#61-955 #61-957 #61-959
SureTrace™ kabelzoekers Handleiding
Inhoudsopgave Veiligheidsinformatie...............................................................................3 Inleiding .................................................................................................4 Bedieningsonderdelen
• • • •
Zender..........................................................................................................5 Ontvanger.....................................................................................................6 Testkabelset..................................................................................................8 Inductieklem met batterijdoos.........................................................................9
• Werking
• • •
Een signaal opwekken en opsporen................................................................9 Open en gesloten circuits.............................................................................10 Retourpad op afstand...................................................................................10
• Toepassingen
• • • • • • • •
Het vinden van stroomverbrekers/zekeringen.................................................12 Het volgen van bedrading.............................................................................13 Het volgen van laagspannings- en datakabels...............................................14 Open verbindingen opsporen........................................................................14 Kortsluitpunten opsporen..............................................................................15 Draadbundels sorteren.................................................................................16 Het vinden van kabels, leidingen, of metalen buizen in de grond....................17 Gebruik van de inductieklem........................................................................18
• • • • •
Vervangen van batterijen en zekeringen...........................................20 Onderhoud.....................................................................................21 Service en reparaties......................................................................22 Specificaties...................................................................................22 Garantiebepalingen.........................................................................24
Page 2
Vooraf doorlezen: Veiligheidsinformatie
U dient deze gebruiksaanwijzing te begrijpen en zorgvuldig op te volgen. Gebruik de kabelzoeker alleen op de in deze handleiding beschreven wijze; een andere wijze van gebruik kan de beveiliging van de kabelzoeker nadelig beïnvloeden.
GEVAAR / WAARSCHUWING Risico van elektrische schok
Contact met elektriciteit kan een elektrische schok, ernstige verwondingen of de dood tot gevolg hebben. Om elektrische schokken, verwondingen of fatale ongevallen te vermijden altijd deze instructies opvolgen. Om elektrische schokken, verwondingen of fatale ongevallen te vermijden, dient u zich aan de volgende instructies te houden: • De kabelzoeker niet gebruiken als deze beschadigd is. Controleer de kabelzoeker op zichtbare uitwendige beschadigingen en controleer of de achterzijde van de behuizing stevig op zijn plaats zit. • Controleer de kabels en vervang deze indien de isolatie beschadigd is, het metaal blootligt of de polen barsten vertonen. • Nooit gebruiken op circuits of systemen met een spanning hoger dan 600V wisselstroom/gelijkstroom. • Deze kabelzoeker nooit met een afstandsaarde gebruiken op plaatsen waar patiënten worden verpleegd. Door de kabelzoeker opgewekte zwerfstromen kunnen elektrische schokken veroorzaken bij patiënten die gevoelig zijn voor elektriciteit. • Altijd het afstandsaardesysteem testen om te controleren of de weerstand tussen aarde en nul lager is dan 100 ohm. • Controleer bij elk circuit of de fase-, nul- en aardedraad correct zijn aangesloten. • Deze kabelzoeker niet gebruiken als de werking abnormaal is; de beveiliging is dan mogelijk minder betrouwbaar. • Niet gebruiken tijdens onweer of bij nat weer. • Niet gebruiken in de nabijheid van explosief gas, stof of damp. • De kabelzoeker niet blootstellen aan spanningen hoger dan het aangegeven voltage. • Niet gebruiken als de batterijen en de achterzijde van de behuizing niet goed op hun plaats zitten. • Voordat u de batterijklep verwijdert altijd eerst de testkabels uit het circuit verwijderen. • Probeer nooit dit apparaat zelf te repareren; de onderdelen kunnen, met uitzondering van de zekering, niet door de gebruiker worden vervangen.
VOORZICHTIG Denk eerst en voor alles aan uw eigen veiligheid: •
• • •
Spanningen boven de 48VAC/VDC kunnen elektrische schokken veroorzaken, voorzichtigheid is daarom geboden. Gebruik passende persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals een veiligheidsbril, gezichtmasker, isolerende handschoenen, isolerende schoenen, en/of isolatiematten. Nooit uzelf aarden wanneer u aan een elektrisch circuit werkt. Maak altijd eerst de aarde- of nulaansluiting, en verwijder deze pas als laatste als u kabels met bevestigingsklemmen of een adapterkabel gebruikt. Page 3
Inleiding De kabelzoekers van SureTrace™ zijn krachtige, veelzijdige en eenvoudig te gebruiken testapparaten voor het opsporen van fouten, in stroomverbrekers en waarmee problemen in niet-zichtbare bedrading in woonhuizen en commerciële/industriële gebouwen kunnen worden opgespoord. Onze kabelzoekers kunnen zowel voor gesloten circuits (onder stroom) als open circuits (stroomvrij) worden gebruikt. Ze zijn geschikt voor het vinden van stroomverbrekers, draadbreuken en kortsluitpunten, en het traceren van kabels in muren en in de grond. Onze kabelzoekers zijn leverbaar in drie uitvoeringen. Elke set bevat eenzelfde zender (TR-959) en testkabelset (TL-957). De 95 set bevat daarnaast een ontvanger (RC-955) met een 7-cijferig afleesscherm in een harde draagkoffer (C-955). De 957 is uitgerust met een ontvanger (RC-959) met een roterend, extra verlicht OLED-display en een wisselstroom/gelijkstroom-indicator, in een harde draagkoffer (C-959). De 959 bevat eveneens de hoogwaardige ontvanger (RC-959), en heeft als extra een inductieklem (IC-959) met een batterijdoos (BP-959), en een grotere harde draagkoffer (C-959). #61-955
#61-959
#61-957
Belangrijke eigenschappen en opties • • • • • • • • • •
Eenvoudig traceren met behulp van cijferweergave en variabel geluidssignaal Eenvoudig af te lezen dankzij extra verlicht display Weergave van pieken in staafdiagram, voor het opsporen van veranderingen in signaalsterkte Brengt stroomverbrekers en zekeringen in kaart Wijst draadbreuken en kortsluitpunten aan Traceert kabels in muren en in de grond Kan worden gebruikt op stroomvrije circuits en onder stroom staande circuits van 0-600V wisselstroom/gelijkstroom Stoort aardlekschakelaars of andere gevoelige apparatuur op de lijn niet. Indicator lege batterijen Cat.III-600VAC veiligheidsklassering Page 4
Onderdelen van de zender
1
1. Ingangsaansluitingen Niet-gepolarizeerde, standaard banaanstekker 2. Aan/uit-lampje Wanneer de zender aan staat, brandt het symbool om aan te geven dat er een signaal wordt uitgezonden. 3. Indicator leiding onder spanning De zender controleert voortdurend de spanning via de ingangsterminals. Als er sprake is van een wisselstroom/gelijkstroom hoger dan 30 Volt, dan gaat het symbool branden. De zender geeft bovendien de hoogte van de aanwezige spanning op de kabel door aan de ontvanger. 4. Indicator lege batterijen Wanneer de batterijen tot 10% leeg zijn geraakt, gaat het symbool knipperen. Als de batterijen blijven uitputten, de LED schakelt van knipperen naar continu branden. Als dit gebeurt, zijn de batterijen helemaal leeg en moeten ze worden vervangen. 5. Aan/uit-knop Druk op de knop om het apparaat aan te zetten en de zendfunctie in te schakelen. Druk wanneer u het apparaat niet langer gebruikt nogmaals op deze knop om de batterijen te sparen. 6. Werkbereik Werkt op onder stroom staande en stroomvrije circuits van 0 tot 600V wisselstroom/gelijkstroom. 7. Batterijcompartiment Ruimte voor (4) AA batterijen voor maximale zendkracht en levensduur van de batterijen. 8. Veiligheid Geschikt voor gebruik in omgevingen van categorie Cat III - 600VAC en is uitgerust met een hoge-energie, snel werkende zekering voor extra bescherming. Verdere opmerkingen • Het signaal van de zender is niet schadelijk voor gevoelige, elektronische apparatuur welke is aangesloten op het stroomcircuit. • Doordat de zender een lage belastingsstroom produceert, kan het signaal van de zender bovenstrooms worden gedetecteerd via het voedingspaneel en de distributietransformator. Wanneer het signaal door de transformator vloeit, neemt de kracht van het signaal omgekeerd evenredig met de transformatieverhouding van de transformator af. • Geschikt voor circuits beveiligd met aardlekschakelaar. Page 5
4 2 3 5
6
7 8
Onderdelen van de ontvanger
1. Extra verlicht afleesscherm Zie volgende pagina voor meer informatie 2. Mate van gevoeligheid Met deze knop kan de mate van gevoeligheid ‘ worden ingesteld*: Mode RC-955 RC-959 kracht antenne 4 Max. gevoeligheid (standaardmode) hoge-gemiddelde 3 gevoeligheid
2
gemiddelde-lage gevoeligheid 1 laagste gevoeligheid
* Zie Verdere opmerkingen op de volgende pagina voor richtlijnen voor het kiezen van de juiste gevoeligheid
1
2 3 4 5
3. Audiosignaal Door op deze knop te drukken kunt u het geluid 6 aan/uit zetten. Als u voor On kiest, geeft het apparaat een variabele piep/toon af, die varieert 7 naarmate het signaal sterker of zwakker wordt. Afbeelding: (RC-955 ) 4. Resterende levensduur batterijen OP RC-955, druk op the knop op elk gewenst moment om nog nuttig autonomie op de LED-segmenten weer te geven. Op RC-959, levensduur van de batterij op het belangrijkste scherm wordt weergegeven. Batterijen moeten worden vervangen wanneer 6A wordt weergegeven op het hoofdscherm van de RC-955 en verschijnt op de RC-959 5. Aan / Uitknop Druk op deze knop om het apparaat aan te zetten. Druk nogmaals op deze knop om de batterijen te sparen als u het apparaat niet gebruikt. 6. Batterijcompartiment Ruimte voor (3) AA batterijen. 7. Veiligheid Geschikt bevonden voor gebruik in omgevingen van de categorie Cat III - 600V AC
Page 6
Display RC-955 1. Helder, 7-cijferig LED-display 2. Ontvangt de aangedreven lijn toestand van de zender 3. Cijferindicatie voor signaalsterkte “0-99” 4. Indicatielampje voor geluidssignaal gaat branden wanneer het geluid is uitgeschakeld. 3 5. Piekdetector voor plotselinge veranderingen in signaalsterkte. Display RC-959 1. Extra verlicht OLED-display met rotatie van de numerieke waarde. 2. Ontvangt van de zender de status van de 2 onder stroom staande leiding. 3. Geeft aan of het geluidssignaal aan of uit staat. 3 4. Indicator voor lege batterijen brandt en gaat knipperen wanneer de resterende levensduur van de batterijen 10% bedraagt. 5. Cijferindicatie voor signaalsterkte “0-99”.
2
1
4
5
1
4
5
6
7
Verdere opmerkingen • Het instellen van de mate van gevoeligheid - algemene richtlijnen: • Begin met de maximale gevoeligheid totdat de ontvanger het circuit dat u wilt testen gevonden heeft. Als de ontvanger te gevoelig is, verlaagt u met de knop de gevoeligheid, totdat het display van de ontvanger niet meer voortdurend de hoogste waarde “99” blijft aangeven. • Gebruik de mode voor het traceren van kabels: (a) binnen gesloten circuits met de 230V AC adapter (in plaats van de 63,5cm kabel en een opstelling met retourpad op afstand), (b) binnen open circuits, (c) ondergronds, (d) en op alle andere plaatsen waar een sterkere signaaldetectie nodig is. • Gebruik de mode om het gevoeligheidsniveau te verlagen als er in de Search High mode sprake is van verzadiging van het signaal (display blijft voortdurend “99” weergeven). • Gebruik de mode voor traceren (a) binnen gesloten circuits bij gebruik van de 63,5cm kabel en een retourpad op afstand, (b) en wanneer er in de Search Low mode sprake is van verzadiging van het signaal. • Gebruik de mode voor het (a) in kaart brengen van stroomverbrekers en zekeringen, (b) het onderscheiden van afzonderlijke draden in een bundel, (c) en wanneer er in vorige mode sprake is van verzadiging van het signaal. Page 7
Het richten van de ontvanger • Hoe sterk het ontvangen signaal op de ontvanger wordt weergegeven, is afhankelijk van hoe de ontvanger ten opzichte van de signaalbron gehouden wordt. Als de ontvanger van de signaalbron af wordt gericht, geeft de ontvanger een lage waarde aan. Als de ontvanger met ronddraaiende bewegingen rond de as van de hoofdontvangstantenne wordt bewogen, varieert het signaal in kracht naarmate de antenne op en vervolgens van het te traceren circuit af wordt gehouden. • Draai de ontvanger daarom over de kabel die moet worden getraceerd totdat de hoogste waarde wordt weergegeven. Als tijdens het traceren het signaal zwakker wordt, loopt de kabel mogelijk verder in een andere richting (bijv. de kabel loopt eerst horizontaal en vervolgens verticaal door de muur). Beweeg de ontvanger over de muur om het sterkste signaal terug te vinden. • Strijk met de achterzijde van de ontvanger langs de muur of vloer om globaal te bepalen waar het circuit zich bevindt. Bepaal vervolgens met de punt van de ontvanger de exacte locatie. • Stalen leidingen verminderen (verzwakken) het uitgezonden signaal van kabels die er doorheen lopen. Aluminium leidingen zorgen voor een aanzienlijke verzwakking van het signaal. In dat geval moet de ontvanger dus worden ingesteld op een hogere gevoeligheid en mogelijk ook dichter bij het circuit gehouden worden om het signaal beter te kunnen opvangen. Testkabelset (TL-958EU) Bij de zender wordt een complete 1 2 3 testkabelset geleverd: 1. 1410-10-1093 Stopcontactadapter voor aansluiting op standaard 230V AC stopcontacten. 2. 1410-10-1089 (2) Bladpennen voor aansluiting op een afzonderlijk stopcontact met een neutrale geleider op afstand als retourpad. 3. 1410-10-1085 (2) 5 6 4 Krokodilklemmen voor direct aansluiten op kale draden en aardingspunten. 4. 6011-30-0001 (2) 90cm kabeladapters voor gebruik in combinatie met bovengenoemde klemmen en pennen voor aansluiting op kale draden en aardingspunten. 5. 6011-30-0002 7,5m kabeladapter voor gebruik in combinatie met bovengenoemde Page 8
klemmen en pennen voor aansluiting op retourpaden op afstand.
Onderdelen - Inductieklem (IC-959) met Batterijdoos (BP-959) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Openingsafstand van de klem: 25mm Krachtige magneet induceert een laagspanningssignaal in een gesloten circuit. De klem is via een 150mm kabel aangesloten op de batterijdoos, die voor de voeding zorgt. Stevige behuizing (8) C-cel batterijen. Ingang voor kabel van de klem. Bevestigingspunt voor magnetische draagband
Magnetische band (niet afgebeeld) • • •
1 2
SureTrace™
4 5
3
6
7
Kan worden bevestigd aan de batterijdoos Magneet kleeft vast aan metalen kasten, panelen, elektriciteitsdozen, etc. Klittenbandstrook voor bevestiging aan niet-magnetische voorwerpen.
De werking Deze kabelzoekerset bestaat uit een zender en een ontvanger. De zender genereert een uniek signaal in het circuit dat moet worden getraceerd. Dit unieke signaal wordt door de ontvanger ontvangen als deze in de juiste stand wordt gericht op de kabels of stroomverbrekers die moeten worden getraceerd of gevonden. De ontvanger geeft vervolgens een waarde in cijfers weer en geeft een variabele piep/toon die sterker wordt naarmate het signaal sterker wordt. De zender produceert een tijdgemoduleerd signaal van 32 kilohertz, met een vaste amplitude, dat een bepaalde spanning induceert in het circuit dat moet worden getraceerd. Zo wordt rondom het circuit een elektromagnetisch veld opgewekt. Of het circuit open of gesloten is heeft een grote invloed op de kracht van het elektromagnetische veld. Bij een open circuit kan er zich geen stroom verplaatsen, zodat het elektromagnetische veld dat ontstaat veel zwakker is. Bij een gesloten circuit zorgt de ingebrachte spanning echter ook voor een verplaatsing van stroom, wat een veel sterker elektromagnetisch veld oplevert. Dit is de optimale methode voor traceren, aangezien dit veel sterkere signaal door de ontvanger op veel grotere afstand van het te traceren circuit kan worden opgevangen. Page 9
Een aantal voorbeelden van open/gesloten circuitse: Gesloten lus
Gesloten lus
Open lus
Sterker
Sterker
Zwakker
Stroom verbreker onder stroom
Stroomverbreker onder stroom
Gesloten lus
Sterker
Gesloten lus
Open lus
Sterker
Zwakker
Stroomverbreker onder stroom
Open lus
Zwakker
Stroomverbreker stroomvrij Licht aan (belasting)
Retourpad op afstand Elektromagnetische velden draaien tegen de klok in rond de elektriciteitsstroom. Bijvoorbeeld, de stroom loopt weg via een fasegeleider en keert terug via de nulleider. Doordat de stroom zich via de beide geleiders in tegengestelde richting verplaatst, ontFASE staan er ook twee tegengestelde magnetische velden. Wanneer deze geleiders in tegengestelde richting dicht langs elkaar lopen, zullen de twee magnetische velden elkaar dus opheffen. Dit effect maakt dat het circuit het sterke signaal van de zender minder gemakFASE
FASE
NUL
NUL
FASE
FASE NUL
NUL
FASE NUL
MAGNETISCHE VELDEN HEFFEN ELKAAR OP
Page 10
MAGNETISCHE VELDEN HEFFEN ELKAAR OP
kelijk kan uitzenden, waardoor het door de ontvanger moeilijker kan worden opgevangen. Om dit effect waarbij twee tegengestelde magnetische velden elkaar opheffen te vermijden, en het uitgezonden signaal te optimaliseren, moet de geleider die moet worden getraceerd worden gescheiden van de retourleiding door gebruik te maken van een retourpad op afstand. De eenvoudigste methode hiervoor is om de 63,5cm testkabel te gebruiken om een aansluiting op een retourpad op afstand te maken, zoals een nul- of aardeleiding van een ander circuit, of een waterleiding. Bij het zoeken van stroomverbrekers is dit probleem niet aan de orde; bij het elektrische paneel zijn de fase- en nuldraad al van elkaar gescheiden en kunt u volstaan met het gebruik van de AC stopcontactadapter. OPSTELLING ZWAK SIGNAAL SIGNALEN HEFFEN ELKAAR OP
OPSTELLING STERK GETEST SIGNAAL SIGNALEN HEFFEN ELKAAR CIRCUIT NIET OP
OPSTELLING STERK SIGNAAL SIGNALEN HEFFEN ELKAAR NIET OP
Waterleiding Afzonderlijk circuit
Als u niet zeker bent of het gekozen retourpad op afstand goed gekozen is, dient u een multimeter te gebruiken om de weerstand tussen de nulleider van het circuit en het retourpad op afstand te meten. Bij meer dan 100Ω moet er een ander retourpad worden gekozen.
Toepassingen Testen voor gebruik Het is verstandig om voorafgaand aan het opsporen van een stroomverbreker of het traceren van een circuit, de ontvanger eerst te testen door deze in de buurt van de aangezette zender of inductieklem te houden. Als de cijfers “99” in het display verschijnen en er een krachtig geluidssignaal te horen is, betekent dit dat het apparaat correct werkt. Page 11
Stroomverbrekers en zekeringen lokaliseren Mogelijke toepassingen zijn onder meer het lokaliseren van de stroomverbreker waarmee het geteste circuit is beveiligd, het opsporen van de juiste stroomverbreker om het circuit spanningsloos te maken, en het identificeren van een schakelbord. 1) Sluit de zender aan op het circuit dat in kaart moet worden gebracht en zet deze aan. De werkwijze is hetzelfde ongeacht of het circuit onder stroom staat of niet. Er wordt echter een veel sterker signaal afgegeven wanneer er wordt gewerkt met een (gesloten) circuit onder stroom. 2) Zet de ontvanger aan en loop naar de zekeringkast. a) Als er meer dan één zekeringkast is, stelt u de ontvanger in op de mode en raakt u met de punt de bovenkant van elke kast aan totdat u de kast met het krachtigste signaal hebt gevonden. b) Als de ontvanger meer dan één kast met een krachtig signaal aangeeft, verlaagt u de gevoeligheid naar de , en herhaalt u de bovenstaande stap. 3) Open de bovenkant van de kast, stel de ontvanger in op de Breaker (BR/4) mode. De ontvanger moet op zijn zijkant worden gehouden om de antenne goed te kunnen richten. 4) Beweeg de punt van de ontvanger omlaag langs elke zekering in de kast. De zekering met de hoogste cijferwaarde is de juiste. Als twee of meer zekeringen dezelfde cijferwaarde geven, beweeg dan de punt van de ontvanger omhoog en vervolgens omlaag onder een hoek van 45º en noteer de cijferwaarde voor elk van de zekeringen waarover u twijfelt. Alleen de juiste zekering geeft in alle posities een sterk signaal. U kunt ook de klep van de kast verwijderen en de punt op elk van de afzonderlijke fasedraden houden voor een nauwkeuriger vaststelling. 5) Wanneer de juiste zekering is uitgeschakeld (geopend), zal het signaal aanzienlijk afnemen. En het symbool verdwijnt van het display van de ontvanger. Ook het symbool op de zender gaat uit.
Page 12
Bedrading in muren traceren Mogelijke toepassingen zijn het bepalen van de plaats van kabels en het in kaart brengen van andere apparaten en belastingen in het circuit. 1) Sluit de zender aan op het circuit dat moet worden getraceerd en zet hem aan. a) Laat voor optimaal traceren het circuit onder stroom, zodat er een gesloten lus ontstaat. b) Als het circuit stroomvrij is, sluit u de zender aan op de nul- en aardedraad om een gesloten lus te creëren. 2) Zet de ontvanger aan en gebruik de maximaal gevoeligheid . 3) Begin op enkele tientallen centimeters afstand van de zender en strijk met de achterzijde van de ontvanger langs de muur, het plafond, de vloer of de grond, totdat u het sterkste signaal gevonden heeft. a) Als het signaal te sterk is, moet u de gevoeligheid verlagen . b) Als het signaal te zwak is, moet u een retourpad op afstand gebruiken voor de zender. Verlaag vervolgens de gevoeligheid op de ontvanger naar Trace (TR/3) en herhaal stap 3. 4) Blijf de hoogste waarde volgen totdat u het einde van het circuit gevonden heeft. ZWAKKER SIGNAAL
STERKER SIGNAAL
Page 13
Het traceren van laagspannings- en datakabels Mogelijke toepassingen zijn het traceren van coaxkabels, aderparen, Cat 5, alarm- en telefoonkabels.
AANSLUITEN OP AARDE (MANTEL VAN COAX) Indien mogelijk het verste uiteinde van de kabelafscherming aarden.
Volg de instructies voor het traceren van bedrading in muren en gebruik de methode voor stroomvrije circuits en werk met een aarde op afstand als retourpad.
OR
Open verbindingen opsporen Mogelijke toepassingen zijn het lokaliseren van stroomvrije circuits, de oorzaak van een open verbinding (breukpunt) in een fase/nul/aardedraad, en het einde van een circuit bepalen. 1) Sluit de zender aan op het circuit met een open verbinding en zet hem aan. 2) Zet de ontvanger aan en gebruik de maximaal gevoeligheid . 3) Begin op enkele tientallen centimeters afstand van de zender en strijk met de achterzijde van de ontvanger langs de muur, het plafond, de vloer of de grond, totdat u het sterkste signaal gevonden heeft. a) Als het signaal te sterk is, moet u de gevoeligheid verlagen. b) Als het signaal te zwak is, moet u de ene kabel van de zender aansluiten op de onderbroken leiding en de andere kabel op een retourpad op afstand. Herhaal vervolgens stap 3. 4) Blijf de hoogste waarde volgen totdat het signaal begint weg te vallen. Dit is waar zich de onderbreking bevindt. Verlaag de gevoeligheid en zoek met de punt van de ontvanger de exacte locatie van de onderbreking in het circuit. Als na het volgen van de gehele leiding geen open verbinding is gevonden, kan het zijn dat de leiding capacitief gekoppeld is. Dit zorgt ervoor dat er signaal weglekt naar de andere aangrenzende leidingen. Om dit te verhelpen dient u de aangrenzende leidingen te aarden en de afstand tussen het punt waar de zender wordt aangesloten en de open verbinding zo klein mogelijk te houden.
Afzonderlijk circuit
Page 14
Kortsluitpunten opsporen Mogelijke toepassingen zijn het vaststellen van de oorzaak voor het uitschakelen van stroomverbrekers, het springen van zekeringen, en het lekken van stroom bij de aardleiding. De kabelzoeker spoort de oorzaak van de aardfout of botte kortsluiting in deze circuits op. 1) Sluit de zender aan op het circuit waarin kortsluiting heeft plaatsgevonden en zet hem aan. a) De ene kabel moet worden aangesloten op de leiding waarin de fout is opgetreden en de andere op de aarde. b) Als de aardefout is opgetreden in een metalen leiding, dan is de leiding de aarde. c) Indien mogelijk dient u de aangrenzende leidingen te aarden. 2) Zet de ontvanger aan en gebruik de maximaal gevoeligheid . 3) Begin op enkele tientallen centimeters afstand van de zender en strijk met de achterzijde van de ontvanger langs de muur, het plafond, de vloer of de grond, totdat u het sterkste signaal gevonden heeft. a) Als het signaal te sterk is, moet u de gevoeligheid verlagen. b) Als het signaal te zwak is, moet u de ene kabel van de zender aansluiten op de onderbroken leiding en de andere kabel op een retourpad op afstand. Herhaal vervolgens stap 3. 4) Blijf de hoogste waarde volgen totdat het signaal zwakker wordt. Dit is waar zich de fout bevindt, aangezien het signaal hier naar de aarde vloeit in plaats van sterk door te lopen door de faseleiding. Verlaag de gevoeligheid en zoek met de punt van de ontvanger de exacte locatie van de oorzaak van de fout. UITGESCHAKELDE STROOMVERBREKER
SCHAKELBORD
STERKER SIGNAAL
KORTSLUITING NAAR AARDE
Page 15
ZWAKKER SIGNAAL
Het sorteren van draadbundels Mogelijke toepassingen zijn het vinden van een specifieke draad tussen verschillende andere draden in een leiding, het sorteren van draden in een bedradingsbundel, het vinden van coaxkabels en aderparen in een aansluitdoos. 1) Sluit de zender aan op het circuit dat moet worden getraceerd en zet hem aan. a) Klem één testkabel vast op het bekende uiteinde van de draad die u wilt traceren of identificeren. b) Klem de andere testkabel vast op een retourpad op afstand. 2) Zet de ontvanger aan en gebruik de minimaal gevoeligheid . 3) Ga naar het andere uiteinde van de draad en zoek de specifieke draad met behulp van de punt van de ontvanger. a) Als het signaal te sterk is, moet u de draden tijdens het testen beter van de bundel scheiden. b) Als het signaal te zwak is, dient u de gevoeligheid op de ontvanger te verhogen en vervolgens stap 3 te herhalen. 4) Ga door met het testen van de afzonderlijke draden totdat u de draad met de hoogste cijferwaarde hebt gevonden.
Page 16
Het vinden van kabels, leidingen, of metalen buizen in de grond Mogelijke toepassingen zijn het traceren van kabels, leidingen of metalen buizen in de grond. Zie de paragraaf Gebruik van de inductieklem voor een extra methode. 1) Sluit de zender aan op het circuit dat moet worden getraceerd en zet hem aan. a) Creëer indien mogelijk een gesloten circuit via aarding bij het andere uiteinde. b) Aard zo mogelijk de aangrenzende leidingen om capacitieve koppelingseffecten te vermijden, waardoor het signaal weg kan lekken naar andere leidingen. c) Gebruik een retourpad op afstand om het geproduceerde signaal zo sterk mogelijk te maken. 2) Zet de ontvanger aan en gebruik de maximaal gevoeligheid . 3) Strijk met de achterzijde van de ontvanger over de grond, totdat u het sterkste signaal in de grond gevonden heeft. a) Als het signaal te sterk is, dient u de gevoeligheid te verlagen. b) Als het signaal te zwak is, dient u de kwaliteit van de aardverbindingen te controleren (<100Ω). Herhaal vervolgens stap 3. 4) Blijf de hoogste waarde volgen totdat u het einde van het circuit gevonden heeft.
SERVICEPANEEL
OF HOUD DE TWEE PADEN VAN ELKAAR GESCHEIDEN
AANSLUITEN OP STAFAARDELEKTRODE
BUITENSTOPCONTACT
7,5 m AFSTAND
Page 17
Gebruik van de inductieklem Voorzichtig: de klem is niet uitgerust met indicators die aangeven of een circuit onder stroom staat of niet. Zo, de actief stroom van de ontvanger werkt alleen met de verzender (TR-955). Als u de klem niet gebruikt, altijd de batterijdoos loskoppelen van de klem om de batterijen te sparen. De inductieklem wordt alleen gevoed door de batterijdoos. De klem genereert zijn eigen specifieke, tijdgemoduleerde signaal en koppelt dat signaal, via transformatie, aan het circuit onder stroom of stroomvrije circuit dat moet worden getraceerd. Om het mogelijk te maken dat de klem een signaal overbrengt op het te traceren circuit, moet het circuit minimaal gesloten zijn bij het uiteinde waarde klem wordt aangebracht. Om het geproduceerde signaal zo sterk mogelijk te maken, moeten beide uiteinden van het circuit worden gesloten, zodat er een complete lus ontstaat. Zie de tekeningen voor een juiste opstelling. Drie toepassingen waarbij de inductieklem kan worden gebruikt ter vervanging van de zender: • Belastingen na een stroomverbreker identificeren • Leidingen traceren • Traceren van industriële besturingscircuits
Page 18
Belastingen na een stroomverbreker in kaart brengen 1) Verwijder de klep van het bord en klem de klem rond de fasedraad van het (gesloten) circuit onder stroom. • Sluit om het signaal zo sterk mogelijk te maken het verste uiteinde van het circuit door op het verste stopcontact een werklamp of andere belasting aan te sluiten en aan te zetten; hierdoor ontstaat er een complete lus. 2) Hang de batterijdoos aan het bord met behulp van de magnetische band. 3) Sluit de klem aan op de batterijdoos. 4) Stel de ontvanger in de hoogste gevoeligheid mode en traceer het circuit tot aan het verste stopcontact en breng ondertussen alle stopcontacten en belastingen die zijn aangesloten op het circuit in kaart. Als de ontvanger verzadigd is, dient u de gevoeligheid te verlagen tot. Zwakker signaal - ofen
Stroomverbreker onder stroom
Sterker signaal - gesloten
Stroomverbreker onder stroom
Lamp ann (belasting)
Het traceren van leidingen 1) Plaats de klem rond de metalen leiding die getraceerd moet worden. Aard indien mogelijk het verste uiteinde van de leiding om de lus te sluiten. Dit kunt u doen met de 63,5 cm kabel en de krokodilklemmen; klem één krokodilklem om het uiteinde van de leiding of elektriciteitskast en de andere krokodilklem op een nulleiding op afstand of een waterleiding. 2) Hang de batterijdoos aan het bord of de leiding met de magnetische band. Page 19
3) Sluit de klem aan op de batterijdoos. 4) Stel de ontvanger in de hoogste gevoeligheid mode en traceer de leiding. Als de ontvanger verzadigd is, verlaagt u de gevoeligheid naar Search Low (SL/2).
Het traceren van industriële besturingscircuits 1) Zorg dat het circuit minimaal onder spanning staat (gesloten bij het bord). Om het signaal zo sterk mogelijk te maken, dient u het andere uiteinde van het circuit te sluiten door een belasting, zoals een motor of een pomp, aan te zetten. 2) Plaats de klem rond de fasedraad van dit (gesloten) circuit onder spanning. 3) Hang de batterijdoos met de magnetische band aan het bord of de regelkast van de motor. 4) Sluit de klem aan op de batterijdoos. 5) Stel de ontvanger in de hoogste gevoeligheid mode en traceer het circuit naar het andere uiteinde. Als de ontvanger verzadigd is, verlaagt u de gevoeligheid naar Search Low (SL/2).
Het vervangen van de batterijen Zender: Zorg dat de testkabels uit het de zender en het geteste circuit zijn verwijderd. 1) Verwijder het batterijdeksel door de schroef los te draaien. 2) Vervang de batterijen door (4) nieuwe AA batterijen. 3) Plaats het deksel terug en draai de schroef weer vast.
Page 20
Ontvanger: 1) Verwijder het batterijdeksel door de schroef los te draaien. 2) Vervang de batterijen door (3) nieuwe AA batterijen. 3) Plaats het deksel terug en draai de schroef weer vast.
Batterijdoos voor inductieklem: Zorg dat de klem van de batterijdoos is losgekoppeld. 1) Verwijder het deksel door de geribbelde lipjes aan beide zijden van het deksel in te drukken. 2) Verwijder de batterijhouder en let hierbij Geribbelde lipjes op hoe deze ten opzichte van bevestiging van de band Bevestigingsoog geplaatst is. voor ophangriem 3) Vervang de batterijen door (8) nieuwe C-cell batterijen. 4) Plaats de batterijhouder terug in het omhulsel, en let er hierbij op dat deze weer op dezelfde manier ten opzichte van de bevestiging van de magnetische band teruggeplaatst wordt. 5) Klik het deksel terug op zijn plaats. Ribbed Tabs
Strap Mount
Vervangen van de zekering (alleen bij TR-955) WAARSCHUWING Om persoonlijk letsel of schade aan de zender te voorkomen, gebruik alleen de IDEAL zekering die in deze handleiding. Zorg dat de testkabels uit het instrument en het geteste circuit zijn verwijderd. 1) Verwijder de (6) schroeven uit de achterzijde van de zender. 2) Vervang de zekering (F-956). 3) Plaats het deksel terug en draai de (6) schroeven weer vast.
Onderhoud Reinig de behuizing met een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel. Geen schurende middelen of oplosmiddelen gebruiken. Page 21
Service en vervangende onderdelen Dit apparaat bevat geen onderdelen die door de gebruiker gerepareerd kunnen worden, met uitzondering van de zekering in de zender. Neem voor vervangende onderdelen of vragen over de service contact op met IDEAL Technical Support, via telefoonnummer +44 (0)1925 44 44 46 of ga naar onze websites: www.testersandmeters.com en www.europe.idealindustries.de.
Specificaties: Zender Bedrijfsfrequentie: Stroomafgifte signaal: Uitgangsspanning signaal: Werkspanning: Zekering: Batterijspanning: Levensduur batterijen: Indicatoren:
32,768 kilohertz, vaste amplitude, tijdgemoduleerd signaal 82 mA rms tot 50 Ohms 4V rms (330mW) 0 - 600V wisselstroom/gelijkstroom 1A/1000V, hoog-energie, snel werkend (6mm x 46mm) IDEAL nr. F-958 1,5V x (4) AA batterijen (NEDA 15A, IEC LR6) 40 uur bij testen met open circuit / 25 uur bij traceren van kortsluiting. Aan/uit, leiding onder spanning, lege batterij
Ontvanger Detectie: Maximaal bereik: Signaalrespons: Batterijspanning: Levensduur batterijen:
Magnetisch tot 4,60m onder de grond cijferdisplay en pieptoon 1,5V x (3) AA batterijen (NEDA 15A, IEC LR6) 20 uur
Page 22
Specificaties (vervolg): Inductieklem met batterijdoos Bedrijfsfrequentie: Stroomafgifte signaal: Uitgangsspanning signaal: Werkspanning: Batterijspanning: Levensduur batterijen:
32,768 kilohertz, vaste amplitude, tijdgemoduleerd signaal 200mA p-pmax in 50 ohm 30V nominaal (2watt) 0 - 600V wisselstroom/gelijkstroom 1,5V x (8) C-cell batterijen (NEDA 14A, IEC LR14) 30 uur.
Kabelzoekersets Bedrijfstemperatuur: 0ºC tot 50 ºC Opslagtemperatuur: minus 4F (-20 C) to 140 F (60 C) (zonder batterijen) Vochtigheidsgraad (in bedrijf): 95% R.V. max. Afmetingen (B x H x D): 61-955/957: 355 x 285 x 83mm 61-959: 470 x 371 x 89mm Gewicht: 61-955/957: 2,1kg 61-959: 3,6kg Meegeleverde accessoires: Ontvanger, zender, testkabelset, harde draagkoffer, batterijen, handleiding. Veiligheid: Conform EN 61010-1, EN 61010-2-032, UL 61010-1, IEC 61010-2-032, IEC 61010-031 specificaties, Cat III-600V. N12966
Overige regelgeving: Conform FCC Deel 15, FCC-erkend apparaat. Conformiteit Dubbele isolatie Dit instrument is beoordeeld en conform isolatiecategorie III (overspanningscategorie III). Vervuilingsgraad 2 volgens IEC-644. Voor gebruik binnen.
Page 23
Garantiebepaling: Voor deze tester geldt voor de oorspronkelijke koper een garantie op materiaal- en fabricagefouten voor de levensduur van het product. Gedurende deze garantieperiode zal IDEAL INDUSTRIES, INC. te zijner keuze het defecte apparaat vervangen of repareren, na onderzoek van het defect of de storing. Deze garantie is niet van toepassing op defecten voortvloeiend uit onjuist gebruik, verwaarlozing, ongelukken, reparaties uitgevoerd zonder toestemming, wijzigingen of onredelijk gebruik van het apparaat. Impliciete garanties voortvloeiend uit de verkoop van een IDEAL product, daaronder mede begrepen, maar niet beperkt tot, impliciete garanties betreffende de verkoopbaarheid en geschiktheid voor een bepaalde toepassing, zijn beperkt tot het bovenstaande. De fabrikant is niet aansprakelijk voor gebruiksderving van het instrument of andere bijkomende of voortvloeiende schade, kosten of economisch verlies, of voor enige claim of claims voor dergelijke schade, kosten of economische verliezen. Aangezien wetgeving tussen staten of landen kan variëren, zijn bovengenoemde beperkingen of uitsluitingen mogelijk niet op u van toepassing. Deze garantie geeft u specifieke wettelijke rechten, en mogelijk hebt u bovendien nog andere rechten die tussen staten of landen onderling kunnen variëren.
IDEAL INDUSTRIES, INC. Sycamore, IL 60178 Technische Hotline: 877- 201-9005 in USA www.testersandmeters.com Gemaakt in de VS ND-783711-NL
Specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving wijzigen Alle gegevens onder voorbehoud Page 24