Sociaal Statuut “Van werk naar werk”
Sociaal Statuut Sociaal Statuut fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel tot het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014. Dit Sociaal Statuut geldt specifiek voor de fusie die per 1 januari 2014 tussen de waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel zal plaatsvinden. Het Sociaal Statuut treedt in werking op het moment dat de algemene besturen van beide fuserende waterschappen dit hebben bekrachtigd. Omstreeks 1 juli 2015 zal overleg plaatsvinden in de commissie voor Georganiseerd Overleg in het kader van de algemene evaluatie van het plaatsingsproces (artikel 25 van dit Sociaal Statuut). In dit overleg zal worden bepaald wanneer dit Sociaal Statuut zal komen te vervallen. Een en ander laat onverlet dat individuele rechten ook na deze, nog te bepalen, datum nog kunnen doorwerken.
Sociaal Statuut
2
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
INHOUDSOPGAVE Inleiding/veranderaanpak
4
Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Begripsbepalingen Artikel 2 Leeswijzer Artikel 3 Doelstelling Artikel 4 Informatieverstrekking Artikel 5 Verplichtingen bevoegd gezag Artikel 6 Verplichtingen ambtenaar Artikel 7 Consequenties van het niet voldoen aan verplichtingen
6 6 8 8 8 9 9 9
Hoofdstuk 2 Werkgelegenheid Artikel 8 Werkgarantie
10 10
Hoofdstuk 3 Salarisgarantie/verrekening Artikel 9 Salarisgarantie Artikel 10 Afkoop functiegebonden toelagen Artikel 11 Afbouw functiegebonden toelagen bij plaatsing in een hogere salarisschaal
11 11 11 12
Hoofdstuk 4 Plaatsingsprocedure Artikel 12 Algemeen/tijdsfasering plaatsingsproces Artikel 13 Samenstelling/ indeling bouwteams organisch bouwen Artikel 14 Afronding bouwfase/afweging identieke- of nieuwe functie Artikel 15 Aard plaatsingsprocedure Artikel 16 Loopbaanoriëntatie/faciliteiten/mobiliteitsbureau Artikel 17 Plaatsingscommissie; samenstelling Artikel 18 Plaatsingscommissie; taakstelling Artikel 19 Informatierecht plaatsingscommissie Artikel 20 Bevoegdheden plaatsingscommissie Artikel 21 Vergaderingen plaatsingscommissie Artikel 22 Plichten plaatsingscommissie Artikel 23 Voornemen tot plaatsing Artikel 24 Vervolgprocedure wanneer plaatsing niet mogelijk is Artikel 25 Evaluatie plaatsingsproces
13 13 14 14 14 15 15 15 16 16 16 16 16 17 17
Hoofdstuk 5 Aanvullend flankerend beleid Artikel 26 Aanvullend flankerend beleid algemeen/uitgangspunten Artikel 27 Vrijwillige vertrekregelingen Artikel 28 Maatwerkregeling oudere medewerkers
19 19 19 20
Hoofdstuk 6 Slotbepalingen Artikel 29 Hardheidsclausule Artikel 30 Citeertitel Artikel 31 Inwerkingtreding
21 21 21 21
Sociaal Statuut
3
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
INLEIDING De waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel bereiden een fusie voor welke geëffectueerd wordt op 1 januari 2014 met de oprichting van het nieuwe waterschap Vechtstromen. De nieuwe organisatie wordt gebouwd op basis van multischaligheid om op verschillende schaalniveaus antwoord te kunnen geven op de toekomstige veranderingen in bestuurlijke, organisatorische en maatschappelijke zin. Belangrijke thema’s hierbij zijn partnerschap, samenwerking, pro-actief handelen en het van buiten naar binnen denken. Medewerkersparticipatie is essentieel bij de bouw van de nieuwe organisatie. De filosofie hoe de nieuwe organisatie vorm krijgt komt terug in dit Sociaal Statuut, dat een uitwerking vormt van het op 10 juli 2012 bereikte akkoord in de bijzondere commissie voor georganiseerd overleg betreffende het onderliggende Sociaal beleidskader op hoofdlijnen. Dit Sociaal Statuut biedt, in aanvulling op hetgeen bindend in deel 1 van de SAW is geregeld, een set van afspraken en maatregelen waarmee voor de betrokken ambtenaren de sociale en rechtspositionele gevolgen worden opgevangen, die voortvloeien uit de totstandkoming van het nieuwe waterschap. Het Sociaal Statuut treedt in werking met ingang van de dag waarop het laatste algemeen bestuur van de bij de fusie betrokken waterschappen tot bekrachtiging en bekendmaking van dit Sociaal Statuut is overgegaan. De termijn waarbinnen een beroep kan worden gedaan op de bepalingen in het Sociaal Statuut vloeit voort uit de aard van de verschillende bepalingen en is in enkele artikelen specifiek aangeduid. Veranderaanpak Belangrijk uitgangspunt in de veranderaanpak is dat, vanaf het moment waarop het besluit te gaan fuseren door de algemeen besturen is genomen (10 en 11 juli 2012), er daadwerkelijk wordt gewerkt aan het vormgeven van de nieuwe organisatie. Dit betekent dat deze overgangssituatie vanaf september 2012 tot 1 januari 2014 wordt ingericht als een organisch bouwproces. Hierin worden de volgende fasen onderscheiden:
Sociaal Statuut
4
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Met inachtneming van het kader en de sturing- en organisatieprincipes uit de business case, zal in de eerste fase van het bouwproces de regiegroep de uitwerking van het organisatiemodel tot op het niveau van een houtskoolschets oppakken. Aan het eind van deze fase zullen het hoofdontwerp van de organisatie, de uitgangspunten voor de inrichting van de organisatie en de coördinatie- en afstemmingsmechanismen duidelijk zijn. In de business case wordt als uitgangspunt genomen het behoud van twee (hoofd)kantoren, waarbij gewerkt wordt volgens de principes van het nieuwe werken, waardoor onnodig reizen tussen beide locaties zoveel mogelijk wordt voorkomen en medewerkers niet met een wijziging van standplaats te maken zullen krijgen. Statutair is gekozen de locatie Almelo als formele vestigingsplaats te benoemen. In de tweede fase gaan beide managementteams gezamenlijk aan de slag om de gekozen hoofdindeling verder uit te werken, waarbij onder andere een eerste inschatting van het aantal organisatie eenheden en benodigde managers zal worden gemaakt. Aan het eind van deze fase wordt een globale indeling gemaakt met de medewerkers die in de bouwteams deelnemen. De samenstelling van de bouwteams vindt plaats door de huidige werkzaamheden van de medewerker te koppelen aan de taken en activiteiten van de nieuwe eenheden. In deze fase wordt ook op projectmatige wijze gestart met de uitwerking van beleidsharmonisatie ten behoeve van de nieuwe organisatie. Voor aanvang van de derde fase volgt het (voorlopig) aanstellen van de kwartiermakers voor de nieuw te vormen organisatie eenheden die het verdere proces van bouwen en uitwerken (afdeling/organieke eenheid) samen met medewerkers vorm en inhoud geven. Het beoogde doel van deze aanpak is samen met de medewerkers de nieuwe organisatie in te richten waarbij de medewerkers maximaal kunnen participeren, zodat er een groot draagvlak ontstaat. De verwachting bij deze wijze van bouwen is, dat bij medewerkers veel energie ontstaat samen met de kwartiermakers verantwoordelijkheid te nemen voor de wijze waarop het werk in het nieuwe waterschap wordt georganiseerd. Bovendien wordt zo maximaal gebruik gemaakt van de kennis en ervaring van medewerkers. De regiegroep bewaakt de kaders en zorgt ervoor dat de optelsom van alle uitwerkingen tot een consistente organisatie leidt. De uitkomsten van alle trajecten worden opgenomen in een totaaloverzicht waarin de organisatie stuur- en inrichtingsprincipes staan, missie/visie van de organisatie, gewenste cultuur en functieprofielen. De tijd die nodig is voor het totale bouwproces zal per team verschillen. Deze wijze van bouwen geeft de gelegenheid aanpassingen te doen als, uit voortschrijdend inzicht, blijkt dat werkzaamheden of functies beter anders georganiseerd kunnen worden. Het gaat verstarring tegen en het sluit aan bij het gedachtegoed vanuit het strategisch talentmanagement medewerkers zoveel mogelijk in hun kracht in te zetten. Om dit bouwproces goed te faciliteren vraagt het bepaalde competenties van de kwartiermakers, zoals coachend leiderschap, een open houding, betrokkenheid, vertrouwen en het geven van richting en ruimte, zodat beweging op gang komt. Voor medewerkers betekent dit naast betrokkenheid en vertrouwen ook mee ontwikkelen naar de nieuwe organisatie toe. De aanpak gaat uit van betrokkenheid van kwartiermakers en medewerkers en het vertrouwen dat ieder zijn verantwoordelijkheid in dit proces neemt.
Sociaal Statuut
5
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN Artikel 1 Begripsbepalingen In dit Sociaal Statuut wordt verstaan onder: a. Afbouw: betaling van een geldbedrag in termijnen om een bestaande financiële verplichting finaal af te wikkelen. b. Afkoop: betaling van een geldbedrag ineens om een bestaande verplichting finaal af te wikkelen. Ambtenaar: hij die door of vanwege het waterschap is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn én die bij één van de fuserende waterschappen een vaste aanstelling heeft, alsmede hij, die bij wijze van proef tijdelijk is aangesteld in een functie en waarbij geldt dat bij goed functioneren een vast dienstverband tot de mogelijkheden behoort.
c.
d. Directeur(en): de directeur(en) van de ambtelijke organisatie van het nieuw op te richten waterschap Vechtstromen. e. Functie (profiel): het geheel van taken, werkzaamheden en/of (combinaties van) rollen met vermelding van het op basis van FuWater vastgestelde schaalniveau, alsmede het bijbehorende competentieprofiel zoals omschreven in het organisatieboek van het nieuw te vormen waterschap Vechtstromen. Organisatieboek: overzicht van de organisatiedoelstellingen, -opbouw, formatieomvang en functieprofielen van het nieuw te vormen waterschap Vechtstromen.
f.
g. Functiegebonden toelage: de toelage die onafhankelijk van de persoon, vanwege het vervullen van de functie wordt toegekend; deze toelage heeft niet het karakter van een onkostenvergoeding. h. Geschiktheid: een kwalificatie waaruit blijkt dat de ambtenaar op grond van zijn werk- en denk/opleidingsniveau, zijn (gerichte) werkervaring, zijn ontwikkelpotentieel, zijn motivatie en zijn ontwikkelde competenties voldoet aan de eisen die aan het uitoefenen van een functie als opgenomen in het organisatieboek worden gesteld of hier binnen een redelijke termijn aan kan gaan voldoen. Het geschiktheidsoordeel kan eventueel mede onderbouwd worden met behulp van een extern uit te voeren geschiktheidsonderzoek/assessment, een loopbaanoriëntatie/EVC rapportage, een persoonlijk portfolio en recente beoordelingsverslagen. i.
Passende functie: elke beschikbare betaalde functie binnen of buiten het nieuw te vormen waterschap Vechtstromen, die de ambtenaar redelijkerwijs in verband met zijn werk- en denkniveau, zijn persoonlijkheid, zijn omstandigheden en zijn competenties kan worden opgedragen. Onder persoonlijkheid en omstandigheden kan onder meer worden verstaan: interesses, capaciteiten, ervaring, gezondheidstoestand, scholing, competenties en ontwikkelingspotentieel.
j.
Bevoegd gezag:gedurende de werkingsduur van dit sociaal statuut wordt het bevoegd gezag volgtijdelijk gevormd door (1) de stuurgroep zoals ingesteld door de dagelijkse besturen van de waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel. Deze stuurgroep gaat over in (2) de voorbereidingscommissie zoals bedoeld in art. 9 van de Overgangsbepalingen voor het Waterschap Vechtstromen. De voorbereidingscommissie functioneert tot en met 31 december 2013, waarna vanaf 1 januari 2014 het bevoegd gezag wordt gevormd door (3) het dagelijks bestuur van het waterschap Vechtstromen.
Sociaal Statuut
6
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
k. Outplacement: de begeleiding door een externe organisatie om de ambtenaar op kosten van het waterschap - buiten de nieuw te vormen waterschapsorganisatie aan een andere functie te helpen. Salaris: Het bruto bedrag per maand, dat aan de ambtenaar is toegekend volgens een salarisschaal of, indien voor de functie een vast bedrag geldt, dit bedrag.
l.
m. SAW: Sectorale Arbeidsvoorwaardenregelingen Waterschapspersoneel. n. Standplaats/ plaats van tewerkstelling:de aangewezen plaats/locatie waar of van waaruit de ambtenaar gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht. o. Studiekosten: kosten zoals gedefinieerd in de Studiefaciliteitenregeling artikel 11.2 SAW. p. Voorkeursfunctie: een functie waarvoor de ambtenaar via een belangstellingsregistratie heeft aangegeven zich kandidaat te willen stellen in het plaatsingsproces. q. Garantiesalaris bij plaatsing binnen het nieuwe waterschap Vechtstromen of elders binnen de waterschapssector: het salaris(perspectief) waarop de ambtenaar, op het moment van plaatsing, in zijn oude functie bij één van de fuserende waterschappen recht had. r.
Garantiesalaris gedurende de periode van boventalligheid totdat plaatsing in een passende functie buiten het waterschap Vechtstromen een feit is: het salaris, IKB collectief en persoonlijke toelage, voor zover niet aan tijd gebonden, zoals dat voor de ambtenaar geldt op de datum waarop de betrokken ambtenaar boventallig is verklaard. Gedurende de fase van boventalligheid zullen geen salarisverhogingen op basis van de regeling (HR) gesprekscyclus worden toegekend, uitgezonderd die gevallen waarbij de betrokken boventallige ambtenaar gedurende ten minste 6 maanden in een kalenderjaar werkzaamheden binnen het waterschap Vechtstromen heeft uitgevoerd. Toekomstige salariswijzigingen op grond van CAO-ontwikkelingen in de waterschapssector zullen gedurende de fase van boventalligheid wel worden doorgevoerd.
s.
Garantiesalaris bij plaatsing op een passende functie buiten de sector waterschappen: (een aanvulling op) het salaris tot het niveau zoals dat voor de ambtenaar geldt op de datum direct voorafgaande aan benoeming op een passende functie buiten de waterschapssector. Dit recht geldt gedurende de periode waarop de betrokken ambtenaar recht zou hebben gehad op een (bovenwettelijke) WW uitkering indien hij zou zijn ontslagen op grond van artikel 8.1.4 SAW. Als vergelijkingsbasis wordt genomen het salaris, het IKB collectief en persoonlijke toelage, voor zover niet aan tijd gebonden. Als berekeningsbasis ter bepaling van het verschil in salaris wordt als norm gehanteerd het verschil in bruto uurloon, omgerekend naar een 36-urig dienstverband per week. Daarnaast zal een vergelijking worden opgesteld voor de componenten waarmee binnen de waterschapssector het IKB is opgebouwd. Het recht op aanvulling zal vervolgens als één totaalbedrag worden berekend en op afkoopbasis éénmalig aan de betrokken ambtenaar betaalbaar worden gesteld.
t.
Mobiliteitsbureau: een door de beide fuserende waterschappen onder eigen regie op te richten faciliteit, die tot de start van het nieuwe waterschap Vechtstromen tot taak heeft ambtenaren te begeleiden bij loopbaanoriënterende trajecten in de meest brede zin van het woord. Per 1 januari 2014 heeft het mobiliteitsbureau primair tot taak de boventallig verklaarde ambtenaren te begeleiden van werk naar werk.
Sociaal Statuut
7
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
u. Afspiegelingsprincipe: het plaatsingscriterium dat geldt op het moment dat er sprake is van meer te plaatsen ambtenaren dan het beschikbare aantal identieke functies. Alle betrokken ambtenaren worden ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen: tot 25 jaar, van 25 tot 35 jaar, van 35 tot 45 jaar, van 45 tot 55 jaar en van 55 jaar en ouder. Peildatum is 1 januari 2014. Binnen de genoemde leeftijdcohorten geldt anciënniteit als uitgangspunt bij de plaatsingsvolgorde. v. Identieke functie: een functieprofiel zoals omschreven in het organisatieboek van het nieuwe waterschap Vechtstromen, waarvan de karakteristieken voor minimaal 80% overeengekomen met die van het functieprofiel zoals dat gold voor de desbetreffende ambtenaar bij een van de fuserende waterschappen. Bepalende elementen hierbij zijn: de inhoud van de werkzaamheden, de omgevingscontext waarbinnen de werkzaamheden worden uitgevoerd, het bij de functie behorende competentieprofiel en verantwoordelijkheden en bevoegdheden. w. Nieuwe functie: alle functies binnen het nieuwe waterschap Vechtstromen die niet onder de noemer identieke functie vallen. x. Bijverdiensten/inkomsten: alle bruto (bij)verdiensten/(neven)inkomsten en omzet gegenereerd uit dienstbetrekking, eigen onderneming of anderszins gedurende de looptijd van de regeling als bedoeld in artikel 28 van dit Sociaal Statuut. Artikel 2 Leeswijzer 1. Daar waar wordt gesproken over bedragen of afkoopsommen wordt altijd het bruto bedrag bedoeld. Hierop worden de wettelijke inhoudingen voor belastingen/sociale premies door de werkgever in mindering gebracht en afgedragen. 2. Daar waar in het Sociaal Statuut is vermeld “werknemer”, “medewerker”, “man”, “hij”, “zijn” of “hem” kan tevens de vrouwelijke vorm worden gelezen. Artikel 3 Doelstelling Het Sociaal Statuut heeft, aanvullend op hetgeen hierover op landelijk niveau bindend in deel 1 van de SAW is vastgelegd, tot doel om de sociale en rechtspositionele gevolgen voortvloeiend uit de vorming van het nieuwe waterschap Vechtstromen vanuit de huidige waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel voor betrokken ambtenaren zorgvuldig te regelen. De werkgever en de ambtenaar hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid zich maximaal in te spannen om recht te doen aan dit Sociaal Statuut: “Van werk naar werk”. Artikel 4 Informatieverstrekking Het bevoegd gezag draagt er zorg voor dat alle ambtenaren tijdig en regelmatig worden geïnformeerd over de voortgang en de inhoud van het proces. Tevens wordt via publicatie op interne digitale media het Sociaal Statuut aan alle ambtenaren beschikbaar gesteld.
Sociaal Statuut
8
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Artikel 5 Verplichtingen bevoegd gezag Het bevoegd gezag heeft een verplichting de ambtenaar, te begeleiden van werk naar werk. Primair wordt hieraan invulling gegeven door de wederzijdse verplichtingen in het kader van de plaatsingsprocedure. Secundair, door in geval van niet plaatsing van de ambtenaar binnen het nieuwe waterschap Vechtstromen na afronding van het plaatsingsproces, de medewerker te begeleiden naar een baan buiten het waterschap. Een eventuele tijdelijke oplossing kan zijn het detacheren van de betrokken ambtenaar buiten het waterschap. Bij het begeleiden van de medewerker naar een passende functie buiten het nieuwe waterschap Vechtstromen wordt gedurende de eerste zes maanden van boventalligheid gefocust op een passende functie bij een andere overheidsorganisatie. Na deze periode van zes maanden zal over de volle breedte van de arbeidsmarkt gezocht worden naar een passende functie. Artikel 6 Verplichtingen ambtenaar 1. De ambtenaar heeft de verplichting actief mee te werken aan zijn plaatsing binnen de nieuwe organisatie en in geval van boventalligheid aan één van de mogelijkheden als genoemd in artikel 5 van dit Sociaal Statuut. 2. De ambtenaar die aanspraak kan maken op de financiële voorzieningen van het Sociaal Statuut, verplicht zich aan het bevoegd gezag de noodzakelijke inlichtingen en gegevens tijdig en naar waarheid te verstrekken. 3. De ambtenaar is ook gehouden alle medewerking te verlenen die nodig is voor een juiste toepassing van dit Sociaal Statuut. Artikel 7 Consequenties van het niet voldoen aan verplichtingen 1. Indien de ambtenaar naar het oordeel van het bevoegd gezag onvoldoende medewerking verleent aan de voor hem geldende verplichtingen uit dit Sociaal Statuut, zal de ambtenaar uitgesloten worden van toepassing van dit Sociaal Statuut en zal voor de ambtenaar een reorganisatie ontslag plaatsvinden op grond van artikel 8.1.4 SAW. 2. Het bevoegd gezag laat zijn oordeel toetsen door de plaatsingscommissie alvorens tot uitsluiting of ontslag te beslissen en informeert de ambtenaar over de uitkomst van deze toetsing. 3. Indien het bevoegd gezag in het kader van dit artikel tot ontslag van de ambtenaar overgaat, vindt ontslag plaats op grond van artikel 8.1.4. SAW, met inachtneming van een opzegtermijn van 3 maanden, maar zonder (verdere) inachtneming van de in artikel 2.3.2, lid drie van de SAW genoemde herplaatsingstermijn van 1,5 jaren, voor zover deze periode reeds is verstreken gerekend vanaf de datum van boventallig verklaring van de betrokken ambtenaar. 4. Het verstrekken van onjuiste en/of onvolledige inlichtingen alsmede oneigenlijk gebruik of misbruik van de geboden voorzieningen zal uitsluiting van dit Sociaal Statuut tot gevolg hebben en kan leiden tot terugvordering van het inmiddels aan de ambtenaar betaalde.
Sociaal Statuut
9
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
HOOFDSTUK 2 WERKGELEGENHEID Artikel 8 Werkgarantie Kern van de gemaakte afspraken met betrekking tot werkgelegenheid vormt een wederzijdse uitruil. De nieuwe organisatie vraagt van medewerkers om in beweging te komen en hun zekerheden hierbij los te durven laten. In ruil hiervoor biedt de werkgever (maximale) werkzekerheid en een duidelijke inkomensgarantie. Het motto is het begeleiden van medewerkers van werk naar werk binnen of buiten de organisatie, reorganisatieontslag door de fusie zal niet plaatsvinden. Hierin biedt de werkgever beduidend meer dan de SAW voorschrijft. Deze geeft namelijk slechts aan dat: •
Een ambtenaar die boventallig is verklaard recht heeft op een herplaatsingstermijn van 1,5 jaar waarna ontslag plaatsvindt.
•
Het dagelijks bestuur kan besluiten de herplaatsingstermijn te verlengen.
Wat betekent werkgarantie? De werkgever biedt de medewerker op voorhand werkgarantie ongeacht de termijn, de definitie van werk is een passende en betaalde functie binnen of buiten het nieuwe waterschap Vechtstromen. Bij een plaatsingsmogelijkheid buiten het nieuw te vormen waterschap Vechtstromen geldt een reistijd van maximaal 1 uur en 15 minuten (eigen vervoer of openbaar vervoer; ter keuze aan de medewerker) tussen woon- en werkadres (“deur tot deur”) als geografische grens bij de term passend werk. Hoe werkt dit? Tijdens de bouwfase zullen medewerker en leidinggevende regelmatig met elkaar in gesprek zijn over ambities, motivatie en geschiktheid (willen en kunnen). Daarnaast kristalliseren de benodigde functies en profielen zich steeds meer uit. Met hulp van flankerend beleid kunnen medewerkers die zich niet herkennen in de koers van de nieuwe organisatie en de daarbij horende functies op zoek gaan naar ander werk. Als aan het eind van de bouwfase blijkt dat niet iedereen geplaatst kan worden zullen er boventallige medewerkers ontstaan. De werkgever ondersteunt en faciliteert, onder andere via de faciliteiten die het mobiliteitsbureau biedt, de medewerker in zijn zoektocht naar een nieuwe functie binnen of buiten het waterschap.
Sociaal Statuut
10
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
HOOFDSTUK 3 SALARISGARANTIE/VERREKENING Artikel 9 Salarisgarantie 1. De ambtenaar die binnen het nieuwe waterschap (of elders binnen de waterschapssector) in een functie wordt geplaatst met een lagere (indicatieve) functiesalarisschaal, heeft recht op de salarisperspectieven waarop hij, op het moment van plaatsing, in zijn oude functie bij één van de fuserende waterschappen recht had. 2. De boventallig verklaarde ambtenaar die niet is geplaatst binnen de nieuwe waterschapsorganisatie (of elders binnen de waterschapssector) en (nog) niet geplaatst is in een passende functie bij een andere werkgever behoudt zijn salaris, IKB collectief en persoonlijke toelage, voor zover niet aan tijd gebonden, zoals dat voor hem geldt op de datum waarop hij boventallig is verklaard. Gedurende de fase van boventalligheid zullen geen salarisverhogingen op basis van de regeling (HR) gesprekscyclus worden toegekend, behalve in die situaties waarin de boventallig verklaarde ambtenaar voor ten minste 6 maanden per jaar werkzaamheden binnen het waterschap Vechtstromen heeft uitgevoerd. Toekomstige salariswijzigingen op grond van CAO-ontwikkelingen in de waterschapssector zullen gedurende de fase van boventalligheid wel worden doorgevoerd. 3. De ambtenaar die buiten de waterschapssector in een passende functie wordt geplaatst waarvoor een lager salaris geldt, heeft recht op een aanvulling op het salaris tot aan het niveau zoals dat direct voorafgaande aan benoeming op een passende functie buiten de waterschapssector voor hem geldt. Dit recht geldt gedurende de periode waarop de betrokken ambtenaar recht zou hebben gehad op een (bovenwettelijke) WW uitkering indien hij zou zijn ontslagen op grond van artikel 8.1.4 SAW. 4. Als vergelijkingsnorm voor de in lid 3 van dit artikel genoemde aanvulling wordt als basis het salaris, het IKB collectief en de persoonlijke toelage, voor zover niet aan tijd gebonden, genomen. Als berekeningsbasis ter bepaling van het verschil in salaris wordt het verschil in bruto uurloon, omgerekend naar een 36urig dienstverband per week, als norm gehanteerd. Daarnaast zal een vergelijking voor de componenten waarmee binnen de waterschapssector het IKB is opgebouwd worden opgesteld. Het recht op aanvulling zal vervolgens als één totaalbedrag worden berekend en op afkoopbasis éénmalig aan de betrokken ambtenaar betaalbaar worden gesteld. Artikel 10 Afkoop functiegebonden toelagen 1. Indien de ambtenaar binnen het nieuw te vormen waterschap wordt geplaatst op een functie waarvoor geen functiegebonden toelage geldt, of wanneer de ambtenaar boventallig wordt verklaard, vervalt het recht op een functiegebonden toelage. 2. Indien de ambtenaar op grond van het eerste lid van dit artikel zijn rechten op een functiegebonden toelage verliest, geldt een recht op afkoop hiervan. 3. De afkoop wordt berekend door het gemiddelde maandbedrag aan functiegebonden toelagen dat de betrokken ambtenaar in het jaar 2013 heeft ontvangen te vermenigvuldigen met de factor 24.
Sociaal Statuut
11
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Artikel 11 Afbouw persoonlijke toelagen bij plaatsing in een hogere salarisschaal 1. Indien voor de ambtenaar na plaatsing binnen het waterschap Vechtstromen een hogere salarisschaal gaat gelden, zal het eventuele recht op een persoonsgebonden toelage worden afgebouwd. 2. De in dit artikel, eerste lid bedoelde afbouw vindt stapsgewijs plaats en houdt gelijke tred met het feitelijk verbeterde salaris, uiterlijk totdat de persoonsgebonden toelage in zijn geheel is afgebouwd.
Sociaal Statuut
12
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
HOOFDSTUK 4 PLAATSINGSPROCEDURE Artikel 12 Algemeen / fasering plaatsingsproces De plaatsingsprocedure bestaat uit verschillende fasen en loopt parallel met de fasen van het bouwproces van het nieuw te vormen waterschap: •
Vanaf het moment dat de inrichtings- en sturingprincipes tot het niveau zijn geconcretiseerd waarop de profielen voor de topstructuur van de nieuwe organisatie kunnen worden opgesteld, zal de selectieprocedure voor de directiefuncties worden opgestart. Dit is een bestuurlijke aangelegenheid.
•
Onder de verantwoordelijkheid van de nieuw benoemde directie zal vervolgens de volgende fase van het plaatsingsproces plaatsvinden. Dit betreft de management- en sturingsrollen binnen de nieuwe organisatie. Op het moment dat het bouwproces voor de nieuwe organisatie zodanig ver gevorderd is dat duidelijkheid is ontstaan over de organisatorische opbouw in eenheden en de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de sturings- en managementrollen, zullen de profielen voor deze functies worden opgesteld, waarna het plaatsingsproces voor deze functies zal plaatsvinden.
•
Deze groep vormt vervolgens een groep kwartiermakers die samen met de aan hen toegewezen medewerkers in de bouwfase de werkprocessen verder gaan stroomlijnen en functies/rollen die hierbij nodig zijn in de nieuwe organisatie van het desbetreffende organisatieonderdeel gaan vormgeven. Op het moment dat de opbouw van het desbetreffende organisatieonderdeel afgerond is, start het plaatsingsproces voor dit organisatieonderdeel. Gezien het feit dat per organisatieonderdeel sprake zal zijn van een verschillende dynamiek zullen de plaatsingsprocedures per organisatieonderdeel in tijd variëren.
•
Uiterlijk in november 2013 zullen alle plaatsingsprocessen zijn afgerond, waarna nog een laatste generieke plaatsingsronde zal plaatsvinden, waarbij tot dan toe niet geplaatste ambtenaren zich kandidaat kunnen stellen voor mogelijk nog resterende vacatures.
Tijdsfasering benoemingen binnen het nieuw te vormen waterschap
Sociaal Statuut
13
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Artikel 13 Samenstelling/indeling bouwteams organisch bouwen 1. Nadat de benoeming van kwartiermakers voor de nieuwe organisatie-eenheden heeft plaatsgevonden, zullen alle ambtenaren op grond van de aard en inhoud van hun werkzaamheden bij de fuserende waterschappen, worden ingedeeld bij een bouwteam waarvan het taken- en activiteitenpakket zo dicht mogelijk hierbij aansluit. 2. Indien onduidelijkheid of verschil van inzicht omtrent de indeling in een bouwteam ontstaat vindt overleg plaats tussen de betrokken ambtenaar, één of meerdere kwartiermakers en een HR adviseur. Indien dit overlegtraject niet tot een gedragen oplossing leidt, beslist het bevoegd gezag. Artikel 14 Afronding bouwfase/afweging identieke functie of nieuwe functie De kwartiermaker stelt in de eindfase van het bouwproces een integraal document op waarin: • • •
de (bijdragen aan) programma’s en werkprocessen vanuit de eenheid staan beschreven; de functieprofielen zijn uitgewerkt; een overzicht en advies is opgenomen waaruit blijkt in hoeverre en voor welke ambtenaar een plaatsingsproces voor benoeming in een identieke functie zal gaan gelden, alsmede een door betrokken ambtenaren getekend document, dat zij kunnen instemmen met hun voorgenomen benoeming op een als identiek aangemerkte functie. Daarnaast wordt een overzicht opgesteld waarin beargumenteerd staat weergegeven voor welke ambtenaren geldt dat zij zich kandidaat kunnen stellen voor functies die als nieuwe functie zullen worden aangemerkt.
Artikel 15 Aard plaatsingsprocedure Onderscheiden worden twee hoofdstromen:
Organisch bouwen impliceert dat gedurende elke fase in het bouwproces pas tegen het einde hiervan, wanneer de functieprofielen en (definitieve) formatieomvang zijn bepaald, duidelijk zal worden of en in hoeverre er sprake is van identieke, danwel nieuwe functies. Voor identieke functies geldt dat volgens het principe mens volgt werk de betrokken ambtenaar recht heeft op plaatsing, tenzij er sprake is van een formatiereductie, waarbij aanvullend het afspiegelingsprincipe als plaatsingscriterium geldt. Voor de als nieuw aangemerkte functies geldt ,dat alle ambtenaren binnen de organisatie zich hiervoor, via een belangstellingsregistratie, kandidaat kunnen stellen.
Sociaal Statuut
14
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Artikel 16 Loopbaanoriëntatie/faciliteiten/mobiliteitsbureau Vanaf december 2012 zal vanuit de fuserende waterschappen een gezamenlijk mobiliteitsbureau worden ingericht. Dit mobiliteitsbureau kent een tweeërlei taakstelling: •
In de periode december 2012 tot 1 januari 2014 biedt zij ondersteunende faciliteiten aan medewerkers die zich willen oriënteren op hun toekomst. Iedere ambtenaar kan op vrijwillige basis gebruik maken van de faciliteiten van het mobiliteitsbureau. Vragen als: Wie ben ik? Wat wil ik? Wat kan ik? staan hierbij centraal. Naar behoefte kunnen hierbij verschillende trajecten worden aangeboden, variërend van het opstellen van een persoonlijk portfolio tot aan een gecertificeerd EVC traject. Indien ambtenaren overwegen in- of extern een overstap naar andersoortig werk te maken adviseert het mobiliteitsbureau zowel de betrokken ambtenaar als de organisatie over de haalbaarheid van deze mobiliteitswens en adviseert zij de organisatie over de hiervoor benodigde ontwikkeltrajecten, inclusief eventuele investeringen in de sfeer van om- heren bijscholing.
•
In de periode vanaf 1 januari 2014 is het mobiliteitsbureau verantwoordelijk voor het begeleiden van ambtenaren naar een passende functie binnen en buiten het waterschap. Dit geldt voor die ambtenaren die niet zijn geplaatst binnen het nieuwe waterschap Vechtstromen.
Artikel 17 Plaatsingscommissie; samenstelling De plaatsingscommissie wordt ingesteld door het bevoegd gezag en bestaat uit de volgende leden: • • •
Twee leden vanuit de werkgever; Twee leden namens de werknemersdelegatie in het BGO; Eén HR adviseur, als secretaris. Deze heeft geen stemrecht.
De plaatsingscommissie wijst uit haar midden een voorzitter aan. Artikel 18 Plaatsingscommissie; taakstelling 1. De plaatsingscommissie heeft tot taak aan het bevoegd gezag een integraal advies, schriftelijk en gemotiveerd, uit te brengen met betrekking tot de plaatsing van ambtenaren in de functies binnen het nieuwe waterschap Vechtstromen, met inachtneming van het bepaalde in dit Sociaal Statuut. 2. In eerste instantie toetst zij het document dat door de desbetreffende kwartiermaker is aangeleverd. Deze toetsing betreft primair de voorstellen met betrekking tot de plaatsing van ambtenaren op een als identiek aangemerkte functie. Indien nodig bepaalt de plaatsingscommissie de plaatsingsvolgorde op basis van het afspiegelingsprincipe. 3. Nadat de plaatsingsprocedure voor de identieke functies in het desbetreffende onderdeel van de organisatie is afgerond, stelt de plaatsingscommissie de sollicitatieprocedure voor de overige, als nieuw, aangemerkte functies organisatiebreed open. 4. De plaatsingscommissie heeft, voor wat betreft de sollicitatieprocedure voor nieuwe functies, tot taak de beschikbare functies zo optimaal mogelijk te matchen met de binnen de organisatie aanwezige talenten van ambtenaren; die zich kandidaat hebben gesteld voor de beschikbare functies, op basis van het criterium geschiktheid.
Sociaal Statuut
15
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Artikel 19 Informatierecht plaatsingscommissie Aan de plaatsingscommissie wordt alle beschikbare informatie die, in haar ogen, relevant kan zijn in verband met de uitoefening van haar taak ter hand gesteld. Artikel 20 Bevoegdheden plaatsingscommissie De plaatsingscommissie heeft de volgende bevoegdheden: 1. Ambtenaren te horen. 2. Alle voor de plaatsing van belang zijnde stukken in te zien of informatie in te winnen. 3. Een extern geschiktheidsonderzoek/assessment te organiseren in die situaties waarin zij dat voor een goede beoordeling van de geschiktheid van een kandidaat voor een functie relevant acht. Artikel 21 Vergaderingen plaatsingscommissie 1. De vergaderingen van de plaatsingscommissie zijn besloten. Alle vergaderstukken van de plaatsingscommissie hebben een vertrouwelijk karakter. 2. Besluitvorming in de plaatsingscommissie vindt plaats op basis van consensus tussen alle leden van de plaatsingscommissie. In die situaties, waarbij geen consensus kan worden bereikt, beslist het bevoegd gezag. Artikel 22 Plichten plaatsingscommissie De plaatsingscommissie heeft de plicht: 1. De betrokken ambtenaar te horen die een verzoek daartoe indient. 2. Verslag te leggen van het horen van de ambtenaar en de betrokken ambtenaar hiervan een afschrift te verstrekken. De ambtenaar tekent hierbij voor gezien. 3. Voorafgaand aan de verschillende fases in het plaatsingsproces wordt aan alle ambtenaren informatie beschikbaar gesteld omtrent de eerstvolgende fase in het plaatsingsproces en de hierin voorkomende (als nieuw aangemerkte) functies, waarvoor men zich kandidaat kan stellen. Artikel 23 Voornemen tot plaatsing 1. Het concept voorstel tot plaatsing dan wel niet plaatsing, wordt door het bevoegd gezag per plaatsingsproces zoveel mogelijk op dezelfde dag aan de betrokken ambtenaren per brief toegezonden. 2. Tegen het concept voorstel tot plaatsing is geen bezwaar en beroep op grond van de Algemene wet bestuursrecht mogelijk. 3. Indien de ambtenaar niet kan instemmen met het concept voorstel als bedoeld in het eerste lid kan de ambtenaar binnen twee weken na verzendatum van het concept voorstel zijn bedenkingen schriftelijk en gemotiveerd indienen bij zijn bevoegd gezag. De bedenkingen worden door het bevoegd gezag aan de plaatsingscommissie ter hand gesteld. 4. De plaatsingscommissie stelt de ambtenaar die de bedenking heeft ingediend in de gelegenheid zijn standpunt toe te lichten en brengt binnen drie weken na afloop van de periode genoemd in het derde lid, haar advies uit aan het bevoegd gezag. Sociaal Statuut
16
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
5. Indien het advies van de plaatsingscommissie strekt tot plaatsing in een functie waarvoor reeds eerder voor een andere ambtenaar een concept voorstel tot plaatsing is gedaan en waarover door deze laatste geen zienswijze is ingediend, wordt het advies van de plaatsingscommissie pas vastgesteld, nadat de betrokken andere ambtenaar in de gelegenheid is gesteld zijn standpunt ter zake toe te lichten. 6. Na ontvangst van het advies als bedoeld in het vorige lid stelt het bevoegd gezag een definitief voorstel tot plaatsing vast. 7. In januari 2014 zullen alle definitieve voorstellen tot plaatsing door het bevoegd gezag worden omgezet in een aanstellingsbesluit binnen het nieuwe waterschap Vechtstromen en zullen alle ambtenaren, die niet geplaatst zijn binnen de nieuwe waterschapsorganisatie, als boventallig worden aangemerkt. 8. De ambtenaar kan binnen zes weken na de dag waarop het aanstellingsbesluit is verzonden, dan wel binnen zes weken na de dag waarop het besluit om de ambtenaar boventallig te verklaren is verzonden, bij het dagelijks bestuur van waterschap Vechtstromen schriftelijk bezwaar maken. Artikel 24 Vervolgprocedure wanneer plaatsing niet mogelijk is 1. Indien plaatsing van een ambtenaar op basis van de gevoerde plaatsingsprocedures niet mogelijk is, wordt de ambtenaar boventallig verklaard en zijn op hem de hoofdstukken 2 en 3 van dit Sociaal Statuut van toepassing. 2. De betrokken ambtenaar valt vanaf het moment van boventallig verklaring onder de verantwoordelijkheid van het mobiliteitsbureau. 3. Samen met de betrokken ambtenaar stelt het mobiliteitsbureau een actieprogramma “van werk naar werk” op. Hierbij worden alle mogelijkheden op de arbeidsmarkt verkend. Gedurende de eerste zes maanden van boventalligheid wordt vooral gekoerst op passende functie bij andere overheden. Na de periode van zes maanden wordt binnen de totale arbeidsmarkt actief gezocht naar passende plaatsingsmogelijkheden. 4. Bij plaatsing in een passende functie extern geldt een terugkeergarantie gedurende twee maanden. Artikel 25 Evaluatie plaatsingsproces 1. Tot 18 maanden na de formele aanstelling in een, bij het plaatsingsproces als nieuw aangemerkte, functie binnen het waterschap Vechtstromen kunnen zowel de betrokken ambtenaar als diens leidinggevende, nadat hierover ten minste twee maal met elkaar hierover gesproken is binnen de reguliere HR gesprekscyclus, het bevoegd gezag schriftelijk meedelen dat plaatsing van de ambtenaar in de functie, bij nader inzien, niet langer als passend kan worden beschouwd. 2. Het dagelijks bestuur van waterschap Vechtstromen vraagt de plaatsingscommissie ter zake om advies. De plaatsingscommissie brengt binnen drie weken na dit verzoek advies uit aan het bevoegd gezag, nadat zij zowel de betrokken ambtenaar als diens leidinggevende heeft gehoord. 3. Binnen drie weken na ontvangst van het advies van de plaatsingscommissie neemt het bevoegd gezag een besluit dat ofwel de betrokken ambtenaar handhaaft in de functie; danwel de betrokken ambtenaar ontheft uit de functie vanwege het, bij nader inzien, niet passend zijn van die functie.
Sociaal Statuut
17
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
4. Indien de ambtenaar op grond van dit artikel uit zijn functie wordt ontheven en op dat moment geen passende alternatieve functie binnen de organisatie voorhanden is, wordt de betrokken ambtenaar boventallig verklaard en zijn op hem de hoofdstukken 2 en 3 van dit Sociaal Statuut van toepassing.
Sociaal Statuut
18
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
HOOFDSTUK 5 FLANKEREND BELEID Artikel 26 Flankerend beleid Het flankerend beleid in het kader van dit Sociaal Statuut kent een specifieke achtergrond. Die hangt samen met de personele taakstelling die verbonden is aan de fusie. Ten opzichte van de begrote personeelsformatie van beide fuserende waterschappen voor het jaar 2012, zal deze met 60 fte worden ingekrompen. Via een hierop anticiperend vacaturebeleid en natuurlijk verloop zal naar verwachting deze taakstelling deels worden behaald. Flankerend beleid kan daarom aanvullend worden ingezet. Concreet betreft het hier een vrijwillige vertrekregeling en een overbruggingsregeling naar pensioen voor oudere medewerkers. Het betreft hier maatwerkregelingen, waaraan door ambtenaren geen algemeen geldend recht aan kan worden ontleend. Beide regelingen zullen tot nader te omschrijven doelgroepen worden beperkt en kunnen op elk moment weer worden ingetrokken indien de personele situatie zich wijzigt. Uitgangspunt hierbij is dat het aanvullend flankerend beleid zal worden toegepast op die functie/expertisegebieden, waarvan wordt verwacht dat het aanbod van ambtenaren de vraag hiernaar vanuit de nieuwe organisatie (ver) overtreft. Ook in die situaties waarbij via toepassing van aanvullend flankerend beleid een oplossing elders kan worden geboden ter voorkoming van boventalligheid (remplaçantenregeling) en in specifieke individuele situaties kunnen de instrumenten worden ingezet. Artikel 27 Vrijwillige vertrekregelingen 1. Het bevoegd gezag kan voor specifieke (groepen van) functies/expertisegebieden een vrijwillige vertrekregeling van toepassing verklaren. 2. Het bevoegd gezag wijst de (groepen van) functies/expertisegebieden als bedoeld in het eerste lid aan. In de regel zal het hier (groepen van) functies/expertisegebieden betreffen, waarbij krimp van werkgelegenheid wordt voorzien in de nieuwe waterschapsorganisatie in relatie tot de huidige bezetting bij de te fuseren waterschappen. 3. Het bevoegd gezag kan op elk moment de vrijwillige vertrekregeling intrekken voor (groepen van) functies/expertisegebieden, zodra er voor het bevoegd gezag geen aanleiding meer is de regeling te continueren. 4. Ambtenaren geboren vóór 1 januari 1950; alsmede ambtenaren die op het moment van ontslag een leeftijd hebben gelegen binnen 48 maanden van de AOW gerechtigde leeftijd, zijn uitgesloten van gebruikmaking van de vertrekregeling als genoemd in dit artikel. 5. Ambtenaren die gebruik kunnen en willen maken van de vertrekregeling als verwoord in dit artikel, nemen zèlf ontslag op basis van artikel 8.1.2. SAW en doen afstand van alle rechten voortvloeiend uit dit Sociaal Statuut, de SAW en alle overige rechten die mogelijkerwijs tot een (financiële) verplichting aanleiding kunnen geven voor het waterschap Vechtstromen of de beide fuserende waterschappen. 6. De hoogte van de ontslagvergoeding bedraagt : a) De uitkomst van het gewogen aantal dienstjaren, bij één van de fuserende waterschappen of haar voorgangers, maal het garantiesalaris per maand, maal de factor 1,5.
Sociaal Statuut
19
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
b) Het gewogen aantal dienstjaren wordt alsvolgt bepaald: • Leeftijd jonger dan 35 jaar op de datum van ontslag: elk dienstjaar telt mee met de factor 0,5; • Leeftijd tussen 35 en 45 jaar op de datum van ontslag: elk dienstjaar telt met de factor 1 mee; • Leeftijd 45 tot 55 jaar op de datum van ontslag: elk dienstjaar telt met de factor 1,5 mee; • Leeftijd vanaf 55 jaar op de datum van ontslag: elk dienstjaar telt met de factor 2 mee. c) De regeling kent een afbouw in tijd. Vanaf de datum dat de regeling door het bevoegd gezag wordt opengesteld voor (groepen van) functies/expertisegebieden, geldt dat elke maand volgend op de datum van openstelling, de hoogte van de vergoeding wordt afgebouwd met 5% per maand. Artikel 28 Maatwerkregeling oudere medewerkers 1. Het bevoegd gezag kan, indien hiervoor specifieke aanleiding is, voor oudere, niet FPU gerechtigde, medewerkers geboren tussen 1 januari 1950 en 1 januari 1953 een maatwerkregeling treffen ter overbrugging naar de AOW-gerechtigde leeftijd. 2. De in dit artikel genoemde aanleiding zal doorgaans zijn gelegen in specifieke persoonlijke omstandigheden, waardoor plaatsing binnen de nieuwe waterschapsorganisatie wederzijds niet als reële optie wordt ervaren of in situaties, waarbij geldt dat dreigende overtolligheid hiermee (elders) kan worden voorkomen. 3. De hoogte van een in het kader van dit artikel te treffen regeling bedraagt: a) In geval van een voor 100% doorlopende pensioenopbouw 75% van het bruto maandsalaris en IKB collectief. b) In geval van een, naar rato van het bruto salaris, verminderde pensioenopbouw 80% van het bruto maandsalaris en IKB collectief. 4. In uitzondering op het eerste lid van dit artikel kan het bevoegd gezag in zeer specifieke individuele situaties een overbruggingsregeling naar de AOWgerechtigde leeftijd treffen voor FPU gerechtigde medewerkers. 5. De hoogte van de te treffen regeling bedraagt een aanvulling op de FPU uitkering tot maximaal 100% van het garantiesalaris, zoals dat geldt voor de betrokken ambtenaar op de datum van ontslag uit de waterschapsdienst. 6. Gedurende de looptijd van de regeling als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid van dit artikel worden alle eventuele (bij)verdiensten/inkomsten volledig in mindering gebracht op de getroffen regeling, indien de hoogte van de regeling en de bruto (bij)verdiensten/inkomsten gezamenlijk meer dan 100% bedragen van het garantiesalaris, dat de betrokken ambtenaar ontving op het moment van gebruikmaking van de regeling.
Sociaal Statuut
20
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
HOOFDSTUK 6 SLOTBEPALINGEN Artikel 29 Hardheidsclausule In die individuele gevallen waarin de toepassing van dit Sociaal Statuut zou leiden tot een kennelijk onbillijke situatie voor een ambtenaar, kan het bevoegd gezag anders beslissen. Artikel 30 Citeertitel Dit Sociaal Statuut kan worden aangehaald als “Sociaal Statuut fusie waterschap Velt en Vecht en waterschap Regge en Dinkel tot het nieuwe waterschap Vechtstromen”. Artikel 31 Inwerkingtreding Dit Sociaal Statuut treedt in werking op de dag waarop de algemeen besturen van de bij de fusie betrokken waterschappen dit hebben vastgesteld.
Sociaal Statuut
21
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014
Vastgesteld in de vergaderingen van het algemeen bestuur van de twee waterschappen en de bestuursvergaderingen van de vakbonden:
Waterschap Velt en Vecht d.d. 2012 ______________________________ ______________________________ A. van Vliet R. Schuiling
voorzitter
secretaris
Waterschap Regge en Dinkel d.d. 2012 ______________________________ ______________________________ S.M.M. Kuks W.A. Joosten
voorzitter
secretaris
CNV Publieke Zaak d.d. ________ 2012 ABVAKABO FNV d.d. 2012 ______________________________ ______________________________ M. Matser J. Grobben
Regiobestuurder
Sociaal Statuut
22
Regiobestuurder
Fusie waterschappen Velt en Vecht en Regge en Dinkel op weg naar het nieuwe waterschap Vechtstromen per 1 januari 2014