[ handleiding ]
Situering, profilering en doelen ‘De Tafelkampioen’ is een strategisch keuzevrij oefenboekje betreffende de tafels van vermenigvuldiging en deling tot 10 met 48 taken en ruim 1 500 invulopdrachten, waarbij een kind- en gebruiksvriendelijk oplossingenboekje hoort. ‘De Tafelkampioen’ speelt in op de reproductiefase binnen het automatiseringsproces van de tafels waarbij een drietal doelen nagestreefd worden: - het gevarieerd herhalen, oefenen, memoriseren, automatiseren… van alle tafels van vermenigvuldiging en deling tot 10; - het differentiëren naar opdrachten toe; - het voorzien van remediëringskansen. De middelen die daartoe worden aangewend zijn o.a.: - oefenspelen: domino, ganzenspel, tekeningen met oefeningen, puzzels… ; - gevarieerde oefenopdrachten: tafelproducten gelinkt aan opdrachten met zelfcontrole, bv. woordpuzzels, kleurprenten, rekenwielen, vlaggen…; - opdrachten die echt gaan leven voor de leerlingen: inzicht in de vermenigvuldiging (verkorte optelling) en in de deling, de verwisseleigenschap (commutativiteit) van de vermenigvuldiging en de deling als omgekeerde bewerking van de vermenigvuldiging; - realistische en functionele rekensituaties en herkenbare contexten. Om de tafelproducten en -quotiënten te maken, kiezen de leerlingen vrij hun oplossingsstrategie: de meer verfijnde en inzichtelijke kapstokkenstrategie (uit ‘De super Tafelkampioen) of de traditionele werkwijzen zoals het opzeggen van de getallenrijen en het indrillen van de tafelproducten in volgorde.
Ruime doelgroep - Voor de tafels van vermenigvuldiging geschikt vanaf 7 jaar en voor de tafels van deling vanaf 8 jaar. Bij het gebruik van wiskundemethodes waarbij de deling direct aan de vermenigvuldiging gekoppeld wordt, kunnen de deeltafels al in het 2de leerjaar/groep 4 aan bod komen. - In de midden- en de bovenbouw van de basisschool zullen leerlingen met stilstand, achterstand, tekorten of terugval er via differentiatie en remediëring nog veel steun aan hebben. ‘De Tafelkampioen’ is een klassenoverschrijdende, groepsdoorbrekende uitgave.
[ handleiding ] - Het zelfstandig kunnen gebruiken van ‘De Tafelkampioen’, hangt af van het op een bepaald moment bereikt basisniveau waarbij voor de hele klas/groep in ‘t algemeen en voor elke leerling in ‘t bijzonder rekening moet gehouden worden met verschillende factoren: kennis, inzicht, vaardigheid, beheersing, beginsituatie, leeftijd, tempo, vordering, rijpheid, zelfsturing… In het automatiseringsproces van de tafels situeert de ‘De Tafelkampioen’ zich in het stadium van de reproductie terwijl de ‘De super Tafelkampioen’ zich voordien afspeelt in de fase van de opbouw en de reconstructie van de tafels. Daarin speelt de kapstokken- of steunpuntenstrategie een centrale rol. Pas nadat de leerlingen inzicht hebben in die rekenstrategie, kunnen ze er zelfstandig mee aan de slag. De klemtoon in ‘De Tafelkampioen’ ligt op het eindproduct. ‘De super Tafelkampioen’ echter focust op het inzichtelijke (her)opbouwproces.
Veelzijdig en flexibel gebruik ‘De Tafelkampioen’ kan veelzijdig gebruikt worden: op school en thuis, klassikaal en individueel, voor beginners en gevorderden, in groep en in de taakklas/zorgklas (remedial teaching), als differentiatie en remediëring, als zelfstandig hoeken- en contractwerk, als extra oefeningen om de buffertijd en de vrijgekomen tijd tijdens afwezigheid van de leerkracht zinvol op te vullen, als huiswerk en vakantietaken.
Verantwoording - In overeenstemming met de eindtermen die gelden in Vlaanderen (en de daaraan gekoppelde leerplannen wiskunde) en de kerndoelen in Nederland. - Niet-methodegebonden, soepel in te passen en te gebruiken in elke andere wiskundemethode. - Sluit ook aan bij de gebruikte rekenstrategieën van ‘De super Tafelkampioen’. - Het is een evenwichtige synthese van fundamentele en recente theoretische uitgangspunten en van jarenlange ervaring in het onderwijsveld, getoetst aan de hedendaagse onderwijspraktijk.
Correctiesleutel: evaluatie en zelfevaluatie In het kindvriendelijke oplossingenboekje zijn de oplossingen eenvoudig terug te vinden omdat het een ingevulde kopie is van het oefenboekje.
[ handleiding ] Aan die autocorrectiesleutel is een motiverende pictogrammenstructuur gekoppeld die de leerlingen moet stimuleren om uiteindelijk een maximale score te behalen. Motivatie en succeservaring zijn de sleutel tot leerwinst. Als een leerling alle oefeningen van een taak correct heeft gemaakt, mag hij zich terecht een echte tafelkampioen noemen. Dit kan ook na tussentijdse evaluaties en bijsturingen, waarbij foutief gemaakte oefeningen na een verlengde instructie of remediëring correct hermaakt worden. Deze pictografische visualisering geeft een beeld van de vorderingen en het uiteindelijk bereikte niveau van de leerling. De bedoeling is zorgverbredend. Elke leerling moet op eigen tempo en niveau, op een voor hem/haar passend tijdstip de tafels snel en correct kunnen reproduceren, tafelkampioen worden in de eigen tafelreeks. Door deze stimulerende evaluatiepictogrammen dagen wij met Vygotsky de leerlingen uit om in duel te gaan met zichzelf, om hun grenzen te verleggen en steeds naar een hogere prestatie te streven. Er zijn 5 verschillende evaluatiepictogrammen: - (nog) zeer flauw of zeer zwak, het zit-figuurtje - (nog) flauw of zwak, het kruip-figuurtje - gemiddeld, voldoende of doorsnee, het stap-figuurtje - goed of sterk, het loop-figuurtje - zeer goed of zeer sterk, het win-figuurtje
Mijn score
De leerling mag na de (zelf)correctie en de scorebepaling de pictogrammen van links naar rechts inkleuren in overeenstemming met de behaalde totaalscore. Wie bv. bij taak 2 acht op negen oefeningenreeksen/-blokken volledig correct maakt, komt uit bij het vakje 8, het loop-figuurtje. De leerling met deze score mag dus van links naar rechts 8 pictogrammen inkleuren. Enkel het witte vakje van de gelauwerde atleet op de podiumtafel blijft open voor een nog betere score. Na het correct hermaken van de foutieve oefeningen mag de score bijgekleurd worden in een andere kleur tot het maximum bereikt wordt. De scores worden herleid naar minimum 5 tot maximum 15 pictogrammen. Soms moet een volledige reeks (een blok) oefeningen correct gemaakt worden om 1 pictogram te mogen inkleuren. Bij moeilijkere opdrachten volstaat het soms om een aantal oefeningen van de oefeningenreeks juist te hebben. De inhoudsopgave vermeldt de verdeling van en het totale aantal pictogrammen.
[ inhoudsopgave ] NR TITEL/ONDERWERP
VOORBEELD
PICTOGRAMMEN
1 DE VERMENIGVULDIGING: EEN VERKORTE OPTELLING
OOO OOO = . x .
12 picto’s: 2 picto’s per juist antwoord
2 HET DUBBEL: DE VERMENIGVULDIGER
2 5+5=2x.=.
9 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
3 DE MAALTAFEL VAN 2: HET VERMENIGVULDIGTAL
2 2+2+2+2 = 4x2
8 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
4 DE HELFT: DE DELER 2
Hoeveel is de helft van 8? 8 gedeeld door 2 is .
8 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
Hoeveel groepjes van 2 (zitten er) in 8? .x2=8
9 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
6 DE VERMENIGVULDIGING: HET WISSELEN VAN DE FACTOREN
2 rijen van 5 elementen = 5 kolommen van .
10 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
7 DE VERMENIGVULDIGING: LINKEN AAN HET PRODUCT
2x3 = OOO OOO = 3+3=6; puzzel
12 picto’s: 2 picto’s per juist antwoord (1 kleur/1 woord)
8 DE DELING: LINKEN AAN HET QUOTIËNT
6:2 = OOO / OOO = 3
kleuren- en woordenpuzzel 12 picto’s: 2 picto’s per juist antwoord (1 kleur/1 woord)
9 DE MAAL- EN DE DEELTAFELS VAN 0 EN 1
5x1=.; .x1=5; 1x.=5 6x.= 0; 2x0=.
10 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
10 De MAALTAFELS: TELLEN MET SPRONGEN VAN 1, 2, 5, 10 0, 2, 4, 6 … enz.
0x2, 1x2, 2x2 enz.
9 picto’s: 1 picto per juiste reeks oefeningen
11 DE MAALTAFEL VAN 2: DOMINO
2x6=.; 12=.x2
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
12 DE DEELTAFEL VAN 2: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x2=12; 2x.=12; 12:2=. 12:.=6; .:2=6
10 picto’s: 1 picto per 4juiste oefeningen
2x6=.; 12:2=. 2x.=12; .:2=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
5 DE DEELTAFEL VAN 2: GROEPJES VAN 2
13 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 2: GANZENSPEL 14 DE MAALTAFEL VAN 3: DOMINO
3x6=.; 18=.x3
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
15 DE DEELTAFEL VAN 3: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x3=18; 3x.=18; 18:3=. 18:.=6; .:3=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
16 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 3: GANZENSPEL
3x6=.; 18:3=. 3x.=18; .:3=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
17 DE MAALTAFEL VAN 4: DOMINO
4x6=.; 24=.x4
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
18 DE DEELTAFEL VAN 4: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x4=24; 4x.=24; 24:4=. 24: .= 6; .:4=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
4x6=.; 24:4=. 4x.=24; .:4=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
controletekeningen 8x2=.
8 picto’s: 1 picto per 3 juiste oefeningen
19 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 4: GANZENSPEL 20 DE MAALTAFELS VAN 0, 1, 2, 3, 4: HERHALING 21 DE DEELTAFELS VAN 0, 1, 2, 3, 4: HERHALING
controletekeningen 16:2=.
11 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
22 DE MAALTAFEL VAN 10: DOMINO
10x6=.; 60=.x10
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
23 DE DEELTAFEL VAN 10: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x10=60;10x.=60; 60:10=.; 60:.= 6; .:10=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
10x6=.; 60:10=. 10x.=60; .:10=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
24 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 10: GANZENSPEL
[ inhoudsopgave ] NR TITEL/ONDERWERP
VOORBEELD
PICTOGRAMMEN
25 DE MAALTAFELS VAN 0, 1, 2, 3, 4, 10: HERHALING
rekenwielen 8x2=.
12 picto’s: 2 picto’s per oefening/bloem
26 DE MAALTAFEL VAN 5: DOMINO
5x6=.; 30=.x5
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
27 DE DEELTAFEL VAN 5: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x5=30; 5x.=30; 30:5=. 30:.=6; .:5=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
5x6=.; 30:5=. 5x.=30; .:5=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
29 DE MAALTAFEL VAN 9: DOMINO
9x6 =.; 54=.x9
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
30 DE DEELTAFEL VAN 9: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x9=54; 9x.=54; 54:9=. 54:.=6; .:9=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
9x6=.; 54:9=. 9x.= 54; .:9=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
32 DE MAALTAFELS VAN 0, 1, 10, 5, 9: HERHALING
controletekeningen 8x5=.
8 picto’s: 1 picto per 3 juiste oefeningen
33 DE DEELTAFELS VAN 0, 3, 10, 5, 9: HERHALING
controletekening 40:5=.
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
34 DE MAALTAFEL VAN 6: DOMINO
6x6=.; 36=.x6
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
35 DE DEELTAFEL VAN 6: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x6=36; 6x.=36; 36:6=. 36:.=6; .:6=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
6x6=.; 36:6=. 6x.=36; .:6=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
28 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 5: GANZENSPEL
31 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 9: GANZENSPEL
36 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 6: GANZENSPEL 37 DE MAALTAFEL VAN 7: DOMINO
7x6=.; 42=.x7
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
38 DE DEELTAFEL VAN 7: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x7=42; 7x.=42; 42:7=. 42:.=6; .:7=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
39 DE MAAL- EN DEELTAFEL VAN 7: GANZENSPEL
7x6=.; 42:7=. 7x.=42; .:7=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
40 DE MAALTAFEL VAN 8: DOMINO
8x6=.; 48=.x8
10 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
41 DE DEELTAFEL VAN 8: TEKENINGEN MET OEFENINGEN
.x8= 48; 8x.=48; 48:8=. 48:.=6; .:8=6
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
42 MAAL- EN DEELTAFEL VAN 8: GANZENSPEL
8x6=.; 48:8=. 8x.=48; .:8=6
14 picto’s: 1 picto per 2 juiste oefeningen
43 DE MAALTAFELS VAN 0, 1, 6, 7, 8: HERHALING
controletekeningen 6x8=.
8 picto’s: 1 picto per 3 juiste oefeningen
44 DE DEELTAFELS VAN 0, 4, 6, 7, 8: HERHALING
controletekening 48:8=.
11 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen
45 DE MAALTAFELS VAN 10, 5, 9, 6, 7, 8: HERHALING
rekenwielen 7x10=.
12 picto’s: 2 picto’s per oefening/schietroos
46 DE DELING: OMGEKEERDE VAN DE VERMENIGVULDIGING 8:4=. want 4x.=8 47 MAALTAFELS: CONTEXTEN 48 MAALTAFELS: ALGEMENE HERHALING
Hoeveel poten hebben 7 kippen? .x.=. vlaggen 8x7=.
10 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen 8 picto’s: 1 picto per 4 juiste oefeningen 12 picto’s: 1 picto per 3 juiste oefeningen, per vlag
[ notities ]