SUBSIDIEAANVRAAG: Interlokale vereniging wonen DHKL Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede. Ondersteuning van het lokaal woonbeleid

SUBSIDIEAANVRAAG: Interlokale vereniging wonen DHKL Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede Ondersteuning van het lokaal woonbeleid

Subsidiedossier – aanvulling indicatoren juni 2010 Interlokale vereniging wonen DHKL - Deerlijk, Harelbeke, Kuurne, Lendelede Beherende gemeente: Stad Harelbeke, zetel te Marktstraat 29, 8530 Harelbeke Contactpersoon: Cindy Deprez, 056/733 376, [email protected]

Inhoudstafel: 0.

Inleiding ............................................................................................................ 3

1

Titel van het project ................................................................................................ 5

2

Initiatiefnemer ........................................................................................................ 5

3

Projectuitvoerders ................................................................................................... 6

4

Personeelsformatie .................................................................................................. 6 4.1

Centrale personeelsploeg ................................................................................. 8

4.2

Bestaande personeelsleden............................................................................... 6

5

Werkingsgebied....................................................................................................... 9

6

Beschrijving van het project voor de volledige subsidiëringsperiode ............................. 11

7

8

6.1

Verantwoording van het project ...................................................................... 11

6.2

(en 6.3) Beschrijving activiteiten en beoogde resultaten..................................... 17

6.4

Personeelsinzet per activiteit en per jaar .......................................................... 49

6.5

Voorziene startdatum .................................................................................... 53

Meerjarenbegroting ............................................................................................... 54 7.1

Personeelskosten per personeelslid.................................................................. 54

7.2

Personeelskost per activiteit ........................................................................... 55

7.3

Werkingskosten ............................................................................................ 55

7.4

Financiering .................................................................................................. 56

Begroting eerste werkingsjaar (april 2011 tot en met maart 2012) .............................. 56

Verplichte bijlages Bijlage A: kopie van samenwerkingsovereenkomst van de interlokale vereniging Bijlage B: raadsbesluiten waaruit de deelname aan het project en de gemeentelijke bijdrage moet blijken worden genomen in de loop van de maand mei 2010 en zullen nagestuurd worden Bijlage C: samenstelling stuurgroep: zie p. 6 en 51 subsidieaanvraag Bijlage D: verslagen van voorbereidende overlegmomenten waaruit de provinciale en gewestelijke medewerking blijkt (d.d. 22.02.2010 en 2.04.2010) Bijlage E: chronologische weergave totstandkoming projectvoorstel: zie p. 11 en 12 subsidieaanvraag

Subsidiedossier interlokale vereniging wonen DHKL – aanvulling indicatoren juni 2010

2

0. Inleiding Woonbeleid is een unieke kracht om samen te werken. Integraal beleid binnen de verschillende gemeentelijke domeinen maar ook afstemmen op intergemeentelijk niveau. We staan als diverse gemeenten voor de uitdaging om werk te maken van woonbeleid. Een intergemeentelijke samenwerking wil de dynamiek van onze regio Deerlijk – Harelbeke – Kuurne – Lendelede versterken! We wensen een woonwijzer te zijn voor onze inwoners. Wonen is een octopusbeleid met vele armen. Het gaat om ruimtelijke ordening, welzijn, leefbaarheid, financieel beleid, mobiliteit, milieu, duurzaamheid,… Kortom: wonen brengt een integrale visie op beleid binnen bij de lokale overheden. De gemeente is de eerste verantwoordelijke voor de uitwerking van het gemeentelijk woonbeleid. Waar de Vlaamse overheid een kaderbeleid moet uitstippelen, moet een gemeente een woonbeleid gestalte geven dat tegemoet komt aan de eigen, lokale noden. Immers, de gemeentelijke overheid staat dichter bij de burger, en heeft een beter zicht op de plaatselijke problemen en kan er bijgevolg ook op een meer directe manier op inspelen. De strijd tegen slechte woningen, de zorg voor voldoende betaalbare bouwkavels en woningen en een goede dienstverlening voor de burger: een hele klus voor een lokaal betuur. Tegen 2020 moeten er in West-Vlaanderen 8.125 sociale huurwoningen, 3.846 sociale koopwoningen en 183 sociale kavels bij komen. Bovendien moeten we werk maken van een betere kwaliteit van het bestaande woonpatrimonium. Het bestaande en nieuwe aanbod moet worden toegespitst op de concrete vraag: een voldoende groot aanbod aan bescheiden (huur)woningen voor alleenstaanden, nieuw samengestelde gezinnen, ouderen, starters,…. Doelstellingen die gemeenten zelf moeten inkleuren. Grond zoeken is een zaak van ruimtelijke ordening, het gronden pandendecreet mikt ook op gronden van gemeente, OCMW, kerkfabrieken, maar het zijn sociale huisvestingsmaatschappijen en de privé-sector die de sociale woningen zullen moeten bouwen. Overleg is hierbij een belangrijk codewoord! Overleg lokaal maar ook intergemeentelijk, een samenwerking tussen gemeenten, het OCMW – sociaal huis, de lokale huisvestingsmaatschappijen, sociale verhuurkantoren, het Vlaams woningfonds, … Maar ook aansluiting zoeken bij het gevoerde beleid van hogere overheden. De regio vergrijst. We moeten op vandaag een duidelijk actieplan opstellen in ons woonbeleid. Welke acties ondernemen we in leefbaarheid, levenslang wonen, woonzorg, valpreventie,… Hoe gaan we om met senioren, serviceflats, woonzorgcentra in de gemeenten, hoe kunnen we samenwerken met lokale sociale actoren in de ondersteuning van een nieuwe woonbehoefte van vele inwoners. In de praktijk kunnen de gemeenten deze basisopdrachten invullen op diverse complementaire manieren, zoals het organiseren van lokaal woonoverleg met de andere lokale woonactoren, het toepassen van Vlaamse beleidsinstrumenten, het uitbouwen van een volwaardige huisvestingsdienst met eventueel een woonloket/woonwinkel voor de eerstelijnsdienstverlening aan de inwoners, het voorzien in eigen gemeentelijke reglementering, het samenwerken met of opstarten van een sociaal verhuurkantoor, het voeren van een gemeentelijk gronden pandenbeleid,..


3

De gemeentebesturen van Deerlijk – Harelbeke – Kuurne – Lendelede willen al deze uitdagingen samen aanpakken. Het gaat immers om een expertise-aanpak die we niet allen los van elkaar, maar samen willen ontwikkelen. We willen via deze intergemeentelijke samenwerking de kans grijpen om samen te werken aan een duidelijke beleidsvisie en – uitvoering. We willen werk maken van een sterke dienstverlening naar de burger, niet langer versnipperd vanuit verschillende diensten (technische dienst, dienst ruimtelijke ordening, OCMW,…) maar integraal. Het aanpakken van leegstand, renovatie, een doordacht premiebeleid, een uitgekiende dienstverlening, aandacht voor leefbaarheid, levenslang wonen, betaalbaarheid, kansen tot ruimtelijke ordening, duurzaamheid,… willen wij als 4 gemeenten samen aan werken, een woonwijzer vormen voor onze inwoners! Voor de concrete samenwerking werd een nieuwe interlokale vereniging opgericht. De stad Harelbeke treedt op als trekker voor het intergemeentelijk project en zal dan ook instaan voor de coördinatie en de aanwerving van alle nieuwe medewerkers. Er wordt enerzijds gesteund op bestaand gemeentelijk personeel die de aanwezige expertise zal inzetten, maar vooral op een centrale ploeg van nieuwe medewerkers die gezamenlijke taken opneemt ter ondersteuning van alle gemeenten. Onder de nieuwe medewerkers zal een projectcoördinator worden aangeworven die het project in goede banen zal leiden.


4

1

Titel van het project

Interlokale vereniging wonen DHKL Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede

2

Initiatiefnemer

Interlokale vereniging wonen DHKL Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede Beherende gemeente en zetel: Stad Harelbeke Marktstraat 29 8530 Harelbeke tel 056/733 376 Contactpersoon: Cindy Deprez [email protected] Rekeningnummer: 091-0002180-75 Deze vereniging is een interlokale vereniging met volgende partners: Gemeente Deerlijk

OCMW-Sociaal Huis Deerlijk

Harelbekestraat 27

Vercruysse de Solartstraat 22

8540 Deerlijk

8540 Deerlijk

Contactpersoon: Fien Vandeghinste

Contactpersoon: Charlotte Dewaele / Filip

Tel: 056/69 47 34

Vits

[email protected]

Tel: 056/73 63 30 [email protected]

Stad Harelbeke

OCMW Harelbeke

Marktstraat 29

Paretteplein 19

8530 Harelbeke

8530 Harelbeke

Contactpersoon Cindy Deprez

Contactpersoon: Micheline Decuypere

Tel: 056/733 376

Tel:056/73 51 90

[email protected]

[email protected]

Gemeente Kuurne

OCMW-Sociaal Huis Kuurne

Marktplein 9

Kortrijksestraat 2

8520 Kuurne

8520 Kuurne

Contactpersoon: Soetkin Decaluwé

Contactpersoon: Isabel Tremerie

Tel: 056/73 71 42

Tel: 056/73 70 37

[email protected]

[email protected]

Gemeente Lendelede

OCMW Lendelede

Dorpsplein 1

Dorpsplein 8

8860 Lendelede

8860 Lendelede

Contactpersoon: Christophe Vandecasteele

Contactpersoon: Carine Dewaele

Tel: 051/33 63 02

Tel: 051/30 34 14

[email protected]

[email protected]


5

De intergemeentelijke vereniging wordt aangestuurd door een beheerscomité en ondersteund door een stuurgroep (samenstelling in bijlage). De taken van het beheerscomité zijn opgenomen in de overeenkomst met statutaire draagkracht van de interlokale vereniging. De stuurgroep neemt een inhoudelijk raadgevende rol op ten aanzien van het beheerscomité. De samenstelling van de stuurgroep wordt door het beheerscomité bepaald. De stuurgroep bestaat enerzijds uit betrokken deskundigen van de deelnemende gemeenten en ocmw’s en uit deskundigen binnen de woonactoren in de streek, zoals bijvoorbeeld een vertegenwoordiging vanuit de sociale verhuurkantoren, de sociale huisvestingsmaatschappijen, Leiedal, Welzijnsconsortium, ... In het kader van de subsidiërende overheden wordt op iedere stuurgroep een vertegenwoordiger van de provincie West-Vlaanderen en van het agentschap wonen Vlaanderen uitgenodigd. 3

Projectuitvoerders

Idem initiatiefnemers. 4

Personeelsformatie

Het project wordt gecoördineerd door een nieuw aan te werven coördinator (1 VTE) die het project in goede banen zal leiden en beleidsvoorbereidend werk zal verrichten. Daarnaast wordt een nieuw aan te werven centrale ploeg van 2,5 VTE samengesteld die aan iedere gemeente concrete ondersteuning geeft in de uitbouw van een woonloket en (sociaal) technische advies ter verbetering van het woonpatrimonium en verhoging van de woonkwaliteit zal aanbieden aan burgers en de gemeenten zelf. Dit personeel wordt aangeworven door stad Harelbeke, maar zal volgens verdeelsleutel (op basis van de huishoudens) in de verschillende gemeenten worden ingezet. Vanuit de gemeenten wordt volgens dezelfde verdeelsleutel samen 1 VTE bestaand personeelslid ingebracht die zijn reeds aanwezige expertise ter beschikking zal stellen. 4.1

Centrale personeelsploeg

De stad Harelbeke, beherende gemeente van het intergemeentelijk project zal fungeren als werkgever van een centrale ploeg van medewerkers en staat dus ook in voor de aanwerving ervan. De totale personeelstijd van de centrale personeelsploeg bedraagt 3,5 VTE, volledig nieuw aan te werven personeel. 1 VTE wordt voorbehouden voor de coördinator, de overige 2,5 VTE wordt verdeeld over loketmedewerkers en (sociaal) technisch adviseurs. De keuze voor deze medewerkers is een logisch gevolg van de prioriteiten- en actiekeuzes die verder in dit dossier worden besproken. Medewerker

niveau

Projectleider

bachelor met ervaring

Aantal VTE 1 VTE

Loketmedewerker/adviseur

bachelor

1 VTE

(Sociaal) Technisch medewerker

bachelor

1 VTE

Technisch medewerker

bachelor

0,5 VTE

Totaal

3,5 VTE

De effectieve operationalisering van dit nieuw aan te werven personeel wordt voorzien vanaf maart 2011.


6

De coördinator krijgt een standplaats in stad Harelbeke om van daaruit het intergemeentelijk project te coördineren, beleidsvoorbereidend werk te verrichten en intergemeentelijke projecten uit te werken voor alle deelnemende gemeenten. De projectcoördinator fungeert tevens als secretaris van het beheerscomité. Overlegmomenten plant de coördinator zowel in de beherende gemeente als in de deelnemende gemeenten zelf, om een minimale aanwezigheid in alle gemeenten te garanderen. Er wordt op zijn minst een halve (vaste) dag per week gereserveerd voor overleg van de centrale ploeg (via reservatie van vergaderzalen in stad Harelbeke). De andere medewerkers worden volgens verdeelsleutel (aantal huishoudens, afgerond) in alle gemeenten ingezet. De verschillende gemeenten voorzien dan ook een locatie en werkinstrumenten voor de verschillende medewerkers. Deze medewerkers zullen in alle deelnemende gemeenten in sterke mate aanwezig zijn om vanuit de gemeenten zelf hun expertise in te zetten. De loketmedewerker zal voornamelijk worden ingezet voor het aanbieden van basisinformatie, begeleiden van de (sociale) huurder en uitwerken van voorbeelden/ondersteuning bieden in de uitwerking van sensibiliseringsacties. De (sociaal) technische medewerkers zullen voornamelijk worden ingezet voor het aanbieden van technische basisinformatie, technisch advies voor de aanpak van kwaliteitsproblemen, promoten van duurzaamheid. Er wordt hier ook de klemtoon gelegd op een sociaal-technisch profiel, zodat minstens één van deze medewerkers kan worden ingezet voor het aanbieden van een ‘integrale woonbegeleiding’ en advies mbt levenslang en aanpasbaar wonen.

Beschikbaarheid 2,5 vte 1vte weekdagen/jaar

2,5vte

260

650

-verlof

35

87,5

-1/2 dag per week overleg/vorming

25

62,5

totaal inzetbare dagen gemeentes

200

500

Verdeling per gemeente 2,5 vte %

dagen per jaar

dagen per week

afgerond per week

deerlijk

19,57

98

1,88

2,0

harelbeke

48,01

240

4,62

4,5

kuurne

22,77

114

2,19

2,0

lendelede

9,65

48

0,93

1,0

totaal

100

500

9,62

9,5


7

Samenvattend levert dit volgende inzetbaarheid op rekening houdend met de vooropgestelde doelstellingen en acties (en rekening houdend met 0,5 dagen per week vorming of opleiding/verlof): Medewerker

Aantal dagen /

Aantal

Aantal dagen/

Aantal

week Deerlijk

dagen/week

week Kuurne

dagen/week

Harelbeke

Lendelede

Projectleider 1 VTE

nvt

nvt

nvt

nvt

Loketmedewerker/adviseur 1 VTE

0,5

2

1

/

Technisch medewerker 1 VTE

1,5

2,5

/

/

Technisch medewerker 0,5 VTE

/

/

1

1

Totaal 3,5 VTE

2

4,5

2

1

4.2

Bestaande personeelsleden

Binnen dit project wordt ervoor gekozen om een deel van de minimale financiële inbreng van 25% door de gemeenten zelf in personeelstijd op te vatten. Hiermee is een nauwe betrokkenheid van het eigen gemeentelijk personeel verzekerd en kan het intergemeentelijk project gebruik maken van de reeds aanwezige expertise in de verschillende gemeenten. Deze expertise is heel divers, van de opmaak van een woonvisie tot de uitbouw van woonzorg. Deze diversiteit heeft dan ook de meerwaarde van op verschillende vlakken van elkaar te kunnen leren. Van deze personeelstijd wordt slechts een beperkt deel binnen dit project in rekening gebracht. De werkelijke inzet vanuit de gemeenten op het woonbeleid zal dus veel groter zijn dan de ingebrachte uren. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de contactpersonen en de personeelstijd die binnen dit project in rekening gebracht wordt. De totale personeelstijd van 1vte wordt ingebracht door de gemeenten op basis van het aantal huishoudens. gemeente

In te brengen bestaand

Niveau

Inbreng bestaand

personeelslid

Personeels-

personeelslid

kost

intergemeentelijk project VTE

Dagen /week

Deerlijk

Fien Vandeghinste,

bachelor

0,19

1

master

0.10

0,5

Dominique Vandenbroele,

administratief

0.38

1,5

adminstratief medewerker

medewerker

bachelor

0,23

1

bachelor

0,10

0,5

1 VTE

4,5

stedenbouwkundig ambtenaar Harelbeke

Cindy Deprez, stedenbouwkundig ambtenaar

(loket) Kuurne

Isabel Tremerie, woonbeleidscoördinator

Lendelede

Winfried Schelstraete, deskundige stedenbouw

totaal


8

De gemeenten nemen het engagement om met het bestaande personeel minstens de opgegeven tijd vrij te maken om de aanwezige expertise in het intergemeentelijk project in te zetten. De concrete invulling hiervan verschilt van gemeente tot gemeente.

5

Werkingsgebied

Het werkingsgebied strekt zich uit over het grondgebied van de gemeenten Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede. Deze cluster van gemeenten ligt in Zuid-West-Vlaanderen. In de gemeenten wonen in totaal 55.727 inwoners. De bevolkingsdichtheid in Kuurne is erg hoog en ook Harelbeke kent een hoge dichtheid. Voor de andere 2 gemeenten is dit lager, maar toch nog hoger dan de gemiddelde West-Vlaamse dichtheid.

Op de welvaartsindex scoren alle gemeenten van de regio lager dan het Vlaams gemiddelde. Twee van de vier gemeenten hebben minder dan 5.000 huishoudens.


9

gemeenten

aantal private

Status (1 als aantal

huishoudens op

huishoudens kleiner is

1/1/2010

dan 5.000)

5.315

0

Harelbeke

11.204

0

Lendelede

2.252

1

Deerlijk

4.567

1

23.338

2/4

Kuurne

Totaal werkingsgebied Bron: Rijksregister, 01/01/2010

Op basis van het subsidiebesluit betekent dit volgende subsidieerbare personeelstijd: Basis Toeslag huishoudens Toeslag aantal gemeenten Toeslag aantal gemeenten < 5000 huishoudens Totaal

2,0 vte 1,0 vte 0,5 vte 1,0 vte 4,5 vte


10

6

Beschrijving van het project voor de volledige subsidiëringsperiode

6.1 6.1.1

Verantwoording van het project Voortraject

Op 20 februari 2008 werd het woonregieboek Zuid-West-Vlaanderen voorgesteld. Met het woonregieboek heeft de regio Zuid-West-Vlaanderen haar ambitie rond wonen scherp gesteld en werden de krijtlijnen voor het woonbeleid in heel de regio uitgetekend. Het werd het uitgangspunt voor een eerste subsidie-aanvraag naar aanleiding van de open oproep 2009 voor intergemeentelijke projecten lokaal woonbeleid. 10 Zuid-West-Vlaamse gemeenten (Anzegem, Avelgem, Deerlijk, Harelbeke, Kortrijk, Kuurne, Lendelede, Spiere-Helkijn, Wevelgem en Zwevegem) besloten toen samen te werken, getrokken door Leiedal. Deze subsidie-aanvraag werd echter niet weerhouden. Op 22 februari 2010 werd, op initiatief van de provincie, een verkenningsvergadering georganiseerd om de Zuid-West-Vlaamse gemeenten opnieuw rond de tafel te krijgen. Het idee werd er geopperd om samen te werken in kleinere clusters. De gemeenten Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede spraken er hun enthousiasme uit om samen te werken. De weken erna werden de volgende stappen gezet om een intergemeentelijke samenwerking op te starten. De voorbereiding van dit samenwerkingsverband gebeurde door de gemeenten zelf, gestimuleerd en ondersteund door de provincie West-Vlaanderen en het Vlaams Gewest. Stap 1. Verkenningsronde

Betrokkenen

Datum

Schepen huisvesting

22 februari 2010

Document

Wil om

+ ambtenaar

intergemeentelijk te

Provincie + gewest Colleges van

Inhoud

werken maart 2010

Principiële beslissing

Burgemeester en

meestappen in

schepenen

intergemeentelijk project + voorkeur naar projectstructuur

2. Voorbereidend overleg

Provincie, schepenen

30-31 maart 2010

Provincies

huisvesting +

organiseren

ambtenaar per

inhoudelijk overleg

gemeente

per deelnemende gemeente

Schepenen +

2 april 2010

Afspraken

ambtenaren

betreffende prioritaire

huisvesting + OCMW

acties, financiële

gemeenten Deerlijk,

inbreng en opmaak

Harelbeke, Kuurne

dossier

en Lendelede Provincie + gewest 3. Opmaak dossier

Deelnemende

Uiterlijk 16 april

gemeenten


Prioriteitenlijst

Prioriteitenlijst waarin de gemeenten

11

aangeven welke acties ze in welk projectjaar willen realiseren Provincie +

23 april

ontwerpdossier

deelnemende

Ontwerpdossier voor advies

gemeenten Provincie +

27 april

ontwerpdossier

Bespreking

deelnemende

ontwerdossier,

gemeenten

afwerking tot definitief dossier

4. Oprichting

Gemeente- en

intergemeentelijke

OCMW-raden

mei 2010

Samenwerkingsov

Goedkeuring

ereenkomst

samenwerkingsovere

samenwerking en goedkeuring

deelnemende

enkomst interlokale

subsidiedossier

gemeenten

vereniging wonen DHKL

Gemeente- en

Mei 2010

OCMW-raden

Definitief

Definitieve

subsidiedossier

goedkeuring

deelnemende

subsidiedossier

gemeenten 5. Indienen subsidiedossier

14 mei 2010

Definitief

Subsidieaanvraag

subsidiedossier

indien in Provincie en

inclusief alle

gewest

bijlagen 6. Ontvankelijkheids-verklaring

1 maand na indiening

7. Toekenning subsidie

Uiterlijk 15 oktober 2010

8. start project

maart 2011


12

6.1.2

Een sterke intergemeentelijke samenwerking…

Sinds de invoering van de Vlaamse wooncode kregen de gemeentebesturen een regisseursrol in het woonbeleid toebedeeld en is voorzien in een reeks instrumenten om het lokaal woonbeleid uit te bouwen. Ondanks deze duidelijke rol is de verregaande specialisatie op de diverse terreinen die vereist is voor de uitvoering van een daadkrachtig woonbeleid in de meeste gemeenten nog niet aanwezig. Alle deelnemende gemeenten hebben hun wens uitgesproken om hun regisseursrol volop op te nemen en de nodige acties uit te voeren om een daadkrachtig woonbeleid te voeren. Daartoe zullen alle gemeenten gelijklopende acties uitvoeren en processen doorlopen. Zo moet in alle gemeenten een duidelijke beleidsvisie bestaan, zal het woonoverleg overal een belangrijke motor zijn, zal in elke gemeente een goede dienstverlening naar de burger centraal staan en is de aanpak van kwaliteitsproblemen in het woonpatrimonium een belangrijke prioriteit. Er komen ook een aantal gezamenlijke uitdagingen op ons af: Het nieuw decreet grond– en pandenbeleid Dit decreet werd van kracht op 1 september 2009. Het schept nieuwe mogelijkheden en verplichtingen ten aanzien van de lokale besturen onder meer met betrekking tot sociale huisvesting, aanpak van leegstand. De vertaling naar de praktijk vormt een uitdaging waar iedere gemeente voor zal staan. Prijs-kwaliteitsverhouding op de private huurmarkt Op Vlaams niveau werd een studie uitgevoerd die aantoonde dat de betaalbaarheid en kwaliteit op de private huurmarkt in het gedrang komen. Het vormt dan ook voor iedere gemeente op zich en voor alle gemeenten samen een uitdaging om een strategie uit te werken om dit aan te pakken. Alle deelnemende gemeenten zien de kwaliteit van de woningen als een prioriteit in hun woonbeleid. Premies en heffingen Verschillende gemeenten wensen het gemeentelijke premiereglement te herzien of wensen van start te gaan met een heffing. Dit vraagt echter een voorgaand traject dat de doelstellingen duidelijk bepaalt, de juridische, organisatorische en financiële mogelijkheden en gevolgen in kaart brengt, een aantal voorbeelden verzamelt, de argumenten bundelt, ... Bovendien is het wenselijk om in dit traject zowel ruimtelijke, technische als sociale aspecten in rekening te brengen. Dit zijn ‘trajecten’ die iedere gemeente doorloopt bij de ontwikkeling van een reglement, maar ook bij de evaluatie en herziening ervan. Het is dan ook een meerwaarde om deze stap voor alle gemeenten samen te doen. Intergemeentelijke complementariteit op de woningmarkt Het woonbeleid in één gemeente heeft zijn gevolgen op de omliggende gemeenten. De jonge gezinnen zijn overal sterk gewenst. De sociale woningen zijn in iedere gemeente een


13

noodzaak. Het maken van afspraken en het afstemmen van het woonbeleid is wenselijk om zich als regio te kunnen profileren als kwaliteitsvolle woonomgeving. Duurzaamheid Duurzaamheid is een zeer actueel thema. Het lokaal woonbeleid kan echter niet blindelings meedraaien in de ‘hype’. Op een kritische manier dienen de initiatieven en evoluties omtrent duurzaam wonen en verkavelen opgevolgd te worden. Er zijn reeds heel wat initiatieven die duurzaam, ecologisch en energiezuinig wonen stimuleren. Een duidelijke vertaling van alle bestaande initiatieven is een actiepunt voor alle gemeenten. Sociaal woonbeleid

Het vergroten van het aanbod aan betaalbare woningen in goede samenwerking met sociale huisvestingsmaatschappijen, sociale verhuurkantoren staat voor alle gemeenten en OCMW’s hoog op de agenda. De ontwikkeling van sociale woningen, de opmaak van een toewijzingsreglement voor sociale woningen, de opmaak van een reglement sociaal wonen, een voldoende groot aanbod aan bescheiden woningen,… zijn acties waar alle gemeenten voor staan. Sociaal woonzorgbeleid De toenemende vergrijzing, gekoppeld aan de specifieke wensen van ouderen (bijv. om zo lang mogelijk in de eigen woning te blijven), vereist aangepaste woningen met toegang tot het zorgaanbod. Naast de vergrijzing zorgen ook andere evoluties in de zorgsector ervoor dat groepen, die ondersteuning nodig hebben op vlak van wonen en zorg, niet langer in een voorziening wonen, maar op de private en sociale huurmarkt terecht komen. Dit zogenaamde ‘zorgwonen’ vormt ook een bijkomende uitdaging voor lokale besturen.

Een diversiteit aan acties vraagt om gespecialiseerd personeel op verschillende terreinen: uitvoeren van beleidsvoorbereidend werk, geven van technisch advies, overbrengen van een ruim informatie-aanbod,… Via groeperen van taken kunnen takenpakketten voor intergemeentelijke medewerkers samengesteld worden, zodat niet elke gemeente elke specialisatie in huis moet halen. Bovendien zijn in de gemeenten al een heleboel acties in uitvoering en is reeds een zekere expertise opgebouwd. Ook die expertise kan in het intergemeentelijk project worden ingezet, zodat we de aanwezige sterktes van elkaar kunnen meepikken.

6.1.3

… met eigen gemeentelijke accenten

In deze intergemeentelijke samenwerking wordt ook steeds de mogelijkheid om eigen gemeentelijke accenten te leggen, te groeien op eigen snelheid voor ogen gehouden. We starten immers allen vanuit een eigen realiteit en ambitieniveau. In wat volgt worden daarom zeer kort per gemeente een aantal klemtonen/uitdagingen binnen het woonbeleid weergegeven.


14

Deerlijk Dé prioriteit in Deerlijk is de ontwikkeling van een beleidsvisie (woonplan) en actieplan waarin alle verdere acties zullen worden in gekaderd. De uitbouw van een woonloket binnen het sociaal huis zal daarin een prioritaire actie zijn. Ook de verbetering van de kwaliteit van het woonpatrimonium is een doelstelling waar Deerlijk sterk wil in investeren. Harelbeke Harelbeke heeft sinds 2005 een lokaal woonplan en heeft een goed woonoverleg uitgebouwd. Deze beloftevolle aanzetten vragen om opvolging. Binnen de diensten wordt er op vandaag té weinig ruimte ervaren om aan de kwaliteit van de woningen te werken, alsook ontbreekt de technische expertise om doelstellingen inzake premies, levenslang wonen, e.d. uit te voeren. Harelbeke is eveneens geïnteresseerd in een aanpak van de leegstand en verkrotting. Harelbeke is tevens geïnteresseerd in onderzoek naar een woonregie en de mogelijkheden ervan. Kuurne Kuurne heeft een woonplan sinds oktober 2009. Midden 2009 werd een woonbeleidscoördinator aangeworven en een woonloket opgericht in het Sociaal Huis. Specifieke aandacht gaat uit naar de programmatie van sociale huisvesting om minstens het aanbod aan sociale huisvesting op peil te houden en de kwaliteit van de woningen. Kuurne wenst zijn kijk op de huisvestingspremies te verbreden. Vanaf 2009 werd alvast 15.000 euro bijkomend voorzien voor de huisvestingspremie en wordt een nieuwe oriëntatie van de bestaande premies voor ogen gehouden. Kuurne werkt actief aan een woonzorgbeleid en wil meer jonge gezinnen naar de gemeente trekken. Lendelede Lendelede startte met de opmaak van een woningbehoeftestudie waarbij eveneens kwalitatieve aspecten aan bod zullen komen. In Lendelede is een woonwinkel opgestart in de vorm van 1 centraal informatiepunt in de gemeente. Nieuwe activiteiten die de gemeente wenst uit te bouwen omvatten het uitwerken van premies mbt de kwaliteit van de woningen en levenslang wonen en het aanpakken van de leegstand en verkrotting. Met betrekking tot de kwaliteit van de woningen worden reeds inspanningen geleverd met de energiescans en de deelname aan het project FRGE (fonds ter reductie van de globale energiekost). Lendelede heeft nood aan een beter zicht op de woningbehoeften en het aanbod en de toestand van de bestaande huurwoningen. Men wil ook een actief beleid voeren voor de aanpak van kwaliteitsproblemen in het woonpatrimonium, zowel in eigen beheer als op de private huurmarkt, door het aanbieden van technisch advies.


15

6.1.4

Samenwerking, een duidelijk engagement

Samengevat biedt een samenwerking in de deelnemende gemeenten en OCMW’s volgende meerwaarde: •

Een inspirerend en ondersteunend netwerk door kruisbestuiving tussen gemeenten

•

Efficiëntere en betere uitvoering van de huidige en komende taken

•

Leren van elkaar door het werken op dezelfde domeinen aan verschillende snelheden

•

Invullen van een aantal leemtes in het gemeentelijk woonbeleid

•

Vertaling van instrumenten en wetgeving naar de gemeentelijke realiteit

•

Aantrekken van financiële middelen naar de streek

De deelnemende gemeenten en OCMW’s engageren zich dan ook om: -

Gedurende minstens 3 jaar samen te werken met de deelnemende gemeenten

-

Geïntegreerd te willen werken aan het woonbeleid

-

Open te staan voor een kritische bevraging van een aantal elementen in het eigen gemeentelijk woonbeleid

-

Actief deel te nemen aan verschillende overlegmomenten, zowel gemeentelijk als regionaal

-

De bestaande expertise te delen met andere gemeenten

-

Een inbreng te doen van minstens de overeengekomen personeelstijd voor de overeengekomen taken

-

De gemeenten engageren zich om de nodige financiële middelen te voorzien in hun begroting


16

6.2

(en 6.3) Beschrijving activiteiten en beoogde resultaten

In wat volgt wordt voor iedere activiteit per gemeente de concrete invulling en de beoogde resultaten weergegeven. Hiervoor wordt vertrokken van de specifieke situatie in de gemeente. Waar staat de gemeente op vandaag? Welke activiteiten zijn nu al lopende of werden recent opgestart ... ? Per activiteit wordt ook toegelicht wat voor alle gemeenten samen zal gebeuren. In voorbereiding van de dossieropmaak werd door alle gemeenten een prioriteitenlijst opgemaakt waarin werd aangegeven welke acties ze in elk projectjaar wensen uit te voeren. De tabel hieronder is een samenvatting van deze prioriteitenlijsten. Vertrekkend vanuit deze tabel werd op zoek gegaan naar gezamenlijke prioriteiten, bestaande acties die als voorbeeld kunnen dienen om ook in andere gemeenten op te starten. Dit werd ook meteen de strategie dat voor de uitwerking van alle acties wordt vooropgesteld: de reeds bestaande dienstverlening, opgestarte acties uit de verschillende gemeenten, doortrekken naar alle deelnemende gemeenten en van daaruit verder bouwen in nauwe samenwerking/afstemming met alle actoren actief rond huisvesting, zodat in alle gemeenten op termijn een gelijkaardig doelgericht woonbeleid wordt uitgebouwd. De beschrijving van de inhoud van de activiteiten per jaar en de beoogde resultaten worden in de tekst erna beschreven. Er wordt ook telkens opgegeven welke personeelsleden voor welke taken zullen worden ingezet. In punt 6.4. wordt deze personeelstijd dan uitgedrukt in tijdsverdeling per activiteit, opgesplitst in bestaand en nieuw aan te werven personeel. De beschrijving van de activiteiten en resultaten geldt als een eerste werkschema. Het project zal jaarlijks geëvalueerd worden (jaarverslag) en waar nodig bijgestuurd (jaarplanning). Dit gebeurt onder meer op basis van een registratiesysteem van de gepresteerde uren per activiteit en per gemeente.


17

SAMENVATTENDE PRIORITEITENLIJST DEELNEMENDE GEMEENTEN Project/actie Harelbeke Ontwikkeling van een beleidsvisie op wonen Evaluatie bestaand woonbeleid OK Woonplan (Visie en actieplan) 1 Opstarten, uitbreiden, verderzetten lokaal woonoverleg Ad hoc overleg met verschillende actoren OK Systematisch overleg met verschillende actoren (vaste leden) OK Doorlichting lokale huisvestingssituatie 3 Afstemming sociale woonprojecten: lange-termijn-planning OK Afstemming sociale woonprojecten: inplanting per project OK Bespreking toewijzingsreglement OK Bespreking initiatieven bestrijding kwaliteitsproblemen, leegstand, 1 onbebouwde percelen,… Bespreking premiestelsel OK Aanbieden gestructureerde basisinformatie aan inwoners Info over alle huisvestingspremies/ondersteuningsmaatregelen van OK verschillende overheden Hulp bij invullen/aanvragen premies OK Info over sociale huur, koop, kavel, lenen 3 Info over leegstand, onbewoonbaar/ongeschikt, verwaarlozing 3 Info over fiscaliteit, notariskosten, erfeniskwesties 0 Ondersteuning bij zoeken naar woning OK Technisch advies bij bouw of renovatie 2 Actieplan voor de verbetering van de kwaliteit van private woningen Plaatsbezoek en controle bij gemeentelijke premie 1 Onderzoek lokale woningmarkt (vb. enquête bepaalde wijk) 2 Vooronderzoek leegstand, onbewoonbaar/ongeschikt, verwaarlozing 1 + opvolging dossiers Kwaliteitsonderzoek en benaderen eigenaars met 3 kwaliteitsproblemen of leegstand, technisch advies ter verbetering Systematisch gebruik van het conformiteitsattest 3 Premie toegespitst op verbetering private huurwoningen 1 Gemeentelijke reglementeringen op het vlak van wonen Evaluatie bestaand premiestelsel: effectiviteit, kostprijs, tijdsinzet, OK

Interlokale vereniging wonen DHKL - Deerlijk, Harelbeke, Kuurne, Lendelede Beherende gemeente: Stad Harelbeke, zetel te Marktstraat 29, 8530 Harelbeke Contactpersoon: Cindy Deprez, 056/733 376, [email protected]

Deerlijk

Kuurne

Lendelede

1 1

OK 3

OK 1

1 3 1 1 2 3

OK 1 3 1 1 1 2

OK OK OK OK OK OK 2

2

OK

1

OK

OK

1 1 OK 0 2 0

OK 1 OK 0 2 2

OK OK 2 0 OK 1

0 2 1

OK 2 2

1 OK 2

3

3

3

2 OK

3 1

2 1

0

1

1

bekendheid Opmaak doelgericht premiestelsel 1 0 Administratieve voorbereiding gemeentelijke premies, cbs beslissing OK 0 Opmaak reglement sociaal wonen 0 Opmaak lokaal toewijzingsreglement 2-3 0 Opmaak reglement leegstand 1 1 Opmaak heffingsreglement leegstand 1 1 Opmaak heffingsreglement onbebouwde percelen OK 0 Actieplan gericht op de verbetering van de positie van de zwakke huurder op de private huurmarkt Info over huurwetgeving: huurcontracten, opzegmogelijkheden, 3 1 rechten/plichten Info over bestaande maatregelen: huursubsidie, 1 3 ongeschikt/onbewoonbaar, conformiteitsattest Opmaak gemeentelijke huursubsidie 3 0 Opmaak huurdatabank: wat te huur onder bepaalde prijs? 0 1 Bemiddeling bij huurgeschil 3 1 Voorzien herhuisvestingsmogelijkheden (vb. bij onbewoonbaarheid) 3 0 Initiatieven ter begeleiding van de sociale huurder Overzicht aanbod sociale woningen in gemeente 3 1 Centrale wachtlijst sociale huisvestingsmaatschappij, OCMW en SVK OK 3 Gemeentelijke huursubsidie na aantal jaren op wachtlijst 3 0 Gerichte doorverwijzing naar gespecialiseerde diensten: OK 2 budgetbegeleiding, begeleid wonen Sensibiliseringsmaatregelen op het vlak van wonen Infocampagne rond bepaald woonthema: vb. bekendmaking 2 1 premies, waarschuwing CO-gevaar, kwaliteitsnormen Vlaamse wooncode Infocampagne naar bepaalde doelgroep vb. aanpassingspremie naar 2 3 senioren Opmaak woonbrochure 3 2 Sociaal en technisch advies, begeleiding op maat op het vlak van wonen Advies en begeleiding bij aankoop van woningen 1-2 0 Advies en begeleiding bij renovatie of aanpassing van de woning 1 0 Ondersteuning bij opmaak kleine bouwdossiers 0 0 Technisch advies naar woningen van gemeente of OCMW 1 3 Ondersteuning in aanvraag offertes, opvolgen werken 3 0 Duurzaam, ecologisch en energiebewust wonen ondersteunen


19

1 OK 1 2 OK 1 0

1 OK 2 4 2 2 2

OK

OK

OK

OK

0 OK 2 3

3 OK 2 OK

1 3 0 OK

OK OK 3 OK

2

OK

3

OK

2

OK

3 1 OK 0 3

0 1 0 1 4

Technisch advies voor energetisch optimaliseren van bouwplannen 3 en bestaande woningen Info over groene leningen, beschikbare premies (eventueel FRGEOK leningen) Levenslang en aanpasbaar wonen ondersteunen Technisch advies met betrekking tot aanpasbaar wonen voor 1 bouwplannen en renovatie van bestaande woningen Voeren van een gronden pandenbeleid met het oog op betaalbaar wonen Opmaak/actualiseren inventaris leegstand 1 Opmaak/actualiseren inventaris onbebouwde percelen OK Begeleiding van gemeenten bij uitoefenen recht van voorkoop, 3 afbakening bijzonder gebied, onteigening Visievorming bij inplanting, typekeuze, ontwikkeling sociale last bij OK private verkavelingen / projecten

0

2

1

3

OK

OK

2

OK

1

OK OK 0

OK OK 2

2 2

1

2

3

Legende OK

Reeds opgestart/uitgevoerd

1

Projectjaar 1

2

Projectjaar 2

3

Projectjaar 3

4

Later uit te voeren

0

Geen prioriteit


20

6.2.1

ontwikkeling van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen

De gemeenten Harelbeke (sinds 2005) en Kuurne (sinds 2009) hebben reeds een woonplan. Tijdens de opmaak van het woonplan werd steeds teruggekoppeld naar actoren actief rond huisvesting: sociale huisvestingsmaatschappijen, sociale verhuurkantoren, OCMW,… via het lokaal woonoverleg. Er werd ook gemeentelijk overlegd met alle betrokken diensten: ruimtelijke ordening, welzijn, milieu, mobiliteit, duurzaamheid. In Kuurne werd via het woonplatform ook gepeild naar wensen, bezorgdheden die leven bij de bevolking. Gemeente Lendelede is reeds gestart met de opmaak van een woonplan. Voor de gemeente Deerlijk is de opmaak van een woonplan een absolute prioriteit en wenst dit dan ook in jaar 1 op te maken. Ook in Lendelede en Deerlijk zal het lokaal woonoverleg een cruciale rol spelen in de ontwikkeling van het woonplan, zodat alle actoren van begin af aan bij het proces worden betrokken. De gemeenten maken een duidelijke keuze om het woonbeleid verder in te zetten als octopusbeleid dat linken zoekt met allerhande domeinen zoals ruimtelijke ordening, welzijn, mobiliteit, milieu, duurzaamheid,… Overleg staat hierbij centraal. Er zal ook worden gestreefd naar een intergemeentelijke afstemming van de beleidsvisies en actieplannen. Het is immers de bedoeling om ons woonbeleid gezamenlijk uit te voeren! Intercommunale Leiedal en het Welzijnsconsortium wensen een test-case uit te werken rond de koppeling van woonzorg en gemeentelijke ruimtelijk structuurplannen. Deze ideeën zijn op heden nog in ontwerpfase. Aangezien Harelbeke en Lendelede op heden hun gemeentelijke structuurplannen aan het herzien zijn, kan dergelijk project een opportuniteit zijn om de ruimtelijke aspecten van woonzorgbeleid beter uit te werken. Na 1 jaar intergemeentelijke samenwerking zullen alle gemeenten over een beleidsvisie en actieplan in de vorm van een woonplan beschikken. Vanaf jaar 2 zal dit onderdeel van de intergemeentelijke samenwerking dan ook voornamelijk bestaan uit het uitvoeren, evalueren en actualiseren van bestaande actieplannen.


21

JAAR 1 ACTIES - Opmaak van een woonplan voor de gemeente Deerlijk. - Finaliseren van het woonplan voor de gemeente Lendelede. - Actualiseren van het woonplan van stad Harelbeke. - De gemeenten Kuurne en Harelbeke werken concrete acties uit het bestaande woonplan uit. PERSONEELSINZET - De coördinator biedt de nodige ondersteuning voor de opmaak en actualisatie van het woonplan, bijgestaan door de woonbeleidscoördinator uit Kuurne. - De loketmedewerker en technische medewerkers zullen worden ingezet voor het uitvoeren van acties uit het woonplan op het gebied van dienstverlening en technisch advies in Kuurne en Harelbeke. BEOOGDE RESULTATEN - In Deerlijk en Lendelede wordt een woonplan goedgekeurd. - In Harelbeke wordt een actualisatie van het woonplan goedgekeurd. - In Harelbeke en Kuurne worden minstens 3 concrete acties uit het woonplan uitgevoerd. INDICATOREN - Woonplan van Deerlijk en Lendelede - Gemeenteraadsbeslissingen van Deerlijk en Lendelede betreffende de goedkeuring van het woonplan - Gemeenteraadsbeslissing van Harelbeke betreffende de goedkeuring van de actualisatie van het woonplan - Voortgangsverslagen van gemeenten Harelbeke en Kuurne betreffende de uitvoering van het woonplan JAAR 2 ACTIES In alle gemeenten worden concrete acties uit het woonplan uitgewerkt. - In Deerlijk zal voornamelijk worden ingezet op de uitbouw van een woonloket. - In Lendelede worden acties uitgevoerd ter verbetering van het woonpatrimonium. - In Harelbeke en Kuurne zal op beide domeinen worden ingezet, met een groter accent op verbetering van het woonpatrimonium. - Er wordt gezocht naar gezamenlijke prioriteiten voor het opzetten van intergemeentelijke acties. PERSONEELSINZET - De loketmedewerker zal worden ingezet voor alle taken betreffende de uitbouw of bemannen van de woonloketten in Deerlijk, Harelbeke en Kuurne. - De technische medewerkers zullen worden ingezet voor alle acties in Lendelede en een aantal acties met betrekking tot technisch advies in alle andere gemeenten. - De projectcoördinator staat in voor het opzetten van intergemeentelijke acties en organiseert daartoe het nodige overleg met de verschillende gemeenten, loket- en technische medewerkers. BEOOGDE RESULTATEN In alle gemeenten worden minstens 3 concrete acties uit het woonplan uitgevoerd, waarvan minstens 1 actie intergemeentelijk wordt georganiseerd. INDICATOREN - Voortgangsverslagen van alle gemeenten betreffende de uitvoering van het woonplan


22

JAAR 3 ACTIES In alle gemeenten worden nieuwe acties uit het woonplan uitgevoerd. - Deerlijk legt het accent verder op de uitbouw van het woonloket, aanbieden van info en advies aan burgers. - Lendelede zet voornamelijk in op het aanbieden van technisch advies. - In Harelbeke en Kuurne wordt op beide domeinen verdergewerkt. - In Kuurne wordt het woonplan geëvalueerd en wordt het actieplan indien nodig bijgestuurd. PERSONEELSINZET - De loketmedewerker en technisch medewerkers bieden verdere ondersteuning in de uitwerking van concrete acties in alle gemeenten. - De coördinator biedt de nodige ondersteuning aan de gemeente Kuurne voor de evaluatie en actualisatie van het woonplan. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten worden minstens 3 concrete acties uit het woonplan uitgevoerd, waarvan minstens 1 actie intergemeentelijk wordt georganiseerd. - In Kuurne wordt de actualisatie van het woonplan goedgekeurd. INDICATOREN - Voortgangsverslagen van alle gemeenten betreffende de uitvoering van het woonplan - Gemeenteraadsbeslissing van Kuurne betreffende de goedkeuring van de actualisatie van het woonplan


23

6.2.2

Faciliteren en uitbreiden van het woonoverleg

Binnen dit project willen we het woonoverleg inschakelen als middel om te komen tot doordachte en geïntegreerde realisaties. Het is de bedoeling doelgericht te overleggen. Het woonoverleg is dan ook sterk gelinkt aan de andere activiteiten. Het wordt ingeschakeld in zoverre het voor andere activiteiten nuttig of nodig is. Vanuit de deelnemende gemeenten wordt immers terecht aandacht gevraagd om ‘praatbarakken’ te vermijden. Het plannen van overleg met alle mogelijke actoren over vage onderwerpen dient vermeden te worden. Twee types woonoverleg worden ingeschakeld: gemeentelijk en intergemeentelijk. 1. gemeentelijk Waar reeds een overleg bestaat, wordt verder gebouwd op de bestaande groep en blijft de contactpersoon van de gemeente trekker. De intergemeentelijke samenwerking heeft hier vooral de taak om het overleg te voeden en open te trekken, de projectcoördinator biedt hierin de nodige ondersteuning. In Deerlijk wordt een woonoverleg opgestart. In dit geval trekt de projectcoördinator het overleg, maar betrekt hierbij sterk de contactpersoon van de gemeente, zodat die het trekkerschap op termijn kan overnemen. Minstens drie groepen vinden hun plaats in het woonoverleg: beleid (schepen huisvesting/ruimtelijke ordening/welzijn), diensten (ambtenaren huisvesting, ruimtelijke ordening, welzijn, ...), OCMW en sociale woonactoren. Dit woonoverleg krijgt per gemeente een specifieke inhoudelijke focus en hiermee samenhangend een specifieke samenstelling van actoren. 2. intergemeentelijk Een aantal onderwerpen of actoren vragen om een gezamenlijke aanpak. Daarom bestaat deze activiteit ook voor een deel uit overleg dat met en voor de gemeenten samen georganiseerd wordt. Dit intergemeentelijk overleg wordt gepland vanaf jaar 3, de focus wordt in de eerste jaren gelegd op een goed werkend gemeentelijk overleg. Indien de noodzaak wordt gevoeld om dit vroeger te organiseren, wordt dit zeker niet uitgesloten. Er zal een wisselwerking zijn tussen woonoverleg binnen iedere gemeente en overkoepelende contactmomenten tussen de verschillende gemeenten. Hierin schuilt de meerwaarde van het intergemeentelijk werken. Argumenten van andere gemeenten kunnen in de eigen gemeente meegenomen worden; er kan dieper in gegaan worden op een bepaalde problematiek, knelpunten en succesfactoren kunnen uitgewisseld worden, er kunnen gezamenlijke vormingsmomenten worden georganiseerd ... Dit intergemeentelijk overleg wordt georganiseerd door de projectcoördinator, die door zijn aanwezigheid in alle gemeenten de intergemeentelijke klemtonen zal kunnen detecteren. Daarnaast zal op beleidsniveau van in het begin een intergemeentelijk overleg plaatsvinden via het beheerscomité, de gemeentelijke diensten zullen elkaar treffen in een stuurgroep.


24

JAAR 1 ACTIES - In de gemeenten Harelbeke, Kuurne en Lendelede wordt het bestaand woonoverleg verdergezet, vooral in Kuurne wordt het zeker ook geïntensifieerd. - In Deerlijk wordt een gestructureerd lokaal woonoverleg opgestart, gecoördineerd door de projectcoördinator in nauwe samenwerking met een gemeentelijke trekker. - In alle gemeenten zal de afstemming van de sociale woonprojecten en de aanpak van kwaliteitsproblemen in het woonpatrimonium aan bod komen met het oog op een langetermijnplanning. - Kuurne zal de opmaak van een lokaal toewijzingsreglement op het overleg bespreken. - In Deerlijk staat de opstart van het woonloket op de agenda. - In Lendelde komt het woonplan op de agenda. PERSONEELSINZET - De bestaande gemeentelijke trekkers leggen verder hun eigen accenten in de gemeenten Harelbeke, Kuurne en Lendelede, maar kunnen daarvoor op inhoudelijke ondersteuning rekenen van de projectcoördinator. De projectcoördinator zoekt hier reeds naar raakvlakken voor een later intergemeentelijk overleg. - De projectcoördinator biedt de nodige ondersteuning aan de gemeente Deerlijk voor de opstart van het overleg. De projectcoördinator wordt hier in de beginfase bijgestaan door de aanwezige gemeentelijke trekkers uit Harelbeke, Kuurne en Lendelede. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt minstens twee maal een lokaal woonoverleg georganiseerd, overal staat de programmatie sociale woningbouw en aanpak kwaliteitsproblemen hoog op de agenda. INDICATOREN - Twee uitnodigingen per gemeente waaruit blijkt dat alle actoren op het lokaal woonoverleg werden uitgenodigd - Twee verslagen per gemeente waaruit blijkt dat minstens 1x de programmatie sociale woningbouw op de agenda stond JAAR 2 ACTIES In alle gemeenten wordt het lokaal woonoverleg verder georganiseerd met de vaste partners per gemeente. Jaarlijks komt overal minstens de programmatie van de sociale woningprojecten en aanpak kwaliteitsproblemen aan bod. - In Deerlijk wordt ook de opmaak van een lokaal toewijzingsreglement op de agenda gezet. - Lendelede wil de bestrijding van leegstand, onbebouwde percelen, … op het overleg aan bod laten komen. - In Kuurne wordt de evaluatie, heroriëntatie van het premiestelsel op de agenda gezet. PERSONEELSINZET - De gemeentelijke trekkers staan verder in voor het organiseren van het overleg en kunnen daarvoor nog steeds rekenen op inhoudelijke ondersteuning van de projectcoördinator. Hij kan hier heel concreet zijn reeds opgebouwde expertise in de aanpak van kwaliteitsproblemen en de opmaak van een toewijzingsreglement inzetten. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt minstens twee maal een lokaal woonoverleg georganiseerd. INDICATOREN


25

- Twee uitnodigingen per gemeente waaruit blijkt dat alle actoren op het lokaal woonoverleg werden uitgenodigd - Twee verslagen per gemeente waaruit blijkt dat minstens 1x de programmatie sociale woningbouw op de agenda stond JAAR 3 ACTIES In alle gemeenten wordt het lokaal woonoverleg verder georganiseerd met de vaste partners per gemeente. Jaarlijks komt overal minstens de programmatie van de sociale woningprojecten en aanpak kwaliteitsproblemen aan bod. - Deerlijk zal het overleg opvoeren en zet ook een lokale doorlichting van de huisvestingssituatie en de aanpak van leegstand, onbebouwde percelen,… op de agenda. Na twee jaar lokaal woonoverleg aan de hand van concrete projecten, wordt ook het intergemeentelijk overleg opgestart. Verschillende thema’s zoals de programmatie sociale woningbouw, aanpak kwaliteitsproblemen, opmaak van een toewijzingsreglement kwamen in verschillende gemeenten aan bod en kunnen dan ook intergemeentelijk geëvalueerd, bijgestuurd en verder georganiseerd worden. PERSONEELSINZET - De gemeentelijke trekkers staan verder in voor het organiseren van het overleg en kunnen daarvoor nog steeds rekenen op inhoudelijke ondersteuning van de projectcoördinator. - De projectcoördinator zal vanuit zijn aanwezigheid in de verschillende gemeenten op zoek gaan naar intergemeentelijke klemtonen en van daaruit een intergemeentelijke overlegtafel organiseren aan de hand van concrete thema’s, ervaring vanuit gemeenten. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt minstens twee maal een lokaal woonoverleg georganiseerd. - Er worden minstens één intergemeentelijke overlegtafel georganiseerd. INDICATOREN - Twee uitnodigingen per gemeente waaruit blijkt dat alle actoren op het lokaal woonoverleg werden uitgenodigd - Twee verslagen per gemeente waaruit blijkt dat minstens 1x de programmatie sociale woningbouw op de agenda stond - Een verslag van de intergemeentelijke overlegtafel waaruit intergemeentelijke afstemming van het lokaal woonoverleg blijkt


26

6.2.3

Het aanbieden van gestructureerde basisinformatie aan de inwoners van de deelnemende gemeenten

over: a

gemeentelijke, provinciale, gewestelijke en federale huisvestingsmaatregelen en het respectievelijke dienstverleningsaanbod

b

huuraangelegenheden

c

sociaal huren, sociaal kopen en sociaal lenen

d

technisch advies

e

actuele beleidsmaatregelen inzake huisvesting

De gemeenten Harelbeke, Kuurne en Lendelede staan hier al vrij ver in, voor de gemeente Deerlijk is het een uitdaging om dit zo snel mogelijk uit te bouwen. De ambities van de verschillende gemeenten zijn opnieuw gelijklopend, we zullen dan ook geleidelijk naar een vergelijkbare dienstverlening toegroeien. Zeker ook door het inzetten van medewerkers uit het centraal team in alle gemeenten, zal de dienstverlening in de verschillende gemeenten sterke gelijkenissen vertonen. Er werd een duidelijke keuze gemaakt voor het inzetten van dit personeel in de gemeenten zelf en dus niet voor een woonloket op één locatie. Het eerstelijnsadvies zal in alle gemeenten worden verzorgd door de aanwezige personeelsleden. Meer diepgaande info zal dan worden verstrekt door de medewerkers uit het centraal team die in de gemeenten zullen aanwezig zijn op vooraf aangekondigde zitdagen. In Deerlijk, Kuurne en Lendelede wordt dit loket georganiseerd in het sociaal huis, in Harelbeke gebeurt het vanuit een nieuw op te richten loket wonen/werken in een compleet nieuwe front-office. In alle gemeenten wordt nauwe samengewerkt met het OCMW. Via een registratiesysteem, dat in jaar 1 zal worden aangekocht, zal het resultaat van deze actie eenvoudig te meten zijn.


27

JAAR 1 ACTIES - In Deerlijk wordt het woonloket zo snel mogelijk opgestart in het sociaal huis. - In alle gemeenten zal via de loketten een ruim pakket basisinformatie beschikbaar zijn: - info en hulp bij aanvragen premies/ondersteunende maatregelen - info over sociale huur, koop, kavel, lenen - info over leegstand, onbewoonbaar/ongeschikte woningen, verwaarlozing - In Lendelede wordt een testcase uitgevoerd voor het aanbieden van technisch advies en de begeleiding in de zoektocht naar een geschikte woning voor specifieke doelgroepen. - Intergemeentelijk zal een registratiesysteem worden aangekocht zodat alle vragen, wie ze stelt en hoe ze worden beantwoord, kunnen geregistreerd worden. - Intergemeentelijk zal een opsomming worden gemaakt van info dat in de verschillende loketten ter beschikking wordt gesteld en info/begeleiding dat in andere instanties te verkrijgen is. PERSONEELSINZET - De reeds aanwezige loketmedewerkers verstrekken verder het eerstelijnsadvies. - De loketmedewerker en technische medewerkers zijn in de verschillende gemeenten aanwezig op vooraf aangekondigde zitdagen voor het behandelen van de meer diepgaande woonvragen. Vooral de technisch medewerkers zullen in de verschillende gemeenten ook huisbezoeken uitvoeren in het kader van technisch advies voor verbouwingen, levenslang wonen en het opvolgen van dossiers van ongeschikte en onbewoonbare woningen. - De projectcoördinator zal instaan voor de aankoop en implementatie van het registratiesysteem en zal een opsomming maken van de aanwezige info in de verschillende loketten en andere instanties. Hij volgt ook trends, nieuwe ontwikkelingen op om steeds op de actualiteit te kunnen inspelen. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten is een woonloket operationeel waar minstens de eerder opgesomde informatie beschikbaar is. - Door het overzicht van de info die in de verschillende loketten/andere instanties beschikbaar is, wordt gericht doorverwezen. - In Lendelede kunnen de mensen ook terecht voor technisch advies voor bouw en verbouwingen en begeleiding voor specifieke doelgroepen in de zoektocht naar een geschikte woning (testcase). - In alle gemeenten worden (vanaf het moment dat het registratiesysteem operationeel is) van elk loketbezoek een aantal gegevens genoteerd en in het systeem ingegeven. INDICATOREN - Aangekocht registratiesysteem (factuur) - Aantal bezoekers per woonloket (6 maand registratie) - Aantal vragen per woonthema: premies, huur, technisch advies,…


28

JAAR 2 ACTIES - In alle gemeenten wordt het woonloket verder gezet en wordt de aanwezige informatie verstrekt. - Na positieve evaluatie van de testcase in Lendelede, betreffende het verstrekken van technisch advies voor bouwen renovatieprojecten en het begeleiden van specifieke doelroepen in hun zoektocht naar een geschikte woning, wordt dit uitgebreid naar alle gemeenten. PERSONEELSINZET - De loketmedewerker wordt, meestal via zitdag, in de verschillende gemeenten ingezet voor het verstrekken van alle info. - De technische medewerkers worden ingezet voor de begeleiding in de zoektocht naar een woning en het vertrekken van technisch advies voor bouwen renovatieprojecten. - De projectcoördinator bewaakt de correcte verdeling van personeelsinzet in de verschillende gemeenten en zorgt, door overleg, voor een goede afstemming tussen taken uitgevoerd door intern personeel in de verschillende gemeenten en het centrale team. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten kan men terecht voor basisinformatie en technisch advies voor bouw/verbouwingen. Specifieke doelgroepen kunnen ook rekenen op ondersteuning in de zoektocht naar een geschikte woning. - Alle loketbezoeken worden geregistreerd: er is een zicht op inkomende vragen en uitgaande antwoorden. INDICATOREN - Aantal bezoekers per woonloket , stijging in vergelijking met jaar 1 - Aantal vragen per woonthema: premies, huur, technisch advies,…


29

JAAR 3 ACTIES - In alle gemeenten wordt het woonloket verder gezet en wordt de aanwezige informatie/avies/begeleiding verstrekt, er wordt ook gericht doorverwezen. - Intergemeentelijk wordt een evaluatie van de bestaande loketten georganiseerd en wordt gestreefd naar verdere afstemming van de verstrekte informatie/advies/begeleiding in de verschillende loketten. PERSONEELSINZET - Vertrekkend vanuit het registratiesysteem en de opsomming van beschikbare informatie in de verschillende loketten organiseert de projectcoördinator een evaluatie van de bestaande loketten en streeft naar afstemming van de loketwerking in de verschillende gemeenten. Hij organiseert daartoe het nodige intra- en intergemeentelijke overleg. - De loket- en technische medewerkers worden verder ingezet in de verschillende loketten voor het verstrekken van alle info en aanbieden van begeleiding en technisch advies. Ze streven daarbij naar een evenwicht tussen aanwezigheid in de loketten en uitvoeren van plaatsbezoeken. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt gelijklopende informatie verstrekt en wordt gericht doorverwezen, de verschillende loketten zijn op elkaar afgestemd. INDICATOREN - Aantal bezoekers per woonloket , stijging in vergelijking met jaar 2 - Aantal vragen per woonthema: premies, huur, technisch advies,… - Verslag intergemeentelijk overleg waaruit evaluatie en afstemming van de verschillende loketten blijkt


30

6.2.4

Het uitwerken van een actieplan gericht op de verbetering van de kwaliteit van het woningpatrimonium

Voor alle deelnemende gemeenten is de aanpak van kwaliteitsproblemen in het woonpatrimonium een prioriteit. De doelstellingen in alle gemeenten zijn zeer gelijklopend, waardoor de focus opnieuw sterk op intergemeentelijke samenwerking wordt gelegd. De projectcoördinator en technische medewerkers zijn hierbij de centrale spelers die ervoor zorgen dat een intergemeentelijk actieplan, op verschillende snelheden, in alle gemeenten wordt uitgewerkt. De projectcoördinator zal hierin vooral de beleidsvoorbereidende taken op zich nemen, terwijl de technische medewerkers sterke pionnen op het terrein zullen zijn door het uitvoeren van plaatsbezoeken en het begeleiden/opvolgen van concrete dossiers. De projectcoördinator zorgt ook voor de nodige afstemming met andere instanties die nu reeds aan huis gaan, zoals energiesnoeiers, Vlaamse woninginspectie, ZonneWinDT,… Hij maakt ook gebruik van de expertise bij het aanwezige gemeentepersoneel. Hij organiseert het nodige overleg voor een optimale ervaringsuitwisseling tussen al deze spelers. In onderstaande acties wordt de nadruk gelegd op een pro-actieve aanpak van kwaliteitsproblemen en het voeren van een stimulerend beleid via de inzet van doelgerichte premies. JAAR 1 ACTIES - Intergemeentelijk wordt een premie ontwikkeld, toegespitst op de verbetering van private huurwoningen. Er wordt een inschatting gemaakt van potentiële aanvragers, noodzakelijk budget en personeelsinzet. - Er wordt overleg gepleegd met andere instanties die nu reeds aan huis gaan, zoals de energiesnoeiers, ZonneWinDT, Vlaamse woninginspectie. - vooronderzoek leegstand, ongeschikt/onbewoonbaar in Harelbeke en Deerlijk - Uitvoeren nodige plaatsbezoeken en controle voor gemeentelijke premies PERSONEELSINZET - De projectcoördinator staat in voor het ontwikkelen van het premiereglement en maakt een inschatting naar nodige budgetten en personeelsinzet. Hij staat ook in voor de organisaties van het overleg met andere instanties die nu reeds aan huis gaan. - De technische medewerkers voeren alle plaatsbezoeken uit en bieden het nodige technisch advies. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt een premiereglement goedgekeurd toegespitst op de verbetering van private huurwoningen en worden de nodige kredieten daartoe voorzien in de gemeentebegroting. - Er vindt minstens één overleg plaats met alle instanties die nu reeds aan huis gaan. - In Harelbeke en Deerlijk gebeurt, bij melding van kwaliteitsproblemen, systematisch een vooronderzoek en worden de dossiers blijvend opgevolgd. INDICATOREN - Per gemeente een premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad - Budget voor premies voorzien in de gemeentebegroting - Verslag overleg met verschillende instanties - Aantal uitgevoerde vooronderzoeken inzake ongeschiktheid in Harelbeke en Deerlijk


31

JAAR 2 ACTIES - Na Harelbeke en Deerlijk zal ook een systematisch vooronderzoek en opvolging van de dossiers naar ongeschikt/onbewoonbaarheid in Kuurne en Lendelede worden uitgevoerd. - In Deerlijk en Lendelede wordt een onderzoek gevoerd naar de mogelijkheden van een systematisch gebruik van het conformiteitsattest. Via gemeentelijke infokanalen wordt het gebruik van dit attest bekend gemaakt aan de bevolking. - Naar voorbeeld van Lendelede zal in de andere gemeenten een onderzoek worden uitgevoerd naar de lokale woningmarkt (vb. enquête). Daarvoor worden bepaalde regio’s/wijken geselecteerd waar de kwaliteitsproblemen vermoedelijk het grootst zijn. - In alle gemeenten wordt de premie ter verbetering van private huurwoningen gepromoot. PERSONEELSINZET - De technische medewerkers zullen alle plaatsbezoeken uitvoeren en instaan voor de opmaak van het conformiteitsattest. - De projectcoördinator zal, in samenwerking met de technische medewerkers, een onderzoek voeren naar de lokale woningmarkt. Daarvoor wordt het nodige overleg gepleegd met de interne gemeentelijke medewerkers en andere actoren die reeds aan huis gaan. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten gebeurt, bij melding van kwaliteitsproblemen, systematisch een vooronderzoek, worden de dossiers blijvend opgevolgd en wordt het nodige technisch advies geboden. - In Deerlijk en Lendelede wordt een artikel gepubliceerd over het gebruik van het conformiteitsattest. - In alle gemeenten wordt een artikel gepubliceerd over de premie ter verbetering van private huurwoningen. INDICATOREN - Aantal uitgevoerde vooronderzoeken inzake ongeschiktheid in alle gemeenten, stijging in vergelijking met jaar 1 in Harelbeke en Deerlijk - Gepubliceerd artikel betreffende het conformiteitsattest - Gepubliceerd artikel betreffende de premie ter verbetering van huurwoningen


32

JAAR 3 ACTIES - Vertrekkend vanuit de resultaten van het onderzoek van de lokale woningmarkt, zullen in alle gemeenten de gekende kwaliteitsproblemen actief worden aangepakt door het uitvoeren van woningonderzoeken en het aanbieden van aangepast technisch advies ter verbetering van de kwaliteitsproblemen. - De premie toegespitst op het verbeteren van private huurwoningen zal actief gepromoot worden. Specifiek bij eigenaars van woningen waar onderzoeken werden uitgevoerd. - Lerend uit de ervaringen in Lendelede en Deerlijk, zal ook in Harelbeke en Kuurne worden bekeken hoe het conformiteitsattest kan worden ingezet. PERSONEELSINZET - De technische medewerkers zullen alle plaatsbezoeken uitvoeren, dossiers opvolgen, technisch advies verlenen en instaan voor de opmaak van het conformiteitsattest. - De projectcoördinator organiseert het intergemeentelijk overleg betreffende de uitvoering van woningonderzoeken en opvolging van de dossiers. Hij zorgt voor een optimale ervaringsuitwisseling. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten worden minstens een aantal woningonderzoeken uitgevoerd: 2 in Lendelede; 5 in Kuurne en Deerlijk; 10 in Harelbeke. - In Harelbeke en Kuurne wordt een artikel gepubliceerd over het gebruik van het conformiteitsattest. - In alle gemeenten wordt een artikel gepubliceerd over de premie ter verbetering van private huurwoningen. INDICATOREN - Aantal vooronderzoeken inzake ongeschiktheid in alle gemeenten, stijging ten opzichte van het jaar ervoor - Gepubliceerd artikel betreffende het conformiteitsattest - Gepubliceerd artikel betreffende de premie ter verbetering van huurwoningen


33

6.2.5

Het voorbereiden van gemeentelijke reglementeringen op het vlak van wonen

De Vlaamse wooncode en het decreet gronden pandenbeleid biedt gemeenten heel wat mogelijkheden om onder meer door de opmaak van eigen reglementen lokale accenten te leggen. Denk maar aan een reglement sociaal wonen, een lokaal toewijzingsreglement, reglementen op leegstand en onbebouwde percelen en gemeentelijke premiereglementen. Het voorbereiden, opmaken en implementeren van dergelijke reglementen is tijdrovend werk. Een intergemeentelijke voorbereiding van deze reglementen door opzoeken van voorbeelden uit andere gemeenten, algemene aandachtspunten detecteren, voorbeeldreglement op te maken,… zorgt ervoor dat niet elke gemeente dit proces afzonderlijk moet doorlopen en houdt ook de mogelijkheid open om in concrete uitwerking van de reglementen nog steeds eigen accenten te leggen. Harelbeke heeft reeds een uitgebreide evaluatie van hun premiestelsel opgemaakt. Deze evaluatie zal worden ingezet als vertrekbasis voor het uitvoeren van een evaluatie van het premiestelsel in alle gemeenten. De gemeenten Harelbeke, Kuurne en Lendelede zullen aan deze actie deelnemen, Deerlijk in mindere mate. Opmerking: Deze actie is nauw verweven met het actieplan voor de verbetering van de kwaliteit van private woningen. In deze actie kwam de ontwikkeling van een premie gericht op de verbetering van private huurwoningen al ruim aan bod. Dit zal hier dan ook niet meer verder besproken worden. De actie heeft ook duidelijke overlappingen met het voeren van een gronden pandenbeleid. Het reglement sociaal wonen, aanpak leegstand,… zal ook daar aan bod komen.


34

JAAR 1 ACTIES - Op intergemeentelijk niveau wordt een kader gemaakt voor het uitwerken van een evaluatie van de gemeentelijke premiestelsels. De reeds opgemaakte evaluatie van het premiestelsel in Harelbeke zal hier als vertrekbasis dienen. - In Kuurne en Lendelede wordt het bestaande premiestelsel aan een evaluatie onderworpen: kostprijs, effectiviteit, personeelsinzet. - Vertrekkend vanuit de uitgevoerde evaluatie en de bestaande evaluatie uit Harelbeke wordt in diezelfde gemeenten een planning opgemaakt voor de uitwerking van een vernieuwend premiestelsel. - Intergemeentelijk wordt een voorbeeldreglement opgemaakt voor heffing op leegstaande woningen en gebouwen en onbebouwde percelen. - De evaluatie van het premiestelsel en het heffingsreglement op leegstand en/of onbebouwde percelen komt ook aan bod in het lokaal woonoverleg/woonplatform. PERSONEELSINZET - De projectcoördinator staat in voor de opmaak van een kader voor de evaluatie van de gemeentelijke premiestelsels en een voorbeeldreglement voor leegstandsheffing/onbebouwde percelen. Hij organiseert daartoe het nodige overleg. BEOOGDE RESULTATEN - Het premiestelsel van Kuurne en Lendelede werd geëvalueerd op kostprijs, effectiviteit en personeelsinzet. - Voor Kuurne, Lendelede en Harelbeke is een planning opgemaakt voor de ontwikkeling van een vernieuwend premiestelsel. - Er is een voorbeeldreglement voor de heffing op leegstand/onbebouwde percelen uitgewerkt. INDICATOREN - Evaluatieverslag premiestelsel van Kuurne en Lendelede - Planningsdocument opmaak premies Harelbeke, Kuurne en Lendelede - Voorbeeldreglement heffing op leegstand


35

JAAR 2 ACTIES - Intergemeentelijk wordt een vooronderzoek uitgevoerd voor de opmaak van een lokaal toewijzingsreglement en een reglement sociaal wonen: voorbeelden uit andere gemeenten, voor welke doelgroepen/wijken,… denken de verschillende gemeenten aan een lokaal toewijzingsreglementen, het aantal sociale woningen dat de verschillende gemeenten nog moeten realiseren,… - De opmaak van de reglementen komt uitgebreid aan bod op het lokaal woonoverleg/woonplatform. PERSONEELSINZET - De projectcoördinator verzamelt alle informatie dat door de verschillende gemeenten wordt aangeleverd, nodig voor het vooronderzoek betreffende een reglement sociaal wonen en een lokaal toewijzingsreglement. - De gemeentelijke trekkers van het lokaal woonoverleg plaatsen de reglementen op de agenda. BEOOGDE RESULTATEN - De opmaak van de reglementen is op gemeentelijk niveau voorbereid, een ontwerpversie is reeds beschikbaar, gemeentelijke wensen/accenten werden gelegd, het ligt klaar voor intergemeentelijk overleg. INDICATOREN - Verslag lokaal woonoverleg per gemeente waaruit de bespreking van een lokaal toewijzingsreglement en een reglement sociaal wonen blijkt JAAR 3 ACTIES - De opmaak van een reglement sociaal wonen en een lokaal toewijzingsreglement wordt besproken op het intergemeentelijk woonoverleg. PERSONEELSINZET - De projectcoördinator staat in voor de organisatie van het intergemeentelijk woonoverleg en plaatst beide reglementen op de agenda. - De lokale trekkers van het woonoverleg staan in voor het voorleggen van de gemeentelijke voorbereidingen op het lokaal toewijzingsreglement en reglement sociaal wonen. BEOOGDE RESULTATEN - In Harelbeke, Kuurne en Lendelde wordt een lokaal toewijzingsreglement en reglement sociaal wonen goedgekeurd, na afstemming in het intergemeentelijk woonoverleg. INDICATOREN - Verslag intergemeentelijk woonoverleg waaruit de bespreking van een lokaal toewijzingsreglement en een reglement sociaal wonen blijkt


36

6.2.6

Het uitwerken van een actieplan gericht op de verbetering van de positie van de zwakke huurder op de private huurmarkt en ter begeleiding van de sociale huurder

Het aandeel private huurwoningen in de deelnemende gemeenten is erg laag, met hoge huurprijzen als gevolg. In Lendelede (3,84%) en Deerlijk (4,32%) is ook het aanbod aan sociale woningen eerder laag. Harelbeke (5,54%) zit op het niveau van de provincie en Vlaanderen, enkel in Kuurne (8,68%) is een vrij groot aanbod aan sociale woningen beschikbaar. In alle gemeenten is een sociaal verhuurkantoor actief. In Harelbeke en Kuurne is een samenwerking opgebouwd met svk De Poort dat respectievelijk een 20-tal en een 3-tal woningen in de gemeenten beheert, Deerlijk werkt samen met het Regionaal sociaal verhuurkantoor. In Lendelede werd een eigen sociaal verhuurkantoor opgestart dat een 18-tal woningen in beheer heeft. De sociale verhuurkantoren leveren een sterke bijdrage door het toegankelijk maken van de private huurmarkt voor mensen met een beperkt inkomen. Alle gemeenten hebben reeds een goede samenwerking opgebouwd met verschillende sociale huisvestingsmaatschappijen. Harelbeke, Kuurne en Lendelede werken samen met de ZuidWest-Vlaamse bouwmaatschappij. In Lendelede, Deerlijk en Harelbeke is Mijn Huis actief, Kuurne werkt samen met Eigen Gift, Eigen Hulp. Gezien de sociale huisvestingmaatschappijen meestal in verschillende deelnemende gemeenten actief zijn, zal naast het lokaal woonoverleg, ook het intergemeentelijk woonoverleg een belangrijke taak krijgen. In alle gemeenten werd ook reeds een samenwerking met de Huurdersbond opgebouwd, ook hun expertise kan verder worden ingezet. Het verder bouwen op reeds bestaande samenwerking tussen al deze actoren kwam reeds uitgebreid aan bod in de bespreking van het lokaal en intergemeentelijk woonoverleg. Uiteraard zullen ook onderstaande acties in deze overlegvormen aan bod komen. Vooral in Kuurne en Lendelede werden vanuit gemeente/OCMW reeds een aantal stappen gezet om de (sociale) huurder te ondersteunen. Zo kunnen ze in beide gemeenten terecht voor allerhande info met betrekking tot het huren van een woning: opmaak huurcontracten, huuropzeg, rechten en plichten van de huurder en verhuurder, huursubsidie. Er is ook een huurdatabank beschikbaar waarin de woningen onder een bepaalde huurprijs staan opgesomd. Lendelede zette zelfs nog een stap verder door het ontwikkelen van een centrale wachtlijst voor sociale woningen en het aanbieden van een overzicht van de beschikbare sociale woningen in de gemeente. Ook in Harelbeke wordt reeds met een centrale wachtlijst gewerkt. In Kuurne werd recentelijk een actie ‘huisbewaarder’ opgestart, gesubsidieerd door de Vlaamse overheid (locale diensteneconomie). Er werd concreet een nieuwe medewerker aangesteld die de contacten tussen de huurder en andere instanties (OCMW’s, shm,..) op een laagdrempelige manier onderhoudt. Zo wordt hij ondermeer ingeschakeld voor het op een persoonlijke manier overbrengen van bestaande dienstverlening, het bespreken van achterstallige huur,…. Huurders kunnen er ook een beroep op doen voor het uitvoeren van klusjes ten laste van de huurder.


37

Het inschakelen van de sociale economie (bv. HISE in Harelbeke) kan een meerwaarde betekenen in woonbegeleiding. Vooral in de gemeenten Harelbeke en Deerlijk moet een dienstverlening vanuit de gemeente/OCMW naar de specifieke doelgroep van (sociale) huurders nog grotendeels worden uitgebouwd. Beide gemeenten wensen dan ook beroep te doen op de reeds opgebouwde ervaring uit andere gemeenten om hun dienstverlening jaar na jaar verder uit te bouwen. JAAR 1 ACTIES - In Harelbeke en Deerlijk wordt hun dienstverlening in de loketten uitgebreid naar de (sociale) huurder door het beschikbaar stellen van info over de gewestelijke huursubsidie, huurwetgeving,… PERSONEELSINZET - De loketmedewerker uit de centrale ploeg zorgt voor informatiedoorstroming over (sociale) huuraangelegenheden naar de loketten in Harelbeke in Deerlijk. BEOOGDE RESULTATEN - In de loketten van alle deelnemende gemeenten/OCMw’s kunnen mensen terecht voor info betreffende huuraangelegenheden: voorbeeldcontracten, opzegmogelijkheden, rechten en plichten, huursubsidie. INDICATOREN - Aantal vragen aan loketten over (sociale) huuraangelegenheden (6 maand registratiesysteem) JAAR 2 ACTIES - In alle gemeenten wordt de dienstverlening uitgebreid met een mogelijke bemiddeling in huurgeschillen. PERSONEELSINZET - De centrale loketmedewerker verdiept zich in deze materie en zorgt voor een informatiedoorstroming naar de gemeenten. Hij kan daarvoor rekenen op inhoudelijke ondersteuning door de huurdersbond. BEOOGDE RESULTATEN - In de loketten van alle deelnemende gemeenten kunnen mensen beroep doen op bemiddeling in huurgeschillen. INDICATOREN - Attest gevolgde bijscholing - Aantal vragen aan loketten over (sociale) huuraangelegenheden, stijging in vergelijking met jaar 1 - Aantal vragen aan loketten over bemiddeling in huurgeschillen (via registratiesysteem)


38

JAAR 3 ACTIES - In Harelbeke en Lendelede worden de mogelijkheden van een reglement betreffende een gemeentelijke huursubsidie voor specifieke doelgroepen bekeken. - In Deerlijk en Kuurne wordt, naar voorbeeld van de andere gemeenten gestart met een centrale wachtlijst voor sociale woningen. PERSONEELSINZET - De projectcoördinator doet de nodige voorbereidingen zoals verzamelen van voorbeeldreglementen. - De lokale trekkers van het lokaal woonoverleg maken een duidelijk agendapunt van de opmaak van een centrale wachtlijst of een gemeentelijk huursubsidiereglement. BEOOGDE RESULTATEN - In Harelbeke en Lendelede is de voorstudie voor de opmaak van een gemeentelijk huursubsidiereglement naar specifieke doelgroepen afgewerkt. - In alle gemeenten bestaat een centrale wachtlijst voor sociale woningen. INDICATOREN - Aantal vragen aan loketten over (sociale) huuraangelegenheden, stijging in vergelijking met jaar 2 - Verslag lokaal woonoverleg Deerlijk en Kuurne waaruit de bespreking van een centrale wachtlijst blijkt - Verslag lokaal woonoverleg Harelbeke en Lendelede waaruit de bespreking van een gemeentelijke huursubsidie blijkt


39

6.2.7

Het nemen van sensibiliseringsmaatregelen op het vlak van wonen

Met sensibilisering wordt een goede doorstroming van correcte informatie voor ogen gehouden. Naast het verzamelen, ter beschikking stellen van een heleboel aan informatie, moeten ook voldoende initiatieven worden genomen om de informatie tot bij de doelgroep te krijgen. Om de informatieoverdracht op een efficiënte en daadkrachtige manier te organiseren wordt geopteerd voor een volledig intergemeentelijke aanpak. De sensibilisering beoogt het overbrengen van volgende info: -

Visie

-

Werking loketten

-

Reglementering

-

Sociale woonprojecten

-

Duurzaamheid/levenslang wonen

De uitbouw van een digitaal loket zal hierin een belangrijke actie zijn. Daarvoor zal het onderdeel rond wonen in de gemeentelijke websites op elkaar worden afgestemd. Er wordt ook geopteerd voor een krachtige intergemeentelijke sensibilisatieactie om een bepaald woonthema extra in de verf te zetten en de opmaak van een woonbrochure waarin het uitgebreide dienstverleningsaanbod duidelijk naar voor komt. Naast de acties hieronder beschreven zal jaarlijks een intergemeentelijk jaarplan worden opgemaakt dat aan de pers zal worden voorgesteld. JAAR 1 ACTIES - Bekendmaking dienstverlening beschikbaar in loketten, bestaande (premie)reglementen via gemeentelijke infokanalen. PERSONEELSINZET - De centrale loketmedewerker staat in voor de opmaak van een voorbeeldartikel. BEOOGDE RESULTATEN - In alle deelnemende gemeenten wordt, minstens in het gemeentelijk infoblad, een artikel gepubliceerd over de dienstverlening met betrekking tot wonen, zodoende enige bekendheid bij de burger te bekomen. INDICATOREN - Gepubliceerd artikel betreffende dienstverlening mbt wonen


40

JAAR 2 ACTIES - Er wordt een intergemeentelijke infocampagne rond een bepaald thema georganiseerd. Een thema zal gekozen worden afhankelijk van de actualiteit, stand van zaken met betrekking tot de uitgebouwde dienstverlening. Dit kan in verschillende vormen worden georganiseerd: een streekuitstap, woonwandeling, een beurs, een promofilmpje,… - Voorbereiden van een sterk uitgebouwde website, zodat in alle gemeenten een vergelijkbaar ‘digitaal loket’ wordt uitgebouwd. PERSONEELSINZET - De projectcoördinator staat in voor de organisatie van de infocampagne en het voorbereiden van een uitgebreid gedeelte rond wonen op de gemeentelijke websites en gebruikt daarvoor de stuurgroep als ondersteuning. - De medewerkers uit de centrale ploeg bieden de nodige inhoudelijke ondersteuning in de organisatie van de infocampagne en uitbouw van het digitaal loket, alsook de interne medewerkers uit de deelnemende gemeenten. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt gezamenlijk een uitgekozen thema mbt wonen in de kijker gezet. - De uitbouw van een digitaal loket is volop in voorbereiding. INDICATOREN - Infocampagne mbt actueel woonthema JAAR 3 ACTIES - In alle gemeenten wordt een woonbrochure opgemaakt waarin het volledig dienstverleningsaanbod wordt voorgesteld. - Lancering van een sterk uitgebouwd gedeelde rond wonen in de gemeentelijke website, in alle gemeenten op een zelfde manier opgebouwd. PERSONEELSINZET - De opmaak van de brochure wordt gecoördineerd door de projectcoördinator en besproken in het lokaal en intergemeentelijk woonoverleg en stuurgroep. - Interne medewerkers uit de gemeenten en de centrale ploeg bieden voldoende inhoudelijke ondersteuning. BEOOGDE RESULTATEN - In alle gemeenten wordt een woonbrochure en vernieuwd gedeelte rond wonen in de gemeentelijke websites (digitaal loket) voorgesteld. INDICATOREN - Woonbrochure per gemeente - Aangepaste website, beschikbare info mbt wonen


41

6.2.8

Het aanbieden van sociaal en technisch advies op het vlak van wonen enerzijds en het aanbieden van begeleiding op maat in het kader van huisvesting anderzijds

Het aanbieden van technisch advies komt reeds voldoende aan bod in de acties 6.2.3, 6.2.4 en 6.2.9. Onder deze actie wordt vooral een meer diepgaande begeleiding in specifieke woonvragen of een ‘integrale woonbegeleiding’ naar kwetsbare groepen verstaan. Vanuit alle OCMW’s wordt op vandaag reeds een basisdienstverlening inzake integrale woonbegeleiding aangeboden, in nauwe samenwerking met de CAW’s en bestaande thuiszorgdiensten. In Harelbeke en Lendelede is bovendien een intern personeelslid aangesteld voor het aanbieden van woonbegeleiding aan kwetsbare groepen: ouderen, personen met een handicap, mensen die in armoede leven,… In Kuurne en Lendelede is vzw Regenboog actief, een dienstencentrum voor personen met een beperking dat ondermeer ook diensten als begeleid wonen aanbiedt. Het is belangrijk om een goede samenwerking/afstemming te zoeken met bestaande initiatieven en de inzet van de centrale ploeg te richten op leemten in de bestaande dienstverlening. Minstens volgende dienstverlening wordt beoogd, met aandacht voor een persoonlijke begeleiding: -

Advies en begeleiding bij de aankoop/huur van een woning

-

Advies en begeleiding bij de renovatie of aanpassing van een woning aan de specifieke wensen van de bewoner

-

Ondersteuning in aanvraag offertes, opvolgen werken

In de bespreking van de centrale ploeg werd eerder reeds vermeld dat onder de technische medewerkers op zoek zal worden gegaan naar minstens één medewerker met een sociaaltechnisch profiel, zodat deze medewerker ook kan worden ingezet voor deze actie. JAAR 1 ACTIES - Organisatie van overleg tussen de verschillende actoren die nu reeds begeleiding op maat aanbieden. - Bekendmaking bestaande initiatieven. PERSONEELSINZET -De sociaal-technische medewerker organiseert het nodige overleg en zorgt voor een totaalbeeld op de reeds bestaande dienstverlening, ondersteund door de projectcoördinator. Hij zorgt voor een informatiedoorstroming betreffende bestaande initiatieven naar alle loketten. BEOOGDE RESULTATEN - Er is een duidelijke vertaling van bestaande dienstverlening naar de burger toe. Vanuit de loketten wordt gericht doorverwezen. INDICATOREN - Verslag van overleg met verschillende actoren - Gepubliceerd artikel in gemeentelijke infobladen over bestaande initiatieven - Aantal vragen aan loket mbt sociaal-technisch advies (6 maand registratiesysteem) - Nota overzicht dienstverlening rond sociaal-technisch advies


42

JAAR 2 ACTIES - Zoeken naar leemten in de bestaande dienstverlening en opbouwen van expertise om de leemten te kunnen opvullen. PERSONEELSINZET - De sociaal-technische medewerker en/of medewerkers uit de gemeenten/OCMW’s volgen indien nodig de gepaste bijscholing om de leemten in de bestaande dienstverlening te kunnen opvullen. Hij organiseert daarvoor het nodige overleg met alle actoren. BEOOGDE RESULTATEN - De leemten in de bestaande dienstverlening zijn gekend door voldoende overleg, evaluatie van de hulpvragen aan de loketten. - De sociaal-technische medewerker en/of medewerkers uit de gemeenten/OCMW’s hebben (indien noodzakelijk) minstens één opleiding gevolgd, toegespitst op de gekende leemten. INDICATOREN - Attest gevolgde bijscholing - Aantal vragen aan loket mbt sociaal-technisch advies, stijging in vergelijking met jaar 1 - Aantal doorverwijzingen naar andere organisaties (registratiesysteem) JAAR 3 ACTIES - Het dienstverleningsaanbod wordt indien nodig uitgebreid, zodoende leemtes in de dienstverlening op te vullen. PERSONEELSINZET - De sociaal-technische medewerker en/of medewerkers uit de gemeenten/OCMW’s bieden aanvullend advies en zorgen voor een optimale inzet van bestaande initiatieven. BEOOGDE RESULTATEN - Bestaande initiatieven en dienstverlening vanuit de gemeenten/OCMW’s vullen elkaar aan, kwetsbare groepen kunnen beroep doen op een ‘integrale woonbegeleiding’ en kunnen minstens rekenen op ondersteuning bij de aankoop of huur van een woning, ondersteuning bij woningaanpassing aan zijn specifieke behoeften (vb. personen met een handicap) of ondersteuning bij het aanvragen van offertes en opvolgen van werken. INDICATOREN - Aantal vragen aan loket mbt sociaal-technisch advies, stijging in vergelijking met jaar 2 (registratiesysteem) - Aantal doorverwijzingen naar andere organisaties (registratiesysteem)


43

6.2.9

Het nemen van initiatieven die duurzaam, ecologisch en energiebewust wonen ondersteunen en die levenslang en aanpasbaar wonen ondersteunen

Duurzaam, ecologisch en energiebewust wonen Energiebesparing is in alle deelnemende gemeenten reeds een aantal jaren een ‘hot’ thema. Op het gebied van financiële ondersteuning zijn reeds veel stappen gezet. Harelbeke, Kuurne en Lendelede bouwden reeds een uitgebreide dienstverlening met betrekking tot huisvestingspremies uit en stapten ook mee in het FRGE-project. Voor de gemeente Deerlijk kwam eerder reeds aan bod dat de uitbouw van een gelijkaardige dienstverlening een concreet actiepunt voor jaar 1 is en beschouwt een instap in het FRGEproject als een reële mogelijkheid. Acties gericht op financiële ondersteuning/advisering zullen dan ook bestaan uit het verderzetten van de bestaande dienstverlening. Evoluties in aanvragen zullen blijken uit het registratiesysteem. Alle gemeenten stapten mee in het project ‘Zuid-West-vlaanderen, energieke regio’, waar onder meer de energiescans door de energiesnoeiersploeg worden in gekaderd. Harelbeke, Deerlijk en Kuurne stapten ook van bij het begin (2008) mee in het provinciale project dat werd opgezet in samenwerking met ZonneWinDT, die bouw- of verbouwtips geeft met betrekking tot energiebesparing. Deze actie werd recentelijk opengetrokken voor de volledige provincie, zodat dit advies in alle deelnemende gemeenten beschikbaar is. Mensen vanuit de ‘doelgroep van de meest behoeftigen’ worden bij het aangaan van een FRGE-lening ook technisch ondersteund door de aanvraag van offertes en opvolging van de werken. Er gaan dus reeds heel wat mensen aan huis om concrete technische ondersteuning te bieden in het uitvoeren van kleine of grotere energiebesparende investeringen. Vanuit hogere overheden is reeds een uitgebreid aanbod (premies, technisch advies) aan ondersteunende maatregelen inzake duurzaam, ecologisch en energiebewust wonen voorhanden. De gemeenten willen in eerste instanties zorgen voor een optimale vertaling van alle bestaande initiatieven naar de burger om in tweede instanties op zoek te gaan naar leemten en die zo mogelijk op te vullen. Levenslang en aanpasbaar wonen Naar analogie met het project van ZonneWinDT startte de provincie begin 2010 ook een samenwerking met Westkans vzw die advies geeft met betrekking tot levenslang wonen. Inwoners uit alle deelnemende gemeenten kunnen van dit aanbod gebruik maken. In Kuurne werd recentelijk een project ‘valpreventie’ opgestart in het kader van locale diensteneconomie. Aan de hand van een checklist worden huizen gescreend op gevaarlijke ‘vallen’, zoals losliggende tapijten, ontbreken van voldoende handvaten,… Na de screening wordt ook een voorstel tot verbetering geformuleerd en de mogelijkheid geboden tot uitvoering ervan, zoals het aanbrengen van extra handvaten, aanbrengen van een antisliplaag onder tapijten,… Deze actie kan ook in de andere gemeenten worden overgenomen. Ook vanuit het Welzijnsconsortium Zuid-West-Vlaanderen werd een actie ‘screening woningaanpassing’ opgezet. Daarvoor werd reeds heel wat overleg gepleegd met een heleboel instanties die nu reeds aan huis gaan, zoals energiesnoeiers, Vlaamse woninginspectie,… In de


44

nabije toekomst zullen ook de nodige vormingen worden georganiseerd om met deze lijst voor het uitvoeren van een algemene woningscreening aan de slag te gaan. JAAR 1 ACTIES - Organisatie van overleg tussen de verschillende actoren die nu reeds advies met betrekking tot energiebesparing en levenslang wonen bieden. - Bekendmaking bestaande ondersteunende initiatieven. PERSONEELSINZET - De sociaal-technische medewerker organiseert het nodige overleg en zorgt voor een totaalbeeld op de reeds bestaande initiatieven/dienstverlening, ondersteund door de projectcoördinator. Hij zorgt voor een informatiedoorstroming betreffende bestaande initiatieven naar alle loketten. BEOOGDE RESULTATEN - Er is een duidelijke vertaling van bestaande dienstverlening naar de burger toe. Vanuit de loketten wordt gericht doorverwezen. INDICATOREN - Verslag over overleg met organisaties actief rond energiebesparing en/of levenslang wonen - Nota overzicht dienstverlening rond energiebesparing en levenslang wonen - Aantal vragen aan loket betreffende energiebesparing en/of levenslang wonen (6 maand registratiesysteem) JAAR 2 ACTIES - Zoeken naar leemten in de bestaande dienstverlening en opbouwen van expertise om de leemten te kunnen opvullen. PERSONEELSINZET - De sociaal-technische medewerker of medewerkers uit gemeenten/OCMW’s volgen indien nodig de gepaste bijscholing. (bv. Vorming rond gebruik van de checklist ‘screening wooningaanpassing’ vanuit het Welzijnsconsortium) BEOOGDE RESULTATEN - De leemten in de bestaande dienstverlening zijn gekend. - De sociaal-technische medewerker of medewerkers uit de gemeenten/OCMW’s hebben minstens één opleiding gevolgd die inspeelt om de gekende leemten in de bestaande dienstverlening. INDICATOREN - Attest gevolgde opleiding - Aantal vragen aan loket betreffende energiebesparing en/of levenslang wonen, stijging in vergelijking met jaar 1 (registratiesysteem)


45

JAAR 3 ACTIES - Het dienstverleningsaanbod wordt uitgebreid met initiatieven dat niet worden geboden door bestaande initiatieven. PERSONEELSINZET - De sociaal-technische medewerker biedt het nodige advies/begeleiding om de leemten op te vullen. BEOOGDE RESULTATEN - Bestaande initiatieven en de sociaal-technische medewerker uit de centrale ploeg vullen elkaar aan, zodat de burger kan genieten van een uitgebreid aanbod inzake duurzaam/ecologisch/energiebewust en/ levenslang/aanpasbaar wonen. INDICATOREN - Aantal vragen aan loket betreffende energiebesparing en/of levenslang wonen, stijging in vergelijking met jaar 2 (registratiesysteem) - Aantal doorverwijzingen naar andere organisaties (registratiesysteem)


46

6.2.10 Het nemen van initiatieven in het kader van een gronden pandenbeleid met het oog op betaalbaar wonen Op 1 september 2009 werd het nieuwe decreet gronden pandenbeleid van kracht, het kader voor het voeren van een gronden pandenbeleid. Dit decreet kan worden samengevat in verschillende grote doelstellingen: -

Het aanbod aan sociale woningen en bescheiden woningen fors laten stijgen

-

Het aandeel verwaarloosde of verkrotte woningen laten dalen

-

Het activeren (en dus tegengaan van speculatie) van leegstaande woningen en onbebouwde percelen.

Wat betreft het aanbod van sociale woningen heeft nog geen enkele gemeente zijn sociaal objectief bereikt. Alle gemeenten dienen dus nog bijkomende sociale woningen te realiseren. Hier zal het lokaal woonoverleg en woonplan opnieuw heel belangrijk zijn. Acties die worden genomen in het kader van de realisatie van sociale woningen, zullen daar dan ook steeds uitgebreid aan bod komen. Aangezien de sociale last alsook de te verwezenlijken bescheiden woningen moeten aangetoond worden in verkavelings- of stedenbouwkundige vergunningen, zal een wisselwerking met het domein ruimtelijke ordening nodig zijn. Gezien verschillende stedenbouwkundig ambtenaren zich voor deze intergemeentelijke samenwerking engageren, zou deze doelstelling tot een automatisme moeten uitgroeien. Wat betreft de aanpak van verwaarlozing en verkrotting wordt een onderscheid gemaakt tussen gemeentelijke verplichtingen, zoals de opmaak van een inventaris leegstand en onbebouwde percelen, en de mogelijkheden die een gemeente heeft om een actieve rol op te nemen door het nemen van acties zoals het uitoefenen van voorkooprecht, de afbakening van een bijzonder gebied, het opstellen van een reglement sociaal wonen. Het verzamelen van informatie van de mogelijkheden van een woonregie en/of het voeren van een actief grondbeleid is aangewezen. Mogelijks kan dergelijke informatie een vervolg bieden op de nu voorgelegde driejarige durende samenwerking. De gemeentes zijn verplicht onbebouwde percelen en leegstand bij te houden in een register. Op heden voeren de gemeenten hun verplichting uit, maar werken niet altijd op een proactieve manier. Dergelijke registers moeten tevens als een monitoringinstrument gezien worden, op basis waarvan een beleid, o.m. de reglementering/heffingen (zie eerder), kan uitgetekend worden.


47

JAAR 1 (resultaat ook voor jaar 2 en 3) ACTIES - De leegstandsregisters worden op gemeentelijk niveau (en niet alleen via gegevens aangereikt door het gewest) geactualiseerd i.f.v. een pro-actief beleid en niet louter volgend uit de verplichting van een leegstandsregister. - Indien gemeentes bijstand nodig hebben inzake de registers onbebouwde percelen, kunnen zij beroep doen op de intergemeentelijke samenwerking. PERSONEELSINZET - De medewerkers werken een methodiek uit om leegstand (of onbebouwde percelen) op eenvoudige en zo volledig mogelijke wijze te detecteren middels de aanwezige databanken in de gemeenten, en begeleiden/zien toe op een correcte digitalisering van het register. Zij worden hiervoor bijgestaan door het bestaande gemeentepersoneel. BEOOGDE RESULTATEN - Het leegstandsregister en register onbebouwde percelen wordt jaarlijks geactualiseerd (ook in jaar 2 en jaar 3). INDICATOREN - Jaarlijks geactualiseerd leegstandsregister per gemeente - Jaarlijks geactualiseerd register onbebouwde percelen per gemeente


48

6.4

Personeelsinzet per activiteit en per jaar

4,5 VTE wordt volledig ingezet voor dit intergemeentelijk project. Daarnaast zullen in alle gemeenten personeelsleden zijn die op verschillende manier bijdragen aan het project: door het aanbieden van informatie, versterken van de loketten, ondersteunen in beleidsvoorbereidend werk. De 4,5 VTE die volledig aan het project worden toegekend, kunnen als volgt worden opgesplitst: - Bestaand personeel (afgerond): - 0.10 vte master - 0.50 vte bachelor - 0.40 vte administratief - Nieuwe medewerkers (centrale ploeg): - 1 vte projectleider - 1 vte technisch medewerker - 0.50 vte technisch medewerker - 1 vte loketmedewerker Hieronder wordt de personeelsinzet per activiteit en per jaar weergegeven. Dit vormt echter voor een aantal elementen een ‘artificiële’ oefening. De uitvoering van verschillende activiteiten is immers vaak met elkaar gelinkt. Zo zal woonoverleg soms tot doel hebben visie te ontwikkelen of de discussie over een nieuw reglement te voeren. Daarnaast is het wenselijk dat tussen de verschillende expertises (technische kennis, beleidskennis, juridische kennis, welzijnskennis, ...) een samenwerking ontstaat. Toch werd gepoogd dit zo consequent mogelijk te doen op basis van de vereisten in het model van subsidie-aanvraag. Vermoedelijk zal de personeelsverdeling over de verschillende activiteiten voor jaar 2 en 3 bijgesteld moeten worden op basis van de evaluatie van de voorgaande jaren. Dit zal echter later in de jaarplanningen concreter uitgewerkt worden.


49

JAAR 1 Bestaand personeel

Nieuwe centrale ploeg

Inzet Projectcoördinator (sociaal-) Loketmedewerker Totaal Inzet Inzet technisch gemeenten gemeenten gemeenten medewerker masters bachelors administratief vte Visie

vte

vte

vte

0,10

Woonoverleg

0,10

Basisinformatie

0,10

Aanpak kwaliteit Reglementering

0,40

vte

vte

0,20

0,30

0,20

0,30

0,10

0,20

0,10

0,10

0,70

0,10

0,10

0,60

0,20

0,10

Woonbegeleiding

0,15

0,15

0,25 0,25

0,25

pandenbeleid

0,10

Algemene werking: coördinatie en administratie

0,20

totaal

0,15 0,25

Duurzaamheid

0,10

0,50

0,40


1,00

1,40 0,90

Huurder Sensibilisering

vte

0,10

0,10

0,35 0,20 0,20

1,50

1,00

50

4,50



Inzet Inzet Inzet Projectcoördinator (sociaal-) Loketmedewerker Totaal gemeenten gemeenten gemeenten technisch masters bachelors administratief medewerker vte

vte

vte

vte

Visie Woonoverleg

0,10

vte

0,10

0,20

0,10

0,10

0,20

Aanpak kwaliteit

0,10

0,20

0,70

0,10

0,10

0,10

0,15

0,10

0,60

0,30

Woonbegeleiding

0,25

Duurzaamheid

0,25

pandenbeleid

0,10

Algemene werking: coördinatie en administratie

0,20

totaal

0,10

0,50

0,40


1,00

1,40 1,00


vte 0,05

Basisinformatie

Reglementering

0,40

vte 0,05

0,20

0,20

0,10

0,35 0,25

0,10

0,10

0,35 0,20 0,20

1,50

1,00

51

4,50



Inzet Projectcoördinator (sociaal-) Loketmedewerker Totaal Inzet Inzet technisch gemeenten gemeenten gemeenten medewerker masters bachelors administratief vte

vte

vte

vte

Visie Woonoverleg

0,10

Basisinformatie

0,10

Aanpak kwaliteit Reglementering

0,40

vte

vte

0,10

0,10

0,15

0,25

0,15

0,20

0,10

0,10

0,70

0,10

0,10

0,60

0,10

0,90

0,10

Woonbegeleiding pandenbeleid

0,15

0,15

0,35 0,25

0,25 0,10

0,10

Algemene werking: coördinatie en administratie totaal

0,15 0,25

Duurzaamheid

0,10

0,10

0,50

0,40


1,00

0,35 0,30

0,20

0,10

1,45 0,20


vte

0,20

1,50

1,00

52

4,50

6.4.1

Overzicht inzet centrale ploeg per gemeente (return)

De inzet van de centrale ploeg per gemeente wordt tevens besproken in 4.1 en 4.2. Daarbovenop is bij iedere gemeente personeel actief binnen de doelstellingen van het subsidiebesluit die niet in dit project ingeschreven wordt. Binnen dit project is het belangrijk een goede kennisoverdracht te garanderen, enerzijds tussen de gemeenten onderling (als meerwaarde van het samenwerken) en anderzijds tussen de centrale personeelsploeg en de gemeenten (eigen gemeentelijk personeel) in het kader van een goede doorwerking. Dit wordt verzekerd met drie ingrepen: -

Op beleidsniveau vindt het beheerscomité plaats

-

minstens 4 keer per jaar wordt een stuurgroep georganiseerd waar alle gemeenten hun vragen/wensen/ideeën/opmerkingen zullen kwijtkunnen en in het begin van het project vooral de projectcoördinator zal worden aangestuurd

-

De kennis die in de centrale ploeg aanwezig is (en via werkoverleg doorgegeven wordt) krijgt zijn plaats op gemeentelijk niveau via de aanwezigheid van de centrale ploeg in alle gemeenten en intergemeentelijke overlegmomenten.

6.5

Voorziene startdatum

Indien de subsidiëring in november 2010 wordt toegekend, kan het project in maart 2011 van start gaan. De centrale ploeg zal operationeel zijn uiterlijk 1 april 2011.


53

7 7.1

Meerjarenbegroting Personeelskosten per personeelslid

Er wordt vanuit de gemeenten samen 1vte personeel ingezet volgens een verdeelsleutel op basis van het aantal huishoudens. De werkelijke kosten van de ingezette personeelsleden worden als basis genomen en verrekend naar hun aandeel. niveau Bestaand personeel Deerlijk

Harelbeke Harelbeke Kuurne Lendelede

bachelor (B) administratief medewerker (C) master (A) bachelor (B) bachelor (B)

aandeel (%) 19,57

totaal

kost kost kost werkjaar 1 werkjaar 2 werkjaar 3 (€) (€) (€) 10319 10255 10470

38,01 10,00 22,77 9,65

19323 6664 11275 4513

19323 6664 11788 4608

20016 6983 12020 4608

100%

52095

52639

54097

Daarnaast worden 3,5 vte nieuwe personeelsleden aangeworven. De personeelskosten zijn ingeschat op basis van de barema’s van het gemeentepersoneel. Uiteraard kunnen deze bedragen variëren, al naargelang de specifieke situatie van elk nieuw aan te werven personeelslid (bv. inbreng relevante ervaring e.d.). Er werd rekening gehouden met een stijging van 2% per werkingsjaar. niveau Nieuw personeel projectleider 1vte loketmedewerker/adviseur 1vte technisch medewerker 1vte technisch medewerker 0,5vte

kost kost kost werkjaar 1 werkjaar 2 werkjaar 3 (€) (€) (€)

bachelor (B) bachelor (B) bachelor (B) bachelor (B)

totaal

45000

45900

46818

45000

45900

46818

45000

45900

46818

23000

23460

23929

158000

161160

164383

De totale personeelskost per werkingsjaar bedraagt aldus

Personeel bestaand

kost kost kost werkjaar 1 werkjaar 2 werkjaar 3 (€) (€) (€) 52095 52639 54097

nieuw

158000

161160

164383

totaal

210095

213799

218480


54

7.2

Personeelskost per activiteit

Deze personeelskosten werden berekend op basis van de personeelsinzet zoals weergegeven in tabel op blz 50 tot en met 52 en op basis van de personeelskosten van het bestaand personeel en ramingen van personeelskosten van het nieuw personeel.

Activiteit Visie Woonoverleg Basisinformatie Aanpak kwaliteit Reglementering Huurder Sensibilisering Woonbegeleiding Duurzaamheid pandenbeleid Algemene werking: coördinatie en administratie

Jaar 1 Personeelskost (excl. werkingskost) € 15664 14222 65111 41455 9722 6750 11972 11333 15833 9033



9000 210095

9180 213798

9364 218480

Totaal 7.3

Werkingskosten

De werkingskosten zijn een inschatting van energiekosten, telefoonkosten, administratiekosten, verbruiksgoederen (drukwerk, postzegels, …), dienstverplaatsingen, vorming, aanwervingskosten,…. . Door de aanwervingskosten en software (los van laptops) liggen de werkingskosten het eerste jaar hoger dan de daarop volgende jaren. In werkingsjaar 1 zijn ook zgn. investeringskosten noodzakelijk zoals laptops, digitale fototoestellen, gsm’s, e.d.

Kosten werkingskosten investeringskosten totaal

werkjaar 1 werkjaar 2 werkjaar 3 (€) (€) (€) 40000 25000 23500 11000 51000

25000


23500

55

7.4

Financiering

Financiering

werkingsjaar 1 (€)



131309

133624

136550

74864

59700

60495

10255 1382

10470 1252

25988

26999

Vlaams Gewest Gemeenten samen (minstens 25%) Deerlijk personeelsinbreng financiële bijdrage

10319 4456

Harelbeke

personeelsinbreng

25988

financiële bijdrage personeelsinbreng

10931

3390

3072

Kuurne

11788 1608

12020 1457

Lendelede

financiële bijdrage personeelsinbreng

11275 5185

financiële bijdrage Provincie West-Vlaanderen (max 30%) totaal

8

4513

4608

4608

2197

681

617

54922

45475

44935

261095

238799

241980

Begroting eerste werkingsjaar (april 2011 tot en met maart 2012)

UITGAVEN 3,5 nieuwe medewerkers coördinator/beleidsmedewerker (B) adviseur/loketmedewerker (B) 1/2 technisch medewerker (B) technisch medewerker (B ) 1 VTE bestaande medewerker (a rato HH) adviseur/loketmedewerker Deerlijk (B) adviseur/loketmedewerker Harelbeke (deels A, deels C) adviseur/loketmedewerker Kuurne (B) adviseur/loketmedewerker Lendelede (B) totaal personeel investeringskosten werkingskosten totaal uitgaven

45000€ 45000€ 23000€ 45000€ 10319€ 25988€ 11275€ 4513€ 210095€ 11000€ 40000€ 261095€

INKOMSTEN Vlaams Gewest Provincie West-Vlaanderen (max 30%) Gemeenten samen (minstens 25%) totaal inkomsten


131309€ 54922€ 74864€ 261095€

56

Bijlage C: samenstelling beheerscomité en stuurgroep Samenstelling beheerscomité functie 1.

schepen

Gemeente Deerlijk

2.

schepen

Stad Harelbeke

3.

schepen

Gemeente Kuurne

4.

schepen

Gemeente Lendelede

5.

voorzitter

OCMW Deerlijk

6.

voorzitter

OCMW Harelbeke

7.

voorzitter

OCMW Kuurne

8.

voorzitter

OCMW Lendelede

9.

afgevaardigde

Provincie West-Vlaanderen

(voorlopige) samenstelling stuurgroep (definitieve samenstelling te bepalen door het beheerscomité) Beheerscomité + - Gemeentelijke ambtenaren huisvesting en sociale dienst OCMW - Gewest Vlaanderen - Provincie West-Vlaanderen - Intercommunale Leiedal - Welzijnsconsortium Zuid-West-Vlaanderen - Sociale huisvestingsmaatschappijen - Sociale verhuurkantoren - Caw’s …


57

SUBSIDIEAANVRAAG: Interlokale vereniging wonen DHKL Deerlijk, Harelbeke, Kuurne en Lendelede. Ondersteuning van het lokaal woonbeleid

Recommend Documents