The work of memory collapses Time. -Walter Benjamin
Portfolio Jacques de Leeuwprijs 2014 Robin Gerris
1
Voorwoord Op maandag 20 januari jongstleden was ik thuis op mijn computer een verslag aan het typen met betrekking tot mijn beeldend werk. Niets vermoedend werd ik gebeld door mijn docent. T: ‘Hoi Robin, met Ton. Ik heb net met het docententeam vergaderd, en wij hebben gezamenlijk besloten om jou te nomineren voor de Jacques de Leeuw prijs.’ R: ‘…’ T: “Het is even stil aan de overkant.’ R: ‘W-wat zeg je?’ Dit moment was een hele bijzondere ervaring. De tijd en energie die ik met een enorme bevlogenheid in mijn studie gestoken heb werd ik mijzelf op dat moment bewust van. En niet alleen ik, maar ook anderen zagen dat er vanuit mijn gedrevenheid en passie voor het beeldende vak gewerkt werd. Ik ben dan ook zeer dankbaar dat ik genomineerd ben voor de Jacques de Leeuw prijs. Mijn naam is Robin Gerris, 25 jaar en ik studeer dit jaar af aan de academie voor beeldende vorming. Met dit document wil ik jullie een weergave geven van mijn rol als docent en maker van beelden waarbij ontdekking, onderzoek en het vertellen van verhalen centraal staat. Tijdens het maakproces ben ik zowel in mijn verleden gedoken en een blik geworpen op de toekomst. Het was fijn om in mijn eigen herinneringen en ervaringen te duiken die mijn visie op docentschap en beeldend werk vorm hebben geven. Nog nooit heb ik mijzelf zo zeker van mijn optiek en ambities gevoeld. Met een glimlach schrijf ik nu de laatste zin van dit voorwoord! Ik wens u net zoveel plezier toe met het lezen van dit document als ik ervaarde tijdens het maken. Robin Gerris
2
Inhoudsopgave Curriculum Vitae Achtergrond – Verleden Van onderwijsassistent naar docent Visie op docentschap Onderwijsprojecten Visie op beeldend Beeldend werk Ambitie – Toekomst Motivering nominatie Jacques de Leeuwprijs Referenties Nawoord
3-6 7-8 9 10 – 12 13 - 16 17 – 18 19 - 25 26 27 28 – 32 33
3
Curriculum Vitae Persoonlijke gegevens
Naam: Adres: Telefoon: E-mail: Geboren: Website:
Robin Gerris Noordstraat 105 5038 EH Tilburg 0628116756
[email protected] 1 Augustus 1988, te Bergen op Zoom www.robingerris.eu
Werkervaring November 2013 tot Heden Medewerker communicatie Kunstpodium T, Tilburg Verantwoordelijk voor het contact met de externe expositie-locaties van kunstpodium T. Hierbij leg ik contact, onderhoud ik het en zorg ik dat alle facilitaire zaken intern, en extern geregeld worden.Tevens zorgen dat intern de facilitaire zaken voor de kunstenaars geregeld zijn en hun te woord staan indien nodig. - Opstellen overzichtelijke contactlijsten van gegevens. - Contact houden met de externe locaties over de facilitaire diensten voor de kunstenaars. - Begeleiding van kunstenaars bij Kunstpodium T en externe locaties. - Maken en verspreiden van evaluatie enquetes voor deelnemers, meesters en alumni van het leerling/meester project. - Gesprekken met kunstenaars over doelstellingen en opbouw mogelijkheden expositie. - Fotograferen tijdens de opbouw en preview van de expositie. - Rondleidingen kunstpodium T.
4
September 2010 tot september 2013: Medewerker foto-/klantenservice Hema, Tilburg Verantwoordelijk voor het ontwikkelen van foto’s, het verhelpen van klachten en afrekenen van de producten van klanten. Tevens verantwoordelijkheid voor ordening internet bestellingen. - Actief te luisteren naar de klacht van de klant en hier een (creatieve,)gerichte en functionele oplossing voor te bedenken. - Gebruiken en onderhouden van diverse foto - ontwikkel apparatuur. - Snel en doelgericht te werk gaan. - Voorraad onder controle houden en foto-/internetbestellingen sorteren. - Communicatie met externe bedrijven en klanten. - Diverse kassawerkzaamheden. Februari 2012, Juli 2012 Docent beeldende kunst & vormgeving Develstein College, Zwijndrecht Les geven bij diverse groepen van het middelbaar onderwijs en het ontwikkelen van lesstof. - Ontwikkelen van lesstof voor havo/vwo 1. - Nakijken en discussieren over beeldend werk met de leerlingen. - Verbeteren aanwezige lesstof. - Diverse vergaderactiviteiten over het verbeteren van het lokale onderwijssysteem. 2005 t/m 2010 Medewerker kruidenierswaren Super de Boer, Wouw Schappen bijvullen en voorraad peilen/corrigeren. Opleidingen 2010 – heden Docent beeldende kunst & vormgeving Fontys Hogeschool voor de kunsten, Tilburg Nominatie Jacques de Leeuw prijs 2014 2012 Minor Kunst & Context 2009 – 2010
Spw – Differentiatie Onderwijsassistent niveau 4 Kellebeek College, Roosendaal
2005 – 2009
SPW niveau 3 Kellebeek College, Roosendaal
2003 - 2005
VMBO Norbertuscollege, Roosendaal
2000 – 2003
HAVO Norbertuscollege, Roosendaal 5
Stages, Vrijwilligerswerk, projecten Stages: Oktober 2013 – Juni 2014 Januari 2013 – Maart 2013 December 2011 – Februari 2012 December 2010 September 2009 – Juli 2010 Oktober 2008 – Juni 2009 Oktober 2007 – April 2008 Oktober 2006 – Juni 2007 Januari 2006 – Juni 2006 Vrijwilligerswerk Oktober 2013 - Juli 2014
Het Mollerlyceum, Bergen op Zoom Voortgezet onderwijs van Maerlantlyceum, Eindhoven Voortgezet onderwijs Develsteincollege, Zwijndrecht Voortgezet onderwijs Cambreurcollege, Dongen Basisschool De Grebbe, Bergen op Zoom Basisschool Het Fort, Bergen op Zoom Basisschool De Zonneberg, Kruisland Peuterspeelzaal Pippeloentje, Roosendaal Woonvoorziening de Ruige velden, Lepelstraat
Rozenstraat ateliers Huismeester
Januari 2014
Expositie “Weg” Suppoost
2012 - Heden
ArtEvent Helmond Coach 2d en fotografie
2013
Rondleidingen in diverse kunstmusea o.a. van Abbe museum, de Pont.
Projecten 2013
Radically Mine Van Maerlantlyceum, Eindhoven Een samenwerkingsproject met 2 andere studenten van de Fontys hogeschool voor de kunsten en docent beeldend van het van Maerlantlyceum. Hierbij heb ik leerlingen begeleid tijdens hun onderzoekend creatieproces waarbij de leerlingen hun werk in een expositie binnen de schoolse omgeving gepresenteerd hebben.
6
Exposities 6 t/m 16 maart 2014
Speculations about space Groepstentoonstelling i.s.m. Marjan Teeuwen, Janine van Oene, Lara Verlinde en Emanuël Riksen.
16 December 2012
Artevent Helmond Groepstentoonstelling
28 Oktober 2012
Earcandy Festival Roosendaal Groepstentoonstelling
17 Sept. – 17 nov.
Autobedrijf Probaat Solotentoonstelling
10 -16 September 2012
Incubate open source expo Groepstentoonstelling
30 Oktober 2011
Earcandy Festival Roosendaal Groepstentoonstelling
7
Achtergrond – Verleden Als kind ging ik graag op ontdekkingsreis. Van het klauteren in bomen omdat ik een rups naar boven zag kruipen, of het bouwen van een dekenfort op mijn kamer. Geen ruimte zou onbekend blijven. Met een verzonnen reden voor de ontdekkingstochten enthousiasmeerde ik mijn vrienden en broertje om mee te doen en liet ik hun en mijzelf steeds opnieuw verassen door de ontdekkingen die ik deed. Ik legde verslag van deze reizen door tekeningen te maken en hier kon ik dan met uiterste concentratie, fascinering en enthousiasme mee bezig zijn. Op de middelbare school kwam ik echter pas voor het eerst in aanraking met kunst. Bij het vak c.k.v. ben ik naar het paleis voor de schone kunsten in antwerpen geweest. Naast veel traditionele werken die ik bijzonder vond waren ook een aantal moderne werken tentoon gesteld. Waaronder een werk van Günther Uecker. Toen ik dit werk zag was ik totaal verwonderd en verbijsterd. Ik begreep niet waarom ‘een vierkante plank met een aantal spijkers er in’ kunst kon zijn. Dat is toch onzinnig? Maar tegelijkertijd vond ik het bijzonder mooi. Het werk leek alsof het in beweging was en ik kon mijn ogen er niet af houden. Daarnaast liet het mij achter met een grote verwarring. Hoe kon ik iets nou mooi vinden maar het tegelijkertijd niet bevatten en begrijpen. Het hield mij weken lang bezig en ik wilde er alles over weten. Toch heb ik na afloop van de middelbare school in plaats van een kunst gerelateerde opleiding de keuze gemaakt om sociaal pedagogisch werk te gaan studeren. Hierbij stond het sociale aspect centraal en ben ik veel over mijzelf als persoon te weten gekomen. Soms was het erg confronterend maar bovenal vond ik het leuk om naar de ontwikkeling van mensen te kijken. Ik heb hier voor de differentiatie onderwijsassistent gekozen en daardoor ben ik tijdens de opleiding veel in contact geweest met het onderwijs. Van peuters tot groep 8, maar ook eenmaal bij verstandelijk beperkten. Het was een bewuste keuze voor mij om zulke diverse stages te kiezen. Op deze manier leerde ik namelijk verschillende doelgroepen begeleiden, en wist ik mijn theorie voor deze begeleiding concreet toe te passen in de praktijk. In mijn 3de leerjaar wist ik dat ik ‘iets’ met onderwijs wilde doen. Dit ‘iets’ vond ik zelf erg lastig om te bepalen. Wilde ik de pabo gaan doen? Of vakgericht les geven? In mijn laatste jaar van de opleiding kwam ik daar achter. Mijn stageplaats voor dat jaar was namelijk op een school waar de onderwijsvisie wordt vormgegeven door het Reggio Emilia onderwijs. Het uitgangspunt van dit soort onderwijs is onderzoek en ontdekking. Iedere middag krijgen de leerlingen verschillende lessen vanuit een thema waarbij ze zelf vragen mogen formuleren en deze onderzoeken. Ik kreeg van een leerling de vraag: ‘waarom smelt kaas eigenlijk als je het warm maakt?’ Ik wist totaal geen antwoord op deze vraag te geven. Dit vond ik vervelend, maar interessant tegelijkertijd! Het was voor mij een vergelijkbare ervaring met het kunstwerk wat ik in antwerpen gezien had. Ik wilde eigenlijk zelf ook graag weten waarom kaas deed smelten! De leerling heeft zich dat thema in verschillende lessen bezig gehouden met het onderwerp kaas. Bij biologie heeft hij gekeken waar kaas vandaan komt en welke soorten er zijn, bij aardrijkskunde naar de distributie van kaas en bij koken heeft hij verschillende recepten met kaas gemaakt. Wat mij op viel was dat de leerling een sterke intrinsieke motivatie had bij het onderzoeken van zijn probleemstellingen. Er werd vanuit de school ook écht gekeken naar wat de leerlingen interessant vonden.
8
Aan het einde van deze stage heb ik de keuze gemaakt om deze vorm van onderzoek en ontdekking als uitgangspunt te nemen voor mijn vervolgopleiding. De manier waarop deze ontdekking en onderzoek mij vorm had gegeven wilde ik namelijk ontzettend graag leren overdragen aan anderen. Het delen van mijn eigen verhalen, het luisteren naar verhalen van anderen, dat is wat ik wilde doen. Omdat voor mij onderzoek en ontdekking hand in hand gaan met beeldende kunst en onderwijs heb ik gekozen om de opleiding docent beeldende kunst en vormgeving te gaan volgen. Voor mij was dit een zeer natuurlijke keuze en ik voelde mijzelf ook op mijn plek. Het eerste jaar liep ik voor op het onderwijskundige gedeelte door mijn vorige opleiding en kon ik mijn volledige aandacht richten op het ontdekken van de beeldende kunst. Door mijn enorme leergierigheid en enthousiasme heb ik in het eerste jaar een enorme spurt van beeldende ontwikkeling door gemaakt. Ik heb ontzettend veel geproefd van de beeldende kunst en mijzelf uren vermaakt met het rond dralen door museau en het creeëren van beeldend werk. Ik werd blootgesteld aan een nieuwe wereld waarbij ik als een spons alle informatie geabsorbeerd heb. Een van de leukste aspecten van de academie vind ik het op doen van nieuwe contacten. Het ontzettend prettig sociale klimaat wat er heerst heeft mijn zelfontwikkeling optimaal gestimuleerd. Ik heb hier o.a. van opgestoken dat er niets zo belangrijk is als de mensen die je om je heen hebt. Met zijn allen samen na school een biertje drinken, elkaars kunst bekijken en in groepsverband werk maken. Door deze activiteiten in sociaal verband uit te voeren heb ik veel meer plezier in mijn studietijd gehad de afgelopen 4 jaar. Ik ben er ook achter gekomen dat het een zeer belangrijk aspect van het onderwijs is. Hard werken, reflectie en bezinning moet namelijk ook afgewisseld worden met gezelligheid in groepsverband. Uiteraard werkt dit ook ontzettend goed samen. Vanaf het 2e jaar op de academie hebben een aantal studenten, waaronder ik, een groepje gevormd waarin wij onze visies op de kunsten deelden de naam van deze groep was How about art. Dit werd vaak na schooltijd gedaan op diverse locaties. Er heerste altijd een zeer huiselijke en warme sfeer waarbij serieuze gesprekken afgewisseld werden met grapjes en verhalen uit ons dagelijks leven. Het hield mij scherp, en heeft een sterke band gecreeërd met de mensen om mij heen. Zoals zichtbaar is, zijn er verschillende ervaringen zijn die mij sterk gevormd hebben. Eerste indrukken van kunst, diverse aanrakingen met het onderwijs en sociale activiteiten waarbij kennis delen en nieuwe ervaringen op doen centraal stonden. Dit heeft voor mij een grote indruk achter gelaten hoe ik vind dat mensen met elkaar om moeten gaan. Een beeld op een ideaalsituatie waarin mijn rol als docent en maker van beelden sterk vertegenwoordigd kan worden.
9
Van onderwijsassistent naar docent Na het afronden van mijn onderwijsassistent opleiding had ik ontzettend veel kennis en vaardigheden op gedaan. Ik heb een duidelijke visie weten te scheppen van pedagogische begeleidingsmethodes die mij interesseerde en ik had deze ook toegepast op diverse doelgroepen. Maar toch beheerste ik voor mijn gevoel te weinig kennis en vaardigheden om aan de slag te kunnen in de praktijk. Ik wilde niet alleen maar kleine groepen begeleiden maar ook zelfstandig voor de klas staan en naast het ontwikkelen van een begeleidende rol, ook een leidende en uitvoerende rol ontwikkelen. Daarbij wilde ik mijzelf verdiepen in een nog grotere variëteit aan doelgroepen. Door mijzelf op mijn huidige opleiding te verdiepen in deze behoeftes heb ik ondertussen een divers spectrum aan kwaliteiten ontwikkeld. Kwaliteiten - Door in aanraking te komen met verschillende doelgroepen heb ik een goed overzicht en inzicht kunnen creeëren van de diverse behoeftes en wensen die de mens heeft. Ook heb ik hierdoor diverse communicatietechnieken geleerd en weet deze dan ook functioneel toe te passen. Tevens heb ik hierdoor een sterk inlevingsvermogen ontwikkeld. - Ik heb door mijn open houding een sterke persoonlijke begeleidingsvorm. Ik weet hierdor een veilig leerklimaat te creeëren. De mensen die ik begeleid voelen zichzelf hierdoor op hun gemak en dit stimuleert zelfontwikkeling optimaal. - Ik ben mijzelf zeer bewust van mijn handelen. Door het inzicht wat ik hier op heb weet ik dat ook goed onder woorden te brengen en heb daardoor een sterk reflectief vermogen. - Mijn nieuwsgierigheid zorgt voor een diversiteit aan onderwerpen die mij prikkelen waar ik met enthousiasme over vertellen. Door met deze enthousiaste houding voor de klas te staan weet ik veel leerlingen mee te nemen in mijn enthousiasme en hun hierdoor te prikkelen en een goede stimulering te geven tot deelname van de les. Tevens zorgt dit voor een energierijke benaderingswijze van het werk dat de leerling maakt. - Mijn sterke passie voor de beeldende kunst zorgt voor een onderzoekende houding die als inspiratiebron dient voor het vormgeven van mijn educatieve werkwijze - Omdat ik graag verhalen deel en actief luister naar de leerlingen kan ik een omgeving creeëren waarbij leerlingen zich uitgenodigd voelen om met mij, en elkaar te open en oprecht te communiceren. - Ik heb stage gelopen op diverse scholen die allen een eigen onderwijsivisie hadden. Dit heeft mij de mogelijkheid gegeven om mijn eigen visie op onderwijs optimaal te kunnen ontwikkelen. - Door opdrachten te ontwikkelen in samenwerking met de doelgroep creeër ik samen met hun de bouwstenen van mijn educatief programma. - Door in mijn begeleiding veel humor te gebruiken behoud ik een zeer luchtige, speelse, ongedwongen leerklimaat. Door de ervaringen die mij gevormd hebben en de kwaliteiten die ik hierdoor in de afgelopen jaren heb opgedaan heb ik voor mijzelf een heldere, persoonlijke optiek op het leven kunnen formuleren. Uit deze blik ontstaat mijn onderwijsvisie, en de manier waarop ik mijn beelden creeër. In de volgende hoofdstukken ga ik hier op in.
10
Visie op educatie Het docentschap Het belangrijkste fundament voor een goede vorm van educatie ligt voor mij bij de communicatie tussen de leerling en de docent. Ik vind het namelijk zeer belangrijk dat je als docent zijnde een begeleidingswijze hanteert waarbij er een puur contact tussen de docent en de leerling ontstaat. Door goed te kijken naar wat de leerling wilt en in te spelen op de belevingswereld van de leerling voelt de leerling zich beter geaccepteerd. Er ontstaat hierdoor een veel persoonlijkere begeleidingswijze. Door ruimte te geven om persoonlijke vraagstellingen van de leerling te betrekken bij de les zal hij/zij zich intrinsieker gemotiveerd voelen om aan de les deel te nemen. Dit is voor de leerling een zeer belangrijke factor om plezier te beleven tijdens de lessen. Voor mij uit zich dit in een zeer sociale begeleidingvorm waarbij ik veel van mijzelf deel. Ik vind het namelijk erg belangrijk dat je jezelf als docent open stelt tegenover de leerlingen. Door het delen van verhalen zien de leerlingen ook dat ik ‘menselijk’ ben. Een docent is voor mij geen machine die kennis en vaardigheden uit pompt die de leerlingen van buiten moeten leren voor de toets. Een goede docent is een persoon, die door opgedane ervaringen, het oplossen van problemen en een levensvisie de kennis en vaardigheden deelt die de leerlingen direct kunnen toepassen in de praktijk. Leerlingen zien dat en gaan nadenken over wat ze zelf eigenlijk belangrijk vinden in het leven. Door jezelf op deze manier op te stellen toon je als docent zijnde naast je menselijkheid ook een bepaalde kwetsbaarheid. Deze kwetsbaarheid is zeer fragiel maar naar mijn mening heb je een bepaalde fragiliteit nodig om uit je comfortzone te komen. Pas dan kan échte zelfontwikkeling bij zowel de student, als de docent plaats vinden. Deze kruisbestuiving van zelfontwikkeling tussen de docent en de leerlingen is voor mij een bron van inspiratie en zorgt er ook voor dat je als docent scherp en actueel blijft. Deze activering van zelfontwikkeling vind ik namelijk ontzettend belangrijk omdat de maatschappij ook altijd in beweging zal blijven. Niets is een vast gegeven, behalve het gegeven dat er altijd iets te leren valt. Humor, passie, enthousiasme en plezier zijn voor mij ook een zeer belangrijk elementen voor het docentschap. Door grapjes en gevatte opmerkingen te maken wordt de les een stuk luchtiger en zal het opdoen van kennis een stuk interessanter en levendiger worden voor de leerlingen. Maar ook door het tonen van een persoonlijke passie voor zowel het les geven als het vak waarin je les geeft laat blijken dat je als docent zijnde met plezier en een zeer gemotiveerde houding voor de klas staat. Deze passie zal dan over stralen naar de leerlingen en hun enthousiasmeren tot een actieve deelname van de les. Dit creeërt een enorme bron van energie tijdens de lessen. Als laatste vind ik het van belang dat je verstand hebt van je vak. Dit doe je door naar de actuele ontwikkelingen in het onderwijs en je vakgebied te kijken. Ik heb daarom voor mijn onderwijsscriptie onderzoek gedaan naar hedendaagse procesgerichte vaardigheden binnen het onderwijs. Wij leven tegenwoordig namelijk in de 21e eeuw waarin een transitie heeft plaats gevonden van een industrieële samenleving naar een kennissamenleving. Door onderzoek te doen naar vaardigheden die een betere aansluiting hebben op deze samenleving bereid ik de leerlingen beter voor op een participatie in de hedendaagse maatschappij.
11
Beeldende educatie Het belangrijkste uitgangspunt voor het beeldende vak is voor mij het aanleren van een persoonlijke beschouwingsoptiek van het leven. De beeldende kunst is hier naar mijn mening uitermate geschikt voor omdat zij ons een spiegel voor houdt. Deze reflectieve en introspectieve kwaliteit van de beeldende kunst zorgt voor de ontwikkeling van een zelfconfronterende, maar ook zeer bewuste houding tegenover het eigen proces en handelen van de leerling. Doordat de leerlingen bij het vak beeldende vorming consistent geconfronteerd worden met situaties waarin beschouwing centraal staat leren ze ook deze optiek ontwikkelen. Het mooie van dit is dat het een gevoelsmatige en intuïtieve optiek is. Er is niet een enkele waarheid, maar meerdere waarheden die naast elkaar kunnen leven. Hierdoor wordt er geleerd om actief naar andermans mening te luisteren en deze ook te waarderen. Deze communicatieve vaardigheid is een belangrijk element van samenwerking. De beeldende lessen zijn tevens een plaats voor ontdekking en onderzoek. Voor veel leerlingen zijn de beeldende lessen een verademing op de dag. Een vrije speelplaats waar ze eindelijk zichzelf kunnen ontdekken op een tempo dat ze zelf deels kunnen bepalen. Hierdoor leren ze ook om zelfstandig te plannen en te experimenteren. Ook kunnen ze hierbij hun eigen voorkeur voor interesses naar voren laten komen. Er is namelijk geen vaste formule van uitkomsten voor het vak beeldende vorming. Ze mogen hier hun eigen mening uiten en leren hem daardoor ook onderbouwen. Het vak beeldende vorming bereid de leerlingen ook goed voor op een actieve participatie in de maatschappij. Door het aanleren van vaardigheden als associëren, mindmappen, verbanden te leggen, kennisconstructie, samenwerking, en probleemoplossend denken. Deze vaardigheden zijn namelijk zeer gewenst in de 21e eeuwse kennissamenleving waarin wij momenteel leven. Daarbij is het voor de leerling mogelijk om zijn of haar eigen vraagstellingen bij de les te betrekken. Dit is bij weinig vakken mogelijk en daardoor zal de intrinsieke motivatie van de leerling op een veel hoger niveau liggen dan bij andere vakken. De leerling beleeft daardoor meer plezier in de lessen en zal zichzelf meer leren waarderen. Dit creeërt een sterker zelfvertrouwen Als laatste punt wil ik aangeven dat ik het van belang vind dat een beeldend docent ook de rol als maker van beelden beoefend. Dit zorgt voor een enorme kruisbestuiving tussen de leerlingen en de docent. Door het meenemen van je eigen beeldend proces en dit te verwoorden tegenover de leerlingen ontstaat er een pure vorm van samenwerking en respect omdat de leerlingen zien dat je een ambacht beoefend waar je ook werkelijk verstand van hebt en jezelf daarbij ook steeds vernieuwd. Je verlangt dit namelijk ook van de leerlingen en door het zelf te doen zien ze hier ook de noodzaak van in. Deze vaardigheden en kennis zal iedere docent op zijn of haar eigen manier toepassen in de lessen. Ook ik doe dit op mijn volledig eigen manier door het sociale aspect centraal te stellen in de vormgeving van mijn lessen. Om dit te illustreren heb ik een lesbeschrijving gemaakt van een mogelijke lessituatie zoals ik die nu geef en heb ik 2 onderwijsprojecten uitgekozen die ik in het verleden gegeven heb.
12
Hoe kan een les bij mij verlopen? Mijn lessen starten vrijwel altijd met een gezamenlijke theoretisch of praktisch georiënteerde introductie waarbij ik de leerlingen achter wil laten met een prikkeling. Hierdoor laat ik de leerling anders nadenken over een aantal onderwerpen die mogelijk toepasbaar zijn in zijn/haar eigen onderzoek. Deze prikkeling kan bestaan uit een theoretische introductie door het tonen van kunstenaarsboeken die ik geordend heb a.d.h.v. een bepaalde thematiek. Maar ook door een praktische introductie waarbij ik materialen of mijn eigen beeldend werk mee neem. Door dit te doen laat ik een laagdrempeligheid zien waardoor het toegankelijker is voor de leerling om een beeldend proces op te starten. Ik vind het belangrijk om deze korte prikkeling als introductie te tonen omdat ik op deze manier de leerling in groepsverband confronteer met mogelijke connecties met hun beeldend werk waar ze zelf misschien niet aan gedacht hebben. Tevens leer ik door deze prikkeling mijzelf scherp te houden door anders naar mijn eigen inspiratiebronnen, materiaal en beeldend proces aan kijken. Tijdens mijn lessen wil ik de leerlingen zeer zelfbewust maken van hun eigen proces. Dit doe ik onder andere door diverse kunsthteoretische bronnen voor te stellen, technieken aan te kaarten en reflectieve vragen voor te schotelen aan de leerlingen. Hierdoor geef ik ze een korte prikkel die een bepaald vervreemdend effect heeft zodat de leerling juist weer vanuit een andere optiek naar zijn of haar proces gaat kijken. Omdat deze suggesties worden vormgegeven vanuit mijn persoonlijke visie op de beeldende kunst wil ik de keuze aan de leerling over laten of deze mijn opmerkingen gebruikt voor zijn of haar proces. Als de leerlingen zelfstandig aan het werk zijn bij de les loop ik rond door de klas waarbij ik wissel tussen een leidende en begeleidende rol. Hierbij maak ik met de leerlingen die daar behoefte aan hebben een kort praatje. Bij deze praatjes probeer ik nieuwe vragen te ontfutselen bij de leerlingen en ze te confronteren met nieuw theoretisch materiaal die ik uit mijn persoonlijke collectie boeken haal. Door samen met de leerlingen notities te maken in hun logboek en ze iedere les lesbeschrijvingen te laten maken wordt hun persoonlijke proces veel inzichtelijker. Hierdoor wordt de kwaliteit van hun persoonlijke proces beter gewaarborgd en kan ik iedere les tips geven die verder in de diepte treden. Het is bijzonder om te zien dat wanneer ik met leerlingen aan tafel praat, de andere leerlingen aan tafel vaak luisteren naar waar het gesprek over gaat. leerlingen hebben een grote behoefte aan sociaal contact met hun medeleerlingen en de docent en naar mijn mening wordt dit niet altijd goed benut in de les. Als ik met een leerling het proces aan het bespreken ben betrek ik daarom vaak meerdere leerlingen die aan dezelfde tafel zitten bij dit gesprek door o.a. hun mening over het werk te vragen. Ook confronteer ik dit ze vaak met vraagstukken die betrekking hebben op hun werk en daardoor zet ik ze op een zeer bewuste manier aan het denken over hun eigen proces. Hierdoor kan ik meer leerlingen begeleiden in een kortere tijd. Bovendien is het een stuk plezieriger en gezelliger. Een les is voor mij geslaagd als ik de leerlingen met een glimlach op hun gezicht mij een fijn weekend wensen en ik met rode wangen straal van energie. Ik merk dat ik dan een connectie gemaakt heb met de leerlingen en ze met vragen, antwoorden en nieuwe inzichten naar huis laat gaan. Ik heb dan dat ik iets in gang heb gezet bij mijzelf en de leerlingen en dit is voor mij het mooiste wat je als docent mee kan maken. 13
Onderwijsprojecten Op beide opleidingen die ik gevolgd heb zijn mij diverse mogelijkheden aangeboden om projecten te organiseren. Het ontwikkelen van projecten/opdrachten is voor mij essentieël in het scherp houden van je visie omdat je op deze manier rekening kan houden met de wensen/behoeftes van de leerlingen. Er zijn 2 projecten die er voor mij uit springen en deze geven een goede weergave van hoe mijn manier van onderwijzen zich toont in de praktijk. Vandaar dat ik deze wil benoemen. Ik heb van beide opleidingen 1 project uitgekozen. Overal kriebelende beestjes In 2010 heb ik op de Grebbe in Bergen op Zoom een project over insecten gemaakt. Hierbij hebben de leerlingen van groep 4 en 5 in groepsverband onderzoek gedaan naar verschillende insecten. Er is voor het vak biologie gekeken naar de natuurlijke habitat, de diverse soorten, de groei, en het lichaam van het betreffende insect. Voor het vak beeldende vorming is er naar plaatjes van het insect gezocht en mochten er 2 insecten gebouwd worden. Door samen te werken en te overleggen konden de leerlingen taken verdelen m.b.t. de vakken en moest er een verslagje en 2 insecten gemaakt worden. De groepen heb ik samengesteld door te kijken naar de verschillende niveau’s binnen de klas en een zo diverse mogelijke verdeling te maken zodat alle leerlingen elkaar konden stimuleren en activeren om samen te werken. Als eerste hebben de groepjes gediscussieërd over welke insecten ze gingen kiezen. Mijn rol hierbij was gespreksbegeleider. Bij het beeldende aspect was het de bedoeling dat de leerlingen het insect gingen namaken met materialen die klopten met het beeld van het insect. Een groepje ging bijvoorbeeld een slak maken, omdat een slak slijmerig gingen ze kijken naar plaatjes van een slak en hebben ze gediscussieërd over welk materiaal deze slijmerigheid het beste zou kunnen uiten. Door in groepsverband samen tot een conclusie te komen waren alle leerlingen het unaniem eens dat er voor klei gekozen moest worden. Want een slak is namelijk organisch van vorm, en de materialiteit van klei laat dat goed zien. Om het spoor te laten zien van de slak hadden ze gekozen voor een spoor van lijm. Het spoor wat de slak achter laat is namelijk kleverig, en en lijm plakt ook heel erg aan je vingers. Op deze manier kregen de leerlingen een goed inzicht in hoe en waarom de slak er zo uit zag. Alle gevonden informatie over de slak werd uiteindelijk verwerkt in een verslag of een verhaaltje met tekeningen. Dit werd gepresenteerd naast de slak als 1 geheel. Op de ouder avond mochten alle leerlingen hun werk presenteren voor de ouders. Door een coachende functie tijdens dit project te hebben was het voor de leerlingen makkelijker om vanuit intrinsieke motivatie hun doel te volbrengen. Ze konden met plezier, passie en interesse werken aan de opdracht omdat ze hun eigen vraagstellingen mochten gebruiken en gezamenlijk tot een besluit waren gekomen. Als docent is dit fantastisch om te zien omdat je op een persoonlijke manier kan begeleiden. Voor mij is een project namelijk geslaagd als de leerling een persoonlijke ontwikkeling door maakt en iets leert wat hij/zij ook graag wilt leren.
14
15
Radically mine Tijdens mijn stage in het 3e jaar op de academie heb ik samen met 3 medestudenten het project Radically Mine mogen geven bij vwo 5 op het van Maerlant Lyceum. Dit is een project vanuit het Van Abbemuseum waarbij de doelstelling is om jongere mensen op een leuke en eigenwijze manier kennis te laten maken met het museum Een deelname aan de Radically Mine bestaat uit drie onderdelen: een voorbereidende les in de klas, een korte rondleiding met opdrachten in het museum en een afsluitende les op school. Centraal hierbij staan de ervaring van de leerling in het Van Abbemuseum en het formuleren van hun eigen mening over wat ze daar zien en beleven. Het unieke aan deze opdracht was dat mijn rol werd vormgegeven door de nadruk te leggen op mijn kunstenaarsschap. Ik en mijn 3 klasgenoten hebben onszelf en onze beeldend proces gepresenteerd aan de leerlingen van vwo 5 waarna zij een keuze mochten maken door wie ze begeleid werden. Doordat ik gekozen was door het merendeel van de groep heb ik de helft van de klas begeleidt bij hun proces. De opdracht die ik ontwikkelt heb voor de leerlingen was er een waarbij de synthese tussen theorie en praktijk centraal stond. Wekelijks begon ik de les met een discussie of verhaal over een kunstenaar. Hierbij konden zij deze informatie direct relateren aan hun praktijkwerk. Door de leerlingen hun werk te laten presenteren voor de groep en elkaar feedback te geven creeërde ik een zeer veilige leeromgeving waar iedereen elkaar als persoon en elkaars werk waardeerde. Waar ik hier voor het eerst achter kwam was dat het er een enorm wederzijds respect en kruisbestuiving ontstaat als je als docent je eigen beeldend werk mee neemt naar de les. Door het uitleggen van de manier waarop ik te werk ging en het sporadisch laten zien van mijn proces werd het voor de leerlingen inzichtelijker dat beeldende kunst erg toegankelijk kan zijn en ik leerde mijn proces steeds beter verwoorden ten op zichte van verschillende doelgroepen.
16
17
Visie op beeldend De beeldende kunst speelt voor mij een belangrijke rol in de ontwikkeling van de maatschappij. Naast dat zij ons een blik laat werpen op het verleden laat zij ons ook naar mogelijke ontwikkelingen in de toekomst kijken. Het is een spiegel voor de maatschappij waardoor reflectie op de maatschappij teweeg gebracht wordt. Als toeschouwer van beeldend werk wordt je hierdoor in een positie geplaatst waarbij je op je op je eigen manier vragen kunt stellen over het werk. Eenvoudigere vragen die o.a. smaak, interesses en een voorkeur voor werk betreffen, maar ook diepgaande vragen die de toeschouwer dieper na laten denken over wat ze nou écht belangrijk vinden in het leven. Hierdoor weet je als toeschouwer een visie op het leven te vormen. Door steeds opnieuw de confrontatie aan te gaan met de beeldende kunst zal je dan ook dieper in introspectie treden en zal Je visie steeds krachtiger ontwikkelen. Als er naar het sociale vlak van de kunsten gekeken wordt dan is het direct zichtbaar en ook aantoonbaar dat kunsten mensen bij elkaar brengen. Het nodigt uit tot discussie en gesprek waarbij heftig gespeculeerd wordt over het werk in kwestie. Maar het leidt ook tot plezier en pure verwondering. Het geeft ons een blik op het sublieme en dit ideologische beeld is iets wat alleen de kunsten kunnen bewerkstelligen. Het is voor mij niet in woorden te omvatten, het kan alleen maar gedeeld worden met mensen die op dat moment aanwezig zijn en dat zijn voor mij de meest bijzondere en pure momenten die er zijn. Daarnaast heeft de kunst altijd een vooruitstrevende functie gehad waarbij het bijvoorbeeld in de middeleeuwen om artefacten van religie ging, omgeven door rituelen om de uniciteit van deze werken te benadrukken. Door deze rituelen werd het object in het centrum van de aandacht geplaatst en gaf je jezelf als toeschouwer over aan deze objecten/rituelen. Er ontstond een pure verwondering voor het object wat door een ambachtelijke manier van kennis en vaardigheden was vervaardigd. In de 17e eeuw had het juist een romantische functie. Het bood de toeschouwer een vorm van escapisme, de ontsnapping aan de drukte van het dagelijkse leven. De beeldende kunst is ook altijd een plaats geweest waar men zich kon voeden met informatie en diepgaande kennis. Het heeft een sterke traditie getrouwheid en daardoor is het mogelijk om steeds dieper in de materie van de achterliggende ideeologieën van de kunstenaar te duiken. Dit bied een enorme ruimte voor contemplatie en bezinning. Echter is door de technologische ontwikkelingen en de democratisering van de maatschappij deze contemplatieve ervaring kortstondiger en oppervlakkiger geworden. De massa heeft namelijk steeds meer inspraak gekregen op de manier waarop kunst zich manifesteert in deze maatschappij. Alles kan en mag tegenwoordig, het draait meer om het idee wat zich in het hoofd van de toeschouwer tot een mentaal beeld vormt dan het beeld wat fysiek aanwezig is. Hier ben ik het niet mee eens omdat wij daardoor niet de tijd nemen om de beelden die wij bekijken werkelijk te kunnen zien. Hierdoor zijn wij haast verplicht om een selectieve wijze van kijken aan te nemen. Voor mij staat dit haaks op de manier waarop men beeldende kunst zou moeten beschouwen. Kunst zou je achter moeten laten met een vraag waarbij je de tijd neemt om het beeld te beschouwen.
18
Alles wordt op 1 vlak getrokken door de globalisering van de maatschappij, naast dat dit enorm veel functionele mogelijkheden met zich mee brengt heeft dit ook een negatieve connotatie. Beelden zijn veel makkelijker bereikbaar en door de ontwikkeling van nieuwe media is het kopiëren en plakken van beelden veel maatschappelijker geaccepteerd. De kunst is sindsdien geen doel meer op zichzelf, maar een tool om een doel te bereiken. Sociaal/politiek engagement, etc. Dit idee is zo ver doorgevoerd dat de beelden soms niet eens door de kunstenaar vervaardigd worden. Er ontstaat hierdoor een dematerialisatie van de kunsten waarbij het concept zegeviert boven de fysieke manifestatie. Hierdoor wordt er op een andere manier naar de beelden gekekenen is het eenvoudiger voor de kunstenaars om hun beeld te vervaardigen. Er is daardoor veel minder tijd en ambacht bij het maakproces betrokken. Tevens vliegen deze beelden je om de oren en door dit enorme aanbod is er een ontzettend individualisme ontstaan. Er is zo veel aanbod dat de beeldende kunst zich haast als een product in de maatschappij gemanifesteerd heeft. Iedereen heeft een eigen blik op de beeldende kunst, en dat is ook goed. Maar dat de kunstenaar zich haast hier op aan past lijkt mij geen ideale situatie. Maar er is wederom een nieuwe tendens zichtbaar in de beeldende kunst. Onder andere het aanbod aan beeld verandert omdat de vraag van de massa niet meer bij te houden is. De kunstenaars willen meer rust en bezinning.Tevens is er een vraag naar meer diepgang en een investering van tijd in het maakproces. Een ontwikkeling van de individu, waarbij een utopische blik deze ontwikkeling vorm geeft. Kunst die je wederom achter laat met een gevoel. Kunst waar je de tijd nodig voor hebt om naar te kijken. Kunst die het streven heeft om je als persoon te ontwikkelen en een eigen visie op een ideale situatie helpt ontdekken. Het beschouwen van kunst wordt weer een ontdekkingsreis op zich. Voor mij is deze nieuwe ontwikkeling zeer positief. Op deze manier kunnen de kunsten namelijk hun fundamentele rol als spiegel voor de maatschappij opnieuw bevestigen en kunnen de musea weer hun rol als plaats voor bezinning en contemplatie. Ik ben dan ook ontzettend benieuwd naar hoe deze ontwikkelingen verliopen en daardoor ben ik er momenteel onderzoek naar aan het doen met mijn scriptie voor kunstenschiedenis. In deze scriptie zoek ik naar het belang van aura en uniciteit van de kunsten en de ruimte die hierdoor kan geven voor bezinning. Is het nodig dat een werk uniek is om deze bezinning te ervaren? Waarom vinden er zo veel technische ontwikkelingen plaats in de maatschappij? Waar komt eigenlijk al deze spectaculaire ophef vandaan? Dit alles plaats ik in de conclusie in perspectief met mijn eigen beeldend werk zodat ik het fundament voor mijn eigen werk sterker weet te onderbouwen. Dit onderzoek zorgt voor een koppeling naar mijn visie op kunsteducatie en het docentschap. De kennis van ambacht, de drang naar theoretische en praktische kennis en het beoefenen van het beeldende vak in een hedendaagse maatschappij creeërt mij tot wie ik ben en deze stimulering tot zelfontwikkeling wil ik ook overdragen naar de leerlingen waar ik les aan geef.
19
Beeldend werk Persoonlijk vind ik het fantastisch en fascinerend om verhalen van andere mensen te horen omdat ik er zo achter kom wat deze mensen gevormd heeft tot wie ze nu zijn. Het houdt mij op dat moment namelijk een spiegel voor waarbij ik geconfronteerd wordt met wie ik zelf ben. Wat heeft mij eigenlijk gevormd, en wat heb ik eigenlijk geleerd van deze ervaringen? Dit zijn voor mij zeer inspirerende, verrijkende maar ook confronterende momenten. Omdat ik iedereen dit soort momenten gun wil ik deze dan ook bereiken door het creeëren van beeldend werk. Voor mij zijn foto’s het startpunt bij uitstek voor mijn proces. Door het rond te neuzen bij antiekwinkels en het bezoeken van diverse rommelmarkten probeer ik foto’s te zoeken die voor mij een weergave van diverse belangrijke momenten zijn. Ik vind het ook prachtig om in gesprek met de mensen te gaan van wie deze foto’s zijn om er achter te komen waarom de foto’s gemaakt zijn. Zelf maak ik ook foto’s waarbij ik een gevoel probeer te vangen dat voor mij essentieël voor dat moment is. Door het gebruik van deze foto’s als startpunt van mijn beeldend proces creeër ik schijnbare of reële herinneringsmomenten vol gevoelswaarden. Door de destructieve behandelwijze van het beeld benadruk ik de vergankelijkheid van deze momenten. Ze dreigen te ontglippen de grote leegte in. Hierbij fungeren de beelden als ijkpunten die, wetend dat het nooit volledig zal lukken, naar deze gevoelswaarden reiken. waarvan de beelden in al hun voorlopigheid naar een vergankelijkheid van dit moment verwijzen. Door de destuctieve behandelwijze van het beeld zijn de objecten die overbleven leesbaar als een kwetsbaar residu van de herinnering. Ik beschouw mijn foto’s in een meditatieve staat van zijn waardoor ik het beeld in alle essentie kan bevatten en slechts enkele handvaten in de kader van het beeld te laten. Hierdoor blijft de pure essentie van het moment over in het beeld, maar laat ook een leegte achter door de destructieve behandelingstechniek. Het begrip leegte valt zowel te interpreteren als het niet volledig kunnen omvatten van dit moment in het beeld, maar ook als het grote niets waarin dit moment verdwijnt. Denken en handelen valt samen in het beeld door de benaderingswijze. Het creëren van een vorm, vaak met materialen die fragiele, instabiele en tijdelijke eigenschappen hebben, maar ook het vernietigen er van is een permanente wisselwerking waarbij de sporen van de handeling het beeld vormen. De sporen van de weerbarstigheid van die verbinding, de onvolkomenheid van hechting, de gistingen tussen de materialen werken als littekens van verloren momenten. Mijn beelden zijn dan ook rijk aan detail en bieden de mogelijkheid voor de kijker om er in op te gaan. Een vereiste daarvoor is dat de beelden zeer toegankelijk gemaakt worden. Foto’s zijn voor mij hetgene wat dit mogelijk maakt. Tegenwoordig heeft iedereen namelijk toegang tot de fotografie en maakt hier ook gretig gebruik van. Het vastleggen van belangrijke momenten zoals een dooptafereel of een eenvoudig moment zoals een selfie tijdens het eten van een stuk taart, iedereen heeft de drang om alles vast te leggen voor later gebruik. Er ontstaat op deze manier een lage drempel voor de toeschouwer om contact te maken met mijn beelden. Hierbij kan de toeschouwer zijn of haar eigen voorkennis gebruiken om het verhaal van het beeld te interpreteren en zich eigen te maken.
20
Door veel te spreken met mensen die mijn beelden gezien hebben leer ik zelf ook op een andere manier naar mijn beelden te kijken. Juist deze oneindige wisselwerking is wat ik ook bijzonder vind aan de beeldende kunst. Het is geen vast gegeven maar volledig afhankelijk wat de toeschouwer interpreteert uit de beelden en deze mogelijkheid bied ik dan ook in mijn beelden. Ik creeër hierdoor beelden die ademen en ondanks hun monumentaliteit in beweging lijken te zijn. Onafhankelijk interpreteerbaar van, maar tegelijkertijd ook beïnvloedt door de tand des tijds. Ik heb gekozen voor een vijftal beelden om mijn verhaal te ondersteunen. Deze beelden zijn gemaakt van leerjaar 2 tot leerjaar 4 en laten een duidelijke lijn van ontwikkeling in materiaalkeuze en beeldtaal zien. Het concept en de inhoud is echter iets wat altijd hetzelfde is gebleven. Soms maak ik een uitstapje door puur met het materiaal te experimenteren zonder het gebruik van een foto maar deze beelden vind ik te experimenteel voor mijn doen om als zijnde “af” te tonen.
21
Untitled – Memories
50cm x 50cm - Fototransfer op canvas - 2012
22
Untitled – Memories
1m x 1m – Fototranfer en acryl op hout - 2013
23
Transgression 1
2m x 2m - Fototransfer op karton - 2013 24
Monolith 5
2m x 1m x 15cm - fototransfer op gips, spanbanden - 2014 25
Monolith 6
50cm x 50cm - Fototransfer op gips - 2014
26
Ambitie – Toekomst Ik ben van mening dat je jezelf als persoon beter leert ontwikkelen door momenten van uiterste concentratie af te wisselen met momenten van bezinning en reflectie. Ik heb nu 9 jaar gestudeerd na mijn middelbare school. Dit was een intensieve periode van concentratie waarbij ik zowel in de breedte als in de diepte ben gegaan. Nu vind ik het tijd om alles tot mij te nemen en te laten bezinken. Ik wil een half jaar tot een jaar rust nemen van school om de kennis en vaardigheden die ik heb opgedaan toe te passen in de praktijk. Dit wil ik realiseren door het huren van een atelier en intensief op zoek te gaan naar exposities waar ik deel aan kan nemen. Door dit te doen start ik een verdiepingsproces op waarbij ik mijzelf ga richten op de ontwikkeling van beelden die dezelfde rust en bezinning scheppen voor de toeschouwer als voor mij in het maakproces. Hierdoor versterk ik de onderliggende motivaties voor zowel mijn docentschap als mijn kunstenaarsschap. Na deze periode van rust en bezinning ga ik starten met een vervolgopleiding die deze verdieping van kennis en vaardigheden nog verder benadrukt. Ik ben er namelijk van overtuigd dat een goede vakdocent veel kennis en vaardigheden beheerst en ook toegepast heeft in de praktijk. De ontwikkeling van mijn docentschap zal zich vooral uiten in mijn rol bij kunstpodium T. Mijn ambitie bij deze plaats zal zich voornamelijk uiten door het vergroten van mijn takenpakket waarbij innovatie en reflectie op het leerling/meester project centraal staat. Na het afronden van mijn vervolgopleiding wil ik mijzelf laten leiden door een visie waarbij ik het kunstenaarsschap en het docentschap combineer. Door mijn ervaringen met het vak te delen wil ik andere personen enthousiasmeren en motiveren om ook deel te nemen aan een maatschappij waarbij kunst en cultuur een belangrijke rol speelt. Mijn toekomstige rol in deze maatschappij is er 1 waarbij ik mijzelf als duizendpoot door de kunst en cultuur sector heen begeef, op zoek naar diverse projecten en werkomgevingen waarbij de persoonlijke ontwikkeling van mensen en het sociale contact en overleg tussen mensen centraal staan. Het liefst wil ik niet op 1 plek werkachtig zijn zodat ik een goede blik krijg op de actuele ontwikkelingen binnen diverse domeinen in de kunstensector. Dit houdt mij scherp en zorgt dat mijn visie ook actueel blijft en niet verslapt. Momenteel heb ik al een deel daarvan verwezenlijkt door actief te zijn bij o.a. kunstpodium T en stichting Artevent in Helmond echter is mijn honger naar variatie nog niet gestild. Ik ben namelijk van mening dat ik nog veel meer kan bereiken. De nominatie van de Jacques de Leeuw prijs speelt hierin ook een grote rol.. Het moment waarop ik te horen kreeg dat ik genomineerd was gaf mij een bijzonder prettig gevoel waarbij het mij een enorme boost en bevestiging heeft gegeven dat wat ik doe ook een grote betekenis heeft. Soms ben je namelijk zo druk bezig in je eigen proces dat je jezelf niet volledig realiseer wat je bewerkstelligd hebt. Deze nominatie heeft mij weer met beide benen op de grond gezet en daardoor een bewustwording van mijn eigen proces gerealiseerd heeft. De rol van het prijzengeld dat de Jacques de Leeuw prijs aanbiedt voor de winnaar zou de mogelijkheden van mijn toekomstvisie versoepelen. Dit zou namelijk een grote last van mijn schouders wegnemen omdat de last van het kostenplaatje minder wordt. Het huren van een atelier, betalen van een vervolgopleiding en bekostigen van materiaal zou namelijk veel makkelijker gaan.
27
Motivering nominatie Jacques de Leeuw prijs Robin Gerris weet alle domeinen binnen de opleiding voor Docent Beeldende Kunst en Vormgeving op een natuurlijke manier aan elkaar te koppelen. Zijn eigen beeldend bezig zijn gebruikt hij als motor voor het lesgeven. Dit alles wordt onderbouwd door fenomenen uit de voorbije en huidige Kunstgeschiedenis. Hieronder enkele ter zake doende uitspraken over Robin’s beeldende werk. De thematiek die Robin hanteert gaat over schijnbare of reële herinneringsmomenten waarvan de beelden in al hun voorlopigheid naar verwijzen, beelden als kwetsbaar residu van de herinnering. De gesteldheid waaruit ze ontstaan zijn, is er een van permanente beschouwing en introspectie en van de poging deze momenten beeldend vorm te geven, te herscheppen. Denken en beeldend handelen lopen volkomen parallel en genereren elkaar . De consequente wijze van denken)/ werken heeft als rode draad het doen ontstaan van vorm en het vernietigen ervan, een permanente wisselwerking die zijn sporen direct en concreet in de vormen achterlaat en die daardoor tegelijkertijd de inhoud bevestigt. (Destructie als principe) Geïnspireerd door werk van andere kunstenaars en gevoed door zijn eigen beeldende praktijkervaring, weet Robin op een creatieve en kundige manier zijn leerlingen te enthousiasmeren en hun op het pad van de kunsten te leiden. Ton van de Vleuten Wil Rovers Christianne Niesten
Coordinator leerjaar 4, Docent praktijkbegeleiding Docent praktijkbegeleiding Docent Kunstheorie
28
Referenties Om de interesse aan diversiteit en pluraliteit in het werkveld te tonen en een toepassing van mijn visie in de praktijk heb ik een aantal referenties verzameld. Robin als collega, docent, student Robin is een zeer gedreven en eigenzinnige student. Het afgelopen jaar is hij enorm gegroeid; in zijn beeldend werk en in zijn (kunst)educatieve rol. De relatie tussen (zijn werkhouding t.a.v.)zijn eigen beeldend werk en zijn rol als kunstenaar én als docent, is in balans. Het is prachtig om te ervaren als docent, als SLBer, als tijdelijke collega en als stagebegeleider, hoe hij worstelt, experimenteert, valt en opstaat, hoe hij zichzelf en anderen kritische vragen blijft stellen en uitdagen. Kenmerkend voor zijn houding als docent, maar ook als kunstenaar, is zijn bevragende houding; Robin probeert daadwerkelijk van alles uit, zowel in materialiteit, als bijvoorbeeld ook in didactiek. Leerlingen hebben hem ervaren als een zeer betrokken, creatieve en bevlogen kunstdocent tijdens het project Kunst in het Kwadraat. De eigenschappen die ik in hem waardeer zijn zijn ongeremde enthousiasme en zijn (soms wat chaotische) doen en laten. Robin is een enorm authentiek persoon en ik gun hem het allerbeste! Renee Lievens
Academie voor Beeldende Vorming | Docent Onderwijstheorie Van Maerlantlyceum | Docent CKV, Tekenen en kunsttheorie Museum de Pont | Museumdocent
29
Robin als docent Twee jaar terug al weer heeft Robin bij mij zijn 2e-jaars stage gedaan. Ik verwachtte niet veel, hij was immers pas tweede-jaars. Bij zijn sollicitatie (als stagiair moet je bij ons eerst een ‘intake’ gesprek hebben) bleek echter al dat het wel goed zou komen. Aardige jongen die gelijk leuk met leerlingen sprak. Bij het begin van zijn stage bleek het inderdaad wel goed te zitten. Robin was enthousiast, heel erg geïnteresseerd in de leerlingen, in de lesstof, in mijn argumenten om de dingen te doen zoals ik ze doe, en ook in mij, als ‘kunstenaar’ en als mens. Kortom, een heel aardige jongen met wie je heel makkelijk praat.Meestal zeg ik tegen stagiairs dat je vooral niet ‘te aardig’ moet zijn om het voor de klas te redden. Immers, te zacht maakt dat leerlingen ‘over je heen lopen’. Ik was dus best bezorgd dat Robin in die valkuil zou stappen maar dat gebeurde niet.Toen mijn collegaatje handvaardigheid ernstig ziek werd en zelfs helemaal geen les meer kon geven heeft Robin zelfstandig een aantal klassen van haar overgenomen en heeft daarmee laten zien dat hij volwaardig als docent mee kon draaien. Vandaag heb ik aan een aan een aantal leerlingen uit mijn huidige Havo-3 klas gevraagd wat hun herinneringen aan Robin waren……… Hier een bloemlezing : Gewoon aardig Soms te aardig Had best wel orde…ja, omdat ‘ie zo aardig was…. je wilde gewoon niet vervelend zijn…. Hij kon lekker snel en duidelijk uitleggen, gebruikte het bord goed hij leefde zich in in de leerlingen, hij was oprecht geïnteresseerd en stelde goede vragen Hij was positief, enthousiast en echt zichzelf. Mijn eigen indruk van Robin: Intelligent, een goede prater, veel ideeën, creatief, eerlijk. Voor de klas zal hij zeker van te voren voor zichzelf duidelijk moeten hebben waar zijn grenzen liggen en wat hij wil bereiken met de groep. Als zijn organisatie in orde is en hij zijn plan duidelijk heeft getrokken (zodat er geen omstandigheden zijn waar heel veel nutteloze energie in gaat zitten) zal hij een fijne docent zijn. Iemand die weet wat hij wil en hoe hij dat kan bereiken en die de leerlingen heel veel eigen ruimte geeft zonder dat het onveilig wordt. Leerlingen durven dan, net als Robin, zichzelf en kwetsbaar te zijn. Marianne Verhoeff
Develstein College |Docente Kunst beeldend, algemeen en CKV
30
Robin als kunstenaar in de klas In het Atelier op het Mollerlyceum heerst een ontspannen en aangename sfeer. Robin verteld bevlogen over zijn eigen werk en dat van andere kunstenaars. De leerlingen luisteren, kijken geboeid en laten zich verrassen. Iedere les neemt hij nieuwe voorbeelden mee: kunstboeken, schetsboeken, foto’s, eigen werk, internet en materiaalexperimenten. Door voorbeelden vanuit zijn eigen belevingswereld en visie te vertellen, maakt Robin kunst voor de leerling laagdrempelig. Hij is inhoudelijk op de hoogte en wat er speelt in de hedendaagse kunst en kunstgeschiedenis.De leerlingen worden daarbij voortdurend geprikkeld en raken nieuwsgierig naar al deze materie. Robin blijft dichtbij zichzelf en met een open houding nodigt hij de leerlingen uit hun eigen werk en werkproces te reflecteren. Op intuïtieve wijze worden allerlei ideeën ontfutselt en brengt, daar waar mogelijk diepere lagen aan. Door zijn persoonlijke begeleiding en actieve luisterhouding maakt hij verbinding en voelt de leerling zich gezien en begrepen. Door deze wisselwerking kan de leerling als bijna vanzelf zelfstandig werken aan zijn of haar creatieve proces. Het kunstenaarschap is op een natuurlijke manier verwoven met het lesgeven en komt op een organische manier tot uiting in het toepassen van verschillende materialen, technieken en visie. Robin weet met zijn betrokken en energieke werkhouding de leerlingen te enthousiasmeren en motiveren. Tijdens zijn lessen wordt er een uitstekende basis gelegd om het creatief denken functioneel te leren toepassen. Voor mij als docente beeldende vakken is het genieten om met zo’n gepassioneerde student voor het vak en leerlingen samen te werken.
Margot van Treijen
Mollerlyceum | Docent Beeldende Vakken
31
Robin als medestudent Mijn naam is Jeroen Duijf, studiegenoot van Robin. De afgelopen 3 jaar hebben Robin en ik op zowel beeldend- als kunsttheorie- als onderwijsgebied samengewerkt, gediscussieerd en bekritiseerd. Robin vertelde me een tijd geleden dat hij, als hij terugkijkt op zijn toelating, nog steeds verbaasd is dat hij is toegelaten op de academie. Zelf vond hij toen zijn beeldende kwaliteiten ondergeschikt. Echter merkten de docenten Robins kwaliteiten wel op. Nu, vier jaar later, maakt Robin zowel zijn beeldende- docerende- en kunsttheoretische kwaliteiten ijzersterk en meer dan waar. In 3 jaar tijd hebben Robin en ik een aantal opdrachten gedaan voor zowel kunsttheorie als onderwijstheorie. Ik ervaar de samenwerking met Robin als zeer prettig en bevorderend. Tijdens een samenwerken is Robin scherp, weet hij zijn kennis van zaken op een hoog niveau toe te passen en een prettige werkomgeving te creëren waarin het op zijn tijd aan een lolletje niet mag ontbreken. Hoewel het soms op de laatste momenten aankwam, zoals het een echte student betaamt, werkt Robin zeer strikt en helder waardoor de uitwerking van de opdracht van een dermate kwaliteit is. In het atelier bespreken Robin en ik vaak onze werken en die van anderen. Het bespreken van het werk is als een tweede natuur geworden waarbij we het bekritiseren van elkaar en van anderen niet schuwen. Tijdens het gesprek worden positieven- verbeter- en adviespunten gegeven. Ik ervaar deze werkbesprekingen als zeer positief omdat er tijdens een gesprek iedereen wordt geholpen in zowel het beeldend werk als in gedachten over het werk. Robin heeft een zeer uitgebreide vocabulaire waardoor hij altijd het juiste woord weet te vinden om zijn gevoel of mening te uiten. Waarbij ik of andere een woord te kort schiet vult Robin het op een correcte manier aan wat een zeer positieve uitwerking heeft bij het verklaren van een beeld. Robins uitgebreide kennis van ideeën, kunststromingen, beelden en kunstenaars zorgt ervoor dat hij zonder enige moeite en met veel interesse over kunst kan reflecteren. Dit verklaart in mijn ogen ook zijn gemotiveerde werkhouding en zijn beeldende kwaliteiten. Buiten de reguliere academie uren bespreken Robin en ik vaak zaken over de academie, het onderwijs maar vooral over kunst. Dit is naar mijn mening een zeer sterk punt omdat Robin niet alleen tijdens de reguliere academie uren bezig is met de kunsten en het onderwijs maar ook daar buiten. In vier jaar tijd is Robin een ijzersterk beeldend onderzoek gestart wat een fundament is voor zijn werk in de toekomst. Robin weet door zijn kennis, vakvisie en bronnen zowel zijn eigen werk als het werk van anderen te onderbouwen en te bekritiseren. Door zijn heldere kijk op het onderwijs weet hij zijn ideeën over het onderwijs te onderbouwen en duidelijk vorm te geven. Ik wens Robin voor de toekomst het aller beste, voorspoed en vooral plezier toe. Groet, Jeroen Duijf
Student DBKV Leerjaar 4
32
Robin en communicatie Robin Gerris heb ik leren kennen als vaste bezoeker bij de Leerling/Meester tentoonstellingen van Kunstpodium T. Begin 2013 stond ik in de rij bij de klantenservice van de Hema. Ik zag dat Robin achter de balie stond. Het viel mij meteen op hoe prettig, klantvriendelijk en stressbestendig Robin de klanten te woord stond. Op een zaterdag in september 2013 kwam een hele delegatie vanuit de gemeente waaronder Burgemeester en Wethouders op bezoek bij Kunstpodium T. Robin was ondertussen deelnemer van het Leerling/Meester project geworden en door mijn ervaring in de Hema vroeg ik Robin of hij samen met mij deze delegatie te woord wilde staan. Wederom zag ik het gemak waar mee Robin met deze situatie omging. Voor mij was dit de rede om Robin als stagiaire/vrijwilliger te vragen om dit seizoen bij Kunstpodium T te werken. Een paar maanden later heb ik ervaren dat het heel prettig is om met Robin samen te werken. Wat ik tot nu toe van Robin heb gezien is dat hij accuraat kan werken. Robin is een teamspeler en kan goed zelfstandig werken en zelf beslissingen nemen. Zeus Hoenderop
Directeur Kunstpodium T
Noordstraat 105 5038 EH Tilburg 06 232 84 954
[email protected] www.kunstpodium-t.com
33
Nawoord Ik geloof dat ik nu alles beschreven heb wat mij tot mijzelf maakt. Ik heb een aantal bijzondere ervaringen gehad in mijn leven en een aantal heb ik er nu met jullie gedeeld. Het is echter slechts een glimp van hoe ik mijn ontdekkingsreis zelf ervaren heb. Er zijn duizenden manieren om deze reis te omschrijven en te interpreteren, maar desondanks hoop ik op een persoonlijk en verrijkende manier deze reis beschreven te hebben. Maar zoals jullie waarschijnlijk gezien hebben is er een onderdeel van de kaft los. Ik wil jullie namelijk door het geven van mijn werk ook in letterlijke zin een stukje van mijzelf delen. Jullie hebben tenslotte ook een deel van mijn ervaringen met betrekking tot de kunsten bepaald. Daar wil ik een dankwoord voor uiten. Ik hoop dat de begeleiding een ervaring geweest zal zijn waar jullie jezelf ook verrijkt door voelen. Dit is voor mij namelijk het belangrijkste binnen de kunsten. Mochten er nog vragen zijn m.b.t. mijn portfolio dan beantwoord ik deze met veel interesse en enthousiasme tijdens het gesprek op 25 juni. Hartelijk dank voor het lezen, Robin
34