelling met elkaar samen? Welke moet de gemeente hierin spelen? Hoe voorkomen we dat het CJG een extra schakel wordt in
jeugdzorg’
de jeugdzorg en hoe kunnen we het CJG een echte toegevoegde waarde geven? Hoe maken we het CJG laagdrempelig? Deze vragen stonden voor mij centraal bij mijn stagebezoeken.’
44
Stages in de jeugdzorg
Samenwerking verbeteren ‘Er zijn al vele vormen van samenwerking binnen de jeugdzorg. Ook op het niveau van gezin en kind. Wat mij betreft moet er bereidheid zijn om de samenwerking te verbeteren. Bezoek
bijvoorbeeld eens een andere organisatie binnen je eigen werkveld, overschrijdt werkgrenzen en vergeet je eigen belang als dat het kind of het gezin ten goede komt. Deze werkhouding biedt goede kansen voor een nog effectievere jeugdzorg.’
Vrijdag 7 november 2008 Stagiaire:
Henk van den Berge, raadslid in Apeldoorn
Stageplaats: Centrum Wonen, Zorg en Welzijn Gelderland (Leger des Heils) in Ugchelen (jeugdzorg) Gast van:
Henk Heijink (gezinscoach)
Hulpverleners Leger des Heils tonen hart voor medemens In Apeldoorn zijn veel zorginstellingen actief in de jeugdzorg. Eind september 2008 is ook het eerste Centrum voor Jeugd en Gezin geopend. Om ervoor te zorgen dat al deze instellingen zo effectief op elkaar zijn afgestemd wilde raadslid Henk van den Berge een zo breed mogelijk beeld van de jeugdzorg. Het Centrum Wonen, Zorg en Welzijn Gelderland (CWZWG) van Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg liet hem kennis maken met gezinnen waarbij problemen van diverse aard zich opstapelen. ‘Ongelofelijk hoe groot de betrokkenheid van hulpverleners is’, vindt Henk van den Berge.
‘Dat is me het meest bijgebleven van de stage. Ook vind ik het bijzonder om te ervaren hoe zij omgaan met verschillende problemen. Het CWZWG biedt hulp en zorg aan alcohol- en
drugsverslaafden, dak- en thuislozen, mensen die in aanraking met Justitie zijn gekomen of dreigen te komen, mensen die op straat leven of mensen met schuldenproblematiek.’ Mensen met een rugzak Ook gezinsleden bij wie Henk van de Berge thuis kwam, hebben allemaal een behoorlijke
rugzak. ‘Bij het eerste gezin in Arnhem kampt vader met een gokverslaving, heeft moeder
45
Stages in de jeugdzorg
psychische problemen en was de dochter uit huis geplaatst’, vertelt hij. ‘In Doetinchem zag ik het voorbeeld van een gebroken gezin waarvan de kinderen in psychologisch opzicht een
‘Het was voor mij
behoorlijke klap hebben gehad. Dankzij intensieve hulpverlening gaat het nu redelijk goed
heel verrijkend
in het gezin. Het was voor mij heel verrijkend om te zien hoe een hulpverlener gesprekken
om te zien hoe
resultaten te boeken. Op dat vlak werd ik wel even met mijn neus op de feiten gedrukt.’
voert met deze mensen. Tegelijkertijd is het frustrerend. Het kost namelijk veel tijd
een hulpverlener
Afstemming zorg
gesprekken voert
‘In gezinnen zoals deze waarbij verschillende problemen spelen, krijgen de gezinsleden specialistische hulp van diverse instellingen. Het lastige van die hulpverlening is de
met deze mensen’
onderlinge afstemming. Een voorbeeld: op vaste dagen en tijden komen verschillende
hulpverleners en ouders bij elkaar om gezamenlijk de aanpak te bespreken. Wanneer iemand een keer afzegt, is het nogal een onderneming om een nieuwe afspraak te maken. Omdat er soms meerdere hulpverleners bij het gezin zijn betrokken, is het soms onduidelijk wie dossiereigenaar is. Dit soort zaken verdient in de toekomst meer aandacht.’
Vrijdag 7 november 2008 Stagiaire:
Kees van de Water, wethouder in Duiven
Stageplaats: MEE Gelderse Poort in Nijmegen (licht verstandelijke gehandicaptenzorg) Gast van:
Frank Groen (kinderwens LVG) en Berna van Poorten (integrale vroeghulp)
MEE-liften op landelijk project ‘Samen Starten’? Voor Kees de Water, wethouder in Duiven, maakte het onderwerp ‘kinderwens bij verstandelijk gehandicapten’ de meeste indruk. ‘De ethische dilemma’s tussen maatschappelijke verantwoordelijkheid en het persoonlijk geluk van de cliënt konden niet beter in beeld worden gebracht.’ ‘Er zijn veel mensen met een verstandelijke beperking die graag kinderen willen krijgen. Bij
MEE Gelderse Poort komen cliënten echter zelden of nooit met een directe hulpvraag rondom de kinderwens’, vertelt Kees van de Water. ‘Het is een emotioneel beladen thema dat tijd en aandacht vraagt. Bovendien hebben hulpverleners geen pasklaar antwoord. Kan iemand
met een verstandelijke beperking wel een kind opvoeden? Hoe is het voor een kind om ouders
46
Stages in de jeugdzorg
met een verstandelijke beperking te hebben? Kan ik tegen iemand met een verstandelijke beperking zeggen: jij mag geen kind krijgen? De hulpverleners van MEE Gelderse Poort
‘Samen Starten’
geven altijd een deskundig advies. Die zorgvuldigheid is ook echt zichtbaar. Ik vind het goed dat er vanuit een visie wordt gewerkt. Hoe eerder hulpverleners betrokken worden bij een
wil vooral de
zorgvraag, des te beter zij iets voor de cliënt kunnen betekenen.’
verbindingen tussen
‘Samen Starten’
verschillende
MEE Gelderse Poort. ‘Het is een landelijk programma dat psychische en sociale problemen
In Duiven is er onlangs het project ‘Samen Starten’ opgestart dat aanhaakt op de visie van
instellingen
en criminaliteit bij kinderen probeert te voorkomen. Gemeenten, GGD en andere (jeugd)
versterken’
gebied van preventie en zorg’, legt Kees uit. ‘Samen Starten’ wil vooral de verbindingen
zorginstellingen wisselen informatie uit over wat er in de buurten al aanwezig is op het
tussen verschillende instellingen versterken. Als wethouder jeugdgezondheid in Duiven
wil ik de terugkoppeling van dit project in de gaten houden. Ook omdat het project wordt
uitgevoerd dankzij jeugdgezondheidsgelden. Ik ben benieuwd hoe MEE Gelderse Poort en MEE Oost Gelderland kunnen leren van en participeren aan ‘Samen Starten’. Belangrijk
leermoment vond ik overigens dat ik met eigen ogen kon zien dat de medewerkers op de werkvloer met liefde en grote deskundigheid hun vak uitoefenen.’
Vrijdag 7 november Peter Eijsten en Martine Wilmering, medewerkers provincie Gelderland
Stagiaires:
Stageplaats: Vilente in Wageningen (gespecialiseerde verzorging) Gasten van:
Marijke Kamperman en Mariette Verhoeven (ambulant thuisbegeleiders)
Vilente: omdat ieder mens uniek is Bij Vilente is iedereen welkom, zo bleek uit het stagebezoek van Martine Wilmering en Peter Eijsten van de provincie Gelderland. Ook al denk je bij de thuiszorg niet meteen aan jeugdproblemen, maar eerder aan extra handen in huis. Dit beeld werd bijgesteld door team Gespecialiseerde Verzorging van Vilente. Het team Gespecialiseerde Verzorging biedt deskundige hulp achter de voordeur op het
moment dat er ernstige gezinsproblemen worden geconstateerd. Daarnaast is het team
47
Stages in de jeugdzorg
er ook voor de aanpak van opvoedproblemen en het trainen van ouders om moeilijke opvoedsituaties het hoofd te kunnen bieden. ‘Vilente maakt zich echter zorgen over
de toekomstige bekostiging’, vertelt Peter Eijsten. ‘Vanaf 2009 wordt de financiering
namelijk gewijzigd en moeten gemeenten de kosten voor zorg overnemen. Zij kunnen
hiervoor gebruik maken van de WMO omdat de kosten dan worden gecompenseerd door
het Rijk. Vanuit de provincie gaan we mogelijkheden verkennen om de overgang tussen beide bekostigingssystemen te versoepelen. Bijvoorbeeld door een overgangsbijdrage ter beschikking te stellen.’ Werkeloos Bij Vilente werken de begeleiders graag met videohometraining. Peter Eijsten: ‘Dankzij
‘Vanaf 2009 wordt
filmopnames van gezinnen met opvoedproblemen kan de trainer feedback geven op de
de financiering
situatie. De ouders leren anders te reageren op het gedrag van hun kinderen. De methode
namelijk gewijzigd
onderdeel van de middag was ongetwijfeld het bezoek aan één van de cliënten. Na een
wordt op dit moment kleinschalig toegepast en is succesvol. Het meest indrukwekkende
en moeten
moeilijke gezinsperiode neemt een vader de zorg voor zijn kinderen weer op zich. Hij wordt
gemeenten de
gaf aan op termijn weer erg graag aan het werk te willen. Op dit moment is dit niet mogelijk
daarin ondersteund door Vilente. Ik herinner me een opmerking over werkloosheid. De vader omdat hij altijd thuis moet zijn om hulpverleners binnen te laten. Dat zet je toch aan het
kosten voor zorg
denken.’
overnemen’
Veel jongeren in de gemeente komen op een of andere manier met Bureau Jeugdzorg in aanraking. Als wethouder was mij te weinig bekend wat er nu daadwerkelijk in de uitvoering gebeurt en welk soort cliënten er bij BJz zijn. Na de uitleg van de medewerkers zijn me een paar zaken opgevallen, namelijk de betrokkenheid van de medewerkers en de grote hoeveelheid werk die één cliënt met zich mee kan brengen. Daarnaast vergt het veel geduld en overleg om verder te komen in bepaalde situaties. Daarbij ben je afhankelijk van anderen (justitiële instellingen) en de problemen daaromheen. Verder viel me de apathie bij de cliënten op. Wat mij raakt is de complexiteit van de problematiek. H. Eijsenga, wethouder in Harderwijk
48
Stages in de jeugdzorg
colofon Uitgave: Provincie Gelderland, afdeling Wonen, Sociaal en Cultuur Vormgeving: Prepress provincie Gelderland Fotografie: Henri ter Hall (Gelders Archief), Karel Knispel en Rob Kleering van Beerenbergh (De foto’s zijn onder meer gemaakt tijdens ‘Backstage’, de open dag van de provincie Gelderland op 13 september 2008) Drukwerk: Provincie Gelderland
stages Jeugdzorg-omslag.indd 2
15-04-09 13:46
Meer informatie Meer informatie over het programma vindt u op www.weekvandejeugdzorggelderland.nl
Thuis in de Gelderse Jeugdzorg
Stages tijdens de week van de jeugdzorg 2008
Provincie Gelderland Markt 11 Postbus 9090 6800 GX Arnhem T (026) 359 90 00 www.gelderland.nl
Provincie Gelderland, dichterbij dan je denkt
stages Jeugdzorg-omslag.indd 1
15-04-09 13:46