Slachtofferonderzoek bij verlofaanvragen TBS
Aanleiding In het regeerakkoord is aangegeven dat de positie van slachtoffers verder moet worden versterkt. Een stap om hiertoe te komen is gezet door de werkgroep ‘TBS en slachtoffers’.1 De werkgroep heeft een advies gegeven dat handvatten biedt voor het doen van slachtofferonderzoek bij een verlofaanvraag voor TBS met dwangverpleging. Daarnaast omvat het advies handvatten die meegenomen kunnen worden in de nieuwe handreiking voor verlofaanvragen. Bij het advies hoort een stroomschema. Dit stroomschema geeft de samenwerking van de FPC’s met het Informatiepunt Detentieverloop (IDV) en de casemanagers van Slachtofferhulp Nederland (SHN) weer.
Achtergrond In de ministeriële regeling Verlofregeling TBS worden twee elementen in de verlofaanvraag genoemd die slachtoffergericht zijn. Enerzijds moet er een slachtofferonderzoek plaatsvinden (zie kader achterzijde). Het doel van dit slachtofferonderzoek is om een voorgenomen verlofverlening vanuit de invalshoek van
1
In de werkgroep hebben verschillende partijen deelgenomen namelijk: medewerkers van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, de Dienst Justitiële Inrichtingen, medewerkers van FPC Veldzicht, de Pompestichting, de Dr. Henri van der Hoevenstichting, Slachtofferhulp Nederland, het Informatiepunt Detentieverloop en Slachtoffer in Beeld. Daarnaast zijn drie lotgenotenorganisaties geraadpleegd.
het slachtoffer te bezien en de gevolgen en mogelijke risico’s voor het (de) slachtoffer(s) in kaart te brengen. Een dergelijk onderzoek bestaat uit een analyse van mogelijke gevolgen en (veiligheids)risico’s van verlofverlening aan een ter beschikking gestelde voor het slachtoffer en zijn omgeving. Anderzijds moet er, als er een schadevergoeding is opgelegd, een betalingsregeling worden getroffen met slachtoffers (zie kader achterzijde). Deze elementen uit de verlofregeling TBS bieden ruimte om het slachtofferperspectief in de verlofaanvraag mee te nemen.
Advies van de werkgroep ‘TBS en slachtoffers’ De beperkte uitleg over de slachtoffergerichte elementen in de verlofaanvraag, met name het slachtofferonderzoek, zorgt ervoor dat elk Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) deze anders invult. Het advies kan hierin houvast bieden. Er zijn algemene adviezen en adviezen bij de boxen van de verlofaanvraag uitgewerkt.
Algemene adviezen De algemene adviezen zijn van belang voor verlofaanvragers of vormen punten van aandacht om mee te nemen bij het opstellen van de herziene handreiking verlofaanvragen.
Algemene adviezen Gebruik van bestaande format voor slachtofferonderzoek In het format behorende bij de Verlofregeling worden vragen gesteld met betrekking tot de gevolgen voor slachtoffers. Hieruit blijkt dat het format geschikt is om een slachtofferonderzoek in te verweven. Het slachtofferonderzoek kan ook in een toekomstig format worden verweven. Antwoorden op de vragen Om tot een toetsbare afweging van belangen te komen is het advies om uitgebreider te antwoorden op vragen dan slechts ja of nee. Privacy/veiligheid van slachtoffers/nabestaanden Omdat een tbs-gestelde officiële inzage heeft in een verlofaanvraag, dient bij de beantwoording van de vragen in het format terughoudend omgegaan te worden met specifieke privacygevoelige slachtofferinformatie, ook in verband met de veiligheid. Er kan daarbij ook reden zijn om slachtoffers of nabestaanden geen of weinig informatie te geven over de verblijfplaats van de tbs-gestelde in verband met wraakgevoelens/dreigementen van slachtoffers of nabestaanden. Vragen in het format Sommige vragen in de boxen zijn dubbelop. Het advies is deze doublures in een toekomstig format te verwijderen.
Advies bij onderdelen verlofaanvraag In het advies van de werkgroep zijn die boxen van het format verlofaanvraag meegenomen waarin ruimte is voor het slachtofferperspectief. Dit zijn: • persoonsgegevens en voorgeschiedenis (box 1) • risicotaxatie en risicomanagement (box 4) • verlofplan (box 5). Het advies biedt handvatten om bij het invullen van verlofaanvragen op bepaalde momenten rekening te houden met het belang van het slachtoffer en / of nabestaanden. In de boxen staan suggesties ‘wat te doen’ en ‘aandachtspunten’ voor de verlofaanvrager vermeld. De opmerkingen hebben vooral betrekking op de relatie met het slachtoffer, een mogelijke betalingsregeling en de kans op confrontatie. Daarnaast worden er aandachtspunten gegeven die de verlofaanvrager doen nadenken over het stellen van slachtoffergerichte voorwaarden aan het verlof, zoals een mogelijk gebiedsverbod.
Slachtofferonderzoek bij verlofaanvragen TBS | 2
In box 1 (persoonsgegevens en voorgeschiedenis) 1.2: strafrechtelijk verloop/ delictgeschiedenis
Relatie tot slachtoffer(s) Wat te doen? Uit het strafdossier zal blijken welke relatie de tbs-gestelde ten opzichte van de slachtoffers en nabestaanden van het indexdelict heeft of had. Daarnaast kan het IDV om informatie worden gevraagd (zie stap 1 in het stroomschema). Dit is vooral van belang wanneer bij FPC’s geen slachtoffers of nabestaanden bekend zijn. Voorbeelden van slachtoffers Partner, familieleden en/of bloedverwanten, buurman, collega, vriend, kennis of geen relatie (willekeurig slachtoffer). Het FPC heeft daarnaast de ruimte om zelf te formuleren wie nog meer als slachtoffer worden beschouwd. Aandachtspunt De personen die hier worden genoemd zijn de meest relevante voor de vragen bij 4.2.
1.3: behandelhistorie
Is er, indien van toepassing, een regeling getroffen met betrekking tot schadevergoeding aan slachtoffers voordat het verlof wordt ingezet? Wat te doen? Deze vraag volgt rechtstreeks uit de ministeriële regeling. Een regeling kan: A. niet nodig zijn/niet van toepassing zijn; B. al bestaan (tijdens de celstraf of in een FPC begonnen); C. nog getroffen moeten worden. Bij B en C heeft het FPC een rol in het (evt. opzetten en) uitvoeren van de betalingsregeling. Een door de strafrechter opgelegde schadevergoedingsmaatregel loopt via het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB). Voor een civiele vordering heeft Slachtofferhulp Nederland (SHN) een tussenrekening in het leven geroepen. Aandachtspunt Een eenmaal getroffen regeling moet ook worden gevolgd door de tbs-gestelde. Aandachtspunt Vervangende hechtenis heft de opgelegde verplichting vaak niet op (zie vonnis) en daarmee blijft een regeling noodzakelijk.
In box 4 (risicotaxatie en risicomanagement) 4.2: risicomanagement
Kans op confrontatie met slachtoffer of nabestaanden Wat te doen? Om de kans op confrontatie in te schatten, dient bekend te zijn waar dit kan gebeuren. De antwoorden op de volgende 7 vragen kunnen hierbij relevant zijn. Aanvullende vragen van het FPC kunnen vanzelfsprekend ook beantwoord worden. Voor de benodigde informatie kan het FPC-dossier worden geraadpleegd of op initiatief van het FPC contact worden gezocht met IDV en SHN (zie stap 2, 3 en 4 van het stroomschema). 1. Willen de slachtoffers of nabestaanden geïnformeerd worden over het strafverloop, volgens het IDV? (Niet altijd zijn slachtoffers bekend bij IDV en dienen FPC’s uit het dossier informatie te halen, zodat het IDV dit alsnog kan checken) 2. Wat is het adres van de slachtoffers of nabestaanden, of op z’n minst de woonbuurt of wijk? Is het een dorp of een drukke stad? 3. Hebben de slachtoffers of nabestaanden (uit zichzelf of bij navraag) bepaalde belangen onder de aandacht gebracht (bij het FPC, IDV, SHN of bij het OM/politie tijdens de strafzaak) die relevant zijn m.b.t. het risico op confrontaties? Als bij vraag 1 het antwoord ‘ja’ is, dan kan dit (via IDV) en SHN ook actief nagevraagd worden. Waar liggen gevoeligheden in de uitwerking van het verlof, bijvoorbeeld: 4. Waar is het eventuele graf van het slachtoffer? 5. Als er kinderen onder de nabestaanden of slachtoffers vallen (bijv. partnermoord), is het raadzaam hier extra aandacht aan te besteden, vooral in combinatie met eventuele bezoekregelingen. Het is van belang dit af te stemmen met Jeugdzorg. 6. Zijn er wraakgevoelens bekend bij slachtoffers/nabestaanden of bij de patiënt (die in geringe mate empathie toont)? Wat zijn de risico’s bij een confrontatie? Is dit eerder gebeurd? (contact zoeken, bedreigingen) 7. Wat is de ruchtbaarheid/publiciteitsgevoeligheid van de zaak?
Slachtofferonderzoek bij verlofaanvragen TBS | 3
Slachtofferonderzoek/betalingsregeling slachtofferschuld Wat te doen? Als bij de inschatting over het risico op confrontatie is gebleken dat de kans op confrontatie aanwezig is dan dient een afweging plaats te vinden door het FPC tussen het belang van het slachtoffer/nabestaanden en het belang van de tbs-gestelde. Deze afweging dient kort en transparant uiteengezet te worden voorzien van een goede en kenbare motivering, om deze toetsbaar te maken en geschikt te maken voor het informeren van het slachtoffer of de nabestaanden. De afweging kan leiden tot het inzicht dat de verlofuitoefening gepaard gaat met voorwaarden zoals een gebiedsverbod. Aandachtspunt Bij de afweging dient de ernst van het delict betrokken te worden. Als een confrontatie onnodig en dus vermijdbaar is, dan dient dit in de afweging te worden meegenomen. Aandachtspunt Uit een slachtofferonderzoek komen niet per se voorwaarden voort. Onnodige belemmeringen in de re-integratie van de tbs-gestelde dienen echter ook vermeden te worden. Een gebiedsverbod blijft daarom bij voorkeur beperkt tot een in alle redelijkheid nodig geachte omvang. Van belang is een evenwicht te zoeken (waarbij het slachtoffer en of de nabestaanden voorrang hebben) om een niet te beperkt traject te krijgen. De omvang van het eventuele gebiedsverbod is daarmee dus maatwerk en onderdeel van het risicomanagement en de behandeling (behandelplan). De behandeling en resocialisatie kan niet geregisseerd worden door slachtoffers. Als in het verlofplan een bezoek aan kinderen gepland staat (ook die van de tbs-gestelde zelf) staat het belang van het kind voorop. Bij een bezoek aan het graf dient een zekere slachtofferempathie aanwezig te zijn. Vooraf overleggen met IDV en SHN vanwege de eventuele extreme gevoeligheid. Het tijdstip of de periode van bezoek kan uitkomst bieden. Maatwerk en evenwicht van belangen is belangrijk met daarbij aandacht voor het belang dat een bezoek in de behandeling kan hebben. Aandachtspunt Afspraken met de tbs-gestelde over hoe deze dient te handelen bij een (onverwachte) confrontatie, kunnen mogelijk voor het slachtoffer/nabestaande vervelende gevolgen beperken. De algemene lijn is terugtrekken, de plek verlaten en conflictvermijdend reageren. De inschatting van de kans op confrontatie, de inschatting op risico’s en gevoeligheden en de afweging van belangen vormen samen het slachtofferonderzoek. De eventueel aan het verlof te verbinden voorwaarden volgen uit het slachtofferonderzoek. Het is voor de onderlinge samenwerking goed om de uitkomsten van het slachtofferonderzoek pro-actief te delen met SHN en IDV (stap 5 van het stroomschema). Is er, als van toepassing, een regeling getroffen over schadevergoeding aan slachtoffers voordat het verlof wordt ingezet? Het advies van de werkgroep ‘TBS en slachtoffers’ is om dit item in de toekomst te schrappen uit het format, omdat deze informatie dubbelop is. Het advies te verhuizen/ elders te re-integreren bij zeer ernstige delicten, mede vanuit het oogpunt van zwaarwegende slachtofferbelangen Het advies van de werkgroep ‘TBS en slachtoffers’ is om dit item in de toekomst te schrappen uit het format, omdat deze informatie dubbelop is. Invoelbaarheid ervaring en positie slachtoffer Aandachtspunt Voor de behandeling kan het van belang zijn: • dat de tbs-gestelde verantwoordelijkheid neemt voor (en/of spijt heeft van) het delict; • dat de tbs-gestelde ook zelf de belangen van het slachtoffer in het kader van verlof onderkent en erachter staat; • de tbs-gestelde kan zichzelf beperkingen opleggen in het belang van het slachtoffer. De mate van empathie van de tbs-gestelde met de ervaring en de positie van de slachtoffers en nabestaanden is niet van belang bij de bepaling of verlof überhaupt mag plaatsvinden.
In box 5 (verlofplan) 5.1: verlofplan
Verlofvoorwaarden Aandachtspunt Expliciet onderdeel van de verlofvoorwaarden zijn eventuele voorwaarden die volgen uit het slachtofferonderzoek. Als deze voorwaarden er zijn, dan dienen deze (nogmaals) in deze box te worden meegenomen. Aandachtspunt Een exacte formulering van de slachtoffergerichte voorwaarden is van belang, aangezien deze voorwaarden aan het slachtoffer of de nabestaanden kunnen worden doorgegeven. Slachtofferonderzoek bij verlofaanvragen TBS | 4
Stroomschema Dit stroomschema bevat een weergave van de spelers die betrokken zijn bij slachtofferonderzoek. Slachtofferonderzoek wordt geïnitieerd door FPC’s. Dit stroomschema is in het bijzonder relevant als het FPC nog niet in contact is met slachtoffers. Slachtofferonderzoek wordt in samenwerking met Slachtofferhulp Nederland (SHN) en het Informatiepunt DetentieVerloop (IDV) van het OM vormgegeven. Het elkaar informeren is in alle gevallen relevant.
1 5
Forensisch Psychiatrische Centra (FPC’s)
4 2 5
Slachtoffers/ nabestaanden
Informatiepunt Detentieverloop (IDV)
1 FPC checkt slachtoffergegevens bij IDV (welke slachtoffers zijn bij IDV bekend?) 2 FPC vraagt SHN of specifieke slachtofferbelangen bekend zijn of andere relevante slachtofferinformatie 3 SHN heeft, via een casemanager, contact met slachtoffer of nabestaanden 4 SHN meldt bevindingen aan FPC 5 FPC informeert zonodig het IDV en SHN.
3
Slachtofferhulp Nederland (SHN)
Contactgegevens Informatiepunt Detentieverloop Telefoon: 026-3593746 E-mail:
[email protected] Slachtofferhulp Nederland Telefoon: 06-10704526 E-mail:
[email protected] Forensische Psychiatrische Centra Zie landkaart forensische zorg, of www.dji.nl
Slachtofferonderzoek bij verlofaanvragen TBS | 5
Verlofregeling TBS In artikel 1 in de Regeling wordt een definitie gegeven van het slachtofferonderzoek: Een analyse van mogelijke gevolgen en veiligheidsrisico’s van verlofverlening aan een ter beschikking gestelde voor het slachtoffer of zijn omgeving. Het doel van het slachtofferonderzoek is om de voorgenomen verlofverlening in het perspectief van het slachtoffer te plaatsen en eventuele risico’s voor slachtoffers in kaart te brengen. ‘Niet alleen de belangen van het slachtoffer, maar ook die van zijn naaste omgeving worden in het onderzoek betrokken. Hierbij kan gedacht worden aan de belangen van nabestaanden of getuigen van het misdrijf’ (Memorie van toelichting, Verlofregeling TBS). De toelichting geeft verder aan dat de resultaten van het slachtofferonderzoek ‘deel uitmaken van de belangenafweging door de Minister in het kader van de besluitvorming over het verlenen van een machtiging en eventueel de daaraan te verbinden voorwaarden’. In toelichting wordt nog een specifiek element van het slachtofferonderzoek aangewezen: de kans op confrontatie met slachtoffers. ‘Indien in dit opzicht problemen zijn te verwachten, kan het vanuit zwaarwegende slachtofferbelangen in het geval het een ernstig delict betrof bijvoorbeeld nodig zijn de re-integratie elders te doen plaatsvinden.’ De volledige Verlofregeling TBS is te vinden op www.wetten.nl
Colofon Dit is een uitgave van Dienst Justitiële Inrichtingen Postbus 30132, 2500 GC Den Haag Realisatie: Afdeling Corporate Communicatie Maart 2012 Slachtofferonderzoek bij verlofaanvragen TBS | 6