SMAAKSTOORNISSEN Inhoudsopgave Inleiding ...................................................................................................................................... 1 Classificatie smaakstoornissen .................................................................................................... 1 Mechanisme ................................................................................................................................ 1 Geneesmiddelen ......................................................................................................................... 2 Antibiotica ........................................................................................................................... 2 Antimycotica ....................................................................................................................... 2 Antivirale middelen .............................................................................................................. 2 Oncolytica ........................................................................................................................... 3 Schildklier middelen ............................................................................................................ 3 ACE-remmers ..................................................................................................................... 3 Corticosteroïden.................................................................................................................. 3 Psychische middelen .......................................................................................................... 3 Literatuur ..................................................................................................................................... 5
Inleiding Smaak en reuk zijn belangrijke aspecten voor het algemene welzijn. Verstoringen hierin kunnen een grote invloed hebben op de kwaliteit van leven en de emotionele toestand van patiënten. Door smaakstoornissen kunnen patiënten ongemak ondervinden en het bevredigende gevoel van een voedzaam dieet kan belemmerd worden. Wanneer smaakstoornissen worden veroorzaakt door het gebruik van geneesmiddelen kan dit tevens een nadelige invloed hebben op de therapietrouw. Verschillende soorten geneesmiddelen kunnen een rol spelen bij het ontstaan van smaakstoornissen.
Classificatie smaakstoornissen Geneesmiddel-geïndiceerde smaakstoornissen kunnen geclassificeerd worden als [1,2]: - Ageusie: de totale afwezigheid van één of meerdere basis smaakprikkels (zout, zoet, zuur of bitter); verlies van smaak in ergere zin - Hypogeusie: een verminderd vermogen om smaakprikkels waar te nemen - Hypergeusie: een toegenomen vermogen om smaakprikkels waar te nemen - Dysgeusie: een veranderde gewaarwording van smaak, vieze gewaarwording van smaak bij normaal gesproken plezierige smaken - Smaak-agnosie: het niet kunnen identificeren van de toegediende smaakprikkel Hoewel geur en reuk in ruimtelijk opzicht gescheiden zijn hangen zij nauw met elkaar samen. Door kauwen komen reukstoffen vrij die bij uitademing via de neuskeelholte het reukorgaan bereiken. Bij smaakstoornissen dient hierdoor ook rekening te worden gehouden met reukstoornissen.
Mechanisme Het mechanisme waarbij geneesmiddelen smaakstoornissen kunnen veroorzaken is nog niet precies bekend. Veel factoren kunnen invloed hebben op de smaak- en geurwaarneming.
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, september 2012 Pagina 1 van 5
Speeksel speelt een belangrijke rol bij het op gang brengen van de smaakoverdracht. Vast voedsel wordt opgelost in het speeksel. Vervolgens worden de smaakstoffen via het speeksel getransporteerd naar de smaakorgaantjes. Een droge mond kan hierdoor bijdragen aan het ontstaan van smaakstoornissen. Smaakstoornissen kunnen ook het gevolg zijn van verstoring van de flora in de mondholte, lokale chemische beschadigingen van de mucosa, een perceptie van abnormale stoffen in het speeksel of een beschadiging van de smaakreceptoren. Ook aandoeningen die de vernieuwingscyclus van smaakreceptoren verstoren (virusinfecties, oncolytica) kunnen de oorzaak zijn. Voor de opbouw en functie van deze receptoren zijn bovendien speciale mucoproteïnen noodzakelijk. Bij de samenstelling van deze mucoproteïnen speelt zink een belangrijke rol. Geneesmiddelen die stoornissen teweeg brengen in de synthese en de functie van deze mucoproteïnen of in de zinkhuishouding kunnen daardoor aanleiding geven tot stoornissen in de opbouw en de functie van de receptor met als gevolg smaak- en reukstoornissen. Verder kunnen een direct toxisch effect op de receptor of verandering in signaaltransductie bijdragen aan het ontstaan van smaak- en reukstoornissen. Tevens kunnen verschillende geneesmiddelen het reukvermogen beïnvloeden door een indirect effect en zodoende ook de smaakbeleving beïnvloeden. Denk hierbij aan uitdroging van het neusslijmvlies of het veroorzaken van congestie. Smaakstoornissen kunnen verder ook nog optreden doordat het desbetreffende geneesmiddel een specifieke smaak heeft [3]. Smaak- en reukstoornissen zijn in de meeste gevallen reversibel. Herstel kan enige weken tot maanden duren.
Geneesmiddelen Antibiotica Veel antibiotica hebben een bittere, metaal en/of zure smaak in concentraties waarin zij in het speeksel voorkomen. Een voorbeeld hiervan is metronidazol wat erom bekend staat een metaalsmaak te geven. Ook kunnen antibiotica direct invloed hebben op de smaakreceptoren. Intraveneus toegediend pentamidine geeft bij sommige patiënten bijna direct na toediening een bittere of metaalsmaak, mogelijk door directe stimulatie van de smaakreceptoren via het bloed of speeksel. Het is interessant dat de smaak van antibiotica beïnvloed kan worden door de drank waarmee het wordt ingenomen. Sommige antibiotica smaken bitterder wanneer ze worden ingenomen met zure dranken dan met water. Dit toont aan dat deze middelen sneller oplossen in zure dranken en dat de zoetigheid van de drank de bittere smaak van het geneesmiddel niet maskeert [3].
Antimycotica Terbinafine is bekend met het voorkomen van smaakstoornissen. Deze smaakstoornissen lijken vaker voor te komen bij oudere patiënten en bij patiënten met een lagere BMI. Terbinafine is erg lipofiel. Patiënten met een lage BMI zouden hierdoor een hogere concentratie terbinafine hebben wat resulteert in een hoger risico op bijwerkingen. Ouderen zouden voornamelijk gevoeliger zijn voor geneesmiddel-geïnduceerde smaakstoornissen wanneer zij minder functionele smaakpapillen hebben. Schade aan de smaakpapillen heeft in dit geval een groter effect op de smaak [3].
Antivirale middelen Sommige antivirale middelen kunnen smaakstoornissen geven. Het gaat hierbij voornamelijk om een bittere smaak. Geneesmiddelen voor de behandeling van HIV en aids zijn bekend met een verandering in smaakgewaarwording en een olieachtige smaak [3].
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, september 2012 Pagina 2 van 5
Oncolytica Oncolytica kunnen de reuk- en smaakreceptoren afbreken. Reuk- en smaakverlies kan in sommige gevallen blijvend zijn. Oncolytica kunnen ook reukstoornissen geven door aantasting van geurmembranen. Dit kan tevens invloed hebben op de smaak [3].
Schildklier middelen Hypothyreoïde patiënten die behandeld worden met thyreomimetica zijn eerder geneigd smaakstoornissen te ontwikkelen dan niet-hypothyreoïde patiënten. De relatie met de geneesmiddelen, de onderliggende aandoening en andere factoren is nog niet opgehelderd. Verschillende studies hebben aangetoond dat hypothyreoïde patiënten een hogere drempelwaarde hebben voor het waarnemen van smaken, met name bittere smaken. Therapie met thyreomimetica verlaagt deze drempelwaarde naar normaal [3].
ACE-remmers Bijna alle klassen geneesmiddelen binnen de cardiovasculaire middelen zijn geassocieerd met smaakstoornissen. Deze zijn vaak waargenomen bij ACE-remmers. Het gaat hier voornamelijk om verlies van smaak, verandering in de smaakwaarneming, zoete smaak en metaalsmaak. Smaakstoornissen komen het vaakst voor bij captopril. Captopril kan ervoor zorgen dat zoet voedsel zout gaat smaken. Tevens kan het een permanente bittere of zoute smaak in de mond geven. Uit studies is gebleken dat smaakstoornissen bij captopril dosisafhankelijk zijn. Captopril bevat een sulfonylgroep welke in de meeste andere ACE-remmers afwezig is. Mogelijk draagt deze sulfonylgroep bij aan het veroorzaken van de smaakstoornissen. Toch zijn smaakstoornissen ook gemeld bij ACE-remmers zonder sulfonylgroep, al in het in mindere mate. In sommige gevallen herstelt de smaakstoornis spontaan binnen een paar maanden ondanks continuering van de ACE-remmer. In de meeste gevallen herstelt de smaakstoornis na staken van de ACE-remmer [3].
Corticosteroïden Corticosteroïden kunnen klachten veroorzaken die kunnen bijdragen aan smaakstoornissen zoals: orale candidiasis, stomatitis, glossitis (ontsteking van de tong), bloedingen in de mond en tandaandoeningen [3].
Psychische middelen Verschillende tricyclische antidepressiva (TCA) zijn geassocieerd met smaakstoornissen. Ze hebben niet alleen een smaak van zichzelf, maar kunnen ook de intensiteit van de smaak veranderen. Verder is een droge mond een bekend effect van anticholinerge werking van TCA’s. Een droge mond kan bijdragen aan de smaakstoornissen. Selectieve serotonine heropnameremmers zijn ook geassocieerd met smaakstoornissen. Het gaat hierbij voornamelijk om smaakverlies en een verandering in smaakgewaarwording. Een causale relatie is echter niet aangetoond. Andere psychische middelen zoals antipsychotica, antiepileptica en hypnotica zijn ook in verband gebracht met smaakstoornissen. Een mechanisme is in veel gevallen echter nog niet opgehelderd [3].
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, september 2012 Pagina 3 van 5
Klasse
Geneesmiddelen
Anxiolytica Antibiotica
alprazolam, buspiron, flurazepam ampicilline, azithromycine, ciprofloxacine, claritromycine, ethambutol, metronidazole, ofloxacin, sulfamethoxazol, tetracycline amitriptyline, clomipramine, doxepine, imipramine, nortriptyline carbamazepine, fenytoïne, topiramaat, acetazolamide loratadine, pseudo-efedrine beclometason, budesonide, colchicine, dexametason, flunisolide, fluticason, goud, penicillamine griseofulvine, terbinafine levodopa aciclovir, amantadine, ganciclovir, interferon, oseltamivir amiodarone, amiloride, furosemide, spiranolacton, amiodaron, betaxolol, captopril, diltiazem, enalapril, hydrochloorthiazide, losartan, candesartan, nifedipine, nitroglycerine, propafenon, propranolol, spironolacton, torvastatine, simvastatine naratriptan, rizatriptan, sumatriptan cisplatine, carboplatine, cyclofosfamide, doxorubicine, fluorouracil, levamisol, methotrexaat, tegafur, vincristine clozapine, lithium amfetamine, dexamfetamine, methylfenidaat, zolpidem atorvastatine, fluvastatine, pravastatine baclofen, dantroleen nicotine
Antidepressiva Anti-epileptica Antihistaminica Anti-inflammatoire middelen Antimycotica Antiparkinson middelen Antivirale middelen Cardiovasculaire middelen
Anti-migraine middelen Oncolytica Psychofarmaca
Lipideverlagende middelen Middelen bij spierspasmen Middelen voor behandeling verslavingsziekten Schildkliermiddelen carbimazol, levothyroxine, propylthiouracil, thiamazole Geneesmiddelen geassocieerd met smaak- en geurstoornissen [1,3]
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, september 2012 Pagina 4 van 5
Literatuur 1.
Naik BS, Shetty N, Maben EV. Drug-induced taste disorders. Eur.J.Intern.Med. 2010;21(3):240-3.
2.
Vissink A, van Weissenbruch R, van Nieuw Amerongen A. Smaak- en reukstoornissen. Ned Tijdschr Tandheelkd 2001;108:229-36.
3.
Doty RL, Shah M, Bromley SM. Drug-induced taste disorders. Drug Saf 2008;31(3):199-215.
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, september 2012 Pagina 5 van 5