Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959
Gedragscode
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 1 van 11
Inhoudsopgave Inleiding .................................................................................................................................................................. 3
A. Algemene bepalingen ......................................................................................................................................... 3 Artikel 1
Definities ....................................................................................................................................... 3
Artikel 2
Doel ............................................................................................................................................... 5
Artikel 3
Normen .......................................................................................................................................... 5
B. Gedragsregels ..................................................................................................................................................... 6 Artikel 4
Vertrouwelijkheid .......................................................................................................................... 6
Artikel 5 Artikel 6
Relatiegeschenken ed., nevenfuncties, het deelnemen in andere instellingen, zakelijke relaties en pensioenfondseigendommen ..................................................................................................... 6 Melding van (potentiële) belangenconflicten ................................................................................ 7
Artikel 7
Regeling koersgevoelige informatie .............................................................................................. 7
C. Aanvullende gedragsregels voor betrokkenen .................................................................................................... 8 Artikel 8
Algemene uitgangspunten met betrekking tot privé beleggingstransacties.................................... 8
Artikel 9
Gedragsregels met betrekking tot privé effectentransacties ........................................................... 8
Artikel 10
Toezicht op privé beleggingstransacties van betrokkenen ............................................................. 9
D. Aanvullende gedragsregels voor insiders ........................................................................................................... 9 Artikel 11
Privé effectentransacties van insiders .......................................................................................... 9
Artikel 12 insiders
Melding van privé effectentransacties van insiders en andere privé beleggingstransacties van ....................................................................................................................................................... 9
Artikel 13
Aanvullend toezicht op privé beleggingstransacties van insiders ................................................ 9
E. Nalevingsbepalingen ........................................................................................................................................ 10 Artikel 14
Compliance officer en onderzoek .............................................................................................. 10
Artikel 15
Overeenkomst en jaarlijkse verklaring van naleving ................................................................. 11
Artikel 16
Sancties ...................................................................................................................................... 11
Artikel 17
Advies en bezwaar ..................................................................................................................... 11
Artikel 18
Onvoorziene gevallen ................................................................................................................ 11
Artikel 19
Ingangsdatum ............................................................................................................................. 11
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 2 van 11
Inleiding Deze gedragscode omvat een aantal regels en richtlijnen ter voorkoming van conflicten tussen de belangen van de Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959, hierna te noemen “het pensioenfonds” en de privé belangen van degenen die bij de activiteiten van het pensioenfonds zijn betrokken en die niet op andere wijze zijn onderworpen aan het gedragstoezicht als bedoeld in artikel 2 van deze gedragscode of aan daarmede vergelijkbaar buitenlands gedragstoezicht.
In tabel 1 is aangekruist welke artikelen van de gedragscode op verbonden personen, betrokkenen respectievelijk insiders van toepassing zijn. Tabel 1. Toepasselijke artikelen in de gedragscode op de te onderscheiden groepen personen
Verbonden personen Betrokkenen Insiders
Artikelnummers 1 t/m 7 8 t/m 10 x x x x x
11 t/m 13
x
14 t/m 19 x x x
A. Algemene bepalingen Artikel 1
*
Definities
1.1
Verbonden personen*: a. alle medewerkers van het pensioenfonds, onafhankelijk van de duur waarvoor of de juridische basis waarop zij werkzaam zijn. De gedragscode geldt derhalve ook voor personen werkzaam op oproepbasis en voor adviseurs in een Beleggingsadviescommissie. b. de werknemers die voor het fonds werkzaamheden verrichten, maar niet bij het pensioenfonds in dienst zijn. c.. andere (categorieën) personen aangewezen door het bestuur van het pensioenfonds.
1.2
Betrokkenen: de verbonden personen die direct of indirect bij beleggingstransacties van het pensioenfonds betrokken zijn, dan wel anderszins uit hoofde van hun functie of positie over koersgevoelige informatie of andere vertrouwelijke marktinformatie beschikken of kunnen beschikken. Hiertoe behoren in ieder geval alle bestuurders van het pensioenfonds.
1.3
Insiders: de betrokkenen die uit hoofde van hun functie of positie regelmatig over koersgevoelige informatie of andere vertrouwelijke marktinformatie beschikken of kunnen beschikken. Daartoe behoren in ieder geval: a. managers en directieleden b. bestuurders van het pensioenfonds voorzover zij belast zijn met de dagelijkse leiding van het pensioenfonds c. interne medewerker die aangewezen is als de compliance officer.
Verbonden personen, betrokkenen, insiders en derden zijn mannelijke woorden. In dit verband zal dan ook ‘hij’ of ‘hem’ worden gebruikt,
ook als het vrouwen betreft.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 3 van 11
1.4 Gelieerde derden: a. Echtgenoot, echtgenote of partner van de insider; b. Bloed- en aanverwanten van de insider tot in de tweede graad; c. Personen die tot het huishouden van de insider behoren; d. Lasthebbers en vermogensbeheerders (niet zijnde vrije-hand-beheerders), voorzover handelend ten behoeve van de insider; e. Rechtspersonen en beleggingsclubs waarin de insider zeggenschap heeft of adviezen geeft ten aanzien van het beleggingsbeleid. 1.5
Waar in de gedragscode gesproken wordt over de directie of de algemeen directeur moet, indien het pensioenfonds geen directie of (algemeen) directeur heeft, worden gelezen het bestuur van het pensioenfonds, respectievelijk de voorzitter van dat bestuur.
1.6
Privé effectentransactie: het anders dan in de uitoefening van zijn functie of positie verrichten, doen verrichten of bewerkstelligen van enige handeling, middellijk of onmiddellijk, voor eigen rekening of ten behoeve van een derde, tot aankoop of verkoop van een of meer effecten.
1.7
Privé beleggingstransactie: a. privé effectentransactie, en/of b. privé transactie met als doel het ontvangen van een vergoeding voor de risico's voor het beschikbaar stellen van geld, spaarrekeningen hiervan uitgezonderd, zoals bijvoorbeeld in onroerend goed, hypotheken, grondstoffen en materialen (z.g. commodities) in een beleggingsinstelling, of in andere financiële instrumenten dan effecten. Van deze laatste categorie zijn uitgezonderd deelnemingsrechten in kleine, particuliere beleggingsclubs met een in te leggen geldbedrag van jaarlijks maximaal € 9.075,60 of zoveel als wettelijk jegens particuliere beleggingsclubs is toegestaan.
1.8
Effecten: a. effecten in de zin van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, zijnde 1. aandeelbewijzen, schuldbrieven, winst- en oprichtersbewijzen, optiebewijzen, warrants, en soortgelijke waardepapieren; 2. rechten van deelgenootschap, opties, rechten op overdracht op termijn van goederen, inschrijvingen in aandelen- en schuldregisters, en soortgelijke, al dan niet voorwaardelijke, rechten; 3. certificaten van waarden als hiervoor bedoeld; 4. recepissen van waarden als hiervoor bedoeld; b. overige financiële instrumenten, waaronder SWAPS.
1.9
Koersgevoelige informatie: een niet-openbare bijzonderheid omtrent een rechtspersoon, vennootschap of instelling of omtrent de handel in de effecten van die rechtspersoon, vennootschap of instelling waarvan openbaarmaking, naar redelijkerwijs is te verwachten, invloed zal kunnen hebben op de prijs van de effecten van die rechtspersoon, vennootschap of instelling.
1.10 Voorwetenschap: bekendheid met een bijzonderheid omtrent de rechtspersoon, vennootschap of instelling, waarop de effecten betrekking hebben of omtrent de handel in effecten: a. die niet openbaar is gemaakt; en b. waarvan openbaarmaking, naar redelijkerwijs is te verwachten, invloed zou kunnen hebben op de koers van de effecten, ongeacht de richting van die koers. 1.11 Compliance officer: de als zodanig door de voorzitter van het bestuur aangewezen medewerker en/of een externe accountant. De secretaris van het bestuur of de externe accountant is belast met het gedragstoezicht op de compliance officer.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 4 van 11
Artikel 2 2.1
Doel
Doel van deze gedragscode is het uitvoering geven aan de DNB-regeling Gedragscode pensioen- en spaarfondsen 2004 (Regeling gedragscode) en aan Paragraaf 9a en Bijlage 3a van de Nadere Regeling gedragstoezicht effectenverkeer 2002 (NRg 2002), zoals van kracht op de ingangsdatum van deze gedragscode. Deze gedragscode geeft regels en richtlijnen voor alle aan het pensioenfonds verbonden personen: a. ter voorkoming van verstrengeling van belangen van het pensioenfonds en de privé-belangen van voornoemde personen; b. ter vermijding van gebruik of verspreiding van koersgevoelige of andere vertrouwelijke marktinformatie c.q. van misbruik en oneigenlijk gebruik van bij het pensioenfonds voorhanden vertrouwelijke informatie; c. ter voorkoming van koersmanipulatie en andere misleidende handelingen.
2.2
Het uitgangspunt van de gedragscode is de transparantie te bevorderen en ervoor te zorgen dat alle aan het pensioenfonds verbonden personen, ook voor bescherming van hun eigen belangen, duidelijk weten wat wel en wat niet geoorloofd is. De gedragscode is tevens bedoeld ter bescherming van de aan een pensioenfonds verbonden personen in hun externe contacten met o.a. zakelijke relaties.
2.3
De gedragscode draagt mede bij aan het integer functioneren van het pensioenfonds ten behoeve van al diegenen die bij het pensioenfonds belang hebben en tot het waarborgen van de goede naam en reputatie van het pensioenfonds.
2.4
Voor zover personen die onder de gedragscode vallen ook onder een algemene gedragscode vallen in het kader van hun arbeidsovereenkomst worden de bepalingen van de algemene gedragscode beschouwd als een aanvulling op de gedragscode, en een nadere uitwerking daarvan.
2.5
Een aan een pensioenfonds verbonden uitvoeringsorganisatie dient over een gedragscode te beschikken die minimaal gelijkwaardig is aan de gedragscode van het pensioenfonds
2.6
Het is niet toegestaan derden te betrekken bij handelingen die in strijd zijn met de gedragscode.
2.7
Deze gedragscode werkt de gedragsregels van de toezichthouders DNB en AFM uit. De verbonden persoon dient te allen tijde te voldoen aan de overigens geldende wet- en regelgeving ter zake.
Artikel 3 3.1
Normen
Van iedere verbonden persoon wordt verwacht dat hij zich onder alle omstandigheden zal gedragen volgens de hoogste normen van de bedrijfsethiek. Dit betekent dat alle verbonden personen moeten voorkomen dat hun privé-belangen in conflict komen c.q. verstrengeld raken met de belangen van het pensioenfonds, dan wel dat de schijn wordt opgewekt dat zulks het geval zou zijn. Dit geldt ook bij alle contacten met derden.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 5 van 11
B. Gedragsregels Artikel 4 4.
Vertrouwelijkheid
De verbonden persoon mag geen informatie over zaken -inclusief de individuele pensioengegevens- en beleggingen van het pensioenfonds waarvan hij weet of redelijkerwijs behoort te weten dat die informatie vertrouwelijk is en die hem ter kennis is gekomen, aan derden bekend maken of ten eigen voordele of ten behoeve van anderen dan het fonds gebruiken.
Artikel 5
Relatiegeschenken ed., nevenfuncties, het deelnemen in andere instellingen, zakelijke relaties en pensioenfondseigendommen
5.1
Aanvaarden van relatiegeschenken, uitnodigingen e.d. Verbonden personen dienen te voorkomen dat ze in een situatie geraken waarin het accepteren van een relatiegeschenk of uitnodiging voor enige vorm van entertainment van een zakelijke relatie of aspirant relatie hun beslissingen kan beïnvloeden. Het is niet toegestaan dat ook maar de schijn van mogelijkheid van beïnvloeding wordt gewekt. Daarom dienen verbonden personen voorzichtig en terughoudend om te gaan met het aanvaarden van relatiegeschenken en uitnodigingen, en aanvaarding daarvan onmiddellijk te melden bij de compliance officer. Ook pogingen van (aspirant) relaties tot beïnvloeding dienen onmiddellijk te worden gemeld bij de compliance officer. In geval van twijfel omtrent aanvaarding of beïnvloeding dient men advies te vragen aan de compliance officer.
5.2
Waarde van relatiegeschenken Het in ontvangst nemen van relatiegeschenken dient in ieder geval beperkt te blijven tot kleine attenties waarvan de commerciële waarde niet meer dan € 50,- bedraagt. De directeur van het pensioenfonds bepaalt of relatiegeschenken dienen te worden ingeleverd.
5.3
Aanvaarden van giften In aanvulling op het voorgaande is het niet toegestaan geld, goederen of diensten in welke vorm dan ook te accepteren van derden, behoudens het in de artikelen 5.2 en 5.4 bepaalde. Een dergelijk aanbod dient onmiddellijk gemeld te worden aan de compliance officer.
5.4
Uitnodigingen Uitnodigingen voor reizen, seminars, bedrijfsbezoeken en andere bijeenkomsten in Nederland of het buitenland worden slechts aanvaard na goedkeuring door de directeur. Voor reizen geldt bovendien dat het alleen om groepsreizen mag gaan. Meereizen van partners (anders dan op eigen kosten) is niet toegestaan, tenzij het doel van de reis dat vraagt en ook andere participanten partners kunnen meenemen. Teneinde de onafhankelijkheid t.o.v. derden te waarborgen zijn de reis- en verblijfskosten van de verbonden persoon (en diens partner) steeds voor rekening van het pensioenfonds.
5.5
Geven van relatiegeschenken Relatiegeschenken worden nimmer gegeven, behalve voor zover de commerciële waarde niet meer dan € 50,bedraagt.
5.6
Nevenfuncties Het is niet toegestaan, behoudens goedkeuring van de voorzitter van het bestuur, nevenfuncties (waaronder in ieder geval begrepen maar niet gelimiteerd tot: commissariaten, adviseurschappen en lidmaatschap van beleggingscommissies van andere pensioenfondsen) te aanvaarden of te vervullen bij bedrijven en instellingen waarmee het pensioenfonds zakelijke contacten onderhoudt. Bij de afweging of goedkeuring zal worden verleend, zal als leidraad dienen of sprake is van nevenfuncties welke de schijn hebben of kunnen opwekken van een conflicterend belang met de functie van de verbonden persoon binnen het pensioenfonds.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 6 van 11
5.7
Financiële belangen in zakelijke relaties Indien de verbonden persoon financiële belangen heeft in een bedrijf of instelling, welke voorkomt op de lijst van bedrijven en instellingen waarmee het pensioenfonds zaken doet, of waarmee het pensioenfonds waarschijnlijk zaken zal gaan doen, kan sprake zijn van een (potentieel) belangenconflict en daarom dienen deze belangen onmiddellijk gemeld te worden bij de compliance officer.
5.8
Pensioenfonds leveranciers/aannemers e.d. Privé gebruik door verbonden personen van diensten van leveranciers, aannemers, makelaars in onroerend goed, onderhoudsdiensten en/of andere zakelijke dienstverleners waarmee het pensioenfonds zakelijke contacten onderhoudt, is niet toegestaan, behoudens goedkeuring door de voorzitter van het bestuur. De voorzitter kan geen toestemming geven als geen sprake is van marktconforme voorwaarden.
5.9
Eigendommen van pensioenfondsen Zonder voorafgaande toestemming van de directeur is gebruik door een verbonden persoon van eigendommen van pensioenfonds voor privé doeleinden niet toegestaan. Intellectuele eigendom van specifieke, door het pensioenfonds ontwikkelde en niet openbaar gemaakte beleggingsinstrumenten of analysemodellen dient overeenkomstig de voorwaarden daarvan behandeld te worden. Gebruik voor privé doeleinden of openbaarmaking ervan naar derden is niet toegestaan zonder voorafgaande toestemming van de directeur.
5.10 Goedkeuring directeur Indien in dit artikel toestemming of goedkeuring van de directeur wordt vereist dan dient in gevallen waarin de directeur toestemming nodig heeft de directeur toestemming te vragen aan de voorzitter van het bestuur. Indien een bestuurslid toestemming nodig heeft wordt toestemming gevraagd aan de voorzitter van het bestuur. Indien de voorzitter van het bestuur toestemming nodig heeft dan wordt die gevraagd aan een vooraf aangewezen onafhankelijke externe persoon.
Artikel 6 6
Melding van (potentiële) belangenconflicten
De verbonden persoon is verplicht elk (potentieel) belangenconflict te melden aan de compliance officer. Indien de verbonden persoon twijfelt omtrent de uitleg of de toepassing van de gedragscode, is hij verplicht het advies van de compliance officer in te winnen.
Artikel 7
Regeling koersgevoelige informatie
7.1
De verbonden persoon dient de uiterste zorgvuldigheid te betrachten in de behandeling van informatie waarvan hij weet of redelijkerwijs geacht moet worden te weten dat deze informatie moet worden aangemerkt als koersgevoelige informatie of andere vertrouwelijke marktinformatie
7.2
De verbonden persoon, anders dan de insider, die regelmatig beschikt over informatie als bedoeld in artikel 7.1, rapporteert dit aan de compliance officer.
7.3
Tenzij een zorgvuldige uitoefening van zijn functie anders vereist, onthoudt de verbonden persoon zich van verspreiding van informatie als bedoeld in artikel 7.1.
7.4
De verbonden persoon die met betrekking tot effecten beschikt over informatie als bedoeld in artikel 7.1, onthoudt zich van het verrichten van transacties of het aanzetten tot het verrichten van transacties, zowel rechtstreeks als middellijk, in die effecten, dan wel van het daarover te adviseren, anders dan van hem bij een zorgvuldige uitoefening van zijn functie mag worden verwacht.
7.5
Iedere verbonden persoon is desgevraagd gehouden alle informatie aan de compliance officer te verschaffen in het kader van de strikte naleving van de Regeling koersgevoelige informatie
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 7 van 11
C. Aanvullende gedragsregels voor betrokkenen
Artikel 8
Algemene uitgangspunten met betrekking tot privé beleggingstransacties
8.1
Er mag nooit een verband bestaan tussen beleggingstransacties die het pensioenfonds tot stand brengt of doet komen en een privé beleggingstransactie van de betrokkene.
8.2
De betrokkene dient zich te onthouden van elk gebruik van koersgevoelige informatie of anderszins vertrouwelijke informatie, en dient voorts iedere vermenging van zakelijke en privé belangen respectievelijk de redelijkerwijs voorzienbare schijn daarvan, te vermijden.
8.3
Een informatievoorsprong waarover de betrokkene uit hoofde van zijn functie of anderszins beschikt, mag nooit worden gebruikt voor het trachten te behalen van een persoonlijk voordeel door middel van privé beleggingstransacties.
8.4
De betrokkene dient terughoudendheid te betrachten bij privé beleggingstransacties, waarbij hij zich dient te onthouden van privé beleggingstransacties die als excessief of in hoge mate speculatief kunnen worden aangemerkt.
8.5
De betrokkene dient zorgvuldig om te gaan met beschikbare informatie uit de zakelijke sfeer. Deze informatie dient gescheiden te blijven van zijn privé-sfeer.
8.6
De betrokkene dient te voorkomen dat hij privé zo nauw betrokken raakt bij een relatie van het pensioenfonds, dat gevaar bestaat voor het gebruik van voorwetenschap of een ongewenste vermenging van zakelijke en privé belangen.
Artikel 9
Gedragsregels met betrekking tot privé effectentransacties
9.1
Indien de betrokkene over koersgevoelige informatie beschikt, mag deze informatie uitsluitend worden gebruikt voor een goede taakuitvoering van de betrokkene en mag de betrokkene zelf geen daarmee in verband staande privé effectentransacties verrichten.
9.2
Het is de betrokkene niet toegestaan binnen vierentwintig uur na het geven van een opdracht voor een privé effectentransactie of de uitvoering van deze opdracht, een opdracht te geven voor een aan deze order tegengestelde privé effectentransactie, met betrekking tot effecten van hetzelfde fonds of aan dat fonds gerelateerde effecten.
9.3
Het is de betrokkene niet toegestaan een privé effectentransactie te verrichten naar aanleiding van of vooruitlopend op effectenorders van het pensioenfonds waar de betrokkene werkzaam is.
9.4
Het is de betrokkene niet toegestaan om een privé effectentransactie te verrichten waarover hij kennis draagt door middel van een nog niet gepubliceerde analyse.
9.5
Tenzij een zorgvuldige uitoefening van zijn functie zulks vereist of wettelijk daartoe verplicht, is het de betrokkene niet toegestaan op welke wijze dan ook, direct of indirect, geheel of gedeeltelijk, koersgevoelige informatie aan derden te verstrekken of daaromtrent te doen blijken.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 8 van 11
Artikel 10 Toezicht op privé beleggingstransacties van betrokkenen 10.1 De betrokkene onderschrijft dat de compliance officer bevoegd is een onderzoek in te (doen) stellen met betrekking tot enige beleggingstransactie verricht door, in opdracht van of ten behoeve van de betrokkene. 10.2 De compliance officer is bevoegd over de uitkomst van dit onderzoek schriftelijk te rapporteren aan de voorzitter van het hoogste bestuursorgaan van het pensioenfonds. Alvorens de compliance officer schriftelijk rapporteert over de voorlopige uitkomst van het onderzoek dient de betrokkene gelegenheid te hebben gehad te reageren op die uitkomst van het onderzoek. De betrokkene wordt door de voorzitter van het hoogste bestuursorgaan van de definitieve uitkomst van het onderzoek in kennis gesteld. 10.3 De betrokkene is in het kader van een strikte naleving van de gedragscode gehouden desgevraagd alle informatie met betrekking tot een door hem of ten behoeve van hem verrichte privé beleggingstransactie aan de compliance officer te verstrekken. 10.4 De betrokkene is verplicht desgevraagd opdracht te geven aan het pensioenfonds waar hij werkzaam is, een andere instelling, lasthebber, beleggingsinstelling of andere persoon, de compliance officer alle informatie omtrent enige ten behoeve van hem of in zijn opdracht verrichte privé beleggingstransactie te verstrekken.
D. Aanvullende gedragsregels voor insiders
Artikel 11
Privé effectentransacties van insiders
11.1 Het is de insider niet toegestaan een privé effectentransactie te verrichten, indien daardoor redelijkerwijs de schijn kan worden gewekt dat hij daarbij beschikte of kon beschikken over koersgevoelige informatie. 11.2 De insider is gehouden te bewerkstelligen dat lasthebbers of vermogensbeheerders (niet zijnde vrije-handbeheerders) een verklaring afgeven dat zij bij het verrichten van privé effectentransacties ten behoeve van de insider zich binden aan de voor de insider geldende gedragsregels van deze gedragscode. Het toezicht daarop wordt uitgeoefend overeenkomstig artikel 14. 11.3
Naast de plicht tot geheimhouding als bedoeld in artikel 9.5, is de insider verplicht naar zijn beste vermogen te bevorderen dat door de aan hem gelieerde derden geen privé effectentransacties verrichten die strijdig zijn met artikelen 7 tot en met 18.
Artikel 12
Melding van privé effectentransacties en andere privé beleggingstransacties van insiders
12.1 De insider is gehouden te bewerkstellingen dat de lasthebbers en vermogensbeheerders een verklaring afgeven dat zij bij het verrichten van effectentransacties ten behoeve van de insider zich binden aan de voor de insider geldende bepalingen. Het toezicht wordt overeenkomstig het toezicht op de insider uitgeoefend. 12.2
Artikel 12.1 is niet van toepassing indien: a) de privé effectentransacties in een beurs genoteerde (semi) open-ended-beleggingsinstelling verricht wordt en de insider geen bestuurs- of beheerfunctie in deze beleggingsinstelling vervult; b) de privé effectentransacties in staatsobligaties wordt verricht.
12.3. De insider, met uitzondering van de insider waarop artikel 12.2 van toepassing is, meldt onverwijld iedere door hem verrichte privé effectentransactie aan de compliance officer. 12.4. De insider is verplicht alle door hem direct of verrichte indirect privé beleggingstransacties anders dan effectentransacties, binnen één week schriftelijk te melden aan de compliance officer onder overlegging van een kopie van de aan- of verkoopnota.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 9 van 11
Artikel 13 13
Aanvullend toezicht op privé beleggingstransacties van insiders
De insider is verplicht zich binnen de grenzen van redelijkheid en billijkheid in te spannen dat aan hem gelieerde derden op eerste verzoek van de compliance officer, indien deze daartoe aanleiding heeft, alle informatie (doen) verstrekken omtrent enige door hen verrichte privé beleggingstransactie.
E. Nalevingsbepalingen
Artikel 14
Compliance officer en onderzoek
14.1 Het bestuur van het pensioenfonds stelt een compliance officer aan en kan deze van zijn taken ontheffen. De compliance officer rapporteert rechtstreeks aan de voorzitter van het bestuur van het pensioenfonds, zowel voor de dagelijkse gang van zaken als in het geval zich bijzondere omstandigheid heeft voorgedaan. 14.2 Het bestuur van het pensioenfonds legt de taken en bevoegdheden van de compliance officer schriftelijk vast. Het bestuur van het pensioenfonds dient te waarborgen dat de compliance officer over voldoende bevoegdheden beschikt voor het uitoefenen van toezicht op de naleving van de gedragscode en dat hij een onafhankelijke rol kan vervullen ten opzichte van degenen die zijn onderworpen aan zijn toezicht. 14.3 Het bestuur van het pensioenfonds legt vast welke acties het heeft ondernomen naar aanleiding van de bevindingen van de compliance officer. 14.4 De compliance officer is belast met het toezicht op de naleving van de op grond van deze gedragscode geldende bepalingen. Indien de compliance officer daartoe aanleiding heeft kan hij insiders verplichten op eerste verzoek alle informatie te vertrekken omtrent enige door hen verrichte privé beleggingstransactie. De compliance officer controleert of de privé beleggingstransacties aan de toepasselijke regels, voorschriften en aanwijzingen voldoen. 14.5 De compliance officer adviseert verbonden personen over de uitleg en toepassing van bepalingen zoals die zijn opgenomen in deze gedragscode. 14.6 De compliance officer en de voorzitter van het bestuur waaraan hij rapporteert zijn gehouden tot geheimhouding van informatie verstrekt door verbonden personen of derden. De geheimhouding kan worden doorbroken in het geval een goede uitoefening van zijn functie daartoe noodzaakt. 14.7 De compliance officer documenteert zijn werkmethoden en werkzaamheden en administreert en archiveert alle informatie die hem door verbonden personen (de meldingen privé beleggingstransacties inbegrepen) of derden is verstrekt in het kader van deze gedragscode. Hij bewaart afschriften van alle schriftelijke overeenkomsten en jaarlijkse verklaringen die verbonden personen hem moeten verstrekken (waarin zij verklaren zich aan de gedragscode te zullen houden). Tevens administreert en archiveert de compliance officer alle door hem verleende autorisaties, verrichte controles en onderzoeken en de genomen acties, alsmede overige van belang zijnde informatie, memoranda en correspondentie. 14.8 De compliance officer legt een lijst aan van alle verbonden personen die als "insider" worden aangemerkt. De compliance officer deelt onverwijld aan de op de lijst opgenomen verbonden personen mee dat zij als insider zijn aangemerkt en hij stelt hen op de hoogte van de gevolgen van de aanwijzing als insider. 14.9 De compliance officer dient eveneens een lijst met alle bedrijven en instellingen waarmee het pensioenfonds zaken doet op te stellen en deze regelmatig te actualiseren; deze lijst wordt aan de verbonden personen ter beschikking gesteld.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 10 van 11
Artikel 15
Overeenkomst en jaarlijkse verklaring van naleving
15.1 Iedere verbonden persoon dient een schriftelijke overeenkomst met het pensioenfonds aan te gaan, waarin hij zich verbindt alle gedragsregels uit deze gedragscode die voor hem gelden strikt na te leven. De overeenkomst van betrokkenen blijft gelden tot zes maanden nadat de betrokkene niet meer aan het pensioenfonds is verbonden. De gedragsregel zoals vastgelegd in artikel 4 blijft voor verbonden personen voor onbepaalde tijd gelden na beëindiging van de overeenkomst. 15.2 Aan het eind van ieder kalenderjaar of bij tussentijds vertrek bij het niet langer verbonden zijn aan het fonds, dient iedere verbonden persoon een verklaring te ondertekenen omtrent de juiste naleving van de voor hem geldende bepalingen in de gedragscode over het afgelopen jaar.
Artikel 16 16
Handelen door de verbonden persoon in strijd met deze gedragscode wordt beschouwd als een ernstige inbreuk op het vertrouwen dat het pensioenfonds als werkgever of anderszins in de verbonden persoon moet kunnen stellen, en kan op grond daarvan leiden tot een sanctie door de directie of het hoogste bestuursorgaan, waaronder afhankelijk van de ernst van de overtreding, een waarschuwing, het ongedaan maken van het door de verbonden persoon behaalde voordeel, overplaatsing, schorsing, of andere disciplinaire of arbeidsrechtelijke maatregelen, ontslag op staande voet daarvan niet uitgezonderd. Een overtreding kan, door het hoogste bestuursorgaan, gemeld worden aan AFM of DNB en indien van toepassing bij het Dutch Securities Institute (DSI). Het voorgaande laat onverlet een vordering tot schadevergoeding en/of aangifte bij de justitiële autoriteiten.
Artikel 17 17
Onvoorziene gevallen
In onvoorziene gevallen onder deze gedragscode beslist de voorzitter van het bestuur of de directeur van het pensioenfonds.
Artikel 19 19
Advies en bezwaar
Indien de verbonden persoon twijfelt omtrent de uitleg of de toepassing van de op hem van toepassing zijnde artikelen is hij verplicht het advies van de compliance officer in te winnen. De compliance officer is bevoegd een voor de verbonden persoon bindende uitspraak te doen, behoudens bezwaar. Tegen de uitspraak van de compliance officer kan de verbonden persoon bezwaar maken bij de voorzitter van het bestuur of een door deze aan te wijzen beroepsorgaan. Het maken van bezwaar heeft geen schorsende werking ten aanzien van de uitspraak van de compliance officer.
Artikel 18 18
Sancties
Ingangsdatum
Deze gedragscode treedt in werking op 1 januari 2006 en is geactualiseerd op 1 maart 2011.
Gedragscode Telegraafpensioenfonds 01 03 11.doc
blad 11 van 11